Titelgegevens / Bibliographic Description

Transcriptie

1 Titelgegevens / Bibliographic Description Titel Auteur(s) Iets over drie onbekende gedichten van Simon Simonides / J. van Vliet. Vliet, J. van In Documentatieblad Nadere Reformatie, 8 (1984), no. 2, p Copyright 2007 / J. van Vliet SSNR Claves pietatis. Producent Claves pietatis / ; versie 1.0 Bron / Source Annotatie(s) Website Nummer Onderzoeksarchief / Research Archive Nadere Reformatie Over: drie gelegenheidsgedichten van Simon Simonides. Sleutel tot de Nadere Reformatie B De digitale tekst is vrij beschikbaar voor persoonlijk gebruik, voor onderzoek en onderwijs. Respecteer de rechten van de rechthebbenden. Commercieel gebruik is niet toegestaan. The digital text is free for personal use, for research and education. Each user has to respect the rights of the copyright holders. Commercial use is prohibited. Het 'Onderzoeksarchief Nadere Reformatie' bevat digitale documenten over het gereformeerd Piëtisme en de Nadere Reformatie in Nederland tot Het is doorzoekbaar met de 'Bibliografie van het gereformeerd Piëtisme in Nederland (BPN)' op de website 'Sleutel tot de Nadere Reformatie'. The 'Research Archive Nadere Reformatie' contains digital documents about reformed Pietism and the Nadere Reformatie in the Netherlands until These can be retrieved by searching the 'Bibliography of the reformed Pietism in the Netherlands (BPN)' database at the 'Sleutel tot de Nadere Reformatie' website.

2 VIII-52 IETS OVER DRIE ONBEKENDE GEDICHTEN VAN SIMON SIMONIDES In de bespreking van het bruiloftsdicht 'Priesterlijck Bruylofts Bedde t.g.v. het huwelijk van ds. Carolus Ursinus en juffr. Clara Bontius op 26 nov te Leiden', van F. Ridderus 1, wijst M.A. Schenkeveld-van der Dussen 2 erop, dat er niet veel bruiloftsdichten te verwachten zijn van dichters uit de hoek van de Nadere Reformatie. 'Zij putten hun stof bij voorkeur niet uit wereldse vreugden', zo zegt ze. 'Hun bekommernis is religieus. Het schrijven over een bruiloft, zoals over alles, dient tot eer van God en tot heil van de naaste te zijn'. Dit laatste kan beslist niet ontkend worden. Over het aantal bruiloftsdichten uit kringen van de Nadere Reformatie is pas met stelligheid iets te zeggen, als er een uitputtend onderzoek verricht is. Zij baseert haar bewering op 2 bruiloftsdichten van J. van Lodensteyn, 2 huwelijksonnetten van P. Boddaert, enkele gedichten over de echt van J.E. Voet, die na zijn dood gebundeld zijn, en het gedicht van de eerdergenoemde F. Ridderus. Aan haar kwantitatief schrale oogst aan gedrukte huwelijksdichten zijn er twee van S. Simonides toe te voegen. Het eerste schreef hij voor het huwelijk van zijn Rotterdamse collega ds. Georgius Costius met juffr. Margarita van Dommelen op 10 februari Het draagt als titel Verschuldigde Liefde-plicht, betaelt aen den Recht-Eerwaerdigen Georgius Costius en de Eerbare juff: Margarita van Dommelen.. 3, en eindigt met: 'Soo schreef met hert en Pen, uyt oprechte liefde tot sijn Eerwaerdigen en gewenschte Mede-Arbeyder, in den dienst des Heeren, S. Simonides, Ecclesiast. Roterod.' Het tweede is te vinden in Knuttel 4, pamflet 8192, en volgt op het eerder genoemde gedicht van F. Ridderus 5. Het heeft als titel Aen de zelve (dus aan C. Ursinus en C. Bontius). Schenkeveld van der Dussen raadpleegde alleen de Verantwoordinge Van Franciscus Ridderus, Tegens eenige gestroyde Laster-schriften over een seeker Bruyloftsdicht hier voor aen gestelt. Rotterdam 1859 (ex. bibl. R.U. Leiden), dat ook in Knuttel, als pamflet , opgenomen is. In de Verantwoordinge heeft Ridderus uitsluitend de tekst van zijn eigen gedicht opgenomen. Het derde gedicht is als zelfstandige publicatie opgenomen in alfabetische hoofdwoordencatalogus van de K.B. in Den Haag en is, voorzover ik weet, niet eerder in een of ander bibliografisch werk vermeld. Het is een vertegenwoordiger van het genre van de nieuwjaarsgedichten, en luidt: Nieuwjaer Aen haere Hoogheyt Me-vrouwe de Princesse Douariere van ORAGNIE, etc. op het laer In 's Graven-hage, by Arnout Leers, de jonge, Boeck-verkooper; bestaande uit: titelpagina

3 VIII-53

4 VI11-54 en tekst op p. 3 p. 7. In de opdracht maakt Simonides een toespeling op de aanwezigheid van Amalia van Solms ( ) tijdens zijn bediening van Het Woord, nl. En mag ick mijn gedicht doen komen voor uw oogen, Gelijck ik meermaals hadt U Princelijck gehoor, ('k Seg 't met erkentenis, en benner danckbaer voor, En sal het eeuwig zijn) laet uwe goedtheyt lijden, Dat ick in desen tijdt, of wisseling van tijden, Met nederig ontsag, en uyt een vol gemoet Met dit mijn kleyn geschrift Uw HOOGHEIT ook begroet. J. van Vliet Noten 1. Zie over hem o.a.: Documentatieblad Nadere Reformatie (DNR) 1 (1977) nr. 3, p ; DNR 2 (1978) nr. 3, p ; DNR 4 (1980) nr. 2, p. 62; nr. 4, p , en 126; DNR 5 (1981) nr. 4, p. 142; DNR 6(1982) nr. 2, p ; DNR 7 (1983) nr. 3, p In 'Bruiloftsdichten in de tale Kanaans: het probleem van de onverstaanbaar heid'. De Nieuwe Taalgids 75 (1982) nr. 1, p Opgespoord m.b.v. Nederlandse gelegenheidsgedichten voor 1700 in de Koninklijke Bibliotheek te 's Gravenhage; catalogus van gedrukte gedichten op gedenkwaardige gebeurtenissen in het leven van particuliere personen. José Bouman. Nieuwkoop 1982, nr. 342, sign. 853 A 189: 1 (K.B.). 4. In: Catalogus van de pamflettenverzameling berustende in de Koninklijke Bibliotheek. Met aantekeningen en een register der schrijvers voorzien W.P.C. Knuttel, 's Gravenhage, , nr. 8192: Priestelijk Bruilofts-bedde ofte Minne-sangen, Seer geestich berijmt door twee Geestelijke Vaders. Voor de derdemael her-druckt om zyne voortreffelijckheydt. Waer by gevoecht is de Stekelige Venvs-Krans Ende het Maeslant-sluysche Omghekeerde Priestelijcke Bruyloftsbedde. Gerijmt door twee al te naeusiende Poëten. (Met titelvignet). Tot Leyden, Nae de Copoye van F. Moyaert. Z.j. in-4o, 16 blz. (daarvan p ). 5. Zie noot 4, p P. A2 - A3 v.; M.J. Paul bedoelt dit gedicht uit de Verantwoordinge; zie daarvoor DNR 4 (1980) nr. 4, p. 123.

5 VIII-55