Doopbelofte van ouders, peter en meter

Transcriptie

1 Begroeting en woord ter inleiding Gebed van dank God, onze Vader, Gij zijt de oorsprong van het leven, de bron waaruit ons bestaan ontspringt. Wij danken U, ook voor dit kind hier, uit liefde geboren, aan ons toevertrouwd. Wij zien iets van uw grootheid in deze kleine. Wij danken U, dat U ons, mensen, zegent met nieuw leven en dat wij kunnen vertrouwen op U, die onze oorsprong zijt en onze toekomst in eeuwigheid. Amen Doopbelofte van ouders, peter en meter Ouders: Beste ouders, niet alleen om God te danken zijn jullie hier gekomen. Jullie willen nog meer. Wat vragen jullie voor je kind van de kerk van God? Het doopsel. Jullie vragen voor je kind het doopsel. Zijn jullie je bewust van de taak die jullie hiermee op je nemen? Van jullie wordt verwacht, dat je je kind helpt opgroeien in het geloof en het leert leven naar de woorden van Christus: Bemin God en bemin je naasten als jezelf. 1

2 Ouders: Ja, dat beseffen wij. Peter en meter, bent u bereid de ouders in hun taak bij te staan? Wilt u meewerken aan de christelijke opgroei en aan het levensgeluk van uw petekind en het een bijzondere belangstelling schenken, voor zover dat uw taak is en het in uw vermogen ligt? Peter en meter: Ja, dat willen wij. Het geven van de naam Ouders: Beste ouders, met welke naam willen jullie dan dat je kind genoemd wordt in de gemeenschap van Christus?..(noemen de naam) Moge dan jouw naam voorgoed geschreven staan in het boek des Levens en in de palm van Gods hand. De gemeenschap van Jezus Christus neemt je graag op in haar midden. Daarom geef ik je nu een teken van Hem, het teken van het kruis. Doen jullie dit ook bij je kind. Iedereen geeft nu het kind een kruisje. Zalving met de H.Olie van de geloofsleerlingen. De kracht van Jezus moge je sterken. Daarom zalf ik je in zijn naam. Opdat je sterk zult staan tegen de macht van het kwaad en zult groeien in geloof. 2

3 Uit het verhaal van de schepping In het begin was het donker. Er was geen zon, er was geen maan, er was geen zee om in te zwemmen, en er was geen land om op te staan. De hemel was zwart, de aarde was leeg. Maar plotseling stak God het licht aan, toen scheen de zon en werd het licht. s Nachts kwamen de sterren aan de hemel, want dat vond God een mooi gezicht. De hemel werd blauw, maar de aarde was leeg. En God verdeelde toen de aarde In heuvels, meren, zee en strand. Toen was de zee voor alle vissen en voor de dieren was het land. Op de heuvels bloeiden bloemen, er zwommen zwanen in het meer, er liepen herten door de weide, en in de bossen sliep een beer. De hemel was blauw, de aarde was groen. Maar op een dag zag God dit alles en vond de aarde niet volmaakt; en daarom heeft Hij toen als laatste er nog iets prachtigs bij gemaakt: Hij maakte een man, Hij maakte een vrouw, en God maakte mij en God maakte jou... 3

4 Uit Psalm 139 Uw Schepping ben ik in hart en nieren. Gij hebt mij geweven in de schoot van mijn moeder. Ik dank U, dat Ge mij zo wonderlijk hebt gemaakt. Alles wat Gij maakt is een wonder. Door U ben ik gekend met hart en ziel. Ik was voor uw ogen niet verborgen, toen ik geheimvol groeide als in het binnenste van de aarde. Ik was nog ongeboren en Gij had mij al gezien en mijn levensdagen stonden al in uw boek, nog voordat er een van was aangebroken. * Uit het evangelie volgens Marcus De mensen brachten kinderen bij Jezus met de bedoeling dat Hij hen aan zou raken. Maar de leerlingen wezen hen af. Toen Jezus dat zag, werd Hij verontwaardigd en zei: Laat die kinderen bij Me komen en houdt hen niet tegen, want van zulke kinderen is het koninkrijk van God. Ik verzeker jullie, wie het koninkrijk van God niet aanneemt zoals een kind dat doet, die zal er niet binnengaan. Hij omarmde hen en zegende hen, terwijl Hij hen de handen oplegde. * Of: (zie p.5) 4

5 * Het verhaal van Jezus en de kinderen Overal waar Jezus kwam, liepen de kinderen naar Hem toe. Zelfs de verlegen kinderen lieten de hand van hun moeder los en wilden bij Jezus zijn. Zij wisten dat Jezus van hen hield. Op een dag stond Jezus op de markt met de mensen te praten. En daar kwamen een heleboel kinderen aanlopen. Wat zouden die willen? bromde Petrus. We zullen ze wegjagen, Jezus kan ze nu niet gebruiken! Maar de kinderen glipten tussen de grote mensen door. Kijk, daar stond er al een bij Jezus. En een klein meisje kroop bij Hem op de schoot. Jezus keek helemaal niet boos. Het was net alsof Hij er schik in had. En Hij riep tegen zijn leerlingen: Laat die kinderen maar gerust bij Mij komen en houdt ze niet tegen! Zij horen in de eerste plaats in Mijn Koninkrijk. Toen legde Hij zijn handen op hun hoofdjes, sloeg zijn armen om hen heen en zegende hen. Korte toespraak 5

6 Geloofsbelijdenis Ouders: Ouders: Ouders: Geloven jullie in God, de Vader, de schepper van hemel en aarde, de schepper van de mensen? Ja, dat geloven wij. Geloven jullie in Jezus, Zoon van God, die mens is geweest, die ons heeft voorgedaan wat leven is en wat liefde doet, die voor ons is gestorven en is verrezen? Ja, dat geloven wij. Geloven jullie in de Geest van Jezus, die onder ons kan wonen; in de kerk, de gemeenschap van allen die Hij bijeen brengt; in de vergeving van de zonden, die God ons schenkt en die wij elkaar moeten schenken, steeds weer. Geloven jullie dat wij leven, tot voorbij de dood? Ja, dat geloven wij. Voorbeden Ouders, peter en meter en anderen spreken nu een gebed uit. Allen antwoorden op de oproep laat ons bidden met: Allen: Heer, onze Heer, wij bidden U verhoor ons. 6

7 Handoplegging en gebed God, onze Vader, Jezus onze broeder heeft de kinderen de handen opgelegd om ons uw zorg voor ieder mens te laten zien. Wij bidden U voor....om veiligheid en beschutting in deze soms zo harde wereld. Laat... ervaren dat uw hand steeds redding brengt. Houdt van hem/haar af alles wat kwaad en onmenselijk is. Moge geborgen zijn bij vader en moeder. En geef dat wij, die volwassen zijn en verantwoordelijkheid dragen, geen ergernis geven aan dit kind, maar het voorgaan in alles wat goed is en waar. Laat zo opgroeien als uw kind, onbezorgd en blij, het kwade overwinnend door het goede, onder de bescherming van uw hand. Amen. 7

8 Viering van het doopsel Zegen over het water God wij danken U voor het water, onstuimig, fris en vol levenskracht. Adem uw Geest over dit water, waarmee wij dadelijk gaan dopen. Zo zal dit kind worden, kind van U, God, en deel van onze gemeenschap rondom Jezus, uw Zoon, die ons bevrijd heeft uit de macht van het kwaad. Laat dit kind herboren worden uit uw Heilige Geest en een mens worden naar uw hart. Voeg het bij uw volk tot in eeuwigheid. Amen De doop Willen jullie dat...gedoopt wordt in het geloof van de kerk dat we zojuist hebben beleden? Ouders, peter en meter: Ja, dat willen wij., ik doop jou, in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. 8

9 Zalving met het Heilige Chrisma En ik leg op jou de naam van Jezus Christus, ik zalf je met zijn Geest, ik teken je met zijn kruis, opdat je vervuld mag worden van de kracht en de gezindheid die was in Hem, kind van God tot in eeuwigheid. Het zout, ontvang het zout der wijsheid. Opdat je met de hulp van Gods genade een goede smaak krijgt en onderscheid weet te maken tussen het goede en het kwade en omdat Jezus gezegd heeft: Jullie zijn het zout der aarde. Het witte kleed, je bent nu bekleed met Christus, de nieuwe Mens. Moge dit witte kleed het teken zijn van wie je geworden bent. Houd je leven vrij van het kwaad. Wij, je ouders, familie en vrienden willen je hierbij helpen. De doopkaars wordt ontstoken Ontvang het licht van Christus, Zo wilt Gij, God, dit kind doen leven als een licht in de wereld, als een vonk van uw liefde tussen de mensen. 9

10 Effeta (Ga open): Gebed over de zintuigen * Heer Jezus, hebben wij gedoopt in uw naam, geef..een open oog en een open oor voor alles wat het leven biedt en vraagt. Zegen de mond van dit kindje, dat het mag leren lachen en de taal spreken van de mensen. Dat het spoedig uw woord kan verstaan en het geloof kan belijden. Zegen de handen en de voeten, dat het aan den lijve mag ervaren dat alles goed is wat God heeft gemaakt. Laat. altijd van harte meeleven met de mensen die hij/zij tegenkomt. Laat dit kind zo alle geluk vinden dat onder ons maar mogelijk is. Vandaag en morgen en in eeuwigheid. Amen. * Of: * Zegen, God, de ogen van.., zo vol verwachting en vertrouwen, dat ze leren herkennen wat goed en mooi is. Zegen de oortjes van., dat ze leren luisteren naar de medemens en naar uw woord. Zegen de mond van., dat dit kind mag leren lachen en de taal spreken van het geloof en de liefde. Zegen de handjes van.., zo teer en open, dat ze leren geven en ontvangen, strelen en werken. Zegen de voetjes van, waarin al zoveel kracht verborgen zit. Dat ze leren gaan naar de ander, in het voetspoor van Jezus, uw Zoon en onze Heer. Amen. 10

11 Het gebed van de Heer Allen gaan naar het altaar. Beste ouders, jullie kind is nu ook een kind van God. Over een aantal jaren zal het naar het altaar gaan om deel te nemen aan de maaltijd van de Heer en om in het sacrament van het Vormsel deze doop te voltooien. Temidden van de gemeenschap zal het God als zijn Vader aanroepen. Laten wij, zelf kinderen van God, nu in de naam van dit kind samen bidden met de woorden van Jezus, die wij van onze ouders ontvingen en die we weer zullen doorgeven aan dit kind. Onze Vader, Gebed tot Maria Maria, als moeder van Jezus weet u wat het is, zich te verheugen over de geboorte. U weet hoe gelukkig ouders kunnen zijn met een kind. U kent ook de zorg en de verantwoordelijkheid die dat meebrengt. Het is niet altijd gemakkelijk om kinderen groot te brengen. Maar wij willen het proberen, met al onze krachten en met al onze liefde. Moeder Maria, help ons daarbij. Laat ons gaan in het voetspoor van uw Zoon, alle dagen van ons leven. Amen. Wees gegroet Maria,.. 11

12 Zegen Gaat dan nu in vrede met uw kind naar huis, omring het met jullie liefde en wees gelukkig met elkaar. Moge God jullie op jullie wegen behoeden en jullie met zijn licht begeleiden. Moge de Geest van Jezus Christus heersen in jullie huis en moge zijn Vreugde en Vrede wonen in jullie gezin. Zo zegene u de almachtige God, Vader, Zoon en Heilige Geest. Amen Gelukwens 12