Prestatie en voorstudie

Transcriptie

1 Prestatie en voorstudie Dr.ir. Anne Beeldens Raadgevend ingenieur, AB-Roads Gastprofessor KULeuven 0486/ OCW BBG Cursus Betonwegen Leuven Dag 3 : 22 februari 2017

2 Overzicht presentatie Wat stond er in de vroegere versies van het SB 250 betreffende voorstudie? Wat staat er in de huidige versie van het SB 250 betreffende voorstudie? Wat zijn de gestelde eisen?

3 SB 250-versie 2.2 Uitvoering => verantwoordingsnota Kenmerken van de samenstellende materialen Korrelverdeling skelet Samenstelling [kg/m³] Consistentie na 30 min Druksterkte Uitvoering Verdichting Transportwijze

4 SB 250-versie Luchtgehalte Kenmerken moeten op verantwoordingsnota worden vermeld ten minste 15 kalenderdagen voor de start van de werken voor te leggen aan leidend ambtenaar

5 Certificatie wegenbeton SB 250-versie 3.1

6 Hoofdstuk 3 - Materialen Alle wegenbeton dient over een BENORkeurmerk of een gelijkwaardig attest van partijkeuring te beschikken De keuring gebeurt per samenstelling (rekening houdend met de toepassing en de manier van aanbrengen en afwerken)

7 Hoofdstuk Registratie van betonmengsels Certificatie betonmengsel Kenmerken grondstoffen Uitvoeren van voorstudie Opstellen verantwoordingsnota (zie ) Externe controle Registratie betonmengsel Op basis van gecertificeerde verantwoordingsnota Als functie van toepassing (bouwklasse), uitvoering en afwerking Voor Vlaanderen door afdeling Wegenbouwkunde Uitvoering Controle registratie Controle kenmerken op de bouwplaats

8 Voorstudie binnen het certificatieproces Voorstudie Bepaling betonsamenstelling in functie van bouwklasse, toepassingsmethode en oppervlakafwerking Bepaling en controle kenmerken vers en verhard beton Certificatie en registratie Controle voorstudie en kwaliteitsplan => certificatie Registratie door AWV voor bepaalde bouwklasse, toepassingsmethode en oppervlakafwerking Werf Controle eigenschappen vers en verhard beton (bij verlaten centrale) Leveren beton op werf Controle registratie (certificatie) op werf Controle eigenschappen beton op werf (Hfdst. 6)

9 Hoofdstuk Mengsels voor betonverhardingen Voorstudie Korrelverdeling Kenmerken vers beton Consistentie (machinale/handmatige verwerking B1-B5/B6-B7/Andere) Vochtige volumemassa VMM TBR Luchtgehalte - TBR Kenmerken verhard beton

10 Korrelverdeling van het inert skelet Volgende zeven worden bepaald: 40 mm, 31,5 mm, 20,0 mm, 16,0 mm, 14,0 mm, 12,0 mm, 10,0 mm, 8,0 mm, 6,3 mm, 4,0 mm, 2,0 mm, 1,0 mm, 0,5 mm, 0,25 mm, 0,125 mm en 0,063 mm (BS+2 volgens NBN EN 933-1) ,6 6,3 7, BS BS + 1 BS + 2

11 Kenmerken van het verse beton Onafhankelijk van de bouwklasse Consistentie: 30 minuten na het bereiden van het mengsel volgens NBN EN onderscheid machinale en handmatige verwerking Vochtige volumemassa volgens NBN EN Het luchtgehalte met de drukmethode volgens NBN EN

12 Kenmerken verhard beton Ongeacht luchtgehalte Te bepalen op beton met optimale uithardingscondities

13 Kenmerken verhard beton met luchtgehalte < 3% en met luchtgehalte 3%

14 Proefmethodes, proefstukken en bewaring 14-2 Technische kenmerken per materiaal RNR 06

15 Proefmethodes, proefstukken en bewaring 14-2 Technische kenmerken per materiaal Druksterkte: telkens 3 kubussen, 150*150*150 mm op 3, 7 en 28 dagen volgens NBN EN Buigsterkte: 3 prisma s volgens NBN EN , 3 of 4- puntbuigproef Speciaal geval staalvezelbeton: Geen buigsterkte, wel conventionele buigtreksterkte op 6 proefstukken (NBN B15-238) Wateropslorping: 3 kernen, Ø 113 mm (opp. 100 cm²) en hoogte 100 mm uit kubus of proefplaat alle oppervlakken geboord of gezaagd (NBN B15-215) Droge en vochtige volumemassa op 28 dagen oude beton (NBN EN ) Vorst-dooi-weerstand: 4 kernen, Ø 113 mm (opp. 100 cm²) en hoogte 50 mm uit kubus of proefplaat volgens methode opgenomen in RNR 06 proefoppervlak = bekist oppervlak!

16 Referenties voor proeven - normenantenne

17 Buigsterkte: 3 prisma s volgens NBN EN Prisma s met vierkantvormige secties met zijden d van 100, 150, 200, 250 of 300 mm. De lengte is groter dan 3,5 d Voor vierpuntsbuigproef: l d 2 d 1 Voor driepuntsbuigproef (Annex A)

18 Verschillende methodes ISO-DIS beschreven in SB 250: : Vroegere controlemethode voor cementbeton 3% CaClO 2 -oplossing 30 cycli CEN/TS slab-methode: Huidige controlemethode voor cementbeton maar (licht) gewijzigde en eenduidige voorbereiding en meetmethode => RNR 06 (Bijlage E) en NBN B % NaCl-oplossing

19 Weerstand tegen afschilfering volgens RNR 06 Aanmaak 2 kubussen (ontkisten na 1 dag en gedurende 28 dagen onder water te bewaren) Boren kern loodrecht op stortrichting => 2 schijven (50 mm +/- 2 mm) vanaf oppervlak Te testen oppervlak = bekist oppervlak Droge conditionering (14 dagen): 20 C 60% R.V. Aanbrengen PVC buis en dichten met epoxylijm

20 Weerstand tegen afschilfering volgens RNR 06 3% NaCl-oplossing 3 mm dikte OCW

21 Tijdslijn proeven voorstudie Aanmaak beton Proeven op vers beton Aanmaak proefstukk en Dag 7 Druksterkte Dag 28 Druksterkte Buigsterkte Droge volumemassa Vochtige volumemassa Wateropslorping Dag 73 (minimum) Einde 28 cycli vorst-dooi Dag 3 Dag 21 Dag 45 Certificatie Drukste rkte Voorbe reiding proefst ukken vorstdooi Einde condition ering vorstdooicycli (14 dagen + 72 uur) Start vorstdooicycli

22 Hartelijk dank voor uw aandacht Anne Beeldens 0486/