3. Hoeveel klinische locaties heeft uw organisatie? 4. Ligging van de hoofdlocatie: a) Adres: b) Type ligging: Platteland / Dorp / Kleine stad / Stad

Transcriptie

1 Vragenlijst mate van bereidheid van de organisatie van een organisatie Deze vragenlijst is een bewerking van de General Organisational Index (ontwikkeld door Dartmouth Psychiatric Research Centre 1 ) die gebruikt wordt om te inventariseren in hoeverre een organisatie op het moment van afname in staat is om een evidence based practise te implementeren. Deze lijst bestaat uit drie onderdelen: A. Kenmerken van de organisatie van de organisatie B. Kenmerken van de organisatie van het ambulante programma voor ernstige psychische beperkingen C. Informatie over de implementatie van IDDT A) Kenmerken van de organisatie van de organisatie Informatiebron: de directeur van het circuit/de divisie/zorggroep. Hij of zij zal mogelijk informatie moeten verzamelen bij personeelszaken en de financiële administratie. 1. Hoe is de wettelijke structuur van uw organisatie? Openbaar / Privaat non-profit / Anders 2. Wat voor een bestuur heeft uw organisatie? Raad van Bestuur / Anders bestuurd 3. Hoeveel klinische locaties heeft uw organisatie? 4. Ligging van de hoofdlocatie: a) Adres: b) Type ligging: Platteland / Dorp / Kleine stad / Stad 5. Ligging van de locatie van implementatie a) Adres: b) Type ligging: Platteland / Dorp / Kleine stad / Stad 6. Indien meerdere locaties: ligging van de tweede locatie van implementatie a) Adres: b) Type ligging : Platteland / Dorp / Kleine stad / Stad 1

2 7. Ligging van de derde locatie van implementatie a) Adres: b) Type ligging: Platteland / Dorp / Kleine stad / Stad 8. Wat is het totale jaarlijkse budget voor de gehele organisatie? 9. Aan hoeveel cliënten biedt uw gehele organisatie zorg per jaar? 10. Hoeveel uren zorgverlening biedt uw organisatie per jaar? 11. Hoeveel FTE (full time equivalents) heeft uw organisatie aan personeel op dit moment? 12. Waarom heeft u ervoor gekozen om IDDT te implementeren? _ 13. Welke stappen heeft u al ondernomen ter voorbereiding van de implementatie van IDDT? _ 14. Verwacht u of heeft u al onbedoelde consequenties opgemerkt van het initiatief van IDDT? _ 1 2

3 B) Kenmerken van de organisatie van het ambulante programma voor ernstige psychische beperkingen (EPB) Informatiebron: hoofd van het programma ambulante zorg voor volwassenen met een ernstige psychische beperking 1. Welke definitie gebruikt de organisatie voor "een ernstige psychische beperking"? 2. Wat is de grootte van uw programma voor EPB? a) Jaarlijkse budget voor het EPB -programma b) Aantal cliënten met EPB in zorg per jaar c) Totaal aantal uren hulpverlening per jaar aan cliënten met EPB d) Totaal aantal FTE's hulpverlening cliënten met EPB 3. Feiten over het personeel van het programma voor EPB: a) Het verloop van gebudgetteerd klinisch personeel voor EPB van de afgelopen jaren Aantal veranderingen in klinisch personeel Aantal gebudgetteerde klinische personeelsplaatsen b) Duur van dienstverband voor EPB programma coördinatoren Hoe lang bent u de EPB programma coördinator? Hoe lang had de persoon vóór u deze functie? Hoeveel programmacoördinatoren zijn er de afgelopen 5 jaar geweest? c) Focus van het personeel Heeft het personeel een sterke focus op hun eigen functiegebied? J / N Opmerkingen: Blijven zij gescheiden op basis van hun functie? J / N Opmerkingen: 3

4 Functioneren behandelteams op een multidisciplinaire manier? J / N Opmerkingen: Zijn er betaalde cliënten en/of familieleden in dienst? J / N Opmerkingen: Heeft u betaalde specialisten voor lotgenotencontact? J / N Opmerkingen: Heeft het personeel een band met professionele organisaties zoals vakbonden? J / N Opmerkingen: 4. Hoe gaat het EPB programma om met veranderingen? 5. Noem 3 recente pogingen tot verandering Eerste poging tot verandering: a) Beschrijf deze poging: b) Hoe ging de poging? c) Wat hielp het verwezenlijken van deze verandering? d) Wat belemmerde de poging tot verandering? e) Waren cliënten en familieleden betrokken bij het implementeren van de verandering en het bepalen van het succes ervan? 4

5 f) Was de RvB betrokken bij het motiveren tot of implementeren van de verandering? g) Welke rol speelde hulpverleners bij deze verandering? Tweede poging tot verandering: a) Beschrijf deze poging: b) Hoe ging de poging? c) Wat hielp het verwezenlijken van deze verandering? d) Wat belemmerde de poging tot verandering? e) Waren cliënten en familieleden betrokken bij het implementeren van de verandering en het bepalen van het succes ervan? f) Was de RvB betrokken bij het motiveren tot of implementeren van de verandering? g) Welke rol speelde hulpverleners bij deze verandering? Derde poging tot verandering: a) Beschrijf deze poging: b) Hoe ging de poging? 5

6 c) Wat hielp het verwezenlijken van deze verandering? d) Wat belemmerde de poging tot verandering? e) Waren cliënten en familieleden betrokken bij het implementeren van de verandering en het bepalen van het succes ervan? f) Was de RvB betrokken bij het motiveren tot of implementeren van de verandering? g) Welke rol speelde hulpverleners bij deze verandering? 6. Effecten voor cliënten a) Verzamelen hulpverleners op dit moment gegevens over effecten voor cliënten? J / N b) Krijgen programmacoördinatoren regelmatig en tijdig verslagen over effecten voor cliënten? J / N c) Krijgen hulpverleners regelmatig en tijdig verslagen over effecten voor cliënten? J / N 7. Huidige ambulante hulpverlening voor mensen met EPB a) Biedt u de gehele hulpverlening J / N b) Zo ja, voor welke soort hulpverlening wordt doorverwezen of welke wordt uitbesteed? (kruis datgene aan wat van toepassing is) Algemeen medisch Verslavingszorg Arbeidsondersteuning Andere rehabilitatieondersteuning Therapie Case Management Lotgenotencontact Anders, namelijk c) Wordt de hulpverlening in teamverband aangeboden? J / N 6

7 Indien ja, beantwoord de volgende vragen: i. Hoe vaak komen de teams bij elkaar? ii. Wie nemen er deel aan de bijeenkomsten? iii. Indien hulpverlening wordt doorverwezen of uitbesteed, nemen deze hulpverleners deel aan de bijeenkomsten? J / N Zo ja, hoe vaak? iv. Komen cliënten met hun hele team bijeen voor het plannen van de hulpverlening? J / N d) Hoe wordt de hulpverlening voornamelijk gegeven? op een outreachende manier in een maatschappelijk setting in de instelling Toelichting: e) Heeft het programma een visie op herstel? J / N Zo ja, welke is dat? f) Is er een actief betrokkene van Ypsilon of een andere familieorganisatie? 8. Feiten over het personeel a) Wie heeft de bevoegdheid een nieuwe positie te creëren? b) Wie heeft de bevoegdheid om het salaris te bepalen? c) Hoe moeilijk is het om werknemers te ontslaan of over te plaatsen? d) Heeft u uw personeel moeten veranderen voor het implementeren van IDDT? 9. Welke stappen zijn er genomen ter voorbereiding van het implementeren van IDDT? 7

8 10. Hoeveel cliënten bent u van plan met IDDT te begeleiden? 11. Hoe hebt u de beslissing genomen over het aantal cliënten dat u van plan bent met IDDT te helpen? C) Informatie over de implementatie van IDDT Informatiebron: hoofd van het programma ambulante zorg voor volwassenen met een ernstige psychische beperking 1. Hoe bekend bent u met IDDT? 2. Wat is de motivatie om IDDT te implementeren? 3. Heeft u al eerder geprobeerd een EBP (evidence based practice) te implementeren? J / N Zo ja, hoe ging dat? 4. Verwacht u, op basis van wat er nu gebeurt, onbedoelde consequenties van IDDT of heeft u deze al gezien? 5. Hoe complex is IDDT? 6s er een duidelijke leider voor de implementatie van IDDT? J / N Licht toe: 8

9 7. In welke mate komt de filosofie en missie van IDDT overeen met die van uw instelling? Helemaal / enigszins / nauwelijks / niet Licht toe: 8. In welke mate komen de methode en technieken van IDDT overeen met de algemene manier van zorgverlening in uw instelling? Helemaal / enigszins / nauwelijks / niet Licht toe: 9. In welke mate denkt u voordeel te hebben van het implementeren van IDDT? Veel / enigszins / nauwelijks / geen 10. Denkt u dat IDDT een probleem oplost dat duidelijk in beeld is op uw werkplek? 11. Heerst er op dit moment eensgezindheid over het werken naar de implementatie van IDDT? 12. In welke mate is het personeel op uw werkplek betrokken bij de implementatie van IDDT? Helemaal / enigszins / nauwelijks / niet 13. Hoe gemakkelijk of moeilijk zal het zijn om IDDT te implementeren? Heel gemakkelijk /gemakkelijk / moeilijk / heel moeilijk 14. Hoe waarschijnlijk is het dat IDDT binnen 9 maanden in uw instelling geïmplementeerd is? Heel waarschijnlijk 9

10 Waarschijnlijk Niet waarschijnlijk / niet onwaarschijnlijk onwaarschijnlijk Heel onwaarschijnlijk Licht toe: 15. Veel factoren kunnen implementatie beïnvloeden. In welke mate zijn deze factoren aanwezig en belangrijk op uw werkplek: a) In welke mate vragen cliënten om IDDT? Heel vaak / vaak / af en toe / nauwelijks / nooit Indien nauwelijks of nooit, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? b) In welke mate vragen familieleden om IDDT? Heel vaak / vaak / af en toe / nauwelijks / nooit Indien nauwelijks of nooit, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? c) In hoeverre vragen de zorgverzekeraars om IDDT? Heel vaak / vaak / af en toe / nauwelijks / nooit Indien nauwelijks of nooit, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? d) In welke mate is er deskundig personeel aanwezig om IDDT uit te voeren? Heel veel / veel / enigszins / nauwelijks / geen Indien nauwelijks of geen, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? 10

11 e) In welke mate heeft de instelling bekwame leidinggevenden om implementatie te bereiken en te behouden? Heel veel / veel / enigszins / nauwelijks / geen Indien nauwelijks of geen, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? f) In hoeverre geeft de instelling prioriteit aan het implementeren van IDDT? Heel veel / veel / enigszins / nauwelijks / niet Indien nauwelijks of niet, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? g) In hoeverre steunt de dagelijkse gang van werken (d.w.z. vergaderingen, papierwerk, beleid, klinische begeleiding) IDDT? Heel veel / veel / enigszins / nauwelijks / niet Indien nauwelijks of niet, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? h) In hoeverre steunen financiers/geldschieters IDDT? Heel veel / veel / enigszins / nauwelijks / niet Indien nauwelijks of niet, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? i) In hoeverre is het personeel sceptisch over de toegevoegde waarde van IDDT? 11

12 Indien heel erg of erg, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? m) In hoeverre ervaart het personeel dat IDDT uitvoert werkdruk? Heel veel / veel / enigszins / nauwelijks / niet Indien heel veel of veel, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? n) In hoeverre heeft de instelling in zijn geheel financiële moeilijkheden? Heel veel / veel / enigszins / nauwelijks / niet Indien heel veel of veel, in hoeverre is dit een barrière voor de implementatie? Welke strategieën kunnen gebruikt worden om de implementatie van IDDT te doen slagen? 12