7,7. Samenvatting door een scholier 8267 woorden 29 april keer beoordeeld. Filosofie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "7,7. Samenvatting door een scholier 8267 woorden 29 april keer beoordeeld. Filosofie"

Transcriptie

1 Samenvatting door een scholier 8267 woorden 29 april ,7 28 keer beoordeeld Vak Filosofie Filosofie Centraal examen samenvatting Deugdelijk Leven. Samenvatting filosofie CS op basis van eindthermen Hfst. l 1. De ethiek neemt als plaats binnen de filosofie aan, het heet dan filosofische ethiek. Het gaat om wat gedacht wordt en niet om wat gedaan wordt. De argumenten tellen. Het gaat over hoe de werkelijkheid zou moeten zijn. Het stelt hiermee grenzen aan de werkelijkheid, hiermee is het een normatieve discipline. Het geeft hiermee ook een toekomstperspectief aan. Het verwijst naar de vraag over het geheel van de wekelijkheid. (metafysica). Ook het absolute onvoorwaardelijke karakter verwijst naar de metafysica. Het nadenken over het menselijk handelen verwijst naai' de antropologie en naar de sociale filosofie. Kant: wat kan ik weten (epistemologie) wat kan ik hopen (godsdienstfilosofie) wat moet ik doen (ethiek. Deze vragen waren onderdeel van l antropologische vraag, wat is de mens. 2. Verschillende soorten ethiek zijn ethieken op basis van deontologische ethiek: deze ethiek neemt als uitgangspunt een begrip van een oorspronkelijk moeten; teleologische ethiek: deze ethiek baseert haar antwoord op een begrip van het telos of doel van het handelen consequentialisme: dit kijkt naar de consequenties van het handelen. De verschillende manieren om aan ethiek te doen bestaan uit de vragen Wat moet ik doen? Hoe moet ik leven? o Op te vatten als: Sociaal Individueel Algemeen Specifiek Het gaat hierbij meer om het leven in het geheel. 3. De deugdethische benadering verwijst naar het aspect van het moraal. Het is de tussenweg tussen zo veel mogelijk goeds voor allen en het eigen verlangen. Ethiek is zeer normatief gericht, Praxis is een handeling waarvan het doel binnen de handeling zelf ligt. Zo ook de praxis van het leven, bijvoorbeeld geluk. o Het einde van het spel wordt bepaald door de regels die intern het praxis van het spel liggen. o Niet alleen wat maar ook hoe de handeling verricht wordt is belangrijk. Pagina 1 van 19

2 o Deugd is de kwaliteit die nodig is om een bepaalde praktijk die nodig is om een bepaalde praktijk op een goede manier uit te oefenen. Poietisch is een menselijke handeling waarvan het doel buiten de handeling ligt. Het gaat meer om het te maken en het heeft geen ethische raakvlakken. Een activiteit is moreel wanneer en voor zover die deel uitmaakt van de omvattende praxis van het leven, zich voegt naar de daaraan inherente regelt en bijdraagt aan de \realisering van het daaraan inherente doel. Deugdethiek is tegen de moraal opvatten als sociaal: Goed Kwaad Altruïstisch Egoïstisch Het is dus de middenweg tussen altruïstisch en egoïstisch Samenvatting filosofie CS op basis van eindthermen Hfst. 2 Deugdenethiek omdat: De huidige normen en waarden toegepast moeten worden. Er vele morele overtuigingen zijn en daarom allemaal relatief zij n. Er een behoefte is aan ethiek. 1. Normen en waarden zijn verschillend maar wel verbonden met elkaar: Normen: Objectief Negatief- ze verbieden veel. Minimaliseert - de ondergrens. Uitdaging tot overtreding. Waarden: Positief. Maximaal - bovengrens. Motiverend, Subjectief. De Deugd is de verbintenis tussen waarden en Normen. Deugd is te oefenen, hierin is het voorbeeld belangrijk in het oefenproces. Het is namelijk de praktische verbintenis tussen de twee. 2. Het pluralisme: De overtuiging dat er onreduceerbaar vele en verschillende morele opvattingen bestaan, want morele opvattingen zijn gebonden aan historische periode, culturele bepaaldheid en subculturen. Als de mens een handeling doet moet hij kiezen uit deze morele opvatting. Dat is dan ook gelijk de keerzijde, de mens moet kiezen. De Deugdethiek helpt bij dit kiezen. - Je dicht bij jezelf blijft. - Ze een grote rol toekent aan de inherente kwaliteitscriteria (we hoeven niet in elke situatie vanaf nul te beginnen). Gevaren van het pluralisme: - Door veelheid van mogelijkheden en vrijheid van keuze, denken dat het niet uitmaakt wat we doen (relativisme). De deugdethiek verleid ons dat een beslissing altijd gebonden is aan een bepaalde context, vandaar dat we niet met lege handen staan als we moeten kiezen. Relativisme is door de deugdethiek dus Pagina 2 van 19

3 de wereld uit, - Denken dat het goede door de keuze zelf wordt bepaald (decisionisme). Het opvatten van morele kwaliteiten als subjectieve voorkeuren (subjectivisme). Het zien van morele oordelen als expressies van iemands emoties die niets te maken hebben met datgene waarover geoordeeld wordt (emotivisme). 3. Volgens de deugdethiek kun je alleen moreel juist handelen als je het ook echt wilt. Als je moreel bent omdat dat het beste is voor iedereen (utilisme) of omdat het redelijk is en je geweten zegt dat je redelijk moet zijn (kantianisme), De motivatie om moreel te handelen moet dus zijn: omdat je het wilt. De deugdethiek ligt in het verlengde van het verlangen. De deugd is datgene waardoor we zijn wat we zijn. Samenvatting filosofie CS op basis van eindthermen Hfst, 3 1. Ons handelen is een geheel van doeleinden, die geordend zijn in lagere doelen die verwijzen naar hogere doelen en uiteindelijk naar een laatste doel. Dit laatste doel van de praxis, van het leven als geheel. In de teleologie is er veel aandacht voor gerichtheid en geschiktheid. De mens volgt in het maken van dingen een patroon van de natuur (natura artis magistra). In de natuur is alles op een doel gericht en geschikt om dat doel te bereiken. Geluk is een doel dat slechts in het voltrekken van de activiteit van het leven kan worden gerealiseerd. Volgens de teleologie is alles in de natuur op een doel gericht, en geschikt om dat doel te bereiken. Het zit in het 'wezen' van iets wat het doel is en dus waarvoor het geschikt is. Geluk is het doel van de mens en deugden kunnen mensen helpen dit doel optimaal te bereiken. 2. Plato vs. Niezsche: Plato: De rede is het voornaamste Doel = geheel redelijk worden Mens = dier Nietzsche: De rede is een ziekte, het geeft namelijk maar l patroon om uit te leven. Doel = het losmaken van de rede Mens = geen dier maar rationeel wezen. Aristoteles: De mens is animaal rationale, dus heeft zowel het animale als het rationele nodig voor het realiseren van het doel. De rationaliteit heeft de organiserende taak, maar niet de enige. Het animale vinden we in het lichaam en in de verlangens tussen lichaam en geest. Het lichaam moet worden geoefend en verzorgd zodat ze gezond blijft en functioneert. Ook de verlangens worden geoefend zodat ze optimaal kunnen doen wat ze moeten doen. De rede voert de regie en moet ook zo goed mogelijk worden verwerkelijkt. Als dit gebeurt en je hebt wat mazzel, dan zal je gelukkig zijn. Deze filosofie geeft recht aan de hele mens. - Grote rol aan verlangens en emoties. - Geen reductie tot wat de mens onderscheid van een dier. Pagina 3 van 19

4 3. Deugdethiek is een ethiek van zelfverwerkelijking omdat we als doel hebben om waarop we gericht zijn (zelf) optimaal te realiseren. Van een goed mens kunnen we zeggen dat hij de kunst van zijn vak, het leven, verstaat, de levenskunst dus. En als de deugd datgene is wat menselijk leven goed maakt, zorgen deugden dus dat men de levenskunst verstaat. En aangezien deugdethiek een ethiek van zelfverwerkelijking is, kun je zelfverwerkelijking als levenskunst begrijpen 4. Essentialisme: geeft alles in de natuur objectief een doel dat eraan vast zit. Maar dit past niet bij onze ervaring; wij zouden subjectivistische denken dat een doel alleen bestaat bij de gratie van de bedoeler. In de natuur ligt dus helemaal geen doel. Maar onze ervaring corrigeert dit subjectivisme want een doel kan het product zijn van de bedoelingen van generaties mensen, maar daarmee is het op afstand gekomen van onze eigen bedoelingen. Nog meer kritiek op het essentialisme: als we erkennen dat het doel van het leven niet helemaal door onszelf wordt bepaald is het evenmin ergens objectief gegeven. Het kan slecht bestaan doordat het door mensen als doel herkend is. Mensen doen dit niet altijd op dezelfde manier, hierdoor ontstaat er een pluralisme van doelen. Stel je erkent dat een doel niet helemaal door ons zelf kan worden bepaald. Er bestaat een pluralisme van doelen of van opvattingen van het doel, want niet iedereen interpreteert het doel van het leven hetzelfde. Deze kritiek levert echter geen argument tegen teleologisch denken, omdat het doel waarover men spreekt wel hetzelfde is, alleen de interpretatie is anders. De ethiek van de zelfvenverkelijking zegt: je moet worden wie je bent. 5. De deugethiek is optimistisch in die zin, dat volgens de deugdethiek het goede dat we moeten doen precies datgene is wat we ook eigenlijk willen, en waarop we in feite dus eigenlijk al gericht zijn. In de tijd van Aristoteles dacht men, dat iedereen het goede ook wil. Als iemand iets doet wat niet goed is, is dit een 'misverstand', een onvolkomenheid. Bij het christendom moet er altijd een wil zijn naar het goede, maar er is ook een wil naar het kwaad. De deugdethiek is echter al voor deze tijd van het christendom ontstaan. Toen de deugdethiek ontstond was er veel meer vertrouwen in de mens, en de natuurlijke werkelijkheid was mooi en geordend. 6. Het beeld van de gemeenschap volgens Aristoteles: De gemeenschap die bepalend is voor een identificatie van wat deugdzaam is, is zelf een normatief ideaal van gemeenschap. Een deugdethiek is een ethiek van een gemeenschap of van een cultuur Aristoteles schrijft veel over de deugd rechtvaardigheid. Er zijn 2 soorten rechtvaardigheid: correctieve en distributieve, wat het principe van rechtvaardigheid is gelijkheid. Micro-niveau is het niveau van individuele handelingen, of beter: de wijze waarop het individu zich verhoudt tot zichzelf en het eigen leven, tot de anderen en het samenleven, en tot de wereld om zich heen. Macro-niveau is het niveau van structuren en instanties. Meso-niveau staat hier tussenin en betreft het institutioneel handelen, voorzover daarin het individuele handelen duidelijk kan worden herkend. Deugdethiek is primair gericht op handelingen van het individu, maar ook het bijbehorende macro-niveau is belangrijk: iemand die heel moedig meevecht in een Pagina 4 van 19

5 ongerechtvaardigde oorlog, zullen we nog niet deugdzaam noemen. 7. Verschillen uit Aristoteles' tijd en onze tijd: 1. Onderscheid tussen privaat en publiek heeft geen betekenis. Het ideaal van het gelukte leven is een sociaal ideaal, het is een ideaal van een leven in gemeenschap. Een het is het ideaal dat door een gemeenschap wordt gedeeld. 2. De meeste beschreven deugden leiden tot het sociale leven. Door het gemeenschappelijke ideaal staat de deugdzame ook in sociaal aanzien. Je bent verbonden met iedereen in je politieke gemeenschap (in Aristoteles' tijd was die gemeenschap nog veel kleiner). 3. Tot de kenmerken van geluk hoort ook een zekere autarkie: dat je niet al te zeer afhankelijk bent van een onbeheersbaar toeval maar je eigen boontjes kunt doppen. Door onze afhankelijkheid heb je minimaal het niveau van de politieke gemeenschap nodig om zelfgenoegzaamheid te kunnen realiseren. Wat betekent deze tegenstelling tussen Aristoteles' begrip van gemeenschap en onze ervaring daarvan voor de deugdethiek? 1. Deugdethiek zit niet zozeer vast aan een bepaald begrip van gemeenschap. Er zijn waarschijnlijk universele deugden. 2. Deugdethiek wijst erop dat we nog steeds lid zijn van gemeenschappen (de wereld is een dorp. global village). 3. Onze opvattingen over deugden zijn altijd een beetje gebonden aan tijd en plaats. Ze vorm een particularistische ethiek die een nuttige aanvulling kan vormen op een universalistische ethiek waar we evenmin buiten kunnen. Samenvatting filosofie CS op basis van eindthermen Hfst De deugd volgens Aristoteles: De deugd is een houding die ons in staat stelt ons handelingen voor te nemen, en die het midden houdt in relatie tot ons, een midden zoals dat bepaald is door een overleg [de rede] en wel zoals een verstandig mens het zou bepalen. Oftewel: de deugd is een houding die met keuze te maken heeft, dat wil zeggen: die voortkomt uit gemaakte keuzes en die disponeert tot het maken van de juiste keuze. De juistheid van die keuze betekent dat ze steeds het midden weet te vinden. Dat midden is weliswaar altijd relatief, maar wordt niettemin door een maat bepaald, een maat die we zien in het verstandige. Intellectuele deugd: De excellente verwerkelijking van de verschillende intellectuele vermogens van de mens. Karakterdeugd: Een handeling die voortkomt uit gemaakte keuzes en die disponeert tot het maken van de juiste keuze. De keuze is juist als ze steeds het midden weet te vinden. Dit midden is een maat die we zien in het verstandige. 2. Bij alles geldt dat het er niet teveel en niet te weinig van moet hebben. De uitdrukking 'het juiste midden' maakt echter duidelijk dat dit niet voor iedereen hetzeliüe midden is: de keuze hangt niet alleen af van 'wat' en 'waarom', maar ook van 'waar', "wanneer', "(voor) wie', etc. Probleem analyseren vanuit de deugdethiek. Wat voor soort handeling? Wat voor soort verlangens motiveren de handeling? Een te veel en een te weinig construeren. (Verder nog vragen als waar, wanneer, voor wie, waarmee?) De kanttekeningen hierbij zijn: 1. Als we vinden dat het moeilijk is om het midden te bepalen hebben we nog niet de goede houding. We moeten eerst de juiste houding vinden. Pagina 5 van 19

6 2. Het midden is in de gegeven situatie, dat wat de verstandige als zodanig heeft aangewezen. De verstandig zegt iets over het belang van het voorbeeld. 3. In de deugdethiek gaat het er niet om of een handeling toelaatbaar is, maar om de voorbeeldigheid van een houding. Om tot de juiste houding te komen, die volgens Aristoteles in het midden ligt, moet men kijken naar een persoon die je in dat opzicht perfect vindt: door dit te imiteren zul je ook in je eigen stijl perfectie leren bereiken. 4. Phronèsis: proberen denkend ons eigen handelen en dat van andere te sturen. Het woord kan vertaald worden als (morele) verstandigheid. Dit is een intellectuele deugd op zichzelf, maar wordt ook verondersteld bij de karakterdeugden. Om een doel na te streven, moet je namelijk ook weten hoe je dit moet doen en daar heb je verstandigheid voor nodig. Extra: Socrates (was geen stoïcijnvstoïcijnen (geluk is zo min mogelijk ingaan tegen de natuurwetten): deugd is een kwestie van weten. Kritiek hierop is dat je ook moet doen wat er moet worden gedaan. Aristoteles: karakterdeugden zijn primair als houdingen waarin verlangens en emoties een gepaste vorm hebben verworven. Maar de karakterdeugden kunnen niet bestaan zonder de deugden van het weten (intellectuele deugden). Intellectuele deugden zijn perfecte verwerkelijkingen van ons vermogen om te denken. Maar denken doen we op 2 manieren: 1. Proberen denkend te begrijpen hoe de wereld in elkaar zit, 2. Proberen denkend ons eigen handelen en dat van anderen te sturen. 1. Is gericht op contemplatie; genieten van het inzicht omwille van zichzelf. 2. Heet phronèsis (prudentia); morele verstandigheid. Deze deugd is zelf een intellectuele deugd, maar wordt bij elke karakterdeugd verondersteld. Verstandigheid gaat niet om theoretisch weten. De intellectuele deugd van de verstandigheid en de karakterdeugd hebben elkaar nodig. De verstandigheid waar het hier om gaat is dus een moreel gevormde verstandigheid. Daarom is ze onderscheiden van slimheid. Er is een onderscheid tussen moreel en prudentieel -> onzinnig. Samenvatting filosofie CS op basis van eindthermen Hfst De kandidaat kan uitleggen welke twee methoden er zijn om te komen tot een formulering van eigentijdse deugden en kan daarbij een verklaring geven voor het feit dat de deugden moed, matigheid en rechtvaardigheid al meer dan 2000 jaar als centrale deugden worden gezien. -Van abstract naar concreet: eerst bepaal je wat een deugd is en dan ga je kijken hoe dit in de praktijk wordt gebracht -Van concreet naar abstract: je kijkt naar voorbeelden uit de omgeving, en door voorbeelden van meerdere mensen te analyseren, kom je tot deugden. Bepaalde deugden zie je bij zo n analyse in alle periodes van de geschiedenis terugkomen, echter met een verschillende interpretatie van die deugd: Aristoteles dacht bij moed aan een soldaat in een oorlog, terwijl bijvoorbeeld Thomas van Aquino aan een martelaar dacht. 2. De kandidaat kan de categorisering van deugden bij Aristoteles weergeven aan de hand van het Pagina 6 van 19

7 onderscheid tussen intellectuele deugden en karakterdeugden. Aristoteles maakt onderscheid tussen intellectuele deugden (wijsheid en verstandigheid), en karakterdeugden (een heleboel, met als belangrijkste rechtvaardigheid). Deze karakterdeugden zijn altijd het midden tussen twee extremen. Intellectuele en praktische deugden: komen tot stand door onderricht en oefening. Karakterdeugden: worden deels bewerkt door intellectuele en praktische deugen en worden deel opnieuw door oefening en opvoeding voort gebracht. 3. De kandidaat kan de categorisering van deugden bij Plato weergeven en daarbij uitleggen waarom de deugd rechtvaardigheid de meest gecompliceerde is. Bij Plato zijn de vier kardinale deugden het belangrijkst: moed, matigheid, rechtvaardigheid en verstandigheid. Rechtvaardigheid is hierbij de meest gecompliceerde, omdat deze niet alleen betrekking heeft op de houding van een deugdzaam mens, maar ook op een bepaalde orde in de samenleving. Bovendien kan rechtvaardigheid overeenkomstig de wet betekenen, maar ook dat wat gelijkheid realiseert of respecteert. Ook kan dit worden onderverdeeld in: Distributieve (verdelende) rechtvaardigheid: draait om gelijkheid, anders dan de correctieve rechtvaardigheid verdeeld deze de goederen van de samenleving relatief of proportioneel naar verdiensten. Correctieve (herstellende) rechtvaardigheid:draait ook om gelijkheid, anders dan de distributieve rechtvaardigheid zorgt deze voor mathemarische gelijkheid: geleden schade moet precies vergoed worden. 4. De kandidaat kan uitleggen wat bij Plato het verband is tussen de vier hoofddeugden en het goede. Hij kan daarbij tevens uitleggen wat het verband is tussen de politieke structuur van de samenleving en de psychische structuur van de mens. De kardinale deugden vormen bij Plato een samenvatting van alle deugden, wat goed is, voldoet dus in ieder geval ook aan deze deugden. Zowel de psychische structuur van de mens als de politieke structuur van de samenleving kan worden onderverdeeld in drie delen, die corresponderen met één van de kardinale deugden, en die bijeen gehouden worden door de vierde kardinale deugd: rechtvaardigheid. In de politiek is deze onderverdeling: werkers (matigheid), soldaten (moed) en wijzen (verstandigheid). In de mens is deze verdeling: buik à begeerte (matigheid), hart à gemoed (moed) en hoofd à verstand (verstandigheid). Rechtvaardigheid wordt beschouwd als de hoogste deugd, deze krijgt deze positie omdat het de verschillende lagen op zijn plaats houdt. De vier kardinale deugden vormen het deugdelijk georded geheel van de drie aspecten van de mens: De lichamelijkheid. (Die we delen met ieder ander levend organisme) De psychische gesteldheid. (Die ons onderscheid van dieren) Het vermogen om te denken en om met dit denken het eigen handelen te beïnvloeden. Pagina 7 van 19

8 5. De kandidaat kan het verschil tussen de door het christendom geïnspireerde ethiek van Augustinus enerzijds en het intellectualisme van Plato en Aristoteles anderzijds weergeven. Bij Aristoteles en andere Griekse denkers speelt willen geen hoofdrol. Het vormt geen apart domein naast voelen en denken. Hierdoor heeft deze klassieke ethiek een intellectualistisch karakter. Dit is bij Plato sterker dan bij Aristoteles, maar ze denken allebei, dat als je weet wat goed is, je ernaar zult streven goed te zijn. Dit is anders bij Augustinus: hij heeft de wil ontdekt. Hoewel hij inzag wat hij moest doen, deed hij het toch niet. Er moest dus een derde kracht zijn: de wil. Het christendom ziet dit als kwaad van de zonde. Hij stelde dat het goede doel niet alleen gekend moest worden (zoals bij Aristoteles en Plato) maar dat het ook gewild moet worden bij Augustinus ligt de kern van de deugd in de wil terwijl bij Aristoteles en bij Plato de kern van de deugd ligt in het weten van het goede doel, in het voelen en het denken. De kandidaat kan het verband aangeven tussen deugdzaam en van goede wil zijn. Deze wil heeft grote invloed op de ethiek: alles wat goed is aan een mens kan ook slecht worden gebruikt. Deugdzaam zijn op zich kan dus ook slecht zijn: een crimineel die zich niet laat afschrikken is ook moedig. Het begrip deugdzaam waar wij het over hebben is echter deugdzaam in de goede zin van het woord: van goede wil zijn. 6. De kandidaat kan de categorisering van deugden bij Thomas van Aquino op basis van de vier kardinale deugden in grote lijnen weergeven en daarbij uitleggen waarom ook bij Thomas de rechtvaardigheid een speciale plaats inneemt. Volgens van Aquino kun je op drie manieren iets onderverdelen: naar de noodzakelijke bestanddelen ervan naar de soorten die ervan bestaan naar de bijkomende onderdelen: uitwerkingen of toepassingen van iets op verschillende domeinen. Op deze manier kun je alle deugden die bestaan indelen bij de vier kardinale deugden Als je in de samenvatting van Lotte kijkt onder de verdelingen van de verschillende kardinale deugden zul je merken dat de deugd rechtvaardigheid de meeste onderverdelingen heeft. Zo blijkt weer dat de rechtvaardigheid de belangrijkste deugd is. De meeste deugdelijke dingen die er gedaan kunnen worden zijn namelijk terug te leiden tot de rechtvaardigheid. 7. De kandidaat kan weergeven wat Thomas van Aquino onder theologale deugden verstaat en daarbij het onderscheid maken tussen deze deugden enerzijds en karakterdeugden en intellectuele deugden anderzijds. Het ontstaan van de theologale deugden bij Thomas begint bij Augustinus die ons verteld dat God ons de deugden geeft, zijn definitie is: de deugd is een goede kwaliteit van de geest vaardoor een mens juist leeft die niemand ten kwade gebruikt en die God ons in ons zonder ons bewerkt. Hij zegt dus dat alle deugden ons door God gegeven zijn. Thomas is het hier niet helemaal mee eens. Er zijn vanaf nu drie soorten deugden: intellectuele, karakter en de deugden van de wil. Die laatste alleen zijn ons gegeven voor God, je kunt ze dus niet leren. De wil is namelijk uit zichzelf gericht op het goede maar heeft hulp van buitenaf (van God) nodig om van het eigenbelang naar rechtvaardigheid en het goede voor allen te gaan. God stuurt onze wil dus met de volgende theologale deugden: Pagina 8 van 19

9 Thomas vult de karakterdeugden en intellectuele deugden aan met deugden van de wil: geloof, hoop en liefde. Bij de theologale deugden van Thomas is feit dat je ze niet kunt verkrijgen door oefening (uit voorbelden of opvoeding). Je hebt ze gekregen van god. 8. De kandidaat kan uitleggen waarom volgens Descartes de kern van de deugd ligt in de vastbeslotenheid om niets anders na te streven dan wat werkelijk nastrevenswaardig is en daadwerkelijk in mijn macht ligt. Tevens kan hij daarbij een verband leggen met generositeit als centrale deugd. Passies zijn waarnemingen en gevoelens die in ons worden veroorzaakt zonder dat we ze beheersen. We kunnen ze: ontleden en het oordeel dat erin schuilt zo concreet mogelijk maken. Onderdrukken en ervoor zorgen dat we er ons niet door laten meeslepen. Onze wil zorgt ervoor dat we beslissen om deze passies na te streven of niet. Het is onnuttig iets na te streven wat slechts door toeval te verkrijgen is, deze dingen liggen niet in onze macht. Het enige wat ik wel zelf in mijn macht heb, is mijn wil, waarmee ik besluit iets wel of niet na te streven. Het is deugdelijk om wat je zelf kunt doen zo goed mogelijk te doen, je moet dus zo goed mogelijk willen. Dit betekent dat je alleen na moet willen streven wat ook nuttig is om na te streven. Descartes kerndeugd is dan ook générosité: de achting voor zichzelf als een wezen dat zelf zijn wil kan bepalen en dat vastbesloten is dat vermogen goed te gebruiken. Uit deze deugd kunnen andere deugden worden afgeleid. 9. De kandidaat kan de kritiek van Kant op de natuurlijke deugdethiek van Aristoteles weergeven en daarbij aangeven waarom volgens Kant de moraal begint bij het tegennatuurlijke geweten. De ethiek van Kant vormt het paradigma (voorbeeld) van een deontologische ethiek. Bij Augustinus en Thomas is de mens voor de deugdelijkheid afhankelijk van God, bij Descartes en bij Kant zien we dat de mens afhankelijk is van zijn menselijke autonomie en verantwoordelijkheid. De wil heeft hier dan ook een belangrijke rol binnen de deugdelijkheid. Kritiek van Kant op de deugdethiek van Aristoteles: Volgens Aristoteles is de deugd de manier om gelukkig te worden, deugdenethiek mag echter helemaal niet gaan om geluk. Dan zouden morele geboden niet gelden voor mensen die niet in geluk geïnteresseerd zijn. Ook wordt vaak ondeugd beloont in plaats van deugd die beloont zou moeten worden. Volgens Aristoteles is de deugd die kwaliteit waarom iemand wordt geprezen. Maar hoe zou je kunnen weten of je iemand terecht prijst, als dit zelf het kenmerk zou zijn waaraan de kwaliteit wordt herkent. Met andere woorden: wat iemand prijst en het goede vindt hoeft niet per se te betekenen dat, dat ook het goede is. Volgens Aristoteles kun je de deugd oefenen en hij is te vormen, maar Kant zegt dat dit in zeker opzicht mogelijk is, maar vooral in principiële zin onmogelijk. Je kunt namelijk niet een beetje je plicht doen. Dus je bent deugdelijk of niet, niet maar een beetje deugdelijk, de deugdelijk naar het goede vormen is dus onmogelijk. Volgens Aristoteles is de ethiek van de deugd een ethiek in het verlengde van het menselijk verlangen, maar de morele plicht gebiedt ons juist helemaal niet ons verlangen te volgen en verplicht ons niet om ons verlangen te volgen. Pagina 9 van 19

10 Elk mens weet dat hij onder een morele verplichting staat, we weten dat we iets moeten doen. Met dit weten, het geweten, begint de moraal. Natuurlijke verlangens zeggen niks over deze morele verplichting. Het is juist het tegenovergestelde: wat men verwacht uit mijn omgeving (morele verplichting) gaat tegen mijn eigen natuur in. De moraal begint dus bij het tegennatuurlijke geweten, het weten dat er een morele verplichting bestaat die tegen mijn natuur ingaat. 10. De kandidaat kan de argumentatie reconstrueren met behulp waarvan Kant aantoont dat het in de moraal niet gaat om geluk, maar om plicht. Hij kan daarbij uitleggen welke rol de redelijkheid speelt bij het handelen van mensen onderling. De verplichting waar we weet van hebben geldt categorisch en stelt ons tot iets verplicht waartoe we in staat zijn. Het enige wat ik zelf in mijn macht heb is mijn eigen willen. De plicht kan dus alleen voorschrijven hoe ik moet willen (ethiek van Kant: gezindheids-ethiek). Je kunt geen inhoudelijke omschrijving van de plicht geven, omdat zo n invulling je afhankelijk zou maken van het slagen van die opzet. Daarom kan de plicht alleen voorschrijven hoe te kiezen, niet wat je moet kiezen. Je moet zelf kiezen, dus je moet zo kiezen dat je je niet laat bepalen door enige natuurlijke neiging. Het enige wat overblijft is dat je redelijk moet kiezen. Redelijkheid is voor iedereen gelijk (terwijl de natuurlijkheid voor iedereen anders is) dus keuzes vanuit deze redelijkheid zouden ook voor iedereen gelijk zijn. De deugd is de zodanig in een vaste gezindheid verwortelde gehoorzaamheid aan de plicht, dat je die plicht steeds zult volgen. Voor Aristoteles was de deugd juist het volgen van je natuur terwijl Kant zegt dat je afstand moet nemen van deze natuur en de menselijke (gezamenlijke) redelijkheid moet volgen om aan je morele plicht die deugdelijk is te voldoen. 11. Natuurlijke Deugd. Hume: karaktertrekken die geprezen worden zijn sympathieke trekken. Deugden zijn dus karaktertrekken die geprezen worden door mensen. De deugd is de psychische kwaliteit die aangenaam is voor of waarmee wordt ingestemd door iedereen die haar waarneemt of zich voorstelt. Hij onderscheidt natuurlijke (dankbaarheid) deugden en artificiële (rechtvaardigheid) deugden. Je kunt een deugd hebben of niet, verder speelt de opvoeding een grote rol bij het vormen van deugden. Vooral bij de artificiële deugden is dit het geval. Ondeugd is dus het gevolg van een slechte opvoeding. Nietzsche: plaatst de deugd buiten de moraal. De deugd is de naam van de houding van het individu die zich maximaal aanpast aan de samenleving. Kritiek op deze deugd: de deugd maakt de mens onvrij en ontvreemd haar van haar eigen natuur. Aristoteles: de natuur is een moreel goede orde. Nietzsche: de moraal is een vertekening van de natuur. Aristoteles zelfverwerkelijking is gevonden aan wat wezenlijk voor de mens is. Nietzsche: er is niks wezenlijk voor de mens. Pagina 10 van 19

11 Machiavelli: plaatst de deugd buiten de moraal. Deugd betekend oorspronkelijk: perfectie, voortreffelijkheid, virtuositeit. Virtu is de amorele kwaliteit waarover je moet beschikken als je in deze wereld succesvol wilt zijn en als je aan die wereld je wilt opleggen. Maar enkele mensen beschikken over deze virtu, de leiders van de mensheid, de vorsten. De virtu stelt hun in staat gebruik te maken van de omstandigheden waarbinnen hij zijn zelfgestelde doeleinden moet realiseren. Dit doel is een goed geordend leven. Mensen die niet over de virtu beschikken moeten hiervoor geleidt worden door iemand die de virtu wel heeft. Het doel heiligt de middelen. De moraal is een zwakheid die men negeert met behulp van de virtu. De moraal en de natuurlijke kracht moeten bij elkaar gehouden worden. Samenvatting filosofie CS op basis van eindthermen Hfst De kandidaat kan de milieufilosofische benaderingen met elkaar vergelijken die respectievelijk uitgaan van de natuur als intrinsieke waarde, van de duurzame ontwikkeling van onze leefomgeving en van het nut van de natuur. Tevens kan hij op deze benaderingen kritiek leveren. Er worden drie argumenten besproken waarom we zorgvuldig met de natuur moeten omgaan: We zouden in plaats van de natuur te benaderen met een louter utilitaire houding die eropuit is de natuur ten eigen nutte te gebruiken, haar moeten respecteren, om de waarde die ze in zichzelf vertegenwoordigt (intrinsieke waarde). Probleem: je zou kunnen afvragen waarom de natuur eigenlijk rechten heeft. Het recht van de natuur is namelijk niet een recht dat van de mens afhankelijk is maar dat de mens verplicht tot goed handelen tegenover de natuur. Het is dus een oorspronkelijk recht (het recht bestond al), de mens heeft het recht niet gemaakt, het is moeilijk om een dergelijk recht te funderen. De natuur is er voor de mens, maar wij hebben haar in bruikleen van God/onze kinderen. We zijn verantwoordelijk voor onze toekomstige generaties. Probleem: Ook bij dit argument is er een probleem: wij dragen zelf niet de gevolgen van onze slechte omgang, maar mensen die ons eigen geluk niet kunnen bevorderen, omdat ze nog niet bestaan. We handelen uit egoïstisch oogpunt en niet uit verantwoordelijk oogpunt. Mill: goed is niet wat nuttig is voor alleen mijzelf maar vaak wat het nuttigste is voor het grootst mogelijk aantal mensen. Maar nu verdwijnen alle voordelen van het utilisme. Een tussenweg tussen de twee uiterste egoïsme en verantwoordelijkheid zou dus de utopie zijn in dit geval. Het midden tussen deze argumenten is dat we de maat van de natuur moeten volgen. Hierbij moet elke tegenstelling tussen mens en natuur worden doorbroken. De natuur moet de leidraad zijn voor optimale menselijke zelfverwerkelijking. Vanwege die leidraad kan dit nooit ten koste gaan van de natuur. Dit is de deugdethische benadering. Probleem: dit suggereert een schijnbare subjectiviteit. De natuur heeft grenzen, maar dit hoeft ons nog geen maat op te leggen. De inzet van deze weg was echter juist de tegenstelling tussen natuur en mens Pagina 11 van 19

12 achterwege te laten. De maat moeten we in onszelf vinden. o Als de mens onderdeel zou zijn van de natuur dan zouden ook de menselijke verlangens onderdeel zijn van de natuur. En nu zien we dat we de natuur niet met respect behandelen door onze verlangens, menselijke verlangens gaan dus ook wel tegen de natuur in en dus kan het wél ten koste gaan van de natuur. 2. De kandidaat kan aangeven waarin een deugdethische benadering verschilt van de bij 1. genoemde benaderingen. Hij kan daarbij de volgende begrippen hanteren: menselijke natuur, zelfverwerkelijking, deugd van de maat en matigheid en de deugd van de tastzin en genot. De mens is een natuurwezen en dus moet hij de natuur bij zijn zelfverwerkelijking betrekken, dit wordt de menselijke natuur. De deugdethische benadering verschilt erin dat zij stelt dat zelfverwerkelijking ook een omgang met de natuur inhoud omdat: 1. de mens zal met zijn eigen zelfverwerkelijking bijdragen aan de optimalisering van de natuur als geheel. 2. de bepaling wat het beste is voor je eigen natuur (de menselijke natuur) ook rekening houdt met de natuur in het algemeen. De matigheid is een van de klassieke deugden. Een handeling is pas deugdzaam als deze graag gedaan wordt, hiervoor is een goed gevormd verlangen nodig en hiervoor is matigheid nodig. De deugd remt de kwade verlangens dus niet maar de deugd is het goede verlangen. Hierin verschilt de deugdenethiek van de andere genoemde benaderingen waarin de slechte verlangens afgeremd worden. De essentialistische antropologie geeft een antwoord op de vraag wanneer een verlangen goed is: Er zijn mensen die zich beter vormen dan andere mensen, voorbeeldige mensen. Zij laten zien wat een mens zou moeten zijn, aan de hand van deze voorbeelden zou volgens de deugdethiek morele opvoeding moeten plaatsvinden. voor verlangens te krijgen die goed zijn voor het milieu is morele vorming dus ook van belang. Ook bij Aristoteles speelt het voorbeeld een belangrijke rol. Maar Aristoteles zei niets over het milieu omdat dat in zijn tijd van minder belang was. Het vierde waarin de deugdethiek zich onderscheid van de andere benaderingen is de aparte deugd van de matigheid soophrosyne, de deugd van de tastzin en het genot dat hierin sterk verbonden ligt. Aristoteles ziet de maat als aparte deugd en perkt de maat in. Zij verruimt het begrip op twee manieren: 1. het deugdelijke midden is niet alleen van een teveel maar ook van een te weinig. 2. niet alleen plezier heeft een maat maar ook pijn heeft een maat (van een teveel of een te weinig). Het juiste midden van pijn en plezier wordt bepaald ten aanzien van het juiste midden, het juiste moment en de juiste mate. Toegepast in de milieuproblematiek: van de gevoelens pijn plezier die we aan het milieu beleven kun je een teveel en een te weinig hebben. Zodra je het juiste midden hiertussen hebt gevonden ga je op de goede manier om met het milieu. Tegelijkertijd weerhoudt deze deugethiek ons van fanatisme: als je bij jezelf begint met matigen ben je minder snel geneigd om de wereld te willen verbeteren, je moet eerst je eigen maat gevonden hebben. Met de metigheid wordt je dus eigen baas en raak je niet onderworpen aan je eigen verlangens. 3. De kandidaat kan voorbeelden geven van niet-westerse benaderingen die overeenkomen met de Pagina 12 van 19

13 deugdethische benadering. Niet- Westerse ethiek Westerse deugdethiek: - Om het geluk te bereiken moeten de mensen om je heen ook gelukkig zijn. Dit sluit aan op het feit dat bij de deugdethiek men ervan uitgaat dat geluk voor iedereen het best te bereiken is door goed met het milieu om te gaan. - Het onderscheiden van 4 verschillende beginselen/ uitgangspunten (menselijkheid, plichtsbesef, gedragscodes en inzicht). Dit sluit aan op deugdethische beginselen. - De ethiek gaat er ook vanuit dat de mens temidden van de natuur staat - Overeenkomstig met de 4 kardinale deugden/ de uitgangspunten (moed, matigheid, verstandigheid en rechtvaardigheid) 4. De kandidaat kan deugden als schaamte, eervolheid en onthouding zoals Thomas van Aquino die formuleerde betrekken op een milieufilosofische benadering. Thomas verdeelt de deugd matigheid in verschillende ondersteunende deugden: Schroom, schaamte: deugdzaam is degene die niet slechts weet wat goed en slecht is maar die ook vrees voelt voor verkeerd handelen en zich hierdoor op een natuurlijke wijze afwendt. Eervolheid: wie de juiste maat weet te houden heeft een soort voornaamheid die aanstekelijk werkt. De verlangens moeten goed vorgegeven worden maar mogen niet verlogen raken. Het gaat erom dat je de eer aan jezelf houdt. Onthouding: volledige onthouding is natuurlijk niet goed, ook hierbij moet de juiste maat gevonden worden. Er zijn hierbij twee noodzakelijke bepalingen: 1. onthouding is alleen een deugd als het omwille van het goede leven is. Omwille van het rijk God. 2. onthouding is alleen een deugd alt het met opgewekt gemoed gebeurt. Je moet er blij mee zijn dat je het doet. Er zijn nog een aantal deeldeugden hierbij te noemen: nuchterheid, kuisheid, mildheid, zachtmoedigheid en bescheidenheid. Deze hebben minder betrekking tot het milieu. De ondersteunende deugden zijn van belang voor de milieuproblematiek omdat we alleen maatvol om kunnen gaan met de natuur als we ons hele leven naar de juiste maat weten te vormen. De temperantia (gematigdheid) is een ordenende deugd het betekend letterlijk in de juiste verhouding brengen. Ook de maatvolle omgang met het natuurlijke milieu is geen kwestie van alles of niets, maar van de juiste verhoudingen. Deugdethiek vertelt ons dat we matigen moeten leven omdat we dan gelukkiger zijn. Op deze manier vertelt het ons ook dat een matigere levensstijl beter is voor het milieu. Daarom is de deugdethische benadering van de matigheid nuttig voor het milieuethische debat. Nietzsche: de moraal en de levenskunst draaien voor een groot deel om stijl en maat. Ook hier is de maat een ordening en beperkt zij ons niet maar maakt ons juist beter, gelukter en gelukkiger. 5. De kandidaat kan impliciete en expliciete kritiek op de milieubeweging evalueren. Argumetnen die zei geven gaan vaak over de gevaren van onze huidige omgang met het milieu. Problemen zijn hierbij: 1. Zodra deze gevaren dus afnemen zal de motivatie om milieubewust om te gaan met het milieu ook Pagina 13 van 19

14 afnemen. 2. Angst voor het milieu gaat gepaard met angst voor onze eigen levenskwaliteit. 6. De kandidaat kan een eigen standpunt formuleren ten aanzien van de verhouding tussen mens en natuur. Tevens kan de kandidaat hierbij de argumenten van andere filosofische benaderingen betrekken. Dit is een samenvattende vaardigheid waarbij de vorige 5 punten goed bestudeerd moeten worden. Aan de hand van deze informatie zou je een goede eigen mening moeten kunnen formuleren. 7. De kandidaat kan uitleggen in hoeverre Christendom, Islam en Jodendom theologale deugden in hun natuurbenadering opnemen. 8. De kandidaat kan uitgaande van deugden een analyse maken van de oorzaken van het vraagstuk van afvalproductie, grondstoffenuitputting en waterverspilling. Al deze kwesties hebben te maken met het verlangen hebzucht. De mens wil steeds maar meer; hierdoor hebben wij ontzettend veel afvalproductie, putten wij de grondstoffen uit en verspillen wij water. Als wij een innerlijke maat in ons zouden vinden (de deugd van de matigheid) zouden deze problemen en stuk minder worden. Wij zouden dan met minder genoegen kunnen nemen omdat we onszelf een deugdzame houding aanmeten. 9. De kandidaat kan aangeven hoe een deugdethische benadering van het autogebruik mogelijk is. Men kan het juiste midden proberen te vinden in het gebruik van een auto. Heeft ook weer te maken met de deugd van de matigheid. Men kan een afweging maken tussen momenten waar een auto een overdosis van gemak, geluk over moeite, afzien geniet en wanneer het gebruik van een auto eigenlijk overbodig is. Men staat dan precies tussen gemakzucht en afzien in en dat is volgens Aristoteles deugdelijk. Als wij het autogebruik deugdelijk toepassen, zal het milieu verbeteren en de mens dus ook, aangezien men temidden van de natuur staat. 10. De kandidaat kan een normatief standpunt innemen ten aanzien van de vraag in hoeverre reclame uitgaande van de deugden maat, matigheid en tastzin richting kan geven aan de zelfverwerkelijking van het individu. Kan alleen negatief helpen bij de zelfverwerkelijking van het individu. Doordat reclame dikwijls de tastzin overvloedig aftast kan het individu de juiste maat niet meer vinden. Reclame zorgt voor een overvloed en dat is zeker niet deugdelijk. Het individu zal zichzelf verwerkelijken aan de hand van reclame en is op die manier niet in staat de juiste maat te vinden. De hebzucht zal de deugd matigheid dan overwinnen. 11. De kandidaat kan aangeven welke elementen aan de orde zijn bij morele vorming van jongeren. Tevens kan de kandidaat een standpunt innemen over de wenselijkheid hiervan. Elementen: Jongeren moeten bijgebracht worden maat te houden bij alles wat ze doen. Ze moeten leren dat het midden de gulden middenweg is. Als zij maat weten te houden, zal dit een positief effect hebben op hun zelfverwerkelijking en zullen ze deugdzaam worden. Dit heeft niet alleen positief effect op henzelf, maar ook op hun omgeving. Wenselijkheid: Dit is heel erg wenselijk. Een goed begin, begint bij jezelf zal bijdragen aan een betere Pagina 14 van 19

15 wereld waarin veel mensen gelukkig zijn en waarin de natuur in stand wordt gehouden. Lees en leer de samenvatting van tolerantie. 12. De kandidaat kan een begripsanalyse maken van het begrip tolerantie. Hij kan daarbij: 1. verschillende betekenissen van het begrip aangeven 2. uitleggen welke betekenis het begrip vervult in het huidige discours, aangeven hoe het begrip elementen van huichelarij kan bevatten en aangeven hoe het begrip uiteindelijk kan leiden tot cynisme 3. historische verwante en relevante begrippen aangeven 4. een vergelijking maken tussen premoderne en moderne opvattingen van het begrip 5. een evaluatie geven van de analyse. 1. tolerantie is verdraagzaamheid. Van tolerantie kan pas sprake zijn als er meerdere groepen zijn binnen een samenleving (pluralisme). De dominante groep of de dominante groepen kunnen de andere groepen (minderheden) tolereren. Er zijn twee verschillende manieren van tolereren: - Tolerantie als draagkracht. De kracht (om het onaangename en gevaarlijke te gedragen) en moed (omdat degene die tolerant is een last opgelegd heeft gekregen en die kan verdragen) die nodig zijn een last op je te nemen en te verdragen. - Tolerantie als het verdragen van verschillende groepen mensen (qua geloofsovertuiging of seksuele geaardheid). Er is niet zoiets als een universele leefwijze en omdat we toch samen leven met andere groepen worden we gedwongen deze mensen te verdragen en te tolereren. 2. In het huidige concours: Tolerantie jegens datgene wat ons last bezorgd. Huidige tolerantie uit onvermogen om te verhinderen wat men dan maar tolereert. Huichelarij (de verkeerde indruk proberen te verwekken): -Wordt het spreken over onze tolerantie niet een subtiele manier om mijn eigen overtuiging toch boven die van een ander te plaatsen, zij het zonder die laatste daarmee te elimineren? Door aan te nemen dat er andere groepen zijn maak je onderscheid, tolerantie is dus een manier om te discrimineren? Antwoord: à je kunt echter tolereren zonder te discrimineren d.m.v. rechtvaardige onderscheidingscriteria. Deze criteria zijn afhankelijk van de moraal als je je daaraan houdt is tolerantie deugdzaam. - Zijn we er niet heimelijk van overtuigt dat precies de verdraagzaamheid die onze levenswijze en overtuiging kenmerkt de grotere waarheid of superioriteit daarmee aanwijst? Cynisme: Cynisme is de houding van degene die erkent hoe oneerlijk hij onvermijdelijk is. De cynicus beschouwt de tolerantie als een soort masker, omdat hij toch wel weet dat het eigenlijk oneerlijke tolerantie is. Hij werpt het masker af en erkent gewoon hoe oneerlijk hij is. Tolerantie is dus een dekmantel voor de discriminatie en oneerlijkheid. Tolerantie zou superioriteitsgevoelens maskeren. 3. Vroeger: draagkracht (tolerare): degene die tolerant is heeft een last opgelegd gekregen en weet die te dragen. In alle gevallen is kracht en moed vereist om dat wat men niet wenst toch toe te laten. Aanvankelijk is tolerantie vooral een polemisch begrip waarmee religieuze minderheden hun rechten opeisten. In het heden is tolerantie dan ook het tolereren van verdragen die niet lastig hoeven te zijn. Pagina 15 van 19

16 4. Premoderne opvatting: - Maximale interesse in andere personen - Moed + Kracht (Draagkracht van lasten) - Onvermogen te verhinderen (Niet verhinderen, dan maar tolereren) Moderne opvatting: - Onverschilligheid (Wat maakt het ook allemaal uit?) 5. Het begrip tolerantie is in de loop der jaren flink verandert. Hoewel het eerst vooral ging om het dragen van de lasten van anderen (waarvoor moed en kracht nodig is) is het nu meer een vorm van onverschilligheid. Weer is het verschil van de samenleving en het individu herkenbaar. 13. De kandidaat kan met behulp van de begripsanalyse aangeven welk verband er kan bestaan tussen deugdethiek en een praktijk van tolerantie. Tolerantie als deugd is ook het midden! Het is het midden van onverschilligheid enerzijds en superioriteit anderzijds. Onverschilligheid houdt in dat wij ervan uitgaan dat alle verschillende overtuigingen eenzelfde behandeling verdienen. Superioriteit houdt in dat je eigen overtuiging door jou gezien wordt als de beste en die je dus superieur stelt aan andere overtuigingen. De deugdethiek probeert vaak het midden te zoeken tussen twee uitersten om zo de juiste handelingen te volbrengen. De gulden middenweg speelt ook bij tolerantie een grote rol. 14. De kandidaat kan demonstreren hoe ten aanzien van een vraagstuk uit de multiculturele samenleving tolerantie in de gangbare zin en tolerantie in de deugdethische zin tot een fundamenteel ander resultaat leiden. Kwestie moslimcultuur: In de gangbare zin: In de gangbare zin tolereren wij de moslimcultuur meer in de vorm van onverschilligheid. Wij hebben een minimale interesse in de cultuur en we hebben een houding van: Je doet maar wat je wilt. In de opvatting van de deugdethiek: Er is juist een maximale interesse in de cultuur, omdat wij mee willen denken met de opvattingen en de problemen van die cultuur. Wij krijgen stof om na te denken en zullen ons daarom meer interesseren in de moslimcultuur. Dit leidt absoluut tot een fundamenteel ander resultaat, omdat er in de gangbare zin meer een vorm van geslotenheid optreedt omtrent de moslimcultuur en in de opvatting van de deugdethiek juist een hele openheid. Lees en leer de samenvatting vriendschap. 15. De kandidaat kan een begripsanalyse maken van het begrip vriendschap. Hij kan daarbij de analyse onderbouwen met argumenten en illustraties. Tevens kan hij deze analyse evalueren. Vriendschap is niet waardevrij, als we het over vriendschap hebben, hebben we het altijd over iets goeds. Vriendschap is dus moreel waarderend. Er zijn een aantal voorwaarde waaraan vriendschap moet voldoen: Betrouwbaarheid/ Vertrouwen Wederzijds (je moet allebei vrienden met elkaar willen zijn) Pagina 16 van 19

17 Vriendschap is houden van op een manier die persé wederkerig is. Je wilt het beste voor elkaar Vriendschap is elkaar het goede toewensen en dat van elkaar weten. 16. De kandidaat kan de deugdethische benadering van vriendschap van Aristoteles weergeven en vergelijken met de eerder genoemde analyses. Aristoteles vertelt ons dat er drie vereisten zijn waar vriendschap aan moet voldoen. Vriendschap vereisten: Wederkerigheid: vriendschap is houden van op een manier die per se wederkerig is. Welgezindheid: je moet het goede toewensen aan je vriend. Bewustzijn: je moet weten dat je vriend van je houdt en dat hij je het goede toewenst. Een definitie die Aristoteles geeft: elkaar het goede toewensen en dat van elkaar weten. Er zijn verschillende vormen van vriendschap, namelijk, op hiërarchische volgorde, omwille van: Het goede. De morele kwaliteit van iemand je houdt van iemand die deugd. Het belangrijkst omdat: o Deze vorm het sterkst beantwoord aan de wezenlijke kenmerken van de definitie welgezindheid en wederkerigheid. Welgezindheid: in sommige relaties is men voornamelijk gericht op genot, of op nuttigheid; het gebruik maken van iemand anders. De welgezindheid is dan voornamelijk uit eigenbelang. Bij een relatie op basis van het goede is dit niet zo en richt je je op het belang van de andere persoon. Wederkerigheid: relaties die gebaseerd zijn op nut of op genot zijn alleen wederkerig als de ander om diezelfde rede van jou houdt. De relaties zijn vaak in mindere mate wederkerig omdat het moeilijk is om iemand als nuttig te beschouwen als je zelf ook nuttig bent voor die persoon. Bij een relatie op basis van het goede is wederkerigheid vanzelfsprekend; van iemand houden omwille van het goede betekend namelijk van het goede houden en goed zijn. Als je goed bent ben je dus elkaars vriend omdat het beide personen goed zijn. o De duurzaamheid hoger ligt dan andere uitgangspunten. De kwaliteit bij het nut of bij het genot heeft minder duurzaamheid dat de morele kwaliteit. Morele kwaliteit zit in je karakter. De relatie die op het duurzame is gebaseerd zal zelf ook duurzamer zijn. o De deugd: volgens Aristoteles is de hoogste vorm van vriendschap de hoogste deugd die er is. Vriendschap zou het midden kunnen zijn tussen egoïsme en altruïsme. Perfecte vriendschap is die verhouding tot de ander, waarin je via de ander van jezelf, en via jezelf van de ander houdt. Precies dit is het beste mogelijk in de vriendschap tussen mensen die elkaar om hun morele kwaliteit beminnen. Nuttigheid. Genot. Er kunnen verschillende motieven samen gaan in vriendschap maar het leidende perspectief is altijd verschillen. Vriendschap om morele kwaliteit is de hoogste vorm (hoger dan om nut en genot). En de hoogste deugd. Pagina 17 van 19

Samenvatting Filosofie Deugdelijk leven

Samenvatting Filosofie Deugdelijk leven Samenvatting Filosofie Deugdelijk leven Samenvatting door een scholier 2280 woorden 1 juli 2004 5,9 40 keer beoordeeld Vak Filosofie Samenvatting Deugdelijk leven Naar: Deugdelijk leven, een inleiding

Nadere informatie

Ethische optiek = hoe is de benadering dat mensen het uiteindelijk goede behoren te doen.

Ethische optiek = hoe is de benadering dat mensen het uiteindelijk goede behoren te doen. Samenvatting door A. 1576 woorden 4 december 2014 1,3 2 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Paragraaf 2 De ethische optiek 1 inleiding Ethiek gaat over goed en kwaad in het menselijk handelen. Onderscheid

Nadere informatie

Eindtermen centraal examen filosofie havo en vwo 2004 en 2005

Eindtermen centraal examen filosofie havo en vwo 2004 en 2005 OCenW-Regelingen Eindtermen centraal examen Bestemd voor: hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo); voortgezet wetenschappelijk onderwijs (vwo); voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo). Algemeen

Nadere informatie

Eindexamen Filosofie vwo I

Eindexamen Filosofie vwo I 4 Beoordelingsmodel Opgave 1 Alledaagse deugden 1 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: verschil van de deugdethiek met andere ethische benaderingen: de deugdethiek richt zich op de persoon en

Nadere informatie

Eindexamen Filosofie vwo I

Eindexamen Filosofie vwo I 4 Beoordelingsmodel Opgave 1 De deugd en kledingvoorschriften 1 Een juist antwoord bevat de volgende elementen: Een antwoord op de vraag onder welke deugd de rechtvaardiging van de meisjes kan vallen volgens

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2006-I

Eindexamen filosofie vwo 2006-I 4 Beoordelingsmodel Opgave 1 Over levenskunst 1 Een juist antwoord bevat de volgende elementen: een uitleg over het belang van voorbeelden in morele vorming in deugdethische zin 1 een argumentatie over

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie CE-stof 2006: Deugelijk leven: een inleiding in de deugdethiek - Paul van Tongeren

Samenvatting Filosofie CE-stof 2006: Deugelijk leven: een inleiding in de deugdethiek - Paul van Tongeren Samenvatting Filosofie CE-stof 2006: Deugelijk leven: een inleiding in de deugdethiek - Paul van Tongeren Samenvatting door een scholier 7724 woorden 23 april 2006 8,2 56 keer beoordeeld Vak Filosofie

Nadere informatie

2 De plaats van deugdethiek binnen de ethiek/welke vraag stelt de deugdethiek?

2 De plaats van deugdethiek binnen de ethiek/welke vraag stelt de deugdethiek? Samenvatting door een scholier 3758 woorden 18 februari 2004 7,9 32 keer beoordeeld Vak Filosofie Deugdethiek Hf 1, 5, en 6 ( 1 en 2) Deugd= Dispositie + praktisch inzicht + bijdrage tot welzijn Deugd=

Nadere informatie

Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte.

Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte. Samenvatting door A. 2079 woorden 29 juni 2014 6,4 2 keer beoordeeld Vak Anders H1 Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte. Moraal

Nadere informatie

Eindexamen vwo filosofie II

Eindexamen vwo filosofie II Opgave 2 Leven vanuit vrije wil 7 maximumscore 3 een weergave van een overeenkomst tussen de Avatar-training en Sartre wat betreft de opvatting over vrijheid als zelfverwerkelijking: beiden lijken uit

Nadere informatie

Aristoteles: Oh ja? Maar ik heb ook wel eens gehoord van utilitarisme, wat is dat dan?

Aristoteles: Oh ja? Maar ik heb ook wel eens gehoord van utilitarisme, wat is dat dan? Praktische-opdracht door een scholier 2095 woorden 29 mei 2013 3,8 2 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie Cogito Symposium Nienke Raaijmakers H4A Vrijdagmiddag vijf uur. Ik ben net thuis van school, en

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 2 Waanzin 6 maximumscore 2 een weergave van de overeenkomst tussen Descartes benadering van emoties en de beschreven opvatting over melancholie in de Oudheid: een fysiologische benadering 1 een

Nadere informatie

Het normatieve, het subjectieve en het objectieve.

Het normatieve, het subjectieve en het objectieve. Wat is een ethisch dilemma? Het normatieve, het subjectieve en het objectieve. Wat is een ethisch dilemma? Dilemma s s, issue s s en problemen. Casus. Di Drie bedreigingen bd i van het moreel bewustzijn.

Nadere informatie

Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V17.09.1 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Wijsgerige ethiek

Samenvatting Filosofie Wijsgerige ethiek Samenvatting Filosofie Wijsgerige ethiek Samenvatting door een scholier 1751 woorden 21 mei 2003 7,2 53 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie ViaDELTA Filosofie: Wijsgerige ethiek Paragraaf 1: Het morele

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO. filosofie (nieuwe stijl en oude stijl)

Correctievoorschrift VWO. filosofie (nieuwe stijl en oude stijl) filosofie (nieuwe stijl en oude stijl) Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 20 04 Tijdvak 1 inzenden scores Verwerk de scores van de alfabetisch eerste tien kandidaten per

Nadere informatie

Aristoteles, Ethica Nicomachea (350 v. Chr.)

Aristoteles, Ethica Nicomachea (350 v. Chr.) Aristoteles, Ethica Nicomachea (350 v. Chr.) 1. Uit: Filosofie Magazine "De mens is een met rede en spraak begiftigd dier." "Om gelukkig te worden, heeft een mens voortreffelijke vrienden nodig." Aristoteles

Nadere informatie

Levenskunst en ethiek 13 Bouwstenen voor iedereen 14 Zestien filosofen 14 De hoofdstukken 15

Levenskunst en ethiek 13 Bouwstenen voor iedereen 14 Zestien filosofen 14 De hoofdstukken 15 Inleiding 13 Levenskunst en ethiek 13 Bouwstenen voor iedereen 14 Zestien filosofen 14 De hoofdstukken 15 1 Plato: rechtvaardigheid als harmonie 19 Wat is rechtvaardigheid? 20 De rechtvaardige staat 25

Nadere informatie

VWO 4 FILOSOFIE Wat is ethiek en het utilisme

VWO 4 FILOSOFIE Wat is ethiek en het utilisme VWO 4 FILOSOFIE Wat is ethiek en het utilisme Wat is ethiek? Ethiek legt het verschil uit tussen goed en fout Ook kijkt men in de ethiek naar hoe mensen besluiten nemen Ethiek is descriptief Het gaat over

Nadere informatie

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: filosofie Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 20 05 Tijdvak 1 Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4

Nadere informatie

Opgave 2 Doen wat je denkt

Opgave 2 Doen wat je denkt Opgave 2 Doen wat je denkt 7 maximumscore 2 een argumentatie waarom Swaab het bestaan van vrije wil verwerpt op grond van de experimenten van Libet: bewustzijn komt pas na de beslissingen van de hersenen

Nadere informatie

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: filosofie Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 20 06 Tijdvak 1 Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2011 - I

Eindexamen filosofie vwo 2011 - I Opgave 3 Vreemder dan alles wat vreemd is 12 maximumscore 3 de twee manieren waarop je vanuit zingevingsvragen religies kunt analyseren: als waarden en als ervaring 2 een uitleg van de analyse van religie

Nadere informatie

Aantekening Levensbeschouwing Hoofdstuk 2: Waarden en normen

Aantekening Levensbeschouwing Hoofdstuk 2: Waarden en normen Aantekening Levensbeschouwing Hoofdstuk 2: Waarden en normen Aantekening door C. 814 woorden 16 januari 2014 5,6 52 keer beoordeeld Vak Methode Levensbeschouwing Standpunt Waarden, normen en moraal Waarde:

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Wegen naar wijsheid, hoofdstuk 4 en 5

Samenvatting Filosofie Wegen naar wijsheid, hoofdstuk 4 en 5 Samenvatting Filosofie Wegen naar wijsheid, hoofdstuk 4 en 5 Samenvatting door een scholier 1742 woorden 4 juli 2010 4,3 21 keer beoordeeld Vak Filosofie Hoofdstuk 4 Denken over de mens Filosofische vragen

Nadere informatie

Levensbeschouwing hoofdstuk 2.

Levensbeschouwing hoofdstuk 2. Levensbeschouwing hoofdstuk 2. Boek Menswaardigheid In deze module ging het om de vraag hoe je kunt bepalen waardoor/waarom bepaalde levenshoudingen niet deugen. We hebben ontdekt dat het begrip menswaardigheid

Nadere informatie

2 keer beoordeeld 22 maart Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe je een goede samenleving kan hebben.

2 keer beoordeeld 22 maart Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe je een goede samenleving kan hebben. 7,8 Aantekening door Sara 1516 woorden 2 keer beoordeeld 22 maart 2017 Vak Filosofie Methode Durf te denken Hoofdstuk 7 Sociale filosofie. Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL II HET GOEDE 60

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL II HET GOEDE 60 INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I DE MENS 6 DEEL II HET GOEDE 60 DEEL III HET SAMENLEVEN 96 Filosofie... 7 Mensen... 9 Denken... 11 Redelijkheid... 13 Argumenten... 15 Wetenschap... 17 Monisme... 20 Identiteit...

Nadere informatie

Duurzaam Deugdzaam. Krijn Pansters Tilburg University Franciscaans Studiecentrum.

Duurzaam Deugdzaam. Krijn Pansters Tilburg University Franciscaans Studiecentrum. Duurzaam Deugdzaam Krijn Pansters Tilburg University Franciscaans Studiecentrum k.pansters@tilburguniversity.edu Franciscus: heiligheid en duurzaamheid Franciscaanse duurzaamheid? Wees geprezen, mijn Heer,

Nadere informatie

6.1. Samenvatting door E woorden 2 april keer beoordeeld. Filosofie. Filosofie: Wijsgerige ethiek. Paragraaf 1: Het morele goede

6.1. Samenvatting door E woorden 2 april keer beoordeeld. Filosofie. Filosofie: Wijsgerige ethiek. Paragraaf 1: Het morele goede Samenvatting door E. 2749 woorden 2 april 2015 6.1 4 keer beoordeeld Vak Filosofie Filosofie: Wijsgerige ethiek Paragraaf 1: Het morele goede 1.1 Kwalitatief goed: cijfers, films, etc Moreel goed: daad

Nadere informatie

Eindexamen vwo filosofie 2013-I

Eindexamen vwo filosofie 2013-I Opgave 2 Zelfverwerkelijking in een zinloze wereld 8 maximumscore 3 Sartres omschrijving van het essentialisme: de opvatting dat de mens een kern en daarmee een vooraf gegeven bedoeling heeft 1 met verwijzing

Nadere informatie

Sessie 1 De eudaimonistische ethiek van Aristoteles

Sessie 1 De eudaimonistische ethiek van Aristoteles Sessie 1 De eudaimonistische ethiek van Aristoteles Wat vertelde Aristoteles lang geleden in Athene in zijn colleges aan het Lyceum over ethiek? Wat beschouwde hij als het doel van handelen? Wat verstond

Nadere informatie

Eindexamen havo filosofie II

Eindexamen havo filosofie II Opgave 2 Het geval Phineas Gage 9 maximumscore 2 een uitleg hoe vanuit de fysiologische benadering van emoties het veranderde gedrag kan worden verklaard: de lichamelijkheid van de hersenschade kan tot

Nadere informatie

Politieke Filosofie Oudheid en Middeleeuwen

Politieke Filosofie Oudheid en Middeleeuwen Politieke Filosofie Oudheid en Middeleeuwen Geschiedenis en politieke filosofie Geschiedenis Beschrijving feitelijke gebeurtenissen. Verklaring in termen van oorzaak en gevolg of van bedoelingen. Politieke

Nadere informatie

Religie, christendom en politiek vanuit filosofisch perspectief

Religie, christendom en politiek vanuit filosofisch perspectief Religie, christendom en politiek vanuit filosofisch perspectief - Het christelijke belemmert de politiek niet, maar maakt haar juist mogelijk en waardevol - Pieter Jan Dijkman Vereniging voor Wijsbegeerte

Nadere informatie

filosofie havo 2018-II

filosofie havo 2018-II Opgave 2 Gevoelswerk 9 maximumscore 2 een uitleg dat Tessa s twijfel toont dat ze zich kritisch tot zichzelf kan verhouden, waarin volgens Korsgaard de waarde van authenticiteit ligt 1 een weergave van

Nadere informatie

Dag van de integriteit

Dag van de integriteit Dag van de integriteit Ken jezelf! Van niets te veel De twee opschriften op de tempel bij het Orakel van Delphi (500 jr v. Chr), waar mensen heen gingen voor advies bij keuzes in hun leven. Lezing voor

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO

Correctievoorschrift VWO Correctievoorschrift VWO 2007 tijdvak 1 filosofie Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

FILOSOFIE VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

FILOSOFIE VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0 FILOSOFIE VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). Het CvTE is verantwoordelijk voor de afname van de

Nadere informatie

filosofie havo 2015-II

filosofie havo 2015-II Opgave 1 Bloed, zweet en luxeproblemen 1 maximumscore 2 een argumentatie of de uitleg van het inkomensverschil tussen Benjamin en de arbeiders gerechtvaardigd is aan de hand van de Romeinse definitie van

Nadere informatie

Het Basisboek Filosofie H2 Goed en Kwaad / Ethiek / Moraalfilosofie

Het Basisboek Filosofie H2 Goed en Kwaad / Ethiek / Moraalfilosofie Samenvatting door een scholier 1830 woorden 6 juli 2011 6,9 4 keer beoordeeld Vak Filosofie Het Basisboek Filosofie H2 Goed en Kwaad / Ethiek / Moraalfilosofie Moraal = een kwestie van vooroordelen? of

Nadere informatie

Eindexamen Filosofie havo I

Eindexamen Filosofie havo I Opgave 2 Denken en bewustzijn 8 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een omschrijving van het begrip bewustzijn 2 argumentatie aan de hand van deze omschrijving of aan Genghis bewustzijn kan

Nadere informatie

11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets

11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets 11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets Opdracht 1 Wat is de Sokratische methode? Opdracht 2 Waarom werd Sokrates gedwongen de gifbeker te drinken? Opdracht 3 Waarom zijn onze zintuigen

Nadere informatie

Samenvatting Levensbeschouwing Mens en Maatschappij

Samenvatting Levensbeschouwing Mens en Maatschappij Samenvatting Levensbeschouwing Mens en Ma Samenvatting door Sophie 1047 woorden 6 februari 2017 8,8 3 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Levensbeschouwing Mens & Ma Mensbeeld hoe je jezelf ziet, de

Nadere informatie

Sociale kaders: Hoofdstuk 16 Cultuur

Sociale kaders: Hoofdstuk 16 Cultuur Sociale kaders: Hoofdstuk 16 Cultuur Begrippen: -Cultuur -Cultureel relativisme -Cultuur patroon -Cultural lag -Culturele uitrusting -Subcultuur -Contracultuur Definitie Cultuur Samenhangend geheel van

Nadere informatie

2.1 Exploreren, verkennen en integreren van waarden

2.1 Exploreren, verkennen en integreren van waarden 2.1 Exploreren, verkennen en integreren van waarden Opmerking:dit procesdoel zal normaal gezien bij elke les terugkomen. Het belang ervan is dat leerlingen beseffen dat heel veel keuzes in het leven waardegeladen

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Wij denken over ethiek

Samenvatting Filosofie Wij denken over ethiek Samenvatting Filosofie Wij denken over ethiek Samenvatting door een scholier 1785 woorden 20 december 2011 5,7 19 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie Wij denken over ethiek Filosofie Samenvatting Ethiek

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2010 - II

Eindexamen filosofie vwo 2010 - II Opgave 2 Religie in een wetenschappelijk universum 6 maximumscore 4 twee redenen om gevoel niet te volgen met betrekking tot ethiek voor Kant: a) rationaliteit van de categorische imperatief en b) afzien

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2009 - I

Eindexamen filosofie vwo 2009 - I Beoordelingsmodel Opgave 1 Religieuze ervaring 1 maximumscore 5 een bruikbare definitie van religie 1 drie problemen die zich kunnen voordoen bij het definiëren van religie 3 meerdere religieuze tradities;

Nadere informatie

filosofie havo 2018-II

filosofie havo 2018-II Opgave 3 Verslavingen 17 maximumscore 1 Een goed antwoord bevat een uitleg dat het voorbeeld van de Anonieme Alcoholisten om het zelfbeeld te veranderen, past bij de interpretatietheorie: vaak herhalen

Nadere informatie

Consequentialisme (Gevolgenethiek)

Consequentialisme (Gevolgenethiek) 22 oktober 2016 Ethiek Ethische theorieën Deontologie (Plichtethiek) Consequentialisme (Gevolgenethiek) Deugdethiek Casus bespreking Conclusies Filosofie van het juiste handelen. Systematische bezinning

Nadere informatie

Opgave 2 Politiek en emoties

Opgave 2 Politiek en emoties Opgave 2 Politiek en emoties 6 maximumscore 2 een weergave van Spinoza s opvatting over blijdschap aan de hand van wat Spinoza onder een hartstocht verstaat: een overgang naar een grotere volmaaktheid

Nadere informatie

Ethiek en welzijn. Helicon Opleidingen MBO Nijmegen

Ethiek en welzijn. Helicon Opleidingen MBO Nijmegen Ethiek en welzijn Helicon Opleidingen MBO Nijmegen Jos Hendriks, docent dierenhouderij Prof.Dr. Hub Zwart, ethicus Radboud Universiteit Prof.Dr. Johan de Tavernier, ethicus K.U. Leuven Mens dier relatie

Nadere informatie

Geloven en redeneren. Religie en filosofie

Geloven en redeneren. Religie en filosofie Geloven en redeneren Religie en filosofie Historisch overzicht Pantheïsme en polytheïsme De spiltijd Het oosten Boeddhisme Confucianisme Taoïsme Het westen Jodendom, christendom, islam Filosofie Het begin

Nadere informatie

Van Waarde(n) HUB 28 november 2015, Miranda Meijerman

Van Waarde(n) HUB 28 november 2015, Miranda Meijerman Van Waarde(n) Al voor de oprichting van het Humanistisch Verbond in 1946 bestond er buitenkerkelijke uitvaartbegeleiding. vandaag staan we stil bij de HUB die nu 10 jaar als zelfstandige stichting functioneert.

Nadere informatie

Examenprograma filosofie havo/vwo

Examenprograma filosofie havo/vwo Examenprograma filosofie havo/vwo Havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein

Nadere informatie

Opgave 3 De troost van muziek

Opgave 3 De troost van muziek Opgave 3 De troost van muziek 12 maximumscore 2 een uitleg in welk opzicht de emotie van de ballade Where Are We Now? een acute emotie is: een waarneembare uiting in beeld / stem / melodie 1 een uitleg

Nadere informatie

Preek de Wet van Mozes

Preek de Wet van Mozes Lieve gemeente, Aan Rabbi Hillel werd eens gevraagd of hij de hele Thora kon opzeggen terwijl hij op 1 been stond. Hij nam de uitdaging aan, ging op 1 been staan en zei: Behandel de ander niet zoals je

Nadere informatie

Maarten Kruimelaar 14 Maart 2015

Maarten Kruimelaar 14 Maart 2015 Maarten Kruimelaar 14 Maart 2015 Maarten Kruimelaar 2002-2006 Algemene Sociale wetenschappen Universiteit Utrecht 2007 Heden Docent Ethiek bij Saxion Tolerantie Wat is het nu precies? Oorsprong van het

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 De (on)werkelijkheid in Goodbye, Lenin!

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 De (on)werkelijkheid in Goodbye, Lenin! Opgave 3 De (on)werkelijkheid in Goodbye, Lenin! 12 maximumscore 2 een uitleg dat volgens Hume het uniformiteitsprincipe filosofisch niet te verantwoorden is: omdat het uniformiteitsprincipe niet is te

Nadere informatie

Inhoud. Wenken voor een evenwichtig leven 7. Over Epictetus 69. Nawoord De filosofie van de stoa 73. Bibliografische notitie 83 [5]

Inhoud. Wenken voor een evenwichtig leven 7. Over Epictetus 69. Nawoord De filosofie van de stoa 73. Bibliografische notitie 83 [5] Inhoud Wenken voor een evenwichtig leven 7 Over Epictetus 69 Nawoord De filosofie van de stoa 73 Bibliografische notitie 83 [5] 1 Al wat bestaat is in twee categorieën te verdelen: de ene valt binnen ons

Nadere informatie

Eindexamen filosofie havo 2007-I

Eindexamen filosofie havo 2007-I Opgave 2 Sociale utopieën tussen fantasie en werkelijkheid 8 maximumscore 3 het noemen en uitleggen van het principe van Bloch: hoop 1 een toepassing van het principe hoop op het ontstaan van utopische

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo I

Eindexamen filosofie vwo I Opgave 3 Ramadan in de post-seculiere samenleving 12 maximumscore 4 verlichtingsfundamentalisme: laïciteit: verbannen van religie uit openbaar onderwijs en politiek 1 verlichtingsvijandig multiculturalisme:

Nadere informatie

Dit artikel uit Netherlands Journal of Legal Philosophy is gepubliceerd door Boom juridisch en is bestemd voor anonieme bezoeker

Dit artikel uit Netherlands Journal of Legal Philosophy is gepubliceerd door Boom juridisch en is bestemd voor anonieme bezoeker Sanne Taekema (Tilburg) Sanne Taekema, The concept of ideals in legal theory (diss. Tilburg), Tilburg: Schoordijk Instituut 2000, vii + 226 p.; Den Haag: Kluwer Law International 2002, ix + 249 p. Idealen

Nadere informatie

Ego, Schaduw, Zelf volgens Jung Bram Moerland

Ego, Schaduw, Zelf volgens Jung Bram Moerland Ego, Schaduw, Zelf volgens Jung Bram Moerland Carl Jung was degeen die het begrip 'schaduw' in de psychologie introduceerde. Hij gaf daaraan een bijzondere betekenis: het verborgen ware zelf. Dat ware

Nadere informatie

PROCESDOEL 4 VERANTWOORDELIJKHEID VOOR HUIDIGE EN TOEKOMSTIGE GENERATIES

PROCESDOEL 4 VERANTWOORDELIJKHEID VOOR HUIDIGE EN TOEKOMSTIGE GENERATIES PROCESDOEL 4 VERANTWOORDELIJKHEID VOOR HUIDIGE EN TOEKOMSTIGE GENERATIES Bijzondere procesdoelen 4.1 Verantwoordelijkheid tegenover zichzelf 4.2 Eerbied voor de anderen 4.3 Zorg voor de anderen 4.4 Eerbied

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inleiding 4. Les 1. Introductie filosofie Hebben alle vragen een antwoord? 10. Les 2. Denken Kunnen dieren denken?

Inhoudsopgave. Inleiding 4. Les 1. Introductie filosofie Hebben alle vragen een antwoord? 10. Les 2. Denken Kunnen dieren denken? >> Inhoudsopgave Inleiding 4 Les 1. Introductie filosofie Hebben alle vragen een antwoord? 10 Les 2. Denken Kunnen dieren denken? 14 Les 3. Geluk Wat is het verschil tussen blij zijn en gelukkig zijn?

Nadere informatie

Woordenlijst Het oog in de storm. Hoofdstuk 5. animal rationale >>Inleiding aretè Een Oudgrieks woord, dat o.a. >>deugd kan betekenen.

Woordenlijst Het oog in de storm. Hoofdstuk 5. animal rationale >>Inleiding aretè Een Oudgrieks woord, dat o.a. >>deugd kan betekenen. Woordenlijst Het oog in de storm Hoofdstuk 5 absolute vrijheid totale vrijheid waarin je door niets of niemand in je vrijheid belemmerd wordt. altruïsme een bepaalde >>ethische positie. Altruïsten stellen

Nadere informatie

Interviewvragen DRIJFVEREN

Interviewvragen DRIJFVEREN Interviewvragen DRIJFVEREN Achter iemands persoonlijke intrinsieke motivatoren komen is niet makkelijk. Hoe geeft iemand op zijn eigen wijze uiting aan zijn drijfveren? De enige manier om hierachter te

Nadere informatie

DEEL 1. BOUWSTEEN 5 Theorie Eigen Keuze Monique van Dam DEEL 1: YOU

DEEL 1. BOUWSTEEN 5 Theorie Eigen Keuze Monique van Dam DEEL 1: YOU DEEL 1 1 BOUWSTEEN 5 Theorie Eigen Keuze BOUWSTEEN 5 Eigen Keuze 2 Inhoud Introductie bouwsteen 5: Eigen Keuze 3 ANDERS denken 4 Waar kies je voor? Wist je dat? 5 Nieuwe kansen 12 Van toen naar nu 13 Nieuwe

Nadere informatie

Eindexamen filosofie havo I

Eindexamen filosofie havo I Beoordelingsmodel Opgave 1 De graaf van Monte-Cristo 1 maximumscore 3 een uitleg van welke primaire hartstocht haat kan worden afgeleid: de droefheid 1 de opvatting van Spinoza over haat: de wil tot verwijderen

Nadere informatie

Oefening baart ethiek Neurobiologie, boeddhisme en ethiek

Oefening baart ethiek Neurobiologie, boeddhisme en ethiek Oefening baart ethiek Neurobiologie, boeddhisme en ethiek Wat heb je nodig om ethisch te handelen? De geschiedenis van de Westerse filosofie kent op deze vraag vele antwoorden: morele principes, voorbeeldige

Nadere informatie

Hume s Moraal Filosofie

Hume s Moraal Filosofie Hume s Moraal Filosofie Wijsgerige Ethiek G.J.E. Rutten Hume s conceptie van de menselijke geest De menselijke geest is een bundel van percepties (voorstellingen) Iedere perceptie is een idee (mentaal

Nadere informatie

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze. 2015 Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze. 2015 Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou! DEEL 1 1 WERKBOEK 5 Eigen keuze Inhoud 2 1. Hoe zit het met je keuzes? 3 2. Hoe stap je uit je automatische piloot? 7 3. Juiste keuzes maken doe je met 3 vragen 9 4. Vervolg & afronding 11 1. Hoe zit het

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Geloof, waarden, ervaringen

Hoofdstuk 3. Geloof, waarden, ervaringen Hoofdstuk 3 Geloof, waarden, ervaringen Kennis en geloof Kennis is descriptief Heeft betrekking op feiten Is te rechtvaardigen Geloof is normatief Heeft betrekking op voorschriften Is subjectief Geldt

Nadere informatie

Zelftraining Waarden. Herman en Ernie Beuker

Zelftraining Waarden. Herman en Ernie Beuker Zelftraining Waarden Herman en Ernie Beuker Inhoudsopgave Module 1: Waarden en normen 3 Stel jouw belangrijkste waarden vast 7 Oefening 10 Jouw belangrijkste waarden 10 Aandacht voor de belangrijkste waarden

Nadere informatie

Dit is een digitale voorbeeldversie van de opdrachten voor de leerlingen. Mail naar kiesvaardig@lerenkiezen.nl voor de originele versie.

Dit is een digitale voorbeeldversie van de opdrachten voor de leerlingen. Mail naar kiesvaardig@lerenkiezen.nl voor de originele versie. Dit is een digitale voorbeeldversie van de opdrachten voor de leerlingen. Mail naar kiesvaardig@lerenkiezen.nl voor de originele versie. Via dit mailadres kunt u ook informatie aanvragen over de docentenhandleiding

Nadere informatie

Vriendschap? Paul van Tongeren. Inleiding

Vriendschap? Paul van Tongeren. Inleiding Vriendschap? Paul van Tongeren Inleiding Wie een blik werpt op de geschiedenis van het denken over vriendschap, merkt snel op dat de grote tractaten over het thema die we aantreffen, geen van alle in een

Nadere informatie

Profielwerkstuk Filosofie Cosmetische chirurgie in de ethiek

Profielwerkstuk Filosofie Cosmetische chirurgie in de ethiek Profielwerkstuk Filosofie Cosmetische chirurgie in de ethiek Profielwerkstuk door een scholier 4994 woorden 16 april 2007 7,6 55 keer beoordeeld Vak Filosofie Cosmetische chirurgie in de ethiek. Inleiding.

Nadere informatie

Eindexamen filosofie havo I

Eindexamen filosofie havo I Opgave 2 Amerika als utopisch ideaal 7 maximumscore 2 Deweys kritiek op de christelijke toekomstverwachting 1 Deweys kritiek op de toekomstverwachting van Karl Marx 1 Dewey gelooft niet in een christelijk

Nadere informatie

1 Johannes. - Kringleiderhandeleiding -

1 Johannes. - Kringleiderhandeleiding - 1 Johannes - Kringleiderhandeleiding - Beste kringleider, Hieronder vind je per hoofdstuk een aantal aanvullende gedachten bij het kringmateriaal over 1 Johannes. Met name wordt beschreven wat het doel

Nadere informatie

Wat is realiteit? (interactie: vraagstelling wie er niet gelooft en wie wel)

Wat is realiteit? (interactie: vraagstelling wie er niet gelooft en wie wel) Wat is realiteit? De realiteit is de wereld waarin we verblijven met alles wat er is. Deze realiteit is perfect. Iedere mogelijkheid die we als mens hebben wordt door de realiteit bepaald. Is het er, dan

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo II

Eindexamen filosofie vwo II Opgave 2 Over wetenschap en religie: zij die uit de hemel kwamen 7 maximumscore 2 een argumentatie waarom wetenschappelijke kennis niet als probleemloze bron van vooruitgang kan worden beschouwd: wetenschap

Nadere informatie

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol? Hoe word ik beter in geschiedenis? Als je beter wilt worden in geschiedenis moet je weten wat er bij het vak geschiedenis van je wordt gevraagd, wat je bij een onderwerp precies moet kennen en kunnen.

Nadere informatie

Ontmoeting met (heftige) emoties een handreiking vanuit de levenskunst

Ontmoeting met (heftige) emoties een handreiking vanuit de levenskunst Ontmoeting met (heftige) emoties een handreiking vanuit de levenskunst Palliatieve Zorg symposium Ontmoeten is Leren Kasteel Maurick Vught 2 oktober 2012 Dick Kleinlugtenbelt Agenda Emoties zijn waardevolle

Nadere informatie

Geluk & wijsheid. Zevende avond

Geluk & wijsheid. Zevende avond Geluk & wijsheid Zevende avond Schoonheid Wat heet mooi? Het belang van het overbodige De postmoderne waarheid De filosoof en de waarheid Goochelen Wat heet mooi? Kun je precies beschrijven wat je raakt?

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Emoties

Samenvatting Filosofie Emoties Samenvatting Filosofie Emoties Samenvatting door een scholier 1030 woorden 28 mei 2013 3,2 2 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie Cogito Filosofie samenvatting Emoties (theorie en primaire teksten) THEORIE

Nadere informatie

Filosofie en actualiteit. Tweede bijeenkomst

Filosofie en actualiteit. Tweede bijeenkomst Filosofie en actualiteit Tweede bijeenkomst Journalistieke vragen Over wat voor soort gebeurtenis hebben we het? Wat is de oorzaak? Wat gebeurt er verder? Hoe moeten we deze gebeurtenis beoordelen? Filosofische

Nadere informatie

Leren Filosoferen. Derde avond

Leren Filosoferen. Derde avond Leren Filosoferen Derde avond Humanisme als uitgangspunt Toen: rationalistisch humanisme Nu: sentimentalistisch humanisme Levert voorbeelden, geen gereedschappen Rationalistisch humanisme Rationalistisch

Nadere informatie

Filosofie. Op het VWO. Filosofie juist op Lyceum Oudehoven!

Filosofie. Op het VWO. Filosofie juist op Lyceum Oudehoven! Filosofie Op het VWO Wat is Filosofie? Wetenschappen beantwoorden vragen: Over een eigen onderwerp (object van studie) Op een eigen manier (methode van bestuderen) Filosofie beantwoordt vragen die niet

Nadere informatie

Eindexamen havo filosofie 2013-I

Eindexamen havo filosofie 2013-I Opgave 2 Emoties bij mens en dier 10 maximumscore 3 een weergave van de visie van Seneca op woede bij dieren: dieren hebben geen rede en daarom geen emoties 1 een weergave van de visie van Seneca op woede

Nadere informatie

SOEFISME IN HET DAGELIJKS LEVEN

SOEFISME IN HET DAGELIJKS LEVEN SOEFISME IN HET DAGELIJKS LEVEN Een leerling van Hazrat Inayat Khan (Een kopie van de uitgave van) The Sufi International Headquarters Publishing Society 1 Liefde ontwikkelt zich tot harmonie en uit harmonie

Nadere informatie

Een voorlopige balans (Periode 1)

Een voorlopige balans (Periode 1) Een voorlopige balans (Periode 1) Omschrijving van deze periode We hebben tijdens dit schooljaar al heel wat gediscussieerd, besproken, nagedacht, Je hebt in deze gesprekken, maar ook in de logboekopdrachten

Nadere informatie

Don Kwast. Denklicht. Pleidooi voor filosofisch onderwijs ISVW UITGEVERS

Don Kwast. Denklicht. Pleidooi voor filosofisch onderwijs ISVW UITGEVERS Don Kwast Denklicht Pleidooi voor filosofisch onderwijs ISVW UITGEVERS Met dank aan: Bodine Bonnenberg Sara Rahimi Inhoud Voorwoord 7 Inleiding 11 I De zin van onderwijs 21 II De noodzaak van filosofisch

Nadere informatie

BEÏNVLOEDINGSSTIJLEN. Tegenbewegende stijlen. Meebewegende stijlen. = duwen = trekken. evalueren aansporen en onder druk zetten

BEÏNVLOEDINGSSTIJLEN. Tegenbewegende stijlen. Meebewegende stijlen. = duwen = trekken. evalueren aansporen en onder druk zetten BEÏNVLOEDINGSSTIJLEN Er zijn verschillende beïnvloedingsstijlen te onderscheiden. De stijlen kunnen worden onderverdeeld in: TEGENBEWEGENDE STIJLEN MEEBEWEGENDE STIJLEN = duwen = trekken Tegenbewegende

Nadere informatie

MIRARI Van kritiek naar dialoog.

MIRARI Van kritiek naar dialoog. MIRARI Van kritiek naar dialoog. Door Tomas Serrien Verwondering is het begin van alle wijsheid. (Aristoteles) Mirari - 1 HET WAT en HET WAAROM: Het grondidee van Mirari. Het is tijd voor een filosofisch

Nadere informatie

Oefening: Innerlijke stemmen Tijd: 30 minuten

Oefening: Innerlijke stemmen Tijd: 30 minuten Oefening: Innerlijke stemmen Tijd: 30 minuten Intro Sta je wel eens stil bij al de innerlijke stemmen die je in je hoofd hoort? Vaak hoor je ze op een wat strenge, zeurderige of klagende toon. Ze zijn

Nadere informatie

Willen sterven. Wie anders dan ik zelf zou het recht hebben om te beslissen over mijn leven? Moment voor religieuze bezinning en waardevol leven

Willen sterven. Wie anders dan ik zelf zou het recht hebben om te beslissen over mijn leven? Moment voor religieuze bezinning en waardevol leven Wie anders dan ik zelf zou het recht hebben om te beslissen over mijn leven? Paul van Tongeren was tot zijn emeritaat hoogleraar wijsgerige ethiek in Nijmegen en Leuven. Hij is als geassocieerd onderzoeker

Nadere informatie

Werkstuk Levensbeschouwing Relaties

Werkstuk Levensbeschouwing Relaties Werkstuk Levensbeschouwing Relaties Werkstuk door een scholier 2503 woorden 3 maart 2008 6,6 10 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing 1 Wie versiert wie? De jongen het meisje? Andersom? Of kan het beide?

Nadere informatie

Hoe eerlijker en nauwkeuriger u deze lijst invult, hoe meer waarde hij zal hebben.

Hoe eerlijker en nauwkeuriger u deze lijst invult, hoe meer waarde hij zal hebben. Beïnvloedingsstijlen Vooraf: De uitkomst van deze beweringenlijst geeft u inzicht in de wijze waarop u door anderen wordt ervaren als u in situaties bent waarin u anderen wilt beïnvloeden. Hoe eerlijker

Nadere informatie