Overheidspensioenen in perspectief. Wat brengt de toekomst?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Overheidspensioenen in perspectief. Wat brengt de toekomst?"

Transcriptie

1 Overheidspensioenen in perspectief Wat brengt de toekomst?

2 Commissie Pensioenhervorming TOEKOMST VAN DE PENSIOENEN IN DE OVERHEIDSSECTOR

3 3 Commissie Pensioenhervorming

4 4 Commissie Pensioenhervorming Algemeen UITDAGINGEN? Dubbele vergrijzing in het kwadraat Vervroegde uittrede Financiële (on)houdbaarheid Complexiteit annex onbegrijpelijkheid Diversiteit aan rechtspositieregelingen (interferentie) Verander(en)de gezinspatronen

5 5 Commissie Pensioenhervorming Algemeen Weloverwogen en genuanceerd concept Evenwichtsoefening en evenwichtige oefening Eerst grondig bestuderen Dan pas reageren Logisch pensioensysteem Politieke en maatschappelijke haalbaarheid Financiële overleefbaarheid Gebaseerd op 3 waarden Individuele verantwoordelijkheid Solidariteit Intergenerationeel evenwicht

6 6 Commissie Pensioenhervorming Algemeen BELANGRIJK! De Commissie opteert: niet voor het uniformiseren van de wettelijke pensioenregelingen, maar wel voor een convergentie tussen de repartitiestelsels van de werknemers en de ambtenaren op een aantal punten.

7 7 Commissie Pensioenhervorming Algemeen Gemiddeld maandelijks eerstepijlerpensioen van de rustgepensioneerden naar stelsel van het rustpensioen en geslacht, 2007, bedragen in euro Bedrag MAN VROUW TOTAAL RP WERKNEM. RP ZELFST. RP AMBT. RP GEMENGD Bron: Belgische pensioenatlas 2010 FOD Sociale Zekerheid & Onderzoeksgroep Pensioenbeleid KUL o.l.v. Jos Berghman

8 8 Commissie Pensioenhervorming Algemeen

9 9 Commissie Pensioenhervorming Algemeen

10 10 Commissie Pensioenhervorming Inleiding Het verslag van de Pensioencommissie maakt een onderscheid tussen: 1 2 Structurele hervormingen en parametrische hervormingen die betrekking hebben op: het pensioenrecht de pensioenberekening het betalingsrecht in een context van een gewijzigde gezinsdimensie.

11 11 Commissie Pensioenhervorming Inleiding STRUCTURELE HERVORMINGEN Wijzigen de architectuur van een systeem. Ontstaan uit de noodzaak om een nieuwe coherentie tot stand te brengen. Voorbeelden in het rapport: ZIV-regeling puntenstelsel splitsing 1

12 12 Commissie Pensioenhervorming Inleiding PARAMETRISCHE HERVORMINGEN Wijzigen specifieke parameters binnen een bestaande architectuur (zoals criteria m.b.t. preferentiële pensioenleeftijden en tantièmes, verhogingscoëfficiënten, tijdsbonificatie voor diploma, ). Actuariële correcties (bonus, malus, loopbaanduurverlenging, pensioenleeftijdverhoging) zijn in dit verband niet specifiek voor een puntenstelsel maar zijn evengoed parametrische hervormingen die in de bestaande reglementering uitvoerbaar zijn. Zijn in vergelijking met structurele hervormingen niet noodzakelijk minder drastisch, wat betreft hun concrete gevolgen voor toekomstige gepensioneerden en actieven, of hebben niet noodzakelijk minder impact. 2

13 13 Commissie Pensioenhervorming Inleiding TIEN GEMEENSCHAPPELIJKE PRINCIPES 1. De opbouw van de wettelijke pensioenen moet transparant zijn 2. De sociale performantie en de financiële houdbaarheid van de drie stelsels moet voortdurend opgevolgd worden 3. Vooraf vastgelegde spelregels die evenwichten verzekeren en een sterke betrokkenheid van de sociale partners 4. De hoogte van de pensioenen moet gehandhaafd worden door de loopbanen te verlengen, en door effectieve arbeidsprestaties, wanneer men voldoet aan de voorwaarden van het vervroegd pensioen, sterker te belonen. 5. De leeftijds- en loopbaanvoorwaarden moeten een eenvormige invulling krijgen over de verschillende stelsels (verschillen moeten op een objectieve basis kunnen gerechtvaardigd worden)

14 14 Commissie Pensioenhervorming Inleiding TIEN GEMEENSCHAPPELIJKE PRINCIPES 6. De berekening van het pensioen moet gebaseerd zijn op het arbeidsinkomen van de hele loopbaan 7. Keuzevrijheid, met een correctiemechanisme bij vervroegde pensionering dat objectief, billijk en sociaal verantwoord is. Gedeeltelijke opname van het pensioen moet mogelijk worden. 8. De minimumbescherming moet verbeteren op een veel eenvoudiger manier in verhouding tot de lengte en arbeidsintensiteit van de loopbaan. 9. De gezinsdimensie van de pensioenstelsels wordt gemoderniseerd en eenvormig gemaakt 10. Een sterkere band is nodig tussen effectieve arbeidsprestaties en de hoogte van het pensioen. (debat over de gelijkstellingen) Daarnaast is een doordachte strategie nodig m.b.t. de rol van kapitalisatie enerzijds, en de organisatie van aanvullende pensioenen in de tweede pijler anderzijds.

15 15 Hervormingsvoorstellen Transitie 1 HELE OPERATIE OM PENSIOENSYSTEEM OVEREIND TE HOUDEN Dit betekent: Bestaande pensioenen blijven (intergenerationele solidariteit?) Bestaande opgebouwde pensioenrechten kunnen eerst na een billijke overgangsperiode worden gewijzigd (wat is billijk?) Wel beleidsmatige transitie: Voorbereiding/uitwerking door nieuwe regering Fase met vaste parameters (tot 2025) Fase met endogene aanpassingsmechanismen (na 2025) Voorbereiding in nieuwe legislatuur : Verder uitwerken Opties nemen In wetten gieten Administratie klaar maken Oudere rommel opruimen (Bv 6 naar 5 dagenweek) Daartoe ook: Nationaal Pensioencomité + Kenniscentrum

16 16 Hervormingsvoorstellen Transitie 2 Nadere uitwerking door: Verdere ontsluiting administratieve data Optimalisering simulatiemodellen Bij voorbeeld m.b.t.: Gezinsmodalisering Minimum bescherming Gelijkgestelde periodes Actuariële correcties NADER ONDERZOEK IS NODIG Budgettair neutrale transitie naar een middelloonregeling en breed bezoldigingsconcept voor ambtenarenpensioenen (definitie van budgettair evenwicht per stelsel?)

17 HERVORMINGSVOORSTELLEN PENSIOENRECHT

18 18 Hervormingsvoorstellen pensioenrecht Dubbele vergrijzing in het kwadraat Evolutie aantal pensioengerechtigden in het ambtenarenstelsel Jaar Rustpensioen Overlevingspensioen Totaal

19 19 Hervormingsvoorstellen pensioenrecht Dubbele vergrijzing in het kwadraat Toekomstige pensioengerechtigden in het ambtenarenstelsel VASTBENOEMDEN CONTRACTUELEN

20 Hervormingsvoorstellen pensioenrecht Levensverwachting op de leeftijd van 65 jaar ( ) MANNEN VROUWEN

21 21 Hervormingsvoorstellen pensioenrecht Toekomst: werken tot 67 jaar? Het Commissieverslag doet hierover geen duidelijke uitspraak. Wel wordt op pagina 135 van het rapport een hypothese van het Planbureau geciteerd waaruit de volgende parametrische hervormingen kunnen afgeleid worden: Leeftijdsgrens van 65 jaar wordt 66j in 2025 en 67j in De minimumleeftijd voor vervroegde pensionering stijgt met 1 jaar in 2025 en nogmaals met 1 jaar in De loopbaanduurvoorwaarde wordt eveneens met 1 jaar verlengd in 2025 en met 1 jaar in Het is niet meteen duidelijk of de referentieloopbaan in het puntenstelsel van 45 jaar op een gelijkaardige manier moet worden aangepast (= pensioenberekening!).

22 22 Regeerakkoord (algemene maatregel) pensioenrecht LEEFTIJDSGRENS VERVROEGD PENSIOEN ALGEMENE REGEL VERVROEGD PENSIOEN LANGE LOOPBAAN Leeftijd Minimum loopbaan Minimum leeftijd Minimum loopbaan Minimum leeftijd Minimum loopbaan , , , (?) 42 (?) (?) 42 (?) 60 (?) 44 (?) 61(?) 43 (?) 60 (?) 44 (?) 61(?) 43 (?)

23 23 Hervormingsvoorstellen pensioenrecht Parametrische hervormingen Optrekken pensioenvoorwaarden: leeftijd + loopbaanduur Afschaffing diplomabonificatie Quid verhogingscoëfficiënten? Selectievere toepassing preferentiële tantièmes Quid preferentiële pensioenleeftijden? Structurele hervormingen Hervorming ziektepensioen Invoering van een puntensysteem

24 24 Hervormingsvoorstellen pensioenrecht Parametrische hervormingen Optrekken pensioenvoorwaarden: leeftijd + loopbaanduur Afschaffing diplomabonificatie Quid verhogingscoëfficiënten? Selectievere toepassing preferentiële tantièmes Quid preferentiële pensioenleeftijden? Structurele hervormingen Hervorming ziektepensioen Invoering van een puntensysteem heeft geen impact op het pensioenrecht

25 HERVORMINGSVOORSTELLEN PENSIOENBEREKENING

26 26 Hervormingsvoorstellen pensioenberekening Pensioenformule ambtenaren Dienstjaren (DJ) Effectief gepresteerde diensten Gelijkgestelde diensten Bonificaties Refertewedde (RW) Baremieke wedde Gemiddelde van de laatste 10 (5) jaar Niet begrensd DJ Tantième x RW 3/4 e RW 1/60 1/55 1/50 1/48 ( )

27 27 Hervormingsvoorstellen pensioenberekening Parametrische hervormingen Weren van de contractuele diensten Afschaffing diplomabonificatie Selectievere toepassing preferentiële tantièmes Behoud gelijkgestelde perioden Structurele hervormingen Van eindloonregeling naar middelloonregeling in de lengte en (?) de breedte Invoering van een puntensysteem

28 28 Hervormingsvoorstellen pensioenberekening Parametrische hervormingen Weren van de contractuele diensten Afschaffing diplomabonificatie Selectievere toepassing preferentiële tantièmes Behoud gelijkgestelde perioden Afschaffing van de pensioenbonus Structurele hervormingen Van eindloonregeling naar middelloonregeling in de lengte en (?) de breedte Invoering van een puntensysteem

29 29 Hervormingsvoorstellen pensioenberekening Invoering van een puntensysteem (1) Middel, geen doel op zich Pensioen = aantal punten x waarde punt Jaarlijkse vaststelling hoegrootheid punt Referentieambtenaar Waarde punt op moment van pensionering Referentievervangingsratio (Referentieloopbaan)

30 30 Hervormingsvoorstellen pensioenberekening Invoering van een puntensysteem (2) Punten kan men verzamelen door te werken maar men kan ook punten krijgen tijdens een periode van niet-activiteit als die gelijkgesteld wordt met een gewerkte periode. Uitgangspunt = als een ambtenaar gedurende een bepaald jaar j evenveel verdiend heeft als wat alle ambtenaren gemiddeld verdiend hebben gedurende dat jaar, dan zal hij één punt op zijn rekening krijgen voor dat jaar j; heeft hij meer verdiend dan het gemiddelde, dan krijgt hij meer; heeft hij minder verdiend, dan krijgt hij minder. Aantal punten = de verhouding tussen zijn eigen verdienste en de gemiddelde verdienste van alle ambtenaren in het jaar j.

31 31 Hervormingsvoorstellen pensioenberekening Invoering van een puntensysteem (3) Afwijkingen: men heeft minder punten verzameld dan een minimum waarop men recht heeft; men heeft meer punten verzameld dan een maximum waarop men recht heeft (relatief maximum); extra (fracties van) punten worden toegevoegd omdat men effectief doorwerkt na de leeftijd waarop men vervroegd pensioen kon aanvragen (pensioenbonus); eventueel wordt de hoeveelheid verworven punten verhoogd omwille van de erkenning dat het uitgeoefende beroep zwaar is en in de mate dat preferentiële tantièmes op termijn blijven bestaan.

32 32 Hervormingsvoorstellen pensioenberekening Pensioenformule van het puntenstelsel verzamelde pensioen = X 0,75 X punten ˇ Neutraliseert de invoering van de middelloonregeling Gemiddelde bezoldiging ambtenaren 45 Omvat de volledige en onvolledige dienstjaren, verloven, afwezigheden, tantième, Stemt overeen met 1/60 Equivalent van het relatief maximum

33 HERVORMINGSVOORSTELLEN PENSIOENBETALING

34 34 Hervormingsvoorstellen pensioenbetaling Te herwaarderen absoluut maximum (= 6283,5 /m): moet gehandhaafd worden; de toepassing dient overal op dezelfde wijze te gebeuren; moet gekoppeld worden aan de groei van de wedden in de overheidssector; zowel de pensioenbonus en actuariële correcties moeten daarop toegepast worden. (privésector: de 80 %-regel te hervormen en de fiscaliteit op uitgekeerde kapitalen in de tweede pijler progressief te maken)

35 35 Hervormingsvoorstellen pensioenbetaling Invoering van een bonus-malus (1) De Commissie pleit voor een combinatie van twee mechanismen: 1. een correctiemechanisme in de berekening van het aantal punten, d.w.z. extra punten na het tijdstip waarop men vervroegd pensioen kon aanvragen; 2. een correctiemechanisme bij de omzetting van de verworven punten in een pensioen: bij de omzetting van de verworven punten in een pensioen gebeurt een correctie als een individu afwijkt van wat in zijn geval beschouwd wordt als de normale leeftijd waarop hij op pensioen zou gaan.

36 36 Hervormingsvoorstellen pensioenbetaling Invoering van een bonus-malus (2) De volgende definities zijn hierbij van belang: een minimale pensioenleeftijd = de leeftijd waarop het individu de minimale lengte van loopbaan bereikt heeft die toegang geeft tot vervroegd pensioen. Deze leeftijd verschilt van individu tot individu. de wettelijke pensioenleeftijd = de leeftijd waarop iedereen zijn pensioen kan opnemen, ook al was de loopbaan slechts kort. De wettelijke pensioenleeftijd is voor iedereen gelijk. de normale pensioenleeftijd = de leeftijd waarop het individu een loopbaan bereikt zou kunnen hebben die qua lengte gelijk is aan de referentieloopbaan; deze leeftijd verschilt dus ook van individu tot individu.

37 37 Hervormingsvoorstellen pensioenbetaling Invoering van een bonus-malus (3) Het Commissieverslag doet verder geen duidelijke uitspraak over een bonus-malus. Wel wordt op pagina 138 van het rapport naar een hypothese van het Planbureau verwezen (sensitiviteitsanalyse) met het volgende bonus-malus systeem: een vermindering van 2,5% per jaar vervroegd pensioen (vermindering van 2,5% wanneer het pensioen één jaar voorafgaand aan de wettelijke leeftijd wordt opgenomen, 5% bij een opname 2 jaar voorafgaand aan de wettelijke leeftijd, met een maximum van 12,5%); een verhoging met 2,5% van het rustpensioen op jaarbasis per jaar dat volgt op de wettelijke pensioenleeftijd (een verhoging van 2,5% voor een vertrek één jaar na de wettelijke leeftijd, ).

38 38 Hervormingsvoorstellen pensioenbetaling Pensioenformule van het puntenstelsel

39 39 Hervormingsvoorstellen pensioenbetaling De perequatie: Erkenning als een nuttig instrument tegen de ontwaarding van de pensioenen en om de koopkracht van de gepensioneerden veilig te stellen (tijdelijk behoud). Toekomst: koppeling van de pensioenen in uitkering aan de loonevolutie van de actieven maar niet noodzakelijk voor 100 %. Wijze: twee eenvoudige (privé + ambtenaren) en maximaal automatische mechanismen van welvaartsaanpassing + wettelijk verankerd. Uitdaging: een goed evenwicht vinden tussen enerzijds een voldoende hoge vervangingsratio wanneer mensen op pensioen gaan (onmiddellijk inkomensverlies beperken) en anderzijds een voldoende koppeling aan de welvaart.

40 40 Hervormingsvoorstellen pensioenbetaling Pensioenformule van het puntenstelsel Bonus Malus actuariële correctie Koppeling aan de evolutie van de welvaart actuariële correctie welvaartsvastheid

41 HERVORMINGSVOORSTELLEN GEZINSDIMENSIE

42 42 Hervormingsvoorstellen gezinsdimensie De gezinsdimensie moet gemoderniseerd worden omdat de huidige afgeleide rechten: 1. de arbeidsparticipatie van vrouwen ontmoedigen; 2. een relatief nadeel opleveren voor tweeverdieners in vergelijking met koppels waarvan slechts één partner werkt; 3. geen bescherming bieden in geval van wettelijke samenwoning; 4. de waarborg van de verworven levensstandaard bij het overlijden van de partner voor sommige koppels onbillijk hoog maken in vergelijking met de waarborg voor andere koppels; 5. er geen objectieve grond is voor de verschillen tussen de pensioenstelsels van de ambtenaren, de werknemers en de zelfstandigen op dit punt.

43 43 Hervormingsvoorstellen gezinsdimensie Wettelijk samenwonen = huwelijk (budgettaire gevolgen?) (Echt)scheiding: Splitsing: bij echtscheiding of formele beëindiging van het wettelijk samenwonen wordt een zuivere splitsing toegepast. Concreet betekent dit dat de individuele punten en de minimale puntengarantie die de partners verworven hebben gedurende het huwelijk of het samenwonen, binnen elk van de drie stelsels vervangen worden door het gemiddelde van hun punten en het gemiddelde van hun minimale puntengarantie. voorwaarde = middelloonregeling Feitelijke scheiding: de bestaande regeling in het werknemers- en het zelfstandigenstelsel wordt uitgebreid naar het ambtenarenpensioenstelsel.

44 44 Hervormingsvoorstellen gezinsdimensie Overlevingspensioenen Di Rupo: (tijdelijke) overgangsuitkering Billijke overlijdensdekking: (80% van het eigen rustpensioen + 100% van het rustpensioen van de overledene <= een absolute begrenzing) + 20% van het eigen rustpensioen Afschaffing wezenpensioenen Afschaffing overlevingspensioen na echtscheiding (privésector) Op middellange termijn moet het gezinstarief voor werknemers en zelfstandigen worden afgeschaft.

45 HERVORMINGS- VOORSTELLEN AANVULLENDE PENSIOENEN

46 46 Hervormingsvoorstellen aanvullende pensioenen Eerste pijler bis KAPITALISATIE in het wettelijk stelsel naast repartitie gemengde financieringstechnieken Nieuwe contractanten in overheidsdienst 3 % uit alternatieve financiering

47 47 Hervormingsvoorstellen aanvullende pensioenen Tweede pijler Versterking tweede pijler werknemers privésector Geen tweede pijler voor vastbenoemde ambtenaren (samenhang met het weren van contractuele diensten in de pensioenberekening)

48 HERVORMINGS- VOORSTELLEN PENSIOENFINANCIERING

49 49 Hervormingsvoorstellen pensioenfinanciering Huidige financieringssystemen? 1. Staatskas Federale overheid, Gemeenschappen & Gewesten (inclusief onderwijs) 2. Pool der Parastatalen 3. Fonds federale politie 4. Gesolidariseerd pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen = semi-solidair systeem Wettelijke basispensioenbijdrage 2016 (= 41,50% - 7,50%) Geïndividualiseerde responsabiliseringsbijdrage (Regulariseringsbijdrage) 5. Autonome stelsels (eventueel i.s.m. voorzorginstelling)

50 50 Hervormingsvoorstellen pensioenfinanciering Theoretische bijdragevoet 2013 Pensioenmassa Loonmassa Verhouding Staatskas ,66% NMBS ,82% (Pool der) Parastatalen ,91% RSZPPO ,35% TOTAAL ,64%

51 HERVORMINGSVOORSTELLEN EXSYSPEN

52 52 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES 5 THEORETISCHE typegevallen op een microniveau gesimuleerd wat de effecten van de diverse mogelijke pensioenhervormingsvoorstellen zouden zijn op de hoogte van het rustpensioen. basis = de huidige pensioenregeling (diplomabonificatie voor pensioenrecht en pensioenberekening, toepassing preferentieel tantième, verhogingscoëfficiënt, eindloonberekening van de laatste tien jaar). 7 varianten zonder billijke overgangsbepalingen (worst case scenario) Varianten Variant 1 Variant 2 Variant 3 Variant 4 Variant 5 Variant 6 Variant 7 Toelichting geen diplomabonificatie voor het pensioenrecht geen diplomabonificatie voor het pensioenrecht en geen diplomabonificatie in de pensioenberekening geen diplomabonificatie voor het pensioenrecht, geen diplomabonificatie in de pensioenberekening en geen preferentieel tantième invoering van een middelloonregeling geen diplomabonificatie voor het pensioenrecht en invoering van een middelloonregeling geen diplomabonificatie voor het pensioenrecht, geen diplomabonificatie in de pensioenberekening en invoering van een middelloonregeling geen diplomabonificatie voor het pensioenrecht, geen diplomabonificatie in de pensioenberekening, geen preferentieel tantième en invoering van een middelloonregeling

53 53 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen van de pensioencommissie op de hoogte van het pensioen LOOPBAAN IN HET KLEUTER-, LAGER OF LAGER SECUNDAIR ONDERWIJS (BACHELORNIVEAU) Pensioen Loopbaan duur Tijdsbonificatie Refertewedde Leeftijd Type in jaren diploma Tantième Bedrag Type Jaarbedrag Maand bedrag Verschil % Basis 60 II ,54 EL , ,10 V1 61 III ,54 EL , ,10 0,00 0,0% V2 61 III ,54 EL , ,06-92,04-3,0% V3 62 I ,54 EL , ,13-269,97-8,9% V4 60 II ,71 ML , ,67-457,43-15,1% V5 61 III ,22 ML , ,83-446,27-14,7% V6 61 III ,22 ML , ,32-524,78-17,3% V7 62 I ,28 ML , ,21-666,89-22,0% EL = eindloonregeling ML= middelloonregeling Weerhouden in het regeerakkoord: zie pagina 130 e.v.

54 54 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen van de pensioencommissie op de hoogte van het pensioen LOOPBAAN IN HET HOGER SECUNDAIR ONDERWIJS (MASTERNIVEAU) Pensioen Loopbaan duur Tijds bonificatie Refertewedde Leeftijd Type in jaren diploma Tantième Bedrag Type Jaarbedrag Maand bedrag Verschil % Basis 60 II ,03 EL , ,38 V1 62 I ,03 EL , ,38 0,00 0,0% V2 62 I ,03 EL , ,67-116,71-3,0% V3 62 I ,03 EL , ,45-427,93-11,1% V4 60 II ,91 ML , ,81-570,57-14,8% V5 62 I ,24 ML , ,64-542,74-14,1% V6 62 I ,24 ML , ,38-643,00-16,7% V7 62 I ,24 ML , ,01-910,37-23,6% EL = eindloonregeling ML= middelloonregeling Weerhouden in het regeerakkoord: zie pagina 130 e.v.

55 55 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen van de pensioencommissie op de hoogte van het pensioen ALGEMENE AMBTENARENLOOPBAAN (BACHELORNIVEAU) Pensioen Loopbaan duur Tijds bonificatie Refertewedde Leeftijd Type in jaren diploma Tantième Bedrag Type Jaarbedrag Maand bedrag Verschil % Basis 60 II ,96 EL , ,98 V1 62 I ,96 EL , ,74 147,76 4,8% V2 62 I ,96 EL , ,10-73,88-2,4% V3 V4 60 II ,48 ML , ,17-417,81-13,5% V5 62 I ,49 ML , ,12-268,86-8,7% V6 62 I ,49 ML , ,88-462,10-14,9% V7 EL = eindloonregeling ML= middelloonregeling Weerhouden in het regeerakkoord: zie pagina 130 e.v.

56 56 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen van de pensioencommissie op de hoogte van het pensioen ALGEMENE AMBTENARENLOOPBAAN (MASTERNIVEAU) Pensioen Loopbaan duur Tijds bonificatie Refertewedde Leeftijd Type in jaren diploma Tantième Bedrag Type Jaarbedrag Maand bedrag Verschil % Basis 60 II ,62 EL , ,00 V1 62 I ,62 EL , ,19 198,19 4,8% V2 62 I ,62 EL , ,81-198,19-4,8% V3 V4 60 II ,34 ML , ,69-405,31-9,7% V5 62 I ,28 ML , ,29-205,71-4,9% V6 62 I ,28 ML , ,63-565,37-13,6% V7 EL = eindloonregeling ML= middelloonregeling Weerhouden in het regeerakkoord: zie pagina 130 e.v.

57 57 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen van de pensioencommissie op de hoogte van het pensioen AMBTENARENLOOPBAAN MET ACTIEVE DIENSTEN (BACHELORNIVEAU) Pensioen Refertewedde Leeftijd Type Loopbaan duur in jaren Tijds bonificatie diploma Tantième Bedrag Type Jaarbedrag Maandbedrag Verschil % Basis 60 II ,96 EL , ,62 V1 61 III ,96 EL , ,62 0,00 0,0% V2 61 III ,96 EL , ,62 0,00 0,0% V3 62 I ,96 EL , ,10-295,52-8,9% V4 60 II ,48 ML , ,97-447,65-13,5% V5 61 III ,19 ML , ,01-436,61-13,1% V6 61 III ,19 ML , ,01-436,61-13,1% V7 62 I ,49 ML , ,88-683,74-20,6% EL = eindloonregeling ML= middelloonregeling Weerhouden in het regeerakkoord: zie pagina 130 e.v.

58 58 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie BESPREKING VAN DE INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Enkel variante1 is momenteel realistisch. Waarom? Diplomabonificatie (pensioenrecht) : De regering heeft enkel het idee van de pensioencommissie overgenomen om de tijdsbonificatie voor de vaststelling van het pensioenrecht af te schaffen,. Zij doet dit via een overgangsperiode waarin de tijdbonficatie wordt afgebouwd met -6 maanden per kalenderjaar vanaf 2016 Diplomabonificatie (pensioenberekening) : De regering heeft het idee van de pensioencommissie NIET overgenomen om de tijdsbonificatie voor de berekening van het pensioenbedrag af te schaffen,. De regering heeft enkel het idee van de pensioencommissie overgenomen om de mogelijkheid te onderzoeken binnen het Nationaal Pensioencomité om een persoonlijke bijdrage in de 3 wettelijke pensioenstelsels te harmoniseren; Preferentieel tantième: De regering gaat ervan uit dat tijdens het sociaal overleg over de zware beroepen, het nog steeds mogelijk moet zijn om preferentiële tantièmes te definiëren, In afwachting van het sociaal overleg blijven de bestaande preferentiële tantièmes behouden, Invoering van een middelloonregeling : Dit heeft enkel te maken met de invoering van het puntenstelsel in Deze transitie moet budgettair neutraal zijn, De berekeningsresultaten in de varianten 4, 5, 6 en 7 bewijzen waarom dit budgettair neutraal moet zijn.

59 59 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie BESPREKING VAN DE NIEUWE INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES De 5 THEORETISCHE typegevallen van variante1 worden opnieuw berekend rekening houdende met een overgangsperiode waarin de tijdbonificatie enkel voor het pensioenrecht wordt afgebouwd met -6 maanden per kalenderjaar vanaf Tijdens de periode wordt telkens uitgegaan van de vroegst mogelijke datum van vervroegde oppensioenstelling overeenkomstig de tabel op pagina 94. De gebruikte loopbanen zijn ideale loopbanen van een referentieambtenaar. Persoonlijke loopbanen kunnen hiervan afwijken. Er is in geen enkel geval een negatieve impact op de hoogte van het pensioenbedrag,

60 60 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen op de hoogte van het pensioen LOOPBAAN IN HET KLEUTER-, LAGER OF LAGER SECUNDAIR ONDERWIJS (NORMAALSCHOOL STUDIEDUUR = 2 JAAR) VARIANTE 1 PENSIOENRECHT PENSIOENBEREKENING RESULTAAT pensioenvermogen pensioen loopbaan duur tantième gebonden verhoging tijds bonificatie totale loopbaan duur loopbaan duur tijds bonificatie refertewedde hypothese: betrokkene wordt 80 jaar oud leeftijd type in jaren coëfficiënt diploma in jaren in jaren diploma tantieme bedrag type jaarbedrag maandbedrag verschil % basis 60 II 40 1, , ,54 EL , , , II 40 1, , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , II 40 1,0908 1,5 45, ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , II 40 1, , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , III 41 1,0390 0,5 43, ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% ,46 maximumpensioen

61 61 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen op de hoogte van het pensioen LOOPBAAN IN HET KLEUTER-, LAGER OF LAGER SECUNDAIR ONDERWIJS (BACHELORNIVEAU STUDIEDUUR = 3 JAAR) VARIANTE 1 PENSIOENRECHT PENSIOENBEREKENING RESULTAAT tantième gebonden verhoging totale loopbaan duur pensioenvermogen hypothese: betrokkene wordt 80 jaar oud pensioen loopbaan duur tijds bonificatie loopbaan duur tijds bonificatie refertewedde leeftijd type in jaren coëfficiënt diploma in jaren in jaren diploma tantieme bedrag type jaarbedrag maandbedrag verschil % basis 60 II 39 1, , ,54 EL , , , II 39 1, , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , II 39 1,0908 2,5 45, ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , II 39 1, , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , III 40 1,0390 1,5 43, ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , ,5 III 40,5 1, , , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , III 41 1,0390 0,5 43, ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,54 EL , ,10 0,00 0,0% ,30 maximumpensioen

62 62 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen op de hoogte van het pensioen LOOPBAAN IN HET HOGER SECUNDAIR ONDERWIJS (MASTERNIVEAU STUDIEDUUR = 4 JAAR) VARIANTE 1 PENSIOENRECHT PENSIOENBEREKENING RESULTAAT pensioenvermogen pensioen loopbaan duur tantième gebonden verhoging tijds bonificatie totale loopbaan duur loopbaan duur tijds bonificatie refertewedde hypothese: betrokkene wordt 80 jaar oud leeftijd type in jaren coëfficiënt diploma in jaren in jaren diploma tantieme bedrag type jaarbedrag maandbedrag verschil % basis 60 II 38 1, , ,03 EL , , , II 38 1, , ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , II 38 1,0908 3,5 44, ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , II 38 1, , ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , III 39 1,0390 2,5 43, ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , ,5 III 39,5 1, , , ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , III 40 1,0390 1,5 43, ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , ,5 III 40,5 1, , , ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , I 41 1,0390 0,5 43, ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , I 41 1, , ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , I 41 1, , ,03 EL , ,38 0,00 0,0% , I 41 1, , ,03 EL , ,38 0,00 0,0% ,84 maximumpensioen

63 63 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen op de hoogte van het pensioen LOOPBAAN IN HET HOGER SECUNDAIR ONDERWIJS (MASTERNIVEAU STUDIEDUUR = 5 JAAR) VARIANTE 1 PENSIOENRECHT PENSIOENBEREKENING RESULTAAT pensioenvermogen pensioen loopbaan duur tantième gebonden verhoging tijds bonificatie totale loopbaan duur loopbaan duur tijds bonificatie refertewedde hypothese: betrokkene wordt 80 jaar oud leeftijd type in jaren coëfficiënt diploma in jaren in jaren diploma tantieme bedrag type jaarbedrag maandbedrag verschil % basis 60 II 37 1, , ,32 EL , , , II 37 1, , ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , II 37 1,0908 4,5 44, ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , II 37 1, , ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , II 38 1,0390 3,5 42, ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , ,5 III 38,5 1, , , ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , III 39 1,0390 2,5 43, ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , ,5 III 39,5 1, , , ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , I 40 1,0390 1,5 43, ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , I 40 1, , ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , I 40 1,0390 0,5 42, ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , ,5 I 40,5 1, , , ,32 EL , ,08 0,00 0,0% , ,5 I 40,5 1, , , ,32 EL , ,08 0,00 0,0% ,34 maximumpensioen

64 64 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen op de hoogte van het pensioen ALGEMENE AMBTENARENLOOPBAAN (BACHELORNIVEAU STUDIEDUUR = 3 JAAR) VARIANTE 1 PENSIOENRECHT tantième gebonden verhoging totale loopbaan duur PENSIOENBEREKENING pensioenvermogen hypothese: betrokkene wordt 80 jaar oud pensioen loopbaan duur tijds bonificatie loopbaan duur tijds bonificatie refertewedde leeftijd type in jaren coëfficiënt diploma in jaren in jaren diploma tantieme bedrag type jaarbedrag maandbedrag verschil % basis 60 II 39 1, , ,96 EL , , , II 39 1, , ,96 EL , ,98 0,00 0,0% , ,5 III 39,5 1,0000 2,5 42, , ,96 EL , ,92 36,94 1,2% , III 40 1, , ,96 EL , ,86 73,88 2,4% , ,5 III 40,5 1,0000 1,5 42, , ,96 EL , ,80 110,82 3,6% , I 42 1, , ,96 EL , ,62 221,64 7,1% , I 42 1,0000 0,5 42, ,96 EL , ,62 221,64 7,1% , I 42 1, , ,96 EL , ,62 221,64 7,1% , I 42 1, , ,96 EL , ,62 221,64 7,1% , I 42 1, , ,96 EL , ,62 221,64 7,1% ,99 RESULTAAT maximumpensioen

65 65 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen op de hoogte van het pensioen ALGEMENE AMBTENARENLOOPBAAN (MASTERNIVEAU STUDIEDUUR = 4 JAAR) VARIANTE 1 PENSIOENRECHT tantième gebonden verhoging totale loopbaan duur PENSIOENBEREKENING pensioenvermogen hypothese: betrokkene wordt 80 jaar oud pensioen loopbaan duur tijds bonificatie loopbaan duur tijds bonificatie refertewedde leeftijd type in jaren coëfficiënt diploma in jaren in jaren diploma tantieme bedrag type jaarbedrag maandbedrag verschil % basis 60 II 38 1, , ,62 EL , , , II 38 1, , ,62 EL , ,00 0,00 0,0% , ,5 II 38,5 1,0000 3,5 42, , ,62 EL , ,55 49,55 1,2% , III 39 1, , ,62 EL , ,10 99,10 2,4% , ,5 III 39,5 1,0000 2,5 42, , ,62 EL , ,65 148,65 3,6% , I 41 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 41 1,0000 1,5 42, ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 41 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , ,5 I 41,5 1,0000 0,5 42, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 42 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 42 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 42 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% ,52 RESULTAAT maximumpensioen

66 66 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen op de hoogte van het pensioen ALGEMENE AMBTENARENLOOPBAAN (MASTERNIVEAU STUDIEDUUR = 5 JAAR) VARIANTE 1 PENSIOENRECHT PENSIOENBEREKENING RESULTAAT tantième gebonden verhoging totale loopbaan duur pensioenvermogen hypothese: betrokkene wordt 80 jaar oud pensioen loopbaan duur tijds bonificatie loopbaan duur tijds bonificatie refertewedde leeftijd type in jaren coëfficiënt diploma in jaren in jaren diploma tantieme bedrag type jaarbedrag maandbedrag verschil % basis 60 II 37 1, , ,62 EL , , , II 37 1, , ,62 EL , ,00 0,00 0,0% , ,5 II 37,5 1,0000 4,5 42, , ,62 EL , ,55 49,55 1,2% , III 38 1, , ,62 EL , ,10 99,10 2,4% , ,5 III 38,5 1,0000 3,5 42, , ,62 EL , ,65 148,65 3,6% , I 40 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 40 1,0000 2,5 42, ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 40 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , ,5 I 40,5 1,0000 1,5 42, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 41 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , ,5 I 41,5 1,0000 0,5 42, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 42 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% , I 42 1, , ,62 EL , ,29 297,29 7,1% ,05 maximumpensioen

67 67 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen op de hoogte van het pensioen ALGEMENE AMBTENARENLOOPBAAN MET ACTIEVE DIENSTEN (1/50) (BACHELORNIVEAU STUDIEDUUR = 3 JAAR) VARIANTE 1 PENSIOENRECHT tantième gebonden verhoging totale loopbaan duur PENSIOENBEREKENING pensioenvermogen hypothese: betrokkene wordt 80 jaar oud pensioen loopbaan duur tijds bonificatie loopbaan duur tijds bonificatie refertewedde leeftijd type in jaren coëfficiënt diploma in jaren in jaren diploma tantieme bedrag type jaarbedrag maandbedrag verschil % basis 60 II 39 1, , ,96 EL , , , II 39 1, , ,96 EL , ,62 0,00 0,0% , II 39 1,2001 2,5 49, ,96 EL , ,62 0,00 0,0% , II 39 1, , ,96 EL , ,62 0,00 0,0% , II 39 1,1429 1,5 46, ,96 EL , ,62 0,00 0,0% , II 39 1, , ,96 EL , ,62 0,00 0,0% , III 40 1,0908 0,5 44, ,96 EL , ,62 0,00 0,0% , ,5 III 40,5 1, , , ,96 EL , ,62 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,96 EL , ,62 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,96 EL , ,62 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,96 EL , ,62 0,00 0,0% ,73 RESULTAAT maximumpensioen

68 68 Hervormingsvoorstellen pensioenstudie INDIVIDUELE MICRO-SIMULATIES Microsimulatie van de effecten van diverse pensioenhervormingsvoorstellen op de hoogte van het pensioen ALGEMENE AMBTENARENLOOPBAAN MET ACTIEVE DIENSTEN (1/50) (NIVEAU C) VARIANTE 1 PENSIOENRECHT PENSIOENBEREKENING RESULTAAT tantième gebonden verhoging totale loopbaan duur pensioenvermogen hypothese: betrokkene wordt 80 jaar oud pensioen loopbaan duur tijds bonificatie loopbaan duur tijds bonificatie refertewedde leeftijd type in jaren coëfficiënt diploma in jaren in jaren diploma tantieme bedrag type jaarbedrag maandbedrag verschil % basis 60 II 39 1, , ,35 EL , , , II 39 1, , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% , II 39 1, , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% , II 39 1, , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% , II 39 1, , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% , ,5 II 39,5 1, , , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% , III 40 1, , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% , ,5 III 40,5 1, , , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% , ,5 III 41,5 1, , , ,35 EL , ,40 0,00 0,0% ,30 maximumpensioen

69 Tot slot 1. Convergentie versus harmonisering? 2. Intergenerationele solidariteit? 3. Neutraliteit puntensysteem? 4. Regeerakkoord? 5. Sociaal overleg?