6.5. Boekverslag door X woorden 24 maart keer beoordeeld. Module 5 Geld en bankwezen. Hoofdstuk 1: Geld
|
|
- Leopold Maes
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Boekverslag door X woorden 24 maart keer beoordeeld Vak Economie Module 5 Geld en bankwezen. Hoofdstuk 1: Geld - directe ruil = goederen tegen goederen ruilen. o nadelen: waarde moeilijk te schatten, kost tijd om juiste ruilpartner te vinden. o Goud was tussenmiddel bij directe ruil - Indirecte ruil = goederen tegen geld ruilen. o Geen tijd om juiste ruilpartner te vinden. o Mensen kunnen altijd alles kopen wat ze willen. o Mensen hebben geen land nodig o Geen tijd voor verbouwen gewassen, verzorgen vee. o Mensen specialiseren zich. - Arbeid specialisatie = mensen leggen zich toe op werkzaamheden die ze het beste kunnen. - 3 functies van geld. o Betaal of ruilmiddel: producten kopen, diensten betalen o Rekenfunctie: uitreken hoeveel iets waard is. o Oppot of spaarmiddel: sparen (thuis of op de bank = met rente) - Legering = samenstelling waar munten van gemaakt zijn (munten worden geslagen bij de Nederlandse Munt NV in Utrecht/ bankbiljetten worden gedrukt bij Joh Enschede) - Chartaal geld = alle bankbiljetten en munten samen. o Nominale waarde = waarde die op munt/biljet staat o Intrinsieke waarde = materiaalwaarde o Fudiciair geld = vertrouwensgeld - Giraal geld = geld op het rekening courant tegoed. o Spaargeld staat voor een langere tijd vast bij de bank o Over spaargeld beschik je niet direct (giraal geld wel) o Cheques+pinpassen = hulpmiddelen om aan giraal geld te komen. o Creditcard is een middel waarmee we op krediet altijd goederen kunnen kopen (eind v/d maand> rekening) o Chipknip =plastic kaart met chip, kun je geld opslaan bij je bank of giro rekening, zonder pincode betalen (digitaal geld) o Digitaal internetgeld: chartaal geld wordt op computer of rekening gestort -> digitale betalingen kunnen Pagina 1 van 5
2 worden verricht. - Pinpas, chipknip, cheque = geld van rekening courant tegoed halen, met giraal geld betalen. - Maatschappelijke geldhoeveelheid = MGH = al het girale en chartale geld dat het publiek in handen heeft = primaire liquiditeiten. - Secundaire liquiditeiten: geld die we met enige moeite kunnen gebruiken bij afbetalingen, kan niet direct maar op korte termijn worden gebruikt. Soorten: o Korte termijndeposito (afspraak met de bank om een geldhoeveelheid voor een korte termijn vast te zetten. Meer rente dan op een normale bankrekening. Duurt enkele dagen/maanden. Na termijn = geld weer beschikbaar.) o Valutategoed (geld in een vreemde valuta op de bank zetten. Dus: niet euro s omwisselen, maar bij nood wel.) o Spaarrekeningen met een looptijd korter dan 2jaar. (kunnen op korte termijn het gespaarde geld gebruiken voor de consumptie. Is niet om te sparen, maar om te gebruiken voor de aankoop van (luxe) goederen en diensten) - Binnenlandse liquiditeitenmassa = primaire + secundaire liquiditeiten - Tertiaire liquiditeiten = waardepapieren die alleen op zeer lange termijn en/of met hoge kosten zijn te gebruiken. (bijv: lange spaargelden, buitenlands geld, aandelen) Primaire liquiditeiten *Chartaal geld*giraal geld Secundaire liquiditeiten *Korte termijndeposito*spaarrekeningen met een looptijd korter dan 2 jaar*valutategoeden Tertiaire liquiditeiten *buitenlands geld*lange spaargelden - voordelen komst euro o geen geld wisselen o niet omrekenen o geen rekening hoeven te houden met wisselkoers -> betere concurrentiepositie. - Nadelen komst euro o Alle munten/biljetten moeten worden gemaakt o Winkels moeten prijzen veranderen o Computersystemen moeten veranderd worden. Hoofdstuk 2: De banken - Amsterdamse wisselbank (1609) was eerste bank - 3 soorten banken: o primaire of algemene banken: voornaamste activiteit = verlenen van kredieten (mogen meer geld uitlenen dan ze bezitten, rood staan) bijv. Rabobank, ING, ABN Amro. o Secundaire of specifieke banken: voornamelijk bezig met beheren van spaargelden/ verlenen hypotheken/ andere kredietvormen. Gespecialiseerd in enkele onderdelen van algemene bank. Kredietbemiddeling staat centraal. In en uitgaande gelden moeten in balans zijn. Bijv. Aegon hypotheekbank, Frisia. Pagina 2 van 5
3 o Overige financiële instellingen:houden zich bezig met zaken die sterk verwant zijn met geld, richten zich op bemiddelen bij aan en verkoop van aandelen/ verzekeringen. Pensioenfondsen, verzekeringsmaatschappijen. Robeco, Aegon. - Geldbewaring bij bank> rente - Hypotheek: kredieten/leningen verlenen (tussenpersoon mensen die geld vragen en mensen die geld aanbieden) - Banken zorgen voor het betalingsverkeer in de hele wereld+ bemiddelen bij handel in vreemd geld/ effecten, verkopen verzekeringen. - Globalisering = proces waarbij grenzen tussen economieën vervagen. Hierdoor worden banken steeds internationaler (filialen in buitenland, internationale samenwerking > klanten beter van dienst zijn) hierom zijn veel banken gefuseerd (= samensmelting van 2 ondernemingen tot 1) - Algemene banken zijn ook gaan fuseren met secundaire banken (nu zijn er geen secundaire banken meer) - Branchevervaging= banken gaan andere diensten aanbieden - Banken houden administratie bij, geven aan het eind van het jaar een rekening uit, waar financiële resultaten instaan. - Balans Activa passiva Liquide middelen (bankbiljetten en munten in kluis ondergebracht) Eigen vermogen (geld dat eigenaren van de banken zelf in kas hebben gestoken.) Tegoed centrale bank (geld bij centrale bank) Spaargelden (mensen die geld op een spaarrekening hebben gestort, bank moet dit ooit terugbetalen) Debiteuren (mensen waar de bank nog geld van krijgt) Termijndeposito s (klanten die geld voor een lange termijn hebben vaststaan op depositorekening) Onroerende zaken+ inventaris (eigendommen van bank) Rekening couranttegoed (geld dat op bank of girorekening staat en direct is op te eisen (pinnen=bank moet betalen)) Dekking van de bank: geeft verhouding weer tussen de liquide middelen v/d bank en tegoed v/d centrale bank t.o.v. rekening couranttegoeden. Dekking = (liquide middelen+tegoed centrale bank) / rekening couranttegoed x100% Banken geven het liefst zoveel mogelijk uit (in de kas hebben ze er niks aan), maar ze moeten zorgen dat er genoeg geld is, zodat klanten dat kunnen opeisen. Hoofdstuk 3: verandering van de MGH - Banken scheppen geld (=zorgen voor meer giraal/chartaal geld), door kredieten te verlenen. - Geld v/d banken= niet MGH, het is niet voor goederen/diensten. - Geld van publiek= wel MGH, publiek=gezinnen+bedrijven. - Geldschepping= banken zorgen dat de MGH toeneemt - Geldvernietiging= MGH neemt af (publiek brengt geld naar de bank) Pagina 3 van 5
4 - banken kunnen de MGH veranderen (vergroten, verkleinen, in samenstelling veranderen) - substitutie= vervanging(bijv pinnen= giraal wordt chartaal> samenstelling verandert, niet MGH) - buitenlands geld= niet-geld (behoort niet tot de MGH) - transformatie= niet-geld omzetten in wel geld (of andersom) (verandert de MGH niet) - rood mogen staan> bank schept geld> wederzijdse schuldaanvaarding (wel gebruiken, maar ook terugbetalen). Niet teveel> tekort in de kas> failliet. - geldscheppende bank? Zie je aan debiteuren+rct Hoofdstuk 4: Prijsinflatie: - prijsinflatie: stijging van het gemiddelde prijspeil in een land. Het geld wordt minder waard. CBS berekent maandelijks de inflatie, door gegevens te verzamelen bij personen/bedrijven/instellingen. Bij de berekening worden indexcijfers gebruikt. - deflatie: daling van het gemiddelde prijspeil in een land - hyperinflatie: inflatie neemt extreme vormen aan. - Indexcijfers. Basisjaar = Indexcijfer= (gegevens gevraagd jaar/gegevens basisjaar)x100 - Wegingsfactor=weegt hoe belangrijk iets is. - Met het indexcijfer+wegingfactor kun je CPI(Consumenten Prijs Indexcijfer) berekenen. Dit cijfer laat zien hoe hoog de inflatie is. -prijzen stijgen door politieke+economische onrust. -waardevast inkomen=koopkracht blijft gelijk omdat er rekening wordt gehouden met inflatie. Gevolgen inflatie: - koopkracht neemt af (inflatie> van inkomen minder kopen. Nominaal>zelfde inkomen, reëel>lager inkomen, verander bij inflatie.) - bestedingsbedrag verandert (prijzen veranderen>bestedingsgedrag verandert) - lenen/sparen bij banken verandert. (ook geld wat op de bak staat wordt steeds minder waard) - Vast inkomen treft het niet (inkomen verandert niet, dus je kunt minder kopen) - Internationale concurrentiepositie verslechterd (export word duurder>landen gaan uit goedkopere landen importeren) Oorzaken inflatie: - overbesteding (meer kopen dan produceren>bedrijven breiden productie uit>personeel overwerken/extra personeel>meer kosten>prijzen verhogen>bestedingsinflatie - kosteninflatie>ondernemers moeten hogere kosten maken(bijv. door hogere lonen)> prijzen verhogen - loon/prijsspiraal: proces waarbij de lonen de prijzen elkaar beurtelings opjagen - winstinflatie>ondernemers verhogen winstmarges (ondernemers verhogen prijzen>winst neemt toe) - geïmporteerde inflatie: inflatie door hogere prijzen van geïmporteerde goederen. Hoofdstuk 5: vermogensmarkt. Pagina 4 van 5
5 - vermogensmarkt= plek waar vraag en aanbod naar allerlei financiële middelen samenkomen. (bijv de bank) o kapitaalmarkt: markt voor langer termijn (meer dan 2 jaar) [verhandelen veel hypotheken en langere spaargelden] o geldmarkt: markt voor korter termijn (minder dan 2 jaar) [algemene banken zijn de grootste spelers op deze markt] - hypothecaire lening: krediet waarbij de woning als onderpand geld - staatsobligatie: bewijs dat je geld hebt geleend aan de overheid. (krijg je rente voor, is om het tekort van de overheid te betalen.) - instutionele beleggers vragen geld om mee te beleggen (in aandelen+langlopende rekeningen, ontvangen winst+rente, is altijd genoeg om verzekeringen en uitkeringen mee te betalen.) - vrager rente= extra geld dat we moeten betalen als we geld lenen - aanbieder rente= vergoeding die je krijgt om geld beschikbaar te stellen. - Hoe langer je het geld bij een bank in bewaring geeft, hoe meer kans je hebt dat je geld minder waard word. - Omgekeerde structuur: rente geldmarkt is hoger dan rente kapitaalmarkt. - Bij het vaststellen v/d rente word gekeken naar de betrouwbaarheid, of het risico dat de klant niet terugbetaald+ruimte vermogensmarkt. (veel geld beschikbaar? Lage rente. Weinig geld beschikbaar? hoge rente. - Voordat de bank een lening afsluit wordt er gekeken of we kredietwaardig(=geen grote schulden+in staat om bedrag terug te betalen) zijn. - Ruime geldmarkt= aanbod groter dan vraag naar geld - Krappe geldmarkt= vraag groter dan aanbod geld. - Reële rente=rente gecorrigeerd met de prijsinflatie>rente hoger dan inflatie. - Rente wordt deels bepaald door ECB (Europese centrale bank), want die beïnvloed de inflatie. - effectenbeurs= voorbeeld kapitaalmarkt. (ondernemers kunnen aan kapitaal komen door effecten=aandelen/obligaties uit te geven op de beurs) - aandeel= bewijs dat we mede-eigenaar zijn van een onderneming - dividend= beloning (deel v/d winst) - obligatie= schuldbewijzen (geld aan onderneming geleend. Tegenprestatie=rente) primaire markt=eerstehands markt (bedrijf geeft nieuwe aandelen/obligaties uit) secundaire markt= tweedehands markt (doorverkoopmarkt voor bestaande aandelen/obligaties) provisie= vergoeding voor effecten laten kopen door de bank. Slechte economie> lage wisselkoers Optie= recht om gedurende een bepaalde periode (bijv: aandeel kopen (calloptie) of aandeel verkopen (putoptie) tegen een van tevoren afgesproken koers. AEX-index (= samengesteld indexcijfer)> laat zien hoe het met de aandeelprijzen is gesteld. Pagina 5 van 5
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4: monetaire zaken
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4: monetaire zaken Samenvatting door R. 1640 woorden 24 juni 2014 7,3 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1. Geld Begrippen Directe ruil Indirecte
Nadere informatie2) sparen -> oppotten: chartaal of giraal geld op een betaalrekening. Direct kunnen gebruiken (=liquide). Geen rendement
Samenvatting door C. 1209 woorden 29 mei 2016 7,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting Economie Monetaire Zaken H.1 Geld * Geld -> Chartaal (munten en bankbiljetten) + Giraal (geld
Nadere informatieH2 Te veel geld maakt ongelukkig
Samenvatting door M. 940 woorden 15 november 2012 3.3 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index H2 Te veel geld maakt ongelukkig 2.1 introductie De oorzaak van hyperinflatie is bijna altijd dezelfde:
Nadere informatie6.4. Boekverslag door M woorden 19 april keer beoordeeld. Economie zonder grenzen. Hoofdstuk 1 Geld
Boekverslag door M. 4323 woorden 19 april 2005 6.4 23 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie zonder grenzen Hoofdstuk 1 Geld Tekst 1 Indirecte en directe ruil Directe ruil: Goederen ruilen voor
Nadere informatieSamenvatting Hoofdstuk 9 Betalen in binnen- en buitenland
Paragraaf 1 Geld Samenvatting Hoofdstuk 9 Betalen in binnen- en buitenland Er is sprake van directe ruil wanneer er goederen tegen goederen worden geruild. We spreken van indirecte ruil wanneer er eerst
Nadere informatieVroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten.
Samenvatting door een scholier 1593 woorden 27 juni 2003 4,4 11 keer beoordeeld Vak Economie Leerstof Economie 1: Hoofdstuk 4: Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Inkomen
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Inkomen Samenvatting door een scholier 1329 woorden 12 maart 2004 7,8 37 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie Inkomen hoofdstuk 1: Inkomen in natura:
Nadere informatieMicronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden
Samenvatting door een scholier 1037 woorden 19 augustus 2003 5,5 126 keer beoordeeld Vak Economie H1. Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden Macroniveau:
Nadere informatie17.1 Veranderingen van de geldhoeveelheid
Samenvatting door een scholier 2137 woorden 18 juni 2008 7 8 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie: Geldschepping H17 17.1 Veranderingen van de geldhoeveelheid De maatschappelijke geldhoeveelheid
Nadere informatieBegrippenlijst Economie H10 geld en geldschepping
Begrippenlijst Economie H10 geld en geldschep Begrippenlijst door V. 902 woorden 8 juni 2013 3 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Begrippenlijst economie hoofdstuk 10 10.1 geld
Nadere informatieH2 HET ONTSTAAN VAN GELD
Samenvatting door S. 2413 woorden 30 juli 2012 5,4 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H1 GELD Hoe meer geld er in omloop is, hoe groter de kans op inflatie (koopkracht neemt af en vermogen wordt
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 9
Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 Samenvatting door een scholier 2086 woorden 13 januari 2006 3,5 4 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 9: Betalen in binnen- en buitenland 9.1 Geld Algemeen aanvaard
Nadere informatie7,4. Samenvatting door een scholier 1838 woorden 5 december keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1838 woorden 5 december 2005 7,4 9 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Economie H5 Paragraaf 1 Geld = ongedifferentieerde koopkracht die door iedereen wordt geaccepteerd
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 6: Geld en geldtheorie
Samenvatting Economie Hoofdstuk 6: Geld en g Samenvatting door een scholier 1227 woorden 13 februari 2005 6,9 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Hoofdstuk 6: Geld en g 6.1: De
Nadere informatie6.7. Boekverslag door E woorden 31 oktober keer beoordeeld
Boekverslag door E. 1574 woorden 31 oktober 2011 6.7 20 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie: 1.1 Schaarste is spanning tussen de menselijke behoeften en de beschikbare middelen om in
Nadere informatieUIT geld en banken
Hoe ontstaat geld in de economie? Geld heb je nodig om spullen mee te kunnen kopen, zonder geld valt er niets te kopen, en als er te weinig geld is zitten mensen te wachten op geld voordat ze het uit kunnen
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4, 5 en 6
Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4, 5 en 6 Samenvatting door een scholier 1083 woorden 18 januari 2006 5,8 10 keer beoordeeld Vak Methode M&O Percent 4 Financieel beleid: interestberekeningen
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1, 4, 6 en 9 (Transactie)
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1, 4, 6 en 9 (T) Samenvatting door een scholier 1042 woorden 6 oktober 2004 6,4 10 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk: 1, 4, 6 en 9. Hoofdstuk 1 Economie: algemeen,
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen, Hoofdstuk 1 t/m 6
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen, Hoofdstuk 1 t/m 6 Samenvatting door een scholier 1640 woorden 19 januari 2004 7,8 48 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 Directe ruil=
Nadere informatie6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE
Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 (Lesbrief Inkomen)
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 (Lesbrief Inkomen) Samenvatting door een scholier 1996 woorden 17 oktober 2004 6,6 28 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie, proefwerk Ho. 1 en 2 Hoofdstuk
Nadere informatieBoekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld
Boekverslag door M. 1345 woorden 21 februari 2012 6 34 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting economie hoofdstuk 8 en hoofdstuk 9 Paragraaf 1 Verzien in behoeften door goederen en diensten
Nadere informatieWAT IS GELD? Charta = wet Het is een wettelijk betaalmiddel!
GELDZAKEN havo 4 WAT IS GELD? Een betaalmiddel Chartaal geld: alle bankbiljetten en munten Charta = wet Het is een wettelijk betaalmiddel! Giraal geld: digitaal geld = onstoffelijk (niet tastbaar) Giraal
Nadere informatieUIT VWO geld en banken
Hoe ontstaat geld in de economie? Geld heb je nodig om spullen mee te kunnen kopen, zonder geld valt er niets te kopen, en als er te weinig geld is zitten mensen te wachten op geld voordat ze het uit kunnen
Nadere informatieWaarom houden gezinnen chartaal (kas)geld aan (i.p.v. giraal op de bank)? 1) Transactiemotief Gezinnen hebben contant geld nodig voor L1 = actieve kas
Domein G Geldwezen Ruil en arbeidsverdeling: 1) Directe ruil: goederen goederen Geringe arbeidsverdeling 2) Indirecte ruil: goederen geld goederen Meer arbeidsverdeling nodig Eigenschappen van geld: 1)
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3
Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de
Nadere informatieAntwoorden Economie Checklists 27 tot en met 29 Pincode deel 3
Antwoorden Economie Checklists 27 tot en met 29 Pincode deel 3 Antwoorden door een scholier 4672 woorden 4 mei 2003 6 31 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode 27.1. Is inflatie hetzelfde als geldontwaarding?
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 5 OKTOBER UUR. SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie B / 10
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 5 OKTOBER 2015 11.30-13.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie B / 10 2015 Nederlandse Associatie voor voor Praktijkexamens
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie vrijdag 16 december 2016 B / 12 2016 NGO-ENS B / 12 Opgave
Nadere informatie6,3. Samenvatting door een scholier 2386 woorden 25 juni keer beoordeeld. Economie in context
Samenvatting door een scholier 2386 woorden 25 juni 2012 6,3 13 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Paragraaf 19.1: Consumentenprijsindex en gevolgen inflatie. Inflatie: stijging van
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 3
Samenvatting Economie Hoofdstuk 3 Samenvatting door een scholier 1330 woorden 15 februari 2011 5,6 39 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Economie samenvatting hoofdstuk 1. 1.1 Directe ruil =
Nadere informatieDe wensen van mensen zijn onbegrensd. Hoe noemen we in de economie deze wensen? BEHOEFTEN. Categorie Vraag & Antwoord
Categorie Vraag & Antwoord De wensen van mensen zijn onbegrensd. Hoe noemen we in de economie deze wensen? BEHOEFTEN Er zijn te weinig middelen om in alle behoeften te kunnen voorzien. Hoe heet dit verschijnsel?
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8
Begrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8 Begrippenlijst door een scholier 1298 woorden 26 februari 2004 6,2 13 keer beoordeeld Vak Economie Begrippen hoofdstuk 7 en 8 Collectieve sector -> bestaat uit
Nadere informatieGroep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115
Samenvatting door M. 1480 woorden 6 januari 2014 7,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Tijd is geld De ECB leent geld uit aan de banken. Ze rekenen daar reporente voor. Banken
Nadere informatieEconomie. Boekje Geldzaken Samenvattingen + overige voorbereiding voor de toets. Inhoud:
Boekje Geldzaken Samenvattingen + overige voorbereiding voor de toets Economie Inhoud: Wat? blz. h1 & h2 samengevat 2 h3 & h4 samengevat 3 h5 & h6 samengevat 4 wat moet weten 5 Begrippen 6,7 & 8 Links
Nadere informatieVerboden woord Lesvoorbereiding kaartjes kaartjes achterkant Spelregels Afronding
Verboden woord Lesvoorbereiding Maak de kaartjes (print eerst het (word)document kaartjes op dik papier en vervolgens het (powerpoint)document kaartjes achterkant op de achterzijde. U kunt ook gebruik
Nadere informatieVermogen: geld Kapitaal (aandelen, obligaties, leningen (lange termijn))
www.jooplengkeek.nl Vermogensmarkt De markt: vraag en aanbod Vermogen: geld Kapitaal (aandelen, obligaties, leningen (lange termijn)) Vermogen is een ruimer begrip dan geld. Een banksaldo is ook vermogen.
Nadere informatie1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?
Nadere informatieAls de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.
Top 100 vragen. De antwoorden! 1 Als de lonen stijgen, stijgen de productiekosten. De producent rekent de hogere productiekosten door in de eindprijs. Daardoor daalt de vraag naar producten. De productie
Nadere informatie5,7. Samenvatting door een scholier 2810 woorden 11 juni keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 2810 woorden 11 juni 2012 5,7 25 keer beoordeeld Vak Economie KREDIETCRISIS Bankencrisis Omdat Amerikaanse banken op grote schaal hypotheekleningen verstrekken aan mensen
Nadere informatie8,2. Begrippen. Theorie. Samenvatting door een scholier 1293 woorden 26 juni keer beoordeeld. Hoofdstuk 1. De vorming van inkomen
Samenvatting door een scholier 1293 woorden 26 juni 2003 8,2 205 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1. De vorming van inkomen Inkomen in natura: een inkomen dat uit goederen bestaat. Zelfvoorzienend:
Nadere informatieSamenvatting M&O hoofdstuk
Samenvatting M&O hoofdstuk 10+ 11 Samenvatting door een scholier 1168 woorden 16 maart 2017 7 3 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Hoofdstuk 10 vermogensmarkt 10.1 vrager van vermogen Vragers van
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)
Nadere informatieHoofdstuk 2: Kom je ermee uit?
Hoofdstuk 2: Kom je ermee uit? Een middagje shoppen. a 75 209 x 100% = 35,9%. b 209 : 3,72 = 56,18. Dus zij moet 57 uur werken om de nieuwe jas te kunnen kopen. c Zij had eerst kunnen sparen of zij had
Nadere informatie7,8. Samenvatting door een scholier 868 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Samenvatting economie. 2.
Samenvatting door een scholier 868 woorden 3 maart 2015 7,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Samenvatting economie 2.1 Sparen en rente Redenen om te sparen: 1. Sparen uit voorzorg
Nadere informatieRuilen over de tijd (havo)
1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?
Nadere informatieTe weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.
Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar
Nadere informatieKatern 4 Waarde van de munt
Katern 4 Waarde van de munt Begrippen CPI = geeft aan hoe hoog de kosten voor het levensonderhoud zijn Deflatie = geld wordt meer waard Geldillusie = mensen denken dat ze rijker zijn dan in werkelijkheid
Nadere informatieTENTAMEN. HvA-HES ALGEMENE ECONOMIE
TENTAMEN HvA-HES ALGEMENE ECONOMIE 2012- H2 Onderwijseenheid : AECVS2FE01-1 & AECVS2FS01-1 Opleiding FRE & FSM 2 e jaars Datum : 5 juli 2012 Tijd : 17.15 19.15 uur VRJ NB Opgave 1, 2 en 3 moet door iedereen
Nadere informatieEen onderhandse lening is een lang lopende lening waarbij geld uitgeleend word door 1 geldgever.
Samenvatting door een scholier 1246 woorden 20 januari 2005 6,8 5 keer beoordeeld Vak M&O Hst 4 De vermogensmarkt is het geheel van vraag en aanbod. --> geldmarkt en kapitaalmarkt Op de geldmarkt wordt
Nadere informatie6,6. Samenvatting door een scholier 768 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Hoofdstuk Bruto- en nettoloon
Samenvatting door een scholier 768 woorden 3 maart 2015 6,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Hoofdstuk 1 1.1 Bruto- en nettoloon Loonstrook/Salarisspecificatie -> krijg je elke
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 6
Samenvatting Economie Module 6 Samenvatting door een scholier 2955 woorden 20 januari 2004 7,9 40 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 Bankbiljetten, munten
Nadere informatieMaak bij de beantwoording van de volgende vraag gebruik van onderstaande grafiek.
Opgave 1 M-vragen Maak bij de beantwoording van de volgende vraag gebruik van onderstaande grafiek. Euros to 1 RL 1 Is in de periode 31 maart 17 april sprake van een devaluatie van de euro ten opzichte
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2: Sparen en Beleggen
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2: Sparen en Beleggen Samenvatting door Daphne 1906 woorden 3 februari 2016 1 1 keer beoordeeld Vak Economie Europese Centrale bank (ECB) In de Eurolanden heeft maar één
Nadere informatieOndernemingen: om hun nieuwe gebouwen te kunnen kopen. Zij geven leningen uit aan aandeelhouders, zodat ze geld ontvangen.
Samenvatting door I. 1003 woorden 21 januari 2013 5,6 5 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans HOOFDSTUK 10 : VERMOGENSMARKT Aan de vragers kant van de vermogensmarkt zijn er 3 vragers: Consumenten:
Nadere informatie5, Ruilmiddelen en specialisatie De functies van geld. Samenvatting door een scholier 5489 woorden 7 september 2005.
Samenvatting door een scholier 5489 woorden 7 september 2005 5,9 9 keer beoordeeld Vak Economie 8.1 Geld De eerste vormen van handeldrijven werden goederen geruild tegen goederen. Er is dan sprake van
Nadere informatieDe spanning tussen de beperkte middelen (tijd en geld) en de oneindige behoeften van de mens = keuzestress.
Samenvatting door Martijn 2576 woorden 3 maart 2018 9,5 7 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Samenvatting Economie H1 en H2 1. Keuzes maken Hoe maak je keuzes? De spanning tussen de beperkte
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18
Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18 Samenvatting door Suzanne 4057 woorden 20 september 2017 4,2 7 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie samenvatting hoofdstuk 16,17,18 Paragraaf 16.1
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2000-I
4 Antwoordmodel Opgave 1 Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. 1 voorbeelden van juiste antwoorden: Een antwoord
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 3.3
Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 3.3 Samenvatting door een scholier 1298 woorden 30 november 2008 7,3 3 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Hoofdstuk 1. 1.1 Organisaties. Organisatie:
Nadere informatieEconomie module 4 Ruilen in de tijd. goederen kopen
Economie module 4 Ruilen in de tijd 27 blz. werkboek = 1 ½ blz. per les H1 par 1 & 2 vb.1 O O sparen om tijd storting + rente iets te kopen goederen kopen vb.2 O O geld lenen om tijd aflossing + rente
Nadere informatieSamenvatting Economie H1 t/m H3
Samenvatting Economie H1 t/m H3 Samenvatting door J. 1711 woorden 28 oktober 2012 7,8 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Samenvatting Module 1 Hoofdstuk 1 t/m 3. Hoofdstuk 1 Voor niks gaat de zon op
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie H11 en 12
Samenvatting Management & Organisatie H11 en Samenvatting door een scholier 2398 woorden 26 april 2003 5,9 28 keer beoordeeld Vak M&O Hoofdstuk 11 De vermogensmarkt 11.1 Oriëntatie Elk balans bestaat uit
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10
Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting door een scholier 2188 woorden 14 februari 2016 8,6 15 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 9: Schommelingen in de economie 9.1 Schommelingen
Nadere informatieECONOMIE. Begrippenlijst H1 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn
ECONOMIE VMBO-T2 Begrippenlijst H1 PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw Bewerkt door D.R. Hendriks Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn Versie 1 2013-2014 Hoofdstuk 1 Geld genoeg? Begrippenlijst H1 Economie
Nadere informatieDOMEIN E: RUILEN OVER DE TIJD. Module 4 Nu en later
DOMEIN E: RUILEN OVER DE TIJD Module 4 Nu en later Inflatie Definitie: stijging van het algemeen prijspeil Gevolgen van inflatie koopkracht neemt af Verslechtering internationale concurrentiepositie Bij
Nadere informatieSamenvatting door een scholier 1974 woorden 3 maart keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1974 woorden 3 maart 2003 6 14 keer beoordeeld Vak Economie Monetair Beleid 1. Inleiding en herhaling Chartaal en giraal geld vormen samen de maatschappelijke geldhoeveelheid
Nadere informatieDomein Goede Tijden, Slechte Tijden
Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Zie steeds de eenvoud!! havo Frans Etman Hoog- of laagconjunctuur Het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) heeft 2 filmpjes gemaakt over de indicatoren van de economie.
Nadere informatieVwo 4. Module 1: Schaarste,geld en handel Domein: Ruil en schaarste
Vwo 4 Module 1: Schaarste,geld en handel Domein: Ruil en schaarste De partij wil de bezuinigingen op kinderopvang (250 miljoen) en infrastructuur (ook 250 miljoen) terugdraaien. ''Die bezuinigingen zijn
Nadere informatieEconomie module 1. Hoofdstuk 1: Voor niks gaat de zon op.
Economie module 1. Hoofdstuk 1: Voor niks gaat de zon op. Economie gaat in essentie over het maken van keuzes. De behoeften van mensen zijn onbegrensd, maar hun middelen zijn beperkt. Door dit spanningsveld
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7
Samenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7 Samenvatting door een scholier 1525 woorden 14 februari 2007 7,6 5 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: Een inkomen in natura: een inkomen in goederen Arbeidsverdeling:
Nadere informatieEindexamen economie 1 havo 2000-I
Opgave 1 Meer mensen aan de slag Het terugdringen van de werkloosheid is in veel landen een belangrijke doelstelling van de overheid. Om dat doel te bereiken, streeft de overheid meestal naar groei van
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER 2016 09.00 10.30 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie Dinsdag 4 oktober 2016 B / 11 2016 NGO-ENS B / 11 Opgave 1
Nadere informatieDomein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl
Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die
Nadere informatieDomein Goede Tijden, Slechte Tijden
Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Zie steeds de eenvoud!! vwo Frans Etman Hoog- of laagconjunctuur Het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) heeft 2 filmpjes gemaakt over de indicatoren van de economie.
Nadere informatie4,1. Samenvatting door een scholier 539 woorden 11 oktober keer beoordeeld. Eco H5. Paragraaf 1; Gezinnen ruilen over de tijd
Samenvatting door een scholier 539 woorden 11 oktober 2016 4,1 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Eco H5 Paragraaf 1; Gezinnen ruilen over de tijd Ruilen over de tijd Prijs = rente Financiële
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 7 en 8
Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 en 8 Samenvatting door een scholier 323 woorden 1 april 2006 7,3 7 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Hoofdstuk 7 - Geld en geldtheorie 7.1 De geschiedenis
Nadere informatieRente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen
Rente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen Ruilen over de tijd Intertemporele substitutie Bedrijven lenen geld om te investeren
Nadere informatieCorrectiemodel. SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER UUR. Belangrijke informatie
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER 2015 15.15-16.45 UUR Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie B / 10 2015 NGO-ENS B / 10 Opgave
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen Samenvatting door een scholier 2077 woorden 7 december 2005 7,8 25 keer beoordeeld Vak Economie Economie Hoofdstuk 1: Vorming van inkomen Arbeidsverdeling: Iedereen
Nadere informatieSamenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen
Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen Samenvatting door een scholier 1239 woorden 30 oktober 2003 6,6 81 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1 Beroepsbevolking= werkgelegenheid
Nadere informatieDe grootste financiële beslissing in een mensenleven
De grootste financiële beslissing in een mensenleven 1 520.000.000.000,- ( 520 mrd) Totale hypotheekschuld van Nederlandse huishoudens Bron: NMa 2 170.000,- De gemiddelde grootte van een hypotheek in Nederland
Nadere informatieRuilen over de tijd. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman
Ruilen over de tijd Zie steeds de eenvoud!! vwo Frans Etman Bedenk dat bij ruilen er altijd twee dingen gedaan worden. Je geeft wat en je krijgt wat terug. Als je twee keer ruilt - ruilen over de tijd
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen Samenvatting door een scholier 2112 woorden 10 maart 2004 5,5 28 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Inkomen Hoofdstuk 1 De vorming van inkomen Microniveau= de
Nadere informatieCPI = 122,5 Wat zegt dit? Hoe bereken je dit? Categorieën Aandeel Prijsstijging Optelling. Voeding 40% 10% Kleding 35% -5% Overig 0 CPI 102,25
CPI = 122,5 Wat zegt dit? Hoe bereken je dit? Categorieën Aandeel Prijsstijging Optelling Voeding 40% 10% Kleding 35% -5% Overig 0 CPI 102,25 ConsumentenPrijsIndexcijfer Consumenten Prijsindexcijfer in
Nadere informatie5,9. Antwoorden door D woorden 16 november keer beoordeeld
Antwoorden door D. 2214 woorden 16 november 2011 5,9 31 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode 1.1 2. 58.49,- 3.a. Ruilmiddel 3.b. Rekenmiddel 3.c. Spaarmiddel 4. Pinpas, Chipknip, Overschrijving
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART 2016 08.45-10.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie Woensdag 9 maart 2016 B / 9 2015 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (21
Nadere informatie6,7. Samenvatting door een scholier 1150 woorden 10 oktober keer beoordeeld. De productiefactoren noemen en hun beloningen onderscheiden.
Samenvatting door een scholier 1150 woorden 10 oktober 2015 6,7 9 keer beoordeeld Vak Economie De productiefactoren noemen en hun beloningen onderscheiden. Productiefactoren: arbeid, ondernemerschap, kapitaal
Nadere informatieValutamarkt. fransetman.nl
euro in dollar wisselkoers Wisselkoers (ontstaat op valutamarkt) Waarde van een munt uitgedrukt in een andere munt Waardoor kan de vraag naar en het aanbod van veranderen? De wisselkoers van de euro in
Nadere informatieMonopolie: Wanneer slecht 1 aanbieder de voorzieningen van een bepaald goed verzorgt. Ns, waterleidingen, vuilophaaldiensten
Samenvatting door een scholier 1470 woorden 7 maart 2004 4,7 3 keer beoordeeld Vak Economie 10 Monopolie: Wanneer slecht 1 aanbieder de voorzieningen van een bepaald goed verzorgt. Ns, waterleidingen,
Nadere informatieALGEMENE ECONOMIE /03
HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Productiefactoren: alle middelen die gebruikt worden bij het produceren: NOKIA: natuur, ondernemen, kapitaal,
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Zakelijk boeren 1 maximumscore 1 A, B, D, E, F, H Opmerking
Nadere informatieKatern De waarde van de munt
Vwo katern 5 De waarde van de munt - hoofdstuk 1 Geldontwaarding Katern De waarde van de munt hoofdstuk 1 Geldontwaarding Opdracht 1 a Het gaat om 2,4 procentpunt. In de zin de centrale bank verwacht dat
Nadere informatiebruto inkomen (per persoon)
Opgave 1 Lorenzcurve en economische kringloop Definities: Bruto inkomen Loon/pensioen, interest, winst/dividend, huur/pacht Netto inkomen Bruto inkomen inkomstenbelasting (IB) Netto besteedbaar inkomen
Nadere informatieWerkstuk Economie Geld
Werkstuk Economie Geld Werkstuk door een scholier 2341 woorden 4 december 2004 4,5 99 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding: Mijn werkstuk gaat over geld, en met dat geld gaan we het verleden in, we kijken
Nadere informatieCoöperatieve Burgerbank
Coöperatieve Burgerbank Probleem Private banken en de rijkste 1% teveel macht en eigenbelang Structureel veel te hoge rente Structureel teveel (speculatieve) misbruik van het geldsysteem Oplossing Invoeren
Nadere informatie