Patiënteninformatie. Lumbale epidurale infiltratie

Transcriptie

1 Patiënteninformatie Lumbale epidurale infiltratie

2 Inhoud Inleiding... 3 Omschrijving en doel van de behandeling... 3 Voorbereiding op de behandeling... 3 Verloop van de behandeling... 4 Vooraf... 4 De behandeling... 4 Verloop na de behandeling... 5 Verwikkelingen... 5 Nevenwerkingen... 5 Ernstige hoofdpijn... 5 Bloeding... 5 Hersenvliesontsteking... 6 Blijvend letsel... 6 Bijwerkingen... 6 Tot slot... 6 Wie contacteren bij vragen/problemen?... 7 Persoonlijke notities / vragen

3 Inleiding Deze brochure biedt u de nodige informatie over lumbale epidurale infiltratie. U leest hierin meer over de behandeling zelf en eventuele nazorg van de behandeling. Het is onmogelijk om in deze brochure alle details voor elke situatie te beschrijven. Aarzel daarom niet om zo nodig bijkomende vragen te stellen aan uw arts of verpleegkundige. Gelieve deze brochure mee te brengen als u naar het ziekenhuis komt. Omschrijving en doel van de behandeling Tussen de wervels in de rug komen zenuwen uit die naar beide benen lopen. Door druk op één van deze zenuwen ontstaat pijn in het been (vanuit de rug). Meestal is de oorzaak van de pijn een hernia. De pijn kan ook ontstaan na een operatie door littekenweefsel of door een vernauwing van het ruggenmergkanaal. Bij een epidurale inspuiting wordt een lokaal verdovende stof en een corticosteroïd ingespoten rond de zenuwen die uit de rug komen. De verdovende stof zal tijdelijk de geleiding van de pijnprikkels blokkeren. De corticosteroïden hebben als doel de ontsteking en zwelling rond de zenuwen weg te nemen. Vaak is nog een tweede of derde infiltratie nodig na enkele weken om de pijn onder controle te krijgen. Voorbereiding op de behandeling U of uw verwijzende arts kan een afspraak maken via het afsprakenbureau (tel ). Op de dag van de behandeling kunt u in principe gewoon eten en drinken en uw geneesmiddelen innemen. Zorg ervoor dat u na de behandeling naar huis wordt gebracht door een begeleider. U mag namelijk na de behandeling gedurende 24 uur niet actief deelnemen aan het verkeer. Als u op de dag van behandeling koorts heeft of ziek bent, neem dan contact op met de pijnkliniek op het nummer ,5 uur na deze behandeling mag u naar huis. 3

4 U moet vóór de behandeling melden indien u: bloedverdunners gebruikt, zodat er vooraf passende maatregelen genomen kunnen worden. zwanger bent, of een vermoeden daarvan heeft. Röntgenstraling kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind. overgevoelig of allergisch bent voor ontsmetting, pleisters, contrast- of verdovingsvloeistof. Verloop van de behandeling Vooraf De dag van de infiltratie dient u zich op het doorgegeven tijdstip aan te melden aan het onthaal van het ziekenhuis campus Sint-Elisabeth in het bezit van uw SIS-kaart, uw verwijsbrief en uw foto s (CT of NMR). Nadat u zich heeft laten inschrijven bij de opnamedienst van het ziekenhuis, meldt u zich aan op de pijnkliniek. U kan zich omkleden in de patiëntenkamer en een operatiehemd aantrekken. Dit hemd sluit aan de achterzijde. De behandeling In de patiëntenkamer zijn de arts (anesthesist) en de verpleegkundige aanwezig. Voor de inspuiting in de rug ligt u op de linker zij of zit u rechtop in het bed. De omgeving van de prikplaats wordt ontsmet met een koude, rode ontsmettingsstof. Vervolgens legt de arts enkele steriele doeken rond de prikplaats om steriel te kunnen werken. De huid wordt plaatselijk verdoofd. Vervolgens wordt de naald geplaatst tot in de epidurale ruimte. Als de naald op de goede plaats zit, wordt een verdovende stof en corticosteroïd ingespoten. Hierbij kunt u eventueel een uitstralende pijn in uw been voelen. 4

5 Verloop na de behandeling Meestal voelt u na de behandeling een warmtegevoel, tintelingen en/of krachtverlies in het been. Dit is niet verontrustend en wordt veroorzaakt door de verdovende stof die na enkele uren is uitgewerkt. Bij een inspuiting in de rug moet u een half uur blijven liggen en mag u 2 uur later naar huis. Als na enkele uren de plaatselijke verdoving is uitgewerkt, kan er napijn optreden. Dit komt omdat de behandeling plaatsvindt in al geïrriteerd weefsel. Deze napijn kan een tijd aanhouden maar verdwijnt vrijwel altijd. U kunt hiervoor eventueel een pijnstiller innemen. Gelieve 6 tot 8 weken na de behandeling het Registratieformulier na pijnbehandeling in te vullen en te bezorgen in gesloten omslag aan het onthaal van het ziekenhuis ofwel op te sturen naar : AZ Turnhout campus Sint-Elisabeth Secretariaat Anesthesie Rubensstraat Turnhout Dit formulier wordt u bezorgd op de dag van de behandeling. Verwikkelingen Nevenwerkingen Ernstige hoofdpijn Een frequente bijwerking na de behandeling is ernstige hoofdpijn door het ontstaan van een gaatje na de prik waarlangs ruggenmergvocht kan lekken. Typisch bij deze klacht is dat de hoofdpijn erger wordt bij het rechtkomen. Bloeding Een enkele keer wordt er een bloedvaatje geraakt. Uitzonderlijk kan dit leiden tot een ernstige bloeding in de rug. Dit wordt meestal veroorzaakt door het niet tijdig stoppen van bepaalde bloedverdunners. De klachten hiervan zijn hevige rugpijn, 5

6 verminderde kracht in de benen en mogelijks urine- en stoelgangverlies. Een snelle heelkundige interventie is dan noodzakelijk. Hersenvliesontsteking Zeldzaam kan hersenvliesontsteking voorkomen. Koorts en hoofdpijn kunnen hiervan symptomen zijn. Blijvend letsel Extreem zeldzaam kan er na een inspuiting een blijvend letsel ontstaan ter hoogte van het ruggenmerg met mogelijks blijvende verlamming als gevolg. Bijwerkingen U krijgt een oplossing van een corticosteroïd en een verdovende stof toegediend. Beide producten zijn erg veilig. Toch zijn, zoals met alle geneesmiddelen, bepaalde bijwerkingen beschreven. Cortisone kan schommelingen geven in de suikerspiegel, vooral bij diabetes patienten. Andere belangrijke nevenwerkingen van cortisone zijn spierzwakte, botontkalking, maagproblemen, gewichtstoename, hormonale stoornissen en hoofdpijn. Deze nevenwerkingen komen vaker voor na meerdere inspuitingen. De verdovende stof of lokaal anestheticum kan soms een bloeddrukval of veranderingen in hartritme veroorzaken. Bij beide producten kunnen ook allergische reacties optreden. Indien u dit in het verleden reeds ondervonden zou hebben, is het belangrijk dit aan uw arts te melden. Indien er zich nevenwerkingen voordoen, kunt u contact opnemen met de pijnkliniek ( ). Tussen 17 uur en 8 uur, in het weekend en op feestdagen kunt u zich met dringende problemen wenden tot de spoedgevallen van AZ Turnhout campus Sint-Elisabeth ( ). Tot slot Hebt u na het lezen van deze brochure nog vragen of opmerkingen, dan kunt u terecht bij uw behandelend arts of de verpleegkundigen. Wij hopen van harte dat deze brochure u wegwijs heeft gemaakt in het verloop en de nabehandeling van lumbale epidurale infiltratie. 6

7 Wie contacteren bij vragen/problemen? AZ Turnhout campus Sint-Elisabeth Secretariaat Anesthesie Rubensstraat Turnhout Dr. K. Claeysoone Dr. W. Craninx Dr. P. Debois Dr. J. Geelen Dr. I. Geudens Dr. C. Lebrun Dr. H. Meeuwis Dr. I. Mertens Dr. G. MwaniDr. I. Peeters Dr. F. Smolders Dr. F. Soetens Dr. A. Van de Peer Dr. F. Van de Perck Dr. A. Van der Donck Dr. M. Vanhoof Dr. G. Verboven Persoonlijke notities / vragen Indien u vragen of opmerkingen hebt, kunt u die hier noteren. Zo hebt u ze altijd bij de hand bij een gesprek met de arts of verpleegkundige 7

8 AZ Turnhout vzw Campus Sint-Jozef Steenweg op Merksplas Turnhout Campus Sint-Elisabeth Rubensstraat Turnhout V.U. : Hans Ramaekers algemeen directeur AZ Turnhout vzw Steenweg op Merksplas Turnhout