Draadloze neerslagmeter Model: RGR122

Transcriptie

1 Bestnr Draadloze neerslagmeter Model: RGR122 Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van CONRAD ELECTRONIC NEDERLAND BV. Nadruk, ook als uittreksel is niet toegestaan. Druk- en vertaalfouten voorbehouden. Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische eisen bij het in druk gaan. Wijzigingen in de techniek en uitvoering voorbehouden. Copyright 2004 by CONRAD ELECTRONIC NEDERLAND BV Windmolenweg 42, 7548 BM Boekelo Internet:

2 Belangrijk! Beslist lezen! Deze gebruiksaanwijzing is een integraal onderdeel van dit product. Er staan belangrijke aanwijzingen in betreffende de ingebruikneming en het gebruik. Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door! Bij schades, die ontstaan door het niet opvolgen van de handleiding, vervalt het recht op garantie. Voor volgschades, die hieruit ontstaan zijn wij niet aansprakelijk. Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig! Introductie Geachte klant, Gefeliciteerd met de aankoop van de radiografische neerslagmeter RGR122. De neerslagmeter beschikt over de volgende functies: - Dagelijkse en totale neerslag - Geheugen voor de neerslagwaarden van max. 9 dagen - Neerslagalarm - Binnentemperatuurweergave - Maximale en minimale temperatuurweergave - Normale klok met kalenderfunctie - Dagelijkse alarm meter overdrachtsbereik De RGR122 werkt met de 433MHz overdrachtstechnologie. Er is geen bedrading nodig. Lees eerst deze gebruiksaanwijzing volledig en zorgvuldig door voordat u de draadloze neerslagmeter in gebruik neemt. U dient zich beslist te houden aan de aanwijzingen betreffende de veiligheid en het gebruik. Bij vragen kunt u zich wenden tot onze Technische helpdesk: Nederland: Tel helpdesk@conrad.nl

3 HOOFDEIGENSCHAPPEN : BASISAPPARAAT A. 4-regelige weergave - Toont de totale neerslag, de actuele neerslag of het verloop (historie) van de neerslag, de binnentemperatuur, de tijd en datum. B. RESET-toets voor de neerslaghoeveelheid sinds - Toont de startdag voor de weergegeven totale neerslag. - Houd deze toets ingedrukt om de totale neerslag en de actuele neerslag te wissen. - Houd deze toets ingedrukt voor het terugzetten van de datummarkering. C. Zoektoets voor het sensorsignaal - Activeert een zoekopdracht naar een sensorsignaal van de regensensor. D. MODE-toets - Overschakelen tussen tijdmode, kalendermode en dagelijkse alarmfunctie in de standaardwerking. - Houd deze toets ingedrukt, om de instelmode op te roepen. 3

4 E. Temperatuurtoets [ U] - Omschakelen tussen de weergave voor de maximale en de minimale temperatuur en de actuele temperatuur in de standaardwerking. - Houd deze toets ingedrukt om het temperatuurgeheugen in de standaardmode te wissen. - Vermindert de getoonde waarde in de instelmode. F. Toets voor de neerslaghistorie - Toont de neerslaghistorie in de standaardmode. - Verhoogd de getoonde waarde in de instelmode G. Neerslagalarm-toets [RAIN ] - Weergave van de geprogrammeerde neerslagalarm. - Houd deze toets ingedrukt om de instelmode voor het neerslagalarm op te roepen. H. ANTENNE - Ontvangt de signalen van de neerslagsensor. I. [ C / F] Keuzeschakelaar - Schakelt om tussen de weergave Celsiusgraden ( C) en Fahrenheit graden ( F). J. Neerslagalarm AAN/UIT-schakelaar - Schakelt het neerslagalarm aan of uit. K. RESET-toets - Voor het terugzetten van alle waarden op de fabriekswaarden. L. Alarm AAN-/ UIT-schakelaar - In- en uitschakelen van het dagelijks alarm. M. Batterijvak - Plaats twee batterijen van het type "UM-3", of de grootte "AA". N. Demonteerbare houder - Voor het opstellen van het basisapparaat op een vlakke ondergrond. 4

5 NEERSLAGSENSOR P. ANTENNE - Voor de overdracht van het signaal naar het basisstation. Q. Kruis voor het uitrichten - Dient voor het horizontale uitrichten van de neerslagsensor. R. Batterijvak - Voor twee batterijen van het type "UM-3", of de grootte "AA". INSTALLATIE 1. Plaats het basisapparaat en de neerslagsensor binnen de effectieve zenderreikwijdte (100 meter). 2. a) Plaats de batterijen in de sensor. b) Zet de sensor op een horizontaal oppervlak. c) Vul een paar druppels water in het midden van het kruis om te controleren of de sensor horizontaal staat. 5

6 Indien water op de posities 1-4 loopt, betekent dit dat de sensor niet horizontaal staat. d) Gebruik de metalen ring om de sensor horizontaal te zetten. 3. Verwijder de plakstrip van het neerslagreservoir. 4. Plaats de batterijen in het basisapparaat 5. Druk op de RESET-toets (terugzetten) op het basisapparaat om het apparaat te activeren. 6. Stel de kalenderklok in. 7. Druk op de toets [RAIN RESET /SINCE] (terugzetten van de regenhoeveelheid /start) om de datummarkering op te roepen. Houd de reset-toets ingedrukt om de actuele datum als nieuwe referentiestartdatum in te stellen. 6

7 BATTERIJ-INDICATIE Het apparaat bezit twee batterijaanduidingen: één indicator verschijnt in de weergave voor de totale neerslaghoeveelheid, en de tweede indicator verschijnt bij de binnentemperatuurweergave. De eerste indicator toont de laadtoestand van de externe neerslagsensor en de tweede indicator toont de laadtoestand van de batterijen in het basisapparaat. Vervang de batterijen direct, indien de overeenkomstige indicator oplicht. Aanwijzing: iedere keer na het vervangen van de batterijen van het basisapparaat, moet u de stappen 4 tot 7 herhalen, voordat het apparaat opnieuw gebruikt kan worden. TOTALE NEERSLAGHOEVEELHEID De totale neerslag verschijnt op het bovenste LC-display. Druk eenmaal op de toets [RAIN RESET /SINCE] (terugzetten van de neerslaghoeveelheid /start). De datum verschijnt nu in de onderste displayregel. Houd de toets [RAIN RESET /SINCE] twee seconden ingedrukt om de momentele instelling van het referentiedatum te wissen. Neem hierbij in acht, dat er hierdoor ook de voor de actuele dag (dag 0) gemeten neerslaghoeveelheid gewist zal worden. NEERSLAGHOEVEELHEID- HISTORIE De historie van de gemeten neerslaghoeveelheid kan in de tweede regel van het LCdisplay opgeroepen worden. Het basisapparaat kan maximaal een neerslaghoeveelheid voor negen dagen opslaan. Druk op [RAIN HIST / {] (neerslaghistorie) om de opgeslagen waarde voor een bepaalde dag weer te geven. De datum voor de opgeslagen waarde verschijnt met een minteken (-). Een nul (0) toont de waarde voor de actuele dag. Houd de toets [RAIN RESET /SINCE] twee seconden ingedrukt om de neerslagwaarde voor de actuele dag te wissen. Neem hierbij in acht, dat er hierdoor de totale neerslaghoeveelheid gewist zal worden. Aanwijzing: als er "HHH" voor de actuele dag (dag 0) wordt getoond: a.u.b. houd dan de [RAIN RESET /SINCE] ingedrukt om een reset uit te voeren en om een onjuiste weergave voor de totale neerslag te voorkomen. Let op: de weergave voor de neerslag kan door andere sensoren, die eveneens in de 433 MHz-frequentie werken, vervalst worden. Vermijdt om die reden een installatie van zulke sensoren in de nabijheid van het basisapparaat, om weergavenfouten te voorkomen. 7

8 NEERSLAGALARM Het alarm voor de neerslaghoeveelheid instellen: 1. Houd de toets [RAIN ALARM] (neerslagalarm) ingedrukt. 2. Druk op de [RAIN/HIST/{], om de getoonde waarde te verhogen of op [TEMP MEM/ ] om de waarde te verminderen. 3. Bevestig de instelling met [RAIN ALARM]. Druk op [RAIN ALARM ON/OFF] om het neerslagalarm te activeren. De alarmfunctie is nu geactiveerd. De indicator voor het neerslagalarm verschijnt op het display. Het alarm gaat een minuut lang af, zodra de neerslaghoeveelheid de geprogrammeerde grenswaarde bereikt heeft, bovendien knippert het neerslagalarm. Aansluitend klinkt per minuut opnieuw het alarmsignaal. Na het afgaan van het neerslagalarm blijft de indicator knipperen tot het alarm met [RAIN AL] wordt uitgeschakeld of als er een reset voor de grenswaarde van de neerslag doorgevoerd wordt of als een nieuwe dag begint. Druk op een willekeurige toets of voer een reset uit om het alarm en het signaal te deactiveren. Om de alarmfunctie helemaal uit te zetten, drukt u op [RAIN AL]. ONTVANGSTSIGNAAL - PROBLEMEN Als de weergave van het basisapparaat zonder een herkenbaar reden uitgaat, kunt u met [RAIN SEARCH] het aftasten van de frequenties naar signalen activeren. Als deze maatregel niet helpt, moet u de volgende punten controleren. - Bevind de neerslagsensor zich nog op zijn plaats? - Zijn de batterijen van het basisapparaat en de neerslagsensor leeg? Vervang indien nodig de batterijen. - Bevinden zich de apparaten binnen de zenderreikwijdte en is de overdrachtsweg vrij van hindernissen en storingsbronnen. Verminder, indien nodig, de afstand tussen de apparaten. Druk hierna opnieuw op de toets [RAIN SEARCH]. BINNENTEMPERATUUR De binnentemperatuur verschijnt in de derde regel van het display. Druk op [ C/ F] om de weergave tussen Celsiusgraden en Fahrenheitgraden om te schakelen. Druk op [TEMP MEM] om de maximum- en minimumtemperatuur weer te geven. Op het display verschijnt nu de opgeslagen maximumtemperatuur, opvolgend door de minimumtemperatuur en de actuele temperatuur enz. Houd de [TEMP MEM] twee seconden ingedrukt om het geheugen te wissen. 8

9 KALENDERKLOK De kalenderklok verschijnt in de onderste regel van het display. Druk op [MODUS] om tussen de weergaven voor de tijd, de kalender en het dagelijkse alarm te schakelen. Tijd instellen: 1. Druk op [MODUS], om de tijd of de kalender weer te geven. 2. Houd [MODUS] twee seconden ingedrukt. 3. Druk op [RAIN/HIST/{] of [TEMP MEM/ ], om de gewenste waarde in te stellen. 4. Druk op [MODUS] en herhaal de procedure vanaf stap 3 om de instellingen af te sluiten. 5. Bewaar de instellingen met de [MODUS]-toets. Dagelijkse alarm instellen: 1. Druk op [MODUS] om de instelling voor het dagelijkse alarm weer te geven. 2. Houd [MODUS] twee seconden ingedrukt. 3. Druk op [RAIN/HIST/{] of [TEMP MEM/ ], om de gewenste waarde in te stellen. 4. Druk op [MODUS] en herhaal de procedure vanaf stap 3 om de instellingen af te sluiten. 5. Bewaar de instellingen met de [MODUS]-toets. Het dagelijkse alarm wordt nu geactiveerd. Druk op [CLOCK ALARM AAN/UIT] voor het activeren van de alarmfunctie. De indicator voor het dagelijkse alarm verschijnt. Wanneer de dagelijkse alarmfunctie geactiveerd is, klinkt na het bereiken van de ingestelde alarmtijd 1 minuut lang het alarmgeluid en de alarmindicator knippert. Druk op een willekeurige toets om het alarmgeluid uit te zetten. De alarmfunctie blijft echter actief en het alarm gaat op de volgende dag op de ingestelde tijd opnieuw af. Druk op de [CLOCK AL ON/OFF]-toets om de alarmfunctie volledig uit te schakelen. DE RESET-TOETS (TERUGZETTEN) Gebruik deze toets uitsluitend indien het apparaat niet juist functioneert. Activeer deze toets met een balpen om alle instellingen terug te zetten op de standaardinstellingen vanaf fabriek. VOORZORGSMAATREGELEN Dit apparaat zal u, bij een goede verzorging, vele jaren dienen. Let echter op de weinige onderstaande voorzorgsmaatregelen: 1. Het apparaat niet dompelen in water. 2. Maak het apparaat nooit schoon met schurende of scherpe reinigingsmiddelen. Deze kunnen de plastiekonderdelen beschadigen en daardoor de elektronische schakelcircuits corroderen. 3. Plaats het apparaat niet op plekken waarbij deze blootgesteld wordt aan trillingen, stof, extreme temperaturen of vochtigheid. Hierdoor kunnen functiestoringen ont- 9

10 staan en de levensduur verkorten; eveneens kunnen hierdoor de batterijen beschadigd of de behuizing vervormd worden. 4. Verander niet de componenten binnenin het apparaat. Het recht op garantie vervalt hierdoor en er kan verdere schaden veroorzaakt worden. In het apparaat bevinden zich geen onderdelen die door de gebruiker zelf onderhouden moeten worden. 5. Gebruik uitsluitend nieuwe batterijen van hetzelfde type, zoals opgegeven in deze gebruiksaanwijzing. Meng nooit oude en nieuwe batterijen door elkaar omdat oude batterijen kunnen uitlopen. 6. Lees eerst deze gebruiksaanwijzing voordat u de neerslagmeter in gebruik neemt. TECHNISCHE GEGEVENS Basisapparaat Neerslaghoeveelheid weergavenbereik : mm (totale neerslag) ( inch) Neerslaghoeveelheid weergavenbereik Neerslaghoeveelheid resolutie Temperatuur weergavenbereik Werktemperatuur Temperatuurweergave resolutie Externe neerslagsensor Werktemperatuur : mm (0-99,99 inch) :1 mm : -5,0 C tot +50,0 C (23,0 F tot 122,0 F) : -5,0 C tot +50,0 C (23,0 F tot 122,0 F) : 0,1 C (0,2 F) : 1,0 C tot +60 C (33,8 F tot 140,0 F) Algemeen Zendfrequentie : 433 MHz Radiografische overdrachtbereik : 100 m Temperatuur meetinterval : ca. 30 s Stroomverzorging Basisapparaat Externe sensor : 2x batterijen van het type "UM-3" of "AA" alkalinebatterijen met 1,5V : 2x batterijen van het type "UM-3" of "AA" alkalinebatterijen met 1,5V 10

11 AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKSVEILIGHEID Dit apparaat voldoet aan de eisen en de benodigde grenswaarden voor alle Europese normen. Waarschuwing: Veranderingen of modificaties, die niet uitdrukkelijk door de verantwoordelijke voor de verleende gebruikstoestemming toegestaan zijn, kunnen leiden tot beëindiging van de vergunning voor dit apparaat. Opmerking: Dit apparaat werd getest en voldoet aan de eisen van de bepalingen voor digitale apparatuur uit de klasse B volgens paragraaf 15 van de FCC-normen. De grenswaarden zijn zo opgesteld, dat er voldoende bescherming tegen interferenties bij gebruik in woonruimtes gewaarborgd wordt. Dit apparaat produceert en gebruikt radiofrequenties en kan onder omstandigheden bij een niet vakkundige installatie resp. niet vakkundig gebruik ontvangststoringen op uw radio- resp. tv-toestel veroorzaken. Echter kan niet uitgesloten worden, dat de geproduceerde radiofrequenties geen storingen veroorzaken bij gebruik van een bijzonder gevoelig apparaat. Wanneer dit apparaat een storing bij uw radio- resp. tv-ontvangst veroorzaakt, is dit makkelijk vast te stellen, door het desbetreffende apparaat aan- en weer uit te zetten. Probeer aansluitend of u de storing door een of meerdere van de onderstaande maatregelen kunt verwijderen: Richt de ontvangstantenne van het betreffende apparaat opnieuw uit. Zet beide apparaten verder uit elkaar. Zet een van de apparaten op een ander stroomcircuit. Raadpleeg een vakman. BELANGRIJKE OPMERKINGEN - De fabrikant en Conrad Electronic Nederland BV zijn op geen enkele manier aansprakelijk voor schade of onaangenaamheden die ontstaan door een onvakkundige toepassing van dit apparaat. - De inhoud van deze gebruiksaanwijzing mag niet zonder toestemming van de fabrikant vermenigvuldigd worden. - Wijzigingen voorbehouden 11