Liturgie 500 jaar Reformatie: gedenken en vieren

Transcriptie

1 Liturgie 500 jaar Reformatie: gedenken en vieren

2 Zingen: Psalm 31:1,2,6 1. Op U vertrouw ik, Heer der Heren, Gij die mijn sterkte zijt. Om uw gerechtigheid wil nimmer mij de rug toekeren. Betoon mij uw nabijheid en stel mij in de vrijheid. 2. Hoor toch mijn roepen, hoor mijn klagen, snel mij te hulp, o God, maak niet uw knecht ten spot. De vijand dreigt en legt zijn lagen, wees mij dan, Gij geduchte, een burcht om in te vluchten. 6. Ik wil mij, Heer, in U verblijden, die hulp bood in de dag dat ik geen uitkomst zag, die steeds mij uit de engte leidde; dan mocht met lichte schreden ik in de ruimte treden. Opening door ds. Gert de Goeijen Zingen: Opwekking 369 Door uw genade, Vader, mogen wij hier binnengaan. Niet door rechtvaardige daden, maar door het bloed van het Lam. U roept ons in uw nabijheid en dankzij uw Zoon, dankzij het bloed dat ons vrijpleit, komen wij voor uw troon. Nooit konden wij zonder zonde voor U staan. Maar in uw Zoon zijn wij schoon 2

3 door het bloed van het Lam. Door uw genade, Vader, Mogen wij het binnengaan. Niet door rechtvaardige daden, Maar door het bloed van het Lam. U roept ons in uw nabijheid en dankzij uw Zoon, dankzij het bloed dat ons vrijpleit, komen wij voor uw troon, komen wij voor uw troon. Lezing ds. Tijs Nieuwenhuis: De invloed van Luther in Nederland Zingen: Psalm 12 (tekst en melodie: Maarten Luther) O Heer, zie uit uw heiligdom toch neer op deze aarde en kijk naar uw gemeente om die trouw uw Woord bewaarde. Ons tal is klein, wij staan alleen, want onder ons heeft menigeen uw heilig Woord verlaten. Zij praten mensen naar de mond, hun hart en tong laveren. Het is niet op uw Woord gegrond wat zij de mensen leren. De een kiest dit, de ander dat en elk gelooft van alles wat, ja, elk volgt zijn begeren. Zij vrezen in hun overmoed geen straffen op hun daden. Zij menen: Och, de Heer is goed, berokkent ons geen schade. Een ieder is zichzelf tot wet, men meent dat God er niet op let, 3

4 al kiest men ook ten kwade. Zij prijzen medemens lijkheid als hoogste deugd op aarde, maar weigeren gehoorzaamheid zo heeft hun woord geen waarde. Alom verdwijnt de vrees voor God, elk praat zich vrij van zijn gebod. Wij zien het volk ontaarden. God heeft naar onze klacht gehoord, de Herder al niet slapen: Hij troost ons met zijn machtig Woord en schenkt het ons als wapen. God zelf staat op met grote macht, Hij legt zijn wapentuig, zijn kracht, in handen van de armen. Uw Woord is in het smeltersvuur als zilver echt gebleken, het is in het beproevingsuur niet van uw volk geweken. Zoals het straalde van het kruis, zo zal het stralen in uw huis, ja stralen in de wereld! Intermezzo door Muziekvereniging Juliana: A mighty fortress is our God (James Ployhar) Lezing ds. Henk Klaassen: De genade van God voor ons vraagt geen prestatie van ons Zingen: Gezang 966:1-5 (Liedboek-2013) 1. Het heil des hemels werd ons deel alleen door Gods genade. Wij werkten en wij wonnen veel, maar alle winst bleek schade. 't Geloof ziet Jezus Christus aan: 4

5 wat Hij deed is genoeg gedaan voor al wie leeft op aarde. 2. Geen mens kon ooit des Heren wet, der mensen maat vervullen; toen heeft de Zoon zich ingezet om God en onzentwille en kwam tot ons, een mens als wij, maar zonder zonde, waarlijk vrij, de mens van den beginne. 3. Om Hem rechtvaardigt nu de Heer het leven van ons allen. God is op ons niet toornig meer, maar ziet met welgevallen een volk, gedoopt in Christus' doop, verenigd in geloof en hoop en liefde tot elkander. 4. Want wie hier leeft op zijn gezag, die is voor God rechtvaardig, hij vindt zijn handen elke dag tot goede werken vaardig; als nieuw wordt rond hem het bestaan en in hem vangt het voorjaar aan van 's Heren nieuwe aarde. 5. Lof Vader, Zoon en Heil'ge Geest, Hem die voor alle tijden ons heeft geroepen tot zijn feest, die zeer ons zal verblijden. Ja, ons verlangen wordt vervuld en onze mens'lijkheid onthuld, zij is in God voleindigd. 5

6 Combo: Opwekking 641 U heeft mij voor Uzelf gemaakt, en mijn hart is onrustig tot het rust vindt bij U. Herder van mijn ziel, die het duister verlicht. Ik zoek uw aangezicht tot ik rust vind bij U. Hoe ik mij ook voel, U alleen bent mijn doel. Ik zoek uw aangezicht tot ik rust vind bij U. U heeft mij voor Uzelf gemaakt, en mijn hart is onrustig tot het rust vindt bij U. Leid mij door de nacht, Heer, uw woord geeft mij kracht. Ik zoek uw aangezicht tot ik rust vind bij U. Dan zal ik U zien, Jezus, Heer die ik dien. En zie uw aangezicht waar ik rust vind bij U. Lezing ds. David de Jong: Vrije genade en vrije wil Zingen: Gezang 487:1-3 (Liedboek-1973) 1. De Heer heeft mij gezien en onverwacht ben ik opnieuw geboren en getogen. Hij heeft mijn licht ontstoken in de nacht, gaf mij een levend hart en nieuwe ogen. Zo komt Hij steeds met stille overmacht en zo neemt Hij voor lief mijn onvermogen. 6

7 2. Hij doet met ons, Hij gaat ons in en uit. Heeft in zijn handen onze naam geschreven. De Heer wil ons bewonen als zijn huis, plant als een boom in ons zijn eigen leven, wil met ons spelen, neemt ons tot zijn bruid en wat wij zijn, Hij heeft het ons gegeven. 3. Gij geeft het uw beminden in de slaap, Gij zaait uw naam in onze diepste dromen. Gij hebt ons zelf ontvankelijk gemaakt zoals de regen neerdaalt in de bomen, zoals de wind, wie weet waarheen hij gaat, zo zult Gij uw beminden overkomen. Refo500-koor: Gezang 414 (Liedboek-2013) Geef ons genadig, goede God, dat wij nu gaan in vrede. Geen ander is aan onze zij, een licht, een schild, een God als Gij! Ga met ons op onze wegen. Amen. Dankgebed (door ds. Gert de Goeijen) Collecte voor het Nederlands Bijbelgenootschap Zingen: Gezang 143:1-4 (Gereformeerd Kerkboek) 1. Een vaste burcht is onze God, een bolwerk in gevaren. Hij helpt en redt uit alle nood die wij hier nu ervaren. De vijand van weleer gaat tegen ons te keer. Zijn wapenrusting is de gruwel van zijn list. Geen kan hem evenaren. 7

8 2. Wij hebben zelf geen tegenweer, 't gevecht was gauw verloren. Doch voor ons strijdt een sterke Heer, tot redder uitverkoren. Vraagt gij zijn naam? Weet dan dat Christus is die Man, de HERE Zebaoth, Hij is de Zoon van God: slechts Hij kan triomferen. 3. Laat duizend duivels om ons staan, belust om te verslinden, geen vrees mag ons terneder slaan, wij mogen het toch winnen. De overste der aard', brutaal en onvervaard, hij overheerst ons niet, behoudt geen rijksgebied: één woord reeds kan hem binden. 4. Het Woord - zij zullen 't laten staan, wat zij ook ondernemen. Hij gaat ons met zijn vooraan, Hij komt ons kracht verlenen. Al staat de vijand klaar, hoe groot ook het gevaar voor leven, eer, gezin, hij werft toch geen gewin: wij erven t rijk des HEREN. 8