Inspectierapport BSO Binnen ste Buiten (BSO) Piramideplein CK Rijswijk Registratienummer

Transcriptie

1 Inspectierapport BSO Binnen ste Buiten (BSO) Piramideplein CK Rijswijk Registratienummer Toezichthouder: GGD Haaglanden In opdracht van gemeente: Rijswijk Datum inspectie: Type onderzoek : Nader onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport:

2 Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Inspectie-items... 6 Gegevens voorziening... 7 Gegevens toezicht van 7

3 Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 5 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd nader onderzoek. Beschouwing Tijdens het jaarlijks onderzoek op 9 mei 2016 heeft de toezichthouder een overtreding geconstateerd op één item binnen de pedagogische praktijk op deze BSO. Op verzoek van de gemeente Rijswijk heeft toezichthouder een nader onderzoek uitgevoerd. In dit nader onderzoek is de voorwaarde waaraan niet werd voldaan opnieuw beoordeeld tijdens een onaangekondigde inspectie op de locatie. Het betreft de volgende voorwaarde: De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. In de opgestuurde zienswijze op het rapport van de jaarlijkse inspectie geeft de leidinggevende aan de volgende maatregelen te nemen ten aanzien van de overtreding: het maken van een plan van aanpak om meer structuur en duidelijkheid te bieden de huisregels meerdere keren met de kinderen bespreken nieuwe afspraak: na 2 waarschuwingen krijgt een kind een time-out om na te denken. Daarna bespreekt de medewerker wat er gebeurd is en wat wel verwacht wordt van het kind Uit deze inspectie (gesprek met leidinggevende, beroepskracht en observatie in de groep) blijkt dat bovenstaande maatregelen getroffen zijn. De sfeer in de groep is sterk verbeterd,waarbij duidelijk is dat de leiding bij de beroepskrachten ligt en de kinderen zich veilig voelen om hun emoties te uiten en tot spel te komen. Enkele aandachtspunten heeft toezichthouder met de beroepskracht en leidinggevende besproken: erop letten dat ook de rustige, stille kinderen voldoende aandacht krijgen. In de groep krijgen drie kinderen, die druk gedrag vertonen en veel praten, de meeste aandacht van de beroepskracht waarschuwingen: de beroepskracht geeft er meer dan twee, voordat zij daar een consequentie aan verbindt. Dit is niet volgens de afspraak die gemaakt is en geeft de kinderen nog te veel ruimte om de grens op te zoeken het eet-en drinkmoment duurde te lang op de dag van de inspectie (drie kwartier), omdat de afspraak is dat alle kinderen pas mogen gaan spelen als iedereen klaar is. Dit veroorzaakt onrust en geeft de kinderen minder tijd om te spelen. Advies aan College van B&W Geen handhaving. De overtreding is hersteld. 3 van 7

4 Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Het bieden van emotionele veiligheid aan kinderen. Dit vormt de belangrijkste doelstelling in alle vormen van kinderopvang. Emotionele veiligheid is van groot belang omdat het bijdraagt aan het zelfvertrouwen en welbevinden van kinderen. Vanuit een gevoel van veiligheid zal een kind op ontdekking gaan en durft het nieuwe uitdagingen aan te gaan. Belangrijke voorwaarden voor emotionele veiligheid in de kinderopvang zijn bijvoorbeeld: vaste en sensitieve beroepskrachten en de aanwezigheid van bekende leeftijdsgenoten. Pedagogische praktijk Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk (opgesteld door GGD GHOR Nederland, versie december 2014). Onderstaande beschrijvingen, die cursief zijn weergegeven, zijn aan dit instrument ontleend en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. De observatie heeft plaats gevonden op dinsdagmiddag 1 november, vanaf uur. De situatie tijdens het inspectiebezoek is als volgt: als de toezichthouder aankomt op de BSO zijn de kinderen nog niet aanwezig. Samen met één van beide vaste beroepskrachten gaat de toezichthouder de kinderen ophalen van school. De andere vaste beroepskracht neemt de groep over als zij zijn aangekomen op de BSO. Gezien zijn momenten van vrij spelen, het eet-en drinkmoment en het ophalen van kinderen door hun ouders. Basisdoel Het bieden van emotionele veiligheid aan kinderen. De beroepskrachten communiceren met de kinderen. Elk kind wordt individueel begroet, op school of bij binnenkomst; beroepskrachten doen dit op een enthousiaste en persoonlijke manier. Observatie: de beroepskracht haalt de twee jongste kinderen op bij hun groep op school. Zij verwelkomt hen met aandacht: vraagt hoe het was op school en bekijkt de werkjes die de kinderen gemaakt hebben op school. Ze gaat daarbij door haar knieën en praat met de kinderen over wat zij gemaakt hebben. Ook de oudere kinderen worden individueel begroet door de beroepskracht en tijdens het lopen naar de BSO luistert zij naar wat de kinderen vertellen en gaat daar op in. De beroepskrachten hebben een vertrouwde relatie met de kinderen. De meeste kinderen laten zich enthousiast maken en motiveren door de beroepskrachten; zij reageren op initiatieven van de beroepskracht. De meeste kinderen zijn rustig en ontspannen in het contact met de beroepskrachten. De kinderen schakelen de beroepskrachten in als ze hulp of steun nodig hebben. Observatie: de kinderen kennen beide beroepskrachten goed. Zij noemen hen bij naam. Als een nieuw kind "juf" zegt, zegt een ander kind verbaasd:"hé, hij noemt jou juf." Bij aankomst op de BSO vraagt de beroepskracht wat de kinderen willen gaan doen. Zij splitsen zich in groepjes van twee. Een groepje laat zich enthousiast maken om te gaan verven. Twee andere kinderen spelen aan tafel met insteek-mozaïek. De beroepskracht gaat op een gegeven moment bij hen zitten en geeft aan:"kijk, je kunt ook een vlinder maken." De andere kinderen roepen de beroepskracht soms erbij als zij hulp nodig hebben:"t., we hebben nog een doekje nodig voor bij het verven." De beroepskrachten hebben een vertrouwde relatie met de kinderen. De beroepskrachten laten merken dat ze de kinderen accepteren zoals ze zijn; ze geven complimentjes, maken grapjes, knuffelen, hebben oogcontact en treden bemoedigend op als een kind dat nodig heeft. 4 van 7

5 Observatie: de beroepskracht praat rustig met de kinderen en geeft een duidelijke aanwijzing aan kinderen die onrustig gedrag vertonen, zoals:" ga eerst maar even dit opeten. Daarna praten we verder." Ze geeft de kinderen kleine taakjes, zoals "gooi jij de fruitschillen in de prullenbak?" en daarachteraan een complimentje: "fijn, bedankt dat je helpt." Als zij per ongeluk een beker limonade aan een ander kind geef dan wat de bedoeling was, reageert een kind:"he, wat doe je nou?" De beroepskracht lacht en zegt:"oh, wat stom van mij. Sorry, ik doe het verkeerd." Daarbij lacht ze en lachen de kinderen mee. Er heerst een ontspannen, open sfeer in de groep. Er is een aangename sfeer in de groep. De meeste kinderen tonen in hun gedrag dat ze zich op hun gemak voelen. Kinderen laten hun emoties zien, zowel in positieve zin (blij, tevreden, nieuwsgierig, enthousiast) als in negatieve zin (boos, verdrietig). De emoties zijn passend bij de situatie. Observatie: bij binnenkomst gaan de kinderen spelen in tweetallen. Zij zijn energiek en hebben plezier. Twee kinderen zijn heel enthousiast omdat ze in de speelhoek, waar zij een hut hebben gebouwd, een boek vinden met mooie foto's. Zij willen dit graag met de beroepskracht en de andere kinderen delen en vragen hen regelmatig te komen kijken. Een van deze kinderen vraagt of het licht uit mag zodat ze de 3D-foto's nog beter kunnen bekijken. De beroepskracht geeft aan dat dat niet mag, omdat dan andere kinderen niet genoeg kunnen zien om te spelen. De kinderen reageren teleurgesteld, maar accepteren de uitspraak. Even later komt de beroepskracht met het idee om alleen bij hen in de hoek het licht uit te doen. Dat idee wordt enthousiast ontvangen door de twee kinderen met het boek. Om uur gaan de kinderen aan tafel fruit en cräckers eten en wat drinken. Eén van de kinderen is erg onrustig en kan moeilijk stil zitten. De beroepskracht waarschuwt hem meerdere keren. Op een bepaald moment, zegt ze:"en nu is het klaar. Jij gaat nu even apart zitten om na te denken." Het kind wordt door de beroepskracht op een aparte stoel gezet. Na ongeveer 2 minuten roept ze hem weer bij de groep en praat met hem over wat de reden was van de time-out. Het kind moet erg huilen. De beroepskracht praat met hem over waarom hij huilt en welk gedrag zij wel van hem verwacht. Conclusie: Op basis van de observatie op de groep tijdens het inspectiebezoek concludeert toezichthouder dat de houder zorg draagt voor het waarborgen van de het basisdoel "het bieden van emotionele veiligheid aan kinderen". Toezichthouder oordeelt dan ook dat de pedagogische praktijk voldoet. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mw. J. Smaal) Interview anderen (Aanwezige beroepskracht) Observaties Pedagogisch beleidsplan (Versie 2106) 5 van 7

6 Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 6 van 7

7 Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : BSO Binnen ste Buiten Aantal kindplaatsen : 15 Gegevens houder Naam houder : Kinderopvang Binnen ste Buiten Rijswijk Adres houder : Ursulaland 127 Postcode en plaats : 2591GW 's-gravenhage KvK nummer : Aansluiting geschillencommissie : Nee Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Haaglanden Adres : Postbus Postcode en plaats : 2500BC 's-gravenhage Telefoonnummer : Onderzoek uitgevoerd door : M.C.T. Lommelaars Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Rijswijk Adres : Postbus 5305 Postcode en plaats : 2280HH RIJSWIJK ZH Planning Datum inspectie : Opstellen concept inspectierapport : Niet van toepassing Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : Verzenden inspectierapport naar houder : Verzenden inspectierapport naar : gemeente Openbaar maken inspectierapport : van 7