Uitwerking examen e tijdvak

Transcriptie

1 Uitwerking examen e tijdvak Let op: het is noodzakelijk om de formule op te schrijven en duidelijk aan te geven welke grootheid er wordt uitgerekend!! Vraag 1. E = 1,08 x 10 5 J / E = J / E = 0,03 kwh P = 600 W t = 3 min = 3 x 60 = 180 s E = P x t = 600 x 180 = J gebruik van de formule E = P x t 1 Vraag 2. gasvormige, vloeibare 1 condenseren 1 en Het eerste scorepunt alleen toekennen als beide antwoorden juist zijn. Het tweede score punt alleen toekennen als de naam in overeenstemming is met de fasen genoemd in de eerste zin. Vraag 3. A 1 Vraag 4. vloeiende kromme van 80 C tot 20 C op t = 30 minuten 1 na t = 30 minuten horizontaal tot t = 50 minuten 1

2 Vraag 5. Maximum score 2 - indien drie rijen juist 2 - indien twee rijen juist 1 - indien een of geen rijen juist 0 Vraag 6. A 1 Vraag 7. Smeltpunt ijzer = 1808 K = 1535 C = 835 C Dus de temperatuur ligt 835 C onder het smeltpunt van ijzer noteren van het smeltpunt van ijzer in C 1 Vraag 8. A 1 Vraag 9. C 1 Vraag 10. B 1 Vraag 11. B 1 Vraag 12. Chemische energie 1 Vraag 13. per juist kruisje 1 Voor elk extra kruisje in een zin het scorepunt niet toekennen.

3 Vraag 14. v = 14,8 m/s E = 7150 J m = 65 kg E bew = 0,5 x m x v = 0,5 x 65 x v = 32,5 x v 2 v 2 = 7150 / 32,5 = 220,923 v = 220,923 = 14,8 m/s gebruik van de formule E bew = 0,5 x m x v 2 1 Vraag 15. h = 11 m E z = E k m x g x h = x 10 x h = 7150 h = 7150 / 650 = 11 m Maximumscore 3 Inzicht dat E z = E k 1 gebruik van de formule E z = m x g x h 1 Vraag 16. F = 2,4 x 10 4 N / F = 24 kn / F = N W = 7150 J s = 0,30 m W = F x s 7150 = F x 0,30 F = 7150 / 0,3 = N gebruik van de formule W = F x s 1 Vraag 17. groter 1 korter 1 De consequentieregel hier niet toepassen Vraag 18. toe, weerstand 2 1 een stroom van de collector naar de emitter, wel 1 Een scorepunt alleen toekennen als beide keuzes juist zijn.

4 Vraag 19. C 1 Vraag 20. B 1 Vraag 21. f = 2000 Hz / f = 2 khz 1 hokje = 0,2 ms 2 trillingen = 5 hokjes 1 trilling = 2,5 hokjes T = 2,5 x 0,2 = 0,5 ms = 0,005 s f = 1 / T = 1 / 0,005 = 2000 Hz Maximumscore 3 gebruik van de formule f = 1 / T 1 bepalen en omrekenen van de trillingstijd T 1 Vraag 22. juiste kruisje bij het meetbereik (Hi) 1 de juiste plaats op de schaalverdeling aangegeven (tussen 84 en 86 (db)) 1 Vraag 23. De blootstelling is veel minder dan 8 uur, dus heeft Marion gelijk. noteren van de blootstellingsduur bij een geluidsniveau van 85 db 1 juiste conclusie 1 Vraag 24. t = 7500 uur C = 1200 mah I = 0,16 ma C = I x t 1200 = 0,16 x t t = 1200 / 0,16 = 7500 uur gebruik van de formule C = I x t 1 Vraag indien drie rijen juist 2 - indien twee rijen juist 1 - indien een of geen rijen juist 0

5 Vraag 26. Voorbeeld van een juist antwoord: juiste symbolen voor lampje, spanningsmeter en stroommeter 1 stroommeter in serie en spanningsmeter parallel 1 en Als de kandidaat de spanningsmeter over zowel de spoel als het lampje tekent, dit goed rekenen Als de stroommeter zo wordt geplaats dat er kortsluiting ontstaat, maximaal 1 scorepunt toekennen. Vraag 27. I = 3,75 A U = 12 V P = 45 W P = U x I 45 = 12 x I I = 45 / 12 = 3,75 A gebruik van de formule P = U x I 1 Vraag 28. C 1 Vraag 29. (n s =) 26 (windingen) U p / U s = n p / n s 230 / 12 = 500 / n s 19,16666 = 500 / n s n s = 500 / 19,16666 = 26 gebruik van de formule n p / n s = U p / U s 1 Vraag 30. Het antwoord moet het inzicht bevatten dat de trafo warm wordt of geluid maakt 1

6 en Als de kandidaat de noteert dat het opgenomen vermogen groter is dan het afgestane vermogen, dit goed rekenen Vraag 31. = 53 % / = 0,53 = P af / P op x 100 % = 45 / 85 x 100 % = 53 % gebruik = P af / P op x 100 % 1 Vraag 32. V = 87,5 cm 3 = 0,96 g/cm 3 m = 84 g = m / V 0,96 = 84 / V V = 84 / 0,96 = 87,5 cm 3 gebruik = m / V 1 Vraag 33. C 1 Vraag 34. Maximumscore 1 Voorbeelden van een juist antwoord: - flexibel - vormvast - luchtdicht Vraag 35.

7 Maximumscore 3 juist samenstellen van F s en F z met werklijnen (parallellogram) 1 tekenen van F res (2,1 cm met een marge van 0,1 cm; een lengte van 2,0 tot en met 2,2 cm goed rekenen) 1 noteren van de grootte van F res langs de stang 1 en Als de kandidaat de resulterende kracht vanuit P niet juist heeft samengesteld, voor deze vraag geen scorepunt toekennen. De grootte van F res moet overeenstemmen met de marge van de resultante. Vraag 36. maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord: Wietse sluit een doosje met stroommeter (in serie) aan op de spanningsbron. Het doosje moet hij ook met de + en omgekeerd aansluiten. (Geeft de stroommeter in een van beide gevallen niets aan, dan zit in dat doosje de diode) inzicht dat er een gesloten circuit met een stroommeter (in serie) moet worden gebruikt. 1 inzicht dat een diode de stroom maar in één richting doorlaat (en dus bij verkeerd om aansluiten de stroommeter geen aanwijzing geeft) 1 Vraag 37. (recht) evenredig 1 Als de kandidaat als antwoord geeft lineair, weerstand, of wet van Ohm, dit goed rekenen. Vraag 38. R = 33 k Kies een punt op de grafiek. Bijvoorbeeld het punt met U = 2,5 V en I = 0,075 ma R = U / I = 2,5 / 0, A = 33333,3 gebruik R = U / I 1 Vraag 39. maximumscore 2 minder dan tweemaal 1 groter 1 De consequentieregel hier niet toepassen Vraag 40. Voorbeeld van een juiste grafiek staat op de volgende pagina. Maximumscore 3 juist indelen van de beide assen en verticaal de juiste grootheid en eenheid ingevuld 1 inteken van alle meetpunten 1 vloeiende lijn door de meetpunten 1 en Het eerste scorepunt alleen toekennen als aan alle vier de voorwaarden is voldaan. Als er minder dan 2/3 van één as wordt gebruikt, hiervoor het eerste scorepunt niet toekennen.

8 Bij twee of meer meetpunten onjuist uitgezet, het tweede scorepunt niet toekennen. Vraag 41. maximumscore 1 (De tijd is) 1,8 (s) (met een marge van 0,2 s; antwoorden tussen 1,6 en 2,0 s goed rekenen) Vraag 42. B 1 Vraag 43. C 1 Vraag 44. De vertraging is 12,1 m/s 2 of a = -12,1 m/s 2 1 v = 100 km/h = 27,7 m/s t = 2,3 s a = (v e v b) / t a = (0 27,7) / 2,3 = -12,1 m/s 2 Maximumscore 3 gebruik van de formule a = (v e v b) / t 1 omrekenen van de snelheid naar m/s 1