De actieve voedingsdriehoek. Doelstellingen. De leerlingen kunnen de actieve voedingsdriehoek opbouwen.

Transcriptie

1 Infofiche 1 Doelstellingen De leerlingen kennen de verschillende voedselgroepen en kunnen deze correct binnen de actieve voedingsdriehoek plaatsen. De leerlingen kunnen de actieve voedingsdriehoek opbouwen. De leerlingen kunnen zelf aangeven wat gezonde en minder gezonde keuzes zijn. geeft een idee van hoeveel je dagelijks moet bewegen en wat je op een dag moet eten (vanaf de leeftijd van 6 jaar) om goed te groeien en gezond te blijven. telt 9 groepen: 7 voedselgroepen die elk hun aandeel leveren in de samenstelling van een gezonde, gevarieerde en evenwichtige voeding, 1 groep lichaamsbeweging en de restgroep. Evenwichtig eten betekent dat je dagelijks iets uit de 7 essentiële voedselgroepen van de actieve voedingsdriehoek eet, en dit in de juiste verhoudingen om op een evenwichtige manier voldoende voedingsstoffen en energie op te nemen. Neem dus in verhouding meer uit de grote groepen en minder uit de kleine. De restgroep is het loszittende topje van de actieve voedingsdriehoek. De voedingsmiddelen die thuishoren in de restgroep zijn niet noodzakelijk voor een gezonde voeding. De restgroep is dus slechts een toemaatje. Als je elke dag opnieuw hetzelfde voedingsmiddel uit elke groep zou kiezen (bijvoorbeeld altijd een appel en geen ander fruit), dan zou je voeding eentonig of saai zijn en dat is ook niet gezond. Variatie binnen elke voedselgroep is dus ook belangrijk. Elke groep bevat een grote keuze aan verschillende voedingsmiddelen die bij afwisseling bijdragen tot een gezonde voeding.

2 Infofiche 1 Materiaal Kranten en tijdschriften Per groep een exemplaar van het stappenplan (zie kopieerblad 1 bij infofiche 1) Per groep een afbeelding van de actieve voedingsdriehoek (inclusief de aanbevelingen) (zie kopieerblad 2 bij infofiche 1) Per groep een lege actieve voedingsdriehoek (alleen het geraamte) (bij voorkeur op A3-formaat) (zie kopieerblad 3 bij infofiche 1) Schrijfgerief, een schaar en lijm Hoe gaan we te werk? Verdeel de klas in groepjes van bij voorkeur 4 leerlingen. Elke groep werkt de opdracht af volgens het stappenplan. Waar kunnen we ook aan denken? Elke leerling krijgt een lege actieve voedingsdriehoek (zie kopieerblad 3 bij infofiche 1). Kleur elke voedselgroep van de actieve voedingsdriehoek - groen als je dagelijks iets uit deze voedselgroep eet ; - oranje als je niet elke dag iets uit deze voedselgroep eet; - rood als je zelden of nooit iets uit deze voedselgroep eet. Kleur de beweeglaag onderaan de actieve voedingsdriehoek - groen als je dagelijks voldoende beweegt of sport (minstens 60 minuten); - oranje als je wel wat beweging neemt en sport maar minder dan 60 minuten per dag; - rood als je weinig of zelden beweging neemt en sport. Klasbespreking Hebben jullie vooral prenten van voedingsmiddelen gekozen die jullie lekker vinden of omdat je denkt dat ze gezond zijn? Welke voedselgroepen bevatten de meeste prenten? Hoe zou dat komen? (bv. veel reclame voor restgroepproducten in de media en minder voor voedingsmiddelen uit de essentiële voedselgroepen, sommige voedselgroepproducten worden vaak afgebeeld als onderdeel van een gerecht en niet als een apart voedingsmiddel). Som nog enkele voorbeelden op van voedingsmiddelen die thuishoren in voedselgroepen die te weinig met prenten zijn ingevuld.

3 Stappenplan Kopieerblad 1 bij infofiche 1 Tijd? Wat te doen? 5 STAP 1 Verdeel binnen je groepje eerst de verschillende taken. We hebben nodig: - een materiaalmeester: hij zorgt ervoor dat er met zorg wordt omgegaan met het materiaal; - een timer: hij bewaakt de afgesproken tijd en zorgt ervoor dat we tijdig klaar zijn met onze opdracht; - een bemiddelaar: hij tracht ervoor te zorgen dat iedereen een complimentje krijgt en zorgt voor een positieve groepssfeer; - een organisator: hij zorgt ervoor dat iedereen zijn mening kan geven en dat er goed wordt samengewerkt in de groep. 5 STAP 2 Alle groepsleden zoeken in kranten en tijdschriften afbeeldingen van minstens 6 verschillende voedingsmiddelen. Knip ze uit. 1 STAP 3 Leg het beeld van de actieve voedingsdriehoek naast de lege actieve voedingsdriehoek. 17 STAP 4 Toon elkaar één voor één een uitgeknipt voedingsmiddel. - Vertel waarom je deze prent hebt gekozen. Omdat je het voedingsmiddel lekker vindt of omdat je denkt dat het gezond is? - Waar hoort het thuis in de actieve voedingsdriehoek? - Bespreek de juiste plaats met je groepsleden. - Als iedereen akkoord gaat, kleef je het op de juiste plaats binnen de lege actieve voedingsdriehoek. Herhaal deze procedure tot alle uitgeknipte voedingsmiddelen een plaats hebben gekregen binnen de actieve voedingsdriehoek. 5 STAP 5 Tot nu toe hebben we alleen gesproken over voedingsmiddelen. Wie de actieve voedingsdriehoek kent, weet dat hij niet alleen een idee geeft van wat je op een dag moet eten (vanaf de leeftijd van 6 jaar) maar ook van hoeveel je dagelijks moet bewegen om goed te groeien en gezond te blijven. Omdat we alleen nog maar voedingsmiddelen hebben gekleefd is de beweeglaag onderaan nog volledig leeg. Noteer daar elk om beurten een sport die jij beoefent of graag zou beoefenen. 15 STAP 6 Geef jullie ingevulde actieve voedingsdriehoek door aan de volgende groep. Bekijk zelf de actieve voedingsdriehoek die een andere groep heeft gemaakt. - Zie je gelijkenissen met jullie ingevulde voedingsdriehoek? Welke? - Zie je verschillen? Welke? - Zie je fouten? Welke en verbeter ze. - Stel met de afgebeelde voedingsmiddelen een gezond ontbijt samen en/of een gezonde lunchbox en/of een gezonde warme maaltijd en kies maximaal 2 tussendoortjes.

4

5 Kopieerblad 3 bij infofiche 1