Preek. Dubbeltroon. De troon van God en van het Lam

Transcriptie

1 Preek Dubbeltroon De troon van God en van het Lam

2 Zicht op Gods troonzaal Eén troon blijft overeind staan

3 U komen alle lof, eer en macht toe, Heer, onze God, want u hebt alles geschapen: uw wil is de oorsprong van alles wat er is (4:11)

4

5

6 Hemelen en hemelsferen Stefanus naar de hemel kijkt en hij ziet de luister van God en de luister van Jezus

7 Zicht op Gods troonzaal Het Lam bestijgt de troon

8 En ik zag, en zie: te midden van de troon en van de vier dieren

9 en te midden van de ouderlingen stond een Lam als geslacht, met zeven horens en zeven ogen.

10 Dat zijn de zeven Geesten van God, die uitgezonden zijn over heel de aarde.

11

12 Zicht op Gods troonzaal Het Lam bestijgt de troon Begeleiding vanaf de troon

13

14 9 Daarna zag ik een grote groep mensen uit de hele wereld, van alle volken en talen. Het waren zo veel mensen dat niemand ze kon tellen. Allemaal hadden ze witte kleren aan en hielden ze palmtakken in hun handen. Samen stonden ze voor de troon van God en voor het lam. 10 Luid riepen ze: De redding komt van onze God die op de troon zit en van het lam! (Opb 7 : 9-10)

15

16

17 Zicht op Gods troonzaal Het Lam bestijgt de troon Begeleiding vanaf de troon Uitstraling van de troon

18 De troon van God en van het Lam staan in de Lichtstad

19 Een tempel zag ik niet in de stad, want God, de Heer, de Almachtige, is haar tempel, met het lam. 23 De stad heeft het licht van de zon en de maan niet nodig: over haar schijnt Gods luister, en het lam is haar licht. De troon van God en van het lam zal daar in de stad staan.

20 5 Het zal er geen nacht meer zijn en het licht van een lamp of het licht van de zon hebben ze niet nodig, want God, de Heer, zal hun licht zijn.

21

22 Zicht op Gods troonzaal Het Lam bestijgt de troon Begeleiding vanaf de troon Uitstraling van de troon Verzamelen rondom de troon

23 21 Wie overwint zal samen met mij op mijn troon zitten, net zoals ik zelf overwonnen heb en samen met mijn Vader op zijn troon zit. 22 Wie oren heeft, moet horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt.

24 De troon van God en van het lam zal daar in de stad staan. Zijn dienaren zullen hem vereren 4 en hem met eigen ogen zien, en zijn naam staat op hun voorhoofd.

25 De nauwe verbondenheid van God en het Lam is onmiskenbaar. Het zien van God is tegelijk het zien van het Lam.

26

27 Zicht op Gods troonzaal Het Lam bestijgt de troon Begeleiding vanaf de troon Uitstraling van de troon Verzamelen rondom de troon

28 Juicht, Hij is verheerlijkt

29 Allen 2x Juicht, want Jezus is Heer. Kinderen Sions, verblijdt u ter ere van Hem, die ons liefheeft. Hij is verrezen en leeft; Jezus de Koning, die mensen het leven weer geeft.

30

31 Solo Hij is verheerlijkt, als Koning verheven, zo hoog, 'k zal Hem prijzen. Hij is verheerlijkt, voor eeuwig verheerlijkt en ik verhoog zijn naam.

32 Solo Hij is mijn God, zijn waarheid houdt eeuwig stand. hemel en aard' verheugen zich in zijn naam. Hij is verheerlijkt, als Koning verheven, zo] (hoog)

33 Allen Juicht, want Jezus is Heer. Kinderen Sions, verblijdt u ter ere van Hem, die ons liefheeft. Hij is verrezen en leeft; Jezus de Koning, die mensen het leven weer geeft.

34