Vervangt NEN 2575:1998 Ontw. Nederlandse norm. NEN 2575 (nl)

Transcriptie

1 Vervangt NEN 2575:1998 Ontw. Nederlandse norm Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This document may only be used on a stand-alone PC. Use in a network is only permitted when a supplementary license agreement for us in a network with NEN has been concluded. NEN 2575 (nl) Brandveiligheid van gebouwen - Ontruimingsinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen Fire safety of buildings - Evacuation alarm installations - System and quality requirements and guidelines for locating of alarm devices ICS ; september 2000

2 NEN 2575 Normcommissie "Brandmeldsystemen" Apart from exceptions provided by the law, nothing from this publication may be duplicated and/or published by means of photocopy, microfilm, storage in computer files or otherwise, which also applies to full or partial processing, without the written consent of the Netherlands Standardization Institute. The Netherlands Standardization Institute shall, with the exclusion of any other beneficiary, collect payments owed by third parties for duplication and/or act in and out of law, where this authority is not transferred or falls by right to the Reproduction Rights Foundation. Auteursrecht voorbehouden. Behoudens uitzondering door de wet gesteld mag zonder schriftelijke toestemming van het Nederlands Normalisatie-instituut niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van fotokopie, microfilm, opslag in computerbestanden of anderszins, hetgeen ook van toepassing is op gehele of gedeeltelijke bewerking. Het Nederlands Normalisatie-instituut is met uitsluiting van ieder ander gerechtigd de door derden verschuldigde vergoedingen voor verveelvoudiging te innen en/of daartoe in en buiten rechte op te treden, voor zover deze bevoegdheid niet is overgedragen c.q. rechtens toekomt aan de Stichting Reprorecht. Although the utmost care has been taken with this publication, errors and omissions cannot be entirely excluded. The Netherlands Standardization Institute and/or the members of the committees therefore accept no liability, not even for direct or indirect damage, occurring due to or in relation with the application of publications issued by the Netherlands Standardization Institute. Hoewel bij deze uitgave de uiterste zorg is nagestreefd, kunnen fouten en onvolledigheden niet geheel worden uitgesloten. Het Nederlands Normalisatie-instituut en/of de leden van de commissies aanvaarden derhalve geen enkele aansprakelijkheid, ook niet voor directe of indirecte schade, ontstaan door of verband houdend met toepassing van door het Nederlands Normalisatie-instituut gepubliceerde uitgaven Nederlands Normalisatie-instituut Postbus 5059, 2600 GB Delft Telefoon (015) , Fax (015)

3 Inhoud Voorwoord Onderwerp en toepassingsgebied Normatieve verwijzingen Termen en definities Prestatie-eisen Vastleggen van de prestatie-eisen Geluidsniveau van toonsignalen Verstaanbaarheid van gesproken berichten Systeembeschikbaarheid Type ontruimingsalarminstallaties Keuze van het type installatie Luid alarminstallaties Stil alarminstallaties Prioriteiten Indelen en vastleggen van prioriteiten Beïnvloeden van de vastgelegde prioriteit Alarmsignalen voor ontruiming Toepassing van alarmsignalen Akoestische signalen voor het luid alarm Optische signaalgevers Activering van het alarmsignaal Eisen aan koppelingen en verbindingen Koppelingen met andere systemen Verbinding tussen centrale eenheid en brandmeldcentrale (A- en B-installaties) Verbinding tussen centrale eenheid en bedieningspaneel (A-, B- en C-installaties) Verbinding tussen centrale eenheid en ontruimingssignaalgevers Algemene eisen aan de apparatuur Systeemcompatibiliteit Elektromagnetische compatibiliteit Veiligheidseisen Centrale eenheid Prestatie-eisen van de centrale eenheid Specificaties van de centrale eenheid Signaleringen op de centrale eenheid Bedieningselementen op de centrale eenheid Doormelding van een storing Aanvullende eisen voor een centrale eenheid van luid alarm A-installaties Bedieningspaneel Aantal bedieningspanelen Vaste informatie en opschriften op het bedieningspaneel Optische signaleringen op het bedieningspaneel Akoestische signaleringen op het bedieningspaneel Bedieningselementen op het bedieningspaneel Eisen aan de overige componenten Ontruimingshandmelders Commandomicrofoon en aansluitklemmen (luid alarm A-installatie) Versterkers Luidsprekers (luid alarm A-installaties) Akoestische signaalgevers ontruimingsalarm (luid alarm B- en C-installaties) Optische signaalgevers ontruimingsalarm Attentiepanelen Personenzoekinstallaties (piepers en buzzers)

4 13 Netwerkconfiguratie Uitvoeringsmogelijkheden Eisen aan een netwerkconfiguratie Energievoorziening Algemeen Primaire energievoorziening Noodstroomvoorziening Omvang van de beveiliging Algemeen Vastleggen ontruimingsgebied Vastleggen alarmeringszones Indeling ontruimingssignaalgevers in een lus Projecteringsrichtlijnen Voorwaarden voor een installatieruimte Projectering Centrale eenheid en bedieningspaneel Projectering ontruimingshandmelders (luid alarm C-installaties) Projectering commandomicrofoon (luid alarm A-installaties) Projectering versterkers (luid alarm A-installaties) Luidsprekers (luid alarm A-installaties) Akoestische signaalgevers (luid alarm B- en C-installaties) Aantal en situering optische signaalgevers Projectering attentiepanelen Projectering energievoorziening Bekabeling Veiligheidsbepalingen Specificaties van de signaalkabel Aanleg van leidingen Onderlinge beïnvloeding Merken van kabels Lassen in en aansluiten van aders Ringleiding Kabels buiten gebouwen Functiebehoud van de transmissiewegen Oplevering en onderhoud van de ontruimingsalarminstallatie...43 Bijlage A (normatief) Programma van Eisen...45 Bijlage B (normatief) In bedrijf stellen, opleveren en onderhoud van de installatie...50 Bijlage C (informatief) Aandachtspunten bij administratieve procedures...52 Bijlage D (normatief) Vaststellen van het type ontruimingsalarminstallatie...53 Bijlage E (informatief) Richtlijnen voor het uitvoeren van geluidsmetingen...57 Bijlage F (informatief) Richtlijnen voor het projecteren van akoestische signaalgevers...61 Bijlage G (informatief) Toegangsniveaus...67 Bibliografie (informatief)

5 Voorwoord Aan de hand van deze norm kan een doelmatige ontruimingsalarminstallatie worden gerealiseerd. De ontruimingsalarminstallaties worden daarbij als afzonderlijke, automatische brandbeveiligingsinstallaties behandelt en mogen desgewenst als onderdeel H uit het blokschema van NEN 2535 en NEN-EN 54-1 worden aangestuurd door een brandmeldinstallatie. Deze norm is bedoeld om aan te sluiten op NEN 2535 die brandmeldinstallaties behandelt. Evenals NEN 2535 is deze norm ook gebaseerd op de vermelding van prestatie-eisen. Daarnaast is deze norm in overeenstemming met verschillende delen van de Europese norm EN 54 "Fire detection and alarm systems" van de European Committee for Standardization (CEN). Verder is in de onderhavige norm aansluiting gezocht met de internationale elektrotechnische norm IEC "Sound systems for emergency purposes van de International Electrotechnical Commission (IEC). Tot op heden werd voor de technische uitvoering van een ontruimingsalarminstallatie verwezen naar hoofdstuk 2 van de publicatie "Een brandveilig gebouw installeren" dat door de Nederlandse Brandweer Federatie (NBF) is opgesteld. In dat hoofdstuk worden ontruimingsalarminstallaties ingedeeld in drie soorten installaties: A-, B- en C- installaties. In de onderhavige norm is deze indeling enigszins aangepast overgenomen. Het is aan te bevelen om de installatie deel te laten uitmaken van een geheel van in een bedrijfsnoodplan te omschrijven pakket met ontruimingsvoorzieningen (installaties, procedures, oefeningen e.d.). Ontruimingsalarminstallaties die door een bevoegde autoriteit zijn geëist, moeten volgens een door deze bevoegde autoriteit aan te geven goedkeuringsprocedure worden ontworpen en aangelegd. 3

6 (blanco) 4

7 1 Onderwerp en toepassingsgebied Deze norm geeft eisen voor het ontwerp, de uitvoering, de compatibiliteit en de kwaliteit van ontruimingsalarminstallaties die zijn bedoeld om in geval van brand of andere noodsituaties een snelle en ordelijke, personele ontruiming van een gebouw en/of buitenruimte te bewerkstelligen. OPMERKING 1 Waar mogelijk zijn in deze norm de eisen aan de installatie als prestatie-eisen vastgelegd. Deze norm is bedoeld om te worden toegepast bij installaties met toonsignalen en bij installaties met gesproken berichten. Deze norm is ook van toepassing op ontruimingsalarminstallaties die gecombineerd worden met personenzoekinstallaties waarmee een geselecteerde groep personen (stil alarm) met een draagbare ontvanger (bijvoorbeeld pieper) kan worden gewaarschuwd om de ontruiming in gang te zetten. Behoudens de in een luid alarm B-installatie (zie 5.2.3) toegelaten integratie met een brandmeldinstallatie, is deze norm uitsluitend van toepassing op autonome ontruimingsalarminstallaties waarvan de apparatuur en bekabeling niet met andere systemen wordt geïntegreerd. De omvang van de door de ontruimingsalarminstallatie beveiligde ruimten en de procedures rond een ontruiming worden niet aan de hand van deze norm bepaald. OPMERKING 2 De norm is niet van toepassing op onderdeel C uit het blokschema van NEN 2535 en NEN-EN OPMERKING 3 De omvang van de beveiligde ruimten wordt in het algemeen door de bevoegde autoriteit (3.15) bepaald aan de hand van de gemeentelijke bouwverordening of andere (wettelijke) regelingen van de gemeente. OPMERKING 4 Hoewel integratie met andere systemen wordt uitgesloten, is het aan de hand van deze norm wel mogelijk om koppelingen met andere systemen te realiseren (zie 8.1). 2 Normatieve verwijzingen De volgende normen bevatten bepalingen die, doordat ernaar wordt verwezen, tevens bepalingen van deze norm zijn. Op het ogenblik van publicatie van de onderhavige norm waren de vermelde drukken van kracht. Alle normen kunnen echter worden herzien; partijen die overeenkomsten sluiten op basis van deze norm wordt daarom aanbevolen na te gaan of het mogelijk is de meest recente druk van de onderstaande normen toe te passen. NEN 1010-reeks NEN 2654:1993 1) NEN 2535:1996 NEN 3410:1987 NEN 3607:1998 Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties - Deel 0: Voorwoord en introductie - Deel 1: Onderwerp, toepassingsgebied en fundamentele uitgangspunten - Deel 2: Termen en definities - Deel 3: Algemene kenmerken - Deel 4: Beschermingsmaatregelen - Deel 5: Keuze en installatie van elektrisch materieel - Deel 6: Inspectie - Deel 7: Aanvullende en bijzondere bepalingen (inclusief ontwerp aanvullingsblad NEN /A1:1998) Brandmeldinstallaties - Eisen voor het beheer, de controle en het onderhoud Brandveiligheid van gebouwen - Brandmeldinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen (inclusief wijzigingsblad NEN 2535/A1:2000) Veiligheidsbepalingen voor hoog- en laagspanningsinstallaties in ruimten met gasontploffingsgevaar (inclusief correctieblad NEN 3410/C1:1988) Kabels met veel aders en met veel aderparen voor aanleg boven en in de grond 1) Op het moment van publicatie van de onderhavige norm wordt NEN 2654:1993 gewijzigd en opgesplitst in drie delen. Het is voorzien dat voor het beheer en onderhoud van ontruimingsalarminstallaties een nieuwe norm (deel 2 van NEN 2654) verschijnt. Voor de uitgangspunten van o.a. de bewakingscriteria kan vooralsnog NEN 2654:1993 worden toegepast. 5

8 NEN :1990 NEN :1996 NEN :1993 Toestellen voor geluidsystemen - Deel 3: Versterkers Toestellen voor geluidsystemen - Deel 5: Luidsprekers (inclusief aanvullingsblad NEN /A2:1996) Toestellen voor geluidsystemen - Deel 11: Toepassing van connectors voor de verbinding tussen delen van geluidsystemen NEN :1995 NEN :1993 Toestellen voor geluidsystemen - Deel 12: Toepassing van connectors voor omroep en overeenkomstig gebruik (inclusief aanvullingsblad NEN /A2:1995) Verbindingsmiddelen - Veiligheidseisen voor schroefklemmen en schroefloze klemmen voor geleiders van koper - Deel 1: Algemene eisen en bijzondere eisen voor geleiders van 0,5 mm 2 tot en met 35 mm 2 (inclusief correctieblad NEN /C1:1997) NVN :1993 NEN-EN 54-1:1996 NEN-EN 54-2:1999 NEN-EN 54-3:1995 (Ontw) NEN-EN 54-4:1999 NEN-EN 54-11:1996 (Ontw) NEN-EN 54-13:1996 (Ontw) NEN-EN 50200:2000 NEN-EN 60950/A2:1994 NEN-EN-IEC 60849:1998 Elektromagnetische compatibiliteit (EMC) - Deel 2: Compatibiliteitsniveau's voor laagfrequente geleide storingen en signaaloverdrachten in openbare laagspanningsnetten 2) Automatische brandmeldinstallaties - Deel 1: Inleiding Automatische brandmeldinstallaties - Deel 2: Brandmeldcentrale Automatische brandmeldinstallaties - Deel 3: Akoestische alarmeringsinrichtingen Automatische brandmeldinstallaties - Deel 4: Energievoorziening Automatische brandmeldinstallaties - Deel 11: Handbrandmelders Automatische brandmeldinstallaties - Deel 13: Systeemeisen Beproevingsmethode voor het functiebehoud bij brand van niet-beschermde dunne kabels voor gebruik in noodcircuits Veiligheid van apparatuur voor informatietechniek, met inbegrip van elektrische kantoormachines Geluidsystemen voor toepassing in noodsituaties 3 Termen en definities Voor de toepassing van deze norm gelden de volgende definities: OPMERKING De termen en definities zijn in overeenstemming met of afgeleid van de definities die in NEN 2535, NEN , NEN-EN 54-1, NEN-EN 54-2, NEN-EN 54-4 en NEN-EN-IEC worden gehanteerd. 3.1 ontruimingsgebied gebied, binnen of buiten een gebouw, waarbinnen een ontruimingsalarminstallatie moet functioneren volgens voorgeschreven eisen OPMERKING Een ontruimingsgebied kan worden ingedeeld in één of meer alarmeringszones (3.3). 2) NVN is gerelateerd aan de Europese voornorm ENV :

9 3.2 zone geografisch gebied waarvoor afzonderlijke signaleringen en/of sturingen plaatsvinden 3.3 alarmeringszone geografisch deel van het ontruimingsgebied waarin een akoestisch en/of optisch ontruimingsalarm wordt gegeven 3.4 omroepzone geografisch gebied waarbinnen een afzonderlijk akoestisch en/of optisch omroepbericht (anders dan een ontruimingssignaal) kan worden gegeven 3.5 ontruimingssignaal elk akoestisch of optisch signaal dat is bedoeld voor de ontruiming van (een deel van) een gebouw of terrein OPMERKING Met een akoestisch signaal worden toonsignalen en/of gesproken berichten (al dan niet gecodeerd) bedoeld. 3.6 luid alarm ontruimingssignaal dat bedoeld is voor alle aanwezige personen binnen de alarmeringszone 3.7 stil alarm ontruimingssignaal dat bedoeld is voor een geselecteerde groep personen binnen de alarmeringszone 3.8 waarschuwing bericht dat in afwachting van het definitieve ontruimingssignaal wordt uitgezonden 3.9 bericht elke gesproken mededeling of als bericht bedoeld geluidssignaal 3.10 hoorbaarheid mate waarin een bericht kan worden gehoord tussen andere tegelijkertijd aanwezige geluiden OPMERKING Voor een objectieve analyse van het begrip hoorbaarheid wordt bijvoorbeeld, bij toepassing van de RASTI methode volgens NEN-EN-IEC , rekening gehouden met de relatieve luidheid en frequentie-inhoud van het bericht in relatie met andere tegelijkertijd aanwezige geluiden verstaanbaarheid mate waarin een hoorbaar gesproken bericht kan worden onderscheiden van andere tegelijkertijd aanwezige geluiden en tevens kan worden begrepen OPMERKING Een bevredigende verstaanbaarheid vereist zowel een voldoende hoorbaarheid (3.10) als een voldoende zuiverheid (3.12) zuiverheid eigenschap van een geluid die ervoor zorgt dat de informatiedragende onderdelen door een luisteraar kunnen worden onderscheiden. De zuiverheid is gerelateerd aan het ontbreken van alle vormen van vervorming OPMERKING De volgende drie soorten vervormingen hebben invloed op het afnemen van de zuiverheid van een spraaksignaal in een elektro-akoestisch systeem: a) amplitudevervorming als gevolg van de niet-lineariteit van elektronische apparatuur en omvormers; 7

10 b) frequentievervorming als gevolg van het niet-uniform frequentiebereik van omvormers, en de selectieve absorptie van hoge frequenties in de akoestische overdracht van geluid; c) tijdsdomeinvervorming als gevolg van weerkaatsingen en het meetrillen in de akoestische ruimte gemiddeld omgevingsgeluid omgevingsgeluid dat is gemeten onder normale gebruiksomstandigheden over een bepaalde tijdsperiode 3.14 noodsituatie dreigend risico of ernstige bedreiging voor personen en/of bezittingen 3.15 bevoegde autoriteit in de eerste plaats het gemeentebestuur of diens gemachtigde die de toepassing van de ontruimingsalarminstallatie heeft geëist en/of moet goedkeuren. Daarnaast kan iedere andere betrokken rechtspersoon als eisende partij optreden. Deze eisende partijen moeten de uitgangspunten voor de ontruimingsalarminstallatie vastleggen in een Programma van Eisen (PvE) OPMERKING In bijlage A is een modelformulier voor het Programma van Eisen opgenomen ontruimingshandmelder melder die handmatig wordt bediend en waarmee een ontruimingssignaal kan worden gegeven 3.17 commandomicrofoon microfoon die op de ontruimingsalarminstallatie is aangesloten en speciaal is bedoeld voor het omroepen van korte aanvullende berichten tijdens noodsituaties 3.18 ontruimingssignaalgever toestel waarmee het ontruimingssignaal wordt weergegeven 4 Prestatie-eisen 4.1 Vastleggen van de prestatie-eisen Alle uitgangspunten waaraan de ontruimingsalarminstallatie moet voldoen, moeten vooraf in de vorm van prestatieeisen zijn geformuleerd. Deze prestatie-eisen moeten eenduidig zijn en door of namens de bevoegde autoriteit worden vastgelegd in een Programma van Eisen volgens bijlage A. Voor de volgende aspecten moeten ten minste de prestatie-eisen in het Programma van Eisen worden vastgelegd: het geluidsniveau van toonsignalen, volgens 4.2; de verstaanbaarheid van gesproken berichten, volgens 4.3; de systeembeschikbaarheid, volgens 4.4. OPMERKING Met betrekking tot de administratieve procedures bij het vastleggen van de uitgangspunten en het beschrijven van de installatie zijn in bijlage C aandachtspunten gegeven. 4.2 Geluidsniveau van toonsignalen In alle ruimten van een ontruimingsgebied moet het geluidsniveau van de toonsignalen voldoen aan de criteria volgens tabel 1. 8

11 Het geluidsniveau moet worden gemeten op een hoogte van 1,5 m boven de vloer, met alle beweegbare constructieonderdelen (zoals deuren en ramen) in gesloten toestand. minimaal toelaatbaar geluidsniveau maximaal toelaatbaar geluidsniveau Tabel 1 Criteria voor het geluidsniveau van toonsignalen algemeen in slaapgebieden ter plaatse van het hoofdeinde van een bed algemeen in slaapgebieden 65 db(a) 75 db(a) 120 db(a) 85 db(a) geluidsniveau toonsignaal dat boven het gemiddelde minimaal 6 db(a) omgevingsgeluid uitkomt (zie opmerking 3) maximaal (zie opmerking 2) 20 db(a) OPMERKING 1 Het meten van het geluidsniveau van de toonsignalen wordt beschreven in bijlage E. OPMERKING 2 Omdat 65 db(a) het vereiste minimumgeluidsniveau is, kan in sommige slaapgebieden en in ruimten waar het omgevingsgeluidsniveau minder dan 45 db(a) is, het geluidsniveau mogelijk meer dan 20 db(a) boven het omgevingsgeluidsniveau uit komen. OPMERKING 3 In bijlage F zijn voor een aantal gebouwtypen de kenmerkende geluidsniveaus van het te verwachten omgevingsgeluid aangegeven. Bij het gebruik van deze bijlage moet worden gerealiseerd dat deze gegevens richtlijnen zijn, en dat het geluidsniveau van het omgevingsgeluid van gebouw tot gebouw aanmerkelijk kan variëren. 4.3 Verstaanbaarheid van gesproken berichten Algemene eis voor verstaanbaarheid Een gesproken bericht moet in het gehele ontruimingsgebied goed worden verstaan door personen met een gemiddeld gehoor. Alle van tevoren opgestelde berichten moeten helder, kort en eenduidig zijn. OPMERKING De berichten worden gewoonlijk éénmaal herhaald, waarna het bericht desgewenst ook in een andere taal (bijvoorbeeld Engels, Duits en/of Frans) kan worden uitgezonden. De hierna volgende tekst kan als voorbeeld dienen voor een gesproken bericht in noodsituaties. Attentie, u moet het gebouw verlaten via de aangegeven nooduitgangen. Maak geen gebruik van de liften. De hierna volgende tekst kan als voorbeeld dienen voor een gesproken bericht bij een ontruimingsoefening. Dames en heren! In overleg met de brandweer wordt een ontruimingsoefening gehouden. U wordt daarom verzocht om rustig en zo spoedig mogelijk het gebouw te verlaten. Wij danken voor uw medewerking. Voor de meeste gebouwen en ruimten mag de prestatie-eis voor de verstaanbaarheid worden uitgedrukt in een minimumgeluidsniveau. In alle ruimten van een ontruimingsgebied moet het geluidsniveau van gesproken berichten dan voldoen aan de criteria volgens tabel 2. Het geluidsniveau moet worden gemeten op een hoogte van 1,5 m boven de vloer, met alle beweegbare constructieonderdelen (zoals deuren en ramen) in gesloten toestand. 9

12 Tabel 2 Criteria voor het geluidsniveau voor gesproken berichten minimaal toelaatbaar geluidsniveau gesproken bericht maximaal toelaatbaar geluidsniveau gesproken bericht algemeen in slaapgebieden ter plaatse van het hoofdeinde van het bed algemeen in slaapgebieden 60 db(a) 70 db(a) 120 db(a) 85 db(a) geluidsniveau gesproken bericht dat boven het minimaal 6 db(a) gemiddelde omgevingsgeluid uitkomt (zie opmerking 2) maximaal 20 db(a) OPMERKING 1 Omdat het toonsignaal als attentiesignaal fungeert, kan het geluidsniveau van gesproken berichten lager zijn. Met een geluidsinstallatie bereiken toonsignalen doorgaans een hoger geluidsniveau dan gesproken berichten. OPMERKING 2 In bijlage F zijn voor een aantal gebouwtypen de kenmerkende geluidsniveaus van het te verwachten omgevingsgeluid aangegeven. Bij het gebruik van deze bijlage moet worden gerealiseerd dat deze gegevens richtlijnen zijn, en dat het geluidsniveau van het omgevingsgeluid van gebouw tot gebouw aanmerkelijk kan variëren Bijzondere gebouwen en objecten Bij bijzondere gebouwen en objecten, zoals bijvoorbeeld voetbalstadions en sterk galmende ruimten, kan het nodig zijn om aanvullende eisen te stellen aan de verstaanbaarheid van gesproken berichten. In dergelijke gevallen moet de verstaanbaarheid voldoen aan de waarde op de Common Intelligibility Scale (CISschaal) of voldoen aan de Speech Transmission Index (STI-waarde) volgens NEN-EN-IEC OPMERKING In bijlage E zijn richtlijnen gegeven voor het uitvoeren van geluidsmetingen die tot doel hebben om de waarneembaarheid van toonsignalen en de verstaanbaarheid van de berichten te toetsen. Deze richtlijnen zijn ontleend aan NEN-EN-IEC Systeembeschikbaarheid Algemene prestatie-eis voor systeembeschikbaarheid De ontruimingsalarminstallatie moet gedurende een vooraf gedefinieerde tijd, uitgedrukt in een percentage beschikbaarheid, in staat zijn een ontruimingsalarm te genereren Beïnvloedingsfactoren Bij het vaststellen van de systeembeschikbaarheid moet onder andere rekening worden gehouden met de volgende factoren die de mate van beschikbaarheid van het betreffende systeem beïnvloeden: uitschakelen van groepen handmelders en automatische melders (indien deze een ontruimingsalarm activeren); preventief onderhoud; correctief onderhoud en opheffen van storingen; spanningsuitval. Storingen, veroorzaakt door overmacht zoals bliksemschade, waterschade en/of het wegvallen van de openbare energievoorziening langer dan de noodstroomtijd (zie 14.3), moeten bij de berekening van de systeembeschikbaarheid buiten beschouwing worden gelaten. 10

13 Bestelformulier Stuur naar: NEN Standards Products & Services t.a.v. afdeling Klantenservice Antwoordnummer WB Delft NEN Standards Products & Services Postbus GB Delft Vlinderweg AX Delft Ja, ik bestel ex. NEN 2575:2000 nl Brandveiligheid van gebouwen - Ontruimingsinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen T (015) F (015) Wilt u deze norm in PDF-formaat? Deze bestelt u eenvoudig via Gratis nieuwsbrieven Wilt u op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen op het gebied van normen, normalisatie en regelgeving? Neem dan een gratis abonnement op een van onze nieuwsbrieven. Gegevens Bedrijf / Instelling T.a.v. O M O V Klantnummer NEN Uw ordernummer BTW nummer Postbus / Adres Postcode Plaats Telefoon Fax Factuuradres (indien dit afwijkt van bovenstaand adres) Postbus / Adres Postcode Plaats Datum Handtekening Retourneren Fax: klantenservice@nen.nl Post: NEN Standards Products & Services, t.a.v. afdeling Klantenservice Antwoordnummer 10214, 2600 WB Delft (geen postzegel nodig). Voorwaarden De prijzen zijn geldig tot 31 december 2018, tenzij anders aangegeven. Alle prijzen zijn excl. btw, verzend- en handelingskosten en onder voorbehoud bij o.m. ISO- en IEC-normen. Bestelt u via de normshop een pdf, dan betaalt u geen handeling en verzendkosten. Meer informatie: telefoon , dagelijks van 8.30 tot uur. Wijzigingen en typefouten in teksten en prijsinformatie voorbehouden. U kunt onze algemene voorwaarden terugvinden op: LEREN, WERKEN EN GROEIEN MET NEN preview