Uitvoeringsovereenkomst en Pensioenreglement

Transcriptie

1 Uitvoeringsovereenkomst en Pensioenreglement semicollectief Naam werkgever: Ministerie van J&V, Politie Klantnummer werkgever: Model UVO_PR ANW AP V dd Overal waar in dit document wordt gesproken over hij/hem/zijn kan ook zij/haar gelezen worden. 1 / 12

2 Pensioenreglement BEGRIPSBEPALINGEN a. Werkgever Ministerie van J&V, Politie, klantnummer statutair gevestigd te Den Haag, b. Werknemer De persoon die een dienstverband heeft bij de werkgever en geen directeur-grootaandeelhouder is als bedoeld in artikel 1 van de Pensioenwet. c. Deelnemer De werknemer met een partner, die zich via de werkgever aangemeld heeft voor deze aanvullende pensioenregeling. Uitgezonderd is de werknemer die op een actief dienstverband had met voormalig Politie regio Zuid-Oost Brabant (BZO) en deelnemer is in de ANW-hiaat regeling van Zwitserleven. d. Partner - de echtgeno(o)t(e), - de geregistreerde partner - de ongehuwde volwassene die op hetzelfde woonadres is ingeschreven, waarmee gedurende meer dan zes maanden een gezamenlijke huishouding wordt gevoerd en die geen bloed- of aanverwant in de rechte lijn is. e. Wij De verzekeraar; Loyalis Leven N.V., statutair gevestigd te Heerlen. f. PW De Pensioenwet. g. Premievervaldatum De dag waarop de premie verschuldigd is. h. AOW De Algemene ouderdomswet i. AOW leeftijd De leeftijd als bedoeld in artikel 18a, vierde lid, van de Wet op de loonbelasting j. Pensioenrichtleeftijd De leeftijd als bedoeld in artikel 18a, lid 6 van de Wet op de loonbelasting 1964 (68 jaar, peil 2018) Deelnemerschap 1) Na aanmelding door de werkgever begint de deelneming op de dag waarop de werknemer voldoet aan de in de Begripsbepalingen onder b. en c genoemde voorwaarden en er geen sprake is van een medisch acceptatietraject. 2) De deelneming eindigt: a. Bij overlijden van de deelnemer. b. Zodra niet meer voldaan wordt aan de voorwaarden voor deelnemerschap als genoemd in de Begripsbepalingen onder b. en c. c. Op de eerste dag van de maand waarin de partner van de deelnemer de AOW-leeftijd bereikt. Medische acceptatie 1. Geen medische waarborgen zijn vereist als aanmelding door de werkgever geschiedt: 1. bij invoering van deze pensioenregeling of; 2 / 12

3 2. binnen 3 maanden na indiensttreding of; 3. binnen 3 maanden na aanvang van de partnerrelatie. Indien een werknemer die heeft afgezien van deelname aan deze regeling op enig moment besluit alsnog deel te willen nemen, dan is toetreding tot deze regeling uitsluitend mogelijk op basis van de op dat tijdstip geldende voorwaarden, de dan bestaande situatie en zonder terugwerkende kracht. Voor toetreding is toestemming van de werkgever nodig. Tevens stellen wij de deelname afhankelijk van de afgifte van medische waarborgen. 2. In het geval er bij een aanmelding sprake is van een medisch acceptatietraject zal deelname aan de regeling niet eerder aanvangen dan de eerste dag van de maand nadat wij de werknemer geaccepteerd hebben. Na aanmelding door de werkgever geldt tot de aanvangsdatum van de deelname een (gemaximeerde) voorlopige dekking voor het partnerpensioen bij overlijden van de betreffende werknemer door een ongeval. De ongevallendekking voorziet in een tijdelijk partnerpensioen ter grootte van de aangevraagde uitkering tot de AOW leeftijd van de partner, rekening houdend met het bepaalde in het artikel Pensioenaanspraken. De voorlopige ongevallendekking eindigt op de dag dat de deelname in de regeling aanvangt, de datum dat wij de aanmelding afwijzen, of op de datum dat het bericht ontvangen wordt dat de aanmelding wordt ingetrokken. De voorlopige ongevallendekking duurt maximaal 3 maanden. De contante waarde van het tijdelijk partnerpensioen uit de voorlopige ongevallendekking bedraagt maximaal ,00. Bij een overschrijding van dit maximum wordt de uitkeringshoogte dienovereenkomstig beperkt. 3. Indien een aanmelding alleen geaccepteerd kan worden met aangepaste voorwaarden en/of een opslag op de premie dan zal de betreffende werknemer hier vooraf over geïnformeerd worden. 4. Een deelnemer kan de hoogte van het partnerpensioen wijzigen op grond van lid 8 van het artikel Pensioenaanspraken. Indien deze wijziging leidt tot een verhoging van het partnerpensioen zal deze verhoging worden beoordeeld als een nieuwe aanmelding en kunnen medische waarborgen vereist zijn. Uitsluitingen 1. De verzekeraar is niet gehouden tot uitkering van het partnerpensioen indien het overlijden van de deelnemer het gevolg is van: a) Deelname aan enige niet Nederlandse krijgsdienst of gewapende dienst of, b) opzettelijk toedoen of opzettelijke nalatigheid van de partner, een en ander voor zover de aanspraken de partner ten goede zou komen. 2. a) Voor het recht op uitkering geldt een uitsluitingsjaar. Als een deelnemer bij aanvang van de deelname een ziekte, gebrek of aandoening heeft en als gevolg hiervan overlijdt in het eerste jaar van deelname dan keren wij níet uit. Voor deelnemers die voorafgaand aan de deelname dit overlijdensrisico via de (vorige) werkgever verzekerd hadden wordt dit jaar verminderd met die verzekerde tijd. Dit onder voorwaarde dat er sprake is van aaneensluitende dekking. 2. b) Een afwijzing van een uitkering wordt getoetst door de (externe) Toetsingscommissie Gezondheidsgegevens. Het uitsluitingsjaar is niet van toepassing als de deelname is geaccepteerd na een medisch acceptatietraject. 2. c) Tevens keren wij niet uit indien een deelnemer overlijdt als gevolg van een ziekte, gebrek of aandoening die al bestond op het moment van aanvang van de deelname en waarvoor hij/zij op grond van de coulance regeling van Pensioenfonds ABP recht heeft op een uitkering. Het betreft de coulanceregeling die in werking getreden is bij de afschaffing van de Anw compensatie door Pensioenfonds ABP. Zou de uitkering uit deze pensioenregeling hoger zijn dan de uitkering uit de coulanceregeling dan keren wij alleen het meerdere uit. Pensioenaanspraken 1. Het ANW Aanvullingspensioen is een uitkeringsovereenkomst in de zin van artikel 10 PW. 2. De partner van de deelnemer heeft recht op een tijdelijk partnerpensioen op risicobasis. 3. Het partnerpensioen wordt alleen uitgekeerd indien de deelnemer gedurende het deelnemerschap komt te overlijden. 4. Het partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de deelnemer overlijdt. 3 / 12

4 5. De uitkering eindigt op de eerste dag van de maand waarin de partner de AOW leeftijd bereikt, tenzij de partner voor die datum overlijdt. In dat geval wordt het pensioen uitgekeerd tot en met de maand waarin de begunstigde partner overlijdt. 6. Het partnerpensioen wordt uitgekeerd in maandelijkse termijnen en wel bij nabetaling aan het einde van de maand. 7. De hoogte van het partnerpensioen bedraagt 17564,85 per jaar (peil 2018). 8. De deelnemer kan bij aanvang van de deelname kiezen uit een partnerpensioen ter grootte van 100%, 75% of 50% van de in het vorige lid genoemde standaard hoogte. Deze keuze kan jaarlijks per 1 januari aangepast worden. Hierbij is het artikel Medische acceptatie van toepassing. 9. Zolang het partnerpensioen niet is ingegaan wordt het jaarlijks op 1 januari verhoogd met het percentage waarmee in het daaraan voorafgaande kalenderjaar de maximale nabestaandenuitkering van de Algemene nabestaandenwet (Anw) is verhoogd. Dit geldt niet voor zover de verhoging reeds is meegenomen bij de bepaling van de hoogte van het partnerpensioen bij aanvang van deze regeling. De basis voor de verhoging is de Anw uitkering inclusief de vakantietoeslag en de eventuele tegemoetkoming. 10. Indien op de ingangsdatum van het partnerpensioen blijkt dat het totale door de partner te ontvangen partnerpensioen uitkomt boven het maximum toegestane partnerpensioen ingevolge de Wet op de loonbelasting 1964 zal het bovenmatige deel worden uitgekeerd in een bedrag ineens onder aftrek van de verschuldigde loonheffing. Oorlogsrisico en andere buitengewone omstandigheden Als gevolg van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden kunnen één of meer relevante artikelen van de Noodwet financieel verkeer van kracht worden. Is dit het geval, dan zal worden gehandeld overeenkomstig het op grond van die wet door de Minister van Financiën bepaalde. Toeslagverlening ingegaan pensioen Ingegane pensioenen worden niet verhoogd. Premievrije waarde en afkoopwaarde Deze pensioenregeling kent bij beëindiging geen premievrije waarde of afkoopwaarde. Financiering 1. De financiering van de aanspraken in dit pensioenreglement vindt uitsluitend plaats door maandelijkse betaling van risicopremies door de werkgever. 2. De kosten voor de pensioenregeling komen volledig voor rekening van de werknemer. 3. Door het betalen van de verschuldigde risicopremies aan ons voldoet de werkgever aan zijn verplichtingen van deze pensioenregeling. Beëindiging risicopremiebetaling 1. Indien de werkgever, om welke reden dan ook, in enig jaar de betaling van de risicopremies nalaat, informeren wij de deelnemers hierover. 2. Drie maanden na de in lid 1 bedoelde mededeling kunnen wij de aanspraken op partnerpensioen laten vervallen. Van verval van de aanspraken op partnerpensioen wordt de deelnemer schriftelijk in kennis gesteld. Verplichtingen van de deelnemer en/of de begunstigde 1. De deelnemer en/of de begunstigde zijn verplicht de verzekeraar alle gegevens te verstrekken die voor de uitvoering van dit pensioenreglement noodzakelijk zijn. Deze verplichting heeft onder 4 / 12

5 andere betrekking op informatie over het recht op een uitkering uit de coulanceregeling van Pensioenfonds ABP. 2. Voor zover door het geven van onjuiste inlichtingen of ten gevolge van nalatigheid in het geven van inlichtingen de uit dit pensioenreglement voortvloeiende pensioenverplichtingen niet zijn gedekt, kan aan dit pensioenreglement geen recht op pensioen worden ontleend Informatieverstrekking door ons 1. De verzekeraar verstrekt de deelnemer binnen 3 maanden na aanvang van de deelneming aan deze pensioenregeling een pensioen De verzekeraar verstrekt de (gewezen) deelnemer, (gewezen) partner en de gepensioneerde de informatie zoals opgenomen in de artikelen 38 tot en met 47 van de Pensioenwet. Deze informatie bestaat onder andere uit het Uniform Pensioenoverzicht en het Pensioen Wijziging en beëindiging van de pensioenregeling 1. De werkgever kan deze pensioenregeling met name wijzigen of beëindigen als: a. De financieel-economische situatie van de werkgever dit noodzakelijk maakt. b. Nieuwe wettelijke pensioenvoorzieningen worden ingevoerd, die geacht worden in de plaats van deze pensioenregeling te treden. c. Er van overheidswege dwingende voorschriften met betrekking tot pensioen van kracht worden die van invloed zijn op de inhoud van deze pensioenregeling. d. Wijzigingen in de sociale zekerheidswetgeving van invloed zijn op de inhoud van deze pensioenregeling. Geschillen 1. Wij stellen ons ten doel klachten over de met ons gesloten verzekeringsovereenkomsten zeer zorgvuldig te behandelen. De werkgever, deelnemer en/of uitkeringsgerechtigden kunnen een eventuele klacht voorleggen aan Loyalis Leven N.V., ter attentie van de directie, Postbus 4880, 6401 JR te Heerlen. 2. Mocht de klacht niet naar tevredenheid worden opgelost dan kan de klacht worden voorgelegd aan de Ombudsman Pensioenen: Postbus 93560, 2509 AN 's-gravenhage (telefoon: ). Meer informatie over de klachtenprocedure bij de Ombudsman Pensioenen is te vinden op Slotbepalingen 1. Op dit pensioenreglement is de uitvoeringsovereenkomst tussen werkgever en ons van overeenkomstige toepassing. 2. In die gevallen waarin dit pensioenreglement niet voorziet, beslist de werkgever, zo nodig na overleg met ons, zoveel mogelijk in overeenstemming met de inhoud van dit pensioenreglement. 3. Deze regeling is een pensioenregeling als bedoeld in artikel 18 van de Wet op de loonbelasting De aanspraken uit deze pensioenregeling kunnen niet worden afgekocht, vervreemd of prijsgegeven, dan wel formeel of feitelijk voorwerp van zekerheid worden, anders dan in de gevallen voorzien bij of krachtens de Pensioenwet. Inwerkingtreding Dit pensioenreglement is in werking getreden op 1 februari / 12