Domein D markt UITWERKINGEN. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman
|
|
- Lennert Timmermans
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Domein D markt monopolie enzo Zie steeds de eenvoud!! UITWERKINGEN vwo Frans Etman
2 Opgave 1 Opgave 2 1. Bij welke afzet geldt dat de MO-lijn de MK-lijn snijdt? q= 6 2. Teken een stippellijn naar de prijslijn van de gevonden afzet. Hoe hoog is prijs? p = 14 euro 3. Hoe hoog is de kostprijs bij deze afzet? GTK = kostprijs = Bereken de totale omzet in deze situatie. TO = 6* 14 = 84 euro 5. Bereken de totale kosten in deze situatie. TK = 6 * 12 = 72 euro 6. Bereken de totale winst. TW = = 12 euro 7. Teken de totale maximale winst in de grafiek. 8. Waarom is deze totale winst maximaal? Omdat hier geldt MO = MK 9. Teken het consumentensurplus in de grafiek. 10. Bij welke afzet geldt dat de MO-lijn de MK-lijn snijdt? q = Teken een stippellijn naar de prijslijn van de gevonden afzet. Hoe hoog is prijs? p = 6 euro 12. Hoe hoog is de kostprijs bij deze afzet? GTK = kostprijs = 4 euro 13. Bereken de totale omzet in deze situatie. TO = 5 * 6 = 30 euro 14. Bereken de totale kosten in deze situatie. TK = 5 * 4 = 20 euro 15. Bereken de totale winst. TW = = 10 euro 16. Teken de totale maximale winst in de grafiek. 17. Waarom is deze totale winst maximaal? Omdat hier geldt MO= MK. 18. Teken het consumentensurplus in de grafiek.
3 Opgave 3 Opgave Bereken de maximale totale winst. MO = MK bij q = 3. GO = p = 6,50 euro TO = 3 * 6,50 = 19,50 euro GTK = kostprijs = 3,50 euro TK = 3 * 3,50 = 10,50 euro TW = 19,50-10,50 = 9 euro 20. Teken deze grootst mogelijke totale winst in de grafiek. 21. Teken de totale kosten in deze situatie in de grafiek. 22. Teken het consumentensurplus in de grafiek,. 23. Bereken de omvang van het consumentensurplus. (8-6,50)* 3 * 0,5 = 2,25 euro. 24. Bereken de maximale totale winst. MO = MK bij q = 2 P = GO = 16 euro TO = 2 * 16 = 32 euro GTK = kostprijs = 8 euro TK = 2 * 8 = 16 euro TW = = 16 euro 25. Teken deze grootst mogelijke totale winst in de grafiek. 26. Teken de totale kosten in deze situatie in de grafiek. 27. Teken het consumentensurplus in de grafiek,. 28. Bereken de omvang van het consumentensurplus. (20-16)*2*0,5 = 4 euro
4 Opgave 5 Opgave Hoe groot is de breakevenafzet? q = Teken de maximale totale winst in de grafiek en het consumentensurplus. 31. Bereken de omvang van de maximale totale winst en het consumentensuplus. MO = MK bij q = 4500 GO = p = 13 GTK = kostprijs = 10 GW = = 3 TW = 4500 * 3 = euro Consumentensurplus = (22-13)*4500 *0,5 = euro Deze monopolist streeft altijd naar een zo groot mogelijke winst. 32. Teken de verandering van de totale maximale winst in de grafiek. 33. Teken de verandering van het consumentensurplus in de grafiek. 34. Noem een reden waardoor de marginale kosten afgenomen kan zijn. Door innovatie (denk aan technische vernieuwing) is het grondstofgebruik afgenomen en daardoor is ook de MK afgenomen.
5 Opgave 7 Opgave Teken het consumenten- en het producentensurplus in de uitgangssituatie in de grafiek. 36. Teken het consumenten- en producentensurplus nadat de overheid accijns geheven heeft. 37. Is bij de verandering van de aanbodlijn sprake van een verschuiving van of langs de curve? De nieuwe aanbodcurve ligt links van de oude aanbodcurve dus verschuiving van de curve. 38, Teken de verandering van het producentensurplus in de grafiek dat ontstaat door het overheidsbeleid. 39. Geef een voorbeeld van een product dat op deze markt verhandeld zou kunnen worden gezien het overheidsbeleid. Door het overheidsbeleid verschuift de aanbodcurve naar boven. Dit kan betekenen dat er accijns geheven wordt. Dit is van toepassing bij benzine, sigaretten of alcoholische dranken.
6 Opgave 9 Opgave Hoe groot is het aanbodoverschot? 7-2 = 5 stuks 41. Bereken de waarde van het aanbodoverschot. 5 * 24 euro = 120 euro De overheid koopt het aanbodoverschot op. 42. Hoeveel geld is de overheid hieraan kwijt? 120 euro 43. Teken de waarde van het aanbodoverschot in de grafiek. De overheid laat de minimumprijs dalen met 2 euro per product. 44. Teken de verandering van de waarde van het aanbodoverschot in de grafiek. 45. Bereken de waarde van het nieuwe aanbodoverschot. (9-3)*22 = 132 euro
7 Opgave 11 Opgave 12 Qv = -2p + 20 Qa = p - 2 Qa = Qv 46. Bereken de evenwichtsprijs en -afzet. Qa = Qv p-2 = -2p p = 22 p = 7,33 euro Qa = 7,33-2 = 5,33 (eenheden product) De overheid spreekt een prijs af op deze markt van 8 euro. 47. Bereken het aanbodoverschot en de waarde hiervan. Qa = 8-2 = 6 producten Qv = -2 * = 4 producten Aanbodoverschot = 6-4 = 2 producten (Geld)Waarde van het aanbodoverschot = 2 * 8 = 16 euro. 48. Teken de vraag- en aanbodcurve in de grafiek. 49. Teken de waarde van het aanbodoverschot in de grafiek, Qa = 2p - 9 Qv = -0,5p + 11 Qa = Qv 50. Bereken de evenwichtsprijs en -afzet. Qa = Qv 2p - 9 = -0,5p ,5p = 20 p = 8 euro Qa = 2 * 8-4 = Teken de vraag- en aanbodcurve in de grafiek. 52. Bereken de waarde van het totale surplus (= de optelling van het consumenten- en producentensurplus).(17,5-4,5) * 7 * 0,5 = 30,63 euro De overheid wil het gebruik van dit goed afremmen en stelt een prijs valt van 6 euro. 53. Bereken de verandering van het totale surplus. (16-6)(7-3)*0,5 = 20 euro 54. Teken het welvaartsverlies in de grafiek.
8 Opgave 13 Opgave 14 Deze monopolist streeft naar een zo groot mogelijke totale winst. 55. Bereken de maximale totale winst. MO = MK q = 8 GO = p = 8 GTK = kostprijs= MK(bijzonder geval) = 4 GW = 8-4 = 4 TW = 4 * 8 euro = 32 euro Deze monopolist vermoedt dat de totale winst nog groter kan worden als hij (volledige) prijsdiscriminatie doorvoert. De prijs die hij stelt moet tenminste kostendekkend zijn. 56. Teken de toename van de totale winst in de grafiek. 57. Toon aan met een berekening of het vermoeden van deze monopolist juist is. TW bij prijsdiscriminatie (12-4)* 16*0,5 = 64 euro TW bij TW max = 32 euro dus een uitbreiding van de totale winst met 32 euro. Het vermoeden is juist. De collectieve vraag en het collectieve aanbod kan weergegeven worden met p = -2Qv + 40 p = Qa + 10 Qv = Qa 58. Bereken de evenwichtsprijs en de marktafzet. p = -2Qv + 40 dus 2Qv = -p + 40 dus Qv = -0,5p + 20 p = Qa + 10 dus -Qa = -p + 10 dus Qa = p -10 Qa = Qv p - 10 = -0,5p ,5p = 30 p = 20 euro Vul in in Qa = = 10 producten Door de crisis het gezamenlijke inkomen van de vragers gedaald. Hierdoor luidt de collectieve vraagvergelijking: Qv = -0,5p Teken in de grafiek het welvaartsverlies dat hierdoor ontstaat. 60. Bereken de omvang van dit welvaartsverlies. Totaal surplus bij het begin (40-10)*10*0,5 = 150 euro Totaal surplus nieuw (28-10)*6*0,5 = 54 euro Welvaartsverlies = 96 euro
9 Opgave 15 Opgave Teken het welvaartsverlies dat ontstaat door het streven naar maximale totale winst in vergelijking met de pareto-optimale situatie. Deze monopolist verlaat zijn doelstelling van streven naar maximalisering van de totale winst en gaat over tot (volledige) prijsdiscriminatie, waarbij hij bij elke prijs tenminste kostendekkend wil produceren. 62. Teken het verlies aan conusumentensurplus. 63. Bereken de welvaartswinst dat hierdoor ontstaat. (8-4)*(16-8)*0,5 = 16 euro De overheid stelt om de internationale concurrentiepositie te beschermen dat de prijs 8 euro moet zijn. 64. Bereken de omvang van het welvaartsverlies dat hierdoor ontstaat. (18-8)*5,5*0,5=24,75 euro 65. Teken het deadweight loss (verloren surplus) in de grafiek. 66. Met welke andere naam kan dit verlies aangeduid worden? Harberger driehoekje
10 Opgave 17 Opgave 18 Om de negatief externe effecten van de benzineverbruik te verminderen, besluit de overheid een accijns van 2 euro te gaan heffen. Dit wordt neergelegd bij de producenten. Deze aanbieders zullen dit doorbereken in hun prijs. Dit heeft ook gevolgen voor de welvaart. 67. Teken de nieuwe aanbodcurve. 68. Is de overheid geslaagd in haar beleid? Licht toe. Uit de grafiek blijkt dat de afzet afgenomen is. Het beleid is geslaagd. 69. Bereken de omvang van het welvaartsverlies. (7-5)*2000*0,5 = Let op: Accijnsheffing leidt niet tot welvaartsverlies. 70. Teken het Harbergerdriehoekje. 71. Bereken hoeveel procent van de accijnsverhoging de bedrijven hebben kunnen afwentelen op de consumenten. (7-6)/2 *100%=50% 72. Bij welke productieomvang zal dit bedrijf pareto-efficiënt produceren? Bij q= Deze enige aanbieder heeft als doel de totale winst te maximaliseren. 73. Bereken de omvang van het welvaartsverlies dat hierdoor ontstaat in vergelijking met het pareto-optimaal produceren. (7-5)*15.000*0,5 = euro 74. Teken het Harbergerdriehoekje in de grafiek. 75. Bereken de toename van de totale winst als deze monopolist over zou gaan tot volledige prijsdiscriminatie onder de voorwaarde dat de prijs nooit tot een verlies per product mag leiden. TW max is TW (7-5)* = euro TW bij volledige prijsdiscriminatie TW = (10-2)* *0,5 = Toename van de TW = = euro.
11 Opgave 19 TK = 4q p = Bereken de hoogte van de totale winst als deze maximaal is. 77. Welke marktvorm is van toepassing? Van een monopolist is bekend: TK = 2q2 -q + 12 p = -2q Hoe hoog is de maximale totale winst die gemaakt wordt? Geef de berekening. In een markt met de structuur van een homogeen oligopolie is van een van de aanbieders bekend dat de kostenstructuur luidt: TK = 3q2 - q + 10 De collectieve vraag naar de producten van deze naar minimale totaal verlies strevende aanbieder is Qv = -2p Bereken de omvang van dit minimale totale verlies. 76. TO = 24q MO = 24 TK = 4q MK = 8Q MO = MK 24 = 8Q Q = 3 TO = 24 * 3 = 72 TK = 4 *3* = 56 TW = = 16 euro. 77. De prijs is constant en wordt op de markt door het totaal van vraag en aanbod bepaald. Dus volkomen concurrentie. 78. TK = 2q2 -q + 12 p = -2q + 15 MK = 4q -1 TO = p*q = -2q2 + 15q MO = -4q+ 15 MO = MK -4q + 15 = 4q - 1-8q = -16 q = 2 p = -2* = 11 TO = 11*2 = 22 TK = 2*2* = 18 TW = = 4 euro 79. TK = 3q2 - q + 10 MK = 6q - 1 Qv = -2p p = -q + 12 p = -0,5p + 6 TO = (-0,5q + 6)q = -0,5q2 +6q MO = -q + 6 MO = MK -q +6 = 6q - 1-7q = -7 q = 1 TO = -0,5*1*1 +6*1 = 5,5 TK = 3 * 1* = 12 TW = 5,5, - 12 = -6,50 euro; 6,50 verlies In een markt met een structuur van monopolistische concurrentie wil een van de aanbieders zijn totale omzet maximaliseren in plaats van zijn totale winst te maximaliseren. Hij verwacht dat daardoor zijn marktaandeel gemeten met de totale omzet toeneemt. De betalingsbereidheid van de klanten kan weergegeven worden met Qv = -0.5p + 9 De kosten kunnen weergegeven worden met TK = 3q2-2q Toon aan met een berekening of de verwachting deze aanbieder terecht is onder de veronderstelling dat de totale markt niet zal veranderen. 80. TO bij TW maximaal Qv = -0,5p + 9 0,5p =-q + 9 p = -2q + 18 TO = -2q2 + 18q MO = -4q + 18 TK = 3q2-2q + 4 MK = 6q - 2 MO = MK -4q + 18 = 6q q = 20 q = 2 p = -2* = 14 TO = 2 * 14 = 28 TO bij TO maximaal TO = -2q2 + 18q MO = -4q + 18 = 0 q = 4,5 p = -2*4, = 9 TO = 9 * 4,5 = 40,50 euro TO nieuw = 40,50 TO oud = 28 euro dus marktaandeel is gestegen.
Domein D markt. Opgaven. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman
Domein D markt monopolie enzo Zie steeds de eenvoud!! Opgaven vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1. Bij welke afzet geldt dat de MO-lijn de MK-lijn snijdt? 2. Teken een stippellijn naar de prijslijn van
Domein D markt UITWERKINGEN. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman
Domein D markt monopolie enzo Zie steeds de eenvoud!! UITWERKINGEN havo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1. Bij welke afzet geldt dat de MO-lijn de MK-lijn snijdt? q= 6 2. Teken een stippellijn naar de prijslijn
Domein D: markt (module 3) vwo 4
1. Noem 3 kenmerken van een marktvorm met volkomen concurrentie. 2. Waaraan herken je een markt met volkomen concurrentie? 3. Wat vormt het verschil tussen een abstracte en een concrete markt? 4. Over
Domein D: markt. 1) Nee, de prijs wordt op de markt bepaald door het geheel van vraag en aanbod.
1) Geef 2 voorbeelden van variabele kosten. 2) Noem 2 voorbeelden van vaste (=constante) kosten. 3) Geef de omschrijving van marginale kosten. 4) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 5) Hoe
Domein D: Concept markt. Havo 5 Module 2 en 3
Domein D: Concept markt Havo 5 Module 2 en 3 Domein D: Concept markt Winst = omzet kosten TW = TO TK TO = 2000 TK = 1500 TW = 500 Omzet per product = gemiddelde omzet = prijs = GO TO = 2000 Als afzet is
Domein D: markt (module 3) havo 5
Domein D: markt (module 3) havo 5 1. Noem 3 kenmerken van een marktvorm met volkomen concurrentie. 2. Waaraan herken je een markt met volkomen concurrentie? 3. Wat vormt het verschil tussen een abstracte
Markt. Kenmerken van marktvormen:
1 1 1 Markt 1 3 5 7 9 1 1 1 1 1 hoeveelheid 1 3 5 7 9 Qv Qa nieuw Qa Qv nieuw p Kenmerken van marktvormen: Volkomen concurrentie: Veel aanbieders Homogeen product(mais) Vrije toetreding Alle kennis van
Domein Markt. Zie steeds de eenvoud!! uitwerking totale winst. Frans Etman
Domein Markt Zie steeds de eenvoud!! uitwerking totale winst havo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1. Lees in de grafiek af hoe hoog de totale omzet (TO) en de totale kosten (TK) is bij een afzet van 3 producten,
Concrete markt: vragers, aanbieders, product op een bepaalde plaats. Abstracte markt: vraag en aanbod bepalen de prijs (denkmodel)
Concrete markt: vragers, aanbieders, product op een bepaalde plaats. Abstracte markt: vraag en aanbod bepalen de prijs (denkmodel) Kenmerken: Veel aanbieders Homogeen goed Vrije toe- uittreding Transparante
Domein D markt. Zie steeds de eenvoud!! Grafieken en rekenen Uitwerkingen. Frans Etman
vwo 5 Frans Etman Domein D markt Zie steeds de eenvoud!! Grafieken en rekenen Uitwerkingen Opgave 1 1. Bereken het consumentensurplus en het producentensurplus. Consumentensurplus 3*3000*0,5= 4500 euro
Domein D: markt. 1) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 2) Groepeer de micro-economische productiefactoren bij de macroeconomische
1) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 2) Groepeer de micro-economische productiefactoren bij de macroeconomische productiefactoren. 3) Hoe ontwikkelt de gemiddelde arbeidsproductiviteit als
Domein markt: volkomen concurrentie
Domein markt: volkomen concurrentie De markt / het marktmechanisme Vraag-aanbodcurve evenwicht, surplus Elasticiteiten E v p, E v i, E v1 p2, E a p Een van de vele aanbieders Opbrengst Kosten Winst TW
Uitwerking Examentraining havo voor economisch tekenen
Uitwerking Examentraining havo voor economisch tekenen Opgave 1 Vraag- en aanbodcurve met consumenten- en producentensurplus. Qv = -0,5p + 10 Qa = 0,5p 2 Qa = Qv Prijs in euro, q in stuks. 1. Teken de
Domein Markt. Uitwerking. Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit. Frans Etman
Domein Markt Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit Uitwerking vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1.Lees in de grafiek af hoe hoog de totale omzet (TO) en de totale kosten (TK) is bij een afzet
Evenwichtspri js MO WINST
Volkomen concurrentie Volledige mededinging Hoeveeldheidsaanpassing: prijs komt door Qa en Qv tot stand, individu heeft alleen invloed op de hoeveelheid die hij gaat produceren Veel vragers en veel aanbieders
Economie Module 3 H1 & H2
Module 3 H1 & H2 Hoofdstuk 1 1.1 - Markt, marktstructuur en marktvorm De markt is het geheel van factoren waaronder vragers en aanbieders elkaar ontmoeten en producten verhandelen. Er zijn twee soorten:
Economie Module 3. De marktstructuur is het geheel van kenmerken van de markt die het marktevenwicht beïnvloeden.
Module 3 Hoofdstuk 1 1.1 - Markt, marktstructuur en marktvorm De markt is het geheel van factoren waaronder vragers en aanbieders elkaar ontmoeten en producten verhandelen. Er zijn twee soorten: - De concrete
Concrete markt: vragers, aanbieders, product op een bepaalde plaats. Abstracte markt: vraag en aanbod bepalen de prijs (denkmodel)
Concrete markt: vragers, aanbieders, roduct o een beaalde laats. Abstracte markt: vraag en aanbod bealen de rijs (denkmodel) Kenmerken: Veel aanbieders Homogeen goed Volkomen concurrentie vwo 5 herhaling
4.9. Samenvatting door K woorden 6 november keer beoordeeld Markt:
Samenvatting door K. 1250 woorden 6 november 2012 4.9 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO 1.2 - Markt: Het geheel van vraag naar en aanbod van een bepaald product of dienst. Er zijn 4 marktsvormen:
Concrete markt: vragers, aanbieders, product op een bepaalde plaats.
Concrete markt: vragers, aanbieders, roduct o een beaalde laats. Abstracte markt: vraag en aanbod bealen de rijs (denkmodel) Volkomen concurrentie Kenmerken: Veel aanbieders Homogeen goed Transarante markt
Samenvatting Economie Module 2, 3, 4
Samenvatting Economie Module 2, 3, 4 Samenvatting door een scholier 2744 woorden 2 mei 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Basiskennis: Indexcijfers Indexcijfers zijn makkelijk
Domein Markt. Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit. vwo Frans Etman
Domein Markt Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1.Lees in de grafiek af hoe hoog de totale omzet (TO) en de totale kosten (TK) is bij een afzet van 3 producten,
Samenvatting Economie Hoofdstuk 3/7 samenvatting
Samenva Economie Hoofdstuk 3/7 samenva Samenva door E. 2301 woorden 12 juli 2013 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie hoofdstuk 3/7 samenva HAVO 4 en 5 3.1 Markten Welke soorten markten
Kruislingse prijselasticiteit Complementair aanvullend (negatief) Substituut vervangend (positief)
Prijs Ev = %Δq / %Δ Ev = Geen reactie volkomen rijsinelastisch Ev tussen en -1 Een beetje inelastisch (rimaire, normale goederen) Ev onder de -1 Veel elastisch (luxe goed) Toeassing inelastisch P stijgt
Samenvatting Economie Hoofdstuk 5: Produceren voor de markt
Ondernemingsvormen Samenvatting Economie Hoofdstuk 5: Produceren voor de markt De eenmanszaak = een onderneming met één eigenaar. De vennootschap onder firma (VOF) = een onderneming waarbij enkele mensen
qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuio pasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjkl zxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiop
qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuio pasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjkl zxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiop Antwoorden webquest asdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzx
LESBRIEF VERVOER. havo 4 blok 3
LESBRIEF VERVOER havo 4 blok 3 Inhoud Met de taxi of met de fiets (kosten, opbrengsten, winst, mo, mk) Verzekeren tegen risico (verzekeren) De lucht in (vraag, aanbod, surplus) Het beroepsgoederenvervoer
1 Volledige of volkomen competitieve markten Om te spreken van volkomen concurrentie moeten er 4 voorwaarden vervuld zijn:
Competitieve markten van 6 COMPETITIEVE MARKTEN Marktvormen Welke verschilpunten stel je vast als je het aantal aanbieders en het aantal vragers vergelijkt op volgende markten? a/ Wisselmarkt b/ Markt
samenvatting micro economie. Onderdeel perfect werkende markt
samenvatting micro economie. Onderdeel perfect werkende markt De perfect werkende markt is een model dat beschrijft hoe markten het meest optimaal zouden functioneren. Bij het bestuderen van echte markten
MARKT & OVERHEID. HAVO 4 Blok 4
MARKT & OVERHEID HAVO 4 Blok 4 INHOUD Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: Hoofdstuk 7: De telefoniemarkt Van volledige mededinging naar monopolie Oligopolie en
Samenvatting Economie Consument & Producent
Samenvatting Economie Consument & Producent Samenvatting door een scholier 1097 woorden 3 april 2003 7,7 84 keer beoordeeld Vak Economie CONSUMENT & PRODUCENT Hoofdstuk 1 de klant Marktaandeel afzet eigen
Hoofdstuk 1 Structuur, evenwicht en prestaties
Hoofdstuk 1 Structuur, evenwicht en prestaties Verkenning 1 a De kosten van het onderzoek en het risico dat het mislukt moet worden afgewogen tegen de mogelijke winst als het onderzoek wel lukt en het
Katern 2 Markten en welvaart
Katern 2 Markten en welvaart Begrippen budgetlijn = deze lijn geeft de verschillende mogelijkheden van geld uitgeven voor een consument weer ceteris paribus vraaglijn = het verband tussen de prijs en de
WAARDOOR NEEMT DE VRAAG TOE OF AF?
VRAAG & AANBOD WAARDOOR NEEMT DE VRAAG TOE OF AF? De vraag naar een product kan bepaald worden door: Ø Een toe of afname van de bevolking Ø Een toe of afname van het inkomen Ø Een toe of afname behoeften
VWO oefenopgave busonderneming ABV in problemen AM v1.1
Opgave 1. Busonderneming Arron Bus Vervoer (ABV) in de problemen. Arron Bus Vervoer (ABV) is een busonderneming in een grote stad, die het alleenrecht heeft gekregen van de gemeente om het gemeentelijke
ALGEMENE ECONOMIE /06
HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Het begrip markt is niet eenduidig; er zijn verschillende markten, waaronder: F concrete markt F abstracte
CONSUMENTEN- EN PRODUCENTENSURPLUS
pdf04 CONSUMENTEN- EN PRODUCENTENSURPLUS CONSUMENTENSURPLUS Het consumentensurplus is het bedrag dat consumenten bereid zijn voor een product te betalen min het bedrag dat de consumenten er werkelijk voor
I. Vraag en aanbod. Grafisch denken over micro-economische onderwerpen 1 / 6. fig. 1a. fig. 1c. fig. 1b P 4 P 1 P 2 P 3. Q a Q 1 Q 2.
1 / 6 I. Vraag en aanbod 1 2 fig. 1a 1 2 fig. 1b 4 4 e fig. 1c f _hoog _evenwicht _laag Q 1 Q 2 Qv Figuur 1 laat een collectieve vraaglijn zien. Een punt op de lijn geeft een bepaalde combinatie van de
Samenvatting Economie Module 2
Samenvatting Economie Module 2 Samenvatting door S. 1008 woorden 3 januari 2013 6,7 62 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Praktische economie Module 2 Economie Module 2 Eenmaal, andermaal,verkocht
UIT doelstellingen en grafieken
Vraaglijn is prijs-afzetlijn. De vraaglijn die we kennen van de perfect werkende markt, zien we terug bij de niet perfecte marktvormen. Het drukt nu de betalingsbereidheid van de klant voor het specifieke
1 Markt en marktvormen
1 Markt en marktvormen Wat is het verschil tussen een markt en een marktvorm? Markt= Concrete markt, plaats waar vragers en aanbieders van een bepaald goed elkaar ontmoeten en transacties afsluiten Marktvorm
7,5. Samenvatting door R woorden 24 juni keer beoordeeld. Hoofdstuk 1. De kledingmarkt. Omzet = prijs x afzet
Samenvatting door R. 1689 woorden 24 juni 2014 7,5 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1. De kledingmarkt Omzet = prijs x afzet Omzetindex = (prijsindex x afzetindex) : 100 Afzet = verkochte
1 Aanbodfunctie. 2 Afschrijvingskosten Asymmetrische 3 informatie
1 Aanbodfunctie 2 Afschrijvingskosten Asymmetrische 3 informatie Het verband tussen prijs een aangeboden hoeveelheid kun je weergeven met een vergelijking: de aanbodfunctie. De jaarlijkse waardevermindering
Oefeningen op monopolie
Oefeningen op monopolie Oefening : De NV Imolex brengt als enige onderneming het product Mico op de markt. Met de op korte termijn gegeven productiecapaciteit kunnen maximaal 5.000 eenheden per maand worden
Samenvatting Economie Consument en Producent
Samenvatting Economie Consument en Producent Samenvatting door een scholier 1055 woorden 29 oktober 2004 6,1 60 keer beoordeeld Vak Economie Consument en producent. Hoofdstuk 1: De klant. Marktaandeel
1 De bepaling van de optimale productiegrootte
1 De bepaling van de optimale productiegrootte Voor wat zorgen de bedrijven en welk probleem treed zich op? De bedrijven zorgen voor het produceren van goederen en diensten. Er treed een keuzeprobleem
Samenvatting Economie Micro-economie
Samenvatting Economie Micro-economie Samenvatting door een scholier 3691 woorden 31 mei 2011 8,2 37 keer beoordeeld Vak Economie Micro-economie HOOFDSTUK 2 HET DICTAAT VAN DE MARKT (VOLKOMEN CONCURRENTIE)
Economie Module 2 & Module 3 H1
Economie Module 2 & Module 3 H1 Module 2 1.1 De individuele vraag Individuele vraaglijn kent een dalend verloop: als de prijs daalt, stijgt als gevolg daarvan de gevraagde hoeveelheid. Men wil voor 1 appel
Extra opgaven hoofdstuk 12
Extra opgaven hoofdstuk 12 Opgave 1 In dit hoofdstuk wordt gewerkt met een strakke definitie van het begrip marktvorm, waarna verschillende marktvormen zijn ingedeeld aan de hand van twee criteria. a.
De opbouw van het monopolie model.
Het monopolie Soorten monopolies Een monopolie is een situatie waarin er sprake is van 1 aanbieder die dus volledige invloed heeft op de prijs. De overheid vindt dit een onwenselijke situatie, twee situaties
Extra opgaven hoofdstuk 13
Extra opgaven hoofdstuk 13 Opgave 1 Stel, dat een markt voor product X zich als volgt ontwikkelt. Aanvankelijk zijn er voor dit product veel aanbieders en veel vragers. Na verloop van tijd loopt de vraag
H3 Hoe werken markten
H3 Hoe werken markten 3.1 Markten marktmechanisme Organisatie door Marktmechanisme Vragers en aanbieders met eigen belang Aanbieders passen aan aan vragers. Soorten markten één, enkele of veel aanbieders
Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid van een artikel bepalen.
Praktische-opdracht door een scholier 3871 woorden 8 januari 2003 5,3 45 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Opdracht 1: Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid
Samenvatting Economie Lesbrief Vervoer
Samenvatting Economie Lesbrief Vervoer Samenvatting door een scholier 2145 woorden 11 januari 2011 6,8 358 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H 1 Marktaandeel van de afzet= afzet onderneming/afzet
Extra opgaven hoofdstuk 15
Extra opgaven hoofdstuk 15 Opgave 1 Veronderstel dat de oliemarkt wordt beschreven door het onderstaande model (1) q v = 20 p + 16.000 p prijs per vat olie in euro s (2) q a = 20 p q v, q a aangeboden,
Prijsvorming bij monopolie
Prijsvorming bij monopolie Wanneer we naar het evenwicht van de monopolist op zoek gaan, gaan we op zoek naar die afzet en die prijs waar de monopolist een maximale winst bereikt (of minimaal verlies).
Herhaling vwo 4. Module 1, 2 en 3. Herhaling vwo 4 module 1, 2, 3. Domeinen ruil, schaarste, markt.
Herhaling vwo 4 Module 1, 2 en 3 1 Problemen 1. Overzicht over de stof 2. Vergelijkingen oplossen 3. Oplosstappen TWmax 4. Tekenen van grafieken 5. Leerwerk verbeteren 6. Lezen van opgaven (m.i. grootste
LESBRIEF VERVOER. havo 4 blok 3
LESBRIEF VERVOER havo 4 blok 3 Inhoud Met de taxi of met de fiets (kosten, opbrengsten, winst, mo, mk) Verzekeren tegen risico (verzekeren) De lucht in (vraag, aanbod, surplus) Het beroepsgoederenvervoer
Samenvatting Economie Vervoer
Samenvatting Economie Vervoer Samenvatting door S. 1607 woorden 25 april 2017 5,2 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 2 : Met de taxi of met de fiets Afzet onderneming Markt Afzet= ------------------------------------
UIT prijsdiscriminatie
Marktmacht. Aanbieders op een niet perfect werkende marktvorm, zoals monopolistische concurrentie, oligopolie en monopolie, hebben marktmacht. Hoe groter de invloed van de aanbieder op de prijs, hoe hoger
Samenvatting door een scholier 3455 woorden 13 februari keer beoordeeld. Onderdeel 2: Markten. Hoofdstuk 3: Hoe werken markten?
Samenvatting door een scholier 3455 woorden 13 februari 2012 5 13 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Onderdeel 2: Markten Hoofdstuk 3: Hoe werken markten? 3.1 Markten Marktmechanisme: Vragers
Statische markttheorie. College 4, spm 1212
Statische markttheorie College 4, spm 1212 1 Statische Markttheorie: SCP of SGR Marktstructuur Gedrag actoren Economische resulaten 2 Secundaire structuurkenmerken (basic conditions)! Groei of krimp! Vraagconcentratie!
Het gevoel van welvaart neemt toe naarmate de schaarste wordt teruggedrongen
Samenvatting door A. 1641 woorden 27 januari 2013 7,4 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 1 Schaarste: de spanning tussen de menselijke behoeften en de beschikbare middelen om in
Grafieken Economie Hoofdstuk 7
Economie: Grafieken Hoofdstuk 7 1 Inhoud Grafieken Economie Hoofdstuk 7 door ieter Nobels ONDERNEMERSGEDRG BIJ OLKOMEN CONCURRENTIE... 3 GLOBL MRKTEENWICHT... 3 ERSCHUIINGEN N RG- EN NBODCURE (GLOBLE MRKT)...
Samenvatting Economie Markt & Overheid
Samenvatting Economie Markt & Overheid Samenvatting door Bobby 4278 woorden 3 maart 2019 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H1. Volledige mededinging, prijselasticiteit & kosten- en opbrengstenfuncties
Lesbrief Markt en Overheid 2 e druk
Hoofdstuk 1. 1.15 1.16 1.17 1.18 D C B B De telefoniemarkt 1.19 a. TO = 2q. b. TK = 1,50q + 75.000. c. TO = TK 2q = 1,50q + 75.000 0,50q = 75.000. De break-evenafzet is 75.000/0,5 = 150.000 pennen. d.
Oefeningen: Soorten marktvormen + Vraag en Aanbod + Marktevenwicht bij volkomen concurrentie
Oefeningen: Soorten marktvormen + Vraag en Aanbod + Marktevenwicht bij volkomen concurrentie Oefening 1: Geef grafisch weer welke wijziging de vraag- en/of aanbodcurve zal ondergaan in volgende gevallen
Constante kosten - Kosten die niet afhangen van de productieomvang. Bv. Verzekeringskosten & afschrijvingskosten.
Samenvatting door D. 1289 woorden 4 oktober 2015 3,5 1 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 - STEEDS MEER MOBILITEIT 1 - Hoe verplaatsen we ons? Manieren van vervoeren: Fiets - Scooter - Auto - Bus
In de economie gebruiken we het begrip schaarste in relatieve zin. Een product is schaars als er middelen moeten worden opgeofferd om het te maken.
Samenvatting door S. 2380 woorden 16 januari 2013 7.9 87 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie Hoofdstuk 1 De spanning tussen oneindige behoeften en beperkte middelen noemen we schaarste.
Samenvatting Economie Consument en producent
Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 3664 woorden 3 november 2008 6,4 5 keer beoordeeld Vak Economie Consument en Producent Samenvatting. Makkelijk: * Te doen: **
auteursrechtelijk beschermd materiaal
OPLOSSINGEN OEFENINGEN Hoofdstuk 9 Open vragen OEFENING 1 a) Aantal Prijs Totale ontvangst Marginale ontvangst 1 9 9 9 2 8 16 7 3 7 21 5 4 6 24 3 5 5 25 1 6 4 24-1 7 3 21-3 8 2 16-5 9 1 9-7 10 0 0-9 b)
EXAMENVRAGEN Bedrijfseconomie Januari 2018
EXAMENVRAGEN Bedrijfseconomie Januari 2018 (het examen bestaat uit 25 multiplechoice-vragen, u start op -5 en er is geen giscorrectie. De nadruk ligt op redeneren en economische mechanismes. ) 1) 1e wet
OVER OMZET, KOSTEN EN WINST
OVER OMZET, KOSTEN EN WINST De Totale Winst (TW) van bedrijven vindt men door van de Totale Opbrengsten (TO), de Totale Kosten (TK) af te halen. Daarvoor moeten we eerst naar de opbrengstenkant van het
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 Samenvatting door S. 946 woorden 2 april 2017 8,1 1 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 De vraag naar producten Kernbegrippen 1) Individuele vraaglijn 2) Betalingsbereidheid
Inleiding tot de economie (HIR(b)) VERBETERING Test 14 november 2008 1
Inleiding tot de economie (HIR(b)) VERBETERING Test 14 november 2008 1 Vraag 1 (H1-14) Een schoenmaker heeft een paar schoenen gerepareerd en de klant betaalt voor deze reparatie 16 euro. De schoenmaker
KOSTPRIJSVERHOGENDE BELASTINGEN. In de onderstaande getallenvoorbeelden gaan we uit van de aanbodfunctie: Qa = 60P
pdf06 KOSTPRIJSVERHOGENDE BELASTINGEN In de onderstaande getallenvoorbeelden gaan we uit van de aanbodfunctie:. Door aan producenten opgelegde belastingen (bijvoorbeeld accijnzen, invoerrechten, milieuheffingen
Wat is het juiste antwoord? Of welk woord hoort in welke kolom? 2 Monopolistische. concurrentie. Zowel volkomen als volkomen concurrentie
Extra opdrachten 1. Wat is het juiste antwoord? Of welk woord hoort in welke kolom? Soort 1 Volledige mededinging 2 Monopolistische Zowel volkomen als volkomen 3 Oligopolie (duopolie) Geen 4 Monopolist
Herhalingsoefeningen Thema 1: Perfect competitieve markten
Herhalingsoefeningen Thema 1: Perfect competitieve markten Oefening 1: De overheid treedt onder druk van milieugroepen op tegen vervuilende ondernemingen en legt de ondernemingen een belasting per eenheid
4p 6 Leg uit waarom de marktvorm en het marktgedrag kunnen veranderen. Opgave 3 2000 Economische wetenschappen 1 en Recht - 1 opgave 2
Opgave 1 1999 Economische wetenschappen 1 en Recht - 1 opgave 2 Enige tijd geleden is de firma Lovers de exploitatie van de Kennemerland Express gestart, een treinverbinding tussen Amsterdam en IJmuiden.
Samenvatting Economie Consument en producent
Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 2017 woorden 10 december 2004 7,4 24 keer beoordeeld Vak Economie Consument en producent H1 De klant 1.1 Het marktaandeel Het
Antwoordmodel module 8
Antwoordmodel module 8 Opdracht 1 a. a, c, d, b. Naarmate de prijsafzetlijn steiler loopt, leidt een prijsstijging tot een geringere daling van de gevraagde hoeveelheid. b. Bij een gegeven prijs betekent
Module 7 Antwoorden. Experimenteel lesprogramma nieuwe economie
Module 7 Antwoorden Experimenteel lesprogramma nieuwe economie Verantwoording 2010, Stichting leerplanontwikkeling (SLO), Enschede Het auteursrecht op de modules voor Economie berust bij SLO. Voor deze
Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 3: We gaan voor de winst Exameneenheid: Arbeid en productie
3.1 Wat zijn de kosten? Toegevoegde = extra waarde die ontstaat door de bewerking van een product waarde Toegevoegde waarde = verkoopwaarde inkoopwaarde Productiefactoren = productiemiddelen die een producent
Eco samenvatting; hs 2 + 5
Samenvatting door Inge 1413 woorden 12 januari 2014 7,5 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Eco samenvatting; hs 2 + 5 2.1 Hoe verkoop je een product? Martkaandeel is het aandeel van een product
Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie november /7
Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie Prof. Dr. Jan Bouckaert Prof. Dr. André Van Poeck 15-19 november 2012 1. Welke uitspraak is fout? A. De curve van productiemogelijkheden illustreert het begrip
Oefeningen vraag en aanbod
Oefeningen vraag en aanbod Oefening 1: Geef grafisch weer welke wijziging de vraag- en/of aanbodcurve zal ondergaan in volgende gevallen (telkens ceteris paribus). a. De productiviteit van een groot aantal
Examen Economie 30 januari 2012 Professor Koen Schoors
Naam: Richting: Examen Economie 30 januari 2012 Professor Koen Schoors Algemeen 1. U hebt tijd van 13.30 tot 15.30 2. Dit examen bestaat uit 25 meerkeuzevragen (20 punten). 3. Beantwoord de meerkeuzevragen
Samenvatting Economie Consument en producent
Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 2499 woorden 17 mei 2004 6,6 64 keer beoordeeld Vak Economie CONSUMENT EN PRODUCENT Hoofdstuk 1 De klant Een marktaandeel geeft
Samenvatting Economie Consument en producent
Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 2397 woorden 9 januari 2011 5,1 1 keer beoordeeld Vak Economie 1.1 Het marktaandeel Het marktaandeel van een merk geeft aan wat
Kaarten module 4 derde klas
1. Uit welke twee onderdelen bestaan de totale kosten? 2. Geef 2 voorbeelden van variabele kosten. 3. Geef 2 voorbeelden van vaste (of constante) kosten. 4. Waar is de totale winst gelijk aan? 5. Geef
T3: Niet-competitieve en onvolkomen competitieve markten
Onvolkomen competitieve markten - 1 van 5 T3: Niet-competitieve en onvolkomen competitieve markten 1. Monopolie 1/ Wanneer spreken we van een monopolie? 2/ Geef enkel voorbeelden van ondernemingen met
Oefeningen Producentengedrag
Oefeningen Producentengedrag Oefening 1: Bij een productie van 10.000 eenheden bedragen de totale kosten van een bedrijf 90.000 EUR. Bij een productie van 12.500 bedragen de totale kosten 96.000 EUR. De
SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI UUR UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI 2015 14.45 UUR 16.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene Economie 22 juni 2015 B / 11 2015 NGO - ENS B / 11 Opgave 1 (21 punten) Vraag
5,5. Samenvatting door een scholier 2992 woorden 20 oktober keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 2992 woorden 20 oktober 2015 5,5 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Opbrengst, totale kosten en winst De opbrengst of omzet wordt uitgedrukt in geld (euro s) en