DE VERNIETIGING VAN GEHEIMHOUDERSGESPREKKEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE VERNIETIGING VAN GEHEIMHOUDERSGESPREKKEN"

Transcriptie

1 DE VERNIETIGING VAN GEHEIMHOUDERSGESPREKKEN Een onderzoek naar de naleving van artikel 126aa lid 2 Sv door de tapkamers in Epe en Driebergen Onderzoeksrapport

2 INHOUD Samenvatting 3 Inleiding 5 1 Bevindingen 8 2 Conclusies 16 Bijlagen 20

3 COLLEGE BESCHERMING PERSOONSGEGEVENS De vernietiging van geheimhoudersgesprekken Een onderzoek naar de naleving van artikel 126aa lid 2 Sv door de tapkamers in Epe en Driebergen Onderzoeksrapport College bescherming persoonsgegevens - oktober 2007

4 2 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

5 SAMENVATTING In strafrechtelijke onderzoeken mogen onder bepaalde omstandigheden telefoongesprekken worden opgenomen. Indien zich daaronder gesprekken blijken te bevinden van burgers met beroepsbeoefenaren voor wie het verschoningsrecht geldt en die gesprekken onder dat verschoningsrecht vallen, moeten politie en justitie de opnamen en andere weergaven van die gesprekken op grond van artikel 126aa lid 2, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) vernietigen. De burger moet er op kunnen vertrouwen dat gesprekken die hij voert met artsen, advocaten, notarissen of geestelijk raadslieden geheim blijven. De geheimhoudingsverplichting van deze beroepsbeoefenaren geldt ook ten opzichte van de strafvorderlijke autoriteiten. Voor de uitoefening van deze geheimhoudingsverplichting is het van essentieel belang dat politie en justitie alle weergaven van geheimhoudersgesprekken die in het kader van een strafvorderlijk onderzoek zijn opgenomen, vernietigen. Het College bescherming persoongegevens (CBP) heeft de uitvoering van de vernietiging van geheimhoudersgesprekken gecontroleerd. Medio 2007 heeft het CBP hiertoe ambtshalve onderzoek verricht bij de Technische Interceptie Faciliteit 1 (TIF 1) te Epe en de Technische Interceptie Faciliteit 2 (TIF 2) te Driebergen, waar een groot deel van de uitvoering van de vernietiging van opnamen van telefoongesprekken met geheimhouders plaatsvindt. De twee interceptiefaciliteiten vallen onder de Unit Landelijke Interceptie (ULI) die deel uitmaakt van de Dienst Speciale Recherchetaken (DSRT) van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD). De onderzoeksvragen luidden: 1 Zijn de opnamen van geheimhoudersgesprekken op het centrale systeem én op de gearchiveerde gegevensdragers daadwerkelijk gewist? 2 Is de tijdsperiode tussen de ondertekening van het bevel tot vernietiging en de daadwerkelijke vernietiging van de betreffende geheimhoudersgesprekken niet langer dan 1 dag? 3 Zijn er schriftelijke weergaven van de geheimhoudersgesprekken in de interceptiefaciliteiten aanwezig? De conclusies zijn: 1 Het wissen van het centrale systeem en gearchiveerde gegevensdragers Alle gecontroleerde opnamen van geheimhoudersgesprekken zijn van het centrale systeem gewist. Niet alle gecontroleerde opnamen van geheimhoudersgesprekken zijn van de gearchiveerde dvd s gewist. Dit is in strijd met de plicht die uit artikel 126aa lid 2 Sv volgt om alle weergaven van geheimhoudersgesprekken te vernietigen. 2 Tijdsperiode tussen ondertekening bevel van vernietiging en daadwerkelijke vernietiging Bij meer dan driekwart van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de te vernietigen geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ondertekening van het bevel tot vernietiging. Dit is in strijd met de plicht die uit artikel 126aa lid 2 Sv volgt om geheimhoudersgesprekken zo spoedig mogelijk te vernietigen. Bij ongeveer de helft van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ontvangst van het bevel in de interceptiefaciliteit. Dit betekent dat in ongeveer de helft van de gevallen het vernietigingsproces vertraging oploopt in de interceptiefaciliteiten zelf. 3 Schriftelijke uitwerkingen In één van de interceptiefaciliteiten zijn tijdens het onderzoek schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken aangetroffen. Dit is in strijd met de plicht die uit artikel 126aa lid 2 Sv volgt om alle weergaven van geheimhoudersgesprekken te vernietigen.

6 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

7 INLEIDING In strafrechtelijke onderzoeken mogen onder bepaalde omstandigheden telefoongesprekken worden opgenomen. Indien zich daaronder gesprekken blijken te bevinden van burgers met beroepsbeoefenaren voor wie het verschoningsrecht geldt en die gesprekken onder dat verschoningsrecht vallen, moeten politie en justitie de opnamen en andere weergaven van die gesprekken op grond van artikel 126aa lid 2, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) vernietigen. Wetboek van Strafvordering Artikel 126aa, tweede lid ( ) 2. Voor zover de processen-verbaal of andere voorwerpen mededelingen behelzen gedaan door of aan een persoon die zich op grond van artikel 218 zou kunnen verschonen indien hem als getuige naar de inhoud van die mededelingen zou worden gevraagd, worden deze processen-verbaal en andere voorwerpen vernietigd. Bij algemene maatregel van bestuur worden hieromtrent voorschriften gegeven. Voor zover de processen-verbaal of andere voorwerpen andere mededelingen dan bedoeld in de eerste volzin behelzen gedaan door of aan een in die volzin bedoelde persoon, worden zij niet bij de processtukken gevoegd dan na voorafgaande machtiging door de rechter-commissaris. ( ) De burger moet er op kunnen vertrouwen dat gesprekken die hij voert met artsen, advocaten, notarissen of geestelijk raadslieden geheim blijven. De geheimhoudingsverplichting van deze beroepsbeoefenaren geldt ook ten opzichte van de strafvorderlijke autoriteiten. Voor de uitoefening van deze geheimhoudingsverplichting is het van essentieel belang dat politie en justitie alle weergaven van geheimhoudersgesprekken die in het kader van een strafvorderlijk onderzoek zijn opgenomen, vernietigen. Om een eenvormige en rechtmatige naleving van de vernietigingsplicht te bewerkstelligen heeft het College van procureurs-generaal op 12 maart 2002 de instructie voor vernietiging van geïntercepteerde gesprekken met geheimhouders vastgesteld. Deze instructie is op 1 april 2002 in werking getreden. In de instructie is de procedure beschreven die opsporingsambtenaren, teamleiding, officier van justitie en de beheerder van het interceptieteam moeten volgen als een gesprek met een geheimhouder is opgenomen. Op 1 januari 2007 is een, op enkele details gewijzigde, nieuwe instructie in werking getreden (zie Bijlage 2: Normenkader). De uitvoering van de vernietiging van opnamen van telefoongesprekken met geheimhouders ligt voor een groot deel bij de interceptiefaciliteiten 1. Om de uitvoering van de vernietiging te controleren heeft het College bescherming persoonsgegevens (CBP) onderzoek gedaan bij de Technische Interceptie Faciliteit 1 (TIF 1) te Epe en de Technische Interceptie Faciliteit 2 (TIF 2) te Driebergen. Deze twee interceptiefaciliteiten vallen onder de Unit Landelijke Interceptie (ULI) die deel uitmaakt van de Dienst Speciale Recherchetaken (DSRT) van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD). Aanleiding voor het onderzoek In 2002 verrichtte het CBP onderzoek naar het waarborgen van vertrouwelijke communicatie van advocaten bij de interceptie van telecommunicatie (rapport van 16 juli 2003, z ). Het CBP concludeerde dat in voorkomende gevallen de vernietigingsplicht niet werd nageleefd. Ten tijde van dat onderzoek werden de gesprekken door de politieregio s zelf afgetapt; er was nog geen centrale tapfaciliteit. 1 In dit rapport wordt zowel de term tapkamer als interceptiefaciliteit gebruikt, omwille van de variatie en leesbaarheid van de tekst. Het voornaamste verschil is het karakter van de aanduiding; de laatstgenoemde is de meer officiële benaming, maar gedoeld wordt op dezelfde organisatie.

8 Omdat er geen aanwijzingen waren dat er na het onderzoek van 2002 adequate maatregelen waren genomen om een betere naleving van de vernietigingsplicht te bewerkstelligen, heeft het CBP in 2005 een vervolgonderzoek uitgevoerd. Het doel van dit onderzoek was om te controleren of de bewerking van geluidsdragers, die in de tapkamer werd toegepast om opgenomen telefoongesprekken te vernietigen, voldeed aan artikel 126aa lid 2 Sv. Het vervolgonderzoek is uitgevoerd bij de eerste centrale tapkamer van de politie, de Technische Interceptie Faciliteit 1 (TIF 1) te Apeldoorn (later verhuisd naar Epe). In 2005 maakten elf regionale politiekorpsen gebruik van de diensten van deze centrale interceptiefaciliteit. De belangrijkste bevindingen uit dit onderzoek waren: Alle negen onderzochte opnamen van geheimhoudersgesprekken waren gewist en niet meer langs de gebruikelijke weg toegankelijk. In zeven van de negen onderzochte gevallen duurde de periode tussen de ondertekening van het bevel tot vernietigen en het daadwerkelijke wissen van het gesprek langer dan 1 dag. Artikel 126aa Sv bevat geen termijn waarbinnen opnamen en andere weergaven van geheimhoudersgesprekken vernietigd moeten worden. Ten aanzien van de vernietigingsplicht is in de memorie van toelichting opgemerkt: Zij moeten zo spoedig mogelijk worden vernietigd. De ratio van deze bepaling is dat het verschoningsrecht anders illusoir zou worden. Uit het onderzoek bleek dat de uitvoering van een bevel tot vernietiging een weinig arbeidsintensief en bovenal uitvoerend administratief proces is. De handelingen die moeten worden verricht vanaf het moment van ondertekening van een bevel tot vernietiging door de officier van justitie tot en met de uitvoering daarvan, vereisen onder normale omstandigheden een tijdsbeslag van hooguit enkele uren. Op grond hiervan geldt dat er sprake is van een zo spoedig mogelijk uitgevoerde vernietiging als deze plaatsvindt uiterlijk op de dag na de dag waarop het bevel ertoe is gegeven (zie ook Bijlage 2: Normenkader). Het CBP trof ter plaatse schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken aan in de administratie van de processen-verbaal van vernietiging. De conclusie van het onderzoek was dat de technische werkwijze van het wissen van geheimhoudersgesprekken voldeed aan de wet (artikel 126aa lid 2 Sv), maar dat op twee punten niet werd voldaan aan artikel 126aa lid 2 Sv: a het duurde in 7 van de 9 onderzochte gevallen te lang voordat de geheimhoudersgesprekken werden gewist en b er waren nog schriftelijke uitwerkingen van gesprekken aanwezig. Het vervolgonderzoek 2007 Het onderzoek van het CBP uit 2005 beperkte zich tot een relatief kleine steekproef van negen dossiers bij de eerste centrale tapkamer TIF 1, waar op dat moment 11 politieregio s gebruik van maakten. De uitkomsten van het onderzoek in 2005 waren, gezien het negatieve beeld dat op twee onderdelen naar voren kwam, aanleiding voor een vervolgonderzoek naar de naleving van de verplichting tot vernietiging van geheimhoudersgesprekken door de tapkamers. Medio 2007 zijn alle politiekorpsen 2 en de bijzondere opsporingsdiensten aangesloten bij een van de twee interceptiefaciliteiten (TIF 1 en TIF 2). Deze twee interceptiefaciliteiten vallen onder de Unit Landelijke Interceptie (ULI) die deel uitmaakt van de Dienst Speciale Recherche Taken (DSRT) van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD). De interceptiefaciliteiten, of tapkamers, voeren naast telefoontaps ook internettaps uit. Het onderzoek van het CBP richt zich alleen op telefoontaps. In het vervolgonderzoek zijn 77 dossiers beoordeeld. 2 De Korpsen Rotterdam Rijnmond en Amsterdam Amstelland hebben in reactie op de voorlopige bevindingen van het onderzoek aangegeven pas na de periode waarop het onderzoek betrekking heeft (1 januari tot en met 31 maart 2007) gebruik te maken van de landelijke tapfaciliteit. 6 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

9 Het doel van dit onderzoek is te controleren of de twee landelijke technische interceptiefaciliteiten TIF 1 en TIF 2 voldoen aan artikel 126aa lid 2 Sv door na te gaan of: de opnamen van geheimhoudersgesprekken zijn vernietigd; dat is gebeurd uiterlijk op de dag na de dag waarop het bevel ertoe is gegeven; schriftelijke weergaven van de geheimhoudersgesprekken aanwezig zijn. Wanneer is een gesprek vernietigd? Het CBP heeft in de tapkamers ter plaatse gecontroleerd of de inhoud van geheimhoudersgesprekken kon worden teruggevonden. Wanneer de inhoud van een gesprek niet meer op de gebruikelijke manier toegankelijk was, wordt, in het kader van dit onderzoek, geconcludeerd dat de inhoud van het gesprek is vernietigd. In dit kader wordt in de praktijk van de tapkamers en in dit rapport ook wel gesproken van het wissen van een gesprek 3. Leeswijzer De resultaten van het onderzoek van TIF 1 en TIF 2 (feitelijke bevindingen en conclusies) staan beschreven in Hoofdstuk 1. De slotsom van de bevindingen volgt in Hoofdstuk 2. In de bijlagen zijn achtereenvolgens de onderzoeksopzet en uitvoering van het onderzoek, het normenkader, een uitwerking van de vernietigingsplicht, tabellen van de onderzoeksresultaten en reacties van enkele betrokken partijen opgenomen. 3 Hiermee wordt niet bedoeld het wissen of deleten van gegevens van een gewone diskette, waarbij die gegevens betrekkelijk eenvoudig kunnen worden achterhaald. Waar het om gaat is dat de gegevensdrager op zodanige wijze is bewerkt dat de gegevens, die voor die bewerking daaraan konden worden ontleend, niet meer kenbaar zijn (zie ook Bijlage 1: Onderzoeksopzet en uitvoering en Bijlage 2: Normenkader). 7

10 1 BEVINDINGEN 1.1 Het wissen van het centrale systeem Het wissen van gearchiveerde gegevens Tijdsperiode tussen bevel van vernietiging en vernietiging Aanwezigheid schriftelijke weergaven 14 8 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

11 In de Technische Interceptie Faciliteiten TIF 1 en TIF 2 worden telefoongesprekken afgetapt en opgenomen 4. De teamleden van rechercheteams kunnen de opgenomen gesprekken uitluisteren wanneer zij hiertoe geautoriseerd zijn. Als een rechercheur tijdens dit uitluisteren bemerkt dat er een gesprek heeft plaatsgevonden met een verschoningsgerechtigde beroepsbeoefenaar, bedoeld in artikel 218 en126aa lid 2 Sv, legt de teamleider van het rechercheteam het gesprek voor aan de officier van justitie. De officier van justitie bepaalt of het gesprek onder het verschoningsrecht van de geheimhouder valt. Als dit het geval is, schrijft hij een bevel uit om het betreffende gesprek (of gesprekken) te laten vernietigen. Dit bevel doet de teamleider van het rechercheteam aan de interceptiefaciliteit toekomen. De interceptiefaciliteit dient vervolgens de weergave van het gesprek op het centrale systeem en alle overige gegevensdragers met weergaven van dit gesprek te vernietigen. De interceptiefaciliteit maakt proces-verbaal op van deze vernietiging en stuurt dit aan de teamleider van het rechercheteam, die het procesverbaal vervolgens aan de officier van justitie verstrekt. Bij de vernietiging van de weergaven van geheimhoudersgesprekken zijn vier aspecten voor de interceptiefaciliteit essentieel om te voldoen aan artikel 126aa lid 2 Sv 5 : 1 De opnamen van de gesprekken die op het centrale tapsysteem staan, moeten worden vernietigd. 2 De opnamen van de gesprekken die op gearchiveerde gegevensdragers zoals MOdisks en dvd s staan, moeten worden vernietigd. 3 De tijdsperiode tussen het bevel tot vernietigen en het vernietigen mag niet langer zijn dan één dag 6. 4 De andere gegevensdragers in het interceptiecentrum waarop de weergave van de gesprekken is terug te vinden, zoals schriftelijke documenten, moeten vernietigd worden. In de volgende paragrafen komen deze vier aspecten stuk voor stuk aan de orde. Omdat TIF 1 en TIF 2 op verschillende locaties gevestigd zijn en bij het onderzoek verschillen tussen deze twee interceptiefaciliteiten zijn geconstateerd, worden de resultaten uitgesplitst naar TIF 1 en TIF 2. Het onderzoek heeft betrekking op 77 dossiers (26 in TIF 1 en 51 in TIF 2). Deze bestaan uit processen-verbaal die zijn gedateerd in het eerste kwartaal van Ruim de helft van de steekproef is gecontroleerd op de daadwerkelijke vernietiging van de opnamen in het systeem en op gearchiveerde gegevensdragers (paragraaf 1 en 2). De gehele steekproef is gecontroleerd op de tijdigheid van het vernietigen (paragraaf 3) en op de aanwezigheid van schriftelijke weergaven van de gesprekken (paragraaf 4). De methode van onderzoek is beschreven in Bijlage 1. In Bijlagen 4 en 5 zijn gedetailleerde cijfermatige uitwerkingen van de resultaten opgenomen. 1.1 Het wissen van het centrale systeem De opnamen van de gesprekken met geheimhouders die op het centrale systeem staan, moeten worden vernietigd. TIF 1 In TIF 1 werd voor het opnemen van telefoongesprekken tot en met maart 2007 gebruik gemaakt van een centraal systeem met een beperkte opslagcapaciteit. Wanneer dit systeem vol was, werden gegevens tussentijds overgeschreven naar MO-disks 4 Naast telefoongesprekken kan ook internetverkeer worden getapt.. 5 In Bijlage 2 is het normenkader, waarop deze vier aspecten zijn gebaseerd, uitgewerkt. 6 Zoals beschreven in de inleiding kan geconcludeerd worden dat sprake is van een zo spoedig mogelijk uitgevoerde vernietiging als deze plaatsvindt uiterlijk op de dag na de dag waarop het bevel ertoe is gegeven (zie ook Bijlage 2: Normenkader).

12 om plaats te maken voor nieuwe opnamen op het centrale systeem. Vanaf eind maart 2007 is een overgang gemaakt naar een nieuw centraal systeem met meer opslagcapaciteit. Hierdoor hoeven er tussentijds geen gegevens opgeslagen te worden op aparte gegevensdragers. Als het betreffende onderzoek is afgesloten en er niet meer getapt hoeft te worden, archiveert de interceptiefaciliteit de gegevens op twee dvd s (een origineel en een kopie). Indien nodig, kan het rechercheteam de kopie gebruiken. Het origineel blijft bij de interceptiefaciliteit. Vanaf half april 2007 werkt TIF 1 alleen nog met het nieuwe systeem. Voor de controle van het centrale systeem zijn 15 processen-verbaal van vernietiging geselecteerd. Van deze 15 processen-verbaal zijn 19 gesprekken 7 gecontroleerd in het systeem. Omdat de steekproef van het onderzoek is getrokken uit de periode van 1 januari 2007 tot 1 april 2007, is in het onderzoek zowel het oude als het nieuwe systeem gecontroleerd. Elf processen-verbaal hadden betrekking op gesprekken die opgeslagen waren op het oude systeem, 4 processen-verbaal hadden betrekking op gesprekken die opgeslagen waren op het nieuwe systeem. Bevinding TIF 1: Alle 19 gecontroleerde geheimhoudersgesprekken zijn gewist van het centrale systeem. Conclusie TIF 1: Geconstateerd is dat alle gecontroleerde geheimhoudersgesprekken van het centrale tapsysteem zijn gewist. Niet gebleken is derhalve dat TIF 1 artikel 126aa lid 2 Sv overtreedt met betrekking tot het wissen van geheimhoudersgesprekken van het centrale systeem. TIF 2 In TIF 2 wordt bij het opnemen van telefoongesprekken uitsluitend gewerkt met het hiervoor genoemde nieuwe centrale systeem met veel opslagcapaciteit, waarbij gegevens pas gearchiveerd worden op dvd (een origineel en een kopie) als het onderzoek is afgesloten. Voor de systeemcontrole zijn 26 processen-verbaal van vernietiging geselecteerd. Van deze 26 processen-verbaal zijn 31 gesprekken gecontroleerd in het systeem. Bevinding TIF 2: Alle 31 gecontroleerde geheimhoudersgesprekken zijn gewist van het centrale systeem. Conclusie TIF 2: Geconstateerd is dat alle gecontroleerde geheimhoudersgesprekken van het centrale tapsysteem zijn gewist. Niet gebleken is derhalve dat TIF 2 artikel 126aa lid 2 Sv overtreedt met betrekking tot het wissen van geheimhoudersgesprekken van het centrale systeem. 1.2 Het wissen van gearchiveerde gegevens De opnamen van de gesprekken met geheimhouders op gearchiveerde gegevensdragers, zoals MO-disks of dvd s, moeten worden vernietigd. TIF 1 Zoals beschreven in de vorige paragraaf werkte TIF 1 in de periode waarop het onderzoek betrekking heeft, zowel met MO-disks (het oude systeem) als met dvd s (het nieuwe systeem) voor het archiveren van gegevens. 7 Zoals beschreven in de onderzoeksopzet (bijlage 1) kan een proces verbaal van vernietiging, met bijbehorend bevel tot vernietiging, betrekking hebben op meerdere gesprekken. In het geval een geselecteerd dossier betrekking had op meerdere gesprekken, controleerde het CBP één op de vijf gesprekken in het betreffende dossier, tot maximaal drie gesprekken per dossier. 10 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

13 Van de 15 processen-verbaal die zijn gecontroleerd, was in 11 gevallen sprake van archivering op MO-disks. Door een structureel 8 niet goed functionerend technisch systeem was het echter niet mogelijk om alle 11 MO-disks te controleren. Er zijn uiteindelijk slechts 3 MO-disks gecontroleerd; 8 MO-disks konden niet worden gecontroleerd. Vier processen-verbaal hadden betrekking op gesprekken die werden geregistreerd met het nieuwe systeem. In 3 van deze gevallen was reeds een archief-dvd gebrand. Bevindingen TIF 1 oude systeem: In het onderzoek zijn van 3 processen-verbaal de betreffende MO-disks gecontroleerd op aanwezigheid van geheimhoudersgesprekken. Deze gesprekken bleken te zijn verwijderd. Van 8 processen-verbaal kon de betreffende MO-disk niet worden gecontroleerd door een niet goed functionerend uitleessysteem. Bevindingen TIF 1 nieuwe systeem: Drie processen-verbaal van vernietiging hadden betrekking op onderzoeken waarvan de opnamen van gesprekken op dvd s waren gearchiveerd. Bij controle door het CBP zijn op deze dvd s geen geheimhoudersgesprekken teruggevonden. Tijdens het onderzoek ter plaatse op 16 april 2007 in TIF 2, verklaarde de leiding van de interceptiefaciliteiten dat de standaard werkwijze ten aanzien van het nieuwe systeem bij de afhandeling van een bevel tot vernietiging tot op dat moment zodanig was, dat alleen opnamen op het centrale systeem werden vernietigd en niet opnamen op reeds gearchiveerde dvd s. Als een bevel tot vernietiging van een geheimhoudersgesprek ontvangen werd nadat het betreffende taponderzoek al was afgesloten en de geheimhoudersgesprekken dus al op dvd s waren gearchiveerd, zijn de opnamen van geheimhoudersgesprekken op deze dvd s niet alsnog vernietigd. De leiding van de interceptiefaciliteiten verklaarde dat zij medio april 2007 van dit probleem op de hoogte is geraakt en dat er een onbekend aantal gearchiveerde dvd s bestaat waarop weergaven van te vernietigen geheimhoudersgesprekken staan. Ook in TIF 1 werd tot medio april op deze wijze gewerkt. Conclusie TIF 1 met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken op gearchiveerde gegevensdragers (MO-disks) in het oude systeem: een groot deel van de voor controle geselecteerde gegevensdragers (8 MO-disks) kon niet worden uitgelezen. Derhalve kan geen uitspraak worden gedaan over de vraag of TIF 1, ten aanzien van het wissen van geheimhoudersgesprekken van in het oude systeem gearchiveerde gegevensdragers, voldoet aan artikel 126aa lid 2 Sv. Conclusie TIF 1 met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken op gearchiveerde gegevensdragers in het nieuwe systeem: geconstateerd is dat op de 3 gecontroleerde dvd s geen geheimhoudersgesprekken zijn gevonden. Echter, blijkens de verklaring van de leiding van de interceptiefaciliteiten heeft de wijze van vernietiging van gearchiveerde dvd s tot medio april 2007 ertoe geleid dat niet alle gearchiveerde geheimhoudersgesprekken zijn gewist. TIF 1 voldoet derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken op gearchiveerde gegevensdragers. TIF 2 TIF 2 werkt alleen met het nieuwe systeem waarbij het centrale systeem veel opslagcapaciteit heeft. De opgenomen gesprekken worden pas op dvd gearchiveerd door de tapkamer nadat de politieonderzoeken zijn afgerond en de laatste telefoontap is geëindigd. 8 Er is door het CBP op drie verschillende dagen onderzoek gedaan in TIF 1 en op alle drie de dagen functioneerde het systeem niet of niet goed. 11

14 Bevindingen TIF 2: 4 van de 26 gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging hadden betrekking op gesprekken die reeds op dvd waren gearchiveerd. Bij controle door het CBP zijn op 2 van deze 4 gearchiveerde dvd s weergaven van geheimhoudersgesprekken aangetroffen. Conclusie TIF 2: Geconstateerd is dat 2 van de 4 gecontroleerde dvd s opnamen van geheimhoudersgesprekken bevatten. TIF 2 voldoet derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken op gearchiveerde gegevensdragers. Algemene bevinding ten aanzien van de gearchiveerde dvd s in TIF 1 en TIF 2 Zoals beschreven bij de bevindingen in deze paragraaf heeft de leiding van de interceptiefaciliteiten verklaard dat er een onbekend aantal gearchiveerde dvd s bestaat waarop weergaven van te vernietigen geheimhoudersgesprekken staan. Hiervoor heeft de interceptiefaciliteit een oplossing gekozen waarbij dvd s die worden opgevraagd door een rechercheteam worden gecontroleerd op aanwezigheid van geheimhoudersgesprekken waarvoor een bevel tot vernietiging is afgegeven. Als dit het geval is wordt de inhoud van de dvd gekopieerd op een nieuwe dvd waarbij er stilte wordt opgenomen over de geheimhoudersgesprekken waarvoor een bevel tot vernietiging is afgegeven. De dvd mét geheimhoudersgesprekken wordt vervolgens vernietigd. Dit gebeurt dus alléén als een gearchiveerde dvd wordt opgevraagd die vóór medio april 2007 is gebrand. Dvd s met te vernietigen geheimhoudersgesprekken die niet worden opgevraagd, blijven in het archief aanwezig. Volgens de verklaring van de leiding van de interceptiefaciliteiten is vanaf half april de werkwijze met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken zodanig aangepast dat geheimhoudersgesprekken van gearchiveerde dvd s vanaf dat moment wel direct worden vernietigd. Conclusie ten aanzien van beide interceptiefaciliteiten: Blijkens de verklaring van de leiding van de interceptiefaciliteiten leidt de werkwijze van de interceptiefaciliteiten ertoe dat in bepaalde gevallen onvolledig uitvoering is gegeven aan het bevel van de officier van justitie tot vernietiging van geheimhoudersgesprekken. De werkwijze van de interceptiefaciliteiten met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken op dvd s voldoet derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. Deze conclusie strekt zich ook uit over de oplossing voor de ontstane situatie, omdat bij de genoemde oplossing de geheimhoudersgesprekken niet structureel worden vernietigd, maar in de meeste gevallen blijven bestaan. 1.3 Tijdsperiode tussen bevel van vernietiging en vernietiging De tijdsperiode tussen het bevel van vernietiging en het daadwerkelijk vernietigen mag niet langer zijn dan één dag. Het door de officier van justitie ondertekende bevel tot vernietiging dient uiterlijk de dag na ondertekening te leiden tot de vernietiging van de betreffende geheimhoudersgesprekken 9. Er kan op diverse plaatsen vertraging optreden. Het bevel kan te lang bij de officier van justitie of bij het regiokorps blijven liggen voordat het wordt doorgestuurd, of de interceptiefaciliteit voert het ontvangen bevel niet snel genoeg uit. 9 Zoals beschreven in de inleiding kan worden geconcludeerd dat sprake is van een zo spoedig mogelijk uitgevoerde vernietiging als deze plaatsvindt uiterlijk op de dag na de dag waarop het bevel ertoe is gegeven. De teamchef van de interceptiefaciliteiten heeft tijdens het onderzoek van het CBP in een gesprek aangegeven dat de medewerkers van de interceptiefaciliteiten de instructie hebben om het bevel nog op de dag van ontvangst uit te voeren. Deze instructie blijkt op schrift te staan in een interne circulaire van de ULI d.d. 12 januari Het CBP hanteert hier echter de norm dat het door de officier van justitie ondertekende bevel tot vernietiging uiterlijk de dag na ondertekening leidt tot de vernietiging van de betreffende geheimhoudersgesprekken. Zie ook Bijlage 2: Normenkader. 12 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

15 In deze paragraaf zijn zowel over TIF 1 als van TIF 2 tabellen opgenomen waarin is aangegeven of de tijdsperioden van de onderzochte processen-verbaal voldoen aan de norm. Een gedetailleerde uitwerking van deze tabellen staat in bijlage 4. TIF 1 In tabel 1.1 is aangegeven bij hoeveel gecontroleerde processen-verbaal er meer dan één dag zit tussen de ondertekening van het bevel en het wissen van de gesprekken. In tabel 1.2 is te zien in welke mate de gevonden vertraging bij TIF 1 optreedt. Tabel 1.1 Aantal dagen tussen de dagtekening van het bevel tot vernietiging en het wissen van de geheimhoudersgesprekken in TIF 1 Datum ondertekening bevel datum vernietiging Aantal keer 0 tot 1 dag 4 Meer dan 1 dag 22 Totaal 26 Tabel 1.2 Aantal dagen tussen de ontvangst van het bevel tot vernietiging in TIF 1 en het wissen van de geheimhoudersgesprekken in TIF 1 Datum ondertekening bevel datum vernietiging Aantal keer 0 tot 1 dag 14 Meer dan 1 dag 12 Totaal 26 Bevindingen TIF 1: Bij 85% van de gecontroleerde processen-verbaal zijn de geheimhoudersgesprekken niet binnen één dag vernietigd nadat hiervoor een bevel is uitgegaan. Bij ongeveer de helft van de bevelen tot vernietiging loopt het proces vertraging op in TIF 1. Conclusie TIF 1: Bij 85%van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de te vernietigen geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ondertekening van het bevel tot vernietiging. Het vernietigingsproces als zodanig voldoet met betrekking tot het zo spoedig mogelijk vernietigen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. Bij bijna de helft van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de te vernietigen geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ontvangst van het bevel in TIF 1. TIF 1 voldoet met betrekking tot het zo spoedig mogelijk vernietigen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. TIF 2 In tabel 1.3 is aangegeven hoeveel dagen er tussen de ondertekening van het bevel en het wissen van de gesprekken zitten. In Tabel 1.4 is te zien in welke mate TIF 2 bijdraagt aan de gevonden vertraging. Tabel 1.3 Aantal dagen verschil tussen de dagtekening van het bevel tot vernietiging en het wissen van de geheimhoudersgesprekken in TIF 2 Datum ondertekening bevel datum vernietiging Aantal keer 0 tot 1 dag 14 Meer dan 1 dag 37 Totaal 51 13

16 Tabel 1.4 Aantal dagen verschil tussen de ontvangst van het bevel tot vernietiging in TIF 2 en het wissen van de geheimhoudersgesprekken in TIF 2 Datum ondertekening bevel datum vernietiging Aantal keer 0 tot 1 dag 26 Meer dan 1 dag 25 Totaal 51 Bevindingen TIF 2: Bij circa driekwart van de gecontroleerde processen-verbaal zijn de geheimhoudersgesprekken niet binnen één dag vernietigd nadat hiervoor een bevel is uitgegaan. Bij ongeveer de helft van de bevelen tot vernietiging loopt het proces vertraging op in TIF 2. Conclusie TIF 2: Bij bijna driekwart van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de te vernietigen geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ondertekening van het bevel tot vernietiging. Het vernietigingsproces als zodanig voldoet met betrekking tot het zo spoedig mogelijk vernietigen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. Bij ongeveer de helft van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de te vernietigen geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ontvangst van het bevel in TIF 2. TIF 2 voldoet met betrekking tot het zo spoedig mogelijk vernietigen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. 1.4 Aanwezigheid schriftelijke weergaven Overige gegevensdragers die in het interceptiecentrum aanwezig zijn en waarop de weergave van de gesprekken is terug te vinden, zoals schriftelijke uitwerkingen van de gesprekken, moeten worden vernietigd. TIF 1 Het CBP heeft eerst de dossiers van de 26 processen-verbaal van de steekproef gecontroleerd op aanwezigheid van schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken. Daarna zijn in de schriftelijke administratie ook de overige 53 dossiers van processen-verbaal van vernietiging van het eerste kwartaal 2007 van TIF 1 gecontroleerd op de aanwezigheid van schriftelijke uitwerkingen. Bevindingen TIF 1: Bij 4 van de 26 gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging uit de steekproef zijn uitwerkingen van de betreffende geheimhoudersgesprekken aangetroffen. Bij een nadere controle van de overige 53 dossiers uit het eerste kwartaal van 2007 zijn in twee gevallen schriftelijke uitwerkingen van gesprekken aangetroffen. Conclusie TIF 1: Bij 6 van de 79 gecontroleerde processen-verbaal uit het eerste kwartaal 2007 zijn schriftelijke uitwerkingen aangetroffen. TIF 1 voldoet met betrekking tot het vernietigen van schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. TIF 2 Ook in TIF 2 heeft het CBP gecontroleerd op de aanwezigheid van schriftelijke uitwerkingen. Naast de steekproef van 51 processen-verbaal is ongeveer de helft van de 400 dossiers van processen-verbaal uit het eerste kwartaal van 2007 doorzocht op de aanwezigheid van schriftelijke uitwerkingen. 14 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

17 Bevindingen TIF 2: Bij de 51 gecontroleerde processen-verbaal van TIF 2 zijn geen schriftelijke uitwerkingen aangetroffen. Ook bij een nadere controle van circa de helft van de overige dossiers uit het eerste kwartaal van 2007 zijn geen schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken gevonden. Conclusie TIF 2: Bij geen van de circa 250 gecontroleerde processen-verbaal uit het eerste kwartaal 2007 zijn schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken aangetroffen. Niet gebleken is derhalve dat TIF 2 met betrekking tot het vernietigen van schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken artikel 126aa lid 2 Sv overtreedt. 15

18 2 CONCLUSIES 16 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

19 Het onderzoek bij TIF 1 en TIF 2 leidt tot de volgende conclusies : Het wissen van het centrale systeem Conclusie TIF 1: Geconstateerd is dat alle gecontroleerde geheimhoudersgesprekken van het centrale tapsysteem zijn gewist. Niet gebleken is derhalve dat TIF 1 artikel 126aa lid 2 Sv overtreedt met betrekking tot het wissen van geheimhoudersgesprekken van het centrale systeem. Conclusie TIF 2: Geconstateerd is dat alle gecontroleerde geheimhoudersgesprekken van het centrale tapsysteem zijn gewist. Niet gebleken is derhalve dat TIF 2 artikel 126aa lid 2 Sv overtreedt met betrekking tot het wissen van geheimhoudersgesprekken van het centrale systeem. Het wissen van gearchiveerde gegevens Conclusie TIF 1 met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken op gearchiveerde gegevensdragers (MO-disks) in het oude systeem: Een groot deel van de voor controle geselecteerde gegevensdragers (8 MO-disks) kon niet worden uitgelezen. Derhalve kan geen uitspraak worden gedaan over de vraag of TIF 1, ten aanzien van het wissen van geheimhoudersgesprekken van in het oude systeem gearchiveerde gegevensdragers, voldoet aan artikel 126aa lid 2 Sv. Conclusie TIF 1 met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken op gearchiveerde gegevensdragers in het nieuwe systeem: Geconstateerd is dat op de 3 gecontroleerde dvd s geen geheimhoudersgesprekken zijn gevonden. Blijkens de verklaring van de leiding van de interceptiefaciliteiten heeft de wijze van vernietiging van gearchiveerde dvd s tot medio april 2007 er echter toe geleid dat niet alle gearchiveerde geheimhoudersgesprekken zijn gewist. TIF 1 voldoet derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken op gearchiveerde gegevensdragers. Conclusie TIF 2: Geconstateerd is dat 2 van de 4 gecontroleerde dvd s opnamen van geheimhoudersgesprekken bevatten. TIF 2 voldoet derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv met betrekking tot het vernietigen van geheimhoudersgesprekken op gearchiveerde gegevensdragers. Tijdsperiode tussen bevel van vernietiging en vernietiging Conclusie TIF 1: Bij 85%van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de te vernietigen geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ondertekening van het bevel tot vernietiging. Het vernietigingsproces als zodanig voldoet met betrekking tot het zo spoedig mogelijk vernietigen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. Bij bijna de helft van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de te vernietigen geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ontvangst van het bevel in TIF 1. TIF 1 voldoet met betrekking tot het zo spoedig mogelijk vernietigen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. 17

20 Conclusie TIF 2: Bij bijna driekwart van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de te vernietigen geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ondertekening van het bevel tot vernietiging. Het vernietigingsproces als zodanig voldoet met betrekking tot het zo spoedig mogelijk vernietigen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. Bij ongeveer de helft van de gecontroleerde processen-verbaal van vernietiging zijn de te vernietigen geheimhoudersgesprekken niet vernietigd binnen één dag na ontvangst van het bevel in TIF 2. TIF 2 voldoet met betrekking tot het zo spoedig mogelijk vernietigen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. Aanwezigheid schriftelijke weergaven Conclusie TIF 1: Bij 6 van de 79 gecontroleerde processen-verbaal uit het eerste kwartaal 2007 zijn schriftelijke uitwerkingen aangetroffen. TIF 1 voldoet met betrekking tot het vernietigen van schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken derhalve niet aan artikel 126aa lid 2 Sv. Conclusie TIF 2: Bij geen van de circa 250 gecontroleerde processen-verbaal uit het eerste kwartaal 2007 zijn schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken aangetroffen. Niet gebleken is derhalve dat TIF 2 met betrekking tot het vernietigen van schriftelijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken artikel 126aa lid 2 Sv overtreedt. 18 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

21 19

22 BIJLAGEN Bijlage 1: Het onderzoek 21 Bijlage 2: Het normenkader 24 Bijlage 3: Achtergrond van de vernietigingsplicht 28 Bijlage 4: Tabellen tijdsperiode TIF 1 en TIF 2 32 Bijlage 5: Overzichtstabellen onderzoeksresultaten 34 Bijlage 6: Schriftelijke reactie van het College van procureurs-generaal op het CBPrapport voorlopige bevindingen 40 Bijlage 7: Schriftelijke reactie van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op het CBP-rapport voorlopige bevindingen De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

23 Bijlage 1 HET ONDERZOEK Doel en reikwijdte Naleving van de vernietigingsplicht van geheimhoudersgesprekken vergt de inspanning van zowel de politie als het Openbaar Ministerie. De volgende kritieke fasen kunnen worden onderscheiden: De opsporingsambtenaren die opgenomen gesprekken uitluisteren, dienen de officier van justitie in kennis te stellen van (mogelijke) geheimhoudersgesprekken. De officier van justitie dient de gesprekken te beoordelen op de toepasselijkheid van het beroepsgeheim. Als de officier van justitie van oordeel is dat opgenomen telefoongesprekken onder het verschoningsrecht vallen, dient hij de vernietiging van de opgenomen gesprekken te bevelen. Alle opnamen en andere weergaven van de opgenomen telefoongesprekken, in welke vorm dan ook, dienen te worden vernietigd. Dit alles dient bovendien zo spoedig mogelijk te geschieden. Het doel van dit onderzoek is: controleren of de twee landelijke technische interceptiefaciliteiten TIF 1 en TIF 2 voldoen aan artikel 126aa lid 2 Sv. Hiervoor zijn de volgende vier onderzoeksvragen geformuleerd die zijn afgeleid van artikel 126aa lid 2 Sv: Zijn de geheimhoudersgesprekken gewist van het centrale systeem? Zijn de geheimhoudersgesprekken gewist van de gearchiveerde gegevensdragers? Zijn de geheimhoudersgesprekken zo spoedig mogelijk gewist? Zijn er nog schriftelijke uitwerkingen van de gesprekken aanwezig binnen de interceptiefaciliteiten? Het CBP heeft het onderzoek beperkt tot de vernietiging van de in de tapkamer aanwezige opnamen van geheimhoudersgesprekken, waarvan de vernietiging reeds is bevolen. Niet onderzocht is: of alle opgenomen (mogelijke) geheimhoudersgesprekken door de politie ter kennis worden gebracht van het Openbaar Ministerie; of het Openbaar Ministerie de vermoedelijke geheimhoudersgesprekken waarvan de politie kennis heeft gegeven, juist beoordeelt en, indien wordt vastgesteld dat er sprake is van een geheimhoudersgesprek, de vernietiging ervan ook beveelt en hoe de praktijk is van de vernietiging van de bij de politie en het Openbaar Ministerie aanwezige opnamen en andere weergaven van geheimhoudersgesprekken buiten de tapkamer. Uitvoering Het onderzoeksteam is van start gegaan met een update van de kennis over de tapkamers en werkprocedures. Hiervoor zijn per brief van 27 maart 2007 een aantal vragen gesteld aan de verantwoordelijke voor de interceptiefaciliteiten. Op 12 april 2007 zijn de antwoorden op de vragen per ontvangen. Vervolgens heeft het CBP het onderzoek ter plaatse uitgevoerd. Hierbij zijn de twee landelijke tapkamers te Epe en Driebergen (TIF 1 en TIF 2) enkele dagen bezocht in de periode april-mei 2007 en is van een steekproef gecontroleerd of de bevelen van vernietiging goed zijn uitgevoerd. 21

24 De steekproef De grootte van de steekproef is bepaald aan de hand van een aantal factoren: Een minimale steekproefomvang van 20 dossiers. Het aantal bevelen van vernietiging dat de tapkamers in het eerste kwartaal van 2007 hebben verwerkt. De beschikbare capaciteit van het onderzoeksteam. Uit het onderzoek bleek dat TIF 1 in het eerste kwartaal van processen-verbaal van vernietiging had opgesteld en TIF 2 circa 400 processen-verbaal van vernietiging. Hierbij zijn de processen-verbaal gerekend die zijn opgesteld ingevolge artikel 126aa lid 2 Sv 10. Dit resulteerde in een steekproef van 26 dossiers bij TIF 1 en 51 dossiers bij TIF 2. Deze steekproef vertegenwoordigt 33% (TIF 1) respectievelijk 13% (TIF 2) van het totaal aantal dossiers bij de tapkamers in het eerste kwartaal van Onder een dossier wordt verstaan: een dossier met betrekking tot één proces-verbaal van vernietiging dat is gemaakt naar aanleiding van een bevel tot vernietiging 11. Een dossier bevat in beginsel het proces-verbaal van vernietiging, de opdracht van het rechercheteam aan de tapkamer en het bevel van de officier van justitie. Overigens kan een proces-verbaal van vernietiging, met bijbehorend bevel tot vernietiging, betrekking hebben op meerdere gesprekken. In het geval een geselecteerd dossier betrekking had op meerdere gesprekken, controleerde het CBP één op de vijf gesprekken in het betreffende dossier, tot maximaal drie gesprekken per dossier. Technische en administratieve controle Het onderzoek bevatte een technische en een administratieve controle. De technische controle diende om antwoord te geven op de volgende onderzoeksvraag: Worden de opnamen van de gesprekken met geheimhouders vernietigd? Om dit te controleren heeft het onderzoeksteam met een medewerker van de tapkamer een controle op het systeem uitgevoerd. Daarbij is gekeken of de opnamen van gesprekken die volgens het bevel van de officier van justitie vernietigd hadden moeten worden, nog aanwezig waren op het centrale systeem en op eventuele gearchiveerde gegevensdragers (MO-disks in het oude systeem en dvd s in het nieuwe systeem). Wanneer de inhoud van een gesprek niet meer op de gebruikelijke manier toegankelijk was, concludeerde het CBP dat de inhoud van het gesprek was vernietigd. In dit kader wordt in de praktijk van de tapkamers en in dit rapport ook wel gesproken van het wissen van een gesprek 12. Dat een gesprek is vernietigd of gewist, is op twee manieren geconstateerd. In het eerste geval zijn de verkeersgegevens van het oorspronkelijke bestand nog aanwezig en verschijnt bij de controle of de in 10 Uit het onderzoek bleek dat in TIF 1 ook veel gesprekken werden gewist op grond artikel 126cc lid 2 Sv. Deze laatste bepaling heeft betrekking op vernietiging (wissen) wegens het beëindigen van een onderzoek. In de dossieradministratie van TIF 1 werd geen onderscheid gemaakt tussen vernietiging op grond van artikel 126aa of 126cc Sv. Door een handmatige telling constateerde het CBP dat van de 134 processen-verbaal van vernietiging in het eerste kwartaal 2007 van TIF 1 er slechts 79 betrekking hadden op artikel 126aa lid 2 Sv; 55 processen-verbaal hadden betrekking op een andere bepaling, meestal artikel 126cc lid 2 Sv. In TIF 2 werden door het CBP geen processen-verbaal op grond van artikel 126cc lid 2 Sv aangetroffen. Tijdens het onderzoek ter plaatse van het CBP verklaarde de operationeel leidinggevende van TIF 1 dit verschil tussen TIF 1en TIF 2 doordat TIF 1 expliciet aan de arrondissementen had gevraagd om bevelen uit te geven ingevolge artikel 126cc lid 2 Sv. De reden hiervoor was de noodzaak om de beperkte opslagruimte op het tapsysteem weer vrij te maken voor nieuwe telefoontaps. 11 In het onderzoek is hierop één uitzondering. Eén proces-verbaal van vernietiging heeft betrekking op twee bevelen tot vernietiging met verschillende data. Deze bevelen zijn behandeld als afzonderlijke dossiers (zie bijlage 5, tabel 2, nr 5a en 5b). 12 Hiermee wordt niet bedoeld het wissen of deleten van gegevens van een gewone diskette, waarbij die gegevens betrekkelijk eenvoudig kunnen worden achterhaald. Waar het om gaat is dat de gegevensdrager op zodanige wijze is bewerkt dat de gegevens, die voor die bewerking daaraan konden worden ontleend, niet meer kenbaar zijn (zie ook Bijlage 2: Normenkader). 22 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

25 houd van een gesprek nog aanwezig is, de mededeling: De sessie-inhoud is verwijderd/ is verwijderd van het systeem. In het tweede geval is niet alleen de inhoud van het bestand verwijderd, maar ook de overige (verkeers)gegevens van een gespreksbestand. In dat geval is geen enkel kenmerk van het betreffende gesprek terug te vinden op het systeem of op de gegevensdrager die wordt gecontroleerd. Ook in dat geval heeft het CBP aangenomen dat de inhoud van het gesprek is vernietigd. Omdat deze technische controle bij het onderzoek in 2005 veel tijd bleek te kosten, is in 2007 besloten om deze controle te beperken tot de helft van de steekproef. Bij TIF 1 zijn 15 dossiers technisch gecontroleerd (door technische problemen bij TIF 1 kon deze controle niet geheel worden voltooid, zie hoofdstuk Bevindingen) en bij TIF 2 zijn 26 dossiers op deze manier gecontroleerd. Bij de administratieve controle ging het om de volgende onderzoeksvragen: Zijn de opnamen met geheimhouders zo spoedig mogelijk vernietigd, dat wil zeggen zijn de opnamen vernietigd uiterlijk op de dag na de totstandkoming van het bevel tot vernietiging? 13 Zijn er nog andere gegevensdragers in het interceptiecentrum aanwezig waarop de weergave van de gesprekken is terug te vinden, zoals schriftelijke documenten? In de dossiers is hiervoor gekeken naar vier data: De dagtekening van het bevel tot vernietiging. De datum waarop de opdracht door de tapkamer is ontvangen (datum op faxblad). De datum waarop de gesprekken zijn gewist (vermeld op het proces-verbaal van vernietiging). De datum waarop het proces-verbaal van vernietiging is opgemaakt. Tevens heeft het onderzoeksteam gecontroleerd of er een bijlage bij het proces-verbaal met schriftelijke uitwerkingen van de vernietigde gesprekken in het dossier is opgenomen. De administratieve controle is uitgevoerd bij de gehele steekproef. Na het onderzoek ter plaatse zijn de voorlopige bevindingen opgesteld. Ingevolge artikel 60, tweede lid, van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) zijn de voorlopige bevindingen verstuurd aan de volgende verantwoordelijken, die daarbij in de gelegenheid zijn gesteld hun zienswijze te geven: de korpschef van het KLPD, het hoofd van de Unit Landelijke Interceptie; de korpsbeheerders; de Hoofdofficieren van Justitie; het College van procureurs-generaal en de verantwoordelijke ministers (VROM; Financiën; LNV; SZW; Defensie; BZK; Justitie). In de bijlagen zijn de meest uitvoerige reacties opgenomen, te weten de reacties van het College van procureursgeneraal en van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Beide reacties dekken in hoofdlijnen de reacties van de overige verantwoordelijken. De definitieve bevindingen zijn vervolgens in dit onderzoeksrapport neergelegd. 13 Zoals beschreven in Bijlage 2 (Normenkader) kan worden geconcludeerd dat sprake is van een zo spoedig mogelijk uitgevoerde vernietiging als deze plaatsvindt uiterlijk op de dag na de dag waarop het bevel ertoe is gegeven. 23

26 Bijlage 2 HET NORMENKADER Algemeen De teksten van de in deze paragraaf genoemde bepalingen en regelingen zijn in de volgende paragraaf opgenomen. Op grond van artikel 4 van de Wet politieregisters bevat een politieregister slechts die gegevens die noodzakelijk zijn voor het doel ervan. Voor de verwerking van opgenomen telefoongesprekken volgt hieruit dat gesprekken die op grond van het Wetboek van Strafvordering vernietigd moeten worden niet meer in een politieregister voor mogen komen. Artikel 126aa, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering verplicht de officier van justitie opgenomen telefoongesprekken die onder een beroepsverschoningsrecht vallen te vernietigen. Deze verplichting is nader uitgewerkt in het Besluit bewaren en vernietigen niet-gevoegde stukken en de Instructie vernietiging geïntercepteerde gesprekken met geheimhouders van het College van procureurs-generaal. Deze uitwerking strekt tot het volgende. De verplichting tot vernietiging ziet op iedere vorm van opslag van de opgenomen geheimhoudersgesprekken, ongeacht het medium waarmee vastlegging van die gesprekken heeft plaatsgevonden. De vernietiging van geheimhoudersgesprekken behelst de volgende procedure, voor zover relevant ten aanzien van de tapkamer. Een opsporingsambtenaar, die meent of vermoedt met een geheimhoudersgesprek van doen te hebben, meldt dit aan zijn teamleider. Hij werkt het gesprek uit in dusdanige vorm dat de officier van justitie kan beoordelen of het inderdaad om een geheimhoudersgesprek gaat. Na daartoe opdracht te hebben gekregen van de teamleiding, meldt de opsporingsambtenaar zijn bevinding bij de officier van justitie. Hij stelt daarbij de uitwerking van het gesprek ter beschikking. De officier van justitie beoordeelt of er inderdaad sprake is van een geheimhoudersgesprek. Is dat het geval dan beveelt de officier van justitie het gesprek te vernietigen. Het bevel tot vernietiging gaat van de officier van justitie naar de teamleiding en vervolgens van de teamleiding naar de beheerder van de tapkamer. Deze draagt zorg voor de uitvoering van het bevel tot vernietiging. Van de vernietiging wordt in de tapkamer proces-verbaal opgemaakt, dat via de teamleiding naar de officier van justitie wordt gezonden. Iedere fase in deze procedure dient onverwijld dan wel terstond te worden doorlopen. Van vernietiging is sprake als de gegevensdrager op zodanige wijze is bewerkt dat de gegevens, die voor die bewerking daaraan konden worden ontleend, niet meer kenbaar zijn. Dit brengt mee dat bij diskettes simpelweg wissen niet voldoende is, omdat dan de gegevens met betrekkelijk eenvoudige apparatuur daarna alsnog kunnen worden achterhaald (Nota van Toelichting bij het Besluit, Stb. 1999, 548, pp 9-10). 24 De vernietiging van geheimhoudersgesprekken - oktober 2007

Instructie vernietiging geïntercepteerde gesprekken met geheimhouders

Instructie vernietiging geïntercepteerde gesprekken met geheimhouders Instructie vernietiging geïntercepteerde gesprekken met geheimhouders Categorie : strafvordering Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat: Hoofden van de parketten Registratienummer: 2002I003

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 548 Besluit van 15 december 1999, houdende regels ter uitvoering van de artikelen 126aa, tweede lid, en 126cc, vierde lid, van het Wetboek van

Nadere informatie

Onderzoek naar de waarborging van de vertrouwelijke communicatie van advocaten bij de interceptie van telecommunicatie

Onderzoek naar de waarborging van de vertrouwelijke communicatie van advocaten bij de interceptie van telecommunicatie POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl Onderzoek naar de waarborging van de vertrouwelijke

Nadere informatie

Onderzoek bij het KLPD naar door Nederland ingevoerde gegevens in het Europol Informatiesysteem. z

Onderzoek bij het KLPD naar door Nederland ingevoerde gegevens in het Europol Informatiesysteem. z Onderzoek bij het KLPD naar door Nederland ingevoerde gegevens in het Europol Informatiesysteem z2009-01069 Rapport van definitieve bevindingen (uittreksel) 13 april 2010 1 INLEIDING Op grond van de Europol

Nadere informatie

Afdeling Werk en Inkomen Gemeente Enschede

Afdeling Werk en Inkomen Gemeente Enschede NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2013 135 Besluit van 10 april 2013, houdende aanpassing van het Besluit bewaren en vernietigen niet-gevoegde stukken met het oog op de vernietiging

Nadere informatie

Afdeling Sociale Zaken Gemeente Hilversum

Afdeling Sociale Zaken Gemeente Hilversum NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

Afdeling Werk en Inkomen Gemeente Roosendaal

Afdeling Werk en Inkomen Gemeente Roosendaal NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

Afdeling Sociale Zaken Gemeente Leidschendam-Voorburg

Afdeling Sociale Zaken Gemeente Leidschendam-Voorburg NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

De minister van Veiligheid en Justitie. Advies Ontwerpbesluit nummerherkenning

De minister van Veiligheid en Justitie. Advies Ontwerpbesluit nummerherkenning POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN De minister van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

c) persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon;

c) persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon; Privacyreglement ArboVitale ArboVitale vindt het belangrijk dat u uitleg krijgt over hoe ArboVitale persoonsgegevens beschermt en hoe onze medewerkers om gaan met privacygevoelige informatie. Paragraaf

Nadere informatie

Afdeling Werk & Inkomen Gemeente Hulst

Afdeling Werk & Inkomen Gemeente Hulst NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

Afdeling Sociale Zaken Gemeente Goes

Afdeling Sociale Zaken Gemeente Goes NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

1.1 persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerd of identificeerbaar persoon.

1.1 persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerd of identificeerbaar persoon. Vastgesteld door de Raad van Bestuur, november 2010 Artikel 1 Begripsbepalingen 1.1 persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerd of identificeerbaar persoon. 1.2 verwerking van persoonsgegevens:

Nadere informatie

Afdeling Sociale Zaken Gemeente Bergen op Zoom

Afdeling Sociale Zaken Gemeente Bergen op Zoom NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

Cluster Sociale Dienstverlening Gemeente Haarlemmermeer

Cluster Sociale Dienstverlening Gemeente Haarlemmermeer NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Gemeente Rotterdam

Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Gemeente Rotterdam NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

Datum 2 oktober 2015 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht dat het nieuwe tapbeleid van Justitie een aanval is op onze grondrechten

Datum 2 oktober 2015 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht dat het nieuwe tapbeleid van Justitie een aanval is op onze grondrechten 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Team Werk en Inkomen Gemeente Deventer

Team Werk en Inkomen Gemeente Deventer NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

Privacyreglement Hulp bij ADHD

Privacyreglement Hulp bij ADHD Privacyreglement Hulp bij ADHD Paragraaf 1: Algemene bepalingen Artikel 1: Begripsbepaling In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming persoonsgegevens (Staatsblad

Nadere informatie

PRIVACYREGLEMENT. Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

PRIVACYREGLEMENT. Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen PRIVACYREGLEMENT Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen Artikel 1: Begripsbepaling 1. In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet Bescherming Persoonsgegevens (Staatsblad 2000, 302)

Nadere informatie

ANPR Rotterdam-Rijnmond

ANPR Rotterdam-Rijnmond ANPR Rotterdam-Rijnmond Onderzoek naar de verwerking van no-hits bij de inzet van Automatic Number Plate Recognition Regionaal politiekorps Rotterdam-Rijnmond Rapportage van Definitieve Bevindingen College

Nadere informatie

Beoordeling. Bevindingen. h2>klacht

Beoordeling. Bevindingen. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker, werkzaam bij het Korps Landelijke Politie Diensten (KLPD), klaagt over het gebrek aan voortvarendheid waarmee het disciplinaire onderzoek, dat de korpschef van het KLPD naar

Nadere informatie

Rapport. Datum: 22 december 2006 Rapportnummer: 2006/391

Rapport. Datum: 22 december 2006 Rapportnummer: 2006/391 Rapport Datum: 22 december 2006 Rapportnummer: 2006/391 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de hoofdofficier van justitie te Groningen hem in een brief van 1 februari 2006 onvolledig heeft geantwoord

Nadere informatie

Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie, in overeenstemming met Onze Minister van Defensie;

Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie, in overeenstemming met Onze Minister van Defensie; Besluit van, houdende wijziging van de Ambtsinstructie voor de politie, de Koninklijke marechaussee en andere opsporingsambtenaren in verband met de herziening van de geweldsmelding Op de voordracht van

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Besluit van datum -, houdende wijziging van het Besluit beveiliging gegevens aftappen telecommunicatie in verband met het bewaren van telecommunicatiegegevens Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

Afdeling Sociale Zaken en Werk Gemeente Groningen

Afdeling Sociale Zaken en Werk Gemeente Groningen NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

wijziging van het Barp in verband met de invoering van de wet op de medische keuringen

wijziging van het Barp in verband met de invoering van de wet op de medische keuringen Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wijziging van het Barp in verband met de invoering van de wet op de medische keuringen Datum 27 oktober 1998 Aan de Korpsbeheerders van de regionale

Nadere informatie

de bank ambtshalve onderzoek de bank Definitieve Bevindingen

de bank ambtshalve onderzoek de bank Definitieve Bevindingen POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN de bank DATUM 17 maart 2006 CONTACTPERSOON

Nadere informatie

ISD Optimisd Gemeenten Bernheze, Schijndel, Sint Michielgestel en Veghel

ISD Optimisd Gemeenten Bernheze, Schijndel, Sint Michielgestel en Veghel NALEVING VAN DE INFORMATIEPLICHT BIJ HEIMELIJKE WAARNEMING DOOR SOCIALE DIENSTEN Onderzoek door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) naar de naleving van de informatieplicht bij heimelijke waarneming

Nadere informatie

In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming persoonsgegevens (Staatsblad 2000, 302) verstaan onder:

In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming persoonsgegevens (Staatsblad 2000, 302) verstaan onder: Privacy Reglement Second Chance Force Versie 1.1, datum 31-03-2015 PARAGRAAF 1: Algemene bepalingen Artikel 1: Begripsbepaling In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/252

Rapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/252 Rapport Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/252 2 Klacht Op 8 maart 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw M. te Rotterdam, met een klacht over een gedraging van de Belastingdienst/Douane,

Nadere informatie

Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van Wetgeving en Juridische Zaken, nr. ;

Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van Wetgeving en Juridische Zaken, nr. ; Besluit van... tot vaststelling van nadere regels voor het vastleggen en bewaren van kentekengegevens op grond van artikel 126jj van het Wetboek van Strafvordering door de politie Op de voordracht van

Nadere informatie

Privacyreglement

Privacyreglement Privacyreglement De Verwerking van Persoonsgegevens is aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) onder nummer m1602696. Persoonsgegevens in een vorm die het mogelijk maakt de Betrokkene

Nadere informatie

Aanwijzing toepassing opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten

Aanwijzing toepassing opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten JU Aanwijzing toepassing opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten Categorie: Opsporing Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureursgeneraal

Nadere informatie

Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling ONS KENMERK z2002-0477

Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling ONS KENMERK z2002-0477 POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Gemeente Utrecht DATUM 9 oktober 2002 Dienst

Nadere informatie

Privacy Reglement Flex Advieshuis

Privacy Reglement Flex Advieshuis Privacy Reglement Flex Advieshuis Paragraaf 1: Algemene bepalingen Artikel 1: Begripsbepaling In aanvulling op de Wet bescherming persoonsgegevens en het Besluit Gevoelige Gegevens wordt in dit reglement

Nadere informatie

Privacyreglement Stichting Zorglandgoed 't Huisven

Privacyreglement Stichting Zorglandgoed 't Huisven Privacyreglement Stichting Zorglandgoed 't Huisven Paragraaf 1; Algemene bepalingen Artikel 1: Begripsbepaling In aanvulling op de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) wordt in dit reglement

Nadere informatie

Privacyreglement Zorgbewind Nederland BV

Privacyreglement Zorgbewind Nederland BV Privacyreglement Artikel 1 Begripsbepaling 1.1 Privacy: Het recht van een persoon op bescherming van de persoonlijke levenssfeer in het verband met het vastleggen en verstrekken van persoonsgegevens. 1.2

Nadere informatie

CONCEPT. De Minister van Veiligheid en Justitie, Gelet op artikel 6, negende lid, van het Besluit bezoldiging politie: Besluit:

CONCEPT. De Minister van Veiligheid en Justitie, Gelet op artikel 6, negende lid, van het Besluit bezoldiging politie: Besluit: directoraat-generaal Veiligheid Personeel & Materieel CONCEPT Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van DGV Politie/Personeel en Materieel, houdende invoering van de Tijdelijke regeling functieonderhoud

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK. Onderzoek naar de uitgaven aan huisvesting in 2013 en 2014 door de stichting KBA Nw West

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK. Onderzoek naar de uitgaven aan huisvesting in 2013 en 2014 door de stichting KBA Nw West RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK Onderzoek naar de uitgaven aan huisvesting in 2013 en 2014 door de stichting KBA Nw West Utrecht, 3 juni 2016 Onderzoeksnummer:286247 Edocs nr. 4846374 Voorwoord Dit

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 421 Wet van 9 oktober 2008, houdende regels strekkende tot het opleggen van een tijdelijk huisverbod aan personen van wie een ernstige dreiging

Nadere informatie

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,.

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,. Artikel PM1 A.4 Bijlage 4 De Wet veiligheidsregio s wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van het artikel door een puntkomma, toegevoegd korpschef:

Nadere informatie

Beslissingen rechtbank op verzoeken raadslieden in strafzaken Hofstadgroep donderdag, 8 december 2005

Beslissingen rechtbank op verzoeken raadslieden in strafzaken Hofstadgroep donderdag, 8 december 2005 Beslissingen rechtbank op verzoeken raadslieden in strafzaken Hofstadgroep donderdag, 8 december 2005 Rb 's-gravenhage - De rechtbank Rotterdam (nevenvestigingsplaats 's-gravenhage) heeft vandaag in Amsterdam

Nadere informatie

Privacy reglement. Inleiding

Privacy reglement. Inleiding Privacy reglement Inleiding De Wet bescherming persoonsgegevens (WBP) vervangt de Wet persoonsregistraties (WPR). Daarmee wordt voldaan aan de verplichting om de nationale privacywetgeving aan te passen

Nadere informatie

Privacyreglement Werkcontact

Privacyreglement Werkcontact Privacyreglement Werkcontact Privacyreglement cliëntregistratie in het kader van de wet Bescherming Persoonsgegevens. Artikel 1. Begripsbepalingen In dit reglement en de toelichting wordt verstaan onder:

Nadere informatie

Rapport. Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/400

Rapport. Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/400 Rapport Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/400 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat een met naam genoemde inspecteur van de Inspectie Verkeer en Waterstaat, Divisie Vervoer, van het Ministerie

Nadere informatie

Gepubliceerd in Staatscourant 17 september 2007, nr. 179 / pag. 11

Gepubliceerd in Staatscourant 17 september 2007, nr. 179 / pag. 11 Gepubliceerd in Staatscourant 17 september 2007, nr. 179 / pag. 11 Klachtenregeling IGZ Artikel 1 1 Een ieder heeft het recht om over de wijze waarop de inspectie zich in een bepaalde aangelegenheid jegens

Nadere informatie

PRIVACYREGLEMENT. maakt werk van de apotheek. Stichting Bedrijfsfonds Apotheken. Paragraaf 1. Algemene bepalingen

PRIVACYREGLEMENT. maakt werk van de apotheek. Stichting Bedrijfsfonds Apotheken. Paragraaf 1. Algemene bepalingen maakt werk van de apotheek Postbus 219 3430 AE Nieuwegein T 030 600 85 20 F 030 600 85 20 E sba@sbaweb.nl W www.sbaweb.nl PRIVACYREGLEMENT Stichting Bedrijfsfonds Apotheken Paragraaf 1 Artikel 1 Artikel

Nadere informatie

Privacyreglement Vakpaspoort SF-BIKUDAK Verwerking (persoons)gegevens SF-BIKUDAK.

Privacyreglement Vakpaspoort SF-BIKUDAK Verwerking (persoons)gegevens SF-BIKUDAK. Privacyreglement Vakpaspoort SF-BIKUDAK Verwerking (persoons)gegevens SF-BIKUDAK. SF-BIKUDAK neemt privacy zeer serieus en zal informatie over jou op een veilige manier verwerken en gebruiken. Op deze

Nadere informatie

Privacyreglement Spoor 3 BV. Artikel 1. Begripsbepalingen. Voor zover niet uitdrukkelijk anders blijkt, wordt in dit reglement verstaan onder:

Privacyreglement Spoor 3 BV. Artikel 1. Begripsbepalingen. Voor zover niet uitdrukkelijk anders blijkt, wordt in dit reglement verstaan onder: Privacyreglement Spoor 3 BV Artikel 1. Begripsbepalingen Voor zover niet uitdrukkelijk anders blijkt, wordt in dit reglement verstaan onder: de wet: de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) het reglement:

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 september 2005 Rapportnummer: 2005/288

Rapport. Datum: 23 september 2005 Rapportnummer: 2005/288 Rapport Datum: 23 september 2005 Rapportnummer: 2005/288 2 Klacht Verzoeker, als vrijwilliger werkzaam voor Slachtofferhulp Nederland, klaagt erover dat de beheerder van het regionale politiekorps Zuid-Holland-Zuid

Nadere informatie

Impuls Kindercampus PRIVACYREGLEMENT

Impuls Kindercampus PRIVACYREGLEMENT 1 Impuls Kindercampus PRIVACYREGLEMENT VOOR DE VERWERKING VAN KLANTGEGEVENS Treedt in werking: d.d. 1 maart 2017 2 1. Begripsbepalingen 1. Impuls Kindercampus: de stichting Welzijn Westelijke Tuinsteden

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische

Nadere informatie

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK]

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK] Autoriteit Persoonsgegevens AANGETEKEND Datum Contactpersoon Onderwerp Besluit tot invordering en voornemen tot publicatie Geachte, Bij besluit van 11 mei 2017 met kenmerk heeft de Autoriteit Persoonsgegevens

Nadere informatie

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. 32 194 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten ter verbetering van de toepassing van de maatregel ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel

Nadere informatie

Privacyreglement. Privacyreglement Libra Budgetbeheer en Bewindvoering

Privacyreglement. Privacyreglement Libra Budgetbeheer en Bewindvoering Privacyreglement Privacyreglement Libra Budgetbeheer en Bewindvoering Artikel 1 Begripsbepaling 1.1 Privacy: Het recht van personen op bescherming van hun persoonlijke levenssfeer in het verband met het

Nadere informatie

Voorstel van wet. Artikel 1

Voorstel van wet. Artikel 1 Regels strekkende tot het opleggen van een tijdelijk huisverbod aan personen van wie een ernstige dreiging van huiselijk geweld uitgaat (Wet tijdelijk huisverbod) Voorstel van wet Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

: LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 27, vijfde lid, van de Landsverordening wegverkeer (AB 1997 no.

: LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 27, vijfde lid, van de Landsverordening wegverkeer (AB 1997 no. Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 27, vijfde lid, van de Landsverordening wegverkeer (AB 1997 no. 18) Citeertitel: Landsbesluit onderzoek alcoholgehalte

Nadere informatie

PRIVACYREGLEMENT THAELES BV. Baarlo, 15 september 2010. Privacyreglement Thaeles

PRIVACYREGLEMENT THAELES BV. Baarlo, 15 september 2010. Privacyreglement Thaeles PRIVACYREGLEMENT THAELES BV Baarlo, 15 september 2010 Privacyreglement Thaeles 15 september 2010 PRIVACYREGLEMENT THAELES BV Artikel 1 - Begrippen In deze regeling wordt verstaan onder: a) Thaeles: Thaeles

Nadere informatie

FYSIOTHERAPIE STEENWIJK

FYSIOTHERAPIE STEENWIJK FYSIOTHERAPIE STEENWIJK Privacyreglement Introductie van dit reglement Onze praktijk houdt, om u zo goed mogelijk ten dienst te kunnen zijn en vanwege wettelijke verplichtingen een registratie bij van

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-generaal Veiligheid Bestuur en Organisatie Schedeldoekshaven 200 2511

Nadere informatie

Derden Personen of instanties die niet aan de organisatie verbonden zijn.

Derden Personen of instanties die niet aan de organisatie verbonden zijn. Bijlage Privacyreglement Introductie van dit reglement De organisatie houdt, om u zo goed mogelijk ten dienste te kunnen zijn en vanwege wettelijke verplichtingen een registratie bij van uw directe persoonlijke

Nadere informatie

Privacyreglement PIT kinderopvang & onderwijs

Privacyreglement PIT kinderopvang & onderwijs Privacyreglement PIT kinderopvang & onderwijs Preambule Dit reglement beoogt het juiste gebruik van alle persoonsgegevens waarvan PIT kinderopvang & onderwijs en de daaronder vallende kindcentra, of een

Nadere informatie

Artikel 3 Categorieën personen, opgenomen in het bestand Het bestand bevat uitsluitend gegevens van cliënten, opdrachtgevers en medewerkers.

Artikel 3 Categorieën personen, opgenomen in het bestand Het bestand bevat uitsluitend gegevens van cliënten, opdrachtgevers en medewerkers. PRIVACYREGLEMENT HET BLIKVELD Artikel 1 Begrippen In deze regeling wordt verstaan onder: a. HET BLIKVELD: Het Blikveld, statutair gevestigd te Utrecht. b. de directeur: beide directeuren van Het Blikveld;

Nadere informatie

Landsadvocaat: afluisteren (tappen) advocaten rechtmatig, NVSA-praktijk nummerherkenning onwenselijk dinsdag, 1 maart 2005

Landsadvocaat: afluisteren (tappen) advocaten rechtmatig, NVSA-praktijk nummerherkenning onwenselijk dinsdag, 1 maart 2005 Landsadvocaat: afluisteren (tappen) advocaten rechtmatig, NVSA-praktijk nummerherkenning onwenselijk dinsdag, 1 maart 2005 'Telefoongesprekken van een verdachte kunnen op bevel van de officier van justitie,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 116 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Overleveringswet ter implementatie van richtlijn nr. 2016/800/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de hoofdofficier van justitie te Den Haag. Datum: 3 juni 2014. Rapportnummer: 2014/044

Rapport. Rapport over een klacht over de hoofdofficier van justitie te Den Haag. Datum: 3 juni 2014. Rapportnummer: 2014/044 Rapport Rapport over een klacht over de hoofdofficier van justitie te Den Haag. Datum: 3 juni 2014 Rapportnummer: 2014/044 2 Klacht Meneer Jansen1 klaagt erover dat de hoofdofficier van justitie onvoldoende

Nadere informatie

ANPR IJsselland. Onderzoek naar de verwerking van no-hits bij de inzet van Automatic Number Plate Recognition. Regionaal politiekorps IJsselland

ANPR IJsselland. Onderzoek naar de verwerking van no-hits bij de inzet van Automatic Number Plate Recognition. Regionaal politiekorps IJsselland ANPR IJsselland Onderzoek naar de verwerking van no-hits bij de inzet van Automatic Number Plate Recognition Regionaal politiekorps IJsselland Rapportage van Definitieve Bevindingen College bescherming

Nadere informatie

Privacyreglement Driepas Bewindvoering. Begripsbepaling

Privacyreglement Driepas Bewindvoering. Begripsbepaling Privacyreglement Driepas Bewindvoering Begripsbepaling Privacy: Het recht van personen op bescherming van hun persoonlijke levenssfeer in verband met het vastleggen en verstrekken van persoonsgegevens.

Nadere informatie

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet van 3 december 1987, Stb. 635, houdende regels betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten Zoals deze is gewijzigd bij de wetten van 02-12-1993(Stb.759)

Nadere informatie

PRIVACYREGLEMENT BETREFFENDE DE VERWERKING VAN PERSOONSGEGEVENS. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

PRIVACYREGLEMENT BETREFFENDE DE VERWERKING VAN PERSOONSGEGEVENS. Paragraaf 1 Algemene bepalingen PRIVACYREGLEMENT BETREFFENDE DE VERWERKING VAN PERSOONSGEGEVENS Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepaling In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming

Nadere informatie

Verwerking van de verstrekte gegevens door de Politie vindt plaats overeenkomstig de Wet Politie Gegevens.

Verwerking van de verstrekte gegevens door de Politie vindt plaats overeenkomstig de Wet Politie Gegevens. Bijlage 5: GEGEVENSVERWERKING IN HET KADER VAN DEZE HANDREIKING Gegevens die worden verwerkt Onder "signaal" Mensenhandel wordt in deze handreiking verstaan hetgeen daarmee in bijlage 3 van de Aanwijzing

Nadere informatie

8.50 Privacyreglement

8.50 Privacyreglement 1.0 Begripsbepalingen 1. Persoonsgegevens: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon; 2. Zorggegevens: persoonsgegevens die direct of indirect betrekking hebben

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 63f 25 398 Wijziging van de Wet politieregisters, houdende nadere regels voor bijzondere politieregisters ten behoeve van de politie, Koninklijke

Nadere informatie

Samenvatting Onderzoek naar de politieregisters bij de Criminele Inlichtingen Eenheden van Bijzondere Opsporingsdiensten (z en z )

Samenvatting Onderzoek naar de politieregisters bij de Criminele Inlichtingen Eenheden van Bijzondere Opsporingsdiensten (z en z ) Samenvatting Onderzoek naar de politieregisters bij de Criminele Inlichtingen Eenheden van Bijzondere Opsporingsdiensten (z2005-0988 en z2005-0989) 1. Aanleiding en doel onderzoek Het College bescherming

Nadere informatie

Rapport. Datum: 31 januari 2011 Rapportnummer: 2011/032

Rapport. Datum: 31 januari 2011 Rapportnummer: 2011/032 Rapport Datum: 31 januari 2011 Rapportnummer: 2011/032 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de griffie van het gerechtshof Den Haag hem het arrest van 17 juli 2008 niet heeft toegestuurd met als gevolg

Nadere informatie

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

Privacyreglement. Inhoudsopgave. Melius Zorg Privacyreglement

Privacyreglement. Inhoudsopgave. Melius Zorg Privacyreglement Privacyreglement Inhoudsopgave Artikel 1 Algemene- en begripsbepalingen... 3 Artikel 2 Reikwijdte... 3 Artikel 3 Doel van de verwerking van persoonsgegevens... 4 Artikel 4 Verwerken van persoonsgegevens...

Nadere informatie

Datum 8 november 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht dat de politie foto s neemt van personen en hun identiteitsbewijzen

Datum 8 november 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht dat de politie foto s neemt van personen en hun identiteitsbewijzen 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 380 Besluit van 8 augustus 2011, houdende wijziging van het Besluit bewaren en vernietigen niet-gevoegde stukken (nummerherkenning) 0 Wij Beatrix,

Nadere informatie

1. Begrippen. 2. Doel van het Cameratoezicht

1. Begrippen. 2. Doel van het Cameratoezicht Protocol cameratoezicht Stichting Stadgenoot Dit protocol is van toepassing op alle persoonsgegevens, verkregen door middel van het gebruik van videocamera s door stichting Stadgenoot (Sarphatistraat 370

Nadere informatie

Gastouderbureau Alles Kids Zoetermeer Privacyreglement

Gastouderbureau Alles Kids Zoetermeer Privacyreglement Privacyreglement Inhoudsopgave 1. Begripsbepaling... 1 1.1 Persoonsgegevens... 1 1.2 Persoonsregistratie... 1 1.4 Verwerking van persoonsgegevens... 1 1.5 Verstrekken van persoonsgegevens... 1 1.6 Bestand...

Nadere informatie

CIOT-bevragingen Proces en rechtmatigheid

CIOT-bevragingen Proces en rechtmatigheid CIOT-bevragingen Proces en rechtmatigheid 2015 Veiligheid en Justitie Samenvatting resultaten Aanleiding Op basis van artikel 8 van het Besluit Verstrekking Gegevens Telecommunicatie is opdracht gegeven

Nadere informatie

Privacyreglement Blij met taal

Privacyreglement Blij met taal Privacyreglement Blij met taal Liselot van der Sluis Waterpoort 33 5662 VK Geldrop Kvk nummer: 66772893 Dit privacyreglement treedt in werking per 28 januari 2019. Inhoud Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) te Leeuwarden. Datum: 20 december Rapportnummer: 2013/198

Rapport. Rapport over een klacht over het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) te Leeuwarden. Datum: 20 december Rapportnummer: 2013/198 Rapport Rapport over een klacht over het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) te Leeuwarden. Datum: 20 december 2013 Rapportnummer: 2013/198 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat zij op 22 mei 2013

Nadere informatie

Arbodienst. Klacht; verzoeker/arbodienst

Arbodienst. Klacht; verzoeker/arbodienst POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Arbodienst DATUM 28 april 2004 CONTACTPERSOON

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 475 Wet van 17 november 2016, houdende implementatie van richtlijn nr. 2013/48/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2013 betreffende

Nadere informatie

Artikel 3 Categorieën personen, opgenomen in het bestand Het bestand bevat uitsluitend gegevens van cliënten opdrachtgevers en medewerkers.

Artikel 3 Categorieën personen, opgenomen in het bestand Het bestand bevat uitsluitend gegevens van cliënten opdrachtgevers en medewerkers. PRIVACYREGLEMENT HET BLIKVELD Artikel 1 Begrippen In deze regeling wordt verstaan onder: a. HET BLIKVELD: Het Blikveld, statutair gevestigd te Utrecht. b. de directeur: beide directeuren van Het Blikveld;

Nadere informatie

Stichting Peuterspeelzaal Pippeloentje Pagina: Privacyreglement Pippeloentje

Stichting Peuterspeelzaal Pippeloentje Pagina: Privacyreglement Pippeloentje Privacyreglement Peuterspeelzaal Pippeloentje Preambule Dit reglement beoogt het juiste gebruik van alle persoonsgegevens waarvan Peuterspeelzaal Pippeloentje of een van haar medewerkers werkzaam binnen

Nadere informatie

Dental Medical Care BV. Privacy statement

Dental Medical Care BV. Privacy statement Privacy statement Inleiding In dit document wordt uitleg gegeven over de bescherming van privacygevoelige informatie in de zin van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en de Uitvoeringswet

Nadere informatie

CIOT-bevragingen. Proces en rechtmatigheid

CIOT-bevragingen. Proces en rechtmatigheid CIOT-bevragingen Proces en rechtmatigheid CIOT-bevragingen Proces en rechtmatigheid November 2012 Inhoud Voorwoord 5 Samenvatting 7 1 Inleiding 17 1.1 Het Centraal Informatiepunt Onderzoek Telecommunicatie

Nadere informatie

Ministerie van Justitie

Ministerie van Justitie ϕ1 Ministerie van Justitie Aan de Koningin Onderdeel sector straf- en sanctierecht Contactpersoon Mr. L.P. Mol Lous Registratienummer 5501938/07/6 Datum 10 september 2007 Onderwerp Nader rapport inzake

Nadere informatie

Persoonsgegevens Alle gegevens die informatie kunnen verschaffen over een identificeerbare natuurlijke persoon.

Persoonsgegevens Alle gegevens die informatie kunnen verschaffen over een identificeerbare natuurlijke persoon. Privacyreglement Intermedica Kliniek Geldermalsen Versie 2, 4 juli 2012 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Begripsbepalingen Persoonsgegevens Alle gegevens die informatie kunnen verschaffen over een identificeerbare

Nadere informatie

Ons kenmerk z Contactpersoon

Ons kenmerk z Contactpersoon Autoriteit Persoonsgegevens Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag Bezuidenhoutseweg 30, 2594 AV Den Haag T 070 8888 500 - F 070 8888 501 autoriteitpersoonsgegevens.nl Aan de Minister van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 33 542 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering in verband met de regeling van het vastleggen en bewaren van kentekengegevens door de politie

Nadere informatie

Vangnetregeling huursubsidie

Vangnetregeling huursubsidie POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Gemeente Sneek DATUM 17 april 2003 CONTACTPERSOON

Nadere informatie

Quality Coaching Postbus 9436 9703 LP Groningen 050-549 49 26

Quality Coaching Postbus 9436 9703 LP Groningen 050-549 49 26 Privacyreglement Quality Coaching. Op basis van de Wet Persoonsregistraties hanteert Quality Coaching het Privacyreglement. Al uw rechten zijn in dit reglement vastgelegd, zoals het recht van kennisneming

Nadere informatie

opleiding BOA Besluit BOA

opleiding BOA Besluit BOA Deze reader geeft een overzicht van de die zijn genoemd, versie juni 2005. Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 2 De buitengewoon opsporingsambtenaar die beschikt over: a. een titel van opsporingsbevoegdheid,

Nadere informatie