t(ïj g 7 Technische Universiteit Eindhoven [jj te c h g h u u $ cc

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "t(ïj g 7 Technische Universiteit Eindhoven [jj te c h g h u u $ cc"

Transcriptie

1 V g 7 t(ïj Technische Universiteit Eindhoven m h g h [jj te c h u ~ G IJ 0 u u rl - $ cc LU 0 z 0

2 ONDERWIJSVERSLAG 1990 VAN DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Technische Universiteit ~ Eindhoven Eindhoven, mei 1991

3 Reacties op dit Onderwijsverslag kunnen schriftelijk worden gericht aan: Het College van bestuur van de Technische Universiteit Eindhoven Den Dolech 2 Postbus MB EINDHOVEN Telefoon Telex Telefax (040) TUE Eindhoven 1991

4 Algemeen deel

5 INHOUD ALGEMEEN DEEL Doel en opzet 9 Hoofdstuk 1: Onderwijsontwikkelingen op instellingsniveau Missie van de TUE 10 Visitaties 10 Verkenningseemmissies 11 Kwaliteitszorg 11 Vergroting uitstroom ingenieurs 14 Hoofdstuk 2: Het initieel hoger onderwijs Het onderwijsaanbod 17 Aantallen eerstejaars 18 Aantal ingeschreven studenten 18 Numerieke rendementen 21 Afgelegde examens 37 Inzet wetenschappelijk personeel 38 Hoofdstuk 3: Het post-initieel hoger onderwijs AIO opleidingen 40 AIO netwerken 41 Instituut Vervolgopleidingen 42 ontwerpersopleidingen 42 Korte onderzoekersopleidingen 43 Afstandsonderwijs 44 Postdoctorale beroepsopleidingen 45 Lerarenopleiding 45 Overig post-initieel hoger onderwijs 46 Hoofdstuk 4: Internationalisering, algemene vorming en emancipatie Internationalisering 48 Ontwikkelingssamenwerking 51 Studium Generale 52 Vredescentrum 53 Bureau Studentenpsychologen 54 Stichting Inter Kommunikatie 54 Wetenschapswinkels SS Verenigingen van studenten, afgestudeerden en aio's 56 Emancipatie 56

6 ONDERWIJSVERSLAG TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN 1990 Doel Het onderwijsverslag heeft een tweeledig doel. Enerzijds dient het verslag om aan te geven welke acties in het desbetreffende jaar zijn genomen ter uitvoering van het in het TUE Ontwikkelingsplan geformuleerde onderwijsbeleid. Als zodanig vormt het een onderdeel van de cyclus beleidsformulering, beleidsuitvoering en beleidsevaluatie. Anderzijds heeft het verslag een duidelijke externe werking waar het wordt gebruikt om het door de universiteiten verzorgde onderwijs in kwantitatieve en kwalitatieve zin onderling te kunnen vergelijken. De actualiteit van de kwaliteit van het onderwijs noodzaakt tot een heldere en adequate beschrijving van hetgeen de TUE op dit gebied de samenleving te bieden heeft. Opzet De opzet van het onderwijsverslag 1990 is als volgt. Het verslag bestaat uit een Algemeen deel en een Bijzonder deel. In het Algemeen deel wordt in een viertal hoofdstukken verslag gedaan van belangrijke ontwikkelingen op het gebied van onderwijs op instellingsniveau (Hoofdstuk 1), het initieel hoger onderwijs (Hoofdstuk 2), het post-initieel hoger onderwijs (Hoofdstuk 3) en van het gevoerde beleid op het gebied van internationale samenwerking, de meer algemene ontwikkeling van studenten (Studium Generale, Vredescentrum, Wetenschapswinkels, Bureau Studentenpsychologen, Stichting Inter Kommunicatie), verenigingen van studenten, afgestudeerden en aio's en het emancipatiebeleid (Hoofdstuk 4). Het Bijzonder deel omvat de onderwijsverslagen van de faculteiten, het Rekencentrum en het Instituut Vervolgopleidingen. ln de bijlagen zijn overzichten opgenomen van de gehanteerde definities en afkortingen. 9

7 Hoofdstuk 1 Onderwijsontwikkelingen op instellingsniveau Missie van de TUE In 1990 is de discussie voortgezet omtrent het uitdragen van het algemeen TUE-beleid en de profilering van de TUE in een missiedocument. Dit heeft geleid tot de in het Ontwikkelingsplan TUE vermelde 'Missie van de Technische Universiteit Eindhoven'. Om op nationaal en internationaal niveau mede leiding te kunnen geven aan de maatschappelijke en technologische ontwikkelingen zijn wetenschappelijk opgeleide personen van vitaal belang. Het opleiden van deze mensen rekent de TUE tot een van haar voornaamste doelstellingen: De onderwijs-kernactiviteiten van de TUE zijn: het opleiden tot academisch gevormd ingenieur; het opleiden tot wetenschappelijk onderzoeker; het opleiden tot technologisch ontwerper. Tevens hecht de TUE veel waarde aan het verzorgen van: 'continuing education' in de technische wetenschappen; eerstegraads lerarenopleidingen in wiskunde, natuurkunde en scheikunde. Naast het bijbrengen van de door de samenleving gewenste kennis, kunde en sociale vaardigheden, rekent de TUE het tot haar taak studenten en assistenten-in-opleiding te stimuleren in het ontwikkelen van hun intellectuele bekwaamheden en in het bevorderen van een kritische houding en maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef. Ook het scheppen van voorwaarden tot culturele vorming en het bieden van faciliteiten voor lichamelijke vorming en sport rekent de TUE tot haar taken. Het Europa van na 1992 vereist een internationale oriëntatie van de door de TUE opgeleide ingenieurs. Bij dit alles hoort een systeem van interne en externe, nationale en internationale, kwaliteitsbewaking. De interne kwaliteitszorg op facultair niveau komt aan bod in de paragrafen 2 (Het systeem van kwaliteitszorg) in het Bijzonder Deel. De interne kwaliteitszorg op TUE-niveau evenals de externe kwaliteitszorg door visitatie- en verkenningseemmissies wordt in dit hoofdstuk beschreven. Voor een goed voorbeeld van internationale kwaliteitsbewaking wordt verwezen naar het verslag van de faculteit Technische Bedrijfskunde. Visitaties In het kader van de externe kwaliteitszorg worden de studierichtingen periodiek doorgelicht door een visitatiecommissie van de VSNU. In april 1990 verscheen het eindrapport van de visitatiecommissie Wiskunde en Informatica. Ondanks enkele punten van kritiek zijn de bevindingen van de commissie die de faculteit in mei 1989 bezocht, overwegend positief. Voor de studierichting Technische Wiskunde is de commissie van oordeel dat het bestaande systeem voor kwaliteitszorg, waarin de studierichtingscommissies, de Commissie Lagerejaars Wiskunde Onderwijs, de Commissie Onderwijs, de P-coördinator, 10

8 de D-coördinator en de Studentenraad zich regelmatig buigen over vakinhoudelijke, onderwijskundige en curriculaire aspecten van het onderwijsprogramma, voldoet. De opleiding wordt duidelijk toepassingsgericht bevonden met daarnaast de mogelijkheid tot fundamenteel gerichte specialisatie. Voor de studierichting Technische Informatica kwam de commissie eveneens tot de conclusie dat het systeem van kwaliteitszorg voldoet, terwijl de opleiding wordt omschreven als fundamenteel met goede mogelijkheden voor toepassingagerichte specialisaties. De faculteit heeft de aanbevelingen van de commissie inzake het te gedetailleerde takenpakket van de studierichtingacommissies en een vroegtijdiger signalering van achterstand in de studievoortgang ter harte genomen. De commissie was er niet mee ingenomen dat de eerste herkansing na een tentamen pas weer in augustus kan plaatsvinden. Voor enkele vakken lopen thans experimenten om deze herkansing te vervroegen, bijvoorbeeld na het wintertrimester voor een vak uit het herfst trimester. Voor beide studierichtingen signaleert de commissie dat het beleid bij de opstelling van het onderwijsprogramma erop gericht is behoorlijk rekening te houden met de wensen van het afnemende veld, waarmee dan ook geregelde contacten bestaan. Het bezoek van de visitatiecommissie Elektrotechniek en Informatietechniek zal in januari 1991 plaatsvinden; ter voorbereiding daarvan bracht de faculteit in november 1990 een zelfstudie uit. Verkennings- De Verkenningscommissie Biofysica bezocht de TUE in De commissies discussie over de bevindingen van de commissie wordt in 1991 gevoerd op basis van het eindrapport 'Biofysica in Nederland' dat begin 1991 verscheen. De Verkenningscommissie Wiskunde sloot in 1990 de bezoeken aan de Nederlandse universiteiten af; de commissie had de TUE al in 1989 bezocht. Het eindrapport van de commissie wordt in de eerste helft van 1991 verwacht. Kwaliteitszorg Zowel in het Ontwikkelingsplan als in het ontwikkelingsplan worden concrete voornemens genoemd op het gebied van de kwaliteitsbewaking van het onderwijs. In deze paragraaf wordt weergegeven welke acties in het kader van deze voornemens zijn ondernomen. Het betreft de volgende onderwerpen: Het tot stand brengen van een set van onderwijsindicatoren. Studie naar de hantering van de functies van de P-fase (oriënterend, selecterend, verwijzend). Studie naar de begeleiding van studenten in het tweede studiejaar die nog niet in het bezit zijn van het P diploma. Onderzoek naar de oorzaken van studiestaking. 11

9 Onderzoek naar de oorzaken van het overschrijden van de maximale inschrijvingsduur. De verdere perfectionering van het studievoortgangsregistratiesysteem. Het produceren van een overzicht van alternatieve onderwijsvormen. De implementatie bij de faculteiten van het aan de TUE ontwikkelde systeem van cursus- en docentevaluatie. Daarnaast zijn ook nog andere acties ondernomen die verband houden met de kwaliteitszorg van het TUE-onderwijs. Ook deze zullen hier besproken worden. In het Ontwikkelingsplan wordt het tot stand brengen van een set van onderwijsindicatoren cruciaal genoemd voor de toetsing van de kwaliteit van het onderwijs als proces en als produkt. In november 1990 heeft de Universiteitsraad kennis genomen van het voornemen van het College van Bestuur om vanaf 1991 een compleet overzicht samen te stellen van alle voorhanden kwantitatieve gegevens (performance indicators/kengetallen) met betrekking tot het gerealiseerde beleid. Deze zullen zo mogelijk worden voorzien van historische informatie en toekomstverwachtingen. Deze performance indicators/kengetallen vormen de ingang van de belaidsevaluatie op instellingsniveau. Conclusies hieruit zullen aan de Universiteitsraad worden toegezonden. Zij zijn vertrekpunt voor de opstelling van het Ontwikkelingsplan De discussie omtrent onderwijsindicatoren is tegen de achtergrond van dit voornemen voortgezet. Dit heeft inmiddels geresulteerd in een voorbeeld van een mogelijke set van performance indicators/kengetallen, waaraan een aantal mogelijke performance indicators/kengetallen die specifiek op het onderwijsproces betrekking hebben is toegevoegd. In mei 1990 heeft de Bestuurscommissie Onderwijs (COW) een studie naar de hantering van de functies van de P-fase (oriënterend, selecterend, verwijzend) en naar de begeleiding van tweedejaars studenten zonder P-diploma afgerond. De voornaamste informatiebronnen bij deze studie waren de reacties van de faculteiten op een door de COW opgestelde vragenlijst, de facultaire onderwijsverslagen 1989 en de bevindingen van de visitatiecommissie Wiskunde en Informatica. Gebleken is dat er vaak verwarring bestaat over de begrippen oriënterend, selecterend en verwijzend. Een belangrijk nevenresultaat van de cow-studie is dan ook dat overeenstemming is bereikt over een heldere definiëring van deze begrippen. De door het College van Bestuur onderschreven eindconclusie van de COW luidde dat zich geen voor verbetering in aanmerking komende probleemsituaties voordeden. De COW zag geen aanleiding voor een nadere studie op instellingsniveau en achtte het niet noodzakelijk om concrete aanbevelingen te doen. Door de Universiteitsraad werd het als omissie gezien dat, m.b.t. de selecterende functie van de P-fase en de begeleiding van tweedejaars studenten zonder P-diploma, niet naar de mening van studenten was gevraagd. 12

10 Het College van Bestuur stemde in met het voorstel om studenten hierover te enquêteren. De opdracht hiertoe werd verstrekt aan het Bureau Studentenpsychologen. Inmiddels zijn studenten van de instroomgeneraties 1987 en 1988 geënquêteerd. Naar verwachting zullen de eindresultaten in juni 1991 ter beschikking zijn. Door het Bureau Studentenpsychologen is aan de TUE een uitgebreid onderzoek verricht naar de oorzaken van studiestaking in de D-fase en naar de oorzaken van het overschrijden van de zesjarige inschrijvingsduur, in het onderzoek studievertraging genoemd. Onder andere zijn ten behoeve van dit onderzoek twee grote enquêtes gehouden. Bij de eerste enquête zijn de, in totaal 273, studiestakers en vertraagden van de generatie 1983 aangeschreven. Op deze aanschrijving hebben 94 studenten (34\) gereageerd. Er is met name geopteerd voor het uitvoerig bekijken van de generatie 1983 omdat deze groep studenten in september 1989 afgestudeerd had moeten zijn, zodat een volledig beeld van de studiestaking en studievertraging kan worden gegeven. Bovendien is deze generatie aan het begin van de studie door het BSP benaderd voor een onderzoek naar studeergedrag en studievoortgang, zodat van deze groep studenten reeds een groot aantal gegevens beschikbaar was. Bij de tweede enquête zijn van de generaties 1984 tjm 1988 alle studenten aangeschreven die zijn afgestudeerd of gestaakt in de D-fase. Van de generatie 1984 zijn ook de vertraagden benaderd. In totaal zijn 1211 vragenlijsten verzonden en hebben 543 studenten (45\) gereageerd. Van dit onderzoek zullen de eindresultaten in juni 1991 ter beschikking zijn. Op de TUE is men bezig met de invoering van het centrale onderwijsinformatiesysteem OWIS. De eerste fase van de invoering van OWIS is in 1990 voltooid. Met dit systeem, dat aan alle faculteiten ter beschikking staat, is het onder andere mogelijk om op ieder gewenst moment een overzicht te krijgen van de studievoortgang van iedere student. In de tweede fase van de invoering van OWIS zullen onder andere de grafische mogelijkheden van het systeem worden vergroot. Informatie over de studiebegeleiding en de studievoortgangsregistratie bij de faculteiten vindt u in het Bijzonder Deel van dit verslag. In opdracht van het College van Bestuur is bij de faculteit Wijsbegeerte en Maatschappijwetenschappen een onderzoek naar alternatieve onderwijsvormen verricht dat in mei 1990 heeft geresulteerd in het rapport 'Onderwijsvormen'. In dit rapport worden onder het begrip onderwijsvormen zowel didactische werkvormen als onderwijsorganisatievormen verstaan. van beide categorieën wordt een overzichtelijke inventarisatie gepresenteerd, waarin de essentie van de diverse onderwijsvormen uiteengezet wordt. Het rapport is door het College van Bestuur aan de faculteiten aangeboden met de aanbeveling om met de inhoud ervan hun voordeel te doen. Tevens is op verzoek van de 13

11 Universiteitsraad aan de faculteiten meegedeeld dat indien er bij de eventuele invoering van alternatieve onderwijsvormen financiële problemen rijzen, bezien kan worden of centrale ondersteuning wenselijk en mogelijk is. In 1989 is door de TUE een systeem voor cursus- en docentevaluatie (USE) ontwikkeld. Bij die ontwikkeling Z1Jn in het studiejaar de faculteit Wijsbegeerte en Maatschappijwetenschappen en de studierichtingen Technische Natuurkunde en Scheikundige Technologie betrokken geweest. Met ingang van het studiejaar is het systeem voor alle faculteiten beschikbaar en neemt het gebruik ervan snel toe. De inpassing in facultaire systemen van kwaliteitszorg wordt in de paragrafen van het Bijzonder Deel toegelicht. De plannen van de minister van Onderwijs en Wetenschappen om het recht op studiefinanciering te beperken tot vijf jaar (voor het WO), vormen voor de universiteiten een aanleiding zich te bezinnen op de vraag hoe de studieduur beter in overeenstemming zou kunnen worden gebracht met de cursusduur. In het kader hiervan is aan de TUE de Bestuurscommissie Groepsonderwijs ingesteld die zich heeft beraden over de mogelijkheden van groepsonderwijs in de P-fase met als doelstelling bij te dragen tot verkorting van de studieduur. In december heeft deze commissie haar eindadvies uitgebracht. In deze rapportage wordt een totaal pakket van concrete maatregelen voorgesteld die moeten bijdragen aan optimalisatie van het P-rendement na 1 jaar. Een proefperiode waarin bijvoorbeeld twee faculteiten gedurende het eerste studiejaar experimenteren met de toepassing van deze aanbevelingen acht de commissie van cruciaal belang. Het ligt dan ook in de lijn der verwachtingen dat met ingang van het studiejaar 1991/1992 met een dergelijk experiment wordt gestart. In het kader van de richtlijn ex artikel 61, lid 1 WWO inzake bewaking van de studietermijnen, is de faculteiten gevraagd te melden hoe vaak er in 1990 een verzoek om verlenging stageduur/afstudeerperiode is ingediend. Dit blijkt alleen bij de faculteit Technische Natuurkunde in twee gevallen (stages) te zijn voorgekomen en bij de overige faculteiten niet. Vergroting uitstroom ingenieurs Naast alle activiteiten die op het gebied van kwaliteitszorg worden ondernomen en die kunnen leiden tot vergroting van de uitstroom, wordt veel aandacht besteed aan het bewerkstelligen van een toename van de uitstroom door middel van vergroting van de instroom. Voorlichting en werving Z1Jn daarbij belangrijke aspecten. Bij de dienst In- en Externe Betrekkingen (leb) kregen studentenwerving en studievoorlichting gedurende 1990 de hoogste prioriteit. Om te beginnen organiseerde leb een landelijke schooldekanendag met als thema 'Leven in een informatiemaatschappij; wat staat ons (nog) te wachten?' Zowel in het voorjaar als in het 14

12 najaar werden voorlichtingsdagen gehouden voor vwo-ers met belangstelling voor een studie aan de TUE. Achteraf werden de ervaringen in samenspraak met de studievoorlichters van de faculteiten en andere direct betrokkenen geëvalueerd. Dat leverde bruikbare informatie op voor de verdere verbetering van de opzet en uitvoering van de voorlichtingsdagen. Over het algemeen waren de ervaringen overigens positief. Voor HTO-ers met interesse in een studie aan de TUE organiseerde IEB een speciale informatiemiddag. Verder werden in september THEA-dagen (de voorlichtingsdagen voor meisjes) gehouden in samenspraak met de voorlichtingabureaus van 'Delft' en 'Twente'. De THEA-dagen werden uitgebreid geëvalueerd (onder meer via een enquête onder alle deelneemsters)1 bovendien werden de evaluatierapporten van TUE, UT en TUD uitgewisseld. De algemene conclusie is: doorgaan in goede onderlinge samenwerking en de opzet van de dagen waar mogelijk verder verbeteren. Bij deze THEA-dagen en bij de voorlichtingsdagen voor vwo-ers in het najaar werd gebruik gemaakt van de videofilm 'Greep op de toekomst'. De film heeft een wervend karakter en werd met veel enthousiasme ontvangen. Ook vanuit de faculteiten werd in 1990 aan de ontwikkeling van wervende of voorlichtende videoprogramma's gewerkt. Zo kwamen er programma's gereed over wiskunde, informatica en werktuigkundige medische technologie. In het najaar werd door het IEB onderzoek verricht naar zin en mogelijkheden van een speciaal videoprogramma om meisjes voor een studie aan de TUE te interesseren. Op basis van de resultaten werd geconcludeerd dat een op deze doelgroep afgestemde brochure een beter bruikbaar instrument zou zijn. Met de voorbereiding van deze brochure werd begonnen. De TUE zal geen propedeuse-opleiding in de Werktuigbouwkunde starten in Utrecht. Deze beslissing is genomen in nauw overleg met de Hogeschool Utrecht, waar deze opleiding zou worden ondergebracht. Het belangrijkste argument om niet met de plannen door te gaan, is het geringe aantal studenten dat zich tot nu toe voor Werktuigbouwkunde in Utrecht heeft aangemeld. Bij een aantal van 20 studenten in het eerste jaar zou de propedeusevestiging levensvatbaar zijn. Ondanks alle mogelijke inspanningen op het gebied van voorlichting en werving bleef het aantal aanmeldingen echter beperkt tot 12. Het is denkbaar dat bij veranderde omstandigheden, zoals het opengaan van de EG-grenzen in 1992 of de invoering van het vak techniek op middelbare scholen, er aanleiding is om een hernieuwde poging tot het oprichten van een P-vestiging in Utrecht te wagen. Zo mogelijk met meerdere studierichtingen tegelijk. Een positief punt bij dit alles is de goede relatie die door het leveren van een gezamenlijke krachtsinspanning met de Hogeschool Utrecht is ontstaan. De TUE en de Hogeschool Utrecht zijn een raamovereenkomst aangegaan waarbinnen ruimte is voor samenwerking op allerlei gebieden. De faculteit Wijsbegeerte en Maatschappijwetenschappen biedt sinds 1983 een opleiding tot ingenieur Techniek en 15

13 Maatschappij aan, als een vrije studierichting bestaande uit een doctoraal fase met een driejarig programma. Sinds 1989 bestaat binnen de faculteit ook een doorstroomprogramma dat opleidt tot het doctoraal examen Techniek en Maatschappij. Dit programma is ingesteld door de Universiteitsraad op basis van artikel 17A van de WWO. Tot deze opleiding worden toegelaten bezitters van een diploma van een van de vierjarige studierichtingen in het Hoger Technisch Onderwijs. In 1989 bedroeg de instroom 40 studenten, in 1990 circa 100. Bovendien is in 1990 een propedeuse-fase aan het programma van de studierichting toegevoegd. Het stelt vwo-abituriënten in staat meteen aan de TEMA-opleiding te beginnen. De introom bij aanvang van dit P-programma in september bedroeg 55 studenten. In totaal nam het aantal eerstejaars studenten bij TEMA toe van 48 in het studiejaar 1989/1990 tot 176 in het studiejaar 1990/

14 Hoofdstuk 2 Bet initieel hoger onderwijs Het onderwijsaanbod Het initieel hoger onderwijs is opgedeeld in een propedeutische (P-) fase en een doctorale (0-) fase, af te sluiten met respectievelijk een P- en een 0-examen. De TUE telde in 1990 acht faculteiten die tezamen elf voltijdse studierichtingen verzorgden. De TUE kent drie zogeheten vrije studierichtingen; instroom vindt direct plaats in de D-fase op basis van een binnen een andere studierichting verkregen P-examen. In 1990 is aan het programma van de studierichting Techniek en Maatschappij ook een eigen propedeuse fase toegevoegd. Bovendien kent de faculteit Wijsbegeerte en Maatschappijwetenschappen sinds 1989 een doorstroomprogramma conform art. 17A van de WWO dat opleidt tot het doctoraalexamen Techniek en Maatschappij. Tabel 2.1. geeft een overzicht van de studierichtingen die in 1990 door de TUE werden verzorgd. Voor een gedetailleerde beschrijving van de studierichtingen wordt verwezen naar de facultaire bijdrage in het Bijzonder deel van dit verslag. Voor de definities van de in dit hoofdstuk gehanteerde begrippen, zoals bijvoorbeeld 'eerstejaars student wostudierichting', wordt verwezen naar bijlage 1. Tabel 2.1: Overzicht studierichtingen TUE Faculteit Studierichting Regulier Vrije Ooorstr. Technische Bedrijfskunde Technische Bedrijfskunde Wiskunde en Informatica Technische Wiskunde Wiskunde en Informatica Technische Informatica Technische Natuurkunde Technische Natuurkunde Werktuigbouwkunde Werktuigbouwkunde Werktuigbouwkunde Werktuigkundige Med. Technol. Elektrotechniek Elektrotechniek Elektrotechniek Informatietechniek Scheikundige Technologie Scheikundige Technologie Bouwkunde Bouwkunde Wijsbegeerte en Maatschappijwetensch. Techniek en Maatschappij * * * * * studierichting prog. met P zonder P 17A, WWO * * * * In het Academisch Statuut vastgelegde studierichtingen 17

15 Aantallen eerstejaars In tabel 2.2. is het aantal eerstejaars studenten WO-studierichting vermeld. Tabel 2.2: Aantallen eerstejaars studenten WO studierichting TUE Peildatum: 1 december Studierichting propedeutische doctorale Totaal fase fase man vr tot man vr tot man vr tot Technische Bedrijfskunde Technische Wiskunde Technische Natuurkunde Werktuigbouwkunde Elektrotechniek Scheikundige Technologie Bouwkunde Technische lnfor.atica Techniek en Maatschappij Werkt. Medische Technolog Informatietechniek Totaal Het vermelde aantal studenten heeft alleen betrekking op diegenen die het P diploma hebben behaald. Uiteraard zijn er studenten die al een begin maken met het D fase onderwijs voordat zij het P diploma hebben behaald. Met name bij de vrije studierichtingen speelt dit een rol en is het aantal studenten dat in 1990 is gestart groter dan het hier weergegeven aantal. Bij TEMA is de instroom in het doorstroomprogramma in het vermelde aantal inbegrepen. Bij vergelijk van de gegevens in tabel 2.2. over 1990 met de gegevens over 1989 kan opgemerkt worden dat er voor wat betreft groei danwel afname van het aantal eerstejaars grote verschillen tussen de studierichtingen zijn. Veruit de grootste verandering doet zich voor bij TEMA waar het aantal eerstejaars is toegenomen van 48 naar 176. Het totaal aantal eerstejaars is toegenomen van 1725 tot Bemoedigend is ook de toename van het aandeel vrouwelijke eerstejaars van 12,4 naar 13,8 procent. Aantal ingeschreven studenten Tabel geeft per studierichting het aantal ingeschrevenen aan de TUE voor de studiejaren 1986 t/m 1990 weer, waarbij onderscheid is gemaakt tussen studenten wo, extranei en toehoorders nieuwe stijl/auditoren. 18

16 Tabel 2.3.1: Aantallen ingeschrevenen TUE Peildatum: 1 december 1990 toeh. nw.stijl/ studie studie studenten IJO extraneï auditoren* Totaal richting jaar man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot Bdk Wsk N E T

17 Tabel 2.3.1: Aantallen ingeschrevenen TUE (Vervolg) toeh. nw.stijl/ studie studie studenten WO extraneï auditoren* Totaal richting jaar man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot TeMa Wmt !te TUE * M.i.v. het studiejaar 1988/1989 is de inschrijving als toehoorder nieuwe stijl niet meer mogelijk. In de plaats hiervoor is gekomen de inschrijving als auditor. 20

18 In tabel z~jn de ingeschreven studenten WO aan de TUE uitgesplitst naar Nederlandse nationaliteit en overige nationaliteiten. Het percentage buitenlandse studenten vertoont een dalende tendens. In 1988 was dit percentage 2,3%, in ,9%, en in ,7%. Tabel 2.3.2: Nationaliteit ingeschreven studenten TUE Peildatum: 1 december 1990 Studierichting Nederlands overige ~n vr tot ~n vr tot Technische Bedrijfskunde Technische Wiskunde Technische Natuurkunde Werktuigbouwkunde Elektrotechniek n Scheikundige Technologie Bouwkunde Technische Informatica Techniek en Maatschappij Werkt. Medische. Technolog Infor~tietechniek 1~ Totaal Numerieke rendementen Om zicht te krijgen op de numerieke rendementen van de curriculum eerstejaars studenten-studierichting-tue zijn tabellen opgenomen van het P-rendement van de generaties 1985 tot en met 1989 en van het D-rendement van de generaties 1982 tot en met Daarnaast zijn tabellen opgenomen van het D-rendement op basis van P geslaagden, van het D-rendement op basis van D-instroom en van de studieduur in de D-fase in relatie tot de studieduur in de P-fase. Bij iedere tabel wordt duidelijk omschreven wat er gemeten wordt. Zowel ter verkrijging van een goede onderlinge aansluiting van diverse tabellen binnen het TUE-onderwijsverslag, als voor het op eenvoudige wijze kunnen vergelijken van de tabellen uit het TUEonderwijsverslag met tabellen uit de onderwijsverslagen van andere instellingen van WO, is uniformiteit in de gehanteerde peildata gewenst. Aansluitend bij de VSNU-richtlijn betekent dit met betrekking tot tabellen over propedeuse- en doctoraal-rendementen dat de instroomcohortgroottes worden gepeild op 1 december en de rendementen op 31 augustus. In sommige gevallen is van deze peildata afgeweken. De argumentatie daarvoor wordt gegeven bij de betreffende tabellen. Bij alle tabellen zijn de vermelde rendementen cumulatief in procenten weergegeven. 21

19 Tabel : Propedeuse rendement generaties 1985 t/m 1989 TUE Peildata: Voor cohortgrootte 31 mei t/m generatie 1988 en 1 december vanaf generatie Voor rendement na 1 jaar: 1 december; na 1,5 jaar: 1 mei; na 2 en 3 jaar: 31 augustus. rendementen van instroom bij vermelde studierichting onafhankelijk studie gene cohortgrootte na 1 jaar na 1,5 jaar na 2 jaar na 3 jaar studierichting richt rat ie man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot Bdk \lsk N \l E T B Toelichting bij tabel De rendementen zijn berekend voor curriculum eerstejaars studenten-studierichting-tue. Aangegeven is het percentage van de bij een studierichting vermelde instroom dat bij die studierichting het P-diploma heeft gehaald. In de laatste kolom is het percentage van de bij een studierichting vermelde instroom weergegeven dat het P diploma heeft gehaald bij één van de TUE-studierichtingen. Om administratieve redenen is het niet mogelijk om voor de generaties t/m 1988 voor cohortgroottes de peildatum van 1 december te hanteren. Voor het volgen van de ontwikkelingen is dit niet bezwaarlijk omdat de per 31 mei bepaalde cohortgroottes slechts in geringe mate afwijken van de cohortgroottes per 1 december.

20 Omdat per 31 augustus nog niet alle examenresultaten uit de interimperiode zijn verwerkt is het hanteren van deze peildatum voor het propedeuse-rendement na 1 jaar ongewenst. Per 1 december zijn deze resultaten wet verwerkt en bovendien sluit deze datum aan bij de datum waarop de cohortgroottes voor het D-rendement worden bepaald. Als peildatum voor het propedeuse-rendement na 1 jaar wordt daarom 1 december gehanteerd. Omdat er per studiejaar 4 examenperiodes zijn, waarvan er per 1 mei twee zijn afgesloten met inbegrip van correcties en examenzitting, kan bij een peiling op 1 mei met recht gesproken worden van een rendement na 1~ jaar. (In een aantal gevallen is het P rendement na 1,5 jaar gelijk aan het rendement na 1 jaar, omdat er in de tussenliggende periode geen P-examenzitting is geweest) De tabel overziende valt op dat de dalende tendens van het percentage studenten dat binnen 1 jaar zijn P-examen behaalt bij de meeste studierichtingen doorbroken is. Bij de studierichting Bouwkunde is het rendement echter laag gebleven en bij Technische Bedrijfskunde juist gehalveerd. Met name de studierichtingen Technische Wiskunde en Scheikundige Technologie springen er in positieve zin uit met een toename van dit percentage van respectievelijk 22% en 17%. Het zou voorbarig zijn om deze toename bij Technische Wiskunde toe te schrijven aan het feit dat men bij deze studierichting in 1989 met een nieuw curriculum is gestart. De forse daling van de instroom kan ook een rol hebben gespeeld. De tabellen , en hebben betrekking op doctoraalrendementen. In tabel wordt het doctoraalrendement op basis van P-instroom weergegeven. 23

21 Tabel 2.4.2: Doctoraal rendement generaties 1982 t/m 1986 TUE Peildata: Voor cohortgrootte 31 mei; voor rendement 31 augustus studie gene cohortgrootte na 4 jaar na 5 jaar na 6 jaar meer dan 6 jaar richt. rat ie man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot Bdk Wsk N w E T B S S S5 100 ss S S2 0 S s S s S1 73 5S so so so 48 ss S8 S s Toelichting bij tabel De rendementen zijn berekend voor curriculum eerstejaars studenten-studierichting-tuf. Aangegeven is het percentage van de bij een studierichting vermelde instroom dat bij één van de TUE-studierichtingen het D-diploma heeft behaald. Om administratieve redenen is het niet mogelijk om voor de generaties t/m 1988 voor cohortgroottes de peildatum van 1 december te hanteren. Daarom is hier de oude' peildatum van 31 mei aangehouden. Voor het volgen van de ontwikkelingen is dit niet bezwaarlijk omdat de per 31 mei bepaalde cohortgroottes slechts in geringe mate afwijken van de cohortgroottes per 1 december. 24

22 Uit de tabel blijkt dat het percentage studenten dat binnen 4 jaar het D-examen aflegt erg laag is. Opmerkelijk is het grote verschil in de rendementen na 6 jaar en de rendementen na meer dan 6 jaar bij de diverse studierichtingen. M.b.t. het rendement na 6 jaar varieert dat van 31% (Wsk, generatie 1984) tot 70% (T, generatie 1982). Tabellen en hebben betrekking op relatieve D rendementen. Ze zijn van belang in het kader van het in het Ontwikkelingsplan vermelde 'optimaal D-doorstroomstreven', het streven naar een zo hoog mogelijk D-rendement met behoud van kwaliteit. Het D-rendement van een cohort wordt in het ontwikkelingsplan omschreven als de verhouding van dat deel van het cohort dat binnen 6 jaar na aanvang van de studie het irdiploma heeft behaald, tot het deel van het cohort dat het P diploma heeft behaald. Bedacht moet worden dat bij een bepaalde studierichting de D-instroom niet gelijk is aan de P-uitstroom. Een gedeelte van de studenten verandert namelijk na het behalen van het P-examen van studierichting of van instelling. In tabel wordt de P-uitstroom bij de diverse studierichtingen als uitgangspunt genomen en wordt vermeld welk percentage daarvan aan de TUE afstudeert.in tabel wordt de D-instroom bij de diverse studierichtingen als uitgangspunt genomen en wordt vermeld welk percentage daarvan het D-diploma haalt. 25

23 Tabel 2.4.3: Doctoraalrendement van P geslaagden TUE Peildata: Voor cohortgrootte 1 december; voor rendement 31 augustus. studie cohort cohortgrootte 31 aug jaar+3 31 aug jaar+4 31 aug jaar+5 31 aug jaar+6 richt jaar man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot Bdk Wsk N w E T B Toelichting bij tabel In deze tabel is de vermelde studierichting, de studierichting waarin het P diploma is gehaald. De cohortgrootte wordt bepaald door het aantal ingeschrevenen dat in een bepaalde periode aan de TUE het P diploma heeft gehaald bij de vermelde studierichting of daarvoor een vrijstelling heeft gekregen (studierichting=bdk; jaar=83, betekent: P diploma gehaald bij studierichting BOK in de periode t/m ). In de tabel wordt weergegeven welk percentage van een cohort op de genoemde peildatum in het bezit was van het D diploma. De studierichting waarin dit D diploma is gehaald, hoeft niet gelijk te zijn aan de studierichting waarin het P diploma is gehaald. 26

24 Tabel 2.4.4: Doctoraalrendement op basis vand-instroom TUE Peildata: Voor cohortgrootte 1 december; voor rendement 31 augustus studie cohort cohortgrootte 31 aug jaar+3 31 aug jaar+4 31 aug jaar+5 31 aug jaar+6 richt jaar man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot man vr tot TM S S S7 S BOIC S1 so S S5 57 5S S WSIC N 198S ss w 198S s E 198S S S 5S 2S S T S B INF so S S !TE WMT

25 Toelichting bij tabel In deze tabel is de vermelde studierichting, de studierichting waarin het D-diploma is gehaald, danwel de studierichting waarin men nu nog is ingeschreven of de studie aan de TUE in de D fase heeft gestaakt. De cohortgrootte wordt bepaald door het aantal ingeschrevenen dat in een bepaalde periode aan de TUE het P diploma heeft gehaald of daarvoor een vrijstelling heeft gekregen en vervolgens in de D-fase is ingestroomd. Een cohort kan dus studenten bevatten die hun P diploma in een andere dan de vermelde studierichting hebben behaal.d. (studierichting=bdk; jaar=83, betekent: De laatste studierichting waar de betrokkenen in de D fase ingeschreven hebben gestaan is Bdk, en betrokkenen hebben het P diploma aan de TUE gehaald in de periode t/m ) In de tabel wordt weergegeven welk percentage van een cohort op de genoemde peildatum in het bezit was van het D diploma. Nieuw in het TUE-onderwijsverslag is tabel , waarin per studierichting voor de generaties 1982 tot en met 1986 een relatie wordt gelegd tussen de studieduur/rendementen in de P-fase en de studieduur/rendementen in de D-fase. In deze tabel bestaat de instroom alleen uit curriculum eerstejaars studentenstudierichting-tue die in de loop van hun studie niet zijn omgezwaaid naar een andere TUE-studierichting. Het betreft dus studenten die aansluitend P- en D-onderwijs bij dezelfde TUEstudierichting hebben gevolgd (tenzij zij hun studie reeds voor instroom in de D-fase gestaakt hebben). Derhalve geeft deze tabel het meest zuivere beeld van de rendementen m.b.t. doorstroming binnen de eigen studierichting. Deze tabel is dan ook de meest geëigende tabel om het eerder aangehaalde optimaal D-doorstroomstreven aan te toetsen. Vanwege de omvang van tabel wordt, ter bevordering van de overzichtelijkheid, de toelichting bij deze tabel vooraf gegeven. Toelichting bij tabel In deze tabel bestaat de instroom alteen uit curriculum eerstejaars studenten studierichting TUE die in de loop van hun studie niet zijn omgezwaaid naar een andere TUE studierichting. Het betreft dus studenten die aanstuitend P- en D onderwijs bij dezelfde TUE-studierichting hebben gevolgd (tenzij zij hun studie reeds voor instroom in de D fase gestaakt hebben). De peildatum voor het bepalen van de cohortgrootte van de instroom in de P fase is 1 december. Van de P instroomcohorten worden subcohorten bepaald van studenten die het P examen binnen respectievelijk 1,1~, 2, danwel na meer dan 2 jaar, hebben gehaald. Hiervoor gelden dezelfde peildata als bij tabel Van zowel de totale P instroomcohorten als van de subcohorten worden de percentages en aantallen studenten bepaald die binnen respectievetijk 4, 5, 6, danwel na meer dan 6 jaar, het D diploma hebben behaald. De peildatum is 31 augustus. 28

26 Tabel 2.4.5: Relatie tussen studieduur P-fase en studieduur D-fase Studierichting: Technische Bedrijfskunde. Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,S P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n % n DOCTORAAL %P %P %P %P %S D D D D> Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n % DOCTORAAL %P %P %P %P %S D D D> Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n % DOCTORAAL %P %P %P %P %S D D D Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n % DOCTORAAL %P %P %P %P %S D D Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n % DOCTORAAL %P %P %P %P %S D Toelichting: %1 = percentage geslaagden voor PROPEDEUSE van totale instroom %P = percentage geslaagden voor DOCTORAAL van geslaagden voor PROPEDEUSE %S = percentage geslaagden voor DOCTORAAL van totale instroom 29

27 Tabel 2.4.5: Relatie tussen studieduur P fase en studieduur D-fase Studierichting: Technische Wiskunde. Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n XI n XI n %1 n %1 DOCTORAAL %P %P Y.P %P %S D os s D> Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n XI n %1 n %1 n %1 DOCTORAAL %P %P %P %P %S D D D D> Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n %1 DOCTORAAL %P %P %P %P %S D o.o D D Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n %1 DOCTORAAL %P %P Y.P %P %S os Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n %1 DOCTORAAL %P %P Y.P %P %S Toelichting: %1 = percentage geslaagden voor PROPEDEUSE van totale instroom %P = percentage geslaagden voor DOCTORAAL van geslaagden voor PROPEDEUSE %S = percentage geslaagden voor DOCTORAAL van totale instroom 30

28 Tabel 2.4.S: Relatie tussen studieduur P fase en studieduur D fase Studierichting: Technische Natuurkunde. Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,S P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n S DOCTORAAL XP %P %P os S > S S4 % XP %S Cohort J stud. PROPEDEUSE P1 P1,S P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n DOCTORAAL XP %P XP 04 2 S os D> S S2 % %P %S S SS.9 Cohort stud. PROPEDEUSE P1 Pi,S P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n DOCTORAAL %P %P %P os % XP %S Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,S P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n DOCTORAAL %P %P %P S os % %P %S Cohort stud. PROPEDEUSE P1 P1,5 P2 P>2 n %1 n %1 n %1 n S DOCTORAAL %P %P %P % %P %S Toelichting: %1 = percentage geslaagden voor PROPEDEUSE van totale instroom XP = percentage geslaagden voor DOCTORAAL van geslaagden voor PROPEDEUSE %S = percentage geslaagden voor DOCTORAAL van totale instroom 31

STATISTISCH JAARBOEK STUDENTEN 2006 / 2007 D E R T I G S T E U I T G A V E

STATISTISCH JAARBOEK STUDENTEN 2006 / 2007 D E R T I G S T E U I T G A V E STATISTISCH JAARBOEK STUDENTEN 2006 / 2007 D E R T I G S T E U I T G A V E Eindhoven, Juni 2007 1 2 INHOUDSOPGAVE Pagina Algemeen Inleiding 5 Definities 6 Gebruikte afkortingen 7 Technische toelichting

Nadere informatie

STATISTISCH JAARBOEK STUDENTEN 2004 / 2005 A C H T E N T W I N T I G S T E U I T G A V E

STATISTISCH JAARBOEK STUDENTEN 2004 / 2005 A C H T E N T W I N T I G S T E U I T G A V E STATISTISCH JAARBOEK STUDENTEN 2004 / 2005 A C H T E N T W I N T I G S T E U I T G A V E Eindhoven, Juni 2005 1 2 INHOUDSOPGAVE Pagina Algemeen Inleiding 5 Definities 6 Gebruikte afkortingen 7 Technische

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Zitting 1982-1983 Nr. 51 16106 Wijziging van de Wet op het wetenschappelijk onderwijs, de Wet universitaire bestuurshervorming 1970 en de Wet van 12 november 1975, Stb.

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2-0 6 8 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Bachelor Examencommissie Geneeskunde, verweerder 1. Ontstaan

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

3.1.1 Bezoekersaantallen Open Dag

3.1.1 Bezoekersaantallen Open Dag 3 Onze studenten 3.1 Oriëntatie op vervolgonderwijs 3.1.1 Bezoekersaantallen Open Dag Bezoekersaantallen per vestiging nov 06 2007 2008 2009 2010 De Haagse Hogeschool 2832 14926 15575 19529 17405 De Haagse

Nadere informatie

EFFECTIVITEIT EN EFFICIËNTIE VAN HET HOGER ONDER- WIJS: BELEIDSMATIGE ONTWIKKELINGEN

EFFECTIVITEIT EN EFFICIËNTIE VAN HET HOGER ONDER- WIJS: BELEIDSMATIGE ONTWIKKELINGEN 1. EFFECTIVITEIT EN EFFICIËNTIE VAN HET HOGER ONDER- WIJS: BELEIDSMATIGE ONTWIKKELINGEN De minister heeft in 1995 de instellingen voor Hoger Onderwijs 500 miljoen gulden in het vooruitzicht gesteld om

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375

Nadere informatie

Dit onderdeel gaat over diploma s van bekostigde opleidingen. Hierbij onderscheiden we diplomarendement en het aantal diploma s.

Dit onderdeel gaat over diploma s van bekostigde opleidingen. Hierbij onderscheiden we diplomarendement en het aantal diploma s. Na nominaal plus 1 jaar 45 procent een diploma... 2 Rendement wo stijgt, hbo-rendement daalt... 4 Hbo-ontwerpopleidingen laagste rendement van de sector... 6 Hoger rendement wo biologie, scheikunde en

Nadere informatie

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2018-2019 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD:

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD: MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag. 4401 Paramaribo, 30 juni 2017 Onderwerp: Instellen van een Numerus Fixus Bedrijfskunde 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD:

Nadere informatie

Factsheet. Samenvatting

Factsheet. Samenvatting Studiesucces en uitval 2018 Deze factsheet bevat de belangrijkste ontwikkelingen in het hbo op het gebied van studiesucces, studieduur, uitval en studiewissel van voltijd bachelorstudenten uitgesplitst

Nadere informatie

Studierendement en -uitval

Studierendement en -uitval Studierendement en -uitval Afgelopen maanden zijn (t.b.v. het TUD-jaarverslag 2011) rapportages over rendement en studieuitval gedraaid. Daaruit zijn de volgende conclusies te trekken. Studierendement

Nadere informatie

Revisie Keuzegids Universiteiten 2015

Revisie Keuzegids Universiteiten 2015 Revisie Keuzegids Universiteiten 2015 Voor u ligt een nieuwe analyse Keuzegids 2015 d.d. 5-11-2014. Deze vernieuwde analyse is tot stand gekomen wegens een grote rectificatie op de Keuzegids 2015 d.d.

Nadere informatie

Jaarlijkse Studenten Enquete (JSE) Behaalde resultaten en samenvatting. Studiejaar

Jaarlijkse Studenten Enquete (JSE) Behaalde resultaten en samenvatting. Studiejaar Jaarlijkse Studenten Enquete (JSE) Behaalde resultaten en samenvatting Studiejaar 2-2 Inhoudopgave Inleiding Samenvatting De enquete vragen De resultaten 7 2 Inleiding De Jaarlijkse Studenten Enquete (JSE)

Nadere informatie

BESLUIT: de volgende onderwijs- en examenregeling voor de opleiding Toegepaste Wiskunde vast te stellen:

BESLUIT: de volgende onderwijs- en examenregeling voor de opleiding Toegepaste Wiskunde vast te stellen: OER Onderwijs- en examenregeling zoals bedoeld in art. 7.13 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, voor de bacheloropleiding Toegepaste Wiskunde 1 Het bestuur van de faculteit

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag.4409 Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD: GELEZEN:

MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag.4409 Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD: GELEZEN: MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag.4409 Paramaribo, 30 juni 2017 Onderwerp: Instellen van een Numerus Fixus Geneeskunde en Fysiotherapie 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN

Nadere informatie

TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS WO d.d. mei 2017

TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS WO d.d. mei 2017 TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS WO d.d. mei 2017 Studie in Cijfers (vaak ook studiebijsluiter genoemd) geeft een beeld van hoe een opleiding aan een universiteit het doet in vergelijking met

Nadere informatie

BIJLAGE 1 BIJ 3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING

BIJLAGE 1 BIJ 3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BIJLAGE 1 BIJ 3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 3TU.Onderwijs (Masteropleiding) UITVOERINGSREGELING 2014-2015 Master of Science in Science Education and Communication (croho 68404) TECHNISCHE

Nadere informatie

Biologie, scheikunde en medische opleidingen

Biologie, scheikunde en medische opleidingen Biologie, scheikunde en medische opleidingen... 2 Wiskunde, natuurkunde en informatica... 2 Bouwkunde en civiele techniek... 3 Ontwerpopleidingen... 4 Techniek en maatschappij... 4 Biologie, scheikunde

Nadere informatie

STATISTISCH JAARBOEK STUDENTEN 2002 / 2003 Z E S E N T W I N T I G S T E U I T G A V E

STATISTISCH JAARBOEK STUDENTEN 2002 / 2003 Z E S E N T W I N T I G S T E U I T G A V E STATISTISCH JAARBOEK STUDENTEN 2002 / 2003 Z E S E N T W I N T I G S T E U I T G A V E Eindhoven, Mei 2003 INHOUDSOPGAVE Pagina Algemeen Inleiding 5 Definities 6 Gebruikte afkortingen 7 Technische toelichting

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Biologie Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Natuurkunde Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Scheikunde

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011 Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011 Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Biologie Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Natuurkunde Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Scheikunde

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers April 2017 Inhoud 1 Het algemene beeld 2 2 Start van de studie: uitvallers 4 3 Start van de studie: wisselaars 5 4 Afsluiting van de studie: studiesucces

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING TECHNISCHE INFORMATICA

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING TECHNISCHE INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING TECHNISCHE INFORMATICA Onderwijs- en examenregeling zoals bedoeld in art. 7.13 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, voor de bacheloropleiding

Nadere informatie

STUDIEGIDS PREMASTERPROGRAMMA ACCOUNTING & CONTROL

STUDIEGIDS PREMASTERPROGRAMMA ACCOUNTING & CONTROL Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde STUDIEGIDS PREMASTERPROGRAMMA ACCOUNTING & CONTROL Cursusjaar 2015-2016 Versie september 2015 2015 Vrije Universiteit, Amsterdam PREMASTERPROGRAMMA

Nadere informatie

Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Decentrale selectie Psychobiologie Procedure en selectiecriteria 2014-2015 Voor het studiejaar 2014-2015 zal de opleiding Psychobiologie 100%

Nadere informatie

Basisgegevens opleidingsbeoordelingen Indicatoren en definities. 19 februari 2015

Basisgegevens opleidingsbeoordelingen Indicatoren en definities. 19 februari 2015 Basisgegevens opleidingsbeoordelingen Indicatoren en definities 19 februari 2015 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Basisgegevens hbo-bacheloropleidingen 4 2.1 Voltijd hbo-ba 4 2.2 Deeltijd en duaal hbo-ba 5 3 Basisgegevens

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 1 2 2 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit Sociale Wetenschappen, verweerder

Nadere informatie

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Esther van Kralingen Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/ 2 is het aandeel van de niet-westerse allochtonen dat in het hoger onderwijs

Nadere informatie

De besturen van de faculteiten Technische Natuurkunde, Scheikundige Technologie en Wiskunde en Informatica:

De besturen van de faculteiten Technische Natuurkunde, Scheikundige Technologie en Wiskunde en Informatica: GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ex art. 9.15 lid I WHW ten behoeve van de universitaire lerarenopleidingen TUE De besturen van de faculteiten Technische Natuurkunde, Scheikundige Technologie en Wiskunde en

Nadere informatie

Deficiënties. bij de overstap van vwo naar universiteit voor de opleidingen Geneeskunde Tandheelkunde Diergeneeskunde.

Deficiënties. bij de overstap van vwo naar universiteit voor de opleidingen Geneeskunde Tandheelkunde Diergeneeskunde. 1 Deficiënties bij de overstap van vwo naar universiteit voor de opleidingen Geneeskunde Tandheelkunde Diergeneeskunde Januari 2005 Uitgave VSNU Informatiecentrum Aansluiting vwo-wo, in samenwerking met

Nadere informatie

Over verenigingslidmaatschap en studiesucces.

Over verenigingslidmaatschap en studiesucces. Over maatschap en studiesucces. Rapport nr 171 augustus 2006 D.N.M. de Gruijter Interfacultair centrum voor Lerarenopleiding, Onderwijsontwikkeling en Nascholing ICLON Over maatschap en studiesucces Rapport

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 8-0 9 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Den Haag, appellante tegen de Facultaire Examencommissie Rechtsgeleerdheid, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-2 2 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Wiskunde

Nadere informatie

BIJLAGE 1 BIJ 3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING

BIJLAGE 1 BIJ 3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BIJLAGE 1 BIJ 3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 3TU.Onderwijs (Masteropleiding) UITVOERINGSREGELING 2014-2015 Master of Science in Science Education and Communication (croho 68404) TECHNISCHE

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD:

MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD: MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag. 4407 Paramaribo, 30 juni 2017 Onderwerp: Instellen van een Numerus Fixus Psychologie 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR De Directeur

Nadere informatie

handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit; Subsidieregeling tweede graden hbo en wo Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van... (datum), nr. HO&S/2010/228578, houdende subsidiëring van tweede bachelor- en mastergraden

Nadere informatie

TUSSENBERICHT SELECTIE VAN VOLTIJD MASTEROPLEIDINGEN IN HET WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS EN STUDENTENSTROMEN

TUSSENBERICHT SELECTIE VAN VOLTIJD MASTEROPLEIDINGEN IN HET WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS EN STUDENTENSTROMEN TUSSENBERICHT SELECTIE VAN VOLTIJD MASTEROPLEIDINGEN IN HET WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS EN STUDENTENSTROMEN December 2016 In de wet Kwaliteit in Verscheidenheid is met ingang van het studiejaar 2014/2015

Nadere informatie

TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS HBO d.d. mei 2017

TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS HBO d.d. mei 2017 TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS HBO d.d. mei 2017 Studie in Cijfers (vaak ook studiebijsluiter genoemd) geeft een beeld van hoe een opleiding aan een hogeschool het doet in vergelijking met dezelfde

Nadere informatie

Achtergrondinformatie

Achtergrondinformatie BIJLAGE 3 Achtergrondinformatie Diplomarendement Daling diplomarendement voltijd hbo-bacheloropleidingen De trend die de Inspectie van het Onderwijs de afgelopen jaren signaleerde in het hbo zet door:

Nadere informatie

DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE

DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE Datum: 23.04.2014 Ingevuld door: Yvonne Smeets Faculteit: BÈTA Betreft opleiding(en): Built Environment DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE Algemene bepaling De specifieke vooropleidingseisen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 024 Wijziging van onder meer de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en de Wet studiefinanciering 2000 in verband met de

Nadere informatie

Voor alle overzichten geldt dat de cijfers betrekking hebben de vestigingen in Den Haag, Delft, Zoetermeer en Leiden;

Voor alle overzichten geldt dat de cijfers betrekking hebben de vestigingen in Den Haag, Delft, Zoetermeer en Leiden; Onze studenten Instroomgegevens Omschrijving Peildatum of peilperiode Definities Instroomgegevens Er is niet uitgegaan van de gegevensverzameling zoals die was op 1-12-2009 (definitieve eindstand), maar

Nadere informatie

Studiejaar Model Onderwijs- en examenregeling (Bachelor)

Studiejaar Model Onderwijs- en examenregeling (Bachelor) Studiejaar 2017-2018 Model Onderwijs- en examenregeling (Bachelor) De model-oer is een hulpmiddel voor faculteiten bij het opstellen van de onderwijs- en examenregelingen. Ter bevordering van (het bewaken

Nadere informatie

Samenvatting resultaten Quick Scan Aansluiting HBO-TU/e

Samenvatting resultaten Quick Scan Aansluiting HBO-TU/e Quick Scan: Aansluiting HBO-TU/e juni 2005 Samenvatting resultaten Quick Scan Aansluiting HBO-TU/e Een Quick Scan is een peiling onder studenten over een actueel onderwerp. Het Studenten Service Centrum

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING Onderwijs- en examenregeling zoals bedoeld in art. 7.13 van de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek, voor de bacheloropleiding Technische

Nadere informatie

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT vastgesteld door het College van Bestuur met instemming van de Universiteitsraad op 12 mei 2015 en gewijzigd op 26 juni 2017. INLEIDING De artikelen

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. April 2016

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. April 2016 Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs April 2016 Feiten en cijfers 2 Het algemene beeld Start van de studie uitval en wisselaars Tal van inspanningen bij hogescholen

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke bijlage van de onderwijs- en examenregeling van de bacheloropleiding Scheikundige Technologie

Opleidingsspecifieke bijlage van de onderwijs- en examenregeling van de bacheloropleiding Scheikundige Technologie Faculteit Technische Natuurwetenschappen Opleidingsspecifieke bijlage van de onderwijs- en examenregeling van de bacheloropleiding Scheikundige Technologie (art. 7.13 en 7.59 WHW) Inhoudsopgave Artikel

Nadere informatie

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aantal vooraanmeldingen voor 2 e graads opleiding stijgt, 1 e graads daalt en pabo blijft gelijk juni 2010 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten

Nadere informatie

q WO q UNIVERSITEIT q HOGESCHOOL INFORMATIEFORMULIER VERDIEPINGSFASE (HBO/WO) Ik heb me in de volgende opleiding verdiept: HBO Naam opleiding: Plaats:

q WO q UNIVERSITEIT q HOGESCHOOL INFORMATIEFORMULIER VERDIEPINGSFASE (HBO/WO) Ik heb me in de volgende opleiding verdiept: HBO Naam opleiding: Plaats: BLAD 1 Ik heb me in de volgende opleiding verdiept: HBO q WO Naam opleiding: Plaats: Naam: q UNIVERSITEIT q HOGESCHOOL Website van de opleiding: Datum: AANMELDING EN PLAATSING Ben je toelaatbaar met je

Nadere informatie

d.d. 30 juni 2011 Overzicht Bestuurlijke Informatie voor Bilateraal Overleg 2011 Faculteit Wiskunde en Informatica

d.d. 30 juni 2011 Overzicht Bestuurlijke Informatie voor Bilateraal Overleg 2011 Faculteit Wiskunde en Informatica d.d. 3 juni Overzicht Bestuurlijke Informatie voor Bilateraal Overleg Faculteit Wiskunde en Informatica Inhoudsopgave Onderwijs - Faculteit Wiskunde en Informatica Nr Pag Titel Toelichting 3 Aantal Bachelorstudenten

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. Mei 2015

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. Mei 2015 Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs Mei 2015 Feiten en cijfers 2 Inleiding Op 19 mei 2015 hebben de hogescholen hun strategische agenda #hbo2025: wendbaar & weerbaar1

Nadere informatie

Protocol PDG en educatieve minor

Protocol PDG en educatieve minor Protocol PDG en educatieve minor 28 april 2014 Inhoud Protocol voor beoordelingen door de NVAO van de kwaliteit van de afstudeerrichtingen algemeen vormend onderwijs en beroepsgericht onderwijs, het traject

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Dramaturgie. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Dramaturgie. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling [60717] Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Dramaturgie Paragraaf 1 Algemene bepalingen art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en

Nadere informatie

Uitspraak in de zaak tussen: [naam appellant], wonende te [naam woonplaats], appellant,

Uitspraak in de zaak tussen: [naam appellant], wonende te [naam woonplaats], appellant, Zaaknummer: 2009/025 Rechter(s): mrs. Nijenhof, Lubberdink, Borman Datum uitspraak: 19 oktober 2009 Partijen: Appellant tegen Technische Universiteit Delft Trefwoorden: Erkenning bijzondere omstandigheden,

Nadere informatie

Regeling aanwijzing opleidingen in het hoger onderwijs inzake toelating deficiënte studenten 2007

Regeling aanwijzing opleidingen in het hoger onderwijs inzake toelating deficiënte studenten 2007 Beleidsregel Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek bvh 079-3232.666 Regeling aanwijzing opleidingen in het hoger onderwijs inzake toelating deficiënte

Nadere informatie

Onderwijs- en Examen Regeling (OER) Programma Bacheloropleiding Sociologie Faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examen Regeling (OER) Programma Bacheloropleiding Sociologie Faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examen Regeling (OER) Programma Bacheloropleiding Sociologie Faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2016-2017 Bijlage: het programma 1 Bachelor-opleiding Sociologie 2016/2017 Artikel

Nadere informatie

Bij beslissing van 28 augustus 2013 heeft de examencommissie van de opleiding Informatica appellant een negatief bindend studieadvies gegeven.

Bij beslissing van 28 augustus 2013 heeft de examencommissie van de opleiding Informatica appellant een negatief bindend studieadvies gegeven. Zaaknummer : CBHO 2014/045 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 23 juni 2014 Partijen : Appellant tegen Hogeschool Leiden Trefwoorden : Bijzondere omstandigheden, duale opleiding NBSA, negatief bindend

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-1 5 9 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het bestuur van Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 306 Wet van 18 mei 1995 houdende wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en de Wet op de studiefinanciering

Nadere informatie

Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde

Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde Internationalisering Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde Minor algemeen Alle studenten van de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) volgen in het derde Bachelorjaar

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375

Nadere informatie

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aanmelding voor opleidingen tot vo docent steeds vroeger, pabo trekt steeds minder late aanmelders juni 2009 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

gelet op: de artikelen 7.13, 9.15, 9.18 en 9.38 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;

gelet op: de artikelen 7.13, 9.15, 9.18 en 9.38 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek; Onderwijs- en examenregeling zoals bedoeld in art. 7.13 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, voor de opleiding Technische Wiskunde Het bestuur van de faculteit Wiskunde en Informatica

Nadere informatie

Van mbo en havo naar hbo

Van mbo en havo naar hbo Van mbo en havo naar hbo Dick Takkenberg en Rob Kapel Studenten die naar het hbo gaan, komen vooral van het mbo en de havo. In het algemeen blijven mbo ers die een opleiding in een bepaald vak- of studiegebied

Nadere informatie

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.30b, vierde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3 2 0 5 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Raad van Bestuur LUMC, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Bij besluit van 27 augustus

Nadere informatie

NOTITIE. De onderstaande figuren geven informatie weer over: Uitval in jaar 1; Het behalen van de propedeuse, in jaar 1 en 2; Het bachelorrendement.

NOTITIE. De onderstaande figuren geven informatie weer over: Uitval in jaar 1; Het behalen van de propedeuse, in jaar 1 en 2; Het bachelorrendement. Leer- en Innovatie Centrum Breda, 's-hertogenbosch, Tilburg NOTITIE datum 7 maart 2017 onderwerp Verwante en niet verwante Mbo-instroom van Etienne van Nuland contactpersoon Etienne van Nuland telefoon

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE CURSUS STUDIEVAARDIGHEDEN VOOR EERSTEJAARS BOUWKUNDE STUDENTEN SEPTEMBER - DECEMBER 1989. rapport Dr. 29.

VERSLAG VAN DE CURSUS STUDIEVAARDIGHEDEN VOOR EERSTEJAARS BOUWKUNDE STUDENTEN SEPTEMBER - DECEMBER 1989. rapport Dr. 29. VERSLAG VAN DE CURSUS STUDIEVAARDIGHEDEN VOOR EERSTEJAARS BOUWKUNDE STUDENTEN SEPTEMBER - DECEMBER 1989. rapport Dr. 29. Drs. J. Blankestijn BSP/juni 1990. VERSLAG VAN DE CURSUS STUDIEVAARDIGHEDEN VOOR

Nadere informatie

CBE-1142 (030)

CBE-1142 (030) CBE-1142 (030) 253 1745 6 april 2004 beroep A. UITSPRAAK Het College van beroep voor de examens aan de Universiteit Utrecht (hierna: het College) heeft de volgende uitspraak gedaan op het beroep van: A.,

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt

Nadere informatie

Normkader: Onderwijsmonitor 2017 (opleidingen)

Normkader: Onderwijsmonitor 2017 (opleidingen) 00 Executive summary Geef een samenvatting op basis van de signalen uit de monitor en geef op hoofdlijnen aan welke acties er gepland zijn. 0 Inleiding Dit kader bestaat uit zeven paragrafen waarin de

Nadere informatie

Overzicht doorstromen, diplomeren en vrijstellen van keuzedelen

Overzicht doorstromen, diplomeren en vrijstellen van keuzedelen Overzicht doorstromen, diplomeren en vrijstellen van keuzedelen Deel 1: Deel 2: Invloed van keuzedelen op cohorten gestart vóór 2016-2017 Doorstromen, diplomeren en vrijstellen van keuzedelen vanaf cohort

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden :

Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : NBSA, causaal verband, herkansing, persoonlijke omstandigheden,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Zitting 1980-1981 16815 Toelatingscriteria numerus fixus-studierichtingen voor het studiejaar 1981-1982 Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de

Nadere informatie

A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven:

A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven: 10 SPECIFIEKE FACULTAIRE BEPALINGEN Faculteit: Faculteit A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven: Artikel 32 Inschrijving voor cursussen 3A De student

Nadere informatie

Algemene informatie

Algemene informatie Algemene informatie 2016-2017 BSA-regeling UITVOERINGSREGELING STUDIEADVIES BSA - TUA juni 2016 Aan de TUA geldt een bindend studieadvies. De Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW)

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. juni 2008

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. juni 2008 Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs juni 2008 Meer gedetailleerde informatie kunt u vinden op de website www.hbo-raad.nl, via Feiten en Cijfers. Deze webpagina

Nadere informatie

TOETSINGSKADER INNOVATIEPLANNEN LERARENOPLEIDINGEN HB0 1999-2004

TOETSINGSKADER INNOVATIEPLANNEN LERARENOPLEIDINGEN HB0 1999-2004 TOETSINGSKADER INNOVATIEPLANNEN LERARENOPLEIDINGEN HB0 1999-2004 De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, ingesteld bij wet van 15 mei 1997 (de Wet op de Onderwijsraad). De Raad adviseert,

Nadere informatie

Uitval studenten. Sectorbeeld Onderwijs, Inspectie van het Onderwijs,

Uitval studenten. Sectorbeeld Onderwijs, Inspectie van het Onderwijs, Studenten sector Onderwijs vallen vaker uit... 2 Veel uitval bij 2 e graads hbo... 3 Meer uitval van pabo studenten met mbo-achtergrond... 5 Steeds meer mannen vallen uit bij pabo... 7 Studenten met niet-westerse

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 33, lid 1b, van de Wet op het voortgezet onderwijs;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 33, lid 1b, van de Wet op het voortgezet onderwijs; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 13500 1 september 2010 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 13 augustus 2010, nr.

Nadere informatie

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT vastgesteld door het College van Bestuur met instemming van de Universiteitsraad op 12 mei 2015. INLEIDING De artikelen 7.51, 7.51c, 7.51f en 7.51h

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. juni 2008

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. juni 2008 Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs juni 2008 1 Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs Inleiding Deze factsheet geeft informatie

Nadere informatie

Lotgevallen W&I 1993 p. 5

Lotgevallen W&I 1993 p. 5 2 Onderwijs 2.1 Inleiding In dit verslag zijn een aantal statistische en kwalitatieve gegevens over de opleidingen opgenomen. Hiervoor is een selectie gemaakt uit de gegevens van het Statistisch Jaarboek

Nadere informatie

Diploma behaald. Sectorbeeld Gedrag & Maatschappij, Inspectie van het Onderwijs,

Diploma behaald. Sectorbeeld Gedrag & Maatschappij, Inspectie van het Onderwijs, Mbo ers doen het beter dan havisten... 2 55 procent behaald -diploma na vijf jaar... 2 62 procent behaald -diploma na vier jaar... 3 Wo psychologie heeft bovengemiddeld rendement... 4 Rendement van master

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 1 8 8 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder 1. Ontstaan en loop van het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI) Nr. 399 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE- GENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Normkader: Onderwijsmonitor 2017 (facultair).

Normkader: Onderwijsmonitor 2017 (facultair). 00 Executive summary Geef een samenvatting op basis van de signalen uit de monitor en geef op hoofdlijnen aan welke acties er gepland zijn. 0 Inleiding Dit kader bestaat uit zeven paragrafen waarin de

Nadere informatie

Bij beslissing van 14 april 2013 heeft het college van bestuur het daartegen door appellant gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

Bij beslissing van 14 april 2013 heeft het college van bestuur het daartegen door appellant gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Zaaknummer : 2013/091 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 9 oktober 2013 Partijen : Appellant tegen Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : Bestuursakkoord collegegeld tweede

Nadere informatie

5.6 Het Nederlands hoger onderwijs in internationaal perspectief

5.6 Het Nederlands hoger onderwijs in internationaal perspectief 5.6 Het s hoger onderwijs in internationaal perspectief In de meeste landen van de is de vraag naar hoger onderwijs tussen 1995 en 2002 fors gegroeid. Ook in gaat een steeds groter deel van de bevolking

Nadere informatie

REGLEMENT SELECTIE VOOR NUMERUS FIXUS BACHELOROPLEIDINGEN

REGLEMENT SELECTIE VOOR NUMERUS FIXUS BACHELOROPLEIDINGEN REGLEMENT SELECTIE VOOR NUMERUS FIXUS BACHELOROPLEIDINGEN ex art. 7.53, 3 e lid en art. 6.7a, 1 e lid, WHW, vastgesteld door het College van Bestuur op 10 mei 2016 Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk

Nadere informatie

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen Kunstbeleid en

Nadere informatie

College van Beroep voor het Hoger Onderwijs

College van Beroep voor het Hoger Onderwijs College van Beroep voor het Hoger Onderwijs Zaaknummer: CBHO 2015/288 Datum uitspraak: 28 april 2016 Uitspraak in de zaak tussen: [naam], appellant, en het college van beroep voor de examens van de Universiteit

Nadere informatie

BIJLAGE 1 BIJ 3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING

BIJLAGE 1 BIJ 3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BIJLAGE 1 BIJ 3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 3TU.Onderwijs (Masteropleiding) UITVOERINGSREGELING 2013-2014 Master of Science in Science Education and Communication (croho 68404) TECHNISCHE

Nadere informatie

Opleidingsspecfiek deel BA Kunstgeschiedenis. colloquium doctum

Opleidingsspecfiek deel BA Kunstgeschiedenis. colloquium doctum Opleidingsspecfiek deel Art.2.3 colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op maximaal vier van de volgende vakken op het daarbij vermelde niveau: Nederlands,

Nadere informatie

vra2001ocw.022 Bekostigingsbesluit WHW in verband met het kunstonderwijs

vra2001ocw.022 Bekostigingsbesluit WHW in verband met het kunstonderwijs vra2001ocw.022 Bekostigingsbesluit WHW in verband met het kunstonderwijs Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen hebben enkele fracties de behoefte over de brief van de Staatssecretaris

Nadere informatie