W-DWW Toepassing van een op volumetrie gebaseerde mengselontwerpmethode. Jan Voskuilen 1 en Gerrit Westera 2

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "W-DWW-98034. Toepassing van een op volumetrie gebaseerde mengselontwerpmethode. Jan Voskuilen 1 en Gerrit Westera 2"

Transcriptie

1 W-DWW Toepassing van een op volumetrie gebaseerde mengselontwerpmethode. Jan Voskuilen 1 en Gerrit Westera 2 ' Dienst Weg- en Waterbouwkunde, Rijkswaterstaat Postbus 5044, 2600 GA Delft 1 KOAC WMD, Sector Onderzoek en Advies Schumanpark 43, 7336 AS Apeldoorn 18 ME11998 Dit is een reprint van een bijdrage aan de C.R.O.W. Wegbouwkundige Werkdagen I998.

2 W-DWW Deze reprints worden uitgegeven om geïnteresseerden de gelegenheid te bieden om van de DWW-bijdragen aan vakbladen, congressen, symposia, workshops e.d. kennis te nemen. Benadrukt wordt dat de gezichtspunten in de reprints niet noodzakelijk overeen behoeven te komen met de officiële gezichtspunten of het beleid van de directeur-generaal van de Rijkswaterstaat. Met de in deze reprints gegeven informatie dient derhalve met de nodige voorzichtigheid te worden omgegaan, aangezien deze mogelijk herzien dient te worden. Het Rijk sluit iedere aansprakelijkheid uit voor schade die uit het gebruik van de in deze reprints opgenomen gegevens mocht voortvloeien.

3 1 Toepassing van een op volumetrie gebaseerde mengselontwerpmethode. Jan Voskuilen' en Gerrit Westera 2 1 Dienst Weg- en Waterbouwkunde, Rijkswaterstaat Postbus 5044, 2600 GA Delft 2 KOACWMD, Sector Onderzoek en Advies Schumanpark 43, 7336 AS Apeldoorn Samenvatting Voor het ontwerpen van steenslagasfaltbeton met hergebruik van 40% polymeergemodificeerd zoabgranulaat is een op volumetrie gebaseerde mengselontwerpmethode toegepast. De bepaling van de verdichtbaarheid en uitgebreid mechanisch onderzoek vormden een onderdeel van deze experimentele mengselontwerpmethode. De referentiedichtheid is vastgesteld op basis van gyratoronderzoek. Het mengsel is in een proefvak toegepast, waarna samenstelling, verdichtbaarheid en mechanische eigenschappen van het gerealiseerde mengsel zijn gecontroleerd. Summary An experimental method, based on a volumetrie approach, was used tbr mix design of a crushed stone asphaltic concrete with reuse of 40% polymer modified porous asphalt granulate. An important part of this new mix design method was to determine the compactability and the mechanical properties. The reference density of the mix was determined by gyratory compaction. The mix was applied in a test section. The quality control was carried out by determining the compactability, the mix composition and the mechanical properties of the realised mix.

4 Inhoud 1. Inleiding 2. Probleem- en doelstelling 3. Aanpak 4. Volumetrisch ontwerp van een stabmengsel 5. Gyratoronderzoek 6. Resultaten volumetrisch mengselontwerp 7. Productie en verwerking proefvakmengsel 8. Resultaten onderzoek proefvakmengsel 9. Discussie 10. Conclusies en aanbevelingen 1 1. Stellingen Referenties Bijlage: F-curves

5 1. Inleiding B I D O C (bibliotheek en documentatie) Dienst Weg- en Waterbouwkunde Postbus 5044, 2600 GA DELFT Tel /364 De Directie Oost-Nederland heeft in 1997 op de A12 vervroegd groot onderhoud uitgevoerd als gevolg van de ontstane spoorvorming. Hierbij kwam o.a. met Sealoflex gemodificeerde zeer open asfaltbeton (hierna FMB zoabgranuiaat genoemd) vrij. Het streven van de Directie Oost- Nederland was om overeenkomstig het beleid van het Hoofdkantoor van de Rijkswaterstaat (RWS) oud asfalt zo hoogwaardig mogelijk te hergebruiken. Dit hield in dat. rekening houdend met de door de CROW-werkgroep WM19 [1] opgelegde beperking, bij hergebruik tot 20% PMB zoabgranuiaat het mengselontwerp op basis van het bestaande Marshallyooronderzoek kan worden uitgevoerd. Het beleid van RWS is echter ook om in de toekomst naar zo hoog mogelijke hergebruikspercentages over te gaan. Om hiermee ervaring op te doen is een project uitgevoerd met hergebruik van 40% PMB zoabgranuiaat in steenslagasfaltbeton (stab). Voor het mengselontwerp is hierbij een op volumetrie gebaseerde ontwerpmethode toegepast. Onderzoek naar de verdichtbaarheid met behulp van een gyrator en bepaling van de mechanische eigenschappen maakten deel uit van deze mengselontwerpmethode. De productie en aanleg van het uiteindelijk gekozen proefvakmengsel zijn intensief gevolgd. Uit het proef vak zijn monsters genomen voor onderzoek naar de samenstelling, de bitumeneigenschappen. de verdichtbaarheid en de mechanische eigenschappen van het proefvakmengsel. Voor gedetailleerde informatie betreffende specifieke gegevens van het volumetrisch vooronderzoek en gegevens betreffende de samenstelling en de eigenschappen van het toegepaste proefvakmengsel wordt verwezen naar [2, 8, 10, 11]. 2. Probleem- en doelstelling Volgens de aanbeveling van de CROW-werkgroep WM19 mag bij productie van regeneratieasfalt maximaal 20% oud asfalt met gemodificeerd bindmiddel worden toegepast, waarbij het mengselontwerp op basis van Marshallvooronderzoek wordt uitgevoerd. Met een hergebaiik van 40% PMB zoabgranuiaat in stab wordt buiten het ervaringsgebied getreden en laat zich de vraag stellen hoe het mengsel ontworpen moet worden. Derhalve is een experimentele volumetrische mengselontwerpmethode gehanteerd. Een nevendoel is om zoveel mogelijk kennis te ontwikkelen en ervaring op te doen met volumetrisch ontworpen mengsels. Daarom zijn de verdichtbaarheid en de mechanische eigenschappen van zowel de vooronderzoekmengsels als het toegepaste proefvakmengsel uitgebreid onderzocht. 3. Aanpak Voor het uitvoeren van het volumetrisch mengselontwerp zijn eerst de toe te passen bouwstoffen bemonsterd: PMB zoabgranuiaat, steenslag, zand, vulstof en bitumen. Van het PMB zoabgranuiaat zijn de samenstelling (korrelverdeling en bitumengehalte), de bitumeneigenschappen (koude terugwinmethode) en de dichtheid van het mineraal en het bitumen bepaald. Van steenslag, zand en vulstof zijn de korrel verdel ing en de dichtheid bepaald. Van het bitumen zijn de penetratie, het verwekingspunt en de dichtheid bepaald. Voor de volumetrische mengselontwerpmethode is de holle ruimte van het toe te passen zandmengsel, bestaande uit teruggewonnen zand uit PMB zoabgranuiaat en nieuw zand, bepaald. Met behulp van al deze gegevens zijn volumetrische berekeningen uitgevoerd ten behoeve van het mengselontwerp. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in drie mengsels met eenzelfde mortelvolume, maar met verschillende bitumen/vulstof-verhoudingen. Op basis van gyratoronderzoek is de verdichtbaarheid onderzocht en is de referentiedichtheid bepaald. Als onderdeel van het vooronderzoek zijn van de drie mengsels het mechanisch spectrum bepaald en is triaxiaal-, wielspoor- en Marshallonderzoek uitgevoerd. Op basis

6 van de proefresultaten is één mengsel gekozen voor toepassing in het proefvak. Tijdens productie en verwerking is het mengsel kritisch gevolgd. Tevens is van het molengemengde mengsel de verdichtbaarheid bepaald. Na aanleg zijn proefstukken uit het proefvak genomen voor onderzoek. Gecontroleerd werden o.a. samenstelling, bitumeneigenschappen. holle ruimte en verdichtingsgraad. Het onderzoek naar de mechanische eigenschappen bestond uit de bepaiing van het mechanisch spectrum en de vermoeiings- en de vervormingsweerstand. Tenslotte zijn de resultaten van het proefvakmengsel vergeleken met die van het vooronderzoek. 4. Volumetrisch mengselontwerp van een stabmengsel Het toe te passen volumetrisch mengselontwerp is gebaseerd op de theorie van P.Verbert [3] voor de zogenaamde zandskeletmengsels. Het te ontwerpen stab is namelijk een zandskeletmengsei. In figuur 1 is een schematische voorstelling gegeven van de volumetrische samenstelling van een zandskeletmengsel. HRstetn 2oruimenb srfect HR vulstof HR mengsel Figuur 1. Schematische voorstelling van de volumetrische samenstelling van een zandskeletmengsel. De stabiliteit wordt bij deze mengsels verkregen door het korrel-op-korrel contact van zandkorrels. De stenen in dit mengsel raken elkaar niet en leveren daardoor een geringe bijdrage aan de stabiliteit. In een zandskeietmengsel wordt algemeen de mortel als liet bindmiddel beschouwd. Door de interactie van steen en zand ontstaat er in het verdichte steenzandskelet een opruimend effect in de holle ruimte van het steenzandskelet (HR st/zandskelet), die volgens [3] 2% van het steengehalte bedraagt. Een goede vervormingsweerstand van stab wordt verkregen indien het volume aan holle ruimte in het steenzandskelet groter is dan het volume aan mortel. Deze theoretische mate van vulling is te berekenen met de zogenaamde vullingsratio. Indien het volume aan mortel gelijk is aan de beschikbare holle ruimte in het steenzandskelet is de vullingsratio 0%. Is het volume aan mortel kleiner of groter dan de beschikbare holle ruimte in het steenzandskelet, dan is de vullingsratio respectievelijk negatief of positief. De vullingsratio is als volgt gedefinieerd: vullingsratio = volume mortel ~ HR HR st/zandskelet (1) waarin het volume aan mortel wordt berekend als: volume mortel = massa % bitumen + massa % vulsto f dichtheid bitumen dichtheid vulstof (2) en waarin de beschikbare holle ruimte in het steenzandskelet wordt berekend als:

7 HR st/zandskelet = massa % zand * HR zandskelet (100 - HR zandskelet) * dichtheid zand 0,02 * massa % st (3) Door een bepaalde vuüingsratio aan te nemen kan het volume aan mortel als volgt worden berekend: Volume mortel = ( + 1) * HR st/zandskelet (4) Uitgaande van [4] (aansluitend bij ervaringsgebied), waarin staat dat voor stab 0/22 verkeersklasse 5 het gewenste bitumengehalte mag variëren tussen 4 en 5 % (m/m), zijn 3 vulstof/biturnen volumeverhoudingen berekend, waarbij het bitumengehalte op 100% mineraal 4, 4,5 en 5% (m/m) bedroeg. De hoeveelheid vulstof wordt als volgt berekend: nt i *, i i massa % bitumen.,.,,.,, s (S\ massa % vulstof = {volume mortel - ) * dichtheid vulstof ( >) dichtheid bitumen Opmerkingen: - Formule 5 is versimpeld weergegeven. In werkelijkheid is gerekend met een vast vulstofvolume, waarbij rekening is gehouden met de reeds in het PMB zoabgranulaat aanwezige vulstof en met de toe te voegen hoeveelheid nieuwe vulstof met verschillende dichtheden. - Uitgangspunt voor de gradering van stab is de gemiddelde samenstelling uit [4]. - De basis voor de volumetrische mengselberekeningen is de bepaling van de holle ruimte van het zandskelet. Deze wordt bepaald met behulp van de stampvolumemeter volgens Engelsmann (Standaard RAW Bepalingen 1995 proef 112) met afwijking van de volgende proefcondities: de te beproeven hoeveelheid zand bedraagt 200 g, er wordt zonder bovenbelasting (stempel) verdicht en er wordt tot slagen verdicht. Deze theoretische optimale verdichting van het zandskelet treedt in de praktijk niet op. De verdichting van het zandskelet bepaald met behulp van de standaard Marshall verdichting met 2 * 50 slagen komt volgens P.Verbert [3] overeen met 4000 slagen Engelsmannverdichting (zie figuur 2). holle ruimte in zand verdichting zandskelet met standaard Marshallverdichting (2 * 50 slagen) komt overeen met 4000 slagen Engelsmann aantal slagen * Figuur 2. Voorbeeld van een zandverdichting m.b.v. de stampvolumemeter volgens Engelsmann. - Bedacht moet worden dat de vullingsratio is gebaseerd op de optimale verdichting van het zandskelet (HR Engelsmann) en dat de vullingsgraad is gebaseerd op de niet optimale

8 verdichting van het zandskelet (Marshallverdichting van het totale asfaltmengsel). - Indien voor de praktijkverdichting de referentiedichtheid met behulp van Marshaliverdichting wordt bepaald, kan mogelijk als gevolg van zware verkeersbelasting en/of hoge asfalttemperaturen naverdichting in het zandskelet optreden. Daardoor zal er minder ruimte ontstaan voor het volume aan mortel, waardoor overvuliing en daardoor.spoorvorming kan optreden. Voor de bepaling van de referentiedichtheid in dit onderzoek is gekozen voor een betere verdichtingsmethode dan de Marshallverdichting nl.'de gyratorverdichting. - Voor het berekenen van het volume aan mortel is in formule 4 een vaste vullingsratio ingevuld. In 1996 heeft de DWW een onderzoek uitgevoerd naar het vermoeiingsgedrag van stab in vergelijking met grindasfaltbeton [5]. Van een aantal in de praktijk goed acterende stabmengsels van dit project is de gemiddelde vullingsratio berekend. Op basis hiervan is ais uitgangspunt voor de volumetrische berekeningen een vaste vullingsratio van -10 % (v/v) gekozen. Deze negatieve vullingsratio houdt in dat bij de hoogst haalbare verdichting het mengsel nooit overvuld kan raken. - Tenslotte wordt t.b.v. de duurzaamheid een.controle uitgeoefend op de bitumenfilmdikte. Op basis van bitumenfilmdikte-berekeningen aan een aantal goed acterende stabmengsels [uit 5] met behulp van het DWW-programma BITFILM [6] is een eis geformuleerd voor de minimale bitumenfilmdikte. Deze is gesteld op minimaal 4,3 urn. Bij het niet voldoen aan deze eis dient - de aggregaat samenstelling zodanig te worden aangepast dat aan de eis voldaan kan worden. 5. Gyratoronderzoek Bepaling verdichtbaarheid Omdat het onbekend was of de volumetrisch ontworpen mengsels in de praktijk goed verdichtbaar zouden zijn. vormde de bepaling hiervan een onderdeel van het mengselontwerp. Een standaardproef ter bepaling van de verdichtbaarheid is niet voor handen. Daar in dit onderzoek met de gyrator de referentiedichtheid wordt bepaald, is op basis van deze verdichtingsmethode een methode ontwikkeld om de verdichtbaarheid te kwantificeren. Hiertoe zijn de verdichtingskarakteristieken (zie figuur 3 als voorbeeld) van de drie volumetrisch ontworpen mengsels bepaald. De dichtheidstoename (ÓD) 7c J als functie van het aantal omwentelingen (N), de verdichtingscurve, wordt benaderd met de formule: ÖD = B + C * N y (6) A. B en C zijn fitparameters. Bij nadering van N tot oneindig, nadert omwentelingen gyrator N ÜD tot de limietwaarde l/c. Omdat deze waarde niet bereikt kan worden, is arbitrair vastgesteld dat het aantal Figuur 3. Voorbeeld van een verdichtingscurve. omwentelingen waarbij de helft van de limietwaarde wordt bereikt (ÜD = I/2C), een maat is voor de verdichtbaarheid van het asfaltmengsel. De begindichtheid (D (l ) is van invloed op de uitkomst van deze parameter. Het is echter mogelijk om naar eenzelfde begindichtheid [7] te rekenen. Om de verkregen resultaten te kunnen toetsen zijn de mengselkarakteristieken van in de praktijk goed verdichtbare stabmengsels uit [5] bepaald. De verdichtingsresultaten in dit onderzoek konden op deze wijze worden getoetst. Goed verdichtbare mengsels

9 8 Tabel 2. Resultaten verdichtbaarheids- en mechanisch onderzoek van vooronderzoekmengsels. Onderzoek Parameter mengsel 1 mengsel 2 mengsel 3 eenheid 4-nuntsbuigproef (9,8Hz, 20 C) S dyb fasehoek , , MPa o Triaxiaalproef c v =0,75 MPa c, =0,15 MPa de/dt (N=72(X» (40 C) 0, , j m/m/s pm/m Wielspoorproef 0,52 Hz a=0,5 MPa (N=IE5) (40 C) 0,3 0,3 0,8 % Marshall op boorkernen uit plaat (60 C) Verdichtbaarheid Pm Fm Qm Dp HR Vul.gr. A VI , , , , ,4 64 8, , ,3 N mm N/mm kg/m' % v/v % v/v omw.gyr. 7. Productie en verwerking proefvakmengsel Voor achtergrondinformatie betreffende productie en verwerking wordt verwezen naar [9]. Voor de verdichting van het proefvak is een bandenwals ingezet. Voor het bepalen van de verdichtbaarheid zijn tijdens de aanleg van het proefvak monsters uit de hopper genomen. Twee monsters zijn in geïsoleerde luchtdicht afgesloten blikken naar het laboratorium vervoerd om met behulp van de gyrator de verdichtbaarheid in duplo vast te stellen. Uit de resultaten van dit onderzoek (gemiddelde waarde voor 1/2C is 7,8 gyratoromwentelingen en referentiedichtheid 2385 kg/m 3 [10]) blijkt dat de verdichtbaarheid en de referentiedichtheid goed overeenkomen met die van het vooronderzoekmengsel. 8. Resultaten onderzoek proefvakmengsel Samenstelling, bitumeneigenschappen en mengseleigenschappen Voor onderzoek zijn op 3 locaties monsters uit het proefvak genomen. In tabel 3 zijn de resultaten gegeven van het onderzoek naar samenstelling, verdichtingsgraad en bitumeneigenschappen. Per locatie zijn 4 monsters onderzocht. Op zeef C 22,4 is geen materiaal teruggevonden. Uit de hoge standaarddeviaties van de samenstelling van het mengsel uit locatie 1 valt af te leiden dat vermoedelijk ontmenging heeft plaats gevonden. Wordt het proefvakmengsel met het vooronderzoekmengsel vergeleken, dan valt op dat er gemiddeld 0,9% te weinig vulstof en gemiddeld 0,3% te weinig bitumen is teruggevonden. De verdichtingsgraad, met Marshallverdichting als referentie, is zoals verwacht voldoende. Tevens valt op dat het teruggewonnen bitumen sterker is verouderd dan verwacht op basis van mengregelberekeningen. De berekende penetratie is 39 10'mm en de gerealiseerde penetratie is

10 7 bereiken, voor een begindichtheid van 2033 kg/m 3, de waarde van I/2C tussen de 4.7 en 11,3 gyratoromwentelingen. Bepaling referentiedichtheid De referentiedichtheid voor het maken van proefstukkken en voor de praktijkverdichting is vastgesteld met behulp van de gyratorverdichting. Deze is gesteld op 98% van de theoretisch haalbare maximale verdichting (D o + l/c), omdat hiervan bekend is dat deze verdichting zwaarder is dan 100% Marshall verdichting (2 * 50 slagen). 6. Resultaten volumetrisch mengselontwerp Volumetrische berekeningen Toepassing van de ontwerpmethode levert een drietal mengsels op waarvan in tabel I de samenstelling in massaprocenten is gegeven. Deze mengsels hebben als kenmerk dat het mortel volume constant blijft (6,99% v/v) en de vullingsratio -10% (v/v) bedraagt. De bitumenfilmdiktes zijn berekend met [6]. De berekende penetratie van het bitumen in het mengsel was 39 10''mm. Tabel 1. Samenstelling stab 0/22 mengsels met 40% PMB zoabgranulaat en bitumenfilmdikte. % (m/m) op zeef mengsel 1 mengsel 2 mengsel 3 C 22,4 C N.2 2 mm 63 um 3,0 27,5 57,0 92,0 3,0 27,5 57,0 93,2 3,0 27, ,5 % (m/m) bitumen "op" 4,0 4,5 5,0 bitumenfilmdikte (um) 4,2 5,1 6,1 Eigenschappen volumetrisch ontworpen mengsels Om een mengselkeuze te kunnen maken voor het proefvak is van de 3 mengsels uit tabel 1 de verdichtbaarheid onderzocht, de referentiedichtheid bepaald en zijn mengsels mechanisch gekarakteriseerd door middel van de cyclische triaxiaal- (G h =statisch. a v =blokpuls 0,2 seconden belast en 0,8 seconden rust), de wielspoor-, de dynamische vierpuntsbuig- en de Marshallproef. Voor mechanisch onderzoek is van elk van de drie mengsels een asfaltplaat gemaakt waaruit proefstukken zijn gezaagd en geboord. Het principe van het platen maken is een tevoren berekende massa van het mengsel in een vaste inhoud van de verdichtingsmal aan te brengen (te verdichten met een handwals), resulterend in een dichtheid die zo goed mogelijk met de referentiedichtheid overeen komt. Het is niet gelukt om deze referentiedichtheid te halen. Gemiddeld is 98,8% van de beoogde referentiedichtheid gehaald. In tabel 2 zijn de resultaten gegeven van het onderzoek naar de verdichtbaarheid en het onderzoek naar de mechanische eigenschappen. De referentiedichtheid van het proefvakmengsel bedroeg 2388 kg/nr. Keuze mengsel voor proefvak De beoordeling is gedaan door het cijfer 1 (beste eigenschap), 2 of 3 toe te kennen aan een gemeten eigenschap. In het geval de mengsels gelijkwaardig zijn is het gemiddelde rangnummer toegekend. De uitkomst van deze ranking luidt: mengsel I ; mengsel 2-8.5: mengsel 3 - II. Er is dus een voorkeur voor mengsel 2, waarbij dit mengsel tevens voldoet aan de Marshalleisen en dus in principe een goedgekeurd mengsel zou zijn volgens [4] met de restrictie dat de proefstukvervaardiging niet overeenkomstig [4] is uitgevoerd. B I D O C (bibliotheek en documentatie) Dienst Weg- en Waterbouwkunde Postbus 5044, 2600 CA DELFT Tel /364

11 20"'mm. Voor deze sterkere veroudering van het bitumen is geen verklaring gevonden. Tabel 3. Resultaten van onderzoek naar de mengselsamenstelling, verdichtingsgraad en bitumeneigenschappen. % (m/m) op zeef locatie gem. 1 s locatie gem. 2 s locatie gem. s gemiddeld gem. s.c 11,2 2 mm 63 (jm 25,6 59,3 94,3 6,5 6,0 0,4 23,0 55,1 94,0 1,5 1,7 0,2 24,5 58,1 94,1 0,6 0, ,4 57,5 94 J 3.7 3,8 0.3 % (m/m) bitumen "op" 4,0 0,5 4,3 0,1 4,3 0,1 4,2 0,3 verdichtingsgraad t.o.v. Marshallverdichting 101,7 1,5 99,3 0,8 100,7 0,8 100,6 1,4 Bitumeneigenschappen penetratie 19,5 68,5 2,1 3,5 19,5 67,0 2,1 1,4 21,0 67,3 1,4 2,5 20,0 67,6 U 2.2 Mechanische eigenschappen proefvakmengsel Het proefvakmengsel is mechanisch gekarakteriseerd door het uitvoeren van wielspoor-, vermoeiings- en statisch kruiponderzoek. Het doel van het onderzoek is deze eigenschappen van het proefvakmengsel vast te leggen en waar mogelijk te vergelijken met de eigenschappen die in de ontwerpfase zijn bepaald. In tabel 4 en in figuur 4 van de bijlage zijn de resultaten van het mechanisch onderzoek van het proefvakmengsel weergegeven. Voor meer informatie wordt verwezen naar [11]. Tabel 4. Resultaten mechanisch onderzoek proefvakmengsel. eigenschappen locatie 1 locatie 2 locatie 3 gemiddelde + s Statische kruip: S mix (MPa) rel.vervorming (%) n=3 15,5 (s=0,9) 0,65 (s=0,04) n=3 16,9 (s=0,2) 0,59 (s=0,00) n=3 21,5 (s=l,4) 0,47 (s=0,03 n=9 18,0 (s=2,8) 0,57 (s=0,08) Wielspoorproeven: rel.vervorming (%) n=3 0,5 (s=0,l) n=3 0,5 (s=0,2) n=3 03 (s=0,0) n=9 0,4 (s=0,16) 4-puntshuigproef: S dvn (MPa) 9,9 Hz, 20 C fasehoek ( ) n= ,5 n= ,1 n= ,6 n= (s=900) 18,2 (s=0,7) Uit de resultaten.van het mechanisch onderzoek kan worden afgeleid dat: het proefvakmengsel een duidelijk hogere dynamische stijfheidsmodulus en lagere fasehoek heeft dan het ontwerpmengsel; het wielspooronderzoek op het proefvakmengsel een zeer goede weerstand tegen vervorming te zien geeft, wat overeenstemt met de resultaten van het ontwerpmengsel; ook de resultaten van statisch kruiponderzoek een hoge weerstand tegen permanente

12 10 vervorming te zien geven die overeenstemmen met de resultaten van het ontwerpmengsel (cyclische triaxiaalproeven); bij de toetsing van de uitkomsten van het wielspoor- en kruiponderzoek aan eisen voor grindasfaltbeton [13], het proefvakmengsel ruimschoots voldoet: de vermoeiingseigenschappen van het proefvakmengsel gelijkwaardig ot' beter zijn dan die van het gemiddelde vab de 7 stab-mengsels uit het DWW-project F/CURV/STAB [5]. 9. Discussie Volumetrisch mengselontwerp De toegepaste experimentele volumetrische mengselontwerpmethode is gebaseerd op de door P.Verbert [3] ontwikkelde theorie. Hierbij kunnen de volgende vragen worden gesteld: Ligt de bovengrens van de mortel bij 63 um? Welke minimum en maximum eisen moeten er worden gesteld aan de vullingsratio van de diverse asfaltmengsels? Wat is de invloed van de korrelvorm (steen en zand) op de vervormingsweerstand? Is de (droge) holle ruimte Engelsmann-verdichting voor zand optimaal? Wat is de invloed van de mortelstijfheid en het hechtvermogen van bitumen op de vervorming? Hoe nauwkeurig wordt het opruimend effect van steen in het steenzandskelet berekend? Hoe robuust is de methode rekening houdend met de "constantheid" van de bouwstofeigenschappen en de nauwkeurigheid van doseren? Dit is belangrijk bij hoge percentages hergebruik. Referentiedichtheid Zowel bij de plaatverdichting van het vooronderzoek als bij de praktijkverdichting (bandenwals) is de arbitrair gekozen referentiedichtheid (98% van D o + l/c) niet gehaald. Hieruit kan worden afgeleid dat deze referentiedichtheid te hoog is gekozen. Indien de verdichtingsgraad van het proefvakmengsel wordt berekend met de op 100% gestelde plaatverdichting van het vooronderzoek dan is de verdichtingsgraad 99,6%, wat inhoudt dat de laboratorium- en praktijkverdichting met elkaar overeenstemmen. Belangrijk is dat een goed ontworpen mengsel ook goed wordt verdicht. Indien volumetrisch ontworpen mengsels tot een te lage referentiedichtheid worden verdicht, neemt de vervormingsweerstand af. Samenstelling proefvakmengsel Doordat zowel het vulstof- als het bitumengehalte afwijken van het mengselontwerp, is het volume aan mortel niet in overeenstemming met het ontwerp, wat consequentie heeft voor de mate van vulling van het proefvakmengsel. Op uit het proefvakmengsel teruggewonnen zand is de holle ruimte Engelsmann bepaald. De m.b.v. deze gegevens berekende vullingsratio van het proefvakmengsel bedroeg -25%. Dit houdt in dat het proefvakmengsel nog meer ondervuld is dan het ontweipmengsel (vullingsratio -10%). Deze lagere vullingsratio heeft vooralsnog geen negatieve effecten voor het proefvakmengsel opgeleverd gezien de zeer goede vervormings- en goede vermoeiingsweerstand van het proefvakmengsel. Controle op de bitumenfilmdikte van het proefvakmengsel leerde dat dit overeen kwam met het ontwerp. Eigenschappen van het proefvakmengsel De vraag is of de zeer goede vervormings- en goede vermoeiingsweerstand van het mengsel zijn te verklaren uit het feit dat het mengsel volumetrisch is ontwoipen. Vast staat dat met deze toegepaste volumetrische mengselontwerpmethode, in tegenstelling tot het Marshal Ivooronderzoek [12], met zekerheid ondervulde mengsels worden ontworpen. Ook het eisen van een minimale bitumenfilmdikte geeft enige zekerheid over de duurzaamheid. Of de goede mechanische eigenschappen alleen hieraan zijn toe te schrijven is de vraag. Andere invloedsfactoren zijn: - aanwezigheid van polymeer in PMB zoabgranulaat - hergebruik van oud asfalt (reeds lang omhuld met bitumen)

13 - het proefvakmengsel bevat een gedeelte brekerzand uit PMB zoabgranulaat - de lage penetratie van het bitumen van het proefvakmengsel - de vulstof bestaat gedeeltelijk uit middelsoort vulstof met hydroxide Mogelijk speelt een combinatie van deze factoren een rol. 10. Conclusies en aanbevelingen De toegepaste volumetrisch mengselontwerpmethode biedt perspectieven om duurzame stabmengsels te ontwerpen met zowel goede vervormings- als goede vermoeiingseigenschappen. De methode zal verder ontwikkeld moeten worden en er zal ervaring mee moeten worden. opgedaan. Het mechanisch onderzoek kan bij zowel het vooronderzoek als de eindcontrole beperkter worden uitgevoerd. 2. Het bepalen van de verdichtbaarheid m.b.v. gyratoronderzoek is een goed hulpmiddel gebleken om de verdichtbaarheid vast te stellen. 3. De gekozen referentiedichtheid (o.b.v. gyrator) bleek te hoog te zijn voor zowel laboratorium- als praktijkverdichting. Er zal onderzoek moeten worden gedaan naar een betere verdichtingsmethode dan de Marshallverdichting om de referentiedichtheid vast te stellen. 11. Stellingen 1. Oude waarheden worden weer actueel! Met volumetrie is het mengselontwerp begonnen. 2. Voorkomen is beter dan genezen! Voorkom mislukkingen in het Marshall-vooronderzoek door de mengsels volumetrisch te controleren op de mate van vulling. 3. Goed ontworpen mengsels, met een te lage referentiedichtheid. acteren slecht. Referenties [I] CROW publicatie 104. Gemodificeerd bitumen. [2] H.A.Verburg en J.L.M.Voskuilen, Hergebruik van hoge percentages PMB-zoabgranulaat mogelijk of onmogelijk, de technische, arbo- en milieuhygiënische aspecten nader belicht, DWW-rapport W-DWW [3] P.Verbert, Invloed van de vullingsgraad op de weerstand tegen het vervormen van asfaltmengsels (zandskeletmengsels), Bitumeninfo 37/1979. [4] CROW Standaard RAW Bepalingen [5] F.van Gogh et al, Covernota van het project vermoeiingseigenschappen steenslagasfaltbeton (F/CURV/STAB), DWW-rapport IR-R [6] J.J.Lugtigheid, Beschrijving van het programma BITFILM, DWW-notitie IB-N [7] S.G.van der Kreeft en G.E.Westera, Over Verdichten, rapporten IV en V, Laboratorium "Twello". [8] G.E.Westera, Hergebruik polymeergemodificeerd zoabasfaltgranulaat in steenslagasfaltbeton, DWW-rapport IR-R [9] RJ.van Gent, Aanleg proefvak met 40% PMB zoabgranulaat in stab op 9 juni 1997 op de A 50 nabij Terlet, DWW-notitie IR-N [10] G.E.Westera, Verdichtbaarheid van steenslagasfaltbeton met 40% zoabgranulaat, KOAC-rapportnr [II] G.E.Westera, Mechanisch onderzoek van steenslagasfaltbeton met 40% zoab-asfaltgranulaat, KOAC-rapportnr [12] J.L.M.Voskuilen, Oorzaken van spoorvorming in de directie Oost-Nederland, DWW-rapport W-DWW [13] Suppletiebestand RWS, versie november 1992.

14 12 Bijlage Bespreking F-cwven De getrokken lijnen in figuur 4 hebben betrekking op de (gemiddelde) vermoeiingsresultaten van 5 stabmengsels uit [5]. De getrokken lijnen voor de toelaatbare rek voor I0 4. IO\ I0' 1. I0 7 en I0 8 lastherhalingen zijn afhankelijk van de stijfheid. Vergelijking van de data geeft aan dat bij 10 4, 10' 1 en 10 6 lastherhalingen stab met 40% PMB zoabgranulaat (eps) een grotere toelaatbare rek heeft bij een bepaalde stijfheid dan het conventionele stab. Behalve dat dit mengsel nagenoeg geen vervorming liet zien in de wielspoorproef, blijkt dat het proefvakmengsel vergelijkbare of zelfs betere vermoeiingseigenschappen bezit dan het conventionele stabinengsel. vermoailng sealoflex i j 1 1 j i : 100' toolaach ixo cok {urn/ml i _ 1 -i s 1 i * i i 1 i 1 i *. ~«-i t i -( H-- l *"i s=j '-S3 ^-( iimnjür-;;;;'; 1 i i i 1 T 1 1 ; i ; i "*~ eps 5 eps6 A aps7 ep38 Figuur 4. F-curves stab met 40% PMB zoabgranulaat in vergelijking met de gemiddelde F-curves van goedgekeurde conventionele stabmengsels uit [5].

Volumetrie = levensduur: IVO-SMA en de Standaard 2015

Volumetrie = levensduur: IVO-SMA en de Standaard 2015 Volumetrie = levensduur: IVO-SMA en de Standaard 2015 Ing. Jan Willem Venendaal BAM Wegen bv Rémy van den Beemt BAM Wegen bv Samenvatting Steenmastiekasfalt ontleent zijn duurzaamheid aan het hoge mastiekgehalte

Nadere informatie

Spoorvormingsgevoeligheid LinTrack - SMA verklaard

Spoorvormingsgevoeligheid LinTrack - SMA verklaard Spoorvormingsgevoeligheid LinTrack - SMA verklaard M. Surie Hogeschool van Rotterdam A. E. van Dommelen Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde J.L.M. Voskuilen Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde

Nadere informatie

DRAFT-1. Rekentechnische vergelijking WAB- GAB ontwerpgrafiek voor Projectbureau Zeeweringen

DRAFT-1. Rekentechnische vergelijking WAB- GAB ontwerpgrafiek voor Projectbureau Zeeweringen DRAFT-1 Rekentechnische vergelijking WAB- GAB ontwerpgrafiek voor Projectbureau Zeeweringen Opdrachtgever Project bureau Zeeweringen Contactpersoon Y.M. Provoost Rapport TU Delft Faculteit Civiele Techniek

Nadere informatie

ZIN EN ONZIN HERGEBRUIK POLYMEERGEMODIFICEERD ASFALT

ZIN EN ONZIN HERGEBRUIK POLYMEERGEMODIFICEERD ASFALT Postbus 1 Tel 0229 547700 1633 ZG Avenhorn Fax 0229 547701 www.ooms.nl/rd Research & Development publicatie ir. C.P. Plug dr.ir. A.H. de Bondt ZIN EN ONZIN HERGEBRUIK POLYMEERGEMODIFICEERD ASFALT CROW

Nadere informatie

Mengsel ontwerp SMA. Eindverslag CROW-werkgroep IVO-SMA. M.F.C. van de Ven TU Delft. A.J. van Leest CROW Kennisplatform voor infrastructuur

Mengsel ontwerp SMA. Eindverslag CROW-werkgroep IVO-SMA. M.F.C. van de Ven TU Delft. A.J. van Leest CROW Kennisplatform voor infrastructuur Mengsel ontwerp SMA Eindverslag CROW-werkgroep IVO-SMA M.F.C. van de Ven TU Delft A.J. van Leest CROW Kennisplatform voor infrastructuur Samenvatting De werkgroep Mengselontwerp steenmastiekasfalt heeft,

Nadere informatie

FUNCTIONEEL VERIFIËREN

FUNCTIONEEL VERIFIËREN 21 september 2017 1 6 Functioneel Verifiëren houdt in dat op basis van functionele proeven op het asfalt na verwerking wordt beoordeeld of het geleverde product, binnen nader te stellen toleranties, voldoet

Nadere informatie

Fundamentele testen op asfalt Dr. A. Vanelstraete

Fundamentele testen op asfalt Dr. A. Vanelstraete Fundamentele testen op asfalt Dr. A. Vanelstraete Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw Recente evolutie in de standaardbestekken Asfaltbeton volgens de fundamentele methode: Minder eisen op de materialen,

Nadere informatie

Invloed van het type vulstof op de eigenschappen van asfaltmengsels

Invloed van het type vulstof op de eigenschappen van asfaltmengsels Invloed van het type vulstof op de eigenschappen van asfaltmengsels Salil Mohan KWS Infra bv Alex v.d. Wall KWS Infra bv Samenvatting Al lange tijd wordt er in de praktijk gestreefd naar het toepassen

Nadere informatie

Meer informatie over asfalt, voor- en nadelen kan u raadplegen op onze partnersite:

Meer informatie over asfalt, voor- en nadelen kan u raadplegen op onze partnersite: Wegen, opritten, parkings in asfalt Op volgende pagina een korte samenvatting vanwege het Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw aangaande de soorten asfalt, de samenstelling van asfaltverhardingen, de verwerking

Nadere informatie

Definitief Stappenplan voor het Volumetrisch Ontwerpen van Steenmastiekasfalt (SMA)

Definitief Stappenplan voor het Volumetrisch Ontwerpen van Steenmastiekasfalt (SMA) Definitief Stappenplan voor het Volumetrisch Ontwerpen van Steenmastiekasfalt (SMA) A.S. Wierda Rijkswaterstaat Noord-Nederland VIV Materiaaltechnologie te Leeuwarden W.J. Wit Asfalt Kennis Centrum te

Nadere informatie

Normblad: 1 / 5 mei 2016

Normblad: 1 / 5 mei 2016 Normblad: 1 / Deze norm is aangenomen door de Nationale Norm Commissie 3307 Sportvloeren. Deze norm is opgesteld door werkgroep 4 mineralen en werkgroep kunststof ressorterend onder deze commissie. Deel

Nadere informatie

Meetrapport Vooronderzoek Gyrator deel 1. Rapportnummer IL-R-01.23

Meetrapport Vooronderzoek Gyrator deel 1. Rapportnummer IL-R-01.23 - 'Dl :q7c?s / t Meetrapport Vooronderzoek Gyrator deel 1 Rapportnummer IL-R-01.23 " 7 -. :i - - Di rectoraat-generaal Rijkswaterstaat q Meetrapport Vooronderzoek Gyrator deel 1 Rapportnummer IL-R-01.23

Nadere informatie

Niet gescheiden hergebruik gemodificeerd asfalt - invloed op reologische eigenschappen van het bitumen -

Niet gescheiden hergebruik gemodificeerd asfalt - invloed op reologische eigenschappen van het bitumen - Niet gescheiden hergebruik gemodificeerd asfalt - invloed op reologische eigenschappen van het bitumen - Kortschrift opgesteld voor: Wegbouwkundige W erkdagen 2002 Te Doorwerth, Nederland 12 en 13 juni

Nadere informatie

Onderzoek naar vloeistofdichte asfaltconstructies - ervaringen met een praktijkgeval -

Onderzoek naar vloeistofdichte asfaltconstructies - ervaringen met een praktijkgeval - Onderzoek naar vloeistofdichte asfaltconstructies - ervaringen met een praktijkgeval - Kortschrift opgesteld voor: Wegbouwkundige Werkdagen 2002 Te Doorwerth, Nederland 12 en 13 juni 2002 Onderzoek naar

Nadere informatie

Laboratoriumbeproevingen asfalt

Laboratoriumbeproevingen asfalt Laboratoriumbeproevingen asfalt Bouwstofanalyse / gradering Asfalt bestaat uit verschillende componenten, zoals vulstof, zand, steenslag en bitumen. Voordat asfalt geproduceerd kan worden, moeten de verschillende

Nadere informatie

De aanleg van EME binnen Europa, vereist een gepaste klimaat aanpak

De aanleg van EME binnen Europa, vereist een gepaste klimaat aanpak De aanleg van EME binnen Europa, vereist een gepaste klimaat aanpak Tine Tanghe Hilde Soenen Nynas Belgium AB, Product Technology Belgium Samenvatting In de loop der jaren heeft de ontwikkeling van het

Nadere informatie

Volumetrisch ontwerp en bedrijfscontrole van steenskeletmengsels: een weg naar meer grip op kwaliteit!

Volumetrisch ontwerp en bedrijfscontrole van steenskeletmengsels: een weg naar meer grip op kwaliteit! Volumetrisch ontwerp en bedrijfscontrole van steenskeletmengsels: een weg naar meer grip op kwaliteit! Jan Voskuilen Rijkswaterstaat Mahesh Moenielal DIBEC Remy van den Beemt BAM Infra Marc Eijbersen CROW

Nadere informatie

De Europese asfaltproeven en mengselomschrijvingen

De Europese asfaltproeven en mengselomschrijvingen De Europese asfaltproeven en mengselomschrijvingen M.M.J. Jacobs CROW W.F. Stas Grontmij R. Hofman RWS/DWW namens de CROW-werkgroep Consequenties Implementatie Europese Normen voor Asfalt (CIENA) Samenvatting

Nadere informatie

De invloed van boor- en zaagwerkzaamheden op de korrelverdeling van gap-graded mengsels

De invloed van boor- en zaagwerkzaamheden op de korrelverdeling van gap-graded mengsels De invloed van boor- en zaagwerkzaamheden op de korrelverdeling van gap-graded mengsels Bert Gaarkeuken DIBEC Materiaalkunde Jan van de Water DIBEC Materiaalkunde Samenvatting Gap-graded mengsels worden

Nadere informatie

Gekleurde asfaltmengsels: kleur en invloed van de specifieke bestanddelen

Gekleurde asfaltmengsels: kleur en invloed van de specifieke bestanddelen Gekleurde asfaltmengsels: kleur en invloed van de specifieke bestanddelen Benelux Bitumen Day - March 25 th, 2014 Dr. Nathalie Piérard Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw Context In stedelijke gebieden

Nadere informatie

Efficiënt functioneel asfaltonderzoek de rol van het bitumen

Efficiënt functioneel asfaltonderzoek de rol van het bitumen Efficiënt functioneel asfaltonderzoek de rol van het bitumen ir. R.C. van Rooijen Ooms Nederland Holding bv dr. ir. A.H. de Bondt Ooms Nederland Holding bv Samenvatting De functionele asfaltproeven die

Nadere informatie

Functioneel verifiëren asfaltverhardingen

Functioneel verifiëren asfaltverhardingen Functioneel verifiëren asfaltverhardingen Berwich Sluer Boskalis Nederland BV Jan Stigter, Boskalis Nederland BV Samenvatting Nederland heeft bij de invoering van CE-markering voor asfalt gekozen voor

Nadere informatie

RAW1040 Bladnr. 1 van 5 Afdrukdatum:

RAW1040 Bladnr. 1 van 5 Afdrukdatum: RAW1040 Bladnr. 1 van 5 CATALOGUS HOOFD- DEFICODE CODE 1 : 2 : 3 : 4 : 5 : 6 101010 312111 Aanbrengen van een deklaag van asfaltbeton. ton V Totaal 9 Asfalt AC 6 surf wit met Reflexing White. 9.... Mengseleigenschappen:

Nadere informatie

Consequenties van de functionele CE-markering voor het dimensioneren van asfaltverhardingen

Consequenties van de functionele CE-markering voor het dimensioneren van asfaltverhardingen Consequenties van de functionele CE-markering voor het dimensioneren van asfaltverhardingen ir. B.W. Sluer, dr.ir. M.M.J. Jacobs BAM Wegen B.V. Samenvatting Het ontwerpen van asfaltverhardingen is in Nederland

Nadere informatie

Monitoring A12: keuze van het bindmiddel

Monitoring A12: keuze van het bindmiddel Monitoring 12: keuze van het bindmiddel Tony e Jonghe enelux itume Samenvatting In 1999 werden er op de 12 bij unnik, verschillende proefstroken aangelegd in asfalt en beton. e keuze van de bitumineuze

Nadere informatie

Schuimbitumenstabilisatie. Frits Stas Technologendagen, Vught 10 maart 2016

Schuimbitumenstabilisatie. Frits Stas Technologendagen, Vught 10 maart 2016 Schuimbitumenstabilisatie Frits Stas Technologendagen, Vught 10 maart 2016 Schuimbitumen - sproeiers (nozzles), water + lucht (5 bar) samen met hete bitumen (180 C) - ontstaan dampexplosie schuimen bitumen

Nadere informatie

Asfalt voor zwaar belaste verhardingen. Eric Van den Kerkhof Johan Trigallez Colas Belgium

Asfalt voor zwaar belaste verhardingen. Eric Van den Kerkhof Johan Trigallez Colas Belgium Asfalt voor zwaar belaste verhardingen Eric Van den Kerkhof Johan Trigallez Colas Belgium Asfalt voor zwaar belaste verhardingen Inleiding Soorten spoorvorming in asfalt Oplossingen voor KWS-verhardingen

Nadere informatie

Classificatie van asfaltmengsels met behulp van de RSAT proef

Classificatie van asfaltmengsels met behulp van de RSAT proef Classificatie van asfaltmengsels met behulp van de RSAT proef J.M. Hartjes Breijn BV, Wegbouwkunde J.L.M. Voskuilen Rijkswaterstaat, Dienst Verkeer en Scheepvaart Samenvatting Sinds 1998 wordt de RSAT

Nadere informatie

Beïnvloedt het verouderingsproces de vermoeiing en het healing gedrag van bitumineuze asfaltmortels? Wim Van den bergh Artesis Hogeschool Antwerpen

Beïnvloedt het verouderingsproces de vermoeiing en het healing gedrag van bitumineuze asfaltmortels? Wim Van den bergh Artesis Hogeschool Antwerpen Beïnvloedt het verouderingsproces de vermoeiing en het healing gedrag van bitumineuze asfaltmortels? Wim Van den bergh Artesis Hogeschool Antwerpen displacement [rad] and torque [Nm] Ter inleiding Doctoraatsonderzoek:

Nadere informatie

TOELICHTING ASFALTMENGSELS VOLGENS STANDAARD 2005 WIJZIGING MEI 2008

TOELICHTING ASFALTMENGSELS VOLGENS STANDAARD 2005 WIJZIGING MEI 2008 TOELICHTING ASFALTMENGSELS VOLGENS STANDAARD 2005 WIJZIGING MEI 200 Als gevolg van een wettelijke maatregel is de Europese Construction Products Directive CPD (Richtlijn Bouwproducten) van kracht in Nederland.

Nadere informatie

De resultaten van Type Tests toegepast in contracten: een technisch correcte invulling met VEROAD-XL

De resultaten van Type Tests toegepast in contracten: een technisch correcte invulling met VEROAD-XL De resultaten van Type Tests toegepast in contracten: een technisch correcte invulling met VEROAD-XL Dr. P.C. Hopman, Dr. Ir. C.A.P.M van Gurp KOAC NPC Samenvatting Met de introductie van CE-markering,

Nadere informatie

CE-eigenschappen: weten en dan meten

CE-eigenschappen: weten en dan meten CE-eigenschappen: weten en dan meten Dr. P.C. Hopman KOAC NPC Samenvatting Om een CE-markering voor asfaltmengsels te verkrijgen is Type Testing nodig. Voor dichte mengsels behoort daartoe het meten van

Nadere informatie

Wehner/Schulze proef als methode voor de bepaling van de aanvangsremvertraging.

Wehner/Schulze proef als methode voor de bepaling van de aanvangsremvertraging. Wehner/Schulze proef als methode voor de bepaling van de aanvangsremvertraging. P.M. Kuijper, D. van Vliet, J.L.M. Voskuilen Rijkswaterstaat, Dienst Verkeer en Scheepvaart Samenvatting Door een aantal

Nadere informatie

Hergebruik van asfalt

Hergebruik van asfalt Hergebruik van asfalt Ervaringen Jan Voskuilen Senior adviseur verhardingen afd. GPO Inhoud Inleiding, begrippen en historie Hoeveel hergebruik mag? Uitgevoerde onderzoeken Mechanische karakterisering

Nadere informatie

Hergebruik Tweelaags ZOAB Oud ZOAB nieuw ZOAB Oud Polymeerbitumen nieuw PmB

Hergebruik Tweelaags ZOAB Oud ZOAB nieuw ZOAB Oud Polymeerbitumen nieuw PmB Hergebruik Tweelaags ZOAB Oud ZOAB nieuw ZOAB Oud Polymeerbitumen nieuw PmB Heijmans Infra Bochove Gerbert van 13-12-2018 Recycling trends Minder nieuwbouw -- meer onderhoud Hoogwaardige bouwstoffen in

Nadere informatie

HOOFDSTUK 4. MECHANISCHE EIGENSCHAPPEN van WEGENBOUWMATERIALEN

HOOFDSTUK 4. MECHANISCHE EIGENSCHAPPEN van WEGENBOUWMATERIALEN 123 HOOFDSTUK 4 MECHANISCHE EIGENSCHAPPEN van WEGENBOUWMATERIALEN 124 4.1 Inleiding: In de weg- en spoorwegbouw wordt een grote diversiteit aan materialen toegepast zoals: klei zand gebroken ongebonden

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave. Verantwoording. Voorwoord. Mechanica van de verharding. Mechanica van mengsels. Mengselontwerpmethoden

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave. Verantwoording. Voorwoord. Mechanica van de verharding. Mechanica van mengsels. Mengselontwerpmethoden Inhoudsopgave Inhoudsopgave Verantwoording Voorwoord Module 1: De piramiden Module 2: Mengselopbouw Module 3: Mechanica van de verharding Module 4: Mechanica van mengsels Module 5: Mengselontwerpmethoden

Nadere informatie

Leidraad voor de beoordeling van de waterdichtheid van asfaltverhardingen op kunstwerken (beton en staal)

Leidraad voor de beoordeling van de waterdichtheid van asfaltverhardingen op kunstwerken (beton en staal) IR-N-05.023 Leidraad voor de beoordeling van de waterdichtheid van asfaltverhardingen op kunstwerken (beton en staal) 1 Onderwerp en toepassingsgebied Deze leidraad is bedoeld voor opdrachtgevers en opdrachtnemers

Nadere informatie

Asfalt en bitumendag. Bitumeneigenschappen Healing en hergebruik. Ing. Wim Van den bergh

Asfalt en bitumendag. Bitumeneigenschappen Healing en hergebruik. Ing. Wim Van den bergh Asfalt en bitumendag Bitumeneigenschappen Healing en hergebruik Ing. Wim Van den bergh 20 november 2008 Het plakt en het is zwart Bindmiddel veroudert verlies aan vluchtige bestanddelen, oxidatie, polymerisatie

Nadere informatie

LEAB Laag energie asfaltbeton voor CO 2 - en energiereductie

LEAB Laag energie asfaltbeton voor CO 2 - en energiereductie LEAB Laag energie asfaltbeton voor CO 2 - en energiereductie 1 Product 2 Specificaties 3 Bestek 4 Referenties Contact Voor meer informatie: BAM Wegen bv afdeling Technologie & Ontwikkeling, Materieel en

Nadere informatie

Functioneel DSR onderzoek: van meso naar macro, vice versa?

Functioneel DSR onderzoek: van meso naar macro, vice versa? Functioneel DSR onderzoek: van meso naar macro, vice versa? Salil Mohan & Robbert Naus Dura Vermeer Infrastructuur Samenvatting Over de potentie van de Dynamic Shear Rheometer (DSR) in de wegenbouw bestaan

Nadere informatie

Aanvangstroefheid en andere aspecten van duurzamere ZOAB

Aanvangstroefheid en andere aspecten van duurzamere ZOAB Aanvangstroefheid en andere aspecten van duurzamere ZOAB M.S. Sule J.L.M. Voskuilen Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde Samenvatting In eerder onderzoek zijn ZOAB 0/16 proefvakken aangelegd

Nadere informatie

OPTIMALISERING VAN AGED-BITUMEN BOUND BASE: ITS-R en BBR

OPTIMALISERING VAN AGED-BITUMEN BOUND BASE: ITS-R en BBR -1- OPTIMALISERING VAN AGED-BITUMEN BOUND BASE: ITS-R en BBR Ing. WIM VAN DEN BERGH, Ing. NICK BROSENS, Ing. WARD KERSTENS Artesis Hogeschool Antwerpen, Opleiding IW:Bouwkunde Samenvatting Résumé Deze

Nadere informatie

Spoorvorming op het spoor?

Spoorvorming op het spoor? Spoorvorming op het spoor? Dr. Ir. S. Erkens RWS-DVS Dr.E.D. Schoen TNO Industrie en Techniek Universiteit van Antwerpen Dr. P.C. Hopman KOAC-NPC Samenvatting Om na te gaan of toepassing van de functionele

Nadere informatie

Aanzet tot functioneel specificeren van vulstof

Aanzet tot functioneel specificeren van vulstof Aanzet tot functioneel specificeren van vulstof Jan Voskuilen Rijkswaterstaat, GPO Salil Mohan KWS Infra bv. Samenvatting Er zijn in Nederland vele soorten vulstoffen op de markt, die geschikt zijn voor

Nadere informatie

Technische aspecten. Wat bekijken we deze avond? Gekleurde fietspaden. Bestanddelen. Mengsels. Eigenschappen performantie. Financieel.

Technische aspecten. Wat bekijken we deze avond? Gekleurde fietspaden. Bestanddelen. Mengsels. Eigenschappen performantie. Financieel. Gekleurde fietspaden Technische aspecten ir. Eric Van den Kerkhof Technisch Directeur Colas Belgium nv 1 Wat bekijken we deze avond? Bestanddelen Mengsels Eigenschappen performantie Financieel Conclusies

Nadere informatie

Bitumen De basis van asfalt. Tony De Jonghe Eurobitume

Bitumen De basis van asfalt. Tony De Jonghe Eurobitume Bitumen De basis van asfalt Tony De Jonghe Eurobitume Doel van de weg Belastingen spreiden Veilig en comfortabel Kwaliteit Duurzaam KWALITEIT ONTWERP KWALITEIT MATERIALEN KWALITEIT UITVOERING CONTROLE

Nadere informatie

Afval in asfalt; technologische uitdaging. Op weg naar Circulair Asfalt. KIWA-KOAC Technologendagen Duurzaam Gebied.

Afval in asfalt; technologische uitdaging. Op weg naar Circulair Asfalt. KIWA-KOAC Technologendagen Duurzaam Gebied. Energie Klimaat Duurzaam Gebied Circulaire Economie Afval in asfalt; technologische uitdaging Op weg naar Circulair Asfalt KIWA-KOAC Van Rijksbreed programma Circulaire Economie naar Transitieagenda Circulaire

Nadere informatie

NIEUWE MENGSELONTWERPEN VOOR DUNNE PROFILEERLAGEN ONDER SCHEURREMMENDE TUSSENLAAGSYSTEMEN

NIEUWE MENGSELONTWERPEN VOOR DUNNE PROFILEERLAGEN ONDER SCHEURREMMENDE TUSSENLAAGSYSTEMEN 1 NIEUWE MENGSELONTWERPEN VOOR DUNNE PROFILEERLAGEN ONDER SCHEURREMMENDE TUSSENLAAGSYSTEMEN Dr. ir. Joëlle DE VISSCHER, Dr. Ann VANELSTRAETE Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw Deze bijdrage handelt over

Nadere informatie

Europese regelgeving asfalt Op weg naar 2007/8. Leverancier grondstoffen (bitumen, aggregaten met CE-markering)

Europese regelgeving asfalt Op weg naar 2007/8. Leverancier grondstoffen (bitumen, aggregaten met CE-markering) CE markering Europese regelgeving asfalt Op weg naar 2007/8 Opdrachtgever; vraagspecificatie Aannemer; - accepteert vraagspecificatie - vertaalt naar productspecificatie Asfaltproducent Leverancier grondstoffen

Nadere informatie

Overloopdijk Ellewoutsdijk

Overloopdijk Ellewoutsdijk 7-06-133-8 Besteksbepalingen Open Steenasfalt Overloopdijk Ellewoutsdijk Juli 2006 ir. M.F.e. van de Ven 11111l1li111111111111111111111111111111111111111111111111111!, 010848 2006 PZDT-R-06328 best -/OudfBesteksbepalingen

Nadere informatie

Bepaling van de indringingsdiepte van een rafelingscorrigerende maatregel voor ZOAB

Bepaling van de indringingsdiepte van een rafelingscorrigerende maatregel voor ZOAB Bepaling van de indringingsdiepte van een rafelingscorrigerende maatregel voor ZOAB M.F.C. van de Ven TU Delft Weg- en Railbouwkunde W. Verwaal TU Delft Ingenieurs Geologie A. Kneepkens Janssen de Jong

Nadere informatie

Gerelateerde of voorspellende bitumen eigenschappen: voortschrijdend inzicht. Jeroen Besamusca

Gerelateerde of voorspellende bitumen eigenschappen: voortschrijdend inzicht. Jeroen Besamusca Gerelateerde of voorspellende bitumen eigenschappen: voortschrijdend inzicht. Jeroen Besamusca Bindmiddelen: Voorspellend vermogen of gerelateerd aan asfalt eigenschappen? Bindmiddel Toevoeging aan asfalt

Nadere informatie

-markering asfalt en Europese asfaltnormen

-markering asfalt en Europese asfaltnormen Asfaltontwikkelingen, Infratech -markering asfalt en Europese asfaltnormen Wim Rollfs of Roelofs, Wegbouwkundig adviseur, Materiaaldienst (DIVV), gemeente Amsterdam Asfaltontwikkelingen 1 -markering asfalt

Nadere informatie

Nieuwe asfaltnormen en CE markering ir. Jan van der Zwan

Nieuwe asfaltnormen en CE markering ir. Jan van der Zwan Nieuwe asfaltnormen en CE ir. Jan van der Zwan Inhoud Achtergronden CE Rol van CE in publiekrechtelijke en privaatrechtelijke regelgeving Rol van CE en kwaliteitsborging in contracten Het lastige spel.

Nadere informatie

Afpelonderzoek bepaling homogeniteit bindmiddel ITC validatietraject Greenway LE

Afpelonderzoek bepaling homogeniteit bindmiddel ITC validatietraject Greenway LE Afpelonderzoek bepaling homogeniteit bindmiddel ITC validatietraject Greenway LE Gerbert van Bochove Heijmans Integrale Projecten Michiel-Martijn Willemsen Heijmans Integrale Projecten Dave van Vliet TNO-Delft

Nadere informatie

De Combinatiedeklaag verder verbeterd - Hoogwaardige toepassingen Combinatiedeklaag

De Combinatiedeklaag verder verbeterd - Hoogwaardige toepassingen Combinatiedeklaag De Combinatiedeklaag verder verbeterd - Hoogwaardige toepassingen Combinatiedeklaag Ir. C.P. Plug Ooms Nederland Holding bv Dr.ir. A.H. de Bondt Ooms Nederland Holding bv Ing. B.J. van der Woerd Multicell/Cobeton

Nadere informatie

Deelhoofdstuk 31.2 Asfaltverhardingen

Deelhoofdstuk 31.2 Asfaltverhardingen Deelhoofdstuk 31.2 Asfaltverhardingen Actualisering juli 2010 Vastgestelde tekst uitgave 11 november 2010 CROW is het nationale kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte.

Nadere informatie

LEAB, duurzaam asfalt produceren bij lagere temperaturen Maarten Jacobs en Rémy van den Beemt, BAM Wegen bv

LEAB, duurzaam asfalt produceren bij lagere temperaturen Maarten Jacobs en Rémy van den Beemt, BAM Wegen bv LEAB, duurzaam asfalt produceren bij lagere temperaturen Maarten Jacobs en Rémy van den Beemt, BAM Wegen bv Introductie Klimaat en duurzaamheid staan hoog op de agenda van de overheden. Hoewel asfalt een

Nadere informatie

ASFALT MET VERHOOGDE STIJFHEID (AVS) OP DE PROEFBANK IN BELGIË

ASFALT MET VERHOOGDE STIJFHEID (AVS) OP DE PROEFBANK IN BELGIË 1/8 ASFALT MET VERHOOGDE STIJFHEID (AVS) OP DE PROEFBANK IN BELGIË ir. CLAUDE DE BACKER, dr. ir. JOËLLE DE VISSCHER, LIEVE GLORIE, dr. ANN VANELSTRAETE, dr. STEFAN VANSTEENKISTE, dr.ir. JOHAN MAECK, dr.

Nadere informatie

30% CO 2 & energiereductie

30% CO 2 & energiereductie Het innovatieve asfaltmengsel voor een schoon milieu 30% CO 2 & energiereductie Laag Energie AsfaltBeton De groene kant van asfalt Duurzaam asfalt dat net zo lang meegaat en even ongevoelig is voor wegschade

Nadere informatie

Stil Stiller? : Ruim 10 jaar stille wegdekken provincie Gelderland. Harco Kersten Provincie Gelderland; Afdeling Uitvoering werken

Stil Stiller? : Ruim 10 jaar stille wegdekken provincie Gelderland. Harco Kersten Provincie Gelderland; Afdeling Uitvoering werken Stil Stiller? : Ruim 10 jaar stille wegdekken provincie Gelderland Harco Kersten Provincie Gelderland; Afdeling Uitvoering werken Inhoud presentatie: - Gelderland in vogelvlucht - Eerste stille wegdekken

Nadere informatie

De invloed van PMB gedrag op functionele eigenschappen: van bitumeneigenschappen naar verhardingsontwerp

De invloed van PMB gedrag op functionele eigenschappen: van bitumeneigenschappen naar verhardingsontwerp De invloed van PMB gedrag op functionele eigenschappen: van bitumeneigenschappen naar verhardingsontwerp Jian Qiu Jan Willem Venendaal Maarten Jacobs Marco Oosterveld Remy van den Beemt Mark Frunt BAM

Nadere informatie

. - ^ \. " * ; - " ^T;.; O* a*.-:*«v. echnische. aterkeringen w\ ^ V*i

. - ^ \.  * ; -  ^T;.; O* a*.-:*«v. echnische. aterkeringen w\ ^ V*i . - ^ \. " * ; - " ^T;.;.., ***" O* a*.-:*«v echnische aterkeringen w\ ^ V*i P 87.01 WATERBOUWASF:U.TBETON Ontwerp en eigenschappen (laboratorium- en praktijkresultaten tot en met 1986) Werkgroep 4 "Dijkbekledingen"

Nadere informatie

Re-activeren van sterk verouderd bitumen (black rock)

Re-activeren van sterk verouderd bitumen (black rock) Re-activeren van sterk verouderd bitumen (black rock) Derk Goos - ADVIgoos (derk@advigoos.nl) Paul Landa - Asfalt Kennis Centrum (AKC) (landa@asfaltkenniscentrum.nl) Hans Moolenaar - Cargill (hans_moolenaar@cargill.com)

Nadere informatie

Voorwoord en ontwikkeling BCTR. Aaldert de Vrieze / Harko Groot InVra plus

Voorwoord en ontwikkeling BCTR. Aaldert de Vrieze / Harko Groot InVra plus Voorwoord en ontwikkeling BCTR Aaldert de Vrieze / Harko Groot InVra plus Uitdagingen Op laboratoriumschaal schuimbitumen mengsels maken. Niet alleen een basis gestabiliseerde fundering laag maar een vervanger

Nadere informatie

Provincie Overijssel. Duurzaamheid en innovatie in wegaanleg en wegonderhoud. Rien Huurman

Provincie Overijssel. Duurzaamheid en innovatie in wegaanleg en wegonderhoud. Rien Huurman Provincie Overijssel Duurzaamheid en innovatie in wegaanleg en wegonderhoud Rien Huurman Low Emmission 2 Asphalt Pavement LE 2 AP Achtergrond - Reconstructie markt - Footprint - Grondstoffen - Geluid -

Nadere informatie

AVS met Nypave FX 15. Tine Tanghe, Nynas NV NCCA

AVS met Nypave FX 15. Tine Tanghe, Nynas NV NCCA AVS met Nypave FX 15 Tine Tanghe, Nynas NV NCCA AVS in BELGIE Geschiedenis 2003 2004 2005 2006 2008 2010 2010 Start IWT project OCW MOW SPW Labo studies Uitvoering proefvakken E19 Kontich AVS werven in

Nadere informatie

fundament onder mobiliteit

fundament onder mobiliteit é ^KOAC ^^^ fundament onder mobiliteit ^ KOAC N KOAC- Winthontlaan 28 Postbus 2756 3500 GT Utrecht Tel. +31 30 287 69 50 Fax +31 30 288 78 44 utrecht@koac-npc.nl www.koac-npc.ri e048338-2 Model karakterisering

Nadere informatie

VERMOEIING EN VEROUDERING VAN WATERBOUWASFALTBETON

VERMOEIING EN VEROUDERING VAN WATERBOUWASFALTBETON ml iviittf- Rijkswaterstaat Dienst Weg- en Waterbouwkunde Delft archief Asfalt in de Waterbouw VERMOEIING EN VEROUDERING VAN WATERBOUWASFALTBETON Ing. C.C. Montauban Rijkswaterstaat Dienst Weg- en Waterbouwkunde

Nadere informatie

Ter visie. Nationaal Toepassingsdocument (NTD) NEN-EN Bitumineuze mengsels Materiaalspecificaties Deel 1: Asfaltbeton

Ter visie. Nationaal Toepassingsdocument (NTD) NEN-EN Bitumineuze mengsels Materiaalspecificaties Deel 1: Asfaltbeton Nationaal Toepassingsdocument (NTD) NEN-EN 13108-1 Bitumineuze mengsels Materiaalspecificaties Deel 1: Asfaltbeton Ter visie Ter visie tot 15 december 2006 CROW Galvanistraat 1, 6716 AE Ede Postbus 37,

Nadere informatie

Vereenvoudigde procedure voor het vaststellen van 85% betrouwbare karakteristieke stijfheidsrelaties voor gebruik in de standaard ontwerpprogramma's

Vereenvoudigde procedure voor het vaststellen van 85% betrouwbare karakteristieke stijfheidsrelaties voor gebruik in de standaard ontwerpprogramma's Vereenvoudigde procedure voor het vaststellen van 85% betrouwbare karakteristieke stijfheidsrelaties voor gebruik in de standaard ontwerpprogramma's Jan Telman (TNO), Arthur van Dommelen (DVS), versie

Nadere informatie

Ontwikkeling nieuwe minerale olie standaard RIVM-NMi-001

Ontwikkeling nieuwe minerale olie standaard RIVM-NMi-001 Ontwikkeling nieuwe minerale olie standaard RIVM-NMi-001 Michel van Son NMi Van Swinden Laboratorium B.V. Afdeling MDKV+CH Datum: 22 juni 2007 Rapportcode: S-CH.07.11 De werkzaamheden die worden beschreven

Nadere informatie

Aged-Bitumen Bound Base Concept: Evaluatie proefvakken

Aged-Bitumen Bound Base Concept: Evaluatie proefvakken Aged-Bitumen Bound Base Concept: Evaluatie proefvakken P. De Proost, W. Van den Bergh Hogeschool Antwerpen Samenvatting ab³ staat voor Aged Bitumen Bound Base. Het betreft een bitumineus materiaal opgebouwd

Nadere informatie

Versie Definitief 1 Datum Senior adviseur wegbouwkunde Ir. J.S.I. van der Wal Senior projectleider ir. A.H.

Versie Definitief 1 Datum Senior adviseur wegbouwkunde Ir. J.S.I. van der Wal Senior projectleider ir. A.H. Vestiging Scharwoude Postbus 58 1634 EA SCHARWOUDE Tel. 0229-547850 Fax 0229-547851 www.unihorn.nl Beoordeling proefstukken gekleurd asfalt Opdrachtgever Document: 2115153-01-ABO-RAP Ventraco Chemie Asterweg

Nadere informatie

Standaard RAW Bepalingen Errata (Gepubliceerd 01 maart 2016)

Standaard RAW Bepalingen Errata (Gepubliceerd 01 maart 2016) Standaard RAW Bepalingen 2015 (Gepubliceerd 01 maart 2016) Woord vooraf In dit is een aantal correcties op de Standaard 2015 opgenomen. Deze correcties hebben betrekking op fouten die ondanks de zorg die

Nadere informatie

Research & Development publicatie. Sandra Erkens Rijkswaterstaat en Technische Universiteit Delft. Jan Stigter Boskalis. Berwich Sluer Boskalis

Research & Development publicatie. Sandra Erkens Rijkswaterstaat en Technische Universiteit Delft. Jan Stigter Boskalis. Berwich Sluer Boskalis Postbus 1 Tel 0229 547700 1633 ZG Avenhorn Fax 0229 547701 www.ooms.nl/rd Research & Development publicatie Sandra Erkens Rijkswaterstaat en Technische Universiteit Delft Jan Stigter Boskalis Berwich Sluer

Nadere informatie

Inhoud Introductie EOS Edelsplit eigenschappen Historie EOS Edelsplit Onderzoek Huidige Toepassingen Voordelen Provincie Overijssel Dia 2

Inhoud Introductie EOS Edelsplit eigenschappen Historie EOS Edelsplit Onderzoek Huidige Toepassingen Voordelen Provincie Overijssel Dia 2 Electro Ovenslakken (EOS) Ervaringen en toepassingen in Nederland Jos Put Inhoud Introductie EOS Edelsplit eigenschappen Historie EOS Edelsplit Onderzoek Huidige Toepassingen Voordelen Dia 2 JP Infra Advies

Nadere informatie

TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN

TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN PTV 832 TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN COPROO GIETIJZEREN DEKSELS: OPLEGGINGEN VAN ELASTOMEER - GEVULKANISEERDE RUBBERR Versie 1.0 van 2013-05-13 Goedgekeurd door de Adviesraad rubber op 24-05-2013 Bekrachtigd

Nadere informatie

Laboratoriumbeproevingen bitumen

Laboratoriumbeproevingen bitumen Laboratoriumbeproevingen bitumen Chemische analyse Dunne laag chromatografie De exacte chemische samenstelling van een bitumen is moeilijk te bepalen. De chemische samenstelling van een bitumen wordt in

Nadere informatie

Zeon PDF Driver Trial

Zeon PDF Driver Trial Eindrapportage inleidend landelijk vergelijkend onderzoek van de triaxiaalproef DWW2172 Zeon PDF Driver Trial Afdeling Infrastructuur Laboratorium Materialen December 21 DirectoraatGeneraal Rijkswaterstaat

Nadere informatie

SMA-NL 8G+; Steenmastiekasfalt akoestisch geoptimaliseerd

SMA-NL 8G+; Steenmastiekasfalt akoestisch geoptimaliseerd SMA-NL 8G+; Steenmastiekasfalt akoestisch geoptimaliseerd H.T.M. (Harco) Kersten Provincie Gelderland E. (Berry) Bobbink Provincie Gelderland ir. H.F.(Fred) Reinink M+P Raadgevende ingenieurs b.v. Samenvatting

Nadere informatie

Laboratorium- en in-situ veroudering van polymeer gemodificeerd bitumen

Laboratorium- en in-situ veroudering van polymeer gemodificeerd bitumen Laboratorium- en in-situ veroudering van polymeer gemodificeerd bitumen F. Sanches Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde D. van Vliet Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde Samenvatting

Nadere informatie

Hoe asfaltgranulaat hoogwaardig toepassen in de toekomst?

Hoe asfaltgranulaat hoogwaardig toepassen in de toekomst? Hoe asfaltgranulaat hoogwaardig toepassen in de toekomst? Stefan Vansteenkiste Adjunct-afdelingshoofd, OCW Inleiding: Inhoud Asfaltgranulaat? Doelstellingen bij toepassing AG Stand van zaken hergebruik

Nadere informatie

Civieltechnische aspecten van duurzaamheid. Robbert Naus Dura Vermeer Infrastructuur BV. SilentRoads symposium 22 mei

Civieltechnische aspecten van duurzaamheid. Robbert Naus Dura Vermeer Infrastructuur BV. SilentRoads symposium 22 mei Civieltechnische aspecten van duurzaamheid Robbert Naus Dura Vermeer Infrastructuur BV SilentRoads symposium 22 mei 2007 1 Waar blijft het geluid nadat het geklonken heeft Bert Schierbeek SilentRoads symposium

Nadere informatie

STRADA: herontwerptool voor de toekomst!

STRADA: herontwerptool voor de toekomst! STRADA: herontwerptool voor de toekomst! Marc Eijbersen CROW Christ van Gurp KOAC NPC Michiel Pouwels CROW namens CROW-werkgroep STRADA Samenvatting De CROW-werkgroep STRADA (STRucturele Analyse Deflectiemetingen

Nadere informatie

De ontwikkeling van hoog PR asfaltmengsels met verjongingsmiddelen

De ontwikkeling van hoog PR asfaltmengsels met verjongingsmiddelen De ontwikkeling van hoog PR asfaltmengsels met verjongingsmiddelen Maarten M.J. Jacobs BAM Wegen, Afdeling TMA/A&O, Utrecht (m.jacobs@bamwegen.nl) David J.C. Broere Arizona Chemical, Almere (david.broere@azchem.com)..

Nadere informatie

B I D O C (bibliotheek en documentatie) Onderzoek van bitumen terugwinmethoden W-DWW (IL-R-98018)

B I D O C (bibliotheek en documentatie) Onderzoek van bitumen terugwinmethoden W-DWW (IL-R-98018) 6.2 Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Dienst Weg- en Waterbouwkunde Onderzoek van bitumen terugwinmethoden uit asfalt W-DWW-98-053 (IL-R-98018) B I D O C (bibliotheek

Nadere informatie

De ontwikkeling van hoog PR asfaltmengsels met verjongingsmiddelen

De ontwikkeling van hoog PR asfaltmengsels met verjongingsmiddelen De ontwikkeling van hoog PR asfaltmengsels met verjongingsmiddelen Maarten M.J. Jacobs BAM Wegen, Afdeling TMA/T&O, Utrecht (m.jacobs@bamwegen.nl) David J.C. Broere Arizona Chemical, Almere (david.broere@azchem.com)..

Nadere informatie

Innovatie in de wegenbouw werken aan marktwerking

Innovatie in de wegenbouw werken aan marktwerking Innovatie in de wegenbouw werken aan marktwerking J.M.M. Molenaar INTRON BV Samenvatting Volgens een studie uitgevoerd door EIM is de wegenbouwsector als het om innovatie gaat een zwak presterende sector.

Nadere informatie

COMPASS+, de volgende stap in het specificeren van asfaltmengsels

COMPASS+, de volgende stap in het specificeren van asfaltmengsels COMPASS+, de volgende stap in het specificeren van asfaltmengsels M.M.J. Jacobs CROW H.C. Bakker Adviesbureau Bakker A.S.M. Houtepen Gemeente Tilburg namens de CROW-werkgroep Functionele Eisen Asfaltverhardingen

Nadere informatie

Verdichten van asfaltproefstukken in Europa. Wat te doen met (ultra-)dunne deklagen?

Verdichten van asfaltproefstukken in Europa. Wat te doen met (ultra-)dunne deklagen? Verdichten van asfaltproefstukken in Europa. Wat te doen met (ultra-)dunne deklagen? M.F.C. van de Ven TU Delft H. ter Huerne TU Twente J.L.M. Voskuilen RWS DWW Samenvatting Binnen Europa bestaat een grote

Nadere informatie

Rafelingsproeven en textuurmetingen in het lab

Rafelingsproeven en textuurmetingen in het lab Rafelingsproeven en textuurmetingen in het lab Maarten M.J. Jacobs BAM Wegen, Utrecht (m.jacobs@bamwegen.nl) Daan. A.J. van Duin BAM Wegen, Utrecht (d.van.duin@bamwegen.nl) Samenvatting Tijdens de CROW-Infradagen

Nadere informatie

Rapportcode: 9.269-Drentea Datum: 20 juli 2009

Rapportcode: 9.269-Drentea Datum: 20 juli 2009 Titel: Toetsing van Drentea kantoortafel PRO-T aan de eisen t.a.v. afmetingen, veiligheid, Rapportcode: 9.269-Drentea Datum: 20 juli 2009 Rapportcode: 9.269-Drentea Datum: 20 juli 2009 Pagina: 2/9 SHR

Nadere informatie

Richtlijn omgaan met vrijkomend asfalt --Adviesbureau en laboratorium--

Richtlijn omgaan met vrijkomend asfalt --Adviesbureau en laboratorium-- Richtlijn omgaan met vrijkomend asfalt --Adviesbureau en laboratorium-- CROW-publicatie 210: 2014 Ir. Nico van den Berg Februari 2014 Wat betekent de nieuwe publicatie voor het adviesbureau en laboratorium?

Nadere informatie

~ ~~ i$:!j~ t!koacanpc. r,.,.,.""""' ~i--..

~ ~~ i$:!j~ t!koacanpc. r,.,.,.' ~i--.. Rijkswaterstaat Zeeland C064802 Projectbureau Zeeweringen t.a.v. de heer Y.M. Provoost Postbus 1000 4330 ZW MDDELBURG t!koacanpc KOAC NPC Winthontlaan 28 Postbus 2756 3500 GT Utrecht Tpl _'11 n ')R7 :Q

Nadere informatie

Solico. Brugdekpaneel 500x40. Solutions in composites. Mechanische eigenschappen. Versie : 2. Datum : 16 januari 2013

Solico. Brugdekpaneel 500x40. Solutions in composites. Mechanische eigenschappen. Versie : 2. Datum : 16 januari 2013 Solico B.V. Everdenberg 5A NL-4902 TT Oosterhout The Netherlands Tel.: +31-162-462280 - Fax: +31-162-462707 E-mail: composites@solico.nl Bankrelatie: Rabobank Oosterhout Rek.nr. 13.95.51.743 K.v.K. Breda

Nadere informatie

Vergelijking van 2 wrijvingsreductie systemen in de triaxiaalproef (NEN B) op een asfalt proefstuk inclusief rekstrooksignalen

Vergelijking van 2 wrijvingsreductie systemen in de triaxiaalproef (NEN B) op een asfalt proefstuk inclusief rekstrooksignalen Vergelijking van 2 wrijvingsreductie systemen in de triaxiaalproef (NEN 12697-25B) op een asfalt proefstuk inclusief rekstrooksignalen M.R. Poot Sectie Verkeersbouwkunde, TU Delft S.M.J.G. Erkens Sectie

Nadere informatie

Demonstratievak LEAB-PA+ Laag Energie Asfalt voor deklagen

Demonstratievak LEAB-PA+ Laag Energie Asfalt voor deklagen Demonstratievak LEAB-PA+ Laag Energie Asfalt voor deklagen M.L.M. Sprenger werkzaam bij BAM Wegen bv C.M.A. van den Beemt werkzaam bij BAM Wegen bv Samenvatting Na de succesvolle introductie van Laag Energie

Nadere informatie