Bennebroek - richtlijnen sportpark Rottegat

Transcriptie

1 Bennebroek - richtlijnen sportpark Rottegat -21- Landschappelijke inpassing Het is gewenst dat het sportpark als groene enclave blijft behouden. De randen dienen te zorgen voor een natuurlijke groene overgang naar de omgeving. Plaatselijk zichtlijnen naar de sportvelden zijn prettig voor de beleving vanaf het omringende wandelpad. Parkeren Kunstgrasvelden Het wijzigen van gewoon gras naar kunstgras is toegestaan mits ervoor wordt gezorgd dat de overgang naar de groene singels plaatsvind met een brede grasstrook. Als deze overgang te klein is toont dat landschappelijk minder goed. Ook voor de natuur is een overgangszone gunstig. Waterloop Vlaggenmasten In de entreezone ter hoogte van de bebouwing en bij de hoofdvelden zijn vlaggenmasten toegestaan. Zie algemene richtlijnen bladen Verlichting De lichtmasten zorgen voor geringe landschappelijk hinder. Uitbreiding van licht is landschappelijk gezien toegestaan mits alle verlichting wordt herzien, hierdoor kan de totale licht- en mastinvloed op de omgeving afnemen. Zie algemene richtlijnen bladen Overige Als oplossing van het parkeerprobleem leeft er vanuit de gemeente de wens om het verharde handbalveld in te richten als parkeerplaats. Dit is landschappelijk mogelijk als het handbalveld geheel omringd is met groen, zodat geen zicht is op de auto s. Het karakteristiek van het sportpark dat bestaat uit velden omringd met opgaande beplantingen met een groene uitstraling moet behouden blijven. voetpad rondom het sportveld Parkeren Beplantingsingels Zichtlijnen Ringvaart Haarlemmermeer

2 Sportvelden in Bloemendaal -22- Huidige situatie sportvelden Bloemendaal G T S G K S G G K K G Hockey HBS Voetbalvereniging BVC Bloemendaal Noordelijk deel: drie kunstgrasvelden, voetbalvelden gras vlaggenmasten hoge verlichting bij de kunstgrasvelden Zuidelijk deel: vier kunstgrasvelden, trainingsveld van gras, verhard handbalveld en 1 softbalveld hoge verlichting rondom hoofdveld, het trainingsveld en het handbalveld vlaggenmasten met reclame rondom hoofdveld K K Zuidoostelijk deel: cricketveld gras K K Hockeyclub Bloemendaal Gr Cricketclub Donkerelaan G Kunstgras Gras Gras - 3 velden Training gras Softbal

3 Sportvelden in Bloemendaal -23- De sportvelden in Bloemendaal - sportveld VIb: Hockeyclub Bloemendaal aan de Aelbertsbergweg - sportveld V: Cricketclub aan de Donkerelaan - sportveld VI: Voetbalvereniging BVC Bloemendaal en Petanqueclub d Orion aan de Bergweg - sportveld Via: Mixed hockeyclub HBS aan de Bergweg Het landschap rond 1900 Rond 1900 was de strandvlakte van Bloemendaal een doorlopende open zone vanaf PZ tot aan het hertenkamp. Het gebied was in gebruik als grasland en aan de randen waren verschillende bouwlandjes. Deze bouwlandjes waren omzoomd met hagen. Centraal in de strandvlakte lag het meertje van Caprera dat met een bosstrook was verbonden aan de duin-en bosgebieden aan de westzijde. De vlakte werd doorsneden met enkele paden die met bomen beplant waren. Oostelijk lag de Brederodelaan waarvandaan de openheid van de strandvlakte goed ervaarbaar was. De veranderingen De belangrijkste verandering is de wijziging in grondgebruik van grasland naar sportvelden. De paden die de vlakte doorsneden zijn nu nog aanwezig: de twee fietspaden en de Aelbertsbergweg. Villabebouwing heeft plaatsgevonden op voormalige akkertjes aan de Duinwijckweg en tegenover Zomerzorg. Rondom het meertje van Caprera is meer opgaand groen aangeplant. De bebouwing van de sportvelden heeft plaatsgevonden aan de westelijke randzone, ook op de plaats van voormalige akkertjes. De laatste jaren is het gras van sportvelden plaatselijk vervangen door kunstgras en er is sportveldverlichting aangebracht. Het huidige beeld in hoofdlijnen De strandvlakte bestaat uit een opeenvolging van verschillende ruimtes. De indeling in ruimtes is aangegeven in afbeelding op blad 24. Op dit moment is de strandvlakte van noord naar zuid ingedeeld in de volgende gebieden: noordelijk hockeyvelden, met bomen begeleid fietspad, voetbalvelden, met singel begeleide Bergweg, bosgebiedje, vlakte met ruig gras rond Caprera en hockeyvelden, beplant fietspad, grasveld in hoek Aelbrechtsbergweg en Brederodelaan en het open grasveld van de Cricketclub. Elke ruimte heeft haar eigen beleving (zie volgende paragraven). De open strandvlakte is het meest optimaal te ervaren vanaf de Brederodelaan. Langs de Brederodelaan staan bomen die zorgen voor een fraaie begrenzing van de open ruimtes. Vanaf de andere wegen en fietspaden zijn plaatselijk doorzichten om de open ruimtes te ervaren. Beide vormen van beleving zijn van belang voor het blijvend kunnen ervaren van de strandvlakte. Kaart van rond 1900 Huidige ruimtelijke indeling

4 Beleving Brederodelaan -24- Het hockeyveld in de driehoek Brederodelaan en Zomerzorgerlaan is een prachtig open zone die begrensd wordt door de opgaand beplantingen van het fietspad en de binnenduinrand. Het lijkt alsof het een gewoon grasveld is, alleen tijdens het sporten wordt het een sportveld, het ideale beeld voor sporten in de strandvlakte. De hekjes rondom het veld verstoren enigzins het beeld. De kunstgrashockeyvelden tegen de beboste rand, achter het meerjte van Caprera zijn onopvallend in de strandvlakte aanwezig. Als je het weet dan zie je de doelpalen en de hekjes. Dat hier kunstgras ligt is niet te zien. Het meest opvallend bij het veld zijn de gaten in de hagen bij de hekken. Ter hoogte van het meertje van Caprera bevindt het hek zich aan de onderzijde van het talud en is hierdoor onopvallend in het beeld aanwezig. De blik is gericht op de open strandvlakte. Doordat de sportvelden lager liggen dan de omgeving valt de haag langs het doorsnijdende fietspad niet op. De kunstgrashockeyvelden liggen op enige afstand van de Brederodelaan. Het aanwezige gras op de voorgrond in combinatie met de bomen geven een mooi overgang. Het plaatselijk slechte hek staat aan de bovenzijde van het talud waardoor het opvalt. Op de achtergrond bevind zich de beplanting van Park Brederode. Het kunstgrashockeyveld ligt erg dicht op de Brederodelaan en is op dit deel van de Brederodelaan overheersend in het beeld. De kleur van het kunstgras (lichte tint), de smalle berm met 2 hekken de rommelige beplanting zijn storend op de beleving van de sportvelden als geheel. Als het hek verouderd is, de bomen nog niet zijn volgroeid zijn en de doelpalen rommelig in de berm liggen, is de focus niet gericht op de open strandvlakte beleving maar op de rommeligheid.

5 Beleving vanaf doorsnijdende fietspaden en weg In deze afbeelding zijn de in de tekst genoemde plekken aangegeven Plek 2: Er is duidelijk een verschil in beleving vanaf de fietspaden en vanaf de Brederodelaan. De Aelbertsbergweg is voorzien van een haag en bomen (foto rechts). Aan de zijde van het clubhuis staan grote opvallende bomen. Vanaf het fietspad zelf nemen de hagen, het directe zicht weg. De oriëntatie is gericht op het fietspad. Vanaf het fietspad ervaar je over de hagen heen wel de openheid van de strandvlakte. Door de hagen langs het fietspad is het verschil tussen gewoon gras en kunstgras enigszins ervaarbaar, maar niet storend. De hagen/hekken dienen niet hoger te zijn dan borsthoogte. Plek 1: Vanaf Het Huis te Bloemendaalpad dat vanaf het clubhuis naar de hockyvelden loopt is zicht op de natuurzone van het Meertje van Caprera. Het zicht op het kunstgras van de velden is minimaal. Plek 4: Vanaf de rotonde is er een zichtlijn over het cricketveld, dat bestaat uit gras. Opvallend zijn de twee grote witte borden ter verduidelijking van de afslag. De achterwand wordt gevormd door opgaande beplantingen en achtertuinen. Plek 3: Het fietspad wordt begeleid met bomen, er is zicht op de openheid. Hagen (eventueel voorzien van van een hek in de haag) dienen niet hoger te zijn dan borsthoogte. Het kunnen ervaren van de openheid is gewenst.

6 Richtlijnen sportvelden Bloemendaal indeling in ruimtes Brederodelaan zichtlijnen zone 1: intensieve zones zone 2 - kunstgraszone zone 3: zone langs Brederodelaan Landschappelijke inpassing sportvelden Bloemendaal Het is gewenst dat de openheid van de strandvlakte zo optimaal mogelijk wordt ervaren. Er is sprake van een een driedeling in de beleving van de strandvlakte: Zone 1: een drukkere intensieve zone langs de bosrand, hier gebeurd al meer en hier mag ook meer. Hier wordt geparkeerd, zijn fietsenstallingen en zijn de clubgebouwen aanwezig. Het is wel belangrijk dat kleine doorzichten naar de sportvelden gehandhaafd blijven. Zone 2: een zone die het dichtst bij de de intensiever zone ligt, dit is de zone die door sporters het meest intensief wordt gebruikt. Dit is de kunstgraszone waar tevens verlichting aanwezig mag zijn. Zone 3: de zone langs de Brederodelaan, de laan vanwaar zicht op de open vlakte met sportvelden is. Zorgen voor een goede overgang Brederodelaan richting de sportvelden: een bomenrij op niveau weg en fietspad, eventueel een hek aan onderzijde talud (zoals ter plaatse van Caprera). De eerste zone langs de Brederodelaan bestaat uit gras (geen kunstgras). Het hockeyveld van hockeyclub Bloemendaal bestaat uit kunstgras, dit is eigenlijk ongewenst. Indien mogelijk dient in ieder geval voor een goede overgangszone te worden gezorgd (brede haag rondom plaatsen, hekken weghalen). De dwarsrichtingen:in de dwarsrichtingen (gekoppeld aan de fietspaden door de sportvelden) zorgen bomen voor de ruimtelijke indeling. Hagen (eventueel voorzien van een hek in het midden van de haag) op borsthoogte zijn toegestaan. Kunstgras Het wijzigen van gewoon gras naar kunstgras is toegestaan in de witte zones mits ervoor wordt gezorgd dat de overgang naar de omgeving plaatsvind met een brede grasstrook. Als deze overgang te klein is toont dat landschappelijk minder goed. hagen

7 -27- Een relatief klein deel in een grasgebied voorzien van kunstgras (bv een afslagveld van geringe omvang in het midden van een grasveld) is toegestaan mits zorgvuldig naar een onopvallende kleur wordt gezocht. Vlaggenmasten In de drukkere entreezone ter hoogte van de bebouwing en bij de hoofdvelden zijn vlaggenmasten toegestaan. Vlaggenmasten worden alleen geclusterd geplaatst in de dwarsrichting van de velden. Zie algemene richtlijnen bladen Verlichting De lichtmasten zorgen voor landschappelijke hinder. Eigenlijk zouden alle velden in de open strandvlakte niet verlicht mogen zijn. De uitstraling naar de omgeving is ernorm. Aangezien er al verlichting aanwezig is, verdient het aanbeveling om de bestaande verlichting te vervangen door armaturen met een lagere lichtintensiteit en minder verstrooing naar de omgeving.uitbreiding alleen toestaan in de witte vlakken waar ook kunstgras is toegestaan. Overige aanbevelingen Rommeligheden dienen in de open strandvlakte zoveel mogelijk te worden voorkomen: - geplante hagen vertonen veel gaten, hagen inboeten zodat ze als 1 lijnvormig element overkomen in plaats van vele kleine stukjes haag - de berm langs de Brederodelaan dient verschoond te zijn van bv doelpalen. Materialen in de paars aangegeven delen een plek geven - niet uitgaan van meerdere kleuren kunstgras, maar kiezen voor een gedekte tint - geen tijdelijk zanddepot toestaan in de open gebieden - abries en banken toepassen in neutrale kleuren, laat alleen de clubgebouwen een accent geven, alle overige elementen dienen in het beeld ondergeschikt te zijn. - de achterkant vande reclameborden die met de achterkant in de richting van de Brederodelaan staan dienen in 1 donkere tint te zijn uitgevoerd (geen witte panelen ertussen) - de grote witte borden bij het cricketveld afdekken met een donkerkleurig scherm of doek als ze niet gebruik zijn Hagen met veel gaten meerdere tinten achterkanten gronddepot in open ruimte doelpalen in berm

8 Overveen - tennisvelden -28- Het huidige beeld Het tennispark maakt deel uit van eeen bebost gebied. Het park ligt in de tussenruimte van de spoorlijn en de Militairenweg. De ruimte tussen de velden en de Militairenweg is niet vrij groot. Het terrein van de hal, de velden en de parkeerplaats is een open ruimte met rondom bomen, maar heeft niet de uitstraling van een bos.de parkeerplaats toont verouderd en tussen de parkeerplaats en de tennisbanen is een zeer smalle beplantingsstrook aanwezig. Tennisvelden in Overveen - tennishal en buitenvelden Teterode aan de Tetterodeweg 15 Het landschap rond 1900 Rond 1900 maakte het gebied deel uit van de binnenduinrand, die bestond uit bos- en duingebieden. De watertoren en de begraafplaats waren al aanwezig. Ter plaatse van de huidige tennisvelden was een schietbaan aanwezig. De veranderingen Het duin is bebost geraakt, villa s zijn er in het duin en bos gebouwd en de tennishal met tennisbanen is gerealiseerd. Ook zijn in dit gebied veel wegen gerealiseerd. Kaart van rond 1900 Huidige ruimtelijke indeling

9 Beleving en richtlijnen tennisveld Overveen -29- Beeld van de parkeerplaats en de tennishal. Een bossfeer ontbreekt. Beeld van de entree van de parkeerplaats, op de achtergrond de tennisvelden. De tennisbanen zijn met een dubbel hek, half voorzien van klimop, gescheiden van de parkeerplaats. De huidige uitstraling is wat troosteloos.

10 -30- Landschappelijke inpassing Het is gewenst dat het sportpark een meer besloten sfeer krijgt: - realiseren van een meer besloten beplantingszone tussen parkeerplaats en tennisvelden - parkeerplaats herinrichten met bomen en singelbeplanting Brouwerskolkweg Bebost gebied - plannen klimbos All wheater banen Niet van toepassing. Indien het toch gewenst het gravel te vervangen door een ander materiaal dan is dit mogelijk. De uitstraling van het materiaal dient neutraal te zijn. Begraafplaats Vlaggenmasten Vaggenmasten kunnen nabij de entree van de hal worden geplaatst. Sporthal Sporthal parkeren smalle haag Militairenweg Verlichting Als de masten onder de boomhoogte blijven is plaatsen van lichtmasten landschappelijk gezien toegestaan. Lichtmasten dienen zo te worden geplaatst dat er geen lichthinder is gezien vanaf de Militairenweg. Overig In de groenstrook tussen het parkeerterrein en de Brouwerskolkweg leeft het idee van een klimbos met klimtorens en aanverwante toestellen. Dit klimbos dient zo te worden gerealiseerd dat er geen sprake is van afleiding voor het verkeer aan de Brouwerskolk, de bomen dienen beschermd te worden tegen aantasting van de stam en bij realisatie mag de bodemdruk (druk op wortels / verdichting grond) niet te groot zijn. De toestellen dienen circa 1/3 onder de boomhoogte te blijven. De in-en uitgang van het bos moet ivm autoverkeer op de parkeerplaats duidelijk herkenbaar zijn.

11 Richtlijnen voor verlichting -31- Algemene Richtlijnen Het verlichten van sportvelden zorgt ervoor dat er op tijden dat het normaal gesproken te donker is om te sporten toch gebruik kan worden gemaakt van het veld. De velden kunnen intensiever worden gebruikt, dit is gezien vanuit de sporter een goede zaak. Het verlichten van sportvelden heeft echter ook negatieve kanten: - lichtverstrooiing kan voor overlast zorgen voor omwonenden - lichtverstrooiing kan voor overlast zorgen voor de natuur - verlichte sportvelden zorgen voor een langduriger gebruik van sportvelden, waardoor meer overlast van verkeer (verkeersbewegingen, parkeerdruk) in de omgeving kan ontstaan (indirecte overlast door gebruik) - een verlicht sportveld wordt langer gebruikt wat voor omwonenden kan zorgen voor geluidsoverlast (direct geluid van de sportende mensen) - de masten die nodig zijn om de armaturen op te plaatsen zijn vaak vrij hoog en kunnen zorgen voor visuele verstoring. In dit hoofdstuk wordt ingegaan hoe de gemeente Bloemendaal, gezien vanuit landschappelijke oogpunt, kan omgaan met het verlichten van sportvelden. Op niet-landschappelijke zaken, zoals geluidsoverlast voor omwonenden wordt niet ingegaan. Intensiteit van het licht De lichtsterkte bepaald in hoge mate in hoeverre sprake is voor overlast voor de buurt. Alleen het sportveld heeft licht nodig; verstrooiing en uitstraling moet zoveel mogelijk vermeden worden. De laatste jaren zijn er armaturen op de markt gebracht die niet gewenste lichtinvloeden zoveel mogelijk vermijden. Dit zijn armaturen met een asymetrische lichtoptiek, goed afschermende kappen en draaibaar zijn. In bijlage xx is een voorbeeld van een dergelijke armatuur opgenomen. Een ander aspect is dat het lampvermogen aangepast moet zijn aan het doel. Voor internationale wedstrijden is een hogere lichtopbrengst nodig dan voor een trainingsveld. Per sport zijn hiervoor richtlijnen door het Nederlandse Stichting Voor Verlichtingskunde (NSVV) opgesteld. Hoogte van de lichtmasten Eigenlijk wil je in een open landschap zo min mogelijk masten in combinatie met zo laag mogelijke masten. In de sportverlichting is dit een vreemde combinatie. Je hebt met hogere masten een kleiner aantal masten nodig. Als algemene stelregel kan worden uitgegaan: een asymmetrische mast schijnt over 2x de masthoogte. Dit betekent dat voor een tennisveld van een lager mast kan worden uitgegaan dan voor een voetbalveld. In de gemeente Bloemendaal is sprake van verschillende soorten van beleving: 1. Masten in een open gebied, zoals in Bloemendaal en Aerdenhout: je kijkt over de sportvelden heen, de masten zijn zichtbaar. Als er sprake is van een hoge beplantingsachterwand kunnen de masten, gezien van enige afstand en als zij donkerkleurig zijn, tegen de achtergrond wegvallen. In deze situatie is de hoogte van Een verlicht sport verruimd de sportmogelijkheden, maar zorgt voor lichthinder naar de omgeving.

12 Richtlijnen voor verlichting -32- de mast minder bepalend, het aantal masten is meer relevant. Een open gebied toont opener en rustiger als het aantal elementen zo gering mogelijk is. 2. Masten op een afgesloten sportveld, sportveld via open ruimtes beleefbaar: het sportveld is vanuit de omgeving zichtbaar. Deze situatie komt voor in Vogelenzang en Bennebroek (tennisvelden). Hier dient de hoogte van de mast in overeenstemming te zijn met de hoogte van de omringende beplantingen (lager dan meter). Als de hoogte van de lichtmasten onder de beplantingshoogte blijft is de visuele hinder gering. 3. Masten op een afgesloten sportveld, sportveld niet of vrijwel niet beleefbaar doordat het sportveld omgeven is door groen. Deze situatie komt voor in Overveen (Tetterode) en Bennebroek (Rottegat). Plaatsing van de lichtmasten De plaatsing van de masten is gerelateerd aan de vorm van het sportveld. Dit zorgt voor de beste lichtverspreiding voor het beoefenen van de sport. Afwijken van deze richting zorg veelal voor meer en/of hogere masten. Kleur van de lichtmasten Lichtmasten vallen in een open gebied het minste op als ze tegen de beplanting wegvallen. Een donkere tint mast (bv antraciet) valt minder op dan een aluminium-grijzige kleur. Algemene richtlijnen voor Bloemendaal - lichtintensiteit: voor de verlichtingssterkte uitgaan van de normen zoals opgesteld door de NSVV, hierbij geldt de verlichtingssterkte voor lokale competities en trainingsvelden. Uitbreiding van velden voor nationale wedstrijden is niet mogelijk (alleen het hoofdveld van de hockeyvereniging Bloemendaal kent een hogere verlichtingsintensiteit). Bij vergunningen voor lichtmasten altijd een berekening vragen. - Bij uitbreiding van lichtmasten moet in de berekening de bestaande verlichting worden meegenomen. Indien de aanwezige masten oud zijn, dienen deze vervangen te worden, zodat de hoeveelheid licht minimaal hetzelfde blijft en bij voorkeur afneemt. Richtlijn: tennisvelden hoogte meter. voetbal en hockeyvelden meter (onder de boomgrens van meter) - hoogte van de lichtmasten: In Bloemendaal en Aerdenhout het aantal masten zo beperkt mogelijk houden (liever iets hogere masten, dan meer masten). Voor de andere sportvelden geldt dat de hoogte van de masten zo laag mogelijk dient te zijn, enkele masten meer is voor het landschappelijke beeld geen probleem. - kleur lichtmasten: uitgaan van een donkerkleurige mast, bv antracietkleur

13 Richtlijnen voor vlaggenmasten -33- Vlaggenmasten Vlaggen zijn bedoeld om op bepaalde momenten iets bijzonders uit te stralen. Dit kan zijn tijdens een toernooi, een festiviteit als Koninginnedag, zomerfeest en dergelijke. Het gaat erom dat het sportpark iets extra s geeft. Het laten wapperen van vlaggen zorgt voor een vrolijk gevoel. Op dit moment zijn er op verschillende sportvelden vlaggenmasten aanwezig. De plaatsing van de lichtmasten is op dit moment verschillend van karakter: langs de entree, langs het hoofdveld of gewoon maar ergens neergezet. Waar op te letten met het plaatsen van vlaggenmasten met vlaggen - de plek van de masten, een serie van meerdere masten valt meer op dan slechts 1 vlag; dit heeft te maken met de grote maat van de sportvelden - de onderlinge afstand tussen de masten; meer masten op een kleine afstand zorgt voor een opvallend accent - de hoogte van de masten - de kleur van de masten - de maat van de vlaggen - alle masten in een rij dienen eenzelfde uiterlijk te hebben, alle vlaggen of vaandels dienen eenzelfde formaat te hebben In de gemeente Bloemendaal is sprake van verschillende soorten van beleving 1. masten in een open gebied, zoals in Bloemendaal en Aerdenhout: je kijkt over de sportvelden heen, de masten zijn zichtbaar. Als er sprake is van een hoge beplantingsachterwand kunnen de masten, gezien van enige afstand en als zij donkerkleurig zijn, tegen de achtergrond wegvallen. Een open gebied toont opener en rustiger als het aantal elementen zo gering mogelijk is. 2. masten op een afgesloten sportveld, sportveld via open ruimtes beleefbaar: het sportveld is vanuit de omgeving zichtbaar. Deze situatie komt voor in Vogelenzang en Bennebroek (tennisvelden). Vlaggenmasten zijn veelal lager dan aanwezige singelbeplantingen, vlaggenmasten zijn vanuit de omgeving vrijwel niet te ervaren. 3. masten op een afgesloten sportveld, sportveld niet of vrijwel niet beleefbaar doordat het sportveld omgeven is door groen. Deze situatie komt voor in Overveen (Tetterode) en Bennebroek (Rottegat). Vlaggenmasten zijn vanuit de omgeving vrijwel niet te ervaren. Richtlijnen voor plaatsen van vlaggenmasten Bloemendaal - plaatsen in de drukkere entreezones en/of bij het hoofdveld - hoogte niet hoger dan 5-6 meter - donkere paalkleur, bij voorkeur antraciet - velden op de open strandvlakten (Bloemendaal en Aerdenhout) masten clusteren, onderlinge afstand maximaal 4 meter h.o.h. maximaal 7 masten op een rij - velden op de open strandvlakten (Bloemendaal en Aerdenhout) dwars op de open richting (dit betekent dus haaks op de beboste binnenduinrand), dit zorgt voor het minder opvallen van de masten. - het zoveel mogelijk volgen van de nationale vlaginstructie Voor het vlaggen is in Nederland is een 1980 een vlaginstructie vastgesteld. Deze zijn niet geldig voor particulieren en private instellingen, maar er wordt wel gevraagd om deze als richtlijn aan te houden. De belangrijkste regels zijn in bijlage xx opgenomen. Uitgangspunten voor het plaatsen van vlaggenmasten: - op een zodanige manier dat de masten als ze niet in gebruik zijn zo min mogelijk opvallend aanwezig zijn - op een zodanige manier op het moment dat de masten wel zijn voorzien zijn van vlaggen zij op het sportveld zelf wel opvallen

14 Richtlijnen voor vlaggenmasten -34- De vlaggenmasten bij Voetbalvereniging BVC Bloemendaal staan op grote onderlinge afstand langs het hoofdveld. Zij staan in de lengterichting (niet gewenst). De vlaggenmasten (hockeyclub Bloemendaal) bevinden zich in dezelfde lijn als de verlichting. De masten zijn geclusterd (6 stuks) en zijn ongeveer even hoog als het clubgebouw. De masten bevinden zich in de drukke zone vlak bij de bebouwing en het hoofdveld. De masten staan haaks op het hoofdgebouw. Een meer gedekte kleur (bv grijs of zwart) laat de masten iets minder opvallen. Vlag in de entreezone bij de tennisvelden in Bennebroek. Deze vlaggenmasten van de cricketclub staan langs de beplanting en kunnen tijdens festiviteiten niet vrijuit wapperen. De vlaggenmasten zijn een logisch onderdeel van de entree (hockeyclub Bloemendaal).

15 -35- Wanneer mag ik de vlag uitsteken en wanneer niet? De minister-president heeft op 22 december 1980 een vlaginstructie vastgesteld voor het uitsteken van de vlag vanaf rijksgebouwen. Voor lokale overheden geldt deze vlaginstructie ook. Voor particulieren en private instellingen bestaat een dergelijke instructie niet, maar desgevraagd wordt hen geadviseerd deze vlaginstructie te volgen. De Nederlandse vlag De Nederlandse vlag is het symbool van de eenheid en de onafhankelijkheid van het Koninkrijk der Nederlanden. De vlag behoort overal waar zij op het Nederlands grondgebied wordt ontplooid, de ereplaats te hebben. Bij de Nederlandse vlag gaat het om traditie, wellevendheid en etiquette. Met symbolen van de Staat ga je eerbiedig, fatsoenlijk en netjes om. De kleuren van de Nederlandse vlag zijn helder vermiljoen (rood), helder wit en kobalt blauw. Een vlag moet schoon zijn en er behoort geen versiering of andere toevoeging te worden aangebracht. Het is niet toegestaan de nationale driekleur te gebruiken voor commerciële doeleinden of te bedrukken met (reclame) teksten. Wel mag vlaggedoek voor versiering - bijvoorbeeld in de vorm van draperieën - worden gebruikt. Een verkleurde of versleten vlag steekt men niet uit. Over de afmetingen van de vlag zijn geen voorschriften opgesteld, maar in het algemeen dient de verhouding 3:2 (lengte:breedte) te zijn. Uitgebreid of beperkt vlaggen In Nederland wordt voor het gebruik van de Koninkrijks-, respectievelijk de Nederlandse vlag onderscheid gemaakt tussen uitgebreid vlaggen en beperkt vlaggen. Bij uitgebreid vlaggen, ook wel bekend als UV, wordt de vlag uitgestoken op alle rijksgebouwen. Dit zijn bijvoorbeeld ministeries, scholen, postkantoren, gemeentehuizen etc. Bij beperkt vlaggen wordt alleen de vlag uitgestoken op bijvoorbeeld de hoofdgebouwen van ministeries, tevens de hoofdgebouwen van instellingen zoals die van de beide kamers van de Staten-generaal, de Raad van State, het kabinet van H.M. de Koningin en de Hoge Raad der Nederlanden. Dit is ook bekend als BV. Gebruik oranje wimpel Op Koninginnedag en op de genoemde verjaardagen van de leden van het Koninklijk Huis (zie tabel) wordt de vlag uitgestoken met oranje wimpel. Bij alle andere gelegenheden wordt de vlag zonder oranje wimpel gevoerd. Vlaggen bij bijzondere gelegenheden Ook voor andere doeleinden mag de vlag gehesen worden. Bijvoorbeeld bij het behalen van een schooldiploma of het vieren van een jubileum. Tijdens officiële inkomende bezoeken van staatshoofden wordt alleen gevlagd in de plaatsen die worden bezocht. Bij bijzondere gebeurtenissen zoals geboorte, huwelijk en overlijden binnen de koninklijke familie kan er een speciale regeling afgekondigd worden. Nationale dodenherdenking De Nationale Dodenherdenking beperkt zich tot de vooravond van 4 mei. Om die reden is het halfstok vlaggen officieel dan ook beperkt tot de tijdsperiode van uur tot zonsondergang. Na het houden van twee minuten stilte wordt de vlag dus niet in top gehesen, maar blijft tot zonsondergang halfstok hangen. Dit is voor het eerst landelijk ingevoerd in 2001, omdat er na uur op veel plaatsen nog activiteiten in het kader van de dodenherdenking plaatsvinden. Het halfstok houden van de vlag doet recht aan de gevoelens van oorlogsoverlevenden en nabestaanden van oorlogsslachtoffers en aan het ingetogen karakter van de avond van de vierde mei, waarbij het respect voor de doden centraal staat. Wanneer de Nederlandse vlag gehesen wordt samen met andere vlaggen, dient de Nederlandse vlag een ereplaats in te nemen. De ereplaats is de beste plaats, die afhankelijk van de situatie is: vooraan, midden of links vanuit het (aankomend) publiek gezien. Nationale bevrijdingsdag Op 5 mei wordt de Nederlandse vlag in top gehesen. Het uitsteken van de Nederlandse vlag in top vanaf zonsopkomst tot zonsondergang. Het gebruik van de Vier Vrijheidwimpel naast de Nederlandse vlag is aan te bevelen. Het hijsen van de vlag De vlag dient gehesen te worden aan een stok, waarvan de lengte zodanig is, dat de vlag (als zij halfstok is bevestigd) nimmer de grond raakt of het verkeer kan hinderen. Nederlandse of buitenlandse vlaggen behoren niet tussen zonsondergang en zonsopgang gehesen te worden of te blijven. Elke vlag moet bij zonsondergang worden neergehaald en eventueel bij zonsopgang weer worden gehesen. Alleen wanneer een landenvlag aan beide zijden door schijnwerpers wordt belicht mag deze na zonsondergang blijven hangen. Halfstok vlaggen Ten teken van rouw wordt de vlag half stok gehesen. Hierbij wordt eerst de vlag tot de top gehesen, waarna ze langzaam wordt neergehaald totdat het midden van de vlag op de helft van de normale hoogte is gekomen, waarna de vlaggenlijn wordt vastgebonden. De vlag mag nooit de grond raken of ergens tegenaan slaan. Dreigt dit te gebeuren, dan dient de vlag met de uiterste blauwe punt aan de vlaggenlijn te worden vastgebonden. Bij het neerhalen van een halfstok gehesen vlag wordt deze eerst langzaam in top gehesen en vervolgens op de zelfde wijze neergehaald. Alleen daar waar een officiële herdenking plaatsvindt wordt de vlag na het spelen van het Volkslied langzaam en statig in top gehesen. Op alle andere plaatsen blijft de vlag halfstok. Het hijsen van meer vlaggen Bij het hijsen van meer vlaggen behoren deze van gelijke afmetingen te zijn en zo mogelijk op gelijke hoogte te worden gehesen. Bij het onplooien van twee vlaggen is de ereplaats rechts, gerekend met de rug naar uw pand. Daar behoort dus de Nederlandse vlag. Bij drie vlaggen behoort de Nederlandse vlag in het midden. Een eventuele reclamevlag komt rechts van de Nederlandse vlag. Als de provinciale en de gemeentelijke vlag naast de Nederlandse vlag komen, is de opstelling in het algemeen (met de rug naar uw pand) gemeentelijke vlag links, Nederlandsevlag midden, provinciale vlag rechts. Alleen als het een gemeentelijke aangelegenheid betreft, is de volgorde omgekeerd. Indien naast de Nederlandse vlag vlaggen van andere naties worden gehesen, is voor de onderlinge rangorde in het algemeen de eerste letter van de namen van de betrokken landen in de Franse taal bepalend. Omtrent de uitwerking van deze regel dient contact te worden opgenomen met de Directie Kabinet en Protocol van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Koninklijke standaard De Koninklijke/persoonlijke standaard hangt altijd uit van de woonpaleizen/huizen als de persoon in kwestie in Nederland is, dus zij/hij behoeft niet daadwerkelijk in het pand aanwezig te zijn.