Openbaar. Jaarverantwoording Kinderopvang Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel.

Transcriptie

1 Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Jaarverantwoording Kinderopvang 2013 Programma / Programmanummer Onderwijs / 1073 Portefeuillehouder R. Helmer-Englebert Samenvatting Ter uitvoering van de Wet Kinderopvang zijn wij verplicht een jaarverantwoording kinderopvang vast te stellen en deze aan te bieden aan de onderwijsinspectie en de gemeenteraad. Deze jaarverantwoording handelt over de wettelijke taak van de gemeente om toezicht uit te oefenen op de kinderopvang. Het jaar 2013 was een bijzonder jaar omdat de gemeente Nijmegen, als eerste gemeente in Nederland, een deel van de taken heeft gemandateerd aan de GGD. BW-nummer Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr. MO10, Mireille Souverijn, 2419 Datum ambtelijk voorstel 18 juni 2014 Registratienummer Ter besluitvorming door het college 1. De jaarverantwoording kinderopvang 2013 vast te stellen. 2. Brief aan de Raad over de jaarverantwoording vast te stellen. Paraaf akkoord Datum Steller Mireille Souverijn Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad Besluit B&W d.d. 8 juli 2014 X Conform advies Aanhouden Anders, nl. nummer: 3.6 Bestuursagenda Paraaf akkoord Datum Portefeuillehouder Collegevoorstel

2 Collegevoorstel 1 Probleemstelling Jaarlijks moeten wij verantwoording afleggen over de uitvoering van onze wettelijke toezichttaak op de Kinderopvang. De wijze en onderdelen waarop verantwoording dient te worden afgelegd, is bepaald door de onderwijsinspectie. De verschillende onderdelen van de jaarverantwoording gaan in op de afhandeling van nieuwe aanvragen, de uitvoering van de inspecties naar de opvanglocaties én handhaving op de geconstateerde tekortkomingen. Omdat de specifieke verantwoordingsaspecten nieuw zijn in 2013, is er geen vergelijk te maken is met de jaarverantwoording van was een bijzonder jaar, omdat de gemeente Nijmegen - als eerste gemeente in Nederland - per 1 april 2013 een groot deel van de werkzaamheden in het kader van de Wet kinderopvang heeft gemandateerd aan de GGD Gelderland Zuid conform het onderstaande overzicht. Het belangrijkste argument voor mandatering van de lichte handhaving is het verkorten van doorlooptijden, waardoor we het proces van handhaving en toezicht klantvriendelijker inrichten, de continuïteit borgen en de kwaliteit verbeteren. Werkzaamheden Uitgevoerd door: (voor ) Uitgevoerd door: (per ) Inspecties GGD GGD Administratie Gemeente GGD Registratie Gemeente GGD Lichte handhaving Gemeente GGD Zware handhaving Gemeente Gemeente 2 Juridische aspecten De Wet Kinderopvang verplicht de gemeente jaarlijks verantwoording af te leggen. 3 Doelstelling Doel van dit voorstel is de jaarverantwoording vast te stellen en de onderwijsinspectie en de gemeenteraad te informeren over de uitvoering van de Wet Kinderopvang. 4 Argumenten Hieronder wordt ingegaan op de bijzonderheden in de jaarverantwoording. (Niet tijdig) afgehandelde aanvragen: Gemeenten zijn wettelijk verplicht om een aanvraag binnen 10 weken af te ronden. Nijmegen scoort 92,6%, derhalve is 7,4% niet tijdig afgehandeld. Dit blijkt om 11 aanvragen te gaan, waarvan de gemeente Nijmegen 6 aanvragen en de GGD 5 aanvragen niet tijdig heeft afgewikkeld. Met de GGD is afgesproken om sneller gebruik te maken van de mogelijkheid om de beslistermijn van 10 weken op te schorten als blijkt dat niet alle gegevens voor het afhandelen van de aanvraag zijn ontvangen. Geïnspecteerde locaties (kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderbureaus en peuterspeelzalen): Iedere locatie moet jaarlijks worden geïnspecteerd. Nieuwe locaties dienen binnen 3 maanden na registratie te worden geïnspecteerd. Volgens de door de onderwijsinspectie opgestelde jaarverantwoording scoort Nijmegen 74,1%.

3 Collegevoorstel Vervolgvel 2 In de toelichting op de jaarverantwoording geven wij aan dat de berekening niet geheel juist is en dat het percentage 80% dient te zijn. Reden hiervan is dat enkele locaties niet konden of hoeven te worden geïnspecteerd omdat ze gestopt waren of nog niet gestart. Desondanks blijft 80% een te laag percentage. Redenen hiervoor zijn: - De enorme toename van het aantal gastouders (zo n 80% meer dan begroot op basis van voorgaande jaren) en daarmee het aantal verplichte inspecties. - Door keuze voor 100% handhaving (zie hieronder), is de capaciteit van de inspecteurs veel meer ingezet op de extra inspecties naast de reguliere jaarlijkse onderzoeken om te controleren of de overtredingen zijn opgeheven. - Wijziging van het gemeentelijk beleid om peuterspeelzalen om te zetten in peutergroepen, waardoor deze locaties allemaal een onderzoek voor registratie en onderzoek na registratie nodig hadden. - Daarnaast spelen enkele organisatorische zaken een rol zoals de overdracht van taken van de gemeente naar de GGD, de fusie van de GGD regio Nijmegen met GGD regio Rivierenland en de voorbereiding op de nieuwe wijze van rapporteren per Er is voor gekozen om alleen de niet-risicovolle locaties later te inspecteren en dit begin 2014 alsnog op te pakken. Wij richten ons er op om dit percentage in 2014 naar boven bij te stellen tot het gemiddelde van Nederland, zijnde 90-95%. Ingezette handhavingstrajecten op tekortkomingen Gemeenten moeten handhaven als zij tekortkomingen signaleren. De gemeente Nijmegen scoort hierop 100%, terwijl het landelijk gemiddelde 84,9% is. Met deze 100% handhaving geven wij een signaal af aan houders, met als doel het aantal tekortkomingen in de toekomst te laten dalen. 5 Financiën Dit voorstel heeft geen financiële consequenties. 6 Participatie en Communicatie De Jaarverantwoording 2013 is opgesteld door de onderwijsinspectie op basis van de gegevens uit het Landelijk Register voor Kinderopvang en Peuterspeelzalen en uit het Gemeenschappelijke Inspectieruimte (GIR) Kinderopvang en Peuterspeelzalen. Dit zijn applicaties waarmee gemeente en GGD werken in het kader van de Wet Kinderopvang. De toelichting op de Jaarverantwoording is gezamenlijk met de GGD tot stand gekomen. 7 Uitvoering en evaluatie De onderwijsinspectie ontvangt na vaststelling de Jaarverantwoording 2013 via de site De raad wordt per brief geïnformeerd. 8 Risico Dit voorstel levert geen risico s op. Bijlage(n): Jaarverantwoording Kinderopvang 2013 Brief aan de gemeenteraad

4 Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsontwikkeling Aan de gemeenteraad van Nijmegen Korte Nieuwstraat PP Nijmegen Telefoon Telefax (024) gemeente@nijmegen.nl Postbus HG Nijmegen Datum 8 juli 2014 Ons kenmerk MO10/ Contactpersoon Mireille Souverijn Onderwerp Jaarverantwoording kinderopvang 2013 Datum uw brief Doorkiesnummer (024) Geachte leden van de raad, Bijgevoegd treft u de jaarverantwoording kinderopvang 2013 aan. De jaarverantwoording handelt over de wettelijke taak van de gemeente om toezicht uit te oefenen op de kinderopvang was een bijzonder jaar, omdat de gemeente Nijmegen -als eerste gemeente in Nederlandper 1 april 2013 een groot deel van de werkzaamheden in het kader van de Wet kinderopvang heeft gemandateerd aan de GGD Gelderland Zuid conform het onderstaande overzicht. Het belangrijkste argument voor mandatering van de lichte handhaving is het verkorten van doorlooptijden, waardoor we het proces van handhaving en toezicht klantvriendelijker inrichten, de continuïteit borgen en de kwaliteit verbeteren. Werkzaamheden Uitgevoerd door: (voor ) Uitgevoerd door: (per ) Inspecties GGD GGD Administratie Gemeente GGD Registratie Gemeente GGD Lichte handhaving Gemeente GGD Zware handhaving Gemeente Gemeente De verschillende onderdelen van de jaarverantwoording gaan in op de afhandeling van nieuwe aanvragen, de uitvoering van de inspecties naar de opvanglocaties én handhaving op de geconstateerde tekortkomingen. De wijze en onderdelen waarop verantwoording dient te worden afgelegd, is bepaald door de onderwijsinspectie. Omdat de specifieke verantwoordingsaspecten nieuw zijn in 2013, kan geen vergelijk gemaakt worden met de jaarverantwoording van Hieronder volgt een toelichting op de meest opvallende onderdelen van de jaarverantwoording. Geïnspecteerde locaties (kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderbureaus en peuterspeelzalen): Brief aan de raad

5 Gemeente Nijmegen Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsontwikkeling Vervolgvel 1 Iedere locatie moet jaarlijks worden geïnspecteerd. Nieuwe locaties dienen binnen 3 maanden na registratie te worden geïnspecteerd. Volgens de door de onderwijsinspectie opgestelde jaarverantwoording scoort Nijmegen 74,1%. In de toelichting op de jaarverantwoording geven wij aan dat de berekening niet geheel juist is en dat het percentage 80% dient te zijn. Reden hiervan is dat enkele locaties niet konden of hoeven te worden geïnspecteerd omdat ze gestopt waren of nog niet gestart. Desondanks blijft 80% een te laag percentage. Redenen hiervoor zijn: - De enorme toename van het aantal gastouders (zo n 80% meer dan begroot op basis van voorgaande jaren) en daarmee het aantal verplichte inspecties. - Door keuze voor 100% handhaving (zie hieronder) is de capaciteit van de inspecteurs veel meer ingezet op de extra inspecties naast de reguliere jaarlijkse onderzoeken om te controleren of de overtredingen zijn opgeheven. - Wijziging van het gemeentelijk beleid om peuterspeelzalen om te zetten in peutergroepen, waardoor deze locaties allemaal een onderzoek voor registratie en onderzoek na registratie nodig hadden. - Daarnaast spelen enkele organisatorische zaken een rol zoals de overdracht van taken van de gemeente naar de GGD, de fusie van de GGD regio Nijmegen met GGD regio Rivierenland en de voorbereiding op de nieuwe wijze van rapporteren per Er is voor gekozen om alleen de niet-risicovolle locaties later te inspecteren en dit begin 2014 alsnog op te pakken. Wij richten ons er op om dit percentage in 2014 naar boven bij te stellen. Wij richten ons er op om dit percentage in 2014 naar boven bij te stellen tot het gemiddelde van Nederland, zijnde 90-95%. Ingezette handhavingstrajecten op tekortkomingen Gemeenten moeten handhaven als zij tekortkomingen signaleren. De gemeente Nijmegen scoort hierop 100%, terwijl het landelijk gemiddelde 84,9% is. Met deze 100% handhaving geven wij een signaal af aan houders, met als doel het aantal tekortkomingen in de toekomst te laten dalen. Wij vertrouwen er op u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben. Hoogachtend, college van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester, De Gemeentesecretaris, drs. H.M.F. Bruls drs. B. van der Ploeg Brief aan de raad

6 Toezichtinformatie Kinderopvang Nijmegen 2013 Introductie De kinderopvang omvat de volgende voorzieningen: Kinderdagverblijven (KDV), Buitenschoolse Opvang (BSO), Gastouderbureau's (GOB), Peuterspeelzalen (PSZ) en Voorziening Gastouders (VGO). Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het toezicht op de kwaliteit van de kinderopvang. Als een voorziening de wet overtreedt moet de gemeente handhaven. Dit overzicht is gebaseerd op de gegevens zoals ontleend aan de databases van het LRKP, GIR I en GIRH met uitzondering van de toelichtingen die door gemeenten zijn ingevuld. Dit rapport bevat de belangrijkste onderdelen voor het toezicht op de kinderopvang. Afhandeling aanvragen (KDV, BSO, GOB, PSZ, VGO) Grafiek 1: Tijdig afgehandelde aanvragen (%) Gemeenten zijn wettelijk verplicht om een aanvraag binnen 10 weken af te ronden. Het aandeel tijdig afgehandelde aanvragen geeft een indicatie hoe processen binnen een gemeente zijn geregeld. Niet alle aanvragen zijn tijdig behandeld doordat niet altijd van de mogelijkheid gebruik wordt gemaakt om de beslistermijn op te schorten bij bijvoorbeeld het ontbreken van gegevens.

7

8 Uitvoering inspecties (KDV, BSO, GOB, PSZ) Grafiek 2: Geïnspecteerde locaties (%) Het toezicht op de kinderopvang wordt door de GGD uitgevoerd in opdracht van de gemeente. De GGD voert inspecties uit en rapporteert hierover. Iedere bestaande locatie moet jaarlijks worden geïnspecteerd. Voor iedere nieuwe locatie dient binnen 3 maanden een onderzoek plaats te vinden. Indicator zegt iets over in hoeverre de gemeente erin is geslaagd om alle locaties te laten inspecteren. Uitvoering inspecties (VGO nieuw) Grafiek 3: Geïnspecteerde locaties (VGO nieuw) (%) Het percentage geïnspecteerde locaties geeft aan in welke mate de taakstelling ten aanzien van nieuwe VGO-locaties wordt gehaald. De indicator zegt iets over de mate waarin de gemeenten alle nieuwe gastouders heeft laten inspecteren.

9

10 Uitvoering inspecties (VGO bestaand) Grafiek 4: Geïnspecteerde locaties (VGO bestaand) (%) norm = 5% Het percentage geïnspecteerde locaties geeft aan in welke mate de taakstelling ten aanzien van bestaande VGO-locaties wordt gehaald. De wettelijke norm is dat tenminste 5% van het bestaande bestand wordt geïnspecteerd. Percentage geïnspecteerde locaties moet na herberekening 80,0% zijn.aantal te inspecteren locaties in 2013 is 140 i.p.v Het verschil is het gevolg van gestopte of nog niet gestarte locaties. Van de 140 locaties zijn 112 wel geïnspecteerd (3 inspecties waren niet verwerkt in de telling). Derhalve zijn 28 locaties niet regulier onderzocht, terwijl dit wel had gemoeten. Dit betreffen alleen niet-risicovolle locaties, welke begin 2014 alsnog zijn geïnspecteerd. Redenen voor het niet halen van de norm zijn het gevolg van de voorbereiding van de invoering van de nieuwe rapporten (per ), een tijdelijke vacature voor toezichthouder en extra werkzaamheden als gevolg van de fusie van GGD regio Rivierenland en GGD regio Nijmegen tot GGD Gelderland-Zuid. Handhaving Grafiek 5: Ingezette handhavingstrajecten op tekortkomingen (%) Gemeenten moeten handhaven als zij tekortkomingen signaleren. Een voorbeeld van een tekortkoming is als een leidster niet de juiste diploma's heeft. De indicator geeft aan in hoeverre de gemeente bij iedere overtreding handhaaft.

11

12 Tekortkomingen zonder handhavingsactie Tabel 1: Tekortkomingen zonder handhavingsactie (aantal) Tekortkomingen zonder handhavingstraject Nijmegen 0 Als er een tekortkoming wordt geconstateerd dient er te worden gehandhaafd. Er kunnen redenen zijn om toch niet te handhaven. Een voorbeeld is als het een geconstateerde overtreding betreft op een locatie die inmiddels failliet is. Als er zonder reden niet wordt gehandhaafd loopt de gemeente het risico dat de gemeente niet aan de handhavingsplicht voldoet. Bijlage Tabel 2: Toezicht Kinderopvang (aantal) Nijmegen Aanvragen 148 Tijdig afgehandelde aanvragen 137 Te inspecteren locaties 147 Geinspecteerde locaties 109 Te inspecteren VGO-locaties nieuw 95 Geinspecteerde VGO-locaties nieuw 94 VGO-locaties bestaand 259 Te inspecteren VGO-locaties bestaand 13 Geinspecteerde VGO-locaties bestaand 16 Rapporten met handhavingsadvies 65 Ingezette handhavingstrajecten 65 Tekortkomingen zonder handhavingstraject 0 Bronnen De gegevens zijn afkomstig van Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) en aangeleverd door de gemeente Nijmegen.

13

14 KWALITEITSINSTITUUT NEDERLANDSE GEMEENTEN NASSAULAAN JS DEN HAAG POSTBUS GK DEN HAAG T F INFO@KINGGEMEENTEN.NL

15 Kinderopvang Toezichtinformatie over 2013 Ook dit jaar verloopt de jaarverantwoording kinderopvang via De gegevens over uw gemeente worden één op één gehaald uit het Landelijk Register voor Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP), GIR Inspecteren en GIR Handhaven. Hierbij wordt de peildatum van 1 maart 2014 gehanteerd. In tegenstelling tot vorig jaar kunt u de gegevens niet meer muteren.de verschillende onderdelen van de jaarverantwoording gaan in op de afhandeling van aanvragen, de uitvoering van inspecties en handhaving op tekortkomingen. Daarbij worden verschillende voorzieningen onderscheiden (Kinderdagverblijven [KDV], Buitenschoolse Opvang [BSO], Gastouderbureau s [GOB], VGO [Voorziening Gastouders], Peuterspeelzalen [PSZ]).De gegevens van uw gemeente én de eventuele toelichting laat u vaststellen door het College van B&W. Voor het laten vaststellen is via deze website voor de gemeenten een rapportage beschikbaar. De rapportage kan hierna aan de gemeenteraad en de inspectie beschikbaar worden gesteld. KING en VNG adviseren u de jaarverantwoording aan de gemeenteraad op te nemen in uw P&C cyclus. Meer informatie en praktijkvoorbeelden over horizontale verantwoording vindt u op de website van KING, beschikbaar stellen van uw jaarverantwoording aan de Inspectie moet u wettelijk doenvóór 1 juli 2014.Mocht u nog vragen hebben, dan kunt u terecht bij de IvhO via Kinderopvang@owinsp.nl. rapportage en toelichting Toezichtinformatie Kinderopang gemeente Nijmegen Rapport Toezichtinformatie Nijmegen ( Word versie ) Laatste update rapport: woensdag 18 juni 9:00h Eerstvolgende update: vrijdag 20 juni Informatie voor IvhO Hieronder kunt u toelichting geven over de gerapporteerde gegevens en de resultaten die volgens u voor IvhO van belang zijn.het betreft extra informatie die u buiten de toelichting die in de rapportage die aan de gemeenteraad al opgenomen kan worden, volgens u van belang kan zijn voor de interpretatie van de informatie door IvhO.Deze toelichting wordt niet in de rapportage voor de gemeenteraad opgenomen.

16 Toelichting bij grafiek 2 geïnspecteerd locaties: De volgende locaties hadden niet te hoeven worden geïnspecteerd: BSO De Vliegende Hollander: opvang is gestopt, nog niet uitgeschreven door houder KDV Allio kinderopvang Berg en Dalseweg: bewust uitgesteld vanwege houderwijziging KDV Abeltje Nutsschool Peuterarrangement: opvang is nog niet gestart KDV De Prins: opvang is nog niet gestart PSZ Tierlantijn: opvang is gestopt, ondertussen uitgeschreven BSO Kloek Luciaweg: opvang is gestopt, ondertussen uitgeschreven BSO Fanfare: opvang is gestopt, ondertussen uitgeschreven De volgende 3 inspecties zijn niet goed verwerkt in de telling: BSO Ondersteboven regulier BSO Jump/Ondersteboven Stationsstraat regulier KDV Peutergroep De Prins Onderzoek voor registratie geweest als PSZ De Prins. Vanwege omzetting van PSZ naar KDV moest opnieuwe een Onderzoek voor registratie gedaan worden voor Peutergroep De Prins. Hierbij is alles beoordeeld en derhalve gelijkwaardig aan Onderzoek na registratie. Toelichting op het rapport ten behoeve van Waarstaatjegemeente.nl Als gemeente heeft u de keuze om een toelichting te geven op het rapport. Het rapport wat uiteindelijk wordt gepubliceerd op Waarstaatjegemeente.nl omvat de gegevens en de toelichting.het rapport wordt uitsluitend gepubliceerd als u daarvoor expliciet toestemming voor geeft. 1. (niet tijdig) afgehandelde aanvragen U kunt hier bijvoorbeeld ingaan op de behaalde resultaten en indien gewenst toelichten waarom bepaalde doelen niet zijn gehaald. Niet alle aanvragen zijn tijdig behandeld doordat niet altijd van de mogelijkheid gebruik wordt gemaakt om de beslistermijn op te schorten bij bijvoorbeeld het ontbreken van gegevens. 2. (niet-)geïnspecteerde locaties Percentage geïnspecteerde locaties moet na herberekening 80,0% zijn. Aantal te inspecteren locaties in 2013 is 140 i.p.v Het verschil is het gevolg van gestopte of nog niet gestarte locaties. Van de 140 locaties zijn 112 wel geïnspecteerd (3 inspecties waren niet verwerkt in de telling). Derhalve zijn 28 locaties niet regulier onderzocht, terwijl dit wel had gemoeten. Dit betreffen alleen niet-risicovolle locaties, welke begin 2014 alsnog zijn geïnspecteerd. Redenen voor het niet halen van de norm zijn het gevolg van de enorme toename van het aantal

17 gastouders en daarmee benodigde inspecties, de keuze voor 100% handhaving en de daarmee gepaard gaande capaciteit van inspecteurs voor nader onderzoek, de wijziging van het gemeentelijk beleid om peuterspeelzalen om te zetten in peutergroepen waardoor deze locaties 2x moesten worden geinspecteerd (voor en na registratie), verschillende organisatorische redenen zoals de voorbereiding van de invoering van de nieuwe rapporten (per ), de overdracht van taken van gemeente naar de GGD, een tijdelijke vacature voor toezichthouder en extra werkzaamheden als gevolg van de fusie van GGD regio Rivierenland en GGD regio Nijmegen tot GGD Gelderland-Zuid. 3. (geen) acties bij rapporten met HH-advies (No response) 4. tekortkomingen waar (geen) actie in gang is gezet (No response) accorderen en publiceren De toezichtinformatie Kinderopvang is afgehandeld door: Mireille Souverijn Is het LRKP volgens de gemeente Nijmegen in verslagjaar 2013 juist, volledig en actueel geweest? (indien nee) Toelichting op LRKP gegevens Aantal te inspecteren locaties (KDV, BSO, GOB, PSZ) in 2013 is 140 i.p.v Het verschil is het gevolg van gestopte of nog niet gestarte locaties. Van de 140 locaties zijn 112 wel geïnspecteerd (3 inspecties waren niet verwerkt in de telling). Derhalve zijn 28 locaties niet regulier onderzocht.