Omzetbelasting. Collegeverslag deel 2 supplementen. Fiscaal recht Bachelor 3 Blok

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Omzetbelasting. Collegeverslag deel 2 supplementen. Fiscaal recht Bachelor 3 Blok 2 2009 2010"

Transcriptie

1 Omzetbelasting Collegeverslag deel 2 supplementen Fiscaal recht Bachelor 3 Blok

2 Inhoudsopgave Hoorcollege 13: Bijzondere Regelingen... 3 Hoorcollege 14: Arresten in reader... 12

3 HOORCOLLEGE 13: BIJZONDERE REGELINGEN Datum: 4 januari 2010 Studiestof: hoofdstuk 16 INLEIDING De bijzondere regelingen staan in hoofdstuk V van de wet. Het is van belang het bestaan van deze regelingen te kennen en de redenatie achter het bestaan van deze regelingen. De details van de regelingen staan in de wet en in de richtlijn. Het voordeel van de huidige BTW richtlijn is dat deze richtlijn een herschreven versie is van de Zesde Richtlijn. Vanaf art. 281 van de Richtlijn zijn de bijzondere regelingen opgenomen. In de richtlijn wordt de regeling uitgewerkt met kantbepalingen. Lidstaten wordt de mogelijkheid geboden om een bepaalde regeling volledig toe te passen, dan wel gedeeltelijk toe te passen. Alles wat in de richtlijn staat is ook van toepassing in Nederland. Voor het tentamen geldt echter, dat dit is gebaseerd op de Nederlandse wet. Inhoud college: Kleine ondernemersregeling; Landbouwregeling; Visserij Accijnsgoederen; Margeregeling. KLEINE ONDERNEMERSREGELING Zie artikel 25 OB. Dit is eigenlijk een vorm van subsidie. Deze bepaling is bedoeld om bepaalde ondernemers financieel tegemoet te komen. De Nederlandse wetgever is hierin krenterig geweest. Er is een aantal beperkingen: Kan alleen worden toegepast op een ondernemer die een natuurlijk persoon is die in Nederland woont of is gevestigd. Woont iemand in Duitsland en heeft deze een vennootschap in Nederland, dan kan deze worden toegepast. Indien een buitenlandse ondernemer een vaste inrichting heeft in Nederland, dan kan deze worden toegepast. Rechtspersonen (NV, BV etc.) kunnen geen gebruik maken van deze regeling. Een samenwerkingsverband van natuurlijke personen kan hier wel gebruik van maken. Deze regeling wordt wel per natuurlijk persoon toegepast. Als je kijkt naar de definitie van een ondernemer: ieder die ( ). Indien drie personen een samenwerkingsverband hebben, dan kan deze regeling alleen worden toegepast op deze drie personen samen. De regeling kan dan maar één keer worden toegepast. Drempel, zie art. 25 lid 1. In art. 25 lid 6 staat dat er nadere regels kunnen worden gesteld. In de uitvoeringsbeschikking wordt een aantal aanvullende eisen gesteld. Het doel van de KOR is de kleine ondernemer een financiële tegemoetkoming te geven. Deze houdt uiteindelijk in dat het bedrag dat iemand per saldo verschuldigd is na aftrek van voorbelasting, tot

4 een bepaalde drempel, leidt tot een vermindering of vrijstelling van de verschuldigde belasting. Dit is een financieel voordeel. Het is geen groot bedrag, want de maximale vermindering is Het gaat om het per saldo verschuldigde bedrag. De kleine ondernemer hoeft niet iemand te zijn met weinig omzet. Het kan ook gaan om iemand die veel omzet heeft, maar vrijgesteld is. Het kan ook gaan om iemand die veel omzet heeft, maar ook veel aftrek van voorbelasting heeft en dus kleine winstmarges heeft. Er zit in de wet een aantal bepalingen waarbij de keuze bestaat of er wel of geen BTW verschuldigd is. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de optie voor belaste verhuur. In principe is de verhuur van onroerende zaken zoals kantoorruimtes en winkels vrijgesteld. Als je deze gaat verhuren aan iemand die in het kantoor een winkel of onderneming drijft en deze heeft een aftrek van voorbelasting, dan kan hij opteren voor belaste levering. Dan ben je belasting verschuldigd. Als je zorgt dat deze belasting onder een bepaald bedrag blijft, zou je gebruik kunnen maken van deze KOR. Dit heeft de wetgever niet gewild. Er wordt derhalve een aantal categorieën uitgezonderd. De wetgever wil niet dat er mensen gebruik van maken die er normaal gesproken geen gebruik van zouden maken als ze geen gebruik zouden maken van een bepaalde optie in de wetgeving. Dus bepaalde situaties, zoals in het geval van toepasselijkheid van de landbouwregeling (zie hieronder) zijn uitgezonderd. Bepaalde omzetten worden niet meegeteld voor de ondernemersregeling, zie art. 25a Uitv.besch. Een aantal bijzonderheden: Intracommunautaire verwervingen tellen mee als verschuldigde belasting voor de KOR. Dit betreffen ook verwervingen van goederen uit het buitenland. Hierbij wordt de voorbelasting in aftrek genomen. Per saldo is het effect van de verwervingen 0, maar ze moeten wel mee worden genomen in de berekeningen. Art. 37: als iemand op een factuur BTW vermeldt, terwijl diegene niet verplicht is deze BTW te vermelden, dan moet deze toch worden afgedragen. Het is niet altijd mogelijk dit ongedaan te maken (alleen onder strikte voorwaarden). Bepaalde verlegde belastingen. Deze heffingen zijn dus niet door de ondernemer zelf verschuldigd (zie art. 25a) Cijfervoorbeeld Definitie van vermindering: zie art. 25 lid 1. Een ondernemer natuurlijk persoon die in Nederland woont of is gevestigd, dan wel een vaste inrichting heeft, die de aftrek van voorbelasting heeft toegepast en erachter komt dat dit bedrag niet meer is dan 1883, dan mag hij vervolgens de vermindering gaan berekenen. Deze vermindering is: het verschil tussen 1883 en wat je normaal verschuldigd bent.

5 Een ondernemer is 1500 verschuldigd. Dit is minder dan * 2,5 = 957,50. De vermindering wordt dan 958. Per saldo moet worden betaald: = 542. Cijfervoorbeeld 2 Er is een verschuldigdheid van * 2,5 = 2 207, ,50 is een negatief bedrag. Dit zou betekenen dat de ondernemer een bedrag terug moet krijgen. Dit kan niet, omdat er een bepaling in dit artikel staat dat je nooit meer kan terugkrijgen dat het bedrag dat je aan belasting verschuldigd bent. De aftrek is in dit geval gemaximeerd op 1000, zodat er niets betaald hoeft te worden. Het bedrag dat maximaal in aanmerking kan komen voor de vermindering is: Dan kom je na het berekenen uit op 0 en profiteer je maximaal van de KOR. Kom je daarboven, dan wordt de vermindering kleiner. Het gaat dus om het bedrag dat iemand per saldo verschuldigd is. Voordelen: Financieel voordeel De ondernemer wordt ontheven van administratieve verplichtingen. Nadeel daarvan is dat een ondernemer geen BTW facturen mag afleveren. Als een kleine ondernemer aan andere ondernemers presteert, dan kunnen de afnemers de BTW niet in aftrek brengen. In de keten wordt dat niet maximaal gebruik gemaakt van de financiële voordelen. In art. 25a Uitvoeringsbesch. worden enkele uitzonderingen genoemd die buiten de regeling blijven. Enkele categorieën worden hier genoemd. Om toepassing van deze regeling hoeft niet te worden verzocht. De vermindering vloeit rechtstreeks voort uit de wet. Dit kan gewoon in de aangifte worden toegepast. Om de ontheffing administratieve verplichtingen moet wel worden verzocht. Deze keuze moet dus kenbaar worden gemaakt. Hierop wordt een beschikking gegeven. De ondernemer zit voor een bepaalde periode aan deze keuze vast en kan hier niet zomaar op terugkomen. Nederland heeft ervoor gekozen om de KOR te beperken tot natuurlijke personen die in Nederland wonen of zijn gevestigd. Is dit in overeenstemming met het EG recht in brede zin? In strijd met het vrije verkeer van goederen en diensten? Is het niet een vorm van discriminatie dat alleen Nederlandse ondernemers gebruik mogen maken van deze regeling? Er zijn vergelijkbare regelingen die alleen toegekend worden aan ondernemers die in een bepaald land wonen of zijn gevestigd. In bepaalde omstandigheden is dit geoorloofd, soms niet. Er loopt op dit moment geen procedure in Nederland over. Vanuit andere lidstaten lopen hier wel procedures over. Een voorbeeld waarbij de Nederlandse Hoge Raad makkelijk om de KOR is heengegaan.

6 Dit betrof een Duitse particulier die een vakantiewoning in NL bezat en deze vakantiewoning verhuurde. Hij werd hierdoor als ondernemer aangemerkt. Hij wilde voorbelasting terugclaimen. Er zitten in het terugvragen van BTW voor buitenlandse ondernemer die niet in NL wonen of zijn gevestigd bepaalde drempelbedragen. In NL is er geen drempelbedrag voor ondernemers die niet in NL wonen of zijn gevestigd. Vanaf het eerste uur wordt de voorbelasting terugontvangen. In de teruggaafregeling (art. 33) kent bepaalde drempels. HR: voor de toepassing van de teruggaafregeling neemt de HR aan dat een Duitse particulier met een woning in Nederland een vaste inrichting heeft in NL. Het effect daarvan: omdat hij een v.i. heeft in NL wordt hij behandeld als een NL se ondernemer en kan hij ook de kleine bedragen van aftrek van voorbelasting al terugkrijgen. Op dit moment is het nog niet zeker of bovenstaande discriminatoir is. Vraag is ook of er in bovenstaande wel sprake is van een v.i. Nodig voor een vaste inrichting: een vestiging in een ander land waar je woont of je hoofdvestiging hebt. In het andere land heb je nodig: mensen en middelen (duurzame organisatie van arbeid en kapitaal). Bij een vakantiewoning is er eigenlijk alleen sprake van kapitaal, niet van mensen. Theoretisch is het oordeel van de HR niet juist, het was veeleer een doelredenering voor de teruggave. Bovenstaande regeling werkt dus volgens de gewone BTW regels, maar wel met een vrijstelling. LANDBOUWREGELING Zie art. 27 OB. Dit wordt ook wel de landbouwvrijstelling genoemd. Het is echter niet een echte vrijstelling. Er is ook een landbouwvrijstelling in de Inkomstenbelasting, daar moet deze niet mee worden verward. De landbouwregeling in de omzetbelasting heeft een ander doel. Het probleem met vrijstellingen in de BTW is dat er geen aftrek kan zijn en dat die BTW vervolgens verdisconteerd is in de prijs van het goed voor de volgende ondernemer. Deze ondernemer kan dus ook niet dit bedrag aftrekken. Voordeel: voor de eigen omzet hoeft hij geen BTW te voldoen. Dit maakt de landbouwregeling bijzonder: de regeling gaat niet alleen over wat er is vrijgesteld, maar deze regeling gaat ook over de volgende schakel, voor degene die de goederen koopt. Deze persoon wordt niet benadeeld. De landbouwregeling is in feite een compromis tussen: het voordeel hebben van geen BTW betalen over de toegevoegde waarde, maar wel zorgen dat er een bepaalde aftrek blijft. Er is dus sprake van een echte vrijstelling. De toegevoegde waarde van de landbouwer wordt dus buiten de BTW gehouden, maar er zijn geen extra kosten voor de afnemers. Art. 27 lid 1 regelt voor wie de landbouwregeling toepasselijk is. Deze regeling geldt niet alleen voor landbouwers in enge zin, maar ook over veehouders. De geitenhouders zijn ook veehouders in de zin van deze bepalingen. Tuinbouwers (kassen) vallen ook onder deze regeling. Het gaat hier om het telen van de producten. Bosbouwers (in Nederland verbouwde kerstbomen bijvoorbeeld) ook. Lid 8: De voorgaande leden blijven buiten toepassing ten aanzien van veehouders, voor zover hun bedrijfsuitoefening niet samenhangt met de exploitatie van de bodem. Wat hangt nu niet samen met de exploitatie van de bodem?

7 Tomaten bijvoorbeeld kunnen ook worden geteeld worden boven de grond in een bepaalde substantie. Dit zou feitelijk geen verband meer houden met exploitatie met de bodem. De bedoeling van deze bepaling is dat de bio industrie buiten wordt gehouden. Deze industrie wordt hierbij uitgesloten van de landbouwregeling. Dit is echter niet verder uitgewerkt. Er is wel een goedkeuring dat als een landbouwer meer dan 1 ha grond heeft, dan is lid 8 niet van toepassing. Dan wordt aangenomen dat de bedrijfsuitoefening wel samenhangt met de bedrijfsuitoefening. Verder is er een vergelijking mogelijk met andere vrijstellingen. Het gaat niet om de ondernemer die wordt vrijgesteld, maar om de leveringen en diensten die worden vrijgesteld, zie art. 27 lid 1 sub a waar wordt verwezen naar tabel I, onderdeel a. Onderdeel a is een uitvoerige tabel met allerlei soorten producten. Dit kunnen voedingsmiddelen zijn, maar ook bijvoorbeeld paardenfokkers. Ook vallen bepaalde diensten hieronder; welke naar aard bijdragen tot de agrarische producten. Dit zijn de agrarische loonbedrijven (iemand die met de tractor gaat helpen om de agrarische productie tot stand gaat brengen). Het kan ook zo zijn dat als je bepaalde bedrijfsmiddelen hebt gebruikt en deze afstoot (vergelijkend met art. 11 lid 1 sub r), dan valt ook deze levering onder de landbouwregeling. Als iemand de landerijen verkoopt (aan bijvoorbeeld de gemeente), valt het dan onder de definitie van art. 27 lid 1 sub c? Zijn dit gebruikte bedrijfsmiddelen? Nee, als het eenmaal duidelijk is dat de landbouwgronden uit de landbouwproductiesector worden genomen, dan vallen deze niet onder de regeling. De regeling is bedoeld voor landbouwgronden die voor de landbouw worden gebruikt en als zodanig worden overgedragen. Lid 2: Hier geldt ook een ontheffing van administratieve verplichtingen. Art. 27 lid 4: die ondernemers aan wie geleverd wordt door een bedrijf dat onder de landbouwregeling valt, kunnen 5,1% van het aan hen in rekening gebrachte bedrag op de voet van art. 15 lid 1 in aftrek brengen. De 5,1% wordt ook wel het landbouwforfait genoemd. dit is het bedrag dat de afnemer van de landbouwer in aftrek kan brengen. Dit kan bijvoorbeeld een veiling of een supermarktketen zijn (C1000 die bijvoorbeeld rechtsreeks producten koopt van biologische boeren. C1000 koopt bijvoorbeeld scharreleieren voor Van deze mag dan 5,1% als vooraftrek worden geclaimd.) Het percentage van 5,1% wordt van tijd tot tijd herberekend en beoogt de gemiddelde voordruk van een landbouwer weer te geven (als percentage van de prijzen die hij berekent). Er wordt rekening gehouden met een bepaalde toegevoegde waarde. Wat zijn de kosten die een landbouwer moet maken? Dit kunnen producten zijn die onder het algemene tarief vallen, veelal kapitaalinvesteringen zoals de aankoop van een nieuwe tractor, of de aanleg van nieuwe kassencomplexen. Alles bijeengenomen komen ze uit op gemiddeld 5,1%. Als het algemene BTW tarief omhoog gaat, gaat dit landbouwforfait ook vaak omhoog. De teruggaaf is heel belangrijk. Een landbouwer is niet verplicht om onder de landbouwregeling te vallen. Hij kan ook kiezen om onder de normale regeling te vallen (zie lid 6). De landbouwer kan verzoeken om lid 1 en lid 2 niet van toepassing te laten zijn op hem. Deze keuze is in beginsel voor vijf jaar.

8 OPTIE VOOR BELASTE LEVERING Wanneer zou een landbouwer afzien van deze landbouwregeling? (dus: vrijstelling omzet, geen aftrekkosten en investeringen). Dit is voordelig ingeval een landbouwer veel investeringen gaat doen, bijvoorbeeld als hij een compleet kassenstelsel gaat aanschaffen (dan mag dus BTW worden afgetrokken). Het kan gunstiger zijn om voor de normale regeling te kiezen. De BTW op de investeringen kan dan volledig worden teruggekregen. Vijf jaar lang moet dan wel BTW op de omzet worden afgedragen. Na vijf jaar kan dan weer opnieuw worden gekozen voor de landbouwregeling. Zijn kassen roerende zaken? Nee, kassen zijn onroerende zaken. Er kan sprake zijn van de herzieningsregeling. Net als bij andere onroerende zaken waarbij de activiteiten worden veranderd en iemand niet langer belast is, maar vrijgesteld (door in dit geval te opteren voor de landbouwregeling), dan is er geen aftrek meer en moet worden herzien. Als iemand alleen investeert in de tractor die roerend is, dan kan na vijf jaar opnieuw worden gekozen. (De herzieningstermijn voor roerende goederen is vijf jaar.) Omdat er sprake is van een vrijstelling, maar wel van ondernemerschap, heeft ook een landbouwer te maken met de problematiek rond de interne prestaties (integratieheffing en art. 3 3 b), daar valt hij in principe ook onder. Echter, art. 27 lid 1 sub c zegt dat als je als landbouwer gebruik maakt van de landbouwregeling (en dus bent vrijgesteld), kun je te maken krijgt met de integratieheffing. Deze is onder bepaalde voorwaarden vrijgesteld in art. 27 lid 1 sub c. Een landbouwer die bepaalde producten privé gaat gebruiken, die krijgt wel te maken met de heffing van interne prestaties. VISSERIJ Voor de visserij geldt een 0 tarief bij invoer. De vissers vallen in principe niet onder de landbouwregeling, maar hebben wel een tegemoetkoming gekregen. De vissers hebben recht op volledige aftrek van de kosten die ze maken. Zeeschepen vallen vaak wel onder het 0 tarief, maar allerlei andere kosten die ze maken, als het 0 tarief niet van toepassing is, mogen als voorbelasting in aftrek worden gebracht. Over de omzet wordt 0% BTW toegepast. Dit is van toepassing op de vissers. In een latere schakel, de supermarkt, dan is vis een voedingsmiddel en valt het onder het 6% tarief. Deze landbouwregeling is gevolg van een sterke lobby is deze regeling in de wet gekomen. ACCIJNSGOEDEREN Denk bijvoorbeeld aan tabaksproducten (art. 28). Bij invoer maakt de BTW gebruik van douanewetgeving. Bij tabaksproducten maakt de BTW gebruik van de tabaksaccijnzen. Dit houdt in dat een bepaald bedrag aan accijns geheven wordt over de waarde (zoals die aan de consument berekend wordt) van een bepaald product. Als dat voor de accijns moet gebeuren, is het handig voor de BTW om hierbij aan te sluiten. Op een pakje sigaretten zit een zegel. Op dat zegel staat een bepaalde prijs. Dat zegel heeft een bepaalde waarde. Dit geeft aan dat er accijns betaald is. Dit maakt dat je makkelijk kunt zien dat sigaretten legaal of illegaal zijn. Zonder sigaretten is er geen Nederlandse BTW betaald, deze zijn niet

9 altijd illegaal. Illegale sigaretten die zwart op de Nederlandse markt zijn. Dit gaat vaak via diefstal. Vrachtauto s worden bijvoorbeeld gestolen. De BTW sluit dus aan bij de accijnzen. De accijnzen worden bij de producent geheven. Dit is normaal belast. Maar omdat die heffing éénmalig heeft plaatsgevonden bij de producent, is het niet nodig om in de volgende schakels (groothandel / sigarenboer etc.) om deze nog eens in de BTW te betrekken voor de tabaksproducten. In de volgende schakels wordt geen BTW meer geheven. Administratief wordt dit opgelost door te zeggen dat deze producten onder het 0 tarief vallen. Er wordt in wezen eigenlijk geen BTW geheven. Er is echter wel degelijk BTW op verschuldigd. Het is niet mogelijk om hierop voorbelasting af te trekken. Dit komt overeen met het karakter van de BTW, die beoogt het consumptieverbruik te belasten. Het zakelijk roken is derhalve niet voor BTW aftrekbaar. MARGEREGELING Art. 28b OB. Deze regeling is in 1995 in de wet gekomen. De achtergrond van de regeling is het probleem met gebruikte goederen. Doel van de BTW is een algemene verbruiksbelasting te zijn met het doel de particuliere consument te belasten. Er is een aantal producten die nadat ze eenmaal zijn gekocht door een particulier, die wel worden geconsumeerd, maar wat geen finale consumptie is. Deze consumptie kan zich over jaren uitstrekken, omdat dit product door een particulier kan worden doorverkocht aan een andere particulier. Het probleem ontstaat, wanneer een particulier terugverkoopt aan een ondernemer en deze ondernemer verkoopt het product weer aan een particulier. Voorbeeld Een fietsenmaker verkoopt gebruikte fietsen koopt via inruil en weer verkoopt, dan moet over de opbrengst van deze fiets weer 19% BTW worden geheven. Dit is niet plezierig voor de ondernemer, daar er al eerder 19% BTW over de waarde van de fiets is afgedragen. Dit is ook niet de bedoeling van de BTW wetgeving. Betekent dit dat er geen BTW wordt geheven? Dan zou er eigenlijk een soort vrijstelling moeten komen. Dit is niet de bedoeling. Vaak levert een fietsenmaker wel een toegevoegde waarde, dus bijvoorbeeld extra garantie, een opknapbeurt, vervanging van onderdelen etc. Deze toegevoegde waarde wordt wel in de BTW betrokken. De restwaarde wordt niet in de BTW heffing betrokken. Ondernemers die handelen in gebruikte goederen heten: wederverkopers. Die moeten BTW voldoen over de marge. De fietsenmaker in bovenstaand voorbeeld verkoopt de fiets voor 100. Hij heeft de fiets gekocht bij inruil voor 75. Voor de BTW moet hij dan over de 25 belasting voldoen. Dit lijkt qua effect wel een beetje op het gewone BTW systeem. De manier waarop dit geschiedt is echter wel anders, want bij inkoop van de fiets, kan hij geen aftrek van voorbelasting claimen. Er wordt dus alleen op het moment van verkoop gekeken naar de marge. Het bepalen van de marge is niet altijd eenvoudig. Soms worden veel verschillende producten ingekocht in bijvoorbeeld grote partijen. Iemand koopt bijvoorbeeld 300 fietsen voor Het is in de praktijk dan lastig om bij te houden of een fiets nu uit de partij van 300 fiets komt of niet. Een ondernemer is in zo n geval verplicht om de globalisatieregeling (art. 28d) toe te passen. Deze regeling houdt in dat je BTW voldoet over het saldo van wat je verkocht hebt over een bepaald tijdvak / wat je hebt ingekocht.

10 In de praktijk zijn er veel ondernemers die deze regeling toepassen. Voor een aantal sectoren is deze regeling verplicht gesteld. Er zijn weer allerlei manieren om te kiezen voor de normale methode. Dus voor alle omzet wordt dus BTW berekend en aftrek van voorbelasting. Dit komt niet vaak voor. Voordeel: het lost het probleem op van goederen zoals: particulier ondernemer particulier. Nadeel: het lost niet op de situatie van goederen zoals: particulier ondernemer ondernemer. VEILINGEN Bij de landbouwregeling en bij handel in kunstvoorwerpen e.d. wordt gewerkt met veilingen. In art. 3 lid 5 OB wordt gezegd dat handel via een veiling betekent dat aan een veiling wordt geleverd. De veiling mag de normale margeregeling toepassen. Deze wordt als wederverkoper aangemerkt en moet dus alleen BTW voldoen over de verkoop / inkoop. Soms wordt het verschil tussen in en verkoop door veilingen zichtbaar gemaakt. Stel dat je op een veiling koopt voor 100. Soms wordt gezegd dat boven op de veilingprijs nog veilingkosten komen, maar soms is deze daar al in berekend. Dus dat betekent dat degene die het product via de veiling heeft aangeboden in zo n geval minder overhoudt van de opbrengst. Dit is een manier van heffen die de scherpe kantjes van de BTW afhaalt in een situatie dat producten via bepaalde ondernemers weer opnieuw in de circulatie gebracht.

11

12 HOORCOLLEGE 14: ARRESTEN IN READER Datum: 5 januari 2010 Studiestof: hoofdstuk 12 INLEIDING Algemene tips bij het lezen van arresten: Noem bij arresten van het HvJ de naam van het arrest, maar geef ook aan wat de essentie is van dat arrest: Aeroleasarrest, wanneer er wel of geen sprake is van een vaste inrichting: niet alleen bij kapitaal en organisatie maar ook arbeid die verricht wordt door mensen. Als je verwijst naar arresten van de HR geef dan het jaartal van het arrest of BNB nummer: Het arrest van de HR 1999 over gemene rekening. Arresten van HR gelden alleen in NL. Alle arresten in de reader gaan over de zesde BTW richtlijn. Echter wordt er soms ook in arresten uit de reader verwezen naar de nieuwe richtlijn van Achterin de BTWrichtlijn staat de concordantietabel. Hierin staat de nieuwe plek van de artikelen in de nieuwe richtlijn. LEVERINGEN HvJ EG 14 mei 1985, C 139/84: Van Dijk s Boekhuis: Casus: Van Dijk s Boekhuis verhuurt schoolboeken en kende daarnaast ook de mogelijkheid om boeken te repareren en daar weer een bruikbaar boek van te maken. Van Dijk s Boekhuis: Wij maken van oude boeken weer nieuwe boeken en rekenen daar een vergoeding voor. Deze vergoeding valt onder het verlaagde tarief Tabel 1: levering van boeken is 6%. Belastingdienst was het hier niet mee eens en was van mening dat er geen nieuwe boeken werden geleverd maar dat er boeken werden gerepareerd. Het repareren van boeken is een dienst waarbij het algemeen tarief van (destijds) 18% van toepassing is. De HR stelde toen een prejudiciële vraag aan het HvJ. Rechtsvraag: Wat is nu eigenlijk vervaardigen? HvJ: Als men wil weten wat nu vervaardigen is moet men te rade gaan bij het spraakgebruik. Vervaardigen is geen communautair begrip. Vervaardigen is het voorbrengen van een goed wat van tevoren niet bestond. In deze concrete situatie kon men alleen spreken van vervaardigen wanneer er een nieuw goed wordt gemaakt uit materiaal dat de opdrachtgever (scholen) aan Van Dijk s Boekhuis zouden hebben verstrekt. De volgende vraag is dan: Wat is nieuw goed? Dit is een goed dat een andere functie heeft in het maatschappelijk verkeer volgens gangbare opvattingen dan de functie van de verstrekte materialen. Past men het begrip nieuw goed toe op de casus, dan leiden de onderhouds en reparatiewerkzaamheden, ook al zijn ze heel ingrijpend, niet tot vervaardigen. De oorspronkelijke functie wordt door de reparatiewerkzaamheden weer terug gegeven aan het goed. Dit arrest is ook heel belangrijk voor de vraag of onroerende zaken worden vervaardigd door ingrijpende verbouwing of gedeeltelijke sloop.

13 HvJ EG 8 februari 1990, C 320/88: SAFE Dit arrest is ook ter sprake gekomen bij het college van de levering van goederen (HC 3 Prestaties). Casus: Het Safe arrest heeft er toe geleid dat de richtlijntekst en de NL se wettekst zijn aangepast. Huidige tekst van art. 3 lid 1 onderdeel a Wet OB: wordt als belangrijkste definitie van de levering genoemd: de overdracht of overgang van de macht om als eigenaar over een goed te beschikken. Terwijl er vroeg stond: de eigendomsoverdracht in het kader van een overeenkomst. Voorheen was er dus meer een juridisch begrip van levering. Er volgde een prejudiciële vraag: Kun je de economische eigendom wel overdragen/leveren en valt deze dan onder een levering voor de omzetbelasting (is dit een relevante levering)? Dit was niet duidelijk vanwege het juridische begrip dat werd gehanteerd. Rechtsvraag: is de overdracht van economische eigendom een levering voor de omzetbelasting? HvJ: De overdracht van economische eigendom kan zeker wel een levering voor de omzetbelasting zijn. Voor het begrip levering moet je niet kijken wat er in een lidstaat onder het nationale recht als levering wordt aangemerkt, maar je moet kijken naar wat er gebeurt. Uiteindelijk gaat het erom dat men als gevolg van een overeenkomst beschikt over de macht van het goed als eigenaar. Dit houdt in: het verkrijgen van het genot van de zaak, maar ook de mogelijkheid om eventueel dat genot weer door te geven aan een ander, als ware een eigenaar. Dit is later ook in de wet gekomen. Dit arrest heeft wel tot wat praktische problemen geleid. Bij de overdracht van onroerende zaken is er de samenloop van BTW en overdrachtsbelasting. De overdrachtsbelasting hanteerde lange tijd een meer juridisch begrip. Tot 1995 was het zo dat de economische eigendom niet werd belast met overdrachtsbelasting. In 1995 is dit opgelost, omdat nu de economische eigendom ook als belastbaar feit voor de overdrachtsbelasting wordt aangemerkt. ONDERNEMERSCHAP HvJ EG 15 mei 1990, C 4/89 Carpaneto Piacentino Casus: Er moest bepaald worden of de Italiaanse gemeente Carpaneto als ondernemer handelde. Rechtsvraag: wanneer wordt de overheid als belastingplichtige ofwel als ondernemer aangemerkt? HvJ: r.o. 8: De overheid (gemeente, provincies en de staat) handelt alleen als overheid en niet als ondernemer, wanneer het publiekrechtelijk lichaam handelingen verricht in een specifiek voor dat publiekrechtelijk lichaam geldend regime. De handelingen moeten dan ook uitgesloten zijn voor particuliere economische subjecten. In dat geval is het publiekrechtelijk lichaam geen belastingplichtige/ondernemer voor de omzetbelasting. Wanneer men optreedt als overheid kan men dus niet in concurrentie treden met andere partijen. Echter kan het wel zo zijn dat de nationale lidstaat bepaalde handelingen heeft bestempeld tot nationale bestuurstaken. Het HvJ zegt dat het daar gaat het niet om. Het gaat niet alleen om het etiket maar ook om de inhoud van de handeling: leiden zij wel of niet tot concurrentieverstoringen?. Voorbeeld van overheidstaken waar sprake is van niet handelen als overheid is bijvoorbeeld het openbaar vervoer door de gemeente Rotterdam. De RET (metro) is een gemeentelijk vervoerbedrijf. Naast metro s rijden er ook bussen in Rotterdam Arriva, Connexxion etc. Dit zijn privaatrechtelijke bedrijven. Het vervoersbedrijf RET dat door de gemeente wordt geëxploiteerd, leidt toch tot ondernemerschap, want het laten rijden van trams is niet iets wat specifiek alleen de overheid mag doen. Het uitgeven van paspoorten door de gemeente is wel een handeling die specifiek en alleen door de overheid mag worden gedaan.

14 HvJ EG 29 februari 1996, C 110/94, V N 1996/27 p INZO Casus: INtercommale ZeeOntzitlting (INZO) is een Belgisch initiatief waarbij wordt onderzocht of uit zeewater ook drinkwater gemaakt kan worden. Naast de technische mogelijkheden hebben ze ook onderzocht of dit initiatief rendabel zou zijn. Dit bleek niet het geval te zijn en uiteindelijk is men nooit begonnen met het bouwen van die installatie. Rechtsvraag: Is er nu recht op aftrek van BTW op de gemaakte kosten die verband houden met het initiatief? HvJ: In r.o. 15 wordt verwezen naar Rompelmanarrest waar wordt bepaald dat voorbereidende handelingen, zoals verkrijgen van bedrijfsmiddelen en de aankoop van onroerend goed reeds tot economische activiteiten worden gerekend en recht op aftrek voorbelasting geeft. R.o. 22: Als die voorbereidende handelingen er toe leiden dat men tot de conclusie komt dat het initiatief niet wordt voortgezet, dan brengt het beginsel van de neutraliteit mee dat er geen recht op aftrek van voorbelasting ontstaat. Eens economische activiteiten blijven economische activiteiten ook al leidt het niet tot BTW belaste handelingen. Het initiatief moet wel serieus zijn, dit leidt tot het begin van ondernemerschap en tot aftrek van voorbelasting. HvJ EG 7 juni 2000, C 23/98 Heerm/Heerma Casus. Dhr. Heerma en mevr. Heerma zijn samen een maatschap aangegaan. In de maatschap werd een agrarisch bedrijf uitgeoefend. In de maatschap werden enkele roerende bedrijfsmiddelen ingebracht. Daarnaast bouwde dhr. Heerma een ligboxstal. Deze werd niet ingebracht in de maatschap, maar die werd verhuurd aan de maatschap. In die tijd kon men nog opteren voor belaste verhuur (kan nu niet meer onder landbouwregeling) en dat deed het echtpaar ook. Rechtsvraag: is het verhuren van de ligboxstal nu wel een economische activiteit of is deze ondergeschikt aan de activiteiten van de maatschap (deze activiteiten als één zien)? HvJ: r.o. 22: wanneer een persoon als enige economische activiteit heeft het verhuren lichamelijke zaken aan de maatschappij of vennootschap waarvan hij zelf deel uitmaakt dan moet deze verhuur geacht worden zelfstandig te worden verricht (art. 4 lid 1 Zesde richtlijn). Er is in deze omstandigheid geen ondergeschiktheid. Eén van de argumenten die werd gegeven was het feit dat het hier gaat om situatie in familieverband. Er wordt ook verwezen naar het Enklerarrest. Dit gaat nog een stapje verder: vrouw had camper gekocht en die ging ze verhuren aan haar man en dit werd ook gezien als een economische activiteit. Er kan dus heel veel in de BTW. Er wordt gekeken naar wat er precies gebeurt en familieverhoudingen worden niet als leidend aangemerkt. HvJ EG 20 juni 1991, C 60/90 Polystar Casus: Houdstervennootschappen. Polystar was een houdstervennootschap binnen een wereldwijd concern. Het enige wat Polystar deed was het ontvangen van dividenden van de dochteronderneming en vervolgens die dividenden weer uitkeren aan de moedermaatschappij die in Canada gevestigd was. Polystar verrichtte zelf geen handelsactiviteiten en bovendien bemoeide Polystar zich totaal niet met de dochtervennootschappen: zat er enkel passief tussen. Rechtvraag: is een holding die geen andere activiteiten heeft dan die welke samenhangen met het houden van aandelen in dochtervennootschappen, als BTW plichtige aan te merken?

15 HvJ: R.o. 17 : Een holdingvennootschap wier enig doel is de deelneming in andere ondernemingen, zonder dat deze vennootschap zich direct of indirect moeit in het beheer van deze ondernemingen, onverminderd de rechten van deze holdingvennootschap als aandeelhouder of vennoot, niet de hoedanigheid van BTW plichtige heeft en heeft dan ook geen recht op aftrek van voorbelasting op kosten die hij gemaakt heeft. Andersom geredeneerd is op basis van dit arrest ook gezegd dat wanneer een holding zich wel direct of indirect moeit in het beheer van ondernemingen waar de aandelen van worden gehouden er wel recht op aftrek van voorbelasting is. De holding opereert dan wel als belastingplichtige. Uit latere arresten blijkt ook dat de directe of indirecte bemoeienis wel gepaard moet gaan met andere economische activiteiten. Met het moeien alleen, komt men er niet. HvJ EG 14 november 2000, C 142/99 Floridienne Berginvest. Casus: BergInvest is een tussenhoudster die boven een bepaalde divisie in het concern staat. Floridienne SA zit helemaal bovenin de boom. Floridienne SA dochter Berginvest SA dochter dochter dochter dochter dochter Berginvest en Floridienne moeien zich beide rechtsstreek of onrechtsstreeks in de dochterondernemingen. Dit blijkt onder andere door allerlei beheersdiensten die aan de dochterondernemingen werden verricht tegen vergoeding. Dit is al een stap verder dan het Polystar arrest want hier is (on)rechtstreekse bemoeienis en werden er concrete diensten verricht waar vergoedingen voor in rekening werden gebracht. Zowel Floridienne als Berginvest ontvingen daarnaast ook dividenden en kregen rente vergoed op bepaalde leningen die verstrekt werden aan die dochterondernemingen. Dan ontstaat er een mengeling van opbrengsten die pro rata wel aan BTW onderworpen zijn (diensten) en daarnaast zijn er nog de dividenden en de rente. Rente is sowieso vrijgesteld en dividend is geen vergoeding voor een prestatie. Rechtsvraag: moet art. 19 BTW richtlijn als volgt worden uitgelegd? enerzijds: de dividenden die een dochteronderneming uitkeert aan een holdingvennootschap die voor andere activiteiten aan de BTW is onderworpen, en ten behoeve van haar dochteronderneming beheersdiensten verricht, en anderzijds: de interesten die een dochteronderneming aan een holdingvennootschap betaald uit hoofde van leningen die deze laatste haar heeft toegekend, moeten worden uitgesloten van de noemer van de breuk die dient voor het berekenen van het pro rata voor de toepassing van de aftrek HvJ : wanneer een moedervennnootschap de dividenden van de dochtervennootschap niet int doch omzet in de vorm van een lening aan de dochter tegen een bescheiden rentevergoeding, deze eenvoudige vorm van herbelegging niet kan worden gezien als een economische activiteit.

16 Het belangrijkst staat in het eerste deel van r.o. 32: als men al een pro rata berekening zou willen toepassen op zowel Floridienne en Berginvest dan moet men in ieder geval de dividenden die worden ontvangen elimineren. Die moeten dus uit de noemer worden geschrapt. In de teller horen ze al helemaal niet thuis, want als bij pro rata gaat om de teller dan zijn dat de belastbare leveringen en diensten. In de noemer worden alle leveringen en diensten opgenomen. Leningen kunnen in deze situatie niet als economische activiteit worden gezien. VERGOEDING/ SUBSIDIES HvJ EG 3 maart 1994, C 16/93 Tolsma Dit is het arrest van de orgeldraaier. In de colleges is dit uitgebreid behandeld (HC 2 Ondernemer). Wanneer je niet onder bezwarende titel activiteiten verricht, verricht je geen belastbare handelingen en ben je geen ondernemer. HvJ EG 29 februari 1996, C 215/94 Mhor Dhr. Mohr is een melkveehouder uit Duitsland. Hij wil gebruik maken van een Europese regeling om te stoppen met melkproductie. Om dit te stimuleren kan hij aanspraak maken op een Europese subsidie. Hier zijn wel voorwaarden aan verbonden: de agrariër moet de melkveeproductie eindigen. De subsidie bedroeg Duitse Mark. Vervolgens ging hij een ruitersportcentrum beginnen op zijn land. Duitse fiscus: tegenover de ontvangst van die subsidie heb je iets moeten doen als landbouwer, namelijk je melkproductie opgeven. Dit is toch een bepaalde handeling en een bepaald recht dat je opgegeven hebt. Daarom wordt de subsidie aangemerkt als een dienst en wordt er BTW over geheven. Rechtsvraag: Verricht een belastingplichtige landbouwer die de melkproductie beëindig een dienst? Is hiervoor de basis van verordening (EEG) nr. 1336/86 ontvangen vergoeding een geldbetaling ingevolge artikel 11 A lid 1 sub a Zesde richtlijn moet worden belast? HvJ: Niet eens met Duitse fiscus: r.o. 19 t/m 22: het gaat er niet zozeer om of hij iets heeft moeten doen om die subsidie te krijgen, maar je moet kijken naar wat hij gedaan heeft voor degene die de subsidie betaald heeft (EU) en of dat ook geleidt heeft tot verbruik in de zin van de BTW wetgeving r.o.19: BTW is algemene verbruiksbelasting voor goederen en diensten. In dit specifieke geval was geen sprake van verbruik in de zin van het communautaire stelsel van de BTW, maar alleen van een vergoeding voor het verlies van inkomsten puur in het algemeen belang. De overheid/eu krijgt voor de subsidie ook geen goederen of diensten voor eigen gebruik terug, dus leidt het ontvangen van de subsidie (onder gestelde voorwaarde) niet tot heffing van BTW. Je kan hier niet uit af leiden dat allerlei subsidies buiten de BTW vallen. Daar gaat het hier niet om: moet kijken of tegen de betaling van de subsidie aan de kant van de overheid sprake kan zijn van verbruik. Stel, een gemeente verleent een subsidie aan een hoveniersbedrijf met de voorwaarde dat het hoveniersbedrijf het groen in de gemeente onderhoud. De subsidie leidt dan wel tot verbruik, want de gemeente krijgt er onderhoud voor terug. In dit arrest wordt het verbruikscriterium duidelijk naar voren gebracht.

17 HvJ EG 18 juli 2007, C227/05 Société Thermale Eugenie Les Bains: Casus: Schadevergoedingen. Een vennootschap die zich bezig houdt met exploitatie van kuuroorden. Men kan hier allerlei behandelingen van tevoren boeken. Bij de reservering moet een bedrag vooruit worden betaald (vaak ook bij hotels). Als men niet komt opdagen is men het voorschot kwijt. HvJ: R.o. 32: in het geval dat de gast niet komt opdagen, is dat voorschot een bedrag dat dient ter vergoeding van de schade die door het kuuroord wordt geleden als gevolg van de annulering van de klant. Een dergelijke vergoeding is geen vergoeding voor een dienst en maakt geen deel uit van de belastinggrondslag van de BTW. In NL werd gedacht dat dit wel het geval was. Door te betalen van dat voorschot heb je als particulier het recht om te annuleren. HvJ: nee: heb je als consument iets verbruikt? Nee, dan is de betaling meer een vergoeding van de schade: schadevergoeding. INTRACOMMUNAUTAIRE TRANSACTIES HvJ EG 27 september 2007, C 409/04 Teleos Casus: Dit arrest betreft een groot probleem binnen het intracommunautair vervoer: carrousel fraude. Dit is fraude bij intracommunautaire leveringen en daar voorafgaande binnenlandse leveringen. Teleos (UK) handelen in mobiele telefoons die werden verkocht aan een bedrijf in Spanje: TT. De afspraak was als volgt: Teleos leverde die telefoons af in een opslagloods in UK en de telefoons werden vervolgens in opdracht van TT opgehaald om dan naar Spanje of Frankrijk gebracht te worden. Teleos had wel in de gaten dat toch wel lastig was om aan te tonen dat het nultarief van toepassing is als Teleos niet betrokken is bij het vervoer van UK naar die andere lidstaten. Daar hadden TT en Teleos afspraken over gemaakt. Als TT die goederen uiteindelijk naar Spanje of Frankrijk brengt krijgt Teleos een kopie van de vervoersdocumenten waar uit blijkt dat ze UK daadwerkelijk uit zijn gegaan en naar een andere lidstaat zijn vervoerd. Dit gebeurde ook, maar achteraf bleek dat die vervoersdocumenten vals waren. Engelse fiscus: Teleos mag nul procent BTW tarief niet toepassen want er is sprake van een intracommunautaire goederenbeweging in verband met de levering door Teleos aan TT. Daarnaast heeft Teleos de goederen niet zelf de grens overgebracht maar alleen binnen Engeland vervoerd: had dus nooit dat tarief mogen toepassen. Rechtsvraag: wat is nu een intracommunautaire levering? HvJ: r.o. 42: Voor het bepalen van de rechtsvraag is van belang dat de goederen zijn vervoerd of verzonden. Het begrip verzenden van de ene naar de andere lidstaat vindt pas plaats op het moment dat de goederen daadwerkelijk de grens over gaan. De intentie is niet voldoende, goederen moeten fysiek het land uit zijn gegaan. Hoe zwaar moet het feit meewegen dat er sprake is van valse reisdocumenten wanneer men het vervoer niet zelf regelt maar er op vertrouwt dat die ander dat doet en dit niet doet terwijl hij wel (vervalste) reisdocumenten heeft aangeleverd. In hoeverre moet je dit Teleos aanrekenen? HvJ: r.o. 68: wanneer te goeder trouw is gehandeld maar achteraf blijkt dat ondanks alle goede voorzorgsmaatregelen tot gefraudeerd wordt, dan wordt dat het te goede trouw handelend bedrijf dit niet aangerekend. Teleos wordt deze fraude dus niet aangerekend.

18 Doet het er toe dat TT in Spanje wel een intracommunautaire verwerving heeft aangegeven? HvJ: r.o. 72: wel relevant maar dit is geen doorslaggevend bewijs, het gaat er om of die goederen daadwerkelijk Engeland hebben verlaten. PLAATS VAN DIENST /VASTE INRICHTING HvJ EG 6 maart 1997, C 167/95 Linthorst Linthorst is een NL se maatschap van dierenartsen die gevestigd is dichtbij de Belgisch Nederlandse grens. De maatschap gaat in België onderzoek doen aan dieren om ze vervolgens en behandeling te geven. Waar zijn deze activiteiten nu belast? Zesde BTW richtlijn art 9: voldoet de dienst van de dierenarts aan één van de uitzonderingen op de hoofdregel (plaats van dienst is de plaats waar de dierenarts is gevestigd: art. 6 lid 1 en art. 32 Wet OB). HvJ: R.o. 24: Wanneer je kijkt naar uitzondering bij de plaats van dienst dan moet de activiteit precies onder de omschrijving van de uitzondering vallen. Een dienst van een dierenarts lijkt wel een beetje op die van schade expert of iemand die werkzaamheden aan roerende zaken doet, maar dat is het gewoon niet. Als het al die uitzonderingen net niet zijn dan geldt de hoofdregel: waar de dienstverlener is gevestigd. HvJ EG 16 september 1997, C 145/96 Von Hoffman Casus: r.o : Von Hoffman is een leraar burgerlijk recht aan de Universiteit in Duitsland. In Frankrijk is hij arbiter bij het Hof van Arbitrage. Waar moet nu BTW worden geheven. Wat een arbiter doet is toch anders dan wat een advocaat of deskundige doet, hij moet namelijk een beslissing geven. Naar een advies mag je luisteren maar naar een beslissing van een arbiter moet je naar luisteren. Deze beslissingen zijn bindend en daarom valt deze activiteit niet onder de uitzonderingen van art. 11 Wet OB en geldt de hoofdregel van art. 9 lid 1 van de BTW richtlijn. HvJ EG 17 juli 1997, C 190/95, V N 1997 ARO Lease Dit arrest gaat over wel of geen vaste inrichting. Er is pas sprake van een vaste inrichting wanneer er middelen/kapitaal EN mensen in het andere land in de vaste inrichting aanwezig zijn en werken. KOSTEN VOOR GEMENE REKENING HR 23 april 1997, nr , BNB 1997/301 KVGR Casus: kosten voor gemene rekening. In dit arrest is een bepaalde situatie omschreven waarbij bepaalde kosten die worden doorbelast niet tot BTW heffing leidt omdat ze niet geacht worden een prestatie te vormen in het economisch verkeer. Twee ondernemers die onder meer een directeur en administratief personeel deelden en met elkaar waren overeengekomen dat elk van hen een deel van de daaruit voortvloeiende kosten zouden dragen kwamen hierover in geschil met de inspecteur. De inspecteur was van mening dat over de doorberekening van die kosten omzetbelasting moest worden afgedragen. De ondernemers dachten daar anders over, want dit waren kosten van gemene rekening. HvJ: R.o : De HR oordeelde dat sprake is van (buiten de heffing van omzetbelasting blijvende) kosten voor gemene rekening indien kosten worden gemaakt ten behoeve van verschillende ondernemers die in eerste instantie door één van hen worden betaald en voor het werkelijk bedrag volgens een van tevoren vaststaande verdeelsleutels over de bedoelde ondernemers wordt omgeslagen terwijl het risico van die kosten allen volgens de overeengekomen verdeelsleutel aangaat.

19 Indien aan al deze voorwaarden is voldaan, kan heffing van omzetbelasting over de doorberekening achterwege blijven, omdat geen sprake is van dienstverlening onder bezwarende titel. Dit kan heel handig zijn wanneer er vrijgestelde activiteiten door 2 van de drie ondernemers worden verricht en zij geen recht op aftrek van voorbelasting hebben. Zo kunnen ondernemers die vrijgestelde en belaste prestaties verrichten toch iets samen doen zonder dat dat tot BTW heffing leidt. AARD VAN PERSTATIES/VRIJSTELLINGEN HvJ EG 25 februari 1999, C 349/96 Card Protection Plan Casus: CPP biedt creditcards aan en daarnaast een service dat aankopen met die creditcard ook verzekerd zijn en allerlei andere bijkomende services. Als men daar één prijs voor betaalt, moet het pakket dan gesplitst worden voor de omzetbelasting? Rechtsvraag: zijn de diensten die CPP aan haar klanten aanbiedt, handelingen ter zake van verzekering dan wel daarmee samenhangende diensten? HvJ: R.o. 29: bij een dienstverlening waar economisch gesproken één dienst wordt veleend, moeten niet kunstmatig uit elkaar worden getrokken. Anders wordt de functionaliteit van het BTWstels aangetast. Wel moet men kijken naar wat de kenmerkende elementen zijn en daarbij moet men uitgaan van de modale consument. Ziet de consument dit product als één product: een creditcard met bijkomende services of is het meer een verzekering bij verlies en diefstal van zaken waar je een credit card bij krijgt. Daarnaast moet er een onderscheid worden gemaakt tussen bijkomende diensten en hoofddiensten. Bijkomende diensten: wanneer de dienst voor de klant geen doel op zich is maar slechts een middel van de dienstverlener om de hoofddienst zo aantrekkelijk mogelijk te maken (zie ook r.o. 30 en 31). VERBODEN TRANSACTIES/MISBRUIK VAN RECHT HvJ EG 21 februari 2006, C 255/02, BNB 2006/170c Halifax Dit arrest betreft misbruik van recht. In het arrest Teleos was er sprake van fraude, dit is iets anders dan misbruik van recht. Bij fraude voldoet men niet aan de aangifteplicht. Bij misbruik van recht creeert men binnen de mogelijkheden die de wet biedt een zodanig feitencomplex dat het uiteindelijke resultaat is dat er geen BTW meer wordt geheven hoe dat de oorspronkelijk bedoeld is door de wetgever. Casus. Halifax is een bank, die wilde bepaalde kosten maken voor het bouwen van een callcenter. In plaats dat de bank het callcenter zelf ging bouwen, liet zij dit door een gelieerde vennootschap bouwen en gingen dat op een bepaalde manier met BTW huren (optie). Halifax zou vanwege de vrijgestelde prestaties die zij verricht de BTW op de bouwkosten niet kunnen aftrekken, door de gelieerde vennootschap te laten bouwen zou dit wel mogelijk zijn. HvJ: na r.o. 99: Als belastingdienst moet je gaan kijken hoe die transactie moet worden beoordeeld voor de BTW: kloppen de feiten zoals die gepresenteerd worden? Als de feiten kloppen dan kan je eventueel kijken of het resultaat in overeenstemming is met de strekking van de BTW. Is dit niet het geval, dan moet je de feiten corrigeren zodat het wel in overeenstemming is met doel van BTW. Deze uitspraak leidt er toe dat de dochtervennootschap van Halifax die het callcenter ging bouwen de BTW niet in aftrek mocht brengen.

20 Misbruik van recht is de Europese variant van het Nederlandse begrip: fraus legis. Sinds dit arrest heef de HR tot op heden nog niet beslist dat iets misbruik van recht is, het komt wel steeds dichterbij. Niet alle arresten zijn behandeld: ARO Lease, Kennemer Golf Club, Muys en de Winter, Horizon College, Schmeink&Strobel, Coffeeshop Siberie en Charles&Charles Thijmens Tentamentips: let vooral op de bekende denkmethode waar mee we hier begonnen zijn: wie, wat, waar. Probeer deze systematiek in de gaten te houden. Houd ook goed in de gaten dat naast diensten en leveringen ook intracommunautair vervoer en invoer bestaat. Probeer die zaken goed uit elkaar te halen en motiveer dit goed op het tentamen. Met de motivatie kan je ook punten behalen op het tentamen. Het proeftentamen is opgenomen in het werkcollegeverslag.

Collegeaantekeningen Fiscale aspecten Registergoederen. Week 1

Collegeaantekeningen Fiscale aspecten Registergoederen. Week 1 Collegeaantekeningen Fiscale aspecten Registergoederen Week 1 2016-2017 HC week 1 Fiscale aspecten van Registergoederen 9 februari 2017 Inleiding Waarom is het vak voor notariëlen van belang? Wat heeft

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 Een systematiek voor het oplossen van btw-problemen

HOOFDSTUK 1 Een systematiek voor het oplossen van btw-problemen HOOFDSTUK 1 Een systematiek voor het oplossen van btw-problemen De wijze waarop internationale transacties in de heffing van btw worden betrokken, wordt bepaald door de systematiek van de btw-wetgeving.

Nadere informatie

Omzetbelasting -- Deel 5

Omzetbelasting -- Deel 5 Omzetbelasting week 6 programma Bijzondere regelingen in de omzetbelasting Kleine ondernemersaftrek Landbouwregeling Margeregeling en globalisering 1 KOR 1 van 3 Achterliggende reden Tot 1969 was de detailhandel

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 *

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * WELTHGROVE BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * In zaak C-102/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangige

Nadere informatie

HRo - Omzetbelasting -- Deel 5

HRo - Omzetbelasting -- Deel 5 Omzetbelasting les 5 programma Bijzondere regelingen in de omzetbelasting Kleine ondernemersaftrek Margeregeling en globalisering 1 KOR 1 van 3 Achterliggende reden Tot 1969 was de detailhandel niet OB-plichtig.

Nadere informatie

Afschaffing btw-landbouwregeling voor bosbouwers. 4 april 2018 Aart Bakker / Petra de Waal / Hessel Vliegen

Afschaffing btw-landbouwregeling voor bosbouwers. 4 april 2018 Aart Bakker / Petra de Waal / Hessel Vliegen Afschaffing btw-landbouwregeling voor bosbouwers 4 april 2018 Aart Bakker / Petra de Waal / Hessel Vliegen Agenda Werking oude landbouwregeling t/m 31-12-2017 Afschaffing landbouwregeling vanaf 01-01-2018

Nadere informatie

Hoorcollege 1: Inleiding

Hoorcollege 1: Inleiding Hoorcollege 1: Inleiding Datum: 9 november 2009 Studiestof: hoofdstuk 5 Drs. O.L. Mobach INLEIDING De omzetbelasting is vak dat altijd actueel is. In de Verenigde Staten is er op dit moment bijvoorbeeld

Nadere informatie

De fiscale aspecten van een onroerende recreatiewoning

De fiscale aspecten van een onroerende recreatiewoning De fiscale aspecten van een onroerende recreatiewoning Hieronder wordt ingegaan op de fiscale consequenties van de aankoop en het bezit van een recreatiewoning die zodanig met de (onder)grond is verbonden

Nadere informatie

Vanaf 1 juni 2019 aanmelden voor toepassing nieuwe kleine ondernemersregeling BTW per 1 januari 2020 De eenmanszaak, maatschap en VOF die in Nederland

Vanaf 1 juni 2019 aanmelden voor toepassing nieuwe kleine ondernemersregeling BTW per 1 januari 2020 De eenmanszaak, maatschap en VOF die in Nederland Vanaf 1 juni 2019 aanmelden voor toepassing nieuwe kleine ondernemersregeling BTW per 1 januari 2020 De eenmanszaak, maatschap en VOF die in Nederland gevestigd zijn met een beperkt af te dragen bedrag

Nadere informatie

21 mei 2019 BTW-nieuwtje : Vanaf 1 juni 2019 aanmelden voor toepassing nieuwe kleine ondernemersregeling BTW per 1 januari 2020

21 mei 2019 BTW-nieuwtje : Vanaf 1 juni 2019 aanmelden voor toepassing nieuwe kleine ondernemersregeling BTW per 1 januari 2020 21 mei 2019 BTW-nieuwtje 12-2019: Vanaf 1 juni 2019 aanmelden voor toepassing nieuwe kleine ondernemersregeling BTW per 1 januari 2020 Vanaf 1 juni 2019 aanmelden voor toepassing nieuwe kleine ondernemersregeling

Nadere informatie

Thema s. Intracommunautaire levering ABC leveringen Overbrengingen Reparatie Call off/consignatie IC leveringen aan vrijgestelde afnemers

Thema s. Intracommunautaire levering ABC leveringen Overbrengingen Reparatie Call off/consignatie IC leveringen aan vrijgestelde afnemers Thema s Intracommunautaire levering ABC leveringen Overbrengingen Reparatie Call off/consignatie IC leveringen aan vrijgestelde afnemers Intracommunautaire leveringen Nultarief indien (Teleos): - Vervoer

Nadere informatie

Handel in gebruikte goederen

Handel in gebruikte goederen Handel in gebruikte goederen Wanneer u (mede) handelt in gebruikte goederen kunt u voor de BTW de margeregeling toepassen. U betaalt dan BTW over de winstmarge en niet over de omzet. De margeregeling geldt

Nadere informatie

TIPS. Internationaal zaken doen en BTW (deel 2) www.hlb-van-daal.nl

TIPS. Internationaal zaken doen en BTW (deel 2) www.hlb-van-daal.nl TIPS Internationaal zaken doen en BTW (deel 2) Handel en BTW In dit memo worden aspecten van BTW behandeld, die van toepassing kunnen zijn bij internationale handel. Het is geen volledig overzicht, maar

Nadere informatie

De kleineondernemersregeling. Belastingdienst

De kleineondernemersregeling. Belastingdienst Belastingdienst De kleineondernemersregeling Betaalt u in een jaar minder dan 1.883 btw aan ons? Dan komt u mogelijk in aanmerking voor de kleineondernemersregeling. Is dat het geval dan betaalt u in dat

Nadere informatie

HRo - Omzetbelasting -- Deel 1

HRo - Omzetbelasting -- Deel 1 Omzetbelasting les 1 programma Omzetbelasting Belasting toegevoegde waarde Inleiding omzetbelasting Kenmerken OB Belasting toegevoegde waarde Van wie en waarover? Kenmerken De omzetbelasting is een algemene,

Nadere informatie

HRo - Omzetbelasting -- Deel 1

HRo - Omzetbelasting -- Deel 1 Omzetbelasting les 1 programma Omzetbelasting Inleiding omzetbelasting Kenmerken OB Kenmerken De omzetbelasting is een Belasting toegevoegde waarde algemene, Van wie en waarover? niet-cumulatieve, Leveringen

Nadere informatie

Omzetbelasting -- Deel 1

Omzetbelasting -- Deel 1 Omzetbelasting week 2 programma Inleiding omzetbelasting Kenmerken OB Belasting toegevoegde waarde Van wie en waarover? Leveringen en diensten Ondernemer Maatstaf van heffing Tarief 1 Omzetbelasting Kenmerken

Nadere informatie

2014 -- Omzetbelasting II -- Deel 3

2014 -- Omzetbelasting II -- Deel 3 Omzetbelasting II les 5 programma Intracommunautaire prestaties goederen: de intracommunautaire transacties diensten: de intracommunautaire diensten 1 Invoer Jim is ondernemer in Zuid-Korea. Hij levert

Nadere informatie

Foederer. Advieswijzer Vakantiewoning & fiscus 2017

Foederer. Advieswijzer Vakantiewoning & fiscus 2017 Advieswijzer Vakantiewoning & fiscus 2017 Als u nadenkt over de aankoop van een vakantiewoning in Nederland, is het verstandig u eerst te laten informeren over de fiscale gevolgen die aan de aankoop en

Nadere informatie

De kleineondernemersregeling

De kleineondernemersregeling Belastingdienst De kleineondernemersregeling OB 201-1Z*13FD Heeft uw onderneming een lage omzet en betaalt u per jaar minder dan 1.883 btw? Dan komt u mogelijk in aanmerking voor de kleine ondernemersregeling.

Nadere informatie

U krijgt te maken met: inkomstenbelasting onroerendezaakbelasting. En mogelijk ook met: overdrachtsbelasting omzetbelasting forensenbelasting

U krijgt te maken met: inkomstenbelasting onroerendezaakbelasting. En mogelijk ook met: overdrachtsbelasting omzetbelasting forensenbelasting Als u een vakantiewoning op het oog heeft in Nederland, is het verstandig u eerst en goed te laten informeren over de fiscale gevolgen die aan de aankoop en het gebruik van de vakantiewoning verbonden

Nadere informatie

oefententamen omzetbelasting

oefententamen omzetbelasting oefententamen omzetbelasting vraag 1 De gemeente Reusel-De Mierden kocht in 2008 voor haar afdeling Burgerzaken (o.a. uitgifte paspoorten en rijbewijzen) een aantal computers van een Belgische computerfabrikant.

Nadere informatie

FREBLO0221 Bijzondere regelingen

FREBLO0221 Bijzondere regelingen FREBLO0221 Bijzondere regelingen Alle antwoorden moeten worden gemotiveerd onder vermelding van de van toepassing zijnde artikelen. Opgave 1 Jack Nauss heeft een brood- en banketwinkel. Hij bakt het brood

Nadere informatie

De kleineondernemersregeling

De kleineondernemersregeling Belastingdienst De kleineondernemersregeling OB 201-1Z*14FD Heeft uw onderneming een lage omzet en betaalt u per jaar minder dan 1.883 btw? Dan komt u mogelijk in aanmerking voor de kleineondernemersregeling.

Nadere informatie

FISCALE INFORMATIE OVER VAKANTIEWONING IN NEDERLAND

FISCALE INFORMATIE OVER VAKANTIEWONING IN NEDERLAND FISCALE INFORMATIE OVER VAKANTIEWONING IN NEDERLAND Bij de aankoop van een vakantiewoning in Nederland komt een aantal fiscale aspecten kijken. Hierbij speelt uw persoonlijke situatie een belangrijke rol.

Nadere informatie

Fiscale informatie over vakantiewoning in Nederland

Fiscale informatie over vakantiewoning in Nederland April 2017 Mr. P. Homan Belastingadviseur E-mail: p.homan@edo.nl Internet: www.edo.nl Fiscale informatie over vakantiewoning in Nederland Bij de aankoop van een vakantiewoning in Nederland komt een aantal

Nadere informatie

De kleineondernemersregeling

De kleineondernemersregeling Belastingdienst De kleineondernemersregeling OB 201-1Z*15FD Hoeft u per jaar minder dan 1.883 btw aan ons te betalen? Dan komt u mogelijk in aanmerking voor de kleineondernemersregeling. U betaalt dan

Nadere informatie

De kleineondernemersregeling

De kleineondernemersregeling Belastingdienst De kleineondernemersregeling Hoeft u per jaar minder dan 1.883 btw aan ons te betalen? Dan komt u mogelijk in aanmerking voor de kleine onder nemersregeling. U betaalt dan minder of helemaal

Nadere informatie

Vragen en antwoorden verhoging btw-tarief

Vragen en antwoorden verhoging btw-tarief Vragen en antwoorden verhoging btw-tarief Onlangs is een wetswijziging aangenomen waardoor het algemene btw-tarief in Nederland van 19% naar 21% zal worden verhoogd. In de praktijk leidt dit tot verschillende

Nadere informatie

RB bijeenkomst Btw actualiteiten

RB bijeenkomst Btw actualiteiten RB bijeenkomst Btw actualiteiten Annette Pol-Habing 8 februari 2016 Hengelo Btw-actualiteiten Ondernemerschap Holdingvennootschap Aftrek van voorbelasting Afnemer van de prestatie Leegstand Privé gebruik

Nadere informatie

BTW. Academiejaar 2009-2010 samenvatting - Jeroen De Mets 1

BTW. Academiejaar 2009-2010 samenvatting - Jeroen De Mets 1 BTW 1. INLEIDING...2 A. DEFINITIE...2 B. OUD EN NIEUW STELSELSTELSEL...2 2. DE BTW-PLICHTIGE VAN RECHTSWEGE...2 3. DE TOEVALLIGE BTW-PLICHTIGE...3 4. DE BELASTBARE FEITEN...3 A. ALGEMEEN...3 B. OVERZICHT...4

Nadere informatie

Vermindering van BTW voor kleine ondernemers

Vermindering van BTW voor kleine ondernemers Vermindering van BTW voor kleine ondernemers De kleineondernemersregeling Heeft u een onderneming en maakt u weinig omzet? Dan is er voor u de kleineondernemersregeling. Volgens deze regeling kunt u in

Nadere informatie

Omzetbelasting oefententamen 1

Omzetbelasting oefententamen 1 Omzetbelasting oefententamen 1 Vraag 1 De gemeente Reusel-De Mierden kocht in 2011 voor haar afdeling Burgerzaken (o.a. uitgifte paspoorten en rijbewijzen) een aantal computers van een Belgische computerfabrikant.

Nadere informatie

Omdat de agrarische ondernemer er zelf voor moet zorgen dat aan de BTWverplichtingen wordt voldaan moet de agrarische ondernemer de Belastingdienst ve

Omdat de agrarische ondernemer er zelf voor moet zorgen dat aan de BTWverplichtingen wordt voldaan moet de agrarische ondernemer de Belastingdienst ve BTW landbouwregeling/ veehandelsregeling afgeschaft per 1 januari 2018 De impact op de BTW administratie is groot! Tijdens Prinsjesdag 2017 heeft het demissionaire kabinet het wetsvoorstel ingediend om

Nadere informatie

ASPECTEN VAN DE ONDERNEMING DONDERDAG 8 OKTOBER UUR

ASPECTEN VAN DE ONDERNEMING DONDERDAG 8 OKTOBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel FISCALE ASPECTEN VAN DE ONDERNEMING DONDERDAG 8 OKTOBER 2015 12.15 14.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie B / 7 Opgave 1 (50 punten) Vraag 1 (5 punten) Moment van

Nadere informatie

Vermindering van btw voor kleine ondernemers

Vermindering van btw voor kleine ondernemers Vermindering van btw voor kleine ondernemers De kleineondernemersregeling Hebt u een onderneming en maakt u weinig omzet? Dan is er voor u de kleineondernemersregeling. Volgens deze regeling kunt u in

Nadere informatie

Vermindering van BTW voor kleine ondernemers

Vermindering van BTW voor kleine ondernemers Vermindering van BTW voor kleine ondernemers De kleineondernemersregeling Heeft u een onderneming en maakt u weinig omzet? Dan is er voor u de kleineondernemersregeling. Volgens deze regeling kunt u in

Nadere informatie

Wijziging regels plaats van dienst/ procedure teruggaafverzoeken per 2010. Onderwerp: EU BTW pakket per 1 januari 2010. Bestemd voor: alle ondernemers

Wijziging regels plaats van dienst/ procedure teruggaafverzoeken per 2010. Onderwerp: EU BTW pakket per 1 januari 2010. Bestemd voor: alle ondernemers Wijziging regels plaats van dienst/ procedure teruggaafverzoeken per 2010 Onderwerp: EU BTW pakket per 1 januari 2010 Doel: informeren Bestemd voor: alle ondernemers 1 Inleiding Per 1 januari 2010 zal

Nadere informatie

BTW-nieuwtjes 20-2013

BTW-nieuwtjes 20-2013 BTW-nieuwtjes 20-2013 van vilsteren BTW advies bv Heidesteinlaan 2a, 6866 AG Heelsum E-mail: info@btwadvies.com Website: www.btwadvies.com Telefoon: 026-7071710 KvK Arnhem 09136209 1. Vragen en antwoorden

Nadere informatie

oefententamen omzetbelasting

oefententamen omzetbelasting oefententamen omzetbelasting vraag 1 De gemeente Reusel-De Mierden kocht in 2008 voor haar afdeling Burgerzaken (o.a. uitgifte paspoorten en rijbewijzen) een aantal computers van een Belgische computerfabrikant.

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Examenantwoorden FISCALE ASPECTEN VAN DE ONDERNE- MINGS DONDERDAG 17 DECEMBER UUR. Belangrijke informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Examenantwoorden FISCALE ASPECTEN VAN DE ONDERNE- MINGS DONDERDAG 17 DECEMBER UUR. Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Examenantwoorden FISCALE ASPECTEN VAN DE ONDERNE- MINGS DONDERDAG 17 DECEMBER 2015 09.00-11.00 UUR Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Fiscale aspecten van de ondernemings

Nadere informatie

Werking BTW landbouwregeling/ veehandelsregeling BTW landbouwregeling Landbouwers, bosbouwers, tuinbouwers en veehouders zijn onder de huidige wetgevi

Werking BTW landbouwregeling/ veehandelsregeling BTW landbouwregeling Landbouwers, bosbouwers, tuinbouwers en veehouders zijn onder de huidige wetgevi 17 oktober 2017 BTW-nieuwtje 24: BTW landbouwregeling/ veehandelsregeling afgeschaft per 1 januari 2018 BTW landbouwregeling/ veehandelsregeling afgeschaft per 1 januari 2018 Tijdens Prinsjesdag 2017 heeft

Nadere informatie

2 Administratieve verplichtingen

2 Administratieve verplichtingen 2 Administratieve verplichtingen voor de BTW In verband met het belang voor de heffing van de BTW worden aan de administratie strenge eisen gesteld. De Algemene wet inzake Rijksbelastingen (AWR) kent voor

Nadere informatie

Art. 39 Algemene wet inzake rijksbelastingen In de gevallen waarin het volkenrecht, dan wel naar het oordeel van Onze Minister het internationale

Art. 39 Algemene wet inzake rijksbelastingen In de gevallen waarin het volkenrecht, dan wel naar het oordeel van Onze Minister het internationale Art. 39 Algemene wet inzake rijksbelastingen In de gevallen waarin het volkenrecht, dan wel naar het oordeel van Onze Minister het internationale gebruik, daartoe noopt, wordt vrijstelling van belasting

Nadere informatie

VRAAG 1 VRAAG 2. Intracommunautaire levering

VRAAG 1 VRAAG 2. Intracommunautaire levering VRAAG 1 Intracommunautaire levering Op grond van art. 12, lid 2, onderdeel a, 2 Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 is voor de toepassing van het nultarief voor intracommunautaire leveringen vereist

Nadere informatie

De omzetbelasting. 1. Inleiding

De omzetbelasting. 1. Inleiding De omzetbelasting 1. Inleiding De omzetbelasting is een algemene verbruiksbelasting die de overheid heft op de verkoop van diensten en producten. De belasting, ook wel btw genoemd (Belasting over de toegevoegde

Nadere informatie

Omzetbelasting oefententamen 2

Omzetbelasting oefententamen 2 versie januari 2012 Omzetbelasting oefententamen 2 Deel 1 Meerkeuzevragen Vraag 1 Gerrit Tussengas laat bij een garage de uitlaat van zijn auto vervangen. Na een uur is het karwei geklaard. Gerrit rekent

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 22/06/2017

Datum van inontvangstneming : 22/06/2017 Datum van inontvangstneming : 22/06/2017 Vertaling C-264/17-1 Zaak C-264/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 17 mei 2017 Verwijzende rechter: Finanzgericht Münster (Duitsland)

Nadere informatie

Hoe een btw- vraagstuk oplossen?

Hoe een btw- vraagstuk oplossen? Woord vooraf Hoe een btw- vraagstuk oplossen? Bij het correct oplossen van een btw- vraagstuk in het kader van het zaken doen met het buitenland volgt men best volgend stappenplan dat stap voor stap tot

Nadere informatie

Van: NOAB Adviesgroeplid Punt & Van de Weerdt Belastingadviseurs Datum: juli 2019 Onderwerp: De Wet Modernisering kleineondernemersregeling

Van: NOAB Adviesgroeplid Punt & Van de Weerdt Belastingadviseurs Datum: juli 2019 Onderwerp: De Wet Modernisering kleineondernemersregeling Van: NOAB Adviesgroeplid Punt & Van de Weerdt Belastingadviseurs Datum: juli 2019 Onderwerp: De Wet Modernisering kleineondernemersregeling 1. Inleiding Vanaf 1 januari 2020 wordt door invoering van de

Nadere informatie

HRo - Omzetbelasting -- Deel 6

HRo - Omzetbelasting -- Deel 6 Omzetbelasting les 6 programma Belastbare feiten Internationale handel OB-heffing bij internationale handel intracommunautaire transacties Artikel 1 Onder de naam 'omzetbelasting' wordt een belasting geheven

Nadere informatie

BTW-bulletin, De aftrek van btw staat niet meer rotsvast

BTW-bulletin, De aftrek van btw staat niet meer rotsvast BTW-bulletin, De aftrek van btw staat niet meer rotsvast Samenvatting Op 18 december 2014 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna HvJ) arrest gewezen over de aftrek van btw als sprake is

Nadere informatie

Inhoud. Lijst van afkortingen 13. Studiewijzer 15. Inleiding belastingrecht 17. Deel 1 Inkomstenbelasting 24

Inhoud. Lijst van afkortingen 13. Studiewijzer 15. Inleiding belastingrecht 17. Deel 1 Inkomstenbelasting 24 Inhoud Lijst van afkortingen 13 Studiewijzer 15 Inleiding belastingrecht 17 Deel 1 Inkomstenbelasting 24 1 Algemene uitgangspunten 26 1.1 Wie moet belasting betalen? (art. 1.1 en 1.2 Wet IB) 26 1.2 Waarover

Nadere informatie

Masterclass 5 Administratie & verzekeringen: een goede basis voor ondernemen in Duitsland

Masterclass 5 Administratie & verzekeringen: een goede basis voor ondernemen in Duitsland Welkom! Masterclass 5 Administratie & verzekeringen: een goede basis voor ondernemen in Duitsland Uw gastheren: Peter Veldhuis en Cees van t Veer Oostwerk Henk-Jan Morsink Gothaer versicherungen Oostwerk

Nadere informatie

Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen. Besluit van 26 maart 2013, nr. BLKB/2013/400M,

Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen. Besluit van 26 maart 2013, nr. BLKB/2013/400M, Omzetbelasting. Kleine ondernemersregeling Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen Besluit van 26 maart 2013, nr. BLKB/2013/400M, De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 27636 15 mei 2019 Wijziging van de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 (modernisering kleineondernemersregeling)

Nadere informatie

Als u vragen heeft over dit onderwerp of over de intrekking van mededeling 26, dan kunt u uiteraard contact opnemen

Als u vragen heeft over dit onderwerp of over de intrekking van mededeling 26, dan kunt u uiteraard contact opnemen BTW-nieuwtjes 5/2010 van vilsteren BTW advies bv Heidesteinlaan 2a, 6866 AG Heelsum E-mail: info@btwadvies.com Website: www.btwadvies.com Telefoon: 026-7071710 KvK Arnhem 09136209 De pro rata en het mogen

Nadere informatie

3.6 Aangifte, rubriek 5: Voorbelasting, kleineondernemersregeling en totaal 22

3.6 Aangifte, rubriek 5: Voorbelasting, kleineondernemersregeling en totaal 22 ALGEMEEN 1 WAT IS NIEUW 8 1.1 Overzicht wijzigingen 8 1.2 Opzet en indeling Almanak 10 1.3 Belastingdienst 11 2 BTW-SYSTEEM 13 2.1 Omzetbelasting volgens btw-systeem 13 AANGEVEN EN BETALEN 3 AANGIFTE OMZETBELASTING,

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding belastingrecht 19. Deel 1 Inkomstenbelasting 26. Lijst van afkortingen 15. Studiewijzer 17

Inhoud. Inleiding belastingrecht 19. Deel 1 Inkomstenbelasting 26. Lijst van afkortingen 15. Studiewijzer 17 Inhoud Lijst van afkortingen 15 Studiewijzer 17 Inleiding belastingrecht 19 Deel 1 Inkomstenbelasting 26 1 Algemene uitgangspunten 29 1.1 Wie moet belasting betalen? (art. 1.1 en 1.2 Wet IB) 29 1.2 Waarover

Nadere informatie

: 295 per persoon exclusief BTW, inclusief lesmateriaal en broodjes Locatie : Heelsum

: 295 per persoon exclusief BTW, inclusief lesmateriaal en broodjes Locatie : Heelsum BTW-nieuwtjes 5-2013 van vilsteren BTW advies bv Heidesteinlaan 2a, 6866 AG Heelsum E-mail: info@btwadvies.com Website: www.btwadvies.com Telefoon: 026-7071710 KvK Arnhem 09136209 1. Workshop BTW en factuurvereisten

Nadere informatie

Btw-nieuwsbrief mei 2019

Btw-nieuwsbrief mei 2019 In deze btw-nieuwsbrief informeren wij u over de ontwikkelingen op het gebied van de omzetbelasting. In deze nieuwsbrief gaan wij nader in op de volgende onderwerpen: (1) btw-teruggaaf op oninbare vorderingen,

Nadere informatie

ABC-transacties binnen de interne markt: geen koud kunstje

ABC-transacties binnen de interne markt: geen koud kunstje ABC-transacties binnen de interne markt: geen koud kunstje mr. I.M. Duinker; mr. P. de Kock 1 Met ingang van 1 januari 2012 zijn in de Wet op de omzetbelasting 1968 wijzigingen aangebracht in het kader

Nadere informatie

PRAKTIJKNOTITIE BTW. 1. Inleiding. 2. Btw-aftrek algemeen

PRAKTIJKNOTITIE BTW. 1. Inleiding. 2. Btw-aftrek algemeen Van: VDF btw-specialisten Datum: Juni 2017 Onderwerp: Btw en herzieningsregels 1. Inleiding Ondernemers die actief zijn in de onroerend goedbranche en ondernemers die zelf een bedrijfspand hebben aangeschaft,

Nadere informatie

Btw-tips vierde kwartaal 2017

Btw-tips vierde kwartaal 2017 BOEKHOUDINGEN JAARREKENINGEN LOONADMINISTRATIES BELASTINGAANGIFTEN ADVIESWERK BEGELEIDEN & ONDERSTEUNEN Btw-tips vierde kwartaal 2017 1. Laatste jaar voor de KOR? Pas deze in 2017 nog toe! Pas in uw laatste

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 14 november 2000 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 14 november 2000 * ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 14 november 2000 * In zaak C-142/99, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van de rechtbank van eerste aanleg te

Nadere informatie

Betekenis vakken BTW-aangifte KADER II : UITGAANDE HANDELINGEN

Betekenis vakken BTW-aangifte KADER II : UITGAANDE HANDELINGEN Betekenis vakken BTW-aangifte KADER II : UITGAANDE HANDELINGEN Rooster 00 - Verkoop van goederen tegen 0-tarief: dagbladen, tijdschriften, pre-paid telefoonkaarten, recuperatiestoffen, tabaksfabrikaten.

Nadere informatie

Niet-binnenlandse handelingen

Niet-binnenlandse handelingen 1 uitvoer (art. 39-42) 2 intracommunautaire handelingen - intracommunautaire verwervingen - intracommunautaire leveringen 3 invoer uitvoer UITVOER wat? levering van goederen met vervoer bestemd voor derdeland

Nadere informatie

In deze advieswijzer wordt op hoofdlijnen nader ingegaan op btw-verplichtingen waarmee u te maken kunt krijgen als u zakendoet met het buitenland.

In deze advieswijzer wordt op hoofdlijnen nader ingegaan op btw-verplichtingen waarmee u te maken kunt krijgen als u zakendoet met het buitenland. Levert u goederen over de grens of verricht u diensten aan afnemers buiten Nederland, dan zult u zich moeten verdiepen in de mogelijke btw-verplichtingen in andere landen. Moet ik btw in rekening brengen?

Nadere informatie

FISCALE INFORMATIE OVER VAKANTIEWONING IN NEDERLAND

FISCALE INFORMATIE OVER VAKANTIEWONING IN NEDERLAND FISCALE INFORMATIE OVER VAKANTIEWONING IN NEDERLAND Bij de aankoop van een vakantiewoning in Nederland komt een aantal fiscale aspecten kijken. Hierbij speelt uw persoonlijke situatie een belangrijke rol.

Nadere informatie

Nieuwsbrief 2009-10 Nieuwe BTW-regels vanaf 01/01/2010 : wijziging inzake de plaats van diensten

Nieuwsbrief 2009-10 Nieuwe BTW-regels vanaf 01/01/2010 : wijziging inzake de plaats van diensten Nieuwsbrief 2009-10 Nieuwe BTW-regels vanaf 01/01/2010 : wijziging inzake de plaats van diensten 1. Principe Vanaf 1 januari 2010 wijzigen de regels inzake plaatsbepaling bij grensoverschrijdende diensten

Nadere informatie

Gooilanden. Fiscaal memorandum: Investeren in een recreatiewoning

Gooilanden. Fiscaal memorandum: Investeren in een recreatiewoning Gooilanden Fiscaal memorandum: Investeren in een recreatiewoning 1. Inleiding 2. Omzetbelasting 2.1 Btw-ondernemer 2.2 Aftrek van voorbelasting 2.2.1 Geen privé gebruik recreatiewoning 2.2.2 Privé gebruik

Nadere informatie

Belastingen en de boekhouding

Belastingen en de boekhouding BAD1.1 les 7 programma Belastingen en de boekhouding Drie groepen belastingen Ondernemer als onbezoldigd ontvanger Loonbelasting Omzetbelasting Belastingen Drie groepen zakelijke belastingen waterschapslasten,

Nadere informatie

De Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 05/6797) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 05/6797) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. LJN: BO3637, Hoge Raad, 09/00760 Print uitspraak Datum uitspraak: 22-04-2011 Rechtsgebied: Belasting Soort procedure: Cassatie Inhoudsindicatie: Omzetbelasting; art. 5, lid 3, en art. 13, B, aanhef en

Nadere informatie

Niet-binnenlandse handelingen

Niet-binnenlandse handelingen 1 (art. 39-42) 2 intracommunautaire handelingen - intracommunautaire verwervingen - intracommunautaire leveringen 3 invoer UITVOER wat? levering van goederen met vervoer bestemd voor derdeland plaats?

Nadere informatie

Vermindering van btw voor kleine ondernemers

Vermindering van btw voor kleine ondernemers Vermindering van btw voor kleine ondernemers De kleineondernemersregeling Hebt u een onderneming en maakt u weinig omzet? Dan is er voor u de kleine-ondernemersregeling. Volgens deze regeling kunt u in

Nadere informatie

Kleine onderneming: een omzet van maximum EUR (vanaf 1 april 2014)

Kleine onderneming: een omzet van maximum EUR (vanaf 1 april 2014) Kleine onderneming en btw: drempel wordt verhoogd tot 15.000 EUR Kleine btw-plichtigen die een economische activiteit uitoefenen, kunnen als zij dat willen, vallen onder het bijzondere btw-stelsel van

Nadere informatie

Is de ingehouden dividendbelasting verrekenbaar? Inwoner van Nederland

Is de ingehouden dividendbelasting verrekenbaar? Inwoner van Nederland Is de ingehouden dividendbelasting verrekenbaar? Inwoner van Nederland SynVest is als fiscale beleggingsinstelling verplicht om 15% dividendbelasting in te houden op uitgekeerd dividend en dit af te dragen

Nadere informatie

Omzetbelasting oefententamen 2

Omzetbelasting oefententamen 2 versie januari 2012 Omzetbelasting oefententamen 2 Deel 1 Meerkeuzevragen Vraag 1 Gerrit Tussengas laat bij een garage de uitlaat van zijn auto vervangen. Na een uur is het karwei geklaard. Gerrit rekent

Nadere informatie

BTW BIJ IN- en UITVOER. Marja van den Oetelaar/Samatha Speelman

BTW BIJ IN- en UITVOER. Marja van den Oetelaar/Samatha Speelman BTW BIJ IN- en UITVOER Marja van den Oetelaar/Samatha Speelman Douaneschuld Douaneschuld ontstaat: - Invoer (in vrije verkeer brengen) - Onttrekking aan het douanetoezicht - Niet voldoen aan verplichtingen

Nadere informatie

Let op! Het drempelbedrag geldt per land en dus niet per afnemer!

Let op! Het drempelbedrag geldt per land en dus niet per afnemer! Als u als ondernemer goederen levert of diensten verricht, krijgt u te maken met btwverplichtingen. Vragen als Ben ik btw verschuldigd? Geldt er een vrijstelling? Welk tarief moet ik toepassen(0%, 6% of

Nadere informatie

2010 -- HRo - Omzetbelasting -- Deel 4

2010 -- HRo - Omzetbelasting -- Deel 4 Omzetbelasting les 4 programma Maatstaf van heffing Hoeveel OB? Wie moet OB voldoen en wanneer? Besluit uitsluiting aftrek omzetbelasting 1968 Oefening Maatstaf van heffing 1 van 2 OB wordt geheven over

Nadere informatie

RB EINDEJAARSTIPS & AANDACHTSPUNTEN 2014 / 2015

RB EINDEJAARSTIPS & AANDACHTSPUNTEN 2014 / 2015 RB EINDEJAARSTIPS & AANDACHTSPUNTEN 2014 / 2015 Omzetbelasting Omzetbelasting Benut verlaagd BTW-tarief voor renovatie en onderhoud tot 1 juli 2015 Het BTW-tarief op arbeidskosten bij renovatie, herstel

Nadere informatie

Bespreking onroerende leasing in combinatie met een patrimoniumvennootschap

Bespreking onroerende leasing in combinatie met een patrimoniumvennootschap Bespreking onroerende leasing in combinatie met een patrimoniumvennootschap 1. Onroerende leasing in combinatie met een patrimoniumvennootschap Bij een onroerende leasing krijgt de patrimoniumvennootschap

Nadere informatie

Als u een bedrijfspand gaat huren of verhuren

Als u een bedrijfspand gaat huren of verhuren Als u een bedrijfspand gaat huren of verhuren Gevolgen voor de btw Gaat u een bedrijfspand huren of verhuren? Dan hebt u te maken met bepaalde btw-regels. De verhuur van een bedrijfspand is meestal vrijgesteld

Nadere informatie

Axel Spiessens BTW BIJ INVOER RESULTATEN UIT ACADEMISCH ONDERZOEK

Axel Spiessens BTW BIJ INVOER RESULTATEN UIT ACADEMISCH ONDERZOEK Axel Spiessens BTW BIJ INVOER RESULTATEN UIT ACADEMISCH ONDERZOEK 1 STELLING Er moet het een en ander veranderen of beter worden geregeld in de regelgeving 2 PROGRAMMA o Onderzoeksvragen o Rechtskarakter

Nadere informatie

Omzetbelasting II -- Deel 2

Omzetbelasting II -- Deel 2 belasting les 3 programma Aftrek voorbelasting hoofdregels aftrek voorbelasting herzieningsregels BUA privégebruik auto kantineverstrekkingen 1 Aftrek voorbelasting 1 van 2 In art. 15 vinden wij welke

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/05/2017

Datum van inontvangstneming : 23/05/2017 Datum van inontvangstneming : 23/05/2017 Vertaling C-165/17-1 Zaak C-165/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 3 april 2017 Verwijzende rechter: Conseil d État (Frankrijk) Datum

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. VOORWOORD... v

INHOUDSOPGAVE. VOORWOORD... v INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... v HOOFDSTUK 1. BTW-PLICHT...1 1. BTW-plicht in het algemeen...1 1.1. De rol van de belastingplichtige...1 1.2. Definitie van de belastingplichtige...1 1.3. Gevolgen van de belastingplicht...4

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord. 1 Loonbelasting 1. 1.1 Inleiding 1. 1.2 Dienstbetrekking 2. 1.3 Inhoudingsplichtige 10. 1.4 Loon 13

Inhoud. Voorwoord. 1 Loonbelasting 1. 1.1 Inleiding 1. 1.2 Dienstbetrekking 2. 1.3 Inhoudingsplichtige 10. 1.4 Loon 13 Inhoud Voorwoord V 1 Loonbelasting 1 1.1 Inleiding 1 1.2 Dienstbetrekking 2 1.2.1 Inleiding 2 1.2.2 Privaatrechtelijke dienstbetrekking 3 1.2.3 Publiekrechtelijke dienstbetrekking 5 1.2.4 Fictieve dienstbetrekking

Nadere informatie

Voorwoord 9. I. Omschrijving van het begrip investering of bedrijfsmiddel 11

Voorwoord 9. I. Omschrijving van het begrip investering of bedrijfsmiddel 11 INVBTW_DO_13001.book Page 3 Friday, September 6, 2013 1:24 PM INHOUDSTAFEL Voorwoord 9 I. Omschrijving van het begrip investering of bedrijfsmiddel 11 1. Boekhoudkundige omschrijving 11 1.1. Algemeen 11

Nadere informatie

Levering van goederen naar andere EU-lidstaten / 13

Levering van goederen naar andere EU-lidstaten / 13 1 Inleiding / 11 2 Levering van goederen naar andere EU-lidstaten / 13 2.1 Levering aan een btw-plichtige ondernemer / 14 2.1.1 Voorwaarde 1: vervoer naar een andere lidstaat / 15 2.1.2 Afhaaltransacties

Nadere informatie

Eiseres heeft op haar aangifte voor het eerste kwartaal van omzetbelasting voldaan.

Eiseres heeft op haar aangifte voor het eerste kwartaal van omzetbelasting voldaan. Rechtbank Haarlem 5 oktober 2010, nrs. 09/3619 en 09/3620 Uitspraak RECHTBANK HAARLEM Sector bestuursrecht, meervoudige belastingkamer Zaaknummers: AWB 09/3619 en AWB 09/3620 Uitspraakdatum: 5 oktober

Nadere informatie

Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting.

Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting. Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting. 1. Algemeen systeem. De wet voorziet in diverse gedetailleerde

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 20 juni 1991 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 20 juni 1991 * ARREST VAN 20. 6. 1991 ZAAK C-60/90 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 20 juni 1991 * In zaak C-60/90, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Gerechtshof te Arnhem,

Nadere informatie

DUIDING VAN DE PROBLEMATIEK

DUIDING VAN DE PROBLEMATIEK Algemene Administratie van de Fiscaliteit Operationele Expertise en Ondersteuning Dienst BTW Belasting over de toegevoegde waarde Beslissing BTW nr. E.T.127.884 d.d. 05.10.2015 Reisbureaus Verzekeringen

Nadere informatie

Voor de Omzetbelasting (hierna OB of BTW) wordt een onderscheid gemaakt tussen goederen en diensten.

Voor de Omzetbelasting (hierna OB of BTW) wordt een onderscheid gemaakt tussen goederen en diensten. LEVERING VAN GOEDEREN EN DIENSTEN Inhoud LEVERING VAN GOEDEREN EN DIENSTEN... 1 1. Inleiding... 1 2. Onderscheid in goederen en diensten... 1 3. De UvA als ondernemer... 2 4. Leveringen van goederen en

Nadere informatie

Veel gestelde vragen en antwoorden over btw-heffing bij particulieren met zonnepanelen.

Veel gestelde vragen en antwoorden over btw-heffing bij particulieren met zonnepanelen. Veel gestelde vragen en antwoorden over btw-heffing bij particulieren met zonnepanelen. De gevolgen van het arrest van de Hoge Raad (HR 15 december 2017, 15/05937, ECLI:NL:HR:2017:3127) zijn verwerkt in

Nadere informatie

2014 KPMG Meijburg & Co, belastingadviseurs, is een samenwerkingsverband van besloten vennootschappen en maakt deel uit van KPMG International

2014 KPMG Meijburg & Co, belastingadviseurs, is een samenwerkingsverband van besloten vennootschappen en maakt deel uit van KPMG International 2014 KPMG Meijburg & Co, belastingadviseurs, is een samenwerkingsverband van besloten vennootschappen en maakt deel uit van KPMG International Cooperative ("KPMG International"), een Zwitserse entiteit.

Nadere informatie