(LNG) schip. Editie 1.0

Transcriptie

1 Standaard voor een controlelijst voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) Tankwagen - schip Editie 1.0 Goedgekeurd door het Comité Politiereglement opp 13 oktoberr 2015

2 Pagina 2 / 45

3 Voorwoord De werkgroep WPCI (World Ports Climate Initiative) van de IAPH (International Association of Ports and Harbors) heeft drie lijsten opgesteld voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) (bunkeren schip-tankwagen, schip-schip en schip-wal) ) door schepen die vloeibaar aardgas (LNG) voor hun aandrijving gebruiken. Deze lijsten worden al in talrijke zeehavens gebruikt, meer bepaald in Rotterdam en Antwerpen. Omdat de CCRR de te volgen werkwijzen zoveel mogelijk wenst te harmoniseren, heeft zij, in samenwerking met de IAPH, de lijst voor het bunkeren tussen tankwagen en schip aangepast om deze op de contextt en de regelgeving vann de Rijnvaart af te stemmen. Er werd echter niet geraakt aan de structuur, dee idee en het veiligheidsniveau van dee oorspronkelijke lijst. Voor schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het Rijnvaartpolitiereglement (RPR) en in het bijzonder artikel 15.07, vijfde lid,, onderdeel b en zesdee lid. Daarin staat het volgende: "Alvorens met het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) te beginnen, dient de schipper van het schip dat moet bunkeren zich ervan te vergewissenn dat: [...] b) de schipper of een door hem/haar met de verantwoording belaste persoon, en de verantwoordelijke medewerker van hett bunkerstation, een controlelijst voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) voor schepenn die het kenteken dragen als bedoeld in artikel 2.06, overeenkomstig de door de CCR vastgelegde standaard, hebben ingevuldd en ondertekend, en dat alle vragen van deze lijst met 'ja' zijn beantwoord. Niet-relevante vragen kunnen geschrapt worden. Indien niet alle vragen positieff beantwoord kunnen worden, mag het bunkeren slechts plaatsvinden met toestemming van de bevoegde autoriteit." De huidige standaardd omvat: - een controlelijstt voor het bunkeren vann vloeibaar aardgas (LNG) (tankwagen-schip). Deze lijst bestaat uit vier delen (A, B, C, D). Het invullen van deel A is facultatief, maar wordt wel aanbevolen; het invullen van de delen B, C en D is verplicht. - richtsnoeren om de gebruiker te helpen bij het invullen van de lijst. De geldende editie van deze standaard kan gedownload worden op de website van ( en is beschikbaar in het Duits, Frans, Nederlands en e Engels. de CCR In de huidige editie van de standaard zijn - de verwijzingen naar het Reglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn (RSP) pas geldig vanaf 1 augustus 2016, en - de verwijzingenn naar het Reglement Onderzoek Schepen op de d Rijn (ROSR) pas geldig vanaf 1 december Deze standaard is alleen van toepassing op het bunkeren van vloeibaar aardgass (LNG) als brandstof, niet op de overslag van vloeibaar aardgas (LNG) als lading. Pagina 3 / 45

4 Pagina 4 / 45

5 Controlelijst voor het bunkeren van vloeibaar aardgass (LNG) tankwagen - schip DEEL A: Controlelijst voor de voorbereidingsfase voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) Dit deel van de controlelijst kan als een richtsnoer worden gebruikt voor v het maken van afspraken en uitwisselen van kennis over veiligheidsaspecten gedurende de voorbereidingsfase van het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG). Aanbevolen wordt dit deel van de controlelijst tee behandelen op het moment waarop de bestelopdracht voor het bunkeren wordt gegeven. Geplande datum en gepland tijdstip: Aangewezen locatie voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG):: Schip dat het vloeibare aardgas (LNG) ontvangt: Bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert: Controlepunten Schip Bunkertank- wagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert Bunker- locatie Code Opmerkingen 1 Bevoegde autoriteiten hebben toestemming voor de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) op de desbetreffende locatie en het desbetreffende tijdstip gegeven. P 2 De vertegenwoordiger van de bunkerlocatie heeft toestemming voor de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) op de desbetreffende locatie en het desbetreffende tijdstip gegeven. P Indien van toepassing 3 Bevoegde autoriteiten zijn over hett begin van de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) overeenkomstig de plaatselijke voorschriften ingelicht. Dag/tijdstip van kennisgeving: Aangekondigd(e) dag/tijdstip: uur uur 4 De vertegenwoordiger van de bunkerlocatie is over het begin van de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) ingelicht, overeenkomstig de voorschriften die op de bunkerlocatie van toepassing zijn. Indien van toepassing Tijdstip van kennisgeving: k uur Aangekondigd(e) dag/tijdstip: uur Pagina 5 / 45

6 Controlepunten Schip Bunkertank- wagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert Bunker- locatie Code Opmerkingen 5 Er wordt rekening gehouden met de eisen van de bevoegde autoriteiten. Bijv. havenvoorschriften 6 Er wordt rekening gehouden met de lokale eisen die op de bunkerlocatie van toepassing zijn. Indien van toepassing Bijv. voorschriften die op de bunkerlocatiee van toepassing zijn 7 Alle bij de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) betrokken personeelsleden hebben de juiste opleiding en zijn over de desbetreffende apparatuur en procedures voor het bunkeren van v vloeibaar aardgas (LNG) geïnstrueerd. Voor het schip: Voor de tankwagen: Voor dee bunker-locatie: 8 De bunkerlocatie is toegankelijk voor de bunkertankwagen die het vloeibaree aardgas (LNG) levert, en de totale massa van de tankwagen bedraagt niet meer dan de massa die ten hoogste op de kade of steiger is toegestaan. 9 Ingevall het bunkeren plaats vindtt bij onvoldoende daglicht zijn er onderling afspraken gemaakt over geëigende verlichting van de zone waar de handelingen voor het bunkeren van v vloeibaar aardgas (LNG) plaatsvinden. 10 Alle apparatuur voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) en voorr het detecteren van gas is gecertificeerd, in goede staat en voor het beoogdee gebruik geëigend. Voor het schip: Voor de tankwagen: 11 Er zijn onderling afspraken over de procedures voor het bunkeren, inkoelen en purgeren gemaakt. A Verwijzing naar procedures: 12 Er zijn onderling afspraken gemaakt over het systeem en de methode van elektrische isolatie. A Methode: 13 Er zijn onderling afspraken gemaakt over de bunkerzone aan wal. A Bunkerzone: m/ft Pagina 6 / 45

7 Controlepunten Schip Bunkertank- wagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert Bunker- locatie Code Opmerkingen 14 De voorschriften met betrekking tot t ontstekingsbronnen kunnen worden nageleefd. Voor het schip: Voor de tankwagen: Voor dee bunker-locatie: 15 Alle voorgeschreven brandbestrijdingsapparatuur is gereed voor onmiddellijk gebruik. Voor het schip: Voor de tankwagen: Voor dee bunker-locatie: Indien van toepassing Pagina 7 / 45

8 Voor het registreren van de, in de planning, bij deze fase betrokken vertegenwoordigers: Schip Bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert Bunkerlocatie Naam Naam Naam Rang Positie Positie Datum Datum Datum Tijdstip Tijdstip Tijdstip Pagina 8 / 45

9 DEEL B: controlelijst ter voorbereiding van de overslag van vloeibaar aardgas (LNG) (Het is verplicht dit deel- voor het starten van de feitelijke overslaghandelingen in te vullen) Datum en tijdstip: Aangewezen locatie voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG):: Schip dat het vloeibare aardgas (LNG) ontvangt: Bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert: Controlepunten Schip Bunker- die het tankwagen vloeibare aardgas (LNG) levert Bunker- locatie Codee Opmerkingen 16 Deel A is voor en ter voorbereiding van de feitelijkee bunkerhandelingen gebruikt, zoals aanbevolen in de inleiding. Voor het schip: Voor de tankwagen: Voorr de bunker- locatie: Indien van toepassing 17 De actuele weersomstandighedenn en golfhoogte blijven binnen de overeengekomen grenswaarden. A R 18 Het schip dat het vloeibare aardgas (LNG) ontvangt, is veilig afgemeerd. Voorschriften inzake afmeervoorzieningenn zijn in acht genomen. Er zijn voldoende fenders aangebracht. R 19 Er is een veilige overstap tussen wal en schip. R Indien verplicht is er een veilige vluchtweg tussen wal en schip. 20 Alle voorgeschreven brandbestrijdings- gebruik. apparatuur is gereed voor onmiddellijk Voor het schip: Voor de tankwagen: Voorr de bunker- locatie: 21 De zone waar de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas ( LNG) plaatsvinden, is voldoende verlicht. A R 22 Het schip en de bunkertankwagenn die het vloeibare aardgas (LNG) levert, kunnen op eigen kracht in een veilige en hindernisvrije richting bewegen. Voor het schip: Voor de tankwagen: R Pagina 9 / 45

10 Controlepunten Schip Bunker- die het tankwagen vloeibare aardgas (LNG) levert Bunker- locatie Codee Opmerkingen 23 Zowel op het schip als bij de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, behoort er voor v adequate supervisie op de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) gezorgd te worden en kan er te allen tijde worden ingegrepen. 24 Een efficiënt communicatiemiddel tussen de schipper en de chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, is geïnstalleerd en getest. Er is onderling afgesproken welke voertaall wordt gebruikt. A R VHF- /UHF-kanaal:/ Taal: Primair systeem: Back-upsysteem 25 Er zijn onderling afspraken gemaakt over het noodstopsignaal en de uitschakelingsprocedures, het geheel is getest en aan alle betrokken personeelsleden uitgelegd. A Noodstopsignaal: De verantwoordelijkee personen kennen zowel de noodprocedures en -plannen als de contactnummers. 26 De vooraf bepaalde bunkerzone iss afgebakend. Deze zone wordt door geëigende tekens gesignaleerd. A 27 In de bunkerzone bevinden zich geen onbevoegden, verboden voorwerpen of ontstekingsbronnen. R 28 Buitendeuren, patrijspoorten en ventilatieopeningen van verblijven zijn overeenkomstig de operationele bescheiden gesloten. R Zij behoren nooit te worden vergrendeld 29 De gasdetectieapparatuur is getest op het functioneren dat goed is bevonden. Pagina 10 / 45

11 Controlepunten Schip Bunker- die het tankwagen vloeibare aardgas (LNG) levert Bunker- locatie Codee Opmerkingen 30 De veiligheidsinformatiebladen (MSDS, Materiall Safety Data Sheets) betreffende het geleverde vloeibare aardgas ( LNG) zijn beschikbaar. A 31 Voorschriften met betrekking tot ontstekingsbronnen worden nageleefd. R 32 Geëigende en voldoende geschikte beschermende kleding en apparatuur is gereed voor onmiddellijk gebruik. 33 Personeelsleden die bij het aansluiten en afkoppelen van de bunkerslangenn betrokken zijn en die zich in de directe nabijheid van deze handelingen bevinden, gebruiken voldoende en geschikte beschermende kleding en apparatuur. 34 Er is een (aangedreven) snelontkoppeling (P)ERC (Powered Emergency Release Coupling) geïnstalleerd en gereed voor onmiddellijk gebruik. Indien van toepassing 35 Het watersproeisysteem voor de tankbeveiliging is getest en gereed voor onmiddellijk gebruik. Indien van toepassing 36 De voorzieningen voor het opvangen van lekkage zijn vervaardigd uit geëigend materiaal, hebben de geëigende afmetingen, bevindenn zich op de juiste plaats en zijn leeg. 37 De scheepsromp en het dek zijn tegen lage temperaturen beschermd. Indien van toepassing 38 Bunkerpompen en compressoren functioneren naar behoren. A Indien van toepassing 39 Alle afsluiters zijn goed onderhouden en functioneren naar behoren. 40 De meters, vulstand- en overdrukalarmen van het bunkersysteem zijn operationeel, juist ingesteld en functioneren naar behoren. Pagina 11 / 45

12 Controlepunten Schip Bunker- die het tankwagen vloeibare aardgas (LNG) levert Bunker- locatie Codee Opmerkingen 41 De bunkertanks van het schip zijn te allen tijde tegen onopzettelijke overvulling beveiligd, de inhoud van de tank wordt voortdurend bewaakt en de alarmsystemen zijn goed ingesteld. R Intervallenn van ten hoogste minuten 42 Alle besturings-, bewakings- en veiligheidsinrichtingen van de installaties voor vloeibaar aardgas (LNG) zijn gecontroleerd, getestt en het functioneren daarvan is goed bevonden. 43 De drukregelapparatuur en de apparatuur voor het verdampen of weer vloeibaar maken is operationeel en functioneert naar behoren. Indien van toepassing 44 Zowel op het schip als in de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, zijn de noodstopinrichtingenn (ESD's), automatische afsluiters of soortgelijke apparatuur getest, is het functioneren daarvan goed bevonden en is deze apparatuur gebruiksgereed. De sluitsnelheden van de ESD's zijn z onderling uitgewisseld. A ESD v/h schip: seconden ESD v/d tankwagen: seconden 45 De aanvankelijke opstelling voor het bunkeren van vloeibaar aardgas ( LNG) is gecontroleerd. Niet gebruikte verbindingen zijn gesloten, geleegd en volledig afgeblind. 46 Slangen, vaste leidingen en aansluitingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) zijn in goede staat, naar behoren bevestigd, gesteund, goed aangesloten, op lekkage getest en gecertificeerd voor de overslag van vloeibaar aardgass (LNG). 47 De verbinding voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) tussen het schip en de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, iss van aansluitingen van het type droogkoppeling voorzien. Indien van toepassing Pagina 12 / 45

13 Controlepunten Schip Bunker- die het tankwagen vloeibare aardgas (LNG) levert Bunker- locatie Codee Opmerkingen 48 De verbinding voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) tussen het schip en de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, iss met adequate voorzieningen voor de elektrische isolatie uitgerust. 49 De verbindingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) zijn voorzien van veiligheidsdroogkoppelingen (break- visueel gecontroleerd op het functioneren dat goed is bevonden. away-droogkoppelingen). Deze zijn 50 De bunkertankwagenn die het vloeibare aardgas (LNG) levert, is elektrisch geaard en de wielen zijn geblokkeerd. 51 Tijdens het aansluiten of afkoppelen van de slangen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) is de motor van de bunkertankwagenn die het vloeibare aardgas levert, uitgeschakeld. 52 Tijdens het purgeren of de overslag van vloeibaar aardgas (LNG) is de motor van de bunkertankwagenn die het vloeibare aardgas (LNG) levert, uitgeschakeld. Tenzij de motor van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, voor het purgeren of de overslag van vloeibaar aardgas (LNG) is vereist 53 Indien voorgeschreven, bevinden de brandbestrijdingsplannen in noodgevallen zich op een externe plaats. Plaats: 54 Er is een internationale walaansluiting voorzien. Indien van toepassing 55 De bevoegde autoriteiten zijn van de aanvang van de handelingen voorr de overslag van vloeibaar aardgas (LNG) in kennis gesteld met het verzoek de andere schepen in de nabijheid daaromtrent te informeren. Dag/tijdstip van kennisgeving: Pagina 13 / 45

14 DEEL C: Gegevens voor de overslag van vloeibaarr aardgas (LNG) (Dit deel behoort voor het starten van de feitelijke overslaghandelingen ingevuld te worden) Overeengeko omen starttemperatuurr en -druk Overeengeko omen fysiekee hoeveelheidseenheid (PQU, Physical Quantity Unit) U m 3 ton Schip Bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert Tank voor vloeibaar aardgas (LNG) starttemperatuur: Tank voor vloeibaar aardgas (LNG) startdruk: Tank voor vloeibaar aardgas (LNG) beschikbare (rest)capaciteit: * Doorhalen wat niet van toepassing is Overeengeko omen bunkerhandelingen Overeengeko omen fysiekee hoeveelheidseenheid (PQU, Physical Quantity Unit) U m 3 ton C/ F bar psi* (rel) PQU Tank 1 Tank 2 Overeengekom men overslaghoeveelheid: Startdruk bij de aansluiting voor het bunkeren: Startsnelheid: Maximale overslagsnelheid: Bijvulsnelheid: Maximale druk bij de aansluiting voor het bunkeren: * Doorhalen wat niet van toepassing is PQU bar/psi* (rel.) PQU per uur PQU per uur PQU per uur bar/psi*(rel..) Overeengeko omen maxim en minima Maximum Minimumm Druk tijdens het bunkeren: Druk in de bunkertanks voor vloeibaar aardgas (LNG): Temperatuur van het vloeibare aardgas (LNG): Vulgrens van de bunkertanks voor vloeibaar aardgas (LNG): * Doorhalen wat niet van toepassing is bar/psi*(rel.) bar/psi*(rel.) C/ F % Pagina 14 / 45

15 Verklaring Wij, ondergetekenden, hebben de bovengenoemde punten in Deel B en C overeenkomstig de instructies gecontroleerd en hebben ons ervan vergewist dat dee door ons ingevulde gegevens juist zijn. Wij hebben eveneens de voorzieningen getroffen om indien nodig herhaalde controles uit te voeren en zijn overeengekomen dat de met 'R' aangeduide punten in de controlelijst opnieuw gecontroleerd behoren te worden met intervallen van ten hoogste uur. Ingeval wij kennis hebben van een wijziging betreffende een van de d punten, stellen wij de andere partij onverwijld daarvan op de hoogte. Schip Bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert Bunkerlocatie Naam Rang Handtekening Datum Tijdstip Naam Positie Handtekening Datum Tijdstip Naam Positie Handtekening Datum Tijdstip Datum Tijdstip Initialen schip voor het Initialen voor de tankwagen Initialen voor de bunkerlocatie Register vann terugkerende controles Richtsnoer voor het invullen van deze controlelijst De vermelding van de letters 'A' of 'R' in de kolom genaamd 'Code' hebben de volgende betekenis: A ('Agreement'/overeenkomst). Dit verwijst naar een overeenkomst of procedure die in dee kolom 'Opmerkingen' van de controlelijst genoteerd of in een anderee wederzijds aanvaardbare vorm meegedeeld behoort te worden. R (' Re-check'/herhaalde controle). Dit verwijst naar punten die met door beide partijen overeengekomen geëigende, in de verklaring vermelde, intervallen opnieuw gecontroleerd moeten worden. P ( Permission / /toestemming) Dit houdt in dat een autoriteit een toestemming moet verlenen. De gezamenlijke verklaring behoort niet te worden ondertekend voordat beide partijen de hun toegewezen aansprakelijkheden en verantwoordelijkheden gecontroleerd en aanvaard hebben. Het document moet, nadat het naar behoren is ondertekend, aan boordd van het schip dat het vloeibare aardgas (LNG) ontvangt, worden bewaard, overeenkomstig de d toepasbare regelgeving of bedrijfsvereisten. Pagina 15 / 45

16 DEEL D: Controlelijst na de overslag van vloeibaar aardgas (LNG) (Dit deel behoort na voltooiing van de overslaghandelingen te worden w ingevuld) Controlepunten Schip Bunkertank wagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert Bunker- locatie Codee Opmerkingen 57 De slangen, vaste leidingen en aansluitingen voor het bunkeren zijn gepurgeerd en gereed voor het afkoppelen. A 58 Op afstand en handmatig bediende afsluiters zijn gesloten en gereed voor het afkoppelen. A 59 Na afkoppeling is de bunkerzonee voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) opgeheven. De desbetreffende tekens zijn verwijderd. A 60 De bevoegde autoriteiten zijn in kennis gesteld van de voltooiing van de handelingen voor het bunkeren van v vloeibaar aardgas (LNG). Tijdstip van kennisgeving: uur 61 De vertegenwoordiger van de bunkerlocatie is in kennis gesteld van de voltooiing van de handelingen voor het bunkeren van v vloeibaar aardgas (LNG). Tijdstip van kennisgeving: uur 62 De bevoegde autoriteiten zijn van de voltooiing van de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) in kennis gesteld met het verzoek de andere schepen in de nabijheid daaromtrent te informeren. 63 Voor zover van toepassing zijn bijna- ongevallen en incidenten ter kennis van de bevoegde autoriteiten gebracht. Verslag nr.: Pagina 16 / 45

17 Verklaring Wij, ondergetekenden, hebben de bovengenoemde punten in Deel D overeenkomstig de instructies gecontroleerd en hebben ons ervan vergewist dat de door ons ingevulde gegevens juist zijn. Schip Bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert Bunkerlocatie Naam Naam Naam Rang Positie Positie Handtekening Handtekening Handtekening Datum Datum Datum Tijdstip Tijdstip Tijdstip Pagina 17 / 45

18 Richtsnoer voor het invullen van deze controlelijst De vermelding van de letters 'A' of 'R' in de kolom genaamd 'Code' hebben de volgende betekenis: A ('Agreement' / overeenkomst) Verwijst naar een overeenkomst of procedure die in de kolom 'Opmerkingen' genoteerd of in een andere wederzijds aanvaardbare vorm meegedeeld behoort te worden. w R (' Re-check' / herhaalde controle) Verwijst naar punten die met door beide partijen overeengeko men geëigende, in de verklaring vermelde, intervallen opnieuw gecontroleerd moeten worden. P ( Permission / toestemming) Houdt in dat een autoriteit een toestemming moet verlenen. De gezamenlijke verklaring behoort niet te worden ondertekend voordat beide partijen de hun toegewezen aansprakelijkheden en verantwoordelijkheden gecontroleerd en aanvaard hebben. Het document moet, nadat het naar behoren is ondertekend, aan boordd van het schip dat het vloeibare aardgas (LNG) ontvangt, worden bewaard, overeenkomstig de d toepasbare regelgeving of bedrijfsvereisten. Pagina 18 / 45

19 RICHTSNOEREN ALGEMEEN De aansprakelijkheid en verantwoordelijkheidd voor de veilige uitvoering van de handelingen tijdens het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) naar een schip wordt gezamenlijk door de schipper, de chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert en, indien van toepassing, de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie gedragen. Voordat de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) beginnen, behorenn de schipper, de chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert en, indien van toepassing, de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie: schriftelijk de bunkerprocedures, met inbegrip van de maximalee overslagsnelheden, overeen te komen; schriftelijk de te nemen maatregelen in geval van een noodsituatie overeen tee komen, en de controlelijst voor het LNG-bunkeren van tankwagen naar n schip in te vullen en te ondertekenen. In de binnenvaart staat de term 'schip' voor elk binnenschip of samenstel en de term 'schipper' voor de schipper als bedoeldd in scheepvaartreglementen. Voor de controles die niet toepasselijk zijn opp alle schepen is 'indien van v toepassing' toegevoegd in de laatste kolom. De controles mett de vermelding 'indien van toepassing' zijn niet verplicht, gebruikers kunnen deze controles overslaan door N.A. (Niet Aanwezig/niett van toepassing) in de kolom opmerkingen te vermelden. De belangrijkste gehanteerde termen zijn aan het eindee van dit document, in het deel "Afkortingen en begripsbepalingen", gedefinieerd. OPBOUW VAN DE CONTROLELIJST De LNG-bunkercontrolelijst - tankwagen naarr schip bestaat uit vier delen. In het eerste deel: DEEL A: Controlelijst t voor de voorbereidin ngsfase voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) betreft de punten, die gedurende de voorbereidingsfasee van de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) aandacht vereisen. Dit deel van de controlelijst kan als een richtsnoer worden gebruikt voor v het maken van afspraken en uitwisselen van kennis over veiligheidsaspecten gedurende de voorbereidingsfase van het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG). Aanbevolen wordt dit deel van de controlelijst tee behandelen op het moment waarop de bestelopdracht voor het bunkeren wordt gegeven. Pagina 19 / 45

20 Het tweede deel: DEEL B: Controlelijst terr voorbereiding van de overslag van vloeibaarr aardgas (LNG) betreft de vereiste materiële controles en de elementen die d vlak voor het begin van het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) mondeling gecontroleerd moeten m worden. Ter waarborging van de veiligheid van de handelingen is het noodzakelijk dat alle relevante verklaringen in aanmerking worden genomen en dat aan de daaraan gerelateerde aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid gezamenlijk of afzonderlijk is aanvaard. Ingeval wordt beschouwd dat een specifiek punt niet van toepassing iss op het schip, de bunkertankwagen die het vloeibare aardgass (LNG) levert, of de geplande handelingen, behoort een aantekening daaromtrent in de kolom 'opmerkingen' te worden gemaakt. Het derde deel: DEEL C: Gegevens voor de overslag van vloeibaar aardgas (LNG) bevat de overslaggegevens waarover overeenstemming bereikt moet worden. In dit onderdeel wordt de informatie over temperatuur, dichtheid, volume, overslagsnelheid, druk en de fysieke hoeveelheidseenheidd die voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) gebruikt moet worden, onderling uitgewisseld en afgesproken. Het vierde en laatste gedeelte van de controlelijst DEEL D: controlelijst na de overslag van vloeibaar aardgas (LNG) bevat de overwegingen die na de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) gemaakt moeten worden voor het afkoppelen van de bunkerverbindingen en om alle handelingen te beëindigen. GEBRUIK VAN DE LNG-BUNKERCONTROLELIJST - TANKWAGENN NAAR SCHIP De volgende richtsnoeren zijn opgesteld om het gezamenlijk gebruik van de LNG-bunkercontrolelijst - tankwagen naar schip te vereenvoudigen. De schipper en alle personen onder zijn/haar commando moeten zich strikt aann deze eisen houden zolang het schip langszij ligt. De chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert en, indien van toepassing, de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie moeten ervoor zorgen dat het tankwagenpersoneel en, indien van toepassing, het personeel aan wal, dat ook doen. Elke partij verbindt zich ertoe samen te werken inn het wederzijds belang van het uitvoeren van veilige en efficiëntee handelingen. De schipper, chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG)) levert en, indien van toepassing, de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie, kunnen personen aanwijzen die belast worden met de verantwoordelijkheid voor de bunkerhandelingen en deze personen toestemming verlenenn om de LNG-bunkercontrolelijst in te vullen en te ondertekenen. De aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid voor de aantekeningen in de LNG-bunkercontrolelijst - tankwagen naar schip zijn in het documentt toegewezen. De aanvaarding van de aansprakelijkheid wordt bevestigd door de desbetreffende rubriek aan te vinken of te paraferen en door de verklaring aan het eind van controlelijst te ondertekenen. Eenmaal ondertekend, detailleert de controlelijst de minimumvoorwaarden voor een veilig verloopp van de handelingen diee na een wederzijdse uitwisseling van kritieke informatie zijn afgesproken. Pagina 20 / 45

21 Sommige aantekeningen van de controlelijst betreffen aspecten die uitsluitend onder de aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid van de schipper vallen. Voor sommigee verklaringen van de controlelijst is uitsluitend de chauffeur van dee bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert of uitsluitend de vertegenwoordiger van dee bunkerlocatie aansprakelijk en verantwoordelijk. Voor sommige verklaringen in de controlelijst geldt een gezamenlijke aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid. Grijs gearceerde vakjess worden voor het identificeren van verklaringen gebruikt, die over het algemeen voor één partij niet t van toepassing kunnenn zijn, alhoewel de schipper, de tankwagenchauffeur of de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie dergelijke rubrieken ook kunnen aanvinken of paraferen als zij dat wensen. Op de plaatsen waar in het vakje 'voor het schip', voor de tankwagen' of 'voorr de bunkerlocatie' is vermeld, controleren en ondertekenen de betrokken partijenn uitsluitendd voor hun eigen verantwoordelijkheden. Hier wordt in de onderhavige richtsnoeren naar verwezen met de vermelding "Voor dit onderdeel controleren en ondertekenen de betrokken partijen uitsluitend voor hun eigen verantwoordelijkheden." Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het RPR, in het artikel 15.07, vijfde lid, onderdeel b, en zesdee lid, waarin het volgendee is vastgelegd: bijzonder "5. Alvorens met het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) te beginnen, dientt de schipper van het schip dat moet bunkeren zich ervan te vergewissen dat: [...] b) de schipper of een door hem/haar met de verantwoording belaste persoon, en de verantwoordelijke medewerker vann het bunkerstation, eenn controlelijst voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) voor r schepen die het kenteken dragen als bedoeld in artikel 2.06 (van het RPR), overeenkomstig de door de CCR vastgelegde standaard (met andere woorden, deze lijst), hebben ingevuld en ondertekend, en dat d alle vragen van dezee lijst met 'ja' zijn beantwoord. Niet-relevante vragen kunnen geschrapt worden. Indien niet alle vragen positief beantwoord kunnen worden, mag het bunkeren slechtss plaatsvinden met toestemming van de bevoegde autoriteit." [...] 6. De controlelijst als bedoeld in i het vijfde lid, onderdeel b moet: a) in tweevoud worden ingevuld, b) beschikbaar zijn in ten minste één taal die begrijpelijk is voor de personen bedoeld in het voornoemde vijfde lid, onderdeel b en c) drie maanden aan boord van het schip worden bewaard." Pagina 21 / 45

22 De toewijzing van aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid betekent niet dat de andere partij van controle op naleving is uitgesloten. Daarmeee wordt beoogd de partij, die voor de initiële en continue naleving gedurende het verblijf van het schip op de bunkerlocatie e verantwoordelijk is, duidelijk te identificeren. De schipper behoort alle aspecten die tot de verantwoordelijkheid van het door vloeibaar aardgas (LNG) aangedreven schip behoren, te controleren. Op dezelfde wijze zouden de chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert en, indien van toepassing, de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie, alle aspecten die tot de verantwoordelijkheid van respectievelijk de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert en, indien van toepassing, de bunkerlocatie behoren, moeten controleren. Bij het vervullen van v deze verantwoordelijkheden behoren de vertegenwoordigers zich ervan tee vergewissen dat de veiligheidsnormen aan beide zijden waar de handelingenn plaatsvinden volledig aanvaardbaarr zijn. Dit kan worden gedaan door bijvoorbeeld: te bevestigen dat een bevoegd persoon de controlelijst naar behoren heeft ingevuld; de desbetreffende bescheiden door te nemen; gezamenlijk te inspecteren waar zulks nuttig wordt geacht. Vóór het begin van de handelingen en daarna van tijd tot tijd kunnen, om de wederzijdse veiligheid te garanderen, de chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibaree aardgas (LNG) levert en, indien van toepassing, een vertegenwoordiger vann de bunkerlocatie en, inn voorkomend geval, de schipper het schip en de tankwagen inspecteren om zich ervan te verzekerenn dat het schip en de tankwagen inderdaad aan de verplichtingenn voldoen, zoals aanvaard in de LNG-bunkercontrolelijst - tankwagen naar schip. Ingeval wordt geconstateerd dat aan elementaire veiligheidseisen niet is voldaan,, dan kan een van de partijen vereisen dat de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) worden onderbrokenn totdat corrigerende maatregelen naar behoren zijn z uitgevoerd. CODEREN VAN VERMELDINGEN De vermelding van de letters 'A', P of 'R' in de kolom genaamd 'Code' hebben dee volgende betekenis: A Agreement / overeenkomstt Houdt in dat het betrokken punt door een afspraak of een procedure geregeld behoort tee worden enn dat deze procedure in de kolom 'opmerkingen' vann de controlelijst genoteerd of in een andere wederzijds aanvaardbare vorm meegedeeld behoort te worden. P Permission / toestemming Houdt in dat in geval van een negatief antwoord bij een aantekening met vermelding van v de codee 'P', de handelingen niet mogen worden uitgevoerd zonder de schriftelijke toestemming van de bevoegdee autoriteit. R Re-check / herhaalde controle Verwijst naar de punten die met geëigendee intervallen opnieuw gecontroleerd moeten worden, zoals beidee partijen afgesproken en in de verklaring vermeld hebben. De gezamenlijke verklaring behoort niet te worden ondertekendd voordat alle partijen de hun toegewezen aansprakelijkheden en verantwoordelijkheden gecontroleerd en aanvaard hebben. Pagina 22 / 45

23 TOELICHTING BIJ DE CONTROL ES DEEL A: Controlelijst voor de voorbereidingsfase voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) 1. De bevoegde autoriteiten hebben toestemming voor de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) op de desbetreffende locatie en het desbetreffendee tijdstip gegeven. De bevoegde autoriteit kan geraadpleegd worden over welke andere autoriteiten toestemming voor de bunkerhandelingen op de desbetreffende locatie, het desbetreffendd de tijdstip en met de desbetreffende betrokken partijen moeten geven. 2. De vertegenwoordiger van de bunkerlocatie heeft toestemming voor de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) op de desbetreffende locatie en het desbetreffendee tijdstip gegeven. Bij twijfel betreffende de juiste contactpersoon bij worden geraadpleegd. de bunkerlocatie kan dee bevoegde autoriteit 3. Bevoegde autoriteiten zijn over het begin van de handelingen voorr het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) overeenkom mstig de plaatselijke voorschriften ingelicht. Bij twijfel betreffende de juiste contactpersoon bevoegde autoriteit worden geraadpleegd. volgens plaatselijke voorschriften kan de 4. De vertegenwoordiger van de bunkerlocatie is over het begin van de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) ingelicht, overeenkomstig de voorschriften die op de bunkerlocatie van toepassing zijn.. Bij twijfel betreffende de voorschriften n die op de bunkerlocatie van toepassing zijn, kan de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie e worden geraadpleegd. 5. Er wordt rekening gehouden met de eisen van de bevoegde autoriteiten. Havens hebben specifiekee havenvoorschriften en -reglementen. Bij twijfel betreffende de plaatselijke voorschriften kan de havenautoriteit worden geraadpleegd. In de staten die het SOLAS-Verdrag ondertekend hebben, vereist de ISPS-code dat d de verantwoordelijkee voor de veiligheid van een zeeschip en de verantwoordelijke voor de veiligheid vann de havenfaciliteit de implementatie van de respectieve veiligheidsplannenn met elkaar afstemmen.. Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het Rijnvaartpolitiereglement (RPR). 6. Er wordt rekening gehouden met lokale eisen die op de bunkerlocatie van toepassing zijn. Bij twijfel betreffende de voorschriften n die op de bunkerlocatie van toepassing zijn, kan de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie e worden geraadpleegd. Pagina 23 / 45

24 7. Alle bij de handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgass (LNG) betrokken personeelsleden hebben de juiste opleiding en zijn over dee desbetreffende apparatuur en procedures voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) geïnstrueerd. Voor dit onderdeel controleren en ondertekenen de betrokken partijen p uitsluitend voor hun eigen verantwoordelijkheden. Alhoewel alle bij de handelingen voor r het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) betrokken personeelsledenn aan de eisen met betrekking tot de verplichte opleiding zouden moeten voldoen, behoren zij ook met de specifieke apparatuur en handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) vertrouwd te zijn. Voor dit onderdeel controleren en ondertekenen de betrokken partijen uitsluitend voor hun eigen verantwoordelijkheden. Voor de schepen die op de Rijn varen,, gelden de voorschriftenn van het Reglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn (RSP), in het bijzonder artikel 4a.01, eerste en tweede lid. 8. De bunkerlocatie is toegankelijk voor de bunkertankwagen die het t vloeibare aardgas (LNG) levert, en de totale massa vann de tankwagen bedraagt niet meer dan de massa die ten hoogste op de kade off steiger is toegestaan. Bij twijfel de vertegenwoordiger van de bunkerlocatiee raadplegenn over de tenn hoogste toegestane massa op de desbetreffendee plaats. 9. Ingeval het bunkeren plaats vindt bij onvoldoende daglicht, zijn er onderling afspraken gemaakt over geëigende verlichting van de zone waar de handelingenh n voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) plaatsvinden. In het donker zouden de zones waar zich zowel aan boord alss aan wal aansluitingen voor het bunkeren bevinden veilig en naar behoren verlicht moeten zijn. Indien niett aan deze eis wordt voldaan, moet extra verlichting worden voorzien. 10. Alle apparatuur voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) en voorr het detecteren van gas is gecertificeerd, in goede staat en voor het beoogde gebruik geëigend. Voor dit onderdeel controleren en ondertekenen de betrokken partijen p uitsluitend voor hun eigen verantwoordelijkheden. Voor de gebruikte bunkerapparatuur behoort er een lijst met certificeringsdata, vervaldata en de eerstvolgende tussentijdse certificeringsdata beschikbaar en onderling uitgewisseld te zijn. De certificaten moeten vóór het begin van het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG)) worden gevalideerd. Voor dit onderdeel controleren en ondertekenen de betrokken partijen uitsluitend voor hun eigen verantwoordelijkheden. Voor schepen die over een certificaat van onderzoek beschikken, gelden de voorschriften van het Reglement Onderzoek Schepen op de Rijn (ROSR), in het bijzonder bijlage T, onderdeell 2.8. Pagina 24 / 45

25 11. Er zijn onderling afspraken over de procedures voor het bunkeren, inkoelen en purgeren gemaakt. De procedures voor de bedoelde handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) behoren van tevoren gepland te zijn. Deze behoren vóór het begin van de handelingenn door de schipper, de chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, en indien van toepassing de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie besproken en afgesproken te zijn. Gemaakte afspraken behoren formeel vastgelegd te zijn. Een wijziging van de procedure met eventuele gevolgen voor de handelingen behoort door de betrokken b partijen besproken en afgesproken te zijn. Nadat de betrokken partijen de afspraken gemaakt hebben, behoren de belangrijke wijzigingen zo spoedig mogelijk schriftelijk en tijdig vóór het ingaan van de gewijzigde procedure vastgelegd te worden. 12. Er zijn onderling afspraken gemaakt over het isolatie. systeem enn de methode van elektrische Het systeem en de methode van elektrische isolatie in de verbinding voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) behoren van tevoren gepland te zijn. Deze D behoren vóór het begin van de handelingenn door de schipper, de chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert en, indien i van toepassing, de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie besproken en afgesproken te t zijn. Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het RPR, in het bijzonder artikel 15.07, vijfde lid, onderdeel a en zevende lid, onderdeel d. 13. Er zijn onderling afspraken gemaakt over de bunkerzone aann wal. Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het RPR, in het bijzonder artikel 1.01, onderdeel ae, artikel 8..11, derde lid, en artikel 15.07, vierde lid. In het RPR wordt bunkerzone gedefinieerd als "de zone die in een omtrek van 20 m van de aansluiting voor het bunkeren ligt". Indien van toepassing behoren eisen aan de veiligheidszone van de zijde van de chauffeur van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, de operator vann de bunkerlocatie en de bevoegde autoriteiten in aanmerking genomen en overgenomen te zijn. De bij het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) betrokken partijen behoren onderling de vereisten inzake de bunkerzone in de omgeving van de locatie voor het bunkeren van vloeibaarr aardgas (LNG) aan boord van het schip en aan wal uit te wisselen, af te spreken en te identificeren. Voor zeeschepen is de aanbevolen minimumafstand: 25 m / 82 ft. f 14. De voorschriften met betrekking tot ontstekingsbronnen kunnen worden nageleefd. Voor dit onderdeel controleren en ondertekenen de betrokken partijen p uitsluitend voor hun eigen verantwoordelijkheden. Deze vervatten - maar zijn niet beperkt t tot - rookbeperkingen en e voorschriften betreffende open vuur, mobiele telefoons, piepers ('pagers'), VHF- en UHF-apparatuur en radarapparatuur. Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het RPR, in het bijzonder artikel 8.11, derde lid, waarin het volgende is vastgelegd: "Tijdens het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) dient de schipper zich err voortdurend van te vergewissen dat het rookverbod aan boord en in de bunkerzonee wordt nageleefd. Het rookverbod is eveneenss van toepassing op elektronische sigaretten en andere soortgelijke apparaten. Dit rookverbod iss niet van toepassing in de accommodatieruimten en het stuurhuis, indienn daarvan dee ramen, deuren, schijnlichten en luiken gesloten zijn." Pagina 25 / 45

26 Onder een open licht of open vuur wordt het volgende verstaan: vlam,, vonkvorming, open elektrisch licht of elk oppervlak dat een gelijke of hogere temperatuur heeft dan de laagste ontbrandingstemperatuur van de bij het werk gehanteerde producten. In de bunkerzone is het gebruik van open licht of open vuur verboden, tenzij aan alle geldende voorschriften is voldaan en de bevoegde autoriteit, chauffeur van v de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, schipper en vertegenwoordiger van de bunkerlocatie daarmee instemmen. In de bunkerzone: behoren telefoons aan de eisen aann een explosieveilige uitvoering te voldoen; behoren mobiele telefoons en piepers (pagers) niet te worden w gebruikt, tenzij daarvoor toestemming is verleend door een bevoegde autoriteit; behoren beschadigde eenheden niet te worden gebruikt, zelfs indien deze nog werken; is het gebruik van draagbare elektrische apparatuur enn van lossee kabels tijdens het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) niet toegestaan en behoort dergelijke apparatuur uit de zone verwijderd te worden; behoren in gebruik zijnde telefoonkabels ten behoeve b van het schip/wal- communicatiesysteem buiten de bunkerzone geleid te zijn. Waar mogelijk behoort de kabel zo geleid en beschermd te zijn dat het gebruik ervan niet tot een gevaarlijke situatie kan leiden; behoort vaste VHF/UHF-apparatuur en AIS uitgeschakeldd te zijn of op stand-by te staan (1 watt of minder), en het hoofdradiostation vann het schip, behalve voor ontvangstdoeleinden, niet te worden gebruikt terwijl het schip op de bunkerlocatie ligt, tenzij de schipper in overleg met de tankwagenchauffeur en de vertegenwoordigerr van de bunkerlocatie heeft vastgesteld onder welke omstandighe eden de installatie veilig gebruikt kan worden. De hoofdzenderantennes behoren ontkoppeld en geaard tee worden; behoren draagbare VHF/UHF-setss van een veilig type te t zijn, dat door een bevoegde autoriteit is goedgekeurd; mogen VHF-radiotelefoonsets uitsluitend op internationaal overeengekomen frequentiebanden worden gebruikt; mag satellietcommunicatieapparatuur normaal wordenn gebruikt, tenzij anderszins aangeraden; behoort de radarinstallatie van het schip niet te wordenn gebruikt, tenzij de schipper in overleg met de tankwagenchauffeur en de vertegenwoo ordiger van de bunkerlocatie de voorwaarden heeft bepaald waaronder dit wel veilig kan gebeuren; behoort in ramen aanwezige airconditioning van de voedingg te worden losgekoppeld. Voor wat de binnenvaart betreft zijn inn de bunkerzone de krachtens , en van het ADN (versie 2015) vastgelegde voorschriften mutatis mutandis van toepassing op binnenschepen die vloeibaar aardgass als brandstof gebruiken. Enerzijds moet de tijdens de bunkerhandelingen gebruikte elektrische apparatuur die zich buiten het bunkerstation bevindt, ten minste van een type zijn met een ' beperkt explosierisico'; Pagina 26 / 45

27 Anderzijds is dit vereiste niet van toepassing op: a) radiotelefonie-installaties die zich inn de woonverblijven en inn het stuurhuis bevinden; b) op draagbare telefoons en vast gemonteerde telefooninsta llaties in de woonverblijven en in het stuurhuis; c) Inland AIS-apparatestuurhuis geïnstalleerd zijn, indien geen enkel deel van een antenne voor een elektronisch apparaat zich boven het bunkerstation bevindt en indien geen enkel deel van een (AIS,( automatic identification system) die in woonverblijven of in een VHF-antenne voor een AIS-apparaat zich binnen een straal van 2 m van het bunkerstation bevindt. 15. Alle voorgeschreven brandbestrijdingsapparatuur is gereed voor onmiddellijk gebruik. Voor dit onderdeel controleren en ondertekenen de betrokken partijen p uitsluitend voor hun eigen verantwoordelijkheden. De brandbestrijdingsapparatuur aan boord behoort zich op de juiste j plaats onmiddellijk gebruik gereed te zijn. te bevindenn en voor Adequate en geschikte eenheden van vaste of draagbare uitrusting behoren overeenkomstig de operationele bescheiden van het schip ondergebracht te zijn. De brandblusinstallaties van het schip behoren onder druk te staan of gereed te zijn om op korte termijn onder druk gezet te worden. Voor zeeschepen behoort ter assistentie van de brandweer aan wal een set brandbestrijdingsplannen permanent in een duidelijk gemarkeerde waterdichte behuizing buiten het stuurhuis bewaard te worden. In deze behuizing behoort ookk een bemanningslijst aanwezig te zijn. Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het RPR, in het bijzonder artikel 8.11, eerste lid, onderdeel a, en de voorschriften van het ROSR, in het bijzonder bijlage T, hoofdstuk 3. Indien van toepassing behoren zowel het schip als de wal ervoor te zorgenn dat hun respectieve brandblusinstallaties op een snelle en makkelijke manier aan elkaar gekoppeld kunnenn worden, zo nodig met gebruikmaking van de internationale brandblusaansluiting aan wal. Onder de punten van deel A van de controlelijst voor de voorbereidingsfase bevindt zich een registratieformulier voor het registreren van de bij de planning betrokken vertegenwoordigers. Pagina 27 / 45

28 DEEL B: Controlelijst ter voorbereiding van de overslag van vloeibaar aardgas (LNG) 16. Deel A is voor en ter voorbereiding van de feitelijke aanbevolen in de inleiding. handelingen gebruikt, zoals Dit deel van de controlelijst kan als een richtsnoer worden gebruikt voor het maken van afspraken en uitwisselen van kennis over de veiligheidsaspecten gedurende de voorbereidingsfasee van het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG). Aanbevolen wordt dit deel van de controlelijst te behandelen op het moment waarop de bestelopdracht voor het bunkeren b wordt gegeven. In dit onderdeel controlerenn de betrokken partijen uitsluitend off Deel A voor hun eigen planning wordt gebruikt. 17. De actuele weersomstandigheden en golfhoogte blijven grenswaarden. binnen dee overeengekomen Aan de hand van talrijke factoren kan worden bepaald of handelingen voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) voortgezet behoren te worden. De schipper, de chauffeurr van de bunkertankwagen die het vloeibare aardgas (LNG) levert, en indien van toepassing de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie e behoren in onderling overleg de beperkende factoren te bespreken, zoals: - windsnelheid en -richting en de gevolgen daarvan op de bunkerverbindingen, - windsnelheid en -richting en de gevolgen daarvan op de stabiliteit van de ligplaats, - windsnelheid en -richting en de gevolgen daarvan op de loopplanken, - de gevolgen van de golfhoogte opp daaraan blootgestelde plaatsen, opp de stabiliteit van de ligplaats of op de veiligheid van de loopplanken. Dergelijke beperkingen zouden door alle partijen duidelijk begrepen moetenn worden. De criteria voor het stoppen met het bunkeren, hett loskoppelen van slangen of armen en het ontruimen van de ligplaats behoren in de kolom 'opmerkingen' van de controlelijst vermeld te worden. Bij onweer in aankomst behoren de bunkerhandelingen onderbroken te worden. Bij een aankondiging van sterke windkracht of verslechterendee weersomstandigheden behoren noodsleepvoorzieningen en een goede controle van de afmeerlijnen voorbereid te worden. 18. Het schip dat het vloeibare aardgas (LNG) ontvangt, is veilig afgemeerd. Voorschriften inzake afmeervoorzieningen zijn in acht genomen. Er E zijn voldoende fenders aangebracht. Bij het beantwoorden van deze vraag behoort de noodzaak van geschikte fendervoorzieningen in acht genomen te worden. Het schip behoort goed bevestigd op zijn ligplaats aangemeerd te blijven. Het schommelen van het schip langs pieren of kaden behoort voorkomen te worden door alle afmeerlijnenn strak gespannen te houden. Er behoort bijzondere aandacht gegeven te worden aan bewegingen van het schip als gevolg van de wind, stromingen, getijden of passerende schepen en aan de gang zijnde handelingen. Vanwege het verschil in hun elastische eigenschappen behoren staaltouww en vezeltouw niet gelijktijdig in dezelfde richting te worden gebruikt (bijv. als dwarstrossen, springlijnen, voor- of achtertrossen). Pagina 28 / 45

29 Na afmering behoren schepen die uitgerust zijn met automatische spanningslieren daarvan geen gebruik te maken in de automatische e stand. Onafhankelijk van de gebruikte methode van afmeren, behoort er overeenstemming te zijn over de manierr van vrijlating in geval van een noodsituatie, waarbij rekening wordt gehouden met de eventueel daaraan verbonden risico's. Ankers die niet in gebruik zijn, behoren deugdelijk geborgd te zijn. Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het RPR, in het bijzonder artikel 15.07, vijfde lid, onderdeel a, enn de voorschriften van het ROSR, inn het bijzonder artikel 10.02, tweede lid, onderdeel a. 19. Er is een veilige overstap tussen wall en schip. Indien verplicht is er een veilige en snelle vluchtweg tussen wal en schip. De overstap behoort zich zo ver als praktisch mogelijk van de aansluiting a voor het bunkeren van vloeibaar aardgas (LNG) te bevinden. De manier van overstapp naar het schip behoortt veilig te zijn en kan uit een geëigende loopplank of valreep voorzien van v een goed daaraan bevestigd vangnet bestaan. Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het RPR, in het bijzonder artikel 8.11, eerste lid, onderdeel b, en de voorschriften van het ROSR, in het bijzonder artikel 10.02, tweede lid, onderdeel d. Er behoort extra aandacht aan een veilige overstap gegeven te worden indien het niveauverschil tussen de op- en afstapplaatsen tussen schip en steiger of kade groot is of naar verwachting groot kan worden. Bij ontbreken van overstapvoorzieningen aan wal en wanneer een loopplankk van het schip wordt gebruikt, behoort er een adequate afstapplaats op de ligplaats te t zijn opdat er voor de loopplank voldoende ruimte is om bij verschillen in getijde en veranderingen in vrijboord een veilige en makkelijke overstap naar het schip te blijven houden. Er behoort een reddingsboei aan boord van het schip in de nabijheid van dee loopplank of van de valreep aanwezig te zijn. Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het ROSR, in het bijzonder artikel 10.05, eerste lid. De overstap behoort in het donker veilig en goed verlicht te zijn. Personen die geen legitiemee reden hebben om aan boord te verblijven, of die geen toestemming van de schipper hebben, behoort de toegang tot het schip ontzegd te worden. De chauffeur van de bunkertankwagenn die het vloeibare aardgas (LNG) levert, of indien van toepassing de vertegenwoordiger van de bunkerlocatie behoort de overstap naar de steiger of ligplaats in overleg met de schipper te controleren. Voor de schepen die op de Rijn varen, gelden de voorschriften van het RPR, in het bijzonder artikel 15.07, vierde v lid, waarin het volgende is vastgelegd: "In de bunkerzone mogen uitsluitend aanwezig zijn: : bemanningsleden van het schip dat moet bunkeren, medewerkers van het bunkerstation, of personen die daarvoor toestemming hebben gekregen van de bevoegde autoriteit." Naast het middel voor de overstap behoort er in geval van een noodsituatie n een veilige en snelle vluchtweg aan boord en aan wal beschikbaar te zijn. Hierbij zou het kunnen gaan om een onmiddellijk inzetbare reddingsboot diee zich bij voorkeur ter hoogte van de verblijven van het schip bevindt. Pagina 29 / 45