JAARVERSLAG Woord vooraf Theoretische basis van de werking van t Appelboomke. en nieuwe inzichten in de methodieken...

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "JAARVERSLAG 2003. 1 Woord vooraf...2. 2 Theoretische basis van de werking van t Appelboomke. en nieuwe inzichten in de methodieken..."

Transcriptie

1 1 Woord vooraf Theoretische basis van de werking van t Appelboomke en nieuwe inzichten in de methodieken Inleiding Het ontstaan van autisme De speelgroep Emotieherkenningstraining Communicatietraining (CT) op voorwerpniveau bij niet-sprekende peuters en kleuters met een autismespectrumstoornis Training van de sociale aandacht Referenties Activiteitenverslag Cliënt-gerichte activiteiten Niet-cliënt-gerichte activiteiten Teamsamenstelling Leden van de V.Z.W Algemene Vergadering Raad van Bestuur... 25

2 2 1 Woord vooraf Het werkjaar 2003 is voor het personeelsteam van het Appelboomke een jaar vol uitdagingen geworden. Uitgaande van de behoeften van autistische kleuters, hebben zij enerzijds verder gebouwd aan het optimaliseren van eigen kwaliteiten en anderzijds heel wat energie gestoken in het intern op elkaar afstemmen van jobtimes en het herschikken van taken om zo goed mogelijk tegemoet te komen aan de nood aan continuïteit bij onze kleuters. Op inhoudelijk vlak werd er heel wat expertise neergezet en verder uitgebouwd. Zo kreeg het Appelboomke, ondanks de kleinschaligheid, heel wat erkenning en internationale belangstelling op het autisme-congres in Lissabon, waar twee teamleden een lezing gaven over " communicatietraining op voorwerpniveau", een methodiek die in ons centrum uitgewerkt en toegepast wordt. Deze methodiek wordt trouwens in dit jaarverslag verder toegelicht. De werkgroep huisvesting heeft haar zoektocht naar een ruimere en beter geschikte accommodatie in Limburg verder gezet. In dit kader hebben zij, in samenspraak met het personeel, zowel stilgestaan bij de werkoppervlakte die momenteel nodig is om de werking van het Appelboomke zo functioneel mogelijk te laten verlopen als ook bij mogelijke toekomstperspectieven en hun consequenties naar werkruimte toe. Ik hou er dan ook aan al deze mensen en iedereen die op om het even welke manier een bijdrage geleverd heeft aan de werking van het Appelboomke te bedanken. Zoals elk jaar konden we ook terug rekenen op een subsidie vanwege de provincie Limburg, waarvoor onze dank. Een bijzonder woord van dank richt ik graag tot onze samenwerkingspartners m.n. het psychiatrisch ziekenhuis Sancta Maria en de K.U. Leuven vertegenwoordigd door de UZ Leuven, die met grote deskundigheid en warme betrokkenheid onze werking mee helpen dragen in al haar aspecten. Veel leesplezier, Mieke Heene Voorzitster Raad van Bestuur

3 3 2 Theoretische basis van de werking van t Appelboomke en nieuwe inzichten in de methodieken 2.1 Inleiding In het Appelboomke zijn de theorievorming, diagnostiek en behandeling gebaseerd op recent wetenschappelijk onderzoek op het vlak van ontwikkelingspsychologie, orthopedagogiek en kinderpsychiatrie bij autisme. Hierbij wordt gepoogd nieuwe inzichten en methodieken eerst naar hun wetenschappelijke waarde en bruikbaarheid in t Appelboomke te toetsen. Wanneer geoordeeld wordt dat een nieuwe theorie of inzicht waardevol is voor de werking en de doelgroep, onderzoekt de staf hoe dit in de praktijk toegepast kan worden. Als het gaat om nieuwe theoretische inzichten worden deze aangebracht in de interne vormingsdagen. Als het gaat om nieuwe methodieken, werkt de staf hierrond eerst een scenario uit, past dit toe en na verloop van tijd wordt dit op zijn effectiviteit getoetst en bijgestuurd. De ervaring leert dat de praktische toepassing van nieuwe methodieken vaak aanpassingen voor de specifieke doelgroep van t Appelboomke vereist. In de voorliggende tekst overlopen we nog kort de theoretische basis van autisme, en de uitgangspunten waarop de werking gebaseerd is. In het jaarverslag 2001 hebben wij deze theoretische basis meer uitvoerig behandeld. Voorlopig zijn hierin geen fundamentele veranderingen gekomen. Wel werden in 2002 en 2003 een aantal nieuwe en specifieke behandelingsmethodieken bestudeerd en geoperationaliseerd. Dit wordt uitvoeriger besproken in deze tekst. 2.2 Het ontstaan van autisme De oorzaken van autisme liggen op biologisch vlak. Voor zover wij vandaag weten zijn er verschillende oorzaken van autisme. Genetische mechanismen hebben de grootste impact op het ontstaan van autisme, al dan niet in combinatie met andere ongunstige biologische factoren in de loop van de vroege ontwikkeling.

4 4 Figuur 1: model voor het ontstaan van de symptomatologie van autisme (naar W. Peeters) Biol. oorzaken Hersendysfuncties Primaire neuropsychologische deficits Geassocieerde symptomen mentale retardatie motorische stoornissen ADHDachtige klachten... Deficits van de sociale interactievaardigheden Triade van auti-symptomen Deficits in de communicatievaardigheden Secundaire symptomen: Slaap- & voedingstoornissen, angsten. Deficitis in het voorstellingsvermogen; en stereotypieën... De oorzaken van autisme leiden tot een verstoring in de ontwikkeling van de hersenen. Deze zijn op hun beurt de oorzaak van de primaire neuropsychologische deficits bij autisme, die onderliggend zijn aan kernsymptomen van autisme, met name deficits in: de sociale interactievaardigheden de communicatievaardigheden het voorstellingsvermogen De hersendysfuncties en/of de primaire neuropsychologische deficits kunnen, naast de kernsymptomen van autisme, ook leiden tot geassocieerde ontwikkelingsstoornissen, zoals mentale retardatie, motorische coördinatieontwikkelingsstoornis, en andere. Daarnaast kunnen er in de loop van de ontwikkeling secundaire symptomen ontstaan, die te begrijpen zijn vanuit de primaire kernsymptomen van autisme. We zullen hier niet verder ingaan op de biologische mechanismen en de stoornissen in de ontwikkeling van de hersenen bij autisme. Op het vlak van neuropsychologische deficits bij autisme, is er evidentie voor drie verschillende hypothesen. De deficits die onderzocht worden zijn tenminste deels complementair aan elkaar. Het gaat om (1) deficits in de ontwikkeling van de Theory-of-Mind (TOM), (2) deficits in de ontwikkeling van executieve functies, en (3) deficits in de ontwikkeling van centrale coherentie in de

5 5 informatieverwerking. Deze verschillende theorieën werden in het jaarverslag van 2001 besproken. Een belangrijke peiler van de behandeling van kinderen met autisme, is de stimulatie van de deficitaire ontwikkelingsdomeinen: sociale interactie, communicatie, verbeeldingsvermogen. In 2003 werden bestaande stimulatieprogramma s in t Appelboomke verder uitgediept en/of aangepast aan nieuwe noden als gevolg van het feit dat de nieuw opgenomen kinderen vaak een lager ontwikkelingsniveau hadden. Zo werd de werking van de speelgroep verder uitgediept en theoretisch verder onderbouwd. Als aanvulling bij de bestaande communicatiestimulerende behandelingen werd communicatietraining op voorwerpniveau verder uitgebouwd. In 2002 werd de theoretische onderbouw hiervoor gelegd en bij enkele kinderen toegepast. Deze methodiek vult een lacune op in de communicatietraining van kinderen die niet, of op bijzonder laag niveau communiceren, en voor wie de bestaande methodieken (bv. Picture Exchange Communication System) nog een te hoge drempel vormden. In 2003 werd de methode niet alleen verder uitgewerkt voor training in individuele sessies, maar werd ook onderzocht hoe de transfer kon gebeuren van het geleerde naar de leefgroep. Dit wordt verder besproken in 2.5 communicatietraining op voorwerpniveau. Tenslotte werd de stimulatie van sociale interactievaardigheden aangevuld met emotieherkenningstraining. In de volgende paragrafen zullen we achtereenvolgens de huidige werking van de speelgroep, de emotieherkenningstraining en de communicatietraining op voorwerpniveau toelich 2.3 De speelgroep Een speelgroep is een vaste groep van kinderen die elke dag op hetzelfde tijdstip in dezelfde ruimte samenkomen, onder begeleiding van vaste opvoed(st)ers. Ons uitgangspunt is: de kinderen zo veel mogelijk de continuïteit van de groep te verzekeren. Binnen t Appelboomke zijn er drie speelgroepen. Deze worden zo homogeen mogelijk samen gesteld. Er wordt m.a.w. bij de samenstelling zo veel mogelijk rekening gehouden met: het sociale ontwikkelingsniveau het niveau van spelontwikkeling het communicatieniveau Concreet gezien ziet een speelgroep er als volgt uit: Per speelgroep zijn er vier kinderen, begeleid door twee à drie vaste opvoed(st)ers. Elke speelgroep vindt voor de vier betrokken kinderen plaats in een vast lokaal. De duur van de speelgroepen is voor elke groep verschillend, rekening houdend met het aantal en de duur van de aangeboden gestructureerde activiteiten en een aantal praktische gegevens.

6 6 De inrichting en de keuze van het beschikbare spelmateriaal worden per speelgroep afgestemd op het ontwikkelings- en spelniveau van de groep. In elk lokaal staat een tafeltje met stoeltjes op kindermaat, geschikt voor tafelspelletjes en voor gestructureerde tafelmomenten. Verder zijn er kasten en rekken met spelmateriaal. Bepaalde materialen kunnen zelfstandig door de kinderen genomen worden, andere materialen worden buiten het bereik van de kinderen geplaatst om communicatie uit te lokken (cfr. infra). De speelgroep zelf is een moment waarin de kinderen vrij kunnen spelen. Uiteraard wordt dit moment aangegrepen om te werken aan een aantal basis behandelingsdoelen. Dit vrij spelen moet dan ook breed geïnterpreteerd worden, in die zin dat de opvoed(st)ers regelmatig interfereren in dit spel. Bij deze interferenties wordt er rekening gehouden met de eigenheid en interesses van het kind en wordt er uitgegaan van de drie kerndomeinen van autisme. Op welke manier wordt er in de speelgroepen aan deze drie kerndomeinen gewerkt? Kwalitatieve afwijkingen in de sociale interacties In de speelgroep proberen we sociale interacties uit te lokken en te bevorderen. Hierbij houden we rekening met het niveau van de sociale ontwikkeling van het kind. Op een laag sociaal niveau is er nog niet echt sprake van interactie en contact: het kind is enkel op de eigen gewaarwordingen betrokken en heeft nauwelijks aandacht voor wat de opvoed(st)er aanbiedt. Door in te spelen op wat het kind doet met spelmateriaal en door contactreflecties te geven, proberen de opvoed(st)ers het kind bewust te maken van de omgeving rondom zich. Op dit niveau proberen we in de eerste plaats de aandacht voor de vertrouwde volwassene in de buurt te vergroten. Soms is hiervoor een meer gerichte stimulatie nodig in de vorm van een training van de sociale aandacht. Op een intermediair niveau van contact is het kind zich goed bewust van de aanwezigheid van personen rondom zich. Het ervaart de invloed die het met zijn handelingen en verklankingen kan uitoefenen op het gedrag van anderen. De opvoed(st)ers zijn tijdens de vrije spelmomenten alert voor contactpogingen van het kind. Ze proberen ook met liedjes en kriebelspelletjes interacties uit te lokken. Bij kinderen die functioneren op dit sociale niveau worden in de speelgroep eenvoudige sociale vaardigheden, zoals beurt afwachten, delen van materiaal, nabijheid van anderen verdragen, geoefend en gestimuleerd. Het niveau van wederkerigheid in sociaal contact wordt zelden bereikt bij kinderen met autisme. Meestal blijft het hoogste niveau van contact gekenmerkt door de mate van hun zelfbepalendheid. Tijdens de speelgroep wordt verder gewerkt aan de uitbouw van een aangepast contact met één of enkele andere kinderen.

7 Kwalitatieve afwijkingen in de communicatie Tijdens de speelgroep doet de opvoed(st)er een aantal interventies om communicatie uit te lokken. Op die manier kunnen we de reeds verworven communicatieve vaardigheden onderhouden. Ook de vaardigheden die de kinderen in de individuele therapieën krijgen aangeleerd, worden geoefend in de speelgroep. Een voorbeeld van een interventie van de opvoed(st)er is het lievelingsspeeltje buiten het bereik van het kind plaatsen zodat van het kind verwacht wordt dat het dit, op zijn niveau van communicatie, moet vragen aan de opvoed(st)ers. Voor kinderen die in de communicatietraining leren communiceren via vraagvoorwerpen, foto s of pictogrammen, zijn de vraagvoorwerpen, foto s en pictogrammen ook zichtbaar aanwezig in de speelgroep zodat zij hier vlot gebruik van kunnen maken. Zo wordt de transfer van de in de training verworven vaardigheden gestimuleerd Kwalitatieve afwijkingen in spel en verbeelding Bij het werken met kinderen met autisme aan spel en verbeelding houden we rekening met en gaan we uit van hun spelontwikkelingsniveau. Het aanbod van materiaal wordt aangepast: we voorzien sensopathisch materiaal voor kinderen met een laag spelontwikkelingsniveau, functioneel spelmateriaal voor kinderen met een intermediair spelniveau en constructie en verbeeldingsmateriaal voor kinderen met een (voor autisme) hoog spelniveau. De opvoed(st)ers proberen de spelhandelingen van het kind uit te breiden en het kind zo nieuwe ervaringen te laten opdoen met hetzelfde materiaal. De speelgroep wordt ook aangewend om de stereotype spelkeuze van de kinderen met autisme te doorbreken. Dit doen de opvoed(st)ers door de speelgroep te starten met een (semi-)gestructureerd moment, namelijk leren kiezen. Dit houdt in dat de kinderen die kunnen kiezen, uit een aantal door de opvoed(st)er gekozen spelmaterialen moeten kiezen met wat ze willen beginnen te spelen. De opvoed(st)ers bepalen het dan zo dat het lievelingsspeelgoed van dat kind zich niet tussen de keuzemogelijkheden bevindt. Bij kinderen die zelf niet kunnen kiezen, wordt door de opvoed(st)er bepaald met wat hij/zij start. Dit alles gebeurt m.b.v. visuele ondersteuning. Op die manier sporen wij de kinderen aan ook eens met ander materiaal te spelen. In het spel ondersteunt de opvoed(st)er het kind. 2.4 Emotieherkenningstraining In 2002 is er het idee opgevat om een project rond emotieherkenningstraining uit te werken. Enkele jaren geleden was hiertoe reeds een aanzet geweest in t Appelboomke. In 2002 werden de sterkten en zwakten van deze eerste vorm van emotietraining geanalyseerd, en aangevuld met een literatuuronderzoek. Op basis hiervan werd de methodiek aangepast en vervolgens verwerkt in een computerprogramma.

8 8 Het uitgangspunt is dat een aantal aspecten van (gestoorde) emotieherkenning ontstaan door cognitieve deficits. Deze kunnen gerevalideerd worden via een cognitieve training. De eerste vraag hierbij is welke cognitieve processen noodzakelijk zijn voor emotie-herkenning. We zijn tot volgende inventarisatie gekomen: gelaatsgerichtheid, waarneming van samenhang, onmiddellijk geheugen, sequentieel geheugen en het begrijpen van oorzaak-gevolg relaties. Op basis hiervan werd een computerprogramma ontworpen, waarmee deze verschillende cognitieve taken onafhankelijk geoefend kunnen worden. In de loop van 2003 werd dit bij twee kinderen toegepast, die hiervoor in aanmerking kwamen. Verschillende kinderen die in 2003 in t Appelboomke verbleven, functioneerden op een te laag niveau om al voor deze training in aanmerking te komen. Daarnaast moet het gebruikte materiaal (foto s, tekeningen van emoties) verder verfijnd worden. 2.5 Communicatietraining (CT) op voorwerpniveau bij niet-sprekende peuters en kleuters met een autismespectrumstoornis Inleiding De klassieke communicatiebevorderende benaderingen, nl. zowel die op imitatie gebaseerd (o.a. gebarentaal) als die waar het kind moet wijzen op een symbolische voorstelling, schieten bij autisme tekort. Bij een gebarentaal zijn zowel het imitatieproces als de uitvoering van de gebaren mogelijks een probleem, bij wijzen ontbreekt vaak het rekening houden en de gerichtheid op een communicatiepartner. Kinderen gaan communiceren o.w.v. het materiële en/of sociale gevolg (vb. bravo, glimlach, enz.) van dit communiceren. Kinderen met autisme gaan eerder gemotiveerd zijn communicatieve acts te stellen bij materiële gevolgen, als zij krijgen wat zij vragen, dan wel bij sociale gevolgen. Naargelang van het niveau van hun communicatief functioneren worden de kinderen in het Appelboomke in twee onderscheiden behandelingsprogramma s ingedeeld (zie onderstaand schema). Het indelingscriterium is of het kind in kwestie al dan niet éénwoordzinnen communicatief gebruikt voor de basisfuncties: vragen om een voorwerp (zowel binnen als buiten het zicht) en hulp vragen.

9 9 Criterium Doel Aanpak Niet voldaan (d.w.z. geen taal of onvoldoende communicatief gebruik) Voldaan aanleren non-verbale comm en/of aanleren comm d.m.v. éénwoordzinnen verbale comm uitbreiden CT met transfer naar leefgroep en thuis logopedie met transfer naar leefgroep en thuis De CT wil dus een niet-sprekend kind met autisme functioneel laten communiceren a.h.v. intensieve training en transfer voor de basisfuncties vragen om een voorwerp en hulp vragen Diagnostiek Alvorens te starten is het belangrijk een duidelijk en volledig zicht te krijgen op het niveau van communicatief functioneren van het betreffende kind. Hiervoor wordt elk kind in t Appelboomke onderworpen aan een uitgebreide communicatie-diagnostiek. Voor het uitwerken van deze diagnostiek zijn volgende bronnen geraadpleegd: - Degrieck S. & Verpoorten R. (2001). B² - vragenlijst - Verpoorten R. (1996). Communicatie Profiel voor Zwakzinnigen - Verpoorten R. (1996). Communicatie met verstandelijk gehandicapte autisten: Een multi-dimensioneel communicatiemodel. Nederlands Tijdschrift voor Zorg aan Verstandelijk Gehandicapten, 22, Zijn de handelingen van het kind pre-communicatief of communicatief? het pre-communicatief niveau: je moet het kind goed kennen om de bedoeling van zijn/haar handeling te begrijpen; niet iedereen begrijpt wat het kind wil en de handeling is ook niet steeds sociaal aanvaardbaar (vb. slaan). het communicatief niveau: Daarnaast wordt er gekeken of de communicatieve handeling zich situeert op: sensatieniveau: het kind is primair gericht op zintuiglijke waarneming, zoals tactiele-, geur- en smaakervaringen, het voelen van voorwerpen, of het aangeraakt worden, opgetild worden enz. Op dit niveau wordt er geen informatie uitgewisseld die de actualiteit overstijgt. presentatieniveau: de informatie is gerelateerd aan het present zijn of concreet aanwezig zijn van een communicatieve inhoud in een bepaalde context (Vb. een kopje verwijst enkel naar drinken als er ook drank in zit, anders is het niet meer dan een kopje).

10 10 representatieniveau: op dit niveau kunnen er verwijzers als symbolen voor een realiteit gebruikt worden (Vb. het kopje op zich verwijst naar drinken). Dit niveau vergt de aanwezigheid van object permanentie. meta-representatieniveau: de verschillende elementen van communicatie (intonatie, mimiek, woorden, ) moeten in rekening gebracht worden. Dit niveau geeft vaak problemen bij mensen met autisme en wordt, vooral bij kinderen, zelden bereikt. Voor het bepalen van het communicatieve niveau steunen wij op algemene observaties en een zelf samengestelde observatie-batterij bestaande uit: sorteren van dezelfde voorwerpen/prenten/tekeningen sorteren van voorwerpen/prenten/tekeningen met dezelfde functie matchen van voorwerpen aan foto s matchen van voorwerpen aan picto s matchen van voorwerpen aan tekeningen de communicatie-uitlokkende proefjes van Casby & Cumpata het communicatie curriculum van TEACCH Een kind dat communicatief, op representatieniveau functioneert, bieden wij een CT op foto/picto niveau aan gebaseerd op de uitgangspunten van PECS. Een kind dat communicatief op presentatieniveau functioneert, bieden wij een CT op voorwerpniveau aan CT op voorwerpniveau: theorie Uitgangsprincipes voor het leren vragen om een voorwerp 1. Belangrijk te onthouden is dat de doelgroep van deze training NIET op representatieniveau functioneert, en dus alleen kan omgaan met concreet aanwezige voorwerpen, niet met representaties (bv. fotos) of symbolen (bv. woorden). Vandaar dat het belangrijkste uitgangpunt van de CT op voorwerpniveau MATCHEN is. Hoe gaat dit matchen nu in zijn werk? Het kind ziet in de doos, die de trainer hem laat zien, een object dat het graag wil. Op tafel ligt het vraag-voorwerp, het voorwerp dat het kind moet gebruiken om te vragen. Dit voorwerp ligt op een blauwe communicatiekaart om het te benadrukken. Op de doos plakt identiek hetzelfde voorwerp als het vraag-voorwerp. Het is de bedoeling dat het kind het vraag-voorwerp gebruikt om het voorwerp dat in de doos zit te vragen. Het kind moet het vraag-voorwerp aan de trainer geven, deze plakt dit vraag-voorwerp naast het voorwerp dat reeds op de doos plakt en

11 11 maakt het kind er attent op dat deze twee hetzelfde zijn. Het is dus de trainer die de eigenlijke handeling van matchen doet en dit om het kind zijn aandacht te vestigen op de communicatieve act: vragen om een voorwerp met behulp van het vraag-voorwerp. Het kind ziet dat de twee voorwerpen hetzelfde zijn, het ziet dat deze gematched worden. Het resultaat is dat het kind het gewenste object uit de doos krijgt. 2. Voor we starten met de CT leren we het kind voorwerpen matchen/sorteren tijdens gestructureerde werksessies. Slechts wanneer het kind het principe van matchen begrijpt, dan pas kunnen we starten met de CT. 3. De voorwerpen die we gebruiken om het kind te leren vragen zijn in doorschijnende plasticfolie gewikkeld zodat het kind het vraag-voorwerp zelf niet kan gebruiken. Anders verdwijnt uiteraard de communicatieve act. 4. Omdat de doelgroep functioneert op presentatieniveau is het belangrijk levensechte voorwerpen te gebruiken (een écht koekje in plasticfolie gewikkeld, een écht potlood, ). 5. Omdat de handelingen meestal precommunicatief zijn, is het belangrijk dat we het kind leren zich te richten naar een communicatiepartner. Daarom maken we gebruik van een co-trainer. Deze zit achter het kind. De cotrainer begeleidt het kind langs achter omdat vanuit deze positie de fysieke begeleiding eenvoudiger af te bouwen is Uitgangsprincipes voor het leren vragen van hulp Wanneer onze doelgroep om hulp vraagt is het vaak op een zeer precommunicatieve manier: huilen, boos worden,. Ze richten zich naar niemand en kunnen niet duidelijk maken wat er scheelt. Vandaar dat we het belangrijk vinden ook hier in de CT een apart onderdeel rond uit te werken. De uitgangspunten zijn hier de volgende: 1. De kinderen moeten leren dat ze zich moeten richten naar iemand als ze hulp willen. Vandaar dat we ook in dit onderdeel gebruik maken van een co-trainer. Ook hier begeleidt deze het kind langs achter om de afbouw van deze fysieke ondersteuning te vereenvoudigen. 2. Zich richten op een persoon is, vanuit hun autisme, vaak moeilijk voor deze kinderen. Vandaar dat we in eerste instantie het sociale, gericht zijn op het gezicht van de helper, minimaliseren. Dit doen we door het kind zich te leren richten op de mogelijk helpende hand/arm. Daarvoor gaan we deze hand/arm benadrukken/visualiseren met een oranje polsbandje dat naderhand op zijn beurt weer wordt afgebouwd.

12 CT op voorwerpniveau: praktijk Leren vragen om een voorwerp met behulp van een vraagvoorwerp Trainingsfases Fase 1: voorbereidende fase In de CT proberen wij spontaan (d.w.z. zonder enige cue, zoals daar zijn: wat wil je? een uitgestoken hand, enz.) vragen naar voorwerpen aan te leren. Dit kan bereikt worden door voor de kinderen sterk bekrachtigende items (verschillend van individu tot individu) te gebruiken, hetzij voorwerpen, hetzij activiteiten. Het trainen begint dan ook met uit te vinden welke dingen een kind aantrekkelijk vindt, welke dingen een kind wil hebben. Wij gebruiken drie wegen om aan die informatie te komen nl.: ouders opvoed(st)ers soms enkele voorbereidende individuele sessies waarin het kind gestimuleerd wordt om eventueel te reiken naar een voorwerp dat hij of zij graag zou willen. Het is uberhaupt niet altijd gemakkelijk om deze hoog motiverende voorwerpen te vinden o.w.v. de soms erg beperkte en/of éénzijdige interesses bij kinderen met autisme. Van en voor deze hoog motiverende voorwerpen maken wij vraagvoorwerpen: we plakken deze op een stukje karton en pakken ze in in doorschijnende plasticfolie. O.w.v. het principe van matchen, maken we ze altijd in duplicaat. Fase 2: aanleren principe van uitwisseling Zeker voor deze fase (maar best ook langer) zijn er twee trainers nodig. Het kind en de twee trainers zitten aan een tafel. Eén trainer zit voor het kind en de co-trainer zit achter het kind. Eén vraag-voorwerp ligt ter beschikking op het (blauwe) communicatiebordje dat voor het kind op tafel ligt. De (doorschijnende) box die het corresponderende échte voorwerp bevat en voorzien is van het identieke vraag-voorwerp wordt gehouden/geplaatst ietwat buiten het bereik van het kind. Het kind reikt naar de box met het sterk gewilde voorwerp maar de co-trainer helpt het kind om het vraag-voorwerp op te nemen en te geven aan de trainer vóór het kind. Deze trainer matcht de vraag-voorwerpen en geeft de inhoud van de box aan het kind.

13 13 Wij herhalen deze uitwisselingen een zes- tot achttal keer met telkens andere vraag-voorwerpen maar altijd slechts één vraag-voorwerp tegelijkertijd. Fase 3: uitbreiding keuzes Twee, drie of zelfs meer vraag-voorwerpen liggen ter beschikking op het (blauwe) communicatiebordje dat voor het kind ligt. De (doorschijnende) boxen met de échte voorwerpen en voorzien van de identieke vraagvoorwerpen worden geplaatst ietwat buiten het bereik van het kind. Het kind (met of zonder assistentie van de co-trainer) neemt één van die vraag-voorwerpen op en geeft het aan de trainer tegenover hem/haar. Deze trainer matcht het vraag-voorwerp en geeft de inhoud van de box aan het kind. De niet gekozen vraag-voorwerpen en échte voorwerpen worden teruggelegd/-gezet. Ook deze communicatieve actie wordt een zes tot acht maal herhaald maar hangt bijvoorbeeld ook af van het ter beschikking zijnde arsenaal van hoogmotiverende voorwerpen, de duur van concentratie van het kind, enz. Fase 4: afstand overbruggen Het (blauwe) communicatiebordje wordt vastgemaakt aan de muur en voorzien van meerdere vraag-voorwerpen (stukjes Velcro houden deze vraagvoorwerpen hangende). Bij de aanvang van deze fase blijft de trainer dicht bij het communicatiebord en de co-trainer assisteert indien nodig het kind dat naar het communicatiebord gaat, kiest en het vraag-voorwerp overhandigt aan de trainer. Geleidelijk aan vermindert de assistentie van de co-trainer en per halve meter verwijdert de trainer zich van het communicatiebord. Uiteindelijk loopt hij rond in het lokaal Evaluatie Een co-trainer kan assisteren op vier niveaus nl. volledig begeleiden, de start helpen maken, een duwtje geven of géén hulp. Een kind gaat van fase naar fase wanneer het erin slaagt de vereiste communicatieve acts gedurende drie opeenvolgende sessies te stellen zonder hulp. Ook in fase 4 schuift de trainer per halve meter weg van het communicatiebord als het kind drie opeenvolgende sessies zonder hulp van de co-trainer de uitwisselingen doet.

14 Leren hulp vragen Trainingsfases Fase 1: aanleren principe van hulp vragen In deze eerste fase is de assistentie van een co-trainer onontbeerlijk én wordt er enkel gewerkt met voorwerpen van dien aard dat, wil het kind het voorwerp manipuleren, hij of zij hulp moet vragen. Bijvoorbeeld: koek zit nog in de verpakking, boekje is dichtgemaakt met koordje, snoepje of drankje zit in een kindveilig potje enz. Bedoeling is dat het kind het voorwerp teruggeeft aan de trainer, letterlijk in diens hand stopt en tegen diens arm of hand een aansporend duwtje tot hulp voegt. Uit de dagelijkse praktijk blijkt wel dat het eerst aangewezen is een kind te leren vragen naar een voorwerp vooraleer te starten met leren vragen van hulp. In deze training spelen dezelfde principes als in de training om een kind te leren vragen m.b.v. vraagvoorwerp naar een écht voorwerp maar is er hier nog een sterke visuele prompter, cue aan toegevoegd nl. een fel (oranje) gekleurde polsband die de helpende handen en/of armen visualiseert. In de start-sessies gebruiken we zelfs dubbele fel oranje gekleurde polsbandjes die we dan ook weer geleidelijk aan verminderen. Fase 2: afstand overbruggen Bij de aanvang van deze fase blijft de trainer met zijn gevisualiseerde helpende armen en handen dicht bij het kind en de co-trainer assisteert indien nodig het kind dat het voorwerp afgeeft en een aansporend duwtje toevoegt. Geleidelijk aan vermindert de assistentie van de co-trainer en per halve meter verwijdert de trainer zich van het kind. Uiteindelijk loopt hij rond in het lokaal Evaluatie Ook hier kan een co-trainer assisteren op vier niveaus nl. volledig begeleiden, de start helpen maken, een duwtje geven of géén hulp bij het hulp vragen. Een kind gaat van fase 1 naar fase 2 wanneer het erin slaagt drie opeenvolgende sessies hulp te vragen zonder begeleiding van de co-trainer. Ook in deze fase 2 schuift de trainer ½ meter per ½ meter weg van het hulpbehoevende kind als het kind drie opeenvolgende sessies zonder begeleiding van de co-trainer hulp vraagt.

15 Combinatie van leren vragen om een voorwerp m.b.v. een vraagvoorwerp en leren hulp vragen Op een gegeven ogenblik kan de imperatieve vaardigheid dan zo zijn gegroeid dat een niet-sprekende kleuter met autisme, in de communicatie-trainingsessies rondloopt en onafhankelijk van enige cue naar gewenste voorwerpen vraagt door een vraag-voorwerp te overhandigen. Soms heeft hij of zij hierbij hulp nodig, maar kan er dan onafhankelijk om vragen Transfer De zinvolheid van een communicatietraining staat of valt met de gerealiseerde transfer naar de leefgroep enerzijds en thuis anderzijds. Deze transfer volgt gelijktijdig de stap voor stap plannen. Om een transfer naar de thuissituatie te realiseren is het vooreerst nodig de ouders te informeren omtrent elke genomen fase of stap. Dit gebeurt door videofragmenten te tonen en in nauwe samenwerking het benodigde concrete materiaal te ontwikkelen, bv: vraagvoorwerpen voor voorwerpen of activiteiten waar het kind in de thuissituatie van houdt Slotbemerkingen Na bovenstaande trainingsfases heeft het kind met autisme twee belangrijke vaardigheden verworven, nl. vragen om een voorwerp en vragen om hulp én kan individuele CT stoppen op voorwaarde dat er een gerealiseerde en geüpdate transfer voorzien wordt. Het kind kan verder geoefend worden in het vragen van voorwerpen en activiteiten in verschillende omgevingen, aan verschillende mensen, enz. In onze dagelijkse praktijk werken wij voornamelijk met deze training op voorwerpniveau met kinderen met autisme die communicatief functioneren op de grens presentatie/representatie. Sommige kinderen maken dan ook gedurende de CT sessies de overgang van vraagvoorwerpen naar foto s, te beginnen met foto s van de oorspronkelijke vraagvoorwerpen. Min of meer verandert een kind dan van CT op voorwerpniveau naar een CT op foto (picto) niveau: zúlk een training is gedetailleerd uitgewerkt in het PECS-systeem (Picture Exchange Communication System) door Frost en Bondy. Gedurende de CT sessies gebruiken wij erg beperkte taal: we zeggen enkele malen de naam van het gewilde voorwerp. Soms begint een kind dat woord te imiteren of een klank te uiten die hierop lijkt op het ogenblik van uitwisseling Cera Foundation De ontwikkeling van deze communicatietraining op voorwerpniveau kwam mede tot stand dank zij een financiële steun van Cera Foundation.

16 Training van de sociale aandacht Het contactwerk zoals dit in de speelgroep gebeurt in t Appelboomke bleek in het afgelopen jaren voor enkele kinderen onvoldoende om contact met hen op te bouwen. Ze waren sterk in zichzelf gericht en hadden geen aandacht voor wat er werd aangeboden of wat een volwassene deed. Een interventie van een volwassene waardoor een favoriete bezigheid werd onderbroken, leidde vaak tot protest. Zonder enige vorm van contact is het echter moeilijk om vaardigheden aan te leren. We startten bij drie kinderen een individuele training met spelmateriaal om twee sociale doelstellingen te bereiken: leren aandacht hebben voor wat personen rondom zich doen en leren aanvaarden dat een volwassene bepaalt wat er gebeurt en grenzen stelt. Deze training is nog verder in ontwikkeling. In de loop van 2004 zal er een evaluatie gebeuren en indien nodig een herwerking van de training. 2.7 Referenties 1. Body, A. & Sulzer Azaroff, B. (1994). The Pyramid Approach to Education in Autism. UK Brighton: Pyramid Educational Consultants; 2. Frost, L.A. et al. (1994). PECS, the Picture Exchange Communication System. Training Manual. UK Brighton: Pyramid Educational Consultants; 3. Verpoorten, R., Degrieck, S., Valkenborg, J. (2001). B² Omgaan met autisme: instrument voor zelfreflectie. Gent: Vlaamse Dienst Autisme; 4. Howlin, P., Baron-Cohen, S. & Hadwin, J. (1999). Teaching Children with Autism to Mind-Read. Great Britain: Antony Rowe Ltd.

17 17 3 Activiteitenverslag 3.1 Cliënt-gerichte activiteiten Populatie In 2003 verbleven in totaal 17 kinderen (13 jongens en 4 meisjes) in t Appelboomke, met een gemiddelde aanwezigheid van 10,31 kinderen per dag. In de loop van het jaar werden 6 kinderen uit het centrum ontslagen en 5 nieuwe kinderen opgenomen. Eind december 2003 bedroeg de gemiddelde leeftijd van de op dat moment in t Appelboomke opgenomen 11 kinderen 4,5 jaar, met een spreiding van 3,2 jaar tot 7,5 jaar (zie Figuur 1). Percentage van de opgenomen kinderen ,64 9,09 9,09 9,09 9,09 0 <3j 3-4j 4-5j 5-6j 6-7j 7-8j Leeftijd op Figuur 1: Leeftijdsverdeling van de in t Appelboomke opgenomen kinderen op Algemeen zien we een trend waarbij ernst van de aandoening bij de opgenomen en behandelde kinderen toeneemt. Ten eerste hebben zij allemaal alle kenmerken van autisme, en er zijn geen kinderen meer met andere pervasieve ontwikkelingsstoornissen. Ten tweede hebben een groter aantal kinderen een laag cognitief niveau. Deze trend noopt ons tot een aangepast behandelaanbod (zie hoger) en kan op termijn de gemiddelde behandelduur verlengen, omdat deze kinderen trager leren Opnames De kinderen werden doorverwezen door het Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen (UZ Leuven), de raadpleging Kinderpsychiatrie Gasthuisberg (UZ Leuven), het psychiatrisch ziekenhuis Sancta Maria afdeling kinderpsychiatrie in Sint-Truiden, het Medisch Opvoedkundig Bureau in Hasselt en mede door de Limburgse Stichting Autisme te Zutendaal. Bij 1 van de 5 nieuw opgenomen kinderen was de diagnose bij opname autisme-spectrum-stoornis met normale begaafdheid. Bij de vier anderen was het autisme MET ontwikkelingsretardatie. De diagnose werd bij 1 kind gesteld door het Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen (UZ Leuven), bij 3 door de

18 18 raadpleging Kinderpsychiatrie Gasthuisberg (UZ Leuven) en bij 1 door het Medisch Opvoedkundig Bureau te Hasselt. Vier van de 5 nieuwe kinderen gingen ervoor naar een kleuterklas van het gewone onderwijs en 1 in het bijzonder kleuteronderwijs type Ontslagen In 2003 werden 6 kinderen ontslagen. De gemiddelde behandelingsduur was 2,2 jaar met een minimale opnameduur van 1,6 en een maximale duur van 3,8 jaar. Hun gemiddelde leeftijd bij ontslag bedroeg 6,1 jaar (de jongste was 5,8 jaar, de oudste 7,3 jaar). Bij ontslag werden voor deze 6 kinderen de volgende diagnosen op as 1, 2 en 3 van de DSM-IV-classificatie weerhouden: Patiënt 1 As Autistische stoornis As 2 Ernstig-licht mentale handicap (zwakbegaafd performaal niveau) As 3 Geen diagnose op deze as Patiënt 2 As Autistische stoornis As Licht mentale handicap (grens matig mentale retardatie) As 3 Geen diagnose op deze as Patiënt 3 As Autistische stoornis As Licht mentale retardatie As 3 Chromosomale afwijking Patiënt 4 As Autistische stoornis As 2 Verbale mentale handicap met normaal begaafd performaal ontwikkelingsniveau As 3 Geen diagnose op deze as Patiënt 5 As Autistische stoornis As Matig mentale handicap As Chromosomale afwijking Patiënt 6 As Autistische stoornis As 2 Licht mentale handicap (met randnormale performale begaafdheid) As 3 Geen diagnose op deze as Van de 6 ontslagen kinderen werden respectievelijk 5 kinderen doorverwezen naar type 2 onderwijs met autiwerking (2 hiervan naar de gespecialiseerde Auctoresschool in Sint-Truiden) en 1 kind naar het MPI Sint-Elisabeth te Peer-

19 19 Wijchmaal. Eén kind werd doorverwezen naar type 1 met autiwerking in Woudlucht te Heverlee. Eén kind werd verwezen naar het MPI Sint-Elisabeth met autiwerking type 3 en het 6 de kind werd verwezen naar de Sint-Jan Baptistschool te Nederland type ZMLK met auti-werking Behandeling De behandeling van de kinderen had twee belangrijke doelstellingen. Ten eerste werd getracht de sociaal-communicatieve vaardigheden en de spelontwikkeling van het kind te bevorderen en hierdoor de autistische symptomen te milderen. Ten tweede werd via nauwe samenwerking met de ouders getracht het functioneren van het kind in de thuissituatie te verbeteren Behandeling in de groep De behandeling vond grotendeels plaats in groepjes van maximum vier kinderen. De groepjes werden ingedeeld naar ontwikkelingsniveau en zorgvraag. Toch verschilde de concrete invulling van elke activiteit nog van kind tot kind. Dit werd voor elk kind halfjaarlijks vastgelegd in een individueel behandelingsplan. Veel belang werd gehecht aan het via visuele verduidelijking creëren van een voor kinderen met autisme veilig en voorspelbaar kader, waarbinnen de behandeling kan plaatsvinden. Hoekstenen van het basisprogramma zijn: verbeteren van het sociaal-communicatieve contact in verschillende situaties, stimuleren van het voorstellings- en aanpassingsvermogen via spel en creativiteit, verbeteren van de zelfredzaamheid. Het ervarings- en interactiegericht contactwerk heeft als voornaamste doelstelling het contact met het kind in die mate te bevorderen dat een leeren ontwikkelingsproces mogelijk wordt. Dit proces verloopt in fasen. De fasen van communicatieontwikkeling die zich bij andere kinderen spontaan en veel vroeger in de ontwikkeling voordoen, dienen hierbij als richtlijn. We vertrekken steeds van de spontane interesses en activiteiten van het kind en de interacties die het met andere kinderen en volwassenen aangaat. Via gerichte en actieve interventies wordt het kind bewuster gemaakt van de aanwezigheid van de ander en van de invloed die het op de ander kan uitoefenen. Eens deze basis van communicatie gelegd is, wordt gewerkt aan verdere stappen van de sociaal-communicatieve ontwikkeling. Een secundaire doelstelling van het contactwerk is het verhogen van het niveau en de gevarieerdheid van het spel van het kind. In creatieve activiteiten zoals zang, tekenen, kleien en schilderen is er ruimte voor zelfexpressie met materiaal dat aangepast is aan de vaardigheden en aansluit bij de interesses van elk kind. In het kleuterwerk worden leeractiviteiten aangeboden, met als belangrijk doel het bevorderen van leervoorwaarden (via structuur). Tenslotte worden vaardigheden op het vlak van zelfredzaamheid aangeleerd in de natuurlijke situatie zelf: zelfstandig en gevarieerd eten tijdens de versnaperingen en de warme maaltijd,

20 20 zindelijkheid en lichaamsverzorging tijdens was- en plasmomenten en zich zelfstandig omkleden bij overgangen van binnen naar buiten en omgekeerd. Hierbij spelen het gebruik van visuele hulpmiddelen en de analyse van complexe taken in eenvoudige deelhandelingen een belangrijke rol Individuele behandelingen Alle kinderen werden onderzocht door de logopediste en de ergotherapeute van het centrum. Op basis van dit onderzoek formuleerden zij behandelingsadviezen voor de leefgroep op respectievelijk taal- en fijnmotorisch vlak en namen, indien aangewezen, het kind in individuele behandeling. Daarnaast werd aan een aantal kinderen een individuele auti-training aangeboden. In die auti-trainingen worden sociale, communicatieve en spelvaardigheden systematisch opgebouwd en ingeoefend en wordt gewerkt aan de (veronderstelde) psychologische basisdeficits van kinderen met autisme. Concreet ging het om de speltraining van Van Berckelaer en trainingen in het gebruik van ondersteunende communicatiesystemen en dagborden uit de TEACCH-benadering. Bij een aantal kinderen werd een imitatietraining gegeven. Het gaat om kinderen met een zeer uitgesproken vorm van autisme bij wie de sociale vaardigheden zo beperkt zijn dat zij uit zichzelf niet in staat zijn om te leren door imitatie van volwassenen en andere kinderen Medisch-biologische interventies De kinderarts coördineert de verwijzingen voor etiologische diagnostiek m.b.t. het autisme, wanneer dit nog niet eerder door de verwijzer is verricht. Daarnaast is de kinderarts de verantwoordelijke voor het lichamelijk welzijn van de kinderen en organiseert ze zo nodig en in overleg met de ouders een verwijzing naar andere artsen. De kinderpsychiater van het centrum coördineert de behandeling en schreef, indien geïndiceerd, psychofarmaca voor Werking met de ouders Er werd intensief met de ouders samengewerkt. Ten eerste via regelmatige formele oudergesprekken gevoerd door de psycholoog, de kinderpsychiater of de teamverantwoordelijke. Deze oudergesprekken bestaan uit psycho-educatie m.b.t. het autisme van hun kind, begeleiding bij het verwerkingsproces, informatie uitwisselen betreffende de voortgang van de behandeling (bespreken van de conclusies van het behandelteamoverleg), specifieke problemen m.b.t. dit bepaalde kind. Ten tweede zijn er de dagelijkse informele contacten bij het brengen en afhalen van de kinderen. Tenslotte organiseerden we ook op regelmatige basis ouderavonden. Dit zijn psycho-educatieve avonden, waarbij tijdens elke bijeenkomst van de

Jaarverslag 2005. t Appelboomke Runkstersteenweg 511 3500 HASSELT Tel./fax: 011/27 30 69 E-mail: appelboomke@skynet.be www.appelboomke.

Jaarverslag 2005. t Appelboomke Runkstersteenweg 511 3500 HASSELT Tel./fax: 011/27 30 69 E-mail: appelboomke@skynet.be www.appelboomke. Jaarverslag 2005 t Appelboomke Runkstersteenweg 511 3500 HASSELT Tel./fax: 011/27 30 69 E-mail: appelboomke@skynet.be www.appelboomke.be JAARVERSLAG 2005 1 Woord vooraf...2 2 Krachtlijnen in het jaar 2005...3

Nadere informatie

Jaarverslag t Appelboomke Runkstersteenweg HASSELT Tel./fax:

Jaarverslag t Appelboomke Runkstersteenweg HASSELT Tel./fax: Jaarverslag 2007 t Appelboomke Runkstersteenweg 511 3500 HASSELT Tel./fax: 011 27 30 69 E-mail: appelboomke@skynet.be www.appelboomke.be Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Woord vooraf... 3 2. Krachtlijnen

Nadere informatie

JAARVERSLAG 2004. 1 Woord vooraf...2. 2 Opdrachtsverklaring V.Z.W. t Appelboomke...3. 3 Imitatietraining...5. 4 Activiteitenverslag...

JAARVERSLAG 2004. 1 Woord vooraf...2. 2 Opdrachtsverklaring V.Z.W. t Appelboomke...3. 3 Imitatietraining...5. 4 Activiteitenverslag... 1 Woord vooraf...2 2 Opdrachtsverklaring V.Z.W. t Appelboomke...3 3 Imitatietraining...5 3.1 Inleiding... 5 3.2 De Motorische imitatie... 5 3.3 De imitatietraining in de praktijk... 8 3.4 Case study...

Nadere informatie

Jaarverslag t Appelboomke Runkstersteenweg HASSELT Tel./fax: 011/

Jaarverslag t Appelboomke Runkstersteenweg HASSELT Tel./fax: 011/ Jaarverslag 2006 t Appelboomke Runkstersteenweg 511 3500 HASSELT Tel./fax: 011/27 30 69 E-mail: appelboomke@skynet.be www.appelboomke.be JAARVERSLAG 2006 1. Woord vooraf... 2 2. Krachtlijnen in het jaar

Nadere informatie

Autismespectrumstoornis. SPV REGIOBIJEENKOMST MIDDEN NEDERLAND Mandy Bekkers

Autismespectrumstoornis. SPV REGIOBIJEENKOMST MIDDEN NEDERLAND Mandy Bekkers Autismespectrumstoornis SPV REGIOBIJEENKOMST MIDDEN NEDERLAND 19-10-2016 Mandy Bekkers (mandybekkers@hotmail.com) Waarschuwing vooraf! 2 Geschiedenis Autos (Grieks: zelf) 1937-1940: Term autisme 1943 &

Nadere informatie

Deel VI Verstandelijke beperking en autisme

Deel VI Verstandelijke beperking en autisme Deel VI Inleiding Wat zijn de mogelijkheden van EMDR voor cliënten met een verstandelijke beperking en voor cliënten met een autismespectrumstoornis (ASS)? De combinatie van deze twee in een en hetzelfde

Nadere informatie

www.hildedeclercq.be hilde_de_clercq@telenet.be

www.hildedeclercq.be hilde_de_clercq@telenet.be 1 Pervasieve Ontwikkelingsstoornis Spel en Verbeelding Taal en Communicatie Emoties Seksualiteit en Relatievorming Eten Slapen Zindelijk worden Zelfredzaamheid of Algemene Dagelijkse leefvaardigheden 2

Nadere informatie

Behandelingscentrum voor peuters en kleuters met een autismespectrumstoornis RIZIV-revalidatiecentrum

Behandelingscentrum voor peuters en kleuters met een autismespectrumstoornis RIZIV-revalidatiecentrum -- Inhoudsopgave 1 Woord vooraf... 3 2 Krachtlijnen in het jaar 2011... 4 2.1 Huisvesting... 4 2.2 Optimaliseren orthopedagogische werking... 4 2.1.2. Optimaliseren leefgroepswerking... 5 2.1.3 Uitbreiding

Nadere informatie

ASKe-instrument. Instrument voor Autisme Specifieke Kwaliteitsevaluatie. Algemene Evaluatiecriteria

ASKe-instrument. Instrument voor Autisme Specifieke Kwaliteitsevaluatie. Algemene Evaluatiecriteria Vlaamse Vereniging Autisme Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Vakgroep Experimenteel-Klinische en Gezondheidspsychologie Onderzoeksgroep Ontwikkelingsstoornissen Henri Dunantlaan 2 9000

Nadere informatie

VISIETEKST: Autiwerking OV1, OV2 en OV3 IBSO De Horizon

VISIETEKST: Autiwerking OV1, OV2 en OV3 IBSO De Horizon VISIETEKST: Autiwerking OV1, OV2 en OV3 IBSO De Horizon 1. INLEIDING In het Pedagogisch Project van het Gemeenschapsonderwijs vindt men als één van de leidende principes terug dat het PPGO een project

Nadere informatie

Vorming AUTISMESPECTRUM- STOORNIS

Vorming AUTISMESPECTRUM- STOORNIS Vorming AUTISMESPECTRUM- STOORNIS Bart Lenaerts Jorinde Dewaelheyns 6 december 2010 Wat mag je verwachten? Wat is autisme? Het stellen van de diagnose Wie? Hoe? Triade van stoornissen Autisme = anders

Nadere informatie

Autisme en een verstandelijke beperking 20 september 2016

Autisme en een verstandelijke beperking 20 september 2016 Autisme en een verstandelijke beperking 20 september 2016 Cecile Blansjaar: orthopedagoog/autisme specialist Gedragskundige Stichting de Waerden Mede oprichter De Sociale Bron Wat is Autisme? In Nederland

Nadere informatie

Het neuropsychologisch onderzoek. Informatie voor de patiënt en verwijzer

Het neuropsychologisch onderzoek. Informatie voor de patiënt en verwijzer Het neuropsychologisch onderzoek Informatie voor de patiënt en verwijzer Wat is neuropsychologie en wat is een neuropsycholoog? De neuropsychologie is het vakgebied dat de relatie bestudeert tussen het

Nadere informatie

Jaarrv veerssllag t Appelboomke

Jaarrv veerssllag t Appelboomke Jaarverslag 2008 t App elboomke Runkstersteenweg 511 3500 HASSELT Tel./fax: 011 27 30 69 E-mail: appelboomke@skynet.be www.appelboomke.be Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Woord vooraf...- 2-2. Krachtlijnen

Nadere informatie

Het stimuleren van sociaalcommunicatieve vaardigheden bij jonge kinderen met een autismespectrumstoornis

Het stimuleren van sociaalcommunicatieve vaardigheden bij jonge kinderen met een autismespectrumstoornis Het stimuleren van sociaalcommunicatieve vaardigheden bij jonge kinderen met een autismespectrumstoornis Herbert Roeyers Onderzoeksgroep Ontwikkelingsstoornissen VVL Congres, Berchem, 14 maart 2014 Pervasieve

Nadere informatie

Behandelingscentrum voor peuters en kleuters met een autismespectrumstoornis RIZIV-revalidatiecentrum

Behandelingscentrum voor peuters en kleuters met een autismespectrumstoornis RIZIV-revalidatiecentrum Inhoudsopgave 1 Woord vooraf... 3 2 Krachtlijnen in het jaar 2012... 4 2.1 Huisvesting... 4 2.2 Optimaliseren orthopedagogische werking... 4 2.2.2. Uitwerken en gebruik van HUSI vragenlijst... 5 2.2.3

Nadere informatie

ASKe-instrument. Instrument voor Autisme Specifieke Kwaliteitsevaluatie. Specifieke Evaluatiecriteria Revalidatiecentrum

ASKe-instrument. Instrument voor Autisme Specifieke Kwaliteitsevaluatie. Specifieke Evaluatiecriteria Revalidatiecentrum Vlaamse Vereniging Autisme Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Vakgroep Experimenteel-Klinische en Gezondheidspsychologie Onderzoeksgroep Ontwikkelingsstoornissen Henri Dunantlaan 2 9000

Nadere informatie

Autisme spectrum stoornissen en angst

Autisme spectrum stoornissen en angst Autisme spectrum stoornissen en angst Peter Emmery 13 Januari 2011 Intro Inhoud Prevalentie (hoe vaak komt het voor) Korte herhaling autisme En hoe zit dat nu met angst bij ASS? Te behandelen? Besluit,

Nadere informatie

1 Visietekst autisme: Het auti-project van MPIGO De Vloedlijn

1 Visietekst autisme: Het auti-project van MPIGO De Vloedlijn 1 Visietekst autisme: Het auti-project van MPIGO De Vloedlijn 1.1 Inleiding : In onze scholen bieden wij verschillende mogelijkheden aan met betrekking tot autiwerking. In onze kleuterklassen bevinden

Nadere informatie

INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS. duurzame plaatsing van werknemers met autisme

INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS. duurzame plaatsing van werknemers met autisme INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS duurzame plaatsing van werknemers met autisme 1 Welkom bij toolbox AUTIPROOF WERKT Autiproof Werkt is een gereedschapskist met instrumenten die gebruikt kan worden bij

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 1 0

Inhoud. Voorwoord 1 0 Inhoud Voorwoord 1 0 1 Autisme in de dagelijkse praktijk 1 3 Inleiding 1 3 Op weg naar een diagnose 1 4 Vroegtijdige onderkenning 1 6 Hulpverlenende instanties 1 8 Na de diagnose 1 9 Behandeling 2 0 Samenvatting

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Afasie. Dienst Logopedie & Afasiologie. GezondheidsZorg met een Ziel

Patiënteninformatie. Afasie. Dienst Logopedie & Afasiologie. GezondheidsZorg met een Ziel i Patiënteninformatie Dienst Logopedie & Afasiologie Afasie GezondheidsZorg met een Ziel Wat is afasie? Afasie is een verworven taalstoornis ten gevolge van een hersenletsel. We lichten de belangrijkste

Nadere informatie

Gelezen. Geen gevecht, geen gebijt, geen gegil: het bevorderen van positief gedrag bij mensen met autisme en andere ontwikkelingsstoornissen

Gelezen. Geen gevecht, geen gebijt, geen gegil: het bevorderen van positief gedrag bij mensen met autisme en andere ontwikkelingsstoornissen Gelezen Geen gevecht, geen gebijt, geen gegil: het bevorderen van positief gedrag bij mensen met autisme en andere ontwikkelingsstoornissen Van Bo Hejlskov Elvén Als jonge opvoedster heb ik me samen met

Nadere informatie

Omgaan met kinderen met autismespectrumstoornissen. Rob Neyens 22.10.2009

Omgaan met kinderen met autismespectrumstoornissen. Rob Neyens 22.10.2009 Omgaan met kinderen met autismespectrumstoornissen Rob Neyens 22.10.2009 Programma 1. Theorie: wat is autisme? 1.1 Buitenkant 1.2 Binnenkant 2. Praktijk: hoe omgaan met autisme? 2.1 Remediëren 2.2 Compenseren

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Medische Psychologie. Informatie over neuropsychologisch onderzoek

Patiënteninformatie. Medische Psychologie. Informatie over neuropsychologisch onderzoek Patiënteninformatie Medische Psychologie Informatie over neuropsychologisch onderzoek Medische Psychologie Informatie over neuropsychologisch onderzoek U bent door een specialist van het ziekenhuis verwezen

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Medische Psychologie. Informatie over neuropsychologisch onderzoek

Patiënteninformatie. Medische Psychologie. Informatie over neuropsychologisch onderzoek Patiënteninformatie Medische Psychologie Informatie over neuropsychologisch onderzoek Medische Psychologie Informatie over neuropsychologisch onderzoek U bent door een specialist van het ziekenhuis verwezen

Nadere informatie

Als er eentje anders is

Als er eentje anders is Lenteforum Als er eentje anders is Stimuleren van de ontwikkeling van jonge kinderen met een autismespectrumstoornis Woensdag 14 mei 2014 Forum staat voor marktplaats. Op deze forumdag willen we plaats

Nadere informatie

Kinder- en jeugdpsychiatrie

Kinder- en jeugdpsychiatrie I n f o r m a t i e b r o c h u r e Kinder- en jeugdpsychiatrie Kinder- en jeugdpsychiatrie Tel. 016 34 38 21 De afdeling is bereikbaar via de rode pijl, tweede verdieping. INHOUD INLEIDING 2 3 Inleiding...3

Nadere informatie

Liaison in de kinder en jeugdpsychiatrie

Liaison in de kinder en jeugdpsychiatrie Liaison in de kinder en jeugdpsychiatrie Kinder- en jeugdpsychiater : Dr Elfi Van den haute Hoofdverpleegkundige : Sandra Gissens Overzicht Betekenis liaison Biopsychosociaal: van model naar zorg Modellen

Nadere informatie

Samenvatting. Autismespectrumstoornissen

Samenvatting. Autismespectrumstoornissen Samenvatting Autismespectrumstoornissen Autismespectrumstoornissen zijn ontwikkelingsstoornissen die gekenmerkt worden door beperkingen in sociale omgang, de communicatie en de verbeelding. Ze gaan vaak

Nadere informatie

PATIËNTENINFO Dysartrie

PATIËNTENINFO Dysartrie PATIËNTENINFO Dysartrie LOGOPEDIE / AFASIOLOGIE Wat is dysartrie? Dysartrie is een verworven motorische spraakstoornis ten gevolge van een neurologische aandoening. We lichten de belangrijkste termen van

Nadere informatie

Autisme en depressie. Congres Nijcare 14 juni 2018 Katelijne Robbertz & Cees Kan

Autisme en depressie. Congres Nijcare 14 juni 2018 Katelijne Robbertz & Cees Kan Autisme en depressie Congres Nijcare 14 juni 2018 Katelijne Robbertz & Cees Kan Hoe herken je autisme bij een depressieve patiënt? 3 Wat gaat hier mis? DSM5 criteria Autismespectrumstoornis A. Beperkingen

Nadere informatie

HET COMMUNICATIEPASPOORT. Leernetwerk Ondersteunde Communicatie

HET COMMUNICATIEPASPOORT. Leernetwerk Ondersteunde Communicatie HET COMMUNICATIEPASPOORT Leernetwerk Ondersteunde Communicatie WAT IS MEDIANDER? Identiteit Mediander is een open, vrijwillig samenwerkingsverband van organisaties actief in de zorg, onderwijs en begeleiding

Nadere informatie

Autisme en de gevolgen Els Ronsse / MDR

Autisme en de gevolgen Els Ronsse /   MDR Autisme en de gevolgen Els Ronsse / www.psysense.be MDR Voorkomen? Voor het hele spectrum komen een aantal studies onafhankelijk van elkaar uit op 60 tot 70 op 10.000 of 1 op ongeveer 150 personen. Af

Nadere informatie

ZNA UKJA Afdeling Jong kind en gezin. Informatie voor patiënten

ZNA UKJA Afdeling Jong kind en gezin. Informatie voor patiënten ZNA UKJA Afdeling Jong kind en gezin Informatie voor patiënten 2 ZNA UKJA - Afdeling Jong kind en gezin ZNA UKJA - Afdeling Jong kind en gezin 3 Voor wie? Onze doelgroep betreft baby s, peuters en kleuters

Nadere informatie

Inleiding psycho-educatie ASS bij volwassenen

Inleiding psycho-educatie ASS bij volwassenen Inleiding psycho-educatie ASS bij volwassenen Dit is de inleiding van de psycho-educatie modules. Aan de hand van deze modules geven we meer informatie over hoe autismespectrumstoornissen (ASS) zich uiten

Nadere informatie

Thema. Kernelementen. Emoties Puber- en kinderemotie Eenduidige communicatie

Thema. Kernelementen. Emoties Puber- en kinderemotie Eenduidige communicatie Thema Kernelementen Emoties Puber- en kinderemotie Eenduidige communicatie Tips voor de trainer: Werken met mensen is werken met emotie. Leer emoties als signaal te herkennen, maar niet als leidraad te

Nadere informatie

Neuropsychologie en neuropsychologisch onderzoek

Neuropsychologie en neuropsychologisch onderzoek Neuropsychologie en neuropsychologisch onderzoek Inleiding Neuropsychologie is het vakgebied dat de relatie bestudeert tussen gedrag en de werking van de hersenen. De neuropsycholoog stelt met een psychologisch

Nadere informatie

Bijlage 25: Autismespectrumstoornis in DSM-5 (voorlopige Nederlandse vertaling) 1

Bijlage 25: Autismespectrumstoornis in DSM-5 (voorlopige Nederlandse vertaling) 1 Bijlage 25: Autismespectrumstoornis in DSM-5 (voorlopige Nederlandse vertaling) 1 Moet voldoen aan de criteria A, B, C en D A. Aanhoudende tekorten in sociale communicatie en sociale interactie in meerdere

Nadere informatie

ZNA UKJA Zorgeenheid ontwikkelings- en psychotische stoornissen adolescenten (K-dienst H) Informatie voor patiënten

ZNA UKJA Zorgeenheid ontwikkelings- en psychotische stoornissen adolescenten (K-dienst H) Informatie voor patiënten ZNA UKJA Zorgeenheid ontwikkelings- en psychotische stoornissen adolescenten (K-dienst H) Informatie voor patiënten 2 ZNA UKJA Zorgeenheid ontwikkelings- en psychotische stoornissen adolescenten Voor Wie?

Nadere informatie

Diagnostisch centrum

Diagnostisch centrum REINAERDE Diagnostisch Centrum Als uw kind zich anders ontwikkelt De ontwikkeling van kinderen verloopt niet altijd vanzelfsprekend. Bijvoorbeeld als uw kind een ontwikkelingsachterstand of beperking heeft

Nadere informatie

UMCG Centrum voor Revalidatie Locatie Beatrixoord Communiceren met kinderen die moeilijk of niet kunnen praten

UMCG Centrum voor Revalidatie Locatie Beatrixoord Communiceren met kinderen die moeilijk of niet kunnen praten UMCG Centrum voor Revalidatie Locatie Beatrixoord Communiceren met kinderen die moeilijk of niet kunnen praten Het COCP-programma voor ondersteunde communicatie UMCG Centrum voor Revalidatie Locatie Beatrixoord

Nadere informatie

Van Hé, hier ben ik tot Ha, daar ben jij

Van Hé, hier ben ik tot Ha, daar ben jij Van Hé, hier ben ik tot Ha, daar ben jij Floortime: ontwikkelingsgerichte therapie, met ouders en het jonge kind aan het werk Jo Wellens, kinder- en jeugdpsychiater & Ilse Vansant, psycholoog afdeling

Nadere informatie

Neuropsychologisch onderzoek

Neuropsychologisch onderzoek Neuropsychologisch onderzoek Inhoudsopgave Inleiding... 1 Wat is neuropsychologie?... 1 Mogelijke gevolgen van hersenproblematiek... 1 Wat is een neuropsychologisch onderzoek?... 2 Voorbeelden van neuropsychologisch

Nadere informatie

PSYCHOSOCIALE REVALIDATIE

PSYCHOSOCIALE REVALIDATIE OVERZICHT VAN DE CONVENTIES ONDER DE VLAAMSE OVERHEID RESSORTEREND: PSYCHOSOCIALE REVALIDATIE EN VERSLAVINGSZORG Elke Frans en Tineke Oosterlinck - beleidsmedewerkers Zorg en Gezondheid PSYCHOSOCIALE REVALIDATIE

Nadere informatie

Kortdurend intensief verblijf

Kortdurend intensief verblijf Inhoudsopgave De Buitenwereld 4 6 Doelgroep 8 Doelgericht werken 10 Inhoudelijke randvoorwaarden 11 2 3 De Buitenwereld Als je binnen een gezin een kind mag grootbrengen met psychiatrische problematiek

Nadere informatie

HET IMPACT-PROGRAMMA: EEN OUDERTRAINING OM DE SOCIAAL-COMMUNICATIEVE VAARDIGHEDEN VAN JONGE KINDEREN MET ASS TE STIMULEREN

HET IMPACT-PROGRAMMA: EEN OUDERTRAINING OM DE SOCIAAL-COMMUNICATIEVE VAARDIGHEDEN VAN JONGE KINDEREN MET ASS TE STIMULEREN HET IMPACT-PROGRAMMA: EEN OUDERTRAINING OM DE SOCIAAL-COMMUNICATIEVE VAARDIGHEDEN VAN JONGE KINDEREN MET ASS TE STIMULEREN Sara Van der Paelt Onderzoeksgroep ontwikkelingsstoornissen Universiteit Gent

Nadere informatie

30/05/2018. ASS en gedrag WELKOM. Kennismaking en verwachtingen. Studiedag Kansrijk Onderwijs dinsdag 29 mei 2018

30/05/2018. ASS en gedrag WELKOM. Kennismaking en verwachtingen. Studiedag Kansrijk Onderwijs dinsdag 29 mei 2018 ASS en gedrag Studiedag Kansrijk Onderwijs dinsdag 29 mei 2018 Een poging tot sensibilisering Nadja Vandenbroeck WELKOM Vandaag: - Kennismaking en verwachtingen - Die fameuze ijsberg - Small talk - DSM-5,

Nadere informatie

Autisme, wat weten we?

Autisme, wat weten we? Autisme, wat weten we? Matt van der Reijden, kinder- en jeugdpsychiater & geneesheer directeur Dr Leo Kannerhuis, Oosterbeek 1 autisme agenda autisme autisme en het brein: wat weten we? een beeld van autisme:

Nadere informatie

Autisme in je vrije tijd

Autisme in je vrije tijd Autisme in je vrije tijd KINDEREN MET AUTISME IN EEN GEWONE JEUGDVERENIGING? HET KAN! Een informatieve brochure door Elise Burny - orthopedagoog Jannicke Hurtekant - orthopedagoog Petra Warreyn - klinisch

Nadere informatie

6 Coaching van de cliënt

6 Coaching van de cliënt 6.1 6 Coaching van de cliënt De begeleiding of coaching op de werkvloer is afhankelijk van de noden van de cliënt én van de noden van de collega s en werkgever. Samen starten op de stage/ tewerkstelling

Nadere informatie

Het belang van (ondersteuning van) communicatie bij personen met een verstandelijke handicap

Het belang van (ondersteuning van) communicatie bij personen met een verstandelijke handicap Het belang van (ondersteuning van) communicatie bij personen met een verstandelijke handicap Prof. dr. Bea Maes, Onderzoekseenheid Gezins- en Orthopedagogiek, K.U.Leuven 1. Centrale rol van taal en communicatie

Nadere informatie

ADHD en ASS. Bij normaal begaafde volwassen. Utrecht, 23-01-2014 Anne van Lammeren, psychiater UCP/UMCG

ADHD en ASS. Bij normaal begaafde volwassen. Utrecht, 23-01-2014 Anne van Lammeren, psychiater UCP/UMCG ADHD en ASS Bij normaal begaafde volwassen Utrecht, 23-01-2014 Anne van Lammeren, psychiater UCP/UMCG Disclosure belangen spreker (potentiële) Belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante

Nadere informatie

(On)bezorgd kind zijn

(On)bezorgd kind zijn Vlaams Congres voor Pediatrische Psychologie Zaterdag 26 september 2015 (On)bezorgd kind zijn Zorgen voor chronisch zieke kinderen in (en buiten) het ziekenhuis Wat? Voor wie? Waar? Congres over de psychosociale

Nadere informatie

Het syndroom van Down en autisme duel of dual? Yvette Dijkxhoorn

Het syndroom van Down en autisme duel of dual? Yvette Dijkxhoorn Het syndroom van Down en autisme duel of dual? Yvette Dijkxhoorn Diagnostiek 1. Screening 2. Individueel descriptieve diagnostiek 3. Begeleiding en Behandeling Autismespectrumstoornissen VROEGE ONTWIKKELING

Nadere informatie

GEWOON ANDERS ASS BIJ JONGE KINDEREN. AutismeTeam Noord-Nederland, Jonx Lentis

GEWOON ANDERS ASS BIJ JONGE KINDEREN. AutismeTeam Noord-Nederland, Jonx Lentis GEWOON ANDERS ASS BIJ JONGE KINDEREN AutismeTeam Noord-Nederland, Jonx Lentis Programma Even voorstellen Wat is autisme? Vroege signalen bij autismespectrumstoornissen De eerste stap richting onderzoek

Nadere informatie

Signalen van autismespectrumstoornissen (ASS) bij baby s en peuters

Signalen van autismespectrumstoornissen (ASS) bij baby s en peuters Signalen van autismespectrumstoornissen (ASS) bij baby s en peuters Screening in de Vlaamse kinderdagverblijven en Diensten voor Opvanggezinnen Mieke Dereu Mieke Meirsschaut Inge Schietecatte Griet Pattyn

Nadere informatie

Op naar de DSM 5! Autismespectrumstoornis. J. Wolthaus, GZ-psycholoog en C. Schoenmakers, GZ-psycholoog

Op naar de DSM 5! Autismespectrumstoornis. J. Wolthaus, GZ-psycholoog en C. Schoenmakers, GZ-psycholoog Op naar de DSM 5! Autismespectrumstoornis J. Wolthaus, GZ-psycholoog en C. Schoenmakers, GZ-psycholoog Autisme DSM IV: Stoornissen die meestal voor het eerst op zuigelingenleeftijd, kinderleeftijd of in

Nadere informatie

GON- BEGELEIDING Informatiebrochure voor ouders

GON- BEGELEIDING Informatiebrochure voor ouders BSBO Wilgenduin GON- BEGELEIDING Informatiebrochure voor ouders Inhoud p 1 Wie zijn wij? 3 2 Wat betekent GON? 4 3 Wie komt in aanmerking voor GON-begeleiding? 4 4 Aan welke voorwaarden moet je voldoen

Nadere informatie

Meander Nijmegen. Samen groot worden. Zorg voor jeugdigen. Begeleiding en (tijdelijk) wonen voor kinderen, jongeren en gezinnen BEGELEID (KAMER) WONEN

Meander Nijmegen. Samen groot worden. Zorg voor jeugdigen. Begeleiding en (tijdelijk) wonen voor kinderen, jongeren en gezinnen BEGELEID (KAMER) WONEN BEGELEID (KAMER) WONEN OPVOEDINGS- ONDERSTEUNING HULP OP MAAT LOGEERHUIS Meander Nijmegen stgmeander.nl Zorg voor jeugdigen Begeleiding en (tijdelijk) wonen voor kinderen, jongeren en gezinnen Samen groot

Nadere informatie

Adviesburo Comenius bestaat al ruim 20 jaar en is in Midden Nederland bij ouders, scholen en huisartsen inmiddels een begrip.

Adviesburo Comenius bestaat al ruim 20 jaar en is in Midden Nederland bij ouders, scholen en huisartsen inmiddels een begrip. 1 2 INFORMATIE OVER COMENIUS Adviesburo Comenius bestaat al ruim 20 jaar en is in Midden Nederland bij ouders, scholen en huisartsen inmiddels een begrip. Wij mogen daarom met recht zeggen een ruime ervaring

Nadere informatie

Draaiboek voor een oudergesprek naar aanleiding van het invullen van de signaallijst

Draaiboek voor een oudergesprek naar aanleiding van het invullen van de signaallijst Draaiboek voor een oudergesprek naar aanleiding van het invullen van de signaallijst Vormingspakket voor screening naar autismespectrumstoornissen (ASS) in de Vlaamse kinderdagverblijven en Diensten voor

Nadere informatie

Van inschatting naar ondersteuning : introductie emotionele ontwikkeling. Lore Goethals Vzw Nieuwland

Van inschatting naar ondersteuning : introductie emotionele ontwikkeling. Lore Goethals Vzw Nieuwland Van inschatting naar ondersteuning : introductie emotionele ontwikkeling Lore Goethals Vzw Nieuwland Uitgangspunten Sociaal emotionele ontwikkeling is aanknopingspunt bij begrijpen van probleemgedrag probleemgedrag

Nadere informatie

Psychisch functioneren bij het syndroom van Noonan

Psychisch functioneren bij het syndroom van Noonan Psychisch functioneren bij het syndroom van Noonan drs. Ellen Wingbermühle GZ psycholoog / neuropsycholoog GGZ Noord- en Midden-Limburg Contactdag 29 september 2007 Stichting Noonan Syndroom 1 Inhoud Introductie

Nadere informatie

De Appelboomkeskrant. Revalidatiecentrum t Appelboomke Dagcentrum voor de behandeling van peuters en kleuters met een autismespectrumstoornis

De Appelboomkeskrant. Revalidatiecentrum t Appelboomke Dagcentrum voor de behandeling van peuters en kleuters met een autismespectrumstoornis De Appelboomkeskrant Revalidatiecentrum t Appelboomke Dagcentrum voor de behandeling van peuters en kleuters met een autismespectrumstoornis Inhoud Voorwoord p.1 Is Voorwoord er een grens aan het autisme?

Nadere informatie

Lezing voor de NVA. Door Harmke Nygard-Smith Klinisch psycholoog. Ontwikkelingsstoornissen Dimence

Lezing voor de NVA. Door Harmke Nygard-Smith Klinisch psycholoog. Ontwikkelingsstoornissen Dimence Lezing voor de NVA Door Harmke Nygard-Smith Klinisch psycholoog Ontwikkelingsstoornissen Dimence Waarom diagnostiek? Hoe doen we eigenlijk diagnostiek? De DSM 5 Wijzigingen in de DSM 5 voor de autisme

Nadere informatie

Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen

Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen SAMENVATTING Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen klinische populaties, waaronder ook de Aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD). Ook al wordt

Nadere informatie

Onderzoek en behandeling door de medisch psycholoog

Onderzoek en behandeling door de medisch psycholoog Onderzoek en behandeling door de medisch psycholoog Inleiding In overleg met uw behandelend arts heeft u informatie gekregen over het maken van een afspraak met een medisch psycholoog van de afdeling

Nadere informatie

BASECAMPvzw 2011. De missie van Basecamp vzw

BASECAMPvzw 2011. De missie van Basecamp vzw BASECAMPvzw 2011 De missie van Basecamp vzw 1 Doel Basecamp vzw groeide vanuit een kerngroep van begeleiders met elk een eigen theoretische, technische en sociale achtergrond. Omwille van deze achtergronden

Nadere informatie

De pedagogisch medewerker

De pedagogisch medewerker De pedagogisch medewerker 1 Inleiding Het kind dat in het ziekenhuis wordt opgenomen, komt in een voor hem vreemde omgeving terecht. Voor kinderen is het ziekenhuis een onnatuurlijke situatie. Ziek zijn

Nadere informatie

Kennismaking VIB en methode CONTACT Hoe contact bevorderen tussen doofblinde personen en hun communicatiepartners?

Kennismaking VIB en methode CONTACT Hoe contact bevorderen tussen doofblinde personen en hun communicatiepartners? Kennismaking VIB en methode CONTACT Hoe contact bevorderen tussen doofblinde personen en hun communicatiepartners? Ingrid Korenstra Bartiméus Expertisecentrum Doofblindheid 19-03-2015 Even voorstellen:

Nadere informatie

ASKe-instrument. Instrument voor Autisme Specifieke Kwaliteitsevaluatie. Specifieke Evaluatiecriteria Medisch Pedagogisch Instituut (MPI)

ASKe-instrument. Instrument voor Autisme Specifieke Kwaliteitsevaluatie. Specifieke Evaluatiecriteria Medisch Pedagogisch Instituut (MPI) Vlaamse Vereniging Autisme Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Vakgroep Experimenteel-Klinische en Gezondheidspsychologie Onderzoeksgroep Ontwikkelingsstoornissen Henri Dunantlaan 2 9000

Nadere informatie

Welkom. DGM en Autisme. Esther van Efferen-Wiersma. Presentatie door

Welkom. DGM en Autisme. Esther van Efferen-Wiersma. Presentatie door Welkom DGM en Autisme Presentatie door Esther van Efferen-Wiersma Inhoud DGM en autisme? Autisme: recente ontwikkelingen Van beperkingen naar (onderwijs)behoeften DGM en autisme! Vragen? DGM en Autisme?

Nadere informatie

Inclusie = Er- bij- horen. Er - bij - horen. Participatie. 30 november 2005 Universiteit Antwerpen

Inclusie = Er- bij- horen. Er - bij - horen. Participatie. 30 november 2005 Universiteit Antwerpen Studiedag Evaluatie in vraag 30 november 2005 Universiteit Antwerpen Inge Van de Putte Onderzoeksmedewerker Hogeschool Sint-Lieven, Sint- Niklaas & Universiteit Gent, Vakgroep Orthopedagogie Inclusie =

Nadere informatie

De huid en het brein. Multidisciplinaire expertise bij ontwikkeling, leren en gedrag van kinderen en jongeren met neurofibromatose type 1

De huid en het brein. Multidisciplinaire expertise bij ontwikkeling, leren en gedrag van kinderen en jongeren met neurofibromatose type 1 De huid en het brein Multidisciplinaire expertise bij ontwikkeling, leren en gedrag van kinderen en jongeren met neurofibromatose type 1 Het Centrum voor Neurologische Leer- en ontwikkelingsstoornissen

Nadere informatie

Diensten- en begeleidingscentrum Openluchtopvoeding vzw OLO

Diensten- en begeleidingscentrum Openluchtopvoeding vzw OLO Diensten- en begeleidingscentrum Openluchtopvoeding vzw Rechtstreeks Toegankelijke Hulpverlening Onthaal, pedagogisch adviseren en outreach Doelgroep: Algemene opvoedingsondersteuning (Opvoedingswinkel)

Nadere informatie

De training is in te zetten voor verschillende doelgroepen.

De training is in te zetten voor verschillende doelgroepen. De training is in te zetten voor verschillende doelgroepen. - Voor buschauffeurs en conducteurs, waar verbale, mentale en fysieke agressie stelselmatig voor komt. - Voor de controleurs in het openbaar

Nadere informatie

deeltijdbehandeling voor jongeren met ASS van 12 jaar en ouder verder met autisme dr. leo kannerhuis locatie Nijmegen

deeltijdbehandeling voor jongeren met ASS van 12 jaar en ouder verder met autisme dr. leo kannerhuis locatie Nijmegen deeltijdbehandeling voor jongeren met ASS van 12 jaar en ouder locatie Nijmegen informatie voor jongeren, ouders en verwijzers september 2013 centrum voor autisme dr. leo kannerhuis verder met autisme

Nadere informatie

Neuropsychologisch onderzoek bij kinderen Vakgebied dat de relatie bestudeert tussen het gedrag en de werking van de hersenen

Neuropsychologisch onderzoek bij kinderen Vakgebied dat de relatie bestudeert tussen het gedrag en de werking van de hersenen Neuropsychologisch onderzoek bij kinderen Vakgebied dat de relatie bestudeert tussen het gedrag en de werking van de hersenen Folder voor ouders en kind Neuropsychologisch onderzoek bij kinderen Wat is

Nadere informatie

Neuropsychologisch onderzoek bij ouderen. Na verwijzing door de klinisch geriater

Neuropsychologisch onderzoek bij ouderen. Na verwijzing door de klinisch geriater Neuropsychologisch onderzoek bij ouderen Na verwijzing door de klinisch geriater 2 De klinisch geriater heeft u verwezen naar de afdeling medische psychologie voor een neuropsychologisch onderzoek (NPO).

Nadere informatie

Samenvatting. Moving towards independence? 103

Samenvatting. Moving towards independence? 103 Samenvatting Moving towards independence? 103 In dit proefschrift wordt verslag gedaan van de evaluatie van het bewegingsgerichte Amerikaanse curriculum Mobility Opportunities Via Education (MOVE) bij

Nadere informatie

ZNA UKJA Zorgeenheid internaliserende stoornissen adolescenten (K-dienst G)

ZNA UKJA Zorgeenheid internaliserende stoornissen adolescenten (K-dienst G) ZNA UKJA Zorgeenheid internaliserende stoornissen adolescenten (K-dienst G) Informatie voor patiënten 34781_UKJA_zorgeenheid internaliserende stoornissen adolescenten.indd 1 30/01/2018 10:55:17 2 ZNA UKJA

Nadere informatie

Logopedie in het cluster 4 onderwijs

Logopedie in het cluster 4 onderwijs Logopedie in het cluster 4 onderwijs mw. E. Cox MA (NVLF) mw. E. Kunst-Verberne (NVLF) mw. M. Schulte (NVLF) dhr. R. Nannes (NVLF) 2 Aanleiding position statement Dit position statement richt zich op de

Nadere informatie

Leerplanschema Minor Psychologie

Leerplanschema Minor Psychologie Minor Psychologie 1 Inleiding Waarom houden mensen zich niet aan dieetvoorschriften? Hoe kan ik ze dan stimuleren om dat wel te doen? Hoe kan ik teamsporters leren om beter om te gaan met zelfkritiek?

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod U bent niet de enige Een op de tien Nederlanders heeft te maken met een persoonlijkheidsstoornis of heeft trekken hiervan. De Riagg Maastricht is gespecialiseerd

Nadere informatie

Developmental Coordination Disorder. Miriam Verstegen Kinderrevalidatiearts

Developmental Coordination Disorder. Miriam Verstegen Kinderrevalidatiearts Developmental Coordination Disorder Miriam Verstegen Kinderrevalidatiearts 11-06-2015 Inhoud Developmental Coordination Disorder Criteria Kenmerken Comorbiditeiten Pathofysiologie Behandeling Prognose

Nadere informatie

COGNITIEVE REVALIDATIE THERAPIE VOOR KINDEREN, ADOLESCENTEN EN VOLWASSENEN

COGNITIEVE REVALIDATIE THERAPIE VOOR KINDEREN, ADOLESCENTEN EN VOLWASSENEN VOOR KINDEREN, ADOLESCENTEN EN VOLWASSENEN CURSUS VOOR ERGOTHERAPEUTEN OPLEIDING TOT CPCRT-GECERTIFICEERD THERAPEUT De cursus richt zich op de ergotherapeutische diagnostiek, benadering en behandeling

Nadere informatie

Infobrochure. Het Psychiatrische Aanbod in het Algemeen Ziekenhuis

Infobrochure. Het Psychiatrische Aanbod in het Algemeen Ziekenhuis Infobrochure Het Psychiatrische Aanbod in het Algemeen Ziekenhuis Welkom Het PAAZ Het PAAZ staat voor enerzijds de Psychiatrische Afdeling in het Algemeen Ziekenhuis en anderzijds voor het ruimere aanbod

Nadere informatie

Outreach autisme ondersteuning van inclusie van personen met autisme

Outreach autisme ondersteuning van inclusie van personen met autisme Outreach autisme ondersteuning van inclusie van personen met autisme www.hetraster.be Wat is outreach autisme? Outreach autisme bestaat uit vorming en advies voor iedereen die deskundiger wil worden in

Nadere informatie

Hulp bij ADHD. Scholingsaanbod

Hulp bij ADHD. Scholingsaanbod Hulp bij ADHD Dit heeft mijn beeld van ADHD enorm verrijkt. Ik zie nu veel mogelijkheden om kinderen met ADHD goede begeleiding te bieden deelnemer workshop bij Fontys Hogescholen Copyright 2010 Hulp bij

Nadere informatie

Afdeling Medische Psychologie

Afdeling Medische Psychologie Afdeling Medische Psychologie In de meeste ziekenhuizen is een afdeling medische psychologie; ook in het St. Annaziekenhuis. U bent door uw medisch specialist naar deze afdeling doorverwezen. In deze folder

Nadere informatie

Peuters Groep 1 Groep 2 Groep 3 BP MP EP M1 E1 M2 E2 M3

Peuters Groep 1 Groep 2 Groep 3 BP MP EP M1 E1 M2 E2 M3 1. Omgaan met jezelf, met en met volwassenen Peuters Groep 1 Groep 2 Groep 3 BP MP EP M1 E1 M2 E2 M3 Zelfbeeld Sociaal gedrag belangstelling voor andere kinderen, maar houden weinig rekening met de ander

Nadere informatie

Autisme als contextblindheid

Autisme als contextblindheid Leerlingen met autisme in het secundair onderwijs Autisme Limburg 18 oktober 2011 KobeVanroy Autisme Centraal, Gent Autisme als contextblindheid P. Vermeulen, 2009 Autisme: prevalentie 2010 Autisme Centraal

Nadere informatie

CAR netwerk Waas & Dender

CAR netwerk Waas & Dender CAR netwerk Waas & Dender 2 de lijn van de gezondheidszorg Wat en voor wie? Gespecialiseerd in multidisciplinaire diagnostiek en behandeling van kinderen met neurobiologische ontwikkelingsstoornissen

Nadere informatie

SAMENSPRAAK 2012. Perspectieven in het omgaan met verontrusting en maatschappelijke noodzaak

SAMENSPRAAK 2012. Perspectieven in het omgaan met verontrusting en maatschappelijke noodzaak Integrale Jeugdhulp Regio Vlaams-Brabant en Brussel SAMENSPRAAK Perspectieven in het omgaan met verontrusting en maatschappelijke noodzaak -Herhaling startdagen 2011 op algemene vraag van de voorzieningen-

Nadere informatie

EMOTIEREGULATIE DMV SURFEN OP EMOTIES DR CORINE FACHÉ KINDER- EN JEUGDPSYCHIATER UKJA

EMOTIEREGULATIE DMV SURFEN OP EMOTIES DR CORINE FACHÉ KINDER- EN JEUGDPSYCHIATER UKJA EMOTIEREGULATIE DMV SURFEN OP EMOTIES DR CORINE FACHÉ KINDER- EN JEUGDPSYCHIATER UKJA WAAROM IS EMOTIEREGULATIE BELANGRIJK??? VERSCHILLENDE MANIEREN OM NAAR DIAGNOSE TE KIJKEN Categorische diagnostische

Nadere informatie

6 Coaching van de cliënt

6 Coaching van de cliënt 6.1 6 Coaching van de cliënt De begeleiding of coaching op de werkvloer is afhankelijk van de noden van de cliënt, collega s en werkgever. Samen starten op de stage/ tewerkstelling Als coach kan je samen

Nadere informatie

MAAK WERK VAN EEN INNOVATIEVE ORGANISATIECULTUUR IN UW KMO

MAAK WERK VAN EEN INNOVATIEVE ORGANISATIECULTUUR IN UW KMO DETAILED CURRICULUM MAAK WERK VAN EEN INNOVATIEVE ORGANISATIECULTUUR IN UW KMO Innovatie is noodzakelijk om in de huidige hyper-competitieve, internationale en volatiele markt continuïteit te kunnen verzekeren.

Nadere informatie