Afghanistan: Nederlandse special forces op missie in tijd van oorlog

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Afghanistan: Nederlandse special forces op missie in tijd van oorlog"

Transcriptie

1 Afghanistan: Nederlandse special forces op missie in tijd van oorlog Dick Leurdijk Inleiding Op verzoek van de oppositiepartijen PvdA, GroenLinks en de SP hield de Tweede Kamer in maart jongstleden tot tweemaal toe een debat over het besluit van de regering om Nederlandse militairen naar Afghanistan te sturen in het kader van operatie Enduring Freedom. Dat betekent dat ons land voor de derde keer sinds 9/11 militairen inzet in de jacht op Al Qaeda en Taliban-strijders. Met het besluit om eerst een apart debat te voeren over de rechtsgrond van de nieuwe missie, en pas daarna over de missie als zodanig, schiep de Kamer een interessant precedent in de Nederlandse parlementaire geschiedenis. Het kabinet gebruikte als rechtsgrond voor het sturen van de special forces de strijd tegen het terrorisme, en verwees daarvoor naar een viertal resoluties van de VN-veiligheidsraad. De oppositie twijfelde aan die onderbouwing, onder andere door de vraag op te werpen of een resolutie uit 2001 niet al lang achterhaald is. Op beide argumentaties leek mij het nodige af te dingen. Kamer en regering gingen daarmee, ten onrechte, voorbij aan de discussie over de rechtsgrond bij de eerdere besluiten over de Nederlandse inzet bij de missie in Afghanistan, in 2002 en In de brief van 25 februari, waarin de Tweede Kamer over het besluit werd geïnformeerd, zei het kabinet letterlijk: Het mandaat voor de operatie Enduring Freedom is gebaseerd op Artikel 51 van het VN-handvest. Op 12 september 2001 heeft de VN-veiligheidsraad met resolutie 1368 een oproep gedaan het terrorisme te bestrijden. Het afgelopen jaar bevestigde de VN-veiligheidsraad in diverse resoluties (resolutie 1526 van 30 januari 2004, resolutie 1563 van 17 september 2004 en resolutie 1566 van 8 oktober 2004) het belang van de strijd tegen het terrorisme. De beide ondertekenaars van de brief, de ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken, zorgden met die formulering voor veel onduidelijkheid door een vermenging van twee rechtsgronden: het recht op zelfverdediging en de strijd tegen het terrorisme. Dat roept een aantal vragen op. Ten eerste: wat wordt precies bedoeld met de stelling als zou het mandaat van operatie Enduring Freedom zijn gebaseerd op Artikel 51 van het VNhandvest? Immers, de Veiligheidsraad heeft zich nooit expliciet over de merites van operatie Enduring Freedom uitgelaten. Op 7 oktober 2001 informeerde de Amerikaanse regering de Veiligheidsraad slechts over het begin van de missie, en ze beriep zich daarbij op het recht op zelfverdediging conform Artikel 51 van het VN-handvest. In de tweede plaats is het opmerkelijk dat het kabinet in de geciteerde paragraaf het mandaat van operatie Enduring Freedom ophangt aan de strijd tegen het internationaal terrorisme. De brief verwijst in dat verband naar een viertal resoluties, respectievelijk uit 2001 en 2004, zonder in te gaan op de inhoud ervan. De resoluties roepen slechts in algemene zin op tot samenwerking bij de strijd tegen het internationaal terrorisme, en kunnen wat mij betreft onmogelijk worden aangevoerd als specifieke rechtsgrond voor operatie Enduring Freedom. De vraag dringt zich op waarom de regering hier koos voor de strijd tegen het terrorisme als rechtsgrond voor het besluit van 25 februari jongstleden, en niet teruggreep op het eerder gehanteerde kroonargument van de uitoefening van het recht tot individuele of collectieve 1

2 zelfverdediging. In november 2001 zegde het toenmalige kabinet voor het eerst bijdragen toe van de marine en de luchtmacht voor operatie Enduring Freedom. De bijdrage van de marine bestond uit het sturen van twee fregatten naar de wateren rond het Arabisch schiereiland, de bijdrage van de luchtmacht bestond uiteindelijk voornamelijk uit de inzet van F-16 gevechtsvliegtuigen in het luchtruim van Afghanistan voor het geven van luchtsteun voor de troepen op de grond ( close air support ) bij hun operaties tegen Taliban- en Al Qaedastrijders. Het kabinet-kok gaf eind maart 2002 in een brief aan de Tweede Kamer aan dat de juridische grondslag voor de bijdrage aan operatie Enduring Freedom het recht op zelfverdediging was. De Kamer stemde daar mee in. Fregat Niet minder interessant was de wijze waarop het kabinet-balkenende in september vorig jaar de zo goed als onopgemerkt gebleven inzet van een fregat in operatie Enduring Freedom verdedigd heeft (oktober 2004 tot januari 2005). Deze brief ging, onder verwijzing naar Artikel 51 van het VN-handvest, uitvoerig in op de juridische grondslag. Op grond van de terreuraanslagen van 11 september 2001, zo redeneerde het kabinet, komt de Verenigde Staten mede gelet op Artikel 51 van het Handvest van de Verenigde Naties, het recht op zelfverdediging toe. Het verwees daarbij zowel naar resolutie 1368 van 12 september 2001 als naar het besluit van de NAVO-raad (van 3 oktober 2001, en niet van 12 september, zoals de brief ten onrechte vermeldt) om Artikel 5 uit het NAVO-verdrag van toepassing te verklaren. Onder leiding van de Verenigde Staten werd een brede coalitie gevormd om op collectieve wijze uitvoering te geven aan het recht op zelfverdediging. Deze coalitie, waarvan ook Nederland deel uitmaakt, aldus de uiteenzetting, is verwikkeld in een gewapend conflict, gericht tegen de verantwoordelijken of medeplichtigen van de aanslagen van 9/11: Al Qaeda en de Taliban. Deze strijd is nog niet voorbij: Zolang de terroristen van Al Qaeda binnen en buiten Afghanistan hun aanvallen voortzetten, zal ook de noodzaak tot zelfverdediging, en daarmee de noodzaak tot tegenmaatregelen, blijven bestaan, aldus de brief. Deze redenatie had consequenties voor twee kwesties die ook nu weer in het debat terugkwamen: de positie van de militairen, inclusief de voorwaarden waaronder zij optreden, en de positie van het parlement. In een poging de Nederlandse positie als deelgenoot van de internationale coalitie nader te omschrijven, zei het kabinet: De VS beschouwen als doel van de operatie Enduring Freedom het bestrijden van international terroristische netwerken. Daarmee is het mandaat, voor wat betreft de doelstelling van de missie, aangegeven. Dat heeft consequenties voor de voorwaarden, c.q. de bevoegdheden, waaronder de militairen optreden: De Nederlandse militaire bijdrage aan de operatie Enduring Freedom is een direct gevolg van de aanslagen op de Verenigde Staten, en gekoppeld aan de strijd tegen Al Qaeda en Taliban. Alleen op deze basis beschikken de Nederlandse militairen die in dit kader worden ingezet, over bevoegdheden die voortvloeien uit het oorlogsrecht. (cursivering van mij DAL). Verderop in de brief wordt duidelijk wat daarmee wordt bedoeld: Inzet van een fregat [ ] valt dan ook onder het oorlogsrecht. Dit gold, voor alle duidelijkheid, ook al voor de fregatten die in de eerste fase van de Nederlandse deelneming aan operatie Enduring Freedom deelnamen (en trouwens ook voor de bijdrage van de Nederlandse marine aan de NAVO-operatie Active Endeavour in de Middellandse Zee!). Voorts herinnerde het kabinet er in de recente brief nog eens aan dat de F-16 s, in de periode 1 oktober 2002 tot 1 oktober 2003, diverse malen wapens ingezet hebben. Nu de special forces, zoals het kabinet aangaf, ook kunnen worden ingezet voor gevechtsacties, in het hoge echelon van het geweldsspectrum, zoals dat heet, ga ik ervan uit dat ook zij optreden op basis van bevoegdheden die voortvloeien uit het oorlogsrecht, met inachtneming van de nationale rules of engagement, zoals het kabinet aangaf. De brief van september vorig jaar gaf ook meer inzicht in de opvattingen van de regering over de betrokkenheid van het parlement. In de brief werd nadrukkelijk gesteld dat bij de 2

3 Nederlandse bijdrage aan operatie Enduring Freedom de verdedigingstaak aan de orde is, de eerste doelomschrijving van Artikel 97 van de Grondwet, als uitvloeisel van het van toepassing verklaren van Artikel 51 van het VN-handvest en Artikel 5 van het NAVO-verdrag. (De verwijzing naar de NAVO lijkt mij in dit verband niet ter zake, omdat het bij de Nederlandse bijdragen gaat om het honoreren van Amerikaanse verzoeken om bijstand aan ons land, buiten de NAVO om). Deze redenatie leidt er tevens toe dat het kabinet meent dat de inzet van het fregat niet valt onder de tweede doelomschrijving van Artikel 97 van de Grondwet de inzet van de krijgsmacht ten behoeve van de handhaving van de internationale rechtsorde. Daarom is Artikel 100 van de Grondwet niet van toepassing, evenmin als het Toetsingskader 2001, aldus de regering. Hoe heeft de Tweede Kamer daar toen op gereageerd? De redenatie lijkt mij zeer aanvechtbaar: het valt toch moeilijk vol te houden dat de uitschakeling van terroristische netwerken als Al Qaeda en de Taliban niet zou bijdragen aan het herstel van de internationale rechtsorde. Sterker: de Veiligheidsraad definieert al jaren terreurdaden als bedreigingen van de internationale vrede en veiligheid. 1 Hier lijkt het kabinet zich te bedienen van een juridische kunstgreep, om zich formeel te kunnen onttrekken aan de informatieplicht. Meer en meer dringt zich de vraag op in wat voor soort crisisbeheersingsoperatie we ons eigenlijk bevinden met de Nederlandse bijdragen aan operatie Enduring Freedom. Misschien zou de Tweede Kamer daar eens een apart debat met de regering aan willen besteden. Het kabinet maakte in september vorig jaar duidelijk dat de bijdrage aan de internationale coalitie niet viel onder Artikel 96 van de Grondwet: Er is immers geen sprake van een in-oorlog-verklaring op grond van artikel 96. Nadere bestudering van die brief maakt duidelijk dat het hier gaat om de deelneming van ons land aan een internationale coalitie, die zich, met een beroep op het recht op zelfverdediging, in een gewapend conflict bevindt, met Al Qaeda en de Taliban als vijandelijke partijen. De inzet van Nederlandse militairen in de lucht, ter zee en op land gebeurt op basis van bevoegdheden die voortvloeien uit het oorlogsrecht. Maar, zo voegde de brief eraan toe, de Nederlandse militaire bijdrage kan niet zonder meer worden ingezet in de global war on terror. Des te meer verbazing wekt het als de regering een half jaar later, bij het besluit om de special forces te sturen, zo nadrukkelijk verwijst naar resoluties van de VN-veiligheidsraad die oproepen tot steun aan de strijd tegen het terrorisme! Juridische voorwaarden van uitzending Het kabinet heeft na het debat met de Tweede Kamer op 8 maart jongstleden, naar aanleiding van het besluit van eind februari, tot twee maal toe een nadere toelichting gegeven op de juridische grondslag van de uitzending van de special forces. Daarmee erkenden de ministers van Defensie en van Buitenlandse Zaken impliciet dat hun uitleg in de brief van 25 februari inzake de rechtsgrond van de uitzending beneden de maat was, en dat de oppositie volkomen terecht had aangedrongen op een apart debat over de merites van de rechtsgrond, los van de missie als zodanig. In een brief van 10 maart gaf minister Bot (Buitenlandse Zaken) een nadere toelichting op het inroepen van Artikel 51 van het VNhandvest, als basis voor de uitoefening van het recht op zelfverdediging bij de deelneming aan operatie Enduring Freedom. De in die brief gegeven nadere explicitering van deze rechtsbasis roept verder geen vragen op. 2 Dat ligt anders met de brief van 22 april van minister Kamp (Defensie) die de uitkomst is van nader overleg tussen Defensie en het Openbaar Ministerie over de juridische voorwaarden van de uitzending (tegen de achtergrond van de commotie rond Erik O. tijdens de Nederlandse deelneming aan de multinationale troepenmacht SFIR in Irak). Op basis van dat overleg, schrijft Kamp, heeft hij ten behoeve van de SF-taakgroep een verklaring afgegeven dat een tijd van oorlog van kracht is voor de periode van de inzet. Door de deelname aan operatie Enduring Freedom in het verband van een internationale coalitie is Nederland betrokken bij een gewapend conflict, waarbij de taakgroep voor offensieve 3

4 gevechtsacties kan worden ingezet. Door Artikel 71 van het Wetboek Militair Strafrecht (WMSr) van toepassing te verklaren op de gevechtshandelingen van de SF-taakgroep worden Nederlandse militairen in Afghanistan, als onderdeel van operatie Enduring Freedom, ingezet in tijd van oorlog. De verklaring, zo benadrukt de brief, is alleen van kracht voor een bepaald deel van de krijgsmacht voor een bepaalde periode. Het belangrijkste gevolg daarvan is dat voor de betrokken militairen Artikel 38 WMSr van kracht wordt. Dat artikel biedt een strafuitsluitingsgrond aan militairen in tijd van oorlog voor het verrichten van oorlogshandelingen, mits die vallen binnen de aan de militair gegeven bevoegdheden en mits het humanitair oorlogsrecht niet wordt geschonden. Daarmee krijgen de militairen juridische rugdekking voor de uitvoering van offensieve gevechtsacties, zonder dat het OM bij elk schot over de schouder van de betrokken militair meekijkt. Maar tegelijkertijd is duidelijk dat de militairen geen vrijbrief krijgen om er naar hartelust op los te schieten, zoals GroenLinks-Kamerlid Karimi volstrekt misplaatst meende te moeten opmerken. 3 Met deze formule lijkt de verziekte relatie tussen Defensie en het OM, na de fase Erik O., weer hersteld. Enerzijds wordt de uitgezonden militairen een grotere mate van juridische zekerheid (rechtsbescherming) geboden, anderzijds blijft vervolging door het OM mogelijk bij overtredingen van de richtlijnen. De vraag rijst waarom Artikel 71 WMSr niet eerder in de recente geschiedenis is toegepast bij vroegere uitzendingen. Volgens de brief was daar in die gevallen waarin door de krijgsmacht gevechtshandelingen zijn uitgevoerd ook geen aanleiding toe. Bij inzet op grond van een of meer VN-resoluties zoals de inzet in Bosnië, voor ISAF in Afghanistan, voor SFIR in Irak, maar ook in Kosovo in 1999 was er geen sprake van een gewapend conflict, aldus de brief. Deze redenatie overtuigt niet helemaal. Zelf zegt de brief dat bij de Kosovocrisis (moet) worden aangetekend dat dit na afloop wel is erkend als een gewapend conflict, om er aan toe te voegen: Tijdens de Kosovo-crisis echter was er geen aanleiding een verklaring op grond van Artikel 71 WMSr af te geven. Het is jammer dat de minister een en ander niet nader toelicht: wie heeft achteraf erkend dat de Kosovo-crisis wel als een gewapend conflict moet worden gezien (de regering, volkenrechtsgeleerden, de NAVO), en waarom was er tijdens de Kosovo-crisis geen aanleiding om een verklaring over gevechtshandelingen in tijd van oorlog af te geven? Ook bij de Nederlandse aanwezigheid in Irak in de periode na de val van het regime van Saddam Hoessein was de situatie gecompliceerder dan de minister het nu doet voorkomen. Nederland nam toen deel aan de multinationale troepenmacht SFIR op basis van een zeer aanvechtbare juridische rechtvaardiging: enerzijds wilde Nederland, conform eerder gedane toezeggingen, deelnemen aan de internationale troepenmacht, om op die manier een bijdrage te leveren aan de wederopbouw van Irak; anderzijds wilde het niet gezien worden als bezetter, ook al maakte ons land deel uit van een bezettingsmacht die in Irak was ontplooid in een situatie waarin sprake was van een bezetting maar wel een bezetting die formeel geautoriseerd werd door de Veiligheidsraad. Deze gecompliceerde context vormde de achtergrond voor het incident met Erik O., en voor het verziekte klimaat dat naderhand ontstond tussen Defensie en het OM. In dit opzicht draagt Defensie, naast het OM, een deel van de verantwoordelijkheid voor de mist rond de inzet van de militairen in Irak destijds. Intrigerend is de paragraaf waarin de minister ingaat op de vraag waarom Artikel 71 WMSr niet eerder is toegepast bij de inzet van de fregatten, de onderzeeboot en de maritieme patrouillevliegtuigen als onderdeel van operatie Enduring Freedom. In deze gevallen, zo zegt de brief, heeft geen inzet van wapens plaatsgevonden, en was dit ook niet voorzien. De F-16 gevechtsvliegtuigen hebben volgens de brief wel wapens gebruikt, maar dit was uitsluitend als Close Air Support op verzoek van grondtroepen van de coalitie waarbij sprake was van reactief handelen. Dat neemt niet weg dat de context van operatie Enduring Freedom nog steeds dezelfde is, dat de regels van het (zee)oorlogsrecht al eerder van toepassing waren geweest en dat de F-16s de bevoegdheid hadden om geweld te gebruiken c.q. gevechtshandelingen uit te voeren. In de brief van 25 februari zei het kabinet dat de 4

5 special forces zouden gaan optreden met bevoegdheden die ontleend zijn aan het oorlogsrecht, zonder dat nader toe te lichten. Dit alles lijkt wellicht voer voor de juridische of volkenrechtelijke fijnproever. Het geval van Erik O. maakt echter duidelijk waarom er hier meer op het spel staat, namelijk duidelijkheid over de voorwaarden waaronder uitzendingen plaatsvinden. De betrokken militairen hebben niet alleen recht op garanties inzake hun fysieke veiligheid, maar ook recht op juridische waarborgen. In het persbericht wordt gezegd dat met het inroepen van Artikel 71 WMSr een helder juridisch kader wordt geschapen voor de inzet van de special forces in Afghanistan. Of daarmee nieuwe Erik O. -gevallen kunnen worden voorkomen, valt nog te bezien, maar de winst is in ieder geval dat met de overeenstemming tussen Defensie en het OM over het inroepen van Artikel 71 WMSr op voorhand meer duidelijkheid is geschapen dan voorheen. Duidelijkheid over de juridische grondslag van een missie zou wellicht expliciet kunnen worden toegevoegd aan het Toetsingskader. De brief maakt duidelijk dat de toepassing van Art. 71 WMSr niet tot gevolg heeft dat het Koninkrijk in oorlog wordt verklaard. Een in-oorlog-verklaring, zoals geregeld in Artikel 96 van de Grondwet, is niet aan de orde bij de Nederlandse bijdrage aan de operatie Enduring Freedom. In oktober 2002 schreef ik in De Volkskrant dat, naar mijn oordeel, Nederland dan misschien niet formeel, maar wel materieel in oorlog was. Ik had daarvoor drie argumenten: (1) het inroepen door de NAVO van Artikel 5 van het NAVO-verdrag, (2) de deelneming van ons land aan operatie Enduring Freedom met een beroep op het recht op zelfverdediging cf Artikel 51 uit het VN-handvest en het besluit de fregatten in te zetten op grond van het zeeoorlogsrecht, en (3) het argument van het Openbaar Ministerie destijds in de aanklacht tegen een vermeende terrorist van steun aan de vijand in tijd van oorlog. Materieel voegt de verwijzing naar Artikel 71 WMSr aan die opsomming alleen maar een extra argument toe. Toch blijft de vraag in hoeverre het door Kamp gemaakte onderscheid kan worden volgehouden. En tenslotte wijst de brief erop dat het begrip oorlog in het volkenrecht in onbruik is geraakt: in de afgelopen decennia zijn er geen formele oorlogsverklaringen meer geweest. In toenemende mate wordt het begrip oorlog vervangen door het begrip gewapend conflict. Minister Kamp wijst erop dat het Wetboek van Militair Strafrecht in dier voege zal worden aangepast dat het begrip oorlog wordt uitgebreid met het begrip tijd van gewapend conflict. De wetswijziging is in voorbereiding, als onderdeel van een veelomvattender Rijksreparatiewet. Met het van kracht worden van deze wetswijziging zal een aparte verklaring op grond van Artikel 71 WMSr niet meer nodig zijn bij inzet in een gewapend conflict, aldus de minister. Daarmee creëert de minister voor zichzelf een hoop beleidsruimte in de toekomst, onder op dit moment volstrekt niet te voorziene omstandigheden. De vraag is of de Kamer hierin moet meegaan, mede gelet op de unieke situaties waarvan in die gevallen sprake is. Een eerste situatie dient zich ondertussen al aan, namelijk zodra besloten wordt tot het in elkaar opgaan van operatie Enduring Freedom en de International Security Assistance Force (ISAF). De Amerikanen dringen daar al langer op aan, en dus zal het er ook wel van komen. Drs. D.A. Leurdijk is als onderzoeker, docent en politiek commentator verbonden aan het Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen Clingendael in Den Haag. Hij was als extern adviseur betrokken bij de beide commissies-bakker uit de Tweede Kamer over de uitzending van Nederlandse militairen naar internationale missies en geeft al jarenlang colleges aan Nederlandse officieren, manschappen en politiemensen bij de voorbereiding op hun uitzending. 5

6 Noten 1. Zie ook: Dick A. Leurdijk en Geert Steeghs, Decision-making by the Security Council: Terrorist acts which threaten international peace and security, , Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen Clingendael, januari Wel valt op dat ook in deze brief weer gezegd wordt dat het besluit van de Noord-Atlantische Raad van 12 september 2001 om Artikel 5 van het Verdrag van Washington van toepassing te verklaren, voortvloeit uit Artikel 51 van het VN-handvest. Dat is feitelijk onjuist. Het formele besluit tot het inroepen van Artikel 5 uit het NAVO-verdrag werd niet op 12 september, maar op 3 oktober, pas drie weken later, genomen. 3. De Volkskrant, 26 april

Een adequaat volkenrechtelijk mandaat: het debat over de rechtsgrond van missies met inzet van Nederlandse militairen

Een adequaat volkenrechtelijk mandaat: het debat over de rechtsgrond van missies met inzet van Nederlandse militairen Een adequaat volkenrechtelijk mandaat: het debat over de rechtsgrond van missies met inzet van Nederlandse militairen Door Dick LEURDIJK 1 in: ARMEX, 91e jaargang nummer 3, juni 2007 Nederland stemt het

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

Nederlandse militairen op vredesmissie: de scenario s

Nederlandse militairen op vredesmissie: de scenario s Nederlandse militairen op vredesmissie: de scenario s Dick Leurdijk Inleiding Sinds de publicatie van de Prioriteitennota in 1992 is de hoofdtaak van het Nederlandse defensiebeleid verschoven van de bescherming

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Contactpersoon S. Kaasjager T 070-3485230

Nadere informatie

Verschenen in Atlantisch Perspectief, 5, jaargang 30, Nederlandse militairen op vredesmissie: de scenario s. Door Dick LEURDIJK 1

Verschenen in Atlantisch Perspectief, 5, jaargang 30, Nederlandse militairen op vredesmissie: de scenario s. Door Dick LEURDIJK 1 Verschenen in Atlantisch Perspectief, 5, jaargang 30, 2006 Nederlandse militairen op vredesmissie: de scenario s Door Dick LEURDIJK 1 Inleiding: Sinds de publikatie van de Prioriteitennota in 1992 is de

Nadere informatie

TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS

TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS Q1. Denkt u dat het voor de toekomst van Nederland het beste is als wij actief deelnemen in de wereldpolitiek of moeten wij ons niet in de wereldpolitiek mengen? 1

Nadere informatie

Toekomst missie Uruzgan ( )

Toekomst missie Uruzgan ( ) Toekomst missie Uruzgan ( - 2010) Na de beslissing van Obama over het uitbreiden van de militaire inspanningen in Afghanistan en het terugtrekken vanaf 2011 en de oproep aan o.a. Nederland om in Afghanistan

Nadere informatie

16 november 2015. Onderzoek: Veiligheidsgevoel na aanslagen Parijs

16 november 2015. Onderzoek: Veiligheidsgevoel na aanslagen Parijs 16 november 2015 Onderzoek: Veiligheidsgevoel na aanslagen Parijs Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 50.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Nader Advies Geweldgebruik tegen ISIL in Syrië 23 juni 2015 Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Oudemanhuispoort 4-6 1012 CN Amsterdam Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 5252833 Interventie Syrië Datum 29 augustus 2013 Opgemaakt

Nadere informatie

Henk Kamp - Minister van Defensie 4 mei 2006

Henk Kamp - Minister van Defensie 4 mei 2006 Henk Kamp - Minister van Defensie 4 mei 2006 Dames en heren, Morgen is het 61 jaar geleden dat Nederland werd bevrijd. Hoewel de bevrijding van Nederlands-Indië nog enkele maanden op zich liet wachten,

Nadere informatie

TOETSINGSKADER 2014 Inleiding

TOETSINGSKADER 2014 Inleiding TOETSINGSKADER 2014 Inleiding Op 28 juni 1995 boden de ministers van Buitenlandse Zaken en van Defensie de Tweede Kamer een toetsingskader aan dat kon dienen ter structurering van de gedachtewisseling

Nadere informatie

1. Inleiding. 2. Volkenrechtelijke mandaten voor gebruik geweld

1. Inleiding. 2. Volkenrechtelijke mandaten voor gebruik geweld 1. Inleiding Deze brief geeft uitvoering aan de toezegging van de Minister van Buitenlandse Zaken tijdens het Algemeen Overleg van 29 augustus 2013 over de ontwikkelingen in Syrië om alternatieve volkenrechtelijk

Nadere informatie

Inzet van Nederlandse militairen en de Rules of Engagement

Inzet van Nederlandse militairen en de Rules of Engagement Inzet van Nederlandse militairen en de Rules of Engagement Joop Voetelink Nederland voert een actief vredes- en veiligheidsbeleid wat onder meer met zich meebrengt dat de Nederlandse krijgsmacht regelmatig

Nadere informatie

Artikel 100 van de Grondwet en Toetsingskader 2001

Artikel 100 van de Grondwet en Toetsingskader 2001 11 ARTIKEL 100 VAN DE GRONDWET EN TOETSINGSKADER 2001 401 11.1 Inleiding 100 2000 1 2 2001 1 2002 tot zomer 2003 in te 11.2 Reikwijdte van artikel 100 Grondwet 2 3 1 Kamerstukken II, 2000/01, 23591 en

Nadere informatie

De Staten-Generaal en de inzet van de Nederlandse krijgsmacht

De Staten-Generaal en de inzet van de Nederlandse krijgsmacht TVCR APRIL 2013 boeken 171 Anamarija Kristić De Staten-Generaal en de inzet van de Nederlandse krijgsmacht Een onderzoek naar de parlementaire betrokkenheid bij de besluitvorming over deelname aan internationale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 23 591 Betrokkenheid van het parlement bij de uitzending van militaire eenheden 26 454 Besluitvorming uitzendingen Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTERS

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 29 200 X Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2004 C BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE Aan de

Nadere informatie

Instelling expertgroep voor vraagstuk politieke steun bij interstatelijk geweld en humanitaire interventie

Instelling expertgroep voor vraagstuk politieke steun bij interstatelijk geweld en humanitaire interventie 951-370 Instelling expertgroep voor vraagstuk politieke steun bij interstatelijk geweld en humanitaire interventie nr. Lijst van vragen en antwoorden Vastgesteld (wordt door griffie ingevuld als antwoorden

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 16 april 2018 Betreft Beantwoording vragen

Nadere informatie

- een bijgewerkte lijst van landen die onderworpen zijn aan een EU-embargo op de uitvoer van wapens (bijlage I);

- een bijgewerkte lijst van landen die onderworpen zijn aan een EU-embargo op de uitvoer van wapens (bijlage I); RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 1 juli 1999 (02.08) (OR. en) 9691/99 LIMITE PESC 207 COARM 2 BEGELEIDENDE NOTA van : het secretariaat van de Raad aan : de delegaties nr. vorig doc. : 12978/98 PESC 291

Nadere informatie

Belangen: Wel of niet ingrijpen in Syrië?

Belangen: Wel of niet ingrijpen in Syrië? Belangen: Wel of niet ingrijpen in Syrië? Korte omschrijving werkvorm: Leerlingen moeten zich inleven in een permanent lid van de Veiligheidsraad van de VN. Ze gaan aan de slag met het vraagstuk of de

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 19 juni 2017 Betreft Beantwoording

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Datum Betreft Inzetbaarheidsrapportage eerste helft 2018

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Datum Betreft Inzetbaarheidsrapportage eerste helft 2018 Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR

Nadere informatie

TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS

TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS VRAAG 10 Denkt u dat het voor de toekomst van Nederland het beste is als wij actief deelnemen in de wereldpolitiek of moeten wij ons niet in de werelpolitiek mengen?

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.minbuza.nl Contactpersoon DWH/LC T 070-3485226 F 070-3485472

Nadere informatie

Lijst van vragen en antwoorden Vastgesteld 21 juni 2016

Lijst van vragen en antwoorden Vastgesteld 21 juni 2016 27 925 Bestrijding internationaal terrorisme Nr. 593 Herdruk 1 Lijst van vragen en antwoorden Vastgesteld 21 juni 2016 De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal aanvullende vragen voorgelegd

Nadere informatie

Nieuwe Golfoorlog in de maak?

Nieuwe Golfoorlog in de maak? Taak actualiteit Nieuwe Golfoorlog in de maak? De Eerste Golfoorlog was een oorlog tussen Irak en Iran van 1980-1988 en is genoemd naar het zeegebied van de Perzische Golf, omdat zich daar een belangrijk

Nadere informatie

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2632 Advies IS - Irak Datum 3 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper Op

Nadere informatie

maatschappijwetenschappen havo 2015-II

maatschappijwetenschappen havo 2015-II opgave 3 De Nederlandse inlichtingendienst AIVD Bij deze opgave horen de teksten 5 tot en met 7 uit het bronnenboekje. Inleiding Eind november 2013 maakte NRC Handelsblad bekend dat de Algemene Inlichtingen-

Nadere informatie

Datum 12 juni 2013 Betreft Beantwoording vragen van het lid Omtzigt over het artikel 'Timmermans goede bedoelingen brengen Syrië dichter bij de hel'

Datum 12 juni 2013 Betreft Beantwoording vragen van het lid Omtzigt over het artikel 'Timmermans goede bedoelingen brengen Syrië dichter bij de hel' Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Contactpersoon Arnt Kennis T 0703487186

Nadere informatie

Datum 25 juli 2017 Betreft Beantwoording vragen van het lid Karabulut over de cholera-uitbraak in Jemen

Datum 25 juli 2017 Betreft Beantwoording vragen van het lid Karabulut over de cholera-uitbraak in Jemen Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 25 juli 2017 Betreft Beantwoording

Nadere informatie

ESSAY ACTUELE VRAAGSTUKKEN. Sebastian Kügler VAN OORLOG EN VREDE. Vossendijk 95-6 6534 TH Nijmegen Studentnummer: 9801278 Nijmegen, juni 2005 1/7

ESSAY ACTUELE VRAAGSTUKKEN. Sebastian Kügler VAN OORLOG EN VREDE. Vossendijk 95-6 6534 TH Nijmegen Studentnummer: 9801278 Nijmegen, juni 2005 1/7 ESSAY ACTUELE VRAAGSTUKKEN VAN OORLOG EN VREDE Vossendijk 95-6 6534 TH Nijmegen Studentnummer: 9801278 Nijmegen, juni 2005 1/7 Opdracht: De Europese Grondwet, die op 1 juni a.s. in een referendum ter instemming/afwijzing

Nadere informatie

Datum juni 2016 Betreft Antwoorden op aanvullende schriftelijke vragen inzake de inzet van de Nederlandse F-16 s boven Syrië

Datum juni 2016 Betreft Antwoorden op aanvullende schriftelijke vragen inzake de inzet van de Nederlandse F-16 s boven Syrië > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1974-1975 13 412 Protocol van de regeringsconferentie Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen, van 20 en 21 mei te Paramaribo, en de conclusies van het

Nadere informatie

32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid. Brief van de minister van Buitenlandse Zaken

32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid. Brief van de minister van Buitenlandse Zaken 32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid Nr. 5 Brief van de minister van Buitenlandse Zaken Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 26 april 2012 Mede namens de Staatssecretaris

Nadere informatie

Datum 21 mei 2015 Betreft Beantwoording vragen over de aanwijzing Extern optreden in relatie tot de vrijheid van meningsuiting

Datum 21 mei 2015 Betreft Beantwoording vragen over de aanwijzing Extern optreden in relatie tot de vrijheid van meningsuiting > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Communicatie en strategie van de Afghaanse Taliban, vanuit het perspectief van het leiderschap

Communicatie en strategie van de Afghaanse Taliban, vanuit het perspectief van het leiderschap , vanuit het perspectief van het leiderschap Auteurs: Godfried Wessels Seran de Leede Edwin Bakker Samenvatting Op 28 december 2014 is een einde gekomen aan de ISAF-missie (International Security and Assistance

Nadere informatie

Ank Bijleveld-Schouten

Ank Bijleveld-Schouten Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 30 maart 2018 Betreft Beantwoording vragen

Nadere informatie

Stichting Nationaal Erfgoed Hotel De Wereld

Stichting Nationaal Erfgoed Hotel De Wereld Stichting Nationaal Erfgoed Hotel De Wereld Onderwerp: Inleider: Wie is aansprakelijk voor VN blauwhelmen? Professor Ann Pauwels van de universiteit van Brussel Thema-avond: Dinsdag 21 mei 2013 Ik wil

Nadere informatie

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden EUROPESE UNIE ~OVERZICHT~ De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden PERS 6 februari 2008 In december 2001 heeft de EU voor

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA DEN HAAG Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directie Democratie & Bestuur Afdeling Politieke ambtsdragers en Weerbaar

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2006 2007 30 800 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2007 B BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie 6.3.2019 A8-0058/1 1 Paragraaf 17 17. benadrukt voortdurende steun van de EU voor een inclusief vredes- en verzoeningsproces onder leiding van en gestuurd door Afghanistan zelf, met inbegrip van de uitvoering

Nadere informatie

Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 20 december 2007 over het wapenexportbeleid.

Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 20 december 2007 over het wapenexportbeleid. Wapenexportbeleid Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 20 december 2007 over het wapenexportbeleid. Voorzitter. Voor het kerstreces hebben wij met de staatssecretaris van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 487 (R1862) Wijziging Wetboek van Militair Strafrecht in verband met het opnemen van een strafuitsluitingsgrond voor rechtmatig geweldgebruik

Nadere informatie

2012 STAATSBLAD No. 169 VAN DE REPUBLIEK SURINAME

2012 STAATSBLAD No. 169 VAN DE REPUBLIEK SURINAME 2012 1 2012 STAATSBLAD VAN DE REPUBLIEK SURINAME WET van 29 oktober 2012, houdende goedkeuring van de toetreding van de Republiek Suriname tot de International Convention for the Suppression of the Financing

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 29 augustus 2013 Betreft Uw verzoek inzake Syrië

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 29 augustus 2013 Betreft Uw verzoek inzake Syrië Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Buitenlandse Bezuidenhoutseweg 67 Contactpersoon

Nadere informatie

7,8. Opstel door een scholier 2548 woorden 27 juni keer beoordeeld. Geschiedenis

7,8. Opstel door een scholier 2548 woorden 27 juni keer beoordeeld. Geschiedenis Opstel door een scholier 2548 woorden 27 juni 2011 7,8 1 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Inleiding Voor het laatste semester van dit schooljaar hebben we de opdracht gekregen om een werkstuk te gaan maken

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Uw Referentie 2015Z10183 Datum 15 juni

Nadere informatie

Militairen naar Afghanistan en de Nederlandse politieke crisis

Militairen naar Afghanistan en de Nederlandse politieke crisis Militairen naar Afghanistan en de Nederlandse politieke crisis Vrijdag gaat de regering weer praten over de uitzending van militairen naar Afghanistan. De beslissing is op scherp gesteld door de uitspraken

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Datum 8 mei 2018 Betreft Beantwoording vragen van het lid Karabulut over het uitzetten van twee Russische inlichtingenmedewerkers

Datum 8 mei 2018 Betreft Beantwoording vragen van het lid Karabulut over het uitzetten van twee Russische inlichtingenmedewerkers Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 8 mei 2018 Betreft Beantwoording vragen van

Nadere informatie

Openingstoespraak van staatssecretaris De Vries voor de CDAbijeenkomst Ontwikkelingssamenwerking en 3D te Breda, 3 oktober 2008

Openingstoespraak van staatssecretaris De Vries voor de CDAbijeenkomst Ontwikkelingssamenwerking en 3D te Breda, 3 oktober 2008 Openingstoespraak van staatssecretaris De Vries voor de CDAbijeenkomst Ontwikkelingssamenwerking en 3D te Breda, 3 oktober 2008 Dames en heren, Goed hier te kunnen zijn. Nu bijna een jaar actief als staatssecretaris

Nadere informatie

Koninklijke Hoogheid, dames en heren,

Koninklijke Hoogheid, dames en heren, Toespraak minister Eimert van Middelkoop voor de opening van het symposium Strategische samenwerking met het bedrijfsleven Sourcing, een kwestie van keuzes maken, Koninklijke Militaire Academie, Breda,

Nadere informatie

Verslag Seminar. Parlementaire betrokkenheid bij besluitvorming over het uitzenden van militairen. 31 augustus 2007 Instituut Clingendael

Verslag Seminar. Parlementaire betrokkenheid bij besluitvorming over het uitzenden van militairen. 31 augustus 2007 Instituut Clingendael Verslag Seminar Parlementaire betrokkenheid bij besluitvorming over het uitzenden van militairen 31 augustus 2007 Instituut Clingendael 1 Achtergrond In juni 2006 verscheen het rapport Inzet met instemming

Nadere informatie

Rapport. Datum: 26 maart 1998 Rapportnummer: 1998/092

Rapport. Datum: 26 maart 1998 Rapportnummer: 1998/092 Rapport Datum: 26 maart 1998 Rapportnummer: 1998/092 2 Klacht Op 26 juni 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw B. te Drachten, met een klacht over een gedraging van Gak Nederland

Nadere informatie

Internationaal Toetsingskader voor Gewapende Humanitaire Interventie

Internationaal Toetsingskader voor Gewapende Humanitaire Interventie Internationaal Toetsingskader voor Gewapende Humanitaire Interventie Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten 7 maart 2001 Inhoudsopgave I Algemene overwegingen p. 2 II Criteria voor een toetsingskader

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248

Rapport. Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248 Rapport Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) in haar brief aan verzoekster van 25 februari 2000 heeft

Nadere informatie

Postbus Postbus EH s-gravenhage 2500 ES 's-gravenhage Telefoon Telefoon

Postbus Postbus EH s-gravenhage 2500 ES 's-gravenhage Telefoon Telefoon Ministerie van Ministerie van Justitie Defensie Postbus 20301 Postbus 20701 2500 EH s-gravenhage 2500 ES 's-gravenhage Telefoon 070-3707911 Telefoon 070-3188188 Aan: de Voorzitter van de Tweede Kamer der

Nadere informatie

3 september 2014. Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten

3 september 2014. Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten 3 september 2014 Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 30.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Directie Veiligheidsbeleid Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Onze Referentie BZDOC-951201123-28

Nadere informatie

1red , NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, uur

1red , NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, uur 1red18248 29-06-2007, NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, 22.50 uur MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE MINISTERRAAD, OVER HET ONDERZOEK NAAR EVENTUELE VERLENGING VAN DE MISSIE IN

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt er in vervolg op zijn bij de Nationale ombudsman op 5 februari 2008 ingediende klacht over dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) Rotterdam in het

Nadere informatie

De kwestie-irak en de verhouding VS-VN

De kwestie-irak en de verhouding VS-VN De kwestie-irak en de verhouding VS-VN Dick Leurdijk Het verloop van de kwestie-irak heeft in de loop der jaren (vanaf de Irakese bezetting van Koeweit in 1990) voor een belangrijk deel in het teken gestaan

Nadere informatie

Den Haag : 9 mei 2008 Ons kenmerk : S.A /K Uw Kenmerk : DB U Betreft : Inkoop ouderdomspensioen over achterliggende dienstjaren

Den Haag : 9 mei 2008 Ons kenmerk : S.A /K Uw Kenmerk : DB U Betreft : Inkoop ouderdomspensioen over achterliggende dienstjaren Aan de Staatssecretaris van Financiën, de heer mr. drs. J.C. de Jager, Ministerie van Financiën, Postbus 20 201 2500 EE DEN HAAG Den Haag : 9 mei 2008 Ons kenmerk : S.A.08.03728 /K Uw Kenmerk : DB 2008-00019

Nadere informatie

In de strijd tussen internationaal recht en internationale politiek: wie is David en wie is Goliath?

In de strijd tussen internationaal recht en internationale politiek: wie is David en wie is Goliath? Commentaar In de strijd tussen internationaal recht en internationale politiek: wie is David en wie is Goliath? BIBI VAN GINKEL* De verwachtingen waren op de ochtend dat de Commissie-Davids haar rapport

Nadere informatie

Overwegingen bij Nederlandse deelname aan VN-vredesoperaties: het beeld in conflict met de werkelijkheid Jaïr van der Lijn

Overwegingen bij Nederlandse deelname aan VN-vredesoperaties: het beeld in conflict met de werkelijkheid Jaïr van der Lijn Overwegingen bij Nederlandse deelname aan VN-vredesoperaties: het beeld in conflict met de werkelijkheid Jaïr van der Lijn Bij uitzending van militairen naar het buitenland verkiest de Nederlandse regering

Nadere informatie

Zie voor actuele informatie over welke landen dit protocol getekend en geratificeerd hebben http://www.unicef.org/crc/opcac-tableweb.

Zie voor actuele informatie over welke landen dit protocol getekend en geratificeerd hebben http://www.unicef.org/crc/opcac-tableweb. PROTOCOL KINDSOLDATEN Zie voor actuele informatie over welke landen dit protocol getekend en geratificeerd hebben http://www.unicef.org/crc/opcac-tableweb.htm Facultatief Protocol bij het Verdrag inzake

Nadere informatie

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK.

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK. DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK STARTPUNT In beginsel art. 2 (4) HVN: geweldsverbod interstatelijke betrekkingen Uitzonderingen:

Nadere informatie

Inhoud. Woord vooraf 11. Inleiding 15 DEEL I: THEORIE

Inhoud. Woord vooraf 11. Inleiding 15 DEEL I: THEORIE Inhoud 5 Inhoud Woord vooraf 11 Inleiding 15 DEEL I: THEORIE 1 Ethisch denken over oorlog en vrede 23 1.1 Inleiding 23 1.2 De theorie van de rechtvaardige oorlog: definitie en principes 23 1.3 Andere posities

Nadere informatie

Vraag 4 Om welke stoffen en welke hoeveelheden ging het? Van wie waren de stoffen afkomstig? Wie handelde in de stoffen?

Vraag 4 Om welke stoffen en welke hoeveelheden ging het? Van wie waren de stoffen afkomstig? Wie handelde in de stoffen? van de heer Bot, Minister van Buitenlandse Zaken, en mevrouw Van Gennip, Staatssecretaris van Economische Zaken, mede namens de heer Donner, Minister van Justitie, op vragen van het lid Van Velzen (SP)

Nadere informatie

GROENLINKS. Een alternatieve strategie voor Afghanistan OPPOSITIETAFEL

GROENLINKS. Een alternatieve strategie voor Afghanistan OPPOSITIETAFEL GROENLINKS Een alternatieve strategie voor Afghanistan OPPOSITIETAFEL Tweede-Kamerfractie GroenLinks 20 november 2007 Alternatieve strategie voor Afghanistan Kernboodschap De ISAF-missie in Afghanistan

Nadere informatie

Steven Dewulf Studiecentrum voor militair recht en oorlogsrecht KMS 15 mei 2013

Steven Dewulf Studiecentrum voor militair recht en oorlogsrecht KMS 15 mei 2013 Steven Dewulf Studiecentrum voor militair recht en oorlogsrecht KMS 15 mei 2013 Rechtsmachtrecht Misdrijven op Belgisch grondgebied gepleegd Misdrijven buiten het grondgebied van het Rijk gepleegd Territorialiteitsbeginsel

Nadere informatie

Werkstuk Aardrijkskunde Irak conflict

Werkstuk Aardrijkskunde Irak conflict Werkstuk Aardrijkskunde Irak conflict Werkstuk door T. 1373 woorden 12 december 2014 7 63 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Tussen wie gaat het conflict en wat is de kern van het conflict?

Nadere informatie

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Wetgeving en Juridische Zaken Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 27 925 Terroristische aanslagen in de Verenigde Staten Nr. 41 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter van

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.minbuza.nl Contactpersoon Karin Jager T +31 70 348 5514

Nadere informatie

Datum 12 februari 2016 Betreft Eerste Kamervragen Voortgangsrapportage NLse bijdrage internationale strijd tegen ISIS

Datum 12 februari 2016 Betreft Eerste Kamervragen Voortgangsrapportage NLse bijdrage internationale strijd tegen ISIS Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 12 februari 2016 Betreft Eerste

Nadere informatie

Schriftelijke vragen Van Bommel over de arrestatie van een Afghaanse burger in Kamp Holland en het gebruik van particuliere beveiligingsbedrijven

Schriftelijke vragen Van Bommel over de arrestatie van een Afghaanse burger in Kamp Holland en het gebruik van particuliere beveiligingsbedrijven Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Datum 29 februari 2008 Ons kenmerk D/2008003878

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2014 No. 47 Landsverordening van de 2 de juli 2014, tot wijziging van de Sanctielandsverordening inzake de wijze van implementatie van vastgestelde sanctieverordeningen

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag 13 februari

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag 13 februari Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Datum 13 februari Ons kenmerk C/200900249

Nadere informatie

No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012

No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012 ... No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012 Bij Kabinetsmissive van 18 juni 2012, no.12.001344, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, bij de Afdeling advisering

Nadere informatie

van Buitenlandse Zaken Postbus 20701 Postbus 20061 2500 ES s-gravenhage 2500 EB s-gravenhage Telefoon 070-3188188 Telefoon 070-3486486

van Buitenlandse Zaken Postbus 20701 Postbus 20061 2500 ES s-gravenhage 2500 EB s-gravenhage Telefoon 070-3188188 Telefoon 070-3486486 Ministerie van Ministerie van Defensie Buitenlandse Zaken Postbus 20701 Postbus 20061 2500 ES s-gravenhage 2500 EB s-gravenhage Telefoon 070-3188188 Telefoon 070-3486486 Aan: de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Staten-Generaal. 1 februari mei 2003 BERT BOMERT * Begroting

Staten-Generaal. 1 februari mei 2003 BERT BOMERT * Begroting Staten-Generaal 1 februari 2003 1 mei 2003 BERT BOMERT * Begroting Tijdens de behandeling van de begroting van het Ministerie van Defensie voor het jaar 2003 werd een groot aantal moties aanvaard, waarin

Nadere informatie

Missies zonder mandaat

Missies zonder mandaat Missies zonder mandaat REMMERT WESTERNENG Naar grotere parlementaire betrokkenheid bij uitzending van militairen? ONLANGS LANCEERDE MINISTER VAN Defensie Kamp het plan Nederlandse eenheden beschikbaar

Nadere informatie

Internetsites Terrorisme

Internetsites Terrorisme Internetsites Terrorisme Onderstaande internetsites hebben betrekking op het thema van dit nummer van Justitiële verkenningen. De selectie werd gemaakt door de tijdschriftredactie in samenwerking met de

Nadere informatie

Ja. Zie het Rapport Commissie van Onderzoek Besluitvorming Irak, paragraaf

Ja. Zie het Rapport Commissie van Onderzoek Besluitvorming Irak, paragraaf Vragen van het lid Van Bommel (SP) aan de minister van Buitenlandse Zaken over achtergehouden Irak-advies (ingezonden 20 januari 2009, kenmerk 2080910240) 1 Kent u het bericht «Buitenlandse Zaken hield

Nadere informatie

Terrorismebestrijding in de EU en de VS. Meer veiligheid ten koste van vrijheid?

Terrorismebestrijding in de EU en de VS. Meer veiligheid ten koste van vrijheid? Terrorismebestrijding in de EU en de VS Meer veiligheid ten koste van vrijheid? Prof. Dr. Gert Vermeulen Kiwanis Meetjesland Lembeke, 15 februari 2008 1 Benadering vergelijking regionale antwoord van...

Nadere informatie

De visie van de ChristenUnie op de Krijgsmacht

De visie van de ChristenUnie op de Krijgsmacht De visie van de ChristenUnie op de Krijgsmacht Samenvatting Vrijheid is het verdedigen waard. Onze vrijheid, en de vrijheid van onze medemens. In Nederland, Europa, het Westen, in de wereld. De krijgsmacht

Nadere informatie

EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM

EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM Napels, 2 december 2003 AANBEVELING VAN HET EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM AAN DE VIde EURO-MEDITERRANE MINISTERSCONFERENTIE betreffende de oprichting van een Euro-Mediterrane

Nadere informatie

Examen VWO. Maatschappijleer (oude stijl en nieuwe stijl)

Examen VWO. Maatschappijleer (oude stijl en nieuwe stijl) Maatschappijleer (oude stijl en nieuwe stijl) Examen VWO Vragenboekje Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 19 juni 9.00 12.00 uur 20 02 Voor dit examen zijn maximaal 86 punten te

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2017 No. 19 Besluit van de 21 ste maart 2017 tot afkondiging van het Besluit van de Minister van Veiligheid en Justitie van 2 maart 2017, nr. 2050307, tot vaststelling

Nadere informatie

A 2010 N 93 PUBLICATIEBLAD

A 2010 N 93 PUBLICATIEBLAD A 2010 N 93 PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 28 ste september 2010 ter uitvoering van de artikelen 2, 3 en 4 van de Sanctielandsverordening 1, houdende de implementatie

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Wetgeving voor veteranen

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Wetgeving voor veteranen Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Datum Ons kenmerk Onderwerp Wetgeving voor

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Sector Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I Opgave 2 Defensiesamenwerking in Europa Bij deze opgave horen tekst 3, figuur 1 en tekst 4. Inleiding In december 2017 is in de Europese Unie (EU) op het gebied van defensie een Permanente Gestructureerde

Nadere informatie

Evaluatie inzet OEF fregat. 3 oktober januari 2005

Evaluatie inzet OEF fregat. 3 oktober januari 2005 3 oktober 2004-14 januari 2005 Inhoud 1. INLEIDING 3 1.1 Algemeen 3 1.2 Opzet van de evaluatie 3 2. ACHTERGRONDEN VAN DE OPERATIE 3 3. ELEMENTEN VAN HET TOETSINGSKADER 4 3.1 Gronden voor deelname 4 3.2

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 669 Verslag van de commissie voor de Inlichtingenen Veiligheidsdiensten over haar werkzaamheden in het jaar 2001 en in de eerste zeven maanden

Nadere informatie