Voorstel Eigenrisicodragerschap WGA

Transcriptie

1 Voorstel Eigenrisicodragerschap WGA Opgesteld door: PROambt juli augustus 2010 Blad 1 van 18

2 Inhoudsopgave Voorstel Eigenrisicodragerschap WGA... 1 Inhoudsopgave... 2 Samenvatting... 3 Financiële WGA-risico's voor uw organisatie... 4 Eigenrisicodragerschap... 5 Maatwerk en ondersteuning door verzekeraar... 6 Tegenwerpingen rond het eigenrisicodragerschap... 7 Premieoverzicht alternatieven (inclusief werkgeverslasten!)... 8 Eigenrisicodrager zonder risico!... 8 Overwegingen bij besluitvorming... 9 BIJLAGEN Risico's van ziekte en arbeidsongeschiktheid Risico WGA Uw organisatie is aangesloten bij UWV Uw organisatie draagt WGA-risico in eigen beheer Uw organisatie wil het WGA-risico privaat verzekeren Conclusie WGA-risico Kosten privatisering Wie en wat is PROambt? Profielen Verzekeraars WIA Begrippen en Regeling augustus 2010 Blad 2 van 18

3 Samenvatting Momenteel is uw organisatie voor de WGA publiekrechtelijk verzekerd bij het UWV en betaalt de uw organisatie naast de basispremie de gedifferentieerde WGA-premie. Rondom de WGA zijn enkele belangrijke - sterk kostenverhogende - ontwikkelingen: De werkgever betaalt in principe een rekenpremie voor de WGA (stijging %). Omdat veel organisaties met een laag risicoprofiel uittreden blijven de organisaties met hogere risicoprofielen vooralsnog aangesloten bij het UWV, met als gevolg een steeds verder stijgende WGA-premie. De gedifferentieerde premie is een opslag op de rekenpremie WGA, die afhankelijk is van de WAO- en WIA-instroom vanuit de werkgever in de afgelopen 5 jaar. De gedifferentieerde premie is dus feitelijk een boete voor de werkgever die gerelateerd is aan de instroom vanuit die werkgever in de WGA in de afgelopen 5 jaar. Het kabinet is voornemens om per 2011 de WGA volledig te privatiseren; dat betekent dat alle werkgevers verplicht worden om op dat moment eigenrisicodrager te worden. Echter alle lopende WGA-uitkeringen zullen dan waarschijnlijk achterblijven bij het UWV. De kosten van deze uitkeringen worden omgeslagen over alle werkgevers die tot het laatste moment bij het UWV verzekerd zijn. Naar verwachting kost dit uw organisatie 2,5% van de loonsom. De rekenpremie WGA bij UWV wordt de komende jaren fors hoger. De gedifferentieerde premie WGA is afhankelijk van de eigen WIA-instroom. Bij privatisering van de WGA loopt u risico op een WGA-boete wegens afwikkeling uitlooprisico (2,5% van de loonsom). De kosten van de publieke UWV-verzekering zijn voor de komende jaren redelijk vooraf te bepalen. De kosten van een private WGA-verzekering zijn daarentegen vooraf tot in detail bekend. 15 augustus 2010 Blad 3 van 18

4 Financiële WGA-risico's voor uw organisatie Momenteel is uw organisatie voor de WGA aangesloten bij het UWV en betaalt uw organisatie de gedifferentieerde WGA-premie. Naast de WGA-premies betaalt uw organisatie ook de reguliere WAO en IVA premie (samen 5,7%); die blijven in alle scenario's gewoon doorlopen, en spelen in deze vergelijking verder geen rol. Rekenpremie WGA De werkgever betaalt in principe een rekenpremie voor de WGA. Omdat veel organisaties met een laag risicoprofiel (weinig of geen WGA-instroom) uittreden, blijven de organisaties met hogere risicoprofielen vooralsnog aangesloten bij het UWV, met als gevolg een verder stijgende WGA-premie. En dus wordt het ieder jaar voor een grotere groep werkgevers financieel aantrekkelijker om uit het publieke stelsel te stappen. Uw organisatie overweegt eigenrisicodrager te worden per 1 januari Ter info: De rekenpremie WGA stijgt per 1 januari 2010 van 0,47% naar 0,59% (+ 25%)! Deze rekenpremie mag niet verward worden met de gedifferentieerde WGA-premie. De rekenpremie is een factor in de interne berekening bij UWV voor de gedifferentieerde premie. Gedifferentieerde premie WGA De gedifferentieerde premie is een opslag (of een korting) op de rekenpremie WGA, die afhankelijk is van de WAO- en WIA-instroom vanuit de werkgever in de afgelopen 5 jaar. De gedifferentieerde premie is dus feitelijk een boete voor de werkgever die gerelateerd is aan de WGA-instroom vanuit die werkgever in de afgelopen 5 jaar. Stel uw gemeente wordt geconfronteerd met een opslag van bijvoorbeeld 0,43 procentpunt bovenop de rekenpremie WGA. Dat lijkt niet veel, maar leidt in een gemeente met inwoners tot een extra premie van circa per jaar gedurende 5 jaar! Het kost gewoon ! Correctiefactor WGA verdubbeld Voor bedrijven met WGA-instroom in het recente verleden zal de premie in 2011 hoger uitkomen. De kans is zelfs aanwezig dat men, in plaats van een beperkte toeslag in 2010, in 2011 voor de maximale premie zal worden aangeslagen. Dit wordt veroorzaakt door de sterke verhoging van de correctiefactor met maar liefst 113%. Was in 2009 de correctiefactor nog 0,69 in 2010 wordt de correctiefactor 1,47. Dit houdt in dat WGAuitkeringen in 2009 bij de bepaling van het premiepercentage voor 2011 bijna anderhalf keer meetellen! Privatisering Het kabinet is voornemens om per 2011 de WGA volledig te privatiseren; dat betekent dat alle werkgevers verplicht worden om op dat moment eigenrisicodrager te worden. Echter alle lopende WGA-uitkeringen zullen dan waarschijnlijk achterblijven bij het UWV. De kosten van deze uitkeringen worden omgeslagen over alle werkgevers die tot het laatste moment bij het UWV verzekerd zijn. Zie bijlage Kosten Privatisering voor een nadere toelichting. Naar verwachting zal deze omslagpremie de werkgever het eerste jaar na privatisering minimaal 0,37% van de loonsom kosten. Deze omslagpremie wegens afwikkeling uitlooprisico daalt met circa 20% per jaar, zodat de totale kosten van dit scenario over 5 jaar 15 augustus 2010 Blad 4 van 18

5 2,5% zijn. Voor een gemeente van inwoners is dat een kostenpost van Alleen dit lijkt al voldoende reden om tijdig op te zeggen Voorliggende vraag De rekenpremie WGA wordt (de komende jaren) fors hoger. De gedifferentieerde premie WGA is afhankelijk van de eigen WIA-instroom en stijgt bovendien door de gestegen correctiefactor. Bij privatisering loopt u risico op een WGA-boete wegens afwikkeling uitlooprisico (2,5% van de loonsom). Een grondige risicoanalyse geeft u concreet inzicht in de kostenbesparing en uw financiële zekerheid voor de komende jaren. Uit onze ervaring in de afgelopen maanden blijkt dat door nagenoeg alle overheidsorganisaties forse besparingen zijn te realiseren. Nu kiezen om niet uit te treden is een keuze die kan leiden tot een privatiseringsboete. De kosten van de publieke UWV-verzekering zijn voor de komende jaren - binnen bepaalde marges - redelijk vooraf te bepalen. De kosten van een private WGA-verzekering zijn vooraf bekend, inclusief de kosten van het inlooprisico. Deze premie is uitsluitend gebaseerd op de WIA-instroom en NIET op de WAO-instroom. De private verzekering is goedkoper en ligt voor meerdere jaren vast. Eigenrisicodragerschap Wat komt er kijken bij het eigenrisicodragen? De gedifferentieerde WGA-premie draagt u niet meer af als u eigenrisicodrager wordt, maar dan betaalt u natuurlijk wel zelf maximaal tien jaar de WGA-uitkering aan uw (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte werknemers. Verder bent u verantwoordelijk voor de wettelijke reintegratieverplichtingen en draagt u de kosten daarvan. Ook wordt onder andere van u verwacht dat u een bezwaarprocedure in uw bedrijf inricht. Zowel bij het uitoefenen van de re-integratietaak als bij het opleggen van een maatregel (sanctie) worden eigenrisicodragers als een bestuursorgaan aangemerkt. De (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte werknemer moet dan bezwaar kunnen maken tegen de genomen beslissing om een maatregel op te leggen. Gaat u dit doen? Draagt u het risico dan zelf of gaat u zich hier voor verzekeren? Het is belangrijk om hier zorgvuldig naar te kijken, want het is zeker niet aan alle werkgevers aan te raden om eigenrisicodrager te worden. Kiest u echter voor het verzekeren van het eigenrisicodragen, dan bent u verzekerd tegen het financiële risico en krijgt u hulp bij wettelijk opgelegde verplichtingen. Bovendien draagt het eigenrisicodragerschap bij aan administratieve lastenverlichting, omdat de verzekeraar veel werk overneemt. Belangrijk: is een werknemer wel of niet te verzekeren? Het is voor u van belang om precies te weten of u uw werknemers wel of niet kunt verzekeren, en wat dat kan betekenen voor de keuze om eigenrisicodrager te worden. Met de WGA-verzekering is het inlooprisico niet standaard verzekerd, maar het uitlooprisico wel, uiteraard op basis van de polisvoorwaarden. Inlooprisico U dient bij uw afweging om eigenrisicodrager te worden alert te zijn op werknemers, exwerknemers én ook toekomstige werknemers, die op het moment dat u eigenrisicodrager wordt al ziek zijn of al een WGA-uitkering ontvangen. Zij zijn niet standaard meeverzekerd op de WGA-verzekering en - zodra u eigenrisicodrager wordt - neemt ook het UWV de 15 augustus 2010 Blad 5 van 18

6 kosten voor enige uitkering niet meer voor haar rekening. Als eigenrisicodrager draagt u dan voor deze (ex-) werknemers en toekomstige werknemers zelf de uitkeringslasten. Dit geldt ook voor ex-werknemers, die na een gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid van maximaal 35%, middels ontslag de organisatie hebben verlaten. Indien deze werknemers - door herkeuring - recht op een uitkering krijgen, zullen de daaruit voortvloeiende kosten voor uw rekening komen. Verzekeraars kunnen het inlooprisico verzekeren tegen betaling van een eenmalige premie. Daarmee nemen zij het volledige inlooprisico van uw organisatie over. Uitlooprisico Bij beëindiging van de private WGA-verzekering is het uitlooprisico wel verzekerd. Onder uitlooprisico verstaan we de uitkeringslasten na twee jaar van ziekte van (ex-)werknemers die op het moment van beëindiging van de verzekering al ziek zijn en die op de vastgestelde eerste ziektedag een dienstverband met de werkgever hebben. Daarnaast dient de werknemer ziek te zijn geworden gedurende de looptijd van de verzekering. Ook (ex-) werknemers die al een WGA-uitkering hebben en die aan dezelfde criteria voldoen als hierboven zijn vermeld, ontvangen een uitkering voor de duur van maximaal tien jaar. Toekomstig overstappen Bij overstappen vanuit het UWV naar een private verzekeraar moet u eenmalig het uitlooprisico bij het UWV als inlooprisico bij een verzekeraar financieren. Bij toekomstig overstappen van de ene private verzekeraar naar een andere private verzekeraar behoeft u geen rekening meer te houden met inloop of uitloop. Het uitlooprisico blijft per definitie bij de vorige verzekeraar achter. Het inlooprisico valt bij toekomstig overstappen samen met het uitlooprisico bij de vorige verzekeraar. WGA-verzekering Met de private WGA-verzekering verzekert u de drie uitkeringsvormen die binnen de WGAregeling bestaan. Te weten de loongerelateerde uitkering, de loonaanvullinguitkering en de vervolguitkering. De verschillende uitkeringen kunnen maximaal tien jaar worden verstrekt, nadat het recht op de uitkering is ontstaan. De WGA-verzekering voorziet ook in ondersteuning bij uw re-integratieverplichtingen. Het administratieve proces dat nodig is om uit te treden bij het UWV nemen wij voor u volledig uit handen. Maatwerk en ondersteuning door verzekeraar De aanpak van PROambt wordt gekenmerkt door maatwerk: Maatwerk in de analyse van het WGA-risico. De individuele casuïstiek van een overheidsorganisatie wordt integraal doorgerekend op zijn gevolgen voor het eigenrisicodragerschap voor uw organisatie; Maatwerk in de selectie van de verzekeraars; Maatwerk gedurende de gehele looptijd van de verzekering. Ondersteuning bij re-integratie De verzekeraar biedt aan uw organisatie ondersteuning voor de re-integratie van verzekerde werknemers met arbeidsongeschiktheid. Deze kosteloze ondersteuning kan bestaan uit bijvoorbeeld: selecteren van en verwijzen naar een arbeidsdeskundige, die een reintegratieadvies opstelt; 15 augustus 2010 Blad 6 van 18

7 selecteren en verwijzen naar bedrijven die uitvoering van het re-integratie advies verzorgen; advies over verkrijgen van financiële vergoedingen uit wettelijke subsidie mogelijkheden en andere verzekeringen. Kostenvergoeding bij re-integratie De gemaakte kosten aan revalidatie, her- en bijscholing worden boven de uitkering vergoed indien: de verzekeraar vooraf goedkeuring heeft verleend en; tot doel heeft het arbeidsvermogen geheel of gedeeltelijk te herstellen en; de kosten niet behoren tot de normale geneeskundige behandeling en; geen aanspraak uit andere hoofde op de vergoeding van deze kosten bestaat. Tegenwerpingen rond het eigenrisicodragerschap De meest gehoorde tegenwerpingen en bezwaren rond het eigenrisicodragerschap voor de WGA worden aangestipt. Veel administratieve rompslomp Het UWV verzorgt de uitkeringen en stelt de specificatie op voor de werkgever. De werkgever stuurt de specificatie door naar de verzekeraar en de verzekeraar betaalt het UWV. Kortom er is geen administratieve rompslomp voor uw organisatie. Veel re-integratieverplichtingen gedurende 10 jaar Re-integratieverplichtingen zijn het meest effectief in de eerste twee jaar (Poortwachter). Als het werk in de eerste fase van 2 jaar goed is gedaan, dan valt het daarna erg mee. Een mogelijk bezwaar wegens de langdurige re-integratieverantwoordelijkheid snijdt derhalve geen hout. Vergoeding re-integratiekosten Een veelgehoord bezwaar tegen eigenrisicodragerschap voor de WGA is dat een verzekeraar geen re-integratiekosten vergoed en het UWV wel. Dit bezwaar is niet terecht. Ook het UWV komt pas in beeld na twee jaar en vergoed kosten op basis van een kosten / baten analyse; een verzekeraar heeft - ondanks het winstoogmerk - een groot financieel belang bij voortvarende aanpak van de re-integratie en zal zeker financieel bijdragen aan vroegtijdige re-integratie. Het is dus eerder omgekeerd. Inrichten beroeps- en bezwaarprocedures Enerzijds zijn beroeps- en bezwaarprocedures ook voor het UWV een uitzondering, anderzijds zal de verzekeraar de werkgever hierbij ondersteunen. Voor de eigenrisicodrager lijken de bezwaren omtrent het inrichten van de wettelijk vereiste en ingewikkelde procedures daarmee ongegrond. Bestaande zieken en WGA-ers Voor grotere organisaties zijn bestaande zieken en lopende WGA-uitkeringen bij het begin van een verzekering een normaal verschijnsel. Verzekeraars bieden mogelijkheden om dit 15 augustus 2010 Blad 7 van 18

8 zogenaamde "inloop" risico mee te verzekeren. Bestaande ziektegevallen of lopende WGAuitkeringen staan het eigenrisicodragerschap dus niet in de weg. Ik kan niet meer weg! Een veelgehoord bezwaar over het verzekeren van het eigenrisicodragerschap is: "Ik zit dan vast aan een verzekeraar en die zal de premie ongetwijfeld gaan verhogen". Bij verzekeraars zijn het tijdelijke contracten met looptijd van 3 of 5 jaar; daarna kunt u kiezen voor een andere verzekeraar. Bovendien bieden verzekeraars een gegarandeerde premie voor de eerste 3 jaar. Ook is het uitlooprisico gedekt (alle zieken en WGA-ers blijven bij de "oude" verzekeraar). Na afloop van de contractsperiode of bij tussentijdse sterke premiestijging kunt u "schoon" kiezen voor een andere verzekeraar en blijven de zieken en WGA-ers bij de oude verzekeraar achter. UWV pakt re-integratie voortvarender aan dan verzekeraars Het UWV is een administratiefabriek die regels uitvoert; alle daaruit voortvloeiende kosten worden aan werkgevers doorbelast. Het UWV heeft geen belang bij kostenbesparing, sterker nog succesvolle re-integratie leidt tot leegloop in hun organisatie. Verzekeraars daarentegen hebben evenals werkgevers een financieel belang bij beheersing van kosten en succesvolle re-integratie. Een uitgebreid onderzoek van TNO in 2008 komt tot de conclusie dat verzekeraars succesvoller zijn bij re-integratie dan het UWV. Premieoverzicht alternatieven (inclusief werkgeverslasten!) Deze informatie is specifiek voor uw organisatie berekend zal door de Regio Directeur persoonlijk aan u worden uitgereikt. Eigenrisicodrager zonder risico! In het voorstel van PROambt zijn de private verzekeringsmogelijkheden gedetailleerd uitgewerkt, evenals de kosten van het zogenaamde inlooprisico. U loopt dus geen extra risico door uit te treden uit het publieke bestel. Indien u besluit tot privaat verzekeren van het WGA-risico kunt u wel flink op de kosten besparen. Bovendien bieden private verzekeraars onderstaande meerwaarde: U heeft geen eigen risico; De premie is - gedurende de looptijd van het driejarige contract - een gegarandeerd percentage van de loonsom; Administratieve rompslomp wordt overgenomen door verzekeraar; Verhaal van loonkosten op aansprakelijke derde ingeval van ongeval etc; Uitlooprisico (bij beëindigen van de verzekering) is altijd en volledig gedekt; Werknemers die op de ingangsdatum van de verzekering reeds een WGAuitkering ontvangen kunnen verzekerd worden (inlooprisico); Financiële bijdrage van de verzekeraar voor re-integratie van werknemers. 15 augustus 2010 Blad 8 van 18

9 Overwegingen bij besluitvorming Bij een zorgvuldige besluitvorming zullen onderstaande stappen opeenvolgend moeten worden doorlopen. Financieel voordeel Primair vaststellen of er financieel voordeel is te realiseren: Vergelijken van de basispremie; Vergelijken van het inlooprisico; Inschatten van de privatiseringsboete; Afwegen van de jaarlijks stijgende rekenpremie UWV versus gegarandeerd gelijkblijvende private premie. Indien er geen financieel voordeel is te realiseren gedurende de eerstvolgende 5 jaar, dan in beginsel in het publieke bestel blijven. Indien er wel een financieel voordeel is te realiseren dan in beginsel overstappen naar een private verzekering, tenzij onderstaande overwegingen tot andere conclusies leiden. Bijkomend voordeel Secundair vaststellen van bijkomende voordelen: Stabiliteit begroting over reeks van jaren; Risicobeheersing; Kostenbesparing; Ondersteuning sociaal beleid. De gelijkblijvende premie van een private verzekering draagt meer bij aan stabiliteit van de meerjarenbegroting dan een jaarlijks sterk stijgende UWV-premie. De koopsom voor het inlooprisico is eenmalig. Fasering Als u kiest voor het eigenrisicodragerschap voor de WGA, dan kunt u overstappen naar een private WGA-verzekering. Ons advies is, doe het tijdig! Zodra het Kabinet tot definitieve besluitvorming komt, bent u te laat... Belangen Overigens is het van belang om te realiseren dat het UWV een administratieve uitvoerder is van wettelijk beleid en alle daaruit voortvloeiende kosten eenvoudig worden doorbelast aan de werkgever. Een verzekeraar daarentegen heeft - evenals de werkgever - een fors financieel belang bij "duurzame re-integratie" van de werknemer. De werkgever en de verzekeraar hebben dus soortgelijke belangen! 15 augustus 2010 Blad 9 van 18

10 BIJLAGEN Risico's van ziekte en arbeidsongeschiktheid Wat is het probleem? Medewerkers zijn mensen en mensen worden wel eens ziek. Ziekteverzuim kost geld: het salaris moet doorbetaald worden en de werkgever betaalt derhalve de rekening. Het traject ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid kost uw organisatie normaliter bij een verondersteld ziekteverzuim van 5% - minimaal 10% van de totale personeelskostenbegroting, terwijl hier geen enkele productieve prestatie tegenover staat. Qua aanpak is er vanuit personeelsoptiek een nauwe samenhang tussen enerzijds ziekteverzuim (eerste twee jaar van ziekte) en WGA-instroom (derde en latere jaren) en anderzijds een scala aan re-integratie activiteiten. En waar praten wij over in termen van geld? Als een werknemer met een jaarsalaris van eerst ziek en later gedeeltelijk arbeidsongeschikt wordt, ontstaat qua kosten het onderstaande beeld. Een gezonde (en productieve) werknemer kost inclusief werkgeverslasten circa per jaar. Een zieke werknemer kost over een periode van 7 jaar bijna viermaal dat bedrag. Voor een zieke werknemer lopen deze loonkosten gedurende de eerste twee jaar door (170% van het jaarsalaris), inclusief de werkgeverslasten daarover. Herbezetting hebben we in dit plaatje nog niet meegewogen. Daarbovenop komt de WGA-boete (extra gedifferentieerde premie): bijna per jaar gedurende 5 jaar ( ). De kosten van re-integratie kunnen moeiteloos een bedrag van per jaar te boven gaan. All-in bedragen de totale kosten daarmee ruim Aangezien de kosten van vervanging buiten beschouwing zijn gelaten, is de productiviteit nihil Gezonde werknemer Zieke werknemer WGA-Boete Werkgeverslasten Salaris WGA-boete Reintegratie Risico WGA De hoofdregel bij arbeidsongeschiktheid is, dat de "vervuiler" betaalt. D.w.z. dat de werkgever - binnen zekere grenzen - alle kosten als gevolg van de arbeidsongeschiktheid van een werknemer draagt. De werkgever moet zich maximaal inspannen om de gevolgen 15 augustus 2010 Blad 10 van 18

11 van de arbeidsongeschiktheid te beperken, helpen met vervangende arbeid en, als dat allemaal onvoldoende bijdraagt aan voorkómen van (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid, in beginsel de totale uitkeringskosten gedurende de daarop volgende 10 jaar moeten dragen. Per saldo wordt de eigenrisico-termijn van 2 jaar (Ziektewet) opgerekt naar 12 jaar (WGA). Hieronder is de focus gericht op de kosten en risico's voor de werkgever. Op dit moment bent u voor het WGA-risico óf publiek verzekerd bij het UWV óf eigenrisicodrager óf verzekerd bij een private partij. Deze situaties worden apart besproken. Bij veel overheidsorganisaties is de WIA-instroom lager dan in het bedrijfsleven; voornamelijk doordat de overheid reeds van oudsher veel aandacht en dus geld - besteedt aan (gedeeltelijk) arbeidsongeschikten. Daarom hebben overheidsorganisaties een grote kans op besparingen. Bovendien zijn de besparingen op de korte termijn redelijk nauwkeurig te berekenen, zodat onverwachte toekomstige gebeurtenissen nauwelijks een rol spelen. Uw organisatie is aangesloten bij UWV Tot voor enkele jaren waren alle werkgevers verplicht aangesloten bij het UWV en betaalden zij de gedifferentieerde WGA-premie. Naast de WGA-premies betaalt een werkgever ook de reguliere WAO en IVA premie (5,7%); die blijven in alle scenario's gewoon doorlopen, en spelen in deze vergelijking verder geen rol. Rekenpremie WGA De werkgever betaalt in principe een rekenpremie voor de WGA. Omdat veel organisaties met een laag risicoprofiel uittreden blijven de organisaties met hogere risicoprofielen vooralsnog aangesloten bij het UWV, met als gevolg een verder stijgende WGA-premie. En dus wordt het ieder jaar voor een grotere groep werkgevers financieel aantrekkelijker om uit het publieke stelsel te stappen. De eerstvolgende mogelijkheid om eigenrisicodrager te worden is per 1 januari Het kabinet is voornemens om per 2011 de WGA volledig te privatiseren; dat betekent dat alle werkgevers verplicht worden om op dat moment eigenrisicodrager te worden. Echter: alle lopende WGA-uitkeringen zullen dan waarschijnlijk achterblijven bij het UWV. De kosten van deze uitkeringen worden omgeslagen over alle werkgevers die tot het laatste moment bij het UWV verzekerd zijn. Naar verwachting zal deze omslagpremie de werkgever het eerste jaar minimaal 0,37% van de loonsom kosten. Deze omslagpremie wegens afwikkeling uitlooprisico daalt met circa 20% per jaar, zodat de totale kosten van dit scenario over 5 jaar 2,5% zijn. Voor een gemeente van inwoners is dat een kostenpost van Alleen dit lijkt al voldoende reden om tijdig op te zeggen Gedifferentieerde premie WGA De gedifferentieerde premie is een opslag op de rekenpremie WGA, die afhankelijk is van de WAO- en WIA-instroom vanuit de werkgever in de afgelopen 5 jaar. De gedifferentieerde premie is dus feitelijk een boete voor de werkgever die gerelateerd is aan de instroom vanuit die werkgever in de WGA. Stel uw gemeente wordt geconfronteerd met een opslag van 0,43 procentpunt bovenop de rekenpremie WGA. Dat lijkt niet veel, maar leidt in een gemeente met inwoners tot een extra premie van circa per jaar gedurende 5 jaar! Het kost gewoon ! 15 augustus 2010 Blad 11 van 18

12 Uw organisatie draagt WGA-risico in eigen beheer De WIA (wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen) geeft de werkgever de mogelijkheid om nu al eigenrisicodrager te worden voor de WGA. Indien u het WGA-risico in eigen beheer draagt, betaalt u geen rekenpremie WGA aan het UWV en wordt u per definitie niet geconfronteerd met extra gedifferentieerde premie. Indien echter een van uw zieke werknemers door een UWV-keuring een recht op een WGA-uitkering wordt verleend, komen alle kosten daarvan voor rekening van de werkgever. Dit betreft als eerste de totale uitkeringskosten gedurende maximaal 10 jaar (vanaf 2 jaar na eerste ziektedag tot 12 jaar na eerste ziektedag) en gezien deze enorme kostenpost zult u geneigd zijn om intensieve re-integratie activiteiten te ontplooien. Als tweede komen ook de kosten daarvan komen voor uw rekening, ongeacht of een re-integratie succesvol wordt afgerond of niet. Kortom dit is alleen verantwoord bij een organisatie met een zeer groot aantal werknemers, waarbij men dient te denken aan minimaal duizenden werknemers. Uw organisatie wil het WGA-risico privaat verzekeren Privaat verzekeren van het WGA-risico combineert de voordelen van beide systemen: U realiseert een besparing die uitsluitend kan worden gerealiseerd door uit het publieke bestel te stappen. U wentelt de risico's van eigenrisicodragerschap volledig af op een private verzekering. Daarmee ontstaat er een derde partij die baat heeft bij een laag verzuim en lage instroom in de WGA. Uw organisatie realiseert daarmee een kostenbesparing en risicobeheersing die vooraf is te berekenen. Inlooprisico Vanaf het moment dat uw organisatie eigenrisicodrager wordt, loopt uw organisatie ook het risico voor zowel alle lopende WGA-uitkeringen als voor mogelijke toekomstige WGAuitkeringen welke voortvloeien uit lopende ziektegevallen. Een private verzekering geeft standaard geen dekking voor deze zogenaamde "inlooprisico's", er is namelijk geen sprake van een "onzeker" voorval. In de praktijk zijn verzekeraars bereid het inlooprisico toch te verzekeren. PROambt houdt bij een risicoanalyse uitdrukkelijk rekening met deze kosten. Van groot belang is om vooraf een grondige analyse te maken van de specifieke situatie van uw organisatie, zodat -rekening houdend met de relevante factoren- de voor- en nadelen van private verzekering in kaart kunnen worden gebracht. Wij zorgen dat uw risico's op het gebied van "inloop" en "uitloop" expliciet in de vergelijking worden meegenomen, zodat u niet met onverwacht ongedekte restrisico's blijft zitten. Hierbij is ook van belang dat de gedifferentieerde premie van het UWV gebaseerd is op zowel de WAO- als de WGAinstroom, terwijl private verzekeraars uitsluitend naar de WGA-instroom kijken! 15 augustus 2010 Blad 12 van 18

13 Conclusie WGA-risico Het eigenrisicodragerschap voor het WGA-risico klinkt als begrip heel zwaar. Echter in de praktijk zijn de cruciale verschillen tussen een publieke en private variant eenvoudig als volgt samen te vatten: De publieke UWV-verzekering kent een jaarlijks stijgende rekenpremie WGA, terwijl een private verzekeraar een premie hanteert die voor 3 of 5 jaar vaststaat. De publieke UWV-verzekering hanteert een jaarlijks wisselende gedifferentieerde premie, terwijl een private verzekeraar vooraf een vaste prijs afgeeft voor het inlooprisico. Door nú te kiezen voor een private verzekering bespaart u zich de "privatiseringsboete" bij wettelijke privatisering van de WGA. Bij een publieke UWV-verzekering heeft u na twee jaar geen enkele invloed op het re-integratieproces, terwijl u bij een private verzekeraar zelf direct invloed heeft op het proces. Uw afweging inzake het eigenrisicodragerschap voor de WGA betreft dus niet zozeer de vraag of u wel of niet moet uitstappen uit het publieke bestel, aangezien aanstaande wetswijzigingen leiden tot volledige privatisering van de WGA met alle bijkomende kosten. Veeleer is het voor uw organisatie nuttig om het juiste moment van uittreden te bepalen. Conclusies De rekenpremie WGA wordt (de komende jaren) fors hoger. De gedifferentieerde premie WGA is goed voorspelbaar voor de komende jaren. Indien u kiest om niet uit te treden, wordt u bij (de aanstaande) privatisering geconfronteerd met een WGA boete wegens afwikkeling uitlooprisico (2,5% van de loonsom). De kosten van de publieke UWV-verzekering zijn voor de komende jaren binnen bepaalde marges - redelijk vooraf te bepalen. De kosten van een private WGA-verzekering zijn vooraf nauwkeurig bekend, inclusief de kosten van het inlooprisico. Deze premie is uitsluitend gebaseerd op de WIA-instroom en NIET op de WAO-instroom. Kortom ==> Een grondige risicoanalyse geeft u (VOORAF!) financiële zekerheid voor 2011 en een betrouwbare indicatie voor de volgende jaren. In de meeste situaties zijn forse besparingen te realiseren. Nu kiezen om niet uit te treden is ook een keuze, die mogelijk "bestraft" wordt door de privatiseringsboete. Tijdlijn Nadat u besloten heeft tot een private verzekering, moet e.e.a. tijdig geregeld worden. Om per 1 januari 2011 eigenrisicodrager te worden, zult u uiterlijk per 1 oktober 2011 de Belastingdienst moeten informeren. Het formulier "Aanvraag Eigenrisicodragerschap voor de WGA" vindt u achterin dit voorstel. Wilt u dit formulier en de Akkoordverklaring zo snel mogelijk sturen naar PROambt. Wij nemen u dan alle zorgen uit handen augustus 2010 Blad 13 van 18

14 Kosten privatisering Uitvoering Regeerakkoord In 2009 heeft het kabinet de evaluatie van de WGA laten uitvoeren. Deze is nu afgerond. Naar verwachting wordt in 2011 door het Kabinet besloten over privatisering. Het is nog niet zeker of dit doorgaat en zo ja, in welke vorm. Uitgaande van volledige privatisering is één specifiek punt van groot belang. Besluit het kabinet (conform het regeerakkoord) tot volledige privatisering, dan zal vanaf dat moment waarschijnlijk per direct de mogelijkheid van vrijwillig eigenrisicodragerschap worden beperkt. Pemba (eigenrisicodragerschap WAO) Dit scenario heeft zich eerder ook bij de Pemba (WAO Eigenrisicodragen) voltrokken. Op het moment dat de privatisering kenbaar wordt gemaakt, zou dat leiden tot een enorme uitstroom naar verzekeraars. Niet iedere werkgever kan echter zomaar overstappen (denk aan financiering van inlooprisico's). Een beperkt deel van de werkgevers zou dan achterblijven en alleen deze kleinere groep zou de volledige uitloopkosten van het publieke bestel moeten betalen. Wat bedoelen we met uitloopkosten? Op het moment van privatisering moeten alle uitkeringen waarvan de 10-jaarstermijn (doorbelasting aan de werkgever) nog niet is verstreken, nog wel gefinancierd worden. Deze rekening zal worden neergelegd bij alleen die werkgevers welke op dat moment nog in het publiek bestel zitten. Immers, de werkgevers welke de afgelopen jaren (en nu nog) er zelf voor kozen om eigenrisicodrager te worden, hebben toen ook direct al hun eigen inlooprisico meegenomen. Het zou niet redelijk zijn hen hiervoor een tweede maal te belasten. Privatiseringsboete Deskundigen verschillen van mening over de kosten van het uitlooprisico bij privatisering. De geluiden variëren van 2% tot ruim 5% totaal in de komende jaren. Met de nodige voorzichtigheid hanteert PROambt een percentage van 2,5%. Niet bekend is hoeveel dit exact zal worden; wel is duidelijk dat er bij privatisering nog een forse schadelast in het publiek bestel zit. Dit moet hoe dan ook gefinancierd worden. De werkgevers welke er niet voor kiezen om eigenrisicodrager te worden, lopen een gerede kans dat deze rekening bij hen neergelegd gaat worden. Het zou zomaar kunnen (afhankelijk van politieke besluitvorming) dat 1 januari 2011 de laatste mogelijkheid is om hiervoor als werkgever vrijwillig te kiezen. Waarschuwing PROambt hanteert voorzichtigheidshalve als richtlijn een totaal kostenplaatje bij privatisering van 2,5%. Indien achteraf mocht blijken dat het kostenplaatje voor de achtergebleven werkgevers substantieel hoger uitvalt, kan de zogenaamde privatiseringsboete eenvoudig verdubbelen of meer... Wij adviseren u expliciet met dit gegeven rekening te houden! 15 augustus 2010 Blad 14 van 18

15 Wie en wat is PROambt? PROambt is een innovatieve inkomensdienstverlener. De meeste medewerkers hebben een jarenlange werkervaring bij het Pensioenfonds voor Overheid en Onderwijs (ABP). Daarnaast hebben de oprichters uitgebreide werkervaring opgedaan bij verzekeraars in de private sector. Door haar achtergrond is PROambt in staat een effectieve vertaalslag te maken van overheidsgerelateerde rechtspositionele regelingen naar maatwerkoplossingen. Vervolgens wordt ingekocht bij commerciële verzekeraars. Niet alleen zijn commerciële verzekeraars over het algemeen ervaren in het maken van maatwerkoplossingen, zij weten derhalve ook dat concurrentie alleen het hoofd kan worden geboden door de kosten laag en de kwaliteit hoog te houden. Werkwijze PROambt is makelaar in verzekeringsoplossingen en heeft zich onder andere gespecialiseerd in de complexe ABP-materie. PROambt is uw deskundige adviseur, volstrekt onafhankelijk van verzekeraars en vergelijkt uit hoofde van haar functie altijd meerdere aanbieders en oplossingen. Uitgangspunt is dat PROambt op basis van materieen rechtspositiekennis een bestek opstelt. Dit pakket van eisen leidt in samenwerking met verzekeraars tot een op de klant toegesneden aanpak. Profielen Verzekeraars Iedere verzekeraar van WGA-risico's en ziekteverzuimrisico's heeft er groot belang bij om de toekomstige instroom in het WGA maximaal te beperken. Daartoe willen verzekeraars in zo vroeg mogelijk stadium van verzuim geïnformeerd worden. Zij kunnen dan de verzekerde organisaties van advies dienen en financiële middelen beschikbaar stellen aan werkgevers om re-integratie activiteiten te faciliteren. De omvang en de bestedingsmogelijkheden van de re-integratie budgetten kunnen verschillen per verzekeraar. Nationale-Nederlanden Al ruim 150 jaar levert Nationale-Nederlanden N.V. kwaliteit in zorg en zekerheid. Nationale- Nederlanden is een toonaangevende financiële dienstverlener in Nederland en is onderdeel van de ING-Groep, die over de hele wereld actief is. Kijk voor meer informatie op de site van Reaal Verzekeringen / Goudse Verzekeringen Reaal Verzekeringen is onderdeel van de SNS Reaal Groep, een innovatieve bankverzekeraar. Reaal Verzekeringen heeft zijn wortels in vakbondsland en is voortgekomen uit o.a. De Centrale (FNV ) en Concordia (CNV). Reaal werkt intensief samen met Goudse Verzekeringen: een toonaangevend specialist op het gebied van arbeidsongeschiktheid en ziekteverzuim. Kijk voor meer informatie op de site van ASR Verzekeringen (voorheen Fortis Groep) ASR is een vooraanstaand internationale financiële dienstverlener in bankieren en verzekeren. Met een marktaandeel van ruim 10% is ASR Verzekeringen Nederland inmiddels de derde verzekeraar van ons land en een grote speler op het gebied van arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Zie ook 15 augustus 2010 Blad 15 van 18

16 WIA Begrippen en Regeling Financiële risico's van arbeidsongeschiktheid voor de werkgever Sinds 1 januari 2006 is de WIA (wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen) van kracht. Werknemers die op of na 1 januari 2004 ziek zijn geworden kunnen met deze wet te maken krijgen. Het eigenrisicodragerschap voor de WGA is een onderdeel van de wet WIA. Elke organisatie kan jaarlijks, met inachtneming van een aanvraagperiode, op 1 januari en 1 juli de keuze maken om eigenrisicodrager te worden voor de WGA. Met de WGA-verzekering kunt u zich privaat voor dit financiële risico verzekeren en kunt u uit het publieke bestel bij het UWV treden. Hieronder volgt een korte uitleg over de wet WIA, de diverse uitkeringen en de financiering van de WIA. Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA) Na de eerste twee ziektejaren is het mogelijk dat uw werknemer aanspraak kan maken op een WIA-uitkering. Voor werknemers die door het UWV 35% of meer arbeidsongeschikt worden verklaard, bestaan er binnen de WIA twee regelingen: de IVA (Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten) de WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten). WIA-keuringsresultaten Zoals uit onderstaande grafiek duidelijk blijkt, ontvangt slechts 10% van alle WIA-gekeurden een IVA-uitkering (volledig en duurzaam) en ontvangt 20% geen enkele uitkering. De overige 70% van alle gekeurden ontvangt een WGA-uitkering. De werkgever is dus financieel verantwoordelijk voor 70% van de WIA-gekeurden. Keuringsresultaten WIA keuring 10% 20% 45% 25% AO < 35% 35% < AO < 80% AO > 80% / niet duurzaam AO > 80% / duurzaam Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten (IVA) Werknemers die 80% tot 100% én duurzaam arbeidsongeschikt zijn, vallen onder de IVA en krijgen tot hun 65e jaar een uitkering van 75% van het laatstverdiende inkomen met een maximum tot de WIA-loongrens. U hebt als werkgever ten opzichte van een werknemer die een IVA-uitkering krijgt geen financiële- of re-integratieverplichtingen meer. 15 augustus 2010 Blad 16 van 18

17 Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA) Werknemers die tussen de 35% en 80% arbeidsongeschikt zijn, of meer dan 80% maar niet duurzaam arbeidsongeschikt zijn, vallen onder de WGA. De WGA bestaat uit de volgende uitkeringen: Eerst een loongerelateerde uitkering, als de werknemer minimaal 26 weken heeft gewerkt in de 36 weken voorafgaand aan zijn eerste ziektedag. Na de loongerelateerde uitkering volgt een loonaanvullinguitkering, maar alleen als de werknemer ten minste 50% van zijn resterende verdiencapaciteit benut. Benut de werknemer na de loongerelateerde uitkering minder dan 50% van de resterende verdiencapaciteit, dan ontvangt hij een vervolguitkering. Loongerelateerde uitkering De loongerelateerde uitkering bedraagt: 70% van het verschil tussen het oude inkomen met een maximum tot de WIA-loongrens en het nieuwe inkomen of, als er geen nieuw inkomen is: 70% van het laatstverdiende inkomen gemaximeerd tot de WIA-loongrens. De uitkeringsduur van de loongerelateerde uitkering wordt vastgesteld door het UWV en duurt minimaal zes maanden en maximaal vijf jaar, afhankelijk van de leeftijd van de werknemer. Vanaf 1 januari 2008 wordt de uitkeringsduur van de loongerelateerde uitkering verkort naar minimaal drie maanden en maximaal 38 maanden, en wordt afhankelijk van het arbeidsverleden van de werknemer, zoals in de Werkloosheidswet al gebruikelijk is. Loonaanvullinguitkering Is de werknemer 35% of meer arbeidsongeschikt en benut hij ten minste 50% van zijn resterende verdiencapaciteit, dan komt hij na afloop van de loongerelateerde uitkering in aanmerking voor een loonaanvullinguitkering, uiterlijk tot zijn 65e jaar. Deze uitkering bedraagt 70% van het verschil tussen het oude inkomen gemaximeerd tot de WIA-loongrens en de vastgestelde totale resterende verdiencapaciteit. Vervolguitkering Een werknemer die 35% of meer arbeidsongeschikt is en zijn resterende verdiencapaciteit voor minder dan 50% benut, heeft recht op een vervolguitkering. De vervolguitkering bedraagt maximaal 70% van het wettelijke minimumloon en is gerelateerd aan het door het UWV vastgestelde arbeidsongeschiktheidspercentage van de werknemer De basispremie Alle werkgevers betalen exact dezelfde basispremie, waaruit de volgende kosten worden betaald: uitvoering van de wet WIA (bijvoorbeeld de IVA uitkeringen); de WGA-uitkeringen, nadat er tien jaar van uitkeren is verstreken; het verschil tussen de loonaanvullinguitkering en de vervolguitkering; kosten van de wettelijke re-integratieverplichtingen. 15 augustus 2010 Blad 17 van 18

18 De gedifferentieerde premie Naast de basispremie betalen alle werkgevers een gedifferentieerde premie, waarvan de hoogte afhankelijk is van de grootte van het bedrijf en de eigen instroom in de WAO en de WIA in het verleden. Uit de gedifferentieerde premie wordt betaald: de eerste tien jaar waarin een (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte werknemer recht heeft op één van de drie uitkeringsvormen die binnen de WGA bestaan. Te weten de loongerelateerde uitkering, de loonaanvullinguitkering (tot het maximum van de vervolguitkering) en de vervolguitkering; kosten van de wettelijke re-integratieverplichtingen in de eerste 10 jaar. 15 augustus 2010 Blad 18 van 18