gelet op de artikelen 8 en 9 van de Verordening vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur,

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "gelet op de artikelen 8 en 9 van de Verordening vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur,"

Transcriptie

1 Reglement vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur De Algemene Raad, gelet op de artikelen 8 en 9 van de Verordening vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur, gehoord de Commissie van toezicht en advies civiele cassatieadvocatuur, stelt het volgende Reglement vast: Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen Artikel 1 In dit Reglement wordt verstaan onder: a. de Orde: de Nederlandse Orde van Advocaten bedoeld in artikel 17, eerste lid, Advocatenwet; b. de Algemene Raad: de Algemene Raad bedoeld in artikel 18, eerste lid, Advocatenwet; c. de advocaat: de in Nederland ingeschreven advocaat die in het bezit is van een stageverklaring als bedoeld in artikel 10, tweede lid, Stageverordening 2005, alsmede de advocaat bedoeld in artikel 16h Advocatenwet; d. de advocaat bij de Hoge Raad; de advocaat bedoeld in artikel 9j, eerste lid, Advocatenwet die civiele cassatiezaken behandelt; e. de Verordening: de Verordening vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur; f. de Commissie: de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur bedoeld in artikel 9 van de Verordening; g. de Commissie van toezicht en advies: de Commissie van toezicht en advies vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur bedoeld in artikel 10 van de Verordening; h. het examen: het examen bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Verordening; i. de proeve: de proeve van bekwaamheid bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Verordening. Hoofdstuk 2 De Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur Artikel 2 Dit Reglement geeft een uitwerking aan artikel 8 van de Verordening. De werkzaamheden van de Commissie vallen onder de verantwoordelijkheid van de Algemene Raad. Artikel 3 1. De Algemene Raad brengt de benoeming van de voorzitter en de leden van de Commissie ter kennis van het College van Afgevaardigden. 2. Bij de uitvoering van zijn werkzaamheden neemt de secretaris de aanwijzingen van de voorzitter van de Commissie in acht. Artikel 4 De Commissie vergadert zo vaak als zij dit zelf nodig acht. De Commissie kan zich laten adviseren door een of meer deskundigen. In haar adviezen aan de Algemene Raad vermeldt de Commissie de zienswijze van de door haar geraadpleegde deskundigen. 1

2 Hoofdstuk 3 De permanente opleiding Artikel 5 1. Van het aantal punten bedoeld in artikel 3, tweede lid, van de Verordening op de vakbekwaamheid dient de advocaat onderscheidenlijk de advocaat bij de Hoge Raad ten minste tien punten te behalen op het gebied van de civiele cassatie. 2. De tien punten bedoeld in het eerste lid betreffen een verdieping van de kennis van het burgerlijk procesrecht, van het privaatrecht en van de beheersing van de cassatietechniek, waarvan er ten minste zes behaald dienen te worden op het gebied van het burgerlijk procesrecht, in het bijzonder het appel- en cassatieprocesrecht en de cassatietechniek, en ten minste vier op het gebied van het Burgerlijk Wetboek, Boeken 1, 3, 5 en Indien in enig jaar aan het hiervoor bepaalde niet wordt voldaan, voldoet de advocaat onderscheidenlijk de advocaat bij de Hoge Raad desondanks aan de verplichting in het eerste lid, indien deze in dat jaar ten minste vijf punten op het gebied van de civiele cassatie heeft behaald en in dat jaar en de twee daaraan voorafgaande jaren samen ten minste 30 punten op het gebied van de civiele cassatie heeft behaald. 4. Het aantal punten bedoeld in de voorgaande leden neemt naar evenredigheid af ingeval de Verordening in enig jaar minder dan 11 maanden op de advocaat onderscheidenlijk de advocaat bij de Hoge Raad van toepassing is geweest. 5. Voor de vaststelling van het aantal te behalen punten wordt een termijn in acht genomen van 12 maanden voorafgaand aan het tijdstip bedoeld in artikel 13, eerste lid, aanhef en onder b, van dit Reglement. 6. Ter verkrijging van de verklaring bedoeld in artikel 3 van de Verordening doet de advocaat onderscheidenlijk de advocaat bij de Hoge Raad aan de Commissie een gespecificeerde opgave waaruit blijkt dat is voldaan aan de in de vorige leden gestelde vereisten. Hoofdstuk 4 Het examen Artikel 6 Ter verkrijging van de verklaring bedoeld in artikel 4, tweede lid, van de Verordening dient de advocaat ten overstaan van de Commissie aan te tonen te beschikken over de theoretische kennis die nodig is voor een behoorlijke uitoefening van de civiele cassatiepraktijk. Deze kennis betreft de beginselen, uitgangspunten en regels van het burgerlijk procesrecht, in het bijzonder het appel- en cassatieprocesrecht, de cassatietechniek, alsmede onderdelen van het privaatrecht, waarbij zo veel mogelijk rekening wordt gehouden met de praktijk van de advocaat. Artikel 7 De examenstof bestaat uit de volgende onderdelen: 1. a. de laatste druk van - Asser Procesrecht/Bakels, Hammerstein & Wesseling-van Gent 4, Kluwer Deventer; - Asser Procesrecht/Veegens-Korthals Altes-Groen 7, met uitzondering van Hoofdstuk I (geschiedenis en rechtsvergelijking), Kluwer Deventer; b. kamerstukken inzake de Wet versterking cassatierechtspraak, 32576; c. jurisprudentie - een viertal op de website van de Orde per toetsingsmogelijkheid door de Commissie op te geven uitspraken van de Hoge Raad; - een in de NJ gepubliceerde uitspraak van de Hoge Raad naar eigen keuze, representatief voor de eigen praktijk; 2. administratieve en financiële aspecten van de cassatiepraktijk in het bijzonder betreffende griffierechten en toevoegingszaken. Artikel 8 1. Het examen wordt afgenomen door twee leden van de Commissie. 2. Tijdens het examen wordt de in de artikelen 6 en 7 omschreven kennis getoetst waarbij als richtlijn de navolgende indeling wordt gehanteerd: a. burgerlijk procesrecht, daaronder begrepen appel- en cassatieprocesrecht in samenhang met het privaatrecht en de voorgeschreven jurisprudentie; b. cassatietechniek; c. bespreking en beoordeling van een cassatiemiddel; d. administratieve en financiële aspecten van de cassatiepraktijk. 3. Het examen is met goed gevolg afgelegd indien het resultaat van elk van de in het vorige lid opgenomen onderdelen als voldoende kan worden aangemerkt. 2

3 Hoofdstuk 5 De proeve Artikel 9 Ter verkrijging van de verklaring bedoeld in artikel 5, tweede lid, van de Verordening dient de advocaat ten overstaan van de Commissie aan de hand van de proeve aan te tonen te beschikken over de kennis en bekwaamheid om zelfstandig naar behoren cassatieadviezen, cassatiemiddelen en cassatieverweren op te stellen. Artikel De advocaat bij de Hoge Raad stelt de Commissie twee dossiers van bij de Hoge Raad afgeronde procedures ter hand, één waarin hij namens de eisende partij heeft opgetreden en één waarin hij namens de verwerende partij heeft opgetreden. De Commissie beoordeelt of deze dossiers geschikt zijn voor de proeve. Onderdeel van het dossier vormt het cassatieadvies. Als afgeronde procedure geldt niet een procedure waarin het cassatieberoep met toepassing van artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie niet-ontvankelijk is verklaard. 2. Twee leden van de Commissie beoordelen de dossiers op de in artikel 9 genoemde kennis en bekwaamheid en houden daarover een nabespreking met de advocaat bij de Hoge Raad. Hoofdstuk 6 Inschrijving en verlenging van de inschrijving Artikel Ter verkrijging van de verklaring bedoeld in artikel 6, tweede lid, van de Verordening doet de advocaat bij de Hoge Raad aan de Commissie een gespecificeerde opgave van de door hem behandelde zaken bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Verordening. 2. De opgave houdt in: a. de zaaknamen; b. of is opgetreden namens eiser of namens verweerder; c. de rol of rekestnummers waar het betreft zaken die tot een beoordeling door de Hoge Raad hebben geleid. Hoofdstuk 7 Nadere bepalingen betreffende het examen en de proeve Artikel Ten minste twee keer per jaar wordt gelegenheid gegeven tot het afleggen van het examen onderscheidenlijk de proeve. 2. Indien het examen onderscheidenlijk de proeve niet met goed gevolg is afgelegd, heeft de advocaat de gelegenheid deel te nemen aan de direct daarop volgende toetsingsmogelijkheid. 3. De advocaat die bij de herkansing bedoeld in het vorige lid het examen of de proeve niet met goed gevolg heeft afgelegd, kan na een periode van ten minste twaalf maanden na de bekendmaking van het resultaat van de herkansing opnieuw deelnemen aan het examen of de proeve. Artikel Voor deelname aan het examen dan wel de proeve dient de advocaat onderscheidenlijk de advocaat bij de Hoge Raad a. zich uiterlijk drie maanden voor de datum van de desbetreffende toetsingsmogelijkheid aan te melden bij de Commissie; b. uiterlijk een maand voor de datum van de desbetreffende toetsingsmogelijkheid aan de Commissie de verklaringen, voor zover vereist ingevolge de artikelen 3 en 6 van de Verordening, over te leggen; c. uiterlijk een maand voor de datum van de desbetreffende toetsingsmogelijkheid het door de Algemene Raad vastgestelde bedrag te hebben voldaan voor - de inschrijving voor het examen onderscheidenlijk de proeve; - de verklaringen bedoeld in de artikelen 3 en 6 van de Verordening. 2. De voorzitter van de Commissie is in voorkomend geval bevoegd om af te wijken van de termijn genoemd in het eerste lid, aanhef en onder a. 3

4 3. Bij aanmelding voor het examen geeft de advocaat de uitspraak van de Hoge Raad naar eigen keuze op als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder c en tweede gedachtestreepje. 4. Op verzoek van de Commissie legitimeert de advocaat onderscheidenlijk de advocaat bij de Hoge Raad zich met een geldig legitimatiebewijs. Hoofdstuk 8 Vrijstelling Artikel Van de verplichting bedoeld in artikel 5, eerste lid, kan de Commissie op schriftelijk verzoek van de advocaat onderscheidenlijk de advocaat bij de Hoge Raad geheel of gedeeltelijk vrijstelling verlenen, indien deze aantoont op grond van opleiding en praktijkervaring ter zake van het onderdeel waarvan vrijstelling wordt verzocht, een gelijkwaardige theoretische en praktische bekwaamheid te hebben verworven of binnen een redelijke termijn te zullen verwerven. 2. Van het afleggen van het examen wordt geen vrijstelling verleend, tenzij de advocaat ten genoegen van de Commissie aantoont te beschikken over de theoretische kennis die nodig is voor een behoorlijke uitoefening van de cassatiepraktijk bedoeld in artikel Beslissingen als bedoeld in dit artikel worden schriftelijk bekend gemaakt aan de betrokkenen. Hoofdstuk 9 Kosten voor de verklaringen Artikel Voor de verklaring bedoeld in de artikelen 3, 4, 5 of 6 van de Verordening is een bedrag van 100 verschuldigd. 2. Eveneens 100 is verschuldigd voor de verklaring vrijgesteld te zijn voor enig onderdeel van het bepaalde bij of krachtens de Verordening. 3. Voor de inschrijving voor het examen is een bedrag van verschuldigd. 4. Voor de inschrijving voor de proeve is een bedrag van verschuldigd. 5. De bedragen bedoeld in het derde en vierde lid zijn van overeenkomstige toepassing op de herkansingsmogelijkheid. Hoofdstuk 10 Overige bepalingen Artikel 16 Voor het kalenderjaar 2012 is het aantal te behalen punten op het gebied van de civiele cassatie bedoeld in artikel 5 van dit Reglement bepaald op nul. Artikel 17 Indien toepassing van enige bepaling van dit Reglement voor een advocaat leidt tot gevolgen die naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zijn, kan de Commissie op verzoek van die advocaat en na overleg met de Commissie van toezicht en advies tot een van dit Reglement afwijkende beslissing komen. Artikel 18 In de gevallen waarin dit Reglement niet voorziet, beslist de voorzitter. Artikel 19 De Algemene Raad brengt zijn besluit tot vaststelling respectievelijk tot wijziging van dit Reglement ter kennis van het College van Afgevaardigden. Artikel Deze regeling kan worden aangehaald als Reglement vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur. 2. Deze regeling treedt in werking op 1 juli Vastgesteld door de Algemene Raad in zijn vergadering van 4 juni Ter kennis gebracht van het College van Afgevaardigden in zijn vergadering van 27 juni

5 Toelichting Aanleiding, strekking en verplichting Met het KB van 18 april 2012 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de wet van 15 maart 2012 (Wet versterking cassatierechtspraak) wordt de toevoeging van de artikelen 9j en 9k aan de Advocatenwet per 1 juli 2012 een feit. De meest in het oog springende implicatie van de wijziging van de Advocatenwet is wel het feit dat per 1 juli 2012 het prerogatief voor het optreden in cassatie in civiele zaken dat aan de advocaten, kantoorhoudend in het arrondissement s-gravenhage, was voorbehouden, vervalt. Deze verruiming van de regelgeving brengt mee dat ook andere advocaten cassatieberoepen in civiele zaken zullen kunnen behandelen. Met de Wet versterking cassatierechtspraak is beoogd om zowel vanuit de positie van de rechterlijke macht als vanuit de advocatuur regels te stellen ter versterking van de cassatierechtspraak. Waar het betreft de advocatuur is aan genoemde wet uitvoering gegeven met de Verordening vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur door het College van Afgevaardigden vastgesteld en gepubliceerd in de Staatscourant van 28 november 2011, nr Ter uitvoering van de Verordening is het Reglement vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur opgesteld. Met de inwerkingtreding van de Wet versterking cassatierechtspraak treden per 1 juli 2012 ook de Verordening en het Reglement in werking. Met de nieuwe regelgeving worden theoretische, kwalitatieve en kwantitatieve eisen gesteld. Nieuwe toetreders dienen een examen af te leggen ten overstaan van twee leden van de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur. Bij voldoende resultaat volgt voorlopige inschrijving als advocaat bij de Hoge Raad, waarvan aantekening op het tableau wordt gedaan door de algemeen secretaris met berichtgeving aan de griffier van de Hoge Raad. In de wet is een overgangsregeling opgenomen voor de advocaten die reeds vóór 1 juli 2012 advocaat bij de Hoge Raad zijn. De regeling voorziet erin dat in hun positie tot 1 juli 2014 geen wijziging komt. Voor diegenen die op laatstgenoemde datum nog zaken aanhangig hebben bij de Hoge Raad waarin zij op eigen naam optreden, wordt de overgangsregeling verlengd tot het moment waarop de laatste zaak niet meer bij de Hoge Raad aanhangig is. Dit betekent dat alle in het arrondissement s-gravenhage ingeschreven advocaten, ongeacht of zij vóór 1 juli 2012 civiele zaken in cassatie behandelden, civiele zaken in cassatie mogen blijven behandelen, dan wel in behandeling nemen, tot 1 juli 2014 of zoveel langer als die advocaten op 1 juli 2014 nog in eigen naam optreden in een bij de Hoge Raad aanhangige civiele cassatiezaak. Deze advocaten kunnen evenals andere ervaren cassatieadvocaten in den lande - ingevolge artikel 13 van de Verordening worden vrijgesteld van de verplichting tot het afleggen van het examen. Mits zij hebben voldaan aan de vliegureneis kunnen zij de secretaris vanaf 1 juli 2012 verzoeken voorlopig te worden ingeschreven als advocaat bij de Hoge Raad. Slechts in bijzondere gevallen kan gehele of gedeeltelijke vrijstelling van de vliegureneis worden verleend door de Algemene Raad. De voorlopige inschrijving volgens artikel 13 van de Verordening heeft een geldigheidsduur van maximaal twee jaar. Gedurende de periode 1 juli 2012 tot 1 juli 2014 kan met inachtneming van het bij het Reglement bepaalde de proeve van bekwaamheid worden afgelegd ten overstaan van twee leden van de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur. De wettelijke overgangsregeling brengt met zich dat gedurende de overgangsperiode van maximaal twee jaar van een sluitende registratie van advocaat bij de Hoge Raad geen sprake zal zijn. Een sluitende registratie is eerst mogelijk als ook de procedures zijn afgerond door de advocaat bij de Hoge Raad die uit hoofde van de overgangsregeling van de wet na 1 juli 2014 nog op eigen naam optreedt. De Algemene Raad vermeldt expliciet dat stagiaires die een bijdrage hebben geleverd aan een cassatiedossier niet in aanmerking komen voor vlieguren, noch kunnen zij opleidingspunten behalen in het kader van de permanente opleiding. 5

6 Samengevat worden in de Verordening, nader uitgewerkt in het Reglement, de volgende eisen gesteld: - voorlopige inschrijving: verklaringen ex artikel 3 (permanente opleiding) en 4, tweede lid (examen) - inschrijving: verklaringen ex artikel 3 (permanente opleiding), 5, tweede lid (proeve van bekwaamheid) en 6, tweede lid (vlieguren); - verlenging inschrijving: verklaringen ex artikel 3 (permanente opleiding) en 6, tweede lid (vlieguren). Financiële aspecten Artikel 8 van de Verordening bepaalt wat bij reglement dient te worden geregeld. Het valt daarbij op dat in het Reglement bepaalde bedragen moeten worden opgenomen. Uitgangspunt voor de regelgeving cassatieadvocatuur is dat de uitvoering daarvan budgettair neutraal geschiedt. Met andere woorden: de kosten die gemoeid zijn met vergaderingen van de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur en de Commissie van toezicht en advies civiele cassatieadvocatuur, alsmede met de voorbereiding van en het afnemen van examens respectievelijk het voorbereiden van de proeve van bekwaamheid en de nabespreking van de ten behoeve van die proeve overgelegde dossiers dienen opgebracht te worden uit de daarvoor aan de advocaat in rekening te brengen bedragen voor dat examen, de proeve van bekwaamheid, alsmede voor de verklaringen dat voldaan is aan de vereisten van de artikelen 3 en 6 van de Verordening. Hoewel niet uitdrukkelijk opgenomen in artikel 8, aanhef en onder e, van de Verordening biedt de aanhef van dit artikel de mogelijkheid om ook de kosten voor een vrijstellingsverklaring in rekening te brengen. Bedoelde kosten zullen slechts dan in rekening worden gebracht als de Algemene Raad de vrijstelling daadwerkelijk geheel of gedeeltelijk verleent. Met deze benaderingswijze heeft de Algemene Raad willen voorkomen dat de directe kosten die gemoeid zijn met de uitvoering van de regelgeving voor de cassatieadvocatuur worden omgeslagen over alle advocaten. De thans vastgestelde bedragen zijn gebaseerd op een eerste inschatting van het aantal advocaten dat zich zal melden voor het examen, respectievelijk de proeve. Naarmate dat aantal kleiner, dan wel groter zal zijn, zullen de kosten per examen, respectievelijk proeve, dalen of stijgen. Daar bij de inwerkingtreding van de regelgeving betreffende de civiele cassatieadvocatuur een reële inschatting van het aantal advocaten dat het examen onderscheidenlijk de proeve wenst af te leggen dan wel een verzoek tot vrijstelling indient, niet goed mogelijk is, zullen de thans vastgestelde bedragen tot 1 januari 2014 halfjaarlijks worden geëvalueerd en zo nodig worden aangepast in overleg met de secretaris. De Algemene Raad acht de hoogte van de bedragen niet van dien aard dat deze aanleiding zouden zijn om af te zien van (voorlopige) inschrijving als advocaat bij de Hoge Raad. De kosten voor het examen en voor de proeve van bekwaamheid zijn immers eenmalig. De Algemene Raad doet met name op de grote(re) cassatie kantoren een beroep om ook zaken op basis van toevoeging te behandelen. Voorts gaat de Algemene Raad ervan uit dat ook de plaatselijke dekens een dergelijke ontwikkeling zullen stimuleren. Opleidingseisen Onderscheiden dienen te worden eisen betreffende de permanente opleiding en eisen die zien op het examen. Met betrekking tot de permanente opleiding is bepaald dat tien opleidingspunten specifiek gericht dienen te zijn op het gebied van de cassatie. De Algemene Raad is zich ervan bewust dat er op dit moment nog niet veel van deze specialistische opleidingen bestaan. Het is de Algemene Raad evenwel bekend dat deze wel in voorbereiding zijn. Voorstelbaar is dat met deze nieuwe regelgeving marktpartijen zich op dit specifieke segment zullen richten. Voorts acht de Algemene Raad niet uitgesloten dat ook op dit terrein een Grotius-opleiding wordt ontwikkeld. Daarnaast kunnen kantoren ook zelf initiatief ontplooien op het gebied van cassatieopleiding. 6

7 Ter zake van het examen is de basisliteratuur in het Reglement opgenomen. Teneinde zoveel als mogelijk ook te kunnen aansluiten bij recente jurisprudentie is besloten de te bestuderen jurisprudentie op de website van de Orde te vermelden. Samengevat worden in de navolgende artikelen van de Verordening bepaalde eisen gesteld: - artikel 3: permanente opleiding - artikel 4: examen - artikel 5: proeve van bekwaamheid - artikel 6: vlieguren. Vrijstellingen Artikel 9j, derde lid, aanhef en sub c, Advocatenwet vormt de basis om bij verordening regels te stellen inzake gehele of gedeeltelijke vrijstelling voor bepaalde onderdelen van de permanente opleiding of de examinering. In de Verordening is daartoe het volgende opgenomen: - artikel 6, derde lid: in bijzondere gevallen kan de Algemene Raad, gehoord de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur en de Commissie van toezicht en advies civiele cassatieadvocatuur, gehele of gedeeltelijke vrijstelling verlenen van het vereiste aantal vlieguren. Het betreft gevallen van evidente hardheid, zonder concessies te doen aan de vakbekwaamheid. Nadere regeling bij reglement is niet aan de orde; artikel 8, sub d: vrijstelling voor bepaalde onderdelen van de in de artikelen 3 tot en met 5 gestelde eisen, neer te leggen in een reglement, vast te stellen door de Algemene Raad op voorstel van de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur en gehoord de Commissie van toezicht en advies civiele cassatieadvocatuur; - artikel 9, tweede lid 2, sub c: de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur neemt besluiten op verzoeken tot vrijstelling; - artikel 13: verwezen wordt naar het dienaangaande hierboven gestelde met de toevoeging dat het bepaalde in artikel 6, derde lid (vrijstelling vliegureneis), van overeenkomstige toepassing is. Samengevat betekent het bovenstaande dat in het Reglement nadere uitwerking dient plaats te vinden van de mogelijkheden tot vrijstelling van het bepaalde betreffende de permanente opleiding en het examen. In het belang van de kwaliteit van de cassatieadvocatuur acht de Algemene Raad het niet wenselijk vrijstelling te verlenen van de proeve van bekwaamheid. Artikelsgewijze toelichting Artikel 1 Dit artikel bevat geen andere begripsomschrijvingen dan reeds opgenomen in of de wet of de Verordening. Artikel 2 Artikel 9j, vijfde lid, Advocatenwet bepaalt dat de Algemene Raad zorg draagt voor de uitvoering van de aangelegenheden bedoeld in het derde lid van dat artikel. Ingevolge deze bepaling heeft de Algemene Raad de Commissie ingesteld, die de Algemene Raad adviseert en besluiten neemt krachtens mandaat van de Algemene Raad. Artikel 3 Teneinde ook het College van Afgevaardigden op de hoogte te houden van de samenstelling van de Commissie is deze bepaling opgenomen, niettegenstaande het feit dat deze samenstelling ook in het jaarlijks aan het College van Afgevaardigden ter kennis te brengen jaarverslag van de Commissie zal zijn opgenomen. 7

8 Artikel 4 In voorkomend geval kan de Commissie zich laten adviseren door een of meer deskundigen. Of en op welke wijze het uitgebrachte advies wordt opgevolgd moet blijken uit het door de Commissie aan de Algemene Raad uit te brengen advies. Artikel 5 Dit artikel ziet op de zogenoemde juridische punten van de vereisten inzake de permanente opleiding. Gelet op de specifieke karakter van de cassatieadvocatuur is de Algemene Raad van oordeel dat ten minste de helft van het aantal opleidingspunten op de cassatie gericht dient te zijn met een onderverdeling in enerzijds het burgerlijk procesrecht en anderzijds het materiële recht, meer in het bijzonder het Burgerlijk Wetboek, Boeken 1, 3, 5 en 6. De Algemene Raad hecht eraan aandacht te vragen voor Boek 1, daar de cassatieadvocatuur in de praktijk (ook) te maken krijgt met een veelheid van aspecten van het personen- en familierecht, zoals echtscheiding, het huwelijksvermogensrecht, onderhoudsverplichtingen en omgangsregelingen tussen ouders en kinderen. Nu in de toelichting op artikel 3 van de Verordening wordt verwezen naar de Verordening op de vakbekwaamheid en de Regeling vakbekwaamheid is ook in dit Reglement aansluiting gezocht voor het geval dat in enig jaar niet kan worden voldaan aan het aantal opleidingspunten specifiek gericht op cassatie. Daartoe is dezelfde middelingsconstructie opgenomen als in artikel 3, tweede lid, van de Verordening op de vakbekwaamheid. Artikel 14, eerste lid biedt een mogelijkheid tot vrijstelling. In het vijfde lid wordt een 12 maanden termijn aangehouden, omdat de verklaring bedoeld in artikel 3 van de Verordening ook in de loop van een kalenderjaar kan worden gevraagd, terwijl het bepaalde in het eerste lid van dit artikel ziet op het aantal punten behaald in enig kalenderjaar. Artikel 6 In dit artikel wordt nader ingegaan op de kennis waarover de advocaat in elk geval dient te beschikken om met goed resultaat het examen af te kunnen leggen. Behalve de algemene eisen betreffende het burgerlijk procesrecht, met de nadruk op de inhoud en de techniek van het appelprocesrecht, en het privaatrecht is het ook mogelijk dat tijdens het examen nader wordt ingegaan op het specifieke rechtsgebied ter zake waarvan de cassatiepraktijk zal worden uitgeoefend. Artikel 7 De advocaat dient in staat te zijn om over de materie omschreven in het vorige artikel aan de hand van de opgegeven uitspraken van de Hoge Raad van gedachten te wisselen met de twee leden van de Commissie die het examen afnemen. In verband met de beoordeling van de kans van slagen van een cassatiemiddel zal in het bijzonder aandacht worden besteed aan de kennis van de beperkingen van de toetsing in cassatie en de aan de formulering van het cassatiemiddel te stellen eisen. Ten behoeve van een nauwe aansluiting op de actuele praktijk zal de jurisprudentie steeds worden aangepast en worden gepubliceerd op de website van de Orde. Omdat het voor de Commissie niet mogelijk is voor elke advocaat uitspraken van de Hoge Raad voor te schrijven die bij zijn of haar specialisme passen, is de bepaling opgenomen dat de advocaat bij inschrijving voor het examen een uitspraak naar keuze op het gebied van de eigen specialisatie opgeeft en die aan de Commissie over legt. Artikel 8 De Algemene Raad heeft er bewust voor gekozen geen bepaling op te nemen omtrent de duur van het examen. Als richtlijn geeft de Algemene Raad aan een uur te nemen voor het examen. De Algemene Raad hecht eraan dat de advocaat zich ook verdiept in administratieve en financiële aspecten van de cassatiepraktijk en heeft dan met name het oog op de juiste toepassing van de voorschriften betreffende het griffierecht, alsmede op (financiële) voorschriften inzake gefinancierde rechtsbijstand. Omdat elk van de onderdelen van het examen een eigenstandig belang heeft voor de cassatieadvocatuur dient ook elk van die onderdelen als voldoende te worden gekwalificeerd om in aanmerking te komen voor voorlopige inschrijving. Artikel 9 In dit artikel staat beschreven wat het doel is van de proeve van bekwaamheid. 8

9 Artikel 10 Evenals voor het examen heeft de Algemene Raad geen expliciete bepaling opgenomen ter zake van de duur van de nabespreking van de overgelegde dossiers. Ook hier houdt de Algemene Raad een uur als richtlijn aan voor de duur van de nabespreking. Het is aan de advocaat om te bepalen of hij zijn cliënt tevoren informeert over het feit dat het dossier aan de Commissie wordt overgelegd. De Algemene Raad maakt wellicht ten overvloede de aantekening dat in de Verordening de bepaling is opgenomen dat de leden en de secretaris van de Commissie tot geheimhouding verplicht zijn. De Algemene Raad heeft ervoor gekozen de advocaat bij de Hoge Raad te verzoeken twee dossiers van bij de Hoge Raad afgeronde procedures over te leggen aan de Commissie. Om een goed beeld te krijgen van de kennis en de vaardigheden van de advocaat bij de Hoge Raad is het gewenst het werk van de desbetreffende advocaat te beoordelen waar deze onderscheidenlijk optreedt namens eiser en namens verweerder. In verband met de kennis van de inrichting van het cassatieadvies wordt ook gevraagd het cassatieadvies over te leggen. De Commissie beziet of de dossiers geschikt zijn voor de proeve. Niet geschikt acht de Algemene Raad die dossiers die hebben geleid tot een negatief cassatieadvies, noch de dossiers ter zake waarvan het cassatieberoep met toepassing van artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie niet ontvankelijk is verklaard. De Algemene Raad zoekt daarbij aansluiting bij het bepaalde in artikel 6, eerste lid, van de Verordening. In beginsel kan worden volstaan met het over leggen van de processtukken van een dossier, zonder de producties. De Commissie behoudt zich echter het recht voor in voorkomend geval producties op te vragen. Steeds vaker werken verschillende advocaten aan één dossier. In dat geval hanteert de Algemene Raad de regel dat maximaal twee advocaten die beiden een gelijkwaardige inhoudelijke bijdrage hebben geleverd aan het dossier dat dossier voor de proeve ter goedkeuring aan de Commissie mogen voorleggen. In voorkomend geval zal de Commissie echter slechts voor één van beide advocaten het dossier goedkeuren voor de proeve. De advocaat dient ter gelegenheid van de proeve over het gehele dossier van gedachten te kunnen wisselen, niettegenstaande de mogelijkheid dat hij slechts bij een deel van de cassatieprocedure betrokken is geweest. Artikel 11 Zowel voor de inschrijving als advocaat bij de Hoge Raad als voor de verlenging van die inschrijving geldt de zogenoemde vliegureneis. Het is aan de Commissie om te bezien of aan het bepaalde in artikel 6, eerste lid, van de Verordening is voldaan. Teneinde hiertoe in de gelegenheid te zijn, heeft de Algemene Raad bepaald dat de advocaat bij de Hoge Raad een gespecificeerde opgave doet van de door hem of haar behandelde zaken. Steekproefsgewijs zal de Commissie de opgave controleren. Zoals hiervoor reeds is opgemerkt, komt het steeds vaker voor dat verschillende advocaten aan één dossier werken. In dat geval kunnen maximaal twee bij dat dossier betrokken advocaten in gelijke mate in aanmerking komen voor de vliegureneis, mits beide advocaten een gelijkwaardige zelfstandige inhoudelijke bijdrage hebben geleverd aan het dossier. Voor beide advocaten bij de Hoge Raad is die zaak in het kader van artikel 6, eerste lid, van de Verordening als een halve cassatiezaak aan te merken. Prejudiciële vragen worden niet meegenomen in de vliegurentelling. Artikel 12 Mede afhankelijk van het aantal aanmeldingen wordt ten minste twee keer per jaar gelegenheid gegeven voor het afleggen van het examen onderscheidenlijk de proeve. Indien het resultaat van het examen onderscheidenlijk de proeve onvoldoende is, kan de kandidaat aan de eerstvolgende toetsingsmogelijkheid deelnemen. De Algemene Raad heeft daarbij met name het oog op het examen, opdat niet te veel tijd verstrijkt tussen het eerste en tweede toetsmoment. Indien deze herkansing niet tot het gewenste resultaat leidt, acht de Algemene Raad een langere tijdsspanne voordat de kandidaat kan deelnemen aan een tweede herkansingsmogelijkheid in het belang van de kandidaat. Artikel 13 Dit artikel geeft een beschrijving van de formaliteiten die moeten worden vervuld en het daarbij behorende tijdpad dat moet worden gevolgd alvorens deelname aan het examen onderscheidenlijk de proeve mogelijk is. 9

10 Dat de voorzitter de bevoegdheid heeft om af te wijken van de termijn genoemd in het eerste lid, aanhef en onder a, is ingegeven om de mogelijkheid te bieden aan hen die zo spoedig mogelijk na de inwerkingtreding van de regelgeving inzake civiele cassatieadvocatuur het examen wensen af te leggen. Maar ook nadien is het niet uitgesloten dat op enig moment, bijvoorbeeld in het geval van een groot aantal kandidaten, behoefte bestaat om een kortere termijn aan te houden dan in het eerste lid, aanhef en onder a, voorzien. Artikel 14 Nu artikel 8, aanhef en onder d, van de Verordening de mogelijkheid tot vrijstelling biedt, is nader bezien in welke gevallen een gehele of gedeeltelijke vrijstelling verleend zou kunnen worden. Bij een verzoek tot voorlopige inschrijving (toetreding tot de cassatiebalie) zou vrijstelling in beeld kunnen komen bij de volgende categorieën belangstellenden: 1. voormalige cassatieadvocaten Ten aanzien van deze categorie geldt als minimumvereiste dat het personen betreft die de civiele cassatieadvocatuur actief hebben beoefend. Dat kan zich vertalen in de vliegureneis:zij moeten gedurende minimaal drie jaar ten minste twaalf cassatiezaken hebben behandeld, waarvan ten minste zes zaken tot een beoordeling door de Hoge Raad hebben geleid. In dat geval kan deze categorie in aanmerking komen voor een gehele of gedeeltelijke vrijstelling van de verplichting bedoeld in artikel 5, eerste lid. Voor het antwoord op de vraag of betrokkene aanspraak kan maken op gehele of gedeeltelijke vrijstelling lijkt van belang welke functie(s) hij voorafgaand aan de aanmelding voor het examen dan wel de proeve heeft bekleed en hoe lang het geleden is dat hij cassatieadvocaat was. Denkbare functies zijn bijvoorbeeld gewoon advocaat of rechter. a. advocaten als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder a, van de Verordening Een gewone advocaat moet krachtens de Verordening op de vakbekwaamheid aan de eisen omtrent permanente opleiding voldoen. In de regel zal betrokkene niet voldoen aan het tien puntenvereiste betreffende de civiele cassatie noch aan het bepaalde in artikel 5, derde lid. Afhankelijk van de in ieder concreet geval te beoordelen omstandigheden (met name: in welke praktijk is hij werkzaam geweest) is denkbaar dat betrokkene toch geacht wordt over voldoende kennis van de civiele cassatie te beschikken. b. praktiserende rechters, niet zijnde leden van de Hoge Raad Rechters moeten dertig opleidingspunten per jaar behalen. Wanneer niet voldaan is aan de eis dat daarvan ten minste tien (of dertig over de afgelopen drie jaar) op het gebied van civiele cassatie zijn behaald, is vrijstelling denkbaar wanneer betrokkene geacht moet worden het civiele procesrecht en het Burgerlijk Wetboek voldoende te beheersen. Wanneer het appelrechters (in de civiele kamers) betreft, kan in de regel van die kennis worden uitgegaan en ligt vrijstelling voor de hand. Bij civiele eerstelijnsrechters zou opleiding op het gebied van het appelprocesrecht nodig kunnen zijn. c. overige functies Bij deze categorie (bijvoorbeeld bedrijfsjuristen) hangt het van de inhoud van de functies af of en in hoeverre betrokkene geacht kan worden over voldoende kennis van de civiele cassatie te beschikken. Met betrekking tot bovengenoemde categorieën heeft te gelden dat wanneer het minder dan drie jaar geleden is dat men actief cassatieadvocaat was en aan de vliegureneis voldeed, men geacht wordt nog steeds over voldoende kennis van de cassatietechniek te beschikken. Is het langer geleden dan is - los van een eventuele vrijstelling op het gebied van procesrecht en het Burgerlijk Wetboek - opfrissing van die kennis gewenst. 2. andere cassatie-experts Leden van de Hoge Raad of het Parket bij de Hoge Raad hebben geen verplichting ten aanzien van permanente opleiding. De Algemene Raad acht het redelijk te bepalen dat degenen die minder dan drie jaar geleden in de civiele kamer hebben gezeten respectievelijk voor de civiele kamer hebben geconcludeerd, algehele vrijstelling wordt verleend. Het voorgaande geldt voor de fase dat voorlopige inschrijving wordt verzocht. 10

11 Voor vrijstelling van het bepaalde in artikel 5, eerste lid, in de fase van inschrijving of verlenging daarvan bestaat naar het oordeel van de Algemene Raad geen grond. Nu het examen ziet op kennistoetsing kunnen vrijstellingmogelijkheden parallel lopen aan die als hiervoor beschreven betreffende de verplichting ingevolge artikel 5, eerste lid, waar deze is gesteld voorafgaand aan de voorlopige inschrijving: indien er goede redenen zijn de aanwezigheid van voldoende kennis te veronderstellen, ligt vrijstelling in de rede. Artikel 15 Zoals reeds in de algemene toelichting is opgenomen, zijn de bedragen genoemd in dit artikel enerzijds gebaseerd op kostendekkendheid en anderzijds op aannamen waar het betreft de te verwachten aanmeldingen voor het examen respectievelijk de proeve. De redactie dat voor de inschrijving van het examen respectievelijk de proeve een bepaald bedrag verschuldigd is, betekent dat dit bedrag niet wordt gerestitueerd in het geval de kandidaat onverhoopt niet zou deelnemen aan het examen of de proeve. Reden dat geen restitutie plaatsvindt, is gelegen in het feit dat de Commissie tussen het moment van inschrijving en het desbetreffende toetsmoment tijd heeft gestoken in de voorbereiding van de desbetreffende toets. Artikel 16 In verband met het feit dat de regelgeving inzake de cassatieadvocatuur per 1 juli 2012 in werking treedt, kan een advocaat op dat moment niet voldoen aan het bepaalde in artikel 5, eerste lid, noch kan een beroep worden gedaan op het bepaalde in het derde lid van dat artikel. Om die reden heeft de Algemene Raad het aantal punten op het gebied van de civiele cassatie voor 2012 op nul gesteld. Met ingang van 1 januari 2013 wordt vastgehouden aan het aantal van tien punten op het gebied van de civiele cassatie daar reeds in het tweede half jaar van 2012 de mogelijkheid bestaat bedoelde punten te behalen. Artikel 17 In dit artikel is een hardheidsclausule opgenomen die met grote terughoudendheid moet worden toegepast. 11

CIVIELE CASSATIE. Jaarverslag 2014. van de. Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur

CIVIELE CASSATIE. Jaarverslag 2014. van de. Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur CIVIELE CASSATIE Jaarverslag 2014 van de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur februari 2015 1. De civiele cassatiebalie Met ingang van 1 juli 2012 traden de artikelen 9j en 9k van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Het college van afgevaardigden van de Nederlandse orde van advocaten,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Het college van afgevaardigden van de Nederlandse orde van advocaten, STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 46207 21 december 2015 Besluit van het college van afgevaardigden van 2 december 2015 houdende wijziging van de Verordening

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 576 Wijziging van de Advocatenwet, de Wet op de rechterlijke organisatie en enige andere wetten ter versterking van de cassatierechtspraak (versterking

Nadere informatie

Samengesteld op: 1 december 2014

Samengesteld op: 1 december 2014 Samengestelde elde uitspraken, wet- - en regelgevingen en/of wetgevingsadviezen en uit de online Juridische Databank abank van de Nederlandse Orde van Advocaten Samengesteld op: 1 december 2014 De Nederlandse

Nadere informatie

Verordening inzake het examen Nederlands recht en het examen gedrags- en beroepsregels Zoals vastgesteld in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op

Verordening inzake het examen Nederlands recht en het examen gedrags- en beroepsregels Zoals vastgesteld in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op Verordening inzake het examen Nederlands recht en het examen gedrags- en beroepsregels Zoals vastgesteld in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op 11 december 2008 In werking getreden op 1 januari 2009

Nadere informatie

Verordening examen Nederlands recht en examen gedrags- en beroepsregels Zoals vastgesteld in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op 8 december

Verordening examen Nederlands recht en examen gedrags- en beroepsregels Zoals vastgesteld in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op 8 december Verordening examen Nederlands recht en examen gedrags- en beroepsregels Zoals vastgesteld in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op 8 december 2010. Tekst geldend op 1 september 2011 1 Verordening examen

Nadere informatie

Examenreglement Quasir Opleiding klachtenfunctionaris zorgsector

Examenreglement Quasir Opleiding klachtenfunctionaris zorgsector Examenreglement Quasir Opleiding klachtenfunctionaris zorgsector Reglement Examen opleiding klachtenfunctionaris zorgsector D.d. 30 september 2013 Artikel 1. Begripsbepalingen Instelling : Quasir BV Bevoegd

Nadere informatie

STAATSCOURANT. Nr

STAATSCOURANT. Nr STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 33916 23 juni 2017 Besluit van de algemene raad van 6 juni 2017 houdende de wijziging van de Regeling op de advocatuur

Nadere informatie

BESLUIT MANDAAT, VOLMACHT EN MACHTIGING VAN DE RAAD VAN DE ORDE IN HET ARRONDISSEMENT GELDERLAND

BESLUIT MANDAAT, VOLMACHT EN MACHTIGING VAN DE RAAD VAN DE ORDE IN HET ARRONDISSEMENT GELDERLAND BESLUIT MANDAAT, VOLMACHT EN MACHTIGING VAN DE RAAD VAN DE ORDE IN HET ARRONDISSEMENT GELDERLAND Besluit van de raad van de orde in het arrondissement Gelderland, houdende regels inzake mandaat, volmacht

Nadere informatie

HUISHOUDELIJK REGLEMENT ORDE VAN ADVOCATEN ARRONDISSEMENT NOORD-HOLLAND

HUISHOUDELIJK REGLEMENT ORDE VAN ADVOCATEN ARRONDISSEMENT NOORD-HOLLAND HUISHOUDELIJK REGLEMENT ORDE VAN ADVOCATEN ARRONDISSEMENT NOORD-HOLLAND Artikel 1 Begripsbepalingen In dit huishoudelijk reglement wordt verstaan onder: Advocaat: de advocaat die kantoorhoudt in het arrondissement

Nadere informatie

REGELING VAKBEKWAAMHEID BMM-ERKEND GEMACHTIGDE (hierna: Regeling )

REGELING VAKBEKWAAMHEID BMM-ERKEND GEMACHTIGDE (hierna: Regeling ) REGELING VAKBEKWAAMHEID BMM-ERKEND GEMACHTIGDE (hierna: Regeling ) 1. DEFINITIES 1.1 In deze Regeling wordt verstaan onder 'het Keurmerk' de collectieve Beneluxmerken, ingeschreven bij het Benelux-Bureau

Nadere informatie

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOOR DE ORDE VAN ADVOCATEN EN DE RAAD VAN TOEZICHT IN HET

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOOR DE ORDE VAN ADVOCATEN EN DE RAAD VAN TOEZICHT IN HET HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOOR DE ORDE VAN ADVOCATEN EN DE RAAD VAN TOEZICHT IN HET ARRONDISSEMENT MIDDEN-NEDERLAND. Vastgesteld op 31 oktober 2013 tijdens de jaarvergadering van Orde van Advocaten, op grond

Nadere informatie

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN DE STAGEVERORDENING 2012

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN DE STAGEVERORDENING 2012 BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN DE STAGEVERORDENING 2012 Paragraaf 1. Goedkeuring stage en patroon Artikel 1 Aanvraag goedkeuring stage en patronaat 1. Een verzoek om goedkeuring van de stage en

Nadere informatie

Besluit van de algemene raad van 1 december 2014 to 1 t vaststelling van de regeling op de advocatuur (Regeling op de advocatuur) De algemene raad;

Besluit van de algemene raad van 1 december 2014 to 1 t vaststelling van de regeling op de advocatuur (Regeling op de advocatuur) De algemene raad; Besluit van de algemene raad van 1 december 2014 to 1 t vaststelling van de regeling op de advocatuur (Regeling op de advocatuur) De algemene raad; Gelet op artikel 4, eerste lid, onderdeel c, en artikel

Nadere informatie

b. De examencommissie bestaat uit een voorzitter, een secretaris en een aantal leden.

b. De examencommissie bestaat uit een voorzitter, een secretaris en een aantal leden. Samenwerking van Quasir en De Bureaus Reglement Examen Opleiding Herstelcoach d.d. 13 december 2016 Artikel 1. Begripsbepalingen Instelling : samenwerking van Quasir en De Bureaus Bevoegd gezag : directie

Nadere informatie

Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens

Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens Artikel 1 - Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

Reglement Herregistratie Klinisch Fysici

Reglement Herregistratie Klinisch Fysici Reglement Herregistratie Klinisch Fysici 20 maart 2018 Dit herregistratiereglement is goedgekeurd door de ledenvergadering van de Nederlandse Vereniging voor Klinische Fysica (NVKF) tijdens de vergadering

Nadere informatie

Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden

Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 36091 19 december 2014 Besluit van het college van afgevaardigden van 4 december 2014 tot vaststelling van de verordening

Nadere informatie

REGELING INZAKE KANTOORVERKLARINGEN

REGELING INZAKE KANTOORVERKLARINGEN REGELING INZAKE KANTOORVERKLARINGEN Considerans 1. Dat het wenselijk geacht wordt om in civiele procedures, aanhangig zijnde voor de rechtbank Rotterdam de mogelijkheid te scheppen om getuigen hun verklaringen

Nadere informatie

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN HOOFDSTUK 3 VAN DE VERORDENING OP DE ADVOCATUUR

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN HOOFDSTUK 3 VAN DE VERORDENING OP DE ADVOCATUUR BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN HOOFDSTUK 3 VAN DE VERORDENING OP DE ADVOCATUUR Paragraaf 1. Goedkeuring stage en patroon Artikel 1 Aanvraag goedkeuring stage en patronaat 1. Een verzoek om goedkeuring

Nadere informatie

Reglement Tuchtcommissie

Reglement Tuchtcommissie Reglement Tuchtcommissie 1 mei 2016 Artikel 1 De in dit Reglement Tuchtcommissie voorkomende begrippen hebben de betekenis als daaraan toegekend in de Statuten en het Algemeen Reglement en voorts de navolgende:

Nadere informatie

Verordening op de advocatuur

Verordening op de advocatuur Verordening op de advocatuur Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Definities Afdeling 1.1 Definities Hoofdstuk 2 Organisatie van de Nederlandse orde van advocaten Afdeling 2.1 Raden en commissies Paragraaf 2.1.1

Nadere informatie

CENTRAAL COLLEGE VOOR DE FARMACIE BESLUIT NO. 11 BESLUIT REGISTRATIE EN HERREGISTRATIE ZIEKENHUISFARMACIE

CENTRAAL COLLEGE VOOR DE FARMACIE BESLUIT NO. 11 BESLUIT REGISTRATIE EN HERREGISTRATIE ZIEKENHUISFARMACIE CENTRAAL COLLEGE VOOR DE FARMACIE BESLUIT NO. 11 BESLUIT REGISTRATIE EN HERREGISTRATIE ZIEKENHUISFARMACIE Het Centraal College voor de Farmacie in vergadering bijeen op 3 november 2014 Gezien in aanmerking

Nadere informatie

Regeling Beroep tegen Examenbeslissingen. MBO Utrecht. Colofon

Regeling Beroep tegen Examenbeslissingen. MBO Utrecht. Colofon Regeling Beroep tegen Examenbeslissingen MBO Utrecht Colofon Uitgave : College van Bestuur Goedgekeurd door het College van Bestuur : 27 juni 2014 Instemming Ondernemingsraad : 3 september 2014 Instemming

Nadere informatie

Stichting Jachtopleidingen Nederland. Reglement op het examen KENNIS & BEHEER VAN REEËN

Stichting Jachtopleidingen Nederland. Reglement op het examen KENNIS & BEHEER VAN REEËN Stichting Jachtopleidingen Nederland Reglement op het examen KENNIS & BEHEER VAN REEËN Uitgave januari 2016 Het secretariaat van de Stichting Jachtopleidingen Nederland is gevestigd te Amersfoort Amsterdamseweg

Nadere informatie

Uitspraak 201405096/1/A2

Uitspraak 201405096/1/A2 Uitspraak 201405096/1/A2 Datum van uitspraak: Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: 201405096/1/A2. Datum uitspraak: 21 januari 2015 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK woensdag 21 januari 2015 Uitspraak op het

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3998

ECLI:NL:RVS:2014:3998 ECLI:NL:RVS:2014:3998 Instantie Raad van State Datum uitspraak 05-11-2014 Datum publicatie 05-11-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201403900/1/A3 Eerste

Nadere informatie

Reglement van Beroep tegen de uitslag van een examen of toets van de SNEVT

Reglement van Beroep tegen de uitslag van een examen of toets van de SNEVT Reglement van Beroep tegen de uitslag van een examen of toets van de SNEVT [Dit reglement geldt uitsluitend voor kandidaten afkomstig van ITV en HWN. LOI-kandidaten dienen zich te melden bij LOI. Op hen

Nadere informatie

UITVOERINGSREGELS KYNOLOGISCHE OPLEIDINGEN

UITVOERINGSREGELS KYNOLOGISCHE OPLEIDINGEN UITVOERINGSREGELS KYNOLOGISCHE OPLEIDINGEN Uitvoeringsregels voor: de organisatie en uitvoering van kynologische opleidingen en examens georganiseerd door de Raad van Beheer al dan niet in samenwerking

Nadere informatie

Regeling melding misstand woningcorporaties

Regeling melding misstand woningcorporaties Regeling melding misstand woningcorporaties Regeling van de procedure voor het melden van een vermoeden van een misstand en van de (rechts)bescherming van de melder en de vertrouwenspersoon integriteit.

Nadere informatie

De algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten;

De algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten; Besluit van de algemene raad van 3 november 2014 tot vaststelling van de beleidsregel inzake ontheffing kantoorhouden in één arrondissement op één locatie vanwege kantoorvestiging buiten Nederland (Beleidsregel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 436 Wijziging van de Wet op de rechtsbijstand houdende herijking van de verlening van rechtsbijstand door de raden voor rechtsbijstand en de

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement voor de Orde van Advocaten en de raad van de orde in het arrondissement Amsterdam

Huishoudelijk reglement voor de Orde van Advocaten en de raad van de orde in het arrondissement Amsterdam Huishoudelijk reglement voor de Orde van Advocaten en de raad van de orde in het arrondissement Amsterdam Vastgesteld op 24 maart 2016 tijdens de jaarvergadering van de Amsterdamse Orde van Advocaten,

Nadere informatie

BESLUIT: vast te stellen het navolgende Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college.

BESLUIT: vast te stellen het navolgende Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere gelet op artikel 52 van de Gemeentewet BESLUIT: vast te stellen het navolgende Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden

Nadere informatie

Reglement Cliëntenraad Jeugdbescherming Brabant

Reglement Cliëntenraad Jeugdbescherming Brabant Reglement Cliëntenraad Jeugdbescherming Brabant 1 oktober 2011 Reglement Cliëntenraad van Jeugdbescherming Brabant Jeugdbescherming Brabant stelt conform artikel 58 e.v. van de Wet op de Jeugdzorg een

Nadere informatie

EXAMENREGLEMENT 'BETONLABORANT BV'

EXAMENREGLEMENT 'BETONLABORANT BV' EXAMENREGLEMENT 'BETONLABORANT BV' Uitgave september 2013 Artikel 1 Inleiding Dit reglement is van toepassing op het examen ter verkrijging van het diploma Betonlaborant BV, uitgeschreven door de Betonvereniging.

Nadere informatie

Reglement Cliëntenraad Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant

Reglement Cliëntenraad Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant Reglement Cliëntenraad Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant 1 oktober 2011 Reglement Cliëntenraad van Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant stelt conform

Nadere informatie

1 Inleiding... 2 2 Examencommissie... 3 3 Toelating... 4. 3.1 Toelatingseisen... 4 3.2 Vrijstellingen... 4. 4 De inrichting van toetsen...

1 Inleiding... 2 2 Examencommissie... 3 3 Toelating... 4. 3.1 Toelatingseisen... 4 3.2 Vrijstellingen... 4. 4 De inrichting van toetsen... Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Examencommissie... 3 3 Toelating... 4 3.1 Toelatingseisen... 4 3.2 Vrijstellingen... 4 4 De inrichting van toetsen... 5 4.1 Toelating tot de toetsing... 5 4.2 Schriftelijke

Nadere informatie

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Personeelspensioenfonds APG

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Personeelspensioenfonds APG Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Personeelspensioenfonds APG Laatstelijk gewijzigd door het bestuur van Stichting Personeelspensioenfonds APG op 27 november 2013 1 REGLEMENT VOOR HET VERANTWOORDINGSORGAAN

Nadere informatie

Na artikel 4.3 Professionele kennis en kunde worden de volgende artikelen ingevoegd:

Na artikel 4.3 Professionele kennis en kunde worden de volgende artikelen ingevoegd: Besluit van het college van afgevaardigden van 21 juni 2017 houdende de wijziging van de Verordening op de advocatuur in verband met de invoering van de kwaliteitstoetsen (Wijzigingsverordening kwaliteitstoetsen)

Nadere informatie

Reglement van de Commissie van Beroep

Reglement van de Commissie van Beroep Reglement van de Commissie van Beroep 1 januari 2019 Artikel 1 De in dit Reglement van Beroep voorkomende begrippen hebben de betekenis als daaraan toegekend in de Statuten en het Algemeen Reglement en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 382 Aanpassing van de Advocatenwet, de Wet op de rechtsbijstand en de Wet tarieven in burgerlijke zaken in verband met de positie van de advocatuur

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHIKTHEIDSTEST WRM. voor het afnemen van de

REGLEMENT GESCHIKTHEIDSTEST WRM. voor het afnemen van de REGLEMENT voor het afnemen van de GESCHIKTHEIDSTEST WRM ter beoordeling van het opleidingsniveau indien men niet voldoet aan de opleidingseisen uit art. 14 van het 'Algemene deel reglement voor het afnemen

Nadere informatie

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN DE STAGEVERORDENING 2012

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN DE STAGEVERORDENING 2012 BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN DE STAGEVERORDENING 2012 Paragraaf 1. Goedkeuring stage en patroon Artikel 1 Aanvraag goedkeuring stage en patronaat 1. Een verzoek om goedkeuring van de stage en

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Vrijstellingen Brandweeronderwijs

Uitvoeringsregeling Vrijstellingen Brandweeronderwijs Uitvoeringsregeling Vrijstellingen Brandweeronderwijs Instituut Fysieke Veiligheid Bureau Toezicht Examinering en Certificering Postbus 7010 6801 HA Arnhem Kemperbergerweg 783, Arnhem www.ifv.nl info@ifv.nl

Nadere informatie

REGELING. met betrekking tot het afleggen van een PROEVE VAN BEKWAAMHEID. bij IBKI, als onderdeel van de totale examinering van een kwalificatie

REGELING. met betrekking tot het afleggen van een PROEVE VAN BEKWAAMHEID. bij IBKI, als onderdeel van de totale examinering van een kwalificatie REGELING met betrekking tot het afleggen van een PROEVE VAN BEKWAAMHEID bij IBKI, als onderdeel van de totale examinering van een kwalificatie IBKI Nieuwegein, Juni 2016. INHOUD Hoofdstuk I Algemene bepalingen...

Nadere informatie

REGLEMENT ALGEMEEN EXAMEN ORTHOPEDIE

REGLEMENT ALGEMEEN EXAMEN ORTHOPEDIE REGLEMENT ALGEMEEN EXAMEN ORTHOPEDIE Artikel 1: Status van dit reglement Het Reglement Algemeen Examen Orthopedie wordt gehanteerd en uitgevoerd door de Opleidingcommissie (OC) van de Nederlandse Orthopaedische

Nadere informatie

REGELING MELDING ONREGELMATIGHEDEN UNIVERSITEIT LEIDEN

REGELING MELDING ONREGELMATIGHEDEN UNIVERSITEIT LEIDEN REGELING MELDING ONREGELMATIGHEDEN UNIVERSITEIT LEIDEN INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Hoofdstuk 5: Algemene bepalingen Interne procedure De Commissie integriteit Universiteit

Nadere informatie

ieder heel uur dat hij academisch of postacademisch onderwijs heeft gevolgd dat de praktijkuitoefening of de praktijkvoering ten goede komt, indien:

ieder heel uur dat hij academisch of postacademisch onderwijs heeft gevolgd dat de praktijkuitoefening of de praktijkvoering ten goede komt, indien: Verordening advocatuur Artikel 4.4 Opleidingspunten http://regelgeving.advocatenorde.nl/content/artikel-44-opleidingspunten 1 Een advocaat behaalt elk kalenderjaar ten minste twintig opleidingspunten,

Nadere informatie

besluit van de gemeenteraad

besluit van de gemeenteraad besluit van de gemeenteraad voorstelnummer iz-nummer 3 onderwerp Verordening op de rekenkamer Gouda De raad van de gemeente Gouda; gelezen het voorstel van het presidium van 2 januari 2007 nr 3; gehoord

Nadere informatie

Artikel 1 - Geschillencommissie

Artikel 1 - Geschillencommissie Reglement Geschillencommissie inzake de kwaliteit van Marktonderzoek zoals bedoeld in artikel 21 lid 2 van de statuten van de MarktonderzoekAssociatie MOA vastgesteld door het Bestuur van de MOA op 11

Nadere informatie

Gemeenschappelijke regeling Sallcon

Gemeenschappelijke regeling Sallcon Gemeenschappelijke regeling Sallcon De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Deventer en Olst-Wijhe, ieder voor zover voor de eigen gemeente bevoegd Overwegende dat De gemeenten Deventer

Nadere informatie

Reglement van het Verantwoordingsorgaan. Stichting Personeelspensioenfonds APG (PPF APG)

Reglement van het Verantwoordingsorgaan. Stichting Personeelspensioenfonds APG (PPF APG) Reglement van het Verantwoordingsorgaan Stichting Personeelspensioenfonds APG (PPF APG) Versie: 1 januari 2018 SAMENSTELLING Artikel 1 1. Het verantwoordingsorgaan bestaat uit 7 leden, waarvan 2 leden

Nadere informatie

CENTRAAL COLLEGE VOOR DE FARMACIE BESLUIT NO REGISTRATIE EN HERREGISTRATIE OPENBARE FARMACIE

CENTRAAL COLLEGE VOOR DE FARMACIE BESLUIT NO REGISTRATIE EN HERREGISTRATIE OPENBARE FARMACIE CENTRAAL COLLEGE VOOR DE FARMACIE BESLUIT NO. 2 2014 REGISTRATIE EN HERREGISTRATIE OPENBARE FARMACIE Het Centraal College voor de Farmacie in vergadering bijeen op 25 september 2014 Gezien de aanwijzing

Nadere informatie

De algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten;

De algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten; Besluit van de algemene raad van 3 november 2014 tot vaststelling van de beleidsregel inzake ontheffing kantoorhouden in één arrondissement op één locatie vanwege detachering (Beleidsregel detachering)

Nadere informatie

Examenreglement Wijn SDEN-niveau 1 t/m 3. Opgesteld door Stichting Dranken Examens en Normering

Examenreglement Wijn SDEN-niveau 1 t/m 3. Opgesteld door Stichting Dranken Examens en Normering Examenreglement Wijn SDEN-niveau 1 t/m 3. Opgesteld door Stichting Dranken Examens en Normering Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd

Nadere informatie

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.30b, vierde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

3. Artikel 80a Wet RO

3. Artikel 80a Wet RO Wijziging van de Advocatenwet, de Wet op de rechterlijke organisatie en enige andere wetten ter versterking van de cassatierechtspraak (versterking cassatierechtspraak) MEMORIE VAN ANTWOORD 1. Inleiding

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT van samenwerkingsverband passend primair onderwijs Oosterschelderegio te Goes ( het samenwerkingsverband ).

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT van samenwerkingsverband passend primair onderwijs Oosterschelderegio te Goes ( het samenwerkingsverband ). MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT van samenwerkingsverband passend primair onderwijs Oosterschelderegio te Goes ( het samenwerkingsverband ). Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen a. wet:

Nadere informatie

Reglement omtrent de werkwijze van de kamers voor het notariaat. (zoals bedoeld in artikel 12 lid 5 van het Besluit op het notarisambt)

Reglement omtrent de werkwijze van de kamers voor het notariaat. (zoals bedoeld in artikel 12 lid 5 van het Besluit op het notarisambt) Reglement omtrent de werkwijze van de kamers voor het notariaat (zoals bedoeld in artikel 12 lid 5 van het Besluit op het notarisambt) AFDELING 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Leiding van de vergadering

Nadere informatie

Examen Reglement 01-06-15. Postbus 744 9700 AS Groningen www.openbaaronderwijs groepgroningen.nl K.v.K. 345.7373.3838. Datum

Examen Reglement 01-06-15. Postbus 744 9700 AS Groningen www.openbaaronderwijs groepgroningen.nl K.v.K. 345.7373.3838. Datum 01-06-15 Examen Reglement Onderwerp Examenreglement VWO, HAVO, VMBO Openbaar Onderwijs Groep Groningen Definitief Bezoekadres Postadres L. Springerlaan 39 9727 KB Groningen Postbus 744 9700 AS Groningen

Nadere informatie

Reglement Centraal College van Deskundigen IKB Vleeskalveren 2008

Reglement Centraal College van Deskundigen IKB Vleeskalveren 2008 Reglement Centraal College van Deskundigen Besluit van het bestuur van de Stichting Brancheorganisatie Kalversector van 12 februari 2014 houdende de vaststelling van een reglement ter zake van het functioneren

Nadere informatie

Stageverordening 2005 (1)

Stageverordening 2005 (1) Stageverordening 2005 (1) (1) Verordening van 23 juni 2005, Stcrt. 2005, 135, Adv.bl. 2005, nr. 12, blz. 542-548. De verordening treedt in de plaats van Stageverordening 1988 van 9 juni 1988, Stcrt. 1988,

Nadere informatie

STAGE- EN OPLEIDINGSREGLEMENT

STAGE- EN OPLEIDINGSREGLEMENT STAGE- EN OPLEIDINGSREGLEMENT De Raad van Toezicht van de Orde van Advocaten in het arrondissement Rotterdam heeft in zijn vergadering d.d. 12 augustus 2005 de volgende regeling vastgesteld ter uitvoering

Nadere informatie

REGLEMENT VAN BEROEP TER UITVOERING VAN HET BEPAALDE IN HET REGLEMENT UITKERINGEN. Pagina 1 van 5

REGLEMENT VAN BEROEP TER UITVOERING VAN HET BEPAALDE IN HET REGLEMENT UITKERINGEN. Pagina 1 van 5 REGLEMENT VAN BEROEP TER UITVOERING VAN HET BEPAALDE IN HET REGLEMENT UITKERINGEN Pagina 1 van 5 Voor de Commissie van Beroep is door het Algemeen Bestuur van Stichting Reprorecht, laatstelijk in zijn

Nadere informatie

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.31 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek juncto

Nadere informatie

Conceptverordening op de advocatuur

Conceptverordening op de advocatuur Conceptverordening op de advocatuur Het college van afgevaardigden van de Nederlandse orde van advocaten; Overwegende dat het uit een oogpunt van kenbaarheid en vermindering van regels wenselijk is de

Nadere informatie

Nadere voorschriften permanente educatie zoals die gelden per 1 januari 2014

Nadere voorschriften permanente educatie zoals die gelden per 1 januari 2014 Nadere voorschriften permanente educatie zoals die gelden per 1 januari 2014 December 2013 Nadere voorschriften van 7 mei 2013 houdende regels voor de permanente educatie van accountants (Nadere voorschriften

Nadere informatie

IFV Uitvoeringsregeling Bezwaar en inzage

IFV Uitvoeringsregeling Bezwaar en inzage IFV Uitvoeringsregeling Bezwaar en inzage Opgesteld door: Bureau Toezicht Examinering en Certificering Vastgesteld door: Het dagelijks bestuur van het IFV 23 april 2014. Alle rechten voorbehouden. Niets

Nadere informatie

Begripsomschrijving REGLEMENT VOOR PERMANENTE EDUCATIE. Artikel 1. In dit Reglement wordt verstaan onder:

Begripsomschrijving REGLEMENT VOOR PERMANENTE EDUCATIE. Artikel 1. In dit Reglement wordt verstaan onder: REGLEMENT VOOR PERMANENTE EDUCATIE Begripsomschrijving Artikel 1 In dit Reglement wordt verstaan onder: Stichting De Stichting Register Financieel Echtscheidingsadviseurs Bestuur Het bestuur van de Stichting

Nadere informatie

Vereniging van Letselschade Advocaten "LSA" HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Vereniging van Letselschade Advocaten LSA HUISHOUDELIJK REGLEMENT Vereniging van Letselschade Advocaten "LSA" HUISHOUDELIJK REGLEMENT Het huishoudelijk reglement overeenkomstig artikel 19 van de statuten van de Vereniging van Letselschade Advocaten ( LSA ), zoals vastgesteld

Nadere informatie

Regeling melding onregelmatigheden TU/e

Regeling melding onregelmatigheden TU/e Regeling melding onregelmatigheden TU/e Het College van Bestuur van de Technische Universiteit Eindhoven vindt het wenselijk dat in het kader van corporate governance, de universiteit beschikt over een

Nadere informatie

Regeling Beroep tegen Examenbeslissingen Colofon

Regeling Beroep tegen Examenbeslissingen Colofon Regeling Beroep tegen Examenbeslissingen Colofon Uitgave : MBO Amersfoort Instemming OR : 12 december 2012 Instemming Studentenraad : Vastgesteld College van Bestuur : 8 januari 2013 Kenmerk CvB vastgesteld

Nadere informatie

Verordening op de Raad voor Toezicht

Verordening op de Raad voor Toezicht Verordening op de Raad voor Toezicht De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants; Gelet op de artikelen 5, eerste lid en 19, eerste lid, van de Wet op het accountantsberoep;

Nadere informatie

Toetsreglement Nederlands Genootschap voor Sportmassage (NGS)

Toetsreglement Nederlands Genootschap voor Sportmassage (NGS) Toetsreglement Nederlands Genootschap voor Sportmassage (NGS) Inleiding Dit toetsreglement is vastgesteld door het bestuur van het Nederlands Genootschap voor Sportmassage (NGS) op 1 maart 2017. Dit toetsreglement

Nadere informatie

Reglement van Orde. College van Beroep voor de examens. ex Artikel 7.62 van de WHW. College van Beroep voor de examens - Reglement van Orde

Reglement van Orde. College van Beroep voor de examens. ex Artikel 7.62 van de WHW. College van Beroep voor de examens - Reglement van Orde College van Beroep voor de examens Reglement van Orde 1 Inhoudsopgave Artikel 1. Plaats en functie van het College... 3 Artikel 2. Voordracht, samenstelling en benoeming van het College... 3 Artikel 3.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 059 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet, alsmede enige andere wetten in verband met de introductie van aanvullende

Nadere informatie

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP Vastgesteld bij besluit van de Raad van Bestuur van de Stichting Nederlandse Publieke Omroep, hierna de NPO, d.d. 12 januari 2010, herzien d.d. 12 februari 2013.

Nadere informatie

CONCEPT. De Minister van Veiligheid en Justitie, Gelet op artikel 6, negende lid, van het Besluit bezoldiging politie: Besluit:

CONCEPT. De Minister van Veiligheid en Justitie, Gelet op artikel 6, negende lid, van het Besluit bezoldiging politie: Besluit: directoraat-generaal Veiligheid Personeel & Materieel CONCEPT Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van DGV Politie/Personeel en Materieel, houdende invoering van de Tijdelijke regeling functieonderhoud

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT DEFINITIES

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT DEFINITIES ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT DEFINITIES ARTIKEL 1 Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a) de opleiding: de beroepsopleiding voor bedrijfsjuristen; b) de examencommissie: de examencommissie

Nadere informatie

PRIVACY REGLEMENT TERSCHELLING ENERGIE COÖPERATIEF U.A.

PRIVACY REGLEMENT TERSCHELLING ENERGIE COÖPERATIEF U.A. PRIVACY REGLEMENT TERSCHELLING ENERGIE COÖPERATIEF U.A. Reglement ter bescherming van de gegevens in de ledenregistratie. Gelet op artikel 24 van de wet Persoonsregistraties, waarin wordt bepaald dat voor

Nadere informatie

Reglement Commissie van beroep voor de examens Mondriaan

Reglement Commissie van beroep voor de examens Mondriaan Reglement Commissie van beroep voor de examens Mondriaan Instemming Deelnemersraad: 26 april 2011 Vastgesteld door College van Bestuur: 10 mei 2011 Ingangsdatum: 10 mei 2011 Inhoudsopgave ARTIKEL 1 BEGRIPSBEPALINGEN...

Nadere informatie

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming (Wet op de loonvorming [Versie geldig vanaf: 17-02-1999]) Geschiedenis: Staatsblad 1997, 63;Staatsblad

Nadere informatie

1. Het doel van dit reglement is een praktische uitwerking te geven van de bepalingen van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg.

1. Het doel van dit reglement is een praktische uitwerking te geven van de bepalingen van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg. Klachtenreglement Allerzorg Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen 1. Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: a. zorgaanbieder: Allerzorg; b. directie: de directie

Nadere informatie

Examenreglement Contactlensspecialist

Examenreglement Contactlensspecialist 2017-2018 BRANCHEOPLEIDING VERSIE : : 1v1 september 2017 REGLEMENT Voor het afnemen van de examens van de opleiding SOESV T: 030 6087616 E: info@soesv.nl W: www.soesv.nl Nieuwegein, 1 september 2017 (hierbij

Nadere informatie

Regeling erkenning opleidingsinstellingen. De Algemene Raad,

Regeling erkenning opleidingsinstellingen. De Algemene Raad, Regeling erkenning opleidingsinstellingen De Algemene Raad, Gelet op artikel 3, vijfde lid, Verordening op de vakbekwaamheid juncto artikel 6 Regeling vakbekwaamheid, Gelet op artikel 11a Stageverordening

Nadere informatie

Wetsartikelen ter toelichting van de OER

Wetsartikelen ter toelichting van de OER Wetsartikelen ter toelichting van de OER 2008-2009 Erasmus MC, Rotterdam Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT Medezeggenschapsreglement van Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Rotterdam ( het samenwerkingsverband ). Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 29 936 Regels inzake beëdiging, kwaliteit en integriteit van beëdigd vertalers en van gerechtstolken die werkzaam zijn binnen het domein van justitie

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Fraude Brandweeronderwijs

Uitvoeringsregeling Fraude Brandweeronderwijs Uitvoeringsregeling Fraude Brandweeronderwijs Instituut Fysieke Veiligheid Bureau Toezicht Examinering en Certificering Postbus 7010 6801 HA Arnhem Kemperbergerweg 783, Arnhem www.ifv.nl info@ifv.nl 026

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 424 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000, houdende regels ter bevordering van de kwaliteit in het taxivervoer A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN

Nadere informatie

AFDELINGSREGLEMENT NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND. Uitgave november In deze uitgave is de tekst van artikel 3 aangepast

AFDELINGSREGLEMENT NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND. Uitgave november In deze uitgave is de tekst van artikel 3 aangepast AFDELINGSREGLEMENT NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Uitgave november 2018 In deze uitgave is de tekst van artikel 3 aangepast Hoofdstuk I Algemene organisatie Artikel 1 Indeling Afdelingen 1 De lid-verenigingen

Nadere informatie

Regeling melding misstand woningcorporaties (klokkenluidersregeling)

Regeling melding misstand woningcorporaties (klokkenluidersregeling) Regeling melding misstand woningcorporaties (klokkenluidersregeling) Regeling van de procedure voor het melden van een vermoeden van een misstand en van de (rechts)bescherming van de melder en de vertrouwenspersoon

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16484 27 maart 2019 Regeling van de Minister van Financiën van 20 maart 2019, 2019-0000041462, directie Financiële Markten,

Nadere informatie

C O N C E P T. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

C O N C E P T. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Besluit van houdende wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met de verrekeningsbevoegdheid van de raad voor rechtsbijstand bij een proceskostenveroordeling Ingevolge artikel

Nadere informatie

Klachtenprotocol Kinderopvang De 5

Klachtenprotocol Kinderopvang De 5 Klachtenprotocol Kinderopvang De 5 Versie 10-11-2016 2 Klachtenprotocol Kinderopvang De 5 Inhoudsopgave Toepassingsgebied 3 Begripsbepaling 3 Doelstelling van de klachtenregeling 2 Samenstelling, benoeming

Nadere informatie

: de Stichting Geschillen in de landbouw c.a.;

: de Stichting Geschillen in de landbouw c.a.; Reglement geschillen in de landbouwzorg Begripsomschrijving Artikel 1 In dit Reglement wordt verstaan onder: Stichting : de Stichting Geschillen in de landbouw c.a.; Commissie : de Geschillencommissie

Nadere informatie

tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie)

tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) Besluit tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) Op de voordracht van Onze Minister voor Wonen, Wijken en Integratie van..., nr. BJZ2009..., Directie

Nadere informatie

Regeling toelatingstoetsen Noord Nederland

Regeling toelatingstoetsen Noord Nederland Regeling toelatingstoetsen Noord Nederland De Regeling toelatingstoetsen Noord Nederland geeft regels voor de uitvoering van het toelatingsonderzoek op grond waarvan personen die niet in het bezit zijn

Nadere informatie