Veiligheid in de binnenvaart in relatie tot andere modaliteiten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Veiligheid in de binnenvaart in relatie tot andere modaliteiten"

Transcriptie

1 Ministerie van Verkeer en Waterstaat Veiligheid in de binnenvaart in relatie tot andere modaliteiten Een statistisch overzicht van de ongevallen op de binnenwateren en een vergelijking tussen de veiligheid van de verschillende modaliteiten en de veiligheidsbeleving op de binnenwateren 13 december 2004

2 Colofon Uitgegeven door: Ministerie van Verkeer en Waterstaat Adviesdienst Verkeer en Vervoer Postbus BA Rotterdam Informatie: Ing. N.J.P. Dofferhoff Telefoon: Fax: Uitgevoerd door: Ing. N.J.P. Dofferhoff Datum: 13 december Acceptatie risico

3 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 3 Samenvatting 5 Summary 7 1. Inleiding 9 2. Risico vervoer over water Bronmateriaal Ongevallen vervoer over water Aantal geregistreerde ongevallen Omstandigheden en oorzaken Slachtoffers op het water Schade Risico goederenvervoer over weg en spoor Goederenvervoer over de weg Bronmateriaal Ongevallen goederenvervoer over de weg Slachtoffers goederenvervoer over de weg Goederenvervoer over het spoor Risico passagiervervoer over weg en spoor Passagiervervoer per bus en tram Ongevallen passagiervervoer per bus en tram Slachtoffers passagiersvervoer per bus en tram Passagiervervoer over het spoor Slachtoffers passagiervervoer per spoor Water versus weg en spoor Goederenvervoer Passagiervervoer Feiten versus beleving Conclusie en aanbevelingen 39 Bijlage A Aantal betrokken vaartuigen bij aanvaringen per subcategorie 41 Bijlage B Aantal betrokken vaartuigen in relatie met primaire oorzaken (subcategorie) 45 3 Acceptatie risico

4 Bijlage C 49 Aantal slachtoffers per type schip per categorie ongeval Bijlage D Definitie schade 51 Bijlage E Type schade 53 4 Acceptatie risico

5 Samenvatting Binnen het Ministerie van Verkeer en Waterstaat is een gemeenschappelijk beleidsvisie vastgesteld. Hierin wordt aangegeven dat er wordt gestreefd naar een permanente verbetering van de veiligheid. Voor het leveren van een bijdrage aan de beleidsmatige vaststelling van de urgentie om het interne risico bij het vervoer van personen en goederen over de binnenwateren te verminderen, is een vergelijking gemaakt met het interne risico bij andere vervoersmodaliteiten, zoals vracht- en bestelauto, (openbaar) vervoer per bus, tram en metro. Hiervoor zijn de statistische gegevens met betrekking tot de ongevallen en slachtoffers voor de periode voor de verschillende modaliteiten geanalyseerd. Het betreft dan met name gegevens ten aanzien van ongevallen met en slachtoffers aan boord van goederen- en passagiervervoerende binnenvaartschepen. Ten aanzien van andere modaliteiten, zoals vrachtvervoerende voertuigen, spoor, bus, tram en metro, zijn alleen de ongevallen en slachtoffers gegeven. Het aantal ongevallen en slachtoffers met goederenvervoerende voeren vaartuigen zijn gegeven per vervoersprestatie. Op basis van de getalsmatige vergelijking kan er geconcludeerd worden dat in vergelijking met de weg er geen hoge mate van urgentie is om het goederenvervoer over het water veiliger te maken. Een vergelijking tussen spoor en binnenvaart kon niet worden gemaakt door een verschil in definitie van onder meer een ongeval. Ten aanzien van het interne risico bij het vervoer van passagiers over water kon door het ontbreken van de totale reizigerskilometers over het water geen vergelijking worden gemaakt met de andere modaliteiten. Het is dan ook aan te bevelen om de bestaande registratie van gegevens uit de breiden met onder meer de reizigerskilometers van cruiseschepen. Alleen op basis van deze gegevens kunnen goed onderbouwde uitspraken worden gedaan over de urgentie om de veiligheid van het vervoer van passagiers te verbeteren. Op basis van de absolute aantallen kan wel worden opgemerkt dat de kans om gewond te raken of te overlijden klein is. Gedurende de onderzoeksperiode zijn er namelijk geen doden en 24 gewonden geregistreerd. Wel is het gezien de mogelijke gevolgen van een ongeval met passagier vervoerende schepen aan te bevelen een risicoanalyse uit te voeren. 5 Acceptatie risico

6 Uit de gegevens komt verder naar voren dat de recreatievaart bij relatief veel ongevallen betrokken is en dat er meer slachtoffers vallen dan op andere vaartuigen. Gezien deze resultaten is het aan te bevelen een nadere analyse van de oorzaken van de ongevallen met recreatievaart uit te voeren. Daarnaast zijn in dit rapport ook de resultaten van de vergelijking tussen de feiten en de veiligheidsbeleving gegeven. De resultaten van het veiligheidsbelevingsonderzoek zelf staan in een aparte rapportage, genoemd Risicobeleving bij passagiers en bemanning van schepen op de Nederlandse binnenwateren. Uit deze vergelijking kan geconcludeerd worden dat erop hoofdlijnen geen specifieke situaties/aspecten zijn die urgent moeten worden aangepakt. Er zijn wel drie aandachtspunten, ten eerste de lagere veiligheidsbeleving bij passagiers aan boord van de Waterbus in vergelijking tot passagiers aan boord van andere snelle passagiersschepen. Ten tweede de lagere veiligheidsbeleving van bemanning van vrachtvervoerende binnenvaartschepen tijdens laden en lossen. Deze aspecten kunnen niet met statistieken worden onderbouwd. Het is dan ook aan te bevelen hier verder onderzoek naar te doen. Ten derde de lagere veiligheidsbeleving van passagier voor bepaalde situaties die relatief weinig voorkomen zoals brand. Een verklaring hiervoor kan de inschatting van de passagiers voor de mogelijke gevolgen in zo n situatie zijn. Om de beleving aan te laten sluiten bij het veiligheidsbeleid is het daarom aan te bevelen vooral de mogelijke gevolgen bij ongevallen vast te stellen door middel van risicoanalyse. 6 Acceptatie risico

7 Summary Within the Ministry of Transport, Public Works and Water Management a joint policy vision has been established. The aim of this vision is a permanent improvement of the safety. As a contribution to the formulation of gaols for the urgency with which the safety of inland transport should be improved, a comparison has been made between the internal risk of transport over inland waterways and the internal risk of other modalities, such as trucks, (public) transport, by bus, tram and subway. For this purpose, statistical information on accidents and victims of the different modalities in the period was analysed. This information focuses mainly on accidents with and victim on board inland cargo and passenger vessels. Also information on accidents and victims in other modalities, such as truck, lorry, railway, bus, tram and subway is provided. The number of accidents and victims with inland cargo vessels and trucks are given per transport performance. Based on this numerical comparison the conclusion can be drawn that in comparison to road transport there is no high urgency to increase the safety of transport of cargo by inland vessels. It was not possible to make a comparison between inland cargo vessels and cargo train, because of the difference in definitions of, among others, an accident. A comparison between the transport of passengers over water and other modalities could not be made, due to the absence of data on passenger kilometres over water. Therefore it is advised to acquire the information on passenger kilometres of, amongst others, cruises. Only with completed information it is possible to give well-founded decisions on the urgency to increase the safety with passenger transport. The remark can be made, based on the absolute numbers, that the chance for injuries or decease is small. During the research period no deaths were recorded and 24 persons were injured. However in light of the possible consequences of an accident with a passenger vessel it is advised to perform a risk analysis. The statistics indicate that a relatively large number of recreational vessels are involved in accidents and that there are more victims on board recreational vessels than on board other vessels. It is therefore advised to perform a closer analysis on causes of these accidents. 7 Acceptatie risico

8 In this report the results of the comparison between facts and safety perception are also included. The results of the safety perception research can be found in a separate report. These indicate that basically there are no specific situation/aspect that urgently need to be improved. Point of interest are however, the lower safety perception of passengers on board the Waterbus in relation to the passengers on board other fast passenger vessels and the lower safety perception of crew of inland cargo vessels during loading and discharging. Both of these aspects cannot be confirmed by facts. It is therefore advised to perform further research on these items. A third point of interest is the lower safety perception of passengers in certain situations, situations that are not the most common situations, according to the statistics. A possible explanation could be the overrate of the consequences of these situation. To be able to link up the perception with the safety policy it is recommended to perform risk analysis on the possible consequences. 8 Acceptatie risico

9 1. Inleiding Binnen het Ministerie van Verkeer en Waterstaat is een gemeenschappelijke veiligheidsvisie vastgesteld. Hierin wordt aangegeven dat er wordt gestreefd naar een permanente verbetering van de veiligheid. Met betrekking tot de binnenvaart wordt algemeen aangenomen dat dit een veilige manier is om goederen en personen te vervoeren. Toetsing van deze aanname is gewenst, mede tegen het licht van nieuwe ontwikkelingen, zoals snelle ferry s en een sterke toename van containervervoer. In welke mate is het vervoer in Nederland over de binnenwateren veiliger of onveiliger dan het vervoer over land? Welke urgentie is er om de veiligheid van het vervoer over water te verbeteren? Hoe is de risicobeleving van passagiers en bemanningsleden bij vervoer over water? Wat is de materiële schade bij de plaatsgevonden ongevallen? DGG heeft aan AVV gevraagd hier onderzoek naar te doen. Dit gehele project is in een drietal fasen geknipt, te weten: - Fase 1: risicobeleving - Fase 2: ongevalstatistieken - Fase 3: gegevens versus beleving De resultaten van de twee laatste fasen komen in dit rapport aan de orde. De resultaten van de risicobeleving staan in een aparte rapportage. Fase 2; ongevalstatistieken betreft het onderzoek naar de feitelijke ongevallen. Hoeveel scheepvaartongevallen vinden er plaats (aan boord) (objectieve veiligheid), wat zijn hier de oorzaken van en wat zijn de materiële en immateriële gevolgen. De resultaten van dit onderzoek zijn in deze rapportage weergegeven. Fase 3; gegevens versus beleving betreft een vergelijking tussen de resultaten uit het veiligheidsbelevingsonderzoek en de ongevalstatistieken. De resultaten hiervan worden in hoofdstuk 6 van deze rapportage weergegeven. Het doel van deze rapportage is een bijdrage te leveren aan een beleidsmatige vaststelling van de urgentie om het interne risico bij het vervoer van personen en goederen over water te verminderen. Een belangrijk referentiepunt bij het bepalen van deze urgentie is een vergelijking met andere vormen van (openbaar) vervoer over de weg of spoor. Daarnaast is aandacht besteed aan de materiële schade ten gevolge van een ongeval. Verder wordt bekeken in hoeverre kan worden 9 Acceptatie risico

10 vastgesteld of doden en gewonden hadden kunnen worden voorkomen door betere preparatieve maatregelen, zoals voldoende vluchtwegen. In dit rapport wordt onderscheid gemaakt tussen de risico s bij het vervoer van vracht over binnenwateren, weg en spoor en bij het vervoer van passagiers over binnenwateren, weg en spoor. De risico s bij het vervoer over water komen in hoofdstuk 2 aan de orde. In hoofdstuk 3 worden de statistieken van het goederenvervoer over de weg en het spoor gegeven en in hoofdstuk 4 komen vervolgens de statistieken van het passagiervervoer over weg en spoor aan de orde. De resultaten van de verschillende vervoersmodaliteiten worden dan in hoofdstuk 5 met elkaar vergeleken. Vervolgens vindt in hoofdstuk 6 de vergelijking plaats tussen de ongevalstatistieken en de risicobeleving gegeven. Hoofdstuk 7 geeft de conclusies en aanbevelingen. 10 Acceptatie risico

11 2. Risico vervoer over water Bronmateriaal Voor de ongevalsgegevens op de binnenwateren is gebruik gemaakt van het Ongevallen en Overtredingen Informatie Systeem (ONOVIS), over de periode 1998 t/m Van de beschikbare informatie zijn de relevante gegevens gebruikt om te worden geanalyseerd ten behoeve van deze rapportage. Voor uitgebreidere ongevalsgegevens wordt verwezen naar de rapportage Scheepsongevallen 1997 t/m Het begrip "ongeval", zoals bij het vervoer over water wordt gehanteerd, dient ruim te worden geïnterpreteerd. Voor deze rapportage gaat het om alle eenzijdige of tweezijdige voorvallen waarbij op enigerlei wijze schade is ontstaan of had kunnen ontstaan voor wie dan ook. In deze rapportage wordt onder de term ongeval ook interactie meegerekend, tenzij dit anders is aangegeven. Er worden in totaal dus vier categorieën onderscheiden. Dit zijn aanvaring met schepen, aanvaring met objecten, interactie tussen schepen en eenzijdige ongevallen. Onder aanvaring met objecten wordt onderscheid gemaakt tussen vaste en drijvende objecten. Onder vaste objecten vallen onder andere aanvaringen met bruggen en sluizen, maar ook het aan de grond lopen en stranden. Onder drijvende objecten vallen onder andere aanvaringen met betonning. Onder de categorie interactie tussen schepen worden nietaanvaringen tussen twee of meer partijen/vaartuigen, waarbij tenminste één vaartuig schade heeft opgelopen verstaan. Er is sprake van een eenzijdig ongeval indien slechts één vaartuig en geen andere vaartuigen of objecten bij het ongeval betrokken is/zijn (bijvoorbeeld: brand/explosie aan boord, watermaken, zinken, olie lekkage). Indien in deze rapportage wordt gesproken over passagier vervoerende schepen dan worden hier alle schepen die passagiers kunnen vervoeren mee bedoeld (in de IVS90-codering code 44). Hieronder vallen bijvoorbeeld naast de cruiseschepen en ferries ook de veerponten, rondvaartboten en vaartuigen voor gehandicapten-/ziekenvervoer. Daarnaast wordt er ook gesproken over passagiersschepen (IVS90-code 44A). Hieronder vallen alleen de cruiseschepen en bijvoorbeeld niet de ferries en veerponten. 11 Acceptatie risico

12 2.2 Ongevallen vervoer over water Aantal geregistreerde ongevallen Tabel 1: Totaal aantal ongevallen en aantal betrokken vaartuigen op de binnenwateren (Bron: AVV) Om een indruk te krijgen van het aantal geregistreerde ongevallen dat zich op de binnenwateren voordoet is er een verzamelstaat gemaakt voor de jaren 1998 t/m In deze getallen zijn alle ongevallen opgenomen, dus ook ongevallen met en tussen beroeps- en recreatievaartuigen, maar ook tussen recreatievaartuigen onderling. Tabel 1 geeft naast het aantal ongevallen ook het aantal betrokken schepen bij deze ongevallen weer onderverdeeld in de vier categorieën, namelijk aanvaring met schepen, aanvaring met objecten, interactie tussen schepen en eenzijdige ongevallen aanvaring tussen schepen aanvaring met objecten interacties tussen schepen eenzijdige ongevallen totaal aantal ongevallen totaal betrokken schepen Hierin zijn: - aanvaring tussen schepen; een aanvaring (botsing) tussen twee of meer vaartuigen waarvan tenminste één vaartuig (in principe met schade tot gevolg) - aanvaring met objecten; een aanvaring (botsing) tussen één of meer vaartuigen en (drijvend of vast) object (aanvaring schip/object) - interactie ongevallen; niet-aanvaringen (geen botsingen) tussen twee of meer partijen (vaartuigen of objecten), waarvan tenminste één vaartuig, met schade tot gevolg; dit wordt genoemd - eenzijdige ongevallen; ongeval waarbij één vaartuig betrokken is Uit tabel 1 blijkt dat het aantal ongevallen tijdens de geanalyseerde periode redelijk stabiel is. Hetzelfde geldt voor de aard van de ongevallen en het aantal bij een ongeval betrokken schepen. De ongevallen zijn tevens ingedeeld naar het type schip dat betrokken is geweest bij een ongeval. Hierbij is een indeling aangehouden tussen vrachtvervoerende (goederenvervoer), niet-vrachtvervoerende schepen en passagiervervoerende schepen, zoals deze ook wordt aangehouden in de IVS90 codering. In Tabel 2 worden alle bij ongevallen betrokken vaartuigen per scheepstype zoals goederenvervoerende binnen- en zeevaart, passagiervervoerende binnen- en zeevaart, recreatievaart en overige scheepstypen, zoals werkvaartuigen etc. weergegeven 12 Acceptatie risico

13 In deze tabel is bij de goederenvervoerende vaartuigen onderscheid gemaakt in vrachtschepen, waaronder vallen stukgoed schepen, droge lading schepen en containerschepen, en in (gas)tankschepen, waaronder alle schepen geschikt om vloeibare lading of gassen te vervoeren vallen Tabel 2: Totaal aantal betrokken vaartuigen ingedeeld per type schip (Bron: AVV) Vrachtschip vracht (gas)tankschip Totaal pass Zeevaart Vrachtschip vracht (gas)tanker Totaal Zeevaart pass Recreatievaart Overig Uit Tabel 2 blijkt dat het aandeel van goederenvervoerende binnenvaart dat bij een ongeval is betrokken licht stijgt. Verder blijkt uit de gegevens dat er minder goederenvervoerende zeeschepen zijn betrokken bij een ongeval. Dit geldt zowel bij vervoer van droge lading als vloeibare lading. Het kleine aantal betrokken zeeschepen kan voornamelijk worden verklaard door het kleine aantal scheepsbewegingen en gevaren kilometers op de binnenwateren door de zeeschepen. Het aandeel van de recreatievaart is vrij stabiel, maar zeker gezien de kwetsbaarheid van deze categorie schepen (kleine vaartuigen, lichte constructie) en gezien het kleinere aantal vaartuigkilometers per jaar in verhouding tot de vrachtvervoerende binnenvaart ( respectievelijk miljoen vtgkm 1 ) verdient de recreatievaart de nodig aandacht. Het aantal passagier vervoerende binnenvaartschepen dat bij een ongeval is betrokken is de laatste jaren ook redelijk stabiel. In de afgelopen vijf jaar zijn er gemiddeld 67 ongevallen geweest met deze schepen. Het grootste deel van de ongevallen vindt plaats met passagiersschepen en een kleiner deel met veerboten. Bijvoorbeeld in 2002 vonden 38 van de 76 ongevallen plaats met een passagierschip, 7 met een veerboot, 23 met een rondvaartboot en 8 ongevallen zijn gecategoriseerd onder overige. Voor passagiervervoerende zeevaart geldt dat hun aandeel op alle schepen bestemd voor passagiervervoer gedurende de onderzoeksperiode is afgenomen, met een kleine piek in Deze periode is echter te kort en het aantal betrokken vaartuigen is te klein 1 Eindrapport Monitoring Nautische Veiligheid/ De Nulmeting, MSCN Consultancy, november Acceptatie risico

14 om op basis van deze gegevens al van een dalende tendens te kunnen spreken. Figuur 1 geeft een overzicht van het percentage vaartuigen die tijdens het ongeval varende waren. Dit omvat dus zowel de vaartuigen betrokken bij aanvaringen, als de vaartuigen betrokken bij eenzijdige ongevallen, aanvaringen met objecten en interactie tussen schepen Figuur 1: Percentage betrokken vaartuigen die varende was ten tijde van het ongeval (Bron: AVV) 100,00% 90,00% 80,00% 70,00% 60,00% 50,00% 40,00% binnenvaart vrachtschip binnenvaart passagier zeevaart (gas)tanker recreatievaart binnenvaart (gas)tankschip zeevaart vrachtschip zeevaart passagier overig Gemiddeld 70% van de schepen zijn varende ten tijde van een ongeval. Bij overige vaart, waaronder onder meer werkvaart en visserij vallen, zijn een iets lager percentage schepen varende. Het totaal aantal ongevallen waarbij goederenvervoerend binnenvaartschepen betrokken waren staat per categorie ongeval in Tabel 3. In Tabel 4 staan de betrokken passagiervervoerende binnenvaartschepen per categorie ongeval Tabel 3: Totaal aantal ongevallen waarbij goederenvervoerende binnenvaartschepen betrokken waren per categorie ongeval (Bron: AVV) aanvaring tussen schepen aanvaring met objecten interacties tussen schepen eenzijdige ongevallen totaal aantal ongevallen Tabel 4: Totaal aantal ongevallen waarbij passagiervervoerende binnenvaartschepen betrokken waren per categorie ongeval (Bron: AVV) aanvaring tussen schepen aanvaring met objecten interacties tussen schepen Eenzijdige ongevallen totaal aantal ongevallen Acceptatie risico

15 Tabel 5: Totaal aantal betrokken vaartuigen ingedeeld per type schip waarbij gevaarlijke stoffen aan boord waren (Bron: AVV) Uit een nadere analyse van de aanvaringen tussen schepen blijkt dat er weinig passagiervervoerende schepen onderling met elkaar in aanvaring komen. Deze meeste aanvaringen met passagiersvervoerende binnenvaartschepen vinden plaats tussen een passagiervervoerend binnenvaartschip en een recreatievaartuig. De hogere aantallen aanvaringen tussen schepen in 2001 wordt ook voornamelijk veroorzaakt door een toename in het aantal aanvaringen met recreatievaart. In 1998 t/m 2002 waren dit er 20, 12, en 22. In Tabel 5 zijn per scheepstype de bij een ongeval betrokken vaartuigen weergegeven waarbij ten tijde van het ongeval gevaarlijke stoffen aan boord waren Vrachtschip Vracht (gas)tankschip Totaal Zeevaart Vrachtschip Vracht (gas)tanker Totaal Overig Uit Tabel 5 in vergelijking met Tabel 2 blijkt dat de cijfers van schepen geschikt voor het vervoer van vloeibare lading niet gelijk kan worden gesteld aan schepen met gevaarlijke stoffen aan boord. Gedurende de onderzoeksperiode had gemiddeld 45% van de binnenvaart tankschepen tijdens het ongeval gevaarlijke stoffen aan boord. Bij de zeevaart was dit bij gemiddeld 37% van de tankschepen het geval. Daarom zijn in Tabel 6 de betrokken binnenvaartschepen per categorie ongeval weergegeven waarbij onderscheid is gemaakt of er al dan niet gevaarlijke stoffen aan boord waren ten tijde van het ongeval. Opgemerkt moet worden dat de aantallen iets kunnen afwijken van de hiervoor weergegeven aantallen. Dit komt doordat de gegevens in ONOVIS continue wordt geactualiseerd en niet alle gegevens voor deze rapportage in dezelfde periode zijn gegenereerd Tabel 6: Totaal aantal betrokken goederenvervoerende binnenvaartschepen waarbij wel of geen gevaarlijke stoffen aan boord waren per categorie ongeval (Bron: AVV) Aanvaring tussen Zonder GS schepen Met GS aanvaring met Zonder GS objecten Met GS interacties tussen Zonder GS schepen Met GS eenzijdige Zonder GS ongevallen Met GS totaal betrokken Zonder GS vaartuigen Met GS Acceptatie risico

16 * binnenvaart schepen waarvan onbekend is of er gevaarlijke stoffen aan boord zijn, zijn opgenomen onder binnenvaartschepen zonder gevaarlijke stoffen aan boord. Van vaartuigen die ten tijde van het ongeval varende waren worden ook de vaartechnische omstandigheden geregistreerd. Ten aanzien van vaartechnische omstandigheden is onder meer onderscheid gemaakt in: het ongeval heeft plaatsgevonden tijdens het in- en uitvaren van een haven of sluis, tijdens een ontmoeting of oplopen, etc. Onder het varen valt ondermeer ongevallen tijdens het langsvaren, voorbijvaren, oplopen, ontmoeten, kruisen van een vaarweg, etc. Naast een uitsplitsing in het aantal ongevallen en de daarbij betrokken schepen zijn er ook gegevens bekend over de objecten waarmee een schip in aanvaring is gekomen en over de eenzijdige ongevallen die zich hebben voorgedaan Het totaal aantal vracht- en passagiervervoerende binnenvaartschepen die in de periode in aanvaring zijn gekomen met een object staat per type object geclusterd per 5 jaar weergegeven in Figuur 2. In Bijlage A zijn deze gegevens per jaar gegeven. Figuur 2: Aantal betrokken vracht- en passagiervervoerende binnenvaartschepen bij aanvaring met objecten per type object in de onbekend periode (Bron: AVV) overige wrak onbekend obstakel oever krib/lichtopstand kade grond brug/sluis onbekend overige ponton boei/ton binnenvaart binnenvaart binnenvaart passagier vaste objecten drijvende objecten * binnenvaart schepen waarvan onbekend is of er gevaarlijke stoffen aan boord zijn, zijn opgenomen onder binnenvaartschepen zonder gevaarlijke stoffen aan boord. In de onderzoeksperiode is een aanraking met brug/sluis(onderdeel) het meest voorgekomen, met name bij binnenvaartschepen zonder gevaarlijke stoffen aan boord. Dit is namelijk in 31% van de aanvaringen met objecten het geval geweest. Bij binnenvaart met 16 Acceptatie risico

17 gevaarlijke stoffen aan boord was dit in 25% het geval en bij passagiervervoerende schepen in 24%. Bij binnenvaart schepen met gevaarlijke stoffen aan boord komt aan de grond lopen net zo vaak voor als een aanraking met een brug/sluis(onderdeel). Uit bijlage A kan verder worden gehaald dat het aantal betrokken vaartuigen bij een aanvaring met een krib(baken)/lichtopstand met name voor schepen zonder gevaarlijke stoffen aan boord een stijgende lijn laat zien, namelijk van 2 ongevallen in 1998 tot 24 in Dit is een stijging van bijna 3% in 1998 naar 24% in 2002 van het totaal aantal aanvaringen met objecten. Wat bij passagiervervoerende binnenvaartschepen opvalt is dat in tegenstelling tot de goederenvervoerende binnenvaartschepen de passagiersschepen vaker aan de grond lopen dan in aanraking komen met een brug/sluis(onderdeel). Opgemerkt moet wel worden dat het slechts een verschil van 2 vaartuigen is tussen aan de grond lopen en de aanraking met brug/sluis(onderdeel). In Figuur 3 staan de eenzijdige ongevallen waarbij een vracht- of passagiervervoerend binnenvaartschip betrokken is geweest, gesommeerd over 5 jaar weergegeven. In bijlage A staan deze gegevens per jaar Figuur 3: Aantal betrokken binnenvaartschepen bij eenzijdige overige ongevallen in de periode (Bron: AVV) watermaken overige watermaken/zinken watermaken/vervullen binnenvaart binnenvaart binnenvaart passagier watermaken/lekraken watermaken/kapseizen op drift raken brand/explosie * binnenvaart schepen waarvan onbekend is of er gevaarlijke stoffen aan boord zijn, zijn opgenomen onder binnenvaartschepen zonder gevaarlijke stoffen aan boord. Bij de eenzijdige ongevallen zijn de aantallen te klein om statistisch onderbouwde uitspraken te kunnen geven, maar de getallen lijken een indicatie te geven dat bij eenzijdige ongevallen brand/explosie het 17 Acceptatie risico

18 meeste voorkomt, bij zowel vracht- als passagiervervoerende binnenvaartschepen Omstandigheden en oorzaken Tabel 7: Totaal aantal betrokken goederenvervoerende binnenvaartschepen met de bijbehorende vaartechnische omstandigheden (Bron: AVV) In Tabel 7 zijn voor de vrachtvervoerende binnenvaartschepen de vaartechnische omstandigheden weergegeven. Deze zijn wel bewerkt ten opzichte van de gegevens beschikbaar in ONOVIS, met het doel een vergelijking met de risicobeleving mogelijk te maken Tijdens varen Tijdens manoeuvreren Tijdens in-/ uitvaren haven Tijdens in-/ uitvaren sluis Tijdens brugpassage Niet van toepassing* Overige Onbekend Totaal * bij deze ongevallen waren de schepen niet-varende In Tabel 8 staan de vaartechnische omstandigheden weergegeven voor ongevallen waarbij een passagiervervoerend binnenvaartschip betrokken was Tabel 8: Totaal aantal betrokken passagiervervoerende binnenvaartschepen met de bijbehorende vaartechnische omstandigheden (Bron: AVV) Tijdens varen Tijdens manoeuvreren Tijdens in-/ uitvaren haven Tijdens in-/ uitvaren sluis Tijdens brugpassage Niet van toepassing* Overige Onbekend Totaal * bij deze ongevallen waren de schepen niet-varende Om een zuivere vergelijking te kunnen maken tussen de verschillende vaartechnische omstandigheden zouden deze gerelateerd moeten worden aan het aantal keer dat een bepaalde omstandigheid optreedt. Deze gegevens zijn echter niet bekend. Absoluut bekeken is het niet verrassend dat de meeste vaartuigen betrokken zijn bij een ongeval tijdens het varen, tenslotte worden er per jaar gemiddeld 50 miljoen vaartuigkilometers afgelegd met alleen al goederenvervoerende binnenvaartschepen. Uit de gegevens kan verder wel worden gehaald dat het uitvoeren van manoeuvres niet zonder risico is. In gemiddeld 11% van de gevallen 18 Acceptatie risico

19 vindt het ongeval plaats tijdens manoeuvreren tegenover 40% van de gevallen tijdens varen. Ook bij passagiervervoerende binnenvaartschepen komt een ongeval tijdens het varen het vaakst voor. Maar de verhouding tussen ongevallen tijdens het varen en manoeuvreren ligt bij de passagiersschepen meer richting manoeuvreren. De verklaring hiervoor moet worden gezocht in het feit dat passagiervervoerende schepen verhoudingsgewijs ten opzichte van goederenvervoerende schepen vaker manoeuvreren. In Figuur 4 is een overzicht gegeven van de primaire oorzaken van de ongevallen waarbij vracht- en passagiervervoerende binnenvaartschepen betrokken waren. De gegevens ten aanzien van de primaire oorzaken zijn ook geclusterd per 5 jaar weergegeven en in bijlage B is een overzicht per jaar opgenomen met het aantal vaartuigen in relatie tot de primaire oorzaken onderverdeeld in subcategorieën Figuur 4: Totaal aantal betrokken vracht- en passagiervervoerende binnenvaartschepen met de primaire oorzaken in de periode (Bron: AVV) onbekend overige onoplettendheid bemanning ondeskundig gebruik apparatuur gedrag andere schepen menselijk falen dode hoek onjuiste stuwing/belading motorstoring/stuurloos binnenvaart binnenvaart binnenvaart passagier * binnenvaart schepen waarvan onbekend is of er gevaarlijke stoffen aan boord zijn, zijn opgenomen onder binnenvaartschepen zonder gevaarlijke stoffen aan boord. De subcategorieën zoals in Figuur 4 en bijlage B worden aangehouden zijn niet identiek aan de gebruikte subcategorieën in ONOVIS. Op basis van informatie die relevant wordt geacht voor de vergelijking met de risicobeleving zijn de subcategorieën uit ONOVIS verder geclusterd. De categorie overige is daarom groter dan uit de gegevens van ONOVIS volgt. Er is bijvoorbeeld voor gekozen om onder motorstoring/stuurloos de subcategorieën motor defect, motorstoring, storing in roer, storing in roerbedieningsmechanisme en (keer)koppeling defect op te nemen. 19 Acceptatie risico

20 Daarnaast is ervoor gekozen om de oorzaken waarbij de bemanning een rol speelt te clusteren onder drie categorieën namelijk menselijk falen, ondeskundig gebruik apparatuur en onoplettendheid bemanning. Daardoor is ook de categorie menselijk falen groter dan uit de gegevens van ONOVIS volgt. Voor een uitgebreider overzicht van de oorzaken wordt verwezen naar de rapportage scheepsongevallen Uit de gegevens blijkt duidelijk dat de menselijke factor een belangrijke rol speelt bij ongevallen Slachtoffers op het water Tabel 9: Totaal aantal slachtoffers op de binnenwateren (Bron: AVV) In Tabel 9 wordt het totaal aantal slachtoffers aan boord van schepen op de binnenwateren gegeven. In bijlage C is een uitgebreidere tabel opgenomen waarin de slachtoffers zijn gegeven naar het type schip waarop het slachtoffer is gevallen en van welke categorie ongeval er sprake was Doden Gewonden Op welke type vaartuigen de doden en gewonden gevallen zijn staat gegeven in Tabel 10 voor de gewonden en in Tabel 11 voor de doden. Bij het aantal slachtoffers bij passagiervervoerende binnenvaartschepen, kan op basis van de beschikbare gegevens geen onderscheid worden gemaakt tussen slachtoffers die zijn gevallen onder bemanning of passagiers. De slachtoffers kunnen dus zowel passagiers als bemanningsleden zijn. In deze figuren zijn de vrachtvervoerende binnenvaartschepen opgesplitst in slachtoffers aan boord van schepen zonder gevaarlijke stoffen aan boord en met gevaarlijke stoffen Tabel 10: Aantal gewonden op de binnenwateren (Bron: AVV) (gas)tankschepen (gas)tankschepen passagier Zeevaart vrachtschepen Zeevaart (gas)tankschepen Recreatievaart Overige Totaal Acceptatie risico

Overzicht van de Europese binnenvaart Rapportage

Overzicht van de Europese binnenvaart Rapportage Overzicht van de Europese binnenvaart Rapportage Juli 2012 Drs. A.C.C. Hubens Oude Engelenseweg 25 5222 AB Den Bosch 073-6230120 06-17418733 www.ahadata.nl Inhoudsopgave LAND VAN REGISTRATIE... 1 SCHEEPSLENGTE...

Nadere informatie

SOS formulier versie 4.1.0 Voor het rapporteren van een afgehandeld scheepsongeval of ander voorval te water.

SOS formulier versie 4.1.0 Voor het rapporteren van een afgehandeld scheepsongeval of ander voorval te water. SOS formulier versie 4.1.0 Voor het rapporteren van een afgehandeld scheepsongeval of ander voorval te water. Met het formulier moet u een scheepsongeval of ander voorval te water melden. Indien nodig,

Nadere informatie

Trendanalyse 2008. Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland. Datum 1 mei 2009 Status Definitief

Trendanalyse 2008. Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland. Datum 1 mei 2009 Status Definitief Trendanalyse 28 Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland Datum 1 mei 29 Status Definitief Trendanalyse 28 Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland Datum 1 mei 29

Nadere informatie

Work related road safety trends and analysis in Belgium. PRAISE Madrid - October 1, 2015

Work related road safety trends and analysis in Belgium. PRAISE Madrid - October 1, 2015 Work related road safety trends and analysis in Belgium PRAISE Madrid - October 1, 2015 Study conducted by BRSI support of the Fund for Occupational Accidents analysis of 81.080 accidents (period 2008-2012)

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style Jenny Thielman 1 e begeleider: mw. dr. Esther Bakker 2 e begeleider: mw. dr.

Nadere informatie

Trendanalyse 2007 Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland

Trendanalyse 2007 Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland Datum Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland 2 van 49 Inhoudsopgave 1 Samenvatting 3 1.1 Ongevallen met letsel 3 1.2 Indicatoren veiligheid reizigervervoer 6 1.3 Indicatoren veiligheid

Nadere informatie

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work.

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work. De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work Merijn Daerden Studentnummer: 850225144 Werkstuk: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Trendanalyse 2006 Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland

Trendanalyse 2006 Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland Datum Trends in de veiligheid van het spoorwegsysteem in Nederland 2 Inhoudsopgave 1 Samenvatting 3 1.1 Ongevallen met letsel 3 1.2 Indicatoren veiligheid reizigervervoer 5 1.3 Indicatoren veiligheid goederenvervoer

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

EMS ontwerp-protocol Emissies door Zeescheepvaart van koudemiddelen

EMS ontwerp-protocol Emissies door Zeescheepvaart van koudemiddelen EMS ontwerp-protocol Emissies door Zeescheepvaart van koudemiddelen Versie 2, 24.11.2003 24 november 2003 Auteur: Ernst Bolt Adviesdienst Verkeer en Vervoer afdeling Scheepvaart ......... Colofon Uitgegeven

Nadere informatie

De risico s van vrachtwagens

De risico s van vrachtwagens De risico s van vrachtwagens Notitie Fietsberaad, Otto van Boggelen, coördinator Fietsberaad Rotterdam, oktober 2007 Samenvatting In deze notitie wordt verslag gedaan van een aantal cijfermatige analyses

Nadere informatie

Binnenvaart en het vervoer van gevaarlijke stoffen. Vivian van der Kuil 3 december 2014

Binnenvaart en het vervoer van gevaarlijke stoffen. Vivian van der Kuil 3 december 2014 Binnenvaart en het vervoer van gevaarlijke stoffen Vivian van der Kuil 3 december 2014 2 Huidige regelgeving Wet Vervoer Gevaarlijke Stoffen Besluit Gevaarlijke Stoffen Aanwijzing Gevaarlijke stoffen 3

Nadere informatie

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek. Zin en onzin van statistiek. Krantenknipsels & Denkoefeningen

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek. Zin en onzin van statistiek. Krantenknipsels & Denkoefeningen Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek Zin en onzin van statistiek Krantenknipsels & Denkoefeningen Krantenknipsels 3 Bron: Het Laatste Nieuws (11/10/2007) 4 Bron: Het Volk/Het Nieuwsblad (11/10/2007)

Nadere informatie

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur M. Zander MSc. Eerste begeleider: Tweede begeleider: dr. W. Waterink drs. J. Eshuis Oktober 2014 Faculteit Psychologie en Onderwijswetenschappen

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsmonitor. Gemeente Slochteren

Verkeersveiligheidsmonitor. Gemeente Slochteren Verkeersveiligheidsmonitor Gemeente Slochteren INHOUDSOPGAVE Trend 3 Algemene ontwikkeling van het totale aantal slachtoffers... 3 Ontwikkeling aantal verkeersdoden (geïndexeerd) ten opzichte van het referentiegebied

Nadere informatie

De Relatie tussen de Fysieke Omgeving en het Beweeggedrag van Kinderen gebruik. makend van GPS- en Versnellingsmeterdata

De Relatie tussen de Fysieke Omgeving en het Beweeggedrag van Kinderen gebruik. makend van GPS- en Versnellingsmeterdata De Relatie tussen de Fysieke Omgeving en het Beweeggedrag van Kinderen gebruik makend van GPS- en Versnellingsmeterdata The relationship Between the Physical Environment and Physical Activity in Children

Nadere informatie

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Difference in Perception about Parenting between Parents and Adolescents and Alcohol Use of Adolescents

Nadere informatie

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim The Relationship between Work Pressure, Mobbing at Work, Health Complaints and Absenteeism Agnes van der Schuur Eerste begeleider:

Nadere informatie

Bevindingen ongevallengegevens

Bevindingen ongevallengegevens Kerkplein 2 T (0343) 56 56 00 Postbus 200 F (0343) 41 57 60 3940 AE Doorn E info@heuvelrug.nl Bevindingen ongevallengegevens 2005-2009 Datum 5 november 2010 Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Auteur E.

Nadere informatie

"V,r, '27672. Monitoring Goederenvervoer Oost-Nederland 2003 OVERIJSSEL

V,r, '27672. Monitoring Goederenvervoer Oost-Nederland 2003 OVERIJSSEL "V,r, '27672 Monitoring Goederenvervoer Oost-Nederland 2003 OVERIJSSEL lnhoudsopgav^ibliotheeknr RWS Dir. Oost-Nederland v D I U LT A AT ervoer G oer HEID 3 Versterking netwerk goederenvervoer. BEDRIJVENTERREINEN

Nadere informatie

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender, Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive 1 Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender Effect on the Relationship between Personality Traits and Sex Drive

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017

PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017 PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017 Verkeersongevallen 2016 in detail: oorzaken, leeftijd, & type weggebruiker, plaats & tijd ongeval De Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium publiceert vandaag

Nadere informatie

95 Statistisch Jaarboek 2004 verkeer, vervoer verkeer vervoer 8 Onderzoek & Statistiek gemeente Hengelo

95 Statistisch Jaarboek 2004 verkeer, vervoer verkeer vervoer 8 Onderzoek & Statistiek gemeente Hengelo 95 verkeer vervoer 8 96 Verkeer en vervoer Verkeer: meer voertuigen en weer meer personenauto s Het aantal motorvoertuigen in Hengelo is tussen 2002 en 2003 met ruim 2 procent toegenomen tot ruim 42.000

Nadere informatie

Op naar minder risico's op vaarwegen

Op naar minder risico's op vaarwegen Dimitri van der Heiden Senior adviseur Nautische Veiligheid en Crisismanagement Water, Verkeer & Leefomgeving Welkom bij het Relevant Congres! Voordat we van wal steken, eerst wat vragen om de groep te

Nadere informatie

Railveiligheidsindicatoren De ontwikkeling van de voornaamste railveiligheidsindicatoren in 2011

Railveiligheidsindicatoren De ontwikkeling van de voornaamste railveiligheidsindicatoren in 2011 Railveiligheidsindicatoren 2011 De ontwikkeling van de voornaamste railveiligheidsindicatoren in 2011 Railveiligheidsindicatoren 2011 De ontwikkeling van de voornaamste railveiligheidsindicatoren in 2011

Nadere informatie

vervoer afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie

vervoer afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie 95 verkeer vervoer 8 96 Verkeer en vervoer Stijging aantal motorvoertuigen Het aantal motorvoertuigen in Hengelo is in 2005 met 2,3 procent toegenomen tot ruim 43.500 stuks. Het aantal personenauto's nam

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking

Nadere informatie

95 Statistisch Jaarboek 2005 verkeer, vervoer verkeer vervoer 8 Onderzoek & Statistiek gemeente Hengelo

95 Statistisch Jaarboek 2005 verkeer, vervoer verkeer vervoer 8 Onderzoek & Statistiek gemeente Hengelo 95 verkeer vervoer 8 96 Verkeer en vervoer Minder personenauto's Het aantal motorvoertuigen in Hengelo is in 2004 met 0,4 procent toegenomen tot ruim 42.500 stuks. Het aantal personenauto's daarentegen

Nadere informatie

ScheepvaartVerkeersCentrum

ScheepvaartVerkeersCentrum ScheepvaartVerkeersCentrum Het landelijk ScheepvaartVerkeersCentrum (SVC) is onderdeel van Rijkswaterstaat en werkt aan uniform en optimaal management van het scheepvaartverkeer op de Rijkswateren in Nederland.

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

LinkedIn Profiles and personality

LinkedIn Profiles and personality LinkedInprofielen en Persoonlijkheid LinkedIn Profiles and personality Lonneke Akkerman Open Universiteit Naam student: Lonneke Akkerman Studentnummer: 850455126 Cursusnaam en code: S57337 Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 2015 Gemeente Eindhoven, november 2016

Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 2015 Gemeente Eindhoven, november 2016 Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 15 Gemeente Eindhoven, november 1 Inleiding Met dit document wordt inzicht gegeven in de actuele stand van zaken van de objectieve verkeersveiligheid in Eindhoven.

Nadere informatie

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval Fietsongevallen Ongevalscijfers Samenvatting In 212 zijn 2 personen aan de gevolgen van een fietsongeval overleden. De dodelijke fietsongevallen zijn slechts het topje van de ijsberg van alle fietsongevallen.

Nadere informatie

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 juni 2013 20112327-05 L. Gelissen

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 juni 2013 20112327-05 L. Gelissen Notitie 20112327-05 MER Beneden-Lek (Bergambacht) Externe veiligheid Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 juni 2013 20112327-05 L. Gelissen 1 Inleiding In opdracht van Consortium 2.0 1 is een

Nadere informatie

Classification of triangles

Classification of triangles Classification of triangles A triangle is a geometrical shape that is formed when 3 non-collinear points are joined. The joining line segments are the sides of the triangle. The angles in between the sides

Nadere informatie

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE Tentamen Analyse 6 januari 203, duur 3 uur. Voeg aan het antwoord van een opgave altijd het bewijs, de berekening of de argumentatie toe. Als je een onderdeel

Nadere informatie

De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van. Criminaliteit.

De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van. Criminaliteit. Running head: Desistance van Criminaliteit. 1 De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van Criminaliteit. The Influence of Personal Goals and Financial Prospects

Nadere informatie

Verkeersveiligheid en fietsgebruik in Driebergen- Rijsenburg

Verkeersveiligheid en fietsgebruik in Driebergen- Rijsenburg Verkeersveiligheid en fietsgebruik in Driebergen- Rijsenburg 1. Inleiding Lang was de onveiligheid van het fietsverkeer het enige aandachtspunt in het fietsbeleid. Gelukkig heeft de beleidsmatige aandacht

Nadere informatie

RIS en AIS. In elkaars vaarwater. Ivo ten Broeke 8 november november

RIS en AIS. In elkaars vaarwater. Ivo ten Broeke 8 november november RIS en AIS In elkaars vaarwater Ivo ten Broeke 8 november 2007 8 november 2007 1 Inhoud Tegenstelling of overeenkomst Wat is RIS Introductie AIS op binnenwateren 8 november 2007 2 Deel 1: Tegenstelling

Nadere informatie

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen The Association between Daily Hassles, Negative Affect and the Influence of Physical Activity Petra van Straaten Eerste begeleider

Nadere informatie

R Mr. P. Wesemann Voorburg, 1981 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV

R Mr. P. Wesemann Voorburg, 1981 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV VERKEER LEVENSGEVAARLIJK VOOR OUDEREN Artikel Verkeerskunde 32 (J981) 10: 474 t/m 476 Artikel Mensen op straat (1981) 4 (oktober): 5 t/m 8 R-81-30 Mr. P. Wesemann Voorburg, 1981 Stichting Wetenschappelijk

Nadere informatie

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine

Nadere informatie

Bijlage 2: Informatie met betrekking tot goede praktijkvoorbeelden in Londen, het Verenigd Koninkrijk en Queensland

Bijlage 2: Informatie met betrekking tot goede praktijkvoorbeelden in Londen, het Verenigd Koninkrijk en Queensland Bijlage 2: Informatie met betrekking tot goede praktijkvoorbeelden in Londen, het Verenigd Koninkrijk en Queensland 1. Londen In Londen kunnen gebruikers van een scootmobiel contact opnemen met een dienst

Nadere informatie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en Discrepantie The Relationship between Involvement in Bullying and Well-Being and the Influence of Social Support

Nadere informatie

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope Een onderzoek naar de relatie tussen sociale steun en depressieve-

Nadere informatie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie 1 Keuzetwijfels in de Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze in Relatie tot Depressie Open Universiteit Nederland Masterscriptie (S58337) Naam: Ilse Meijer Datum: juli 2011

Nadere informatie

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en Bevlogenheid Emotional Labor, the Dutch Questionnaire on Emotional Labor and Engagement C.J. Heijkamp mei 2008 1 ste begeleider: dhr. dr.

Nadere informatie

Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden,

Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden, Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden, 2000-2016 Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt

Nadere informatie

Waterdunen. Verantwoording groepsrisico; nieuwe locatie hotel. Auteur: A.S. Veger MSc. Opdrachtgever Provincie Zeeland Postbus AD Middelburg

Waterdunen. Verantwoording groepsrisico; nieuwe locatie hotel. Auteur: A.S. Veger MSc. Opdrachtgever Provincie Zeeland Postbus AD Middelburg projectnr. 200080 revisie 00 12 augustus 2009 Auteur: A.S. Veger MSc. Opdrachtgever Provincie Zeeland Postbus 165 4330 AD Middelburg datum vrijgave beschrijving revisie 00 goedkeuring vrijgave 12-08-2009

Nadere informatie

Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij

Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij Een vergelijking van een depressieve en een niet-depressieve groep met Experience-Sampling-Method

Nadere informatie

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en Effecten van een op MBSR gebaseerde training van hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en compassionele tevredenheid. Een pilot Effects of a MBSR based training program of hospice caregivers

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

Ir. Herman Dijk Ministry of Transport, Public Works and Water Management

Ir. Herman Dijk Ministry of Transport, Public Works and Water Management Policy Aspects of Storm Surge Warning Systems Ir. Herman Dijk Ministry of Transport, Public Works and Water Contents Water in the Netherlands What kind of information and models do we need? Flood System

Nadere informatie

General info on using shopping carts with Ingenico epayments

General info on using shopping carts with Ingenico epayments Inhoudsopgave 1. Disclaimer 2. What is a PSPID? 3. What is an API user? How is it different from other users? 4. What is an operation code? And should I choose "Authorisation" or "Sale"? 5. What is an

Nadere informatie

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1 Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1 Relatie tussen Attitude, Sociale Invloed en Self-efficacy en Intentie tot Contact tussen Ouders en Leerkrachten bij Signalen van Pesten

Nadere informatie

Verslag over de uitvoering en werking van het convenant Warme-BLEVE-vrij samenstellen en rijden van treinen in 2018

Verslag over de uitvoering en werking van het convenant Warme-BLEVE-vrij samenstellen en rijden van treinen in 2018 Verslag over de uitvoering en werking van het convenant Warme-BLEVE-vrij samenstellen en rijden van in 2018 Datum: 27 mei 2019 Status: Definitief Pagina 2 van 9 Inhoud Inhoud 3 1. Samenvatting 4 2. Inleiding

Nadere informatie

Vervoer gevaarlijke stoffen blijft groeien / Een overzicht in cijfers van

Vervoer gevaarlijke stoffen blijft groeien / Een overzicht in cijfers van Vervoer gevaarlijke stoffen blijft groeien / Een overzicht in cijfers van 2013-2017 Hoe is het gesteld met de vervoerscijfers van gevaarlijke stoffen in Nederland? Het is altijd interessant om van tijd

Nadere informatie

Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy. Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders

Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy. Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders Influence of Mindfulness Training on Parental Stress, Emotional Self-Efficacy

Nadere informatie

Peter Alkema beleidsadviseur Divisie Havenmeester

Peter Alkema beleidsadviseur Divisie Havenmeester Peter Alkema beleidsadviseur Divisie Havenmeester Missie Veiligheid Vlotheid Milieu OESO rapport (13/5) R dam en A dam: de havens dienen het milieu en leefklimaat te verbeteren 2 SECA Noordzee en Baltic

Nadere informatie

Themamiddag ADN Transport van gevaarlijke stoffen per containerbinnenvaart 21 september 2011

Themamiddag ADN Transport van gevaarlijke stoffen per containerbinnenvaart 21 september 2011 Themamiddag ADN Transport van gevaarlijke stoffen per containerbinnenvaart 21 september 2011 1 REAKTIE B.V. Consultant Veiligheidsadviseur Opleidingen gevaarlijke stoffen Verkoop veiligheidsartikelen Advies

Nadere informatie

Ontremd Dement. Seksueel Ontremd Gedrag in Verpleeghuizen bij Mensen met Dementie. Een Verstoorde Impulscontrole? Inhibited in Dementia

Ontremd Dement. Seksueel Ontremd Gedrag in Verpleeghuizen bij Mensen met Dementie. Een Verstoorde Impulscontrole? Inhibited in Dementia Ontremd Dement Seksueel Ontremd Gedrag in Verpleeghuizen bij Mensen met Dementie. Een Verstoorde Impulscontrole? Inhibited in Dementia Sexual Disinhibited Behaviour on people with Dementia Living in Nursinghomes.

Nadere informatie

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak - 2017 Analyse op basis van het doelgroepregister en de polisadministratie 1 Inhoud Inleiding... 3 1: Werkzaam zijn en blijven... 4 1a: Werkzaam zijn en blijven

Nadere informatie

Richtlijn voor registratie van scheepsongevallen door de nautische beheerder

Richtlijn voor registratie van scheepsongevallen door de nautische beheerder Richtlijn voor registratie van scheepsongevallen door de nautische beheerder Een objectief en betrouwbaar landelijk beeld van de nautische veiligheid op het water is nodig om met feiten onderbouwd richting

Nadere informatie

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Gender Differences in Crying Frequency and Psychosocial Problems in Schoolgoing Children aged 6

Nadere informatie

SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE. Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het

SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE. Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het modererend effect van coping Cyberbullying: the implications

Nadere informatie

Geheugenstrategieën, Leerstrategieën en Geheugenprestaties. Grace Ghafoer. Memory strategies, learning styles and memory achievement

Geheugenstrategieën, Leerstrategieën en Geheugenprestaties. Grace Ghafoer. Memory strategies, learning styles and memory achievement Geheugenstrategieën, Leerstrategieën en Geheugenprestaties Grace Ghafoer Memory strategies, learning styles and memory achievement Eerste begeleider: dr. W. Waterink Tweede begeleider: dr. S. van Hooren

Nadere informatie

Woon-werkverkeer drijvende kracht achter groei mobiliteit

Woon-werkverkeer drijvende kracht achter groei mobiliteit Samenvatting De economische crisis heeft vorig jaar uiteenlopende effecten gehad op het verkeer vervoer in Nederland. Door de invloed van internationale ontwikkelingen was het effect van de crisis op het

Nadere informatie

Factsheet ongevallen havensector

Factsheet ongevallen havensector Factsheet ongevallen havensector Deze analyse is gebaseerd op de gegevens van de aan de Arbeidsinspectie (AI) gemelde en door deze dienst onderzochte ongevallen zoals geregistreerd in GISAI in de periode

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Verkeersveiligheids monitor. Gemeente Waterland

Verkeersveiligheids monitor. Gemeente Waterland revisie 1 11 februari 2016 Inhoudsopgave Blz. 1 Inleiding 1 2 Trend 2 2.1 Algemene ontwikkeling van het totale aantal slachtoffers 2 2.2 Ontwikkeling aantal verkeersdoden uitgezet naar de doelstelling

Nadere informatie

Fors minder verkeersdoden in 2013

Fors minder verkeersdoden in 2013 Persbericht PB-025 24-04-2014 09.30 uur Fors minder verkeersdoden in 2013 570 verkeersdoden in 2013; 80 minder dan in 2012 Forse afname bij motorrijders Ook daling bij inzittenden personenauto, fietsers

Nadere informatie

CHROMA STANDAARDREEKS

CHROMA STANDAARDREEKS CHROMA STANDAARDREEKS Chroma-onderzoeken Een chroma geeft een beeld over de kwaliteit van bijvoorbeeld een bodem of compost. Een chroma bestaat uit 4 zones. Uit elke zone is een bepaald kwaliteitsaspect

Nadere informatie

Calamiteitenbestrijding en zelfredzaamheid binnenvaart. Nils Rosmuller Lector transportveiligheid

Calamiteitenbestrijding en zelfredzaamheid binnenvaart. Nils Rosmuller Lector transportveiligheid Calamiteitenbestrijding en zelfredzaamheid binnenvaart Nils Rosmuller Lector transportveiligheid Praktijkmiddag ADN Tankvaart 5/9/2013 1 Enkele cijfers: Meer of minder dan 2000 km vaarweg in Nederland

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

Wijk- en Stadszaken Nota 1. Inleiding

Wijk- en Stadszaken Nota 1. Inleiding Wijk- en Stadszaken Mobiliteit Doorkiesnummers: Telefoon 015 260 27 73 Fax 015 213 68 23 Aan Commissie Wijk, Verkeer en Beheer Afschrift aan Nota Datum 09-09-2008 Ons kenmerk Onderwerp Ongevallenanalyse

Nadere informatie

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:

Nadere informatie

verkeer, vervoer STATISTISCH JAARBOEK

verkeer, vervoer STATISTISCH JAARBOEK 83 STATISTISCH JAARBOEK 22 8 verkeer vervoer 84 Verkeer en vervoer Meer personenauto s, minder parkeerplaatsen Hengelo telt 425 personenauto s per 1. inwoners en heeft daarmee relatief meer auto s dan

Nadere informatie

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD 1 Opvoedstijl en Externaliserend Probleemgedrag en de Mediërende Rol van het Zelfbeeld bij Dak- en Thuisloze Jongeren in Utrecht Parenting Style and Externalizing Problem Behaviour and the Mediational

Nadere informatie

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak 2017-2018 Analyse op basis van het doelgroepregister en de polisadministratie 1 Inhoud Inleiding...3 Aanleiding...3 Aanpak, perioden en meetmomenten...3 Samenvatting...4

Nadere informatie

Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in 2006

Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in 2006 Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in Otto van Boggelen, coördinator Fietsberaad, 1 mei 2007 (versie 2) In is het aantal dodelijke fietsongevallen flink gestegen. Om enig zicht te krijgen

Nadere informatie

Verloop bij de Politie: de Rol van Procedurele en Interactionele Rechtvaardigheid en Commitment

Verloop bij de Politie: de Rol van Procedurele en Interactionele Rechtvaardigheid en Commitment Verloop bij de Politie: de Rol van Procedurele en Interactionele Rechtvaardigheid en Commitment Turnover at the Police: the Role of Procedural and Interactional Justice and Commitment Inge E. F. Snyders

Nadere informatie

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5)

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Hester A. Lijphart Eerste begeleider: Dr. E. Simon Tweede

Nadere informatie

Risicoanalyse van het transport van gevaarlijke stoffen over de Oude Maas. Voor de ontwikkeling van "De Elementen" in Spijkenisse

Risicoanalyse van het transport van gevaarlijke stoffen over de Oude Maas. Voor de ontwikkeling van De Elementen in Spijkenisse Risicoanalyse van het transport van gevaarlijke stoffen over de Oude Maas Voor de ontwikkeling van "De Elementen" in Spijkenisse Risicoanalyse van het transport van gevaarlijke stoffen over de Oude Maas

Nadere informatie

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type of Dementia as Cause of Sexual Disinhibition Presence of the Behavior in Alzheimer s Type? Carla

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Adherence aan HWO en meer bewegen

Adherence aan HWO en meer bewegen Adherence aan HWO en meer bewegen Een experimenteel onderzoek naar de effecten van het motivationele stadium van patiënten en de adherence aan huiswerkoefeningen (HWO) bij fysiotherapie en het meer bewegen.

Nadere informatie

Evaluatieonderzoek VOC-gemeenten Kosten, Opbrengsten en Kostendekkingsgraad

Evaluatieonderzoek VOC-gemeenten Kosten, Opbrengsten en Kostendekkingsgraad Evaluatieonderzoek Kosten, Opbrengsten en Kostendekkingsgraad Technisch rapport bij Ex-post onderzoek Datum 29 juni 2001 Kenmerk AVV043.503 MuConsult B. V. Postbus 2054 3800 CB Telefoon 033-465 50 54 Fax

Nadere informatie

Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen

Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen REACTIEVE AGRESSIE Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve Agressie Pien S. Martens Open Universiteit Heerlen Naam student: Pien Sophie Martens Studentnummer: 850945172

Nadere informatie

Ontpopping. ORGACOM Thuis in het Museum

Ontpopping. ORGACOM Thuis in het Museum Ontpopping Veel deelnemende bezoekers zijn dit jaar nog maar één keer in het Van Abbemuseum geweest. De vragenlijst van deze mensen hangt Orgacom in een honingraatpatroon. Bezoekers die vaker komen worden

Nadere informatie

Veilig Samen blijven varen

Veilig Samen blijven varen Eventuele subtitel Veilig Samen blijven varen Terugblik Varen doe je Samen! Blik vooruit op Veilig Samen blijven varen Veiligheid op hoger plan door kennisuitwisseling tussen beheerder en gebruiker: Uitdaging

Nadere informatie

Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan'

Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan' Ministerie van Verkeer en Waterstaat jklmnopq Adviesdienst Verkeer en Vervoer Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan' Een onderzoek naar letselongevallen met bromfietsers een jaar

Nadere informatie

University of Groningen

University of Groningen University of Groningen De ontwikkeling van prikkelverwerking bij mensen met een Autisme Spectrum Stoornis en de invloed van hulp en begeleiding gedurende het leven. Fortuin, Marret; Landsman-Dijkstra,

Nadere informatie