INLEIDING. We wensen je een succesvol academiejaar toe.

Transcriptie

1

2 INLEIDING Welkom in het Departement Industrieel Ingenieur van de Katholieke Hogeschool Sint-Lieven. We zijn verheugd dat je, zoals zovele andere vrienden-studenten, de weg naar onze campus hebt gevonden, een weg die je zal leiden naar het zeer gewaardeerde diploma master in de industriële wetenschappen of industrieel ingenieur. De job van industrieel ingenieur is afwisselend, boeiend en verrijkend. We willen je in de 4 jaar die je bij ons bent, een aantrekkelijk leerprogramma aanbieden met: * basiswetenschappen chemie, fysica en wiskunde die je zullen helpen bij het begrijpen en ontwerpen van technische informatie, nieuwe technologieën, milieu- en veiligheidsproblemen * voldoende aandacht voor sociale en economische vorming zodanig dat je leert werken in teamverband, mondeling en schriftelijk leert communiceren * voldoende keuzevakken om je in je interesses te verdiepen, * heel wat mogelijkheden om mee te doen aan internationale uitwisselingsprogramma s. Maar KaHo Sint-Lieven is geen hogeschool die alleen onderwijs of kennisoverdracht verstrekt. Je bent hier welkom, niet enkel als student(e), maar ook als mens! Heb je studieproblemen dan kan je het monitoraat en/of je docenten opzoeken. Heb je andere zorgen, dan kan je steeds een beroep doen op de vzw Sociale Voorzieningen, het pastorale team, de directie en het voltallige docentenkorps. Blijf met je zorgen niet alleen. Er is steeds iemand bereid naar je te luisteren. Wie voor industrieel ingenieur studeert aan het Departement Industrieel Ingenieur van KaHo Sint-Lieven, heeft gekozen voor een toekomstgerichte opleiding in een instelling die de student(e) centraal stelt. In deze brochure vind je concrete informatie over de organisatie, de regelgeving, de studentenvoorzieningen, de studentenadministratie... kortom over allerlei aangelegenheden die belangrijk zijn voor het verblijf aan de hogeschool en voor het vlotte verloop van de studie. Het moet duidelijk zijn dat dit vademecum geen volledigheid pretendeert. Voor meer details kan je de officiële documenten o.a. de onderwijs- en examenregeling - raadplegen op onze algemene website Je kan voor informatie ook terecht bij de opleidingssecretariaten en bij de opleidingshoofden. We wensen je een succesvol academiejaar toe. Het departementshoofd Luc Vanhooymissen Het adjunct-departementshoofd Chris Van Keer 2

3 INHOUDSOPGAVE 1 De opleidingen Het studieaanbod 4 Overzichtsschema van de opleiding 5 Opleidingsprogramma s - opleidingsonderdelen - studiepunten 7 ECTS-fiches 7 Organisatie van het academiejaar 7 2 De organisatie van het departement Doelstellingen 9 Organigram 10 Het departementshoofd en adjunct-departementshoofd 11 Het opleidingshoofd 11 De vakgroepvoorzitter 11 De opleidingsonderdeelverantwoordelijke 12 De laboratoriumverantwoordelijke 12 De administratieve diensten 12 De facilitaire diensten - de centrale diensten 13 Mededelingen aan studenten 16 De studenteninspraak 16 Leefregels voor studenten 17 Verzekering voor studenten 18 3 De examens Examencijfer 19 Examenperiodes 19 Permanente evaluatie 19 Deelexamens 20 Deelname aan de examens 20 Criteria voor het slagen van een opleidingsonderdeel 21 Criteria voor het behalen van een diploma en graad van verdienste 21 Diploma s diplomasupplement 22 Mededeling na elke examenperiode 22 De ombudsman - geschillenregeling 22 Materiële vergissingen 22 4 Mogelijke jaarprogramma s Studenten met een modeltraject 23 Geïndividualiseerd OpleidingsProgramma (GOP) 23 5 Studentenaangelegenheden Studiebegeleiding in het eerste bachelorjaar 24 Talencentrum 25 Jobbeurs 25 Open dag 25 3

4 6 Studentenadministratie Toelatingsvoorwaarden 26 Inschrijvingsmodaliteiten 26 Aanvraag van een studietoelage 28 Informatie i.v.m. studieverandering en stopzetting 28 7 Studeren in het buitenland Socratesuitwisselingsprogramma 29 Leonardo da Vinci uitwisselingsprogramma 30 8 Pastorale dienst 30 9 Sociale voorzieningen Vrije tijd en ontspanning 33 4

5 DE OPLEIDINGEN Het studieaanbod Het Departement Industrieel Ingenieur verzorgt binnen KaHo Sint-Lieven de opleiding tot industrieel ingenieur. De opleiding sluit aan bij het secundair onderwijs. Er worden 4 academische bacheloropleidingen ingericht: Bachelor in de industriële wetenschappen: bouwkunde Bachelor in de industriële wetenschappen: chemie Bachelor in de industriële wetenschappen: elektromechanica Bachelor in de industriële wetenschappen: elektronica-ict Er worden 10 masteropleidingen ingericht: Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde Master in de industriële wetenschappen: landmeten Master in de industriële wetenschappen: chemie Master in de industriële wetenschappen: biochemie Master in de industriële wetenschappen: elektromechanica Master in de industriële wetenschappen: elektrotechniek, afstudeerrichting elektrotechniek Master in de industriële wetenschappen: elektrotechniek, afstudeerrichting automatisering Master in de industriële wetenschappen: elektronica-ict, afstudeerrichting elektronica Master in de industriële wetenschappen: elektronica-ict, afstudeerrichting ICT Master in de industriële wetenschappen: kunststofverwerking (KHBO-Oostende) In het opleidingsprogramma dat leidt tot de graad van master in de industriële wetenschappen wordt het studietraject ruwweg in 3 gelijke delen opgesplitst, zodat er 2 grote keuzemomenten voorkomen: het eerste na 90 studiepunten (3 semesters of halfweg de academische bachelor) en het tweede na weer 90 studiepunten (na de bacheloropleiding). Het studietraject laat een geleidelijk keuzeproces toe, wat tegemoet komt aan de vraag van de meeste leerlingen uit het secundair onderwijs. De eerste periode van 3 semesters is gemeenschappelijk voor alle studenten en wordt in Gent en Aalst ingericht. Ze omvat de brede wetenschappelijke basisvorming in overeenstemming met het academische karakter van de opleiding. Op het einde van de eerste periode worden de studenten, via specifieke opleidingsonderdelen en informatiesessies, voorbereid om een eerste keuze te maken tussen de 4 hoofdrichtingen: bouwkunde, chemie, elektromechanica en elektronica-ict. In de tweede periode van 3 semesters wordt wetenschappelijk-disciplinair onderwijs uitgebouwd overeenkomstig de hoofdrichting. In de derde periode van 2 semesters volgt de student(e) één van de masteropleidingen. Hier wordt het programma meer gericht op projectmatig wetenschappelijk onderzoek en krijgt de masterproef een belangrijke plaats. 5

6 6

7 7

8 Opleidingsprogramma s opleidingsonderdelen studiepunten Het opleidingsprogramma van elke opleiding bestaat uit een samenhangend geheel van onderwijs- en andere studieactiviteiten die gericht zijn op de verwezenlijking van de doelstellingen inzake kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes waarover de toekomstige industrieel ingenieur moet beschikken. Onderwijs- en andere studieactiviteiten worden gegroepeerd in opleidingsonderdelen. Elk opleidingsonderdeel vormt een organisatorische eenheid die bestaat uit één of meer onderwijs- en studieactiviteiten betreffende een bepaald concreet deelgebied van de opleiding. De verwerking van een opleidingsonderdeel veronderstelt bij de student(e) een bepaalde tijdsbesteding in de vorm van contacturen (bijwonen van theorielessen, deelnemen aan oefeningen en labsessies, aan seminaries, excursies...) en in de vorm van zelfstandig werk (uitwerken van taken, maken van verslagen, verwerking van de leerstof, voorbereiding op de examens...). De totale tijd die een gemiddelde student(e) besteedt aan de verwerking van een opleidingsonderdeel bepaalt de studiebelasting of de studieomvang van dat opleidingsonderdeel. De studiebelasting wordt uitgedrukt in studiepunten. Eén studiepunt wordt begroot op 25 à 30 uren studietijd. Een jaarprogramma (modeltraject) komt overeen met een studiebelasting van 60 studiepunten of met een studietijd van à uren. ECTS-fiches Gedetailleerde informatie over de opleidingsprogramma s, de opleidingsonderdelen en de studiepunten, is te vinden in de ECTS-fiches. Ze kunnen elektronisch geraadpleegd worden op de website of zijn terug te vinden in de cursussen. Bij elk opleidingsonderdeel wordt in de ECTS-fiche ten minste aangegeven: - de gebruikte onderwijstaal (indien ze afwijkt van het Nederlands); - de studieomvang uitgedrukt in studiepunten; - de begin- en eindcompetenties en de doelstellingen van het opleidingsonderdeel; - eventuele volgtijdelijkheidsvoorwaarden ten opzichte van andere opleidingsonderdelen; - de inhoud van het opleidingsonderdeel; - studiemateriaal; - de wijze van examineren en evalueren; - of het opleidingsonderdeel in aanmerking komt voor een creditcontract of een examencontract; - de opleidingsonderdeelverantwoordelijke en andere onderwijsverstrekkers; - de voorwaarden voor het behalen van een creditbewijs als die afhankelijk zijn van een oordeel geslaagd/niet geslaagd. De gegevens kunnen niet wijzigen in de loop van het academiejaar, behalve bij overmacht. In dat geval worden de wijzigingen vooraf besproken met de studenten. Organisatie van het academiejaar In het departement Industrieel Ingenieur volgt men het semestersysteem: dat betekent dat de onderwijsactiviteiten verdeeld worden over twee semesters. Elk semester bestaat uit 13 effectieve weken voorbehouden voor contactactiviteiten. De contactactiviteiten die gedurende een bepaald semester zijn gepland, worden verdeeld over de voorziene lesweken en de weekorganisatie wordt vastgelegd in het lessenrooster. 8

9 Per academiejaar worden drie examenperiodes voorzien. De examenvolgorde wordt vastgelegd in het examenrooster. Lessen- en examenroosters worden op Toledo en ad valvas bekendgemaakt. Bovendien ontvangt elke student(e) bij de aanvang van het academiejaar, samen met de academische kalender (waarin de indeling van het academiejaar wordt beschreven), een afschrift van het lessenrooster dat voor hem/haar van toepassing is. 9

10 DE ORGANISATIE VAN HET DEPARTEMENT Doelstellingen Het Departement Industrieel Ingenieur is de organisatorische eenheid die in KaHo Sint-Lieven de opleiding tot industrieel ingenieur verzorgt. Dat impliceert dat het departement activiteiten ontplooit op het gebied van het onderwijs, van de maatschappelijke dienstverlening en van het projectmatig wetenschappelijk onderzoek. - Onderwijsvisie De missies van de Associatie K.U.Leuven en KaHo Sint-Lieven hanteren een studentgecentreerde visie op leren en opleiden wat impliceert dat: - leerresultaten in de eerste plaats de uitkomst zijn van de eigen activiteiten en inspanningen van de student(e); - studenten hun eigen inspanningen en activiteiten beter kunnen richten als ze vertrouwd zijn met de doelen die in de opleiding wordt nagestreefd; - docenten, assistenten en andere begeleiders tot taak hebben het leerproces van de studenten te ondersteunen door doelgerichte leeractiviteiten uit te lokken en passende hulp bij moeilijkheden te bieden; - het belang van samenwerking tussen studenten en onderwijzend personeel wordt erkend. - Onderzoeksvisie Het wetenschappelijk onderzoek moet de academisering van het onderwijs en de bijbehorende accreditatie onderbouwen. De ondersteuning van de opleiding door wetenschappelijk onderzoek omvat twee aspecten : - het realiseren van een relatie tussen het onderwijzend personeel en onderzoeksactiviteiten (eigen onderzoeksactiviteiten en/of onderzoeksactiviteiten aan de universiteit) - het realiseren van een relatie tussen studenten en onderzoeksactiviteiten (o.a. aanleren van de onderzoeksmethodiek) - Departementale dienstverlening De departementale dienstverlening ondersteunt de missie van de associatie K.U.Leuven en KaHo Sint-Lieven in: - de studie- en studentenbegeleiding; - de uitbouw van de PR-werking; - de uitbouw van internationaal georiënteerd onderwijs; - de uitbouw van innovatieve onderwijsvormen, werkvorm en leermiddelen; - de onderwijskundige professionalisering van docenten; - het implementeren van het flexibiliseringsdecreet; - de uitbouw van de samenwerking met Katholieke Hogeschool Brugge Oostende (KHBO). - de uitbouw van de samenwerking binnen de Geassocieerde Faculteit Industriële en Biowetenschappen (GFIBW). 10

11 Het departement industrieel ingenieur in KaHo Sint-Lieven KaHo St.-Lieven Algemene Vergadering Raad van Bestuur Algemeen directeur Directiecollege Medezeggenschapsorganen Academische Raad HOC Algemene Studentenraad Centrale Diensten Coördinator Studiegebied Gezondheidszorg Coördinator Studiegebied Onderwijs Departement Aalst Departementshoofd, Adjunct-departementshoofd Departementale Raad Departement Gent Departementshoofd, Adjunct-departementshoofd Departementale Raad Departement Industrieel Ingenieur Departementshoofd, Adjunct-departementshoofd Departementale Raad Departement Sint-Niklaas Departementshoofd, Adjunct-departementshoofd Departementale Raad Opleidingshoofden Vakgroepvoorzitters Opleidingshoofden Vakgroepvoorzitters Opleidingshoofden Vakgroepvoorzitters Opleidingshoofden Vakgroepvoorzitters 11

12 Het Departementshoofd en adjunct-departementshoofd Het departementsbestuur wordt gevormd door het departementshoofd en het adjunct-departementshoofd. Het departementsbestuur heeft de dagelijkse leiding over het departement. De werking van het departement wordt ondersteund door de decretaal georganiseerde departementale raad. Tot de dagelijkse taak van het departementsbestuur behoren het voeren van het dagelijks beleid, het personeelsbeleid, het pedagogisch beleid, het budget, de infrastructuur en het uitvoeren van specifieke taken gedelegeerd door de Raad van bestuur en/of algemeen directeur. Het departementshoofd heeft de eindverantwoordelijkheid voor de organisatie van het onderwijs en voor de kwaliteitsbewaking ervan. Hij is tevens voorzitter van de examencommissie en van de departementale raad. Het opleidingshoofd De verantwoordelijkheid voor de dagelijkse werking van een opleiding berust bij het opleidingshoofd. De opleidingshoofden zitten de opleidingsadviesraden voor: het zijn adviesorganen waarin overlegd wordt over alle onderwijsgerichte aspecten van de werking van de opleiding (de opleidingsprogramma s, de onderwijs- en examenregeling, de studiebelasting, de kwaliteitszorg...). Het opleidingshoofd is verantwoordelijk voor de opvolging van de aanbevelingen van de opleidingsadviesraad. Hij/zij staat ook in voor de organisatie van het overleg met de studenten en hij/zij is secretaris van de examencommissie. Materies die verband houden met het onderwijs maar die de werking van een opleiding overschrijden, worden behandeld in de raad van opleidingshoofden. Daarin wordt het beleid uitgestippeld dat verband houdt met de organisatie van het onderwijs en de kwaliteitsverbetering ervan. De opleidingshoofden zijn verantwoordelijk voor de correcte uitvoering van dat beleid op het niveau van hun opleiding. Elke opleiding wordt gecoördineerd door het opleidingshoofd - Opleiding Bachelor eerste 3 semesters in Gent ir. L. Peelman - Opleiding Bachelor eerste 3 semesters in Aalst dr. ir. J. Van den Bossche - Opleiding Bouwkunde ing. R. Saey - Opleiding Chemie dr. D. Bruneel - Opleiding Elektronica-ICT ir. K. Van den Steen - Opleiding Elektromechanica ir. M. Juwet - Opleiding Elektrotechniek ir. C. Van Laere De vakgroepvoorzitter Een vakgroep groepeert de leden van het onderwijzend personeel die actief zijn op eenzelfde terrein van de wetenschap of van de techniek. De werking van het Departement Industrieel Ingenieur wordt gedragen door negen vakgroepen: Bouwkunde, Landmeten, Chemie & Biochemie, Elektriciteit & Automatisering, Elektronica, Informatietechnologie, Werktuigbouwkunde, Wiskunde & Fysica, Dienst Onderwijsondersteuning. Waar de werking van de opleidingsraden gericht is op de organisatie van het onderwijsgebeuren, zijn de vakgroepen verantwoordelijk voor de inhoudelijke aspecten ervan, voor de aanduiding van de lesgevers en voor de werking van de laboratoria. Daarnaast staan ze in voor de maatschappelijke dienstverlening en voor het projectmatig wetenschappelijk onderzoek. De verantwoordelijkheid voor de goede werking van een vakgroep berust bij de vakgroepvoorzitter. Materies die de werking van een vakgroep overstijgen worden behandeld in de raad van vakgroepvoorzitters. In die raad wordt het beleid uitgestippeld betreffende de budgetbesteding, de personeelsinzet, de maatschappelijke dienstverlening en het projectmatig wetenschappelijk onderzoek. 12

13 Elke vakgroep wordt gecoördineerd door de vakgroepvoorzitter. - Vakgroep Bouwkunde ir. M. De Nul - Vakgroep Landmeten ir. G. Kips - Vakgroep Chemie & Biochemie dr. G. Aerts en dr. E. Courtijn - Vakgroep Werktuigbouwkunde dr. ir. D. Debruyne - Vakgroep Elektriciteit & Automatisering ir. G. Verhiest - Vakgroep Elektronica dr. ir. L. De Strycker - Vakgroep Informatietechnologie dr. ir. G. Vanden Berghe - Vakgroep Wiskunde & Fysica dr. P. Hanselaer - Dienst Onderwijsondersteuning ir. I. Martens De opleidingsonderdeelverantwoordelijke Het opleidingsprogramma van elke opleiding bestaat uit een samenhangend geheel van onderwijs- en andere studieactiviteiten die, per studiejaar, gegroepeerd zijn in opleidingsonderdelen (vakken). Voor elk opleidingsonderdeel is een opleidingsonderdeelverantwoordelijke (O.O.V.) aangesteld. De O.O.V. is de eindverantwoordelijke voor de bepaling van het examencijfer betreffende zijn/haar opleidingsonderdeel. Hij/zij is stemgerechtigd lid van de examencommissie en kwijt zich van de administratieve taken die daaruit voortvloeien. Hij/zij organiseert voor zijn/haar opleidingsonderdeel de communicatie met de studenten en staat in voor de feedback na de proclamaties. De laboratoriumverantwoordelijke Voor elk laboratorium is een laboratoriumverantwoordelijke aangesteld. Hij/zij waakt over de werkregeling in het laboratorium en is belast met de zorg voor de infrastructuur en voor de uitrusting. De administratieve diensten a. Het departementssecretariaat Industrieel Ingenieur Personeel: Dhr. R. De Grave (departementssecretaris) Mevr. T. De Jaeger Mevr. C. Feryn Taken: Het departementssecretariaat verricht alle handelingen m.b.t. de administratieve ondersteuning van het departementsbestuur en staat in voor volgende taken: - agenda van het departementsbestuur - secretariaat van de verschillende raden - studentenadministratie en -archief - administratie i.v.m. de dagelijkse werking van het departement - internationalisering - b. Studentensecretariaten Personeel: de secretaresses van de verschillende opleidingen zijn: Bachelor eerste drie semesters in Gent: Mevr. A. Van Vossel Bachelor eerste drie semesters in Aalst: Mevr. A. Samuel Bouwkunde: Mevr. G. Friant Chemie: Mevr. M. Dhondt Elektronica-ICT: Mevr. J. Vannerem Elektromechanica: Mevr. P. Engels Taken: Het studentensecretariaat is het eerste en best aangewezen aanspreekpunt voor de studenten. Het zorgt voor de gewenste informatie en documenten of verwijst door naar de gepaste dienst of 13

14 persoon. Via het studentensecretariaat kunnen de studenten alle nodige attesten en documenten bekomen: inschrijvingsdocumenten, studentenkaart, cultureel jongerenpaspoort (CJP-pas), formulieren voor studiebeurzen, trein- en busabonnementen, studiegetuigschriften Je kan er terecht voor inschrijvingen, het melden van adreswijzigingen, stopzetting van de studies (uitschrijving), afwezigheden, ziekte Je kan er infobrochures krijgen over de vzw Sociale Voorzieningen, de kamerdienst, de plaatsingsdienst Het studentensecretariaat staat in voor de administratieve mededelingen. Die worden ad valvas of via bekendgemaakt. De facilitaire diensten de centrale diensten a. Campus Rabot Campusdirecteur: Dhr. W. Van Wittenberghe 1.1 Onthaal (lokaal D041) Verantwoordelijke: Dhr. E. Van den Steen Mevr. M. Depestele, Mevr. V Charlier, Mevr. A. De Brabandere Openingsuren: iedere dag van 8.00 tot u. (via het loket). Administratieve taken: reservatie sportzaal en lokalen, verantwoordelijk voor publifoon (een publieke telefoon (met kaart) is beschikbaar tegenover het onthaal (D040)), verkoop kopieerkaarten. 1.2 Afdrukdienst (Blok A) Verantwoordelijke: Dhr. E. Van den Steen. (lokaal A016) Balie Afdrukdienst (lokaal A018): Dhr. B. Arys en Dhr. G. Verstockt Het is belangrijk je kopij tijdig binnen te brengen (minimum 2 uur op voorhand). Bij het afhalen van de kopieën is DIRECTE BETALING vereist. Prijs per kopie: - A4-formaat: 0,05 vanaf 50 exemplaren van hetzelfde origineel: 0,025 /kopie per kopie R/V: 0,075 - A3 formaat: 0,10 Per kopie R/V: 0,125 - Transparanten (niet bedrukt): 0,50 - Kleurenkopies A4: 0,20 A3: 0,40 - Kleurentransparant: 1,00 - Inbinden (plastiekkaft): 1,25 Kopieerwerk dat op cd, diskette of USB-stick wordt afgeleverd, dient aangeboden te worden in PDFformaat. OPENINGSUREN: Elke dag van 8.00 u. tot u. en van u. tot u. Aan het onthaal, in de bibliotheek en op het afdelingssecretariaat EM staan tevens zelf te bedienen kopieermachines: ze werken met magneetkaarten die te bekomen zijn aan het onthaal, in de bibliotheek en op de afdrukdienst (kaarten van 2.50 en 5 voor resp. 50 en 100 kopieën). 1.3 Technische dienst (Blok A) Verantwoordelijke: Dhr. J. Vermeir (lokaal A009) Magazijnbeheer en dienst leveringen: Dhr. P. Asselman (lokaal A010) 14

15 Openingsuren: elke werkdag van 8.00 u. tot u. en van u. tot u. In het centraal magazijn kan men terecht voor labjassen chemie ( 22.50), overall ( 29), veiligheidsbril ( 5), schuifmaten ( 25), veiligheidsschoenen ( 30), melding van technische defecten in lokalen, labs of andere locaties. 1.4 Mediatheek ( Mediathecaris: Mevr. B. De Mild Medewerkers: Mevr. A. Begyn en Dhr. F. Droshout De mediatheek is elke lesdag open van 8.30 u. tot u. Op dinsdag en donderdag blijft de mediatheek open tot u. Afwijkingen van de normale openingstijden worden steeds vooraf uitgehangen. In de mediatheek vind je voornamelijk technische handboeken en tijdschriften en de collectie bevat ook de eindwerken van de opleiding industrieel ingenieur. Op de eerste verdieping van de mediatheek staan er computers die vrij toegankelijk zijn voor studenten. Het gebruik is in de allereerste plaats bedoeld voor onderwijsgebonden doeleinden. De mediatheek beschikt over een fotokopieertoestel/printer. De magneetkaarten hiervoor worden aan de balie verkocht. Ontlenen van collectiemateriaal: boeken 3 weken, cd-roms 1 week, eindwerken 4 weken, tijdschriften enkel ter plaatse in te kijken of te fotokopiëren. 1.5 Audiovisuele dienst (in lokaal rechtover het groot auditorium) Verantwoordelijke: Dhr. M. Hansenne De AV-dienst staat in voor het beheer en de uitlening van audiovisuele apparatuur (overheadprojectoren, dataprojectoren, klankinstallaties ) 1.6 E.H.B.O.- dienst Dhr. G. Verstockt (tel.: 405), Mevr. J. Vannerem (tel.: 250), Mevr. A. Van Vossel (tel.: 220) Tot die personen kun je je wenden bij ongevallen, verwondingen en ongesteldheden. Om de werking van de dienst te vereenvoudigen wordt gevraagd: - steeds een strookje van de mutualiteit bij je identiteitskaart te bewaren, alsook steeds je sis-kaart bij je te hebben. - voor risicogroepen op medisch vlak wordt gevraagd in het begin van het jaar de aard van het risico te melden en de noodzakelijke gegevens ook bij de identiteitskaart te voegen (bv. astma, suikerziekte, vallende ziekte, hartstoornissen, allergische reacties op geneesmiddelen, e.d.). 1.7 PBW & Milieu Verantwoordelijke: Dhr. D. Plaetinck (preventieadviseur) en Dhr. Ph. De Meester (milieucoördinator). Lokaal: A203 De dienst staat in voor opvolging van en toezicht op veiligheid en milieu. Hij staat de directie bij voor beslissingen in die materie. Naar de studenten toe verstrekt hij informatie en helpt hij bij het wegwijs maken in de wettelijke aspecten aangaande milieu en veiligheid. Van de studenten wordt verwacht dat zij interesse opbrengen voor milieu en veiligheid en hieraan meewerken (bv. de recuperatie van afvalstoffen, het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen in de labs, het veilig omgaan met machines en toestellen ). 1.8 Catering De vzw Sociale Voorzieningen KaHo Sint-Lieven is verantwoordelijk voor de goede werking van de cafetaria. De cafetaria wordt uitgebaat door het cateringsbedrijf DUET c.v.b.a. Voor het gebruik van de maaltijd staat uitsluitend de cafetaria en de instuif ter beschikking. Eten in de leslokalen is streng verboden. De cafetaria is geopend van 9.00 tot u. 15

16 Je kan er terecht voor belegde broodjes en koffiekoeken (vanaf 9 u.), warme snacks (vanaf u.), dagschotel (vanaf u.) en vegetarische schotel, warme en koude dranken (doorlopend tot u.), diverse versnaperingen. Op de campus staan ook meerdere automaten opgesteld voor frisdrank en versnaperingen. b. Campus Dirk Martens Aalst 1.1 Onthaal Voor een aantal algemene diensten kan men terecht op het onthaal: - Inschrijven en afhalen van merkklevers voor de fietsen; - Huren van opbergkastjes en vestiairekastjes voor persoonlijke voorwerpen, faxen 1.2 Afdrukdienst Fotokopieertoestellen ter beschikking van studenten en personeel: op de verschillende verdiepingen en in de bibliotheken. Daarvoor schaft men zich een (oplaadbare) magneetkaart aan (die men met Proton kan betalen). Voor de oplaadbare kaarten wordt een waarborg in rekening gebracht, die men terugkrijgt bij inlevering. De kopiekaarten kan men kopen of opladen via het onthaal. Grotere opdrachten kan men laten uitvoeren op de kopiedienst (mevr. M. Nelis lokaal Campus Dirk Martens -1004). 1.3 Technische dienst Het onthaal is het meldpunt voor alle vragen en wensen i.v.m. technische problemen (verwarming, verlichting, bevoorrading, reinigen, catering, ). Ook op je afdelingssecretariaat kan je vragen doorspelen naar de juiste dienst Mediatheek Je kan gebruik maken van de wetenschappelijke bibliotheek, mediatheek, audiovisueel centrum, werklokalen informatica. De mediatheek is ook de aangewezen werkruimte waar je in alle rust voorbereidingen kan maken, groepswerk bespreken Locatie Campus Dirk Martens: ingang via inkom op verdieping 0 De betrokken mediathecarissen staan vermeld bij het studiegebied. Medewerkers: mevr. R. Philips, mevr. G. Van der Elst, mevr. M. Baeyens en dhr. J. Van der Poorten 1.5 Audiovisuele dienst Gebruik van audiovisuele toestellen, onderhoud en herstelling van de toestellen die in de klassen zijn opgesteld, kan aangevraagd worden via het afdelingssecretariaat of via het onthaal. 1.6 EHBO-dienst Het afdelingssecretariaat en/of het onthaal zijn het eerste contactpunt voor de EHBO, voor ongevalaangiften 1.7 PBW & Milieu Het samenwerken met zovele mensen op één campus vergt een aantal veiligheids- en voorzorgsmaatregelen. Ook studenten moeten de gepaste veiligheidsreflexen hebben. De hogeschool werkt actief aan het uitwerken van een gepast preventiebeleid en de toepassing van het risicobeheersingsysteem. Dat vertaalt zich in: - voorzieningen voor een vlotte evacuatie - een risicobeheersingsysteem voor het dagelijks werk - een gepaste verzekering 1.8 Catering Er wordt een beroep gedaan op het cateringsbedrijf van de campus. Wensen of opmerkingen kan je steeds doorspelen via het onthaal van de campus. 1.9 Telefoon en Fax De studenten kunnen tegen betaling telefoneren en faxen aan het onthaal. 16

17 Mededelingen aan studenten Mededelingen omtrent opleidingsonderdelen en van het studentensecretariaat gebeuren steeds steeds via Toledo. (Je kan Toledo opstarten vanuit Inloggen met KAHONET gebruikersnaam en paswoord). Een verzameling van alle mededelingen kan men terugvinden onder My Announcements op het tabblad My Toledo. De studenten worden geacht op de hoogte te zijn van alle berichten die via deze weg worden bekendgemaakt. Elk studentensecretariaat heeft ook een community op Toledo, te vinden onder my organizations Hier vindt men alle info die betrekking heeft op de opleiding (laboratoriumregelingen, lijst met de namen van de opleidingsonderdeelverantwoordelijken en de vaktitularissen, examenregelingen...). Persoonlijke mededelingen gebeuren via het KaHo adres De studenten worden geacht regelmatig deze mailbox te openen. Bij elk studentensecretariaat treft men een kast aan voor het bekendmaken van mededelingen. Om praktische redenen vindt men hier een papieren versie van aantal mededelingen die je ook op Toledo vindt. Verder zijn er op de campus kasten die voorbehouden zijn voor de berichten vanwege de facilitaire diensten (campusberichten), vanwege de pastorale begeleiding, de SoVo en de dienst sport. Op diverse plaatsen (in de omgeving van de secretariaten) zijn er prikborden aangebracht bestemd voor allerlei berichten. Sommige van de borden worden beheerd door de secretariaten (bvb. voor plaatsaanbiedingen, informatie i.v.m. verder studeren, i.v.m. internationalisering...), andere staan ter beschikking van de studenten voor de aankondiging van allerlei activiteiten (culturele, sociale, studentikoze,...). Een bericht moet voorzien worden van de stempel van KaHo Sint-Lieven of van de studentenraad, anders wordt het verwijderd. De studenteninspraak Op het niveau van een klas verkiezen de studenten een klasafgevaardigde. De klasafgevaardigden worden door de opleidingshoofden geraadpleegd over de praktische aspecten van de onderwijsorganisatie die op hun klas betrekking hebben (lessenroosters, laboratoriumregelingen, examenschikkingen...). Zij zijn de gemandateerde gesprekspartners voor hun klassen en ze vertegenwoordigen hun klas op het niveau van de opleiding. Op het niveau van de opleiding vormen de klasafgevaardigden de opleidingsstudentenraad. De raad is de gesprekspartner van het opleidingshoofd met betrekking tot alle materies die - op het niveau van de opleiding - de studenten aanbelangen. Op het niveau van het departement vormen de leden van de opleidingsstudentenraden de departementale studentenraad. Die raad is de gesprekspartner van het departementshoofd met betrekking tot alle aangelegenheden die de studenten - op niveau van het departement - aanbelangen (onderwijs- en examenregeling, kwaliteitszorg, evaluatie van het onderwijs en van het onderwijzend personeel...). De departementale studentenraad kan daarover ook uit eigen beweging advies uitbrengen. Eveneens op het niveau van het departement zetelen vier studenten in de departementale raad. Die raad is het medezeggenschapsorgaan dat advies uitbrengt over alle aangelegenheden die betrekking hebben op de organisatie en de kwaliteit van de onderwijsprocessen, van de maatschappelijke dienstverlening en van het projectmatig wetenschappelijk onderzoek. De departementale raad - die vergadert onder het voorzitterschap van het departementshoofd - bestaat uit acht vertegenwoordigers van het onderwijzend personeel, uit vier vertegenwoordigers van de sociaal- 17

18 economische en culturele milieus en, zoals gezegd, uit vier vertegenwoordigers van de studenten. Die laatsten worden verkozen door en onder de leden van de departementale studentenraad. Op het niveau van de hogeschool is de algemene studentenraad de officiële vertegenwoordiger van de studenten in de academische raad. Hierin bespreken vertegenwoordigers van het hogeschoolbestuur, van het personeel en van de studenten - onder voorzitterschap van de algemene directeur - allerlei materies die betrekking hebben op de werking van de hogeschool. De academische raad brengt advies uit in verband met onderwijskundige aspecten van de werking van de hogeschool. De studentenvertegenwoordigers van het Departement Industrieel Ingenieur in de academische raad worden verkozen door en onder de leden van de departementale studentenraad. SoVo organiseert jaarlijks een weekend om participatie te bevorderen. Meer info bij je studentenraad. Leefregels voor studenten - Van de studenten die zich inschrijven, wordt verwacht dat zij zich in hun gedragingen en sociale relaties, zowel binnen als buiten de gemeenschap van het departement, door eerbied voor de persoon laten leiden en dat zij geen handelingen verrichten die onverenigbaar zijn met de missie van de hogeschool. - Uit respect voor jezelf, voor je medestudenten en voor het onderhoudspersoneel vragen we met aandrang de lokalen en gangen schoon te houden, geen voeten tegen de muren te plaatsen, de tafels in de cafetaria af te ruimen en het sanitair zindelijk te houden. In ieder lokaal zijn vuilnisbakken voorzien (papier- en restafval). Gooi bijgevolg niets op de grond. Plaats de lege frisdrankflesjes in de daartoe voorziene bakken terug. Het departement behoudt zich het recht schadevergoeding te vragen aan hen die moedwillig of door nalatigheid schade veroorzaken aan gebouwen, meubilair of uitrusting van de campus. - Het is verboden te roken in alle gebouwen op de campus. - Binnen de hogeschool is het gebruik, het onder invloed zijn en het dealen van drugs ten strengste verboden! - Onder invloed zijn van alcohol tijdens de onderwijsactiviteiten is eveneens verboden. - Parking, fiets- en motorstalling. Campus Rabot studenten mogen enkel parkeren op de voorziene parking. Het is verboden snel en roekeloos te rijden. De verkeersborden dienen gerespecteerd te worden. Wild parkeren en overtreden van de verkeersregels kunnen gesanctioneerd worden. Fietsers moeten gebruik maken van de fietsenstalling vooraan (ingang Gebroeders Desmetstraat) of achteraan (zijdelings van de cafetaria). Fietsen moeten steeds op slot en in de fietsenstalling. Het wild stallen wordt niet toegelaten. Campus Dirk Martens: studenten mogen hun wagen op eigen risico parkeren op de aangeduide parkeerplaatsen. Wildparkeren is niet toegestaan. Op piekdagen is het praktischer je wagen te parkeren langsheen de Siesegemlaan, op enkele tientallen meters van de campus. Het departement draagt geen verantwoordelijkheid voor mogelijke schade aan fietsen of voertuigen binnen de campus. - Het departement kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor het verlies of de ontvreemding van persoonlijke goederen en gelden. - Het gebruik van personen- en goederenliften door studenten is niet toegelaten. - Als je opdrachten uitvoert (labs ), moet je geschikte kledij dragen (labjas, veiligheidsbril ). Je wordt geacht je aan het plaatselijk labreglement te houden. 18

19 - Buiten de college-uren kan je een lokaal reserveren. De reservatie gebeurt aan het onthaal. - Voor activiteiten die door de studenten zelf worden georganiseerd, zijn de organisatoren verantwoordelijk. Eventuele ongevallen in die omstandigheden worden niet door de hogeschool gedekt. - De onderwijsactiviteiten mogen in geen geval verstoord worden door gsm-toestellen en het gebruik ervan. Bovendien worden de toestellen ten strengste verboden tijdens de examens, ze zijn ook niet toegelaten als horloge. - Je kan toegang hebben tot het internet tijdens de openingsuren van de daartoe uitgeruste lokalen. Je moet je hierbij houden aan het intern reglement i.v.m. het internetgebruik. - Je krijgt een account toegewezen (voornaam.naam@student.kahosl.be). - Mededelingen van de studentenverenigingen, culturele verenigingen, e.a. kunnen worden aangebracht op de daarvoor voorziene prikborden. Alle mededelingen moeten een stempel van de hogeschool dragen. De nodige stempel kan op het studentensecretariaat of op het onthaal verkregen worden. - Afwezigheden: Gelden als gewettigde afwezigheden: ziekte, ongeval, overmacht, afwezigheid om familiale redenen en afwezigheid met toelating (van directie of verantwoordelijke). Bij elke afwezigheid moet je het afdelingssecretariaat zo vlug mogelijk verwittigen. Elke wettiging van afwezigheid dient geregeld te worden op de eerste dag dat de student terug op de hogeschool aanwezig is. Bij langdurige afwezigheid dient het geldige bewijsstuk (binnen de week) opgestuurd te worden, t.a.v. het studentensecretariaat. De evaluaties van de practica (labs, grafisch ontwerp, uitvoeringstechnieken ) worden verricht per zitting. Wettiging van afwezigheid is dus noodzakelijk. - Tijdens de jaarlijkse open dag kan je worden gevraagd deel te nemen aan een werkcollege of een lab. Vanwege de permanente evaluatie ben je genoodzaakt aan die activiteit deel te nemen. De sessie tijdens de open dag vervangt een sessie uit het normale programma. - Studenten die door hun voormalige secundaire school uitgenodigd worden deel te nemen aan infoavonden voor laatstejaars secundair onderwijs, worden verzocht voorafgaand dhr. T. Stevens hiervan op de hoogte te brengen. Verzekering voor studenten De studenten van de KaHo Sint-Lieven zijn voor de duur van het academiejaar verzekerd tegen alle lichamelijke ongevallen die hen zouden overkomen: - op de normale en kortste weg van en naar de huisvesting, van en naar de leslokalen of werklokalen - tijdens de colleges en werkuren van hun studieprogramma - in al de locaties van de campus - gedurende stage(s) en het uitwerken van eindwerken, op voorwaarde dat met het betreffende bedrijf een overeenkomst is afgesloten. De daartoe benodigde documenten zijn ter beschikking op de verschillende studentensecretariaten. - gedurende reizen en excursies, georganiseerd door de hogeschool of ondernomen met haar toestemming, vanaf de vertrekdatum tot en met de dag van terugkeer. Wanneer tijdens de onderwijsactiviteiten de burgerlijke verantwoordelijkheid van personeel en studenten van de hogeschool in het gedrang komt, kan de burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering worden ingeroepen. Stoffelijke schade (bril, kledij) wordt door de verzekering niet gedekt. 19

20 DE EXAMENS Het volledige examenreglement voor het academiejaar is terug te vinden op de website van KaHo Sint-Lieven. Het aanvullend examenreglement voor het departement industrieel ingenieur is terug te vinden op Toledo. Examencijfer De beoordeling van een opleidingsonderdeel wordt vastgelegd in een cijfer met maximale waarde van 20, uitgedrukt in gehele getallen. Dat cijfer is het resultaat van één of meer evaluaties betreffende de verschillende onderwijs- en andere studieactiviteiten die onder het opleidingsonderdeel ressorteren. Het cijfer is niet noodzakelijk het gewogen gemiddelde van de resultaten: een extreem onvoldoende evaluatie voor een bepaalde activiteit kan leiden tot een onvoldoende voor het volledige opleidingsonderdeel. Examenperiodes De hogeschool organiseert per academiejaar drie examenperiodes: - de eerste examenperiode die samenvalt met het eerste semester, - de tweede examenperiode die samenvalt met het tweede semester, - de derde examenperiode na de zomersluiting. De wijze van evalueren wordt opgenomen in de ECTS-fiches die bij het begin van het academiejaar aan de studenten ter beschikking worden gesteld. De examenregeling vermeldt de naam van de voorzitter en de secretaris van de examencommissie en van de ombudsman. De examenregeling vermeldt eveneens de lokalen en de tijdstippen van de examens. De examenregeling wordt ten minste 6 weken voor de aanvang van de examens door het opleidingshoofd voorgelegd voor advies aan de studentenvertegenwoordigers. Na overleg wordt de definitieve examenregeling door het opleidingshoofd ten minste vier weken vóór het begin van elke examenperiode aan de studenten meegedeeld. Examinatoren en studenten houden zich strikt aan de vastgelegde examenregeling en de examenroosters. Examens kunnen enkel om zwaarwichtige redenen (indien mogelijk schriftelijk meegedeeld aan de ombudsman) verplaatst worden. De ombudsman oordeelt daarover samen met de voorzitter van de examencommissie en treft in dit geval een nieuwe regeling. Permanente evaluatie Op de regel dat men enkel examen kan afleggen in een examenperiode, is er een uitzondering voor regelmatig ingeschreven studenten. Sommige opleidingsonderdelen omvatten onderwijsactiviteiten - bijvoorbeeld laboratoriumsessies - waaraan alle regelmatig ingeschreven studenten actief moeten deelnemen en meewerken. Dergelijke activiteiten evalueert men met een beoordeling die o.a. rekening houdt met aanwezigheid en inzet, met vaardigheid en kennis. Dat type evaluatie wordt permanente evaluatie genoemd: de evaluatie is niet gebonden aan een bepaalde periode maar ze is het resultaat van een beoordeling die rekening houdt met de wijze waarop de student(e) aan de betrokken activiteit deelneemt, zich kwijt van de hem/haar opgelegde taken, erover rapporteert en gevolg geeft aan de opmerkingen die hij/zij krijgt in het kader van de feedback. In de ECTS-fiches is bij elke onderwijsactiviteit aangegeven of ze periodegebonden of permanent wordt geëvalueerd. 20

21 Deelexamens De examens van elke examenperiode kunnen omvatten: - examens over opleidingsactiviteiten (onderdeel van een opleidingsonderdeel) die afgewerkt zijn, - deelexamens voor opleidingsonderdelen die over twee semesters worden georganiseerd (= partiële examens). Het relatieve deel van elk deelexamen wordt eveneens in de ECTS-fiche opgenomen. Deelname aan de examens Voorwaarde om deel te nemen aan de examens Een student kan slechts deelnemen aan een examen als hij het verschuldigde studiegeld betaald heeft of daarover een regeling heeft getroffen via de Sociale Voorzieningen van de hogeschool. Als niet aan die voorwaarde is voldaan, wordt de inschrijving geschorst. De eventueel reeds behaalde resultaten worden als niet-bestaande beschouwd en de student ontvangt geen creditbewijs voor het betrokken opleidingsonderdeel. Beperkingen van het aantal examenkansen Per academiejaar mag een student(e) over een opleidingsonderdeel/opleidingsactiviteit tweemaal en niet meer dan tweemaal examen afleggen. Voor opleidingsonderdelen/ opleidingsactiviteiten (bv. labs) die permanent geëvalueerd worden, wordt aan de student(e) die hiervoor in de eerste en/of tweede examenperiode een onvoldoende heeft behaald, in de derde examenperiode de kans geboden zijn quotering te verbeteren. Een examen in de derde examenperiode over opleidingsonderdelen/opleidingsactiviteiten die permanent geëvalueerd worden kan enkel een quotering onvoldoende verbeteren, maar komt niet in de plaats van de permanente evaluatie voor wie zich onttrokken heeft aan de permanente evaluatie door bijvoorbeeld niet deel te nemen aan de labactiviteiten. Deelname aan de permanent geëvalueerde activiteiten is verplicht. Studenten die wegens overmacht (bv. bij ziekte) één of meerdere zittingen missen, moeten hun afwezigheid schriftelijk rechtvaardigen (bij ziekte door een ziekteattest) bij de verantwoordelijke lesgever. Zij kunnen met de verantwoordelijke lesgever(s) afspreken met het oog op het eventueel inhalen van de gemiste activiteiten. Hernemen van examens uit de eerste examenperiode Over opleidingsonderdelen waarover een examen wordt georganiseerd tijdens de eerste examenperiode kan ten vroegste in de derde examenperiode opnieuw een examen worden afgelegd. Bij gemotiveerde aanvraag en na goedkeuring door opleidingshoofd en departementshoofd kan worden beslist dat studenten reeds in de tweede examenperiode examen kunnen afleggen over welbepaalde opleidingsonderdelen waarover ze reeds in de eerste examenperiode werden geëxamineerd. Deze beslissing moet schriftelijk worden vastgelegd. Uitstellen van examens tot de tweede examenperiode Een student die, gelet op de programmering van de opleidingsonderdelen, binnen één opleiding een studieprogramma heeft dat voor meer dan 36 studiepunten in het eerste semester valt, is niet verplicht over meer dan 36 studiepunten examen af te leggen in de eerste examenperiode. Over de overblijvende opleidingsonderdelen kan die student examen afleggen in de tweede examenperiode. Bij de goedkeuring van het GOP beslist het departementshoofd wanneer er over welke opleidingsonderdelen examen moet worden afgelegd. Inhalen van examens uit de eerste examenperiode Een student die om een zwaarwichtige reden niet deelneemt aan een examen van de eerste examenperiode, kan reeds tijdens de eerste examenperiode en uiterlijk voor 1 maart vragen hierover in de tweede 21

22 examenperiode examen af te leggen. Het departementshoofd beslist na advies van het opleidingshoofd en de ombudsman; hij legt na overleg met de examinator de examenvorm vast. Criteria voor het slagen voor een opleidingsonderdeel De student slaagt voor een opleidingsonderdeel waarvoor hij ten minste 10 op 20 of de beoordeling geslaagd heeft behaald. In beide gevallen verwerft hij een creditbewijs. Criteria voor het behalen van een diploma van bachelor of master en een graad van verdienste De student(e) die geslaagd is voor alle opleidingsonderdelen behaalt het diploma van de opleiding. Een examencommissie kan beslissen dat een student(e) kan slagen voor bachelor 1, het geheel van de bacheloropleiding, de master of de schakelprogramma s wanneer de student(e) niet geslaagd is voor alle opleidingsonderdelen. Een examencommissie wendt hiervoor volgende criteria aan: Bachelor 1: - het totaal aantal studiepunten van de opleidingsonderdelen waarvoor hij/zij onvoldoendes heeft behaald bedraagt ten hoogste 15% of 9 stp van het opleidingsprogramma van bachelor 1; - het gaat om lichte onvoldoendes. Het geheel van de bacheloropleiding: - het totaal aantal studiepunten van de opleidingsonderdelen waarvoor hij/zij onvoldoendes heeft behaald bedraagt ten hoogste 10% of 12 SP van het opleidingsprogramma van bachelor 2 en 3; - het gaat om lichte onvoldoendes. Master: - het totaal aantal studiepunten van de opleidingsonderdelen waarvoor hij/zij onvoldoendes heeft behaald bedraagt ten hoogste 10% of 6 SP van het opleidingsprogramma van master; - het gaat om lichte onvoldoendes. Schakelprogramma s: - het totaal aantal studiepunten van de opleidingsonderdelen waarvoor hij/zij onvoldoendes heeft behaald bedraagt ten hoogste 15% of 9 SP van het opleidingsprogramma van het schakelprogramma; - het gaat om lichte onvoldoendes. Overgangsperiode bachelor 3 opleidingen: - het totaal aantal studiepunten van de opleidingsonderdelen waarvoor hij/zij onvoldoendes heeft behaald bedraagt ten hoogste 10% of 6 SP van het opleidingsprogramma van bachelor 3; - het gaat om lichte onvoldoendes. Op het einde van de opleiding wordt aan de student een graad van verdienste toegekend: - voldoening; - onderscheiding, indien de student(e) ten minste 70 % van het maximum van de punten behaalde op 2/3 van de studiepunten; - grote onderscheiding, indien de student(e) ten minste 78 % van het maximum van de punten behaalde op 2/3 van de studiepunten; - grootste onderscheiding, indien de student(e) ten minste 85 % van het maximum van de punten behaalde op 2/3 van de studiepunten. 22

23 Er wordt geen graad van verdienste toegekend aan studenten waarvan het feitelijk studieprogramma, na aftrek van vrijstellingen, minder dan 30 studiepunten bedraagt. Evenmin wordt een graad van verdienste toegekend voor een schakel- of voorbereidingsprogramma of een postgraduaatopleiding. Aan een individuele student(e) die niet voldoet aan de criteria voor het behalen van een bepaalde graad van verdienste kan de graad van verdienste toch worden toegekend indien de examencommissie op gemotiveerde wijze daartoe beslist. Die motivering wordt opgenomen in het beraadslagingverslag. Als een lid van de examencommissie of de ombudspersoon het vraagt, wordt daarover geheim gestemd. Diploma - diplomasupplement Het feit dat men geslaagd is voor een bepaalde basisopleiding wordt bevestigd door de toekenning van een diploma. Dat wordt aangevuld met een diplomasupplement dat alle nodige en nuttige informatie over het studieverloop bevat. Mededeling na elke examenperiode De examencijfers behaald in elke examenperiode worden door het opleidingshoofd schriftelijk ter beschikking gesteld aan de studenten, binnen de 10 werkdagen na het einde van de examenperiode. De verantwoordelijkheid voor de correctheid van de resultaten ligt bij het opleidingshoofd en de secretaris. De ombudsman - geschillenregeling De ombudsman is een vertrouwenspersoon die gedurende het volledige academiejaar zijn bemiddelingsrol in alle onafhankelijkheid vervult. Waar nodig bemiddelt de ombudsman over de datum, plaats, vormen en voorwaarden waarin een examen wordt afgelegd onverminderd de in andere artikels vastgelegde specifieke bevoegdheden. Om zijn taak naar behoren te kunnen vervullen, heeft de ombudsman, ook vóór de beraadslaging van de examencommissie, vanuit zijn bemiddelingsrol informatierecht betreffende alle examenverrichtingen. De ombudsman is tot geheimhouding verplicht. Geschillen tussen examinatoren en studenten die een correct verloop van de examens in het gedrang brengen, worden door de betrokkenen aan de ombudsman gemeld. Hij kan ter bemiddeling optreden en treft, zo nodig, voorlopige maatregelen om het correct verloop van de examens te waarborgen. De volledige examencommissie neemt de uiteindelijke beslissing. Zij hoort vooraf alle betrokken partijen. Materiële vergissingen Betwistingen over vermoede materiële vergissingen moeten bij de voorzitter van de examencommissie aanhangig worden gemaakt. De voorzitter reageert zoals het examenreglement voorschrijft. 23

24 MOGELIJKE JAARPROGRAMMA S Studenten met een modeltraject Een studietraject bepaalt voor een diplomacontract of voor een examencontract, afgesloten met het oog op het behalen van een diploma, de essentiële elementen voor het volgen van een opleidingsprogramma. Het omvat alleszins de opleidingsonderdelen, de studieomvang, de examen- en deliberatieregels en de studievoortgangsbewaking. Een studietraject kan twee vormen aannemen: een modeltraject (voor een groep studenten) of een geïndividualiseerd opleidingsprogramma (voor één bepaalde student). Modeltraject: De invulling van de voltijdse modeltrajecten per opleiding is opgenomen in de studiegidsen. Studenten met een Geïndividualiseerd OpleidingsProgramma (GOP) Een geïndividualiseerd opleidingsprogramma kan onder andere worden toegekend aan: 1. studenten met oorspronkelijk een modeltraject, maar die een studieachterstand opliepen en die op basis daarvan beslissen een GOP aan te vragen; 2. studenten die zich kunnen beroepen op uitzonderlijke omstandigheden. Dat geldt onder meer voor studenten met een functiebeperking, voor erkende topsporters of kunstenaars; 3. studenten die op basis van EVC en EVK vrijstellingen hebben verworven; 4. studenten die werken of twee studieprogramma's combineren; 5. studenten die op grond van hun bijzondere capaciteiten aantoonbaar kunnen maken dat zij hun opleiding kunnen doorlopen in een kortere termijn dan de normstudent. Een student die een GOP wil volgen, richt hiertoe een gemotiveerde aanvraag aan het departementshoofd. Het departementshoofd onderzoekt de gronden voor een GOP en verleent al dan niet toelating. Na overleg met de studiegebiedcoördinator en/of het opleidingshoofd van de betrokken opleiding en de student bepaalt het departementshoofd de opbouw van het studieprogramma, de studieduur en de studievoortgangsbewaking 24