EIM onderdeel van Panteia

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "EIM onderdeel van Panteia"

Transcriptie

1 EIM onderdeel van Panteia Monitor nieuw ondernemerschap 2006 Onderzoek voor Bedrijf & Beleid

2 Monitor nieuw ondernemerschap 2006 Zoetermeer, 30 januari 2007

3 Dit onderzoek is gefinancierd door het Ministerie van Economische Zaken. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij EIM bv. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldigen en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van EIM bv. EIM bv aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. The responsibility for the contents of this report lies with EIM bv. Quoting numbers or text in papers, essays and books is permitted only when the source is clearly mentioned. No part of this publication may be copied and/or published in any form or by any means, or stored in a retrieval system, without the prior written permission of EIM bv. EIM bv does not accept responsibility for printing errors and/or other imperfections.

4 Inhoudsopgave Samenvatting 5 1 Inleiding 9 2 Inleiding deel A: Stand van zaken en ontwikkelingen 11 3 Ondernemers Mate van ondernemerschap Ondernemerschap per sector Kenmerken van ondernemers Ondernemerschap in steden, stadsdelen en wijken 31 4 Kenmerken van bedrijven Structuurkenmerken Bedrijvendynamiek 40 5 Inleiding deel B: Gedrag, prestaties en omgeving 45 6 Gedrag van nieuwe ondernemers Knelpunten Gebruik van netwerken 52 7 Prestaties van nieuw ondernemerschap Overlevingsfracties Inkomen 56 8 Omgeving Ondernemersklimaat Ondernemerschap in de wijken Stimulering en facilitering van nieuw ondernemerschap Initiatieven ter stimulering en facilitering van nieuw ondernemerschap in de vier grote steden 63 Bijlage I Tabellen kenmerken van bedrijven voor specifieke herkomstlanden 73 3

5 4

6 Samenvatting Nieuw ondernemerschap Nieuw ondernemerschap draagt bij aan een grotere diversiteit in het ondernemerslandschap en aan de integratie van allochtonen in de maatschappij. Het aandeel allochtone ondernemers in Nederland is geleidelijk toegenomen van 11,5% in 1999 tot bijna 13% in Het aandeel niet-westerse allochtonen onder de allochtone ondernemers is toegenomen van circa 32% in 1999 tot bijna 39% in Dit komt vooral voor rekening van de niet-westerse allochtone ondernemers. Het aandeel westerse allochtone ondernemers is nagenoeg gelijk gebleven. Ondanks deze toename blijft de ondernemerschapsquote (het aantal ondernemers per personen van de potentiële beroepsbevolking per bevolkingsgroep) onder de allochtonen achter bij die van de autochtonen. Dit geldt vooral voor de eerste generatie niet-westerse allochtonen en in mindere mate voor de eerste generatie westerse allochtonen. De tweede generatie allochtonen is nog relatief jong. Vooral de tweede generatie niet-westerse allochtonen kent een groot aandeel 15- tot en met 24-jarigen, waarvan een groot deel nog een opleiding volgt. De tweede generatie allochtonen boven de 25 jaar (en met name boven de 35 jaar) wordt juist gekenmerkt door een grotere mate van ondernemerschap. Allochtoon ondernemerschap concentreert zich in de grote steden. Bijna 9% van de autochtone ondernemers is in één van de vier grote steden (G4) gevestigd. Bij de westerse allochtonen ligt dat percentage op 21% en bij de niet-westerse allochtonen op 39%. Dit komt mede doordat ook de allochtone bevolking voor een groot deel woonachtig is in de grote steden. Westerse allochtone ondernemers van de eerste generatie De belangrijkste sectoren voor westerse allochtone ondernemers van de eerste generatie zijn de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche) en handel en reparatie. De verschuivingen in de afgelopen jaren tussen de verschillende sectoren zijn beperkt. In Amsterdam zijn de allochtone ondernemers van de eerste generatie nagenoeg in dezelfde typen wijken gevestigd als de autochtone ondernemers. In Rotterdam, Den Haag en Utrecht zijn de allochtone ondernemers van de eerste generatie relatief meer te vinden in de achterstandswijken (in deze rapportage gekenmerkt als wijken met een lagere gemiddelde woningwaarde). Westerse allochtone ondernemers van de tweede generatie Voor de westerse allochtone ondernemers van de tweede generatie zijn de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche) en handel en reparatie de belangrijkste sectoren. Daarbij neemt het aandeel van de zakelijke dienstverlening toe en dat van de handel en reparatie neemt af. De verdeling van de westerse allochtone ondernemers van de tweede generatie over de verschillende typen wijken komt redelijk overeen met die van de autochtone ondernemers. 5

7 Niet-westerse allochtone ondernemers van de eerste generatie Bij de sectorkeuze van de niet-westerse allochtone ondernemers van de eerste generatie komt het overgrote deel uit op horeca en handel en reparatie. We zien echter wel dat het belang van de horeca geleidelijk afneemt. Eerste generatie niet-westerse allochtone ondernemers in de grote steden zijn sterk geconcentreerd in de achterstandswijken, veel meer dan de eerste generatie westerse allochtone ondernemers. Niet-westerse allochtone ondernemers van de tweede generatie De niet-westerse allochtone ondernemers van de tweede generatie kiezen vooral voor de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche) en handel en reparatie. Het aandeel van de zakelijke dienstverlening neemt af en het aandeel van de handel en reparatie en van de horeca groeit. De niet-westerse allochtone ondernemers van de tweede generatie zijn in de grote steden relatief meer gevestigd in de achterstandswijken, echter in aanzienlijk mindere mate dan de eerste generatie niet-westerse allochtone ondernemers. Vrouwelijke allochtone ondernemers 31% van de ondernemers in Nederland is een vrouw. Bij de westerse allochtone ondernemers van de eerste generatie is het aandeel vrouwen beduidend hoger dan het landelijk gemiddelde. Het aandeel vrouwelijke ondernemers onder de niet-westerse allochtonen blijft daarentegen juist achter bij het landelijke gemiddelde. Het aantal niet-westerse allochtone ondernemers van de tweede generatie neemt sterk toe (zowel mannen als vrouwen). Maar doordat de groei van het aantal mannelijke ondernemers in deze groep groter is dan de groei van het aantal vrouwelijke ondernemers, is het aandeel vrouwelijke ondernemers onder de niet-westerse allochtonen van de tweede generatie enigszins teruggelopen. Knelpunten van allochtone ondernemers Over het algemeen is de aard van de knelpunten die allochtone ondernemers tegenkomen gelijk aan die van de autochtone ondernemers. Alleen ervaren de allochtonen als ondernemer wel meer knelpunten dan de autochtonen. Onder de allochtonen is de positie van de tweede generatie beduidend beter dan die van de eerste generatie. Doordat de tweede generatie al langer in Nederland verblijft, participeren zij ook intensiever in de Nederlandse maatschappij. Zij hebben dan ook minder last van knelpunten dan de eerste generatie allochtone ondernemers. De belangrijkste knelpunten liggen op het gebied van de markt (het vinden van klanten en toegenomen concurrentie, doordat veel allochtone ondernemers zich met dezelfde activiteiten in dezelfde wijken vestigen), de overheid (communicatie met de overheid, nieuwe wet- en regelgeving en kennis van de wet- en regelgeving in Nederland) en de omgeving (de veiligheid in de wijk en de bereikbaarheid van het bedrijf of van de klanten). Ondernemerschap in de wijken 6 Een goed ondernemersklimaat in de wijken draagt bij aan de leefbaarheid van die wijken. Actieve verenigingen (buurtverenigingen en ondernemersverenigingen) kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de leefbaarheid en het ondernemersklimaat in de wijk. In de grote steden is circa 40% van de ondernemers gevestigd in een wijk waar een buurtvereniging actief is. Daarnaast is circa 40% van de onderne-

8 mers gevestigd in een wijk waar een ondernemersvereniging actief is. Het lidmaatschap van buurt- en ondernemersverenigingen is echter met name onder de allochtone ondernemers van de eerste generatie beperkt. Verder merken de autochtone ondernemers meer van de activiteiten van de verenigingen dan de allochtone ondernemers. Dit komt onder andere tot uiting in een betere veiligheid, samenhorigheid, betere sociale contacten, betere contacten met de lokale overheden, e.d. Initiatieven ter stimulering en facilitering van nieuw ondernemerschap in de vier grote steden Het ondersteunen van allochtone ondernemers lijkt in de grote steden steeds meer te worden opgenomen in het meer algemene startersbeleid. Aanleidingen hiervoor zijn de beperkte bereikbaarheid van allochtone ondernemers en de omvang en diversiteit van de groep allochtone ondernemers. Daarnaast heeft de groeiende groep tweede generatie allochtone ondernemers minder ondersteuning nodig, omdat deze groep gemiddeld beter is geïntegreerd. Ondanks deze beleidstrend loopt er een aantal initiatieven, die zich specifiek richten op nieuwe ondernemers, zoals Partners in Nieuw Ondernemerschap (PiNO) in Den Haag en Partners in Nieuw Ondernemerschap (PNO) in Utrecht. Samenvattend De veranderingen ten aanzien van nieuw ondernemerschap in Nederland zijn ten opzichte van de vorige monitor op zich niet groot, maar de ontwikkelingen wijzen over het algemeen in de goede richting. Nieuw ondernemerschap neemt toe, met name onder de niet-westerse allochtonen. Er is geleidelijk sprake van meer diversiteit in de branchekeuze van allochtone ondernemers. Daarnaast is gebleken dat de allochtone ondernemers van de tweede generatie het relatief goed doen. Het belang van deze groep onder de allochtone ondernemers is momenteel nog beperkt, maar zal de komende jaren verder toenemen. 7

9

10 1 Inleiding Achtergrond van de monitor De Monitor Nieuw Ondernemerschap 2006 geeft een actueel beeld van het ondernemerschap onder allochtonen in Nederland. Deze monitor is een update van de Monitor Etnisch Ondernemerschap Deze monitoren zetten een reeks voort van onderzoeken naar het ondernemerschap onder allochtonen die is begonnen met een inventarisatie van allochtone ondernemers in Nederland in , en die is gevolgd door onderzoeken in en De eerste twee onderzoeken beperkten zich tot het in beeld brengen van de eerste generatie allochtone ondernemers. In de Monitor Etnisch Ondernemerschap 2000 werd een eerste poging ondernomen om ook een beeld te schetsen van de tweede generatie allochtone ondernemers. In de monitor van 2004 is het beeld van de tweede generatie allochtone ondernemers robuuster neergezet dankzij nieuwe databronnen van het CBS. Daarnaast is in de monitor van 2004 het ondernemerschap van allochtonen nadrukkelijker dan voorheen gepositioneerd ten opzichte van het ondernemerschap onder autochtonen. Nieuw ondernemerschap In de voorgaande monitor werd de term etnisch ondernemerschap gehanteerd voor de groep allochtone ondernemers. In de nieuwe monitor wordt hiervoor de term nieuw ondernemerschap gebruikt. In de monitor worden steeds twee groepen allochtone ondernemers onderscheiden: niet-westerse allochtonen en westerse allochtonen. Daarnaast wordt onderscheid gemaakt tussen 1 e en 2 e generatie allochtone ondernemers en tussen mannelijke en vrouwelijke ondernemers. Opzet van de monitor Het kader van de Monitor Nieuw Ondernemerschap 2006 wordt weergegeven door het schema in Figuur 1. 1 EIM (2004), Monitor Etnisch Ondernemerschap Coopers & Lybrand (1993), Inventarisatie van allochtone ondernemers in Nederland. 3 ITS (1998), Een factor van betekenis; Zelfstandig ondernemerschap van allochtonen in Nederland. 4 ITS (2001), Monitor etnisch ondernemerschap

11 Figuur 1 Kader Monitor Nieuw Ondernemerschap 2006 structuur kenmerken nieuw ondernemerschap (bedrijven en ondernemer) gedrag gedrag van etnische ondernemers prestaties prestaties nieuw ondernemerschap omgeving omvang branchekeuze verdeling over bevolkingsgroepen generatie geslacht leeftijd situatie in de 4 grote steden knelpunten in de bedrijfsvoering gebruik van netwerken overlevingsfracties 1 e generatie hoogte en groei inkomens (winst) groei omzet en werkgelegenheid bijdrage revitalisering oude wijken kwaliteit van etnisch ondernemerschap initiatieven gericht op stimulering en facilitering Bron: EIM, De informatie over de structuur van het nieuwe ondernemerschap is terug te vinden in deel A. Dat deel geeft een cijfermatig beeld van de stand van zaken en ontwikkelingen ten aanzien van de in het schema vermelde aspecten van nieuwe ondernemers en hun bedrijven. In deel B wordt een beeld gegeven van het gedrag, de prestaties en de omgeving van nieuw ondernemerschap. Er wordt apart aandacht besteed aan de positie van de eerste versus de tweede generatie nieuwe ondernemers en aan de positie van nieuwe vrouwelijke ondernemers. 10

12 2 Inleiding deel A: Stand van zaken en ontwikkelingen Deel A van de Monitor Nieuw Ondernemerschap geeft een cijfermatig beeld van de huidige stand van zaken en ontwikkelingen met betrekking tot nieuw ondernemerschap. Hoofdstuk 3 bevat informatie over ondernemers: de mate van ondernemerschap onder allochtonen, ondernemerschap per sector en kenmerken van ondernemers (waarbij het onderscheid tussen 1 e en 2 e generatie allochtonen). Hoofdstuk 4 geeft informatie over verschillende structuurkenmerken van bedrijven van allochtone ondernemers en over de bedrijvendynamiek. In hoofdstuk 4 gaat het grotendeels om bedrijven van 1 e generatie allochtone ondernemers. Vooraf worden hier eerst de gebruikte definities en databronnen kort beschreven. Definities De definitie van allochtonen die in deze monitor wordt gehanteerd, is conform de definitie die wordt gehanteerd door het CBS. Allochtonen zijn personen die in Nederland woonachtig zijn en van wie ten minste één ouder in het buitenland is geboren. Onder eerste generatie allochtonen worden verstaan: personen die niet in Nederland zijn geboren en die ten minste één in het buitenland geboren ouder hebben. Onder tweede generatie allochtonen worden verstaan: personen die in Nederland zijn geboren, maar die ten minste één ouder hebben die buiten Nederland is geboren. De indeling naar herkomstgroepering die in deze monitor wordt gehanteerd, is conform de indeling die wordt gehanteerd door het CBS. Er worden drie herkomstgroeperingen onderscheiden: niet-westers allochtoon; herkomstlanden: Afrika (excl. Zuid-Afrika) Azië excl. Japan en Indonesië Zuid- en Midden-Amerika Turkije westers allochtoon; herkomstlanden: Europa excl. Nederland en Turkije Noord-Amerika Japan Oceanië Indonesië autochtoon; herkomstland: Nederland Binnen de categorie niet-westers allochtoon worden, waar mogelijk, vijf belangrijke herkomstlanden van niet-westerse allochtone ondernemers apart onderscheiden, namelijk de herkomstlanden: Turkije Marokko Suriname Nederlandse Antillen/Aruba 11

13 China/Hong Kong Bronnen De bron voor de informatie over de ondernemers is het Sociaal Statistisch Bestand (SSB) van het CBS. De uitkomsten van deze statistiek betreffen een integrale telling van allochtone ondernemers door een combinatie van de gemeentelijke basisadministraties (GBA) en de fiscale gegevens van de Belastingdienst (zowel aangiften als aanslagen). De verdere inkleuringen van deze bestanden zijn gebaseerd op enquêtes die het CBS uitvoert. De bron voor de informatie over de kenmerken van bedrijven is: Kamers van Kophandel (VVK), Handelsregister. Het Handelsregister bevat uitsluitend informatie over het geboorteland van de ondernemer en niet van de ouders van de ondernemer. De informatie over kenmerken van bedrijven heeft daarom alleen betrekking op bedrijven van eerste generatie allochtonen. Bij de starters is nu ook aandacht besteed aan de tweede generatie allochtonen. De gegevens voor de eerste generatie allochtonen zijn ontleend aan het Handelsregister; voor de tweede generatie allochtone starters is door EIM een schatting gemaakt mede op basis van aanvullende gegevens van de Belastingdienst. 1 Voor de oudere jaren vormt de Monitor etnisch ondernemerschap 2000 de belangrijkste bron. Deze gegevens zijn gecorrigeerd. Er zijn twee correcties uitgevoerd. De eerste correctie hangt samen met het feit dat de definitie van nietwesterse allochtoon is aangepast. Conform de definitie van het CBS en de VVK worden de ondernemers uit Zuid- en Oost-Europa in deze monitor als westerse allochtonen aangemerkt. De tweede correctie hangt samen met de bron. Omdat we voor 1999 en 2002 over gegevens van zowel het CBS als de KvK beschikken, is het mogelijk geweest om voor zowel de absolute aantallen als de sectorverdeling correcties aan te brengen voor de jaren vóór De definitie van een starter is bij de Belastingdienst niet geheel gelijk aan die van de Kamer van Koophandel. Bij de Belastingdienst zijn ook overnames en voortzettingen inbegrepen. In de gebruikte database van de Belastingdienst zijn alleen eenmanszaken aanwezig. De bv s, de vennootschappen onder firma en de maatschappen ontbreken. De schatting is gebaseerd op de verhouding eerste en tweede generatie starters in de database van de Belastingdienst. 12

14 3 Ondernemers In dit hoofdstuk wordt ingegaan op ondernemerschap naar herkomstgroeperingen (autochtoon, westers allochtoon, niet-westers allochtoon). Aan de orde komen de mate van ondernemerschap, ondernemerschap per sector, kenmerken van ondernemers en ondernemerschap in steden, stadsdelen en wijken 1. Daarbij wordt onderscheid gemaakt naar 1 e en 2 e generatie allochtonen en wordt aandacht besteed aan vrouwelijk ondernemerschap. 3.1 Mate van ondernemerschap Economische participatie De maatstaf voor economische participatie is het aandeel van werknemers en ondernemers tezamen als aandeel van de potentiële beroepsbevolking (hier gedefinieerd als de bevolking van 15 t/m 64 jaar). In 2004 bedroeg de economische participatie onder niet-westerse allochtonen 46%. Dat is aanzienlijk lager dan in 2002 (51%). Deze negatieve ontwikkeling hangt primair samen met de verslechtering van de conjunctuur. Door de relatief zwakke positie op de arbeidsmarkt (o.a. laag opleidingsniveau) worden niet-westerse allochtonen zwaarder getroffen door werkloosheid, dan wel trekt men zich geheel terug van de arbeidsmarkt door het ontbreken van perspectief. De economische participatie onder niet-westerse allochtonen is veel lager dan die onder westerse allochtonen en autochtonen, die in 2004 een participatiegraad hadden van 60% (2002: 63%) respectievelijk 65% (2002: 68%). Evenals bij de niet-westerse allochtonen is de participatiegraad onder westerse allochtonen en van autochtonen gedaald. De bijdrage van werknemers in de maatstaf voor economische participatie is bij de westerse allochtonen en bij de autochtonen relatief groot (zie Figuur 2). Bij de niet-westerse allochtonen is het aantal werklozen relatief groot. Meer nog dan de hogere werkloosheid draagt de categorie 'overig' bij aan de lage economische participatie van niet-westerse allochtonen. Deze groep wordt behalve door oudere onderwijsvolgenden voornamelijk gevormd door 'huisvrouwen'. Het aandeel van de arbeidsongeschikten is in alle drie bevolkingsgroepen ongeveer gelijk. De participatie van vrouwen binnen de groep niet-westerse allochtonen is laag. 1 De informatie heeft betrekking op personen die fiscaal als ondernemer, dat wil zeggen als zelfstandige of als directeur-grootaandeelhouder (dga) worden aangemerkt, met andere woorden op personen die voor de inkomstenbelasting inkomen uit onderneming of fiscaal ondernemersloon hebben aangegeven. 13

15 Figuur 2 Economische participatie naar herkomstgroep, 2004 (%) niet-westerse allochtonen overig 37% werknemers 42% arbeidsongeschikt 8% werkloze beroepsbevolking 9% ondernemers 4% westerse allochtonen overig 25% arbeidsongeschikt 9% werknemers 52% werkloze beroepsbevolking 6% ondernemers 8% autochtonen overig 22% arbeidsongeschikt 9% werkloze beroepsbevolking 4% ondernemers 10% werknemers 55% Bron: EIM, op basis van CBS Sectorkeuze allochtonen In de volgende figuren is de sectorkeuze van allochtone ondernemers en werknemers weergegeven voor de jaren 2000 en Daarbij is onderscheid gemaakt naar niet-westerse allochtonen van de 1 e generatie (Figuur 3), nietwesterse allochtonen van de 2 e generatie (Figuur 4), westerse allochtonen van 14

16 de 1 e generatie (Figuur 5) en westerse allochtonen van de 2 e generatie (Figuur 6). De belangrijkste conclusies uit deze figuren zijn de volgende: niet-westerse allochtonen van de 1 e generatie: De belangrijkste sector voor niet-westerse allochtone werknemers van de 1 e generatie is de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche), maar het belang neemt af ten gunste van gezondheids- en welzijnszorg en openbaar bestuur en onderwijs. De belangrijkste sectoren voor niet-westerse allochtone ondernemers van de 1 e generatie zijn horeca en handel en reparatie, maar het belang van de horeca neemt af. niet-westerse allochtonen van de 2 e generatie: De belangrijkste sectoren voor niet-westerse allochtone werknemers van de 2 e generatie zijn de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche) en handel en reparatie, maar het belang neemt af ten gunste van gezondheids- en welzijnszorg en openbaar bestuur en onderwijs. De belangrijkste sectoren voor niet-westerse allochtone ondernemers van de 2 e generatie zijn eveneens de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche) en handel en reparatie, maar het belang van de zakelijke dienstverlening neemt af en het belang van de handel en reparatie en van de horeca neemt toe. westerse allochtonen van de 1 e generatie: De belangrijkste sectoren voor westerse allochtone werknemers van de 1 e generatie is de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche), delfstoffen/industrie/energie en handel en reparatie, maar het belang van met name het aandeel van delfstoffen/industrie/energie neemt af. Dit komt vooral ten goede aan het aandeel van de gezondheids- en welzijnszorg. De belangrijkste sectoren voor westerse allochtone ondernemers van de 1 e generatie zijn de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche) en handel en reparatie. De verschuivingen tussen de verschillende sectoren zijn beperkt. westerse allochtonen van de 2 e generatie: De belangrijkste sectoren voor westerse allochtone werknemers van de 2 e generatie zijn de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche), handel en reparatie en openbaar bestuur en onderwijs. Het aandeel openbaar bestuur en onderwijs en het aandeel gezondheids- en welzijnszorg nemen in belang toe. De belangrijkste sectoren voor westerse allochtone ondernemers van de 2 e generatie zijn de zakelijke dienstverlening (waaronder de schoonmaakbranche) en handel en reparatie. Het aandeel van de zakelijke dienstverlening neemt toe en dat van de handel en reparatie neemt af. 15

17 Figuur 3 Sectorkeuze niet-westerse allochtone ondernemers en werknemers van de 1 e generatie, 2004 en 2000 (%) Werknemers overige dienstverlening etc. gezondheids- en welzijnszorg openbaar bestuur/onderwijs zakelijke dienstverlening financiële instellingen vervoer, opslag en communicatie horeca handel en reparatie bouwnijverheid delfstoffen/industrie/energie landbouw/visserij 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% aandeel Ondernemers overige dienstverlening etc. gezondheids- en welzijnszorg openbaar bestuur/onderwijs zakelijke dienstverlening financiële instellingen vervoer, opslag en communicatie horeca handel en reparatie bouwnijverheid delfstoffen/industrie/energie landbouw/visserij 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% aandeel Bron: EIM, op basis van CBS. 16

18 Figuur 4 Sectorkeuze niet-westerse allochtone ondernemers en werknemers van de 2 e generatie, 2004 en 2000 (%) Werknemers overige dienstverlening etc. gezondheids- en welzijnszorg openbaar bestuur/onderwijs zakelijke dienstverlening financiële instellingen vervoer, opslag en communicatie horeca handel en reparatie bouwnijverheid delfstoffen/industrie/energie landbouw/visserij 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% aandeel Ondernemers overige dienstverlening etc. gezondheids- en welzijnszorg openbaar bestuur/onderwijs zakelijke dienstverlening financiële instellingen vervoer, opslag en communicatie horeca handel en reparatie bouwnijverheid delfstoffen/industrie/energie landbouw/visserij 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% aandeel Bron: EIM, op basis van CBS. 17

19 Figuur 5 Sectorkeuze westerse allochtone ondernemers en werknemers van de 1 e generatie, 2004 en 2000 (%) Werknemers overige dienstverlening etc. gezondheids- en welzijnszorg openbaar bestuur/onderwijs zakelijke dienstverlening financiële instellingen vervoer, opslag en communicatie horeca handel en reparatie bouwnijverheid delfstoffen/industrie/energie landbouw/visserij 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% aandeel Ondernemers overige dienstverlening etc. gezondheids- en welzijnszorg openbaar bestuur/onderwijs zakelijke dienstverlening financiële instellingen vervoer, opslag en communicatie horeca handel en reparatie bouwnijverheid delfstoffen/industrie/energie landbouw/visserij 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% aandeel Bron: EIM, op basis van CBS. 18

20 Figuur 6 Sectorkeuze westerse allochtone ondernemers en werknemers van de 2 e generatie, 2004 en 2000 (%) Werknemers overige dienstverlening etc. gezondheids- en welzijnszorg openbaar bestuur/onderwijs zakelijke dienstverlening financiële instellingen vervoer, opslag en communicatie horeca handel en reparatie bouwnijverheid delfstoffen/industrie/energie landbouw/visserij 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% aandeel Ondernemers overige dienstverlening etc. gezondheids- en welzijnszorg openbaar bestuur/onderwijs zakelijke dienstverlening financiële instellingen vervoer, opslag en communicatie horeca handel en reparatie bouwnijverheid delfstoffen/industrie/energie landbouw/visserij 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% aandeel Bron: EIM, op basis van CBS Aantal ondernemers In 2004 telde Nederland circa ondernemers (1999: circa ). Het aandeel allochtone ondernemers is geleidelijk toegenomen van 11,5% in 1999 tot bijna 13% in Het aandeel niet-westerse allochtonen onder de allochto- 19

21 ne ondernemers is toegenomen van circa 32% in 1999 tot bijna 39% in Dit komt vooral voor rekening van de toename van het aandeel niet-westerse allochtone ondernemers in het totaal aantal ondernemers. Het aandeel westerse allochtone ondernemers is nagenoeg gelijk gebleven. Tabel 1 Aantal ondernemers (x 1.000) naar herkomstgroepering, niet-westers westers jaar autochtoon allochtoon allochtoon totaal ,2 34,0 72,6 925, ,1 36,7 74,8 946, ,4 41,7 77,8 972, ,4 45,4 77,2 964, ,3 47,1 77,3 966, ,2 49,2 78,2 986, ,7 52,9 86, ,1 1 De cijfers van 1999 tot en met 2003 zijn gebaseerd op aanslagen, terwijl de cijfers over 2004 gebaseerd zijn op aangiften ( autochtone ondernemers, nietwesterse allochtone ondernemers, westers allochtone ondernemers, totaal ). Over het algemeen zijn cijfers op basis van aanslagen ongeveer 5% hoger dan cijfers op basis van aangiften. Op basis hiervan zijn de geschatte aantallen voor 2004 in de tabel weergegeven. Ook in de navolgende tabellen zijn de aantallen ondernemers voor 2004 op deze wijze geschat. 2 Het jaar 2005 is een schatting, mede gebaseerd op de bedrijvendynamiek in dat jaar. De bedrijvendynamiek van de 1 e generatie allochtonen is volledig gebaseerd op de mutatiebalans van het handelsregister (KVK). De bedrijvendynamiek van de 2 e generatie allochtonen is mede gebaseerd op gegevens van de Belastingdienst. Bron: EIM, op basis van CBS. Een eerste schatting voor 2005 op basis van bedrijvendynamiekgegevens van de Kamer van Koophandel en de Belastingdienst laat in 2005 een verdere stijging van het aantal ondernemers zien tot ondernemers. Alle groepen laten een forse toename zien. Zoals hiervoor is aangegeven neemt het belang van niet-westerse allochtonen toe onder de ondernemers. In Figuur 7 wordt de ontwikkeling van het aantal niet-westerse allochtone ondernemers uitgesplitst in allochtonen van de 1 e generatie en van de 2 e generatie. Het aandeel 2 e generatie onder de niet-westerse allochtone ondernemers is beperkt, maar neemt wel toe. In 2005 zijn er naar schatting niet-westerse allochtone ondernemers van de 1 e generatie en niet-westerse ondernemers van de 2 e generatie. Het aandeel van de 2 e generatie ligt daarmee op 16%. In 1999 was dit aandeel nog slechts 11%. 20

22 Figuur 7 Ontwikkeling aantal niet-westerse allochtone ondernemers, e generatie 2e generatie zijn voorlopige cijfers en 2005 is een schatting. Bron: EIM, op basis van CBS. Circa 70% van de niet-westerse allochtone ondernemers heeft als herkomstland Turkije, Marokko, Nederlandse Antillen/Aruba, Suriname of China/Hong Kong. Daarbinnen vormen de Turken het grootste aandeel, gevolgd door de Surinamers en Chinezen. In de periode groeide de groep Marokkaanse ondernemers het sterkst: +71%. Ook de omvang van de groep Turkse en Antilliaanse ondernemers groeide in die periode sterk: +56% en +47%. Bij de Chinezen en de Surinamers bedroeg de groei respectievelijk 32% en 27%. Tabel 2 Aantal ondernemers (x 1.000) naar specifieke herkomstlanden (1 e en 2 e generatie), jaar Turkije Marokko Nederlandse Antillen/Aruba Suriname China/Hong Kong ,9 2,8 1,5 6,4 5, ,6 3,1 1,8 6,9 5, ,1 3,8 1,9 7,4 6, ,1 4,2 2,1 8,0 6, ,9 4,4 2,2 8,0 6, ,3 4,8 2,2 8,1 7, zijn voorlopige cijfers. Bron: EIM, op basis van CBS. 21

23 3.1.4 Ondernemerschapsquote Een maatstaf om het ondernemerschap onder allochtonen en autochtonen te meten is de ondernemerschapsquote (het aantal ondernemers per personen van de potentiële beroepsbevolking per bevolkingsgroep; zie Tabel 3). De ondernemerschapsquote bedroeg in 2004 onder alle niet-westerse allochtonen gezamenlijk 43 en lag daarmee aanzienlijk lager dan die van de westerse allochtonen (76) en die van de autochtone bevolking (97). In de periode is de ondernemerschapsquote van de niet-westerse allochtonen sneller gegroeid dan die onder de autochtonen en die onder de westerse allochtonen. Daarbij was de groei onder de 1 e generatie niet-westerse allochtonen enigszins hoger dan onder de 2 e generatie niet-westerse allochtonen. Bij de westerse allochtonen groeide de ondernemerschapsquote wel onder de 2 e generatie, maar niet onder de 1 e generatie. Tabel 3 Ondernemerschapsquote naar herkomstgroepering, (aantal ondernemers per personen van de potentiële beroepsbevolking per herkomstgroepering) herkomstgroepering autochtoon niet-westers allochtoon niet-westers allochtoon eerste generatie niet-westers allochtoon tweede generatie westers allochtoon westers allochtoon eerste generatie westers allochtoon tweede generatie totaal zijn voorlopige cijfers. Bron: EIM, op basis van CBS. De hoogte van de ondernemerschapsquote naar herkomstgroep is mede afhankelijk van de leeftijdsopbouw van de groepen. Zo wordt de lage quote bij de nietwesterse allochtonen van de 2 de generatie voor een belangrijk deel verklaard door het grote aandeel jarigen in deze groep. Het aandeel van ondernemerschap ligt in deze leeftijdsgroep op voorhand laag. Een groot deel van deze leeftijdsgroep volgt nog een opleiding en is daardoor niet beschikbaar voor de arbeidsmarkt. In Tabel 4 is een uitsplitsing gemaakt van de ondernemerschapsquote onder allochtonen naar herkomstgroep, generatie en leeftijd. Daaruit blijkt dat per leeftijdscategorie de ondernemerschapsquote onder de allochtonen bij de 2 e generatie veel hoger is dan bij de 1 e generatie. Daarnaast blijkt de ondernemerschapsquote per leeftijdscategorie bij de niet-westerse allochtonen van de 2 e generatie hoger te zijn dan die van de westerse allochtonen van de 2 e generatie. 22

24 Tabel 4 Ondernemerschapsquote van allochtonen naar herkomstgroepering, generatie en leeftijd in (aantal ondernemers per personen van de potentiële beroepsbevolking per herkomstgroepering) niet-westers westers leeftijdsklasse 1 e generatie 2 e generatie 1 e generatie 2 e generatie zijn voorlopige cijfers. Bron: EIM, op basis van CBS. Onder de specifieke herkomstlanden valt de hoge ondernemerschapsquote bij de 1 e generatie Chinezen op (zie Tabel 5). De ondernemerschapsquote bij deze groep is na 2002 echter niet meer toegenomen. Ook onder de 1 e generatie Surinamers en Antillianen is de ondernemerschapsquote na 2002 nagenoeg gelijk gebleven. Bij de 1 e generatie Turken en Marokkanen is nog wel sprake van groei van de ondernemerschapsquote sinds Tabel 5 Ondernemerschapsquote eerste generatie voor specifieke herkomstlanden, (per personen van de potentiële beroepsbevolking per herkomstland) herkomstland Turkije Marokko Nederlandse Antillen/Aruba Suriname China/Hong Kong zijn voorlopige cijfers. Bron: EIM, op basis van CBS Regionale spreiding ondernemers De regionale spreiding van autochtone en allochtone ondernemers verandert nauwelijks in de loop der jaren (zie Tabel 6). Twee op de drie niet-westerse allochtone ondernemers en meer dan de helft van de westerse allochtonen zijn gevestigd in West-Nederland. Dit is beduidend meer dan bij de autochtone ondernemers, waarbij 44% is gevestigd in het westen. 23

25 Tabel 6 Regionale spreiding van ondernemers naar herkomstgroepering, 1999, 2002 en (%) niet-westers westers autochtoon allochtoon allochtoon totaal regio Noord Oost West Zuid totaal zijn voorlopige cijfers Bron: EIM, op basis van CBS. De ondernemerschapsquote (aantal ondernemers per personen beroepsbevolking) van de allochtonen is in het westen van Nederland hoger dan in de andere landsdelen (zie Tabel 7). Dit geldt vooral voor de westerse allochtonen (zowel van de 1 e als van de 2 e generatie) en in mindere mate voor de niet-westerse allochtonen. 24

26 Tabel 7 Ondernemerschapsquote per landsdeel, 2004 (aantal ondernemers per personen beroepsbevolking), naar herkomstgroep (voorlopige cijfers) landsdeel herkomstgroep autochtoon 1 e generatie 2 e generatie totaal Noord autochtoon niet-westers allochtoon westers allochtoon totaal Oost autochtoon niet-westers allochtoon westers allochtoon totaal West autochtoon niet-westers allochtoon westers allochtoon totaal Zuid autochtoon niet-westers allochtoon westers allochtoon totaal Totaal autochtoon niet-westers allochtoon westers allochtoon totaal Bron: EIM, op basis van CBS. 3.2 Ondernemerschap per sector Sector en herkomstgroepering Bij de beschouwing van de economische participatie van allochtonen (werknemers en ondernemers) in paragraaf is reeds uitgebreid stilgestaan bij de sectorkeuze. In Tabel 8 wordt de sectorkeuze van ondernemers vergeleken naar herkomstgroepering voor 1999, 2002 en Daarbij valt vooral op dat de horeca voor niet-westerse allochtone ondernemers weliswaar de belangrijkste sector is, maar dat het belang in de periode gedaald is. Bij de westerse allochtonen is de zakelijke dienstverlening de belangrijkste sector voor ondernemers. Bij de westerse allochtone ondernemers is daarnaast minder sprake van verschuivingen in de sectorverdeling dan bij de niet-westerse allochtone ondernemers. 25

27 Tabel 8 Sectorverdeling ondernemers naar herkomstgroepering, 1999, 2002, 2004 (%) niet-westers westers jaar sector autochtoon allochtoon allochtoon totaal 1999 landbouw/visserij delfstoffen/industrie/energie bouwnijverheid handel en reparatie horeca vervoer, opslag en communicatie financiële instellingen zakelijke dienstverlening etc openbaar bestuur/onderwijs gezondheids- en welzijnszorg overige dienstverlening etc totaal landbouw/visserij delfstoffen/industrie/energie bouwnijverheid handel en reparatie horeca vervoer, opslag en communicatie financiële instellingen zakelijke dienstverlening etc openbaar bestuur/onderwijs gezondheids- en welzijnszorg overige dienstverlening etc totaal landbouw/visserij delfstoffen/industrie/energie bouwnijverheid handel en reparatie horeca vervoer, opslag en communicatie financiële instellingen zakelijke dienstverlening etc openbaar bestuur/onderwijs gezondheids- en welzijnszorg overige dienstverlening etc totaal Bron: EIM, op basis van CBS. 26

28 3.2.2 Generatie en sector De sectorkeuze van 1 e generatie en van 2 e generatie allochtone ondernemers verschilt (zie Tabel 9). Zowel niet-westerse allochtone ondernemers als westerse allochtone ondernemers van de 2 e generatie kiezen minder voor de horeca dan de 1 e generatie allochtone ondernemers. Bij de niet-westerse allochtonen kiest de 2 e generatie meer voor de zakelijke dienstverlening, gevolgd door de handel en reparatie en de overige dienstverlening. Tabel 9 Sectorverdeling eerste en tweede generatie ondernemers, 1999, 2002 en 2004 (%) niet-westers allochtoon westers allochtoon sector Eerste generatie landbouw/visserij delfstoffen/industrie/energie bouwnijverheid handel en reparatie horeca vervoer, opslag en communicatie financiële instellingen zakelijke dienstverlening etc openbaar bestuur/onderwijs gezondheids- en welzijnszorg overige dienstverlening etc totaal Tweede generatie landbouw/visserij delfstoffen/industrie/energie bouwnijverheid handel en reparatie horeca vervoer, opslag en communicatie financiële instellingen zakelijke dienstverlening etc openbaar bestuur/onderwijs gezondheids- en welzijnszorg overige dienstverlening etc totaal Bron: EIM, op basis van CBS. 27

29 3.2.3 Sector en specifieke herkomstlanden Het grote aandeel horeca bij de sectorkeuze van allochtone ondernemers komt vooral voor rekening van de ondernemers uit China en Hong Kong (zie Tabel 10). Ruim driekwart van de ondernemers uit China en Hong Kong is actief in de horeca. Bij Turken en Marokkanen is meer sprake van een evenwichtige verdeling over sectoren, waarbij detailhandel en horeca de belangrijkste sectoren zijn. Antillianen en Surinamers zijn vooral in de dienstverlening actief, met name de zakelijke dienstverlening. Tabel 10 Sectorverdeling van ondernemers uit specifieke herkomstlanden, 2004 (%) Nederlandse Antillen/ China/ sector Turkije Marokko Aruba Suriname Hong Kong landbouw/visserij delfstoffen/industrie/energie bouwnijverheid groothandel en reparatie detailhandel horeca vervoer, opslag en communicatie financiële instellingen zakelijke dienstverlening etc openbaar bestuur/onderwijs gezondheids- en welzijnszorg overige dienstverlening etc onbekend totaal Bron: EIM, op basis van CBS. 3.3 Kenmerken van ondernemers Geslacht 31% van de ondernemers in Nederland is een vrouw (zie Tabel 11). Bij de westers allochtone ondernemers van de 1 e generatie is het aandeel vrouwen beduidend hoger dan het landelijk gemiddelde. Het aandeel vrouwelijke ondernemers onder de niet-westerse allochtonen blijft daarentegen juist achter bij het landelijke gemiddelde. Daarnaast zien we dat onder de niet-westerse allochtonen van de tweede generatie het aandeel vrouwelijke ondernemers zelfs is teruggelopen. Uit de achterliggende cijfers blijkt dat het aantal niet-westerse allochtone onder- 28

30 nemers toeneemt, maar dat de groei van het aantal mannelijke ondernemers in deze groep groter is dan de groei van het aantal vrouwelijke ondernemers. Tabel 11 Aandeel vrouwelijke ondernemers naar herkomstgroepering en generatie, 1999, 2002 en 2004 (%) herkomstgroepering autochtoon niet-westers allochtoon totaal niet-westers allochtoon eerste generatie niet-westers allochtoon tweede generatie westers allochtoon totaal westers allochtoon eerste generatie westers allochtoon tweede generatie totaal Bron: EIM, op basis van CBS. Het aandeel vrouwelijke ondernemers verschilt sterk naar herkomstland (zie Tabel 12). Onder de ondernemers uit China en Hong Kong is het aandeel vrouwelijke ondernemers het hoogst (43% in 2004), gevolgd door de ondernemers uit de Nederlandse Antillen/Aruba (35% in 2004) en Suriname (32% in 2004). Het aandeel vrouwelijke ondernemers bij de Turken en Marokkanen blijft daarentegen achter, respectievelijk 17% en 14% in Daarnaast neemt ook het aandeel vrouwen onder de Turkse ondernemers af. Bij de groepen uit China/Hong Kong, Nederlandse Antillen/Aruba en Suriname is sprake van een toename van het aandeel vrouwelijke ondernemers. Tabel 12 Aandeel vrouwelijke ondernemers naar specifieke herkomstlanden, 1999, 2002 en 2004 (%) herkomstland Turkije Marokko Suriname Nederlandse Antillen/Aruba China/Hong Kong Bron: EIM, op basis van CBS. Wanneer wordt gekeken naar het aandeel vrouwelijke ondernemers per sector, dan blijkt dat de verschillen tussen autochtonen en westerse allochtonen beperkt zijn (zie Tabel 13). Alleen de sectoren landbouw en zakelijke dienstverlening kennen bij de westerse allochtonen een relatief hoog aandeel vrouwelijke ondernemers. Bij de niet-westerse allochtonen ligt het aandeel vrouwelijke ondernemers over vrijwel de gehele linie lager dan bij de beide andere herkomstgroepen. Dit geldt in het bijzonder voor de landbouw en het onderwijs. 29

31 Tabel 13 Aandeel vrouwelijke ondernemers per sector naar herkomstgroepering, 2004 (%) niet-westers westers sector autochtoon allochtoon allochtoon totaal landbouw/visserij delfstoffen/industrie/energie bouwnijverheid handel en reparatie horeca vervoer, opslag en communicatie financiële instellingen zakelijke dienstverlening etc openbaar bestuur/onderwijs gezondheids- en welzijnszorg overige dienstverlening etc totaal Bron: EIM, op basis van CBS Leeftijd De leeftijdsverdeling van de westerse allochtone ondernemers komt redelijk overeen met de leeftijdsverdeling van autochtone ondernemers (zie Tabel 14). Daarnaast zien we bij zowel westerse allochtone ondernemers als autochtone ondernemers een lichte verschuiving naar de hogere leeftijdscategorieën. De niet-westerse allochtone ondernemers zijn gemiddeld beduidend jonger dan de ondernemers uit de andere herkomstgroepen, maar ook hier is sprake van een lichte toename in de gemiddelde leeftijd. 30

32 Tabel 14 Leeftijd van ondernemers naar herkomstgroepering, 1999, 2002 en 2004 (%) leeftijdscategorie autochtoon niet-westers allochtoon westers allochtoon totaal t/m 24 jaar t/m t/m t/m t/m jaar en ouder totaal Bron: EIM, op basis van CBS. 3.4 Ondernemerschap in steden, stadsdelen en wijken Steden Nieuw ondernemerschap in de grote steden Allochtoon ondernemerschap concentreert zich in de grote steden. Bijna 9% van de autochtone ondernemers is in één van de vier grote steden (G4) gevestigd. Bij de westerse allochtonen ligt dat percentage op 21% en bij de niet-westerse allochtonen op 39%. Dit komt mede doordat ook de allochtone bevolking voor een groot deel woonachtig is in de grote steden. In Tabel 15 is de ontwikkeling van het aantal ondernemers naar herkomst weergegeven voor de vier grote steden. Uit de cijfers valt af te leiden dat het aantal allochtone ondernemers in de vier grote steden sneller groeit dan het aantal autochtone ondernemers. Daarbij groeit het aantal niet-westerse allochtone ondernemers harder dan het aantal westerse allochtone ondernemers. Binnen de groep niet-westerse allochtone ondernemers groeit het aantal ondernemers van de 2 e generatie weer sneller dan het aantal ondernemers van de 1 e generatie. 31

33 Tabel 15 Aantal ondernemers (x 1.000) naar herkomstgroepering, vier grote steden, 1999, 2002 en niet-westers westers autochtoon allochtoon allochtoon totaal Amsterdam 31,3 33,3 33,7 5,8 7,8 8,3 7,7 8,5 8,9 44,8 49,5 50,9 Rotterdam 16,8 17,4 17,2 3,5 4,3 4,8 2,6 2,8 2,8 22,9 24,6 24,8 Den Haag 13,8 15,6 15,3 3,0 4,5 4,7 2,9 3,3 3,3 19,7 23,4 23,3 Utrecht 8,1 10,3 10,3 1,0 1,3 1,5 1,3 1,5 1,5 10,3 13,1 13, zijn voorlopige cijfers. Bron: EIM, op basis van CBS. Verdeling van de ondernemers naar herkomstgroepering De ontwikkeling van de verdeling van de ondernemers naar herkomstgroepering geeft een beeld van de veranderingen in het belang van allochtone ondernemers in de grote steden (zie Tabel 16). In Amsterdam, Rotterdam en Den Haag is ongeveer een op de drie ondernemers van allochtone afkomst. In deze steden is het belang van allochtone ondernemers sinds 1999 toegenomen. In Utrecht is iets minder dan een kwart van de ondernemers van allochtone afkomst. In Utrecht is dit ook nauwelijks veranderd sinds De grootste groep allochtone ondernemers wordt in de vier grote steden gevormd door niet-westerse allochtonen van de eerste generatie. De kleinste groep wordt gevormd door de nietwesterse allochtonen van de tweede generatie. Tabel 16 Verdeling aantal ondernemers naar herkomstgroepering, vier grote steden, 1999, 2002 en Amsterdam autochtoon 70% 67% 66% niet-westers allochtoon eerste generatie 11% 14% 14% niet-westers allochtoon tweede generatie 2% 2% 3% westers allochtoon eerste generatie 8% 8% 9% westers allochtoon tweede generatie 9% 9% 8% totaal 100% 100% 100% Rotterdam autochtoon 73% 71% 69% niet-westers allochtoon eerste generatie 14% 15% 17% niet-westers allochtoon tweede generatie 2% 2% 3% westers allochtoon eerste generatie 5% 5% 5% westers allochtoon tweede generatie 6% 7% 6% totaal 100% 100% 100% 32

34 Den Haag autochtoon 70% 67% 66% niet-westers allochtoon eerste generatie 14% 17% 18% niet-westers allochtoon tweede generatie 1% 2% 2% westers allochtoon eerste generatie 6% 6% 6% westers allochtoon tweede generatie 9% 8% 8% totaal 100% 100% 100% Utrecht autochtoon 78% 78% 77% niet-westers allochtoon eerste generatie 8% 8% 9% niet-westers allochtoon tweede generatie 1% 2% 2% westers allochtoon eerste generatie 5% 5% 5% westers allochtoon tweede generatie 8% 7% 7% totaal 100% 100% 100% zijn voorlopige cijfers. Bron: EIM, op basis van CBS. Ondernemerschapsquote De ondernemerschapsquote (aantal ondernemers per personen beroepsbevolking) laat tussen de vier grote steden en naar herkomstgroepering grote verschillen zien (zie Tabel 17). De Amsterdamse bevolking blijkt met een ondernemerschapsquote van 95 het meest ondernemend te zijn. De Rotterdamse bevolking is daarentegen het minst ondernemend met een quote van 60. In de vier grote steden zien we dat de autochtonen en de westerse allochtonen van de tweede generatie het meest ondernemend zijn en dat met name de groep nietwesterse allochtonen van de tweede generatie sterk achterblijft. Tabel 17 Ondernemerschapsquote naar herkomstgroepering (aantal ondernemers per personen van de potentiële beroepsbevolking per herkomstgroepering), vier grote steden, 1999, 2002 en Amsterdam autochtoon niet-westers allochtoon eerste generatie niet-westers allochtoon tweede generatie westers allochtoon eerste generatie westers allochtoon tweede generatie totaal

35 Rotterdam autochtoon niet-westers allochtoon eerste generatie niet-westers allochtoon tweede generatie westers allochtoon eerste generatie westers allochtoon tweede generatie totaal Den Haag autochtoon niet-westers allochtoon eerste generatie niet-westers allochtoon tweede generatie westers allochtoon eerste generatie westers allochtoon tweede generatie totaal Utrecht autochtoon niet-westers allochtoon eerste generatie niet-westers allochtoon tweede generatie westers allochtoon eerste generatie westers allochtoon tweede generatie totaal zijn voorlopige cijfers. Bron: EIM, op basis van CBS Stadsdelen en wijken Net als de allochtone bevolking zijn ook de allochtone ondernemers veelal geconcentreerd in bepaalde stadsdelen en wijken. Allochtonen zijn daarbij vaker geconcentreerd in achterstandswijken. Een indicatie voor de stand van de wijken en buurten wordt gevormd door de gemiddelde woningwaarde. De gemiddelde woningwaarde in achterstandswijken is daarbij lager dan die in andere wijken. Voor de vier grote steden is in Tabel 18 de verdeling van de ondernemers naar herkomstgroep over de buurten naar gemiddelde woningwaarde weergegeven. In de vier grote steden blijkt de verdeling van de westers allochtone ondernemers van de 2 e generatie redelijk overeen te komen met die van de autochtone ondernemers. Dat geldt ook voor de westers allochtone ondernemers van de 1 e generatie in Amsterdam. De westers allochtone ondernemers van de 1 e generatie in Rotterdam, Den Haag en Utrecht zijn relatief meer in de wijken met een lagere gemiddelde woningwaarde gevestigd. Voor de niet-westers allochtone ondernemers geldt dat in veel sterkere mate. Daarbij zien we dat de 1 e generatie nietwesterse allochtone ondernemers nog meer in de achterstandswijken zijn gevestigd dan de 2 e generatie. 34

Kengetallen ondernemerschap

Kengetallen ondernemerschap Kengetallen ondernemerschap Tabellenboek drs. N.G.L. Timmermans R. in 't Hout K. Bakker drs. W. H.J. Verhoeven Zoetermeer, 14 augustus 2009 Dit onderzoek is gefinancierd door het Ministerie van Economische

Nadere informatie

MKB-index april 2017

MKB-index april 2017 MKB-index april 2017 Zoetermeer, 4 mei 2017 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Limburg

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Limburg Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Flevoland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Flevoland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zuid-Holland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zuid-Holland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Noord-Holland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Noord-Holland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, oktober 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Fryslân

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Fryslân Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zeeland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zeeland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Gelderland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Gelderland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Drenthe

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Drenthe Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

De stand van Mediation in Nederland

De stand van Mediation in Nederland De stand van Mediation in Nederland drs. R.J.M. Vogels Zoetermeer, 17 november 2011 In opdracht van het Nederlands Mediation Instituut (NMI). De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Stratus.

Nadere informatie

De Watersector Exportindex (WEX)

De Watersector Exportindex (WEX) De Watersector Exportindex (WEX) Prognose 2005 drs. P. Gibcus drs. W.H.J. Verhoeven Zoetermeer, februari 2006 Dit onderzoek is gefinancierd door het programma Partners voor Water. De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid 1998-2012

Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid 1998-2012 Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid 1998-2012 drs. K.L. Bangma drs. A. Bruins drs. D. Snel drs. N. Timmermans Zoetermeer, 5 juli 2013 Rapportnummer : A201337 Dit onderzoek is gefinancierd door het programmaonderzoek

Nadere informatie

De oudere starter in Nederland Quick Service

De oudere starter in Nederland Quick Service De oudere starter in Nederland Quick Service Heleen Stigter Zoetermeer, januari 2003 Dit onderzoek maakt deel uit van het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap, dat wordt gefinancierd door het Ministerie

Nadere informatie

Aanscherpingen glijdende schaal. Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen. Samenvatting

Aanscherpingen glijdende schaal. Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen. Samenvatting Aanscherpingen glijdende schaal Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen Samenvatting WODC, Ministerie van Veiligheid en Justitie 2014 Drs. Zosja Berdowski; Ir. Alexandra Vennekens

Nadere informatie

De Watersector Exportindex (WEX)

De Watersector Exportindex (WEX) De Watersector Exportindex (WEX) prognose 2006 drs. P. Gibcus drs. W.H.J. Verhoeven Zoetermeer, februari 2007 Dit onderzoek is gefinancierd door het programma Partners voor Water. De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Universiteit van Amsterdam, INTT De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Accessio Inburgering

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Accessio Inburgering Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Accessio Inburgering Zoetermeer, woensdag 5 augustus 2015 In opdracht van Accessio Inburgering De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen De verantwoordelijkheid voor

Nadere informatie

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009 FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)

Nadere informatie

Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid

Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid Peter Brouwer Zoetermeer, april 2003 Dit onderzoek maakt deel uit van het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap, dat

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Fox AOB

Tevredenheidsonderzoek Fox AOB Tevredenheidsonderzoek 2015 Fox AOB Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van Fox AOB De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Zoetermeer, vrijdag 13 november 2015 In opdracht van Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

BNA Conjunctuurmeting

BNA Conjunctuurmeting BNA Conjunctuurmeting September 2011 Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten Jollemanhof 14 Postbus 19606 1000 GP Amsterdam T 020 555 36 66 F 020 555 36

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Studiecentrum Talen Eindhoven bv De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs 7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/

Nadere informatie

Uitgevoerd in opdracht van. Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies

Uitgevoerd in opdracht van. Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies Uitgevoerd in opdracht van Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies Zoetermeer, 17 september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage

Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage drs. C.M. Wiggers Zoetermeer, augustus 2003 Nummer: M200304 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij EIM. Het gebruik van cijfers en/of teksten

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Hogeschool van Amsterdam

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Hogeschool van Amsterdam Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Hogeschool van Amsterdam Zoetermeer, woensdag 9 november 2016 In opdracht van Hogeschool van Amsterdam De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok

Tevredenheidsonderzoek De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok Tevredenheidsonderzoek 2014-2015 De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok Zoetermeer, maandag 3 augustus 2015 In opdracht van De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok De verantwoordelijkheid voor de

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Tevredenheidsonderzoek 2012 Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Zoetermeer, maandag 4 februari 2013 In opdracht van Jobcoach organisatie Trace Daelzicht De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Heliomare

Tevredenheidsonderzoek Heliomare Tevredenheidsonderzoek Heliomare Naar Werk Meetjaar 2017/2018 Zoetermeer, 4-5-2018 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Fontys Hogescholen - Talencentrum

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Fontys Hogescholen - Talencentrum Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Fontys Hogescholen - Talencentrum Zoetermeer, dinsdag 4 augustus 2015 In opdracht van Fontys Hogescholen - Talencentrum De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust

Nadere informatie

Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016

Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016 Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016 Uitgave januari 2016 Rapport uitgebracht aan: Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart W. van der Geest C11540/2016/0188 Zoetermeer, 29 januari 2016

Nadere informatie

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Esther van Kralingen Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/ 2 is het aandeel van de niet-westerse allochtonen dat in het hoger onderwijs

Nadere informatie

Belasting over de winst verdeeld naar sector en grootteklasse

Belasting over de winst verdeeld naar sector en grootteklasse Belasting over de winst verdeeld naar sector en grootteklasse Minirapportage ir. C.C. van de Graaff drs. W.H.J. Verhoeven drs. P. Vroonhof K. Bakker Zoetermeer, 18 september 2002 Dit onderzoek is uitgevoerd

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / De Nieuwe Werkgever

Tevredenheidsonderzoek 2014 / De Nieuwe Werkgever Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 De Nieuwe Werkgever Zoetermeer, dinsdag 4 augustus 2015 In opdracht van De Nieuwe Werkgever De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Benchmark klanten Qredits

Benchmark klanten Qredits Benchmark klanten Qredits Lia Smit Zoetermeer, maart 2013 Rapportnummer: A201308 Dit onderzoek is mede gefinancierd door het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap (www.ondernemerschap.nl). Voor alle

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek ROC De Leijgraaf

Tevredenheidsonderzoek ROC De Leijgraaf Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC De Leijgraaf Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van ROC De Leijgraaf De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Bouwers en hun gemeente

Bouwers en hun gemeente Bouwers en hun gemeente E e n pe iling in de aanloop naar de Gemeenteraadsverkiezinge n 2014 1 2 Bouwers en hun gemeente E e n pe iling in de aanloop naar de Gemeenteraadsverkiezinge n 2014 drs. Pim van

Nadere informatie

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald 7. Vaker werkloos In is de arbeidsdeelname van niet-westerse allochtonen gedaald. De arbeidsdeelname onder rs is relatief hoog, zes van de tien hebben een baan. Daarentegen werkten in slechts vier van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek. ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport

Tevredenheidsonderzoek. ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport Tevredenheidsonderzoek ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport In opdracht van ROC Drenthe College Zoetermeer, donderdag 22 maart 2018 De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

12. Vaak een uitkering

12. Vaak een uitkering 12. Vaak een uitkering Eind 2001 hadden niet-westerse allochtonen naar verhouding 2,5 maal zo vaak een uitkering als autochtonen. De toename van de WW-uitkeringen in 2002 was bij niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2012 / A&P Partners

Tevredenheidsonderzoek 2012 / A&P Partners Tevredenheidsonderzoek 2012 / 2013 A&P Partners Zoetermeer, zaterdag 3 augustus 2013 In opdracht van A&P Partners De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V.

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V. Tevredenheidsonderzoek 2015 Wajong Talenten B.V. Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van Wajong Talenten B.V. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Waar zijn allochtone werknemers in dienst?

Waar zijn allochtone werknemers in dienst? Waar zijn allochtone werknemers in dienst? Dr. Chantal Melser, drs. Jo van Cruchten en Leo van Toor In het najaar van 2 waren er 6,9 miljoen werknemers tussen de 15 en 65 jaar met één of meerdere banen.

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen nauwelijks toegenomen in 2005

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen nauwelijks toegenomen in 2005 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB06-015 13 februari 2006 9.30 uur Werkloosheid niet-westerse allochtonen nauwelijks toegenomen in 2005 In 2005 is de werkloosheid onder niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

8. Werken en werkloos zijn

8. Werken en werkloos zijn 8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,

Nadere informatie

Cliëntenaudit Bureau ABC

Cliëntenaudit Bureau ABC Cliëntenaudit Bureau ABC 2014 Zoetermeer 17 april 2015 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties

Nadere informatie

Global Entrepreneurship Monitor 2002

Global Entrepreneurship Monitor 2002 Global Entrepreneurship Monitor 2002 Niels Bosma Zoetermeer, 14 november 2002 Dit onderzoek maakt deel uit van het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap, dat wordt gefinancierd door het Ministerie

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Jobcoach Company

Tevredenheidsonderzoek Jobcoach Company Tevredenheidsonderzoek 2014 Jobcoach Company Zoetermeer, vrijdag 13 februari 2015 In opdracht van Jobcoach Company De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017 Gemeente Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 201 Factsheet maart 201 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald ten opzichte van 201. Van de.000 Amsterdamse

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015. AM Werk Reïntegratie BV

Tevredenheidsonderzoek 2015. AM Werk Reïntegratie BV Tevredenheidsonderzoek 2015 AM Werk Reïntegratie BV Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van AM Werk Reïntegratie BV De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Exportontwikkeling van het industriële MKB

Exportontwikkeling van het industriële MKB Exportontwikkeling van het industriële MKB Ro Braaksma Zoetermeer, 3 september 2003 Bestelnummer: M200305 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij EIM. Het gebruik van cijfers en/of teksten als

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-013 17 februari 2009 9.30 uur Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald Minder sterke daling werkloosheid niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015. Stap.nu Reïntegratie & Counseling

Tevredenheidsonderzoek 2015. Stap.nu Reïntegratie & Counseling Tevredenheidsonderzoek 2015 Stap.nu Reïntegratie & Counseling Zoetermeer, zaterdag 27 februari 2016 In opdracht van Stap.nu Reïntegratie & Counseling De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia.

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Nieuwland Opleidingen B.V.

Tevredenheidsonderzoek Nieuwland Opleidingen B.V. Tevredenheidsonderzoek 2015 Nieuwland Opleidingen B.V. Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van Nieuwland Opleidingen B.V. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Pappenheim Re-integratie en Outplacement

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Pappenheim Re-integratie en Outplacement Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Pappenheim Re-integratie en Outplacement Zoetermeer, dinsdag 19 juli 2016 In opdracht van Pappenheim Re-integratie en Outplacement De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2015

Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2015 Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar René Vogels Zoetermeer, 10 april De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen,

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2010 / Olympia uitzendbureau

Tevredenheidsonderzoek 2010 / Olympia uitzendbureau Tevredenheidsonderzoek 2010 / 2011 Olympia uitzendbureau Zoetermeer, donderdag 4 augustus 2011 In opdracht van Olympia uitzendbureau De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek totaal inburgering bv

Tevredenheidsonderzoek totaal inburgering bv Tevredenheidsonderzoek 2015 totaal inburgering bv Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van totaal inburgering bv De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Zoetermeer, 28 februari 2018

Zoetermeer, 28 februari 2018 Cliëntenaudit BWRI Zoetermeer, 28 februari 2018 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 Fact sheet juni 20 De werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald. Van de 3.00 Amsterdamse jongeren in de leeftijd van 15

Nadere informatie

Dit onderzoek is gefinancierd door het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap (www.ondernemerschap.nl)

Dit onderzoek is gefinancierd door het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap (www.ondernemerschap.nl) Monitor vrouwelijk en etnisch ondernemerschap 2013 ISBN : 978-90-371-1114-9 Rapportnummer : A201408 Dit onderzoek is gefinancierd door het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap (www.ondernemerschap.nl)

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Heliomare

Tevredenheidsonderzoek Heliomare Tevredenheidsonderzoek Heliomare Werkfit maken Meetjaar 207/208 Zoetermeer, 4-5-208 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Jeugdwerkloosheid Amsterdam

Jeugdwerkloosheid Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam 201-201 Factsheet maart 201 De afgelopen jaren heeft de gemeente Amsterdam fors ingezet op het terugdringen van de jeugdwerkloosheid. Nu de aanpak jeugdwerkloosheid is afgelopen

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC A12

Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC A12 Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC A12 Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van ROC A12 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 BABEL

Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 BABEL Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 BABEL Zoetermeer, donderdag 4 augustus 2016 In opdracht van BABEL De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Twintaal Trainingen

Tevredenheidsonderzoek Twintaal Trainingen Tevredenheidsonderzoek 2015 Twintaal Trainingen Zoetermeer, woensdag 17 februari 2016 In opdracht van Twintaal Trainingen De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

10. Veel ouderen in de bijstand

10. Veel ouderen in de bijstand 10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van

Nadere informatie

2. De niet-westerse derde generatie

2. De niet-westerse derde generatie 2. De niet-westerse derde generatie Op 1 januari 23 woonden in Nederland tussen de 34 duizend en 36 duizend personen met ten minste één grootouder die in een niet-westers land is geboren. Dit is ruim eenderde

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015. Rijn IJssel, Educatie & Integratie

Tevredenheidsonderzoek 2015. Rijn IJssel, Educatie & Integratie Tevredenheidsonderzoek 2015 Rijn IJssel, Educatie & Integratie Zoetermeer, zaterdag 27 februari 2016 In opdracht van Rijn IJssel, Educatie & Integratie De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Stichting VluchtelingenWerk Zuidwest Nederland

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Stichting VluchtelingenWerk Zuidwest Nederland Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Stichting VluchtelingenWerk Zuidwest Nederland Zoetermeer, donderdag 13 augustus 2015 In opdracht van Stichting VluchtelingenWerk Zuidwest Nederland De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Van goede naar betere dienstverlening. Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds

Van goede naar betere dienstverlening. Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds Van goede naar betere dienstverlening Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds Inge van den Ende, Mandy Goes en Roxanne de Vreede Zoetermeer, 26 april 2018 De

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / TAMA TalentCentrum

Tevredenheidsonderzoek 2015 / TAMA TalentCentrum Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 TAMA TalentCentrum Zoetermeer, donderdag 4 augustus 2016 In opdracht van TAMA TalentCentrum De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Fontys Hogescholen - Talencentrum

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Fontys Hogescholen - Talencentrum Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Fontys Hogescholen - Talencentrum Zoetermeer, dinsdag 19 juli 2016 In opdracht van Fontys Hogescholen - Talencentrum De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek ROC Kop van Noord-Holland bedrijfsopleidingen

Tevredenheidsonderzoek ROC Kop van Noord-Holland bedrijfsopleidingen Tevredenheidsonderzoek 2013 ROC Kop van Noord-Holland bedrijfsopleidingen Zoetermeer, dinsdag 4 februari 2014 In opdracht van ROC Kop van Noord-Holland bedrijfsopleidingen De verantwoordelijkheid voor

Nadere informatie

Stemming onder ondernemers in het MKB

Stemming onder ondernemers in het MKB Stemming onder ondernemers in het MKB ISBN : 978-90-371-1130-9 Rapportnummer : A201424 Dit onderzoek is gefinancierd door het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap (www.ondernemerschap.nl) Panteia

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Piblw-Reïntegratie BV.

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Piblw-Reïntegratie BV. Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Piblw-Reïntegratie BV. Zoetermeer, dinsdag 19 juli 2016 In opdracht van Piblw-Reïntegratie BV. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek ROC Alfa-college, unit Educatie

Tevredenheidsonderzoek ROC Alfa-college, unit Educatie Tevredenheidsonderzoek 2014 ROC Alfa-college, unit Educatie Zoetermeer, vrijdag 13 februari 2015 In opdracht van ROC Alfa-college, unit Educatie De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia.

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Friesland College, FC-Extra,School voor Volwasseneneducatie

Tevredenheidsonderzoek Friesland College, FC-Extra,School voor Volwasseneneducatie Tevredenheidsonderzoek 2014 Friesland College, FC-Extra,School voor Volwasseneneducatie Zoetermeer, vrijdag 13 februari 2015 In opdracht van Friesland College, FC-Extra,School voor Volwasseneneducatie

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V.

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V. Tevredenheidsonderzoek 2014 Wajong Talenten B.V. Zoetermeer, zondag 3 mei 2015 In opdracht van Wajong Talenten B.V. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Landstede

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Landstede Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Landstede Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Landstede De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Conjunctuurpeiling BNA. Voorjaar René Vogels

Conjunctuurpeiling BNA. Voorjaar René Vogels Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2014 René Vogels Zoetermeer, 22 april 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014. STE Languages

Tevredenheidsonderzoek 2014. STE Languages Tevredenheidsonderzoek 2014 STE Languages Zoetermeer, vrijdag 13 februari 2015 In opdracht van STE Languages De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten

Nadere informatie

Gemengd Amsterdam * in cijfers*

Gemengd Amsterdam * in cijfers* Gemengd Amsterdam * in cijfers* Tekst: Leen Sterckx voor LovingDay.NL Gegevens: O + S Amsterdam, bewerking Annika Smits Voor de viering van Loving Day 2014 op 12 juni a.s. in de Balie in Amsterdam, dat

Nadere informatie

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Mila van Huis De vruchtbaarheid van vrouwen van niet-westerse herkomst blijft convergeren naar het niveau van autochtone vrouwen. Het kindertal

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. BHP Groep Loopbaanadvisering

Tevredenheidsonderzoek 2011. BHP Groep Loopbaanadvisering Tevredenheidsonderzoek 2011 BHP Groep Loopbaanadvisering Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van BHP Groep Loopbaanadvisering De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia/Stratus.

Nadere informatie

Deelname van allochtonen aan de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) over 1e halfjaar 2001

Deelname van allochtonen aan de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) over 1e halfjaar 2001 Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie Staven Centrum voor Beleidsstatistiek i.o. Postbus 4000 2270 JM Voorburg Deelname van allochtonen aan de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) over 1e halfjaar 2001

Nadere informatie

Effecten invoering dubbeltariefsysteem straattaxi

Effecten invoering dubbeltariefsysteem straattaxi Effecten invoering dubbeltariefsysteem straattaxi Dammis van 't Zelfde Zoetermeer, 16 september 2013 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Mondriaan

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Mondriaan Tevredenheidsonderzoek 2010 Dienst inburgeren ROC Mondriaan Zoetermeer, vrijdag 4 februari 2011 In opdracht van ROC Mondriaan De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Profunda Loopbaancoaching

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Profunda Loopbaancoaching Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Profunda Loopbaancoaching Zoetermeer, donderdag 4 augustus 2016 In opdracht van Profunda Loopbaancoaching De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Midden Nederland Participatieopleidingen

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Midden Nederland Participatieopleidingen Tevredenheidsonderzoek 2010 Dienst inburgeren ROC Midden Nederland Participatieopleidingen Zoetermeer, vrijdag 4 februari 2011 In opdracht van ROC Midden Nederland Participatieopleidingen De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid,

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid, FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid, @ FORUM, Instituut voor Multiculturele Ontwikkeling, september 29 Samenvatting De werkloosheid onder de 1 tot 2 jarige Nederlanders is in het 2 e kwartaal van 29 met

Nadere informatie

VBO Woonindex. Tweede kwartaal drs. P. Rosenboom

VBO Woonindex. Tweede kwartaal drs. P. Rosenboom VBO Woonindex Tweede 2008 drs. P. Rosenboom Zoetermeer, 10 juli 2008 In opdracht van VBO Makelaars. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Stratus. Het gebruik van cijfers en/of teksten als

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Lest Best

Tevredenheidsonderzoek Lest Best Tevredenheidsonderzoek 2014-2015 Lest Best Zoetermeer, maandag 3 augustus 2015 In opdracht van Lest Best De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten

Nadere informatie

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen Carel Harmsen en Joop Garssen Terwijl het aantal huishoudens met kinderen in de afgelopen vijf jaar vrijwel constant bleef, is het aantal eenouderhuishoudens sterk toegenomen. Vooral onder Turken en Marokkanen

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Replooy re-integratie & coaching vof

Tevredenheidsonderzoek Replooy re-integratie & coaching vof Tevredenheidsonderzoek 2013-2014 Replooy re-integratie & coaching vof Zoetermeer, zondag 3 augustus 2014 In opdracht van Replooy re-integratie & coaching vof De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust

Nadere informatie