Verkenning mogelijkheden invoeding groengas

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verkenning mogelijkheden invoeding groengas"

Transcriptie

1 Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO In opdracht van: Agentschap NL (DEN-programma) Ministerie van EL&I Projectnummer: DENB Contactpersoon: M.H.M. Dumont Auteur: Johan Jonkman Assetmanager gas, NV RENDO Meppel, februari 2011 Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op aardgasnetwerk van NV RENDO

2 Inhoud 1 Samenvatting 5 2 Inleiding Groengas Opdracht Leeswijzer Bronnen 9 3 Opbouw en capaciteiten gasnetten van RENDO Korte beschrijving van de RENDO-gasnetten Gasverbruik Inleiding Jaarduurkrommen Tabellen met jaarverbruiken Jaarduurkromme van alle Grootverbruikers in het netwerkgebied Tabellen met piek- en daluurverbruiken Conclusie Invoedcapaciteit bij 12% invoeding groengas Berekening uurcapaciteit groengas Laagste daluurverbruik Slipgas Jaarduurkrommen gebaseerd op 8000 uur Conclusie Capaciteiten gasnetten Gasnetberekeningen RENDO Dynamisch netbeheer Invoeding in gasnetten van RENDO Conclusie 27 4 Vergroten mogelijkheden voor invoeding groengas Dynamisch netbeheer Conclusie / aanbeveling Koppelen van 8 bar gasnetten Overstorten van gas in daluren naar hogere deelnetten dmv compressie Compressie van 8 bar naar 40 bar gasnet van GTS Compressie van 4 bar naar 40 bar gasnet van GTS Compressie van 4 bar naar 8 bar gasnetten Compressie ten behoeve van buffering (opslag) Berekening buffercapaciteit Koppelen van 8 bar gasnetten met andere netbeheerders Externe opslag Opslag in lege gasvelden of tubes Vloeibaar aardgas (LNG) Opslag of verbruik gas bij invoeder Conclusie 36 Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 2

3 5 Centrale rol Agentschap NL Aanvragen invoeding groengas op gasnet van Regionale netbeheerders (RNB s) Aanvragen invoeding groengas op gasnet van Landelijke netbeheerder (GTS) Aanvragen subsidie voor bio-gas projecten waarbij aardgas wordt verdrongen Aanbeveling Aansluiten invoeders Concrete projecten Verdere initiatieven Provincie Overijssel Provincie Drenthe Kostenindicatie aansluitleiding Logboek aanvraag invoeders Invoedcapaciteit Procedure inventariseren biogasproductiepotentieel in RENDO gebied Inleiding Mestproductie per gemeente Groengas productie uit mest Overproductie groengas uit mest Groengas transport over grenzen van voorzieningsgebied RENDO Conclusie / aanbeveling Potentiële afnemers groengas per gemeente Inleiding Gemeenten in provincie Drenthe Coevorden De Wolden Hoogeveen Meppel Westerveld Gemeenten in Provincie Overijssel Hardenberg Staphorst Steenwijkerland Zwartewaterland Conclusie / aanbeveling 51 9 Slotconclusies en vervolgstappen Ambities % groengas % groengas % groengas Vervolgstappen 56 Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 3

4 10. Restpunten Opmerking bij overstort naar gasnet GTS Aanvullende Voorwaarden RNB Groengas Invoeders Buiten gebruik gestelde hogedruk gasleidingen Biogas Maatregelen te nemen door biogasproducent Maatregelen te nemen bij aanleg en beheer van biogasleiding Conclusie Bijlagen Diverse jaarduurkrommen Gasontvangstations. 61 Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 4

5 1 Samenvatting 2. Inleiding RENDO heeft in opdracht van Agentschap NL deze studie uitgevoerd. Deze studie beperkt zich tot het Regionale gasnet van NV RENDO, hierna RENDO genoemd. RENDO heeft hierbij voor invoeding van groengas, de maximale percentages uit het Visiedocument Vol Gas vooruit van de werkgroep Groen Gas, als richtpunt genomen. De focus ligt hierbij op de ambitie om 12% groengas invoeding in 2020 mogelijk te maken. Daarnaast wordt er ook een beschouwing gegeven over de voorwaarden om te komen tot percentages groengas van 20% in 2030, respectievelijk 50% in Opbouw en capaciteiten gasnetten van RENDO RENDO beheert lagedruk gasdistributienetten en hoge druk gastransportnetten met maximaal optredende bedrijfsdrukken van 8 bar. In totaal voeden 18 gasontvangstations deze primaire netten. De hoge druk gastransportnetten hebben in het westelijk deel van het werkgebied een vermaasd karakter, terwijl in het oostelijk deel van het werkgebied meer vertakte netten voorkomen. Van de Gasontvangstations zijn, over een periode van een heel jaar, de gasverbruiken per uur bepaald. Met behulp van deze meetwaarden zijn de jaarduurkrommen vastgesteld en tabellen ten behoeve van inzicht in piek- en/of daluurverbruiken. Uit de jaarduurkrommen blijkt dat het daluurverbruik ten opzichte van het piekuurverbruik zich bevindt tussen 0,1 6,5%. Dit is sterk afhankelijk van het type afnemers wat zich achter het betreffende GOS bevindt. Ook is de totale jaarduurkromme bepaald van alle grootverbruikers, welke met een op afstand uitleesbare EVHI worden bemeten. Uit de jaarduurkrommen is af te leiden dat invoeding van 12% groengas gedurende een groot deel van het jaar geen probleem vormt. Om 12% van het jaarverbruik door groengas te vervangen is een continu invoeding van 4484 m3/h groengas noodzakelijk. Het laagste gasverbruik, of daluurverbruik, dat in die periode is gemeten bedroeg 3656 m3/h. Hoewel deze waarde vrij fors onder de benodigde capaciteit ligt om op jaarbasis 12% invoeding mogelijk te maken, lijkt de doelstelling wel gehaald te kunnen worden omdat de lagere waarde slechts enkele uren in de gemeten periode is voorgekomen. Indien jaarduurkrommen worden gebaseerd op 8000 uur, dus met uitsluiting van de 760 laagst voorkomende verbruiksuren, zou er in het theoretisch meest gunstige model er minimaal 8828 m3/h groengas kunnen worden ingevoed. Op jaarbasis zou dit 70 miljoen m3 aan invoeding groengas opleveren, ruim 20% van het jaarverbruik. Bij het invoeden van groengas ontstaan andere netsituaties. Het is daarom belangrijk die nieuwe situaties te kunnen doorrekenen met een gasnetberekeningsprogramma. Niet eens zozeer voor wat betreft de transportcapaciteiten en de drukverliezen in de netten bij het piekverbruik. Dat zal door een extra invoedpunt in de meeste gevallen alleen maar gunstiger uitpakken omdat er in feite een extra (sub)gos wordt geplaatst. Het belangrijkste is om te kunnen berekenen of het groengas in de daluren wel op het betreffende net kan worden afgezet. Het huidige gasnetberekeningspakket is onvoldoende geschikt om een groengas invoeder met een continue capaciteit in een gasnet op juiste wijze te simuleren. Na overleg tussen Agentschap NL en Kiwa Gas Technology is overeengekomen dat het gasnetberekeningspakket zal worden aangepast, waardoor het beter kan worden toegepast bij deze materie. Invoeding van groengas kan in principe met verschillende drukken plaatsvinden. Dit kan zowel op lagedruk als op hogedruk niveau. Omdat 8 bar gasnetten rechtstreeks worden gevoed door Gasontvangstations, kan gesteld worden dat invoeden in 8 bar gasnetten een belangrijke voorwaarde is, om zoveel mogelijk groengas te kunnen invoeden in het regionale gasnet. Bij deze verkenning is voornamelijk ingezoomd op het 8 bar gasnet. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 5

6 4. Vergroten mogelijkheden voor invoeding groengas De belangrijkste mogelijkheden voor het vergroten van de mogelijkheden van groengas zijn: Dynamisch netbeheer Koppelen van 8 bar gasnetten Compressie van gas in daluren naar hogere deelnetten Compressie van gas in daluren ten behoeve van opslag Koppelen met 8 bar gasnetten van andere netbeheerders Externe opslag Bij het bepalen van de juiste keuzes dienen de zaken in een breder perspectief te worden bezien. De Gasontvangstations nemen hierbij een centrale rol in voor zowel het toepassen van dynamisch netbeheer als ook voor de mogelijkheden van afzet en overstort. Overleg over deze zaken met GTS is daarbij van cruciaal belang. Overleg met aangrenzende netbeheerders over de uitkomsten van vergelijkbare studies is wenselijk. Daarna kan gezamenlijk studie gedaan worden naar doelmatigheid van het leggen van koppelleidingen al dan niet in combinatie met andere opslagmogelijkheden en/of overstort. 5. Centrale rol Agentschap NL Bij het toekennen van SDE subsidie voor groengas heeft Agentschap NL een centrale rol. In de visie van RENDO zou die rol nog een extra dimensie moeten krijgen. Vanwege meerdere redenen wordt door RENDO de aanbeveling gedaan om in alle gevallen van subsidie aanvraag, voor zowel groengas als biogas, verplicht het GOS nummer te laten opnemen in de subsidie aanvraag. Op die wijze zou er een samenhangend en overzichtelijk geheel ontstaan waarbij de meest kansrijke projecten kunnen worden verwezenlijkt tegen de laagst mogelijk maatschappelijke kosten. 6. Aansluiten invoeders RENDO heeft begin 2011 de opdracht gekregen om een aansluiting voor invoeding groengas te realiseren. In de eerste fase zal er een hoeveelheid van 780 m3/h ingevoed gaan worden. Daarna is het de bedoeling om door te groeien naar 1700 m3/h. Procentueel zal dat een invoeding van groengas betekenen van 4,5% ten opzichte van het huidige jaarverbruik. Verder zijn er diverse initiatiefnemers als stichtingen of projectbureaus die zich bezighouden met ontwikkeling van duurzame energie, gericht op groengas en/of biogas. De kosten voor het aansluiten van een invoeder worden gebaseerd op de aansluitkosten vanaf het invoedpunt naar het meest dichtbij gelegen aftakpunt van het daartoe geschikte netvlak, in de meeste gevallen het 8 bar gasnet. Verder worden de kosten in rekening gebracht volgens de nettarieven zoals die gelden voor Gas Telemetrie Grootverbruikers Naar aanleiding van deze studie is besloten om de formele en informele contacten vast te leggen in een soort logboek voor zowel groengas als ook voor biogasprojecten. 7. Inventariseren biogasproductiepotentieel in RENDO gebied Om globaal inzicht te krijgen in de mestproductie is de productie van vaste en dunne mest per gemeente bepaald door gebruik te maken van gegevens van CBS Statline. Indien alle geproduceerde mest zou worden vergist ontstaat er een overproductie van groengas in het grootste deel van het voorzieningsgebied. Wanneer alle mest met inzet van co-substraten zou worden vergist, ontstaat er een zodanige hoeveelheid groengas, dat ruim groter is dan de einddoelstelling van 50% groengas. Afzet van groengas is niet alleen van toepassing binnen de eigen voorzieningsgebieden van de netbeheerders. Een bredere aanpak op Provinciaal of Landelijk niveau is wellicht een betere optie. Elke beschouwing over biogasproductie en afzet van groengas zijn momentopnames. Er is daarom altijd contact noodzakelijk tussen potentiële invoeders en de netbeheerder. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 6

7 8. Potentiële afnemers groengas Belangrijke afnemers van groengas zijn afnemers die aardgas verbruiken voor processen die niet of nauwelijks beïnvloed worden door seizoen- of weersinvloeden. Indien dan ook nog een redelijk vlak verbruikspatroon aanwezig is, zijn dat ideale afnemers om de afzet van groengas te continueren en/of te vergroten. Het is belangrijk per regio een beeld te hebben welke afnemers dit zijn. Bestaande afnemers zoals ziekenhuizen, tapijtfabrieken, beton- en steenfabrieken, asfalt centrales, voedselproducenten, bakkerijen, grootschalige overdekte zwemparadijzen etc. vormen dus een belangrijk categorie bij de afname van groengas. Voor uitbreiding van de mogelijkheden van groengas zal de afname in de daluren groter moeten worden. Nieuwe afnemers van groengas vormen dan ook een belangrijke voorwaarde. Hierbij valt te denken aan uitbreiding van CNG-vulstations maar ook aan het ontstaan van LNG-vulstations en LNGfabrieken. Indien processen die andersoortige energiebronnen gebruiken, omgebouwd worden naar aardgas, zou dit een grote impuls zijn voor de afzet van groengas, maar in veel gevallen ook een extra kwaliteitsslag voor het milieu. Om de afzet van groengas te vergroten, is het nodig dat er een wezenlijke verschuiving plaatsvindt op meerdere vlakken. Het is voor een groot deel afhankelijk wat voor soort ontwikkelingen er zullen plaatsvinden. Dit zal per regio of gemeente in het voorzieninggebied ook heel verschillend kunnen uitpakken. Voor grootschalige toename zal er meer gedacht moeten worden in de richting van groengas voor WKO toepassingen. Vooral projectontwikkelaars en/of Locaal Duurzame Energie Bedrijven (LDEB) hebben daarbij een belangrijke rol. Wellicht is het een optie om groencertificaten onderdeel te laten worden van Energie Prestatie Certificaten. 9. Slotconclusies en vervolgstappen De slotconclusie is dat invoeding van 12% en ook 20% invoeding groengas als reële mogelijkheden kunnen worden beschouwd. Het richtpunt om 50% van het aardgas vervangen te hebben door groengas in 2050, lijkt een heel zware opgave. Het zal daarom nodig zijn dat er een wezenlijke verschuiving plaatsvindt op meerdere vlakken. Naast verschuiving van verbruik in piekuren naar daluren, zullen ook nieuwe afzetmogelijkheden dienen te ontstaan. Echter naar onze verwachting, zal het aardgasverbruik in de daluren niet zodanige vormen aannemen dat 50% groengas zonder verdere maatregelen mogelijk zal worden. Vergroten van de mogelijkheden voor invoeding van groengas, zoals opslag en overstort zal dan zeker op grote schaal moeten gebeuren. Ook daarbij zullen de mogelijkheden niet onbeperkt zijn. 10. Restpunten Bij RENDO zijn er enkele tientallen kilometers gasleidingen buiten bedrijf gesteld, welke voorheen als hogedruknet werd bedreven. Deze zouden in potentie gebruikt kunnen worden voor transport of opslag van groengas of van bio-gas. Hier zijn echter teveel nadelen aan verbonden. Daar waar het gebruik van biogas tot verdringing leidt van een hoeveelheid aardgas zou dit inzichtelijk moeten zijn bij de netbeheerder. Aanleg en beheer van biogasleidingen is een niet gereguleerde activiteit, wettelijk ligt hier dan ook geen rol voor de regionale netbeheerder vast. RENDO staat, uit oogpunt van veiligheid, op het standpunt dat het aanleggen van biogasleidingen niet tot het vrije domein zou moeten behoren, maar een taak van de netbeheerder zou moeten zijn. Door de afwijkende kwaliteit van biogas ten opzichte van aardgas zijn niet alle secundaire veiligheidsmaatregelen toepasbaar. RENDO ziet daarom noodzaak om voor biogasleidingen tot landelijke aanvullende beheers- en aanlegvoorwaarden te komen. Ook aan de biogasproducent zullen, uit oogpunt van veiligheid, voorwaarden moeten worden gesteld, met betrekking tot de condities van het biogas, voordat het ter transport aangeboden wordt aan de netbeheerder. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 7

8 2 Inleiding 2.1 Groengas Groengas is een begrip, welke steeds meer doordringt in onze maatschappij en in de toekomst een grote rol zal vervullen in de Nederlandse Energiehuishouding. Dit komt mede doordat het kabinet Balkenende IV, samen met andere EU lidstaten ambitieuze doelen heeft gesteld om een grotere duurzaamheid van de energievoorziening te realiseren. De Nederlandse ambitie werd in 2007 gesteld op 20% duurzame energie in het jaar Door de regering Rutte, is dit in 2010 bijgesteld naar 14% wat overeenkomt met de EU verplichting. Groengas moet een belangrijke rol gaan vervullen om deze ambitie te kunnen vervullen. In het Visiedocument Vol gas vooruit, opgesteld in 2007 door de werkgroep Groen Gas, wordt gesteld dat in 2020 ongeveer 8 tot 12% van het aardgas vervangen moet zijn door Groengas. Daarna is het de ambitie om in 2030, 15 20% van het aardgas door Groengas te vervangen. Tenslotte is het richtpunt, om 50% van het aardgas vervangen te hebben door Groengas in Opdracht Na een gesprek tussen de heer M.H.M. Dumont van Agentschap NL en de heren D. Dijkstra en J. Jonkman heeft RENDO in augustus 2010 de opdracht aangenomen voor het uitvoeren van een studie Verkenning geschiktheid regionale gasinfrastructuur voor decentrale invoeding van Groengas in het voorzieningsgebied van RENDO Netwerken Met Agentschap NL is afgesproken dat het in dit onderzoek gaat om de mogelijkheden te onderzoeken voor het gehele netwerkgebied van RENDO. Bij dit onderzoek zal de focus liggen op het inventariseren van lokaal biogasproductiepotentieel en het uitwerken van invoedmogelijkheden in het gasnet van RENDO. De volgende aandachtspunten en onderzoeksrichtingen zullen hierin worden opgenomen. uiteenzetting en opbouw gasnetten van RENDO afname in de daluren per GOS gebied gasnetberekeningen mogelijkheden van dynamisch netbeheer in de hogedrukgasnetten (8 en 4 bar) onderzoeken van de mogelijkheid om buiten bedrijf gestelde HPE leidingen te gebruiken voor bio-gasnetten. Inventariseren biogasproductiepotentieel in RENDO gebied in beeld brengen van meest kansrijke productiegebieden en afnemerslocaties eventuele restpunten Alle aandachtspunten zijn intern door RENDO uiteengezet, behalve voor het inventariseren van mestproductie was er input van Provincies en gemeenten benodigd. Tot op het moment van de start van de verkenning had RENDO geen invoeding van groengas in haar netwerk. Inmiddels is er wel een opdracht voor invoeding van groengas. Daarnaast zijn er enkele oriënterende gesprekken op gang gekomen. Ook zijn er initiatieven waarbij men zich richt op een totaal pakket aan Duurzaamheid waarbij ook zaken als WKO-systemen en WKK s eventueel gevoed door biogas een rol spelen. Het laat zich aanzien dat er grootschalige woonwijken ontstaan waarin geen individuele aardgasaansluitingen meer worden gevraagd omdat enkele centrale gasvoorzieningen ten behoeve van WKK s rechtstreeks van biogas worden voorzien. Uitbreiding van het verbruik van aardgas is dus geen vanzelfsprekendheid meer. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 8

9 2.3 Aanpak Aanvankelijk was het de bedoeling om eerst het groengas productiepotentieel te bepalen aan de hand van de mestproductie binnen het voorzieningsgebied van RENDO. Ook het potentieel van vergisting door mest + co-substraten zou daarbij als scenario in beeld worden gebracht. Voordat er gegevens beschikbaar kwamen over de mestproductie in het RENDO gebied, diende zich concreet een grote potentiële invoeder aan. Grove berekeningen gaven aan dat deze invoeder op termijn voor ongeveer 1/3 deel de invoedcapaciteit voor haar rekening zou nemen, Bovendien bleek dat deze invoeder Groengas zou gaan produceren uit biomassa welke niet uit mest bestond. Omdat bovendien deze invoeder zich buiten het voorzieningsgebied van RENDO bevindt, werd duidelijk dat het voor deze totaalverkenning van het RENDO gebied niet zo relevant meer was om het mestpotentieel in haar gebied, als uitgangspunt te nemen. Gekozen is daarom voor een benadering met als uitgangspunt de bestaande invoedcapaciteit van de gasnetten van RENDO. Met die gegevens is vervolgens bestudeerd in welke mate zich dit verhoudt tot de ambities zoals die door de werkgroep Groen Gas is verwoord in het visiedocument Vol Gas vooruit. 2.4 Leeswijzer Per hoofdstuk zijn de volgende zaken uitgewerkt. In hoofdstuk 3 zijn de opbouw en capaciteiten van de gasnetten beschreven. De belangrijkste hoofdcomponenten, de Gasontvangstations en de hogedrukgasnetten zijn daarbij met hun capaciteiten in beeld gebracht. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op het vergroten van de mogelijkheden voor invoeding van groengas. Dynamisch netbeheer, overslag en buffering zijn daarbij belangrijke voorwaarden. Hoofdstuk 5 gaat over de centrale rol die Agentschap NL bekleedt bij het verstrekken van subsidie voor groengasinvoeders. Dit hoofdstuk is opgenomen omdat RENDO daarin graag een extra dimensie ziet opgenomen, welke in een aanbeveling is opgenomen. In hoofdstuk 6 gaat het over aansluitingen van invoeders waarbij de diverse projecten worden benoemd. Tevens wordt hier ingegaan op de kostenaspecten en de procedures die bij het behandelen van de aanvragen worden gevolgd. Hoofdstuk 7 bevat de inventarisatie van biogasproductie op basis van mestproductie en hoe zich dat dan verhoudt tot de afnamecapaciteiten in de gasnetten van RENDO. In hoofdstuk 8 zijn per gemeente de potentiële afnemers van groengas beschreven. Hoofdstuk 9 bevat de slotconclusies ten opzichte van de beschreven ambities in het visiedocument. Ook wordt een voorzet gegeven aangaande de vervolgstappen die hiervoor noodzakelijk zijn. In hoofdstuk 10 worden nog enkele restpunten uitgewerkt. Het gaat daarbij over aanvullende voorwaarden RNB Groengas Invoeders en ook over voorwaarden aangaande het aanleggen en beheer van biogasleidingen. Tevens wordt daarin beschreven of buiten gebruik gestelde gasleidingen nog een rol zou kunnen spelen. Tenslotte bevat de bijlage nog diverse jaarduurkrommen van Gasontvangstations. 2.5 Bronnen Vol gas vooruit! De rol van Groen Gas in de Nederlandse Energiehuishouding Rapport groengas invoeding in het gasnet van Endinet Concept voorwaarden bio-gasleidingen van Enexis CBS Statline Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 9

10 3 Opbouw en capaciteiten gasnetten van RENDO 3.1 Korte beschrijving van de RENDO-gasnetten RENDO is beheerder van gasnetten in Zuid-Drenthe en Noord-Overijssel. In onderstaand schema is weergegeven in welke aandeelhoudende gemeenten (of deel van gemeenten) RENDO de netbeheerder is. Meppel Hoogeveen Westerveld De Wolden Coevorden Provincie Drenthe Provincie Overijssel Steenwijkerland Staphorst Hardenberg Zwartewaterland RENDO beheert hoge druk gastransportnetten met maximaal optredende bedrijfsdrukken van 8 bar. Daarnaast worden lage druk gasdistributienetten met een maximale bedrijfsdruk van 200 mbar beheerd. De hoge druk netten worden gevoed vanuit 18 gasontvangstations van Gas Transport Services (GTS). De hoge druk gastransportnetten hebben in het westelijk deel van het werkgebied een vermaasd karakter, terwijl in het oostelijk deel van het werkgebied meer vertakte netten voorkomen. De volgende kengetallen per geven de aard en omvang van de RENDO gasnetten weer. Soort aangeslotenen Aantal Aangeslotenen met een afname < m 3 /jaar Aangeslotenen met een afname > en < m 3 /jaar 57 Aangeslotenen met een afname > m 3 /jaar 17 Gasdistributienetten Stations (aantal) Gasontvangstations 18 Overslagstations 26 Districtstations 287 Hogedruk huisaansluitsets 237 Hogedruk afleveringstations 74 Lagedruk afleveringstations 48 Transport- en hoofdleidingen (km) Stalen leidingen hoge druk 212 Stalen leidingen lage druk 6 Kunststof leidingen hoge druk 469 Kunststof leidingen lage druk Grijs gietijzer lage druk 2 Nodulair gietijzer hoge druk 2 Totaal Oppervlakte Oppervlakte Netgebied (in km 2 ) In figuur 1 op bladzijde 11 is het RENDO-werkgebied voor gas weergegeven. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 10

11 Figuur 1: RENDO-werkgebied voor de gasnetwerken geografisch per gemeente weergegeven. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 11

12 3.2 Gasverbruik Inleiding RENDO heeft de maximale percentages van het Visiedocument Vol Gas vooruit van de werkgroep Groen Gas, als richtpunt genomen in deze studie. De focus ligt hierbij op de ambitie om 12% groengas invoeding in 2020 mogelijk te maken. Eerst zal daarom de hoeveelheid groengas berekend moeten worden, welke op jaarbasis noodzakelijk is om de doelstelling van 12% groengas invoeding te behalen. Hiervoor moet over een heel jaar de jaarverbruiken inzichtelijk worden gemaakt per Gasontvangstation. Van de 18 stuks Gasontvangstations in het RENDO gebied, zijn bij de afdeling Meetdienst van RENDO, de gasverbruiken opgevraagd over de periode 1 september 2009 tot 1 september Per station levert dit per uur een waarde op, zodat er per station 8760 meetwaarden beschikbaar zijn. Met behulp van deze meetwaarden zijn twee soorten presentatievormen gemaakt, namelijk: Grafieken in de vorm van een jaarduurkromme. Tabellen ten behoeve van inzicht in piek- en/of daluurverbruiken Jaarduurkrommen Door de beschikbare meetwaarden per GOS in een grafiek uit te zetten ontstaat er een goed beeld van het verloop van het verbruik over de periode van een jaar. Door het verbruik te sorteren van hoog naar laag en vervolgens in een andere grafiek weer te geven, ontstaat de zogenoemde jaarduurkromme. In grafiek 1, op bladzijde 13 is het uurverbruik van het totale RENDO gasnet uitgezet van de periode 1 september 2009 tot 1 september In grafiek 2, op bladzijde 14 is de jaarduurkromme van het totale RENDO gasnet van dezelfde periode weergegeven Een totaalbeeld over het RENDO gebied is niet voldoende. Om een goed beeld te krijgen over het gehele gebied zal per GOS ingezoomd moeten worden. Om die reden is van elk Gasontvangstation de jaarduurkromme bepaald. Allereerst van de Gasontvangstations die zogenaamd in eiland worden bedreven. Dit zijn de stations Coevorden, Balkbrug, Zuidwolde en Geesbrug welke zich allemaal in het zuid-oostelijk gebied van RENDO bevinden. Alleen van het eerst genoemde station is ter illustratie de grafiek met de jaarafname in kaart gebracht. Daarna alleen maar de jaarduurkrommen omdat die essentieel zijn voor de invoeding van groengas. Uit de jaarduurkrommen blijkt dat het daluurverbruik ten opzichte van het piekuurverbruik zich bevindt tussen 0,1 6,5%. Dit is sterk afhankelijk van het type afnemers wat zich achter het betreffende GOS bevindt. Tenslotte is ook de totale jaarduurkromme bepaald van alle grootverbruikers, welke met een op afstand uitleesbare EVHI worden bemeten. Enkele jaarduurkrommen zijn weergegeven op bladzijden 15 en 16. De overige zijn in de bijlage opgenomen Tabellen met jaarverbruiken Door de meetwaarden in tabellen te zetten, wordt inzicht verkregen in de gascapaciteiten. Ten behoeve van netberekeningen werd hierbij altijd gefocust op de maximale verbruiken of piekuurverbruiken genoemd. Voor invoeding van groengas is vooral van belang om de minimale afzet of daluurverbruiken te kennen. Vanaf bladzijde 17 wordt daar nader op ingegaan. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 12

13 Grafiek 1 Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 13

14 Grafiek 2 Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 14

15 Hieronder is een voorbeeld gegeven van de jaarafname en een jaarduurkromme op GOS niveau, in dit geval GOS Coevorden; De hoogste afname van dit station, in de periode tussen 1 september 2009 en 1 september 2010, bedroeg m3/h op 26 januari 2010 tussen uur en uur. De laagste afname in de periode tussen 1 september 2009 en 1 september 2010 bedroeg 308 m3/h op 11 juli 2010 tussen uur en uur. Voor de piek en daluurwaarden van de overige stations wordt verwezen naar de tabel op bladzijde 17. De jaarduurkrommen van de Gasontvangstations Balkbrug, Zuidwolde, Geesbrug,Hoogeveen De Weide, Hoogeveen Vos van Steenwijklaan, Elim, Dalen en PG Echten zijn in de bijlagen opgenomen. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 15

16 Jaarduurkromme van alle Grootverbruikers in het netwerkgebied Vanwege mogelijk gevoelige informatie over het verbruik van grootverbruikers zijn in dit rapport geen afzonderlijke verbruiksgegevens van grootverbruikers opgenomen in de vorm van een grafiek of cijfers. Wel is de jaarduurkromme van het totale verbruik van de grootverbruikers hieronder opgenomen. In vergelijking met de jaarduurkromme van een GOS is deze kromme minder hol. Het spreekt voor zich dat dit wordt veroorzaakt doordat het afnamepatroon bij grootverbruikers in het algemeen voor een kleiner deel afhankelijk is van de seizoenstemperaturen. Voor de invoeding van groengas kan het een belangrijke rol spelen in welke mate er zich grootverbruikers bevinden in een GOS-gebied waarop zal worden ingevoed. Per aanvraag zal naast de jaarduurkromme van het betreffende GOS ook specifiek de jaarduurkrommen van één of meer grootverbruikers bij de haalbaarheid van de invoeding betrokken kunnen worden. Het is daarbij van groot belang te weten wat de aard van het verbruik van de betreffende grootverbruikers is, om een goede beoordeling van de groengas invoedmogelijkheden te kunnen maken. Tegelijkertijd is het ook goed te beseffen dat door het verdwijnen van grootverbruikers of door overschakeling van aardgas op andere energiebronnen dit een negatieve invloed kan hebben op de invoedcapaciteit. Vooral in gebieden waar relatief weinig grootverbruikers aanwezig zijn, kunnen wijzigingen van doorslaggevend belang zijn. Het is belangrijk in de contacten met potentiële invoeders, dergelijke signalen goed te ventileren. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 16

17 Tabellen met piek- en daluurverbruiken In de volgende tabel is per GOS het totale jaarverbruik benoemd. Daarnaast zijn de piekuurverbruiken en daluurverbruiken bepaald. N nr GTS Gasontvangstations in RENDO gebied periode 1 september 2009 tot 1 september 2010 Naam van het GOS Jaarverbruik m3 piekuurverbruik m3/h daluurverbruik m3/h per GOS N113 Coevorden N158 Balkbrug N271 Zuidwolde N384 Geesbrug N127 Elim N292 Dalen N016 N474 Hoogeveen - de Weide Hoogeveen Vos v Stwln N070 Echten N151 Steenwijk N162 Meppel N173 Blokzijl N177 Staphorst N315 Havelte N341 Zwartsluis N389 Rogat N431 Geeuwenbrug N435 Wanneperveen Totaal Het totale jaarverbruik over de periode bedroeg 327 miljoen kubieke meter gas. Het maximale piekverbruik is gemeten op 26 januari 2010 tussen uur en uur en bedroeg m3/h. Dit is voor deze verkenning niet meer van belang maar kan nog wel van nut als het gaat om de onderlinge samenhang tussen de cijfers Het (theoretische) daluurverbruik bedroeg 917 m3/h. Echter, het verbruik in de daluren kan niet zonder meer worden afgeleid uit de minimale verbruiken per GOS. Volgens de tabel op deze bladzijde zouden van de 18 stations er 14 stations een daluurverbruik hebben van 0 m3/h. Dit lijkt onwaarschijnlijk en verdient dan ook een nadere beschouwing. Van de 18 Gasontvangstations zijn er 4 stations welke op eiland worden bedreven. Deze stations hebben namelijk geen koppeling via het hogedrukgasnet van 4 of 8 bar met een ander GOS station. Daarnaast zijn er twee stations die met elkaar zijn gekoppeld via een 4 bar gasnet. In de kom van Hoogeveen staan 2 stations, welke met elkaar gekoppeld zijn via een 8 bar ringleiding. In het resterende gebied zijn er nog 10 stations die met elkaar verbonden zijn via een 8 bar net, die in Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 17

18 meerdere of mindere mate vermaasd kan worden genoemd. GOS sen die met elkaar verbonden zijn via het hogedruknet van de regionale netbeheerder worden hier Pseudo-Gossen genoemd Binnen zo,n Pseudo-Gos wordt door Gasunie in de zomerperiode soms één of meer Gasontvangstations standby gezet, waardoor het betreffende station gedurende delen van het jaar geen gas levert. Het gasverbruik wordt dan via een gekoppeld GOS geleverd. Indien de laagste verbruiken per Pseudo-Gos worden beschouwd, ontstaat er een beeld die het werkelijke minimumverbruik beter zal benaderen. Het totale daluurverbruik, zoals dat in de volgende tabel is weergegeven, komt op deze wijze op 2638 m3/h. Gasontvangstations in RENDO gebied periode 1 september 2009 tot 1 september 2010 Daluurverbruik m3/h per Naam van het Jaarverbruik piekuurverbruik N nr GOS m3 m3/h GTS Pseudo-GOS N113 Coevorden eiland Bedrijfsvoering van het GOS N158 Balkbrug eiland N271 Zuidwolde eiland N384 Geesbrug eiland N127 Elim N292 Dalen N016 Hoogeveen - de Weide N474 Hoogeveen Vos v Stwln N070 Echten N151 Steenwijk N162 Meppel N173 Blokzijl N177 Staphorst N315 Havelte N341 Zwartsluis N389 Rogat N431 Geeuwenbrug N435 Wanneperveen onderling gekoppeld via 4 bar net onderling gekoppeld via 8 bar ringnet onderling gekoppeld via een vermaasd 8 bar net Totaal Toch geeft ook dit nog geen volledig en goed beeld over het totale gebied. De momenten van de daluurverbruiken tussen de onderlinge Pseudo-Gossen liggen waarschijnlijk niet op hetzelfde tijdstip, omdat het patroon van afname door de verbruikers sterk per gebied kunnen verschillen. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 18

19 Het is daarom van belang om per uur alle verbruiksgegevens van de Gasontvangstations naast elkaar te zetten en deze bij elkaar op te tellen. Na de totaaltelling kan het tijdstip bepaald worden, wanneer zich het laagste verbruik voordeed over het gehele gebied. Hieruit volgt dat het laagste verbruik is gemeten op 11 juli 2010, tussen uur en uur. Het totale daluurverbruik bedroeg in dat uur: 3656 m3/h. N nr GTS Gasontvangstations in RENDO gebied periode 1 september 2009 tot 1 september 2010 Naam van het GOS Jaarverbruik m3/h piekuurverbruik m3/h daluurverbruik in m3/h. per GOS op 11 juli 2010 tussen uur N113 Coevorden N158 Balkbrug N271 Zuidwolde N384 Geesbrug N127 Elim N292 Dalen N016 N474 Hoogeveen - de Weide Hoogeveen Vos v Stwln N070 Echten N151 Steenwijk N162 Meppel N173 Blokzijl N177 Staphorst N315 Havelte N341 Zwartsluis N389 Rogat N431 Geeuwenbrug N435 Wanneperveen Totaal Conclusie Het bepalen van de daluurverbruiken kan niet altijd op basis van de jaarduurkromme per station. Er dient goed gekeken te worden naar de onderlinge samenhang door de aanwezigheid van eventuele onderlinge koppelingen. Ook het standby zetten van bepaalde stations moet hierbij worden betrokken. Uit de jaarduurkrommen blijkt dat het daluurverbruik ten opzichte van het piekuurverbruik zich bevindt tussen 0,1 6,5%. Dit is sterk afhankelijk van het type afnemers wat zich achter het betreffende GOS bevindt. Het bepalen van de afname in de daluren blijft altijd een zaak die door de netbeheerder moet worden gedaan. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 19

20 3.3. Invoedcapaciteit bij 12% invoeding groengas Berekening uurcapaciteit groengas Het totale jaarverbruik over de gemeten periode bedroeg 327 miljoen kubieke meter aardgas. Indien gesteld wordt dat in 2020 het aandeel van invoeding van groengas, 12% van dit jaarverbruik zou moeten bedragen, is dat afgerond 40 miljoen kubieke meter groengas per jaar. Uitgaand van 8760 beschikbare uren per jaar, zou de invoeding van groengas op het netwerk van RENDO dan continu 4484 m3/h moeten bedragen. Om dit mogelijk te maken zonder extra maatregelen zoals opslag of terugvoeding naar het net van de landelijke netbeheerder dient het daluurverbruik binnen het RENDO netwerk dus boven die waarde te zitten. Volgens de op bladzijde 19 vermelde tabel zou het totale daluurverbruik 3656 m3/h bedragen. Belangrijkste vraag is hoeveel uur het groengas eventueel niet volledig kan worden ingevoed, omdat de afname dan te gering is. Indien dat inzichtelijk wordt gemaakt per GOS, kan beter worden bepaald of er op rendabele wijze invoeding kan plaatsvinden. In de tabel op bladzijde 21 is daarom de volgende berekening gemaakt. Eerst is per GOS berekend wat de invoedcapaciteit moet zijn, om 12% van het jaarverbruik te realiseren bij een continu invoeding van 8760 uur. Daarna is het aantal uren bepaald, waarin die capaciteit niet volledig kan worden ingevoed op het betreffende GOS.. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 20

21 N nr GTS Gasontvangstations in RENDO gebied periode 1 september 2009 tot 1 september 2010 Naam van het GOS Jaarverbruik m3 invoedcap bij 12% v/h jaarverbruik in m3/h aantal uren dat daluurverbruik kleiner is dan benodigd invoedcapaciteit bij 12% v/h jaarverbruik per GOS uitgedrukt in % van 8760 uur (1 jaar) N113 Coevorden uur 1% N158 Balkbrug uur 0% N271 Zuidwolde uur 2% N384 Geesbrug uur 1% N127 Elim uur 27% N292 Dalen uur 12% N016 N474 Hoogeveen - de Weide Hoogeveen Vos v Stwln uur 44% uur 3% N070 Echten uur 12% N151 Steenwijk uur 2% N162 Meppel uur 25% N173 Blokzijl uur 24% N177 Staphorst uur 7% N315 Havelte uur 28% N341 Zwartsluis uur 20% N389 Rogat uur 25% N431 Geeuwenbrug uur 4% N435 Wanneperveen uur 36% Totaal Uit de vorige tabel volgt dat wanneer elk GOS als afzonderlijke eenheid wordt beschouwd er relatief veel uren in een jaar zijn dat er geen 12% invoedcapaciteit van het jaarverbruik mogelijk is. Zoals eerder opgemerkt is dat een vertekend beeld doordat er ook Gasontvangstations via het 4 bar en 8 bar gasnet in verbinding met elkaar staan. Wanneer bijvoorbeeld GTS bij twee gekoppelde stations eerst het ene station standby zet en daarna een periode het andere station dan hebben beide stations dus een periode dat er geen verbruik achter dat GOS zit. Dit geeft dus een foutief beeld omdat tijdens die periode het verbruik door het andere of zelfs meerdere Gasontvangstations wordt overgenomen. In de volgende tabel op bladzijde 22 is de berekening opnieuw gemaakt maar dan rekening houdend met welke stations gekoppeld zijn. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 21

22 Gasontvangstations in RENDO gebied periode 1 september 2009 tot 1 september 2010 N nr GTS Naam van het GOS Jaarverbruik m3 invoedcap bij 12% v/h jaarverbruik aantal uren dat daluurverbruik kleiner is dan benodigd invoedcapaciteit bij 12% v/h jaarverbruik per PseudoGOS uitgedrukt in % van 8760 uur (1 jaar) N113 Coevorden uur 1% N158 Balkbrug uur 0% N271 Zuidwolde uur 2% N384 Geesbrug uur 1% N127 Elim N292 Dalen N016 N474 Hoogeveen - de Weide Hoogeveen Vos v Stwln N070 Echten uur 16% uur 0,05% gekoppelde GOS-sen eiland eiland eiland eiland onderling gekoppeld via 4 bar net onderling gekoppeld via 8 bar ringnet N151 Steenwijk N162 Meppel N173 Blokzijl N177 Staphorst N315 Havelte N341 Zwartsluis N389 Rogat N431 Geeuwenbrug N435 Wanneperveen uur 1% onderling gekoppeld via een vermaasd 8 bar net Totaal Nu blijkt dat bij alle stationsgebieden de benodigde grens voor een continue invoeding van 12% van het jaarverbruik benaderd wordt. Alleen het stationsgebied Elim + Dalen kan 16% van het jaar deze invoeding niet afzetten. In absolute getallen valt dat echter mee omdat deze stations tot de kleinere stations behoren. Een bijkomend nadeel is dat deze stations alleen maar door een 4 bar gasleiding zijn gekoppeld waardoor de capaciteit gering is en de mogelijkheid om deze leiding door te koppelen met een 8 bar gasnet niet aanwezig is. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 22

23 Laagste daluurverbruik Wanneer alleen naar de totaalcijfers van het verbruik wordt gekeken zien we het volgende. Voor 12% invoeding is een invoeding van 4484 m3/h noodzakelijk. De werkelijke daluurafname bedroeg 3656 m3/h. De vraag is dan; hoeveel uur van het jaar is het voorgekomen dat het uurverbruik lager dan 4484 m3/h is geweest? Uit de totaaltabel van alle GOS-sen blijkt dat dit lagere verbruik maar gedurende 8 uur is voorgekomen in de gemeten periode van 1 september 2009 tot 1 september Deze momenten deden zich allemaal voor in de vakantieperiode van Noord Nederland. Aantal uren dat het verbruik binnen het RENDO gebied onder de theoretische waarde van 4484 m3/h is geweest. Datum + tijdstip m3/h : : : : : : : Opmerking Het laagste verbruik viel op de eerste zondag van de schoolvakanties in Noord Nederland : zondag bouwvakantie Slipgas Het is opvallend dat enkele grotere stations, die in de piekuren een relatief grote afname kennen, in het daluur een zeer laag verbruik of zelfs een verbruik van 0 hebben. Met name bij het GOS in Meppel zou vanwege de aanwezigheid van een behoorlijk aantal grootverbruikers in dat GOS-gebied toch enig verbruik moeten zijn. Temeer omdat daar ook enkele verbruikers zitten welke voor het verbruik minder seizoensafhankelijk zijn. De koppelingen tussen de Gasontvangstations kunnen de lage verbruiken verklaren indien de afname dan door een ander gekoppeld station wordt overgenomen. Anders is dit bij een GOS die in eiland wordt bedreven. In dit verband is specifiek gekeken naar GOS Dalen. In de directe nabijheid van het GOS Dalen bevindt zich een grootverbruiker die naar verwachting ook in de daluren gasverbruik heeft. Het extreem lage verbruik op dit GOS lijkt daarom onwaarschijnlijk. Omdat de gasmeters van grootverbruikers uitgerust zijn met een op afstand uitleesbare EVHI zijn de verbruiksgegevens van alle grootverbruikers eveneens opgevraagd bij de Meetdienst van RENDO. In het specifieke geval van de grootverbruiker bij het GOS Dalen blijkt dat er enkele tientallen m3/h gas worden verbruikt bij de grootverbruiker terwijl het verbruik op hetzelfde moment bij het GOS dus nagenoeg geen verbruik aangeeft. Dit wordt zeer waarschijnlijk veroorzaakt door het zogenaamd slipgas bij zeer lage verbruiken. Relatief kunnen deze verschillen redelijk groot zijn maar absoluut gezien heeft het op de mogelijkheden van invoeding niet zoveel impact vooral omdat in dit voorbeeld het de enige grootverbruiker in de nabijheid van dit GOS is. In gebieden waar zich meerdere grootverbruikers bevinden zoals Coevorden, Hoogeveen en Meppel kan het wel interessant zijn om de opgetelde jaarduurkrommen van de grootverbruikers af te zetten tegen de jaarduurkrommen van de in dat netdeel voedende GOS-sen. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 23

24 Jaarduurkrommen gebaseerd op 8000 uur Tot nu toe wordt bij het bepalen van de invoedcapaciteit als uitgangspunt de jaarduurkromme van het GOS beschouwd, gebaseerd op de laagste verbruiken over het hele jaar (8760 uur) De business case van projecten voor invoeding groengas worden berekend op basis van 8000 bedrijfsuren van de vergister. Wat zou de invloed zijn op de invoedcapaciteit indien de jaarduurkrommen ook op basis van 8000 uur bepaald zou worden. Theoretisch zou het dan wenselijk zijn, dat dit de uren zijn waarin de afname per GOS het hoogst zijn. Eerst dient dan weer de berekening gemaakt te worden wat de consequenties zijn voor de benodigde capaciteit. Het totale jaarverbruik over de periode bedroeg 327 miljoen kubieke meter gas. Indien gesteld wordt dat het aandeel van invoeding van groengas in 2020, 12% van het momentele jaarverbruik zou moeten bedragen, is dat afgerond 40 miljoen kubieke meter groengas per jaar. Uitgaand van 8000 uur per jaar zou de invoeding op het netwerk van RENDO dan continu 4910 m3/h moeten bedragen. Door nu de jaarduurkrommen te bepalen, met uitsluiting van de 760 laagst voorkomende verbruiksuren, worden waarden verkregen zoals ze op bladzijde 25 in de tabel zijn verwerkt. In dit theoretisch meest gunstige model zou er minimaal 8828 m3/h kunnen worden ingevoed. Dit is dan dus ruim meer dan de benodigde 12%. Vermenigvuldigd met 8000 uur zou dit ongeveer 70 miljoen kubieke meter aan invoeding groengas opleveren, ruim 20% van het jaarverbruik. Het spreekt voor zich dat de theoretische uitvaluren (760 uur) van vergisters nooit volledig synchroon lopen met de theoretisch laagste verbruikuren. Wel wordt hiermee duidelijk dat door deze benadering de optimale benutting ergens in het midden zal kunnen liggen. Voor optimalisatie zou vooraf wel gestuurd kunnen worden op gepland onderhoud in de daluren eventueel in combinatie met gasbuffering. Verder is dit rapport gebaseerd op het volledige beschikbare aantal uren in een jaar, 8760 uur. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 24

25 N nr GTS Gegevens uit de jaarduurkrommen bij 8000 uur Gasontvangstations in RENDO gebied periode 1 september 2009 tot 1 september 2010 Naam van het GOS Jaarverbruik m3 benodigde invoedcap. bij 12% v/h jaarverbruik bij 8000 uur daluurverbruik per Pseudo-GOS bij 8000 uur aantal uren dat daluurverbruik kleiner is dan benodigd invoedcapaciteit bij 12% v/h jaarverbruik per Pseudo-GOS N113 Coevorden uur N158 Balkbrug uur N271 Zuidwolde uur N384 Geesbrug uur N127 Elim N292 Dalen N016 N474 Hoogeveen - de Weide Hoogeveen Vos v Stwln N070 Echten uur uur N151 Steenwijk N162 Meppel N173 Blokzijl N177 Staphorst N315 Havelte uur N341 Zwartsluis N389 Rogat N431 Geeuwenbrug N435 Wanneperveen Totaal Conclusie Het verbruik in de daluren kan niet zonder meer afgeleid worden uit het gemeten verbruik per GOS. Koppelingen in het 8 bar gasnet tussen Gasontvangstations spelen daarbij een belangrijke rol. Wanneer de samenhang van die gekoppelde stations goed wordt beschouwd blijkt het deel groengas dat ingevoed kan worden, substantieel groter te zijn. Bij sommige Gasontvangstations kan ook slipgas een rol spelen. Wanneer bovendien jaarduurkrommen over een kleiner beschikbaar aantal uren per jaar worden berekend, ontstaan er theoretisch gunstigere modellen voor invoeding. Vanuit bovenstaande perspectief kan dus gesteld worden dat invoeding van 12% groengas, een waarde is die als haalbaar beschouwd mag worden. Echter: garantie van invoedcapaciteiten zal de netbeheerder op basis van jaarverbruiken per GOS en/of grootverbruikers nooit kunnen afgeven. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 25

26 3.4. Capaciteiten gasnetten Gasnetberekeningen RENDO Bij het invoeden van groengas ontstaan andere netsituaties. Het is daarom belangrijk die nieuwe situaties te kunnen doorrekenen. Niet eens zozeer voor wat betreft de transportcapaciteiten en de drukverliezen in de netten bij het piekverbruik. Dat zal namelijk door een extra invoedpunt in de meeste gevallen alleen maar gunstiger uitpakken omdat er in feite een extra (sub)gos wordt geplaatst. Het belangrijkste is om te kunnen berekenen of het groengas in de daluren wel op het betreffende net kan worden afgezet. Bij RENDO zijn alle hoge druk leidingen en de daaraan gekoppelde reduceerstations ingevoerd in het gasnet berekeningsprogramma Irene. Hieraan ten grondslag lagen diverse netberekeningen van de lage druk gasnetten, waardoor de benodigde capaciteiten van de districtstations konden worden bepaald. Van de reduceerstations, waarvan de capaciteiten nog niet berekend waren, zijn de verbruiken per station geraamd door het aantal kleinverbruikeraansluitingen te tellen en hun verbruik vervolgens toe te kennen aan de betreffende districtstations. Bij grootverbruikersaansluitingen waar een Elektronisch Volume Herleidings Instrument (EVHI) staat opgesteld worden de verbruiken op basis van de beschikbare meetwaarden, zo goed mogelijke verdeeld tussen procesgas en warmtegas. Dat betekent dat de verbruiken ingevuld bij procesgas bij elke temperatuur getransporteerd moeten kunnen worden. Een uitzondering hierop is een enkele grootverbruiker, welke tijdens winterse omstandigheden niet produceert en daarom voor een klein deel t.b.v. verwarming in de berekeningen is meegenomen. Op deze wijze zijn van alle reduceerstations de theoretisch benodigde capaciteiten bepaald en vervolgens in Irene ingevoerd. Een verdere uitwerking van de gasnetberekeningen zijn te vinden in het Kwaliteits- en Capaciteits Document die 2-jaarlijks wordt opgesteld. Tot dusver zijn de gasnetberekeningen vooral gericht om inzicht te krijgen in de restdruk en de capaciteiten van de gasnetten tijdens het piekverbruik, dus onder de meest extreme weersomstandigheden, waarbij wordt uitgegaan van de volgende waarden Gehanteerde waarden bij gasnetberekeningen (tbv piekverbruik) Minimale buitentemperatuur Windsnelheid -12 C 5 m/s Gastemperatuur 7 C Gelijktijdigheidsfactor G 0,65 Gelijktijdigheidsfactor Gproces 0,6 Bij deze verkenning van invoeding groengas is het noodzakelijk om juist het tegenovergestelde, dus het minimumverbruik per uur, te kunnen bepalen. Echter indien de buitentemperatuur op zomerse waarden wordt gebracht dan geeft het gasnetberekeningspakket een te hoog gasverbruik per GOS aan. Bovendien is het huidige pakket onvoldoende geschikt om een groengas invoeder met een continue capaciteit in een gasnet op juiste wijze te simuleren. In verband hiermee is er overleg geweest tussen Agentschap NL en Kiwa Gas Technology en is overeengekomen dat KIWA Irene Pro zal verfijnen, waardoor het beter kan worden toegepast bij deze materie. Ook zullen daarbij nog enkele extra mogelijkheden worden ingepast. Verkenning mogelijkheden invoeding groengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO 26

Verkenning mogelijkheden invoeding groengas. Johan Jonkman

Verkenning mogelijkheden invoeding groengas. Johan Jonkman Verkenning mogelijkheden invoeding groengas Johan Jonkman Verkenning mogelijkheden invoedinggroengas op het aardgasnetwerk van NV RENDO In opdracht van: Agentschap NL Ministerie van EL&I Contactpersoon:

Nadere informatie

Aandeelhoudende gemeenten van Cogas willen

Aandeelhoudende gemeenten van Cogas willen Aandeelhoudende gemeenten van Cogas willen Energie verduurzamen maar: Nationaal landschap leent zich minder voor zonne- en windenergie; Ondergrond minder geschikt voor WKO en geothermie; Inzet hout: beperkt

Nadere informatie

Duurzame energie. Intergrale projecten, samenwerking en praktijk. door Arno Wurkum

Duurzame energie. Intergrale projecten, samenwerking en praktijk. door Arno Wurkum Duurzame energie Intergrale projecten, samenwerking en praktijk door Arno Wurkum Inhoud Wie is Cogas? Wat doet Cogas Duurzaam? Voorbeelden van intergrale duurzame energieprojecten WKO Biomassa Biogas Opmaat

Nadere informatie

2 TERMEN EN DEFINITIES

2 TERMEN EN DEFINITIES KADER Blad : 1 van 6 TOEPASSINGSGEBIED: Enexis 1 DOELSTELLING Het eenduidig definiëren van de berekeningswijze en de uitgangspunten voor bepaling van de capaciteit van een gasnet t.b.v. assetengineers

Nadere informatie

Gasmeting en meetverschillen

Gasmeting en meetverschillen Gasmeting en meetverschillen Seminar: Meetverschillen en netverliezen gas 21 november 2013 Wim HH van Heugten Kiwa Technology Fraude Volumemeting Meetonzekerheid Volumeherleiding Lekverliezen Meetfout

Nadere informatie

Omgaan met verschillen in Calorische Waarde van Groen Gas en aardgas

Omgaan met verschillen in Calorische Waarde van Groen Gas en aardgas Omgaan met verschillen in Calorische Waarde van Groen Gas en aardgas 11 April 2012 Achtergrond De Calorische Waarde van aardgas varieert per locatie en seizoen tussen 35 en 36 MJ/Nm 3 Netgebied Haarlem

Nadere informatie

Capaciteitsplan Elektriciteit

Capaciteitsplan Elektriciteit Titel Nummer Datum 31 oktober 2002 Inhoud Pagina 1 INLEIDING... 3 2 HUIDIGE EN TOEKOMSTIGE BEHOEFTE AAN TRANSPORT... 3 2.1 HET MAXIMALE SCENARIO... 4 2.2 HET MINIMALE SCENARIO... 5 2.3 HET WERKELIJKE SCENARIO...

Nadere informatie

Pagina. De Minister van Economische Zaken De heer H.G.J. Kamp Postbus EK 'S-GRAVENHAGE. Den Haag,

Pagina. De Minister van Economische Zaken De heer H.G.J. Kamp Postbus EK 'S-GRAVENHAGE. Den Haag, De Minister van Economische Zaken De heer H.G.J. Kamp Postbus 20401 2500 EK 'S-GRAVENHAGE Den Haag, Uw kenmerk: Ons kenmerk: ACM/DE/2017/205229 Contactpersoon: [vertouwelijk] Onderwerp: 17.0309.01 Advies

Nadere informatie

CO 2 -uitstootrapportage 2011

CO 2 -uitstootrapportage 2011 Programmabureau Klimaat en Energie CO 2 -uitstootrapportage 2011 Auteurs: Frank Diependaal en Theun Koelemij Databewerking: CE Delft, Cor Leguijt en Lonneke Wielders Inhoud 1 Samenvatting 3 2 Inleiding

Nadere informatie

T-prognoses. nut en noodzaak

T-prognoses. nut en noodzaak nut en noodzaak : nut en noodzaak Wat zijn? staat voor Transportprognoses, oftewel een verwachting van het benodigde transport voor de levering of productie van elektriciteit. Producenten, regionale netbeheerders

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

KENGETALLEN REGIONALE GASNETTEN

KENGETALLEN REGIONALE GASNETTEN KENGETALLEN REGIONALE GASNETTEN Energiekamer - 1 / 8 - NE-KGN-09-06 Inhoudsopgave 1. INLEIDING...3 1.1. Context...3 1.2. Doel...3 2. INVULINSTRUCTIE KENGETALLEN REGIONALE GASNETTEN...5 2.1. Tabel 1 Adresgegevens...5

Nadere informatie

(potentiele) knelpunten wet- en regelgeving op het gebied van waterstof voor GTS

(potentiele) knelpunten wet- en regelgeving op het gebied van waterstof voor GTS (potentiele) knelpunten wet- en regelgeving op het gebied van waterstof voor GTS Seminar HyLaw/NEN, Ministerie I&W 9 november 2018 René van der Haar - GTS #2 Algemeen GTS is de landelijk netbeheerder gas

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 4 juli 2017 Betreft Tweede openstelling SDE+ 2017

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 4 juli 2017 Betreft Tweede openstelling SDE+ 2017 > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres

Nadere informatie

T-prognoses: nut en noodzaak

T-prognoses: nut en noodzaak T-prognoses: nut en noodzaak 1 Met deze folder willen wij u als klant van TenneT meer informatie geven over het nut en de noodzaak van T(transport)-prognoses. Wat zijn T-prognoses? T-prognoses staat voor

Nadere informatie

5.3.03. Elektriciteit

5.3.03. Elektriciteit 5.3.03 Elektriciteit Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Beschrijving van de capaciteit van het huidige net 3. Lange termijn visie op de capaciteitsvraag en vertaling hiervan naar transport scenario s 4. Inschatting

Nadere informatie

Dienst uitvoering en toezicht Energie t.a.v. de heer ir. G.J.L. Zijl Postbus BH DEN HAAG. Hoogeveen, 12 februari 2003

Dienst uitvoering en toezicht Energie t.a.v. de heer ir. G.J.L. Zijl Postbus BH DEN HAAG. Hoogeveen, 12 februari 2003 Dienst uitvoering en toezicht Energie t.a.v. de heer ir. G.J.L. Zijl Postbus 16326 2500 BH DEN HAAG Hoogeveen, 12 februari 2003 Onze ref. : DN/SV/ES/ Uw kenmerk : Projectnummer 101496 Inzake Consultatienotitie

Nadere informatie

Verduurzaming bestaande gebouwde omgeving

Verduurzaming bestaande gebouwde omgeving NOABERSCHAP Verduurzaming bestaande gebouwde omgeving Duurzame energie is een kwestie van ordenen, maar ook van keuzes maken. Verduurzaming gebouwde Omgeving 1 Verduurzamen gebouwde omgeving & Cogas Business

Nadere informatie

CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch

CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Maart 2013 2 Samenvatting In deze monitor staat de CO2-uitstoot beschreven in de gemeente s-hertogenbosch. Een gebruikelijke manier om de

Nadere informatie

2003-2010 Westland Energie Infrastructuur b.v. DEFINITIEF

2003-2010 Westland Energie Infrastructuur b.v. DEFINITIEF CAPACITEITSPLAN ELEKTRICITEIT 2003-2010 Westland Energie Infrastructuur b.v. DEFINITIEF Inhoudsopgave: Inleiding 3 Toelichting op het Capaciteitsplan 4 1.1 Algemeen 4 1.2 Opbouw van het net 4 1.3 Invullen

Nadere informatie

Harry Roetert, Stimuland / Provincie. Themadag bio-energie 27 februari 2013

Harry Roetert, Stimuland / Provincie. Themadag bio-energie 27 februari 2013 Harry Roetert, Stimuland / Provincie Themadag bio-energie 27 februari 2013 Bio-energieconsulenten: - Sinds 2006, in opdracht van de Provincie Overijssel - Voorlichting, loket voor boeren, bedrijven en

Nadere informatie

Toepassing van biogas in de industrie. Biomass Technology Group BV Stimuland Thecogas Biogastechniek BV BEON

Toepassing van biogas in de industrie. Biomass Technology Group BV Stimuland Thecogas Biogastechniek BV BEON Toepassing van biogas in de industrie Biomass Technology Group BV Stimuland Thecogas Biogastechniek BV BEON Inhoud Achtergrond Karakterisering industriële sectoren Case studies Situatieschets Warmtevraag

Nadere informatie

Energierapportage MFC Atria Leusden. Asschatterweg JJ Leusden

Energierapportage MFC Atria Leusden. Asschatterweg JJ Leusden Energierapportage 2018 MFC Atria Leusden Asschatterweg 37 3831 JJ Leusden Introductie Voor u ligt de energierapportage 2018, waarin de energieverbruiken van de scholen wordt vergeleken met het maximale

Nadere informatie

De opkomst van all-electric woningen

De opkomst van all-electric woningen De opkomst van all-electric woningen Institute for Business Research Jan Peters Directeur Asset Management Enexis Inhoud Beeld van de toekomst Veranderend energieverbruik bij huishoudens Impact op toekomstige

Nadere informatie

Achtergrond leveringszekerheid L-gas en wettelijke taak GTS met betrekking tot kwaliteitsconversie

Achtergrond leveringszekerheid L-gas en wettelijke taak GTS met betrekking tot kwaliteitsconversie Achtergrond leveringszekerheid L-gas en wettelijke taak GTS met betrekking tot kwaliteitsconversie Afdeling Network Configuration Rapport Achtergrond leveringszekerheid L-gas en wettelijke taak GTS met

Nadere informatie

Gasrotonde in beweging

Gasrotonde in beweging Gasrotonde in beweging Gastransport steeds dynamischer Ruud Wieleman 11 juni 2015 Inhoud Introductie Gasunie en Gasunie Transport Services De basics van het gastransport Kentallen GTS + Kwis (als daar

Nadere informatie

Mogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt

Mogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt Notitie Contactpersoon Harry de Brauw Datum 14 juni 2017 Kenmerk N001-1246856HBA-rvb-V01-NL Mogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt De aanstaande rioolvervanging in de Benedenbuurt is aanleiding voor

Nadere informatie

Energietransitie en schaalvoordelen

Energietransitie en schaalvoordelen Energietransitie en schaalvoordelen Samenvatting McKinsey-onderzoek Oktober 2013 CONTEXT Recent is door McKinsey, in opdracht van Alliander, een onderzoek uitgevoerd naar de vraag: Wat zijn de voordelen

Nadere informatie

Haalbaarheidsstudie Groen Gas Haaften

Haalbaarheidsstudie Groen Gas Haaften Haalbaarheidsstudie Groen Gas Haaften Opdrachtgever: Agentschap NL (ir. M.H.M. Dumont) DENB090257 Uitgevoerd door: Alliander Auteurs: I. Smits, P. Latta, S. Velders, G.van Heijster, J. van Wijnkoop, S.

Nadere informatie

Convenant. Gemeente Steenwijkerland. N-TRA B.V. (onderdeel van RENDO Holding)

Convenant. Gemeente Steenwijkerland. N-TRA B.V. (onderdeel van RENDO Holding) Convenant tussen en N-TRA B.V. (onderdeel van RENDO Holding) 13 november 2017 PARTIJEN:, gevestigd aan Vendelweg 1 te Steenwijk, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door de wethouder de heer O. Akkerman,

Nadere informatie

TEO/WKO WARMTE EN KOUDE

TEO/WKO WARMTE EN KOUDE TEO/WKO WARMTE EN KOUDE BEDRIJVENTERREIN MARSLANDEN Op het bedrijventerrein de Marslanden in Zwolle zijn bedrijven gevestigd, met uiteenlopende behoefte aan warmte en koeling. Vanuit gegevens over het

Nadere informatie

Opties voor productie van duurzame energie in de regio Helmond d.m.v. van mest en andere biomassa

Opties voor productie van duurzame energie in de regio Helmond d.m.v. van mest en andere biomassa Opties voor productie van duurzame energie in de regio Helmond d.m.v. van mest en andere biomassa Jennie van der Kolk, Alterra Helmond, 22-02-13 Nico Verdoes, Livestock Research Inhoud presentatie Wetenschapswinkel

Nadere informatie

GAS TARIEVEN 2015. Aansluiting en Transport voor grootverbruikers

GAS TARIEVEN 2015. Aansluiting en Transport voor grootverbruikers GAS TARIEVEN 2015 Aansluiting en Transport voor grootverbruikers GAS TARIEVEN 2015 Aansluiting en Transport voor grootverbruikers SINDS DE INVOERING VAN DE ELEKTRICITEITS WET 1998 EN DE GASWET BESTAAT

Nadere informatie

Klankbordgroep PwC-onderzoek:Visie op tariefregulering op korte en middellange termijn

Klankbordgroep PwC-onderzoek:Visie op tariefregulering op korte en middellange termijn Advisory Klankbordgroep -onderzoek:visie op tariefregulering op korte en middellange termijn Agenda Pagina 1 Introductie 1 2 Aanpak en proces 5 3 Ontwikkelingen in de energiesector 12 4 Onderzoeksvragen

Nadere informatie

Samen naar een duurzaam verwarmde gebouwvoorraad zonder aardgas. Hans Schneider (Liander) programma

Samen naar een duurzaam verwarmde gebouwvoorraad zonder aardgas. Hans Schneider (Liander) programma Samen naar een duurzaam verwarmde gebouwvoorraad zonder aardgas Hans Schneider (Liander) programma Alliander en de warmtetransitie Verantwoord van het aardgas af, op naar een nieuwe (lokale) warmtevoorziening

Nadere informatie

Hernieuwbare elektriciteit,

Hernieuwbare elektriciteit, Indicator 17 juli 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De productie van hernieuwbare elektriciteit

Nadere informatie

Verduurzaming warmtenet Almelo Biogas Rotonde Twente e.o.

Verduurzaming warmtenet Almelo Biogas Rotonde Twente e.o. Verduurzaming warmtenet Almelo Biogas Rotonde Twente e.o. Gerard Bauhuis Business Developer I&O g.bauhuis@cogas.nl 06-22972715 Wie is Cogas? Cogas: Netbeheer (Gas, Electra, Kabel en Glasvezel) Cogas Infra

Nadere informatie

Pagina. Openbaar. De Autoriteit Consument en Markt, Gelet op artikel 12f, eerste lid, van de Gaswet; Besluit: De nieuwe bepalingen komen te luiden:

Pagina. Openbaar. De Autoriteit Consument en Markt, Gelet op artikel 12f, eerste lid, van de Gaswet; Besluit: De nieuwe bepalingen komen te luiden: Bijlage 1: Behorende bij het besluit nr. 103640/ 40 van de Autoriteit Consument en Markt tot wijziging van diverse voorwaarden ex artikel 12b, eerste lid, van de Gaswet De Autoriteit Consument en Markt,

Nadere informatie

Gezamenlijke aanzet uitvoeringsprogramma Mest Eindconcept, versie 30 april 2018

Gezamenlijke aanzet uitvoeringsprogramma Mest Eindconcept, versie 30 april 2018 Gezamenlijke aanzet uitvoeringsprogramma Mest Eindconcept, versie 30 april 2018 Aanleiding De provincie Noord Brabant en de regio s Zuidoost en Noordoost Brabant vinden het belangrijk om de handen in één

Nadere informatie

Capaciteitsplan elektriciteit ENECO NetBeheer Weert B.V.

Capaciteitsplan elektriciteit ENECO NetBeheer Weert B.V. Capaciteitsplan elektriciteit 2002-2009 ENECO NetBeheer Weert B.V. INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding...2 2. Het net van NetBeheer Weert...3 2.1 Het middenspanningstransportnet... 3 2.2 De (hoofd)verdeelstations...

Nadere informatie

Is uw organisatie grootverbruiker van gas en/of elektriciteit? In deze brochure vindt u belangrijke informatie voor uw aansluiting. www.enduris.

Is uw organisatie grootverbruiker van gas en/of elektriciteit? In deze brochure vindt u belangrijke informatie voor uw aansluiting. www.enduris. Is uw organisatie grootverbruiker van gas en/of elektriciteit? In deze brochure vindt u belangrijke informatie voor uw aansluiting www.enduris.nl Wanneer wordt u aangemerkt als grootverbruiker? U valt

Nadere informatie

Klankbordgroep REG2017 grootste (mogelijke) wijzigingen t.o.v. ontwerpmethodebesluiten. 15 augustus 2016

Klankbordgroep REG2017 grootste (mogelijke) wijzigingen t.o.v. ontwerpmethodebesluiten. 15 augustus 2016 Klankbordgroep REG2017 grootste (mogelijke) wijzigingen t.o.v. ontwerpmethodebesluiten 15 augustus 2016 Agenda voor vandaag 1. Opening 13:00-13:10 2. Proces 13:10-13:20 3. WACC inflatievergoeding 13:20-14:00

Nadere informatie

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Aanvullend advies aan het Interprovinciaal Overleg over de verdelingsvraagstukken samenhangend met de BBL-oud-grond Juni 2013 Inhoud 1 Inleiding 2

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Aansluit- en transportcode gas RNB wordt als volgt gewijzigd:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Aansluit- en transportcode gas RNB wordt als volgt gewijzigd: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18150 31 maart 2017 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt van 28 maart 2017, kenmerk ACM/DE/2017/201020, tot wijziging

Nadere informatie

Factsheet 2010 Kwaliteit Regionaal Netbeheer Elektriciteitsnetten & Gasnetten N.V. RENDO. Expert versie

Factsheet 2010 Kwaliteit Regionaal Netbeheer Elektriciteitsnetten & Gasnetten N.V. RENDO. Expert versie Factsheet 2010 Kwaliteit Regionaal Netbeheer Elektriciteitsnetten & Gasnetten N.V. Expert versie De gegevens in de grafieken in dit document zijn gebaseerd op de gegevens die de regionale netbeheerders

Nadere informatie

Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Onder embargo. 2

Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Onder embargo. 2 1. Inleiding Voor de verdeling van de middelen uit de hoofdlijnennotitie van het ministerie van EZ ( 200 miljoen) is advies gevraagd aan onze commissie (Commissie Jansen-2). Dit advies is uitgebracht in

Nadere informatie

VERENIGING GROEN GAS PRODUCENTEN

VERENIGING GROEN GAS PRODUCENTEN VERENIGING GROEN GAS PRODUCENTEN ZIENSWIJZE AAN VAN : Autoriteit Consument en Markt, Directie Energie : Bestuur VGGP BETREFT CC : : Zaaknummer: 103998, methode van regulering van de regionale netbeheerders

Nadere informatie

TEO/WKO WARMTE RENOVATIEWIJK SNEEK

TEO/WKO WARMTE RENOVATIEWIJK SNEEK TEO/WKO WARMTE RENOVATIEWIJK SNEEK Woningbouwcoöperatie Elkien heeft voornemens om in de wijk t Eiland in Sneek 300 woningen voor een deel te slopen en voor een deel te renoveren. Daarbij is de opgave

Nadere informatie

Kwaliteitsvariaties op transport

Kwaliteitsvariaties op transport Aan: alle geïnteresseerden Van: Projectbureau Nieuw Aardgas NL Energie en Klimaat Juliana van Stolberglaan 3 2595 CA Den Haag Postbus 93144 2509 AC Den Haag www.agentschapnl.nl Kwaliteitsvariaties op transport

Nadere informatie

Capaciteitsplan. ONS Netbeheer BV 30-11-2000

Capaciteitsplan. ONS Netbeheer BV 30-11-2000 Capaciteitsplan ONS Netbeheer BV 2001 2007 30-11-2000 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Visie 3. Modellen 3.1. Model 1 Belasting, invoeden en uitwisselen in knooppunten bij verschillende transportscenario's

Nadere informatie

BioNet Zwammerdam: Verkenning kansen biogas als alternatief voor aardgas in Alphen aan den Rijn

BioNet Zwammerdam: Verkenning kansen biogas als alternatief voor aardgas in Alphen aan den Rijn BioNet Zwammerdam: Verkenning kansen biogas als alternatief voor aardgas in Alphen aan den Rijn Auteur: Stijn Hemel In opdracht van de Provincie Zuid Holland 1 Inhoud 1. Samenvatting 3 2. Inleiding 3 3.

Nadere informatie

B-lijst Archief Gemeentelijk Gasbedrijf

B-lijst Archief Gemeentelijk Gasbedrijf B-lijst Archief Gemeentelijk Gasbedrijf 1915-1990 Overeenkomst tussen de gemeente Hoogeveen en 32 Oosterhesselen en Nieuwlande (Brugstraat) inzake gaslevering. 1963-1973 Aansluiting gemeente Dalen bij

Nadere informatie

Transportovereenkomst Gas van de regionale netbeheerder en de afnemer indien de. op deze voorwaarden worden ook van toepassing op reeds gesloten

Transportovereenkomst Gas van de regionale netbeheerder en de afnemer indien de. op deze voorwaarden worden ook van toepassing op reeds gesloten Aanvullende Voorwaarden RNB Groen Gas Invoeders versie aangemaakt door aard wijziging kenmerk status D14.0 I. Schoemaker Inhoud 1 Algemeen... 3 2 Definities... 3 3 Invoedingsinstallatie... 5 4 De RNB Meet-

Nadere informatie

Emissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies

Emissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies Emissiekentallen elektriciteit Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies Notitie: Delft, januari 2015 Opgesteld door: M.B.J. (Matthijs) Otten M.R. (Maarten) Afman 2 Januari

Nadere informatie

ESSENT MILIEU Energiek met afval. Biogas seminar Werlte, 22 september 2009

ESSENT MILIEU Energiek met afval. Biogas seminar Werlte, 22 september 2009 ESSENT MILIEU Energiek met afval Biogas seminar Werlte, 22 september 2009 1 Ervaring met en ontwikkeling van Groen Gas productie vanaf 1989 M. Sanders, Energie Manager Essent Milieu 2 Essent Milieu: overzicht

Nadere informatie

Biogas is veelzijdig. Vergelijking van de opties 1-2-2012. Vergelijking opties voor benutting van biogas

Biogas is veelzijdig. Vergelijking van de opties 1-2-2012. Vergelijking opties voor benutting van biogas 1--1 Ongeveer 7 deelnemende organisaties Promotie van optimale benutting van biomassa Kennisoverdracht door workshops, excursies, nieuwsbrief en artikelen in vakbladen Vergelijking opties voor benutting

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 1930 Vragen van het lid

Nadere informatie

Inhoud. ROVA rijden op GFT. 1. ROVA en duurzaamheid. 2. Introductiefilm Vergister. 3. Vergisting en gasopwaardering. 4.

Inhoud. ROVA rijden op GFT. 1. ROVA en duurzaamheid. 2. Introductiefilm Vergister. 3. Vergisting en gasopwaardering. 4. ROVA rijden op GFT GFT-vergister Groen gas opwaardering Rijden op GFT 1 november 2012 Huibert Boer Inhoud 1. ROVA en duurzaamheid 2. Introductiefilm Vergister 3. Vergisting en gasopwaardering 4. Rijden

Nadere informatie

CO2 uit biogas Toepassing glastuibouw. Presentatie door Jeroen de Pater - Gastreatment Services 10 september 2009

CO2 uit biogas Toepassing glastuibouw. Presentatie door Jeroen de Pater - Gastreatment Services 10 september 2009 CO2 uit biogas Toepassing glastuibouw Presentatie door Jeroen de Pater - Gastreatment Services 10 september 2009 CO2 uit biogas - Inleiding - GPP -systeem - Kwaliteitseisen CO 2 voor glastuinbouw - Toepasbaarheid

Nadere informatie

Definitielijst HG- Certificatensysteem

Definitielijst HG- Certificatensysteem Definitielijst HG- Certificatensysteem versie 2.0 december 2009 1 In de in de Overeenkomst HG-Certificatensysteem hebben de met een hoofdletter aangeduide begrippen de betekenis als hieronder beschreven:

Nadere informatie

[HANDLEIDING WE-CARE] Wat is dit product, hoe wordt het geïnstalleerd en hoe werkt het precies? Thom Steinfort 08-12-2014

[HANDLEIDING WE-CARE] Wat is dit product, hoe wordt het geïnstalleerd en hoe werkt het precies? Thom Steinfort 08-12-2014 [HANDLEIDING WE-CARE] Wat is dit product, hoe wordt het geïnstalleerd en hoe werkt het precies? Thom Steinfort 08-12-2014 Inhoudsopgave Inloggen... 2 Awareness hiërarchie... 2 Awareness... 3 Awareness

Nadere informatie

TEO/WKO WARMTE BESTAANDE WOONWIJK HEEG

TEO/WKO WARMTE BESTAANDE WOONWIJK HEEG TEO/WKO WARMTE BESTAANDE WOONWIJK HEEG In het dorp Heeg is voor een wijk met 800 slecht geisoleerde woningen onderzocht of verwarmen met thermische energie uit de nabijgelegen watergang Greft haalbaar

Nadere informatie

Factsheet Kwaliteit 2014 Liander N.V. Autoriteit Consument & Markt. Factsheet Kwaliteit 2014

Factsheet Kwaliteit 2014 Liander N.V. Autoriteit Consument & Markt. Factsheet Kwaliteit 2014 Factsheet Kwaliteit 214 Regionale Netbeheerders Elektriciteitsnetten & Gastransportnetten N.V. De gegevens in de grafieken in dit document zijn gebaseerd op de gegevens die de regionale netbeheerders aan

Nadere informatie

Energie en ruimtelijke ordening

Energie en ruimtelijke ordening Energie en ruimtelijke ordening Hoe eerder hoe beter Ruimteconferentie 19 april 2011 Netbeheerder in de energieketen Energieproductie Netwerken Energielevering Transport & distributie Werkgebied Liander

Nadere informatie

1 Algemene bepalingen 2. 2 Tarievenstructuur voor de transportdienst 3. 3 Bepaling rekencapaciteit en te factureren hoeveelheid gas 10

1 Algemene bepalingen 2. 2 Tarievenstructuur voor de transportdienst 3. 3 Bepaling rekencapaciteit en te factureren hoeveelheid gas 10 BIJLAGE C BIJ ONTWERP METHODEBESLUIT Nummer: 101732-6 Betreft: Bijlage C bij het ontwerpbesluit tot vaststelling van de methode van de korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering ingevolge

Nadere informatie

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2014

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2014 1 Beknopte samenvatting van de Inventaris hernieuwbare energiebronnen Vlaanderen 2005-2014, Vito, januari 2016 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2014 bedraagt 5,7 % Figuur 1 groene stroom uit bio-energie

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 5-3-2013 Nummer voorstel: 2013/18

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 5-3-2013 Nummer voorstel: 2013/18 1 Voorstel aan de raad Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 5-3-2013 Nummer voorstel: 2013/18 Voor raadsvergadering d.d.: 19-03-2013 Agendapunt: 06 Onderwerp:

Nadere informatie

Review CO 2 -studie ZOAB Rasenberg

Review CO 2 -studie ZOAB Rasenberg Review CO 2 -studie ZOAB Rasenberg Notitie Delft, maart 2011 Opgesteld door: M.N. (Maartje) Sevenster M.E. (Marieke) Head 2 Maart 2011 2.403.1 Review CO 2 -studie ZOAB Rasenberg 1 Inleiding Binnen de prestatieladder

Nadere informatie

Wat is de Gasunie Verkenning 2050?

Wat is de Gasunie Verkenning 2050? Wat is de Gasunie Verkenning 2050? De Verkenning 2050 is Gasunie s visie op een mogelijke route naar een betrouwbare en betaalbare CO 2 -neutrale energievoorziening in Nederland in 2050 De Verkenning laat

Nadere informatie

Vragen en antwoorden transportschaarste: Rechten en plichten van afnemers en netbeheerders

Vragen en antwoorden transportschaarste: Rechten en plichten van afnemers en netbeheerders Vragen en antwoorden transportschaarste: Rechten en plichten van afnemers en netbeheerders Samenvatting Als gevolg van de transportschaarste in delen van het elektriciteitsnetwerk bestaat er veel onduidelijkheid

Nadere informatie

Addendum op Ondergrondse Opslag in Nederland

Addendum op Ondergrondse Opslag in Nederland Addendum op Ondergrondse Opslag in Nederland -Technische verkenning Uitwerking van opslagbehoefte in 2050 en productie-injectiecapaciteit Juli 2019 Addendum op Ondergrondse Opslag in Nederland - Technische

Nadere informatie

Pagina. Netbeheer Nederland T.a.v. De heer A. Jurjus Postbus LP 'S-GRAVENHAGE. Den Haag, 6 augustus 2014

Pagina. Netbeheer Nederland T.a.v. De heer A. Jurjus Postbus LP 'S-GRAVENHAGE. Den Haag, 6 augustus 2014 Pagina 1/6 Muzenstraat 41 2511 WB Den Haag Postbus 16326 2500 BH Den Haag T 070 722 20 00 F 070 722 23 55 info@acm.nl www.acm.nl www.consuwijzer.nl Netbeheer Nederland T.a.v. De heer A. Jurjus Postbus

Nadere informatie

Green Deal van Essent, Nederlandse Groen Gas Maatschappij, en Friesland Campina met de Rijksoverheid

Green Deal van Essent, Nederlandse Groen Gas Maatschappij, en Friesland Campina met de Rijksoverheid Green Deal van Essent, Nederlandse Groen Gas Maatschappij, en Friesland Campina met de Rijksoverheid Ondergetekenden: 1. De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, en de Staatssecretaris

Nadere informatie

ENERGIE MANAGEMENT ACTIEPLAN 2016

ENERGIE MANAGEMENT ACTIEPLAN 2016 ENERGIE MANAGEMENT ACTIEPLAN DRAAGT EEN STEENTJE BIJ CO 2 -PRESTATIELADDER Index Datum Redactie Goedgekeurd door 22-03-2015 B. de Klerk P.J. Blokzijl 22-03- Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Beleid... 3 3. Borging...

Nadere informatie

Capaciteitsplan EWR Netbeheer B.V

Capaciteitsplan EWR Netbeheer B.V Capaciteitsplan EWR Netbeheer B.V Inhoudsopgaaf Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Prognose behoefte capaciteit transportnetten 1.2 Algemeen 1.3 Belastingen in knooppunten 1.4 Productie-invoeding in knooppunten

Nadere informatie

MONITOR ELEKTRICITEITSPRODUCTIE

MONITOR ELEKTRICITEITSPRODUCTIE MONITOR ELEKTRICITEITSPRODUCTIE Dienst uitvoering en toezicht Energie - 1 /7 -.doc Inhoudsopgave 1. DOEL VAN HET INFORMATIEVERZOEK...3 2. INVULINSTRUCTIE MONITOR PRODUCENTEN...4 2.1. Tabel 1 gegevens producent

Nadere informatie

Statenwarmte/BES. Presentatie resultaten actieonderzoek. Deze versie is voor internet enigszins aangepast. Tom Egyedi. Stat4nWarmt4.

Statenwarmte/BES. Presentatie resultaten actieonderzoek. Deze versie is voor internet enigszins aangepast. Tom Egyedi. Stat4nWarmt4. Statenwarmte/BES Presentatie resultaten actieonderzoek Tom Egyedi 17 april 2019 Deze versie is voor internet enigszins aangepast. 1 Agenda 1. Achtergrond onderzoek Statenwarmte 2. Opzet en activiteiten

Nadere informatie

Gasunie Network Improvement Program. Renovatie regionaal gastransportnet

Gasunie Network Improvement Program. Renovatie regionaal gastransportnet Gasunie Network Improvement Program Renovatie regionaal gastransportnet 14 mei 2013 Inhoud De totstandkoming van ons netwerk Wat gaan we doen? # Afsluiterschema s # Meet- & Regelstations # Gasontvangststations

Nadere informatie

Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie

Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie Externe veiligheid Definitief In opdracht van: Vos Zand en Grind BV Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 20 juli 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding...

Nadere informatie

Rapport. Klimaatvoetafdruk 2010 van Van Vessem & Le Patichou. (openbare versie)

Rapport. Klimaatvoetafdruk 2010 van Van Vessem & Le Patichou. (openbare versie) Rapport Klimaatvoetafdruk 21 van Van Vessem & Le Patichou (openbare versie) Auteur: drs. Han van Kleef Datum: 4 april 211 Document: 2724RAPP1144 Rapport Klimaatvoetafdruk 21 Van Vessem & Le Patichou 1.

Nadere informatie

Windmolenparken Zichtbaar vanaf de kust

Windmolenparken Zichtbaar vanaf de kust Windmolenparken Zichtbaar vanaf de kust De impact op recreatie en toerisme -Addendum bij de studie uit 2014- Inhoud Blz. 1 Inleiding 1 2 Omvang van de impact (actualisatie) 3 3 Conclusies en aanbevelingen

Nadere informatie

Amsterdam 9 mei 2017 Guy Konings, Joulz

Amsterdam 9 mei 2017 Guy Konings, Joulz RAI PTM - bijeenkomst Amsterdam 9 mei 2017 Guy Konings, Joulz 1 Stedin Netbeheer is verantwoordelijk voor het transport van gas en elektriciteit in West Nederland Onze missie: duurzame energie voor iedereen

Nadere informatie

Onderwerp Regionale Energiestrategie (RES) regio Noordoost-Brabant. Geachte bestuursleden,

Onderwerp Regionale Energiestrategie (RES) regio Noordoost-Brabant. Geachte bestuursleden, Onderwerp Regionale Energiestrategie (RES) regio Noordoost-Brabant Geachte bestuursleden, De decentrale overheden (gemeenten, waterschappen en provincies) werken vanaf het najaar 2018 in 30 regio s aan

Nadere informatie

PAGINA 188. Tabel 9-1: Overzicht planningssituaties regio Oost voor scenario BaU

PAGINA 188. Tabel 9-1: Overzicht planningssituaties regio Oost voor scenario BaU PAGINA 188 9. Capaciteitknelpunten en maatregelen 150kV-net regio Oost In dit hoofdstuk worden de netberekeningen toegelicht die zijn uitgevoerd voor de toetsing van het 150kV-net in regio Oost aan de

Nadere informatie

Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas

Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas Door de vastgestelde energie- en klimaatdoelstelling binnen Europa om in 2050 energieneutraal te zijn, is het voor de hele samenleving maar met name voor bedrijven

Nadere informatie

Renovatie regionaal gastransportnet

Renovatie regionaal gastransportnet Renovatie regionaal gastransportnet 2 gasunie.nl Renovatie regionaal gastransportnet Renovatie regionaal gastransportnet Het regionale gastransportnet van Gasunie bestaat naast leidingen uit afsluiterschema

Nadere informatie

Green Gas Technology. Duurzaam, betrouwbaar, betaalbaar. Shared Succes

Green Gas Technology. Duurzaam, betrouwbaar, betaalbaar. Shared Succes Green Gas Technology Duurzaam, betrouwbaar, betaalbaar Shared Succes Imtech en Green Gas Technology Imtech is de technologie partner voor bedrijven die biogas willen opwaarderen naar aardgaskwaliteit.

Nadere informatie

Klankbordgroep 27 augustus 2013 methodebesluiten regionale netbeheerders gas Cc. Van Esther IJskes

Klankbordgroep 27 augustus 2013 methodebesluiten regionale netbeheerders gas Cc. Van Esther IJskes Notitie Aan Klankbordgroep 27 augustus 2013 methodebesluiten regionale netbeheerders gas Cc. Van Esther IJskes esther.ijskes@acm.nl 070 7222.2521 Datum 29 juli 2013 Onderwerp Regulering netverliezen gas

Nadere informatie

Gevoeligheidsanalyse hotel NH Schiphol Airport nabij gastransportleidingen A-803, A-553 en A-554 gemeente Haarlemmermeer

Gevoeligheidsanalyse hotel NH Schiphol Airport nabij gastransportleidingen A-803, A-553 en A-554 gemeente Haarlemmermeer Gevoeligheidsanalyse hotel NH Schiphol Airport nabij gastransportleidingen A-803, A-553 en A-554 gemeente Haarlemmermeer Groningen, 2 augustus 2011 74100564-GCS 11-R.52204 Gevoeligheidsanalyse Hotel NH

Nadere informatie

Studie Onthaalcapaciteit decentrale productie in Vlaanderen september 2012

Studie Onthaalcapaciteit decentrale productie in Vlaanderen september 2012 Studie Onthaalcapaciteit decentrale productie in Vlaanderen 2011-2020 10 september 2012 Agenda Doelstelling en algemene context Methodologie PV WKK Wind Resultaten Aansluiting Transformatiecapaciteit Capaciteit

Nadere informatie

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang CO2-reductiedoelstellingen + voortgang Samen zorgen voor minder CO2 Boskoop 22-08-2018 P. van t Wout Akkoord directie: Datum: Handtekening: 1 Inleiding Dit CO 2 -reductieplan heeft, net zoals het volledige

Nadere informatie

Tijdelijke duurzame energie

Tijdelijke duurzame energie Tijdelijke duurzame energie Tijdelijk Uitgewerkte businesscases voor windenergie, zonne-energie en biomassa Anders Bestemmen Tijdelijke duurzame energie Inleiding In het Corporate Innovatieprogramma van

Nadere informatie

Samenvatting. Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant

Samenvatting. Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant 1 Samenvatting Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant De gemeenten Breda, Tilburg en Helmond hebben in samenwerking met de Provincie Noord-Brabant, Brabant Water en

Nadere informatie

1 Kunt u zich de antwoorden herinneren van eerdere vragen over de import van groen gas? 1

1 Kunt u zich de antwoorden herinneren van eerdere vragen over de import van groen gas? 1 > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres

Nadere informatie

Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden. 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen

Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden. 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen 2004 Doelstelling Initiatiefnemers 2004 Doelstelling Initiatiefnemers Rendement

Nadere informatie

Hernieuwbare elektriciteit,

Hernieuwbare elektriciteit, Indicator 9 april 2015 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2014 (voorlopige cijfers) bedroeg

Nadere informatie

BESLUIT. Dienst uitvoering en toezicht Energie. Inleiding en verloop procedure

BESLUIT. Dienst uitvoering en toezicht Energie. Inleiding en verloop procedure Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Nummer: 100792/ 47 Betreft: Besluit tot wijziging van het besluit van 18 juli 2001 kenmerk 100247/37, waarbij de tarieven zijn vastgesteld die Westland Energie

Nadere informatie

Veel gebouwen worden in Nederland verwarmd door installaties die op aardgas werken. Het verbranden van aardgas veroorzaakt het broeikasgas CO2.

Veel gebouwen worden in Nederland verwarmd door installaties die op aardgas werken. Het verbranden van aardgas veroorzaakt het broeikasgas CO2. Veel gebouwen worden in Nederland verwarmd door installaties die op aardgas werken. Het verbranden van aardgas veroorzaakt het broeikasgas CO2. Dit artikel beschrijft hoe een prijs op CO2 invloed heeft

Nadere informatie