Hulpmiddelen voor stoppen met roken Hulpmiddelengebruik bij laatste stoppoging

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Hulpmiddelen voor stoppen met roken 2001-2012. Hulpmiddelengebruik bij laatste stoppoging"

Transcriptie

1 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Hulpmiddelengebruik bij laatste stoppoging % geen hulpmiddelen gebruikt % effectieve hulpmiddelen gebruikt % (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen gebruikt Hulpmiddelen voor stoppen met roken Gera E. Nagelhout 1,2 Dianne de Korte-de Boer 2 Tarquínia M.C. Zeegers 1 Regina M. van der Meer 1 Dewi Segaar 1 Marc C. Willemsen 1,2 1 STIVORO 2 Universiteit Maastricht (CAPHRI) 2012

2 2012 THEMAPUBLICATIE Hulpmiddelen voor stoppen met roken Gera E. Nagelhout Dianne de Korte-de Boer Tarquínia M.C. Zeegers Regina M. van der Meer Dewi Segaar Marc C. Willemsen Dit rapport is onderdeel van een serie themapublicaties van STIVORO. Op basis van gegevens uit het Continu Onderzoek Rookgewoonten en de Roken Jeugdmonitor analyseert STIVORO trends in rookgedrag in Nederland. In ieder rapport wordt een ander aspect van roken in Nederland onder de loep genomen. Kijk voor meer informatie op: STIVORO voor een rookvrije toekomst Den Haag,

3 Inhoudsopgave Samenvatting 4 Inleiding 5 Methode 7 Resultaten 8 Stoppogingen met en zonder gebruik van hulpmiddelen 8 Gebruik van effectieve en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen 9 Soorten hulpmiddelen 10 Hulpmiddelengebruik naar leeftijdsgroep, geslacht en opleidingsniveau 11 Discussie 13 Referenties 15 Bijlage 1: Vragenlijst 17 Bijlage 2: Tabellen 19 3

4 Samenvatting Stoppen met roken is voor veel mensen moeilijk. Er zijn in Nederland verschillende hulpmiddelen beschikbaar, die de kans kunnen vergroten dat een stoppoging lukt. Ze kunnen onderverdeeld worden in bewezen effectieve en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen. Het is wenselijk dat rokers die een stoppoging doen, gebruik maken van effectieve hulpmiddelen, omdat de kans van slagen hierdoor groter wordt. Op basis van cijfers uit het Continu Onderzoek Rookgewoonten is het verloop van het hulpmiddelengebruik in Nederland van 2001 tot halverwege 2012 in kaart gebracht. Het percentage stoppers dat hulpmiddelen gebruikte bij een stoppoging is sinds 2001 stabiel gebleven rond 34% van de totale groep stoppers. Laag opgeleide stoppers zijn door de tijd heen wel steeds vaker een hulpmiddel gaan gebruiken. Bewezen effectieve hulpmiddelen werden over de hele periode meer gebruikt dan (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen. Het gebruik van bewezen effectieve hulpmiddelen is door de tijd heen toegenomen en het gebruik van (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen afgenomen. Van de verschillende soorten hulpmiddelen werden nicotinevervangers de gehele periode het meest gebruikt. Het gebruik van receptmedicijnen en gedragsmatige interventies is door de tijd heen wel toegenomen. Hulpmiddelen werden het minst gebruikt door jongeren (15 tot 35 jaar). Receptmedicijnen werden steeds meer gebruikt door stoppers van 35 jaar en ouder, waarbij vooral de stijging onder jarigen opvallend was. Vrouwen gebruikten vaker hulpmiddelen dan mannen, vooral vaker zelfhulpmaterialen en alternatieve hulpmiddelen. Lager opgeleiden gebruikten in totaal even vaak hulpmiddelen als hoger opgeleiden, ze gebruikten wel vaker receptmedicijnen en alternatieve hulpmiddelen en minder vaak gedragsmatige interventies en zelfhulpmaterialen. Na de invoering van de vergoeding van de combinatie van gedragsmatige interventies en receptmedicijnen of nicotinevervangers door zorgverzekeraars in 2011 is het totale gebruik van hulpmiddelen niet toegenomen. Wel waren er verschuivingen in de soorten hulpmiddelen die men gebruikte. In 2011 werden er meer receptmedicijnen gebruikt en minder zelfhulpmaterialen en werd de combinatie van gedragsmatige interventies met receptmedicijnen meer gebruikt. Dat betekent dat er meer gebruik is gemaakt van de effectiefste vorm van stopondersteuning. 4

5 Inleiding In 2011 rookte 25% van alle Nederlandse volwassenen (15 jaar en ouder); dit zijn 3,4 miljoen rokers (STIVORO, 2012). Acht van de tien rokers willen in de toekomst stoppen met roken, maar dat is voor velen moeilijk. Tabaksontwenning brengt lichamelijke en psychische ontwenningsverschijnselen met zich mee die terugval in de hand werken. De meeste rokers hebben dan ook meerdere stoppogingen nodig om volledig van het roken af te komen. In 2011 hadden ex-rokers gemiddeld meer dan twee stoppogingen gedaan (STIVORO, 2012). In Nederland zijn uiteenlopende hulpmiddelen voor stoppen met roken beschikbaar. Ze zijn bedoeld om ondersteuning te bieden bij het stoppen en de kans op succesvol stoppen met roken te vergroten. Van een aantal hulpmiddelen is in wetenschappelijke studies aangetoond dat de kans van slagen er significant groter door wordt. De bewijskracht voor deze effectiviteit wordt ingedeeld in verschillende categorieën, die zijn weergegeven in Tabel 1 (CBO, 2007). Tabel 1: Indeling bewijskracht voor effectiviteit van interventies A1 Systematische review die ten minste enkele onderzoeken van A2-niveau betreft, waarbij de resultaten van afzonderlijke onderzoeken consistent zijn A2 Gerandomiseerd vergelijkend onderzoek van goede kwaliteit (gerandomiseerde, dubbelblind gecontroleerd onderzoek van voldoende omvang en consistentie) B Gerandomiseerde klinisch onderzoek van matige kwaliteit of onvoldoende omvang of ander vergelijkend onderzoek (niet-gerandomiseerd, vergelijkend cohortonderzoek, patiëntcontroleonderzoek) C Niet-vergelijkend onderzoek D Mening van deskundigen Hulpmiddelen waarvan de effectiviteit is aangetoond op A1 en A2 niveau zijn bewezen effectief en worden in het vervolg effectieve hulpmiddelen genoemd. Hulpmiddelen waarvan de effectiviteit niet is onderzocht of niet (voldoende) is aangetoond (bewijskracht niveau B, C en D), zijn (nog) niet bewezen effectief. De term hulpmiddel zoals deze in dit rapport wordt gebruikt, moet breed worden opgevat. Er worden alle middelen en methoden mee bedoeld die gebruikt kunnen worden om het stoppen met roken te ondersteunen. De in Nederland beschikbare hulpmiddelen zijn weergegeven in bijlage 1. Ze zijn ingedeeld in zelfhulpmaterialen, gedragsmatige interventies, nicotinevervangers, receptmedicijnen en alternatieve hulpmiddelen. Zelfhulpmaterialen zijn folders, boeken of interactieve toepassingen op het internet die informatie geven over bijvoorbeeld de voor- en nadelen van roken en vaak een gestructureerde aanpak van stoppen met roken bieden (Lancaster & Stead, 2005b). Gedragsmatige interventies geven psychosociale ondersteuning bij het stoppen met roken. Ze variëren van kort stopadvies door een zorgverlener (Stead, Bergson et al., 2008) tot intensieve begeleiding, individueel (Lancaster & Stead, 2005a) of in een groep (Stead & Lancaster, 2005). Telefonische ondersteuning kan hieraan toegevoegd worden of gedeeltelijk de fysieke contactmomenten tussen arts en patiënt vervangen (Stead et al., 2006). Nicotinevervangers en receptmedicijnen kunnen het stoppen met roken gemakkelijker maken door het verminderen van ontwenningsverschijnselen en het tegengaan van de hunkering naar een sigaret (Cahill et al., 2008; Hughes et al., 2007; Stead, Perera et al., 2008). Nicotinevervangers (pleisters, kauwgom, microtabs, zuigtabletten) zijn in Nederland zonder recept verkrijgbaar. De receptmedicijnen bupropion, varenicline en nortriptyline moeten daarentegen worden voorgeschreven door een arts. Alternatieve hulpmiddelen zijn (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen zoals hypnose, acupunctuur, laserbehandeling en antirookpreparaten. Terwijl de kans van slagen bij een stoppoging op eigen wilskracht ongeveer 5% is (Hughes et al., 2004; Zhu et al., 2000), kan bij het benutten van een gedragsmatige interventie een succespercentage van 7-16% gehaald worden en zelfs 13-24% bij gebruik van receptmedicijnen in combinatie met een gedragsmatige interventie (Willemsen et al., 2003). 5

6 Buitenlandse studies naar determinanten van hulpmiddelengebruik laten zien dat weinig kennis over hulpmiddelen (Bansal et al., 2004; Gross et al., 2008; Ismailov & Leatherdale, 2010) en weinig vertrouwen dat hulpmiddelen de succeskans van een stoppoging vergroten (Gross et al., 2008; Hammond et al., 2004; Hughes et al., 2009; Ismailov & Leatherdale, 2010) ervoor zorgen dat veel rokers proberen te stoppen met roken zonder hulpmiddelen. Ook de kosten van hulpmiddelen kunnen een belangrijke belemmering vormen (Gross et al., 2008; Hughes et al., 2009; Ismailov & Leatherdale, 2010). In Nederland is geprobeerd om deze belemmerende factoren voor het gebruik van hulpmiddelen te verminderen door het vergoeden van stoppen-met-rokenondersteuning in 2011 en het voeren van een campagne over hulpmiddelen en hun succeskans. De combinatie van gedragsmatige interventies en receptmedicijnen of nicotinevervangers werd in 2011 vergoed door zorgverzekeraars. In dit rapport is onder andere onderzocht of er veranderingen zijn in het hulpmiddelengebruik na de invoering van de vergoeding (tussen 2010 en 2011). Over hulpmiddelengebruik bij stoppen met roken is in Nederland nog weinig gepubliceerd. Voor dit rapport is onderzocht of, en zo ja, hoe het gebruik van hulpmiddelen vanaf 2001 tot en met halverwege 2012 veranderde en welke trends hierin zichtbaar zijn. Het onderzoek geeft voor de Nederlandse situatie antwoord op de volgende vragen: 1. Hoe verloopt het hulpmiddelengebruik door de tijd heen? 2. Hoe verloopt het gebruik van effectieve en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen door de tijd heen? 3. Hoe verloopt het gebruik van zelfhulpmaterialen, gedragsmatige interventies, nicotinevervangers, receptmedicijnen en alternatieve hulpmiddelen door de tijd heen? 4. Zijn er veranderingen in het hulpmiddelengebruik tussen 2010 en 2011? 5. Zijn er verschillen tussen leeftijdsgroepen, mannen en vrouwen en tussen lager en hoger opgeleiden in hulpmiddelengebruik en trends in hulpmiddelengebruik? 6

7 Methode De gegevens die ten grondslag liggen aan dit rapport komen uit het Continu Onderzoek Rookgewoonten (COR) onder volwassenen van 15 jaar en ouder. Dit onderzoek wordt uitgevoerd om het tabaksgebruik onder de Nederlandse bevolking en de ontwikkeling daarvan in de tijd te meten. TNS NIPO verricht de metingen in opdracht van STIVORO. Van 2001 tot en met 2008 werd iedere week een representatieve steekproef van circa 200 huishoudens uit een panel van TNS NIPO per e- mail benaderd. Maximaal 400 gezinsleden vulden de vragenlijst op de eigen computer in en verstuurden deze via internet. Vanaf 2009 werden de steekproeven op persoonsniveau getrokken en werd de vragenlijst geheel ingevuld op het internet. In totaal werden van 2001 tot en met halverwege rokers en ex-rokers ondervraagd over hun hulpmiddelengebruik. De resultaten werden gewogen naar provincie, sekse, leeftijd, gezinsgrootte, sociale klasse, regio en opleiding van de respondent. Hulpmiddelengebruik is gemeten onder rokers die in het afgelopen jaar een stoppoging hebben gedaan van 24 uur en langer en ex-rokers die in het afgelopen jaar gestopt zijn met roken. Zij kregen een lijst met hulpmiddelen te zien met de vraag of ze aan konden kruisen welk(e) hulpmiddel(en) ze gebruikten bij hun laatste stoppoging. In 2001 was dit een éénkeuzevraag en vanaf 2002 een meerkeuzevraag. De antwoorden zijn onderverdeeld in wel of geen hulpmiddel gebruikt voor de jaren 2001 tot en met Ze zijn onderverdeeld in effectieve hulpmiddelen gebruikt en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen gebruikt voor de jaren vanaf 2002 (de jaren dat het een meerkeuzevraag was). Ten slotte zijn ze onderverdeeld in nicotinevervangers, receptmedicijnen, alternatieve hulpmiddelen, zelfhulpmaterialen en gedragsmatige interventies voor de jaren vanaf De exacte formulering van de vragen, de antwoordmogelijkheden en de onderverdelingen naar soorten hulpmiddelen zijn weergeven in bijlage 1. Verder is naar de achtergrondkenmerken leeftijd en geslacht van de respondent en opleidingsniveau van de hoofdkostwinner gevraagd. Wat betreft leeftijd is er een onderverdeling gemaakt van jaar, jaar, jaar, jaar en 55 jaar en ouder. Wat betreft opleidingsniveau is er een onderverdeling gemaakt van laag opgeleid (basisonderwijs, LBO, MAVO, VMBO), middelbaar opgeleid (MBO, HAVO, VWO) en hoog opgeleid (HBO of universiteit). Er zijn multivariate logistische regressieanalyses uitgevoerd met als afhankelijke variabelen: hulpmiddelengebruik totaal, gebruik van effectieve hulpmiddelen, (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen, nicotinevervangers, receptmedicijnen, gedragsmatige interventies, zelfhulpmaterialen en alternatieve hulpmiddelen. Onafhankelijke variabelen waren: leeftijdsgroep, geslacht, opleidingsniveau en trend (jaar van interviewen). Deze analyses zijn voor de gehele periode uitgevoerd en apart voor de periode Ten slotte zijn interacties van de trend met leeftijdsgroep, geslacht en opleidingsniveau getoetst. In het geval van een significante interactie is de analyse herhaald per leeftijdsgroep, geslacht of opleidingsniveau. De resultaten van deze analyses zijn beschreven in het resultatenhoofdstuk en zijn samengevat in tabellen in bijlage 2. 7

8 Resultaten Stoppogingen met en zonder gebruik van hulpmiddelen In Figuur 1 is weergegeven hoeveel (ex-)rokers bij hun laatste stoppoging van 24 uur en langer in het afgelopen jaar gebruik hebben gemaakt van een hulpmiddel en hoeveel van hen geen hulpmiddel gebruikten. Er is hier nog geen onderscheid gemaakt tussen effectieve en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen. 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% % geen hulpmiddelen gebruikt % w el hulpmiddelen gebruikt Figuur 1: Gebruik van hulpmiddelen bij een stoppoging van 24 uur en langer Het percentage (ex-)rokers dat geen hulpmiddelen gebruikte bij de laatste stoppoging schommelde rond een gemiddelde van 66% en het percentage dat wel hulpmiddelen gebruikte rond de 34%. De analyses lieten dan ook zien dat er geen significante trend was (geen daling of stijging) in het gebruik van hulpmiddelen (zie Tabel 1 in bijlage 2). 8

9 Gebruik van effectieve en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen In Figuur 2 is weergegeven hoeveel (ex-)rokers bij hun laatste stoppoging van 24 uur en langer in het afgelopen jaar gebruik hebben gemaakt van een effectief hulpmiddel en hoeveel van hen een (nog) niet bewezen effectief hulpmiddel gebruikten. 50% 40% 30% 20% 10% 0% % effectieve hulpmiddelen gebruikt % (nog) niet bew ezen effectieve hulpmiddelen gebruikt Figuur 2: Gebruik van effectieve en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen Effectieve hulpmiddelen werden consequent meer gebruikt dan (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen. Bovendien was er een significante stijging in het gebruik van effectieve hulpmiddelen en een significante daling in het gebruik van (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen (Tabel 1). In 2011 gebruikte 27% van de (ex-)rokers effectieve hulpmiddelen en 12% (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen. De som hiervan is hoger dan het totale percentage (ex-)rokers dat hulpmiddelen heeft gebruikt (33% in 2011). Dit komt doordat er een overlap is van stoppers die zowel effectieve als (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen gebruiken bij één stoppoging. De meest voorkomende combinatie van effectieve en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen was het gebruik van nicotinekauwgom of -pleisters samen met het lezen van een boek van Allen Carr. 9

10 Soorten hulpmiddelen In Figuur 3 is weergegeven welk percentage (ex-)rokers bij de laatste stoppoging van 24 uur en langer in het afgelopen jaar gebruik heeft gemaakt van de afzonderlijke soorten hulpmiddelen. 30% 20% 10% 0% % nicotinevervangers gebruikt % alternatieve hulpmiddelen gebruikt % zelfhulpmaterialen gebruikt % receptmedicijnen gebruikt % gedragsmatige interventies gebruikt Figuur 3: Gebruik hulpmiddelen naar soort hulpmiddel Nicotinevervangers werden in alle jaren verreweg het meest gebruikt, namelijk door gemiddeld over de jaren 19% van de (ex-)rokers die een stoppoging deden in het afgelopen jaar. Het percentage (ex-)rokers dat alternatieve hulpmiddelen, zelfhulpmaterialen, receptmedicijnen en gedragsmatige interventies gebruikte, was gemiddeld over de jaren per soort hulpmiddel tussen de 3% en 9%. De analyses lieten zien dat er geen significante trend was (geen daling of stijging) in het gebruik van nicotinevervangers. In zowel 2002 als 2011 gebruikte 17% nicotinevervangers. Door de jaren heen was er een significante stijging in het gebruik van receptmedicijnen (van 5% naar 10%) en gedragsmatige interventies (van 1% naar 6%) (Tabel 4). Er was echter een daling in het gebruik van zelfhulpmaterialen (van 11% naar 7%) en alternatieve hulpmiddelen (van 8% naar 6%). Bij een analyse van de periode werd gevonden dat er tussen deze jaren een significante stijging was in het gebruik van receptmedicijnen, maar deze stijging was niet significant verschillend van de stijging die al vanaf 2002 zichtbaar is. In de periode was er een significante daling in het gebruik van zelfhulpmaterialen die wel significant groter was dan de daling die al vanaf 2002 ingezet is. Sommige soorten hulpmiddelen werden vaker in combinatie met elkaar gebruikt dan andere soorten hulpmiddelen. Door de jaren heen was de meest voorkomende combinatie het gebruik van nicotinevervangers samen met zelfhulpmaterialen, gevolgd door de combinatie van nicotinevervangers samen met alternatieve hulpmiddelen. In 2011 werd echter de combinatie van gedragsmatige interventies met receptmedicijnen het meest gebruikt. Het ging hierbij vooral om ondersteuning door de huisarts(praktijk) in combinatie met gebruik van het receptmedicijn Champix (varenicline). 10

11 Hulpmiddelengebruik naar leeftijdsgroep, geslacht en opleidingsniveau In Figuur 4 is weergegeven wat in 2011 de verschillen waren in het percentage (ex-)rokers dat hulpmiddelen gebruikte naar leeftijdsgroep, geslacht en opleidingsniveau. 50% 40% 30% 24% 39% 46% 39% 32% 34% 36% 31% 34% 20% 15% 10% 0% jaar jaar jaar jaar 55 jaar en ouder Mannen Vrouwen Laag opgeleid Middelbaar opgeleid Hoog opgeleid Figuur 4: Gebruik hulpmiddelen (totaal) naar leeftijdsgroep, geslacht en opleidingsniveau in 2011 Hulpmiddelen werden het minst gebruikt door (ex-)rokers van 15 tot 35 jaar (Tabel 1). Vooral het gebruik van receptmedicijnen, gedragsmatige interventies en alternatieve hulpmiddelen kwam veel minder voor onder de leeftijdsgroep 15 tot 25 jaar (Tabel 4). Er was een stijging in het gebruik van nicotinevervangers onder jarigen en een daling onder (ex-)rokers van 55 jaar en ouder (Tabel 5). Er was een stijging in het gebruik van receptmedicijnen onder (ex-)rokers van 35 jaar en ouder (Tabel 5). Vooral de stijging in het gebruik van receptmedicijnen onder jarigen was opvallend (Figuur 5). Het gebruik van zelfhulpmaterialen nam significant af onder jarigen (Tabel 5). Door deze verschuivingen in het gebruik van verschillende soorten hulpmiddelen nam het gebruik van effectieve hulpmiddelen toe onder de leeftijdsgroepen 15 tot 25 jaar en 35 tot 55 jaar (Tabel 3). 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% jaar jaar 55 jaar en ouder Figuur 5: Gebruik van receptmedicijnen onder (ex-)rokers van 35 jaar en ouder 11

12 Vrouwen gebruikten vaker hulpmiddelen dan mannen (Tabel 1). Dit verschil was het grootst voor het gebruik van zelfhulpmaterialen en alternatieve hulpmiddelen en was niet significant voor het gebruik van nicotinevervangers (Tabel 4). Het gebruik van alternatieve hulpmiddelen nam wel significant af onder vrouwen (Tabel 6). Lager opgeleiden gebruikten vaker effectieve hulpmiddelen en minder vaak (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen dan hoger opgeleiden (Tabel 1). Dit verschil kwam vooral voort uit het feit dat lager opgeleiden vaker receptmedicijnen gebruiken (die effectief zijn) en hoger opgeleiden vaker zelfhulpmaterialen (die niet altijd effectief zijn) (Tabel 4). In totaal door de jaren heen gebruikten lager en hoger opgeleiden even vaak hulpmiddelen (Tabel 1). Echter, bij laag opgeleiden werd een significant stijgende trend in het gebruik van hulpmiddelen gevonden, terwijl dit niet het geval was bij middelbaar en hoog opgeleiden (Tabel 2 en Figuur 6). 50% 40% 30% 20% 10% 0% Laag opgeleid Figuur 6: Gebruik van hulpmiddelen onder laag opgeleiden 12

13 Discussie Op basis van gegevens uit het Continu Onderzoek Rookgewoonten is het verloop van hulpmiddelengebruik bij stoppen met roken in Nederland in kaart gebracht vanaf 2001 tot en met halverwege Hulpmiddelengebruik in Nederland Populatiestudies hebben uitgewezen dat door het gebruik van (bewezen effectieve) hulpmiddelen de succeskans van een stoppoging mogelijk meer dan verdubbelt (Zhu et al., 2000). Toch probeert 66% van de Nederlandse stoppers nog steeds op eigen kracht, dus zonder hulpmiddel, van het roken af te komen. Dit percentage is tussen 2001 en 2012 niet veranderd. In de loop der jaren zijn er steeds meer effectieve hulpmiddelen op de markt gekomen. Stoppers gebruiken dan ook steeds vaker effectieve hulpmiddelen. Het gebruik hiervan was in ,2 keer zo veel als het gebruik van (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen en steeg naar 2,2 keer zo veel in Nicotinevervangers werden in alle jaren verreweg het meest gebruikt. Het gebruik van receptmedicijnen en gedragsmatige interventies is door de tijd heen wel toegenomen. Tussen 2010 en 2011 is het gebruik van receptmedicijnen toegenomen en het gebruik van zelfhulpmaterialen afgenomen. Sommige rokers gebruikten meerdere hulpmiddelen naast elkaar. Het gebruik van nicotinevervangers of receptmedicijnen in combinatie met een gedragsmatige interventie wordt aanbevolen voor personen die meer dan 10 sigaretten per dag roken (CBO, 2009). Tot 2011 kwam deze combinatie echter heel weinig voor. Veel vaker werden nicotinevervangers in combinatie met zelfhulpmaterialen of alternatieve hulpmiddelen gebruikt. Na de invoering van de vergoeding van de combinatie van nicotinevervangers of receptmedicijnen met gedragsmatige interventies in 2011 veranderde dit. In 2011 werd de combinatie van receptmedicijnen met gedragsmatige interventies het meest gebruikt. Subgroepen van de populatie Vrouwen en stoppers van 35 jaar en ouder gebruikten vaker hulpmiddelen dan mannen en stoppers van 15 tot 35 jaar. Laag opgeleide stoppers gebruikten door de tijd heen steeds vaker hulpmiddelen, terwijl dit niet het geval was bij middelbaar en hoog opgeleide stoppers. Het feit dat vrouwen vaker hulpmiddelen gebruiken dan mannen, blijkt ook uit verschillende buitenlandse studies (Hughes et al., 2009; Kotz et al., 2009; Reid et al., 2009; Zhu et al., 2000). Ook dat oudere rokers vaker hulpmiddelen gebruiken dan jongere rokers is eerder gerapporteerd (Kotz et al., 2009). De stijgende trend in het hulpmiddelengebruik van lager opgeleiden is echter nog niet eerder gevonden. Dit is een belangrijke bevinding aangezien opleiding een indicator is van sociale klasse (RIVM, 2008b) en lagere sociale klassen in Nederland een gezondheidsachterstand hebben (RIVM, 2008a). Roken is één van de oorzaken van sociaaleconomische gezondheidsverschillen in Nederland. Rokers uit lage sociale klassen doen gemiddeld op latere leeftijd een stoppoging en zijn hierin minder succesvol dan personen uit hogere sociale klassen (Willemsen et al., 2002). Als de huidige trend van steeds meer hulpmiddelengebruik door laag opgeleide rokers zich voortzet, zou dit ertoe kunnen bijdragen dat de gezondheidsverschillen tussen sociale klassen in de toekomst kleiner worden. Het afgelopen decennium zijn de sociaaleconomische verschillen in roken in Nederland alleen maar toegenomen (Nagelhout et al., 2012). Er zijn ook verschillen gevonden in de soorten hulpmiddelen die gebruikt werden door verschillende subgroepen van de populatie. Ouderen gebruikten alle soorten hulpmiddelen vaker dan jongeren. Vrouwen gebruikten vaker hulpmiddelen dan mannen, vooral vaker zelfhulpmaterialen en alternatieve hulpmiddelen. Lager opgeleiden gebruikten vaker receptmedicijnen en alternatieve hulpmiddelen, terwijl hoger opgeleiden vaker gedragsmatige interventies en zelfhulpmaterialen gebruikten. Onderverdeeld in effectieve en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen, gebruikten vrouwen en hoger opgeleiden vaker (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen dan mannen en lager opgeleiden. Aangezien hoger opgeleiden vaker succesvol stoppen met roken (Nagelhout et al., 2011), suggereert dit dat er verschillen in de effectiviteit van hulpmiddelen zouden kunnen zijn tussen subgroepen van de populatie. 13

14 Vergoeding van stopondersteuning In 2011 werd de combinatie van gedragsmatige interventies en receptmedicijnen of nicotinevervangers vergoed door zorgverzekeraars. Een studie van Kaper et al. (2006) laat zien dat het volledig vergoeden van effectieve hulpmiddelen leidt tot meer gebruik van deze hulpmiddelen bij een stoppoging én dat de effectiviteit ervan hoger is dan wanneer rokers de kosten zelf moeten dragen. Ook een recente reviewstudie heeft gevonden dat vergoeding van stopondersteuning leidt tot meer gebruik van hulpmiddelen, meer stoppogingen en een hoger succespercentage (Reda et al., 2012). Echter, in Nederland is het totale gebruik van hulpmiddelen niet toegenomen in Wel waren er verschuivingen in de soorten hulpmiddelen die men gebruikte. Sinds 2011 werden er meer receptmedicijnen gebruikt en minder zelfhulpmaterialen en werd de combinatie van gedragsmatige interventies met receptmedicijnen meer gebruikt. Of dit een direct gevolg is van de vergoeding van deze combinatie kunnen we met dit onderzoek echter niet aantonen. In 2012 is de vergoeding van stopondersteuning uit het basispakket gehaald. Vanaf 2013 zal stopondersteuning weer vergoed worden. Een belangrijke voorwaarde voor succes van de maatregel is dat rokers uitdrukkelijk op de hoogte worden gesteld van de mogelijkheid om een financiële vergoeding te ontvangen (Kaper et al., 2006). In 2010/2011 werd hiertoe een massamediale campagne gevoerd door STIVORO in opdracht van KWF Kankerbestrijding. Momenteel is de verwachting dat er geen campagne komt om de vergoeding van stopondersteuning vanaf 2013 aan te kondigen. Internationale vergelijking In een recente studie zijn alle Europese lidstaten vergeleken op rook- en stopgedrag (Europese Commissie, 2012). Uit deze studie blijkt dat in Nederland ongeveer evenveel hulpmiddelen worden gebruikt als gemiddeld in Europa. Een andere studie waarin 15 landen wereldwijd werden vergeleken waaronder Nederland, vond dat Nederlandse rokers relatief vaak het internet gebruiken voor informatie over stoppen met roken (Borland et al., 2012). Nieuwe platforms Zelfhulpinterventies via het internet en mobiele telefoons bestaan nog niet lang. Deze methoden zijn veelbelovend, omdat ze de mogelijkheid bieden om veel rokers tegelijkertijd te bereiken (Bock et al., 2008). De voordelen voor rokers zijn onder andere de goede toegankelijkheid en de mogelijkheid om anoniem te blijven (Frisby et al., 2002). Een recente meta-analyse concludeerde dat er voldoende klinisch bewijs is dat internet- en computerinterventies voor stoppen met roken werkzaam zijn bij volwassen rokers (Myung et al., 2009). Verwacht wordt dat het gebruik van zelfhulpinterventies via het internet en mobiele telefoons in de nabije toekomst zal stijgen. De keerzijde hiervan is dat er op het internet veel misleidende informatie en (nog) niet bewezen effectieve methoden voor stoppen met roken circuleren (Bock et al., 2008). Het is daarom belangrijk dat er effectieve interventies voor het internet en mobiele telefoons worden ontwikkeld en onder de aandacht worden gebracht van rokers die willen stoppen met roken. 14

15 Referenties Bansal, M. A., Cummings, K. M., Hyland, A., & Giovino, G. A. (2004). Stop-smoking medications: who uses them, who misuses them, and who is misinformed about them? Nicotine & Tobacco Research, 6(Suppl 3), S Bock, B. C., Graham, A. L., Whiteley, J. A., & Stoddard, J. L. (2008). A Review of Web-Assisted Tobacco Interventions (WATIs). Journal of Medical Internet Research, 10, e39. Borland, R., Li, L., Driezen, P., Wilson, N., Hammond, D., Thompson, M. E., Fong, G. T., Mons, U., Willemsen, M. C., McNeill, A., Thrasher, J. F., & Cummings, K. M. (2012). Cessation assistance reported by smokers in 15 countries participating in the International Tobacco Control (ITC) policy evaluation surveys. Addiction, 107, Cahill, K., Stead, L. F., & Lancaster, T. (2008). Nicotine receptor partial agonists for smoking cessation. Cochrane Database of Systematic Reviews, Cd CBO (2007). Evidence-based Richtlijnontwikkeling. Handleiding voor werkgroepleden. Utrecht: Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg. CBO (2009). Richtlijn 'Behandeling van tabaksverslaving'. Utrecht: Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg. Cokkinides, V. E., Ward, E., Jemal, A., & Thun, M. J. (2005). Under-use of smoking-cessation treatments: results from the National Health Interview Survey, American Journal of Preventive Medicine, 28, Europese Commissie (2012). Attitudes of Europeans towards tobacco. Special Eurobarometer 385. Brussel: Europese Commissie. Frisby, G., Bessell, T. L., Borland, R., & Anderson, J. N. (2002). Smoking cessation and the Internet: a qualitative method examining online consumer behavior. Journal of Medical Internet Research, 4, E8. Gross, B., Brose, L., Schumann, A., Ulbricht, S., Meyer, C., Volzke, H., Rumpf, H. J., & John, U. (2008). Reasons for not using smoking cessation aids. BMC Public Health, 8, 129. Hammond, D., McDonald, P. W., Fong, G. T., & Borland, R. (2004). Do smokers know how to quit? Knowledge and perceived effectiveness of cessation assistance as predictors of cessation behaviour. Addiction, 99, Hughes, J. R., Keely, J., & Naud, S. (2004). Shape of the relapse curve and long-term abstinence among untreated smokers. Addiction, 99, Hughes, J. R., Stead, L. F., & Lancaster, T. (2007). Antidepressants for smoking cessation. Cochrane Database of Systematic Reviews, Cd Hughes, J. R., Marcy, T. W., & Naud, S. (2009). Interest in treatments to stop smoking. Journal of Substance Abuse Treatment, 36, Ismailov, R. M., & Leatherdale, S. T. (2010). Smoking cessation aids and strategies among former smokers in Canada. Addictive Behaviors, 35, Joossens, L., & Raw, M. (2007). Progress in Tobacco Control in 30 European Countries, 2005 to Leuven and Sao Paulo. Kaper, J., Wagena, E. J., Willemsen, M. C., & van Schayck, C. P. (2006). A randomized controlled trial to assess the effects of reimbursing the costs of smoking cessation therapy on sustained abstinence. Addiction, 101, Kotz, D., Fidler, J., & West, R. (2009). Factors associated with the use of aids to cessation in English smokers. Addiction, 104, Lancaster, T., & Stead, L. F. (2005a). Individual behavioural counselling for smoking cessation. Cochrane Database of Systematic Reviews, Cd Lancaster, T., & Stead, L. F. (2005b). Self-help interventions for smoking cessation. Cochrane Database of Systematic Reviews, Cd Myung, S.-K., McDonnell, D. D., Kazinets, G., Seo, H. G., & Moskowitz, J. M. (2009). Effects of weband computer-based smoking cessation programs: Meta-analysis of randomized controlled trials. Archives of Internal Medicine, 169, Nagelhout G. E., De Korte J. D., Van der Meer R. M., Zeegers T., Van Gelder, B. M., & Willemsen M. C. (2011). Themapublicatie: Sociaaleconomische verschillen in roken in Nederland Den Haag: STIVORO. Nagelhout, G. E., De Korte-de Boer, D., Kunst, A. E., Van der Meer, R. M., De Vries, H., Van Gelder, B. M., & Willemsen, M. C. (2012). Trends in socioeconomic inequalities in smoking prevalence, consumption, initiation, and cessation between 2001 and 2008 in the Netherlands. Findings from a national population survey. BMC Public Health, 12,

16 Raw, M., Regan, S., Rigotti, N. A., & McNeill, A. (2009). A survey of tobacco dependence treatment services in 36 countries. Addiction, 104, Reda, A. A., Kotz, D., Evers, S. M. A. A., & Van Schayck, C. P. (2012). Healthcare financing systems for increasing the use of tobacco dependence treatment. Cochrane Database of Systematic Reviews, CD Reid, R. D., Pipe, A. L., Riley, D. L., & Sorensen, M. (2009). Sex differences in attitudes and experiences concerning smoking and cessation: Results from an international study. Patient Education and Counseling, 76, RIVM. (2008a, 4 augustus). Monitor Gezondheidsachterstanden. Opgehaald 27 november, 2008, van: RIVM. (2008b, 25 september). Roken. Zijn er verschillen naar sociaaleconomische status en etniciteit? Nationaal Kompas Volksgezondheid. RIVM. Opgehaald 27 november, 2008, van: Stead, L. F., Bergson, G., & Lancaster, T. (2008). Physician advice for smoking cessation. Cochrane Database of Systematic Reviews, Cd Stead, L. F., & Lancaster, T. (2005). Group behaviour therapy programmes for smoking cessation. Cochrane Database of Systematic Reviews, Cd Stead, L. F., Perera, R., Bullen, C., Mant, D., & Lancaster, T. (2008). Nicotine replacement therapy for smoking cessation. Cochrane Database of Systematic Reviews, Cd Stead, L. F., Perera, R., & Lancaster, T. (2006). Telephone counselling for smoking cessation. Cochrane Database of Systematic Reviews, Cd STIVORO (2012). Kerncijfers roken in Nederland Een overzicht van recente Nederlandse basisgegevens over rookgedrag. Den Haag: STIVORO - voor een rookvrije toekomst. Willemsen, M. C., Hoogenveen, R. T., & Van Der Lucht, F. (2002). New smokers and quitters. Transitions in smoking status in a national population. European Journal of Public Health, 12, Willemsen, M. C., Wagena, E. J., & van Schayck, C. P. (2003). De effectiviteit van stoppen-metrokenmethoden die in Nederland beschikbaar zijn: een systematische review op basis van Cochrane-gegevens. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 147, Zhu, S., Melcer, T., Sun, J., Rosbrook, B., & Pierce, J. P. (2000). Smoking cessation with and without assistance: a population-based analysis. American Journal of Preventive Medicine, 18,

17 BIJLAGE 1 Vragenlijst INDIEN: ex-roker sinds 12 maanden U ziet hier een aantal hulpmiddelen en methoden die kunnen helpen bij het stoppen met roken. Heeft u, toen u de laatste keer stopte met roken, gebruik gemaakt van een van deze hulpmiddelen of - methoden? (meer antwoorden mogelijk) INDIEN: roker die 12 mnd geleden een stoppoging van 24 uur of langer heeft volgehouden Hieronder ziet u een aantal hulpmiddelen en methoden die kunnen helpen bij het stoppen met roken. Heeft u, bij uw recente stoppoging, gebruik gemaakt van één of meer van deze hulpmiddelen of - methoden? (meer antwoorden mogelijk) Antwoordmogelijkheden Soort hulpmiddel Bewezen effectief In vragenlijst Geen hulpmiddelen - - sinds 2001 Nicotinemicrotab (nicotinetabletje voor onder de tong) Nicotinevervanger Ja sinds 2001 Nicotinekauwgom Nicotinevervanger Ja sinds 2001 Nicotinepleister Nicotinevervanger Ja sinds 2001 Nicotinezuigtablet Nicotinevervanger Ja sinds 2001 Nicotineneusspray Nicotinevervanger Ja sinds 2001 Nicotine inhaler Nicotinevervanger Ja Nicoblok (vloeistof voor op sigarettenfilter) Nicotinevervanger Nee sinds 2009 Zyban / bupropion (receptmedicijn) Receptmedicijn Ja sinds 2001 Nortriptyline / nortrilen (receptmedicijn) Receptmedicijn Ja sinds 2002 Champix / varenicline (receptmedicijn) Receptmedicijn Ja sinds 2007 Advies op Maat (STIVORO) Gedragsmatig Ja sinds 2001 Telefonische hulp- en informatielijn / Telefonische Coaching (STIVORO) Stopadvies en begeleiding door verloskundige/gynaecoloog Gedragsmatig Ja sinds 2001 Gedragsmatig Ja sinds 2001 Niet-rokencursus/groepstherapie Gedragsmatig Nee sinds 2001 Groepscursus Allen Carr Gedragsmatig Nee sinds 2001 Cursus De Opluchting (Geurtz) Gedragsmatig Nee sinds 2005 Groepscursus De Helderheid Gedragsmatig Nee sinds 2005 Groepscursus Novazorg Gedragsmatig Nee sinds 2005 Novazorg stopvakantie Gedragsmatig Nee sinds 2005 Stopadvies en begeleiding door huisarts/praktijkondersteuner/huisartsassistent(e) Gedragsmatig Ja sinds 2005 Begeleiding door gedragstherapeut/psycholoog Gedragsmatig Ja sinds

18 Stopadvies en / of begeleiding door cardioloog of cardioverpleegkundige Stopadvies en / of begeleiding door longarts of longverpleegkundige Groepstraining Pakje kans - samen stoppen met roken Stopadvies en / of begeleiding door een verpleegkundige Gedragsmatig Ja sinds 2006 Gedragsmatig Ja sinds 2006 Gedragsmatig Ja sinds 2006 Gedragsmatig Ja sinds 2008 Rookstoppoli Gedragsmatig Ja sinds 2008 Boek Allen Carr Zelfhulp Nee sinds 2001 Internet Zelfhulp Nee sinds 2001 Zelfhulpgids Zelfhulp Ja STARTpakket voor stoppers Zelfhulp Nee sinds 2004 MOOS-methode (boek) Zelfhulp Nee sinds 2005 Stoppen-met-roken brochure 'Stoppen met roken. Willen en kunnen'/ Het waarom en hoe?' (STIVORO) Stoppen-met-roken brochure 'Inhaleer het leven' (STIVORO) Zelfhulp Ja sinds 2005 Zelfhulp Nee sinds 2006 StopMail / After Care (STIVORO) Zelfhulp Ja sinds 2006 De Stopsite / Zelfhulp Nee sinds 2008 Stop-sms Zelfhulp Nee sinds 2008 Boek Nederland Stopt! Met roken Zelfhulp Nee sinds 2008 Stopbuddy Zelfhulp Nee sinds 2010 Acupunctuur Alternatief Nee sinds 2001 Softlasertherapie Alternatief Nee sinds 2001 Anti-rookpreparaten Alternatief Nee sinds 2001 Smoke Away Alternatief Nee Auriculomethode Make it Easy Alternatief Nee sinds 2005 Elektronische sigaret Alternatief Nee sinds 2008 Hypnose Alternatief Nee sinds 2001 Ik ben minder gaan roken Andere hulpmiddelen of methoden, nl sinds 2001 Weet niet - - sinds

19 Bijlage 2 Tabellen Tabel 1: Multivariate logistische regressieanalyses van gebruik van hulpmiddelen totaal (n = ) van 2001 tot en met halverwege 2012 en gebruik van effectieve en (nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen (n = ) van 2002 tot en met halverwege 2012 bij de laatste stoppoging van 24 uur of langer. Hulpmiddelen totaal Effectieve hulpmiddelen (Nog) niet bewezen effectieve hulpmiddelen Odds Ratio Odds Ratio Odds Ratio Achtergrondkenmerken Leeftijdsgroep jaar 0,25*** 0,22*** 0,31*** jaar 0,55*** 0,47*** 0,76*** jaar 0,91 0,83** 0, jaar 1,10 1,05 1,12 55 jaar en ouder (referentie) 1,00 1,00 1,00 Geslacht Man 0,76*** 0,90** 0,63*** Vrouw (referentie) 1,00 1,00 1,00 Opleidingsniveau Laag 1,04 1,12* 0,85** Middelbaar 1,05 1,07 0,96 Hoog (referentie) 1,00 1,00 1,00 Trend 1 1,01 1,03*** 0,95*** * p < 0.05 ** p < 0.01 *** p < Omdat bij het gebruik van hulpmiddelen (totaal) de interactie tussen trend en opleidingsniveau significant was, is in onderstaande tabel gestratificeerd naar opleidingsniveau. Tabel 2: Multivariate logistische regressieanalyses van gebruik van hulpmiddelen (totaal) bij de laatste stoppoging van 24 uur of langer opgesplitst naar opleidingsniveau, van 2001 tot en met halverwege 2012 (n = ). Laag opgeleid Middelbaar opgeleid Odds Ratio Hoog opgeleid Odds Ratio Achtergrondkenmerken Leeftijdsgroep jaar 0,22*** 0,25*** 0,27*** jaar 0,54*** 0,60*** 0,53*** jaar 0,83* 0,94 0, jaar 1,10 1,02 1,23* 55 jaar en ouder (referentie) 1,00 1,00 1,00 Geslacht Man 0,75*** 0,79*** 0,75*** Vrouw (referentie) 1,00 1,00 1,00 Trend 1,03* 0,99 1,00 * p < 0.05 ** p < 0.01 *** p < Odds Ratio 1 Een analyse van alleen de jaren 2010 en 2011 leverde geen significante trend op in het gebruik van hulpmiddelen (totaal, effectief en niet-effectief). 19

20 Omdat bij het gebruik van effectieve hulpmiddelen de interactie tussen trend en leeftijdsgroep significant was, is in onderstaande tabel gestratificeerd naar leeftijdsgroep. Tabel 3: Multivariate logistische regressieanalyses van gebruik van effectieve hulpmiddelen bij de laatste stoppoging van 24 uur of langer opgesplitst naar leeftijdsgroepen, van 2002 tot en met halverwege 2012 (n = ) jaar jaar jaar jaar Odds Ratio Odds Ratio Odds Ratio Odds Ratio Achtergrondkenmerken Geslacht Man 0,96 1,05 0,80** 0,80** 0,96 Vrouw (referentie) 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 Opleidingsniveau Laag 0,88 1,16 0,99 1,27* 1,18 Middelbaar 0,95 1,24* 1,00 1,03 1,05 Hoog (referentie) 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 Trend 1,04* 1,02 1,05*** 1,06*** 1,00 * p < 0.05 ** p < 0.01 *** p < jaar en ouder Odds Ratio Tabel 4: Multivariate logistische regressieanalyses van gebruik van verschillend soorten hulpmiddelen bij de laatste stoppoging van 24 uur of langer, van 2002 tot en met halverwege 2012 (n = ). Gedragsmatige interventies Nicotinevervangers Receptmedicijnen Zelfhulpmaterialen Alternatieve hulpmiddelen Odds Ratio Odds Ratio Odds Ratio Odds Ratio Odds Ratio Achtergrondkenmerken Leeftijdsgroep jaar 0,31*** 0,07*** 0,09*** 0,44*** 0,12*** jaar 0,58*** 0,37*** 0,37*** 0,93 0,45*** jaar 0,93 0,86 0,47*** 1,24* 0,75** jaar 1,05 1,21* 0,77* 1,21* 0,97 55 jaar en ouder 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 (referentie) Geslacht Man 0,94 0,86* 0,71*** 0,64*** 0,69*** Vrouw (referentie) 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 Opleidingsniveau Laag 1,10 1,26* 0,77* 0,59*** 1,18* Middelbaar 1,06 1,06 1,04 0,76**** 1,21* Hoog (referentie) 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 Trend 2 0,99 1,10*** 1,15*** 0,95*** 0,96*** * p < 0.05 ** p < 0.01 *** p < Een analyse van alleen de jaren 2010 en 2011 leverde een significante positieve trend op in het gebruik van receptmedicijnen en een significant negatieve trend in het gebruik van zelfhulpmaterialen. 20

THEMAPUBLICATIE Hulpmiddelen voor stoppen met roken 1992-2008

THEMAPUBLICATIE Hulpmiddelen voor stoppen met roken 1992-2008 100 Hulpmiddelengebruik bij laatste stoppoging 0 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1992 1993 1994 1995

Nadere informatie

Evidence-based stoppen met roken: kennis & knelpunten

Evidence-based stoppen met roken: kennis & knelpunten Evidence-based stoppen met roken: kennis & knelpunten Daniel Kotz Department of General Practice School for Public Health and Primary Care (CAPHRI) Maastricht University Medical Centre The Netherlands

Nadere informatie

Roken onder volwassenen De harde feiten 2012

Roken onder volwassenen De harde feiten 2012 Roken onder volwassenen De harde feiten 2012 10 9 8 Rokers 7 6 5 Niet-rokers Verdeling Nederlandse bevolking (15 jaar en ouder) naar % rokers en % niet-rokers 1975-2012 Percentage rokers naar categorie

Nadere informatie

Meting stoppers-met-roken juli 2008

Meting stoppers-met-roken juli 2008 Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Meting stoppers-met-roken juli 2008

Nadere informatie

Roken onder volwassenen De harde feiten 2010

Roken onder volwassenen De harde feiten 2010 Roken onder volwassenen De harde feiten 2010 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 1958 1960 1962 1964 1966 1968 1970 1972 1974 1976 1978 1980 Percentage niet rokers onder de Nederlandse bevolking

Nadere informatie

THEMAPUBLICATIE Stoppen-met-rokenadvisering door huisartsen in Nederland

THEMAPUBLICATIE Stoppen-met-rokenadvisering door huisartsen in Nederland Stopadvies van de huisarts 100 0 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 Stopadvies bij huisartsbezoek Stopadvies tijdens gesprek

Nadere informatie

FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2013

FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2013 FACTSHEET MAART 2014 FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2013 KERNPUNTEN Een kwart (25%) van de Nederlandse bevolking vanaf 15 jaar rookt in 2013: 19% rookt dagelijks en 6% niet dagelijks. Het percentage

Nadere informatie

Meting stoppers-met-roken juni 2008

Meting stoppers-met-roken juni 2008 Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Meting stoppers-met-roken juni 2008

Nadere informatie

Eelco Over Talitha Feenstra Boukje van Gelder

Eelco Over Talitha Feenstra Boukje van Gelder Doelmatigheid van tabaksontmoedigingsbeleid gespecificeerd naar sociaal economische status: evaluatie van vergoedingen en accijnzen 1 Eelco Over Talitha Feenstra Boukje van Gelder Tabaksmaatregelen 2011

Nadere informatie

Voorstanders van rookvrije horeca in Nederland 2003-2012

Voorstanders van rookvrije horeca in Nederland 2003-2012 100% 90% 80% 70% 60% 50% Percentage dat voorstander is van rookverboden in restaurants en cafés Restaurants Cafés 40% 30% 20% 10% 0% 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4

Nadere informatie

Gedragsmatige ondersteuning bij stoppen met roken in de zorg. Dewi Segaar (STIVORO) & Hetty de Laat (Groei in communicatie)

Gedragsmatige ondersteuning bij stoppen met roken in de zorg. Dewi Segaar (STIVORO) & Hetty de Laat (Groei in communicatie) Gedragsmatige ondersteuning bij stoppen met roken in de zorg Dewi Segaar (STIVORO) & Hetty de Laat (Groei in communicatie) Behandeling van tabaksverslaving Farmacologische ondersteuning: 10 sigaretten

Nadere informatie

Het Trainen van Gezondheidsprofessionals in Stoppen-met-rokenbegeleiding: een Systematische Review

Het Trainen van Gezondheidsprofessionals in Stoppen-met-rokenbegeleiding: een Systematische Review Het Trainen van Gezondheidsprofessionals in Stoppen-met-rokenbegeleiding: een Systematische Review K.V. Carson¹, M.E.A. Verbiest², M.R. Crone², M.P. Brinn¹, A.J. Esterman³, W.J.J. Assendelft², B.J.Smith

Nadere informatie

KERNCIJFERS ROKEN IN NEDERLAND

KERNCIJFERS ROKEN IN NEDERLAND 26% rookt 28% doet stoppoging 80% van plan om te stoppen 19 duizend sterfgevallen door roken KERNCIJFERS ROKEN IN NEDERLAND Een overzicht van recente Nederlandse basisgegevens over rookgedrag 2012 Roken

Nadere informatie

Proefimplementatie vergoeding van ondersteuning bij het stoppen met roken

Proefimplementatie vergoeding van ondersteuning bij het stoppen met roken Proefimplementatie vergoeding van ondersteuning bij het stoppen met roken Resultaten van het begeleidend onderzoek Bellis van den Berg 1, Jorien Soethout 1 Het ministerie van VWS heeft een proefimplementatie

Nadere informatie

International Tobacco Control (ITC) policy evaluation project Evaluatie In iedere roker zit een stopper campagne Tweede nameting

International Tobacco Control (ITC) policy evaluation project Evaluatie In iedere roker zit een stopper campagne Tweede nameting International Tobacco Control (ITC) policy evaluation project Evaluatie In iedere roker zit een stopper campagne Tweede nameting Den Haag, oktober 2009 Drs. Gera Nagelhout, Universiteit Maastricht Dr.

Nadere informatie

Kerncijfers roken in Nederland

Kerncijfers roken in Nederland 20.000 sterfgevallen door roken Kerncijfers roken in Nederland Een overzicht van recente Nederlandse basisgegevens over rookgedrag 28% rookt 27% doet stoppoging 25 miljard verkochte sigaretten 2009 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Percentage rokers naar opleidingsniveau. Laag Middelbaar Hoog THEMAPUBLICATIE

Percentage rokers naar opleidingsniveau. Laag Middelbaar Hoog THEMAPUBLICATIE Percentage rokers naar opleidingsniveau 50% 40% 30% 20% 10% 0% 1988 1989 1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Laag Middelbaar Hoog THEMAPUBLICATIE

Nadere informatie

RAPPORTAGE. Evaluatie van de Echt stoppen met roken kan met de juiste hulp campagne

RAPPORTAGE. Evaluatie van de Echt stoppen met roken kan met de juiste hulp campagne RAPPORTAGE Evaluatie van de Echt stoppen met roken kan met de juiste hulp campagne Voorwoord In deze rapportage wordt beschreven of de doelstellingen van de Echt stoppen met roken kan met de juiste hulp

Nadere informatie

KERNCIJFERS ROKEN IN NEDERLAND

KERNCIJFERS ROKEN IN NEDERLAND 25% rookt 26% doet stoppoging 23 miljard verkochte sigaretten 19 duizend sterfgevallen door roken KERNCIJFERS ROKEN IN NEDERLAND Een overzicht van recente Nederlandse basisgegevens over rookgedrag 2011

Nadere informatie

Meting stoppers-met-roken januari 2009

Meting stoppers-met-roken januari 2009 Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tnsnipo.com www.tnsnipo.com Consumer & Media Rapport Meting stoppersmetroken januari 2009 Meting

Nadere informatie

Rapportage 2016 Rookvrij! Ook jij? begeleiding

Rapportage 2016 Rookvrij! Ook jij? begeleiding Rapportage 2016 Rookvrij! Ook jij? begeleiding Sinds 2008 verzorgt SineFuma Stoppen met roken begeleiding via het aanbieden van groepstrainingen en inmiddels ook via persoonlijke (telefonische) coachings

Nadere informatie

icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence,

icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence, icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence, en het Verband tussen Adherence en Effect icoach, a Web-based

Nadere informatie

KERNCIJFERS ROKEN 2017

KERNCIJFERS ROKEN 2017 OKTOBER 2018 KERNCIJFERS ROKEN 2017 DE LAATSTE CIJFERS OVER ROKEN, STOPPEN MET ROKEN, MEEROKEN EN HET GEBRUIK VAN ELEKTRONISCHE SIGARETTEN ROKEN IN NEDERLAND 23,1% van de volwassenen (18 jaar en ouder)

Nadere informatie

Rookprevalentie

Rookprevalentie Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Rookprevalentie -2008 Continu onderzoek

Nadere informatie

Disclosure belangen spreker

Disclosure belangen spreker Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding Aandeelhouder

Nadere informatie

Stoppen met roken. Bij rokers met COPD. Eva van Eerd DISCLOSURE BELANGEN SPREKER 16-1-2015. Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven

Stoppen met roken. Bij rokers met COPD. Eva van Eerd DISCLOSURE BELANGEN SPREKER 16-1-2015. Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Stoppen met roken Bij rokers met COPD Eva van Eerd Arts in opleiding tot huisarts & onderzoeker Daniel Kotz Carolien van Rossem Mark Spigt Mette Bech Risør Geertjan Wesseling Onno van Schayck DISCLOSURE

Nadere informatie

Het DO-IT project: SMS-berichten als middel om de implementatie van de Richtlijn Tabaksverslaving te optimaliseren

Het DO-IT project: SMS-berichten als middel om de implementatie van de Richtlijn Tabaksverslaving te optimaliseren Het DO-IT project: SMS-berichten als middel om de implementatie van de Richtlijn Tabaksverslaving te optimaliseren Eline Meijer Rianne van der Kleij Dewi Segaar Niels Chavannes Digitale Optimalisatie Implementatie

Nadere informatie

Jongeren en de sociale druk om (niet) te roken

Jongeren en de sociale druk om (niet) te roken Jongeren en de sociale druk om (niet) te roken Veranderingen tussen 1998 en 2005 Cyrille Koolhaas en Dr. Marc Willemsen Dit is een publicatie van STIVORO voor een rookvrije toekomst Correspondentieadres

Nadere informatie

FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2014

FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2014 FACTSHEET APRIL 201 FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2014 KERNPUNTEN Iets minr dan een kwart (23%) van Nerlandse bevolking vanaf 1 jaar rookte in 2014. Dat is een vergeleken met 2013 (2%). Ook

Nadere informatie

FACTSHEET ROKEN ONDER VOLWASSENEN: KERNCIJFERS 2016 OKTOBER 2017 KERNPUNTEN

FACTSHEET ROKEN ONDER VOLWASSENEN: KERNCIJFERS 2016 OKTOBER 2017 KERNPUNTEN OKTOBER 2017 FACTSHEET ROKEN ONDER VOLWASSENEN: KERNCIJFERS 2016 KERNPUNTEN In 2016 rookte iets minder dan een kwart (24,1%) van de bevolking van 18 jaar en ouder. Dit is een daling ten opzichte van 2015

Nadere informatie

Rapportage 2015 groepstraining Rookvrij! Ook jij?

Rapportage 2015 groepstraining Rookvrij! Ook jij? Rapportage 2015 groepstraining Rookvrij! Ook jij? Sinds 2008 verzorgt SineFuma Stoppen met roken begeleiding middels het aanbieden van groepstrainingen. De groepstrainingen Rookvrij! Ook jij? zijn geschikt

Nadere informatie

Evaluatie Tabakswet. Recht op een rookvrije werkplek en overlast door tabaksrook tussen 2003 en 2005

Evaluatie Tabakswet. Recht op een rookvrije werkplek en overlast door tabaksrook tussen 2003 en 2005 Evaluatie Tabakswet Recht op een rookvrije werkplek en overlast door tabaksrook tussen 2003 en 2005 Cyrille Koolhaas en Dr. Marc Willemsen Dit is een publicatie van STIVORO voor een rookvrije toekomst

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 22 894 Preventiebeleid voor de volksgezondheid Nr. 114 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken 1 Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken Smoking Cessation in Cardiac Patients Esther Kers-Cappon Begeleiding door:

Nadere informatie

INFOKAART OUDEREN EN ROKEN

INFOKAART OUDEREN EN ROKEN INFOKAART OUDEREN EN ROKEN Roken Roken is de risicofactor die de meeste sterfte en het meeste gezondheidsverlies met zich brengt en zodoende ook zorgt voor veel verlies aan kwaliteit van leven (1). Vijftien

Nadere informatie

Waarom rookt de lage SES?

Waarom rookt de lage SES? Waarom rookt de lage SES? En hoe help je ze stoppen? Linda Springvloet Lspringvloet@trimbos.nl Achtergrond 2 Wat is sociaaleconomische status? SES: Positie in sociale hiërarchie Indicatoren: Opleiding

Nadere informatie

E-health interventies voor stoppen met roken. Eline Meijer

E-health interventies voor stoppen met roken. Eline Meijer E-health interventies voor stoppen met roken Eline Meijer E-health interventies 1. Waarom e-health? 2. Hoe kiezen rokers een app? 3. Aanbevelingen van de herziene richtlijn Behandeling tabaksverslaving

Nadere informatie

24 mei 2005 Jaarbeurs Utrecht. Stoppen met roken. Drs. M. de Wee Verpleegkundig hoofd Oncologie TweeSteden ziekenhuis Tilburg

24 mei 2005 Jaarbeurs Utrecht. Stoppen met roken. Drs. M. de Wee Verpleegkundig hoofd Oncologie TweeSteden ziekenhuis Tilburg 24 mei 2005 Jaarbeurs Utrecht Stoppen met roken Drs. M. de Wee Verpleegkundig hoofd Oncologie TweeSteden ziekenhuis Tilburg Stoppen met roken Feiten over stoppen met roken en kanker Verpleegkundigen en

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch summary)

Samenvatting (Dutch summary) De SMOKE studie Achtergrond Chronisch obstructief longlijden, ook wel Chronic Obstructive Pulmonary Disease (COPD) genoemd, word gezien als een wereldwijd gezondheidsprobleem. Ten gevolge van onder andere

Nadere informatie

Rapport. Roken en Zwangerschap. Jordy van der Steen. B-1272 Juli 2002. Bestemd voor: DEFACTO voor een rookvrije toekomst Den Haag

Rapport. Roken en Zwangerschap. Jordy van der Steen. B-1272 Juli 2002. Bestemd voor: DEFACTO voor een rookvrije toekomst Den Haag nipo het marktonderzoekinstituut Postbus 247 1000 ae Amsterdam Grote Bickersstraat 74 Telefoon (020) 522 54 44 Fax (020) 522 53 33 Email info@nipo.nl Internet www.nipo.nl Rapport Roken en Zwangerschap

Nadere informatie

Meeroken bij kinderen van 0 tot en met 18 jaar 2008-2011

Meeroken bij kinderen van 0 tot en met 18 jaar 2008-2011 60% Roken in huis door volwassenen met kinderen in het gezin 50% 40% 30% 20% 10% 0% 2008 2009 2010 2011 Jongste kind 13 t/m 18 jaar Jongste kind 4 t/m 12 jaar Jongste kind 0 t/m 3 jaar Meeroken bij kinderen

Nadere informatie

Roken en Stoppen-met-roken in de Eerste en Tweede Lijn van de Gezondheidszorg

Roken en Stoppen-met-roken in de Eerste en Tweede Lijn van de Gezondheidszorg Roken en Stoppen-met-roken in de Eerste en Tweede Lijn van de Gezondheidszorg Attitudes, gedrag en eigen effectiviteit van huisartsen, cardiologen en cardiologen Resultaten van een vragenlijstonderzoek

Nadere informatie

Effect van vier tabaksbeleidsscenario s op het percentage rokers en het aantal tabaksdoden in Nederland. Resultaten van het SimSmoke simulatiemodel

Effect van vier tabaksbeleidsscenario s op het percentage rokers en het aantal tabaksdoden in Nederland. Resultaten van het SimSmoke simulatiemodel Effect van vier tabaksbeleidsscenario s op het percentage rokers en het aantal tabaksdoden in Nederland. Resultaten van het SimSmoke simulatiemodel Gera E. Nagelhout (STIVORO en Universiteit Maastricht)

Nadere informatie

De effecten van de rookvrije horeca op rookgedrag: eerste nameting Nagelhout, G.; Willemsen, M.; van den Putte, S.J.H.M.; Crone, M.; de Vries, H.

De effecten van de rookvrije horeca op rookgedrag: eerste nameting Nagelhout, G.; Willemsen, M.; van den Putte, S.J.H.M.; Crone, M.; de Vries, H. UvA-DARE (Digital Academic Repository) De effecten van de rookvrije horeca op rookgedrag: eerste nameting Nagelhout, G.; Willemsen, M.; van den Putte, S.J.H.M.; Crone, M.; de Vries, H. Link to publication

Nadere informatie

PROEFIMPLEMENTATIE 'STOPPEN MET ROKEN' Resultaten begeleidend onderzoek

PROEFIMPLEMENTATIE 'STOPPEN MET ROKEN' Resultaten begeleidend onderzoek PROEFIMPLEMENTATIE 'STOPPEN MET ROKEN' Resultaten begeleidend onderzoek - eindrapport - Regioplan: dr. Bellis van den Berg drs. Jorien Soethout Agis Zorgverzekeringen: drs. Anne Hollinga Mariëlle Schipperen

Nadere informatie

Groepstraining Rookvrij! Ook jij?

Groepstraining Rookvrij! Ook jij? Groepstraining Rookvrij! Ook jij? In 2014 hebben er in totaal 93 groepstrainingen plaatsgevonden. In totaal zijn 974 deelnemers begonnen, waarvan 8 na afloop gestopt was met roken. Hieronder vind u een

Nadere informatie

PERSBERICHT Stichting tegen Kanker Leuvensesteenweg 479 1030 Brussel 02/743 45 75 (communicatie)

PERSBERICHT Stichting tegen Kanker Leuvensesteenweg 479 1030 Brussel 02/743 45 75 (communicatie) AANTAL ROKERS STIJGT OPNIEUW: MEER MENSEN HERBEGINNEN, MINDER STOPPEN Brussel, 1 maart 2010. Het percentage rokers is in 2009 opnieuw significant gestegen, tot 32% dagelijkse rokers. Deze stijging doet

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2006: Roken

Jongeren en Gezondheid 2006: Roken Resultaten HBSC - Roken Jongeren en Gezondheid : Roken Inleiding Ondanks de vele rapporten en boodschappen over de negatieve gevolgen van roken, blijft tabaksgebruik de grootste vermijdbare oorzaak van

Nadere informatie

Stoppen met roken. Groepstraining in het CWZ

Stoppen met roken. Groepstraining in het CWZ Stoppen met roken Groepstraining in het CWZ 2 Stoppen met roken kun je leren! Het valt niet mee om te stoppen met roken. Dat blijkt wel uit het feit dat dagelijks duizenden mensen proberen te stoppen met

Nadere informatie

Evaluatie van een stoppen-met-roken-interventie in de openbare apotheek

Evaluatie van een stoppen-met-roken-interventie in de openbare apotheek O O R S P R O N K E L I J K A R T I K E L Evaluatie van een stoppen-met-roken-interventie in de openbare apotheek 26 PW wetenschappelijk platform 21 februari 2014;8 2 I. Jansen a * en S. Keizers b a Marketing,

Nadere informatie

De Tabakswet. Rapport. Onderzoek naar hinder en schadelijkheid van passief roken, houding t.a.v. en steun voor rookverboden Cyrille Koolhaas

De Tabakswet. Rapport. Onderzoek naar hinder en schadelijkheid van passief roken, houding t.a.v. en steun voor rookverboden Cyrille Koolhaas Grote Bickersstraat 74 13 KS Amsterdam Postbus 247 00 AE Amsterdam t 0 522 54 44 f 0 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Rapport De Tabakswet Onderzoek naar hinder en schadelijkheid van passief

Nadere informatie

Roken en Stoppen-met-roken in de Eerste en Tweede Lijn van de Gezondheidszorg

Roken en Stoppen-met-roken in de Eerste en Tweede Lijn van de Gezondheidszorg Roken en Stoppen-met-roken in de Eerste en Tweede Lijn van de Gezondheidszorg Attitudes, gedrag en eigen effectiviteit van huisartsen, longartsen en cardiologen Resultaten van een vragenlijstonderzoek

Nadere informatie

Rookgedrag in België

Rookgedrag in België Rookgedrag in België - 2017 Een rapport voor Stichting tegen Kanker Uitgevoerd door GFK Met steun van de overheden 1 Context en methodologie Stichting tegen Kanker is een Belgische stichting met als missie

Nadere informatie

Geslacht. Leeftijd. Verwijzing

Geslacht. Leeftijd. Verwijzing Database Stoppen met roken 2013-2014 In 2013 hebben in totaal 235 patiënten de stoppen met roken kliniek bezocht voor een intakegesprek. Hieronder wordt o.a. beschreven via welke weg verwijzing heeft plaatsgevonden,

Nadere informatie

Resultaten voor België Roken Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Roken Gezondheidsenquête, België, 1997 6.1.1. Inleiding Het tabaksgebruik is een van de voornaamste risicofactoren voor longkanker, ischemische hartziekten en chronische ademhalingsaandoeningen (1). Men schat dat er in Europa niet minder dan

Nadere informatie

misverstanden en mythes

misverstanden en mythes Stoppen met roken tijdens een behandeling voor alcohol- of drugsafhankelijkheid moet afgeraden worden Wencke de Wildt en Trudi Tromp-Beelen Het misverstand Roken komt veel voor onder mensen met een alcohol-

Nadere informatie

SineFuma: organisatie

SineFuma: organisatie SineFuma: organisatie wat ons betreft (over)lijdt er straks niemand meer aan de gevolgen van roken Kenmerken: Kwaliteit Persoonlijk contact Uniformiteit met 45 trainers en coaches Transparantie Passie

Nadere informatie

Ik wed dat ik het kan! - Bereik en effect van een televisieprogramma over stoppen met roken bij laag-, middelbaar en hoogopgeleide rokers

Ik wed dat ik het kan! - Bereik en effect van een televisieprogramma over stoppen met roken bij laag-, middelbaar en hoogopgeleide rokers Ik wed dat ik het kan! - Bereik en effect van een televisieprogramma over stoppen met roken bij laag-, middelbaar en hoogopgeleide rokers Gera E. Nagelhout, 1,2,3 Marieke A. Wiebing, 2 Bas van den Putte,

Nadere informatie

Patiëntenbrochure Rookstop

Patiëntenbrochure Rookstop Patiëntenbrochure Rookstop Inhoud Stoppen met roken? Een goede beslissing!... 2 Methodes... 2 De fysieke verslaving bestrijden... 2 Nicotinevervangers... 2 Andere geneesmiddelen... 2 Stoppen met roken...

Nadere informatie

Een onderzoek naar de ontwikkeling in omvang, kenmerken en ervaren belasting van mantelzorgers in Limburg tussen 2008/2009, 2012 en 2016

Een onderzoek naar de ontwikkeling in omvang, kenmerken en ervaren belasting van mantelzorgers in Limburg tussen 2008/2009, 2012 en 2016 Trends in Mantelzorg Een onderzoek naar de ontwikkeling in omvang, kenmerken en ervaren belasting van mantelzorgers in Limburg tussen 2008/2009, 2012 en 2016 Aanleiding Mantelzorg in de participatiemaatschappij

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

Inkoopbeleid Stoppen met Roken 2013 binnen de Integrale bekostiging

Inkoopbeleid Stoppen met Roken 2013 binnen de Integrale bekostiging Inkoopbeleid Stoppen met Roken 2013 binnen de Integrale bekostiging 1 Algemeen Met ingang van 2013 verandert de vergoeding voor Stoppen-met-Roken begeleiding (SMR). De vergoeding van gedragsmatige ondersteuning

Nadere informatie

De effectiviteit van stoppen-met-rokenmethoden die in Nederland beschikbaar zijn: een systematische review op basis van Cochrane-gegevens

De effectiviteit van stoppen-met-rokenmethoden die in Nederland beschikbaar zijn: een systematische review op basis van Cochrane-gegevens Oorspronkelijke stukken De effectiviteit van stoppen-met-rokenmethoden die in Nederland beschikbaar zijn: een systematische review op basis van Cochrane-gegevens m.c.willemsen, e.j.wagena en c.p.van schayck

Nadere informatie

Trends in Mantelzorg. November Trends in Mantelzorg

Trends in Mantelzorg. November Trends in Mantelzorg Een onderzoek naar de ontwikkeling in omvang, kenmerken en ervaren belasting van mantelzorgers in Limburg tussen 2008/2009, 2012 en 2016. November 2018 www.ggdlimburgnoord.nl www.ggdzl.nl AANLEIDING Mantelzorg

Nadere informatie

. Preventie van alcoholgebruik tijdens de zwangerschap. Nickie van der Wulp

. Preventie van alcoholgebruik tijdens de zwangerschap. Nickie van der Wulp . Preventie van alcoholgebruik tijdens de zwangerschap Nickie van der Wulp 7-02-2014 Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Zie hieronder Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties

Nadere informatie

Het roken van tabak is de belangrijkste oorzaak van

Het roken van tabak is de belangrijkste oorzaak van Stand van zaken roken Mensen helpen bij stoppen met roken Effectiviteit en veiligheid van interventies Robert C. van de Graaf en Onno C.P. van Schayck In dit overzichtsartikel bespreken wij de effectiviteit

Nadere informatie

Minderen: een alternatief voor stoppen met roken?

Minderen: een alternatief voor stoppen met roken? Minderen: een alternatief voor stoppen met roken? Marc Willemsen en Andrée van Emst * In de huidige richtlijn Behandeling van tabaksverslaving staat het stopadvies centraal. Een advies om te matigen wordt

Nadere informatie

Bij voorbaat hartelijk dank voor uw medewerking en tot ziens op onze poli.

Bij voorbaat hartelijk dank voor uw medewerking en tot ziens op onze poli. Medisch Spectrum Twente ziekenhuis Enschede Geachte mevrouw, heer, U heeft zich aangemeld voor de Stoppen met roken poli. Om u goed te kunnen begeleiden is het noodzakelijk dat u deze vragenlijst vooraf

Nadere informatie

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER Oktober 2012 2 Opdrachtnemer: Opdrachtgever: Team Financieel Advies, Onderzoek & Statistiek Camiel De Bruijn Ard Costongs Economie

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

De Stoppen-met-Roken polikliniek

De Stoppen-met-Roken polikliniek De Stoppen-met-Roken polikliniek 2 Roken, een lichamelijke en geestelijke verslaving Roken is verslavend. Naast de lichamelijke behoefte om te roken, is er ook een geestelijke behoefte om te roken. Dat

Nadere informatie

JAARVERSLAG TABAKSTOP STICHTING TEGEN KANKER VRAAGT OVERHEID OM SLIMMERE TERUGBETALING ROOKSTOPMEDICATIE

JAARVERSLAG TABAKSTOP STICHTING TEGEN KANKER VRAAGT OVERHEID OM SLIMMERE TERUGBETALING ROOKSTOPMEDICATIE JAARVERSLAG TABAKSTOP STICHTING TEGEN KANKER VRAAGT OVERHEID OM SLIMMERE TERUGBETALING ROOKSTOPMEDICATIE 48% van de rokers die Tabakstop begeleidt zijn zware rokers 22% heeft al meer dan 5 stoppogingen

Nadere informatie

Opmerkelijke stijging van het aantal rokers in 2008

Opmerkelijke stijging van het aantal rokers in 2008 PERSBERICHT Brussel, 4 december 2008 Opmerkelijke stijging van het aantal rokers in 2008 Voor het eerst in zes jaar stijgt het percentage dagelijkse rokers in ons land, van 27% in 2007 naar 30% in 2008.

Nadere informatie

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic

Nadere informatie

Regionale VTV 2011. Roken. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Roken

Regionale VTV 2011. Roken. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Roken Regionale VTV 2011 Roken Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Roken Auteurs: Drs. I.H.F. van Veggel, GGD Hart voor Brabant Dr. M.A.M. Jacobs-van der Bruggen,

Nadere informatie

Houding van ouders ten aanzien van het rookgedrag van jongeren van jaar

Houding van ouders ten aanzien van het rookgedrag van jongeren van jaar Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Houding van ouders ten aanzien van het

Nadere informatie

Roken en Stoppen-met-roken in de Eerste en Tweede Lijn van de Gezondheidszorg

Roken en Stoppen-met-roken in de Eerste en Tweede Lijn van de Gezondheidszorg Roken en Stoppen-met-roken in de Eerste en Tweede Lijn van de Gezondheidszorg Attitudes, gedrag en eigen effectiviteit van huisartsen, longartsen en cardiologen Resultaten van een vragenlijstonderzoek

Nadere informatie

Polikliniek Stoppen met roken

Polikliniek Stoppen met roken Longgeneeskunde Polikliniek Stoppen met roken www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl LON012 / Polikliniek Stoppen met roken / 21-07-2014 2 Polikliniek

Nadere informatie

Interventieoverzicht roken website pijler interventie wordt uitgevoerd in de regio (ja/nee)

Interventieoverzicht roken website pijler interventie wordt uitgevoerd in de regio (ja/nee) Doelgroep boodschap/doel Naam 1) Organisatie die aanbiedt website pijler wordt regio (/nee) Zwangeren, niet roken 3 maanden voor conceptie niet roken tijdens zwangerschap V-MIS stoppen met hulp van de

Nadere informatie

List of publications. List of publications 213

List of publications. List of publications 213 List of publications List of publications 213 Publications in English Bekkema N., Veer A. de, Hertogh C. & Francke A. Perspectives of people with mild intellectual disabilities on care-relationships at

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Subjectieve gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Subjectieve gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 5.1.1. Inleiding Om de evolutie op het vlak van de gezondheid in de bevolking te kunnen evalueren en bovendien een beter beeld te hebben van de manier waarop de bevolking zelf deze ontwikkelingen beoordeelt,

Nadere informatie

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2017

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2017 Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 217 Over welke cijfers hebben we het? In Nederland worden gegevens over de leefstijl van de bevolking verzameld door meerdere thema-instituten die elk op

Nadere informatie

WBO: een stoppen-met-roken-strategie binnen het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker

WBO: een stoppen-met-roken-strategie binnen het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker WBO: een stoppen-met-roken-strategie binnen het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker Aan: de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Nr. 2018/17, Den Haag 25 juli 2018 WBO: een stoppen-met-roken-strategie

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Roken Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Roken Gezondheidsenquête, België, 1997 6.1.1. Inleiding Het tabaksgebruik is een van de voornaamste risicofactoren voor longkanker, ischemische hartziekten en chronische ademhalingsaandoeningen (1). Men schat dat er in Europa niet minder dan

Nadere informatie

Rookverbod in de horeca dringt meeroken flink terug

Rookverbod in de horeca dringt meeroken flink terug Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Rookverbod in de horeca dringt meeroken

Nadere informatie

Evaluatie 'In iedere roker zit een stopper' campagne: eerste nameting Nagelhout, G.; Willemsen, M.; van den Putte, S.J.H.M.; Crone, M.; de Vries, H.

Evaluatie 'In iedere roker zit een stopper' campagne: eerste nameting Nagelhout, G.; Willemsen, M.; van den Putte, S.J.H.M.; Crone, M.; de Vries, H. UvA-DARE (Digital Academic Repository) Evaluatie 'In iedere roker zit een stopper' campagne: eerste nameting Nagelhout, G.; Willemsen, M.; van den Putte, S.J.H.M.; Crone, M.; de Vries, H. Link to publication

Nadere informatie

rapporteerden. Er werden geen verschillen gevonden in schoolprestaties, spijbelgedrag en middelengebruik tussen de verschillende groepen.

rapporteerden. Er werden geen verschillen gevonden in schoolprestaties, spijbelgedrag en middelengebruik tussen de verschillende groepen. Samenvatting Samenvatting Depressie en angst zijn de meest voorkomende psychische stoornissen in de adolescentie met een enorme impact op het individu. Veel adolescenten rapporteren depressieve en angst

Nadere informatie

Meer of minder uren werken

Meer of minder uren werken Meer of minder uren werken Jannes de Vries Een op de zes mensen die minstens twaalf uur per week werken (de werkzame beroeps bevolking) wil meer of juist minder uur werken. Van hen heeft minder dan de

Nadere informatie

Het effect van het vergoeden van ondersteuning voor stoppen met roken

Het effect van het vergoeden van ondersteuning voor stoppen met roken Het effect van het vergoeden van ondersteuning voor stoppen met roken Resultaten van een gerandomiseerd experiment Universiteit Maastricht Care and Public Health Research Institute Capaciteitsgroep Huisartsgeneeskunde

Nadere informatie

Effectiviteit van stoppen-met-roken interventies bij patiënten. met hart- en vaatziekten en hoog risicopersonen

Effectiviteit van stoppen-met-roken interventies bij patiënten. met hart- en vaatziekten en hoog risicopersonen review Effectiviteit van stoppen-met-roken interventies bij patiënten met hart- en vaatziekten en hoog risicopersonen Uitgave van de Nederlandse Hartstichting september 2008 Inleiding Roken geeft sterke

Nadere informatie

Het terugdringen van gezondheidsachterstanden: wat werkt? Dr. Mariëlle Beenackers Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg

Het terugdringen van gezondheidsachterstanden: wat werkt? Dr. Mariëlle Beenackers Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg Het terugdringen van gezondheidsachterstanden: wat werkt? Dr. Mariëlle Beenackers Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg Overzicht presentatie Sociaaleconomische gezondheidsverschillen verklaren Wat

Nadere informatie

FACTSHEET HET BESPREKEN VAN (STOPPEN MET) ROKEN DOOR DE HUISARTS EN ANDERE ZORGVERLENERS (TANDARTSEN, MEDISCH SPECIALISTEN EN VERLOSKUNDIGEN)

FACTSHEET HET BESPREKEN VAN (STOPPEN MET) ROKEN DOOR DE HUISARTS EN ANDERE ZORGVERLENERS (TANDARTSEN, MEDISCH SPECIALISTEN EN VERLOSKUNDIGEN) NOVEMBER 2016 FACTSHEET HET BESPREKEN VAN (STOPPEN MET) ROKEN DOOR DE HUISARTS EN ANDERE ZORGVERLENERS (TANDARTSEN, MEDISCH SPECIALISTEN EN VERLOSKUNDIGEN) KERNPUNTEN Tweederde van alle rokers komt jaarlijks

Nadere informatie

Waarschuwende teksten op sigarettenpakjes

Waarschuwende teksten op sigarettenpakjes nipo het marktonderzoekinstituut Postbus 247 00 ae Amsterdam Grote Bickersstraat 74 Telefoon (020) 522 54 44 Fax (020) 522 53 33 E-mail info@nipo.nl Internet www.nipo.nl NIPO het marktonderzoekinstituut

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

met roken. De juiste zoektermen vinden we met behulp van de MeSH-databank: Smoking Cessation en Bupropion, allebei MeSH-termen.

met roken. De juiste zoektermen vinden we met behulp van de MeSH-databank: Smoking Cessation en Bupropion, allebei MeSH-termen. H U I S A R T S & P R A K T I J K S T O P P E N M E T R O K E N : T A A K V O O R A R T S E N P A T I Ë N T De Cochrane Collaboration en patiënteninformatie A. VAN DEN BRUEL, F. COOLS, E. VERMEIRE, F.

Nadere informatie

Ontwikkelingen in het aandeel rokers in Nederland sinds 1989

Ontwikkelingen in het aandeel rokers in Nederland sinds 1989 Ontwikkelingen in het aandeel rokers in Nederland sinds 1989 Jan-Willem Bruggink 1 Roken is zeer schadelijk voor de gezondheid. Een belangrijk deel van de ziektelast en de sterfte in Nederland wordt veroorzaakt

Nadere informatie

Als een lopend vuurtje: rookstop in de alcohol- en drughulpverlening

Als een lopend vuurtje: rookstop in de alcohol- en drughulpverlening Als een lopend vuurtje: rookstop in de alcohol- en drughulpverlening Onderzoek naar de houding van alcohol- en drughulpverleners over roken: vergelijking 2001-2012 1. Onderzoeksopzet Eind 20 e eeuw: onderzoek

Nadere informatie

Zorgadvies door zorgverzekeraars A. Victoor, A. Potappel & J.D. de Jong

Zorgadvies door zorgverzekeraars A. Victoor, A. Potappel & J.D. de Jong Dit factsheet is een uitgave van het Nivel. De gegevens mogen met bronvermelding (A. Victoor, A. Potappel & J.D. de Jong. Zorgadvies door zorgverzekeraars. Utrecht: Nivel, 2019) worden gebruikt. U vindt

Nadere informatie