Het Dagelijks Bestuur: E.M. Sweet, PvdA; E. Verdonk, PvdA; E.R. Jaensch, VVD; J. Kehla Wirnkar, PvdA; H.M. Verzijl, PvdA

Transcriptie

1 Concept-verslag van de vergadering van de Stadsdeelraad Zuidoost d.d. 16 februari Aanwezig: De raadsleden: A.J. Alcántara, PvdA; M.D. Arnhem, PvdA; A. Bhola, PvdA; H.W. de Boer, CDA; H.B. Boldewijn, PvdA; L. Burgers, PvdA; A.A. Carr, PvdA; M.A. Dalgliesh, PvdA; E.J.W. Doest, PvdA; W. Eckhardt-Angna, PvdA; E.J. Hartog, SP; M.M. Idsinga, PvdA; B.E. Koenen-Wilson, PvdA; A.J.B. Kruik, CU; H.D.M. Lalji, PvdA; E. Meyer, VVD; A.L. Miedema, VVD; W. Mos, OZO; E. Muller, GL; A.A. Osei, PvdA; E. Owusu Sekyere, LOS; L.N. Parsan, PvdA; A. Saranjam, SP; M. Schaaf, Groep Schaaf Partij Sociaal; R.K.R. Stena, Groep Stena; M. Tiggelaven, OZO; J.L.M. Walgering, GL Voorzitter: L. Burgers Griffier: G.P. Both Het Dagelijks Bestuur: E.M. Sweet, PvdA; E. Verdonk, PvdA; E.R. Jaensch, VVD; J. Kehla Wirnkar, PvdA; H.M. Verzijl, PvdA Afwezig mb: P.A. Bals, PvdA; M.H.G.M. van de Wiel, OZO Verslag: M.H. Plet Voorafgaand aan de vergadering informeert portefeuillehouder Jaensch namens het DB de raad over de stand van zaken SAC Driemond: Ruim vijf jaar nadat er een raadsinitiatief is ingediend door PvdA/LZO (OZO)/VVD heeft het DB vandaag kunnen besluiten tot de realisatie van de sporthal: het SAC. Namens het DB heb ik hierover een memo uitgereikt aan de raad. Het DB heeft een aantal voorwaarden gesteld voor de realisatie van het SAC en gisteren is bekend geworden dat ook aan de laatste voorwaarde een lening zonder garantie van het stadsdeel voldaan kan worden. Dat betekent dat een financiële instelling bereid is om een lening te verstrekken zonder die garantie. Het SAC kan dat verder uit gaan onderhandelen de komende tijd, en het DB heeft het licht op groen gezet voor het SAC om nu verder te gaan met de realisatie. Dat betekent dat de bouwaanvraag binnenkort zal moeten kunnen worden ingediend en als het allemaal goed gaat moet het SAC begin 2011 gerealiseerd zijn. Dhr R. van Vliet, namens De Stichting SAC: Wat heeft het een tijd gekost, en wat zijn wij blij dat nu aan alle onzekerheid een einde komt. Niet alleen vanwege de enorme inspanning die wij hiervoor hebben moeten doen, maar vooral omdat het sport- en activiteitencentrum Driemond een heel erg goed plan is. In 2003 begon het met mijn eerste spreekbeurt in de raad. Ik kreeg de boodschap mee, dat als wij vanuit Driemond met een goed plan zouden komen, er dan gekeken zou worden wat het stadsdeel voor Driemond zou kunnen doen. Het plan waar wij mee kwamen werd zo goed gevonden, dat er in 2004 het destijds nieuwe middel van een raadsinitiatief voor werd ingezet. En gelukkig is de raad altijd in ons plan blijven geloven. Niet alleen de raad vond ons plan erg goed. Een aantal maanden geleden legden wij de eerste contacten met de Stichting Waarborgfonds voor de Sport, en nadat wij ons plan hadden gepresenteerd merkte deze vol bewondering op: Dus jullie hadden deze visie al in 2003? Dan waren jullie je tijd ver vooruit, want recentelijk zien wij in heel Nederland steeds meer van dit soort initiatieven ontstaan. Het stadsdeel Zuidoost heeft dus ook met het SAC straks een landelijke voorbeeldfunctie. En juist de steun van diezelfde Stichting Waarborgfonds voor de Sport bleek een hele belangrijke schakel naar dit uiteindelijke resultaat. Maar ook de inzet vanuit het DB in de contacten met de banken, zoals toegezegd in de bewogen raadsvergadering van december, bleek in deze cruciaal. Ook moet ik hier mijn mede bestuurders, Willem de Ruiter en Theo van Elk noemen. De afgelopen anderhalf jaar zijn wij vrijwel wekelijks op woensdagochtend bij elkaar gekomen om ons plan vooruit te helpen en om te bespreken wat wij verder er allemaal omheen nog dienden te regelen. Hadden wij de ene hobbel geslecht, dan diende zich altijd wel weer het volgende kip-ei-probleem aan. Regelmatig hebben 1

2 wij elkaar in de ogen gekeken, hoeveel inspanning wij er nog in wilden stoppen, gezien de voordurende onzekerheid. Meestal werden wij dan over de dip heen geholpen door de ambtenaren Clemens Hollak en Gijs Sukel, die ook voor iedere centimeter van ons plan hebben moeten strijden om dit te brengen tot waar wij nu staan. Wij zijn blij dat aan de onzekerheid nu een einde is gekomen. Wij hebben nog heel veel te doen en we weten vanaf vandaag dat de uitvoering van ons plan ook zeker tot het gewenste resultaat zal leiden: een nieuw sieraad voor Amsterdam Zuidoost. Namens de stichting SAC, de Dorpsraad Driemond en alle Driemonders wil ik iedereen bedanken die hieraan heeft bijgedragen. 1. Opening en mededelingen - Er is een interpellatieverzoek van het CDA ontvangen inzake de procedure van bouw en beheer van een mandir. Deze interpellatie wordt als eerste bespreekpunt behandeld. - Er zijn twee losse moties aangekondigd van de CU over de markt bij Kraaiennest en van OZO over de naamgeving van de activiteitencentra. 1a. Vaststelling van de agenda - In de cie M&V van 11 februari is besloten de besluitvorming van agendapunt 3 Evenementennota Zuidoost en 4 Tijdelijke wijziging Verordening Precariobelasting Zuidoost over te laten aan de nieuwe raad. Deze twee onderwerpen zijn daarom voor vanavond van de agenda geschrapt. - In het fractievoorzittersoverleg is besloten agendapunt 7 Vaststelling Tarieventabellen 2010 en 9 Vaststelling Verordening Kinderopvang Sociaal Medische Indicatie als A-punten te behandelen. De agenda wordt conform vastgesteld. 2a. Verslag van de vergadering d.d. 26 januari 2010 Mw Schaaf wijzigt op blz 9 regel 16:... die niet aan het stadsdeel geven in... die niet aan het CBK geven Dhr Mos wijzigt op blz 7 regel 13: contactpersoon was professor Tolsen in contactpersoon was professor Thomsen. Het verslag wordt met inachtneming van bovenstaande wijzigingen vastgesteld. 2b. Ingekomen stukken onderdeel toevoeging nadere Ingekomen stukken en schriftelijke opmerkingen mededelingen Brief van dhr Rustema ontvangen dd DIV nr inzake verkiezingsborden Besluit: Ter afhandeling DB, waarbij dhr Mos nadrukkelijk op de laatste zin in de brief attendeert 2. Brief van bewonersstichting Grubbehoeve dd DIV nr inzake 2

3 Bestemmingsplan Grubbehoeve Besluit: Bespreken in cie ROVB met preadvies DB 3. Beantwoording schriftelijke vragen PvdA fractie ontvangen inzake inbraakgolf Besluit: Op verzoek van mw Osei Bespreken in de cie dienaangaande 4. Brief marktcommissieleden dd DIV nr inzake problemen rond de markt Kraaiennest Besluit: Ter afhandeling DB Voordrachten uit categorie A: BESPREEKPUNTEN Interpellatie CDA Dhr De Boer licht de interpellatie toe. Naar aanleiding van het besluit om Stichting PBKS en VAS middels brieven d.d. 2 februari 2010 op basis van afwegingscriteria niet uit te nodigen om hun plannen voor een mandir om te zetten in een plan van aanpak, stelt het CDA het DB inzake de procedure van bouw en beheer van een mandir, de volgende vragen: 1. Bent u het met het CDA eens dat op verzoek van religieuze organisaties het stadsdeel mee kan denken over de mogelijkheden tot realiseren van een mandir, maar dat de geloofgemeenschappen wel zelf moeten zorgen voor huisvesting en de kosten hiervoor ten volle dragen? 2. Zowel PBKS als VAS is van mening dat de gevolgde procedures om na onderzoek te komen tot het besluit om met Kidz and Friends het vervolgtraject in te gaan als Kidz and Friends een aanvraag in gaat dienen voor een bouwvergunning, onzorgvuldig, onvolledig en onder zeer grote tijdsdruk is genomen, waardoor het besluit niet acceptabel is voor de Hindoegemeenschap in Zuidoost. Deelt u de bezwaren van PBKS en VAS? 3. In het informatiepakket aan PBKS en VAS staan wegingsfactoren genoemd, o.a. dat er zekerheid moet zijn dat de partij binnen afzienbare tijd de bouw van een mandir kan financieren en (laten) uitvoeren. Uit de weging blijkt dat op dit moment PBKS niet in staat geacht kan worden haar ambities voor een mandir in Zuidoost op korte termijn te realiseren. Was PBKS het met uw weging eens? Zo niet, vond PBKS wel dat ze in staat was om haar ambities voor een mandir op korte termijn te realiseren? Wat waren haar argumenten? 4. Idem dito als vraag 3, maar dan inzake aangeleverde financiële onderbouwing waardoor VAS niet in staat zou zijn tot de realisatie en exploitatie van een eigen gebouw en voor een te groot bedrag afhankelijk zou zijn van donaties. Was VAS het met uw weging eens? Zo niet, vond VAS dat ze inzake financiële onderbouwing wel in staat was tot de realisatie en exploitatie van een eigen gebouw? 5. Beide organisaties PBKS en VAS zouden ook samen kunnen werken tot het realiseren van een mandir. Ze hebben op 11 november 2009 een gezamenlijk verzoek ingediend voor gronduitgifte. Is dat verzoek in het onderzoek naar de haalbaarheid van een mandir meegenomen? Zo niet, waarom niet? Zo ja, wat was dan de afweging om dit af te wijzen? 6. U stelt in de brieven aan PBKS en VAS de donaties centraal, met name de afhankelijkheid van 3

4 donaties. U zegt dat u weinig vertrouwen heeft in het genereren van donaties en dat het een onzekere bron van inkomsten is. Bent u het met het CDA eens dat kerken afhankelijk zijn van donaties van gemeenteleden in de vorm van collecten, inzamelingacties, vaste vrijwillige bijdragen en andere bronnen van inkomsten niet altijd zijnde verhuur en buffetinkomsten? En als u het hiermee eens bent waarom heeft u dan geen vertrouwen in donaties van mandirleden aan PBKS en VAS? 7. Is uw weging inzake afhankelijkheid van donaties als afwijzingsargument niet in strijd met de scheiding van kerk en staat, wetende dat bijv. de gereformeerde kerk na de Doleantie van 1886 tot op de huidige dag afhankelijk was en is van giften (donaties) van gemeenteleden? 8. Is uw weging inzake (meerjarige) exploitatiebegroting niet in strijd met de scheiding van kerk en staat als u zegt dat de ingediende exploitatiebegroting in het ene geval te weinig structurele inkomsten laat zien (VAS) en in het andere geval (PBKS) de organisatie niet in staat is een meerjarige exploitatiebegroting in te dienen, indien u ook weet dat de religieuze organisaties PBKS en VAS geen commerciële organisaties zijn? 9. U trekt de conclusie dat de ervaring of potentie om het door PBKS gewenst groot en architectonisch duur gebouw als eigenaar te bouwen en te beheren, niet aanwezig is. Als het een eenvoudig gebouw is, zoals nu bestaat bij Egeldonk, trekt u dan uw conclusie in? 10. U stelt inzake VAS dat het realiseren van een gebouw van ten hoogste één bouwlaag kan leiden tot een stedenbouwkundig risico in de stedenbouwkundige omgeving van de locaties die het stadsdeel geschikt vindt voor een mandir. Waarin verschilt dit bijvoorbeeld met de Shri Laksmischool in de F-buurt en moskee Taibah in de K-buurt? 11. U hebt besloten met Kidz and Friends een vervolgtraject in te gaan als Kidz and Friends een aanvraag in gaat dienen voor een bouwvergunning. Kan een tempel/een mandir wel in een kinderdagverblijf gevestigd worden? 12. U gaat met Kidz and Friends het vervolgtraject in, als Kidz and Friends een aanvraag in gaat dienen voor een bouwvergunning. Als PBKS en VAS geen gebruik gaan maken van de nieuwe mandir van Kidz and Friends, heeft dit dan gevolgen voor de meerjarige exploitatiebegroting van Kidz en Friends? Zo ja, wat is dan uw weging inzake aanvraag bouwvergunning? 13. In de afgelopen jaren zijn er plannen geweest om drie verzamelgebouwen voor kerken te realiseren. Daarvan is alleen verenigingsgebouw De Kandelaar gerealiseerd. De totstandkoming van een verzamelgebouw voor kerken ging vooraf gepaard met een stuurgroep, bestaande uit leden die voor een ruimte in aanmerking wilden komen, die tijdens een lange periode regelmatig bijeenkwamen om het proces te bevorderen. - Waarom is die weg niet bewandeld met PBKS, VAS en Kidz and Friends, of alleen met PBKS en VAS? - Kan die weg alsnog bewandeld worden, zodat ook PBKS, VAS en Kidz and Friends, of alleen PBKS en VAS, voor de bouw van een nieuwe mandir gezamenlijk het proces in gaan? - En als dat kan, kan het vervolgtraject dan opgeschort worden tot na de verkiezingen van 3 maart 2010 als er een nieuwe stadsdeelraad is aangetreden, die zich dan buigt over de bouw van een (verzamel)mandir en met een voorstel komt? Zo ja, gaat u dan het vervolgtraject nu opschorten? Mw Verdonk, portefeuillehouder, beantwoordt de vragen. 1. Eens. Dat is ook precies de werkwijze die wij gehanteerd hebben en volgens mij ook voort moeten zetten. 2. Nee. Wij hebben een procedure afgesproken en uitgevoerd, en daar is iedereen ingestapt, wetende hoe de procedure eruit zag. 4

5 3. Is niet relevant. Dat zat niet in de procedure. De weging is het gevolg van verschillende initiatieven naast elkaar en tov elkaar wegen. Deze vraag kan dus niet beantwoord worden, omdat de partijen elkaars gegevens niet kennen en daarom dus niet eenzelfde weging kunnen maken. 4. Zie vraag Ja, maar dat heeft de situatie in de weging niet doen veranderen. 6. Het feit dat men afhankelijk is van donaties is op zich niet een wegingsfactor geweest. Het ging erom hoe de financiële kracht tov andere partijen gewogen zou zijn. Zeker in deze tijden van kredietcrisis waar heel veel sponsors wegvallen bij allerlei initiatieven zou het ook weleens lastig kunnen zijn om een bepaalde maat van donaties als vast inkomen mee te kunnen nemen. En als je dat dus als enige bron van inkomsten hebt en het is een kleine bron van inkomsten zoals blijkt en het voorgelegde exploitatievoorstel eindigt op een jaarlijks verlies, dan kun je je voorstellen dat dat minder hoog scoort dan wanneer je een partij hebt die niet afhankelijk is van donaties, die de financiering rond heeft en een positieve exploitatie neerlegt op basis waarvan men dat risico aan kan gaan. Op die manier vindt zo n weging dus plaats: een totale analyse van de financiële slagkracht zoals die gepresenteerd is. 7. Het gaat niet om de afhankelijkheid van donaties maar om de snelheid waarmee je die financiële slagkracht op niveau kunt krijgen en houden. 8. Nee. Wij vinden het van belang na het realiseren van een kerkverzamelgebouw en het laten realiseren van een moskee, dat ook de Hindoeïstische geloofsgemeenschappen of groepen binnen Zuidoost een mandirruimte zouden kunnen hebben, en dan in de nieuwbouw variant, conform de wens vanuit de gemeenschap. Wij hebben geprobeerd een zodanige procedure af te spreken dat wij een partij konden vinden, die zo n succes naar de grootst mogelijke waarschijnlijkheid tot een goed einde kan brengen. En om dat te kunnen beoordelen moet je ook wegen hoe die slagkracht door de eigen organisatie gezien wordt op de iets langere termijn, want wij willen dat het slaagt. Wij hebben al wat initiatieven gehad, die zijn niet goed afgelopen, en wij willen nu eigenlijk een zo sterk mogelijke kandidaat hebben om ons doel, een mandir tbv Hindoeïstische gelovigen in Zuidoost, gerealiseerd te krijgen. 9. Op een wat-als vraag geef ik geen antwoord. Wij hebben gewogen met de gegevens die er zijn en ik ga niet opnieuw een weging zitten bedenken obv gegevens die er niet zijn. 10. Er is geen verschil. Het hebben van een bepaalde wens tav de hoogte van een gebouw, dat dan ook meteen limitatief is in de keuzes, heeft altijd een risico tov de omgeving waar dat gerealiseerd zou kunnen worden. Op het moment dat je flexibeler zou kunnen zijn tav de wensen of mogelijkheden om een gebouw op een bepaalde manier neer te zetten, dan worden de kansen dat je dat op elke plek goed kunt invullen alleen maar groter. 11. Er is niet gepraat met een kinderdagverblijf waarin een mandir zou komen. Er is gepraat over het realiseren van een mandir, en er is gekeken of ook andere functies daarbij per se tot onmogelijkheden zouden behoren of dat daar ruimte voor zou zijn. Net andersom dus, en wij hebben dat niet verboden. 12. Wij hebben met z n allen nou juist die link gelegd tussen de geloofsgemeenschappen in Zuidoost, en dat komt dus ook in het vervolgtraject aan de orde. Ik heb net als dhr De Boer begrepen dat er al contacten tussen partijen gaande zijn. Dat lijkt mij nou juist heel erg goed. Ik vind ook aangezien het stadsdeel niet de bouwer en de ontwikkelaar van zo n ruimte is dat degene die dat wél is, ook de partij is die andere partijen bij haar initiatief zou moeten willen betrekken als de wil ook bij de andere organisaties aanwezig is. Mocht dat niet het geval zijn, dan ontstaat er een nieuwe situatie waar wij met z n allen over moeten praten. 13. Wij constateren met z n allen dat het uiteindelijk één verzamelgebouw voor kerken is geworden, omdat de andere initiatieven om uiteenlopende redenen uiteindelijk niet verder gebracht konden 5

6 worden. Nadat wij heel lang bezig zijn geweest om één initiatief tot nieuwbouw te laten groeien, hebben wij besloten te kijken of er partijen zijn die dat kunnen doen, maar daarvoor moet je ze eerst inventariseren. In die inventarisatie heeft dus ook de weging gezeten zoals wij met u hebben afgesproken, om te zorgen dat er een mogelijkheid komt voor het realiseren van een mandir in Zuidoost. Wij hebben een partij een brief gestuurd met de mededeling: u bent op de manier zoals de procedure gold uit de weging gekomen, en twee partijen hebben als reactie gekregen: u bent in die zin dus niet uit de weging gekomen, zoals u graag wilde. Zo n brief intrekken en de procedure opschorten, zo zit afspraken maken over het algemeen niet in elkaar. Wij maken een procedure, die is aan de raad voorgelegd, en wij hebben die procedure gevolgd. Daar komt na gevoerde correspondentie dan iets uit. Gaande de rit de spelregels veranderen, lijkt mij juridisch maar ook om andere redenen niet wenselijk. Dhr De Boer reageert op de beantwoording van de portefeuillehouder. De donaties zijn inderdaad als weging meegenomen mbt het eventueel voortzetten of niet met PBKS of VAS, maar PBKS heeft duidelijk te kennen gegeven dat als er een besluit ligt dat men in aanmerking komt voor de bouw van een mandir, de offervaardigheid van de mandirleden veel groter en veel zekerder zal zijn, en dat de financiën/exploitatiebegroting er totaal anders uit zal zien in positieve zin. Vraag 7 gaat echt in op de scheiding van kerk en staat, en de ervaring met de gereformeerde kerk leert dat men mbv donaties kerken kan bouwen zonder inmenging van de staat. Het antwoord op vraag 7 is dus feitelijk in strijd met de scheiding kerk en staat, want je mag een weging niet gebruiken voor het wel of niet toekennen van een vervolgtraject. Hij dient een motie in (nr 2010/08). Besluit motie 8: 1. Dat het vervolgtraject met Kidz and Friends opgeschort wordt, totdat er meer duidelijkheid is over het samenwerkingsverband tussen PBKS, VAS en Kidz and Friends, om te komen tot een plan van aanpak voor een mandir. 2. Dat de ontruiming van de huidige mandir bij Egeldonk (1 april 2010) opgeschort wordt tot 1 september Dhr Hartog, SP, geeft aan dat de SP het vreemd vindt dat de portefeuillehouder nu pas gaat onderzoeken of er draagvlak is onder de Hindoebevolking om in een tempel te zitten die door een kinderdagverblijf wordt opgezet. Het lijkt er nu op dat het kinderdagverblijf het voornaamste doel van het gebouw wordt en dat het daarnaast handig is dat er ook nog een mandir van gemaakt kan worden. Het riekt dan toch een beetje naar volksverlakkerij, als je belooft om behulpzaam te zijn bij het opzetten van een mandir en je komt dan met een kinderdagverblijf. Volgens de SP is daar onvoldoende draagvlak voor in de Hindoegemeenschap en wat gaat er dan gebeuren als dat gebouw niet als mandir wordt gebruikt, als de gemeenschappen daar geen gebruik van willen maken? Je zit dan ook met een exploitatieprobleem. De SP vindt de gang van zaken dus niet bevredigend. Mw Schaaf, GSPS, heeft al eerder gezegd tegen sloop van de mandir te zijn en tegen alle sloop van woongebouwen. Er is helemaal geen reden om de mandir te slopen, andere kerkgebouwen worden ook niet gesloopt. GSPS is voor vrijheid van godsdienst. GSPS is zelf niet een godsdienstige partij, maar men laat ruimte voor meningsuiting over godsdienst, en een kerk mag je niet zomaar slopen. Men is ook tegen de motie, want daarin staat dat de ontruiming van de huidige mandir bij Egeldonk opgeschort wordt tot 1 september 2010; die moet helemaal niet gesloopt worden. Dhr Walgering, GL, stelt dat voor GL religieuze gemeenschappen in staat moeten zijn hun geloof te belijden. Als daar een ruimte voor gebouwd wordt, dan neemt hij aan dat dat in goed overleg volgens de principes van dat geloof wordt ingericht. Wat een eventuele nevenactiviteit betreft: de Kandelaar is ook een multifunctioneelgebouw waarin diverse geloofsgemeenschappen hun geloof kunnen uiten. Dat hier het principe van scheiding van kerk en staat wordt geschonden, ziet hij helemaal niet. De staat bemoeit zich niet met de wijze waarop het geloof wordt beleden/geuit. Het gaat hier om het bouwen van iets en daar heeft de staat natuurlijk wel bemoeienis mee, net als bij alle organisaties. Het stadsdeel moet door gaan op de ingeslagen weg, zoals door het DB gekozen. 6

7 Dhr Miedema, VVD, geeft aan dat de procedure wat de VVD betreft helder is geweest. De keuze is gemaakt en de mandir wordt gerealiseerd. Dat er nog nevenactiviteiten in plaats zullen vinden is mooi meegenomen. Wat de VVD betreft wordt er dus ook niet afgeweken van de procedure en termijnen die er nu liggen. Hij heeft begrepen dat partijen inmiddels met de samenwerking bezig zijn. Dat is mooi, maar dat is een zaak tussen partijen, waar het DB zich niet verder mee hoeft te bemoeien. De procedure wordt wat de VVD betreft dus ook niet teruggedraaid. De VVD zal de motie dus ook niet ondersteunen. Mw Dalgliesh, PvdA, geeft aan dat de PvdA al jaren een warme voorstander is van een mandir in Zuidoost. Al 15 jaar lang wordt getracht te komen tot realisatie van een mandir in Zuidoost. De PvdA heeft in de afgelopen jaren met verschillende groeperingen gesproken. Een aantal keren zijn er initiatieven geweest, die jammer genoeg toch tot niks geleid hebben. In cie en raad heeft men maximale druk gelegd op de portefeuillehouder om ervoor te zorgen dat dit dossier tot een goed einde zou kunnen komen. De PvdA is met de meegedeelde procedure om dit proces verder op weg te helpen akkoord gegaan. Nu is er obv wegingsfactoren een bevoegdheid van het DB een partij uit komen rollen. Het is jammer om te moeten vernemen dat dat geleid heeft tot onrust bij de verschillende partijen, maar tegelijkertijd is de PvdA blij dat de mogelijkheid heel erg groot is dat gekomen kan worden tot een samenwerkingsovereenkomst tussen de verschillende partijen. De partij die de brief van de portefeuillehouder heeft ontvangen, op basis waarvan verder gesproken gaat worden, heeft ook die bereidheid geuit. Zij zou de andere groeperingen die er net zoveel belang bij hebben dat er een mandir in Zuidoost komt willen oproepen om samen met de partij die op dit moment de gunning heeft er maximaal voor te zorgen dat die mandir er inderdaad komt. Het is echt een gebrek in Zuidoost, met zoveel mensen die dit geloof belijden, dat die mandir er niet is. Ondanks het feit dat het DB daar geen partij in is, wil zij de portefeuillehouder toch vragen om zich maximaal in te spannen door een bemiddelaar aan te wijzen die de partijen kan helpen om in dat proces verder te kunnen komen, zodat op niet al te lange termijn iedereen een plek heeft waar men zijn geloof in alle rust en heiligheid kan beleven. Alle waardering voor de maximale inspanning van dhr De Boer, maar gezien het bovenstaande, zal de PvdA de motie van het CDA niet steunen. Dhr Kruik, CU, stelt dat je je bij deze constructie van een mandir kunt afvragen of dat nou een kinderopvang is of een ruimte waar godsdienstige activiteiten kunnen plaatsvinden. Hij begrijpt het probleem van de Hindoegemeenschap daarom heel goed. Een mandir is in de klassieke betekenis een plek waar men kerkdiensten houdt, een spirituele bijeenkomst. Hij kan zich dus goed voorstellen dat deze constructie een heleboel vraagtekens opwerpt. Het lijkt hem daarom verstandig om deze hele beslissing nog even uit te stellen en met de Hindoegemeenschap in gesprek te gaan om tot een goede oplossing te komen, want zoals het er nu naar uitziet zal het de komende jaren niet echt lekker gaan lopen. Dhr Stena, GrSt, bespeurt binnen de hele raad zowel bij voor als tegenstanders enige twijfel of het wel een gebouw wordt waarin echt het Hindoeïsme beleefd gaat worden. Hij heeft nog niet echt kunnen waarnemen dat er ook daadwerkelijk een echte mandir komt. Een manier om zekerheid daarover te kunnen geven is wellicht door het besluit nog even uit te stellen en het DB te vragen hoe men de zekerheid kan geven dat het Hindoeïsme daadwerkelijk daar wordt beleden. Dhr Mos, OZO, stelt dat hij namens de hele raad kan zeggen dat er geen partij is die geen voorstander zal zijn van een mandir in Zuidoost. Dhr Hartog schetst het risico dat de mandir niet echt enthousiast zal worden ontvangen binnen de hele Hindoegemeenschap in Zuidoost, waardoor de mandir niet gebruikt zou worden zoals iedereen hoopt. Hij vraagt daarom aan de portefeuillehouder: Stel dat de situatie zich op die manier ontwikkelt, wat betekent dat dan uiteindelijk voor bv een erfpachtcontract, bestemmingsplan etc? Het leek tot aan vandaag dat alles in kannen en kruiken was, vanmiddag helemaal toen de raadsleden per een concept-convenant kregen. Bij de behandeling van deze interpellatie zit er echter een volle tribune. Je kunt je dan afvragen: Is er echt niks aan de hand, en wordt een convenant dat zo duidelijk lijkt en dat door alle drie partijen onderschreven lijkt te gaan worden, echt zo geapprecieerd door de andere twee partijen? Er ontstaat bij hem dan twijfel, maar hij denkt toch dat de procedure door moet gaan zoals die is ingezet. 7

8 Als de mandir zal moeten worden ontruimd op 1 april a.s. en Kidz and Friends zegt ongeveer 8 maanden nodig te hebben om een nieuwe mandir te realiseren, dan is er een periode die overbrugd moet worden. Kan die ontruiming dan niet voor zo n periode nog worden uitgesteld? Of is dat ihkv de uitvoering van de Vernieuwing van de Bijlmermeer onmogelijk? Mw Verdonk preadviseert de motie. Het moge duidelijk zijn, gezien haar beantwoording van de interpellatievragen, dat het DB deze motie ontraadt. Men is nu eindelijk op gang met een kansrijke kandidaat om te komen tot realisatie van een nieuw mandirgebouw. Om dan weer te gaan opschorten totdat er weer iets anders duidelijk is, lijkt haar niet verstandig. Trajecten kunnen volgens haar gelijk oplopen en dat is ook het advies dat mbt tot besluit 1 aan partijen gegeven zou moeten worden: laat je niet in de weg zitten, sla de handen ineen. Mbt besluit 2 ligt er al een tijdje een gerechtelijke uitspraak die zegt dat 1 april ontruimd moet worden. Die uitspraak is ook betekend en op 1 april gaat de ontruiming daar door. Die ruimte is niet de enige ruimte die beschikbaar is die gehuurd kan worden om tot overbrugging te dienen tot de komst van een nieuwe mandir. Een termijn van 8 maanden is bovendien een irrealistische korte termijn, gezien datgene wat nog gedaan moet worden om tot een nieuwbouw te komen. De voorzitter brengt de motie in stemming. Dhr De Boer wil de twee besluiten graag afzonderlijk in stemming brengen en vraagt bij besluit 1 om hoofdelijke stemming. Hij vindt dat de raad voor beide besluiten moet stemmen, ook omdat er nu een concept samenwerkingsverband is overeengekomen. Dat is een positieve ontwikkeling; bovendien gaat het sec over een tempelvoorziening en niet over een kinderdagverblijf. Partijen moet de ruimte gegeven worden om tot een plan van aanpak te komen en daaraan gekoppeld de ontruiming uitstellen tot 1 september 2010 (ook met 1 juli is het CDA tevreden). Mw Schaaf vindt dat de motie zo is opgezet, dat als zij tegen stemt, men denkt dat zij hetzelfde wil als VVD en PvdA, maar dat is niet het geval. Zij is tegen sloop van de mandir. Mw Dalgliesh vraagt schorsing. De voorzitter schorst de vergadering voor tien minuten. Mw Dalgliesh geeft aan dat de PvdA een motie indient (nr 9) waarin conform haar bijdrage, het DB wordt opgeroepen om de partijen bij elkaar te krijgen en te houden. Vanuit de PvdA fractie zelf zal mbv dhr Lalji ook gekeken worden op welke manier de mandir, die op 1 april moet vertrekken, geholpen kan worden met suggesties voor het vinden van locaties die men kan huren totdat de nieuwe mandir gerealiseerd is. De PvdA zal dus tegen de motie van het CDA stemmen. Besluit motie 9: Het DB op te dragen de samenwerking tussen/met de drie inschrijvers te bevorderen. Mw Saranjam, SP, geeft mbt besluit 1 van motie 8 aan, dat de SP een warme voorstander is dat in Zuidoost een mandir komt. Een aparte tempelvoorziening voor de Hindoestaansebewoners, zonder andere voorzieningen daarbij. De SP stemt voor besluit 1 en vraagt het DB voldoende tijd te nemen, zodat er een oplossing kan komen. Dhr Hartog geeft aan dat de SP voor besluit 2 zal stemmen, ondanks het feit dat er een gerechtelijk besluit ligt. Daar zit nl een voorbehoud bij en men is ervan overtuigd dat daar niet goed mee is omgegaan, zodat niet tot ontruiming hoeft te worden overgegaan op 1 april. Dhr Mos is van mening dat het traject is ingezet. Hij heeft niks gehoord van de kant van het DB, waardoor hij voor besluit 1 zou moeten stemmen. Het project is gestart en dat kan in zijn ogen verder vervolgd worden. Mbt besluit 2 heeft hij de portefeuillehouder gevraagd of het mogelijk is om de mandir voorlopig nog te laten bestaan. Het enige antwoord daarop was, dat er een gerechtelijke uitspraak is gedaan en dat de mandir ontruimd moet worden op 1 april Hij gaat er vanuit dat dat zonder verdere kanttekeningen geaccepteerd kan worden. Hij heeft het vraagteken van dhr Hartog gehoord, maar hij moet dan toch kiezen tussen twee informatiebronnen, en hij kiest in z n algemeenheid dan toch voor de informatie van het DB. 8

9 Hij heeft ook van het DB begrepen dat er een alternatieve mogelijkheid is om de mandir-activiteiten op een andere plek voort te zetten. Daarom stemt hij tegen besluit 2. Dhr Kruik geeft aan dat de CU twijfels heeft of de hele gang van zaken een kwestie is van goed bestuur. De bevolking is hier immers niet tevreden mee. De procedures zijn wellicht wel goed afgehandeld, maar die zijn ook opgesteld door het DB. De CU vindt het belangrijk dat er meer duidelijkheid komt of er wel of geen samenwerking komt en zo ja, op welke manier. Hij denkt dat een raadswerkgroep daar een goed middel voor is, en dat eea niet door één persoon geregeld wordt. De CU is het dus eens dat het hele traject opgeschort wordt, en zolang er geen andere mogelijkheden zijn, moet er ondanks het gerechtelijk besluit een flexibele oplossing komen. De CU stemt dus voor motie 8 van het CDA. Mw Eckhardt, PvdA, was voornemens om voor besluit 1 van motie 8 te stemmen, maar na de stevige discussie die men in de schorsing in de fractie met elkaar heeft gehad, denkt zij dat de PvdA nu met een mooi voorstel is gekomen. Daarom zal zij tegen besluit 1 stemmen. Besluit 2 stemt zij ook tegen, nu dhr Lalji zijn hulp aanbiedt. Zij wil graag uiting geven aan het vertrouwen dat zij in dhr Lalji heeft, die een bemiddelende rol wil gaan vervullen om te komen tot huisvesting in de periode dat er ontruimd moet worden tot de nieuwe mandir is opgeleverd. Zij vindt daarin enige borgstelling, omdat dat voor haar persoonlijk een garantie inhoudt dat de samenwerking die de PvdA middels de motie poogt te bewerkstelligen er zeker zal komen. Dhr Stena geeft mbt besluit 1 van motie 8 aan dat hij voornemens is voor te stemmen, omdat dat de enige stevige maatregel is om de drie partijen bij elkaar te brengen. Hij stemt echter tegen besluit 2, omdat daarover een gerechtelijke uitspraak ligt. Mw Muller, GL, geeft aan dat zij niet voor besluit 1 van motie 8 zal stemmen. Er ligt een convenant, waarin de partijen hebben aangeven dat ze zullen samenwerken. De partijen zijn mans genoeg om daaraan te werken. GL is blij met het convenant en vindt besluit 1 overbodig. Mbt besluit 2 ligt er een gerechtelijke uitspraak, waar twee meningen over zijn. Het liefst zou men willen dat de huidige mandir kan blijven totdat de nieuwe mandir gereed is. Zij zal voor dit besluit stemmen. Dhr Lalji, PvdA, stelt dat de motie van het CDA hem in eerste instantie aardig leek. In de schorsing is de PvdA echter zelf met een goed voorstel gekomen. Hij hoopt dat de mensen op de tribune nog voldoende vertrouwen in hem hebben, dat hij als verbindende schakel zal kunnen optreden. Hij is niet meer beschikbaar voor de raad en heeft daarom meer tijd om in het veld weer verbindingen mogelijk te maken. Namens de PvdA fractie heeft hij zijn diensten aangeboden, en hij zal zich inzetten voor een gebouw en dat de samenwerking op gang komt en blijft. Besluit 1 van motie 8: mw Eckhardt, PvdA tegen mw Schaaf, GSPS tegen dhr Hartog, SP voor dhr Stena, GrSt voor dhr Idsinga, PvdA tegen mw Tiggelaven, OZO tegen mw Koenen, PvdA tegen dhr Walgering, GL tegen dhr Kruik, CU voor mw Alcántara, PvdA tegen dhr Lalji, PvdA tegen mw Arnhem, PvdA tegen dhr Meyer, VVD tegen dhr Bhola, PvdA tegen dhr Miedema, VVD tegen dhr De Boer, CDA voor dhr Mos, OZO tegen dhr Boldewijn, PvdA tegen mw Muller, GL tegen dhr Burgers, PvdA tegen mw Osei, PvdA tegen mw Carr, PvdA tegen dhr Owusu Sekyere, LOS tegen mw Dalgliesh, PvdA tegen dhr Parsan, PvdA tegen dhr Doest, PvdA tegen mw Saranjam, SP voor Besluit 1 wordt met 5 stemmen voor en 22 tegen Verworpen Besluit 2 wordt met 6 stemmen voor (CDA/SP/GL/CU) en 21 tegen Verworpen De voorzitter brengt motie 9 in stemming. Mw Verdonk geeft als preadvies op motie 9 van de PvdA aan, dat het DB met deze motie uit de voeten kan. 9

10 Dhr De Boer vindt motie 9 een verzwakking tov de motie van het CDA, maar omdat die toch positief bijdraagt aan de samenwerking tussen de drie partijen, zal het CDA voor de motie stemmen. Dhr Hartog geeft aan dat hoewel de motie overbodig zou moeten zijn, omdat het vanzelfsprekend is dat het DB de samenwerking in dit stadium bevordert, de SP toch voor de motie zal stemmen. Dhr Meyer, VVD, geeft aan dat de VVD van mening is, dat het aangaan van een samenwerking een zaak is van de partijen zelf en geen taak is van het DB of het stadsdeel. De overheid hoeft zich daar niet mee te bemoeien. De VVD zal dus tegen de motie stemmen. Dhr Kruik geeft aan dat de CU nog steeds vraagtekens heeft tav een zorgvuldige weging. Hij vraagt zich af of dhr Lalji de kar gaat trekken of het DB. De CU heeft onduidelijkheden bij de motie en zal dus tegen stemmen. Mw Schaaf zal ook tegen de motie stemmen. De motie past niet bij de wens dat de mandir niet gesloopt wordt. De rechter kan allerlei uitspraken doen, maar GSPS wil ook niet dat er gebouwd wordt vanwege een ernstige verzakking in de Bijlmer. Als die feiten achtergehouden worden kan men sowieso niet verplicht worden om het eens te zijn met de rechter of haar wil te veranderen. Dhr Stena stemt voor de motie. Hij heeft alleen wel z n twijfels, omdat hij nergens kan zien waar die smart is geformuleerd. Gezien de positieve bedoelingen van de PvdA stemt hij echter voor. Hij vraagt zich alleen wel af hoe hij eea moet lezen: welke resultaten, wat is de intentie? Mw Dalgliesh geeft aan dat de PvdA uiteraard voor deze motie zal stemmen, omdat men gelooft in de kracht van mensen zelf. De PvdA gelooft en vertrouwt erop dat de samenwerking tot stand zal komen en naar alle tevredenheid van de verschillende Hindoeïstische stromingen in Zuidoost, deze mandir gerealiseerd gaat worden. De mensen gaan daar zelf aan werken en daardoor voelt de PvdA zich gesterkt om deze motie in te dienen. Dhr Mos zal ook voor de motie stemmen, ondanks het feit dat er enkele vreemde kanten aan deze motie zitten. Het DB wordt gevraagd iets te bevorderen, ondertussen vertelt de fractie van de PvdA dat men uit eigen midden iemand stuurt om de samenwerking te bevorderen. Dat betekent dus eigenlijk dat het DB ook goed moet samenwerken met de bemiddelaar uit de fractie. Verder vindt hij het merkwaardig dat een motie van een fractie gebruikt wordt om een taak op te leggen aan iemand uit die fractie. Mw Muller geeft aan dat GL tegen de motie zal stemmen. Men vindt de motie sympathiek, maar zoals eerder gezegd, is de samenwerking al op gang gekomen tussen de drie partijen en die kunnen dat best samen afhandelen, zonder de hulp van het DB. Besluit: Motie 9 wordt met 20 stemmen voor en 7 tegen (GL/Tiggelaven/ CU/GS/VVD) Aangenomen 5. Vaststelling bestemmingsplan Venserpolder SDR RO/09 Dhr Idsinga, PvdA, geeft aan dat de PvdA in de cie al heeft aangegeven dat in de Structuurvisie wordt gewezen op enkele problematische situaties in de Venserpolder en op de noodzaak om tot een toekomstvisie te komen. Daarnaast kunnen ontwikkelingen rond station Duivendrecht hun invloed hebben op de Venserpolder. Natuurlijk moeten bestemmingsplannen tijdig vernieuwd worden en kan de PvdA zich vinden in voorliggend conserverend plan. Genoemde Structuurvisie en de zorgen van de PvdA voor de ontwikkelingen in de Venserpolder zijn voor de PvdA aanleiding voor het indienen van een motie (nr 10). Besluit motie 10: 1. Het voorgestelde ontwerp Bestemmingsplan Venserpolder vast te stellen. 2. Het DB op te dragen de in de Structuurvisie 2020 voorgestelde toekomstvisie alsnog voor te bereiden en aan de raad ter besluitvorming voor te leggen. 3. Het DB op te dragen de raad voor 2011 over de voortgang van de toekomstvisie te rapporteren. 4. Aan de hand van de toekomstverkenning te besluiten of, en zo ja, op welke wijze het bestemmingsplan Venserpolder aanpassing behoeft. Mw Schaaf stelt dat er bij Drostenburg/Dubbelink 108 eengezinswoningen worden gebouwd, wat ernstige verdichtingsbouw is, met ernstige afneming van buitenruimtes en speelruimtes van de scholen. Daarbij is 1300 m² nodig voor gezondheidscentra en 1300 m² voor maatschappelijke voorzieningen. Die 10

11 voorzieningen zijn daar niet noodzakelijk en kunnen ook ergens anders gebouwd worden. Bovendien twijfelt GSPS aan handhaving van die 6 m bouwhoogte en vindt men dat 50% afnemen van de tuinruimte voor bebouwing onaanvaardbaar is. De tuinruimte is toch al klein en er vindt dan totale verstening plaats, wat geen gezicht is. Voor de kinderen betekent die verdichtingsbouw veel afleiding, meer prikkels van o.a. geluid. Kinderen die ziek zijn of mankementen hebben, hebben minder concentratievermogen om te leren, en dat vermindert dus het leervermogen. Bovendien is het onmenselijk om te willen dat die kinderen gewoon daar moeten verblijven als er geheid wordt voor die verdichtingsbouw. De scholen kunnen in feite gewoon opgeknapt worden. GSPS vindt dit een onmenselijk plan, heel vervelend voor de kinderen en ook tegen de kinderen gericht. GSPS wil dus niet dat het plan door gaat. Men hoopt dan ook dat de bouwbedrijven niet bereid zullen zijn dit te doen. Mw Verdonk, portefeuillehouder, geeft aan dat het stadsdeel met de corporaties al een tijdje nadrukkelijk in gesprek is om te bekijken wat zo n toekomstvisie zou moeten zijn en wat dat zou moeten betekenen voor het al dan niet ingrijpen in het woningbestand. Dat ziet er allemaal heel erg mooi uit, dus haar preadvies op de motie is positief. Zij denkt dat voor 2011 weldegelijk positief nieuws te melden is over de toekomstvisie. Zij vindt het erg prettig dat de raad zelf al naar elkaar toe uitspreekt en daarmee meegeeft aan de nieuwe raad dat het misschien een goed idee is om dan sneller dan die tien jaar die wijzigingen in het bestemmingsplan aan te brengen, en de toekomstvisie niet eerst tien jaar op de plank te laten liggen. Die gedachte ondersteunt zij van harte. De voorzitter brengt motie 10 in stemming. Mw Schaaf vindt het, zoals eerder gezegd, een plan tegen kinderen gericht, tegen zieke kinderen en tegen kinderen met mankementen. Zij is dus tegen de motie. Dhr Meyer geeft aan dat wat in de motie verwoord staat voor de VVD eigenlijk als vanzelfsprekend is en dus normaal gesproken niet middels een motie uitgesproken zou hoeven te worden. Desalniettemin is het wellicht wel handig om dit toch vast te leggen, zodat ook duidelijk is voor de volgende raad welk pad gevolgd moet gaan worden met dit plan. Dhr Kruik stelt dat het natuurlijk nooit kwaad kan om de raad te rapporteren over de voortgang van de toekomstvisie. Verder begrijpt hij niet zo goed wat de bedoeling van de motie is. Dhr Hartog stelt dat de besluiten in de motie zo logisch klinken, dat hij zich bijna niet kan voorstellen dat je daar nog over moet stemmen. Maar omdat het zo logisch is, zal hij toch voor stemmen. Besluit: Motie 10 wordt met tegenstem van GSPS Aangenomen Besluit: De voordracht wordt met tegenstem van GSPS Aangenomen 6. Warmte/Koudevisie Zuidoost SDR Mil/10 Dhr Idsinga geeft aan dat de PvdA goed te spreken is over de Warmte/Koudevisie van Zuidoost zoals die ter besluitvorming voorligt. Bij de behandeling van de Begroting 2008 heeft de raad op initiatief van de PvdA een motie aangenomen, waarin het DB werd opgedragen beleid te ontwikkelen dat in 2020 moet leiden tot een aandeel duurzame energie van 20%; een ambitieuze doelstelling. In de Milieuvisie en in de recent door de raad aangenomen Klimaatnota staan instrumenten opgesomd, die moeten bijdragen aan de realisering van genoemde doelstelling. De nu voorliggende Warmte/Koudevisie is een vervolgstap op weg naar het realiseren van deze doelstelling. De PvdA heeft altijd enige reserves gehad tav de contracten voor warmtelevering die ihkv de stadsvernieuwing met Nuon zijn afgesloten. Men heeft deze contracten ook weleens wurgcontracten genoemd. Stadsverwarming draagt natuurlijk wel bij aan CO2 reductie, maar door zo eenzijdig op de stadsverwarming in te zetten wordt het investeren in andere vormen van duurzame energie ontmoedigd. De nu ter vaststelling voorgelegde Warmte/Koudevisie geeft wel ruimte aan alternatieven voor stadsverwarming, die een nog grotere bijdrage kunnen leveren aan de CO2 reductie. 11

12 Met een nota is men er natuurlijk nog niet. De ruimte die nu geboden gaat worden aan alternatieve vormen voor de toepassing van duurzame energie zullen nu krachtig moeten worden benut. Het DB zal hier een essentiële rol in moeten gaan vervullen. In samenspraak met corporaties en het bedrijfsleven zullen de mogelijkheden geoptimaliseerd moeten worden: warmte/koude opslag, zonne-energie en aardwarmte bieden alle mogelijkheden om op lokaalniveau bij te kunnen dragen aan het Klimaatbeleid. Think globaly, act localy was niet voor niets het motto in der tijd in Rio de Janeiro. In Kopenhagen is het wellicht niet gelukt om internationaal tot bindende afspraken te komen over het Klimaatbeleid. Voor Zuidoost is dat geen beletsel om de handen uit eigen mouwen te steken. Het DB zal daarbij voorop moeten lopen. De Warmte/Koudevisie is het laatste beleidsdocument op het gebied van Milieu- en Energiebeleid dat deze raadsperiode wordt vastgesteld. Natuurlijk is de PvdA de portefeuillehouder erkentelijk voor zijn inzet om in Zuidoost de mogelijkheden te benutten om op lokaalniveau te doen wat mondiale vraagstukken van het stadsdeel verlangen. Het is niet gebruikelijk in de raad om ambtenaren aan te spreken. Via de portefeuillehouder wil de PvdA echter toch haar erkentelijkheid uitspreken over de wijze waarop de ambtenaren de portefeuillehouder tav zijn beleid hebben geadviseerd. Dhr Hartog stelt dat de Warmte/Koudevisie een paar stappen vooruit maakt. De SP is daar gelukkig mee. De SP heeft eerder een motie ingediend, omdat men vond dat het op sommige punten wat verder kon. Dat betrof afspraken over zonnepanelen. Hij gaat er niet vanuit dat de gedachten daarover bij de PvdA veranderd zijn, dus het heeft geen zin om die motie opnieuw in te dienen. Hij wacht daar liever mee tot de Verkiezingen zijn geweest, want dat biedt dan nieuwe kansen om de motie wellicht wel aangenomen te krijgen, zodat de visie nog wat scherper gemaakt kan worden dan die nu is. Voor het overige zal de SP voor de voordracht stemmen. Dhr Walgering heeft in de cie al grote waardering uitgesproken voor dit goed onderbouwd stuk. GL zal er dan ook zeker behoefte aan hebben, gelet op de milieuvriendelijkheid van het voorstel tbv minder CO2 uitstoot. Blijft de vraag: wat is goedkoper, stadswarmte of zonnecollectoren? En welke heeft de meeste voordelen? Dhr Mos vindt het een mooie beleidsvisie. Het probleem dat dhr Idsinga naar voren brengt, is natuurlijk een algemeen probleem. Je weet nooit of je als je nog een paar weken/maanden wacht, je je geld niet veel beter op een andere manier kunt besteden. Maar je zult toch ooit moeten beginnen. Hij kan zich dus heel goed in de woorden van dhr Idsinga vinden. Het gaat hier om een beleidsvisie, en men heeft in een cie een beleidsvisie juist niet willen behandelen, omdat je beleidsvisies niet vaststelt in een laatste raadsvergadering. Hij vraagt de PvdA om op deze ongerijmdheid in te gaan. Dhr Kruik heeft begrepen dat het doel van deze Warmte/Koudevisie is, dat deze fungeert als gebiedsgerichte energievisie voor Zuidoost, waardoor er ontheffing kan komen voor een aansluitverplichting op het stadswarmtenet. De nota is goed geschreven, maar het nadeel van deze hele zaak is dat er een wirwar van technische, wettelijke, wenselijke en toekomstige ontwikkelingen staat, die allemaal met elkaar samenhangen, waardoor verschillende keuzes mogelijk zijn. Het lijkt erop dat er ook een koude markt geschapen gaat worden door Nuon voor de particuliere sector. De CU vraagt zich af of hiervoor in de toekomst ook een vastrecht betaald moet gaan worden naast een vastrecht voor de stadswarmte, wat opgedrongen wordt, waardoor bewoners uiteindelijk meer gaan betalen voor hun energie huishouding. Uiteraard is het voor de CO2 vermindering een groot voordeel dat de afvalwarmte die nu weggegooid wordt, wordt gebruikt voor stadswarmte. De kostenfactor ligt nu in het investeren in het stadswarmtenet. Ook over de tariefstructuur zijn discussies gaande geweest. De visienota spreekt wel over het groene van stadswarmte, maar stadswarmte is inderdaad een concurrent voor andere duurzame energiebronnen. Bovendien is het best mogelijk dat over twintig jaar energie van de Sahara komt via gas of elektriciteit, en dan is het hele stadswarmtenet overbodig. In paragraaf 5 worden enkele duurzame energievoorzieningen geschetst, maar volgens de CU spreekt daar niet voldoende visie uit. Het realiseren van een CO2 arme wijk staat mooi, maar dat houdt ook in dat andere wijken niet CO2 arm worden gebouwd. Het is pas een echte visie als er staat dat elke woning die nieuw gebouwd wordt in Zuidoost CO2 arm wordt gebouwd. Het gaat er eigenlijk om dat bewoners in de toekomst niet meer hoeven te betalen voor hun energierekening dan nodig is. 12

13 Het blijft een moeilijke kwestie om dat allemaal tegen elkaar af te wegen, maar uiteraard kan de CU niet tegen deze Warmte/Koudevisie stemmen. Dhr Mos stelt dat de CS voor de nabije toekomst eisen heeft geformuleerd mbt zuinigheid van woningen en met name mbt het aantal woningen dat heel zuinig moet worden gebouwd. Een stadsdeel zit onder die hele stringente norm. Dhr Kruik merkt op dat het nu slechts om één CO2 vrije wijk gaat, en vraagt hoe het dan zit met de andere wijken. Is hij het met OZO eens dat het volgen van de CS eigenlijk de goede optie is op dit moment? Dhr Kruik geeft aan dat de CU eerder een motie heeft ingediend om mee te gaan met de eisen van de CS. Die motie is echter verworpen door deze raad. Mw Schaaf lijkt de Warmte/Koudevisie positief, maar technisch gezien kan de raad daar heel slecht over oordelen. Volgens haar moet de raad daar dus gewoon kennis van nemen, want het is geen onderwerp om vast te stellen. Dhr Jaensch, portefeuillehouder, neemt de complimenten uiteraard graag in ontvangst en zal die ook doorgeven aan de betreffende ambtenaren. TWEEDE TERMIJN Dhr Idsinga geeft in antwoord op de vraag van dhr Mos aan dat de PvdA ervan uitgaat dat dit een langlopend traject is en dat men de visie zoals die nu op papier staat graag wil vaststellen en daarmee bevestigen. Dat de PvdA het als een A-punt heeft opgevoerd was meer om haar waardering en het onderschrijven van deze visie nog eens te kunnen benadrukken. Dhr Mos vroeg naar de contradictie tussen deze beleidsvisie wel behandelen en de andere niet, omdat het de laatste raadsvergadering is. De voorzitter brengt de voordracht in stemming. Besluit: De voordracht wordt met algemene stemmen Aangenomen, waarbij aangetekend dat mw Schaaf niet deelneemt aan de stemming. 7. Vaststelling Tarieventabellen 2010 SDR Fin/50 Dhr Hartog geeft aan dat de SP uiteraard blij is dat tov de vorige voordracht het afvalstoffentarief minder verhoogd is. Er hebben zich echter ook ontwikkelingen voorgedaan mbt de markttarieven, en de SP is ter ore gekomen dat de communicatie over het differentiëren van die tarieven zeer gebrekkig is geweest en heel veel weerstand oproept. De SP dient daarom een motie in (nr 11). Besluit motie 11: De in de voordracht voorgestelde tariefdifferentiatie voor marktgelden terug te draaien. Mw Schaaf, vindt tav de Tarieventabellen eea zeer ongelijkwaardig mbt de afvalstoffenheffing, vooral bij de hoogbouw. Deze betaalt voor de laagbouw, die qua inkomen al meer bevoordeeld is en GSPS vindt dat een schande. Door de sloop van veel flats en veel nieuwe laagbouw is het verschil nog groter geworden, dus verhoudingsgewijs betaalt men te veel meer. De alleenstaanden die 50% van de huishoudens uitmaken betalen ook nog eens extra te veel. Degenen die de grootste projecten uitvoeren hoeven het minst aan bouwleges te betalen, terwijl die juist de meeste ellende veroorzaken voor de bevolking. GSPS zal de Tarieventabellen dan ook niet goedkeuren. Dhr Jaensch stelt dat de Tarieventabel op zich een uitvloeisel is van de Begroting en dat daarin het punt dat de SP nu aanvoert ook heeft gestaan. De SP heeft toen echter niet aangegeven dat men zich daarin niet kon vinden. Het DB voelde zich dus gemandateerd door de Begroting. 13

14 De marktcommissieleden zijn in september geïnformeerd over het voornemen van het stadsdeel om eea te gaan uitvoeren; daarover is een verslag gemaakt. Hij was daar zelf ook bij aanwezig. Dat was nog voordat de Begroting door het DB is vrijgegeven. Hij heeft toen expliciet naar de mening van de marktcommissieleden gevraagd. Men kon zich toen daarin vinden, mn vanuit de argumentatie dat het stadsdeel meer werk aangeboden krijgt van een x-aantal marktkooplui die nogal veel afval aanbieden. Op dit moment is de kostendekkendheid van de markt iets boven 50%. De raad heeft zelf aangegeven dat men naar 60 70% wil. Afvalverwerking maakt deel uit van die kostendekkendheid en het stadsdeel krijgt heel veel afval aangeboden. Marktkooplui kunnen er natuurlijk ook voor kiezen om alle afval weer mee naar huis te nemen of zelf op te ruimen en weg te brengen. Die kosten komen dan niet terug. Vooralsnog heeft het stadsdeel gemeend het op deze manier te moeten doen, en dat betekent dus een verhoging van 5 per kraam van 4 meter voor een aantal marktkooplui die enorm veel vuil achterlaten (bv groente- en fruitkraam, viskraam en poelier). De kledingverkopers laten nagenoeg geen vuil achter, dus die krijgen dat tarief ook niet opgelegd. Dit is overigens geen unieke maatregel, want die wordt op meer plekken in Nederland toegepast. De SP is akkoord gegaan met het naar 60 70% kostendekkendheid brengen van de markttarieven in Hij komt geen ander voorstel van de SP tegen om die kostendekkendheid te kunnen halen. Dat is voor hem een extra argument om de motie te ontraden. TWEEDE TERMIJN Dhr Hartog geeft aan dat de SP toentertijd tegen de Tarieventabellen heeft gestemd en over de markttarieven heeft gezegd dat gekeken moest worden naar de verdeling van kosten voor het opruimen tussen marktkooplui en het stadsdeel. Dat je niet alles moet toeschrijven aan de marktkooplui, omdat het nu eenmaal een taak is van het stadsdeel om vuil op te halen. Daarnaast zijn er andere maatregelen te verzinnen om het afval terug te dringen, bv met handhaving of een betere organisatie van plekken waar je het afval af kunt leveren. De communicatie blijkt nu toch slecht te zijn geweest, want een groot deel van de marktkooplui werd door de nieuwe markttarieven verrast. Hij vraagt dus toch aandacht om het beter te doen. Mocht de motie verworpen worden dan zal de SP weer tegen de Tarieventabellen moeten stemmen. Dhr Jaensch geeft aan dat de tweede constatering in de motie onjuist is; hij kan daar het verslag van overleggen. De marktcommissie is gekozen om namens de marktkooplui op te treden. Het is niet zíjn verantwoordelijkheid om de informatie aan alle marktlieden afzonderlijk door te geven, dat is de primaire verantwoordelijkheid van de marktcommissie. Mbt de overweging dat andere methodes zoals handhaving een betere oplossing zou zijn, heeft het stadsdeel de afgelopen periode regelmatig getracht te handhaven. Dat geeft echter niet de kostendekkendheid van 60 70% in De voorzitter brengt de motie in stemming. Mw Schaaf vindt het een slechte zaak dat er geen overleg heeft plaatsgevonden met de marktcommissie. Het is ook een slechte tijd om de markttarieven kostendekkend te maken, ook gezien het weer van de afgelopen tijd. Zij zal dus voor de motie stemmen. Mw Dalgliesh geeft aan dat de PvdA tegen de motie zal stemmen. Zij vindt al vanaf 2002 dat de markttarieven naar een meer kostendekkend percentage zouden moeten toegroeien. Daar is de portefeuillehouder op dit moment mee bezig en zij ziet geen enkele reden om de tariefdifferentiatie zoals die wordt voorgelegd terug te draaien. Bovendien kan zij zich ook niet voorstellen dat er geen overleg heeft plaatsgevonden met de marktcommissie. Dhr Mos zal tegen de motie stemmen. Hij kan zich in de argumentatie van de portefeuillehouder vinden dat dit in wezen onderdeel is van de vastgestelde Begroting. Het baart hem wel zorgen dat niet alleen de SP maar ook de CU kennelijk van de marktcommissie het oordeel heeft gekregen dat er niet goed gecommuniceerd is. Op termijn moet daar dan toch wel helderheid over komen. Dhr Kruik kan zich wel voorstellen dat de tariefdifferentiatie problemen geeft. Bovendien wordt in de motie ook aangegeven dat de communicatie niet goed is verlopen. Inhoudelijk kan de CU dus wel met de motie instemmen, maar formeel lijkt het hem erg moeilijk om de Tarieventabellen tav de markttarieven weer terug te draaien. Bij de volgende bespreking daarover kan deze motie echter zeer zeker ter sprake komen. De CU zal tegen de motie stemmen. 14

15 Besluit: Motie 11 wordt met 3 stemmen voor (SP/GSPS) en 22 tegen Verworpen, waarbij aangetekend dat mw Eckhardt en mw Osei niet aanwezig zijn bij stemming. De voorzitter brengt de voordracht in stemming. Mw Schaaf stemt voor besluit 1c en besluit 3, maar tegen de overige besluiten. Besluit: De voordracht wordt met 23 stemmen voor en 2 tegen (SP) Aangenomen 9. Vaststelling Verordening Kinderopvang Sociaal Medische Indicatie SDR W/12 Mw Saranjam geeft aan dat de SP het een goede zaak vindt dat de rijksbijdrage voor Kinderopvang SMI structureel wordt. Dit onderwerp is inderdaad een maatschappelijke investering, maar men heeft daar nog wel een paar kanttekeningen bij. De SP wil op drie punten in de Verordening aanpassingen aanbrengen, tw mbt de leeftijdsgrens, de behandeltijd en de maximale duur van de voorziening. Zij dient daarvoor een amendement in (nr 12). Besluit amendement 12: 1. Onder artikel 2 Doel van de Verordening: De begrenzing van de leeftijd kinderen tussen 3 maanden en 12 jaar te veranderen in geen leeftijdsgrenzen gesteld. 2. Bij artikel 6 Het besluit tot vaststellen van tegemoetkoming: a. Het DB besluit over de aanvraag binnen 8 weken na ontvangst daarvan, te veranderen in Het DB besluit over de aanvraag binnen 6 weken na ontvangst daarvan. b. Het DB kan zijn beslissing met ten hoogste 4 weken verdagen, veranderen in Het DB kan zijn beslissing met ten hoogste 2 weken verdagen. 3. Onder artikel 8 ingangsdatum en duur van de tegemoetkoming, punt 3: De voorziening wordt vastgesteld voor de periode van maximaal een jaar, veranderen in De voorziening wordt vastgesteld voor de periode van maximaal 4 jaar, tenzij de vaststelling van de door de GGD gestelde indicatie anders luidt. Mw Schaaf stelt dat het natuurlijk nodig is dat er een Verordening is voor de Kinderopvang, maar dat het hier om kinderen uit een probleemsituatie gaat of kinderen waarmee zelf iets aan de hand is. Deze kinderen hebben meer aandacht nodig, dus meer begeleiding. Je kunt ze dus niet vergelijken met kinderen uit de commerciële opvang. Er is geen speciale begeleiding voor deze kinderen. Er zijn ook meer leidsters nodig voor het aantal kinderen dat opgevangen wordt. Dat is in deze voordracht niet het geval. Het is eigenlijk een ontkenning dat er iets aan de hand is. Dat is niet goed geregeld en moet structureel verbeterd worden. GSPS vindt dat er een aparte medisch sociale kinderopvang moet komen. GSPS stemt dus tegen de voordracht. Dhr Verzijl, portefeuillehouder, merkt op dat deze discussie ook al in de cie is gevoerd. Hij heeft toen aangegeven dat de Verordening door alle stadsdelen op deze manier is opgesteld. Dat geeft de burger in Amsterdam de zekerheid dat er een gelijke behandeling plaatsvindt. In de huidige praktijk hebben de zaken die de SP aandraagt nooit tot enige problemen geleid. Hij heeft de raad ook voorzien van informatie mbt dit punt. Hij heeft de indruk dat de SP die informatie niet tot zich heeft genomen. Tav de opmerkingen van mw Schaaf geeft hij aan dat het stadsdeel een paar typen problemen bij de horens heeft gevat. Kinderen die vanuit hun eigen situatie via het SMI uitgeplaatst moeten worden naar een kinderdagverblijf, gáán naar een medisch kinderdagverblijf, waar ze expliciet specifieke aandacht krijgen en Zuidoost hééft een plek waar deze kinderen op een adequate manier kunnen worden opgevangen. Hij ontraadt het amendement van de SP ten sterkste. 15

16 TWEEDE TERMIJN Mw Saranjam heeft in de cie ook aangegeven dat sommige stadsdelen niet akkoord zijn met dezelfde Verordening. Zuidoost kan dus zelf bepalen of men akkoord gaat met deze Verordening, of men dingen wil toevoegen of de Verordening wil wijzigen dmv amendement of motie. Bij huis-aan-huis bezoeken en via de TV krijgt men te horen dat er heel veel wachtlijsten zijn en dat heel veel mensen problemen hebben met wachten. Ook is eea heel erg bureaucratisch tav de organisatie. De SP heeft daarom dit amendement ingediend, en men wil dat de tekst daarvan wordt verwerkt in de Verordening. De voorzitter brengt het amendement in stemming. Besluit: Amendement 12 wordt met 2 stemmen voor (SP) en 23 tegen Verworpen, waarbij aangetekend dat mw Carr en mw Eckhardt niet aanwezig zijn bij stemming. De voorzitter brengt de voordracht in stemming. Mw Schaaf geeft aan dat er een aantal gegevens ontbreken over de specifieke opvang van de kinderen mbt de speciale begeleiding en de speciale locaties. Besluit: De voordracht wordt met 24 stemmen voor en 1 tegen (GSPS) Aangenomen Voordrachten uit de categorie B; HAMERPUNTEN 8. Goedkeuring Begroting Sirius 2010 SDR O/11 Mw Schaaf heeft al eerder gezegd dat er te veel kosten worden gemaakt voor bovenschoolse activiteiten. Ook aan materialen wordt te veel uitgegeven en tav de energiekosten is nog steeds niet duidelijk hoeveel voor elektra en hoeveel voor het warm houden van de school wordt betaald. GSPS vindt dat er te veel extra geld wordt uitgegeven, terwijl de leraren misschien best wel meer zouden moeten gaan verdienen. Het verschil tussen het basispakket en de rest is veel te groot. GSPS zal daarom tegen de Begroting stemmen. Mw Saranjam geeft aan dat de SP in de cie haar zorgen heeft geuit over het ziekteverzuim, dat heel hoog is, dat de kwaliteit van vijf scholen te laag is en dat het aantal leerlingen in 2009 is gedaald. Toch wil de SP de stichting Sirius nog een jaar de kans geven om de Begroting van 2011 op orde te brengen. De SP zal daarom voor de Begroting van 2010 stemmen, maar wil graag zien dat in 2011 een verbetering komt. Besluit: De voordracht wordt met 24 stemmen voor en 1 tegen (GSPS) Aangenomen, waarbij aangetekend dat mw Carr en mw Eckhardt niet aanwezig zijn bij stemming. *** Losse moties Dhr Mos dient namens OZO/PvdA/SP/GL/CDA/CU een motie in (nr 5). Je zou bijna denken dat de motie overbodig is, omdat indertijd een amendement van het CDA is aangenomen. Het amendement hield in dat besloten werd tot een prijsvraag. Er stond alleen niet in wie dat zou uitvoeren. Je kunt het DB achteraf dus niet kwalijk nemen dat het amendement niet is uitgevoerd. Deze motie brengt daar enige verandering in. De bedoeling is nu dat het DB al dan niet zelf een mooie naam verzint, dan wel terugvalt op het eerdere amendement, dat er een prijsvraag komt. Het is dan ook de bedoeling dat het DB die organiseert. 16

17 Besluit motie 5: Het DB op te dragen met een voorstel te komen voor een Nederlandse naam als aanduiding voor de buurtcentra en daartoe een beroep te doen op de creativiteit van bewoners middels een prijsvraag. Dhr Verzijl, portefeuillehouder, geeft aan dat het DB de motie uiterst sympathiek vindt. Men heeft dan ook geen enkel probleem om die uit te laten voeren. De voorzitter brengt de motie in stemming. Mw Schaaf heeft buurthuis altijd een doodnormale Nederlandse naam gevonden. Zij vindt daar niks mis mee en ziet dus geen enkele reden om een prijsvraag uit te schrijven om het woord buurthuis te veranderen. Dhr De Boer geeft aan dat het inderdaad een amendement van het CDA was om een prijsvraag uit te schrijven om een mooie naam te bedenken. Het CDA ging er vanuit dat het DB het initiatief zou nemen om het besluit uit te voeren, maar kennelijk was dat toch onduidelijk. Het CDA is blij dat dit toch even weer de aandacht krijgt en dat het DB het besluit gaat uitvoeren. Dhr Meyer, VVD, stelt dat de achterliggende gedachte van de motie is, om de buurt te betrekken bij de naamgeving van het centrum. Dhr Verzijl interpreteert de motie zo, dat er een andere naam gezocht moet worden voor het begrip community center en niet alleen voor dit ene gebouw. Het DB gaat eea op de feestelijke opening in lijn zetten, zodat de mensen erover na kunnen gaan denken vanuit de feestelijke sfeer. Dhr Meyer geeft aan dat dat niet zoveel verandert aan het standpunt van de VVD, maar dat men het idee op zich sympathiek vindt. De VVD zal de motie dus ondersteunen. Dhr Kruik vindt het een beetje vreemd dat een amendement niet uitgevoerd wordt en dat gewoon een beslissing wordt genomen over een naam. Hij houdt het op een communicatiestoornis. Hij vindt dit een goede motie, waar de CU voor zal stemmen. Besluit: Motie 5 wordt met 24 stemmen voor en 1 tegen (GSPS) Aangenomen, waarbij aangetekend dat mw Carr en mw Eckhardt niet aanwezig zijn bij stemming. Dhr Kruik dient een motie in (nr 6) mede ondertekend door CDA/SP/GL/OZO. De CU heeft onlangs gesprekken gevoerd met marktkooplieden van Kraaiennest en de nood blijkt op dit moment heel hoog te zijn; men is het een beetje zat. Daarom dient de CU deze motie in, om op korte termijn op een goede manier aandacht te besteden aan de nood van deze marktkooplieden. Ze hebben ook een brief aan het DB en de raadsleden gestuurd, waarin ze aangeven gediscrimineerd te worden. Er was nl koffie en gebak voor de winkeliers, maar niet voor de marktkooplieden. Ook gaat een heleboel subsidie naar WC Kraaiennest maar niet naar de markt. De CU vindt het terecht dat de marktkooplieden zich slecht behandeld voelen. Ze hebben een hele tijd geleden voorstellen gedaan om met een mobiel pinapparaat te gaan werken op de markten, zodat het geld op een degelijke manier geïnd wordt. Daar is echter niet op gereageerd. De CU stelt dus voor dat serieus wordt geluisterd naar alle problemen waar de marktkooplieden op dit moment tegenaan lopen. Besluit motie 6: Het DB op te dragen op korte termijn met de marktcommissie te overleggen en te zoeken naar adequate oplossingen voor de aangedragen problemen. Dhr Jaensch, portefeuillehouder, heeft oude verslagen voor zich liggen, waarin een heleboel van die punten ter sprake komen, die soms ook weerlegd worden. Hij heeft al eerder gezegd dat de marktcommissie is geïnformeerd en ook geconsulteerd over de differentiatie van de vuilophaaltarieven. De constatering daarover in de motie kan hij dus niet delen. Als met de mogelijkheden voor bijzondere subsidieaanvragen de Kansenzone wordt bedoeld, dan moet op dit moment geconstateerd worden dat de ambulante handel uitgesloten is van de Kansenzone. Het gaat om ondernemers die gevestigd zijn in het gebied. De mogelijkheid om daar twee dagen in de week 17

18 te staan is op dit moment niet opgenomen in de regeling van B&W voor de Kansenzone. Hij is wel voornemens om daar nog eens naar te kijken, maar hij acht de mogelijkheid niet erg groot dat de marktkooplieden daar gebruik van kunnen maken. Dat is ook de reden dat zij daar niet over geïnformeerd zijn. Dat weet een aantal marktkooplui overigens ook, want dat is hen verteld. Het bezwaar tegen de bejegening gaat over individuele personen van het stadsdeel. Als er echt serieuze bezwaren zijn, dan bestaan daar procedures voor, anders dan het indienen van een motie via de raad. Hij vindt het een zwaar punt dat men zich gediscrimineerd zou voelen wegens het niet uitnodigen voor koffie en gebak met wethouder Asscher. In het verslag staat dat de marktcommissie dat is een afvaardiging van de markt weldegelijk is uitgenodigd om daar bij aanwezig te zijn. Een mobiel pinapparaat is de verantwoordelijkheid van de ondernemer zelf. Er zijn meer ondernemers op markten die dat hebben en volgens hem zijn stadsdelen of overheden daar niet bij betrokken. Dhr Kruik verduidelijkt dat het hier om het innen van marktgelden gaat en niet om verkoop aan klanten. Dhr Jaensch heeft mbt genoemde brief, waar de motie ook op is gebaseerd, begrepen dat er ook over promotie gesproken is. Er is al een tijd lang een kleiner promotiebudget voor de markt beschikbaar, maar dan moet er wel een plan komen. De ervaring leert wel dat marktkooplui die dag in dag uit bezig zijn met het op- en afbouwen van de markt en het slijten van hun waren, moeilijk tijd vinden om dat promotiebudget in vullen. Om de diverse aangedragen redenen ontraadt hij de motie. Dat betekent echter niet dat er geen dialoog plaatsvindt. Hij heeft morgenavond weer een overleg met de marktcommissie en hij kan de raad verzekeren dat daarin een aantal van deze punten weer terugkomen. Hij zal daar keurig antwoord op geven. De voorzitter brengt de motie in stemming. Mw Dalgliesh geeft aan dat de PvdA tegen de motie zal stemmen. Morgen is er weer een overleg met de marktcommissie en zij neemt aan dat de portefeuillehouder inderdaad ingaat op problemen die er eventueel zijn. Tegelijkertijd heeft de raad een aantal foto s ontvangen van de marktkooplui, waarop je kunt zien dat sommige kramen gewoon in water staan als het geregend heeft, waardoor klanten niet bij die kramen kunnen komen zonder natte voeten te krijgen. De PvdA vindt het wel redelijk om de portefeuillehouder te vragen om in elk geval aandacht te besteden aan dat probleem. Dhr Kruik denkt, ondanks het antwoord van de portefeuillehouder, dat er toch een heleboel communicatieproblemen zijn, dus een goed gesprek lijkt hem wel een goede manier om de ontstaande misverstanden op te lossen. De gesprekken van de afgelopen tijd hebben namelijk op de één of andere manier voor beide partijen toch niet de uitwerking gehad die ze hadden moeten hebben. De CU trekt de motie dus niet in. Dhr Meyer geeft aan dat de VVD tegen de motie zal stemmen. De kern van de motie is dat er overleg moet plaatsvinden met de marktcommissie, en dat gebeurt. De motie is dus overbodig. Verder heeft de portefeuillehouder een aantal onjuistheden aangegeven, waarbij hij in ieder geval wil opmerken dat de markt gezien de discussie mbt de markttarieven permanent door het stadsdeel gefinancierd wordt. Wat de VVD betreft is dat voldoende. Dhr De Boer stelt dat de portefeuillehouder de motie ontraadt, maar aan de andere kant toch een positief preadvies geeft als hij zegt eea morgen in het overleg met de marktcommissie mee te nemen. De motie is dus eigenlijk overbodig, maar kan wel enige druk op de zaak zetten. Hij begrijpt wel wat dhr Meyer zegt over subsidie, maar ook marktkooplieden die subsidie ontvangen hebben recht op een weerwoord of mening. Het CDA steunt de motie daarom alleen maar om druk op de ketel te houden. Dhr Mos geeft aan dat zijn handtekening dan wel onder de motie staat, maar dat hij nu van de portefeuillehouder heeft vernomen dat een paar constateringen toch niet zo zwart-wit gesteld kunnen worden. Bovendien heeft de portefeuillehouder aangegeven dat hij morgen weer een overleg heeft met de marktcommissie. Die korte termijn in het besluit van de motie is in dit geval al binnen een dag. Als hij nu toch nog voor de motie zou stemmen, dan zou daar een zeker wantrouwen uit afgeleid kunnen worden en dat heeft hij helemaal niet. Daarom moet hij zijn handtekening nu toch terugtrekken en tegen de motie stemmen. Mw Schaaf zal voor de motie stemmen, omdat zij denkt dat er toch wel iets aan de hand is waarover goed overleg moet plaatsvinden. Mw Muller denkt dat het feit dat de marktlieden het op dit moment zwaar hebben ook wel eens aan het weer kan liggen. GL heeft de motie mede ondertekend, niet omdat men het met alle constateringen in de motie en de opmerkingen van de marktkooplieden eens is, maar omdat men de indruk heeft dat het een kwestie is van veel misverstanden en communicatieproblemen. Gelukkig heeft de portefeuillehouder zelf 18

19 al aangegeven dat hij morgen met de marktcommissie gaat praten. Het lijkt haar heel belangrijk om een gesprek te hebben en daarom handhaaft GL haar handtekening onder de motie. Besluit: Motie 6 wordt met 7 stemmen voor (CU/GSPS/CDA/GL/SP) en 19 tegen Verworpen, waarbij aangetekend dat mw Eckhardt niet aanwezig is bij stemming. Mw Muller dient een motie in (nr 7), als uitwerking van de motie die GL vorig jaar heeft ingediend om bewoners te betrekken bij het schoonhouden van de omgeving van de ondergrondse containers. Deze motie gaat over de uitvoering van die motie. In cie ROVB is er een nota geweest over dit punt en dat vond zij een hele serieuze en realistische nota, waarvoor zij nog graag haar complimenten wil maken. In de motie van vanavond wordt een dekking aangegeven, waardoor een pilotproject in Holendrecht West zou kunnen worden uitgevoerd. Besluit motie 7: Een pilotproject adopteer een bak uit te voeren in Holendrecht West en de dekking ad te zoeken in de begrotingsposten van de Begroting Dhr Jaensch, portefeuillehouder, heeft in de cie al aangegeven op zich niet onsympathiek te staan tov het idee, al is het maar dat je alles moet doen om een ruimte schoon te krijgen en dat de hulp die je daarbij kunt krijgen van bewoners goed is. Uiteindelijk draagt dat ook bij aan binding in de buurt, maar hij moet toch ook kritisch zijn, want inmiddels is duidelijk geworden dat het stadsdeel de komende jaren minder rooskleurig er voor zal staan, doordat drastisch in de inkomsten geschrapt moet worden. Het gaat niet zozeer om de pilot van zelf, maar wel wat daarna komt. Dit vindt hij typisch iets wat je mee moet nemen bij de totstandkoming van een nieuw Bestuursakkoord tav een bredere afweging over hoe partijen om willen gaan met participatie en het schoonhouden van de openbare ruimte. Als je als partij dit voorstel dan inbrengt, dan maak je een betere afweging, dan wanneer je het op deze manier indient, waarbij je misschien nog wel geld vindt voor de pilot, maar voor de toekomst moet constateren dat dit sterk ter discussie zal komen te staan. De voorzitter brengt de motie in stemming. Dhr De Boer is van mening dat je het de bewoners daarmee ook te gemakkelijk zou kunnen maken: het wordt toch wel opgeruimd, want er is een bak geadopteerd, dus we kunnen de troep wel neerleggen. Daarnaast is ook niet duidelijk of die vrij is gevallen of ten koste van iets anders gaat. De portefeuillehouder heeft gelijk dat het gevolgen kan hebben voor 2011 e.v. Dit is inderdaad een heel goed punt voor het Bestuursakkoord. Het CDA staat wel sympathiek tegenover de motie, maar zal vooralsnog tegen stemmen. Mw Schaaf zal tegen de motie stemmen, omdat men dit niet een taak van de bewoners vindt. Je kunt hiermee ook mensen tegen elkaar opzetten. Je wordt dan een soort politieagent van de omgeving en dat is geen goede zaak. Bovendien geeft GSPS die liever uit aan iets anders. Mw Dalgliesh geeft aan dat de PvdA tegen de motie zal stemmen. Men begrijpt de urgentie voor het op dit moment indienen van deze losse motie eigenlijk niet zo goed. Zij is het er helemaal mee eens om dit over te hevelen naar het Bestuursakkoord. Mw Saranjam geeft aan dat de SP een beetje veel vindt. Daarnaast is zij het eens met het preadvies van de portefeuillehouder. De SP zal daarom niet voor de motie stemmen. Dhr Kruik vindt de motie sympathiek, maar kan meegaan met het preadvies van de portefeuillehouder. Dhr Meyer geeft aan dat de VVD het idee op zich sympathiek vindt, maar gezien de opmerkingen van de portefeuillehouder ook de verklaring van mw Dalgliesh kan de VVD geheel volgen zal men tegen de motie stemmen. Mw Muller zal voor de motie stemmen, omdat het een uitvoering is van een motie die al eerder aangenomen is. Wat betreft die werd in de eerdergenoemde nota aangegeven dat de kost voor de baat uit gaat en dat het de bedoeling is dat op den duur quitte gespeeld wordt door het erbij betrekken van bewoners, en er was ruimte voor deze Dhr Mos zou geen bezwaar hebben om dit over de Verkiezingen heen te tillen, maar hij zal voor de motie stemmen, omdat het een pilot betreft. Een pilot heeft de intentie om succesvol te zijn en dan verder uit te rollen. Maar een ander aspect van een pilot is ook om te kijken wat je daarvan kan leren en 19

20 dat leeraspect vindt hij toch ook belangrijk. Bovendien is Holendrecht West een wijk die erg onder druk staat, dus juist een hele mooie plek om die pilot uit te voeren. Besluit: Motie 7 wordt met 4 stemmen voor (GL/OZO) en 22 tegen Verworpen, waarbij aangetekend dat mw Eckhardt niet aanwezig is bij stemming. De voorzitter dankt de aanwezigen voor hun inbreng bij deze laatste vergadering voor de Verkiezingen. Hij wenst allen succes met de Campagne en sluit de vergadering om uur. ****** 20