Tweede Kamer der Staten-Generaal
|
|
- Christa Thys
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting Opleiding leraren beroepsgerichte vakken in de gezondheidszorg Nr. 2 NOTITIE 1. Inleiding Het ontbreken van een eerstegraads lerarenopleiding voor een aantal beroepsgerichte vakken in de gezondheidszorgsector van het hoger beroepsonderwijs is een knelpunt dat dringend om een oplossing vraagt. Al in de zomer van 1977 heeft de ambtsvoorganger van de ondergetekende verzocht om een advies op dit gebied. Op 25 mei 1978 is dit advies aan mij aangeboden in de vorm van het rapport van het Overleg Leraren Eerstegraads in de Gezondheidssector («OLEGG-I»). Dit rapport was niet beperkt tot de vakken fysiotherapie en verpleegkunde waarop de opdracht in eerste instantie was gericht. De conclusie was namelijk dat het op onderwijskundige gronden noodzakelijk is een professionele opleiding voor leraren eerstegraads in het leven te roepen voor de centrale vakken in de gezondheidszorgsector (fysiotherapie, verpleegkunde, logopedie) en voor het vak gezondheidskunde. De realisering van de in dit rapport opgenomen voorstellen bleek echter op financiële en organisatorische problemen te stuiten. Dit heeft mij aanleiding gegeven om aan een ambtelijke werkgroep op te dragen na te gaan welke andere mogelijkheden er binnen de bestaande structuren van het hoger onderwijs konden worden gevonden om een eerstegraads lerarenopleiding in de sector van de gezondheidszorg tot stand te brengen. De werkgroep heeft mij op 8 oktober 1979 een rapport uitgebracht, bekend onder de benaming «OLEGG- II». De beide OLEGG-rapporten zijn op 7 juli 1980 openbaar gemaakt door toezending aan onder meer de vaste Commissie voor Onderwijs en Wetenschappen en voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne (begeleidend schrijven HW/HB/GZ/l ). In dit schrijven heb ik gesteld dat de beleidsvoornemens op het betreffende gebied op korte termijn openbaar konden worden gemaakt. Het feit dat eerst thans de bedoelde beleidsvoornemens u bereiken hangt met een aantal aspecten samen. Allereerst bleek dat ook de verwezenlijking van de voorstellen neergelegd in het OLEGG-ll-rapport, onder de huidige omstandigheden een onaanvaardbaar groot beslag op middelen legt. Bovendien zou uitvoering van de voorstellen de organisatorische problemen slechts ten dele oplossen. Op deze grond kon ik de aanbevelingen niet zonder meer overnemen. Tweede Kamer, zitting ,16779, nrs. 1-2
2 Verder ontving ik in oktober en november 1980 van de sectie hoger sociaal pedagogisch onderwijs van de HBO-raad een «Nota uitgangspunten opleiding eerstegraadsleraren gezondheidszorg» respectievelijk een «Commentaar van de Commissie Lerarenopleidingen Gezondheidszorg op de OLEGGrapporten». Kennisneming van deze beide stukken bracht mij tot de conclusie dat ook deze dienden te worden betrokken bij de verdere beleidsbepaling. Naast de hierboven weergegeven ontwikkelingen speelde voorts een rol dat op basis van een verzoek mijnerzijds van 7 februari 1979 de Rijksuniversiteit Limburg in overleg met vertegenwoordigers van het desbetreffende HBO-veld inmiddels was begonnen met het ontwikkelen van een curriculum voor de eerstegraads lerarenopleiding ten behoeve van de gezondheidszorgopleidingen. Van die zijde kwam in februari 1980 een eerste voorstel voor de structurering van een dergelijke opleiding gereed. Het op dit voorstel ontvangen commentaar heeft geleid tot bijstelling en heroverweging daarvan op een aantal punten. Bij brief van 16 maart 1981 werd mij door de Rijksuniversiteit Limburg de «Schets voor een opleiding tot docent in de beroepsgerichte vakken binnen de gezondheidszorgsector, logopedie, ergotherapie, verpleegkunde, diëtetiek, fysiotherapie» aangeboden. Naast de met name genoemde reacties heeft mij ook een aantal reacties van individuele personen, belangengroeperingen en scholen bereikt. Na kennisneming van deze informatie heb ik de hieronder weergegeven beslissingen genomen. 2. Opzet van de lerarenopleiding voor de gezondheidszorgsector 2.1. Betrokken vakken Bij nader inzien deel ik de mening van de Sectie hoger sociaal pedagogisch onderwijs van de HBO-raad dat het in dit stadium niet wenselijk is in deze beleidsnotitie een koppeling aan te brengen tussen de eerstegraads lerarenopleiding in de beroepsgerichte vakken van de gezondheidszorg en de lerarenopleiding gezondheidskunde. In het laatste geval betreft het een vak dat met name buiten het hoger beroepsonderwijs wordt gedoceerd, niet beroepsgericht is en waarvoor een opleiding tot en met het tweedegraadsniveau (aan de NLO) bestaat. Wel acht ik het wenselijk dat er een verband tussen de thans aan de orde zijnde opleidingen en de lerarenopleiding eerstegraads gezondheidskunde bestaat. Nadere voorstellen op het gebied van de lerarenopleiding gezondheidkunde van de zijde van de Rijksuniversiteit Limburg wacht ik, gezien mijn uitnodiging van 7 februari 1979, thans af. Een dergelijke voorziening zal ooktoelaatbaarheid van afgestudeerden van de NLO's dienen te omvatten totdat ook deze sector in de werking van de Wet wederzijdse doorstroming h.o. wordt betrokken. Ik stel mij voor de laatstgenoemde problematiek afzonderlijk te behandelen in het kader van de thans aan de orde zijnde herziening van het Academisch Statuut. Dit laatste geldt ook voor de bevoegdheden anatomie en fysiologie te verbinden aan bepaalde afstudeerrichtingen van de Interfaculteit lichamelijke opvoeding, nadat de kandidaten uiteraard hebben voldaan aan de eisen die het te herziene Academisch Statuut zal stellen. Voor de regeling van de laatstgenoemde bevoegdheid zal overigens binnen enkele maanden een beschikking krachtens de Overgangswet WVO worden gepubliceerd. Mede gelet op het bovenstaande beperk ik deze beleidsnotitie tot de vakken fysiotherapie, verpleegkunde, logopedie, diëtetiek en ergotherapie Structuur van de opleiding en toelating Het streven van de Regering is erop gericht te komen tot een overzichtelijk stelsel van professionele lerarenopleidingen voor alle vormen van onderwijs. Een van de erkende knelpunten vormen daarbij de hier besproken beroepsgerichte vakken in de gezondheidszorgsector. Het tot stand brengen Tweede Kamer, zitting ,16779, nrs
3 van een samenhangend stelsel van lerarenopleidingen, betekent dat de hier bedoelde lerarenopleiding zal dienen te worden gesitueerd in eenzelfde kader als de overige universitaire eerstegraads lerarenopleidingen. Op deze manier kan de beschikbare expertise zo adequaat mogelijk worden ingezet. Dit laat overigens onverlet dat in het oog moet worden gehouden dat het hier erg specifieke opleidingen betreft te verzorgen voor een betrekkelijk gering aantal studerenden, en dat er niet in alle gevallen een aansluiting biedende eerste fase in het wetenschappelijk onderwijs is. Omdat ook deze lerarenopleiding zal moeten zijn gebaseerd op een vakinhoudelijk voor een eerstegraads bevoegdheid voldoende vooropleiding, ligt een situering in de tweede fase van het wetenschappelijk onderwijs niettemin voor de hand. Indien na evaluatie van de ervaringen opgedaan met de thans voorgestelde opleiding blijkt dat er al dan niet naast deze opleiding behoefte bestaat aan een deeltijds gestructureerde opleiding ligt het voor de hand deze door een der MO-instituten te laten verzorgen. Een complicerende factor is tot nu toe geweest hetfeit dat directe instroom van afgestudeerden uit het HBO naar een universitaire lerarenopleiding niet mogelijk was. Dit probleem is weggenomen nu in artikel 32, zevende lid, van de Wet op het wetenschappelijk onderwijs, zoals die luidt sedert de totstandkoming van de Wet twee-fasenstructuur w.o. (Stb. 1981, 137) de basis biedt voor de toelaatbaarheid van HBO-afgestudeerden tot onder meer de lerarenopleiding van de tweede fase. Artikel 20, eerste lid, van de Wet op het wetenschappelijk onderwijs, zoals dit thans luidt, maakt het mogelijk om nieuw te starten opleidingen een experimentele status te geven alvorens al dan niet tot opneming in het Academisch Statuut (Bijzonder Deel) wordt besloten. Dit is zeker in het onderhavige geval uitermate gewenst omdat ervaringen, die met deze lerarenopleiding op basis van samenwerking tussen beide sectoren van het hoger onderwijs worden opgedaan, tot bijstelling of heroverweging kunnen leiden. De hierboven gemaakte keuze voor de situering in de tweede fase betekent dat de opleiding, wat de structuur betreft, zal moeten voldoen aan de desbetreffende eisen die zullen gelden voor de overige universitaire lerarenopleidingen. Mede op basis van het ook door de Rijksuniversiteit Limburg alsuitgangspunt genomen kernadvies van de Adviescommissie universitaire lerarenopleiding van de Academische Raad (ARCULO), waarin overigens ook de HBO-raad als waarnemer vertegenwoordigd is, en het over de structurering van de lerarenopleiding gevoerde overleg heb ik een aantal voorstellen met betrekking tot de universitaire lerarenopleiding neergelegd in het voorontwerp van het Academisch Statuut (Algemeen Deel). Om tot de opleiding te kunnen worden toegelaten dienen volgens deze voorstellen de afgestudeerden uit de eerste fase van het wetenschappelijk onderwijs als onderdeel van het doctoraal examen twee maanden te hebben besteed aan onderdelen van de algemene onderwijskunde en van de vakdidactiek die in praktisch opzicht een oriëntatie bieden op het vervullen van taken in of ten dienste van het onderwijs. Ditzelfde zal derhalve dienen te gelden voor afgestudeerden uit de eerste fase van het wetenschappelijk onderwijs die opteren voor toelating tot de hierboven besproken opleiding. Met name valt hier te denken aan afgestudeerden in de verplegingswetenschap van de Rijksuniversiteit Limburg en aan doctorandi geneeskunde. Naar mag worden aangenomen zal ook het ter uitvoering van detoekomstige Wet op het hoger beroepsonderwijs tot stand te brengen HBO-statuut een bepaling over een vrije ruimte ten behoeve van bepaalde keuzevakken gaan omvatten zoals dat thans in het tot stand te brengen Academisch Statuut (Bijzonder Deel) met betrekking tot de eerste fase de bedoeling is. Op grond van artikel 32, zevende lid, van de Wet op het wetenschappelijk onderwijs, zoals dat thans luidt, beoordeelt de toelatingscommissie de bezitters van HBO-getuigschriften die wensen te worden toegelaten tot de (in dit geval leraren-)opleiding tijdens een onderzoek, waarin wordt vastgesteld of Tweede Kamer, zitting , 16779, nrs
4 de kandidaat met het oog op de toelating tot de desbetreffende opleiding als gelijkwaardig kan worden beschouwd aan de bezitter van het vergelijkbare doctoraalexamen. Uit de bijzondere omstandigheden die voor deze lerarenopleiding gelden, volgt dat er niet in alle gevallen sprake is van een direct vergelijkbaar doctoraal examen. In die gevallen zal de commissie zelf aanvullende, analoge normen dienen te ontwikkelen. Het ligt voor de hand dat de commissie met name veel gewicht zal geven aan relevante ervaring als leraar. De toelatingsregeling zoals die in het Academisch Statuut zal worden opgenomen biedt de mogelijkheid om met het oog op de toelating een gesprek tussen de kandidaat en de commissie te hebben. Deze mogelijkheid zal met name voor de toelating tot de lerarenopleiding van groot belang kunnen zijn. Op grond van het genoemde voorontwerp van het Academisch Statuut (Algemeen Deel) bestaat de toelatingscommissie uit leden die met de verzorging van het onderwijs zijn belast, leden van de toeleverende faculteiten, zo mogelijk een studerende alsmede een deskundige van buiten. Deze bepalingen geven mijns inziens voldoende ruimte om een goede samenwerking tussen beide sectoren van het hoger onderwijs op het punt van deze opleiding te waarborgen. Van de Rijksuniversiteit Limburg mag worden verwacht dat bij de opzet van deze lerarenopleiding rekening wordt gehouden met het feit dat in eerste instantie een aantal zittende docenten de bevoegdheid zullen willen verwerven. Daar waar dat is gerechtvaardigd zullen vrijstellingen kunnen worden verleend en door de situering van de contacturen kan rekening worden gehouden met het feit dat men in een aantal gevallen deze opleiding zal willen volgen naast beroepsuitoefening. Met de sectie hoger sociaal pedagogisch onderwijs van de HBO-raad ben ik, mede op grond van de OLEGG-rapportage, van oordeel dat ondanks de bezwaren die daaraan kunnen kleven, kan worden gekozen voor een voltijds gestructureerde lerarenopleiding in de vijf genoemde vakken. Ik heb voldoende vertrouwen in de flexibiliteit van zowel de betrokken bevoegde gezagen als de studerenden en de opleiders om te verwachten dat aan eventueel zich voordoende problemen het hoofd zal kunnen worden geboden. Naar ik verwacht zal deze opleiding, nadat in de loop van enkele jaren de thans functionerende leraren die dit wensen van de geboden gelegenheid om een eerstegraads bevoegdheid te behalen gebruik zullen hebben gemaakt, gaan functioneren op een vergelijkbare manier als de overige lerarenopleidingen in de twee-fasenstructuur. Dan zullen afgestudeerden, zowel uit het hoger beroepsonderwijs als uit de eerste fase van het wetenschappelijk onderwijs, kunnen hebben voldaan aan de eis van de twee maanden oriëntatie in de eerste fase. Het bovenstaande maakt duidelijk dat ik de thans geboden voorziening in eerste instantie zie als oplossing voor de bestaande problemen en verwacht dat uit de voorgestelde structuur de definitieve lerarenopleiding voort zal komen. Indien mocht blijken dat er belangstelling van afgestudeerden bestaat om direct na de afsluiting van de studie in de eerste fase in een aansluiting biedende opleiding van het hoger onderwijs deze lerarenopleiding te gaan volgen, en de met de Rijksuniversiteit Limburg overeengekomen capaciteit van de opleiding zou zulks toelaten, heb ik er geen bezwaar tegen dat de toelatingscommissie geschikt geachte kandidaten toelaat. Dit ondanks het feit dat in de overgangsperiode niet in alle gevallen zal kunnen worden voldaan aan de twee maanden durende oriëntatie waarvan hierboven sprake is, en een vergelijkbare regeling voor het hoger beroepsonderwijs. Deze regeling zal gelden totdat de wet op het hoger beroepsonderwijs in werking zal treden. Tweede Kamer, zitting ,16779, nrs
5 2.3. Nadere overwegingen Binnen de hiervoor geschetste kaders zal in samenwerking tussen het betrokken hoger beroepsonderwijs en de Rijksuniversiteit Limburg het programma voor deze lerarenopleidingen nader moeten worden geconcretiseerd. Met de sectie hoger sociaal pedagogisch onderwijs van de HBO-raad ben ik van mening dat een geïntegreerde lerarenopleiding voor de betreffende centrale vakken van het gezondheidszorgonderwijs de voorkeur verdient, zij het dat mijn opvattingen over de opzet van deze opleiding verschillen van die van de sectie. Wel merk ik met enige nadruk nogmaals op dat voor deze opleidingen hetzelfde moet gelden wat voor de overige universitaire lerarenopleidingen ook geldt, namelijk dat de vooropleiding een adequate vakinhoudelijke scholing dient te bieden voor het beroep van leraar in het bepaalde vak. De lerarenopleiding dient een gerichte opleiding voor het beroep van leraar te zijn en geen algemene nadere vakinhoudelijke verdieping te bieden dan die welke noodzakelijk is voor het uit te oefenen beroep Bevoegdheid Het met goed gevolg doorlopen hebben van de lerarenopleiding geeft een eerstegraads bevoegdheid voor het vak waarvoor men is toegelaten. Indien een kandidaat meer bevoegdheden zou willen verwerven zal deze opnieuw moeten worden toegelaten en de opleiding opnieuw moeten volgen, zij het dat de in het Academisch Statuut (Algemeen Deel) opgenomen vrijstellingsregeling kan worden toegepast. 3. Lokatie Gelet in het bijzonder op het voorwerk dat voor de totstandkoming van deze opleiding, mede op basis van overleg met het betreffende HBO-veld door de Rijksuniversiteit Limburg is verricht, is het mijn bedoeling de lerarenopleiding in de vakken fysiotherapie, verpleegkunde, logopedie, diëtetiek en ergotherapie aldaar te situeren. Een belangrijke overweging daarvoor is voorts geweest het feit dat de Rijksuniversiteit Limburg een studie-opbouw heeft ontwikkeld die uitgaat van een gemeenschappelijk basispakket en differentiaties naar de onderscheiden centrale vakken. Hierdoor kan de opleiding efficiënt worden georganiseerd, ook voor die vakken waaraan de behoefte niet al te groot is. Zoals de Rijksuniversiteit Limburg zelf in de voorbereidende stukken ook reeds heeft uitgesproken, betekent dit uiteraard niet dat onderdelen van de opleiding niet elders kunnen worden gelokaliseerd. Wel blijft in dit laatste geval de Rijksuniversiteit Limburg de eindverantwoordelijkheid dragen. Deze mogelijkheid zal in een samenwerkingsovereenkomst neergelegd moeten worden. 4. Opbouw Als de bovenstaande opzet wordt gerealiseerd ben ik mede op basis van het specifieke beding 8.9 in de Meerjarenafspraken met de Rijksuniversiteit Limburg bereid een startcapaciteit van 66 opleidingsplaatsen per jaar voor deze lerarenopleiding aan te houden. Op grond van de gegevens van de Sectie hoger sociaal pedagogisch onderwijs van de HBO-raad en de OLEGG-rapportage kan ik mij een verdeling als hieronder weergegeven voorstellen. Fysiotherapie Verpleegkunde Logopedie Diëtetiek Ergotherapie 35 per jaar 15 per jaar 10 per jaar 5 per jaar 1 per jaar Tweede Kamer, zitting ,16779, nrs. 1-2
6 Bij de financiering zal ervan uit worden gegaan dat er aan de Rijksuniversiteit Limburg één instituut voor de lerarenopleiding tot stand zal worden gebracht. Bij de bovengeschetste structuur van de lerarenopleiding zal ik op de grondslag van artikel VII, derde lid, van de Wet twee-fasenstructuur w.o. toestemming verlenen voor de start van deze lerarenopleiding met ingang van het cursusjaar 1982/1983. Indien een eerdere start door de Rijksuniversiteit Limburg mogelijk wordt geacht, ben ik bereid tot nader overleg. Ook over het tot stand brengen van de lerarenopleiding gezondheidkunde ben ik gaarne tot nader overleg bereid. Ten overvloede zij opgemerkt dat bij het bepalen van de startcapaciteit zoals hierboven weergegeven niet op een dergelijke ontwikkeling is vooruitgelopen. Van de Rijksuniversiteit Limburg verwacht ik, gezien het voorafgaande dat de in te stellen begeleidscommissie mij gedurende de vijfjaren dat deze opleiding op experimentele basis zal functioneren, jaarlijks verslag uitbrengt van de resultaten. Op basis van de evaluatie na die vijf jaren zal dan kunnen worden besloten of en, zo ja, welke structurele veranderingen met betrekking tot deze lerarenopleiding noodzakelijk zijn. De hierboven, op basis van onder meer de OLEGG-rapportage, aangegeven startcapaciteit zal in het overleg over taken en middelen tussen de Rijksuniversiteit Limburg en mijn departement worden geëvalueerd. Hierdoor zal zo nodig een bijstelling van de aantallen op te leiden docenten op betrekkelijk korte termijn plaats kunnen vinden. Hierbij zullen de gebleken behoefte en de reactie van de arbeidsmarkt worden betrokken. Tweede Kamer, zitting ,16779, nrs
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Zitting 1982-1983 Nr. 51 16106 Wijziging van de Wet op het wetenschappelijk onderwijs, de Wet universitaire bestuurshervorming 1970 en de Wet van 12 november 1975, Stb.
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal Zitting 1980-1981 16815 Toelatingscriteria numerus fixus-studierichtingen voor het studiejaar 1981-1982 Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 Rijksbegroting voor het jaar 1989 20 800 Hoofdstuk VIII Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 77 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1980-1981 Rijksbegroting voor het jaar 1981 16400 Hoofdstuk VIII Departement van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 11 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1979-1980 16199 Voornemen inzake beperking van de inschrijving van eerstejaarsstudenten van de Landbouwhogeschool Nr. 3 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN
Nadere informatieOnderwijs- en Examenregeling 2012/2013
Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Biologie Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Natuurkunde Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Scheikunde
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1976-1977 14 501 Wijziging van de Overgangswet W.V.O. (herziene regeling t.a.v. de bewijzen van bekwaamheid tot het geven van voortgezet onderwijs) Nr. 3 MEMORIE
Nadere informatieAdvies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad
ÜT? R>2 3 Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad Aan de minister van onderwijs en wetenschappen, de heer drs. W.J. Deetman, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer. Nassaulaan 6 2514 JS 's-gravenhage
Nadere informatieONDERWIJSRAAD W0B VGRAVENHAGE. - 6 m m
/ N l l f s p n u / ( i r n i. _ Advies niet-ambtelijke adviescommissie ONDERWIJSRAAD W0B VGRAVENHAGE. - 6 m m Nossaulaan ó O.R. I/ltib T 2514 JS 's-gravenhoge Tel. 070-63 79 55 Bericht op hef schrijven
Nadere informatieOnderwijs- en Examenregeling 2010/2011
Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011 Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Biologie Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Natuurkunde Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Scheikunde
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 19 582 Het toeristisch en recreatief onderwijs Nr. 2 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1976-1977 14 501 Wijziging van de Overgangswet WVO. (herziening regeling t.a.v. de bewijzen van bekwaamheid tot het geven van voortgezet onderwijs) Nr. 1 KONINKLIJKE
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1987-1988 19790 Sectorvorming en vernieuwing in het middelbare beroepsonderwijs Nr. 24 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 832 Wijziging van onder meer de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met onder meer versterking van de rechtspositie
Nadere informatieHbo tweedegraadslerarenopleiding
Hbo tweedegraadslerarenopleiding Verkort traject www.saxionnext.nl Inhoudsopgave Inleiding 3 Een bijzondere opleiding 4 Opbouw 5 Toelating en inschrijving 7 Beste student, Je hebt een afgeronde hbo- of
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 597 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs ter bestendiging en actualisering
Nadere informatieREGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN
REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.31 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek juncto
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 24 578 MAVO/VBO/VSO Nr. 26 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieNotitie Ontheffingen bevoegdheidsregels
Notitie Ontheffingen bevoegdheidsregels De wet op het voortgezet onderwijs (WVO) kent een aantal bepalingen waarbij limitatief is vastgelegd wanneer het onderwijs - gedurende een beperkte tijd en onder
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 61 Besluit van 16 januari 1996, houdende wijziging van het Formatiebesluit WBO 1992 in verband met het vervallen van de bodem voor vakonderwijs
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20418 Wijziging van de Wet op het hoger beroepsonderwijs (Stb. 1986, 289) betreffende een aantal bepalingen ten aanzien van nascholing Nr. 3 MEMORIE
Nadere informatieONTWERP-UITVOERINGSBESLUIT INTERIMWET ZIJ-INSTROOM LERAREN PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS
ONTWERP-UITVOERINGSBESLUIT INTERIMWET ZIJ-INSTROOM LERAREN PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, ingesteld bij wet van 15 mei 1997 (de Wet op de Onderwijsraad).
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 20 Besluit van 20 december 2005 tot wijziging van het Bevoegdhedenbesluit WPO tot vaststelling van de bewijzen van bekwaamheid die bevoegdheid
Nadere informatieREGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN
REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.31 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek juncto
Nadere informatieANONIEM BINDEND ADVIES
ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B, in haar hoedanigheid van wettelijk vertegenwoordiger van E tegen N.V. C te D Zaak : Geneeskundige zorg, HPV-vaccinatie ter voorkoming van baarmoederhalskanker
Nadere informatieRapport. Datum: 18 juli 2002 Rapportnummer: 2002/213
Rapport Datum: 18 juli 2002 Rapportnummer: 2002/213 2 Klacht 1. Verzoekster klaagt erover dat de Raad voor de Overgangsregeling Gezondheidszorgpsychologen zich blijkens zijn besluit van 4 augustus 1999
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 606 Het onderbrengen van de zorg, bestaande uit duurzaam verblijf en verzorging in een verzorgingshuis, in de aanspraken op grond van de Algemene
Nadere informatieONDERWIJSRAAD <,. G RAVENHAGE, 2 2 OKT. 1986
A3vks niet-ambtelijke adviescommissie ONDERWIJSRAAD
Nadere informatieONDERWIJSRAAD. Eerste Afdeling O.R. 162 H.O. s-gravenhage,zfjuli I960.
ONDERWIJSRAAD SECRETARIAAT: BEZUIDENHOUTSEWEG 125 'S-GRAVENHAGE Eerste Afdeling OR 162 HO Voorstel tot wijziging van hot Koninklijk besluit van 29 februari 1932, Staatsblad 66, ter uitvoering van artikel
Nadere informatieREGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN
REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.30b, vierde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Nadere informatieTOETSINGSKADER INNOVATIEPLANNEN LERARENOPLEIDINGEN HB0 1999-2004
TOETSINGSKADER INNOVATIEPLANNEN LERARENOPLEIDINGEN HB0 1999-2004 De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, ingesteld bij wet van 15 mei 1997 (de Wet op de Onderwijsraad). De Raad adviseert,
Nadere informatieProtocol PDG en educatieve minor
Protocol PDG en educatieve minor 28 april 2014 Inhoud Protocol voor beoordelingen door de NVAO van de kwaliteit van de afstudeerrichtingen algemeen vormend onderwijs en beroepsgericht onderwijs, het traject
Nadere informatie1. Inleiding... 1. 2. Data... 1. 3. Bestemming van havo- en vwo-abituriënten... 1. 4. Relevante werkvelden... 2
INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 1 2. Data... 1 3. Bestemming van havo- en vwo-abituriënten... 1 4. Relevante werkvelden... 2 5. Schatting van het aantal havo- en vwo-abituriënten in relevante werkvelden...
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 3 2 0 5 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Raad van Bestuur LUMC, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Bij besluit van 27 augustus
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 380 Besluit van 18 juli 1995, houdende wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW in verband met aanvullende eisen met het oog op de inschrijving
Nadere informatie31288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid. Nr. 24 Brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
32261 Wijziging van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg onder andere in verband met de opneming van de mogelijkheid tot taakherschikking 31288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid
Nadere informatieTweede Kamer der Staten Generaal
Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 19 521 Nieuwe informatietechnologie in het Voortgezet Onderwijs Nr. 8 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETEN- SCHAPPEN Aan de Voorzitter
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1961 Nr. 74
51 (1959) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1961 Nr. 74 A. TITEL Europees Verdrag inzake de academische erkenning van universitaire kwalificaties; Parijs, 14 december 1959
Nadere informatieVO/BOB 1998/ juli 1998
Nassaulaan 6 2514 JS Den Haag Telefoon (070) 363 79 55 Aan de staatssecretaris van onderwijs, cultuur en wetenschappen, mw. drs. K.Y.I.J. Adelmund, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer. Fax (070) 356 14 74
Nadere informatieDirectie Financiële Markten. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. 5 juli 2007 FM 2007-01654 M
Directie Financiële Markten De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Datum Uw brief (Kenmerk) Ons kenmerk 5 juli 2007 FM 2007-01654 M Onderwerp Wetgevingsoverleg
Nadere informatieMedezeggenschapsstatuut van de Stichting Confessioneel Onderwijs Leiden
Medezeggenschapsstatuut van de Stichting Confessioneel Onderwijs Leiden 1. Preambule Het bestuur van de stichting confessioneel onderwijs Leiden en de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, GMR, van
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1995 Nr. 100
15 (1992) Nr. 3 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1995 Nr. 100 A. TITEL Raamverdrag inzake vriendschap en nauwere samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Subsidieregeling stageplaatsen zorg II wordt als volgt gewijzigd:
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 35388 27 juni 2017 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 juni 2017, kenmerk MEVA-1148375-164938,
Nadere informatie1.Inleiding. 2.Profielen per 1 augustus 2007
logoocw De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk VO/OK/2003/53723 Uw kenmerk Onderwerp tweede fase havo/vwo 1.Inleiding In het algemeen
Nadere informatieEERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2016/17
EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2016/17 34 446 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 60.262/1 van 16 november 2016 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei
Nadere informatieBijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen
Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2016-2017 Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel
Nadere informatieWetsartikelen ter toelichting van de OER
Wetsartikelen ter toelichting van de OER 2010-2011 Erasmus MC, Rotterdam Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of
Nadere informatieVerordening overleg Lokaal Educatief Beleid voor 0-27 jarigen
CVDR Officiële uitgave van Heerlen. Nr. CVDR6434_1 12 juli 2016 Verordening overleg Lokaal Educatief Beleid voor 0-27 jarigen HOOFDSTUK 1 BEGRIPSBEPALINGEN ARTIKEL 1 Begripsbepalingen In deze verordening
Nadere informatieSECTIE OPLEIDING / BEGELEIDING / ONTWIKKELING HUISHOUDELIJK REGLEMENT
SECTIE OPLEIDING / BEGELEIDING / ONTWIKKELING HUISHOUDELIJK REGLEMENT - 1 - Hoofdstuk 1: Algemeen Artikel 1. Begripsbepaling Leden 1. OBO-Leden 1 zijn onderwijsinstituten en onderwijsinstellingen. 2. De
Nadere informatieZaaknummer : 2014/282 en Datum uitspraak : 26 januari 2015 : Verzoeker en Hogeschool Rotterdam
Zaaknummer : 2014/282 en 282.1 Rechter[s] : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2015 Partijen : Verzoeker en Hogeschool Rotterdam Trefwoorden : [onderzoek] Adviseur Bijzondere omstandigheden Finale
Nadere informatieDEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE
DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE Algemene bepaling De specifieke vooropleidingseisen van elke opleiding zijn vermeld op de website van Zuyd Hogeschool bij de informatie van de desbetreffende
Nadere informatieOnderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen
Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel
Nadere informatieLJN: BP5782,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/3720 en 11/207
LJN: BP5782,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/3720 en 11/207 Datum uitspraak: 16-02-2011 Datum publicatie: 25-02-2011 Rechtsgebied: Bouwen Soort procedure: Voorlopige voorziening+bodemzaak
Nadere informatieTOELICHTING CONCEPTBESLUIT OPLEIDINGSEISEN ORTHOPEDAGOOG- GENERALIST VERSIE INTERNETCONSULTATIE 30 APRIL 2019
NOTA VAN TOELICHTING Algemeen De Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (hierna: Wet BIG) heeft als doel het bevorderen en bewaken van de kwaliteit van de beroepsuitoefening op het gebied
Nadere informatie14 april 2008 PO/B&B/2008/9198
Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 14 april 2008 PO/B&B/2008/9198 Onderwerp verlichting leergang bewegingsonderwijs Inleiding
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 26 807 Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan 2000 Nr. 26 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETEN- SCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1984-1985 18712 Universitaire lerarenopleiding Nr. 2 BELEIDSVOORNEMEN INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 2. Uitgangspunten voor de universitaire lerarenopleiding
Nadere informatieVerordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Papendrecht
Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Papendrecht Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is
Nadere informatieAan dtkv. 10 juni 2015 17 juni 2015
Aan dtkv De Raad van Ministers De Minister van Economische Ontwikkeling De heer Stanley M. Palm AmiDos Building, Pletterijweg 43 Alhier Uw nummer (letter): 2015/027730 2015/027741 2015/029746 Uw brieven
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 400 XV Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het
Nadere informatieBeleid Leerlingenzorg door externen onder schooltijd
1 Beleid Leerlingenzorg door externen onder schooltijd Leerlingenzorg door externen onder schooltijd Inleiding Basisscholen worden in toenemende mate geconfronteerd met ouders/verzorgers die op eigen initiatief
Nadere informatieU I T S P R A A K 1 3-0 87
U I T S P R A A K 1 3-0 87 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder
Nadere informatievan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1974-1975 13 320 Nota betreffende de positie voorbereidend jaar bij het HBO Nr. 4 Brief van de Minister en de Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Dramaturgie. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling
[60717] Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Dramaturgie Paragraaf 1 Algemene bepalingen art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en
Nadere informatieVerordening overleg lokaal onderwijsbeleid
De raad van de gemeente Waalwijk; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 oktober 1999; gelet op de bepalingen over het op overeenstemming gericht overleg in de Wet op het primair onderwijs,
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1985-1986 18450 Dierproevenbeleid Nr. 12 NOTITIE Tijdens de openbare behandeling in de Tweede Kamer van de begroting van het Ministerie van Onderwijs en
Nadere informatieRaad voor Cultuur. Telefax
Aan De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen p/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM 's-gravenhage Ondenverp R.J. Schimmelpennincklaan 3 ontwerp-selectielijst archiefbescheiden
Nadere informatieFACULTEIT GENEESKUNDE EN FARMACIE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL Laarbeeklaan Brussel AANVULLEND FACULTAIR DOCTORAATSREGLEMENT
FACULTEIT GENEESKUNDE EN FARMACIE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL Laarbeeklaan 103 1090 Brussel AANVULLEND FACULTAIR DOCTORAATSREGLEMENT Dit document is een aanvulling op het Centraal Reglement voor de toekenning
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1988-1989 20 629 Wijziging van de Wet op het hoger beroepsonderwijs en de Invoeringswet W.H.B.O. onder meer met betrekking tot de titulatuur Nr. 7 MEMORIE
Nadere informatieEXAMENBESLUIT HAVO/VWO
EXAMENBESLUIT HAVO/VWO De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, ingesteld bij wet van 15 mei 1997 (de Wet op de Onderwijsraad). De Raad adviseert, gevraagd en ongevraagd, over hoofdlijnen van
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 463 Besluit van 5 oktober 1999, houdende regels inzake de opleiding tot en de deskundigheid van de verzorgende individuele gezondheidszorg (Besluit
Nadere informatieDe minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen dr. ir. J.M.M. Ritzen Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer. 21 januari 1998.
Nassaulaan 6 2514 JS Den Haag Telefoon (070) 363 79 55 De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen dr. ir. J.M.M. Ritzen Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Fax (070) 356 14 74 E-mail secretariaat@onderwijsraad.nl
Nadere informatieHet College van Bestuur van de Technische Universiteit Eindhoven, TU/e
REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN 2012 Het College van Bestuur van de Technische Universiteit Eindhoven, TU/e gelet op artikel 7.31 van de Wet op het hoger onderwijs
Nadere informatieTevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt
Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt Hbo ers uit sector Onderwijs vaker tevreden... 2 Tweedegraads lerarenopleidingen hbo en lerarenopleidingen kunst/lo het vaakst tevreden... 4 Afgestudeerden
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 0 2 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geneeskunde, verweerder
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 7 november 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,
> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340 78
Nadere informatieÖt.% ONDERWIJSRAAD. 30 september Eerste Afdeling O.E. 229 H.O. Bericht op schrijven van 17 augustus 1966, D.G.W. I46776/I
ONDERWIJSRAAD SECRETARIAAT: BEZUIDENHOUTSEWEG 125 S-GRAVENHAGE TEL. 070-83 61 M Öt.% % O.E. 229 H.O. 30 september 1966 Bericht op schrijven van 17 augustus 1966, D.G.W. I46776/I Onderwerp: ontwerp-besluit
Nadere informatieMedezeggenschapsstatuut (vastgesteld door CvB d.d. 11-12-2013, na verkregen instemming GMR d.d. 6-12-2013)
Medezeggenschapsstatuut (vastgesteld door CvB d.d. 11-12-2013, na verkregen instemming GMR d.d. 6-12-2013) Inhoudsopgave Preambule Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen 1. Begripsbepalingen 2. Aard en werkingsduur
Nadere informatieVeel gestelde vragen - Studenten
Tegemoetkoming Studiekosten Onderwijsmasters PO Veel gestelde vragen - Studenten Vraag Aanmelding en voorwaarden 1 Wanneer moet ik zijn afgestudeerd aan de pabo om in aanmerking te komen voor de regeling?
Nadere informatieZaak A 2005/1 - Bovemij Verzekeringen N.V. / Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom
COUR DE JUSTICE BENELUX GERECHTSHOF ~ Zaak A 2005/1 - Bovemij Verzekeringen N.V. / Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom Nadere conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda (stuk A 2005/1/13)
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 7-1 5 9 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het bestuur van Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder
Nadere informatie31288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid. Brief van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
31288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid 31524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie Nr. 359 Brief van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Aan de Voorzitter van de Tweede
Nadere informatieEFFECTIVITEIT EN EFFICIËNTIE VAN HET HOGER ONDER- WIJS: BELEIDSMATIGE ONTWIKKELINGEN
1. EFFECTIVITEIT EN EFFICIËNTIE VAN HET HOGER ONDER- WIJS: BELEIDSMATIGE ONTWIKKELINGEN De minister heeft in 1995 de instellingen voor Hoger Onderwijs 500 miljoen gulden in het vooruitzicht gesteld om
Nadere informatieEvaluatie weblectures bij FLOT. aanleiding
Evaluatie weblectures bij FLOT aanleiding In september 2013 is bij de lerarenopleiding wiskunde van FLOT gestart met het project weblectures. Het plan was om deze in te zetten bij de cursussen calculus
Nadere informatieLerarenopleidingen Amsterdam. Volg een versneld programma
Lerarenopleidingen Amsterdam Volg een versneld programma Pabo-afgestudeerden Je bent in het bezit van een pabogetuigschrift*versneld studieprogramma van 2 tot 3 jaar afhankelijk van vooropleiding, vrijstellingen
Nadere informatieA Adviesaanvraag Toepassing van (genees-)middelen bij de behandeling van drugverslaving dd 6 april 1993
Bijlage A Adviesaanvraag Toepassing van (genees-)middelen bij de behandeling van drugverslaving dd 6 april 1993 De Voorzitter van de Gezondheidsraad ontving de volgende brief, gedateerd 6 april 1993, nr
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1979-1980 15 637 Casinospelen Nr. 2 Het vroegere stuk is gedrukt in de zitting 1978-1979 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de heer Voorzitter
Nadere informatieToelating tot de opleiding
DEEL 3: Toelating tot de opleiding Algemene bepaling De specifieke vooropleidingseisen van elke opleiding zijn vermeld op de website van Zuyd Hogeschool bij de informatie van de desbetreffende opleiding
Nadere informatieOnderwijs- en Examenregeling GMW. Bijlage 1a
faculteit gedrags- en maatschappijwetenschappen lerarenopleiding Onderwijs- en Examenregeling GMW Bijlage 1a De Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in de Mens- en Maatschappijwetenschappen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 819 Tijdelijke regels betreffende experimenten in het hoger onderwijs op het gebied van vooropleidingseisen aan en selectie van aanstaande studenten
Nadere informatieRegiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar
Bijlage 5 bij Raadsvoorstel Regionale Agenda dd 16 mei 2011 Bestuursovereenkomst Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar Vastgesteld door de Stuurgroep Regiovisie Bergen, Gennep, Mook en Middelaar op
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 615 Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan 1998 Nr. 10 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede
Nadere informatieONDERWIJSRAAD.. IVjo 148 00. 'S-GRAVENHAGE, Jjf&jj>Jfl... 193 & 2 i j ne Sxc.e Henti de n Minis t er van Onderwijs». Kunsten en Wetenschappen
ONDERWIJSRAAD.. IVjo 148 00. 'S-GRAVENHAGE, Jjf&jj>Jfl... 193 & Statenlaan 125. Bericht op schrijven van Meiv^gsèïieve bij het antwoord dagteekening 17. JU\XJ
Nadere informatieUw kenmerk BVE/BI d.d. 8 januari 1992
Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Aan de minister van onderwijs en wetenschappen, de heer dr. ir. J.M.M. Ritzen, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer. Onderwijsraad Nassaulaan 6 2514 JS 's-gravenhage
Nadere informatieDe in de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding vergeten voogden en het voogdijplan
Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series De in de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding vergeten voogden en het voogdijplan A.J.M. Nuytinck Published in WPNR, 2008,
Nadere informatieOnderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen
Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel
Nadere informatieVeel gestelde vragen - Studenten
Tegemoetkoming Studiekosten Onderwijsmasters PO Veel gestelde vragen - Studenten Vraag Aanmelding en voorwaarden 1 Wanneer moet ik zijn afgestudeerd aan de pabo om in aanmerking te komen voor de regeling?
Nadere informatieVeel gestelde vragen - Studenten
Versie 02-11-2015 Tegemoetkoming Studiekosten Onderwijsmasters PO Veel gestelde vragen - Studenten Vraag Aanmelding en voorwaarden 1 Wanneer moet ik zijn afgestudeerd aan de pabo om in aanmerking te komen
Nadere informatie