Senioren en Langer zelfstandig wonen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Senioren en Langer zelfstandig wonen"

Transcriptie

1 Senioren en Langer zelfstandig wonen Bouwstenen voor de campagne-strategie In opdracht van: Dienst Wonen Zorg en Samenleven, Gemeente Amsterdam Projectnummer: Hester Booi Ellen Lindeman Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal 300 Telefoon /0412 Postbus 658, 1000 AR Amsterdam Amsterdam, september 2014

2 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Inhoud Inleiding 3 1 Ouderen in Amsterdam Huidige situatie Prognoses 9 2 Woonsituatie en woonwensen 12 3 Gezondheid en zorggebruik Ervaren gezondheid Dagelijkse beperkingen Zorggebruik: contact met de huisarts Zorggebruik: AWBZ en WMO Gezondheid oudere migranten 22 4 Sociale netwerken en informele zorg Eenzaamheid Sociale contacten Mantelzorg Familienetwerk in Amsterdam 28 5 Ouderen bereiken Internet Amsterdamse media Huisartsenpraktijken en wijkteams 31 6 Doelgroepen 32 2

3 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen Inleiding Door WZS (Dienst Wonen Zorg en Samenleven) van de gemeente Amsterdam wordt een campagne voorbereid om ouderen bewust te maken zelf na te denken over de toekomstbestendigheid van hun woonruimte en hier eventueel veranderingen in aan te brengen. Het onderzoek dat in deze rapportage centraal staat, vormt een voorbereiding op deze campagne. In de afgelopen jaren is wonen en zorg steeds meer gescheiden, deels omdat ouderen hier zelf de voorkeur aan geven (langer thuis blijven wonen), deels door aanpassingen in de indicatiestellingen voor intramurale zorg. De komende jaren wordt gefaseerd het scheiden van wonen en zorg versneld ingevoerd. Mensen met lichtere zorgzwaartepakketten (ZZP 1-4, d.w.z. beschut wonen met begeleiding en/of verzorging) zullen vanaf 2016 zelfstandig moeten wonen. 1 Een groot deel van de woningvoorraad in Amsterdam is weinig geschikt om op hoge leeftijd of met beperkingen in te blijven wonen. De verantwoordelijkheid om ook op hoge leeftijd over geschikte woonruimte te beschikken en de benodigde (informele) zorg te regelen komt meer bij de ouderen zelf te liggen. Ouderen zullen verschillen in hun (huidige en toekomstige) mogelijkheden en beperkingen daarin. Uit landelijk onderzoek komt bijvoorbeeld naar voren dat bijna de helft van de Nederlanders onvoldoende of geringe kennis, motivatie en zelfvertrouwen heeft om een actievere rol te spelen bij het omgaan met ziekte en zorg. 2 Om de verschillende groepen ouderen bewust te maken van de genoemde benodigde verantwoordelijkheden zijn verschillende aanpakken nodig. Ouderen zijn immers geen homogene groep die met één communicatiekanaal en één boodschap te bereiken is. Er is daarom behoefte aan meer inzicht in welke groepen er binnen de ouderen te onderscheiden zijn. Op basis daarvan kan bepaald worden welke boodschap aan de verschillende groepen gebracht kan worden en op welke manier. De onderzoeksvragen in deze rapportage zijn: 1. Hoe ziet de groep ouderen in de stad er uit? Wie zijn het en waar wonen zij? En wat zijn de te verwachte ontwikkelingen daarin? 2. Hoe wonen verschillende groepen ouderen in de stad en wat zijn hun woonwensen? In hoeverre zijn hun woningen geschikt om oud in te worden? Welke initiatieven van ouderen zelf zien we? 3. Wat is de gezondheidspositie van verschillende groepen ouderen en hoe ziet hun zorggebruik eruit? 4. Hoe zien de sociale netwerken van ouderen eruit, als hulpbronnen voor informele zorg? 5. Hoe zijn verschillende groepen ouderen het beste met informatie te bereiken? 1 Gemeente Amsterdam, WZS. De Nota Met Zorg Wonen, maart Zie overzichtsstudie van het NIVEL (2014), Ouderen van de toekomst. Verschillen in de wensen en mogelijkheden voor wonen, welzijn en zorg. 3

4 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek 6. Welke doelgroepen van ouderen zijn er, vanuit de antwoorden op de voorafgaande vragen, te onderscheiden? In dit onderzoek is gekeken naar de positie van verschillende groepen ouderen in de stad en naar hoe deze ouderen het beste zijn te bereiken met informatie. Er is bekeken hoe de huidige samenstelling van de ouderen in Amsterdam eruit ziet, inclusief prognoses voor de toekomst (zie hoofdstuk 1), en hoe hun woonsituatie is en wat hun woonwensen zijn (hoofdstuk 2). Verder wordt in deze rapportage een beeld geschetst van de gezondheidstoestand van ouderen (hoofdstuk 3) en van hun sociale contacten (hoofdstuk 4). Daarna wordt nagegaan hoe ouderen het beste bereikt kunnen worden met een gemeentelijke campagne (hoofdstuk 5) en tot slot worden conclusies getrokken voor verschillende doelgroepen van ouderen (hoofdstuk 6). 4

5 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen 1 Ouderen in Amsterdam 1.1 Huidige situatie Op 1 januari 2014 woonden er bijna inwoners van 55 jaar en ouder in de stad. Dat is ruim een vijfde deel van alle inwoners (22%). Een groot deel van de ouderen in de stad bestaat uit jonge ouderen: bijna de helft van de Amsterdammers van 55 jaar of ouder is onder de 65 jaar (zie figuur 1.1). Ruim een vijfde van de ouderen is 75 jaar of ouder, waarvan 13% 80 jaar of ouder. Figuur plussers, verdeling naar leeftijdsgroepen, 2014 (procenten) 13% 26% 9% % % 18% Bron: O+S Verdeling over de stad Een groot deel van de ouderen woont in stadsdeel Zuid (19% van de 55-plussers, 23% van de 75-plussers) en Nieuw-West (18% van de 55-plussers, 23% van de 75-plussers). Relatief wonen er ook veel ouderen in Centrum, vooral jonge ouderen (55-64 jaar). In de stadsdelen Noord en (in mindere mate) Zuid en Nieuw-West wonen relatief veel ouderen van 75 jaar en ouder. Kijken we naar de 22 gebieden van de wijkteams, dan wonen er relatief veel 75-plussers in de gebieden Buitenveldert/Zuidas (17%), Osdorp (9%) en het Oostelijk en Westelijk deel van Amsterdam-Noord (9% en 8%, t.o. 5% gemiddeld). Het kleinste aandeel 75- plussers vinden we in het Oostelijk Havengebied en IJburg/Eiland Zeeburg (beide afgerond 1% van de bevolking in die gebieden). Op de nu volgende kaarten is te zien waar de verschillende leeftijdsgroepen van ouderen wonen in Amsterdam. Het geeft de gebieden aan waar ouderen geconcentreerd zijn. De jongste ouderen (55-64 jaar) wonen veelal in Centrum en Zuid. Gebieden als de 5

6 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Jordaan, de Nieuwmarktbuurt en de Stadionbuurt vallen bij deze groep op. Daarnaast zijn er enkele gebieden in Zuidoost aan te wijzen: Gein, Holendrecht en de Geerdinkhof. Figuur 1.2 Concentraties jarigen (min. 50, min 17,2%), 2012 bron: Stadsmonitor Bij de leeftijdsgroep jaar verschuiven de concentraties iets. De concentraties in het Centrum zijn minder sterk en de Tuindorpen (Betondorp, Tuindorp Oostzaan, Buiksloot en Nieuwendam) komen in beeld. Figuur 1.3 Concentraties jarigen (min. 50, min 11,5%), 2012 bron: Stadsmonitor 6

7 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen De huidige 75-plussers wonen niet vaak in het centrum, maar juist in Nieuw-West, Noord, Buitenveldert en Betondorp. Figuur 1.4 Concentraties 75+ jarigen (min. 50, min 9,5%), 2012 bron: Stadsmonitor Geslacht Het aandeel vrouwen onder 55-plussers ligt met 53% iets hoger dan het aandeel mannen, en neemt toe naarmate de leeftijd stijgt. Zes van de tien 75-plussers zijn vrouwen (62%). Huishoudtype Bijna de helft van de 55-plussers in Amsterdam woont alleen (45%, zie figuur 1.5). Daarnaast woont een groot deel met een partner en zonder kinderen (36%). Een kleiner deel woont met kinderen: 12% als paar, 5% als eenoudergezin. Twee procent van de 55- plussers woont in een tehuis. De oudere leeftijdsgroep woont vaker alleen. Ruim de helft van de 75-plussers woont alleen (54%), een derde woont samen met een partner (33%) en 7% woont in een tehuis. In Centrum wonen relatief veel 75-plussers in een tehuis, namelijk 15%. 7

8 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Figuur 1.5 Verdeling van huishoudtypen onder onderen, 55-plus en 75-plus, 2014 (procenten) % 1%2% 2% 2%1% 7% 12% alleenstaand 44% 34% 54% (on)gehuwd samenwonend zonder kinderen (on)gehuwd samenwonend met kinderen eenoudergezin overig 36% tehuisbewoner bron:o+s Herkomstgroepen Ruim zes van de tien ouderen (63% onder 55-plussers) zijn van Nederlandse herkomst, ruim twee van de tien van niet-westerse herkomst (23%) en 14% is van westerse (niet- Nederlandse) herkomst (zie tabel 1.3). Het aandeel van niet-westerse herkomst is kleiner naarmate de leeftijd hoger ligt. Zo is 29% van de jarigen van niet-westerse herkomst, tegenover 12% van de 75-plussers. Bij deze laatst genoemde groep gaat het vaak om ouderen van Surinaamse herkomst. Zoomen we in op de groep ouderen van Nederlandse herkomst, dan zijn zes van de tien in Amsterdam geboren (58%) en komen vier van de tien van elders (42%). Jongere ouderen komen vaker van elders dan oudere ouderen; zo is bijna de helft van de jongere ouderen (55-64 jaar, 49%) van Nederlandse herkomst import tegenover ruim een derde van de 75-plussers (35%, zie tabel 1.6, onderste rij). Tabel 1.6 Herkomstgroepen onder ouderen, 2014 (procenten binnen leeftijdsgroepen) herkomstgroepen totaal 55+ Suriname Ned. Antillen Turkije Marokko overig niet-westers totaal niet-westers westers autochtoon totaal niet in Amsterdam geboren autochtonen bron: O+S 8

9 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen 1.2 Prognoses Zoals al eerder genoemd, woonden er begin 2014 bijna plussers in Amsterdam, 22% van de totale bevolking. Dat aantal zal naar verwachting stijgen naar ruim in 2035, dat wil zeggen 28% van de Amsterdammers. Kijken we alleen naar de 65-plussers dan gaat het aandeel naar verwachting van 12% in 2014 (ruim ) naar 17% (bijna ) in Figuur 1.7 Ontwikkelingen in het aandeel ouderen (55+ en 65+) in Amsterdam, 2014 en prognoses 2025, 2030 en 2035 (procenten van de totale bevolking) % totaal totaal bron: DRO/O+S Voor alle leeftijdsgroepen wordt een stijging in het aantal en aandeel verwacht, maar dat zal naar verwachting voor de jongste leeftijdsgroep van jaar vanaf 2020 dalen (zie figuur 1.8). De aanvankelijke stijging van de groep van vlakt na 2025 naar verwachting wat af en die van de jarigen vanaf De oudere leeftijdsgroepen, vanaf 70 jaar, zullen blijven toenemen. In figuur 1.8 is dus duidelijk het effect van de zgn. babyboom generatie ouderen te zien: de grote groep jonge ouderen (55-64 jaar) die na verloop van tijd zal dalen. 9

10 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Figuur 1.8 Ontwikkelingen in het aandeel ouderen in Amsterdam naar leeftijdsgroepen, 2014 en prognoses 2025, 2030 en 2035 (procenten van de totale bevolking) % e.o bron: DRO/O+S In de vorige paragraaf kwam al naar voren dat bijna een kwart van de Amsterdammers van 55 jaar en ouder, 23%, van niet-westerse herkomst is. Van de 65-plussers is 17% van niet-westerse herkomst. Dat aandeel is relatief klein, gezien 35% van alle Amsterdammers van niet-westerse herkomst is. Maar de verwachting is dat het aandeel snel sterk toeneemt. In 2020 zal naar verwachting 21% van de 65-plussers van nietwesterse herkomst zijn en in %. In figuur 1.9 is de verwachting voor verschillende leeftijdsgroepen onder ouderen weergegeven. 10

11 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen Figuur 1.9 Ontwikkelingen in het aandeel van niet-westerse herkomst onder ouderen in Amsterdam, 2014 en prognoses over 2020 en 2030 (procenten onder de betreffende leeftijdsgroep) % e.o. totaal 65 e.o bron: DRO/O+S 11

12 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek 2 Woonsituatie en woonwensen In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de huisvestingssituatie en de woonwensen van ouderen. Er wordt gekeken in welke mate ouderen in een woning wonen zonder trappen en of zij zelf inschatten dat hun woning geschikt is om oud in te worden. Vervolgens wordt ingegaan in welke mate ouderen hun huidige woning hebben gekozen vanwege gelijkvloersheid. In de tweede paragraaf wordt ingegaan op de woonwensen van ouderen. Woonsituatie De meerderheid van de ouderen huurt bij een corporatie een sociale huurwoning (58%). Ouderen van Marokkaanse herkomst wonen bijna uitsluitend in een sociale huurwoning van een corporatie (88%) en ook bij Turkse, Surinaamse en Antilliaanse ouderen is het aandeel hoog (80%-81%). Autochtone ouderen die opgegroeid zijn in Amsterdam wonen vaker in een sociale huurwoning van een corporatie (63%) dan autochtonen die van buiten Amsterdam komen (42%). Wanneer ouderen een koopwoning hebben, dan zijn de hypotheeklasten hiervan vaak laag. Autochtone ouderen die niet in Amsterdam zijn opgegroeid en westerse allochtonen hebben wat vaker een koopwoning dan andere groepen. Autochtonen en westerse allochtonen huren daarnaast wat vaker bij een particulier, het gaat dan ook om een sociale huurwoning. Tabel 2.1 Segment van de woning per herkomstgroep onder 55-plussers, 2013 (procenten) koop lage hypotheeklasten (tot en met 665,-) middelhoge hypotheeklasten ( ,-) hoge hypotheeklasten (meer dan 1077,-) huur sociale huur, corporatie (tot en met 665,-) sociale huur, particulier (tot en met 665,-) middeldure huur, corporatie en particulier ( ,-) dure huur (corporatie en particulier, meer dan 1077) segment onbekend Surinaams Antilliaans Turks Marokkaans Overig niet-westers Westers autochtoon, import autochtone Amsterdammer totaal 55-plussers bron: O+S/WZS/WiA2013 totaal Ouderen wonen vaak nog in hetzelfde huis waar hun kinderen zijn opgegroeid. Als de kinderen het huis uit zijn, komt er ruimte vrij. Een woning kan dan als te groot worden ervaren. Ongeveer de helft van de 55-plussers woont in een woning van meer dan 70 vierkante meter. Het zijn vooral ouderen in een koopwoning die groot wonen: van hen heeft 81% heeft een woning groter dan 70 vierkante meter. Bij de ouderen in een 12

13 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen corporatiewoning is dit 41%. Voor ouderen in een corporatiewoning is er de regeling Van Groot naar Beter. Ouderen worden daarmee gestimuleerd hun grote woning (meer dan 70 vierkante meter) te verruilen voor een kleinere woning (minder dan 60 vierkante meter). Voor veel ouderen is traplopen een probleem, 34% van de 55-plus huishoudens en 52% van de zelfstandig wonende 75-plus huishoudens geeft aan dat traplopen niet meer makkelijk gaat. Toch woont ongeveer de helft van hen die moeite hebben met traplopen in een woning met trappen (naar de woning toe of in de woning). Vooral jarigen wonen nog weinig in een woning zonder trappen (23%). Naarmate de leeftijd vordert, neemt dit aandeel wel toe, tot 47% bij de 75-plussers. Ook huishoudens waar iemand moeite heeft met traplopen, wonen vaker in een traploze woning (44%). 3 De verschillen tussen inkomens (niet in tabel) en eigendomsvorm van de woning zijn klein. Des te opvallender zijn de verschillen tussen herkomstgroepen: slechts 13% van de Marokkaanse ouderen woont in een woning zonder trappen, ook bij Turkse huishoudens en oudere huishoudens van overige niet-westerse herkomst is het aandeel beperkt (21%). Marokkaanse ouderen geven ook in veel mindere mate aan dat hun woning geschikt is om oud in te worden (33% t.o.v. 52% gemiddeld). Tabel 2.2 Woonsituatie ouderen (55+) naar enkele kenmerken, 2013 (procenten) % zonder trappen % woning geschikt om oud in te worden totaal jaar jaar jaar en ouder moeite met traplopen geen moeite met traplopen Surinamers Antillianen Turken Marokkanen overig niet-westerse allochtonen westerse allochtonen autochtonen, niet in Amsterdam opgegroeid autochtone Amsterdammers koopwoning corporatiewoning particuliere huur bron: O+S/WZS/WiA2013 Wijken waar ouderen vaak moeten traplopen zijn Centrum-West, Oud-Oost, Oud-Noord (allen 19% zonder trappen). 3 Zie ook: WZS (2013) Fact sheet Woonsituatie en woningmarktpositie van Amsterdamse senioren 2013, gemeente Amsterdam. 13

14 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Tabel 2.3 Woonsituatie ouderen (55+) naar wijk, 2013 (procenten) % met woning zonder trappen % woning geschikt om oud in te worden C-Centrum West C-Centrum Oost W-Westerpark W-Bos en Lommer W-Oud-West/W-De Baarsjes NW-Slotermeer/NW-Geuzenveld NW-Osdorp NW-De Aker/Nieuw-Sloten NW-Slotervaart Z-Noord-West/Z-Noord-Midden Z-Buitenveldert/Zuidas Z-De Pijp/Z-Rivierenbuurt O-Oud-Oost O-Indische Buurt/O-Oostelijk Havengebied O-Watergraafsmeer O-IJburg/Eiland Zeeburg N-West N-Oud-Noord N-Oost ZO-Bijlmer Centrum ZO-Bijlmer Oost ZO-Gaasperdam/Driemond bron: O+S/WZS/WiA2013 Naarmate de leeftijd vordert, groeit het aandeel huishoudens dat de huidige woning heeft gekozen omdat de vorige teveel trappen had. Bijna een kwart van de 75-plus huishoudens is verhuisd omdat de vorige woning niet gelijkvloers was. Het gaat daarbij vaak om autochtone Amsterdammers (zowel in het totaal, als bij de 75-plussers). Ouderen van niet-westerse herkomst en autochtonen die niet in Amsterdam zijn opgegroeid geven dit minder vaak aan. Verhuizen om dichter bij familie te wonen komt minder voor, 5% van de 55-plussers geeft dit aan. Tabel 2.4 Verhuisredenen naar de huidige woning toe, 55+ers, 2013 (procenten, meerdere antwoorden mogelijk) jaar jaar 75 jaar e.o. totaal kleine woning, wilde groter wonen omstandigheden in mijn huishouden wilde mooier/beter wonen woning was niet gelijkvloers/te veel trappen buurt beviel niet (meer) had geen (of een te kleine) tuin/balkon wilde kopen in plaats van huren/huren in plaats van kopen wilde dichter bij familie/vrienden wonen vanwege financiële situatie omstandigheden in werk of studie anders bron: O+S/WZS/WiA

15 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen Vaak is de woning nog aanpasbaar om het wonen op hoge leeftijd goed mogelijk te maken. Het gaat dan om het verwijderen van drempels, aanbrengen van beugels in toilet en douche en het plaatsen van een traplift en/of hellingbaan naar de woning toe. Voor veel ouderen zal dit de voorkeur genieten boven verhuizen. Woonwensen De meeste ouderen willen niet verhuizen, hoe ouder hoe minder deze behoefte er is. Van de jarigen geeft 21% aan zeker binnen twee jaar te willen verhuizen, bij de 75+ers geeft nog 12% dit aan. Tabel 2.5 Verhuisgeneigdheid senioren in Amsterdam naar leeftijdsgroep, 2013 (procenten) wil zeker binnen twee jaar verhuizen wil misschien binnen twee jaar verhuizen wil niet verhuizen totaal jaar jaar jaar en ouder totaal bron: O+S/WZS/WiA2013 De behoefte om klein te gaan wonen, is niet sterk aanwezig. Ongeveer 12% van de 55- plussers die willen verhuizen, zoekt naar een woning van minder dan 60 vierkante meter. De meesten zoeken naar een woning van 60 tot 80 vierkante meter (48% van de woningzoekende 55-plussers) of van 80 tot 100 vierkante meter (21%). De meesten willen in Amsterdam blijven wonen, maar bij de groep tot 75 jaar is er ook een kleine groep (16%) die aangeeft liever weg te willen. De belangrijkste reden om weg te willen, is om dichter bij familie te wonen (30% van de senioren die weg willen, geeft dit als reden aan). Dit geldt iets vaker voor autochtone ouderen die in Amsterdam zijn opgegroeid. Tabel 2.6 Voorkeur om in Amsterdam te blijven of naar elders te verhuizen van verhuisgeneigde senioren in Amsterdam naar leeftijdsgroep, 2013 (procenten) bij voorkeur in Amsterdam blijven bij voorkeur elders in Nederland gaan wonen heb geen voorkeur totaal jaar jaar jaar en ouder totaal bron: O+S/WZS/WiA2013 Landelijk onderzoek Uit landelijk onderzoek blijkt dat veel zelfstandig wonende (toekomstige) ouderen thuis willen blijven wonen, ook als de behoefte aan zorg toeneemt (79%). Die wens neemt toe naarmate men ouder wordt en naarmate men meer waarde hecht aan zelfredzaamheid. Er zijn ouderen die er voor kiezen om hun woning aan te passen, maar er zijn ook ouderen die dat niet willen of kunnen en er voor kiezen om te verhuizen naar een andere 15

16 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek woning. Eén op de vijf Nederlandse ouderen kiest er dan voor om te verhuizen. Ouderen met een koopwoning en ouderen met een hoog inkomen zijn minder geneigd te verhuizen dan ouderen met een huurwoning of laag inkomen. Als ouderen willen verhuizen, wil 85% verhuizen naar een woning waarin ze zelfstandig kunnen blijven wonen, maar wel graag dichtbij een zorgcentrum of in een seniorenwoning of aanleunwoning. Ouderen willen dichtbij voorzieningen en hun sociale contacten wonen. Ook een buurt waarin mensen van alle leeftijden wonen is geliefd. Het liefst blijven ouderen in hun oude vertrouwde omgeving wonen. Dat geldt voor ruim driekwart van de ouderen die willen verhuizen. 4 Specifieke woningen voor ouderen Er zijn momenteel in Amsterdam verschillende woonvoorzieningen en speciale woningen voor zelfstandig wonende ouderen, te weten: Woningen in seniorencomplexen: woningen die geschikt zijn voor ouderen. Deze woningen worden gelabeld met een minimale leeftijdsgrens van 55 jaar in WoningNet. Seniorenwoningen met aanvullende voorzieningen en/of zorg (waaronder wibo s en aanleunwoningen): bij elkaar gelegen zelfstandige woningen met in de directe nabijheid een dienstencentrum met allerlei voorzieningen. In het dienstencentrum kunnen ouderen bijvoorbeeld terecht voor maaltijden en voor administratieve of sociale hulp. Het gaat in Amsterdam om 99 complexen van seniorenwoningen met dienstencentra. Deze bestaan uit seniorenwoningen met bewoners (bij een bezetting van 1,5 persoon per woning). 5 Serviceflats: flats, woningen, appartementen, eigenlijk voor iedereen, jong en oud. Toch worden serviceflats nog steeds hoofdzakelijk bewoond door ouderen. Er bestaat geen overzicht van alle serviceflats in Amsterdam. Woongroepen voor ouderen. Woningcomplexen die daarvoor geschikt zijn, bestaan uit zelfstandige woningen (met eigen keuken en sanitair), in combinatie met gemeenschappelijke voorzieningen zoals een ontmoetingsruimte, hobby- en bergruimte. Volgens de Amsterdamse afdeling van de Landelijke Vereniging Groepswonen van Ouderen (LVGO) telt Amsterdam ongeveer veertig geregistreerde woongroepen voor ouderen (stand van zaken mei 2011). Er zijn acht woongroepen voor oudere migranten: voor Hindoestanen (2 stuks), voor creoolse Surinamers (2), voor Antillianen, Turken, Marokkanen en Chinezen. Stadsdorpen en andere initiatieven Er bestaan verschillende groepen van senioren die actief op zoek zijn naar een pand of locatie om hun wooninitiatief (vanuit particulier opdrachtgeverschap) te kunnen realiseren. Een voorbeeld daarvan is een Stadsdorp. Een Stadsdorp is een initiatief van bewoners in een buurt of wijk om te bevorderen dat senioren zo lang mogelijk actief, gezond en veilig thuis kunnen blijven wonen. Dit gebeurt door onder de leden diensten uit te wisselen, door bemiddeling en ondersteuning. Vraag en aanbod van activiteiten worden via een website digitaal bij elkaar gebracht. Van klusjes, oppassen en samen eten tot aankondigingen van de themabijeenkomsten over zorg en veiligheid. Zo worden buren bekenden van elkaar die tips uitwisselen en elkaar helpen. Er zijn inmiddels meerdere Stadsdorpen (in oprichting): 4 Zie overzichtsstudie van het NIVEL (2014), Ouderen van de toekomst. Verschillen in de wensen en mogelijkheden voor wonen, welzijn en zorg. 5 Bron: SIGRA, peildatum 1 juli

17 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen StadsdorpZuid (Apollo- en Irenebuurt) Stadsdorp De Pijp Stadsdorp Nieuwmarkt, Stadsdorp Centrum Oost, Stadsdorp Grachtengordel Zuid, Stadsdorp Gracht en Straatjes, Stadsdorp Buurt 7 (Centrum, tussen Damrak en Prinsengracht), Stadsdorp Weteringbuurt Stadsdorp d oude stad Stadsdorp KNSM Stadsdorp Vondel/Helmersbuurt Dit zijn voornamelijk buurten waar jonge ouderen wonen, vaak hoger opgeleid. Ook de professionaliteit van de verschillende websites van deze stadsdorpen laat zien dat het om een zelfredzame groep bewoners gaat. Een ander voorbeeld van een door Amsterdamse ouderen opgezet wooninitiatief is NoorderZon. Deze vereniging is in 2004 opgericht als coöperatieve vereniging Wonenwerken-zorg 50 plus Amsterdam. Zij streven naar het realiseren van woon- en werkruimtes voor groepsleden die in eigendom zijn van de coöperatieve vereniging. De leden van NoorderZon willen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen en werken. Zij willen de eigen zorg regelen en er deels ook zelf in voorzien, bijvoorbeeld door voordelig zorg in te kopen, opdat ze zo min mogelijk een beroep hoeven te doen op voorzieningen als thuiszorg en huishoudelijke hulp. Verder willen zij een buurtfunctie vervullen door aandacht te besteden aan de woonomgeving, activiteiten te ontplooien die ook voor de buren belangrijk zijn en samenwerken met andere buurtvoorzieningen. Zie: Zo zijn er nog meer initiatieven van ouderen op het gebied van wonen. 17

18 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek 3 Gezondheid en zorggebruik De ervaren gezondheid en de ervaren beperkingen in dagelijkse activiteiten van ouderen staan in dit hoofdstuk centraal. De informatie in dit hoofdstuk komt van de GGD Amsterdam, uit de Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 (AGM 2012). Tenzij een andere bron wordt vermeld. 3.1 Ervaren gezondheid Volgens de Amsterdamse Gezondheidsmonitor van de GGD beoordeelt de helft (52%) van de 65-plussers zijn/haar gezondheid als (zeer) goed. Onder alle Amsterdammers geldt dat voor driekwart. Het percentage dat zich goed gezond voelt, neemt af met het vorderen van de leeftijd. Van de 75-plussers voelt nog niet de helft zich (zeer) goed gezond (46%). Ook de genoten opleiding speelt een grote rol. Van de laagst opgeleide ouderen van 65 jaar en ouder vindt maar 29% de gezondheid (zeer) goed, tegenover 72% onder de hoog opgeleiden (zie tabel 3.1). Tabel 3.1 Ervaren gezondheid van zelfstandig wonende ouderen in Amsterdam, 2012 (procenten) % (zeer) goed gezond jaar jaar jaar en ouder 46 Onder 65-plussers: laagst opgeleid (LO) 29 laag opgeleid (MAVO/LBO) 52 midden opgeleid (HAVO/VWO/MBO) 59 hoog opgeleid (HBO/WO) 72 mannen 54 vrouwen 51 totaal 65-plussers 52 totaal Amsterdam 75 bron: GGD/AGM 2012 (afronding percentages door O+S) De ervaren gezondheid van ouderen varieert sterk tussen de verschillende gebieden van wijkteams in de stad. Zo ervaren in Westerpark en Oud-oost maar vier van de tien 65- plussers de eigen gezondheid als (zeer) goed (resp. 36%, 40%), tegenover zeven van de tien ouderen in de gebieden Zuid en Centrum-oost (beide 72%). 18

19 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen 3.2 Dagelijkse beperkingen Gemiddeld ervaart 11% van de Amsterdammers van 19 jaar en ouder een beperking bij bewegen. De ervaren bewegingsbeperkingen nemen uiteraard sterk toe met de leeftijd: 17% onder de jarigen, 23% onder de jarigen en 41% onder de 75-plussers. Een kwart van de mannen van 65 jaar en ouder ervaart een beperking bij bewegen (26%), tegenover ruim een derde (35%) van de oudere vrouwen Bijna één op de vijf Amsterdammers van 65 jaar en ouder (19%) heeft één of meer beperkingen in activiteiten van het dagelijks leven (ADL-beperkingen). Dat komt neer op ongeveer inwoners. Onder de laagst opgeleide ouderen is het aandeel met ADLbeperking, met 37%, twee keer zo hoog als gemiddeld (zie tabel 3.2). Bij hoog opgeleide ouderen spelen ADL-beperkingen maar bij 8% een rol. Dergelijke verschillen zien we ook terug bij de inkomens. Onder de hoogste inkomensklasse komen beperkingen het minst voor (7%) en onder de laagste inkomensgroep vier keer meer (28%). Vrouwen ervaren vaker beperkingen dan mannen (20% t.o. 16%). Zo hebben drie van de tien vrouwen van 75 jaar en ouder (29%) een of meer ADL-beperkingen, tegenover twee van de tien (22%) mannen van die leeftijd. Onder de jarigen is dat verschil er nog niet. Opvallend is dat vrouwen van 75 jaar en ouder drie keer zo vaak moeite met hun persoonlijke verzorging hebben dan vrouwen van 65 t/m 74 jaar (15% t.o. 5%), terwijl dit grote verschil er bij mannen niet is (9% t.o. 7%). Tabel 3.2 Dagelijkse beperkingen van zelfstandig wonende ouderen van 65 jaar en ouder in Amsterdam naar opleidingsniveau, geslacht en leeftijdsgroepen, 2012 (procenten) % met ADL-beperking laagst opgeleid (LO) 37 laag opgeleid (MAVO/LBO) 20 midden opgeleid (HAVO/VWO/MBO) 12 hoog opgeleid (HBO/WO) 8 mannen 16 vrouwen jaar jaar en ouder 26 totaal 65-plussers 19 bron: GGD/AGM 2012 (afronding percentages door O+S) Wanneer wordt ingezoomd op de 22 gebieden van de wijkteams dan blijkt dat ouderen (van 65 jaar en ouder) in de volgende gebieden relatief het vaakst ADL-beperkingen ondervinden (t.o. 19% gemiddeld in Amsterdam): Westerpark (28%), Oostelijk Havengebied/Indische Buurt (27%), Oud-Oost (26%), Slotervaart (26%) en Osdorp (25%, zie tabel 3.3). 19

20 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Tabel 3.3 Dagelijkse beperkingen van zelfstandig wonende ouderen van 65 jaar en ouder in Amsterdam naar 22 gebieden, 2012 (procenten) % met ADL-beperking Centrum-west 8 Centrum-oost 13 Westerpark 28 Bos en Lommer - Oud-West / De Baarsjes 24 Geuzenveld / Slotermeer 11 Osdorp 25 De Aker / Sloten - Slotervaart 26 Zuid 9 Buitenveldert / Zuid-as 17 De Pijp / Rivierenbuurt 15 Oud-oost 26 Oostelijk havengebied / Indische buurt 27 Watergraafsmeer 20 Zeeburgereiland / IJburg - Noord west 20 Oud-noord 21 Noord oost 18 Bullewijk / Bijlmer centrum - Bijlmer oost 23 Gaasperdam / Driemond 19 - = te weinig waarnemingen bron: GGD/AGM 2012 (afronding percentages door O+S) Bijna de helft van de oudere Amsterdammers met een ADL-beperking bij de persoonlijke verzorging (46%) krijgt daarvoor hulp. Daarbij gaat het het vaakst om professionele zorg (20%), daarna mantelzorg (16%) of een combinatie daarvan (10%). 3.3 Zorggebruik: contact met de huisarts De huisarts is voor veel mensen het eerste aanspreekpunt voor vragen of problemen over gezondheid en ziekten. Uit de Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 blijkt dat acht van de tien 55-plussers de afgelopen 12 maanden contact hebben gehad met de huisarts (81%, t.o. 75% gemiddeld onder 19 jaar en ouder). Onder 75-plussers geldt dat zelfs voor negen van de tien (90%). Zowel bij mannen als vrouwen ligt het huisartsenbezoek onder ouderen hoog (84% van de 65-plus mannen, 86% van de 65-plus vrouwen in de afgelopen 12 maanden), terwijl er tussen de jongere leeftijdsgroepen grotere verschillen tussen mannen en vrouwen zijn. In zijn algemeenheid hebben lager opgeleiden vaker contact met de huisarts dan hoger opgeleiden. Ook Amsterdammers van niet-westerse herkomst komen vaak bij de huisarts, Surinaamse Amsterdammers het meest. 20

21 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen 3.4 Zorggebruik: AWBZ en WMO Vanuit de AWBZ en de WMO kunnen zelfstandig wonende ouderen een beroep doen op verschillende voorzieningen zoals huishoudelijke hulp, persoonlijke verzorging en thuisverpleging. In tabel 3.4 staat weergegeven hoe vaak ouderen daar gebruik van maken. Veertien procent van de Amsterdamse ouderen van 55 jaar en ouder maakt gebruik van een of meer van deze voorzieningen. Het gebruik neemt toe naarmate de leeftijd hoger is. Zo heeft nog maar 5% van de jonge ouderen (55-64 jaar) een AWBZ- /WMO-voorziening, tegenover bijna de helft van de 85-plussers. Het vaakst wordt gebruik gemaakt van huishoudelijke hulp, vooral vanaf 75 jaar. Drie van de tien 75-plussers maken gebruik van huishoudelijke hulp via de WMO. Tabel 3.4 Gebruik van AWBZ- en WMO-voorzieningen onder 55-plussers (door minstens 1 persoon in het huishouden), 2011 (procenten) totaal onder 55- voorzieningen plus plussers huishoudelijke hulp via WMO persoonlijke verzorging via AWBZ thuisverpleging via AWBZ begeleiding via AWBZ totaal (minstens 1 regeling) waarvan 1 regeling waarvan 2 regelingen waarvan 3 regelingen waarvan 4 regelingen totaal aantal (minstens 1 regeling) bron: CBS/bewerking en afronding O+S Ouderen met lagere inkomens maken vaker gebruik van een of meerdere AWBZ- en/of WMO-voorziening dan ouderen met hogere inkomens. Het omslagpunt ligt bij een besteedbaar jaarinkomen van euro. Dat geldt sterker naarmate de ouderen jonger zijn. Het verschil naar inkomen treedt het sterkst op voor het gebruik van huishoudelijke hulp. Dit heeft mogelijk te maken met dat ouderen met een hoger inkomen een hogere eigen bijdrage voor de hulp moeten betalen. Ook kan zijn dat zij vaker een particuliere hup bij huishouding nemen vanwege die hogere bijdrage voor deze WMO-voorziening. Ouderen die alleen wonen maken twee keer zo vaak gebruik van een AWBZ/WMOvoorziening dan ouderen die samen met een partner wonen (19% om 9%). Dit effect treedt op bij alle leeftijdsgroepen, maar is sterker bij jongere ouderen (55-74 jaar) dan bij oudere ouderen. Kijken we naar verschillen tussen gebieden, dan wordt het vaakst gebruik gemaakt van deze voorzieningen door 55-plussers in Osdorp (22%), daarna Noord, Buitenveldert, Slotervaart en Geuzenveld en het minst vaak in Centrum (9%). Deze verschillen hangen uiteraard samen met verschillen in leeftijdssamenstelling en de sociaal-economische status van de ouderen in deze gebieden. 21

22 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Verder zijn er verschillen naar herkomstgroepen. Ouderen van Nederlandse herkomst en ouderen van Surinaamse herkomst maken het vaakst gebruik van een AWBZ-/WMOvoorziening (resp. 16% en 15% van de 55-plussers). Dit heeft deels te maken met de verschillen in leeftijdssamenstelling van de ouderen van verschillende herkomstgroepen, de ouderen van Nederlandse herkomst zijn gemiddeld het oudst. Kijken we alleen naar het zorggebruik onder jongere ouderen, dat wil zeggen jaar, dan maken ouderen van niet-westerse herkomst juist vaker gebruik van voorzieningen dan ouderen van westerse herkomst (zie tabel 3.5). Een uitzondering hierop vormen de jongere ouderen van overige niet-westerse herkomst, zij maken het minst vaak gebruik maken van voorzieningen (5%). Tabel 3.5 Gebruik van een of meerdere AWBZ- en WMO-voorzieningen onder 55-plussers per herkomstgroep (door minstens 1 persoon in het huishouden), 2011 (procenten) totaal onder 55- herkomstgroepen plussers Nederlands 7 16 Surinaams Antilliaans 9 11 Turks 9 10 Marokkaans 8 10 overig niet-westers 5 7 overig westers 6 11 bron: CBS/bewerking en afronding O+S 3.5 Gezondheid oudere migranten De gezondheidstoestand van ouderen van niet-westerse afkomst vraagt speciale aandacht. Vanuit een grootschalig onder zoek van de GGD Amsterdam onder ouderen van jaar is bekend dat Turkse en Marokkaanse ouderen meer en op jongere leeftijd met gezondheidsproblemen kampen dan hun Nederlandse leeftijdgenoten. Zij hebben onder andere meer chronische aandoeningen en depressieve klachten, hetgeen te maken kan hebben met het te weinig buiten zijn en het weinig bewegen. Onder Turkse en Marokkaanse ouderen neemt ook de zelfredzaamheid eerder af. Ook in landelijke onderzoeken komt de mindere gezondheidstoestand van migranten ouderen naar voren. 6 Niet-westerse migranten zijn vaker en langduriger ziek. Hun ziektelast ligt ongeveer 22% hoger dan bij autochtone Nederlanders. Ziektes die veel bij migranten ouderen voorkomen zijn diabetes, beroerte en coronaire hartziekten. Ook reumatoïde artritis en artrose dragen bij aan de verschillen. Kanker komt minder vaak voor, leverkanker juist vaker. Depressie komt veel vaker voor onder Turkse en Marokkaanse ouderen dan onder autochtone ouderen en angststoornissen komen onder Turkse volwassenen iets vaker voor. Daarnaast komen onder migranten bepaalde ziektebeelden voor die niet onder autochtone Nederlanders voorkomen zoals bepaalde vormen van bloedarmoede, ziekte van Bechet en vitamine D-deficiëntie. Het aantal 6 Zie bijvoorbeeld: Pharos. Migranten en gezondheid Feiten en cijfers. 22

23 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen oudere migranten met dementie (ruim in 2013, Alzheimer Nederland, 2014) zal de komende tien jaar ruim verdubbelen tot in Daarmee stijgt het aantal allochtonen met dementie ruim twee keer zo snel als het aantal autochtonen met dementie. Mogelijke risicofactoren als hart- en vaatziekten en diabetes die vaker voorkomen bij deze groep spelen hierbij een rol. Veel vluchtelingen kampen met onbegrepen lichamelijke klachten: gezondheidsproblemen zonder medisch aantoonbare oorzaak. Met de vergrijzing is te verwachten dat de ervaren gezondheid van oudere migranten zal verslechteren. En dat de incidentie van de meeste van de hier genoemde ziekten en aandoeningen in de toekomst zal toenemen. 7 Dergelijke verschillen hangen samen met de vaak lagere sociaal-economische status (SES ) van ouderen van niet-westerse herkomst. Mensen met een lagere SES zijn meestal ongezonder en daardoor kwetsbaarder dan mensen met een hogere SES. Ouderen met een laag inkomen hebben een grotere kans om functionele beperkingen te krijgen, om opgenomen te worden in een instelling en om vroegtijdig te overlijden. Mensen met een lage SES hebben ook vaker een ongezondere leefstijl (zoals roken en overgewicht en ervaren meer stress) wat een negatieve invloed heeft op de gezondheid en zo de kwetsbaarheid bevordert. 8 7 Bron: bron cijfers SCP, R. Schellingerhout (2004). Gezondheid en welzijn van allochtone ouderen. 8 Bron: SCP (2011). Kwetsbare ouderen. Landelijk beeld van de groeiende groep ouderen met meervoudige gezondheidsproblemen. En: SCP (2011). Kwetsbare ouderen in de praktijk. 23

24 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek 4 Sociale netwerken en informele zorg In hoeverre voelen ouderen in Amsterdam zich eenzaam? Hebben zij vaak sociale contacten en daarmee een netwerk om te kunnen aanspreken voor informele hulp? En welke Amsterdammers verlenen er mantelzorg? Om deze vragen draait het in dit hoofdstuk over sociale netwerken van ouderen. 4.1 Eenzaamheid In de Amsterdamse Gezondheidsmonitor van de GGD is de mate van eenzaamheid van Amsterdammers van 19 jaar en ouder gemeten. 9 Eenzaamheid speelt vaker naarmate de leeftijd stijgt, vooral vanaf 45 jaar. Zo is 8% van de jong volwassenen (19 t/m 34 jaar) (zeer) ernstig eenzaam, tegenover 14% onder de jarigen. Van de Amsterdammers van 65 jaar en ouder voelt 11% zich (zeer) ernstig eenzaam en 39% matig eenzaam. Onder Amsterdammers van 75 jaar en ouder is vaker dan bij andere leeftijdsgroepen sprake van emotionele eenzaamheid (25%, tegenover 19% gemiddeld). Ook voelen zij zich relatief vaak matig eenzaam (44% t.o. 32% gemiddeld). De laagst opgeleide ouderen zijn het vaakst eenzaam: twee van de tien (19%) voelen zich (zeer) ernstig eenzaam, vier van de tien (42%) matig. Verder voelen oudere vrouwen zich vaker eenzaam dan oudere mannen (zie tabel 4.1). 9 In de Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 is eenzaamheid in kaart gebracht met elf vragen. Samen vormen deze vragen de schaal van De Jong-Gierveld. De schaal maakt onderscheid in matige en ernstige eenzaamheid en in sociale en emotionele eenzaamheid. Deze schaal vormt al jarenlang een veelgebruikte standaard voor het meten van eenzaamheid. 24

25 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen Tabel 4.1 Eenzaamheid onder zelfstandig wonende ouderen in Amsterdam, 2012 (procenten) % matig eenzaam % (zeer) ernstig eenzaam jaar jaar jaar en ouder Onder 65-plussers: laagst opgeleid (LO) laag opgeleid (MAVO/LBO) midden opgeleid (HAVO/VWO/MBO) 36 8 hoog opgeleid (HBO/WO) 34 9 mannen 37 9 vrouwen totaal 65-plussers totaal Amsterdam bron: GGD Amsterdam, Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 (afronding percentages door O+S) Dergelijke verschillen tussen groepen ouderen komen ook naar voren uit De Staat van de Stad enquête Bovendien blijkt daaruit dat ouderen van niet-westerse herkomst zich vaker sterk geïsoleerd voelen dan andere ouderen. 4.2 Sociale contacten Uit De Staat van de Stad Amsterdam enquête 2012 van O+S blijkt dat ouderen niet zozeer minder contact hebben met familie, maar wel minder contact hebben met vrienden en kennissen dan andere Amsterdammers, vooral oudere ouderen (zie tabel 4.2). Tabel 4.2 Frequent contact (d.w.z. minstens 1x per week) met familie en vrienden/kennissen onder ouderen in Amsterdam, 2012 (procenten) contact met contact met familie vrienden/kennissen jaar jaar jaar en ouder mannen vrouwen totaal 55-plussers totaal Amsterdam bron: O+S/De Staat van de stad Amsterdam 2012 Ruim driekwart van Amsterdamse ouderen (55+) heeft minstens 1x per week contact met een of meerdere familieleden (76%). Onder jarigen ligt dit percentage iets lager (69%). Daarmee hebben ouderen, met uitzonderling van de jarigen, niet significant 25

26 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek minder contacten met familie dan gemiddeld in Amsterdam (78%). Bij jongere ouderen (55-64 jaar) gaat het vaker om mensen die niet in Amsterdam geboren zijn dan bij de andere ouderen (zie ook paragraaf 1.1), wat een verklaring kan zijn voor dat ze minder vaak frequent contact hebben met familie. Vrouwen hebben vaker contact met familie (85%) dan mannen, ook hebben zij iets meer contact met vrienden of kennissen dan mannen (68% ten opzichte van 60%). Hoogopgeleide ouderen (HBO/WO afgerond) hebben eveneens minder vaak frequent contact met familieleden (67% minstens elke week). Dat hangt samen met het voorafgaande: jongere ouderen zijn immers vaker hoogopgeleid (24% van de jarigen) dan andere ouderen (15% van de 65-plussers). Ouderen hebben minder vaak contact met vrienden en kennissen dan Amsterdammers in het algemeen (64% van de 55-plussers wekelijks t.o. 77% gemiddeld). Vooral ouderen boven de 75 jaar hebben minder vaak frequent contact met vrienden/kennissen (52% wekelijks). Hoogopgeleide ouderen hebben wat vaker frequent contact met vrienden en kennissen (72% wekelijks) dan ouderen gemiddeld (64%). Uit een onderzoek aan de Vrije Universiteit komt naar voren dat de huidige generaties van ouderen wel een steeds breder sociaal netwerk hebben met meer niet-familieleden, zoals vrienden en kennissen. Zij hebben die ook nog steeds na hun 75e jaar, terwijl dit niet geldt voor de oudere generaties van ouderen. Dit komt volgens de auteur onder andere door een hoger opleidingsniveau en een beter cognitief functioneren van de huidige generaties ouderen. 10 Wat opvalt, is dat ouderen van niet-westerse herkomst niet minder vaak frequent contact met familie en vrienden hebben dan andere ouderen, maar dat zij wel vaker sociaal isolement ervaren. Hetzelfde geldt voor ouderen in het algemeen, zij hebben niet heel veel minder contacten dan andere Amsterdammers maar zij ervaren wel vaker sociaal isolement en eenzaamheid. Blijkbaar is het soort contacten en de kwaliteit daarvan anders en is er vaak sprake van emotionele eenzaamheid. Dat geldt het sterkst voor 75- plussers en voor vrouwen. Mannen daarentegen geven minder vaak aan zich eenzaam te voelen dan vrouwen, maar hebben minder sociale contacten dan vrouwen. Wellicht is de behoefte aan sociaal contact bij hen minder groot. 4.3 Mantelzorg Negen procent Amsterdammers geeft structureel mantelzorg 11 Mantelzorgers zorgen langdurig en onbetaald voor een chronisch zieke, gehandicapte of hulpbehoevende partner, ouder, kind of ander familielid, vriend of kennis. Dat is het geval als iemand ten minste drie maanden en/of minimaal 8 uur per week mantelzorg geeft. Volgens deze definitie geven circa 55 duizend Amsterdammers in 2012 mantelzorg. Dat is 9% van de Amsterdamse bevolking van 19 jaar en ouder. Zij geven vooral zorg aan familieleden of kennissen buiten het eigen huishouden en in mindere mate aan volwassenen binnen het huishouden of kinderen. 10 Bron: Promotie-onderzoek aan de VU van B.A. Suanet. Societal dynamics and older adults' social functioning. Oktober Bron: GGD (2013). Amsterdamse Gezondheidsmonitor

27 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen Het aandeel Amsterdammers dat in het voorgaande jaar mantelzorg heeft verleend (dus ongeacht de duur en het aantal uren) ligt hoger, namelijk op 15% (cijfer over 2012). Dat is licht gestegen ten opzichte van 2008, toen verleende 12% van de Amsterdammers in het voorgaande jaar mantelzorg. Vrouwen verlenen iets vaker mantelzorg dan mannen (10% t.o. 8%). Verder valt op dat jongvolwassenen (19 t/m 34 jaar) minder vaak mantelzorg geven dan Amsterdammers van 35 jaar of ouder (4% t.o. 12%). Bewoners van de stadsdelen Centrum en Noord verlenen het vaakst mantelzorg (beide 11%), bewoners van West en Oost het minst vaak (beide 8%). Kijken we naar de gebieden van de wijkteams, dan wordt in Watergraafsmeer het vaakst mantelzorg verleend (15%), maar ook in De Aker/Sloten (13%), Noord west en Buitenveldert/Zuidas is dat vaker dan gemiddeld (beide 12%). In de gebieden Zeeburgereiland/IJburg, Slotervaart (beide 5%) en Bos en Lommer (6%) wordt het minst vaak mantelzorg door bewoners verleend. Omdat het merendeel van de mantelzorg aan iemand buiten het eigen huishouden wordt gegeven, weten we niet in welke delen van de stad de ontvangers van de mantelzorg wonen. Helft beperkte ouderen ontvangt geen hulp In hoofdstuk 3 kwam al naar voren dat bijna de helft van de oudere zelfstandig wonende Amsterdammers met een ADL-beperking bij de persoonlijke verzorging daarvoor hulp krijgt. Bij de ontvangen hulp gaat het in 16% om mantelzorg, bij 10% om een combinatie van professionele zorg en mantelzorg en bij 20% om alleen professionele zorg. Onder mantelzorg wordt hier verstaan: informele hulp van de partner, kinderen of ander familieleden en bekenden. De andere helft van de ouderen met beperkingen ontvangt dus geen hulp, ook geen hulp vanuit hun sociale netwerk. Hieronder vallen ook mensen die een activiteit met grote moeite kunnen uitvoeren. Van de ouderen die aangaven helemaal afhankelijk te zijn van anderen bij één of meer activiteiten op het gebied van persoonlijke verzorging, gaf 13% aan geen hulp te krijgen. 12 Het is niet bekend waarom deze mensen geen hulp vragen en ontvangen. Mogelijk gaat het hierbij om ouderen die weinig sociale contacten hebben. Uit een onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau blijkt dat voor het ontvangen van informele hulp de frequentie van contacten met netwerkleden belangrijker is dan de absolute omvang van het sociale netwerk. 13 Er is weinig bekend over welke bevolkingsgroepen meer of minder bereid zijn hulp van anderen te ontvangen (en te geven) en hoe mensen denken over informele zorg en of de opvattingen hierover zijn veranderd. Wel is bekend dat vier van de tien hulpbehoevende mensen de informele hulp bezwaarlijk vinden of moeite hebben om hulp van een naaste te aanvaarden Bron: GGD Amsterdam (2013). Amsterdamse Gezondheidsmonitor Bron: SCP (2005). De Boer, A.H., M.M.Y. de Klerk, M. Cardol en G.P. Westert. Het sociale netwerk en het ontvangen van informele hulp. 14 Zie: SCP (2013). Toekomstverkenningen informele zorg. 27

28 Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek 4.4 Familienetwerk in Amsterdam Mantelzorg wordt vaak verleend door directe familie: een partner of door de kinderen. Iets minder dan de helft (44%) van de ouderen woont met iemand samen in huis (een partner, kind, woongroep of in een tehuis), zij hebben daarmee iemand in de buurt die informele hulp kan geven of in ieder geval een oogje in het zeil houdt. Zeventig procent van de ouderen (55+) heeft kinderen, waarvan de meesten ook in Amsterdam wonen: 53% van de ouderen heeft kinderen in de stad wonen. Dit zijn potentiele mantelzorgers als dit nodig is. De oudere groep ouderen heeft vaker kinderen, maar zij wonen dan wel vaker buiten de stad. Het aandeel ouderen met kinderen in de stad is daarom bij zowel de 75-plussers als de groep tussen 55 en 74 jaar gelijk, net iets boven de vijftig procent. Ouderen van niet-westerse herkomst hebben veelal kinderen in de stad wonen: 69% van de ouderen van Surinaamse herkomst en rond de 90% van de ouderen van Turkse en Marokkaanse herkomst hebben kinderen in de stad. Vaak wonen er ook nog kinderen thuis bij de ouders. Bij Marokkaanse ouderen komt dit het meest voor, hier geldt dit in iets meer dan de helft van de gevallen dat er kinderen nog thuis wonen. Ook bij de Marokkaanse ouderen boven de 75 jaar komt dit nog in een derde van de gevallen voor. Ouderen met kinderen in de stad naar herkomstgroep, 2014 (procenten) % Surinamers Antillianen Turken Marokkanen Overig nietwesterse allochtonen Westerse allochtonen jaar 75 jaar en ouder Autochtonen totaal bron: O+S 28

29 Doelgroepen toekomstig bestendig wonen 5 Ouderen bereiken Door WZS wordt een campagne voorbereid om ouderen bewust te maken zelf na te denken over de toekomstbestendigheid van hun woonruimte en hier eventueel veranderingen in aan te brengen. Om een dergelijke campagne succesvol te kunnen laten zijn, is het belangrijk om de doelgroepen goed met te kunnen bereiken. Hoe kunnen Amsterdamse ouderen het beste met informatie bereikt worden? En welke verschillen zien we daarin tussen groepen ouderen? Met andere woorden, hoe bereik je welke groepen ouderen het beste? Om deze vragen te kunnen beantwoorden kijken we naar van welke (Amsterdamse) informatiebronnen en media zij vaak gebruikmaken. De informatie in dit hoofdstuk komt uit De Amsterdamse Burgermonitor 2013 van O+S, tenzij anders wordt vermeld. 5.1 Internet Driekwart heeft internet Ouderen lopen hun achterstand in internetgebruik snel in. Inmiddels heeft in 2013 driekwart van de 65-plussers in Amsterdam thuis toegang tot internet. In 2004 gold dat nog maar voor 37% van de 65-plussers. Van de 55-plussers heeft 82% thuis internet en onder de 75-plussers is het ook nog 70%. Amsterdammers met een lage opleiding en een inkomen lager dan euro per maand hebben minder vaak toegang tot internet dan gemiddeld. Mensen die geen toegang hebben tot internet zijn ook vaker geïsoleerd dan gemiddeld. Van de laag opgeleide 55- plussers heeft 70% thuis internet (t.o. 82% onder 55+). Onder 55+ ouderen van nietwesterse herkomst ligt het internetbereik ook lager: 66% heeft thuis internet. Ruim een derde van de 65-plussers gebruikt socialmedia (35%). Dat is aanzienlijk minder dan gemiddeld in de stad (62% van de 18-plussers). Meestal gaat het om Facebook, 34% van de 65-plussers gebruikt dat (t.o. 59% gemiddeld) en soms om Twitter (7% t.o. 21% gemiddeld). 15 Tweederde kent gemeentelijke site 16 Een mogelijk informatiekanaal via internet is de gemeentelijke website. Tweederde van de oudere Amsterdammers, van 65 jaar en ouder (65%), geeft aan de site te kennen. Dat is minder dan gemiddeld in de stad (74%). De website van het stadsdeel kent een vergelijkbare bekendheid onder ouderen (64% kent het, t.o. 68% gemiddeld). Maar slechts 3% van de 65-plussers die de site kennen, kijkt vaak op de website van de gemeente (t.o. 7% gemiddeld) en het aandeel dat nooit op de website kijkt is onder hen het grootst (17%, t.o. 14% gemiddeld). Acht van de tien 65-plussers die de gemeentelijke website kennen, bezoeken de site soms (79%). De 65-plussers bezoeken 15 Bron: O+S. Communicatiemiddelen gemeente Amsterdam. Amsterdam, januari Bron: O+S. Communicatiemiddelen gemeente Amsterdam. Amsterdam, januari

Fact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft

Fact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft Dienst Wonen, Zorg en Samenleven Fact sheet nummer 1 januari 211 Eigen woningbezit 1e en Aandeel stijgt, maar afstand blijft Het eigen woningbezit in Amsterdam is de laatste jaren sterk toegenomen. De

Nadere informatie

GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld

GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld Samenvatting Eén op de acht volwassen Amsterdammers voelt zich ernstig. Dat is meer dan gemiddeld in Nederland. In vergelijking met voorgaande jaren voelen steeds meer

Nadere informatie

40 De Staat van de Stad Amsterdam VIII

40 De Staat van de Stad Amsterdam VIII 3 Gezondheid Gezondheid is een belangrijke voorwaarde om te kunnen participeren in de samenleving. Fysieke en psychische beperkingen kunnen participatie belemmeren, omgekeerd kan participatie de gezondheid

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

De Staat van de Stad Amsterdam V. Ontwikkelingen in participatie en leefsituatie

De Staat van de Stad Amsterdam V. Ontwikkelingen in participatie en leefsituatie De Staat van de Stad Amsterdam V Ontwikkelingen in participatie en leefsituatie Kernpunten 10 jaar Staat van de Stad Gemiddelde leefsituatiescore naar herkomstgroepen, 2000, 2002, 2004, 2006 en 2008 108

Nadere informatie

Oudere minima in Amsterdam en het gebruik van de AIO

Oudere minima in Amsterdam en het gebruik van de AIO Oudere minima in Amsterdam en het gebruik van de AIO In opdracht van: DWI Projectnummer: 13010 Anne Huizer Laure Michon Clemens Wenneker Jeroen Slot Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal 300 Telefoon 020

Nadere informatie

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, Fact sheet nummer 1 maart 2004 Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, 1994-2003 Waar in Amsterdam wonen allochtone jongeren en ouderen? Allochtonen wonen vaker dan autochtonen in gezinsverband

Nadere informatie

Gewicht en leefstijl van kinderen in Nieuw-West

Gewicht en leefstijl van kinderen in Nieuw-West Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht juni 2017 Gewicht en leefstijl van kinderen in Nieuw- Minder overgewicht Het percentage kinderen * met overgewicht (inclusief obesitas) in Nieuw- is tussen en significant

Nadere informatie

TOENAME SPANNINGEN TUSSEN BEVOLKINGSGROEPEN IN AMSTERDAMSE BUURTEN

TOENAME SPANNINGEN TUSSEN BEVOLKINGSGROEPEN IN AMSTERDAMSE BUURTEN TOENAME SPANNINGEN TUSSEN BEVOLKINGSGROEPEN IN AMSTERDAMSE BUURTEN 22 oktober Sinds 2011 meet Bureau O+S met een signaleringsinstrument de spanningen tussen bevolkingsgroepen in Amsterdamse buurten. De

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren

Nadere informatie

De Amsterdamse Burgermonitor 2005

De Amsterdamse Burgermonitor 2005 De Amsterdamse Burgermonitor 2005 november 2005 Samenvatting van de resultaten Een grotere maatschappelijke en politieke betrokkenheid, maar ook een toenemend gevoel van discriminatie op grond van etnische

Nadere informatie

10. Veel ouderen in de bijstand

10. Veel ouderen in de bijstand 10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van

Nadere informatie

TOOLKIT Bekend maakt Bemind

TOOLKIT Bekend maakt Bemind TOOLKIT Bekend maakt Bemind 6. Migrantenouderen in cijfers Aantal migrantenouderen in Nederland Bron: (CBS-Statline, dec. 2016) Aantal AOW-gerechtigden in Nederland 3.059.000 Waarvan van migrantenafkomst

Nadere informatie

Homoseksuelen in Amsterdam

Homoseksuelen in Amsterdam Homoseksuelen in Amsterdam Projectnummer 9150 In opdracht van de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Marlon Nieuwenhuis drs. Marcel Janssen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012

Nadere informatie

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Zuid gezond en wel? Van de inwoners van Zuid heeft 81% een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014 in Houten Burgerpeiling 2014 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Houten Projectnummer 598 / 2015 Samenvatting Goede score voor Sociale Kracht in Houten Houten scoort over het algemeen goed als

Nadere informatie

Nieuw-West gezond en wel?

Nieuw-West gezond en wel? Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Nieuw-West gezond en wel? Twee derde van de inwoners van Nieuw-West heeft een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse

Nadere informatie

Demografische gegevens ouderen

Demografische gegevens ouderen In dit hoofdstuk worden de demografische gegevens van de doelgroep ouderen beschreven. We spreken hier van ouderen indien personen 55 jaar of ouder zijn. Dit omdat gezondheidsproblemen met name vanaf die

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 Fact sheet juni 20 De werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald. Van de 3.00 Amsterdamse jongeren in de leeftijd van 15

Nadere informatie

FACTSHEET OUDEREN EN WONEN PURMEREND APRIL 2015

FACTSHEET OUDEREN EN WONEN PURMEREND APRIL 2015 FACTSHEET OUDEREN EN WONEN PURMEREND APRIL 2015 Kaartje concentraties 75+ 1 team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Inleiding Op 23 maart 2015 startte het Woondebat met een open bijeenkomst. Doel

Nadere informatie

Politieke participatie

Politieke participatie 12 Politieke participatie In dit hoofdstuk komen de interesse en participatie van Amsterdammers in de politiek aan bod. 2014 was in dat opzicht een boeiend jaar, met drie verkiezingen en belangrijke verschuivingen

Nadere informatie

RESULTATEN WOONONDERZOEK PURMEREND UPDATE MAART 2015

RESULTATEN WOONONDERZOEK PURMEREND UPDATE MAART 2015 Inhoud 1. Woningvoorraad 2 2. Huishoudens 4 3. Huishoudens in woningen 5 4. Verhuizingen 8 5. Verhuiswensen doorstromers 10 6. Verhuiswensen starters 14 7. Woonruimteverdeling 15 Inleiding Er is heel veel

Nadere informatie

Mantelzorgers op de arbeidsmarkt

Mantelzorgers op de arbeidsmarkt ers op de arbeidsmarkt Jannes de Vries en Francis van der Mooren Een op de tien 25- tot 65-jarigen verleent zorg aan hun partner, een kind of een ouder. Vrouwen en 45- tot 55-jarigen zorgen vaker voor

Nadere informatie

Toekomst van de mantelzorg

Toekomst van de mantelzorg BIJLAGEN Toekomst van de mantelzorg Klarita Sadiraj Joost Timmermans Michiel Ras Alice de Boer Bijlage bij hoofdstuk 2 Opsporingsvragen... 2 Bijlage A Beschrijvende statistieken... 4 Bijlage B Schattingsresultaten

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Almere. Kerncijfers

Fact sheet Wonen in Almere. Kerncijfers Fact sheet Wonen in Kerncijfers SRA- Noord SRA-Zuid Amsterdam* huishoudens (abs. bron: CBS/OIS) 8.79 43.2 4.9.8 Woningvoorraad (abs. bron: CBS/OIS) 78.33 42.93 4.347 47.9 Aantal respondenten enquête..73.77

Nadere informatie

Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1

Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1 Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1 Inleiding Hoe functioneren mensen en welke chronische aandoeningen hebben ze? Wat willen ze? Wat kunnen

Nadere informatie

Maatschappelijke participatie

Maatschappelijke participatie Maatschappelijke participatie Maatschappelijke participatie staat voor de mate waarin Amsterdammers contact hebben met elkaar en bereid zijn elkaar te helpen. Dit laatste kan zijn in de vorm van informele

Nadere informatie

Gebruik van kinderopvang

Gebruik van kinderopvang Gebruik van kinderopvang Saskia te Riele In zes van de tien gezinnen met kinderen onder de twaalf jaar hebben de ouders hun werk en de zorg voor hun kinderen zodanig georganiseerd dat er geen gebruik hoeft

Nadere informatie

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen Martijn Souren Ongeveer 7 procent van de werknemers met een verleent zelf mantelzorg. Ze maken daar slechts in beperkte mate gebruik van aanvullende

Nadere informatie

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Oost gezond en wel? Driekwart van de inwoners van Oost heeft een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

Maatschappelijke participatie

Maatschappelijke participatie 9 Maatschappelijke participatie Maatschappelijke participatie kan verschillende vormen hebben, bijvoorbeeld de mate waarin mensen met elkaar omgaan en elkaar hulp verlenen binnen familie, vriendengroepen

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Zaanstad 2017

Fact sheet Wonen in Zaanstad 2017 Fact sheet Wonen in 07 in het kort telt 69.000 huishoudens in 07. Er wonen veel gezinnen (9 stellen met kinderen, eenoudergezinnen), net als gemiddeld in Zaanstreek/Waterland. De leeftijdssamenstelling

Nadere informatie

Welzijnsbezoek. Voorbeelden van aanpassingen aan het huis die nodig zijn:

Welzijnsbezoek. Voorbeelden van aanpassingen aan het huis die nodig zijn: Welzijnsbezoek 2014 Inhoud 1. Conclusies 2. Figuren en tabellen MEE Drechtsteden voerde in 2014 welzijnsbezoeken uit onder ouderen van 75, 80 en. Aan de hand van een vragenlijst komen zes onderwerpen aan

Nadere informatie

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 West gezond en wel? Driekwart van de inwoners van West heeft een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

Verhuisplannen en woonvoorkeuren

Verhuisplannen en woonvoorkeuren Verhuisplannen en woonvoorkeuren Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 Bevolkingsdaling ontstaat niet alleen door demografische ontwikkelingen, zoals ontgroening en vergrijzing of

Nadere informatie

Zuidoost gezond en wel?

Zuidoost gezond en wel? Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Zuidoost gezond en wel? Zeven op de tien inwoners van Zuidoost hebben een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse

Nadere informatie

12. Vaak een uitkering

12. Vaak een uitkering 12. Vaak een uitkering Eind 2001 hadden niet-westerse allochtonen naar verhouding 2,5 maal zo vaak een uitkering als autochtonen. De toename van de WW-uitkeringen in 2002 was bij niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe, G. Waverijn

Nadere informatie

Samenvatting Twente. 2 van 6 Kernboodschappen Twente. Versie 2, oktober 2013

Samenvatting Twente. 2 van 6 Kernboodschappen Twente. Versie 2, oktober 2013 Samenvatting Twente Versie 2, oktober 2013 Twente varieert naar stad en platteland In Twente wonen 626.500 mensen waarvan de helft woont in één van de drie grote steden. Tot 2030 zal de Twentse bevolking

Nadere informatie

Welzijn en (gezondheids)zorg

Welzijn en (gezondheids)zorg Hoofdstuk 14 Welzijn en (gezondheids)zorg 14.1 Inleiding Een belangrijke doelgroep voor het welzijns- en zorgbeleid zijn de ouderen. Dit hoofdstuk begint daarom met het in kaart brengen van deze groep

Nadere informatie

Veel woningen van chronisch zieken nog niet toekomstbestendig

Veel woningen van chronisch zieken nog niet toekomstbestendig Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Veel woningen van chronisch zieken nog niet toekomstbestendig, D.Baan & M. Heijmans, NIVEL, april 2011) worden gebruikt.

Nadere informatie

Maatschappelijke participatie

Maatschappelijke participatie 8 Maatschappelijke participatie Amsterdammers nemen op diverse manieren deel aan de maatschappij, bijvoorbeeld door werk of opleiding. Ook zijn Amsterdammers op veel manieren maatschappelijk actief: ze

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Blaricum 2017

Fact sheet Wonen in Blaricum 2017 Fact sheet Wonen in 7 in het kort In wonen 4. huishoudens. is alleenwonend, stel zonder kinderen en stel met kinderen. Vergeleken met de MRA (6) en de regio () heeft relatief veel stellen zonder kinderen.

Nadere informatie

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Mila van Huis De vruchtbaarheid van vrouwen van niet-westerse herkomst blijft convergeren naar het niveau van autochtone vrouwen. Het kindertal

Nadere informatie

8. Werken en werkloos zijn

8. Werken en werkloos zijn 8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,

Nadere informatie

5 Ouderen in de regio Gelre-IJssel

5 Ouderen in de regio Gelre-IJssel 5 Ouderen in de regio Gelre-IJssel Er komen steeds meer ouderen in Nederland. Volgens de CBS-prognoses zal het aandeel 65-plussers stijgen van 14% in 2005 tot 22% in 2030. Meer ouderen betekent een groter

Nadere informatie

Werkloosheid 50-plussers

Werkloosheid 50-plussers Gemeente Amsterdam Werkloosheid 50-plussers Amsterdam, 2017 Factsheet maart 2018 Er zijn ruim 150.000 Amsterdammers in de leeftijd van 50 tot en met 64 jaar. Hiervan is 64% aan het werk. Ongeveer 6.200

Nadere informatie

Personen met een uitkering naar huishoudsituatie

Personen met een uitkering naar huishoudsituatie Personen met een uitkering naar huishoudsituatie Ton Ferber Ruim 1 miljoen personen van 15 tot 65 jaar ontvingen eind 29 een werkloosheids-, bijstands- of arbeidsongeschiktheidsuitkering. Gehuwden zonder

Nadere informatie

Maatschappelijke participatie

Maatschappelijke participatie 7 Maatschappelijke participatie Amsterdammers kunnen op vele manieren maatschappelijk actief zijn. Zij kunnen actief zijn in een vereniging door daar bijvoorbeeld een cursus te volgen, zij kunnen zich

Nadere informatie

Artikelen. Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst

Artikelen. Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst Artikelen Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst Martijn Souren en Jannes de Vries Onder laagopgeleide vrouwen is de bruto arbeidsparticipatie aanzienlijk

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Waterland 2017

Fact sheet Wonen in Waterland 2017 Fact sheet Wonen in 0 in het kort telt ruim 000 huishoudens in 0. Er wonen veel stellen met kinderen (3 versus gemiddeld in de ) en stellen zonder kinderen (3 versus gemiddeld). Dit is ook meer dan gemiddeld

Nadere informatie

Noord gezond en wel?

Noord gezond en wel? Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 gezond en wel? Meer dan twee derde van de inwoners van heeft een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

Participatie in arbeid

Participatie in arbeid 6 Participatie in arbeid Werken is één van de primaire vormen van participatie. Naast een inkomen, geeft een baan ook toegang tot sociale netwerken en opleidingsmogelijkheden. Nu de economie in zwaar weer

Nadere informatie

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen Carel Harmsen en Joop Garssen Terwijl het aantal huishoudens met kinderen in de afgelopen vijf jaar vrijwel constant bleef, is het aantal eenouderhuishoudens sterk toegenomen. Vooral onder Turken en Marokkanen

Nadere informatie

Maatschappelijke participatie

Maatschappelijke participatie 8 Maatschappelijke participatie Maatschappelijke participatie staat voor actief zijn in de maatschappij, en dit kan op veel verschillende manieren. Veel Amsterdammers zijn actief lid van een maatschappe

Nadere informatie

Fact sheet. Autochtonen in Amsterdam. Helft Amsterdammers is autochtoon. nummer 2 maart 2007

Fact sheet. Autochtonen in Amsterdam. Helft Amsterdammers is autochtoon. nummer 2 maart 2007 Fact sheet nummer 2 maart 2007 Autochtonen in Amsterdam De samenstelling van de Amsterdamse bevolking is de laatste jaren sterk veranderd. Het percentage autochtonen neemt af; het percentage allochtonen

Nadere informatie

fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe Aantal senioren sterk gestegen Aantal 65-plussers in Fryslân, /2012

fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe  Aantal senioren sterk gestegen Aantal 65-plussers in Fryslân, /2012 Vergrijzing in Fryslân fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe In Fryslân wonen op 1 januari 2011 647.282 inwoners. De Friese bevolking groeit nog jaarlijks. Sinds 2000 is het aantal inwoners toegenomen

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Huizen 2017

Fact sheet Wonen in Huizen 2017 Fact sheet Wonen in 7 in het kort In wonen 8. huishoudens. is alleenwonend, stel zonder kinderen en stel met kinderen. Vergeleken met de MRA () en de regio () heeft relatief veel stellen zonder kinderen.

Nadere informatie

Pensioenaanspraken in beeld

Pensioenaanspraken in beeld Pensioenaanspraken in beeld Deel 2: aanspraken naar herkomst, sociaaleconomische categorie en type Deel 2: huishouden Elisabeth Eenkhoorn, Annelie Hakkenes-Tuinman en Marije van de Grift De pensioenopbouw

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Weesp 2017

Fact sheet Wonen in Weesp 2017 Fact sheet Wonen in 01 in het kort Er wonen ruim 8.00 huishoudens in. De huishoudenssamenstelling wijkt nauwelijks af van die van Gooi en Vechtstreek. In is het aandeel alleenwonenden net wat hoger dan

Nadere informatie

Zorggebruik. 5.1 Inleiding. 5.2 Contact eerste lijn

Zorggebruik. 5.1 Inleiding. 5.2 Contact eerste lijn Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2004. De gegevens mogen met bronvermelding (H van Lindert, M Droomers, GP Westert.. Een kwestie van verschil: verschillen in zelfgerapporteerde leefstijl, gezondheid

Nadere informatie

Centrum gezond en wel?

Centrum gezond en wel? Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 gezond en wel? Van de inwoners van heeft 85% een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

Bijstand in Amsterdam: weinig concentraties, relatief grote spreiding

Bijstand in Amsterdam: weinig concentraties, relatief grote spreiding Landelijk beeld: afname Steeds minder mensen in Nederland doen een beroep op de bijstand. Het aantal bijstandsontvangers van 15-64 jaar nam tussen en af van 489.170 tot 334.990, een afname van 31,5%. De

Nadere informatie

Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012

Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012 Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012 Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon: 0320-278574 E-mail: lelystadspanel@lelystad.nl www.lelystadspanel.nl Colofon Dit is een onderzoeksrapportage gemaakt

Nadere informatie

Jeugdwerkloosheid Amsterdam

Jeugdwerkloosheid Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam 201-201 Factsheet maart 201 De afgelopen jaren heeft de gemeente Amsterdam fors ingezet op het terugdringen van de jeugdwerkloosheid. Nu de aanpak jeugdwerkloosheid is afgelopen

Nadere informatie

Weinig mensen sociaal aan de kant

Weinig mensen sociaal aan de kant Weinig mensen sociaal aan de kant Tevredenheid over de kwaliteit van relaties Hoge frequentie van contact met familie en vrienden Jongeren spreken of schrijven hun vrienden elke week 15 Drie op de tien

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Gooise Meren 2017

Fact sheet Wonen in Gooise Meren 2017 Fact sheet Wonen in Gooise Meren 0 Gooise Meren in het kort In Gooise Meren wonen 6.000 huishoudens. De meeste () zijn alleenwonend, in Gooi en Vechtstreek is dat, in de is dat. De grootste groep is tussen

Nadere informatie

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Jeroen Nieuweboer Allochtonen in, en voelen zich minder thuis in Nederland dan allochtonen elders in Nederland. Marokkanen, Antillianen

Nadere informatie

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017 Gemeente Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 201 Factsheet maart 201 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald ten opzichte van 201. Van de.000 Amsterdamse

Nadere informatie

Verkenningsfase gestart Aanpak [een]zaamheid Amsterdam

Verkenningsfase gestart Aanpak [een]zaamheid Amsterdam Verkenningsfase gestart Aanpak [een]zaamheid Amsterdam Urgentie: steeds meer mensen zijn eenzaam Eenzaamheid komt in de grote steden bovengemiddeld vaak voor. Van alle Nederlanders zegt 8% ernstig eenzaam

Nadere informatie

Zorg voor hulpbehoevende ouders

Zorg voor hulpbehoevende ouders Maarten Alders en Ingrid Esveldt 1) Door de toenemende vergrijzing zal het aantal zorgbehoevende ouderen toenemen. Een deel van de zorg wordt verleend door de kinderen. Dit artikel onderzoekt in welke

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Edam-Volendam 2017

Fact sheet Wonen in Edam-Volendam 2017 Fact sheet Wonen in Edam-Volendam 0 Edam-Volendam in het kort Er wonen.600 huishoudens in Edam- Volendam. Hier wonen meer gezinnen met kinderen (6) dan gemiddeld (0 regio en 6 MRA) en ook meer stellen

Nadere informatie

WoON-themarapport: Ouderen en gezondheid. Nadet Somers en Dick van der Wouw augustus 2013. Inleiding

WoON-themarapport: Ouderen en gezondheid. Nadet Somers en Dick van der Wouw augustus 2013. Inleiding WoON-themarapport: Ouderen en gezondheid Nadet Somers en Dick van der Wouw augustus 13 Inleiding Het aandeel ouderen in neemt sterk toe de komende jaren. Voor het wonen heeft dit grote betekenis. Ouderdom

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Ouder-Amstel. Kerncijfers

Fact sheet Wonen in Ouder-Amstel. Kerncijfers Fact sheet Wonen in Ouder-Amstel Kerncijfers Ouder- Amstel SRA-Zuid SRA- Noord Amsterdam* totaal huishoudens (abs. bron: CBS/OIS).87 16.19 1.6 9.1 Woningvoorraad (abs. bron: CBS/OIS).781 16.7 1.9 17.9

Nadere informatie

Alleenstaande moeders op de arbeidsmarkt

Alleenstaande moeders op de arbeidsmarkt s op de arbeidsmarkt Moniek Coumans De arbeidsdeelname van alleenstaande moeders is lager dan die van moeders met een partner. Dit verschil hangt voor een belangrijk deel samen met een oververtegenwoordiging

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Oostzaan 2017

Fact sheet Wonen in Oostzaan 2017 Fact sheet Wonen in Oostzaan Oostzaan in het kort Oostzaan telt ongeveer 000 huishoudens in. Er wonen veel stellen met kinderen ( versus gemiddeld in de ) en stellen zonder kinderen ( versus gemiddeld).

Nadere informatie

Rapportage Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ 2010-2012

Rapportage Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ 2010-2012 Rapportage Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ 2010-2012 Almelo, juli 2012 Rapportage Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ 2010-2012 In 2006 is Scoop gestart met het bezoeken van 75-plussers in de gemeente

Nadere informatie

Resultaten Volwassenen- en Ouderenmonitor Bladel

Resultaten Volwassenen- en Ouderenmonitor Bladel Resultaten Volwassenen- en Ouderenmonitor 2016-2017 Bladel Voorwoord Voor u ligt de rapportage van de Volwassenen- en Ouderenmonitor voor de gemeente Bladel. In deze rapportage kunt u de belangrijkste

Nadere informatie

Mantelzorg. Figuur 1. Mantelzorg per GGD regio. 2 van 6 Rapport Mantelzorg. Bron: Zorgatlas RIVM

Mantelzorg. Figuur 1. Mantelzorg per GGD regio. 2 van 6 Rapport Mantelzorg. Bron: Zorgatlas RIVM Mantelzorg Op 10 november 2014 is het de Dag van de Mantelzorg. Dit jaar wordt deze dag voor de 16 e maal georganiseerd. De Dag van de Mantelzorg is bedoeld om mantelzorgers in het zonnetje te zetten en

Nadere informatie

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald 7. Vaker werkloos In is de arbeidsdeelname van niet-westerse allochtonen gedaald. De arbeidsdeelname onder rs is relatief hoog, zes van de tien hebben een baan. Daarentegen werkten in slechts vier van

Nadere informatie

4. Kans op echtscheiding

4. Kans op echtscheiding 4. Kans op echtscheiding Niet-westerse allochtonen hebben een grotere kans op echtscheiding dan autochtonen. Tussen de verschillende groepen niet-westerse allochtonen bestaan in dit opzicht echter grote

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Beemster 2017

Fact sheet Wonen in Beemster 2017 Fact sheet Wonen in Beemster 07 Beemster in het kort Er wonen.800 huishoudens in Beemster. In Beemster wonen iets meer gezinnen met kinderen dan gemiddeld, namelijk van de huishoudens is een stel met kinderen.

Nadere informatie

Gebruikers gemeentelijke media Onderzoek, Informatie en Statistiek

Gebruikers gemeentelijke media Onderzoek, Informatie en Statistiek [Geef tekst op] - Gebruikers gemeentelijke media Onderzoek, Informatie en Statistiek In opdracht van: Bestuur en Organisatie, redactie gemeentelijke media Projectnummer: 18324 Renske Hoedemaker Laure Michon

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Wijdemeren 2017

Fact sheet Wonen in Wijdemeren 2017 Fact sheet Wonen in 21 in het kort In wonen ruim 1. huishoudens. Er wonen relatief veel stellen zonder kinderen (). In Gooi en Vechtstreek is gemiddeld 2 van de huishoudens een stel zonder kinderen en

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Amstelveen. Kerncijfers

Fact sheet Wonen in Amstelveen. Kerncijfers Fact sheet Wonen in Amstelveen Kerncijfers Amstelveen SRA- Noord SRA-Zuid Amsterdam* totaal huishoudens (abs. bron: CBS/OIS) 42.33 43.2 4. 3.8 Woningvoorraad (abs. bron: CBS/OIS) 42.73 42.3 4.347 4. Aantal

Nadere informatie

2. De niet-westerse derde generatie

2. De niet-westerse derde generatie 2. De niet-westerse derde generatie Op 1 januari 23 woonden in Nederland tussen de 34 duizend en 36 duizend personen met ten minste één grootouder die in een niet-westers land is geboren. Dit is ruim eenderde

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Purmerend 2017

Fact sheet Wonen in Purmerend 2017 Fact sheet Wonen in Purmerend 0 Purmerend in het kort Purmerend telt.000 huishoudens in 0. Er wonen veel gezinnen ( stellen met kinderen, eenoudergezinnen), net als gemiddeld in Zaanstreek/Waterland. Ook

Nadere informatie

Sociale samenhang in Groningen

Sociale samenhang in Groningen Sociale samenhang in Groningen Goede contacten zijn belangrijk voor mensen. Het blijkt dat hoe meer sociale contacten mensen hebben, hoe beter ze hun leefsituatie ervaren (Boelhouwer 2013). Ook voelen

Nadere informatie

De Amsterdamse Leefsituatie-index

De Amsterdamse Leefsituatie-index 1 De Amsterdamse Leefsituatie-index De kwaliteit van leven, het welzijnsniveau, van Amsterdammers kan worden weergegeven in één getal, de Leefsituatie-index. Deze index is gebaseerd op tweejaarlijkse enquêtegegevens

Nadere informatie

Gezondheid van volwassenen en ouderen; een gebiedsgerichte

Gezondheid van volwassenen en ouderen; een gebiedsgerichte epidemiologie Gezondheid van volwassenen en ouderen; een gebiedsgerichte analyse Een rapportage met gezondheidsgegevens per Haagse aandachtswijk 1 Stationsbuurt/ Rivierenbuurt 2 Schildersbuurt 3 Transvaalkwartier

Nadere informatie

Factsheet Demografische ontwikkelingen

Factsheet Demografische ontwikkelingen Factsheet Demografische ontwikkelingen 1. Inleiding In deze factsheet van ACB Kenniscentrum aandacht voor de demografische ontwikkelingen in Nederland en in het bijzonder in de provincie Noord-Holland.

Nadere informatie

Wonen zonder partner. Arie de Graaf en Suzanne Loozen

Wonen zonder partner. Arie de Graaf en Suzanne Loozen Arie de Graaf en Suzanne Loozen In 25 telde Nederland 4,2 miljoen personen van 18 jaar of ouder die zonder partner woonden. Eén op de drie volwassenen woont dus niet samen met een partner. Tussen 1995

Nadere informatie

Gezondheidsprofiel Boxtel Oost

Gezondheidsprofiel Boxtel Oost Gezondheidsprofiel Boxtel Oost Verbinden preventie-curatie Presentatie wijkteam 6 februari 2014 Marije Scholtens (GGD Hart voor Brabant), Nicole de Baat (Robuust) Programma 16.00 16.05 welkom en voorstelrondje

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Landsmeer 2017

Fact sheet Wonen in Landsmeer 2017 Fact sheet Wonen in Landsmeer 0 Landsmeer in het kort Er wonen.00 huishoudens in Landsmeer. Hier wonen iets meer gezinnen met kinderen (33) dan gemiddeld ( regio en 6 MRA) en ook meer stellen zonder kinderen

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Amsterdam 2017

Fact sheet Wonen in Amsterdam 2017 Fact sheet Wonen in Amsterdam 2017 Amsterdam in het kort Er wonen 462.000 huishoudens in Amsterdam. Amsterdam telt relatief veel alleenwonenden, 49% van de huishoudens woont alleen. Gemiddeld ligt dit

Nadere informatie

Ontwikkelingen in de werkloosheid in Amsterdam per stadsdeel tussen 1 januari 2001 en oktober 2003 (%)

Ontwikkelingen in de werkloosheid in Amsterdam per stadsdeel tussen 1 januari 2001 en oktober 2003 (%) Werkloosheid Amsterdam sterk gestegen Volgens de nieuwste cijfers van het CBS steeg de werkloosheid in Amsterdam van bijna 5% in 2002 naar 8,4% in 2003. Daarmee is de werkloosheid in Amsterdam sneller

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Laren 2017

Fact sheet Wonen in Laren 2017 Fact sheet Wonen in Laren 207 Laren in het kort Er wonen bijna 000 huishoudens in Laren. Ongeveer een derde (33) van de huishoudens is een stel zonder kinderen, in de metropoolregio Amsterdam (MRA) bedraagt

Nadere informatie

Fact sheet Wonen in Zaanstad (2015) Kerncijfers

Fact sheet Wonen in Zaanstad (2015) Kerncijfers Fact sheet Wonen in (5) Kerncijfers SRA- Noord SRA-Zuid Amsterdam* huishoudens (abs. bron: CBS/OIS)) 67.56.62 6.59 9.8 Woningvoorraad (abs. bron: CBS/OIS) 66.59 2.9 6.7 7.9 Aantal respondenten enquête.58

Nadere informatie

Straatintimidatie Amsterdam. Factsheet Onderzoek, Informatie en Statistiek

Straatintimidatie Amsterdam. Factsheet Onderzoek, Informatie en Statistiek Straatintimidatie Amsterdam Factsheet 201 Onderzoek, Informatie en Statistiek In opdracht van: Directie Openbare Orde en Veiligheid Projectnummer: 11 Beek, Eliza van der Smeets, Harry Bezoekadres: Oudezijds

Nadere informatie

Artikelen. Overwerken in Nederland. Ingrid Beckers en Clemens Siermann

Artikelen. Overwerken in Nederland. Ingrid Beckers en Clemens Siermann Overwerken in Nederland Ingrid Beckers en Clemens Siermann In 4 werkte 37 procent de werknemers in Nederland regelmatig over. Bijna een derde het overwerk is onbetaald. Overwerk komt het meeste voor onder

Nadere informatie