casuïstische mededelingen
|
|
- Hilde Silke de Meyer
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 casuïstische mededelingen Ernstig bloedverlies bij een patiënt met anti-c-alloantistoffen en een bijzondere resusbloedgroep behandeld met compatibel erytrocytenconcentraat uit de bloedbank van de Raad van Europa G.S.Sonke, M.A.M.Overbeeke, W.E.de Graaff en M.G.Elisen Zie ook de artikelen op bl. 2613, 2622 en Een 84-jarige vrouw had herhaaldelijk gastro-intestinaal bloedverlies uit een Dieulafoy-laesie; dat is een maag- of duodenumulcus met daarin een ongewoon wijd aangelegde arterie. Haar bloedgroep was AB-D-negatief. Het resusfenotype was CCdee. Bovendien bleek zij anti-c-alloantistoffen te hebben gevormd bij een eerdere transfusie. Donorbloed negatief voor D en c is uiterst zeldzaam in blanke populaties en vrijwel alleen beschikbaar via de bloedbank van de Raad van Europa, gevestigd bij Sanquin in Amsterdam. Door bij die bloedbank eenheden compatibel bloed op te vragen kon patiënte worden gered. Ernstig bloedverlies is een groot probleem voor patiënten met alloantistoffen tegen veelvoorkomende bloedgroepantigenen en voor patiënten die zelf negatief zijn voor dergelijke antigenen. De vorming van alloantistoffen is vaak het gevolg van eerdere transfusies. Gezien het grote aantal antigenen op de erytrocyt is het daarom van groot belang om terughoudend te zijn met transfusies om antistofvorming te voorkomen. Ned Tijdschr Geneeskd. 2005;149: Elders in dit nummer lichten Buiting en Van Aken de nieuwe richtlijn Bloedtransfusie toe. 1 Deze richtlijn adviseert met de zogenaamde flexinorm terughoudendheid met transfusies (tabel 1). 2 Toch vormt transfusie met donorerytrocyten een belangrijk onderdeel van de behandeling van patiënten met gastro-intestinale bloedingen. Aan de hand van de volgende casus onderstrepen wij het nieuwe advies. Ook gaan wij de mogelijkheden na indien antistoffen in combinatie met een bijzonder bloedgroepfenotype het selecteren van donorbloed moeilijk maken. ziektegeschiedenis Patiënt A, een 84-jarige vrouw, werd door de huisarts verwezen naar de Spoedeisende Hulp wegens rood, rectaal bloedverlies. Zij had in de voorafgaande dagen enkele malen zwart gekleurde ontlasting gehad. Daarbij had zij geen pijn, zuurbranden of misselijkheid. Patiënte gebruikte geen pijnstillers, geen bloedverdunners en geen steroïden. De tractusanamnese leverde geen bijzonderheden op, met name waren er geen cardiale bezwaren. Acht jaar eerder was bij Ziekenhuis Gooi-Noord, Blaricum. Afd. Interne Geneeskunde: hr.dr.g.s.sonke, assistent-geneeskundige (thans: Universitair Medisch Centrum Utrecht, afd. Interne Geneeskunde, Postbus , 3508 GA Utrecht); hr.dr.w.e.de Graaff, internistendocrinoloog. Afd. Klinische Chemie: hr.dr.m.g.elisen, klinisch chemicus. Stichting Sanquin Bloedvoorziening, divisie Diagnostiek, afd. Immunohematologie, Amsterdam. Mw.drs.M.A.M.Overbeeke, bioloog. Correspondentieadres: hr.dr.g.s.sonke. patiënte een bloedend ulcus duodeni gediagnosticeerd tijdens NSAID-gebruik, waarvoor zij enkele bloedtransfusies had ondergaan. De voorgeschiedenis vermeldde verder een electieve heupvervanging, waarbij autologe bloedtransfusie was toegepast, ook omdat irregulaire antistoffen aanwezig waren. Bij lichamelijk onderzoek zagen wij een anemische vrouw. De bloeddruk was 105/55 mmhg, de hartslag was regulair met een frequentie van 110/min. Onderzoek van de buik leverde geen bijzonderheden op. Rectaal toucher toonde melena met een spoor donkerrood bloed. Verder viel een ruwe, holosystolische crescendo-decrescendosouffle graad III/VI op, met het punctum maximum in de 2e intercostale ruimte rechts en met voortgeleiding naar de carotiden. Laboratoriumonderzoek van het bloed toonde een hemoglobineconcentratie van 3,8 mmol/l met een mean corpuscular volume (MCV) van 83 fl. Trombocytenaantal, geactiveerde partiële tromboplastinetijd (APTT) en protrombinetijd waren niet-afwijkend. De concentratie van ureum was verhoogd met 18 mmol/l, die van creatinine bedroeg 90 μmol/l. Patiënte werd opgenomen met het beeld van een acute, hoge tractus-digestivusbloeding en behandeld met een hoge dosering protonpompremmers. Tevens werden erytrocytenconcentraten besteld bij de bloedbank van de Raad van Europa; die bloedbank is gevestigd binnen de Sanquin-organisatie te Amsterdam. Bij bloedgroeptypering bleek patiënte namelijk AB-resus(Rh)-D-negatief; het resusfenotype was CCdee met daarnaast een alloantistof anti-c. De aanwezigheid van de anti-c-alloantistof beperkte de keuzemogelijkheden voor het te transfunderen bloed. 2628
2 Een Dieulafoy-laesie is een oppervlakkig maag- of duodenumulcus met daarin een ongewoon wijd aangelegde arterie, die tot hevig bloedverlies kan leiden. 4 De sterfte bij een bewezen Dieulafoy-laesie ligt in de orde van 25-35% en is vrijwel uitsluitend het gevolg van verbloedingsshock. 5 Dieulafoy-laesies komen relatief vaak voor bij patiënten met een aortaklepstenose. De behandeling bestaat uit bandligatie, coagulatie of chirurgische resectie. Zonder operatief ingrijpen zijn recidiefpercentages tot 30% gemeld. Bloedtransfusie vormt derhalve een belangrijk onderdeel bij de behandeling van patiënten met bloedende Dieulafoy-laesies. Gezien de grote recidiefkans zijn vaak herhaalde transfusies noodzakelijk. De bloedgroep van de patiënte uit de casus was AB- en D-negatief. Resusbloedgroepsysteem. Het resusbloedgroepsysteem is een complex bloedgroepsysteem op erytrocyten. 6 7 De oorspronkelijke indeling in resuspositief en -negatief berust op de aanwezigheid van het D-antigeen. Resus negatieve personen missen het RHD-gen, en dus ook het D-antigeen. Voor transfusie is het D-antigeen belangrijk, omdat meer dan 50% van resusnegatieve mensen antistoffen vormt tegen het D-antigeen wanneer zij D-positief bloed krijgen. Jaren na de ontdekking van het D-antigeen bleek het resussysteem echter veel uitgebreider te zijn dan aanvankelijk gedacht. Het systeem wordt behalve door het RHD-gen ook gecodeerd door het RHCE-gen (figuur). Beide genen zijn nauw gekoppeld en worden in combinatie overgeërfd. Ieder individu erft van beide ouders een haplotype van beide genen. Resusallelen zijn codominant, waardoor de productabel 1. De zogenaamde flexinorm van het Universitair Medisch Centrum Groningen* overweeg een transfusie bij een Hb-waarde < 4 mmol/l (Ht: 0,20) en acuut bloedverlies bij gezonde personen (ASA-klasse I) < 60 jaar, met normovolemie en bloedverlies op 1 locus chronische asymptomatische anemie overweeg een transfusie bij een Hb-waarde < 5 mmol/l (Ht: 0,25) en acuut bloedverlies bij gezonde personen (ASA-klasse I) C 60 jaar, met normovolemie en bloedverlies op 1 locus acuut bloedverlies bij gezonde personen < 60 jaar met normovolemie en bloedingen op meer loci (polytraumapatiënten) een te verwachten bloedverlies > 500 ml bij een patiënt < 60 jaar die zal worden geopereerd koorts ongecompliceerde postoperatieve fase na openhartchirurgie ongecompliceerde ASA-klasse II en III overweeg een transfusie bij een Hb-waarde < 6 mmol/l (Ht: 0,30) en ASA-klasse IV onvermogen het hartminuutvolume te verhogen ter compensatie van hemodilutie sepsis of toxinemie ernstige longziekte symptomatische cerebrovasculaire ziekte ASA-criteria klasse omschrijving I gezond persoon II patiënt met een lichte systemische afwijking, zonder functie - beperking III patiënt met een ernstige functiebeperkende systemische afwijking IV patiënt met een systemische afwijking die constant levens - gevaar veroorzaakt V moribunde patiënt die met of zonder operatie waarschijnlijk binnen 24 h overlijdt ASA = American Society of Anesthesiologists. *Bron: richtlijn Bloedtransfusie ( Donorbloed dat D-negatief is en compatibel voor anti-c-antistoffen (dat derhalve c-negatief is) is uiterst zeldzaam (tabel 2, onderste rij). Donorbloed met dit fenotype is dan ook alleen bij de bloedbank met ingevroren bloed van de Raad van Europa in kleine hoeveelheden voorhanden. Uiteindelijk kreeg patiënte een transfusie tot een Hb-niveau van 5,4 mmol/l. Bij oesofagogastroduodenoscopie en coloscopie werd echter in eerste instantie geen bloedingsbron gevonden. Tijdens opname ontstond bij patiënte het beeld van asthma cardiale, waarvan zij met diuretica snel herstelde. Bij echocardiografie bleek zij een ernstige aortaklepstenose te hebben, met een gradiënt van 90 mmhg. Op dag 6 van de opname werd zij acuut misselijk en braakte zij helderrood bloed. Daarbij daalde haar Hb-waarde tot 4,0 mmol/l. Opnieuw werden 3 eenheden erytrocytenconcentraat besteld bij de bloedbank van de Raad van Europa. Bij typering bleek zij als gevolg van de recente transfusie een extra alloantistof te hebben aangemaakt (anti-fy a ). Bij volgende bloedtransfusies zou ook met die tweede antistof rekening moeten worden gehouden. De bloedbank van de Raad van Europa had nog 6 eenheden compatibel erytrocytenconcentraat op voorraad die Fy a -negatief, c-negatief en D-negatief waren. Hiervan werden er 3 besteld. Bij spoedgastroscopie zagen wij nu een klassieke Dieulafoy-laesie in het cardiagebied, die wij behandelden met bandligatie. Na 3 dagen had patiënte opnieuw een Hbdaling tot 3,4 mmol/l, nu met melena. De laatste bij de Raad van Europa aanwezige compatibele erytrocytenconcentraten werden getransfundeerd. Bij scopie werd een recidief van de Dieulafoy-laesie gezien. Deze werd omspoten met adrenaline en gecoaguleerd. Uiteindelijk waren er geen verdere aanwijzingen voor bloedverlies. Patiënte knapte goed op en zij kon in goede conditie worden ontslagen. beschouwing 2629
3 Bij deze casus hebben wij te maken met een D-negatieve patiënt met daarbij het zeldzame fenotype CCdee, die antistoffen gevormd heeft tegen het c-antigeen. Alleen donorbloed dat D-negatief en c-negatief is, is geschikt voor transfusie bij deze patiënt. Dit bloed komt voor bij slechts minder dan 1 promille van de bevolking. Indien een patiënt een massale bloeding heeft, waardoor niet gewacht kan worden op een volledig compatibel bloedproduct, kan eenmalig de zogenaamde resus-d-fout worden gemaakt. Dat wil zeggen dat D-positief bloed wordt toegediend aan een patiënt met een resusnegatief fenotype. In geval van het CCdee-fenotype van de patiënt zou dus bloed met fenotype CCDee getransfundeerd kunnen worden. Dit fenotype komt voor bij ongeveer 15% van de Nederlandse bevolking en is dus makkelijker beschikbaar (zie tabel 2). Wel is er een grote kans dat alloantistoffen tegen het D-antigeen worden aangemaakt, waardoor bij een eerstvolgende transfusie het zeldzame resusidentieke fenotype CCdee als enige keuze overblijft. In spoedgevallen wegen de consequenties van het wachten zwaarder dan de antistofvorming door transfusie met niet volledig compatibel bloed. Gezien het eenmalige karakter van deze transfusie-escape moet in de kliniek altijd een afweging worden gemaakt tussen enerzijds het (cardiale) risico dat verbonden is met wachten op compatibel bloed en anderzijds de kans op eventueel in de toekomst nog noodzakelijke transfusies. Vanwege de grote kans op herhaalde bloedingen bij Dieulafoy-laesies kozen wij er bij deze patiënt ondanks haar cardiale comorbiditeit voor om transfusie met niet resus-d-compatibel bloed zo lang mogelijk uit te stellen. Een dergelijke beslissing zal voor iedere patiënt afzonderlijk moeten worden gemaakt op basis van zowel het onderliggend lijden, de hemodynamiek, de comorbiditeit alsook de benodigde tijd om compatibele eenheden te ontdooien en vanuit Amsterdam te transporteren. Terughoudende transfusie-indicatie. De vorming van alloantistoffen is vaak het gevolg van eerdere transfusie met donorerytrocyten. Het is mede daarom van belang terughoudend te zijn met bloedtransfusies. De belangrijkste transfusie-indicatie is het herstellen of handhaven van een adequate zuurstofvoorziening. 1 In geval van anemie hoeft de Hb-concentratie niet te worden verhoogd zolang gebruikelijke compensatiemechanismen, zoals toename van het hartminuutvolume en zuurstofextractie, voldoende zijn om de weefseloxygenatie te waarborgen. Exacte gegevens over oxygenatie, hartminuutvolume en zuurstofextractie zijn doorgaans echter niet beschikbaar. De keuze voor het wel of niet toedienen van donorerytrocyten moet daarom worden gebaseerd op het klinische beeld, de snelheid van het ontstaan van de anemie, eventuele comorbiditeit en de leeftijd van de patiënt. In de nieuwe richtlijn Bloedtransfusie wordt hiervoor de zogenaamde flexinorm, zoals gehanteerd in het Universitair Medisch Centrum Groningen, aanbevotabel 2. Frequentie van resusfenotypen in de blanke bevolking 3 reactie met anti- waarschijnlijk fenotype antigenen prevalentie D C E c e genotype (bij blanken) in % CDe/cde CcDee CcDe CDe/CDe CCDee CDe CDe/cDE CcDEe CcDEe cde/cde ccdee cdee cde/cde ccdee cde cde/cde ccdee cde cde/cde ccdee ce Cde/cde Ccdee Cce Cde/Cde CCdee Ce 0,01 ten van beide haplotypen op iedere rode bloedcel tot expressie komen. Als beide haplotypen gelijk zijn, zal alleen het product van dat ene haplotype op de cel aanwezig zijn. De 2 resusgenen bevatten 5 verschillende allelen (D, Ce, ce, ce, CE) die coderen voor 5 antigenen op de erytrocytenmembraan. Het RHCE-gen codeert voor de 4 antigenen C of c en E of e. Het C/c-antigeen wordt daarom altijd in combinatie met het E/e-antigeen overgeërfd. Is het RHD-gen aanwezig, dan is een persoon gewoonlijk resuspositief. Ontbreekt het RHD-gen, dan is een persoon resusnegatief. Het ontbreken van het RHD-gen is een deletie en wordt ook wel aangeduid met d. De frequentie van combinaties van resuseiwitten op de erytrocyt kan sterk variëren. In tabel 2 staat de frequentie van de resusfenotypen in de blanke bevolking genoemd. Ongeveer 85% heeft het D-antigeen op de erytrocyt en is dus resuspositief. RHD-gen RHCE-gen intron resuspositief RHD-gen D-eiwit Cc- en Ee-eiwitten exon resusnegatief RHCE-gen Cc- en Ee-eiwitten intron 4600 basenparen langer dan intron 4 van het RHD-gen Schematische weergave van het resusgenotype: resusnegatieve personen missen het RHD-gen, en daardoor ook het D-eiwit. Opvallend is de grote homologie tussen het RHD-gen en het RHCE-gen. 2630
4 len (zie tabel 1). 2 De flexinorm kan worden toegepast bij normovolemische patiënten die niet onder narcose zijn. In een onderzoek bij patiënten die een electieve heupvervanging ondergingen, leidde het gebruik van de flexinorm tot meer dan 50% afname van het aantal patiënten dat donorerytrocyten kreeg toegediend. 8 Met enige regelmaat komt het in Nederland voor dat een patiënt een alloantistof heeft tegen een veelvoorkomend antigeen of een combinatie van antistoffen, waardoor niet eenvoudig voldoende donorbloed voorhanden is voor transfusie. Indien deze bijzonderheden in een vroeg stadium worden ontdekt en de patiënt niet acuut bloed nodig heeft, is autologe donatie een optie. Hierbij kan men denken aan electieve ingrepen waarbij bloedverlies kan optreden, zoals het plaatsen van gewrichtsprothesen. Bloedbank van de Raad van Europa. Indien autologe donatie niet mogelijk is doordat de gezondheid van de patiënt het niet toelaat of doordat de patiënt snel bloed nodig heeft, is er een voorraad van erytrocytenconcentraten ingevroren in de bloedbank van de Raad van Europa. Erytrocytenconcentraten met zeer zeldzame fenotypen worden in diepgevroren toestand bewaard voor eventuele transfusie. Al sinds 1968 worden erytrocyten met bijzondere bloedgroepfenotypering uit alle Europese landen naar Amsterdam gezonden voor opslag. Hierdoor is er een unieke voorraad van ongeveer 1600 erytrocyteneenheden met zeldzame typeringen beschikbaar voor allogeen en autoloog gebruik. De voorraad bestaat uit erytrocyten die een zeer frequent voorkomend antigeen missen bestemd voor patiënten met antistoffen tegen een dergelijk antigeen (circa 450 eenheden), erytrocyten met een weinig voorkomende combinatie van bloedgroepantigenen voor patiënten met multipele antistoffen (circa 550 eenheden) en erytrocyten voor autoloog gebruik (circa 600 eenheden). Opslag van erytrocyten voor autoloog gebruik wordt alleen geadviseerd en toegestaan als er geen of niet voldoende compatibele donorerytrocyten beschikbaar (kunnen) zijn. Hierbij kan men denken aan bloedontvangers die herhaaldelijk ernstige hemolytische transfusiereacties krijgen op donorerytrocyten zonder dat er antistoffen worden aangetoond en zonder dat de oorzaak van de reactie kan worden vastgesteld. Omdat de invriesruimte beperkt is, zijn, afhankelijk van het hoogfrequente antigeen dat ontbreekt, doorgaans 6-10 erytrocyteneenheden op voorraad. Indien er meer antistoffen gevormd zijn, wordt het bloed zeldzamer. Indien deze eenheden gebruikt gaan worden, worden donors opgeroepen en de voorraad aangevuld. De prijs van 1 eenheid is 4925 euro. Erytrocyten worden voor opslag voorbehandeld met glycerol als cryoprotector en vervolgens ingevroren in vloeibare stikstof ( 196 C). Op deze wijze kunnen ze onbeperkt bewaard worden. Het ontdooien neemt echter enige uren in beslag, omdat het toegevoegde glycerol door wassen verwijderd moet worden. Het invries- en ontdooiproces vindt niet plaats in een gesloten systeem, waardoor er een kleine kans is op bacteriële contaminatie. Hierdoor is na ontdooien de houdbaarheid beperkt en moeten de eenheden binnen 24 h worden toegediend. Alle Europese landen kunnen een beroep doen op deze voorraad bijzondere erytrocyten. Voor de Nederlandse ziekenhuizen is het vanzelfsprekend een groot voordeel dat een dergelijke unieke voorraad erytrocyten in Amsterdam is opgeslagen. conclusie Voor patiënten met antistoffen tegen een bijzondere bloedgroep of een zeldzaam bloedgroepfenotype is een acute bloeding een groot probleem. Compatibele eenheden donorerytrocyten zijn immers vaak niet aanwezig. Gezien het grote aantal antigenen op erytrocyten is het daarom van belang terughoudend te zijn met bloedtransfusies. Hierdoor blijft de kans op antistofvorming namelijk zo klein mogelijk. Via de bloedbank van de Raad van Europa is een voorraad van bijzondere bloedproducten beschikbaar. Voor de patiënte uit deze casus was deze voorraad levensreddend. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld. Aanvaard op 17 juni 2005 Literatuur 1 Buiting AMJ, Aken WG van. Richtlijn Bloedtransfusie (3e algehele herziening). Ned Tijdschr Geneeskd. 2005;149: Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO. Richtlijn Bloedtransfusie. Alphen aan den Rijn: Van Zuiden Communications; McCullough J. Transfusion medicine. In: Handin RI, Lux SE, Stossel TP, editors. Blood: principles and practice of hematology. Philadelphia: Lippincott; Dieulafoy G. Exulceratio simplex: lecons 1-3. In: Dieulafoy G, rédacteur. Clinique medicale de l hotel Dieu de Paris. Parijs: Masson; p Simons MP, Hoitsma HFW, Geraedts AAM, Schipper MEI. Exulceratio simplex Dieulafoy, een levensbedreigende maagbloeding. Ned Tijdschr Geneeskd. 1991;135: Leeksma OC. Bloedgroep rhesus. Ned Tijdschr Geneeskd. 1995;139: Daniels G. Human blood groups. 2nd ed. Oxford: Blackwell Science; Eindhoven GB, Diercks RL, Richardson FJ, Raaij JJ van, Hagenaars JA, Horn JR van, et al. Adjusted transfusion triggers improve transfusion practice in orthopaedic surgery. Transfus Med. 2005;15:
5 Abstract Severe bleeding in a patient with anti-c alloantibodies and a rare Rhesus phenotype treated with compatible erythrocyte concentrate from the blood bank of the Council of Europe. An 84-year-old woman had repeated gastrointestinal bleeding from a Dieulafoy lesion, i.e. a gastric or duodenal ulcer containing an aberrant artery. Her blood group was AB-D negative; her Rhesus phenotype was CCdee. In addition, antibody screening revealed anti-c alloantibodies as the result of a previous transfusion. Donors negative for D and c are very rare in Caucasian populations. Compatible red cell concentrates are available only from the European Bank of Frozen Blood of the Council of Europe, located at Sanquin in Amsterdam, the Netherlands. The patient could be saved by requesting compatible erythrocyte concentrate from this blood bank. Severe blood loss poses a serious challenge in patients who are positive for alloantibodies against blood group antigens with a high frequency in the population, and in patients who are themselves negative for such antigens. The presence of alloantibodies is often the result of previous blood transfusions. In view of the large number of antigens on erythrocytes, one should therefore be conservative as to blood transfusion in order to prevent alloantibody formation. Ned Tijdschr Geneeskd. 2005;149:
Evaluatie van de aangepaste flexinorm in ziekenhuis Bernhoven
Evaluatie van de aangepaste 4-5-6-flexinorm in ziekenhuis Bernhoven Auteurs Trefwoorden N.C.J. de Wit en J.D. Oosting 4-5-6-flexinorm, evaluatie transfusiegegevens, hemovigilantie, transfusiebeleid, transfusieprotocol
Nadere informatieDr. Leo Jacobs Klinisch chemicus in opleiding
Dr. Leo Jacobs Klinisch chemicus in opleiding April 2012 71 jarige man Hoge koorts en frequent braken en dyspnoe Geen bloed of slijm bij ontlasting, geen hematurie. CRP = 63 mg/l en HB = 6.1 mmol/l Relevante
Nadere informatieSanquin Bank of Frozen Blood
Sanquin Bank of Frozen Blood Beleid rondom zeldzame typeringen Dr. Rianne Koopman 1 Opzet presentatie Achtergrond Voorraadbeheer / zeldzaam donor programma Beleid aanvragen zeldzame eenheden 2 Historie
Nadere informatieBijzondere bloedgroepen. Bloed geven voor de Sanquin Bank of Frozen Blood (SBFB)
Bijzondere bloedgroepen Bloed geven voor de Sanquin Bank of Frozen Blood (SBFB) Waarom krijgt u deze folder? Er is vastgesteld dat uw bloed een zeldzame bloedgroep heeft. Ook kan het zijn dat u antistoffen
Nadere informatieUit voorraad leverbaar??
Uit voorraad leverbaar?? Kennisplatform ZO 31maart 2016 Jolanda Lambers-Scherrenburg Uit voorraad leverbaar? B neg ccdee K - Anti-Le(a) A pos CCDee K - Anti-Fy(a) 0 pos CcDee K - Anti-Jk(a) A pos CCDee
Nadere informatieDirect beschikbare uitgetypeerde eenheden: voordelen voor de patiënt en het laboratorium. Masja de Haas Immunohematologische Diagnostiek
Direct beschikbare uitgetypeerde eenheden: voordelen voor de patiënt en het laboratorium Masja de Haas Immunohematologische Diagnostiek Direct beschikbare uitgetypeerde eenheden Foto s van Judith van IJken,
Nadere informatieH Bloedtransfusie
H.40081.0219 Bloedtransfusie 2 Inleiding Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie
Nadere informatieTyperen van donorerytrocyten
O V E R Z I C H T S A R T I K E L E N Typeren van donorerytrocyten Auteurs: Dr. J.M. Jongerius 1, drs. M. Boujnan 2, dr. H.J. Bos 3, drs. H.J.C de Wit 4 Trefwoorden: Antigeen, bloedgroepantigeen, bloedgroep,
Nadere informatieBloedtransfusie Informatie voor patiënten
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten Klinisch laboratorium Een bloedtransfusie wordt door uw arts voorgeschreven. Dit gebeurt met uw toestemming, tenzij er sprake is van een acute levensbedreigende
Nadere informatiePreventief cek-beleid bij transfusie aan vrouwen<45 jaar Zien we effect?
Preventief cek-beleid bij transfusie aan vrouwen
Nadere informatieBloedtransfusie. Waarom een bloedtransfusie?
Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze brochure vindt u informatie over bloedtransfusie. Wanneer
Nadere informatieInhoud Wat is een bloedtransfusie
Bloedtransfusie Binnenkort zult u een behandeling of ingreep ondergaan, waarbij er een kans is dat u bloed toegediend moet krijgen: bloedtransfusie. Of u krijgt binnenkort een bloedtransfusie vanwege bloedarmoede.
Nadere informatieBatchgewijs leveren van 30 eenheden erytrocyten met bijzondere typering, een uitdaging!
Batchgewijs leveren van 30 eenheden erytrocyten met bijzondere typering, een uitdaging! Jessie Luken, transfusiearts Unit Transfusiegeneeskunde, Sanquin Bloedbank en IHD, Erytrocytenserologie, Sanquin
Nadere informatieBloedtransfusie Informatie voor patiënten
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten volwassenen Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder
Nadere informatiePatiënteninformatie. Bloedtransfusie terTER_
Patiënteninformatie Bloedtransfusie 1234567890-terTER_ Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie).
Nadere informatieBloedtransfusie. Dr. Peter A.W. te Boekhorst
Bloedtransfusie Dr. Peter A.W. te Boekhorst Disclosure belangen Peter A.W. te Boekhorst (potentiële) belangenverstrengelingen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld
Nadere informatieOp hoop van zegen Johan de Vries
Op hoop van zegen Johan de Vries Klinisch chemicus Kennisplatform Transfusiegeneeskunde 30 maart 2017 Maxima Medisch Centrum, Veldhoven Inhoud Casus 1: Het gaat goed Casus 2: Het gaat goed fout Beschouwing
Nadere informatieBloedtransfusie. Klinisch Chemisch Laboratorium
Bloedtransfusie Klinisch Chemisch Laboratorium Binnenkort ondergaat u een behandeling, waarbij de kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). Ieder jaar ontvangen zo'n 300.000
Nadere informatieBloedtransfusie voor volwassen patiënten
Bloedtransfusie voor volwassen patiënten Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze
Nadere informatieBloedtransfusie Informatie voor patiënten
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten volwassenen Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder
Nadere informatieWaarom een bloedtransfusie
Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie over bloedtransfusie.
Nadere informatieBloedtransfusie patiënteninformatie
Klinisch Chemisch Laboratorium Bloedtransfusie patiënteninformatie Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep Binnenkort ondergaat u een behandeling of
Nadere informatieBloedtransfusie. Info voor patiënten
Bloedtransfusie Info voor patiënten Binnenkort zult u een behandeling of ingreep ondergaan, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u
Nadere informatieBloedtransfusie Inleiding Waarom een bloedtransfusie?
Bloedtransfusie Inleiding Binnenkort zult u een behandeling ondergaan, waarbij er een kans bestaat dat u bloed moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie over bloedtransfusie.
Nadere informatieBloedtransfusie Informatie voor patiënten
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten Klinisch laboratorium In deze folder vindt u informatie over een bloedtransfusie. Een bloedtransfusie schrijft uw arts voor als dat voor de behandeling noodzakelijk
Nadere informatieBloedtransfusie. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten F0892-2130 september 2012 Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl MCH Antoniushove, Burgemeester Banninglaan 1 Postbus 411, 2260 AK Leidschendam 070 357
Nadere informatieBloedtransfusie Algemene informatie toediening
Bloedtransfusie Algemene informatie toediening Algemene informatie over bloed en bloedtransfusies Uw arts heeft een bloedtransfusie met u besproken omdat u bloedarmoede heeft of omdat u binnenkort een
Nadere informatieKind met onbegrepen anemie. Matthieu Bosman, klinisch chemicus i.o. MMC Veldhoven
Kind met onbegrepen anemie Matthieu Bosman, klinisch chemicus i.o. MMC Veldhoven Kennisplatform Transfusiegeneeskunde Regio Zuidoost, 31-03-2016 Kliniek en lab dag 1 Kind van 3 jaar komt op SEH. 3 weken
Nadere informatieEen kwestie van goed matchen
Een kwestie van goed matchen Claudia Folman Immunohematologie Diagnostiek, Amsterdam c.folman@sanquin.nl 1 September 2010 1 Casus I donderdag 9:30 uur De klinisch chemicus van een ZKHS belt voor overleg
Nadere informatieKlinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium. Patiënteninformatie. Bloedtransfusie. Slingeland Ziekenhuis
Klinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium Bloedtransfusie i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat
Nadere informatieAntistof-gemedieerde transfusiereacties en preventief matchen in relatie tot de nieuwe CBO
Antistof-gemedieerde transfusiereacties en preventief matchen in relatie tot de nieuwe CBO Masja de Haas Immunohematologische Diagnostiek m.dehaas@sanquin.nl September 1, 2010 1 Antistof-gemedieerde transfusiereacties
Nadere informatieTRIP en TRIX: Potentieel vermijdbare incidenten en transfusiereacties
TRIP en TRIX: Potentieel vermijdbare incidenten en transfusiereacties NVB 26 mei 2016 Pauline Zijlker Jo Wiersum Geen belangenverstrengeling Landelijke database: Transfusie Register Irregulaire antistoffen
Nadere informatieProtocol massale bloedtransfusie op de SEH
Spoedeisende hulp Protocol massale bloedtransfusie op de SEH J.Rebel, 9/9/2013 OLVG Oosterpark 9 1091AC Amsterdam T (020) 5999111 F (020)5992996 Jasper_rebel@hotmail.com www.olvg.nl Doel: Beschrijving
Nadere informatieDeze informatiefolder geeft u meer informatie over bloedtransfusies en probeert op een aantal veel gestelde vragen antwoorden te geven.
BLOEDTRANSFUSIE Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u (of uw kind) een behandeling of ingreep, waarbij de kans bestaat dat u bloedproducten toegediend moet krijgen, een zogenaamde bloedtransfusie. Deze
Nadere informatieBLOEDTRANSFUSIE 17901
BLOEDTRANSFUSIE 17901 Inleiding Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep in het Sint Franciscus Gasthuis, waarbij de kans bestaat dat u bloed toegediend krijgt (een bloedtransfusie). In deze folder
Nadere informatieInfobrochure. Bloedtransfusie. mensen zorgen voor mensen
Infobrochure Bloedtransfusie mensen zorgen voor mensen 2 Waaruit bestaat bloed? Bloed bestaat voor ongeveer 55% uit een gele vloeistof: plasma. De andere 45% zijn verschillende soorten bloedcellen: Rode
Nadere informatieBloedtransfusie... 1. Waarom een bloedtransfusie... 1. Hoe veilig is een bloedtransfusie... 2. Bijwerkingen van de bloedtransfusie...
Bloedtransfusie Inhoudsopgave Bloedtransfusie... 1 Waarom een bloedtransfusie... 1 Hoe veilig is een bloedtransfusie... 2 Bijwerkingen van de bloedtransfusie... 3 Registratie van gegevens... 4 Kan ik een
Nadere informatieBloedtransfusie Waarom een bloedtransfusie?
Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie over bloedtransfusie.
Nadere informatiePositieve 12de week screening Rol van de foetale rhesus D typering
Positieve 12de week screening Rol van de foetale rhesus D typering Joyce van Beers Laboratoriumspecialist Medische Immunologie i.o. Laboratoriumspecialist Klinische Chemie i.o. Centraal Diagnostisch Laboratorium
Nadere informatieDubbelpopulaties in de bloedgroepbepaling van twee zwangeren. Joost Groen AIOS Klinische chemie
Dubbelpopulaties in de bloedgroepbepaling van twee zwangeren Joost Groen AIOS Klinische chemie 05-07-2019 Disclosure Disclosure belangen spreker bijeenkomst Kliniek voor Bloedtransfusie 5 juli 2019 Naam:
Nadere informatieNieuwe CBO richtlijn bloedtransfusie
Nieuwe CBO richtlijn bloedtransfusie Wat verandert er in het preventief matchen Marijke Overbeeke M.Overbeeke@sanquin.nl 26 januari 2011 1 Erytrocyten (glyco)proteinen/lipiden dragen 30 bloedgroep systemen:
Nadere informatieWaarom een bloedtransfusie
Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie over bloedtransfusie.
Nadere informatieAutoimmuun Hemolytische Anemie Serologisch Onderzoek
Autoimmuun Hemolytische Anemie Serologisch Onderzoek Serologisch onderzoek AIHA Casus 1. Mevrouw vd H, 1924: Onderzoek bij aanwezigheid warmte autoantistoffen Casus 2. Mevrouw K, 1956: Onderzoek bij aanwezigheid
Nadere informatieBloedtransfusie. Patiëntenvoorlichting. alle aandacht
Bloedtransfusie Patiëntenvoorlichting alle aandacht Algemene informatie over bloed en bloedtransfusies Algemene informatie toediening Uw arts heeft een bloedtransfusie met u besproken omdat u bloedarmoede
Nadere informatieBloedtransfusie. Informatie voor patiënten. Klinisch Chemisch Laboratorium
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten Klinisch Chemisch Laboratorium Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie).
Nadere informatieBloedtransfusie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!
Bloedtransfusie U heeft met uw arts afgesproken dat u een bloedtransfusie krijgt. Of u ondergaat binnenkort een behandeling of ingreep waarbij u misschien extra bloed toegediend moet krijgen. In deze folder
Nadere informatieBlood Match: de zoektocht naar de meest optimale strategie om allo-immunisatie te voorkomen
Blood Match: de zoektocht naar de meest optimale strategie om allo-immunisatie te voorkomen Marian van Kraaij Unitdirecteur Donorzaken en Transfusiegeneeskunde 8 februari 2018 1 8 februari 2018 2 8 februari
Nadere informatieSoms is het nodig om bij een bloedtransfusie rode bloedcellen, plasma én bloedplaatjes te geven.
Bloedtransfusie Binnenkort zult u een behandeling of ingreep ondergaan, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie over een
Nadere informatieBloedtransfusie Waarom een bloedtransfusie? Hoe veilig is een bloedtransfusie? Juiste match... 3
Bloedtransfusie Inhoudsopgave Bloedtransfusie... 1 Waarom een bloedtransfusie?... 1 Hoe veilig is een bloedtransfusie?... 2 Juiste match... 3 Bijwerkingen van de bloedtransfusie... 3 Kan ik een bloedtransfusie
Nadere informatiePatiënteninformatie. Bloedtransfusie. Bloedtransfusie
Patiënteninformatie Bloedtransfusie Bloedtransfusie 1 Bloedtransfusie In deze folder vindt u informatie over bloedtransfusie. De folder is bedoeld als aanvulling op de mondelinge informatie van de specialist.
Nadere informatieBloedtransfusie. Inleiding. Waarom een bloedtransfusie?
Bloedtransfusie Inleiding U ondergaat binnenkort een behandeling in VieCuri Medisch Centrum. Hierbij bestaat de kans dat u bloed toegediend moet krijgen: dit heet bloedtransfusie. In deze brochure vindt
Nadere informatieRationeel gebruik van rode bloedcel concentraat tijdens en na operatie
Rationeel gebruik van rode bloedcel concentraat tijdens en na operatie G. B. Eindhoven MD Anesthesioloog en arts Mobiel Medisch Team, Afdeling Anesthesiologie, Universitair Medisch Centrum Groningen. 2-10-2011
Nadere informatieBloedtransfusie ALGEMEEN. Toedienen van bloedproducten
ALGEMEEN Bloedtransfusie Toedienen van bloedproducten Bij een bloedtransfusie worden bloed of bloedproducten via een infuus toegediend. Indien het voor uw behandeling noodzakelijk is, schrijft uw behandelend
Nadere informatieErytrocytenimmunisatie tijdens de zwangerschap Achtergronden van de veranderingen. Drs. Marijke Overbeeke Dr. Masja de Haas Dr.
Erytrocytenimmunisatie tijdens de zwangerschap Achtergronden van de veranderingen Drs. Marijke Overbeeke Dr. Masja de Haas Dr. Joke Koelewijn Hemolytische ziekte van de foetus en pasgeborene (HZFP) HZFP:
Nadere informatiebloed, ademhaling & spijsvertering info voor patiënten Bloedtransfusies
bloed, ademhaling & spijsvertering info voor patiënten Bloedtransfusies 01. Inleiding U (of uw kind) krijgt binnenkort een behandeling of een ingreep. De kans bestaat dat u (of uw kind) daarbij bloed toegediend
Nadere informatieOm de risico s van een bloedtransfusie tot een minimum te beperken, gelden de volgende voorwaarden ten aanzien van bloeddonatie:
BLOEDTRANSFUSIE Binnenkort ondergaat u een behandeling waarbij u mogelijk bloed toegediend krijgt. In deze folder leest u hoe een bloedtransfusie verloopt. Wat is een bloedtransfusie? Bloedtransfusies
Nadere informatieBloedtransfusie: randvoorwaarden
Bloedtransfusie: randvoorwaarden It is important that a good and open channel of communication exists between the blood providers and blood prescribers that shall ensure an effective clinical interface
Nadere informatieInformatie over een bloedtransfusie
Informatie over een bloedtransfusie Bij het tot stand komen van deze folder is gebruik gemaakt van de volgende folders: Bloedtransfusie voor patiënten - Stichting Sanquin Bloedvoorziening. Bloedtransfusie
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20941 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Natukunda, Bernard Title: Post-transfusion and maternal red blood cell alloimmunization
Nadere informatieTrombocytentransfusies bij kinderen. 11 de Pediatrisch Transfusiesymposium 14 september 2011 Annemieke Willemze
Trombocytentransfusies bij kinderen 11 de Pediatrisch Transfusiesymposium 14 september 2011 Annemieke Willemze Inhoud Trombocytopenie en bloeden Trombocytentransfusietriggers Verschillende trombocytenconcentraten
Nadere informatieUvA-DARE (Digital Academic Repository) Genetic basis of rare blood group variants Wigman, Lonneke. Link to publication
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Genetic basis of rare blood group variants Wigman, Lonneke Link to publication Citation for published version (APA): Wigman, L. (2013). Genetic basis of rare blood
Nadere informatieInhoud Wat u moet weten over bloed en bloedtransfusiefout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Inhoud... 2 1. Inleiding... 3 2.
Inhoud Wat u moet weten over bloed en bloedtransfusiefout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Inhoud... 2 1. Inleiding... 3 2. Wat is een bloedtransfusie?... 3 3. Hoe komt het ziekenhuis aan bloed?... 4 4.
Nadere informatieBloedtransfusie: Informatie voor patiënten
Bloedtransfusie: Informatie voor patiënten Binnenkort zult u een behandeling of ingreep ondergaan, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder
Nadere informatieDe onderdelen van het bloed.
Bloedtransfusie Universitair Medisch Centrum Groningen Bij de behandeling die u of uw kind binnenkort ondergaat kan de toediening van bloed nodig zijn. In deze folder wordt uitgelegd welke bloedproducten
Nadere informatieEen lange weg te gaan. Rob Hendriks Analist 1 Bloedtransfusie Orbis Medisch Centrum Sittard
Een lange weg te gaan Rob Hendriks Analist 1 Bloedtransfusie Orbis Medisch Centrum Sittard Patiënt - Myelodysplastisch syndroom (MDS), behandeling in de HOVON 89 studie. - Polytransfusee (wekelijks transfusie)
Nadere informatie- Bloed - Samenstelling en functie - Bloedgroepen en resusfactor
BLOED - Bloed - Samenstelling en functie - Bloedgroepen en resusfactor - Bloedtransfusie - Bloedproducten - Wet inzake bloedvoorziening - Voorraad en levering - Het geven van bloedproducten - Het ontvangen
Nadere informatieTrombocytentransfusie-refractaire patiënten
Trombocytentransfusie-refractaire patiënten Beleid vanuit perspectief kliniek en bloedbank Liesbeth Oosten Afdeling Immunohematologie & Bloedtransfusie, LUMC Cynthia So-Osman Unit Transfusie Geneeskunde,
Nadere informatiePatiënte met kruisproblemen door antistoffen tegen k bij een hemorragische shock
Patiënte met kruisproblemen door antistoffen tegen k bij een hemorragische shock Auteurs Trefwoorden M.V. Lukens, R. Bossink, A.H.M. Huistede Oude Heuvel, E. Adema, J.T. Winkelhorst, A. Ozdemir en J. Slomp
Nadere informatiebloedtransfusie
ZorgSaam bloedtransfusie 1 2 Bloedtransfusie Binnenkort zult u een behandeling of ingreep ondergaan, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend krijgt (bloedtransfusie). Voorafgaand aan een bloedtransfusie
Nadere informatieBloedtransfusie WELKOM BIJ HET H. HARTZIEKENHUIS MOL
Bloedtransfusie WELKOM BIJ HET H. HARTZIEKENHUIS MOL doet het met zorg, veilig en kwaliteitsvol! Kwaliteitslabel 2017-2022 Het H. Hartziekenhuis Mol is een kwaliteitsvol en veilig georganiseerd ziekenhuis.
Nadere informatieProcedures bloedsparende technieken juli
Hemovigilantie bij gebruik van machinale en niet machinale autotransfusie, andere vormen van bloedsparende technieken, Extra Corporeel Circuit en specifieke autologe bloedproducten Procedures bloedsparende
Nadere informatiePreventie van immunisatie tegen c, E en K antigenen bij vrouwen tot 45 jaar: gevolgen voor het transfusielaboratorium en de regionale bloedbank
Ned Tijdschr Klin Chem 1996; 21: 252-256 Uit de laboratoriumpraktijk Preventie van immunisatie tegen c, E en K antigenen bij vrouwen tot 45 jaar: gevolgen voor het transfusielaboratorium en de regionale
Nadere informatieInfobrochure. Bloedtransfusie
Infobrochure Bloedtransfusie Geachte heer/mevrouw, Tijdens uw opname in het ziekenhuis kan uw arts het noodzakelijk vinden dat u een bloedtransfusie ondergaat. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij een
Nadere informatieTRANSFUSIEBELEID EN ZWANGERSCHAP. Versie 1.0
TRANSFUSIEBELEID EN ZWANGERSCHAP Versie 1.0 Datum Goedkeuring 18-04-2002 Methodiek Evidence based Discipline Monodisciplinair Verantwoording NVOG Omschrijving van het probleem Een bloedtransfusie bij een
Nadere informatieDisclosure slide J Wiersum-Osselton
Stichting Trainingen Infectie Preventie Disclosure slide J Wiersum-Osselton (potentiële) belangenverstrengeling Werkaanstelling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of
Nadere informatieKoud, kouder, koudst. Dr. M.P. Zijlstra Klinisch chemicus
Koud, kouder, koudst Dr. M.P. Zijlstra Klinisch chemicus Casus koude agglutininen Dagdienst: Telefoontje assistent anesthesie Pre-OK screening voor gekoelde OK bij een patiënt met koude agglutinatie in
Nadere informatieZwak- of variant-rhd-antigeen: eenvoudig serologisch te bepalen in eigen laboratorium
Zwak- of variant-rhd-antigeen: eenvoudig serologisch te bepalen in eigen laboratorium Auteurs Trefwoorden J. Nigten, D.S. Orij-Westerhof, C.H. Noordzij en M.H. Herruer zwak-rhd-antigeen, RhD-variant, RhD-epitopenkit
Nadere informatieBloedtransfusie bij kinderen
Kindergeneeskunde Klinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium Bloedtransfusie bij kinderen i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Bloedtransfusie bij kinderen Binnenkort ondergaat uw kind een
Nadere informatie(para)bombay: ja of nee?
(para)bombay: ja of nee? Kennisplatform transfusiegeneeskunde ZO-Nederland 30 november 2017 Yvette Kluiters Klinisch chemicus, ETZ-Tilburg/ Waalwijk Casus MUMC + Disclosure belangen spreker:yvette Kluiters-de
Nadere informatieTransfusie Register Irregulaire antistoffen en X(kruis)-proeven
Transfusie Register Irregulaire antistoffen en X(kruis)-proeven Jan van der Wijst, Hemovigilantie adviseur UMC St Radboud, Nijmegen lid gebruikerscommissie TRIX CLAUS Centraal Laboratorium Aanvraag- en
Nadere informatieInformatiebrochure. Bloedtransfusie
Informatiebrochure Bloedtransfusie 2 Tijdens uw opname in ons ziekenhuis bestaat de kans dat u bloed, plasma of bloedplaatjes toegediend moet krijgen (= bloedtransfusie). In deze brochure trachten wij
Nadere informatiePATIËNTEN INFORMATIE. Transfusie. in het Maasstad Ziekenhuis
PATIËNTEN INFORMATIE Transfusie in het Maasstad Ziekenhuis 2 PATIËNTENINFORMATIE Binnenkort ondergaat u een medische behandeling of een ingreep. Het is mogelijk dat u hierbij een bloedtransfusie (rode
Nadere informatieBloed Geven en Krijgen vmbo-kgt okt practicum Bloed in Actie
Bloed Geven en Krijgen vmbo-kgt okt 2013 practicum Bloed in Actie PRACTICUM BLOED IN ACTIE Ieder jaar ontvangen zo n 250.000 Nederlanders een bloedtransfusie. Dat betekent dat zij bloed krijgen van een
Nadere informatiePATIËNTEN INFORMATIE. Transfusie. in het Maasstad Ziekenhuis
PATIËNTEN INFORMATIE Transfusie in het Maasstad Ziekenhuis 2 PATIËNTENINFORMATIE Binnenkort ondergaat u een medische behandeling of een ingreep. Het is mogelijk dat u hierbij een bloedtransfusie (rode
Nadere informatieZorgdepartement informatiebrochure Bloedtransfusie
Zorgdepartement informatiebrochure Bloedtransfusie Inhoudstafel 1. Inleiding 2. Waarom een transfusie? 3. Veiligheid 4. Verloop 5. Bijwerkingen 6. Kan ik weigeren? 7. (Mede)-verantwoordelijkheden van
Nadere informatieBloedmanagement bij Orthopedische ingrepen. Tergooi ziekenhuis Hilversum 10 november 2007
Bloedmanagement bij Orthopedische ingrepen Tergooi ziekenhuis Hilversum 10 november 2007 Agenda Anemie Transfusies Ervaring Epoëtine alfa in orthopedie Conclusies Is er een probleem met anemie? Anemie
Nadere informatieIdentieke of compatibele transfusie van trombocyten: voorkeur en mogelijkheden
Identieke of compatibele transfusie van trombocyten: voorkeur en mogelijkheden Marian van Kraaij Unitdirecteur Transfusiegeneeskunde Sanquin Bloedbank Compatibel/ incompatibel / identiek transfunderen
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting 7
Samenvatting Dit advies gaat over zwangerschapsimmunisatie door rode bloedcellen: het verschijnsel waarbij vrouwen zogeheten irregulaire erytrocytenantistoffen (IEA) vormen tegen voor hen vreemde rode
Nadere informatieHet gebruik van 0-negatieve erytrocyten in regio Zuidwest
Het gebruik van 0-negatieve erytrocyten in regio Zuidwest Auteurs Trefwoorden E.A. van t Ende en J.G. Boonstra; namens de projectgroep 0-negatieve EC 0 RhD-negatieve erytrocytenconcentraten, aanbevelingen,
Nadere informatieBloedgroepantistoffen tijdens. Informatie voor verloskundig hulpverleners de zwangerschap
Bloedgroepantistoffen tijdens Informatie voor verloskundig hulpverleners de zwangerschap In deze folder geven wij u informatie over bloedgroepantistoffen, ook wel irregulaire erytrocytenantistoffen (IEA)
Nadere informatieHoofdstuk 11. Compatibiliteit van bloedproducten
ragenlijst, audit Hoofdstuk 11. Compatibiliteit van bloedproducten, HPZO versie 1.2/09-2010 H11-18 Hoofdstuk 11. Compatibiliteit van bloedproducten Norm In het ziekenhuis dienen de procedures beschreven
Nadere informatieDe ervaringen uit de praktijk bij gebruik van Bellovac ABT en Eprex bij THP en TKP.
De ervaringen uit de praktijk bij gebruik van Bellovac ABT en Eprex bij THP en TKP. Hemovigilantie: Mw. A.M. van den Boogaard van de Maat Mw. R. Geelen Geboers Klinische chemie: Dr. J.L.P. van Duijnhoven
Nadere informatiePRACTICUM VMBO KGT: BLOED IN ACTIE
PRACTICUM PRACTICUM VMBO KGT: BLOED IN ACTIE PRACTICUM Ieder jaar ontvangen zo n 250.000 Nederlanders een bloedtransfusie. Dat betekent dat zij bloed krijgen van een bloeddonor. Waarom een bloedtransfusie?
Nadere informatieEvaluatie van de HLA- en HNA-antistofscreening in donors betrokken bij (mogelijke) TRALI
Evaluatie van de HLA- en HNA-antistofscreening in donors betrokken bij (mogelijke) TRALI Claudia Weller Transfusiearts in opleiding Unit Transfusiegeneeskunde 19 mei 2017 1 No disclosures 19 mei 2017 2
Nadere informatieJa, wat nu...? Harriët Klinkspoor en Jessie Luken 4 maart 2015
Ja, wat nu...? Harriët Klinkspoor en Jessie Luken 4 maart 2015 Meisje S. Geboren 1998 (16 jaar oud) Patiënte bekend met homozygote sikkelcelziekte Heterozygote alfa-thalassemie type II Voorgeschiedenis:
Nadere informatieHet HLA-systeem De relatie tussen HLA en bloedtransfusie
Het HLA-systeem De relatie tussen HLA en bloedtransfusie HLA, Ig-allotypen en erytrocytenbloedgroepen De werking van ons immuunsysteem is gebaseerd op het vermogen om onderscheid te maken tussen eigen
Nadere informatieEen sikkelcelpatënt in crisis, wat nu?
Een sikkelcelpatënt in crisis, wat nu? Anja Mäkelburg Internist hematoloog-transfusiespecialist Dhr. M, 19 jaar Afkomstig uit Angola, sinds 4 e LJ in Nederland Homozygote sikkelcelziekte HbSS Gevaccinieerd
Nadere informatieBloedtransfusie WELKOM BIJ HET H. HARTZIEKENHUIS MOL
Bloedtransfusie WELKOM BIJ HET H. HARTZIEKENHUIS MOL Kwaliteit en Veiligheid Wij doen mee! Onze kwaliteit aantoonbaar maken Ons ziekenhuis heeft zich geëngageerd om het accreditatielabel van het Nederlands
Nadere informatieTweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op?
Tweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op? 1 INHOUD PSIE programma Antistoffen Ontstaan en Risico Achtergrond Rhc-screening Doel Rhc-screening Evaluatiestudie Rhc-screening Opzet Inclusies
Nadere informatieBloed en Transfusie over bloedgroepen, transfusies en immuunreacties
VWO Bloed en Transfusie over bloedgroepen, transfusies en immuunreacties Ieder jaar ontvangen zo n 250.000 Nederlanders een bloedtransfusie. Het gaat dan vaak om patiënten die een grote operatie moeten
Nadere informatie