Taal: Spraak en Schrift
|
|
- Theophiel Brabander
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Taal: Spraak en Schrift Taal is een vorm van symbolische communicatie gebaseerd op klanken, geschreven symbolen en gebaren. Alle talen hebben een grammatica, regels over hoe klanken en woorden met elkaar verbonden worden. Linguïstiek is de studie van de taal en zijn regels. Zij probeert taal op een zo compact mogelijk manier een taal te beschrijven: Bijvoorbeeld: meervoud in het Nederlands = stam + en boek -> boeken; hoed -> hoeden; enz. Psycholinguïstiek is de studie over de manier hoe mensen omgaan met taal. Bijvoorbeeld: Zit de meervoudsregel als regel in ons hoofd, of wordt voor ieder woord apart het meervoud onthouden (zoals voor het geslacht van het woord: mannelijk, vrouwelijk, onzijdig)? Argument voor: Een regel kun je toepassen op onbekende woorden: meervoud van een bup -> twee buppen Taal is een hiërarchisch systeem met als basis het foneem (=het kleinste verschil tussen twee klanken dat een verschil in betekenis aanduidt). Iedere taal kan met een beperkt aantal fonemen beschreven worden (voor het Nederlands ca 40 van de 80 fonemen in de wereld). /b/ en /p/ zijn fonemen in het Nederlands omdat boot en poot twee verschillende woorden zijn. In het Chinees behoren de klanken /r/ en /l/ tot dezelfde foneem-klasse. Fonemen vormen hogere-orde structuren als syllaben, morfemen, woorden, frasen, en zinnen. Fonologische regels vertellen welke klankcombinaties aanvaardbaar zijn (bijv kt niet aan begin, maar wel aan het eind van een syllabe) en hoe deze gegroepeerd worden in hogere-orde structuren als syllaben (bijvoorbeeld iedere lettergreep moet een klinker hebben). In het alfabetisch schrift worden klanken weergegeven door letters of lettercombinaties (bijv sch staat voor 2 fonemen, de /s/ en de /x/). Letters of lettercombinaties die een foneem weergeven worden grafeem genoemd (s en ch). In sommige talen is de grafeem-foneem correspondentie regelmatig (oppervlakkige talen als Frans, Nederlands), in andere gevallen niet (diepe talen als Engels: vgl de i in hint en pint ). Fonemen en grafemen worden samengevoegd tot morfemen. Een morfeem is het kleinste bestanddeel van een woord met een eigen betekenis of grammaticale waarde (bijv honden = 2 morfemen; het stammorfeem hond + de meervoudsvorm en ). De woord-specifieke kennis van een persoon ligt opgeslagen in een soort woordenboek, het mentale lexicon. Voor lezen, luisteren, schrijven en de productie van spraak zijn aparte lexica, en als je meertalig bent heb je waarschijnlijk ook taalspecifieke lexica. Als een woord in het inputlexicon is geactiveerd, dan verwijst dit verder naar de semantiek (betekenis van woord), de syntax, de orthografie (schrift), het geslacht, enz).
2 De structuur van taal Woorden worden met elkaar gecombineerd in zinnen. De regels hiervoor zijn gegeven in de syntax. We kunnen goedgevormde van slechtgevormde zinnen onderscheiden zonder dat de zinnen zinvol zijn. Vergelijk 1 en 2: 1. kleurloze groene ideeën slapen boosaardig (correct) 2. Groen boosaardig slapen ideeën kleurloze (incorrect) Semantiek verwijst naar de betekenis die door de taal wordt uitgedrukt. Ook deze kan ambiguiteiten in de syntax oplossen. Bijvoorbeeld: ik zag het paard met de verrekijker. Daarnaast zijn er pragmatische aspecten: luisteraar en spreker moeten dezelfde termen gebruiken voor dezelfde betekenis, anders ontstaat verwarring Bijvoorbeeld: mag ik het zout?. Ja, dat mag... Noam Chomsky (1965) maakte een onderscheid tussen de oppervlakte en dieptestructuur van een zin. De oppervlaktestructuur verwijst naar de vorm waarin de woorden verschijnen, de dieptestructuur naar de betekenis van de zin. Er zijn transformatieregels om een oppervlakte- te genereren bij een bepaalde dieptestructuur. Dezelfde dieptestructuur kan door meerdere oppervlaktestructuren worden weergegeven: - de man sloeg de hond - de hond werd door de man geslagen - de hond die werd geslagen door de man > verwijst allemaal naar: slaan(man, hond) Volgens Chomsky heeft taalgedrag een sterke biologische grondslag (een taalorgaan). Verder zijn kinderen voorbestemd om taal op een bepaalde manier op een bepaalde tijd te leren (een kritische periode). Dieren missen deze grondslag. Een dramatisch voorbeeld van het overslaan van de kritische periode zijn verwaarloosde kinderen als Sujit Kumar: mv Het is echter duidelijk dat bijen, apen, wolven en vele andere diersoorten met elkaar communiceren. De vraag is echter of zij ook een symbolisch taalsysteem gelijk de mens kunnen leren (een generatief systeem waarbij met een beperkt aantal woorden en regels voor zinsvorming een oneindig aantal boodschappen gemaakt kan worden). In het begin probeerde men (Hayes, 1951) chimpansees te leren spreken (Viki). Dit was echter
3 gedoemd te mislukken omdat anatomisch gezien dit onmogelijk was. Daarom is bij recentere pogingen gebarentaal gebruikt. De Gardners (1978) voedden Washoe met gebarentaal op zoals een doofstom kind zou worden opgevoed. Iedereen in haar omgeving gebruikte gebarentaal. Na bijna 2 jaar kende ze 34 tekens, en na 5 jaar 160 tekens die ze ook in nieuwe combinaties leerde gebruiken. De Premacks (1971) leerden Sarah in een kooi plastic vormen te gebruiken die naar concepten verwezen. Om een banaan te krijgen moest ze bijvoorbeeld het banaanteken tonen. Op den duur leerde Sarah zinnen interpreteren als leg de banaan in de emmer en de appel in de mand. Savage-Rumbaugh s aap Kanzi was getraind om via een bord met symbolen te communiceren. Na 17 maanden kende hij 50 woorden en had hij ca 800 verschillende combinaties gebruikt. Is altijd de vraag geweest of deze capaciteiten berusten op verfijnde vormen van conditionering of rudimentaire vormen van grammaticale competentie. SPRAAK Verschillen tussen medeklinkers kunnen uitgedrukt worden in 3 articulatoire kenmerken: 1) plaats van articulatie (/b/ vs /d/), 2) stemhebbendheid (/b/ vs /p/) en 3) manier van articulatie (/b/ vs /m/). Plaats van articulatie: waar is de maximale constrictie? Manier van articulatie: O.a. plosieven (p,b,t,d,k), nasalen (m, n, ng), fricatieven (f,v,s,z,g), en lateralen (l,r). Stemhebbendheid: zijn stembanden aan het trillen (t.o.v. plosie voice onset time : b vs. p, d vs. t). Stemhebbend Stemloos Vorm van articulatie
4 Manier van articulatie Je zou verwachten dat m.n. plosieven (p,t,k,b,d) ambigue zijn omdat de relevante informatie zeer kort (60-80 ms) duurt. Echter, volgens het idee van de Categorische Perceptie worden plosieven op een speciale manier verwerkt. Speech is special (Liberman et al., 1957). Via de computer kun je een continuum identificatie creeren tussen twee fonemen. Fysiek zijn de aangrenzende stimuli even discriminatie verschillend van elkaar. Echter, bij foneemgrens identificatie van bijvoorbeeld een /ba- da/ continuum (hoorde je een /ba/ of /da/?) krijg je een specifieke S- vormige Verder kan men bij discriminatie (waren ze hetzelfde of niet?) twee stimuli beter onderscheiden indien ze verschillend geïdentificeerd werden tijdens de identificatie. Het idee van CP is dat je alleen de categorie waar de klank toe behoort (ba of da) kunt waarnemen (of onthouden), maar niet de subtiele verschillen ertussen. Onderzoek heeft aangetoond dat babies op zeer jonge leeftijd (< 8 weken) categorische perceptie hebben en zowat ieder fonetische detail kunnen onderscheidden. Methoden bij baby-onderzoek High Amplitude Sucking: Train de baby dat bij hard en snel zuigen op een fopspeen een stimulus wordt aangeboden (bruikbaar vanaf ca 1 maand). Baby krijgt telkens een bepaalde stimulus te horen als hij op fopspeen zuigt (high amplitude sucking, HAS). Na verloop van tijd stabiliseert het zuigen tot op een basis-niveau (soort van habituatie). Op dat moment wordt een nieuwe stimulus aangeboden. Als de baby deze als nieuw hoort, begint hij weer opnieuw snel te zuigen. Head turn procedure (Patricia Kuhl): Train het kind om het hoofd te draaien als er iets nieuws gehoord wordt (bruikbaar vanaf 5.5 maand) Trainingsfase: Op de achtergrond worden voortdurend stimuli uit dezelfde categorie gehoord (bijv /ba/). Soms wordt een stimulus uit de andere categorie gehoord (bijv /da/) en tegelijkertijd worden speelgoed-dieren verlicht achter een ruit. Het kind kijkt hierna en leert dat als er iets nieuws gehoord wordt, het moet kijken in andere richting.
5 Op het moment dat het kind dit 3 keer achter elkaar heeft gekeken (criterium), begint de test. In de testfase kun je nu subtielere veranderingen laten horen dan tijdens training. Vraag is of het kind deze veranderingen hoort. Een observant (die niets hoort) scoort wanneer het kind het hoofd 90 graden heeft gedraaid. Hits (draaien op deviante stimulus) worden reinforced met het zien van de dieren. Het blijkt dat kinderen geboren worden met het vermogen om alle fonetische contrasten te kunnen onderscheiden. Echter, vanaf 7-8 maanden vindt er een taal- specifieke tuning plaats waarbij kleine niet-fonemische verschillen minder goed worden waargenomen. Uiteindelijk VERLIEST de baby dus bepaalde vermogens. Naast segmentele aspecten (welke klanken) heeft spraak prosodische kwaliteiten zoals ritme, duur, intonatie en luidheid. Prosodie helpt o.a. bij de syntactische groepering (parsing) en is van belang bij de expressie van emoties. Iedere taal heeft haar eigen prosodische regels. De auditieve perceptuele vermogens zijn reeds na 6 maanden vanaf de conceptie ontwikkeld. Kinderen horen dan ook allerlei geluiden in de moederbuik, waaronder de prosodische structuur van de MOEDER-taal. Meteen na de geboorte luisteren kinderen dan ook liever naar de (prosodische) structuur van hun moedertaal dan naar een vreemde taal (Mehler et al, 1988). Hoe is mogelijk dat kinderen taal leren? Chomsky: de taal die kinderen horen zit vol met fouten. Toch weten ze wat wel/niet correct is. Dit poverty argument van de input werd gebruikt om aan te tonen dat taal aangeboren moet zijn. Er is een taalorgaan met de regels van de universele grammatica. Bij het leren van een taal checkt het kind slechts een aantal mogelijke hypothesen ipv dat het alle mogelijkheden nagaat. Er is een kritieke periode waarin dit moet gebeuren. Het alternatief is dat kinderen bepaalde statistische eigenschappen over specifieke woordenvolgorden leren: (bijvoorbeeld: ipv dat de regel wordt toegepast die zegt dat subject en werkwoord moeten overeenstemmen in aantal, kan ook geleerd worden dat na de man het woord is kan volgen, maar niet zijn). LEZEN Rond 1900 werd reeds onderzoek gedaan naar lezen (Huey, 1908), maar in de jaren is nauwelijks iets op dit terrein gebeurd. Reeds Huey beschreef lezen
6 als een opeenvolging van saccades en fixaties. Voor de nauwkeurige waarneming van letters moet de informatie in de fovea staan tijdens een fixatie. Dichtheid staafjes s Dichtheid kegeltjes correct bij een tachistocopische aanbieding (< 150 parafovea, en periferie Percentage woorden ms) in fovea, Volgens Rayner & Pollatsek is lezen een slideshow Fixatieduur varieert tussen ms en is afhankelijk van de moeilijkheid woord. Bij moeilijke tekst wordt langer gefixeerd en worden meer correctieve regressies gemaakt Saccade duurt ca ms. De lengte varieert met moeilijkheid tekst (7-9 karakters). Tijdens een saccade zijn we blind. De ogen lopen vooruit t.o.v. de spraak. Een van de belangrijkste vragen in het huidig onderzoek naar lezen is de vraag hoeveel routes er zijn en wat hun relatie is. Dual route model (Max Coltheart): Indirecte fonologische route: deze werkt via letter-foneem correspondentieregels (GPC: Grapheme Phoneme Correspondence). Is volgens het dual route model iets langzamer dan de directe route en wordt vooral gebruikt voor laagfrequente woorden. Ze is obligaat voor pseudowoorden ( mave ). lexicale of directe route: Wordt vooral gebruikt voor hoogfrequente woorden en is obligaat voor uitzonderingswoorden ( have ). Dual-route is een paardenrace-model: Beide routes werken parallel, maar niet coöperatief. De eerste wint.
7 Er verschillende typen van acquired dyslexias (mensen die na een beroerte of ander hersentrauma niet meer kunnen lezen) die het dual-route model ondersteunen: Surface dyslexia: patient kan gewone woorden en pseudowoorden lezen, maar uitzonderingswoorden worden geregulariseerd (pint uitgesproken als rijmend op mint): directe route beschadigd. Phonological dyslexia: patient kan gewone en uitzonderingswoorden lezen, maar geen pseudowoorden: fonologische route beschadigd. Deep dyslexia: Gelijk phonological dyslexia maar patient maakt tevens semantische fouten: leest stoel als tafel : (zware) beschadiging aan de fonologische route met semantische problemen. Zij kunnen alleen lezen via een lexicale -> semantische route. Het dual-route model is echter niet onbetwist: de vraag is of er inderdaad twee aparte routes zijn of dat letters en letterclusters naar analogie met andere letterclusters worden uitgesproken. Dan is er nog de vraag of er top-down activatie is van woorden die letters activeren. Het Interactive Activation model (McClelland & Rummelhart, 1981) is hiervan het meest bekende voorbeeld. Het principe is dat (partieel) geactiveerde woorden activatie terugsturen naar letters die in overeenstemming zijn met de woorden (zgn top down feedback ). K of R Verder is niet iedere letter in een woord even belangrijk: Begin- en eindletters zijn informatiever dan het midden: 'Vlgones een oznrdeeok op een Eglnese uvinretsiet mkaat het neit uit in wlkee vloogdre de ltteers in een wrood saatn, het einge wat blegnaijrk is is dat de eretse en de ltaatse ltteer op de jiutse patals saatn. De rset van de ltteers mgoen wllikueirg gpletaast wdoren en je knut vrelvogens gwoeon lzeen wat er saatt. Dit kmot odmat we neit ekle ltteer op zcih lzeen maar het wrood als gheeel. Ontwikkelingsdyslexie: het kind faalt in vergelijking met leeftijdgenoten om adequaat te leren lezen terwijl onderwijs, intelligentie en leerbekwaamheid normaal is (Frank Velluntino, 1979).
8 Vragen: wat is de aard van het probleem: (visueel, auditief, fonologisch) zijn er verschillende subtypen zijn dyslectische kinderen anders dan gewoon langzame lezers Een aantal mensen heeft geprobeerd eenzelfde typologie als bij acquired dyslexias te maken (dysphonetic-diseidetic), maar dit is niet geheel onomstreden. Het is echter bijna altijd zo dat dyslectici problemen hebben op phonological awareness taken (bal - > al, boek -> oek) en problemen op verbale korte-termijn geheugen taken. Een van de basisproblemen is dat dyslectici het alfabetische principe (een letter staat voor een klank) niet begrijpen. Een van de belangrijkste redenen is dat fonemen abstracties zijn (Gleitman, Liberman). Het idee dat dyslectici elementaire problemen hebben met visuele (bewegende) stimuli in het algemeen (m.n. problemen in V5) of elementaire problemen in de auditieve waarneming van kortdurende stimuli (Tallal) is omstreden. Een van de grote problemen bij het testen van dyslectici is dat ze vaak slecht zijn op alle taken. Vaak is hun probleem niet geïsoleerd (bijv. ook concentratiestoornissen). Men moet daarom adequate controletaken ontwikkelen om na te gaan in hoeverre de gestoorde prestatie op een taak specifiek is voor hun deficiet. Afasie Afasie = totale verlies van taal; echter meestal slechts bepaalde taalfuncties gestoord. Bij rechtshandigen is bijna altijd de linker hemisfeer betrokken. Broca: Probleem in productie (spraak is niet-vloeiend). Praten in telegramstijl. Ook agrammatisch:moeite met complexe syntatische zinnen (de koe werd door het paard geslagen). vaak Wernicke: Probleem in perceptie. Patient begrijpt gesproken woord niet. Spraakproductie is vloeiend en grammatisch, maar betekenisloos met neologismen. (bij focale leasie: word deafness, beschadiging van het geheugen hoe woorden klinken) Semantiek Woorden verwijzen naar concepten. Concepten zijn mentale voorstellingen waardoor we informatie kunnen indelen in categorieën. Sommige concepten zijn eenduidig (cirkel, vierkant), anderen zijn vaag (kopje versus een mok). Vraag is hoe we concepten vormen.
9 - de klassieke visie: De persoon leert voorwerpen onderscheiden en ontdekt een regel die de leden van een categorie definieert. Is echter vaak erg artificieel. - prototypes en natuurlijke categorieën: Wittgenstein (1953). Leden van een categorie hebben een familiegelijkenis zonder dat er sprake is van definiërende kenmerken. Rosch (1975) introduceerde de notie van prototype. Dit is het meest representatieve exemplaar uit een categorie (een mus is bijvoorbeeld het prototype van een vogel). Voorwerpen worden gecategoriseerd door ze te vergelijken met het prototype. Als de afstand groot is, wordt het moeilijker gecategoriseerd (een pinguïn is een slecht voorbeeld van een vogel). Alternatief voor prototypen is dat individuele voorbeelden worden opgeslagen (examplar-based). Een categorie wordt gevormd door een verzameling van voorbeelden, en een stimulus wordt vergeleken met die individuele voorbeelden. Natuurlijke concepten zijn georganiseerd in een hiërarchie met een super-, basic-, en subklasse niveau. De basic categorie wordt in conversaties spontaan genoemd en is het meest informatief Semantische netwerkmodellen bevatten concepten waarbij deze weer onderling met elkaar verbonden zijn. Bij het horen/lezen van een woord, stroomt informatie door het hele netwerk (spreiding van activatie). Wordt ons denken beïnvloed door taal (Whorf)? Zeer controversiele stelling die nog steeds tot verhitte debatten leidt. Taal en kleurwaarneming: De kleurcategorieën bij Papoea s (5 basiskleuren) zijn anders dan bij Engelsen. Papoea s hebben geen blauw/groen distinctie, wel nol / wor. Kleurcategorieen zijn dus niet universeel. Mogelijk is het verschil tussen twee stimuli opvallender als de grens tussen blauw/groen wordt overschreden (categorische perceptie) ALS
10 deze in het rechter visuele veld (de linker talige hemisfeer) wordt getoond. Zo ook culturele verschillen in de mentale representatie van: Tijd wordt mentaal voorgesteld als ruimte Vroeger later Westers links/achter rechts/voor Chinees boven beneden Ruimte Westers Maya Relatief t.o.v. jezelf of andere objecten Absoluut (noord/zuid/oost/west)
Rationeel en kritisch denken, dat is toch heel vanzelfsprekend?
Rationeel en kritisch denken, dat is toch heel vanzelfsprekend? Eline Noorbergen Patricia Antersijn Stelling Iedereen kan van zichzelf wel rationeel en kritisch denken. 1 Rationeel en kritisch denken,
Nadere informatieSnel en effec(ef lezen. Annemarie van der Zeeuw www.focusoptekst.nl
Snel en effec(ef lezen Annemarie van der Zeeuw www.focusoptekst.nl Programma Kennismaking / leerwensen Leesquiz Snellezen De nulme(ng Oogbeweging: (snellezen & concentreren) Oogfixa(es, snelheid maken,
Nadere informatieOmgaan met Dyslexie in de klas. drs. R.Stewart, neuropsycholoog
Omgaan met Dyslexie in de klas drs. R.Stewart, neuropsycholoog Introductie Er zijn verschillende redenen om meer aandacht te besteden aan Dyslexie 2-8%(3.6%) van schoolkinderen krijgt de diagnose Dyslexie
Nadere informatieLeeratelier: Actief studeren deel 1
Leeratelier: Actief studeren deel 1 Leerateliers Doel: Aanleren en inoefenen van belangrijke studievaardigheden Wie: Leercoach naam (e-mailadres) Hoe: Met behulp van presentaties en oefeningen Wanneer:
Nadere informatieWie ben ik? Mieke Urff
Wie ben ik? Mieke Urff Overzicht van deze bijeenkomst: Wat is/doet Dedicon (en wat niet)? ICT en dyslexie Schoolboeken bestellen bij Dedicon AMIS Lezen van (jeugd)literatuur met audio-ondersteuning Vragen
Nadere informatieNieuwsflits. Peuters
Nieuwsflits Peuters Groep 1 en 2 Groep 3-4-5 Hallo Vakantie Ik ben op vakantie met mijn mama naar Landal greenpark geweest. Dat is een vakantiepark. Daar is een zwembad en een boerderij en een buitenzwembad
Nadere informatieAlles wat je wilt weten over dyslexie!
Alles wat je wilt weten over dyslexie! Is het lastig om dyslexie te hebben? Ja. Betekent dit dat je nooit kunt leren lezen en schrijven? Nee. Dyslexie heb je voor altijd. Er zijn geen medicijnen of operaties
Nadere informatieIntro. Chinese woordzoeker Giraffe Nijlpaard Leeuw Neushoorn Eland Panda Kolibrie Zeehond. Oplossing. Och, als men lezen kon!
Intro Och, als men lezen kon! Ontwikkeling van leesvaardigheid bij dove/slechthorende jongeren en volwassenen Loes Wauters, Hille van Gelder, Helen Blom, Shirley Neirynck Chinese woordzoeker Giraffe Nijlpaard
Nadere informatieVlgones een oznrdeeok op een Eglnese uvinretsiet mkaat het niet uit in wlkee vloogdre de ltteers in een wrood saatn. Het einge wat blegnaijrk is, is
Vlgones een oznrdeeok op een Eglnese uvinretsiet mkaat het niet uit in wlkee vloogdre de ltteers in een wrood saatn. Het einge wat blegnaijrk is, is dat de eretse en de ltaatse ltter op de jiutse patals
Nadere informatieHet lerende brein: lesbladen 1. Denkoefening Wat is volgens jou het verschil tussen de mens en (andere) dieren? Noteer hieronder kort.
Het lerende brein: lesbladen 1 Het lerende brein 1. Typisch menselijk? 1.1. Inleiding Denkoefening Wat is volgens jou het verschil tussen de mens en (andere) dieren? Noteer hieronder kort. Een klein foutje
Nadere informatieMinor Dyslexie Cursus 1: Inleiding Dyslexie Bijeenkomst 2
Minor Dyslexie 2016-2017 Cursus 1: Inleiding Dyslexie Bijeenkomst 2 Programma Terugblik bijeenkomst 1 Definitie dyslexie, brochure SDN Fonologisch coherentiemodel leesmethode bestuderen Mededeling: startsituatie
Nadere informatieVuistregels voor het spellingonderwijs. http://www.klascement.be/artikels/46575/
Vuistregels voor het spellingonderwijs http://www.klascement.be/artikels/46575/ Enkele constateringen Doceerlessen over de regels van het Groene Boekje. Je schrijft geen tussenletter s als het eerste deel
Nadere informatieBeelddenkers leren anders!!!! Coaching de Schildpad op eigen wijze een stap vooruit
Beelddenkers leren anders!!!! Welkom! Wat zien jullie? programma Beelddenken Ad(h)d (Hoog)begaafdheid Dyslexie Autisme Hoog sensitiviteit. Faalangstig Concentratie problemen Linker en rechterhersenhelft
Nadere informatie1 Neurolinguïstisch programmeren
1 Neurolinguïstisch programmeren Wat is NLP? U hebt vast wel eens een gesprek dat niet lekker loopt. Een goed contact tussen u en uw gesprekspartner lijkt moeizaam tot stand te komen. Na afloop hebt u
Nadere informatieInformatieve ouderavond. OBS De Brinck. 31 oktober 2012. Erik Benkers
Informatieve ouderavond OBS De Brinck 31 oktober 2012 Erik Benkers Vlgones een oznrdeeok op een Eglnese uvinretsiet mkaat het niet uit in wlkee vloogdre de ltteers in een wrood saatn. Het einge wat blegnaijrk
Nadere informatieMedicatiefouten: Voorkomen is beter dan genezen (als er tenminste nog iets te genezen is)
Medicatiefouten: Voorkomen is beter dan genezen (als er tenminste nog iets te genezen is) Reinier van Hest Ziekenhuisapotheker HagaZiekenhuis Den Haag 19 maart 2009 Indeling VMS: Veilig melden van incidenten
Nadere informatiehet Verschil tussen Motiveren en Bekeren M A R C E L K I K M A R C E L B K I G M A I L. C O M
het Verschil tussen Motiveren en Bekeren M A R C E L K I K M A R C E L B K I K @ G M A I L. C O M 06-2 9 0 7 5 9 9 7 Disclosure belangen spreker Honorarium of andere financiële vergoeding: Bedrijfsnaam:
Nadere informatieSignalering, begeleiding en behandeling van dyslexie: Protocollen Leesproblemen en Dyslexie PO - VO
Thema-avond Dyslexie Hilversum 15 juni 2011 Signalering, begeleiding en behandeling van dyslexie: Protocollen Leesproblemen en Dyslexie PO - VO Evelien Krikhaar Expertisecentrum Nederlands Masterplan Dyslexie
Nadere informatieDyslexie. Een definitie van dyslexie
Dyslexie Een definitie van dyslexie De automatisering van het lezen en foutloos schrijven van woorden ontwikkelt zich zeer onvolledig of zeer moeizaam op de basisschool. Als de school gedurende enige tijd
Nadere informatie8. Afasie [1/2] Bedenk tenminste drie verschillende problemen die je met taal zou kunnen hebben (drie soorten afasie).
8. Afasie [1/] 1 Afasie De term afasie wordt gebruikt om problemen met taal te beschrijven die het gevolg zijn van een hersenbeschadiging. Meestal is de oorzaak van afasie een beroerte. Het woord afasie
Nadere informatieSnellezen voor Professionals
Snellezen voor Professionals Bespaar tijd, verhoog je focus en onthoud meer Mark Tigchelaar Mark Tigchelaar 1 Inleiding Vroeger had ik veel moeite met lezen. Tijdens het lezen moest ik continu aan andere
Nadere informatieHet belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van
Samenvatting Het is niet eenvoudig om te leren spellen. Om een woord te kunnen spellen moet een ingewikkeld proces worden doorlopen. Als een kind een bepaald woord nooit eerder gelezen of gespeld heeft,
Nadere informatieDinsdag 13 maart 2018
Dinsdag 13 maart 2018 De belangrijkste offertetips en valkuilen op een rijtje De belangrijkste offertetips en valkuilen op een rijtje Wat is eigenlijk een offerte? Facts & Figures Vóórdat je een offerte
Nadere informatieMontessori College ROC Eindhoven
Montessori College ROC Eindhoven Protocol Dyslexie en Dyscalculie Versie: augustus 2012 1 In dit protocol wil het Montessori College in grote lijnen uiteen zetten hoe leerlingen met leerstoornissen als
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20932 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20932 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Haar, Sita Minke ter Title: Birds and babies : a comparison of the early development
Nadere informatieAlgemene Taalwetenschap. Hogeschool van Amsterdam Josefien Sweep
Algemene Taalwetenschap Hogeschool van Amsterdam Josefien Sweep Fonetiek en Fonologie Fonetiek en fonologie gaan over spraak (klanken): het gebruik van de stem om te communiceren. Spraak is het belangrijkste
Nadere informatieInhoud. Studiedag VSZ 29-10-2009 1
Studiedag VSZ 29-10-2009 1 John Vollenbroek Human Error Consultancy 1. Kennis verzamelen en verspreiden over menselijke fouten. 2. Het leren van fouten bevorderen. Consultancy Training Incidentenonderzoek
Nadere informatieTussendoelen ontwikkeling van de geletterdheid
Tussendoelen ontwikkeling van de geletterdheid 3;6 4 4;6 5 5;6 6 6,6 7 1. Beleeft zichtbaar plezier aan voorlezen, boeken en rijmpjes. 1. Beleeft zichtbaar plezier aan voorlezen, boeken en rijmpjes door
Nadere informatieKlanken 1. Tekst en spraak. Colleges en hoofdstukken. Dit college
Tekst en spraak Klanken 1 Representatie van spraak vereist representaties van gedeeltes die kleiner dan woorden zijn. spraaksynthese (tekst-naar-spraak) rijtje letters! akoestische golfvorm http://www.fluency.nl/
Nadere informatieDyslexie. Beatrijs Brand
Dyslexie Beatrijs Brand Hoe lezen wij? T s errassend oeveel ekst r emist an orden Vlgones een oznrdeeok op een Eglnese uvinretsiet mkaat het neit uit in wlkee vloogdre de lttres in een wrood saatn (c)
Nadere informatieSpeaking of Reading. The Role of Basic Auditory and Speech Processing in the Manifestation of Dyslexia in Children at Familial Risk B.E.
Speaking of Reading. The Role of Basic Auditory and Speech Processing in the Manifestation of Dyslexia in Children at Familial Risk B.E. Hakvoort Samenvatting Dyslexie komt voor bij ongeveer 3 tot 10%
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/44267 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Spierings, M.J. Title: The music of language : exploring grammar, prosody and
Nadere informatieKijk eens in het brein!
Kijk eens in het brein! Hersenen en taal Hersenen als onderzoeksdomein Cognitief proces als onderzoeksdomein bouwstenen, chemie anatomie localisatie functies fasen en verloop cognitief proces neurale representatie
Nadere informatieStuur- en werkgroep dyslexie Walcheren Informatiebulletin nr. 3; juni 2010
Stuur- en werkgroep dyslexie Walcheren Informatiebulletin nr. 3; juni 2010 Bron: Lectrr.be;Comic House Ook een rivier begint met de eerste druppel Wat waren de highlights uit het afstemmingsdocument Ernstige
Nadere informatievan delen tot het geheel. Hij kan bijvoorbeeld zijn kleding binnenstebuiten aantrekken, of zijn kopje naast de tafel zetten.
Afasie Als iemand een beroerte krijgt gebeurt dat bijna altijd plotseling. De schok is groot. Men heeft zich niet kunnen voorbereiden en men weet niet wat hen overkomt. Het dagelijkse leven wordt verstoord.
Nadere informatieHersenen en woorden in verbinding
Hersenen en woorden in verbinding Dolf Janson Over verschillen tussen leren lezen en leren spellen. Welke rol spelen de hersenen bij het leren lezen en leren spellen? Dit artikel bespreekt de overeenkomsten
Nadere informatieLeeratelier: Snellezen
Leeratelier: Snellezen Snellezen, waarom? Situering binnen het actief leren Snellezen, de theorie Snellezen, praktisch! Raming hoeveelheid geschreven informatie, per blok (louter professioneel ) Blokboek
Nadere informatie1. Ziet de kleine verschillen. tussen letters/cijfers. 2. Herkent hetzelfde woord in een. 5. Kent en kan de namen van
Tussendoelen van het domein TAAL Tussendoelen Visuele Waarneming 3;6 4 4;6 5 5;6 6 6,6 1. Kan aantal details aanwijzen op een plaat. 1. Kan meerdere (10) details aanwijzen op een plaat. 1. Ziet de kleine
Nadere informatie1) Bekijk spectrogram 1. Denk niet aan wat er gezegd wordt, maar identificeer minimaal drie in het oog springende patronen in het spectrogram.
OPDRACHT 1: Stappenplan opstellen voor het lezen van spectrogrammen. NODIG: Bijgeleverde spectrogrammen (zie bijlage), potloden, schaar, plakband. 1) Bekijk spectrogram 1. Denk niet aan wat er gezegd wordt,
Nadere informatieTAAL & BREIN. Ben Maassen. Studeren met dyslexie. Taalwetenschap UMCG. Platform Taalbeleid HO 28 januari 2015
1 TAAL & BREIN Studeren met dyslexie Ben Maassen Taalwetenschap UMCG Platform Taalbeleid HO 28 januari 2015 5 Primaire Communicatie: Spreken & Spraakverstaan Mensen zijn evolutionair toegerust voor mondelinge
Nadere informatieZIN IN ZINTUIGEN? Marjon Kat, ergotherapeut
ZIN IN ZINTUIGEN? Marjon Kat, ergotherapeut Zin in zintuigen Waarnemen Sensomotorische informatieverwerking Ervaren De zintuigen Alertheid Verstoorde informatieverwerking Het kind met syndroom van down
Nadere informatieTaal en Cognitie: Een Black Box Revelation. Esli Struys WOT/WOLEC, 10 mei 2011
Taal en Cognitie: Een Black Box Revelation Esli Struys WOT/WOLEC, 10 mei 2011 Overzicht Historisch overzicht Chomsky vs Skinner Cognitieve linguïstiek Psycho/neurolinguïstiek Casus Syntaxis en het brein
Nadere informatieResearch Institute of Child Development and Education Over oude en nieuwe oorzaken van dyslexie
Research Institute of Child Development and Education Over oude en nieuwe oorzaken van dyslexie Peter F. de Jong Brussel, Juni 2014 Overzicht Belang van kennis over oorzaken Belangrijkste oorzaken Enkele
Nadere informatieWhy So Fast? An Investigation of the Cognitive and Affective Processes Underlying Succesful and Failing Development of Reading Fluency. M.H.T.
Why So Fast? An Investigation of the Cognitive and Affective Processes Underlying Succesful and Failing Development of Reading Fluency. M.H.T. Zeguers Het menselijke brein is waarschijnlijk niet uitgerust
Nadere informatieLTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 2
LTX016B05 Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis College 2 2/104 Vandaag: 3/104 Vandaag:! Algemene aspecten van de generatieve syntaxistheorie 4/104 Vandaag:! Algemene aspecten van de generatieve syntaxistheorie
Nadere informatieCommunicatie is meer dan spreken: Over communicatie met mensen met cognitieve gevolgen na niet aangeboren hersenletsel
Communicatie is meer dan spreken: Over communicatie met mensen met cognitieve gevolgen na niet aangeboren hersenletsel Communicatie en hersenletsel: begrijpen wij elkaar? September 2010 Voorstellen Vakantie
Nadere informatieLeerlijnen peuters en jonge kind (MET extra doelen) versie juli 2015. Naam leerling. Taal Beginnende geletterdheid
Leerlijnen peuters en jonge kind (MET extra doelen) versie juli 2015 Taal eginnende geletterdheid eginnende geletterdheid-stap 1 OEKORIËNTATIE: Herkent een boek en weet dat er een verhaal in staat -20--20
Nadere informatieComprehensive Aphasia Test (CAT) CAT workshop juni 2014. Evy Visch-Brink
Comprehensive Aphasia Test (CAT) CAT workshop juni 2014 Evy Visch-Brink Dutch version CAT Comprehensive Aphasia Test, 2004 Kate Swinburn, Gillian Porter, David Howard CAT-NL, 2014 Evy Visch-Brink, Dorien
Nadere informatieFlitsend Spellen en Lezen 1
Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend
Nadere informatieinhoud Voorwoord... 11 deel i: neurowetenschappen in taal en taalstoornissen... 17 Hst 1: Historisch overzicht van de afasiologie...
inhoud Voorwoord... 11 deel i: neurowetenschappen in taal en taalstoornissen... 17 Hst 1: Historisch overzicht van de afasiologie... 19 1.1. Historiek vóór 1860... 20 1.2. Broca, Wernicke en Lichtheim
Nadere informatieTaal in het Kleuterbrein EEG in de praktijk
Taal in het Kleuterbrein EEG in de praktijk Nina Davids & Judith Pijnacker - senior onderzoekers Petra van Alphen - projectleider Expertise & Innovatie, PonTeM Taal in het Kleuterbrein Waarom EEG? Wat
Nadere informatieSamenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur
Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur Hoewel kinderen die leren praten geen moeite lijken te doen om de regels van hun moedertaal
Nadere informatieVoorspellers van latere taalvaardigheid
Voorspellers van latere taalvaardigheid NVA Wintervergadering, 25-01-2013 Nienke Dijkstra Radboud Universiteit Nijmegen - Centre for Language Studies Caroline Junge Universiteit van Amsterdam Overview
Nadere informatieSAMENVATTING Het doel van dit proefschrift is drieledig. Ten eerste wordt inzicht verschaft in het gebruik van directe-rede-constructies (bijvoorbeeld Marie zei: Kom, we gaan! ) door sprekers met afasie.
Nadere informatieZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND. Leeftijd 0 tot 4 jaar
ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND Leeftijd 0 tot 4 jaar Het leren praten van uw kind gaat vaak bijna vanzelf. Toch is er heel wat voor nodig voordat uw kind goed praat. Soms gaat het niet zo vlot met
Nadere informatieFlitsend Spellen en Lezen 1
Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend
Nadere informatiePraten leer je niet vanzelf
jeugdgezondheidszorg Praten leer je niet vanzelf... hier ben ik www.icare.nl Over de spraak-taalontwikkeling van kinderen van 0-4 jaar Praten gaat niet vanzelf, praten moet je leren. Een kind leert praten
Nadere informatieBuurtkrant De Brug. Paas Editie. Of er nog wonderen zijn hoe kun je zoiets vragen kijk naar mijn tuin van leeg naar vol in amper zeven dagen
Buurtkrant De Brug Paas Editie Of er nog wonderen zijn hoe kun je zoiets vragen kijk naar mijn tuin van leeg naar vol in amper zeven dagen Jaargang 16 - Nummer 1 April 2011 Autoshop en Automaterialen B.
Nadere informatie128 SAMENVATTING continuüm van /pup/ naar /pip/. Deze klinkerreeksen werden aan 19 luisteraars aangeboden in een classificatietaak en een vier-interva
Samenvatting Aan de verwerking van het akoestische spraaksignaal tot een betekenisvolle boodschap liggen meerdere processen ten grondslag. Een van die processen is de segmentatie van het signaal in afzonderlijke
Nadere informatieCOEN TUERLINGS. directeur & ontwikkelaar. Dyslexie wordt volgens Coen verkeerd benaderd en gestigmatiseerd.
52 COEN TUERLINGS directeur & ontwikkelaar Dyslexie wordt volgens Coen verkeerd benaderd en gestigmatiseerd. Het klopt volgens hem niet dat dyslexie als een niet goed functioneren wordt gezien. (Dys =
Nadere informatieVakgroep Spraak-, Taal- en Gehoorwetenschappen
Het effect van kortdurende, intensieve logopedische therapie op articulatie en resonantie bij patiënten met een lip-, kaak- en verhemeltespleet: een pilootstudie Kim Bettens Anke Luyten Andrew Hodges George
Nadere informatieHoofdstuk 1: Taalverwerving bij kinderen
Hoofdstuk 1: Taalverwerving bij kinderen Kinderen gebruiken vaak in hun zinscontructies en toen. Uit en toen blijkt namelijk dat er een tijdsverband is tussen twee delen uit de zin. Tijdsverbanden zijn
Nadere informatieAchtergrond. Achtergrondgeluid. Afasie. Stoornissen van taalbegrip bij afasie en de invloed van liplezen erop 15 04 2010.
Achtergrond Dörte Hessler CLCG, Rijksuniversiteit Groningen d.a.hessler@rug.nl Taalperceptie = horen + zien Maar hoezo zien? In welke situaties wordt gebruik gemaakt van visuele informatie? Achtergrondgeluid
Nadere informatieTalking Heads: De Anatomie van de Taal Rik Vandenberghe. Inleiding: Taalprocessen hebben een plaats in de hersenen
Talking Heads: De Anatomie van de Taal Rik Vandenberghe Inleiding: Taalprocessen hebben een plaats in de hersenen De hypothese van het equipotentialisme, die stelt dat de hersenen op hun geheel instaan
Nadere informatieTussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling
Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling 0 1;6 2 2;6 3 3,6 4 4;6 1. Praat in één-woordzinnen ( bal? betekent bijvoorbeeld: ik wil de bal hebben). 2. Kent de betekenis van ongeveer 70 3. Kan woorden
Nadere informatieCitation for published version (APA): Schijf, G. M. (2009). Lees- en spellingvaardigheden van brugklassers Amsterdam: SCO-Kohnstamm Instituut
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Lees- en spellingvaardigheden van brugklassers Schijf, G.M. Link to publication Citation for published version (APA): Schijf, G. M. (2009). Lees- en spellingvaardigheden
Nadere informatieVroege spraak- en taalontwikkeling
Vroege spraak- en taalontwikkeling Margreet Langereis Viataal Cochleair Implant Centrum Nijmegen/Sint-Michielsgestel 17 maart 2006 Inhoud presentatie Wat is taal? Mijlpalen op gebieden van de taalontwikkeling
Nadere informatie2. Syntaxis en semantiek
2. Syntaxis en semantiek In dit hoofdstuk worden de begrippen syntaxis en semantiek behandeld. Verder gaan we in op de fouten die hierin gemaakt kunnen worden en waarom dit in de algoritmiek zo desastreus
Nadere informatieKern 6: geit-pauw-duif-ei
Kern 6: geit-pauw-duif-ei In deze kern leert uw kind Letters: g - ui - au - f - ei Woorden: geit, pauw, duif, ei Alle letters compleet In kern 6 leert uw kind de laatste nieuwe letters. Op het eind van
Nadere informatieStaat alles in het brein vast?
7 maart 2009 Staat alles in het brein vast? Rob van der Lubbe, GW-CPE Universiteit Twente Sheet 1 Goedemorgen allemaal. Welkom bij de lezing Staat alles vast in het brein?. Allereerst wil ik Toine van
Nadere informatieCONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo
Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 vmbo de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 vmbo de betekenis
Nadere informatieAuditieve oefeningen bij het thema de dierentuin
Auditieve oefeningen bij het thema de dierentuin Boek van de week: 1; Nijntje in de dierentuin 2; De dierentuin 3; 4; Verhaalbegrip: Bij elk boek stel ik de volgende vragen: Wat staat er op de voorkant
Nadere informatieWapen je tegen neuro- mythen in het onderwijs
Wapen je tegen neuro- mythen in het onderwijs Wat hersenonderzoek wel en niet kan bijdragen aan het onderwijs Dr. Sandra van Aalderen Vrije Universiteit Amsterdam/ Universiteit Twente Stellingen Je gebruikt
Nadere informatieModule 4 Efficiënt en effectief leren
Module 4 Efficiënt en effectief leren Hoofdstuk 4 Je leert efficiënt en snel lezen Inhoud 4.1 Goede leesvaardigheid Opdracht 1 Tabel leessnelheden Opdracht 2 Oefeningen leessnelheid Opdracht 3 Kleine test
Nadere informatieSpreken en Verstaan: Inleiding Fonetiek
2011-2012, blok 2 Spreken en Verstaan: Inleiding Fonetiek werkcollege 10: functies van prosodie prosodie C est le ton qui fait la musique. It s not what you say, it s how you say it. prosodie resulteert
Nadere informatieFonemisch Bewustzijn
Fonemisch Bewustzijn Ellen van der Veen Welkom en Agenda 1. Introductie 2. Fonemisch Bewustzijn 3. Vragen en praktijkervaringen Doelstellingen van vandaag 1. De deelnemers kennen de begrippen taalbewustzijn,
Nadere informatieWelkomst BridgeJournaal Hotel Jan van Scorel
Welkomst BridgeJournaal Hartelijk welkom namens de directie en medewerkenden van Fletcher hier te Schoorl. Samen met jullie ( we kunnen het niet alleen ) willen we er een paar mooie dagen van maken. Straks
Nadere informatieFonologie. inleiding taalkunde 2012/13 30 mei 2013
Fonologie inleiding taalkunde 2012/13 30 mei 2013 Tekst en spraak Representatie van spraak vereist representaties van gedeeltes die kleiner dan woorden zijn. spraaksynthese (tekst-naar-spraak) rijtje letters
Nadere informatieFlitsend Spellen en Lezen 1
Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend
Nadere informatieEducatief Professioneel (EDUP) - C1
Educatief Professioneel (EDUP) - C1 Voor wie? Voor hogeropgeleide volwassenen (18+) die willen functioneren in een uitdagende kennis- of communicatiegerichte functie: in het hoger onderwijs, als docent
Nadere informatieDe rol van orthografisch leren en seriële orde verwerking bij dyslexie. Eva Staels
De rol van orthografisch leren en seriële orde verwerking bij dyslexie Eva Staels 1 Verklarende theorieën Specificiteitsparadox Specifiek Algemeen Pag. 2 Verklarende theorieën Specifiek Achterliggend defect
Nadere informatieHoe leer ik uit... Naam: Klas:
Hoe leer ik uit... Naam: Klas: 1 Inhoud Woorden... 3 Flashcards... 3 Opschrijven... 3 WRTS... 3 Tekenen... 4 Stones... 5 Flashcards Opschrijven - WRTS... 5 Het thema van de Stone... 5 Stukjes combineren...
Nadere informatieHet oog als zintuig en de osteopatische benadering van visus problemen bij het paard
Het oog als zintuig en de osteopatische benadering van visus problemen bij het paard Anita Voskamp 2012 Hoe ziet een paard In dit hoofdstuk leg ik uit hoe de visus van het paard werkt. Voor ons mensen
Nadere informatieOplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)
Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS) Stel dat dat (te grote wonder) gebeurt, ik betwijfel of dat zal gebeuren, maar stel je voor dat, wat zou je dan doen dat je nu niet doet? (p36)
Nadere informatieLAST VAN DYSLEXIE? Hoe ga je te werk? EGES, vragenlijst dyslexieonderzoek VO-MBO-HBO kopieerblad 1
EGES, vragenlijst dyslexieonderzoek VO-MBO-HBO kopieerblad 1 LAST VAN DYSLEXIE? Dyslexie is een (meestal aangeboren) stoornis in de (taal-)informatieverwerking. Het komt veel meer voor dan vaak wordt verondersteld.
Nadere informatieOmgaan met een taalstoornis bij hersenbeschadiging
Logopedie Omgaan met een taalstoornis bij hersenbeschadiging www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl LOG007 / Omgaan met een taalstoornis bij hersenbeschadiging
Nadere informatieBijlage 14 Registratie- en planningsformulier gehele groep
Bijlage 14 Registratie- en planningsformulier gehele groep Toelichting In de kolom aanbieding vult u de datum in waarop u de activiteit aan de gehele groep heeft aangeboden. U hoeft dit dan niet bij iedere
Nadere informatieL e t s g e t P h y s i c a l
L e t s g e t P h y s i c a l I n h o u d s o p g a v e 2 6-7 4-5 4-5 8-9 10-11 12-13 12-13 3 4 Horen werkw.uitspraak: [hore(n)] Verbuigingen: hoorde (verl.tijd ) Verbuigingen: heeft gehoord (volt.deelw.)
Nadere informatieDownloaded from UvA-DARE, the institutional repository of the University of Amsterdam (UvA) http://hdl.handle.net/11245/2.62578
Downloaded from UvA-DARE, the institutional repository of the University of Amsterdam (UvA) http://hdl.handle.net/11245/2.62578 File ID Filename Version uvapub:62578 Belangrijke begrippen final SOURCE
Nadere informatieCijfers en letters. Zelfstandig spelen. Ontmoeten
Cijfers en letters Zelfstandig spelen Schrijfhoekje: ( MO ) 45 kleinmotorisch bewegen Met allerlei schrijfmaterialen experimenteren op verschillende soorten papier < een juiste pengreep nadoen bij het
Nadere informatieHANDLEIDING EUROGLOT TRANSLATOR MODULE
Linguistic Systems BV - Euroglot 2013 Leo Konst Handleiding voor het gebruik van de Euroglot Translator vertaalmodule. Euroglot Translator is een nieuw product in de Euroglot reeks, dat de Euroglot Professional
Nadere informatieA1 A2 B1 B2 C1. betrekking op concrete betrekking op abstracte, complexe, onbekende vertrouwde
Luisteren - kwalitatieve niveaucriteria en zinsbouw tempo en articulatie Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben o.a. betrekking op zeer betrekking op betrekking op betrekking
Nadere informatieDe digitale alfabetiseringsdocent en de autonome Alfa-leerder
BVNT2 2016 De digitale alfabetiseringsdocent en de autonome Alfa-leerder diglin.eu Jan Deutekom (j.deutekom@fcroc.nl) Ineke van de Craats (i.v.d.craats@let.ru.nl) Waar hebben we het over vandaag? Ervaringen
Nadere informatieOriëntatie Kunstmatige Intelligentie. Taalverwerving
Oriëntatie Kunstmatige Intelligentie Taalverwerving Taalverwervingsparadox Het leren van een taal: Makkelijk voor kinderen Maar moeilijk voor volwassenen en computers Hoe leren kinderen hun moedertaal?
Nadere informatie1) Bekijk spectrogram 1. Denk niet aan wat er gezegd wordt, maar identificeer minimaal drie in het oog springende patronen in het spectrogram.
OPDRACHT 1: Stappenplan opstellen voor het lezen van spectrogrammen. NODIG: Bijgeleverde spectrogrammen (zie bijlage), potloden, schaar, plakband. 1) Bekijk spectrogram 1. Denk niet aan wat er gezegd wordt,
Nadere informatieHoe begeleid ik mijn kind effectief bij het leren?
STUDIEBEGELEIDING AMSTELVEEN Hoe begeleid ik mijn kind effectief bij het leren? Geef een kind een vis en je geeft het voedsel voor één dag, Leer een kind vissen en het zal zich voeden zijn leven lang.
Nadere informatie4 Gedrag. 4.2 Aapt een aap echt na? 4.4 Hoe leven dieren samen in een groep? 4.1 Opdrachten 1-24. 4.2 Opdrachten 1-20. 4.
4 Gedrag DO-IT Datum 4.2 Aapt een aap echt na? 4.4 Hoe leven dieren samen in een groep? PARAGRAFEN Datum 4.1 Opdrachten 1-24 4.2 Opdrachten 1-20 4.3 Opdrachten 1-16 4.4 Opdrachten 1-16 Samenvatten Test
Nadere informatieSpreken Wat is een dysartrie?
Dysartrie 2 Dysartrie is de algemene term voor een motorische spraakstoornis als gevolg van neurologische problematiek. Deze folder is bedoeld voor patiënten met een dysartrie en hun omgeving. Er staat
Nadere informatieCentrale Medicatiefouten Registratie CMR
Centrale Medicatiefouten Registratie CMR Hayo Graatsma Ziekenhuisapotheker Apotheek Haagse Ziekenhuizen 27/11/2008 TRIP 1 Indeling presentatie Ned. Ver. van Ziekenhuis Apothekers Apotheek Haagse Ziekenhuizen
Nadere informatie1. Van taal naar taalwetenschap
1. Van taal naar taalwetenschap Opdracht 1.1 Vraag: Ga voor jezelf na hoe de verkleinwoorden van Nederlandse zelfstandige naamwoorden worden gevormd (dus: huis huisje, enzovoorts) en probeer zo de onbewuste,
Nadere informatie