EFFECTEN VAN HET MEERJAREN ONTWIKKELINGSPLAN 2001 t/m 2005

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "EFFECTEN VAN HET MEERJAREN ONTWIKKELINGSPLAN 2001 t/m 2005"

Transcriptie

1 EFFECTEN VAN HET MEERJAREN ONTWIKKELINGSPLAN 2001 t/m 2005 De maatregelen opgenomen in het onderliggende Meerjaren Ontwikkelingsplan zijn gericht op het bereiken van welvaartsverhoging in een sociaal rechtvaardigere samenleving. De verwachte positieve economische groei weerspiegeld in de prognose van onderstaande macro-economische indicatoren, zal dan ook zijn weerslag hebben in de sociaalmaatschappelijke ontwikkeling van het land, die tot uitdrukking dient te komen in de maatschappelijke indicatoren van ontwikkeling. Het streven is erop gericht de negatieve trend waar nodig te keren en minimaal het niveau van 1995 te realiseren. Waar reeds een positieve ontwikkeling is waar te nemen, zal getracht worden deze voort te zetten. Door tussentijdse regelmatige monitoring zullen afwijkingen van de geprojecteerde trend worden opgespoord, zodat tijdig maatregelen getroffen kunnen worden om de beoogde doelen te bereiken. In de tabellen 1 t/m 3 worden gepresenteerd: de sociaal-maatschappelijke ontwikkeling van geselecteerde demografische, sociale, maatschappelijke en macro-economische indicatoren van de voorgaande perioden en , evenals de toekomstige ontwikkelingen en doelen voor 2005, gepresenteerd als projecties, prognoses en streefcijfers. Door de verwachte groei in BBP en de toenemende investeringen zal de werkgelegenheid toenemen met als gevolg een daling van het werkloosheidscijfer. De arbeidsparticipatieratio zal hierdoor positief worden beïnvloed. De afname van het inflatiecijfer zal de koopkracht van de bevolking verbeteren. Deze positieve ontwikkelingen zullen het armoedepercentage doen afnemen. Door de uitvoering van samenhangende sociaal-economische en politiekbestuurlijke beleidsmaatregelen gericht op duurzame ontwikkeling en welvaartsverhoging via investering in menselijke hulpbronnen, is het te verwachten dat armoede in 2005 tot de helft zal zijn teruggebracht. 5

2 Macro- economische effecten Uit tabel 1 is af te leiden hoe de economische ontwikkeling is geweest in de periode Verkeerd economisch beleid in de afgelopen jaren is de oorzaak van de neergaande trend in de economie van Suriname. Een afnemende groei wordt geconstateerd in bijkans alle sectoren. Het reële BBP daalde met ca. 10 % tussen 1999 en De overheidsbegroting is onevenwichtig en in de periode zijn de overheidsbestedingen veel groter geweest dan de inkomsten. Het tekort op de begroting, uitgedrukt in percentages van het BBP, nam in de periode toe van respectievelijk 4% naar 13 %. In 2000 bedroeg het tekort bijkans SRG 141 miljard. De monetaire indicator liquiditeitenmassa in ruime zin 1, vertoonde een gemiddelde jaarlijkse groei van ca. 31%; in 2000 is de groei t.o.v zelfs meer dan verdubbeld: 78%. In deze periode is er zwaar monetair gefinancierd om de overheidsbestedingen te kunnen dekken. Als gevolg van de geldschepping en de afnemende monetaire reserves is zowel de officiële als de parallelmarktkoers gedeprecieerd en is de inflatie toegenomen. De inflatie bedroeg in 1999 en 2000 respectievelijk 98.8% en 59.1%. Het saldo op de lopende rekening van de betalingsbalans, uitgedrukt in percentages van het BBP (incl. Informele sector) is negatief. Deze daling is het gevolg van overbesteding alsmede een overgewaardeerde wisselkoers. De daling van de wereldmarktprijzen van de belangrijkste exportproducten, zoals aluinaarde, aardolie, rijst en bacoven, heeft de handelsbalans verder verslechterd in de afgelopen periode, waardoor de monetaire reserves onder druk kwamen te staan. Was de mutatie in monetaire reserve in 1996 nog ca. 7 mln. USD, in 1999 en 2000 bedroeg deze respectievelijk 87.9 mln USD en 7.5 mln. USD. 1 Zie onder de tabel de componenten van liquiditeitenmassa in ruime zin", ook wel M2 6

3 Tabel 1 Enkele macro-economische indicatoren in de periode Reële groei productie en inkomen per capita: BBPmp (inclusief informele sector) in prijzen, in mln SRG Groei BBPmp in % (inclusief informele sector) 11.2% 7.2% 4.1% 5.0% -5.5% 1.9% BBPmp per capita (incl. informele sector) in prijzen x1000 SRG 4046 Overheidsfinanciën: in mld SRG Ontvangsten en schenkingen Lopende ontvangsten Uitgaven en netto leningen Lopende uitgaven Saldo Lopende dienst Saldo totale Rekening Financiering Centrale Bank(netto) Extern(netto) Overig Betalingsbalans: Export goederen op transactiebasis in mln USD Import goederen op transactiebasis in mln USD Saldo Lopende Rek. Betalingsbalans in mln. USD Saldo kapitaalrekening in mln. USD Saldo totale rek. Betalingsbalans op kasbasis in mln. USD. Mutatie monetaire reserve (in mln USD) Dekkingsgraad monetaire reserve in aant. mnd. import * Monetaire en financiële sector: Binnenlandse liquiditeiten (in ruime zin)**. In % Gemiddelde nominale krediet (debet rente) in % 34.9% 28.8% 25.7% 28.5% 28.8% -- Gemiddelde reële krediet (debet rente) in % 33.3% 9.7% 2.3% -39.6% -29.4% -- Wisselkoers en inflatie: Gemiddelde officiële wisselkoers SRG /USD (aankoopkoers) Gemiddelde parallelmarkt wisselkoers SRG /USD (aankoopkoers) Inflatiepercentage (jaargemiddelde) -0,7 7,1 19,0 98, Staatsschuld: Buitenlandse Staatsschuld in mln. USD. 145,3 148,4 204,8 257, Bron: IMF,SPS, CBvS, Min. van Financiën, ABS, *Dekkingsgraad monetaire reserve in aantal mnd. import van goederen en diensten; **Hieronder vallen: chartaal en giraal geld, lange - en kortetermijndeposito s, spaardeposito s en vreemdevalutadeposito s van ingezetenen. 7

4 Tabel 2 Macro-economische indicatoren : Prognoses Bevolkingsomvang Bruto Binnenlands Produkt BBPmp in 1980 prijzen in mln SRG Inclusief informele sector BBPmp in 1980 prijzen in mln SRG* BBPmp in 1980 prijzen in mln USD Incl. informelesector BBPmp in 1980 prijzen in mln USD* BBP per capita in USD * BBP per capita in USD incl. Informele Sector Jaar mutaties BBPmp in 1980 prijzen (inclusief informele sector) Inflatie (gemiddelde per jaar) Nationale Rekeningen (in % v/h BBP exclusief de informele sector) Bruto binnenlandse Investeringen Private sector Publieke sector Bruto binnenlandse besparingen Centrale Overheid( in % v/h BBP inclusief informele sector) Ontvangsten en schenkingen Lopende ontvangsten Schenkingen Uitgaven en netto leningen Lopende uitgaven Kapitaal uitgaven Saldo totale rekening Financiering Binnenland Extern Monetair (in % jaar mutatie) Liquiditeitenmassa in ruime zin (M2) Betalingsbalans Lopende Rekening in mln USD Lopende Rekening in % van BBP(incl. Inform.sector) Goederenexport transactiebasis in % van BBP Goederenimport transactiebasis in % van BBP Buitenlandse schuld in mln.usd Mutatie in de monetaire reserve in mln. USD Monetaire reserve ( in mnden import) Bron: IMF,SPS : * exclusief de informele sector De cursieve tekst is na behandeling van het MOP in DNA ingevoerd(5/12/2001) 8

5 Na het aantreden van de huidige Regering is een aantal maatregelen getroffen als aanzet om orde op zaken te stellen. In oktober 2000 is de officiële koers gedevalueerd van SRG 1162/USD naar SRG 2200/USD, (ca. 88%). De tarieven voor nutsvoorzieningen zijn verhoogd en in de belastingsfeer is ook een aantal maatregelen getroffen. De accijnzen zijn verhoogd, de belastingvrije som is opgetrokken en de belastingschijven en -percentages zijn aangepast. Macro-economische vooruitzichten voor Op basis van projecties zijn in tabel 2 de prognoses voor enkele macro-economische indicatoren gepresenteerd voor de periode Voor het jaar 2001 wordt verwacht dat het Bruto Binnenlands Product met 2 % zal groeien, mede als gevolg van de groei in de mijnbouwsector en herstel van de dienstverlening in de financiële sector. Ook in de aardoliesector en de verwerkingsindustrie is een positieve groei te verwachten. De bauxietbedrijven voorspellen een groei van de aluinaardeproductie van 2%. Er wordt voor dat jaar niet veel verwacht van de agrarische sector, gegeven de wereldmarktprijzen en de gebrekkige infrastructuur. Het wordt daarom belangrijk geacht dat op middellange termijn overige productiesectoren verder worden ontwikkeld en dat de grote afhankelijkheid van de bauxietindustrie afneemt. Verder wordt er vanuit gegaan dat het tekort op de lopende rekening zal afnemen tot USD 113 mln in 2001, met als assumptie dat de Overheid ca. USD 110 mln kan lenen middels het inzetten van de Garantiemiddelen uit de Verdragsrelatie met Nederland. Bij de middellange termijn projecties wordt verondersteld dat de beleidsmaatregelen als resultaat hebben dat er een grote aanpassing plaatsvindt binnen de begroting, dat de aluinaardeprijzen op de wereldmarkt met 2 % per jaar stijgen, en het volume eveneens met 2% stijgt. De aardolieprijzen blijven op het huidige niveau en de productie stijgt jaarlijks met 10%. Ook wordt verondersteld dat de schenkingen en directe buitenlandse investeringen zullen toenemen. De buitenlandse leningen zullen vermeden worden, tenzij die door de Garantiemiddelen worden gedekt. Het gevolg zal zijn dat de hoge rentes zullen dalen. De monetaire reserve in maanden van importen uitgedrukt, neemt toe tot 3 maanden in De tabel laat zien dat de economie een groei vertoont van ca. 3% per jaar, de inflatie afneemt vanaf 2002 en de binnenlandse investeringen toenemen gedurende deze periode. De verbeterde vooruitzichten zijn mede het gevolg van de stabilisatie van de economie, waardoor zowel nationale als buitenlandse investeerders zullen worden aangetrokken en de 9

6 private investeringen navenant zullen toenemen van 13.8% in 2001 tot 15.5 % in Op termijn zal de hervorming van de financiële sector de efficiency vergroten van de private investeringen, die gefinancierd zullen worden door het bancaire systeem. De privatisering van de minst efficiënte staatsbedrijven zal de productiviteit van hun activa vergroten. Hogere niveaus van meer productieve investeringen en financiële stabiliteit zullen het groeicijfer verder doen toenemen. Het BBPmp zal in de periode stijgen en in % bedragen.ook het per capita inkomen zal toenemen van USD 2248 in 2001 tot USD 2465 in Sociaal-maatschappelijke effecten De maatschappelijke doelen van het ontwikkelingsbeleid zijn geformuleerd in de indicatoren van tabel 3. De streefcijfers zijn voornamelijk vastgesteld op basis van voorgaande trends en de haalbaarheid voor een periode van vijf jaren. De gekozen indicatoren zijn beperkt tot de onderstaande : demografische indicatoren die als referentie dienen voor de nagestreefde gekwantificeerde maatschappelijke doelen; indicatoren die internationaal gehanteerd worden voor de berekening van de Human Development Index (HDI), t.w. per capita inkomen, onderwijsparticipatieratio, levensverwachting bij de geboorte en alfabetisme; indicatoren die belangrijk zijn, omdat zij de effecten van meerdere sociaal-economische factoren in zich bergen (b.v. zuigelingensterfte) en/of deze beïnvloeden, waaronder HIV/Aids- incidentie en het armoedecijfer. Demografische indicatoren De gehanteerde data voor demografische basisindicatoren zoals omvang, samenstelling en groei van de bevolking zijn voornamelijk cijfers uit conventionele projecties voor 2005 gebaseerd op de veronderstelling dat het bevolkingsbeleid voor de komende vijf jaren niet drastisch zal worden gewijzigd. 10

7 Tabel 3 Sociaal- maatschappelijke indicatoren van ontwikkeling (Projecties/ Streefcijfers) Bevolking Bevolkingsomvang Bevolkingsgroei % per jaar Bevolkingssamenstelling (%) en ouder (1980) (1995) Urbane bevolking (% totale bevolking) Gezondheidsindicatoren Gem. Levensverwachting (m), 67(vr) 68(m), 73(vr) Ruw geboortecijfer per 1000 bevolking 29,2 22,8 22,8 Ruw sterftecijfer per 1000 bevolking 7,1 6,6 6,6 Zuigelingen sterfte (per levendgeborenen) Moedersterfte (per levendgeborenen) % (1980) HIV/Aids (totaal geïnfecteerden) 0 (1999) 1253 Onderwijsindicatoren Alfabetisatie % 90,8 93 (1980) 95(m),91,6(vr) Participatie ratio; GLO VOJ Alle niveaus (%) VOS Tertiair -25% (15-30 jr) 95 76(m), 82(vr) 85 Zittenblijven ratio (%) (GLO) 20 Dropout ratio (%) 26 (1980) 7 (GLO) 17 (VOJ) Maatschappelijke Indicatoren Werkloosheid % 16(1980) (GLO) 15 (VOJ) 7(m), 17(vr) Armoede % 63-50% Criminaliteit (aantal misdrijven) % Tienermoederschap ( % geboorten per jaar) 17,2 17,2 14 Arbeidsparticipatieratio (%) (m),37(vr) Gemiddeld huishoudinkomen in SRG (2000-4ekw) Inkomensverdeling (1978) (2000-4ekw) Armste 40 % verdient v/h totaal inkomen 16,7% 12,6% 20% Rijkste 20% verdient v/h totaal inkomen 42,9% 51,8% 40% Bron: SPS, CBB, ABS, Min.Volksgezondheid. M INOV, Min. Justitie en Politie, 11

8 De bevolkingsomvang nam toe van ( ) in 1972 tot ca in Van de groeicomponenten geboorte, sterfte, immigratie en emigratie, was het migratiesaldo de belangrijkste component voor de bevolkingsontwikkeling na de onafhankelijkheid. De piekjaren waren 1974,1975 en 1979,1980 toen in totaal meer dan personen het land verlieten.dit negatieve migratiesaldo, hoewel sterk gereduceerd door de instelling van de visumplicht, heeft tot 1996 de bevolkingsgroei beïnvloed en is debet geweest aan onze geringe bevolkingsgroei van nog geen 1% per jaar tot Vanaf dat jaar zien we een bevolkingsgroei van meer dan 1%. Het geboortecijfer daalde van 30 per duizend aan het begin van de jaren zeventig naar 23 per duizend aan het eind van de jaren negentig. Uit de geboortecijfers is duidelijk een geboorte- explosie in Sipaliwini en Brokopondo af te leiden. Het nationale cijfer staat op 23 per duizend, terwijl voor dit district in 1997 een geboortecijfer van 43 per duizend wordt berekend, tenzij er van een onderschatting van de bevolkingsomvang van dit district sprake is. Volgens demografen wordt met dit cijfer het biologische maximum van 45 per duizend sterk benaderd. In Suriname bereikte het algemeen sterftecijfer al in de jaren zestig vrij lage waarden, voornamelijk als gevolg van verbeterde sanitaire omstandigheden en de daarmee samenhangende daling van infectie- en besmettelijke ziekten die toen de belangrijkste doodsoorzaken waren. Daarna nam het tempo af en bleef het sterftecijfer gehandhaafd op het niveau van 6 à 7%. Er wordt niet vanuit gegaan dat met de aangegeven maatregelen in de gezondheidszorg de huidige doodsoorzaken zodanige niveaus zullen bereiken dat het sterftecijfer buiten proporties zal toenemen in De gestadige uitbreidingen van de gezondheidszorg, veilig drinkwater en sanitatie evenals kwantitatieve en kwalitatieve verbeteringen in voedselconsumptie hebben het vermogen van mensen tot een lang en gezond leven vergroot. De gemiddelde levensverwachting bij de geboorte was 64 jaar in de periode en nam toe tot 71 jaar in de periode Voor de Surinaamse vrouw is bij de geboorte de levensverwachting 74 jaar en voor de Surinaamse man 69 jaar. De landen waarmee wij ons vaak vergelijken, hebben met uitzondering van Guyana dat in 2000 met 64 jaar een niveau haalde dat wij in de zeventiger jaren hadden, een hogere levensverwachting. Onze levensverwachting is lager dan die van Trinidad en Tobago waar 12

9 men bij de geboorte een levensverwachting heeft van 74 jaar, Belize ca. 75 jaar, Jamaica ca. 75 jaar en Barbados dat met 76.4 jaar een West-Europees niveau haalt. Landen met een hoge incidentie van HIV/Aids hebben in de afgelopen jaren een snelle daling van hun gemiddelde levensverwachting moeten ervaren, waardoor de VN afnamen in de orde van 2 tot 25 jaar voor deze indicator heeft geprojecteerd. Het streven voor 2005 is het handhaven van het huidige gemiddelde niveau van 71 jaar voor Suriname. De leeftijdssamenstelling van de Surinaamse bevolking is tussen de begin jaren zeventig en eind negentiger jaren sterk gewijzigd. Het aandeel van de 0-14 jarigen dat in 1972 nog ca. 50% van de bevolking bedroeg, daalde naar 31% in Het aandeel van personen van 60jr en ouder, steeg van ca. 4% in 1972 tot 9% in Het aandeel van personen van beroepsleeftijd, de jarigen, nam toe van 45% in 1972 tot 60% in Deze ontwikkeling betekent een verkleining van de afhankelijkheidsratio of demografische druk, d.w.z. de druk van kinderen en ouderen op de bevolking van beroepsleeftijd. Deze gunstige leeftijdsstructuur, waarbij de bevolking van beroepsleeftijd (15-60 jaar) het grootst is (60% of hoger), hebben de meeste landen op het Zuid-Amerikaanse continent met ons gemeen. In 2005 zal deze arbeidsproductieve leeftijdsgroep volgens projectie 63% uitmaken van onze bevolking. Gezondheidsindicatoren Zuigelingensterfte is de sterfte van kinderen onder 1 jaar. Het zuigelingensterftecijfer dat internationaal gehanteerd wordt als een belangrijke indicator van de levensstandaard, is in de afgelopen periode zeer sterk verbeterd. De zuigelingensterfte daalde namelijk van 51 sterften per 1000 levendgeborenen in 1970 naar 28 in Vergelijken wij dit Surinaamse cijfer( 28 per 1000) met landen in de regio, dan zit Guyana met een zuigelingensterfte in 1998 van 58 gevallen per 1000 ca. tweemaal zo hoog als Suriname. Daartegenover liggen landen als Trinidad en Tobago met 16, bijna de helft van ons cijfer, Barbados (13) en Jamaica (10 ) veel lager. Moedersterfte, sterfte van vrouwen als gevolg van complicaties van de zwangerschap, is voornamelijk een probleem van arme landen: 99% van de gevallen van moederstefte in de wereld komt voor in ontwikkelingslanden. De oorzaken hangen meestal rechtstreeks samen met armoede, slechte gezondheid, ondervoeding, onwetendheid en onvoldoende toegang tot medische zorg. 13

10 In een onderzoek naar de medische gevolgen van tienerzwangerschappen, werd het landelijke cijfer voor moedersterfte in Suriname in 1987 geschat op 83 per bevallingen. De PAHO hanteert voor 1998 een moedersterftecijfer van 11 per voor Suriname. Dit cijfer hoeft geen toename te zijn als het cijfer van 1987 door sterke onderrapportage positief werd beïnvloed. Dit wordt door latere onderzoeken gesuggereerd. Maar vergelijking met landen in de regio levert de volgende resultaten: hogere moedersterftecijfers hebben Guyana (19 per levendgeborenen), Belize 14, Brazilië 16 en Jamaica 12. Van Trinidad en Tobago zijn er geen cijfers, terwijl als moedersterftecijfer van Barbados nul wordt opgegeven. Voor 2005 kan een reductie met 50% worden gerealiseerd. Terwijl onder de doodsoorzaken de chronische ziekten steeds meer de overhand krijgen ten koste van de niet-chronische ziekten, de trend van de rijke landen, blijkt dat de laatste vijf jaren de bevolking geplaagd wordt door een toename van infectieziekten, waaronder HIVinfecties (van 80 nieuwe gevallen in 1995 naar 267 nieuwe in 1999). Cumulatief zitten wij al op De focus van acties tegen de verspreiding van HIV/AIDS is gericht op de jonge bevolking. Het doel is om conform het internationale streven, ook voor Suriname tegen 2005 een reductie van 25% te realiseren van de prevalentie onder jongeren. Onderwijsindicatoren Suriname had in 1970 een alfabetismepercentage van 82 %, wat in 1997 was toegenomen tot 93%. Regionaal vergeleken is dit cijfer aan de lage kant. Voor dat jaar waren de cijfers voor Trinidad en Tobago 97.9% en Guyana 98.1% Tegenover deze postitieve ontwikkeling staat een mogelijke negatieve invloed van een generatie kinderen uit het binnenland, die in de periode in een belangrijke levensfase onderwijs heeft gemist. De kans is klein dat zij dit op oudere leeftijd inhalen, vanwege de algemene economische situatie en in het bijzonder de speciale sociale en economische omstandigheden in het binnenland. Vooral het functioneel alfabetisme wordt hiermee naar beneden getrokken. Hoge dropoutpercentages op primair onderwijsniveau voor alle delen van het land, hebben trouwens hetzelfde negatieve effect. Onderwijsparticipatie gemeten door de gecombineerde participatieratio voor primair, secundair en tertiair onderwijs was in 1997 voor vrouwen 82% en voor mannen 76%. In 1996 bedroeg het aandeel vrouwelijke studenten op tertiair niveau 57% en op secundair niveau 64%. 14

11 Zowel op het Natin als de Universiteit is het aantal studerende vrouwen in de afgelopen jaren toegenomen. Bovendien zijn technische richtingen nu ook meer dan voorheen geliefd. Maatschappelijke indicatoren Het effect van de aanzet tot genderevenwicht is al merkbaar in de jongste leeftijdscategorieën van werkenden; tegelijkertijd zal deze ontwikkeling geen marginalisatie van de jonge man mogen weerspiegelen. Salarissen naar sector en geslacht tonen aan dat over alle leeftijdsgroepen genomen het gemiddelde salaris van de vrouw in 1996, zowel in de particuliere als de overheidssector, nog beneden dat van de man lag; respectievelijk 73% voor de particuliere en 87.9% voor de overheidssector. Bekijken we salarissen per leeftijdscategorie, dan zien wij echter dat het gemiddelde salaris van de vrouw in de jongste leeftijdscategorieën 20-24jr en reeds gemiddeld respectievelijk 7 en 10% hoger is dan dat van de man. Ook bij de particuliere sector is reeds te zien dat de ongelijkheid in de jonge leeftijdsgroepen aan het verminderen is ten gunste van de vrouw. Het werkloosheidspercentage is de laatste tien jaar gedaald van 16% in 1980 naar 11% in Hierbij was de daling van het werkloosheidspercentage van mannen van 11.3% naar 7%, terwijl voor vrouwen het cijfer daalde van 29.5% in 1980 naar 17% in De arbeidsparticipatieratio voor beide geslachten nam toe. De gemiddelde ratio was 50% in 1980; dit betekent dat in 1980, 50% van de bevolking van beroepsleeftijd economisch actief was. De arbeidsparticipatieratio voor beide geslachten nam toe: de gemiddelde ratio was 50% in Dit betekent dat in 1980, 50% van de bevolking van beroepsleeftijd economisch actief was. Voor vrouwen nam de participatie toe van 34% in 1980 tot 37% in 1998 en bij de mannen van respectievelijk 66% naar 73%. Toch betekent het cijfer van 37% in 1998 voor de vrouwen een daling ten opzichte van 1990 toen een participatie van 48% werd gemeten. Langer genot van onderwijs van de jongere leeftijdsgroepen onder de vrouwelijke beroepsbevolking zou deze afname deels kunnen verklaren. Het percentage tienerzwangerschappen is moeilijk na te trekken, omdat we weten dat een deel eindigt in abortus. Het aantal geboorten bij moeders onder de twintig is daarom een betere maat; meer met het oog op de gevolgen dan op de ernst van dit verschijnsel. Volgens de statistieken van het CBB is het aantal geboorten bij tienermoeders tussen 1980 en 1992 in absolute termen toegenomen, maar relatief gelijk gebleven op 17% van het totaal aantal geboorten in Suriname. 15

12 Regionaal zijn er echter verschillen; in Paramaribo, Wanica en Saramacca ligt het percentage tienermoeders lager dan het nationale gemiddelde van 17% en in de rurale districten Nickerie, Coronie, Marowijne, Brokopondo en Sipaliwini ligt dit percentage met 22% gemiddeld 5 % hoger. Met de regio vergeleken staat het Surinaamse cijfer van 17% procent lager dan dat van Jamaica (23.7%),Brazilië (18.8%), Venezuela (19.9%) en hoger dan dat van Trinidad en Tobago (13.7%) en Barbados (14.1%). Surinames streefcijfer voor 2005 is een daling naar 14%. Ten aanzien van de criminaliteit vonden er in 1976 totaal 6761 misdrijven in Suriname plaats; in 1999 was dit aantal bijna verviervoudigd tot Er wordt in politiekringen vanuit gegaan dat een derde van de delicten niet aangegeven wordt. De ontwikkeling van de criminaliteit toont in deze periode een verdrievoudiging aan van het aantal vermogensdelicten, een verviervoudiging van geweldsdelicten en vernegenvoudiging van zowel overtredingen van de Opiumwet als zedenmisdrijven. Een categorie die in 1976 niet apart genoemd werd en in die in 1999 tot de derde grootste categorie was uitgegroeid, is die der verkeersdelicten, die toenam van 27 gevallen in 1996 tot 1395 in Criminaliteit is hoger onder jongeren, waardoor behalve oorzaken die ook internationaal spelen, door een toename van deze misdrijfgevoelige leeftijdscategorie in de bevolking, een stijging van de criminaliteit kan plaatsvinden. Evenzo zal veroudering van de bevolking daling van de criminaliteit tot gevolg hebben en zal grootschalige leeftijdsselectieve immigratie in het land van bestemming daar tot stijging van de criminaliteit aanleiding kunnen geven als jongeren migreren. Voor landen van onze regio blijkt dat de piek van moorden wordt bereikt als de gemiddelde leeftijd van de bevolking ca. 27 jaar is. Met onze gemiddelde leeftijd van 29.1 jaar zouden wij reeds over onze piek heen zijn. Deze correlatie impliceert echter niet dat misdrijven onherroepelijk zullen toenemen als landen in deze fase van hun demografische ontwikkeling zijn. Het betekent echter wel dat er demografische krachten zijn, die indien niet voldoende onder controle geplaatst, deze ongewenste effecten teweeg kunnen brengen, vooral als ze gecombineerd worden met een slechte macro-economische situatie of ernstige gebreken bij kerninstituten. Het streven voor 2005 is een reductie met 25% van alle delicten. 16

Demografische Data, 2004-2010. Stichting Algemeen Bureau voor de Statistiek

Demografische Data, 2004-2010. Stichting Algemeen Bureau voor de Statistiek Demografische Data, 2004-2010 Stichting Algemeen Bureau voor de Statistiek Bevolkingskarakteristieken Een schatting van de bevolking voor 2010: 531.170 zielen waarvan: Paramaribo 265.953; Wanica: 95.125

Nadere informatie

Debt Sustainability Analysis (DSA)

Debt Sustainability Analysis (DSA) BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD Suriname Debt Management Office Debt Sustainability Analysis (DSA) Een analyse naar de kwetsbaarheid van de Surinaamse Staatsschuld in 2013-2017 Malty Shanti-Devi Dwarkasing

Nadere informatie

Debt Sustainability Analysis (DSA)

Debt Sustainability Analysis (DSA) BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD Suriname Debt Management Office Debt Sustainability Analysis (DSA) Een analyse naar de kwetsbaarheid van de Surinaamse Staatsschuld in 2014-2018 Malty Dwarkasing Sarajane Omouth

Nadere informatie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué Brussel, 15 september 2000 Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de

Nadere informatie

Examen HAVO. economie. tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. economie. tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen HAVO 2010 tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur economie tevens oud programma economie 1,2 Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 27 vragen. Voor dit examen zijn maximaal

Nadere informatie

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2014

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2014 BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD Suriname Debt Management Office Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2014 Sarajane Marilfa Omouth Paramaribo, juni 2015 1. Inleiding De totale

Nadere informatie

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren

Nadere informatie

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2012

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2012 BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD Suriname Debt Management Office Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2012 Een vooruitblik op de schuld, de schuldenlastbetalingen in 2013-2045

Nadere informatie

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte

Nadere informatie

Eindexamen economie havo II

Eindexamen economie havo II Opgave 1 Buitenland en overheid in de kringloop In de economische wetenschap wordt gebruikgemaakt van modellen. Een kringloopschema is een model waarmee een vereenvoudigd beeld van de economie van een

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald 7. Vaker werkloos In is de arbeidsdeelname van niet-westerse allochtonen gedaald. De arbeidsdeelname onder rs is relatief hoog, zes van de tien hebben een baan. Daarentegen werkten in slechts vier van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 400 Nota over de toestand van s Rijks Financiën Nr. 42 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Eindexamen havo economie oud programma 2012 - I

Eindexamen havo economie oud programma 2012 - I Opgave 1 Beleggingen leiden tot inkomensverschillen Aangetrokken door voorspoedige ontwikkelingen op de effectenbeurs, zijn in een land de mensen steeds meer gaan beleggen in aandelen en obligaties. Mede

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-073 13 december 2012 9.30 uur Potentiële beroepsbevolking blijft straks op peil dankzij 65-plussers Geen langdurige krimp potentiële beroepsbevolking

Nadere informatie

Persbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-27 7 februari 2002 9.30 uur Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig De reeks van jaren met een gunstige arbeidsmarkt is in 2001 voortgezet. De groei van de

Nadere informatie

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur Economische wetenschappen 1 en recht Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur 19 99 Dit examen bestaat uit 34 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven

Nadere informatie

Samenvatting Economie Toetsweek 2

Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting door E. 1301 woorden 3 december 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Economie VERKOOPWAARDE 2000 INKOOPWAARDE: (INTERMEDIAIR VERBRUIK) GRONDSTOFFEN 1100 DIENSTEN

Nadere informatie

8. Werken en werkloos zijn

8. Werken en werkloos zijn 8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,

Nadere informatie

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 havo 2000-I

Eindexamen economie 1 havo 2000-I Opgave 1 Meer mensen aan de slag Het terugdringen van de werkloosheid is in veel landen een belangrijke doelstelling van de overheid. Om dat doel te bereiken, streeft de overheid meestal naar groei van

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Tempo vergrijzing loopt op

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Tempo vergrijzing loopt op Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-083 17 december 2010 9.30 uur Tempo vergrijzing loopt op Komende 5 jaar half miljoen 65-plussers erbij Babyboomers leven jaren langer dan vooroorlogse

Nadere informatie

De effecten van demografische ontwikkelingen op het onderwijs

De effecten van demografische ontwikkelingen op het onderwijs De effecten van demografische ontwikkelingen op het onderwijs Modus Inleiding Carlien de Witt Hamer In dit artikel worden de effecten beschreven die de demografische ontwikkelingen van de periode 1997-2001

Nadere informatie

5.6 Het Nederlands hoger onderwijs in internationaal perspectief

5.6 Het Nederlands hoger onderwijs in internationaal perspectief 5.6 Het s hoger onderwijs in internationaal perspectief In de meeste landen van de is de vraag naar hoger onderwijs tussen 1995 en 2002 fors gegroeid. Ook in gaat een steeds groter deel van de bevolking

Nadere informatie

Toekomstige demografische veranderingen gemeente Groningen in een notendop

Toekomstige demografische veranderingen gemeente Groningen in een notendop VLUGSCHRIFT Bevolkingsprognose gemeente Groningen - Toekomstige demografische veranderingen gemeente Groningen in een notendop Inleiding De omvang en samenstelling van de bevolking van de gemeente Groningen

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie I

Eindexamen vwo economie I Opgave 1 1 maximumscore 1 Uit het antwoord moet blijken dat de hoogte van de arbeidsinkomensquote 0,7 / 70% is. 2 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat als b 1 daalt, het inkomen na belastingheffing

Nadere informatie

VOORSTEL STRUCTURELE WIJZIGINGEN VAN DE BEGROTINGEN

VOORSTEL STRUCTURELE WIJZIGINGEN VAN DE BEGROTINGEN VOORSTEL STRUCTURELE WIJZIGINGEN VAN DE BEGROTINGEN Paramaribo, 26 maart 2015 Inleiding Reeds vele jaren hebben we te maken met een onnauwkeurige en ondoorzichtige wijze van de opstelling en presentatie

Nadere informatie

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2015

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2015 BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD Suriname Debt Management Office Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 215 Paramaribo, mei 216 1. Inleiding Aan het eind van 215 was de totale

Nadere informatie

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 Cees Maas De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 laten geen gunstig beeld zien. De werkgelegenheid nam nog wel toe, maar de groei was veel kleiner dan in voorafgaande

Nadere informatie

Bruto binnenlands product

Bruto binnenlands product Bruto binnenlands product Binnenlands = nationaal Productie bedrijven Individuele goederen Omzet Inkoop van grond- en hulpstoffen - Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen- Netto toegevoegde waarde = Beloningen

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Zakelijk boeren 1 maximumscore 1 A, B, D, E, F, H Opmerking

Nadere informatie

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2013

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2013 BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD Suriname Debt Management Office Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2013 Een vooruitblik op de schuld, de schuldenlastbetalingen in 2014-2050

Nadere informatie

Kernprognose : tijdelijk minder geboorten

Kernprognose : tijdelijk minder geboorten Bevolkingstrends 214 Kernprognose 213 : tijdelijk minder geboorten Dit artikel verscheen eerder, op 16-12-213, als thema-artikel en webartikel op de website. Coen van Duin Lenny Stoeldraijer januari 214

Nadere informatie

HOOFDSTUK 14: OEFENINGEN

HOOFDSTUK 14: OEFENINGEN 1 HOOFDSTUK 14: OEFENINGEN 1. Antwoord met juist of fout op elk van de onderstaande beweringen. Geef telkens een korte a) Indien een Amerikaans toerist op de Grote Markt van Brussel een Deens bier drinkt,

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-085 18 december 2008 9.30 uur Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038 Nog 1 miljoen inwoners erbij, inwonertal zal harder groeien dan eerder gedacht

Nadere informatie

Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU?

Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU? Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU? Als gevolg van de wereldwijde economische en financiële crisis heeft de EU met een laag investeringsniveau te kampen. Alleen met gezamenlijke gecoördineerde

Nadere informatie

Wat als varianten in de VTV-2018

Wat als varianten in de VTV-2018 Wat als varianten in de VTV-2018 Colofon Dit is een achtergronddocument bij de Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2018. RIVM 2018 Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen op voorwaarde van bronvermelding:

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie vrijdag 16 december 2016 B / 12 2016 NGO-ENS B / 12 Opgave

Nadere informatie

HAAGSE MONITOR RECESSIECIJFERS januari 2010

HAAGSE MONITOR RECESSIECIJFERS januari 2010 Pagina // Bijlage HAAGSE MONITOR RECESSIECIJFERS uari Deze monitor geeft zowel prognoses als gerealiseerde cijfers weer. Het vaststellen van gerealiseerde cijfers kost tijd, maar worden, zodra deze bekend

Nadere informatie

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten CPB Notitie Datum : 7 april 2004 Aan : Projectdirectie Administratieve Lasten Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten 1 Inleiding Het kabinet heeft in het regeerakkoord het

Nadere informatie

Overzicht van de presentatie

Overzicht van de presentatie ALGEMEEN BUREAU VOOR DE STATISTIEK - SURINAME Definitieve Resultaten Achtste Algemene Volkstelling (Vol. II) IWAN A. SNO, Directeur ABS 11-12-13 (11 December 2013) Royal Ballroom Torarica Overzicht van

Nadere informatie

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 7 e editie. Opzet en inhoud

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 7 e editie. Opzet en inhoud 7 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de zevende editie van de Economische Monitor en presenteert recente economische ontwikkelingen van als regio en de vier gemeenten.

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)

Nadere informatie

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2 Hans Langenberg In het tweede kwartaal van 2005 vond voor het eerst in twee jaar geen verdere daling plaats van het aantal banen. Ook is de werkloosheid gestabiliseerd. Wel was er een stagnatie in de toename

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2004-I

Eindexamen economie 1-2 havo 2004-I 4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord

Nadere informatie

dem Nieuwe EU-lidstaten vergrijzen het sterkst ROB VAN DER ERF inhoud

dem Nieuwe EU-lidstaten vergrijzen het sterkst ROB VAN DER ERF inhoud dem s Jaargang 24 Augustus 8 ISSN 169-1473 Een uitgave van het s Interdisciplinair Demografisch Instituut Bulletin over Bevolking en Samenleving 7 inhoud 1 Nieuwe EU-lidstaten vergrijzen het sterkst 5

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 9 december 2013 pagina 1 Inleiding Door de uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis is het duidelijk geworden dat

Nadere informatie

jul/09 mei/09 jun/09 sep/09 sep/08 jan/09 feb/09 mrt/09 jun/09 aug/09 sep/09 aug/09

jul/09 mei/09 jun/09 sep/09 sep/08 jan/09 feb/09 mrt/09 jun/09 aug/09 sep/09 aug/09 HAAGSE MONITOR ECONOMISCHE RECESSIE 7 Deze monitor geeft zowel prognoses als gerealiseerde cijfers weer. Het vaststellen van gerealiseerde cijfers kost tijd, maar worden, zodra deze bekend zijn, in de

Nadere informatie

Examen HAVO. Economie 1

Examen HAVO. Economie 1 Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 8 december 2014 pagina 1 Inleiding De uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis hebben grote macro-economische onevenwichtigheden

Nadere informatie

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog Publicatiedatum CBS-website Centraal Bureau voor de Statistiek 9 december 25 Beleggingen institutionele beleggers in 24 met 8,1 procent omhoog drs. J.L. Gebraad Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

Eindexamen economie havo II

Eindexamen economie havo II Opgave 1 Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. 1 Voorbeeld van een juist antwoord: Een antwoord waaruit blijkt dat

Nadere informatie

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt Tussen maart en mei is het aantal mensen met een baan met gemiddeld 6 duizend per maand gestegen. De stijging is volledig aan vrouwen toe te schrijven. Het

Nadere informatie

Groep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115

Groep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115 Samenvatting door M. 1480 woorden 6 januari 2014 7,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Tijd is geld De ECB leent geld uit aan de banken. Ze rekenen daar reporente voor. Banken

Nadere informatie

Regionale economische vooruitzichten 2014-2019

Regionale economische vooruitzichten 2014-2019 2014/6 Regionale economische vooruitzichten 2014-2019 Dirk Hoorelbeke D/2014/3241/218 Samenvatting Dit artikel geeft een bondig overzicht van enkele resultaten uit de nieuwe Regionale economische vooruitzichten

Nadere informatie

Bevolkingsprognose Nieuwegein 2011

Bevolkingsprognose Nieuwegein 2011 Postbus 1 3430 AA Bezoekadres Martinbaan 2 3439 NN www.nieuwegein.nl Communicatie, Juridische & Personeelszaken Bevolkingsprognose Nieuwegein 2011 Raadsnummer Datum 7 mei 2012 Auteur Tineke Brouwers Versie

Nadere informatie

bruto inkomen (per persoon)

bruto inkomen (per persoon) Opgave 1 Lorenzcurve en economische kringloop Definities: Bruto inkomen Loon/pensioen, interest, winst/dividend, huur/pacht Netto inkomen Bruto inkomen inkomstenbelasting (IB) Netto besteedbaar inkomen

Nadere informatie

Uitdagingen voor de sociale zekerheid vanuit een macro-economisch perspectief

Uitdagingen voor de sociale zekerheid vanuit een macro-economisch perspectief Uitdagingen voor de sociale zekerheid vanuit een macro-economisch perspectief LBC-NVK en ACV West-Vlaanderen, lezingen over de toekomst van onze sociale zekerheid Kortrijk, 9 november 2017 Jan Smets, Gouverneur

Nadere informatie

2. Groei allochtone bevolking fors minder

2. Groei allochtone bevolking fors minder 2. Groei allochtone bevolking fors minder In 23 is het aantal niet-westerse allochtonen met 46 duizend personen toegenomen, 19 duizend minder dan een jaar eerder. De verminderde groei vond vooral plaats

Nadere informatie

Examen HAVO. economie. tijdvak 1 woensdag 16 mei 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. economie. tijdvak 1 woensdag 16 mei 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen HAVO 2012 tijdvak 1 woensdag 16 mei 13.30-16.00 uur oud programma economie Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 28 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 60 punten te behalen.

Nadere informatie

Opdracht 1 Macro-economie [30p]

Opdracht 1 Macro-economie [30p] Opdracht 1 Macro-economie [30p] De effectieve vraag van land Angeloziё bestaat uit de voorgenomen consumptie van de gezinnen en de voorgenomen investeringen van de bedrijven. In dit land was het Bruto

Nadere informatie

Hoofdstuk 27 Landenrisico

Hoofdstuk 27 Landenrisico Hoofdstuk 7 Landenrisico Open vragen 7. Het IMF verdeelt de wereldeconomie in industrielanden, opkomende industrielanden en ontwikkelingslanden. Binnen de opkomende industrielanden en ontwikkelingslanden

Nadere informatie

Economische conjunctuur

Economische conjunctuur Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. Ontstaat door veel vraag naar producten Trend (Gemiddelde groei over groot aantal jaren) laagconjunctuur

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie 2014-I

Eindexamen vwo economie 2014-I Opgave 1 1 maximumscore 2 De kredietcrisis in de VS leidt ertoe dat Nederlandse banken verlies lijden op hun beleggingen in de VS en daardoor minder makkelijk krediet verstrekken aan bedrijven. Hierdoor

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting door een scholier 1286 woorden 9 januari 2013 6,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 Personele inkomensverdeling

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 1 Hoe verdelen we de zorgkosten? 1 maximumscore 2 Stel het bbp op 100 en het totaal van de zorgkosten op 9 9 1,035 24 = 9 2,283328 = 20,55 1 100 1,0132 24 = 136,99 20,55 136,99 100% = 15% (en dat

Nadere informatie

Macro-economisch scorebord 2015K4

Macro-economisch scorebord 2015K4 Macro-economisch scorebord 2015K4 Saldo lopende rekening als % bbp Netto extern vermogen als % bbp Reële effectieve wisselkoers (36 handelspartners) 3-jaars voortschrijdend gemiddelde 3-jaars mutatie in

Nadere informatie

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

ALGEMEEN BUREAU VOOR DE STATISTIEK - SURINAME Definitieve Resultaten Achtste Algemene Volkstelling. Districtsresultaten Volume III

ALGEMEEN BUREAU VOOR DE STATISTIEK - SURINAME Definitieve Resultaten Achtste Algemene Volkstelling. Districtsresultaten Volume III ALGEMEEN BUREAU VOOR DE STATISTIEK - SURINAME Definitieve Resultaten Achtste Algemene Volkstelling IWAN A. SNO, Directeur ABS / NCO MAROWIJNE BROKOPONDO SIPALIWINI POPULATIE: 15,909 OPPERVLAKTE: 7,364

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 13 april 2015 pagina 1 Inleiding De uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis hebben grote macro-economische onevenwichtigheden

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens?

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? 8.1 Waarom handel met het buitenland? Importeren = het kopen van goederen en diensten uit het buitenland. Waarom? -Goedkoper of van betere kwaliteit -Bepaalde

Nadere informatie

UNIFORM EINDEXAMEN VWO 2015

UNIFORM EINDEXAMEN VWO 2015 MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM EINDEXAMEN VWO 2015 VAK : ECONOMIE 1 DATUM : DINSDAG 16 JUNI 2015 TIJD : 07.45-10.15 UUR Aantal opgaven bij dit vak : 3 Aantal pagina s : 5; Calculator

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR

MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR CORRECTIEMODEL UNIFORM EXAMEN HAVO 2015-2016 VAK : ECONOMIE -1 DATUM : TIJD : 07.45.15 uur Aantal opgaven : 3 Aantal pagina s : 5 Opmerking: bij vragen die

Nadere informatie

Uitleg theorie AS-AD model. MEV Wat betekent AS-AD. Aggregated demand: de macro-economische vraag.

Uitleg theorie AS-AD model. MEV Wat betekent AS-AD. Aggregated demand: de macro-economische vraag. Uitleg theorie AS-AD model. Het AS-AD model is een theoretisch model over de werking van de economie. Het model is daarmee een macro-economisch model. Het model maakt sterk gebruik van het marktmodel uit

Nadere informatie

Persbericht. Huishoudens verliezen koopkracht in Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Huishoudens verliezen koopkracht in Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-112 15 juli 2004 9.30 uur Huishoudens verliezen koopkracht in 2003 In 2003 is het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens voor het eerst in tien jaar

Nadere informatie

Deze herziening heeft geleid tot de overschrijding van de binnenlandse schuld-bbp ratio s in het tweede halfjaar van 2010.

Deze herziening heeft geleid tot de overschrijding van de binnenlandse schuld-bbp ratio s in het tweede halfjaar van 2010. Het verslagjaar 2010 In het tweede halfjaar van 2010 was de binnenlandse schuld/bbp ratio continue onder druk. Dit kwam in de eerste plaats door een significante stijging van de binnenlandse schuld wat

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-II Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat

Nadere informatie

Een internationale analyse van het saldo van de lopende rekening van de betalingsbalans,

Een internationale analyse van het saldo van de lopende rekening van de betalingsbalans, Een internationale analyse van het saldo van de lopende rekening van de betalingsbalans, 2014-2015 Inleiding Lorette Ford De betalingsbalans is een overzicht van de waarde van alle transacties die in een

Nadere informatie

Bevolkingsprognose 2002 2050: anderhalf miljoen inwoners erbij

Bevolkingsprognose 2002 2050: anderhalf miljoen inwoners erbij Bevolkingsprognose 22 25: anderhalf miljoen inwoners erbij Andries de Jong Volgens de nieuwe bevolkingsprognose van het CBS zal het inwonertal van Nederland toenemen van de huidige 16,2 miljoen naar 17,7

Nadere informatie

Examen HAVO en VHBO. Economie

Examen HAVO en VHBO. Economie Economie Examen HAVO en VHBO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Vooropleiding Hoger Beroeps Onderwijs HAVO Tijdvak 2 VHBO Tijdvak 3 Dinsdag 22 juni 13.30 16.30 uur 19 99 Dit examen bestaat uit 37 vragen.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 400 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2013 Nr. 154 BRIEF

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 13

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 13 Statistisch Bulletin Jaargang 71 2015 13 26 maart 2015 Inhoud 1. Arbeid en sociale zekerheid 3 CBS: Werkloosheid gedaald door afname beroepsbevolking 3 Werkloze beroepsbevolking 1) 5 2. Inkomen en bestedingen

Nadere informatie

Werkloosheid Beschikbaar inkomen. toegenomen. Sociaal Economische Trends 2013 De Nederlandse economie

Werkloosheid Beschikbaar inkomen. toegenomen. Sociaal Economische Trends 2013 De Nederlandse economie Sociaal Economische Trends 213 De Nederlandse economie Werkloosheid 24-211 Beschikbaar inkomen Stromen huishoudens duren sinds 212 Werkloosheidsduren op basis van de Enquête toegenomen beroepsbevolking

Nadere informatie

Marktontwikkelingen varkenssector

Marktontwikkelingen varkenssector Marktontwikkelingen varkenssector 1. Inleiding In de deze nota wordt ingegaan op de marktontwikkelingen in de varkenssector in Nederland en de Europese Unie. Waar mogelijk wordt vooruitgeblikt op de te

Nadere informatie

Bevolkingsprognoses Antwerpen

Bevolkingsprognoses Antwerpen Bevolkingsprognoses Antwerpen -2030 Pieter Rotthier (BZ/SSO) Datum: 18/04/2008 Verantwoordelijke uitgever:bz/sso 2 / 73 Inhoudstafel Inhoudstafel...3 1 Inleiding: evaluatie prognose 2006-2026...4 2 Waarnemingen,

Nadere informatie

CPB Notitie. Bijstelling meerjarencijfers Inleiding. Datum : 3 juli 2003

CPB Notitie. Bijstelling meerjarencijfers Inleiding. Datum : 3 juli 2003 CPB Notitie Datum : 3 juli 2003 Bijstelling meerjarencijfers 2004-2007 1 Inleiding De analyse van het Hoofdlijnenakkoord in mei 2003 in CPB Notitie 2003/49 is gebaseerd op het voorzichtige scenario van

Nadere informatie

20.1 Wat is economische groei?!

20.1 Wat is economische groei?! 20.1 Wat is economische groei? Om te beoordelen of er geproduceerd is, moet het BBP worden gecorrigeerd voor de inflatie. BBP is de totale product door binnenlandse sectoren. We vinden dan de toename van

Nadere informatie

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 6 (6 vragen van 3 punten = 18 punten)

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 6 (6 vragen van 3 punten = 18 punten) VERSIE 1 DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 6 (6 vragen van 3 punten = 18 punten) 1. Zijn de volgende stellingen waar of niet waar? I. Voorraadinvesteringen kunnen negatief

Nadere informatie

Eindexamen economie havo II

Eindexamen economie havo II Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 import: 250 + 29 + 139 + 415 460

Nadere informatie

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende

Nadere informatie

Beknopte algemene informatie over Suriname

Beknopte algemene informatie over Suriname Beknopte algemene informatie over Suriname 17 maart 2016 Usha P. Adhin MEd. Hoofd Bureau Internationale Betrekkingen Ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur Locatie van Suriname - Ligt op de noordoostkust

Nadere informatie

Eindexamen havo economie oud programma I

Eindexamen havo economie oud programma I Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat mensen met een hoog

Nadere informatie

Ontwikkelingen in de werkloosheid in Amsterdam per stadsdeel tussen 1 januari 2001 en oktober 2003 (%)

Ontwikkelingen in de werkloosheid in Amsterdam per stadsdeel tussen 1 januari 2001 en oktober 2003 (%) Werkloosheid Amsterdam sterk gestegen Volgens de nieuwste cijfers van het CBS steeg de werkloosheid in Amsterdam van bijna 5% in 2002 naar 8,4% in 2003. Daarmee is de werkloosheid in Amsterdam sneller

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II 4 Antwoordmodel Opgave voorbeeld van een juiste berekening: 84.760.000 4 = 2.080 uur 63.000 2 voorbeeld van een juist antwoord: Een antwoord waaruit blijkt dat uitzendkrachten in deeltijd werken. 3 voorbeelden

Nadere informatie

Een artikel van E.E. Matos-Pereira, econoom bij de afdeling Economisch Beleid.

Een artikel van E.E. Matos-Pereira, econoom bij de afdeling Economisch Beleid. DE BETALINGSBALANS VAN ARUBA IN 2003 Een artikel van E.E. Matos-Pereira, econoom bij de afdeling Economisch Beleid. 1. Inleiding De Arubaanse betalingsbalans geeft weer de economische transacties van Aruba

Nadere informatie

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context CRB 2016-0510 SR/LVN 03.02.2016 Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context 2 CRB 2016-0510 Overzicht groei sinds 1996 Onder invloed van de conjuncturele

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 8 Overall conclusie De kredietcrisis zorgt voor een terugval van de economische bedrijvigheid in Nederland die sinds het begin van de jaren tachtig niet is voorgekomen.

Nadere informatie