HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HOOFDSTEDELIJK GEWEST"

Transcriptie

1 GEMEENSCHAPPELIJK VERSLAG BRUSSELS OBSERVATORIUM VOOR DE WERKGELEGENHEID VAN ACTIRIS SERVICE ETUDES ET STATISTIQUES VAN BRUXELLES FORMATION STUDIEDIENST VAN DE VDAB BRUSSEL IDENTIFICATIE VAN DE SECTOREN EN BEROEPEN MET TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST IN HET KADER VAN DE AANVRAAG VAN BEROEPSOPLEIDINGEN ZOALS VOORZIEN DOOR DE 6E STAATSHERVORMING MAART 2015

2 INHOUDSTAFEL INLEIDING 4 DEEL 1. SOCIODEMOGRAFISCHE EN ECONOMISCHE CONTEXT 6 1. Demografische context Toename en verjonging van de Brusselse bevolking Kwalificatieniveau van de Brusselse bevolking op arbeidsleeftijd (15-64 jaar) Kwalificatieniveau van de jonge Brusselaars Vroegtijdig afhaken en vroegtijdige schooluitval Schoolachterstand Uitdagingen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 8 2. Socio-economische context: de sectoren met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de rand Sectoren met een lagere of sterkere bezetting aan Brusselaars (Brusselse interne werkgelegenheid) Sectoren met variabele kwalificatie-eisen en met een lagere of hogere bezetting aan Brusselaars (Brusselse interne werkgelegenheid) Sectoren waarvoor Brusselaars naar ondernemingen in de twee andere gewesten pendelen De kwaliteit van de jobs De sectoren met toekomstmogelijkheden en kwalificaties (bezoldigde arbeid) Evolutie van de bezoldigde arbeid De inschakelingssectoren voor de jonge werknemers (bezoldigde arbeid) De rekruteringsbehoeften die een resultaat zijn van de vergrijzing en van de turnover (bezoldigde arbeid) De sectoren met toekomstmogelijkheden (zelfstandige arbeid) Evolutie van de zelfstandige arbeid Zelfstandige arbeid: toekomstmogelijkheden wegens de vergrijzing Samenvatting: sectoren met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en in de rand Eigenschappen van de Brusselse werkloosheid Eigenschappen van de Brusselse niet-werkende werkzoekenden (NWWZ) De rol van talen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Specifieke eigenschappen van de Brusselse jongerenwerkloosheid Het statuut van de jonge NWWZ Het geslacht Het studieniveau Verschillende uitstroom uit de werkloosheid naargelang het opleidingsniveau Situatieschets van een cohorte bij Actiris ingeschreven jongeren in Longitudinale analyse Gedifferentieerde beroepsinschakelingstrajecten: de rol van het opleidingsniveau Een meer of minder snelle en duurzame inschakeling naargelang de richting van de basisopleiding 29 A. De uitstroom uit het lager secundair onderwijs (zonder diploma secundair onderwijs) 29 B. De uitstroom uit het hoger secundair onderwijs en het leerlingschap 30 C. De uitstroom uit het hoger onderwijs Tegelijk de opleidingstrajecten en de beroepsprojecten uitdenken 32 Illustratie: Analyse van de niet-inschakeling na een beroepsopleiding voor een knelpuntberoep 34 DEEL 2. SECTORFOCUS Kleinhandel 35

3 2 Horeca Bouw 40 Illustratie: Electriciteit (Bron: Bruxelles Formation, Dossier d opportunités) Transport en logistiek Gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening Industrie 45 Illustratie: Voedingsmiddelenindustrie (Bron: Bruxelles Formation, Dossier d opportunités) 48 Illustratie: Eco-industrie (Bron: Bruxelles Formation, Dossier d opportunités) 49 DEEL 3. TYPOLOGIE VAN DE BEROEPEN Overzicht van de beroepen onder spanning (knelpuntfunctices) en de gevraagde of aantrekkelijke beroepen De beroepen onder spanning of de knelpuntfuncties Knelpuntberoepen met variabel kwalificatieniveau, typisch voor toekomstgerichte sectoren of de sectoren overkoepelend Velerlei oorzaken, maar meestal samenhangend met de eisen van de werkgevers waar de kandidaten niet aan voldoen Knelpuntberoepen: werkaanbiedingen en arbeidsreserve Knelpuntberoepen in grootstedelijk gebied en tewerkstellingsmogelijkheden voor de lagergeschoolden De meest gezochte beroepen: gevraagd of aantrekkelijk Van de kant van de werkgevers de gevraagde beroepen 57 Illustratie: Onderhoud van groene ruimten (Bron: Bruxelles Formation, Dossier d opportunités) Van de kant van de werkzoekenden de aantrekkelijke beroepen De beroepen morgen De opkomende beroepen Toekomst van de beroepen onder spanning, de veelgevraagde beroepen en de aantrekkelijke beroepen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 65 Illustrie van een domein in overgang: herstelling van voertuigen (mechaniek en carrosserie) Bron: Bruxelles Formation 66 Illustratie: Dispatcher (Bron: Bruxelles Formation, Dossier d opportunité) 66 Illustratie van een beroep op retour : Callcentermedewerker (Bron: Bruxelles Formation, Dossier d opportunité) Tabel ter samenvatting en conclusie: Toekomst van de beroepen onder spanning, de veelgevraagde beroepen en de aantrekkelijke beroepen 67 BIBLIOGRAFIE 71 BIJLAGE 73

4 Inleiding In het kader van de zesde staatshervorming kreeg het Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid van Actiris de opdracht om samen met Bruxelles Formation en VDAB Brussel een analyseverslag van de behoeften qua werkgelegenheid en opleiding op te stellen. De aanvraag ging meer bepaald om het anticiperen van de beroepen en sectoren met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest teneinde de denkoefening over de opleidingsbehoeften op middellange termijn de nodige basis te geven. De drie instellingen, Actiris, Bruxelles Formation en VDAB Brussel hebben overlegd, op voorhand een methodologie uitgewerkt voor de analyse van de verhoudingen tussen werkgelegenheid en opleiding in een dynamisch perspectief, die opbouw geeft aan een methodologie voor de anticipatie van de behoeften. Op basis daarvan heeft dit gezamenlijke verslag de analyses van het Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid, voornamelijk aan de hand van de sectoriële focussen monitoring en anticipatie 1 (sociodemografische en economische context, longitudinale en sectoriële analyses, beroepentypologie), gekruist met de analyses van de Service Etudes et Statistiques van Bruxelles Formation, aan de hand van de Dossiers d opportunités (analyses van de opleidingstrajecten, beroepen en mogelijkheden voor de ontwikkeling van opleidingen) en de analyses van VDAB Brussel (elementen in verband met de mobiliteit en de arbeidsmarkt in het grootstedelijk gebied). Dit verslag bestaat uit drie complementaire delen. Het eerste deel onderzoekt alle sociaal-demografische kenmerken van de inwoners van Brussel en de evolutie die zij doormaken. We focussen in het bijzonder op de werkzoekenden die bij Actiris zijn ingeschreven en de samenstelling van de werkgelegenheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest per grote activiteitensector (kwaliteit van de werkgelegenheid, geografische mobiliteit van de werknemers, rol van de talenkennis, kwalificatieniveaus van de arbeidsplaatsen enz.). Door deze gegevens in kaart te brengen, kunnen de sectoren die prioritair zijn voor het Gewest en die in de rand jobmogelijkheden bieden, worden geïdentificeerd. Verder wordt benadrukt hoe belangrijk het is om een behoefteanalyse inzake tewerkstelling en opleiding in een algemenere analyse van beroeps- en opleidingstrajecten te kaderen. Enerzijds worden de loopbaantrajecten onder de loep genomen om inzicht te verwerven in de manier waarop individuen op de arbeidsmarkt evolueren. Hierbij wordt onder meer de rol van de beroepsopleiding in loopbanen onderzocht. Anderzijds analyseren we vanuit het omgekeerde perspectief de opleidingstrajecten die tot een duurzame inschakeling op de arbeidsmarkt zouden leiden en waarvoor we nader ingaan zowel op de prekwalificatie [1] (met het oog op het bijscholen en toegang verschaffen tot kwalificerende opleidingen) als de kwalificatie (met het oog op het vinden van een job). In deel twee wordt vanuit het standpunt van de sectoren getracht om de sectoren met toekomstmogelijkheden in Brussel en in de rand te onderscheiden, en dit a.d.h.v. verschillende aspecten: aantal arbeidsplaatsen, kwalificatiestructuur, jongerentewerkstelling, turnover, aanvragen tot vervangingen, beroepen die specifiek zijn voor deze bijzonder belangrijke sectoren in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (want strategisch, veel gevraagd, zeer goed vertegenwoordigd enz.). 1 [1] We zien hier het prekwalificerende aspect in de breedste zin van het woord, d.w.z. elke actie die het kwalificerende aspect kan voorafgaan (alfabetisering, vooropleiding, basisopleiding enz.) Gemeenschappelijke nota BOW van Actiris, SES van Bruxelles Formation en Studiedienst van de VDAB Brussel 4

5 Het derde deel werpt een ander licht op de behoeften inzake tewerkstelling uitgaande van het beroep. Het is de bedoeling na te gaan welke beroepen onder spanning staan (knelpuntberoepen), welke door de werkgevers via een openbare tewerkstellingsdienst worden gezocht (waar vraag naar is) of welke door de werkzoekenden zelf worden gezocht (aantrekkelijke beroepen). Een kwalitatieve analyse vervolledigt deze typologie door de evolutie van de beroepen op grond van een aantal criteria vast te stellen. Zo zijn er de toekomstgerichte beroepen: dit zijn beroepen die om welke reden ook in volle verandering zijn of de beroepen die in de huidige vorm blijven voortbestaan. Een beroep kan overigens in beide categorieën voorkomen, aangezien het niet om homogene entiteiten gaat. Het beroep van verkoper bijvoorbeeld, kan zowel toekomstgericht zijn in zijn huidige vorm en wijzigen onder invloed van nieuwe technologieën zoals de e-commerce, maar kan ook op zijn retour zijn (hoewel er momenteel erg veel vraag naar kan zijn, maar het is mogelijk dat het beroep plaatsmaakt voor anderen in de toekomst). Verder zijn er beroepen die toegankelijk zijn voor jongeren en/of in de loop van een loopbaan en tot slot beroepen toegankelijk voor jongeren die na het hoger secundair onderwijs of zelfs daarvoor uit het schoolsysteem zijn gestapt (of wanneer het niveau van het hoger onderwijs niet gekend is). Tabel 22 wil ter afsluiting een samenvatting van de tewerkstellingsbehoeften geven en vertrekt hierbij van de beroepen die in deel 3 aan bod komen. Dit overzicht kan echter niet los gezien worden van het hoofddeel van het document, aangezien de essentiële elementen voor een goed begrip in deel 2 aan bod komen. Het is overigens belangrijk om de opkomende beroepen die niet in de bestaande beroepennomenclaturen voorkomen te kennen, zodat we op de vraag en eventuele opleidingsbehoeften kunnen anticiperen. Deze beroepen staan niet in de samenvattende tabel, maar worden afzonderlijk in het derde deel behandeld. Dit verslag bevat heel wat informatie en de verschillende benaderingen die naast elkaar worden ontwikkeld (sociaaldemografisch, economisch, sectoraal en professioneel) willen een objectief beeld geven van de sectoren en beroepen die in het Brussels Gewest en in de rand tewerkstellingsmogelijkheden bieden en dit in principe voor de komende vijf jaar. Dit verslag streeft ernaar om op grond van contextelementen de denkoefening over tewerkstellings- en opleidingsbehoeften te onderbouwen en aldus de beslissing over het al dan niet invoeren van beroepsopleidingsprogramma s voor een jong of minder jong publiek te vergemakkelijken. Dit verslag zal in de toekomst met nieuwe analyses worden aangevuld (verfijning van de longitudinale analyse, uitdieping van de analyse van beroepsloopbanen en opleidingstrajecten en van de kwaliteit van de jobs, vervolg van de monitoring en anticipatie in sectoren/beroepen enz.). Identificatie van de sectoren en beroepen met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 5

6 DEEL 1. SOCIODEMOGRAFISCHE EN ECONOMISCHE CONTEXT 1. DEMOGRAFISCHE CONTEXT 1.1 Toename en verjonging van de Brusselse bevolking Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest was nog nooit zo bevolkt als op 1 januari Het Gewest telde op dat moment inwoners. In de loop van 2013 kreeg het Gewest er inwoners bij, hetzij een groei met 0,8% (ongeveer het dubbele van de evolutie in het Vlaams [+0,5%] en Waals Gewest [+0,4%]). De demografische barometer 2014 van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gerealiseerd door het BISA 2 verklaart deze jaarlijkse stijging door een zeer hoog natuurlijk saldo (+8.909) 3 en internationaal migratiesaldo ( ), twee elementen die het zeer negatieve interne migratiesaldo 4 compenseren ( ) 5. Deze demografische groei, die sinds de jaren 2000 niet-aflatend is geweest, is evenwel afgenomen t.o.v. de voorgaande jaren 6. Met name de bevolkingsgroei die verband houdt met internationale migraties is minder hoog. De reden voor deze daling, die veeleer een conjuncturele reden is, is vooral te wijten aan een groot aantal ambtshalve schrappingen 7 tijdens dit jaar. Parallel daarmee kan de afname van de internationale immigratie die in 2011 is begonnen, worden verklaard a.d.h.v. diverse factoren zoals de verstrenging van de voorwaarden voor vreemdelingen om België binnen te komen of de gevolgen van de economische crisis voor de internationale mobiliteit. Parallel met deze demografische groei kent het Gewest een radicale verjonging van zijn bevolking, terwijl de twee andere gewesten sinds een twintigtal jaar vergrijzen. Zoals het BISA opmerkt, is het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het jongste gewest van België met een gemiddelde leeftijd van 37,4 jaar, tegenover 40,7 jaar voor het Waals Gewest en 42,1 jaar voor het Vlaams Gewest. Heel jonge kinderen, mannen tussen 25 en 44 jaar en vrouwen tussen 20 en 39 jaar zijn in groten getale oververtegenwoordigd t.o.v. de twee andere gewesten. Tabel 1. Bevolking per levenscyclusfase (9 fases), 2014 (1 januari) Brussel Vlaanderen Wallonië België Brussel Vlaanderen Wallonië België Aantal % 0-2 jaar ,6 3,2 3,4 3,4 3-5 jaar ,4 3,4 3,5 3, jaar ,4 6,4 7,0 6, jaar ,4 6,4 7,2 6, jaar ,4 14,2 15,1 14, jaar ,4 19,4 19,4 19, jaar ,2 27,8 27,1 27, jaar ,9 13,4 12,0 12,5 80 jaar en ,3 5,6 5,2 5,4 Totaal ,0 100,0 100,0 100,0 Eenheid: aantal personen. Geografische schaal: gemeente. Bron: BISA, FOD Economie Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium, verwerking Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid. 2 BISA, Demografische barometer 2014 van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Focus nr. 7, februari Geboorteoverschot t.o.v. de overlijdens. 4 Verschil tussen de verhuizingen naar en uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: m.a.w., een groot aantal Brusselaars blijft het Gewest verlaten om zich elders in België te vestigen. Het fenomeen van suburbanisatie dat reeds enkele decennia geleden is begonnen, houdt aan. 5 De demografische barometer van het BISA stelt een statistische aanpassing van 769 individuen voor, waardoor het aantal nieuwe Brusselaars in bedroeg (Focus nr. 7 van het BISA). 6 Deze toename is lager dan die waargenomen in de jaren 2007 tot 2012, toen de toename uitzonderlijk hoog was. De groei valt terug op het niveau van de jaren 2003 tot Wanneer de persoon niet meer op het vermelde adres woont en er geen nieuw adres wordt meegedeeld, lijkt dit op een internationale emigratie. Gemeenschappelijke nota BOW van Actiris, SES van Bruxelles Formation en Studiedienst van de VDAB Brussel 6

7 1.2 Kwalificatieniveau van de Brusselse bevolking op arbeidsleeftijd (15-64 jaar) Van alle Brusselaars op arbeidsleeftijd (15-64 jaar) in 2013 (EAK-gegevens) beschikt 39% hoogstens over een diploma lager secundair onderwijs 8 (37% in België), 27% over een diploma hoger secundair onderwijs (35% in België) en 34% over een universitair of niet-universitair diploma (28% in België). In de Enquête naar de arbeidskrachten (EAK) worden personen met een diploma uit het buitenland in het studieniveau van het aangegeven diploma geregistreerd. Een persoon met een diploma van het hoger onderwijs (ook al bestaat er in België geen equivalent voor), bijvoorbeeld, zal worden beschouwd als een persoon die aan het hoger onderwijs is afgestudeerd. In de administratieve gegevensbank van Actiris worden de in het buitenland behaalde diploma s in de categorie andere studies geregistreerd wanneer er (nog) geen Belgisch equivalent voor bestaat. Dergelijke diploma s worden in analyses vaak gegroepeerd met personen in het bezit van een basisschooldiploma of een diploma lager secundair onderwijs, aangezien hun inschakelingsgraad zeer dicht bij elkaar ligt (buitenlandse diploma s zouden in werkelijkheid moeilijk te valoriseren zijn op de Belgische arbeidsmarkt). Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest herbergt zowel de laagstgeschoolde als de hoogstgeschoolde bevolkingsgroep van het land, en dit in overeenstemming met zijn duale socio-economische structuur. Deze dualiteit is eveneens onder de allerjongsten aanwezig. 1.3 Kwalificatieniveau van de jonge Brusselaars Van alle Brusselaars tussen 30 en 34 jaar 9 op arbeidsleeftijd in 2013 beschikt 26% hoogstens over een diploma lager secundair onderwijs (19% in België), 28% over een diploma hoger secundair onderwijs (38% in België) en 46% over een universitair of niet-universitair diploma (43% in België) 10. Het grote aandeel laaggeschoolde jarigen in Brussel kan gedeeltelijk worden gelinkt aan de aanzienlijke schooluitval in het Gewest (zie de indicator voor vroegtijdige schooluitval hieronder) Vroegtijdig afhaken en vroegtijdige schooluitval De vroegtijdige schooluitval of m.a.w. het aandeel jongeren tussen 18 en 24 jaar die de school hebben verlaten, slechts een diploma lager secundair onderwijs (of minder) bezitten en geen studies en/of opleidingen 11 meer volgen, vloeit grotendeels voort uit het vroegtijdig afhaken 12. Deze graad is hoog in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vergeleken met de rest van het land of Europa. In 2013 verliet 17,7% van de Brusselse jarigen hun school vroegtijdig, t.o.v. 11% in België (7,5% in Vlaanderen en 14,7% in Wallonië) en 12% in Europa Hiermee bedoelen we een basisschooldiploma, een diploma lager secundair onderwijs of helemaal geen diploma. 9 Om de verdeling van het studieniveau bij jongeren op beroepsactieve leeftijd te onderzoeken, moeten we deze verdeling bij de jarigen berekenen, omdat we van hen zeker zijn dat ze niet langer op school zitten (wat niet het geval is voor de jarigen en nog minder voor de min-25-jarigen). 10 EAK-gegevens. 11 Definitie Eurostat. 12 Proces waarbij een jongere geen interesse meer begint te tonen in school en/of in het onderwijs dat hem wordt aangeboden en dat, in het slechtste geval, in vroegtijdige schooluitval kan resulteren (CEF, avis n 104, 2009). 13 Bron: Eurostat, ADSEI, EAK, Identificatie van de sectoren en beroepen met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 7

8 Het secundair onderwijs verlaten zonder een diploma te behalen, is zeer sterk afhankelijk van de gevolgde schoolopleiding. Een studie van de Franse Gemeenschap die nagaat wat er zes jaar later is geworden van een groep jongeren die in met het 3de jaar secundair onderwijs is gestart, toont aan dat het percentage jongeren dat de middelbare school zonder diploma verlaat, bijzonder hoog is bij de jongeren die een beroepsopleiding volgden (naar schatting 58%, tegenover 29% voor de technische opleidingen of 9% voor de algemene studierichtingen 14 ) Schoolachterstand Bepaalde trajecten worden eveneens door schoolachterstand gekenmerkt. Er is evenwel een sterk verband tussen schoolachterstand en het risico op vroegtijdig afhaken. Deze verschillen m.b.t. trajecten hangen, volgens een socialereproductielogica, af van het socio-economisch niveau van de gezinnen en van het studieniveau van de ouders (in het bijzonder van het studieniveau van de moeder die in het gezin de schooltaken van de kinderen in principe het meest opvolgt 15 ). In de Federatie Wallonië-Brussel, bijvoorbeeld, bestaat er een aanzienlijke kloof tussen de 25% rijkste (socio-economisch begunstigde) en de 25% armste leerlingen, alsook tussen de 25% scholen met de beste resultaten voor wiskunde en de 25% scholen met de slechtste resultaten. Wat de leerlingen betreft, worden beide extremen door 112 punten van elkaar gescheiden (hetzij ongeveer twee studiejaren). Voor de scholen bedraagt het verschil 181 punten (PISA, 2012). Voor het schooljaar had 16,2% van de leerlingen in het Brussels Gewest bij de aanvang van hun eerste jaar secundair onderwijs reeds minstens twee jaar schoolachterstand 16. Gemiddeld bedraagt de ongekwalificeerde uitstroom in Vlaanderen iets meer dan 15%. Heeft de moeder van een jongere echter slechts een getuigschrift van het lager onderwijs, dan loopt dit cijfer op tot 29%. Heeft de moeder daarentegen hogere studies beëindigd, dan zakt het cijfer tot 2,7% Uitdagingen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest De voorgaande resultaten benadrukken onder andere twee uitdagingen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Een socio-economische uitdaging: de eigenschappen van de Brusselse bevolking zorgen voor uitdagingen inzake professionele inschakeling van laaggeschoolden (migranten of vroegtijdige schoolverlaters), de strijd tegen de dualisering van het Brussels onderwijs, en meer in het algemeen de strijd tegen de dualisering van de stad en tegen de armoede. Een sectorale uitdaging gelinkt aan de demografische groei: deze groei zorgt voor meerdere uitdagingen voor het Brussels Gewest die in het bijzonder betrekking hebben op bepaalde 14 Indicateurs 20 van Les indicateurs de l enseignement, 2011, Etnic, Fédération Wallonie Bruxelles. 15 Place D., Vincent B., 2009, L influence des caractéristiques sociodémographiques sur les diplômes et les compétences, Economie et Statistique, n Bron: Observatorium voor Gezondheid en Welzijn van Brussel-Hoofdstad (2014), Welzijnsbarometer 2014, Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, Brussel. Verschillende elementen kunnen zo n schoolachterstand verklaren, zonder daarom noodzakelijk een link te hebben met een armoedeproblematiek: een langdurig migratietraject, gezondheidsproblemen, moeilijkheden om de taal te begrijpen, leermoeilijkheden, kinderen die in het midden van het schooljaar vanuit het buitenland komen, culturele verschillen, weinig of geen ruimte thuis om huiswerk te doen, of nog andere, meer tijdelijke problemen. Een kleine schoolachterstand oplopen betekent bovendien niet per definitie dat het kind zijn of haar schooltijd niet met succes zal afronden. Het kan het gevolg zijn van een eenmalige tegenvaller of van een bewuste strategie van de school om leerlingen te helpen. Toch toon onderzoek (Visée-Leprocq, 2011) dat het opstapelen van schoolachterstand het risico verhoogt dat de leerling afhaakt en zijn of haar schooltijd niet succesvol afrondt. 17 De Niel H. et al., De lat hoog voor iedereen!, in P. Van Avermaet, K.. Van Den Branden, L. Heylen (dir.), Goed GeGOKt? Reflecties op twintig jaar gelijke-onderwijskansenbeleid in Vlaanderen, Anvers-Apeldoorn, Garant, 2010, p. 26. Geciteerd in Fannes P. et al, Gemeenschappelijke nota BOW van Actiris, SES van Bruxelles Formation en Studiedienst van de VDAB Brussel 8

9 activiteitensectoren waaronder: kinderopvang, onderwijs en buitenschoolse opvang, woningbouw en afvalbeheer, transport (vooral, maar niet enkel m.b.t. mobiliteit) en buurtdiensten. 2. SOCIO-ECONOMISCHE CONTEXT: DE SECTOREN MET TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST EN DE RAND Het begrip sector met toekomstmogelijkheden in Brussel kent meerdere dimensies. Dit begrip kan worden bekeken vanuit de vooruitzichten voor laaggeschoolden of Brusselaars, het aantal arbeidsplaatsen voor loontrekkenden of zelfstandigen, de ontwikkeling van het aantal arbeidsplaatsen, de opportuniteiten voor jongeren of nog de nood aan vervangingen die het resultaat is van de vergrijzing van de werknemers. In het kader van deze opdracht loont het tevens de moeite om de tewerkstelling van Brusselaars buiten het Brussels Gewest nader te bekijken, net als de toekomstige tewerkstellingsmogelijkheden voor Brusselaars in het volledige Brussels grootstedelijk gebied en daarbuiten. Naast deze variabelen kunnen eveneens andere elementen in overweging worden genomen zoals het strategisch doel van een bepaalde sector voor het Gewest (innovatie of internationale ontwikkeling bijvoorbeeld), de elementen i.v.m. het milieu (duurzame bouwnijverheid bijvoorbeeld) of nog de demografische uitdaging waarmee bepaalde sectoren in het bijzonder worden geconfronteerd (kinderopvang bijvoorbeeld). Deze dimensies vinden we over het algemeen terug in de verschillende programmadocumenten van het Gewest, zoals de Brusselse New Deal, of aan de basis de BRC s. Gelet op de sectordomeinen die door het PDSG 18 worden aangekaart en de door een BRC gedekte sectoren, stellen we vast dat een relatief groot aantal sectoren toekomstmogelijkheden voor de Brusselse werkgelegenheid biedt (zie tabel pag. 5). Bepaalde sectoren zijn tezelfdertijd niet in de programmadocumenten opgenomen: financiën, de vastgoedsector, de dienstverlening (rechtskundige en boekhoudkundige dienstverlening of dienstverlening inzake reclame), het merendeel van de administratieve en ondersteunende diensten, het verenigingsleven alsook de extraterritoriale organisaties. Deze sectoren zullen eveneens worden bestudeerd, hetzij omdat ze te maken krijgen met bepaalde bovenvermelde dimensies, hetzij omdat het sectoren zijn met een hoge meerwaarde. Een harmonieuze ontwikkeling is belangrijk voor het evenwicht van een gewest tussen enerzijds deze sectoren met een hoge meerwaarde, maar die weinig jobs creëren en gekwalificeerde arbeidskrachten vereisen en anderzijds sectoren die meer jobs creëren en toegankelijk zijn voor laaggeschoolden. In een recent onderzoek toont Marion Englert 19 dat een toename van de activiteiten die zogenaamd hoog scoren qua hoge meerwaarde (in financiën, in de dienstverlening enz.) positieve gevolgen kan hebben voor het Gewest, op voorwaarde dat er aanzienlijke heffingen worden doorgevoerd die gemobiliseerd zouden kunnen worden voor de creatie van jobs in andere sectoren die toegankelijk zijn voor laaggeschoolden, en dit des te meer in een context van een verslechterende sociale situatie. Deze andere sectoren zijn onder meer de horeca, de gezondheidszorg, de maatschappelijke dienstverlening, het onderwijs, de handel, de bouwnijverheid (via de nieuwe stadsberoepen, de groene beroepen, de onderwijsberoepen, de kinderopvang en de zorg voor ouderen). Deze sectoren zijn sterk geconcentreerd in Brussel, genereren positieve maatschappelijke en/of milieugerelateerde externaliteiten en versterken de maatschappelijke banden en het collectief bewustzijn. 18 Te weten, het leefmilieu via de verschillende sectorpijlers van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu (duurzame bouwnijverheid, water, afvalbeheer en duurzame voeding), de internationale ontwikkeling waaronder het toerisme, de handel en de horeca, de non-profit, de overheids- en buurtdiensten en ten slotte de innovatieve sectoren waaronder onder andere de informatica en telecommunicatie, de chemie alsook de O&O vallen. 19 Englert M., 2013, Analyse des déterminants du chômage urbain et politique de rééquilibrage entre l offre et la demande de travail en Région de Bruxelles Capitale, Innoviris, Dulbea. Identificatie van de sectoren en beroepen met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 9

10 In wat volgt, worden de in Brussel aanwezige activiteitensectoren volgens verschillende dimensies opgesomd. 2.1 Sectoren met een lagere of sterkere bezetting aan Brusselaars (Brusselse interne werkgelegenheid) Het onderzoek naar de Brusselse interne werkgelegenheid volgens de woonplaats van de werknemers toont dat in Brussel gemiddeld iets minder dan één job op twee (48,4%) door een Brusselaar wordt ingevuld. Bepaalde sectoren onderscheiden zich evenwel op een positieve manier van dit gemiddelde door meer Brusselaars tewerk te stellen. Het gaat - in dalende volgorde - hoofdzakelijk om de horeca, de extraterritoriale organisaties en de andere dienstenactiviteiten, waaronder het verenigingsleven, de administratieve en ondersteunende diensten (en meer bepaald de schoonmaak), de bouwnijverheid, de vastgoedsector, de menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening en ten slotte de handel, meer bepaald de kleinhandel. Vier van deze sectoren vallen onder de sectordomeinen van de Brusselse New Deal en/of onder de sectoren die door een BRC worden gedekt. Andere sectoren, daarentegen, stellen meer pendelaars onder hun werknemers tewerk zoals de financiële sector en de overheidsdiensten, twee sectoren die in Brussel sterk vertegenwoordigd zijn. Hierna volgen de informatie- en telecommunicatiesector, het transport en de opslag en ten slotte de industrie (de voedingsmiddelenindustrie telt echter meer Brusselaars onder zijn personeel). Met uitzondering van de financiën, vallen deze sectoren met een hoge bezetting aan pendelaars onder de New Deal en/of worden deze sectoren door een BRC gedekt. 2.2 Sectoren met variabele kwalificatie-eisen en met een lagere of hogere bezetting aan Brusselaars (Brusselse interne werkgelegenheid) De Brusselse interne werkgelegenheid wordt gekenmerkt door een hogere kwalificatiestructuur t.o.v. de Waalse en Vlaamse economie. Hooggeschoolden vullen immers meer dan de helft van de Brusselse jobs in (56%, t.o.v. ongeveer 38% in de andere twee gewesten). De sectoren met een hogere bezetting aan Brusselaars (met uitzondering van de menselijke gezondheidszorg en de extraterritoriale organisaties, hetgeen geen verrassing is) worden gekenmerkt door een lagere kwalificatiestructuur. Hetzelfde geldt voor de transportsector waarin meer pendelaars te vinden zijn. De andere sectoren met een hoog aantal pendelaars of waarin het aantal pendelaars en Brusselaars gelijk is, bevatten over het algemeen echter meer hooggeschoolde jobs. Dit is in het bijzonder het geval voor de gespecialiseerde, technische en wetenschappelijke activiteiten, het onderwijs, de informatie- en communicatiesector alsook de financiële sector, terwijl de overheidsdiensten een kwalificatiestructuur tonen die relatief dicht bij het gewestelijk gemiddelde ligt. Wat de industrie betreft, biedt de chemische industrie meer jobmogelijkheden aan hooggeschoolden, maar zijn de andere industriële segmenten toegankelijker voor laaggeschoolden (voedingsmiddelenindustrie, metaalverwerkende nijverheid ). Gemeenschappelijke nota BOW van Actiris, SES van Bruxelles Formation en Studiedienst van de VDAB Brussel 10

11 De Brusselse werkende beroepsbevolking toont ten slotte, net zoals de interne werkgelegenheid, een duaal profiel met enerzijds een groot aantal hooggeschoolde werknemers (52%, t.o.v. 40% in Vlaanderen en Wallonië) en anderzijds laaggeschoolde werknemers (21%, een percentage dat in de buurt komt van Vlaanderen en Wallonië, respectievelijk 17% en 20%). De kwalificatiestructuur van de Brusselse werkende beroepsbevolking volgt in grote lijnen de kwalificatiestructuur van de interne werkgelegenheid. Tabel 2. Interne werkgelegenheid 20 en werkende beroepsbevolking in Brussel per woonplaats en kwalificatieniveau Interne werkgelegenheid Werkende beroepsbevolking Woonplaats Kwalificatieniveau Kwalificatieniveau Brussel Pendelaars Laag Middelmatig Hoog Laag Middelmatig Winning van delfstoffen en verwerkende nijverheid 40,3 59,7 15,2 34,5 50,3 20,4 26,9 52,7 Bouwnijverheid 59,8 40,2 36,2 43,1 20,7 42,0 39,0 19,0 Handel 55,7 44,3 27,5 37,7 34,8 31,7 33,1 35,2 Transport en opslag 37,5 62,5 23,6 43,7 32,7 29,3 46,0 24,7 Verschaffen van accommodatie en maaltijden 78,7 21,3 40,6 36,7 22,6 44,8 36,7 18,5 Informatie en communicatie 37,0 63,0 4,0 23,0 73,0 3,5 15,5 81,0 Financiële activiteiten en verzekeringen 27,3 72,7 3,7 24,6 71,8 5,3 19,0 75,7 Vastgoedsector 59,1 40,9 12,1 34,8 53,1 12,3 29,7 58,1 Gespecialiseerde, wetenschappelijke en technische activiteiten 46,1 53,9 3,8 15,6 80,6 5,1 14,2 80,7 Administratieve en ondersteunende diensten 61,3 38,7 29,4 37,7 32,8 38,8 35,4 25,9 Overheidsdiensten 30,8 69,2 13,0 34,3 52,7 18,9 28,1 53,0 Onderwijs 47,9 52,1 8,0 9,7 82,3 11,8 9,8 78,4 Menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening 58,7 41,3 11,0 26,5 62,6 13,5 24,8 61,6 Kunst, amusement en recreatie 48,9 51,1 16,4 26,0 57,6 18,8 26,2 55,0 Overige diensten 67,4 32,6 14,5 32,2 53,3 17,9 33,7 48,4 Huishoudelijke activiteiten en extraterritoriale organisaties 68,6 31,4 7,4 16,4 76,1 10,4 15,7 73,9 Brussels Gewest 48,4 51,6 15,2 28,6 56,1 21,4 26,7 51,9 Bron: ADSEI, Enquête naar de Arbeidskrachten 2013, de grijs gekleurde cellen geven de positieve verschillen t.o.v. het gemiddelde weer. Hoog 2.3 Sectoren waarvoor Brusselaars naar ondernemingen in de twee andere gewesten pendelen Van alle Brusselse arbeidskrachten, werkt er bijna één vijfde buiten de gewestgrenzen. Deze Brusselse pendelaars zijn over de jaren heen met steeds meer: in absolute aantallen stijgt het aantal Brusselaars die buiten het Gewest werken van in 2002 naar volgens de meest recente gegevens 21. In relatief opzicht gaan ze van 15,5% in 2002, over 16,0% in 2007 naar 17,0% volgens de meest recente gegevens 22. Deze uitgaande pendelaars zijn actief in diverse sectoren, maar in bepaalde sectoren komt het vaker voor dat men buiten het Brussels Gewest werkt. Het gaat voornamelijk om de industrie, de handel (met uitzondering van de kleinhandel) en de transport- en logistieke sector waar meer dan één vijfde van de Brusselaars actief in deze sectoren buiten Brussel aan het werk is. Bij andere sectoren is het omgekeerde het geval: in het financiën- en verzekeringswezen, de schoonmaak en landschapsverzorging, de horeca, het openbaar bestuur, het onderwijs, de menselijke gezondheidszorg 20 Zie tabel 29 in de bijlage voor de absolute waarden. 21 Gemiddelde (Bron: ADSEI, EAK) 22 Idem Identificatie van de sectoren en beroepen met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 11

12 en maatschappelijke dienstverlening werken Brusselaars relatief minder vaak buiten de gewestgrenzen en dus vaker binnen het Brussels Gewest. De oorzaken van de uitgaande pendel van Brusselaars hebben, afhankelijk van de sector, onder andere te maken met de aard van de activiteit (bepaalde activiteiten zijn sterker geconcentreerd in Vlaams- en/of Waals-Brabant, bijvoorbeeld door grotere en goedkopere bedrijfsterreinen, de nabijheid van de luchthaven), de arbeidsvoorwaarden voor arbeidskrachten (bijvoorbeeld: hogere lonen kunnen het lonender maken om zich ver te verplaatsen) 2.4 De kwaliteit van de jobs Het grote tewerkstellingsvolume wordt hier uitgedrukt in arbeidsplaatsen en verbergt het belang van het deeltijds stelsel (cf. tabel 2 in bijlage), met name in de sectoren met een hoog aantal tewerkgestelde Brusselaars en laaggeschoolden (kleinhandel, horeca en administratieve en ondersteunende diensten, waaronder tewerkstellingsactiviteiten, en schoonmaak), maar eveneens in het onderwijs, de menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening. De kwaliteit van de tewerkstelling is een concept dat we kunnen benaderen vanuit verschillende dimensies. Een eerste dimensie is de arbeidstijd: voltijds/deeltijds werk. Een andere dimensie van de kwaliteit van het werk is de duur van de arbeidsovereenkomst. Onderstaande tabel toont gegevens over beide dimensies per activiteitensector, aangevuld met het relatieve volume van de ontvangen werkaanbiedingen per sector. Wat het volume van de loontrekkende arbeidsplaatsen betreft, verwijzen we naar tabel 5. Tabel 3. Volume, aandeel voltijdse functies en aandeel arbeidsovereenkomsten van onbepaalde duur bij de ontvangen werkaanbiedingen per sector, aandeel voltijdse arbeidsplaatsen in de Brusselse loontrekkende werkgelegenheid per sector Werkaanbiedingen Loontrekkende werkgelegenheid Volume Arbeidsovereenkomst Voltijds van onbepaalde duur 25 Voltijds26 Landbouw, bosbouw en visserij Winning van delfstoffen en verwerkende nijverheid Elektriciteit en gas Water en afvalbeheer Bouwnijverheid Handel Transport en opslag Verschaffen van accommodatie en maaltijden Informatie en communicatie Financiële activiteiten en verzekeringen Vastgoedsector Gespecialiseerde, wetenschappelijke en technische activiteiten Administratieve en ondersteunende diensten Overheidsdiensten Onderwijs Menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening Kunst, amusement en recreatie Overige diensten - Huishoudelijke activiteiten als werkgever Activiteiten van extraterritoriale organisaties Totaal ,5% 48,6% 68,0% Bron: Actiris voor de werkaanbiedingen (2014), RSZ behalve BPB (2012), berekeningen Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid komt overeen met een volume van minder dan 250 werkaanbiedingen, - - met een volume tot 600 werkaanbiedingen; - met een volume tot 900 werkaanbiedingen; " " met een volume van werkaanbiedingen; + met een volume tot 1800 werkaanbiedingen; ++ met een volume tot 2000 werkaanbiedingen; +++ met een volume van meer dan 2000 werkaanbiedingen. 24 " " komt overeen met een afwijking t.o.v. het gemiddelde van maximum 5%; + tussen 5% en 10%, ++ tussen 10% en 20%, +++ meer dan 20%. Idem voor de negatieve tekens. 25 " " komt overeen met een afwijking t.o.v. het gemiddelde van maximum 10%; + tussen 10% en 20%, ++ tussen 20% en 30%, +++ meer dan 30%. Idem voor de negatieve tekens. 26 Loontrekkende werkgelegenheid in Brussel : " " komt overeen met een afwijking t.o.v. het gemiddelde van maximum 5%; + tussen 5% en 10%, ++ tussen 10% en 20%, +++ meer dan 20%. Idem voor de negatieve tekens. Gemeenschappelijke nota BOW van Actiris, SES van Bruxelles Formation en Studiedienst van de VDAB Brussel 12

13 Het aandeel vacatures voor een voltijdse functie verschilt sterk van sector tot sector, net als het aandeel vacatures voor een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur. Beide variabelen lijken ook samen te hangen: sectoren waar er vaker dan het gemiddelde duurzame arbeidsovereenkomsten worden aangeboden, bieden ook vaak voltijdse functies aan. De sectoren industrie, elektriciteit en gas, transport en logistiek, informatie en communicatie, financiën- en verzekeringswezen, gespecialiseerde, wetenschappelijke en technische activiteiten, diensten aan personen en huispersoneel en extraterritoriale organisaties zorgen voor werkaanbiedingen die relatief vaker zowel voltijds werk als een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur omvatten. Globaal gezien zijn dit sectoren met meer hoogopgeleide arbeidskrachten (met uitzondering van industrie, transport en logistiek en diensten aan personen en huispersoneel) en de sectoren met relatief meer pendelaars bij de arbeidskrachten (met uitzondering van diensten aan personen en huispersoneel en extraterritoriale organisaties). Anderzijds worden de sectoren onderwijs, menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening, kunst en recreatie gekenmerkt door zowel vaker deeltijdse vacatures als vaker tijdelijke overeenkomsten. 2. Emploi intérieur et population active occupée à Bruxelles par lieu de domicile et niveau de qualification We kunnen de verschillende dimensies van de kwaliteit van het werk verder bestuderen door een onderscheid te maken naar leeftijdscategorie. Werkende jongeren in Brussel zijn relatief vaak aan de slag in een tijdelijke en/of een deeltijdse tewerkstelling in vergelijking met de 25- tot 49-jarigen. Ook veel 50- plussers zijn deeltijds aan het werk, maar bij deze groep blijkt het minder vaak dan bij de jongeren om een onvrijwillig deeltijdse tewerkstelling te gaan. Tabel 4. Dimensies van de kwaliteit van de tewerkstelling volgens leeftijdsklasse Totaal jarigen jarigen 50-plussers Tijdelijk werk 12,8% 37,2% 13,0% 5,3% Deeltijds werk 22,2% 33,9% 20,4% 24,8% waarvan: onvrijwillig deeltijds 29,7% 34,2% 33,8% 16,5% Bron: DGSIE, EAK: loontrekkenden (PWA en gelegenheidswerk uitgezonderd) in Brussel, gemiddelde Berekeningen Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid. 2.5 De sectoren met toekomstmogelijkheden en kwalificaties (bezoldigde arbeid) Het Brussels Gewest is een diensteneconomie (negen op tien jobs in de tertiaire sector en meer dan de helft van de jobs in de commerciële diensten), waarbij de industrie steeds minder plaats inneemt. Dit kan worden genuanceerd a.d.h.v. de specialisatiecoëfficiënt (cf. tabel 2 in bijlage). Wanneer deze coëfficiënt meer dan 1 bedraagt, is er in Brussel een oververtegenwoording van de sector, vergeleken met het gewicht dat deze sector in België aanneemt. Van alle diensten zijn de volgende sectoren in het bijzonder het meest in Brussel geconcentreerd: de extraterritoriale organisaties 28 (5,1), de financiële sector (2,8) en de informatie- en communicatiesector (2,0). Daarna volgen in dalende volgorde (een coëfficient die tussen 1,7 en 1,3 schommelt): de overheidsdiensten, de vastgoedsector, het verenigingsleven, de gespecialiseerde, wetenschappelijke en technische activiteiten, de horeca, de 27 De verschillende bronnen vormen de reden waarom het aandeel deeltijds werkenden in deze tabel niet overeenkomt met het aandeel voltijds werkenden in tabel 3: in tabel 3 gaat het om de loontrekkende binnenlandse werkgelegenheid in Brussel volgens administratieve bronnen; in tabel 4 zijn de gegevens gebaseerd op een steekproef van loontrekkenden met woonplaats in Brussel. 28 Het aantal arbeidsplaatsen dat door de extraterritoriale organisaties wordt gegenereerd, houdt volgens de RSZ enkel rekening met loontrekkenden die aan de Belgische sociale zekerheid zijn onderworpen, waardoor dit aantal een onderschatting is. Identificatie van de sectoren en beroepen met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 13

14 elektriciteits- en gassector alsook de segmenten van de schoonmaaksector, de veiligheidssector en de reisbureaus die onder de administratieve en ondersteunende diensten vallen. Met uitzondering van de horeca, de veiligheidssector en de schoonmaaksector, gaat het hier om sectoren met hoofdzakelijk hooggekwalificeerde jobs die evenwel een variabele omvang hebben (cf. hierboven). Deze coëfficiënt moet echter met het sectoraal tewerkstellingsvolume worden vergeleken (cf. tabel 2 in de bijlage), aangezien een hoge coëfficiënt niet garant staat voor een hoog tewerkstellingsvolume (de vastgoedsector, bijvoorbeeld, die in hoge mate in het Brussels Gewest is gevestigd, vertegenwoordigt nauwelijks 1% van de Brusselse bezoldigde arbeid). Van alle sectoren met een sterke concentratie in Brussel en met hoge kwalificaties zijn de overheidsdiensten en de financiële sector belangrijke werkgevers: met hun twee stellen ze meer dan een kwart van de loontrekkenden tewerk (respectievelijk 18% en 10%), terwijl de informatie- en communicatiesector en de gespecialiseerde, technische en wetenschappelijke activiteiten allebei ongeveer 11% van de werkgelegenheid voor hun rekening nemen. Twee andere sectoren die niet speciaal in Brussel zijn geconcentreerd en waarin de gezochte kwalificaties tevens vaak hoog zijn, genereren tezamen 20% van de tewerkstelling, nl. het onderwijs (9,9%) en de menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening (10,2%). De administratieve en ondersteunende diensten (9%, meer bepaald de schoonmaak 4,7% en de tewerkstellingsactiviteiten 2,9%) maken deel uit van de sectoren met lagere kwalificaties die een redelijk hoger tewerkstellingsvolume genereren, naast de sectoren van de New Deal en/of de door een BRC gedekte sectoren (de horeca, belangrijker in Brussel wegens het toeristisch doel [4,5% van de loontrekkenden], het transport [3,5%] en de bouwnijverheid [2,6%]). Samen vertegenwoordigen ze iets minder dan een derde van alle jobs. Drie van deze laaggeschoolde sectoren (handel, transport en, in mindere mate, bouwnijverheid) hebben een groter tewerkstellingsvolume in de rand (30%, t.o.v. 17% in Brussel). 2.6 Evolutie van de bezoldigde arbeid De evolutie van de bezoldigde arbeid tussen 2008 en 2012 toont een lichte groei in Brussel (+0,8%). Deze toename is echter minder hoog dan in de rand (+2,0%) en in België (+1,4%). Afgaand op de sectoren verschijnen er nochtans grote discrepanties (cf. tabel 2 in de bijlage). De bezoldigde arbeid in het Brussels Gewest laat vooral een groei optekenen in de administratieve en ondersteunende diensten die laaggeschoolde jobs creëren ( arbeidsplaatsen, meer bepaald in de schoonmaak in het kader van de dienstencheques [ ], in de tewerkstellingsactiviteiten [+1.300] en in het onderwijs [ arbeidsplaatsen]). Andere sectoren met hoge kwalificaties zien hun aantal bezoldigde arbeiders eveneens stijgen (de overheidsdiensten, de gespecialiseerde, wetenschappelijke en technische activiteiten, de vastgoedsector), met uitzondering van de financiële sector die zich temidden van de crisis bevond (-5.900), de maatschappelijke dienstverlening (-4.400) en de informatie- en communicatiesector (-3.300, hoofdzakelijk in het segment telecommunicatie [-2.100], uitgeverijen en audiovisuele activiteiten [-800] en informatica [-400]). De negatieve evolutie van de twee laatste sectoren moet evenwel voorzichtig worden bekeken wegens plotselinge statistische veranderingen die voornamelijk Gemeenschappelijke nota BOW van Actiris, SES van Bruxelles Formation en Studiedienst van de VDAB Brussel 14

15 betrekking hadden op de telecommunicatie en de maatschappelijke dienstverlening zonder huisvesting 29. Met uitzondering van bepaalde segmenten van de administratieve en ondersteunende diensten, de horeca en de kleinhandel, laat de bezoldigde arbeid in de zogezegd laaggeschoolde sectoren tussen 2008 en 2012 overigens een daling optekenen. De industrie zet haar afname in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ten slotte voort, met uitzondering van de voedingsmiddelenindustrie, de bouwnijverheid, de assemblage van motorvoertuigen en de metaalverwerking. 2.7 De inschakelingssectoren voor de jonge werknemers (bezoldigde arbeid) Het sectoraal profiel van jongeren, hoofdzakelijk min-25-jarigen, wijkt af van het sectoraal profiel van de bezoldigde arbeid (cf. tabel 3 in de bijlage). Enerzijds werken in Brussel drie min-25-jarigen op tien (en 17% van de jarigen) in de kleinhandel, de horeca (voornamelijk restaurants) of de tewerkstellingsactiviteiten, t.o.v. één loontrekkende op acht wanneer we alle leeftijdscategorieën in acht nemen. Vergeleken met alle loontrekkenden en min-25- jarigen, werken meer jarigen in de sector van de gespecialiseerde, technische en wetenschappelijke activiteiten. Hoewel hun tewerkstellingsvolume lager ligt, stellen andere sectoren (onderzoek en veiligheid, cultuur en vrije tijd, reisbureaus, bouwnijverheid en voedingsmiddelenindustrie) ten slotte eveneens een iets groter aantal jongeren tewerk, vergeleken met het aandeel jongeren van alle sectoren 30. Anderzijds werkt slechts 14% van de min-25-jarigen en 19% van de jarigen in de overheidsdiensten en de financiële sector, twee symbolische sectoren voor Brussel, tegenover 25% van alle loontrekkenden. Andere sectoren met een vrij hoog tewerkstellingsvolume (groothandel, informatie en communicatie, transport, vastgoedsector, water en afvalbeheer, chemische industrie of nijverheid) stellen relatief minder jongeren tewerk. 2.8 De rekruteringsbehoeften die een resultaat zijn van de vergrijzing en van de turnover (bezoldigde arbeid) Het aandeel ouderen in de bezoldigde arbeid (maar ook onder de zelfstandigen die gemiddeld ouder zijn dan de loontrekkenden, cf. infra) is een goede indicator om op middellange termijn te anticiperen op de vernieuwing van de arbeidskrachten. De sectoren zullen op een verschillende manier door dit proces worden getroffen, wat op termijn meer of minder tewerkstellingsmogelijkheden creëert. Gelet op de vergrijzingscoëfficiënt 31 zijn de sectoren die naar alle waarschijnlijkheid het meest door de vergrijzing 29 De werknemers die vóór hun pensioen in volledige disponibiliteit werden gesteld, worden vanaf 2011 niet langer als arbeidskrachten beschouwd personen in België werden zo in de statistieken van 2010 opgenomen en bevonden zich in de volgende activiteitenbranches: telecommunicatie (2.300), onderwijs (11.500) en overheidsdiensten (3.300). Wat de telecommunicatie betreft, nemen we sinds 2008 evenwel een daling van de werkgelegenheid waar. In 2008 werden de werknemers in een onderneming die in het dienstenchequesegment actief is bovendien in de maatschappelijke dienstverlening zonder huisvesting (70%) en in de tewerkstellingsactiviteiten (30%) opgenomen. Dit is sinds 2010 niet langer het geval, vanaf dan worden ze onderverdeeld in de groep Gecombineerde ondersteuningsactiviteiten gelinkt aan de gebouwen (hulp bij het huishouden) en (zeer gedeeltelijk) in de divisie Andere persoonsdiensten (strijkateliers). In 2009 hebben statistische veranderingen een weerslag gehad op de maatschappelijke dienstverlening zonder huisvesting die in heel België werknemers heeft verloren, een verlies dat voor het overgrote deel wordt verdeeld tussen de overheidsdiensten ( werknemers) en de tewerkstellingsactiviteiten (3.500 werknemers). 30 Hoewel het aandeel min-25-jarigen in de gewestelijke bezoldigde arbeid 6% is, bedraagt hun aandeel in de sector van onderzoek en veiligheid en in de voedingsmiddelenindustrie 9%, in de culturele sector en de bouw 8% en in de reisbureaus ten slotte 7%. De jarigen vertegenwoordigen 13% van alle loontrekkenden in Brussel, terwijl hun aandeel rond 14-15% schommelt in bovenvermelde sectoren, met uitzondering van de bouwnijverheid waar zij slechts met 11% zijn. 31 Te weten, het aandeel werknemers van 55 jaar en ouder in een rendabele sector t.o.v. het aandeel werknemers van 55 jaar en ouder in alle sectoren. Een sector met een coëfficiënt die dicht bij één ligt, betekent dat het aandeel ouderen dicht bij het aandeel ouderen onder alle loontrekkenden uit alle sectoren ligt. Hoe hoger de coëfficiënt dan één, hoe hoger het aantal ouderen t.o.v. het gemiddelde. Identificatie van de sectoren en beroepen met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 15

16 van hun werknemers worden getroffen: de vastgoedsector, het transport en de opslag, de overheidsdiensten, de financiële sector en bepaalde industriële segmenten. Naast deze tewerkstellingsmogelijkheden die het gevolg zijn van de vergrijzing van de loontrekkenden (op voorwaarde dat alle pensioneringen worden vervangen) zal er een vraag zijn tot uitbreiding van de groeiende sectoren of een vraag die volgt uit de rotatie van het personeel. In bepaalde sectoren is de turnover hoog. Hoewel de vergrijzingscoëfficiënt in de kleinhandel, de bouwnijverheid en de horeca kleiner is dan 1, mogen de rekruteringsbehoeften van deze sectoren niet worden onderschat wegens een hoge sectorale turnover. 2.9 De sectoren met toekomstmogelijkheden (zelfstandige arbeid) Niet alleen de bezoldigde arbeid, maar ook de zelfstandige arbeid biedt tal van tewerkstellingsperspectieven (cf. tabel 4 in de bijlage). Deze tewerkstellingsperspectieven zijn hoofdzakelijk geconcentreerd: in de handel (21%, 13% in de kleinhandel), de bouwnijverheid (18%), de horeca (9%, voor een groot deel in de cafés) en nog verder het transport. Dit zijn vier sectoren van het PDSG en/of vier sectoren die door een BRC worden gedekt waarin de kwalificatiestructuur over het algemeen lager is (in paars in de tabel) en die de helft van de zelfstandige arbeid opslorpen. Wat deze sectoren betreft, bevinden de jongeren zich vooral in de bouwnijverheid en de horeca 32 ; in de gespecialiseerde, wetenschappelijke en technische activiteiten (23%) en in de menselijke gezondheidszorg (6%). Dit zijn twee sectoren die het centrum zijn van de vrije beroepen en waarin de kwalificatiestructuur hoger is, die minder open staan voor de beroepsopleiding en waarin het aandeel min-25-jarigen minder hoog ligt t.o.v. het gemiddelde 33 (in roze in de tabel) Evolutie van de zelfstandige arbeid De evolutie van de zelfstandige arbeid tussen 2008 en 2012 in het Brussels Gewest getuigt overigens van een bijzonder gestage groei (+9,9%). De evolutie is er hoger dan wat er in de rand (+6,8%) en in België (+4,9%) wordt waargenomen. Met uitzondering van de handel waarin de zelfstandige arbeid een structurele neiging tot dalen vertoont (waarbij de autohandel zich nochtans van de rest van de handel onderscheidt), is de zelfstandigde arbeid in alle bovenvermelde sectoren toegenomen. Wat de zogezegd laaggeschoolde sectoren in het bijzonder betreft, valt de aanzienlijke groei van de zelfstandige arbeid in de bouwsector gedeeltelijk te verklaren door de zelfstandigen met een Bulgaarse of Roemeense nationaliteit van wie het aantal in Brussel sterker is gestegen dan in de twee andere gewesten Zelfstandige arbeid: toekomstmogelijkheden wegens de vergrijzing De zelfstandigen zijn ten slotte relatief ouder dan de loontrekkenden (22% ouderen [55-plussers], tegenover 14% ouderen onder de loontrekkenden). De zelfstandige arbeid biedt toekomstmogelijkheden in sectoren 32 37% van de min-25-jarigen werkt in de bouwnijverheid, 14% in de horeca, 16% in de handel (waarvan de helft in de kleinhandel) en 2% in de transportsector. De verhoudingen voor de personen van 25 t.e.m. 29 jaar zijn respectievelijk 27%, 9%, 15% en 2%. 33 8% van de min-25-jarigen bevindt zich in de gespecialiseerde, technische en wetenschappelijke activiteiten en 1% in de menselijke gezondheidszorg. Als we dit met het gemiddelde vergelijken, ligt het aandeel jarigen iets hoger in de gespecialiseerde activiteiten (25%). Dit is evenwel niet het geval voor de menselijke gezondheidszorg (3%). Gemeenschappelijke nota BOW van Actiris, SES van Bruxelles Formation en Studiedienst van de VDAB Brussel 16

17 met een groot aantal zelfstandigen (op voorwaarde dat alle vervangingen plaatsvinden), vooral in de menselijke gezondheidszorg en met uitzondering van de bouwnijverheid waarin jongeren reeds goed zijn vertegenwoordigd (zowel min-25-jarigen als de jarigen) Samenvatting: sectoren met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en in de rand In de onderstaande tabel wordt er voor de Brusselse activiteitensectoren een samenvattend overzicht 34 gegeven van de verschillende dimensies die zonet werden beschreven. De sectoren die later in dit verslag grondiger zullen worden besproken, zijn: de kleinhandel, de horeca, het transport en de logistiek, de bouwnijverheid, de gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening alsook de industrie. 34 Zie tabel 29 in de bijlage voor de cijfergegevens. Identificatie van de sectoren en beroepen met toekomstmogelijkheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 17

18 Tabel 5. Samenvatting van de voornaamste eigenschappen van de sectoren in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Interne werkgelegenheid BHG Bezoldigde arbeid Soort sector Brusselaars 37 Laag kwal. niveau Middelmatig kwal. niveau Hoog kwal. niveau Voltijds (BHG) Volume loontrekkenden BHG 38 Evolutie loontrekkenden BHG 39 Volume loontrekkenden rand 40 < 25 jaar (BHG) jaar (BHG) < 30 jaar (BHG) < 55 jaar (BHG) Lage lonen (BHG) Middelmatig e lonen (BHG) Hoge lonen (BHG) Volume Zelfstandigen BHG 35 Uitgaande Brusselse pendelaars 36 Winning van delfstoffen en verwerkende Gematigd New Deal Gematigd Hoog nijverheid WAARVAN: voedingsmiddelenindustrie New Deal Laag Laag Laag + + Chemische en kunststofnijverheid New Deal Laag Gematigd / Metallurgie en vervaardiging BRC Laag Gematigd / Elektriciteit en gas Overige Laag Laag / Water en afvalbeheer New Deal Laag - - Laag / + + New Deal en Zeer hoog Gematigd Gematigd Bouwnijverheid BRC Handel New Deal Hoog Zeer hoog Zeer hoog + Autohandel New Deal Laag Laag Gematigd Groothandel New Deal Middelmatig Hoog Gematigd Kleinhandel New Deal Middelmatig + Hoog Zeer hoog Transport en opslag BRC Middelmatig Hoog Gematigd Transport en opslag BRC Gematigd - - Middelmatig Gematigd + + Posterijen en koeriers Overige Laag Laag / New Deal en Hoog Middelmatig + + Gematigd Verschaffen van accomodatie en maaltijden BRC Informatie en communicatie New Deal Middelmatig Middelmatig Laag + New Deal en / Gematigd Gematigd Telecommunicatie en informatica BRC Uitgeverijen en audiovisuele activiteiten Overige Laag Laag Laag Financiële activiteiten en verzekeringen Overige Hoog Gematigd Gematigd - Verhuur Overige Laag Laag Gematigd - - Gespecialiseerde, wetenschappelijke en Zeer hoog Overige Middelmatig + + Middelmatig technische activiteiten Wetenschappelijk onderzoek en ontwikkeling New Deal Laag Laag / Rechtskundige, boekhoudkundige, Hoog Overige bedrijfskundige en technische dienstverlening Middelmatig Middelmatig Reclame en overige gespecialiseerde Hoog Overige activiteiten Laag Laag Administratieve en ondersteunende diensten Overige Hoog Hoog Laag WAARVAN: Terbeschikkingstelling van / Overige Gematigd Gematigd personeel Beveiligings- en opsporingsdiensten Overige Laag Laag / + + Reiniging en landschapsverzorging Overige Middelmatig Gematigd / New Deal en / Zeer hoog + + Hoog Overheidsdiensten BRC Onderwijs New Deal Hoog Hoog Laag Menselijke gezondheidszorg en Middelmatig - New Deal Hoog Hoog maatschappelijke dienstverlening Gezondheidszorg New Deal Middelmatig Middelmatig Middel-matig - Maatschappelijke dienstverlening New Deal Middelmatig Hoog / - Kunst, amusement en recreatie Overige + + Gematigd - Laag Gematigd Middelmatig - Overige Overige diensten Gematigd Laag Totaal 48,6 15,9 28,5 55,7 68, ,9 12,9 18,8 13,9 25,0 35,7 39,3 17,0 Bron: ADSEI (EAK), RSZ behalve BPB, RSVZ, berekeningen Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid. 35 "/": < dan 0,5%, zelfs onbestaande; zwak: < 2% van het totaal; middelmatig, tussen 2 en 4%; middelmatig, tussen 4 et 7%, hoog, tussen 7 et 13% en zeer hoog meer dan 13%, in casu de handel (18,5%) 36 Gemiddelde (Bron: ADSEI, EAK, berekeningen Observatorium). '+ + +', 20% en + van het totaal; '+ +', tussen 10 en 20%; '+', tussen 5% en 10%; idem voor de negatieve tekens. " " stemt overeen met een verschil t.o.v. het gemiddelde met "-5 en 5%". 37 M.b.t. de kolommen, Brusselaars, kwalificatieniveau, arbeidsstelsel, leeftijd en dagelijkse loonklasse, de tekens worden afgeleid uit de verschillen t.o.v. het gemiddelde. " " stemt overeen met een verschil t.o.v. het gemiddelde met "-2 en 2%"; "+" of "-", tussen "(-)2 en (-)6%; "+ +" of "-", tussen "(-)6 en (-)12%; "+ + +" of "- - -", voor een verschil van minstens (-) 12%/ 38 Laag: < 2% van het totaal; middelmatig, tussen 2 en 4%; middelmatig, tussen 4 en 7%, hoog, tussen 7 en 13% zeer hoog meer dan 13%, in casu de overheidsdiensten (17,7%) 39 ' ', 10 % en +; '+ + +', tussen 5 en 10%; '+ +', tussen 2,5% en 5%; '+' tussen 0,5% en 2,0%. Idem voor de negatieve tekens. 40 Laag: < 2% van het totaal; middelmatig, tussen 2 en 4%; middelmatig, tussen 4 en 7%, hoog, tussen 7 et 13% en zeer hoog meer dan 13%, in casu de handel (18,5%) Gemeenschappelijke nota BOW van Actiris, SES van Bruxelles Formation en Studiedienst van de VDAB Brussel 18

19 3. EIGENSCHAPPEN VAN DE BRUSSELSE WERKLOOSHEID Tussen 2006 en 2008 hebben alle gewesten een vermindering van de werkloosheid gekend, maar in 2008 is deze opnieuw de hoogte ingegaan wegens de crisis. De voorbije zes jaar is de administratieve werkloosheidsgraad in het Brussels Gewest van 18,7% naar 20,8% gestegen en is deze ook in Vlaanderen aanzienlijk toegenomen (van 5,8% naar 7,6%). In Wallonië, daarentegen, is de administratieve werkloosheidsgraad in 2009 en 2010 lichtjes gestegen om in 2014 opnieuw op het niveau van vóór de crisis te komen. Tabel 6. Evolutie van de administratieve werkloosheidsgraad per gewest ( ) Bronnen: NBB, FOD Economie ADSEI (EAK), RVA - Directie Statistieken, de VDAB, Forem, Actiris, berekeningen Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid. Van alle factoren die verklaren waarom de werkloosheid in het Brussels Gewest structureel hoger is 41, bespreken we eerst de demografische factoren. Enerzijds zijn grote steden vaak zeer aantrekkelijk voor nationale of internationale migrerende arbeidskrachten. Daarnaast zorgt de stadsvlucht ervoor dat het werkloosheidspeil in het stadscentrum hoog blijft, aangezien voornamelijk de werkenden zich in de rand vestigen en tegelijkertijd hun job in het Brussels Gewest behouden. Anderzijds stijgt de bevolking op beroepsactieve leeftijd sneller in Brussel dan in de twee andere gewesten en de rand, wat zwaardere gevolgen meebrengt voor de Brusselse tewerkstelling en werkloosheid. Bovendien dragen ook andere factoren die kenmerkend zijn voor de Brusselse werkloosheid bij tot het verklaren van de hogere werkloosheidsgraad in Brussel: de sterk gepolariseerde structuur van de Brusselse arbeidskrachten (zoals we reeds hebben gezien, zijn er zowel veel hoog- als laaggeschoolde personen) in een context waarin de werkgevers steeds hogere kwalificatie-eisen stellen, het zwakke tweetaligheidsniveau van de Brusselse werkzoekenden, de discriminatie bij de aanwerving in een gewest met een sterk multicultureel aspect, het tewerkstellingsbekken dat verder dan de administratieve grenzen reikt 41 Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid, 2014, Situatie BHG 2013, december 2014, Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse, Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid 2014, Staatshervorming, Overheveling van de bevoegdheden Werkgelegenheid en Opleiding, Verslag van de deskundigengroep, Brussels Hoofdstedelijk Gewest, 23 juni Sectoren met toekomstmogelijkheden en eerste beroepservaringen voor de jongeren in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 19

20 3.1 Eigenschappen van de Brusselse niet-werkende werkzoekenden (NWWZ) In 2014 zijn er in het Brussels Gewest gemiddeld NWWZ, wat overeenstemt met een toename van 19,8% t.o.v (of bijkomende eenheden). Meerdere factoren kunnen deze stijging verklaren zoals de conjunctuurschommelingen veroorzaakt door de crisis van 2008, de wijzigingen betreffende onder andere de werkloosheidswetgeving of het vrij verkeer van de werknemers of nog de demografische evoluties die eigen zijn aan Brussel (aanzienlijke toename van de bevolking, en in het bijzonder van de bevolking op arbeidsleeftijd). Tabel 7. Eigenschappen en evolutie van de NWWZ in Brussel (op jaarbasis) Adm Evolutie werkloosheidsgraad Aantal % Aantal % Aantal % % % Totaal , , ,8 18,7 20,8 Geslacht Mannen , , ,5 17,3 20,6 Vrouwen , , ,8 20,3 21,1 Leeftijdscategorie Jonger dan 25 jaar , , ,6 30,9 30,2 25 tot 29 jaar , , ,8 20,6 21,7 30 tot 39 jaar , , ,4 18,1 20,1 40 tot 49 jaar , , ,4 17,1 19,0 50 jaar en ouder , , ,2 14,5 19,5 Kwalificatieniveau Laag , , ,3 Maximaal diploma secundair onderwijs 2e graad , , ,2 Overige studies (buitenlandse diploma s die (nog) niet zijn erkend, , , ,0 ongeacht het niveau) Middelmatig , , ,6 Hoog , , ,6 Inactiviteitsduur < 6 maanden , , ,5 6 maanden - 1 jaar , , ,8 1 jaar en langer , , ,8 Nationaliteit Belg , , ,4 EU , , ,4 BEU , , ,7 Statuut WZUA , , ,3 Jongeren na studies , , ,2 Andere NWWZ , , ,0 Taalkennis 42 Hoog: 2e landstaal 9,7 8,0 Gemiddeld: 2e landstaal 19,6 23,5 Gemiddeld: Engels 26,2 35,0 Gemiddeld: 2e landstaal of Engels 33,9 43,3 Bron: Actiris, berekeningen Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid. Het onderzoek van de gegevens volgens geslacht toont dat tussen 2008 en 2014 het aantal werkloze mannen meer is gestegen (+23,5%, tegenover +15,8% voor de vrouwen). Ook al lijkt het verschil tussen mannen en vrouwen kleiner te worden, toch blijft de vrouwelijke werkloosheidsgraad sinds de crisis hoger dan die van de mannen (21,1%, t.o.v. 20,6%). Een mogelijke verklaring hiervoor is dat de crisis een sterkere weerslag heeft gehad op sectoren die erom bekend staan veel mannen tewerk te stellen zoals de bouwnijverheid of de industrie. Bovendien hebben vrouwen een grotere waaier aan jobs kunnen genieten via het dienstenchequesysteem, aangezien de activiteiten die in dit kader werden goedkeurd traditioneel vrouwelijke activiteiten zijn (hulpverlening aan huis, schoonmaak enz.). Daarbij komt nog dat het opleidingsniveau van vrouwen die zich op de arbeidsmarkt aanbieden gemiddeld hoger ligt dan dat van 42 Gegevens op 31 januari Gemeenschappelijke nota BOW van Actiris, SES van Bruxelles Formation en Studiedienst van de VDAB Brussel 20

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

FOCUS Werkgelegengheid in het Brussels Grootstedelijk Gebied

FOCUS Werkgelegengheid in het Brussels Grootstedelijk Gebied Brussels Observatorium voor de Oktober 2013 FOCUS Werkgelegengheid in het Brussels Grootstedelijk Gebied De arbeidsmarkten van de 3 gewesten in België zijn erg verschillend en hebben elk hun eigen specificiteit,

Nadere informatie

B. Werkende beroepsbevolking en interne werkgelegenheid

B. Werkende beroepsbevolking en interne werkgelegenheid B. Werkende beroepsbevolking en interne werkgelegenheid Deze gegevens zijn afkomstig van de Federale Overheidsdienst Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI), meer bepaald

Nadere informatie

B. Werkende beroepsbevolking en interne werkgelegenheid

B. Werkende beroepsbevolking en interne werkgelegenheid B. Werkende beroepsbevolking en interne werkgelegenheid Deze gegevens zijn afkomstig van de Federale Overheidsdienst Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI), meer bepaald

Nadere informatie

Heel gunstige arbeidsmarktevolutie in Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten -

Heel gunstige arbeidsmarktevolutie in Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten - ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 14 mei 2008 Heel gunstige arbeidsmarktevolutie in 2007 - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten - In 2007 Zijn 4,38 miljoen in

Nadere informatie

FOCUS Welke tewerkstellingsperspectieven hebben hooggeschoolden in Brussel?

FOCUS Welke tewerkstellingsperspectieven hebben hooggeschoolden in Brussel? Maart 2015 FOCUS Welke tewerkstellingsperspectieven hebben hooggeschoolden in Brussel? Voorwoord Ondanks het feit dat het aantal arbeidsplaatsen voor hooggeschoolden de laatste jaren is toegenomen, ook

Nadere informatie

Welzijnsbarometer 2015

Welzijnsbarometer 2015 OBSERVATOIRE DE LA SANTÉ ET DU SOCIAL BRUXELLES OBSERVATORIUM VOOR GEZONDHEID EN WELZIJN BRUSSEL "Cultuur aan de macht" de sociale rol van cultuur en kunst 26 november 2015 Welzijnsbarometer 2015 Marion

Nadere informatie

De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt

De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt FEBRUARI 2012 INHOUD Blz 1. Bevolking 2 1.1 Totale bevolking 2 1.2 Doorstromingscoëfficiënt 2 1.3 Bevolking op beroepsactieve leeftijd naar socio-economische

Nadere informatie

«WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES

«WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES «WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES Brussel wordt gekenmerkt door een grote concentratie van armoede in de dichtbevolkte buurten van de arme sikkel in het centrum van de stad, met name

Nadere informatie

Overzicht van de behoeften aan wetenschappelijke en technologische beroepen

Overzicht van de behoeften aan wetenschappelijke en technologische beroepen Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Overzicht van de behoeften aan wetenschappelijke en technologische beroepen 7 Juli 2010 Stéphane THYS Coördinator Opzet van de presentatie Studenten in wetenschappelijke

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Januari 2015

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Januari 2015 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Januari 2015 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt INHOUDSOPGAVE Maandverslag November 2013 Inhoudsopgave en kerncijfers...1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau...2 Door de RVA vergoede werklozen...3 Overzicht

Nadere informatie

NOVEMBER 2014 BAROMETER

NOVEMBER 2014 BAROMETER NOVEMBER 2014 BAROMETER In deze nieuwe editie van de barometer staan we stil bij de Census 2011 die afgelopen maand werd gepubliceerd door Statistics Belgium, onderdeel van de FOD Economie. We vertalen

Nadere informatie

Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 2004/ 2013

Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 2004/ 2013 Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 24/ 213 Dienst Studies Studies@rva.be Inhoudstafel: 1 INLEIDING 1 2 METHODOLOGIE 1 3 PROFIEL VAN DE UVW-WZ IN 24 EN IN 213 VOLGENS HET GEWEST 2 3.1 De -5-jarigen die

Nadere informatie

FOCUS De situatie van oudere werknemers op de Brusselse arbeidsmarkt

FOCUS De situatie van oudere werknemers op de Brusselse arbeidsmarkt Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid April 2014 FOCUS De situatie van oudere werknemers op de Brusselse arbeidsmarkt 1. Inleiding: context en algemene tendens Sinds tien stellen we elk een stijging

Nadere informatie

Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies

Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 19 juli 2007 Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies Eén op de tien Belgen werkt in een ander gewest; één op de vijf in een andere

Nadere informatie

Fiche 3: tewerkstelling

Fiche 3: tewerkstelling ECONOMISCHE POSITIONERING VAN DE FARMACEUTISCHE INDUSTRIE Fiche 3: tewerkstelling In de sector werken meer dan 29.400 personen; het volume van de tewerkstelling stijgt met een constant ritme van 3,7 %,

Nadere informatie

De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt

De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt SEPTEMBER 2012 INHOUD Blz 1. Bevolking 2 1.1 Totale bevolking 2 1.2 Doorstromingscoëfficiënt 2 1.3 Bevolking op beroepsactieve leeftijd naar socio-economische

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juli 2015

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juli 2015 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juli 2015 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting

Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting Feiten en cijfers Hebben laaggeschoolden een hoger risico om in armoede te belanden? Ja. Laagopgeleiden hebben het vaak

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Mei 2016

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Mei 2016 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Mei 2016 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juli 2014

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juli 2014 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juli 2014 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Januari 2017

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Januari 2017 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Januari 2017 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013)

Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013) 1 Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013) Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013) 1. Arbeidsmarktstatus van de bevolking van 15 jaar en ouder in 1983 en 2013 De Belgische bevolking van

Nadere informatie

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : het grootste tewerkstellingsgebied in België.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : het grootste tewerkstellingsgebied in België. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : het grootste tewerkstellingsgebied in België. Het Brussels hoofdstedelijk gewest en zijn hinterland. 700.000 jobs in het BHG, waarvan 400.000 ingenomen door Brusselaars

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Oktober 2015

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Oktober 2015 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Oktober 2015 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

De Brusselse arbeidsmarkt: statistische gegevens

De Brusselse arbeidsmarkt: statistische gegevens De Brusselse arbeidsmarkt: statistische gegevens Het Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid heeft als missie om de evolutie van de werkgelegenheid en de werkloosheid in het Brusselse Gewest in

Nadere informatie

De Belgische arbeidsmarkt in 2012

De Belgische arbeidsmarkt in 2012 1 De Belgische arbeidsmarkt in 2012 De Belgische arbeidsmarkt in 2012 1. Arbeidsmarktstatus van de bevolking van 15 jaar en ouder Iets minder dan de helft van de bevolking van 15 jaar en ouder is aan het

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag September 2015

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag September 2015 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag September INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers...1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau...2 Door de RVA vergoede werklozen...3 Overzicht

Nadere informatie

Juni 2018: van de jonge Brusselaars zijn nu minder dan werkzoekende

Juni 2018: van de jonge Brusselaars zijn nu minder dan werkzoekende Brusselse werkloosheid blijft dalen Juni 2018: van de 102 000 jonge Brusselaars zijn nu minder dan 8 000 werkzoekende Er wonen 102.460 jongeren (18-24 jaar) in Brussel. Van hen zijn er vandaag minder dan

Nadere informatie

Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013

Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013 Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013 Verschillende factoren bepalen het aantal arbeidsongevallen. Sommige van die factoren zijn meetbaar. Denken we daarbij

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag juni 2016

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag juni 2016 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag juni 2016 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Augustus 2018: aantal jonge werkzoekenden op laagste niveau sinds 1990

Augustus 2018: aantal jonge werkzoekenden op laagste niveau sinds 1990 Augustus : aantal jonge werkzoekenden op laagste niveau sinds 1990 Eind augustus telt het Brussels Gewest 8.605 jonge werkzoekenden. Voor de maand augustus is dat het laagste aantal in 28 jaar. Er zijn

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Mei 2017

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Mei 2017 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Mei 2017 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juni 2015

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juni 2015 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juni 2015 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

34,0 31,9 % 32,0 30,0 28,0 26,7 % 26,0 26,5 % 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -992 eenheden

34,0 31,9 % 32,0 30,0 28,0 26,7 % 26,0 26,5 % 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -992 eenheden 20 000 Brusselse werkzoekenden minder op 4 jaar tijd Brussel telt 91.877 werkzoekenden, voor een werkloosheidsgraad van 16,5%. Daarmee daalt de werkloosheid voor de 39 e maand op rij: in vergelijking met

Nadere informatie

opgeleiden te Brussel. Trends naar Arbeidsmarktontwikkeling voor hoger 6 juni 2006 Studiedag onderwijsvernieuwing

opgeleiden te Brussel. Trends naar Arbeidsmarktontwikkeling voor hoger 6 juni 2006 Studiedag onderwijsvernieuwing Arbeidsmarktontwikkeling voor hoger opgeleiden te Brussel. Trends naar 2012. Studiedag onderwijsvernieuwing 6 juni 2006 DUALE STRUCTUUR VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Economische rijkdom Uitsluiting

Nadere informatie

BRUSSELS ARMOEDERAPPORT 2015 Welzijnsbarometer: samenvatting

BRUSSELS ARMOEDERAPPORT 2015 Welzijnsbarometer: samenvatting BRUSSELS ARMOEDERAPPORT 2015 Welzijnsbarometer: samenvatting De Welzijnsbarometer verzamelt jaarlijks een reeks indicatoren die verschillende aspecten van armoede in het Brussels Gewest belichten. De sociaaleconomische

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Augustus 2017

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Augustus 2017 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Augustus 2017 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Kinderarmoede in het Brussels Gewest

Kinderarmoede in het Brussels Gewest OBSERVATOIRE DE LA SANTÉ ET DU SOCIAL BRUXELLES OBSERVATORIUM VOOR GEZONDHEID EN WELZIJN BRUSSEL Senaat hoorzitting 11 mei 2015 Kinderarmoede in het Brussels Gewest www.observatbru.be DIMENSIES VAN ARMOEDE

Nadere informatie

De jongerenwerkloosheid blijft verder dalen in Brussel: -9,3% in één jaar tijd

De jongerenwerkloosheid blijft verder dalen in Brussel: -9,3% in één jaar tijd De jongerenwerkloosheid blijft verder dalen in Brussel: -9,3% in één jaar tijd Brussel, 1 oktober Eind september bedraagt de jongerenwerkloosheidsgraad, na een 64 e daling op rij, 24,7%. Brussel telt 9.477

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag November 2018

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag November 2018 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag November INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

April 2018: Brusselse werkloosheidsgraad op laagste niveau in 25 jaar

April 2018: Brusselse werkloosheidsgraad op laagste niveau in 25 jaar April 2018: Brusselse werkloosheidsgraad op laagste niveau in 25 jaar Brussel, 3 mei 2018 Eind april telt het Brussels Gewest 89.367 werkzoekenden, wat overeenkomt met een werkloosheidsgraad van 15,9%.

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag April 2019

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag April 2019 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag April 2019 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juni 2018

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juni 2018 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juni 2018 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0 20,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -291 eenheden

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0 20,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -291 eenheden Juli 2018: opnieuw daling van Brusselse werkloosheid Eind juli telt het Brussels Gewest 90.673 werkzoekenden, wat overeenkomt met een werkloosheidsgraad van 16,2%. Het is geleden van het jaar 2000 dat

Nadere informatie

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -534 eenheden

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -534 eenheden Mei 2018: De jeugdwerkloosheid daalt 5 jaar ononderbroken De daling van de werkloosheid zet zich verder in Brussel. Eind mei telt het Brussels Gewest 87.912 werkzoekenden, wat overeenkomt met een werkloosheidsgraad

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juli 2018

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juli 2018 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Juli 2018 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Oktober 2018

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Oktober 2018 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Oktober 2018 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Longitudinale analyse van de begunstigden van de taalcheques

Longitudinale analyse van de begunstigden van de taalcheques Januari 2013 Longitudinale analyse van de begunstigden van de taalcheques 1. Inleiding Het heeft de analyse van de maatregel van de taalcheques geactualiseerd. Het doel van deze nieuwe analyse is om opnieuw

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Februari 2019

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Februari 2019 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Februari 2019 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Spotlight. Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht. 1 Inleiding. 3 Resultaten. 3.1 Gewest en jaar. 2 Methodologie

Spotlight. Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht. 1 Inleiding. 3 Resultaten. 3.1 Gewest en jaar. 2 Methodologie Lange duur werkfractie / werkfractie Werkfractie Spotlight Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht Deze keer: De evoluties van de overgangen naar werk van de werklozen volgens hun profiel. 1 Inleiding

Nadere informatie

De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis

De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis Oktober 2009 De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis De werkloosheid: moet het ergste nog komen? De uitzendarbeid en het aantal openstaande betrekkingen lopen weer terug Het

Nadere informatie

VLAANDEREN OP HET EUROPESE SCOREBORD Hoofstuk 4

VLAANDEREN OP HET EUROPESE SCOREBORD Hoofstuk 4 VLAANDEREN OP HET EUROPESE SCOREBORD Hoofstuk 4 Seppe Van Gils In vergelijking met Europa (EU-15) wordt Vlaanderen gekenmerkt door een gemiddeld aandeel werkenden (63,4%). Ten opzichte van het gemiddelde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 Geen heropleving van de arbeidsmarkt in 2013 Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten 4.530.000 in België wonende personen zijn aan het werk in 2013. Hun aantal

Nadere informatie

2.2.1 Aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt

2.2.1 Aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2.2 Uitdagingen op het vlak van werkgelegenheid 2.2.1 Aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt Het wordt steeds belangrijker om met voldoende kwalificaties naar de arbeidsmarkt te kunnen gaan. In Europees

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag November 2017

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag November 2017 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag November INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

De taalvereisten op de arbeidsmarkt en de talenkennis van de Brusselse werkzoekenden

De taalvereisten op de arbeidsmarkt en de talenkennis van de Brusselse werkzoekenden De taalvereisten op de arbeidsmarkt en de talenkennis van de Brusselse werkzoekenden Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid 2011 Als hoofdstad van België en door zijn internationale rol concentreert

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 Positieve arbeidsmarktevoluties in het derde kwartaal van 2015 De werkgelegenheidsgraad bij de 20- tot 64-jarigen bedroeg in het derde kwartaal van 2015 67,4% en steeg

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013

PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013 PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013 De Belgische arbeidsmarkt in 2012 Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten Hoeveel personen verrichten betaalde arbeid? Hoeveel mensen zijn werkloos? Hoeveel inactieve

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt INHOUDSOPGAVE Maandverslag Juni 2013 Inhoudsopgave, editoriaal en kerncijfers...1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau...2 Door de RVA vergoede werklozen...3

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Maart 2019

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Maart 2019 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag Maart 2019 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

Jeugdwerkloosheid. Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten 11 december 2013. Jan Smets

Jeugdwerkloosheid. Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten 11 december 2013. Jan Smets Jeugdwerkloosheid Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten 11 december 2013 Jan Smets Overzicht van de uiteenzetting 1. Dramatische jongerenwerkloosheidscijfers... 2 Werkloosheidsgraad

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag April 2018

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag April 2018 Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Maandverslag April 2018 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave en kerncijfers... 1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau... 2 Door de RVA vergoede werklozen... 3 Overzicht

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013

PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013 PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013 Meer 55-plussers aan het werk Arbeidsmarktcijfers eerste kwartaal 2013 66,7% van de 20- tot 64-jarigen is aan het werk. Dat percentage daalt licht in vergelijking met

Nadere informatie

Evolutie sinds 1954 van de vergoede volledige werkloosheid in perspectief geplaatst

Evolutie sinds 1954 van de vergoede volledige werkloosheid in perspectief geplaatst Evolutie sinds 1954 van de vergoede volledige werkloosheid in perspectief geplaatst Directie Statistieken, Budget en Studies Stat@rva.be Inhoudsopgave: 1 INLEIDING 1 2 EVOLUTIE VAN DE VERGOEDE VOLLEDIGE

Nadere informatie

Opleidings- en begeleidingscheques

Opleidings- en begeleidingscheques Opleidings- en begeleidingscheques De Maatregel Om werknemers ertoe aan te zetten een leven lang te leren, draagt de Vlaamse overheid financieel een steentje bij. Sinds september 2003 1 kunnen werknemers

Nadere informatie

1. Aangiften : FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN

1. Aangiften : FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Statistisch verslag van de arbeidsongevallen van 2015 - privésector 1. Aangiften : In 2015 werden 157.242 aangiften genoteerd. Het betreft een verdere daling (-6,5% t.o.v.

Nadere informatie

Een op vijf werknemers in Vlaamse bedrijven ouder dan 45 jaar

Een op vijf werknemers in Vlaamse bedrijven ouder dan 45 jaar Een op vijf werknemers in Vlaamse bedrijven ouder dan 45 jaar Baisier, L. (2004).. Brussel: SERV STV Innovatie & Arbeid. Vandaag is een op de vijf werknemers in de Vlaamse bedrijven ouder dan 45 jaar,

Nadere informatie

De helft van de 15 tot 64-jarigen met een langdurig gezondheidsprobleem of moeilijkheid bij het uitvoeren van dagelijkse handelingen is aan het werk

De helft van de 15 tot 64-jarigen met een langdurig gezondheidsprobleem of moeilijkheid bij het uitvoeren van dagelijkse handelingen is aan het werk 1 Arbeidsparticipatie en gezondheidsproblemen of handicap De helft van de 15 tot 64-jarigen met een langdurig gezondheidsprobleem of moeilijkheid bij het uitvoeren van dagelijkse handelingen is aan het

Nadere informatie

67,3% van de 20-64-jarigen aan het werk

67,3% van de 20-64-jarigen aan het werk ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 28 oktober 67,3% van de 20-64-jarigen aan het werk Tegen 2020 moet 75% van de Europeanen van 20 tot en met 64 jaar aan het werk zijn.

Nadere informatie

Jongeren vinden moeilijker een job - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, derde kwartaal

Jongeren vinden moeilijker een job - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, derde kwartaal ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 5 februari 2009 Jongeren vinden moeilijker een job - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, derde kwartaal 2008 - Het hoeft geen

Nadere informatie

Tabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau.

Tabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau. Een aantal arbeidsgehandicapten uit onze onderzoekspopulatie waren tijdens de referteperiode ingeschreven bij zowel RVA als RSZ. Deze (relatief kleine) groep van mensen bespreken we in dit deel van het

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013 PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013 Werkgelegenheid stabiel, werkloosheid opnieuw in stijgende lijn Arbeidsmarktcijfers derde kwartaal 2013 Na het licht herstel van de arbeidsmarkt in het tweede kwartaal

Nadere informatie

Werkgelegenheid en werkloosheid (EAK)

Werkgelegenheid en werkloosheid (EAK) FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Statistisch Product Werkgelegenheid en werkloosheid (EAK) Algemene informatie De steekproefenquête naar de arbeidskrachten (EAK), in België opgezet door de

Nadere informatie

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2015

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2015 DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2015 Inhoud Inleiding... 3 1 Overzicht van de werknemers in de sociale economie... 3 2 Profielkenmerken van doelgroepwerknemers... 5 3 Regionale spreiding... 12 Methodologie...

Nadere informatie

Welzijnsbarometer 2014 Samenvatting en besluit

Welzijnsbarometer 2014 Samenvatting en besluit Welzijnsbarometer 2014 Samenvatting en besluit De Welzijnsbarometer verzamelt jaarlijks een reeks indicatoren die verschillende aspecten van armoede in het Brussels Gewest belichten. De sociaaleconomische

Nadere informatie

Werkgelegenheid en werkloosheid (EAK)

Werkgelegenheid en werkloosheid (EAK) FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Statistisch Product Werkgelegenheid en werkloosheid (EAK) Algemene informatie De enquête naar de arbeidskrachten (EAK) is een sociaal-economische steekproefenquête

Nadere informatie

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA Vooraf Door de aanbevelingen van de Europese Unie is de aandacht momenteel vooral gericht op de werkgelegenheidsgraad van de oudere uitkeringstrekkers.

Nadere informatie

Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin

Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin ruime zin in België, Duitsland, Frankrijk en Nederland in 2014 Directie Statistieken, Begroting en Studies stat@rva.be Inhoudstafel: 1

Nadere informatie

Werkgroep Arbeidsmarkt Onderwijs

Werkgroep Arbeidsmarkt Onderwijs Werkgroep Arbeidsmarkt Onderwijs Algemeen overzicht : Resoc-Serr Midden-West West-Vlaanderen NWWZ (2004) : 5989 Werkloosheidsgraad : 5,45 5989 werklozen Werkzaamheidsgraad : 72,67 102026 werkenden Activiteitsgraad

Nadere informatie

Resultaten van de socioeconomische. Valérie Gilbert Virginie Vaes FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg

Resultaten van de socioeconomische. Valérie Gilbert Virginie Vaes FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg Resultaten van de socioeconomische monitoring Valérie Gilbert Virginie Vaes FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg ORIGINE EN MIGRATIEACHTERGROND CONCEPTEN 2 Origine Identificatie van personen

Nadere informatie

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 Meer personen op de arbeidsmarkt in de eerste helft van 2010. - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, 2 de

Nadere informatie

De regionale impact van de economische crisis

De regionale impact van de economische crisis De regionale impact van de economische crisis Damiaan Persyn Vives Beleidspaper 11 Juli 2009 VIVES Naamsestraat 61 bus 3510 3000 Leuven - Belgium Tel: +32 16 32 42 22 www.econ.kuleuven.be/vives De regionale

Nadere informatie

EVOLUTIE VAN DE ARBEIDSMARKT IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

EVOLUTIE VAN DE ARBEIDSMARKT IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST EVOLUTIE VAN DE ARBEIDSMARKT IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST KENMERKEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE TERRITORIALE WERKGELEGENHEIDSPACTEN BGDA STUDIEDIENST MAART 1998 Inhoudstafel VOORWOORD...1

Nadere informatie

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid 1 Samenvatting van de IMA-studie Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid Het aantal arbeidsongeschikten alsook de betaalde uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van 6 september 2004;

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van 6 september 2004; SCSZ/04/105 BERAADSLAGING NR 04/034 VAN 5 OKTOBER 2004 M.B.T. DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN HET FOREM MET HET OOG OP DE EVALUATIE VAN HET PLAN FORMATION-INSERTION

Nadere informatie

Regionale economische vooruitzichten

Regionale economische vooruitzichten 2015/2 Regionale economische vooruitzichten 2015-2020 Dirk Hoorelbeke D/2015/3241/213 Samenvatting Dit webartikel geeft een bondig overzicht van de nieuwe regionale economische vooruitzichten tot 2020.

Nadere informatie

De uitkeringsgerechtigden ten laste van de RVA sedert 5 jaar en meer

De uitkeringsgerechtigden ten laste van de RVA sedert 5 jaar en meer De uitkeringsgerechtigden ten laste van de RVA sedert 5 jaar en meer De uitkeringsgerechtigde volledig werklozen - nietwerkende werkzoekenden sedert 5 jaar en meer Gewoonlijk onderzoekt men de werkloosheid

Nadere informatie

Vier werknemers op tien krijgen opleiding en vorming

Vier werknemers op tien krijgen opleiding en vorming ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 13 september 2007 Vier werknemers op tien krijgen opleiding en vorming Vormingsinspanningen van Belgische ondernemingen in 2005 62,5%

Nadere informatie

Hinder door een handicap of langdurige gezondheidsproblemen

Hinder door een handicap of langdurige gezondheidsproblemen Hinder door een handicap of langdurige gezondheidsproblemen Een beeld vanuit de EAK Tijdens het tweede kwartaal van 2007 werd in de Enquête naar de Arbeidskrachten gevraagd of de respondenten in hun dagelijkse

Nadere informatie

Lang naar school en toch werkzoekend! Toestand hooggeschoolden in de werkloosheid

Lang naar school en toch werkzoekend! Toestand hooggeschoolden in de werkloosheid Lang naar school en toch werkzoekend! Toestand hooggeschoolden in de werkloosheid Vlaanderen telt per eind januari 2002 5.380 niet-werkende werkzoekenden (NWWZ) met een universitair diploma. Daarnaast

Nadere informatie

BIJLAGE DERDE EDITIE ECONOMISCH GEWICHT VAN DE IZW S IN BELGIE

BIJLAGE DERDE EDITIE ECONOMISCH GEWICHT VAN DE IZW S IN BELGIE BIJLAGE DERDE EDITIE ECONOMISCH GEWICHT VAN DE IZW S IN BELGIE Bijdrage tot de welvaart België telt tienduizenden vzw s, stichtingen, sociale economiebedrijven en feitelijke verenigingen. 18.847 daarvan

Nadere informatie

Diversiteit in de horecasector 2011

Diversiteit in de horecasector 2011 Diversiteit in de horecasector 2011 2011 Guidea - Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw Deze informatie werd met de grootste zorg samengesteld. Guidea, het Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw

Nadere informatie

DEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE. Kerncijfers Vergrijzing en Werkzaamheid Versie 20 juni 2013

DEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE. Kerncijfers Vergrijzing en Werkzaamheid Versie 20 juni 2013 DEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE Kerncijfers Vergrijzing en Werkzaamheid Versie 20 juni 2013 1 De arbeidsmarkt wordt krapper: alle talent is nodig Evolutie van de vervangingsgraad (verhouding 15-24-jarigen

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN DECREET. van de heer Marc Olivier c.s. houdende invoering van een recht op opleiding voor structureel werklozen

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN DECREET. van de heer Marc Olivier c.s. houdende invoering van een recht op opleiding voor structureel werklozen Stuk 1025 (1997-1998) Nr. 1 VLAAMS PARLEMENT Zitting 1997-1998 29 april 1998 VOORSTEL VAN DECREET van de heer Marc Olivier c.s. houdende invoering van een recht op opleiding voor structureel werklozen

Nadere informatie

FEBRUARI 2016 BAROMETER

FEBRUARI 2016 BAROMETER FEBRUARI 2016 BAROMETER Deze nieuwe editie van de barometer geeft een overzicht van de werkloosheidscijfers en vacaturecijfers in 2015, aangevuld met enkele indicatoren met betrekking tot de economische

Nadere informatie

DE BRUSSELSE ARBEIDSMARKT: TENDENSEN EN DIAGNOSE VAN DE JAREN 90

DE BRUSSELSE ARBEIDSMARKT: TENDENSEN EN DIAGNOSE VAN DE JAREN 90 DE BRUSSELSE ARBEIDSMARKT: TENDENSEN EN DIAGNOSE VAN DE JAREN 90 Perscommuniqué Tijdens de Buitengewone Europese Raad van Lissabon in het voorjaar 2000 werd de doelstelling van volledige tewerkstelling

Nadere informatie

DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers )

DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers ) UPDATE CIJFERS DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers 2008-2009) Bron: Vlaamse Arbeidsrekening (Steunpunt WSE / Departement Werk en Sociale Economie) Verwerking: Stad Genk, Dienst Beleidsplanning De data over

Nadere informatie

Leeftijd en geslacht jaar jaar jaar. Studieniveau en geslacht Laag Midden Hoog

Leeftijd en geslacht jaar jaar jaar. Studieniveau en geslacht Laag Midden Hoog De Brusselse arbeidsmarkt: statistische gegevens - Activiteitsgraad, werkzaamheidsgraad en werkloosheidsgraad Oktober 2015 A. Activiteitsgraad, werkgelegenheidsgraad en werkloosheidsgraad Deze kerncijfers

Nadere informatie