tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013"

Transcriptie

1 stuk ingediend op 114 ( ) Nr oktober 2014 ( ) Ontwerp van decreet tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 verzendcode: FIN

2 2 Stuk 114 ( ) Nr. 1 INHOUD Memorie van toelichting... 3 Voorontwerp van decreet Bijlage bij het voorontwerp van decreet: Concordantietabellen Advies van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen Advies van de Raad van State Ontwerp van decreet Bijlage bij het ontwerp van decreet: Concordantietabellen Brussel 02/

3 Stuk 114 ( ) Nr. 1 3 I. ALGEMENE TOELICHTING MEMORIE VAN TOELICHTING Op 19 september 2011 besliste de Vlaamse Regering de inning van de registratieen successierechten in eigen beheer te nemen met ingang van 1 januari Onder successie- en registratierechten worden de belastingen begrepen, vermeld in artikel 3, eerste lid, 4 en 6 tot 8, van de Bijzondere Financieringswet van 16 januari 1989, zijnde: het successierecht van rijksinwoners en het recht van overgang bij overlijden van niet-rijksinwoners; het registratierecht op de overdrachten ten bezwarende titel van in België gelegen onroerende goederen met uitsluiting van de overdrachten die het gevolg zijn van een inbreng in een vennootschap behalve voor zover het een inbreng betreft door een natuurlijk persoon van een woning in een Belgische vennootschap; het registratierecht op de vestiging van een hypotheek op een in België gelegen onroerend goed; het registratierecht op de gedeeltelijke of gehele verdelingen van in België gelegen onroerende goederen, de afstanden onder bezwarende titel, onder medeeigenaars, van onverdeelde delen in soortgelijke goederen, en de omzettingen bedoeld in de artikelen 745quater en 745quinquies van het Burgerlijk Wetboek, zelfs indien er geen onverdeeldheid is; het registratierecht op de schenkingen onder de levenden van roerende of onroerende goederen. De beslissing van de Vlaamse Regering werd decretaal bevestigd door artikel 10 van het Vlaamse decreet van 9 november 2012 houdende diverse bepalingen betreffende financiën en begroting. Op 14 maart 2013 werd de beslissing tot overname in eigen beheer van voormelde belastingen overeenkomstig artikel 5, 3, van voormelde bijzondere wet van 16 januari 1989 aan de eerste minister betekend. De overname van voormelde belastingen in eigen beheer vereist een screening van de huidige regelgeving zodat deze op maat van de Vlaamse belastingen kan herschreven worden. Er werd dan ook besloten om ook de regelgeving rond registratie- en successierechten op te nemen in de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 (VCF). Het voorliggend ontwerp geeft uitvoering aan punt 2.3. van de beleidsnota Financiën en Begroting , en aan de beleidsbrief Financiën en Begroting (p. 28). Gelet op de doelstelling van de VCF wordt bovendien voor de inning van deze belastingen naar een gelijklopende procedure met de reeds in de VCF opgenomen belastingen gestreefd. Dit komt de transparantie, eenvormigheid en vereenvoudiging van de Vlaamse fiscale regelgeving ten goede. Vanuit dit opzet wordt ook gestreefd naar het opheffen of actualiseren van verouderde regelgeving. Een efficiënte, effectieve en klantgerichte inning en invordering van de Vlaamse belastingen en heffingen belangt immers iedereen aan. Als rechtszoekende wil elke belastingplichtige bovendien een duidelijk overzicht hebben van zijn rechten en plichten. De integratie van voormelde belastingen in de VCF zorgt ervoor dat het wetgevingstechnische kluwen dat in de loop der jaren voor deze belastingen is ontstaan, ontward wordt. Zowel inzake de verschillende registratierechten als inzake de

4 4 Stuk 114 ( ) Nr. 1 successierechten en recht van overgang werden er immers steeds meer eigen Vlaamse klemtonen gelegd. Doordat eenzelfde artikel een verschillende invulling krijgt in de diverse gewesten, is het voor een belastingplichtige en zelfs voor fiscalisten niet altijd eenvoudig de correcte interpretatie van een bepaling terug te vinden die in een bepaalde situatie van toepassing is. Gelet op het feit dat de VCF enkel de Vlaamse fiscale regelgeving omvat, vindt de belastingplichtige hierin een coherent geheel terug van de manier waarop registratie- en successierechten zowel op materieel als procedureel vlak in Vlaanderen worden behandeld. Daarentegen heeft het in eigen beheer nemen van voormelde belastingen en de opname in de VCF ook een onvermijdelijk neveneffect dat het gevolg is van het ten volle benutten van de Vlaamse fiscale bevoegdheden. Vermits de VCF enkel bepalingen bevat die verbonden zijn met die Vlaamse fiscale bevoegdheid zullen de bepalingen rond de formaliteit van de registratie (burgerrechtelijke aspecten), documentatie, andere niet fiscale bepalingen en de bepalingen rond de federale registratierechten niet hierin te vinden zijn. De materieelrechtelijke bepalingen werden in beginsel niet gewijzigd, doch voornamelijk aangepast aan de structuur van de VCF en taalkundig gestroomlijnd. Waar er inhoudelijke aanpassingen voorliggen, zal dit nader worden toegelicht in deze toelichting. De bestaande procedurebepalingen aangaande de inning en invordering van de belasting veranderen wel danig in het licht van de doelstelling van de VCF, zoals reeds vermeld. Ook dit wordt nader toegelicht. Om taalkundige stroomlijning en, meer nog, vereenvoudiging te bereiken, werden enkele basisbegrippen geherformuleerd. Zo wordt de term erfbelasting gehanteerd als verzamelterm als zowel het successierecht als het recht van overgang worden bedoeld. Die laatste begrippen worden enkel nog afzonderlijk gehanteerd als respectievelijk louter het successierecht of louter het recht van overgang worden bedoeld. Op dezelfde manier wordt de term registratiebelasting als verzamelterm gebruikt voor de diverse Vlaamse registratierechten. Die verzamelterm omvat meer bepaald de schenkbelasting, het verkooprecht, het recht op hypotheekvestiging en het verdeelrecht. Ook deze termen worden enkel nog afzonderlijk gehanteerd voor bepalingen die louter op het betreffende recht betrekking hebben. Er wordt dan ook gesproken van: de schenkbelasting, als het registratierecht op de schenkingen onder de levenden van roerende of onroerende goederen wordt bedoeld; het verkooprecht, als het registratierecht op de overdrachten ten bezwarende titel van in België gelegen onroerende goederen met uitsluiting van de overdrachten die het gevolg zijn van een inbreng in een vennootschap behalve voor zover het een inbreng betreft door een natuurlijk persoon van een woning in een Belgische vennootschap wordt bedoeld; het recht op hypotheekvestiging, als het registratierecht op de vestiging van een hypotheek op een in België gelegen onroerend goed wordt bedoeld; het verdeelrecht, als het registratierecht op de gedeeltelijke of gehele verdelingen van in België gelegen onroerende goederen, de afstanden onder bezwarende titel, onder mede-eigenaars, van onverdeelde delen in soortgelijke goederen, en de omzettingen bedoeld in de artikelen 745quater en 745quinquies van het Burgerlijk Wetboek, zelfs indien er geen onverdeeldheid is, wordt bedoeld. Het voorliggend ontwerp voorziet in de codificatie en opheffing van volgende wetboeken, van toepassing binnen het Vlaamse Gewest (chronologisch gerangschikt): het wetboek van 31 maart 1936 der successierechten, met uitzondering van artikel 1, artikel 58, artikel 60bis, 1 tot en met 9, 10, 1 en 3, 11, tweede tot en met vijfde lid, (voor zover betrekking op overlijdens van voor 1 januari 2012), artikel 76, artikel 144, artikel 145 en artikel 163, boek II, IIbis en III;

5 Stuk 114 ( ) Nr. 1 5 het wetboek van 30 november 1939 der registratie-, hypotheek- en griffierechten, met uitzondering van artikel 1, artikel 2 (met uitzondering van het derde lid, zinsnede alsook de voorschriften die voor de juiste heffing van de verschuldigde rechten nodig zijn ), artikel 2bis tot en met artikel 8bis, artikel 9, eerste en tweede lid, artikel 10, tweede lid, artikel 11, tweede en derde lid, artikel 13, artikel 19, artikel 21 1, artikel 21 2, 1, artikel 23 tot en met artikel 34, artikel 35, eerste lid, 6 (voor zover geen betrekking op verkooprecht) en 7, tweede lid, derde lid en vijfde lid, artikel 36 tot en met artikel 40, artikel 41, 2 en 3, artikel 41bis, artikel 42, artikel 43 (voor zover geen betrekking op schenkbelasting, verkooprecht of verdeelrecht), artikel 63.2, artikel 77 tot en met artikel 84, artikel 88, artikel 92.2, artikel 94, artikel 103, artikel 115 tot en met artikel 119, artikel 121 (voor zover geen betrekking op verkooprecht), artikel 122 (voor zover geen betrekking op verkooprecht), artikel 123, artikel 124, artikel 128, artikel 142 tot en met artikel 145, artikel 158, artikel 159, 9, 10 en 14, artikel 160, artikel 161, 1bis, 3 (als het geen betrekking heeft op verkooprecht), 4 (als het geen betrekking heeft op verkooprecht), 5, 10, 12 en 13, artikel 162 tot en met artikel 165, artikel 166 (voor zover geen betrekking op openbare verkoping van onroerende goederen), artikel 170, tweede lid, artikel 173, 3, 4, 5 en 6, artikel 176 tot en met artikel 180, artikel 184bis (voor zover geen betrekking op schenkbelasting, verkooprecht of verdeelrecht), artikel 206, artikel 206bis, derde lid, artikel 207bis, tweede lid, artikel 209, eerste lid, 5, artikel 210, tweede lid, artikel 226 tot en met artikel 236, artikel 237 tot en met artikel 287, artikel 290, artikel 301 en artikel 302 tot en met artikel 304. Het ontwerp voorziet tevens dat een aantal bepalingen, die voordien in (koninklijke) besluiten, waren opgenomen, geïntegreerd worden, waaronder: artikel 4, artikel 5, de eerste en de tweede bijlage van het koninklijk besluit van 11 januari 1940 betreffende de uitvoering van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten; artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 maart 2012 tot uitvoering van de artikelen 140quinquies en 140sexies van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten en de artikelen 60/4 en 60/5 van het Wetboek der Successierechten. Tot slot voorziet het ontwerp ook in de opheffing van artikel 9 van het organiek besluit van 18 maart 1831 van het bestuur van s lands middelen voor wat betreft de administratieve geldboetes of de belastingverhogingen opgelegd in toepassing van titel 3, hoofdstuk 18. Door het voorliggend ontwerp van wijziging van decreet wordt titel 1 van de bestaande VCF, dat de inleidende bepalingen bevat die nodig zijn voor een goed begrip van de codex in het algemeen, of die niet thuis horen in de andere titels, aangevuld. In titel 1 van het ontwerp worden de bedoelde belastingen gedefinieerd. De definities verwijzen naar de Bijzondere Financieringswet om aan te duiden dat het binnen het kader van die bijzondere wet is dat de betrokken Vlaamse fiscale bevoegdheid kan worden uitgeoefend. De Raad van State betuigt in randnummer 8 van zijn advies instemming met de in het ontwerp gehanteerde werkwijze waarbij in de omschrijving van de bedoelde belastingen ook het toepassingsgebied wordt bepaald door middel van een verwijzing naar de belastbare materie, de overgedragen bevoegdheden en het lokalisatiecriterium zoals vervat in de betrokken artikelen van de Bijzondere Financieringswet. Evenwel stelt de Raad van State dat het opportuun is die werkwijze in de memorie van toelichting nader te verduidelijken.

6 6 Stuk 114 ( ) Nr. 1 Via de definitie van de bedoelde belastingen wordt inderdaad het toepassingsgebied bepaald door middel van een verwijzing naar de belastbare materie, de overgedragen bevoegdheden en het lokalisatiecriterium zoals ze zijn opgenomen in de Bijzondere Financieringswet. Erfbelasting wordt gedefinieerd als zijnde een verzamelterm voor het successierecht en het recht van overgang (zie ontworpen bepaling , eerste lid, 9 ). Die laatste belastingen worden in de definities gekoppeld aan de Bijzondere Financieringswet (zie ontworpen bepaling , eerste lid, 16 en 20 ). Registratiebelasting wordt gedefinieerd als zijnde een verzamelterm voor de schenkbelasting, het verkooprecht, het verdeelrecht en het recht op hypotheekvestiging (zie ontworpen bepaling , eerste lid, 17 ). Die belastingen worden in de definities gekoppeld aan de Bijzondere Financieringswet (zie ontworpen bepaling , eerste lid, 15, 19, 22 en 24 ). In die zin is de bevoegdheid van het Vlaamse Gewest dan ook beperkt tot datgene wat bepaald werd in de Bijzondere Financieringswet, en dus ook tot de lokalisatiecriteria die deze bijzondere wet bepaalt. Enkele van de voorliggende bepalingen bevestigen waar nodig de lokalisatiecriteria die door de bijzondere wetgever werden opgelegd. Zo vermeldt artikel 22 van het ontwerp (ontworpen artikel VCF) alsook artikel 213 van het ontwerp (ontworpen artikel VCF) niet langer onroerende goederen gelegen in België maar wordt gesproken over de onroerende goederen die ingevolge de Bijzondere Financieringswet in het Vlaamse Gewest te lokaliseren zijn. Aangezien het lokalisatiecriterium door de bijzondere wetgever wordt bepaald werd het niet noodzakelijk geacht om in elke bepaling uitdrukkelijk het localisatiecriterium te hernemen (bijvoorbeeld artikel 19, ontworpen artikel VCF). Daarnaast worden de volgende vijf hoofdstukken toegevoegd aan titel 2 (materieelrechtelijke bepalingen): hoofdstuk 7. Erfbelasting; hoofdstuk 8. Schenkbelasting; hoofdstuk 9. Verkooprecht; hoofdstuk 10. Verdeelrecht; hoofdstuk 11. Recht op Hypotheekvestiging. Hierbij wordt telkens de in de VCF reeds bestaande structuur (het belastbaar voorwerp, de belastingplichtigen, de belastbare grondslag, de tarieven, de verminderingen, de vrijstellingen en de wijze van heffing) gerespecteerd. Zoals dit gebeurde bij de invoering van de VCF, worden voor de betrokken belastingen de fundamentele bepalingen inzake belastbare materie zichtbaar gemaakt. Via de woorden overeenkomstig artikel wordt aangegeven wanneer de betrokken bepalingen een hogere rechtsnorm bevatten. Dat is bijvoorbeeld het geval voor die bepalingen die de belastbare materie omvatten. De betrokken federale bepalingen worden uiteraard evenmin uit de rechtsorde verwijderd (zie titel 5. Opheffingsbepalingen en overgangsmaatregelen), vermits dat ook niet zou kunnen in het licht van de verdeling van de betreffende bevoegdheden. Het voorstel van de Raad van State aangaande het aanwenden van het begrip overeenkomstig bij de vormgeving van de belastingplichtige wordt niet gevolgd. In tegenstelling tot de Raad van State wordt immers geoordeeld dat de omschrijving en invulling van het begrip belastingplichtige wel degelijk behoort tot de gewestelijke bevoegdheid. Zoals reeds aangehaald bij de totstandkoming van de VCF wordt immers geoordeeld dat de federale overheid enkel nog bevoegd is voor de bepaling van de belastbare materie. Dit niet alleen op basis van de impliciete wens van de bijzondere wetgever om homogene bevoegdheidspakketten over te dragen maar tevens op basis van de expliciete wens van diezelfde wetgever om een gewest toe te laten een dienst in eigen beheer te nemen. Het begrip belastingplichtige slaat

7 Stuk 114 ( ) Nr. 1 7 ingevolge de VCF immers op diegene in wiens hoofde de belasting wordt geheven. De omschrijving van wie dergelijke belastingplichtige is, wordt als een noodzakelijk corollarium beschouwd van de mogelijkheid om zelf de dienst vorm te geven. De opmerkingen van de Raad van State met betrekking tot materiële vergissingen, alsook de taalkundige opmerkingen werden gevolgd. De procedurebepalingen met betrekking tot de hiervoor vermelde belastingen vormen een aanvulling (of aanpassing) van titel 3 van de VCF. Tot op heden werden de erf- en registratiebelasting ingevorderd volgens federale procedurele bepalingen. Om tot een uniforme procedure te komen, is een maximale afstemming nagestreefd met de procedurebepalingen die initieel in titel 3 van de VCF werden opgenomen. De afwijkende bepalingen vloeien voort uit de specifieke aard van de vermelde belastingen. Voor wat betreft de procedurebepalingen die initieel in titel 3 van de VCF werden opgenomen, blijft de benadering overeind dat die procedurebepalingen van toepassing zijn op alle belastingen, behoudens wanneer afwijkingen zijn voorzien. Bij de voorbereiding van onderhavig ontwerp werd dan ook telkens zorgvuldig afgewogen of bepaalde artikelen in hun huidige vorm konden worden overgenomen, of deze reeds waren afgedekt door een bestaande bepaling of dat de werkwijze moest afgestemd worden op deze voorzien in de VCF. Een van de belangrijkste wijzigingen ten aanzien van de huidige federale procedure bepalingen, is de invoering van de inkohiering bij de erfbelasting en registratiebelasting en daaraan gekoppeld de klassieke bezwaarprocedure. Dit betekent dat niet langer kennis wordt gegeven van de te betalen belasting door middel van een betalingsbericht. Evenmin zal via een dwangbevel een uitvoerbare titel moeten worden verschaft om de belasting verder in te vorderen. De erf- en registratiebelasting zullen, zoals vermeld, voortaan ingekohierd worden waarna een aanslagbiljet aan de belastingplichtigen ter kennis zal worden gebracht. Op die manier wordt ook al een uitvoerbare titel verschaft. Met de aanvullingen in titel 3 van de VCF wordt bepaald hoe de vermelde belastingen gevestigd worden, wanneer deze moeten betaald worden, hoe deze betwist kunnen worden, hoe deze ingevorderd kunnen worden, hoe de vorderingen veilig gesteld kunnen worden ten behoeve van de schatkist, hoe derden een rol kunnen spelen bij de inning en invordering of zelfs bepaalde verplichtingen hebben, welke controlebevoegdheden de Vlaamse overheid heeft en welke sancties kunnen opgelegd worden. Voormelde structuur van de VCF noopt in sommige gevallen tot het aanpassen van bepaalde artikelen, waarbij deze worden ontleed en in diverse titels of (onder)afdelingen worden ondergebracht Dit is bijvoorbeeld het geval voor de fictiebepalingen inzake de erfbelasting. Door de gebruikte techniek, en voor het verdere goed begrip van de lezer, zal in de artikelsgewijze toelichting gewerkt worden met diverse toelichtingsmethoden: betreft het inhoudelijk een nieuw artikel, dan wordt een omstandige toelichting gegeven; betreft het de letterlijke overname van een bestaand artikel, dan wordt er geen nadere toelichting gegeven, tenzij dit nodig is voor een goed begrip van de bepaling in het licht van de nieuwe structuur; is het artikel gebaseerd op een of meerdere bestaande artikelen, maar worden aanpassingen doorgevoerd die louter verband houden met de doelstellingen van de VCF (vereenvoudiging, transparantie) zonder dat een inhoudelijke wijziging vooropstaat, dan wordt geen specifieke toelichting verstrekt;

8 8 Stuk 114 ( ) Nr. 1 is het artikel gebaseerd op één of meerdere bestaande artikelen, waarbij tevens inhoudelijke wijzigingen worden doorgevoerd, dan worden enkel die inhoudelijke wijzigingen nader toegelicht. Stelselmatig werden volgende bewoordingen uit de bestaande wetteksten vervangen als volgt: het woord ambtenaar door het woord personeelslid ; de woorden de ambtenaar door de woorden het bevoegde personeelslid ; de woorden de administratie door de woorden de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie ; het woord ontvanger of de woorden ontvanger der registratie door de woorden het bevoegde personeelslid. In het wetboek van 31 maart 1936 der successierechten werd in bepaalde gevallen de term afwezige gehanteerd naast de term erflater. In titel 2, hoofdstuk 7, werd de term afwezige niet meer opgenomen. De erfbelasting zal immers maar spelen vanaf het ogenblik dat de afwezige als overleden wordt beschouwd, zijnde vanaf de verklaring van afwezigheid wordt overgeschreven. Bijgevolg is het statuut van een afwezige vanaf dat ogenblik identiek aan dat van een overledene. Gelet op het voorgaande, lijkt de uitdrukkelijke vermelding van het woord afwezige dan ook overbodig. Voor wat betreft de registratiebelasting, worden steevast de begrippen akten en geschriften gebruikt. Het begrip akte krijgt invulling overeenkomstig het gemeen recht, zijnde een geschrift dat werd opgesteld om tussen partijen als titel te dienen van een bepaalde rechtshandeling en dat werd ondertekend om als bewijs hiervan te dienen. Als de VCF melding maakt van een geschrift, wordt hiermee een eenzijdig document bedoeld, zoals onder meer een verklaring die moet worden ingediend bij vervulling van de opschortende voorwaarde. Artikel 149 van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten vertolkt de algemene regel dat geen belasting opeisbaar is, behoudens in de gevallen bepaald in de artikelen 146 tot 148. In de codex werd geopteerd om die algemene regel niet langer expliciet op te nemen, maar enkel de gevallen te vermelden waarin wel een belasting verschuldigd is. Artikel 167 van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten bepaalt dat de belasting niet minder mag bedragen dan het algemeen vast recht. Die bepaling wordt opgeheven, zodat er niet langer een minimumbelasting meer bestaat. Bij de vaststelling van de belasting wordt evenmin nog rekening gehouden met het eventueel betaalde algemeen vast recht als vermeld in artikel 16, tweede lid, van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten. Dit wordt bij de artikelsgewijze bespreking bijgevolg niet telkens herhaald. Titel 4 bevat wijzigingsbepalingen. De wijzigingen aan titel 5 bevatten de opheffingsbepalingen en overgangsmaatregelen met betrekking tot de vermelde belastingen. De wijzigingen aan titel 7 bevatten de bepalingen rond de inwerkingtreding van de wijzigingsbepalingen. Zoals het geval was bij de totstandkoming van de VCF, zullen algemene delegatiebepalingen aan de Vlaamse Regering, gelet op artikel 20 van de bijzondere wet tot hervorming der instellingen van 8 augustus 1980 (BWHI), worden weggelaten.

9 Stuk 114 ( ) Nr. 1 9 Voor regelingen waarvoor een specifieke delegatie vereist is, wordt in het behoud of het inschrijven van een dergelijke bepaling voorzien, waarbij concreet aangegeven wordt in welke omstandigheden van de opgedragen bevoegdheid gebruik mag worden gemaakt en door op zijn minst in grote lijnen te bepalen waaruit de te nemen maatregelen kunnen bestaan en voor welke doeleinden de bevoegdheid mag worden gebruikt. II. COMMENTAAR BIJ DE ARTIKELEN Artikel 1 Deze codex regelt een gewestaangelegenheid. Artikel 2 Dit artikel vervangt artikel dat voor de toepassing van de VCF een aantal begrippen definieert. In het eerste lid wordt de definitie van belasting en toebehoren verder verfijnd. Om het invorderingsproces verder te optimaliseren wordt onder toebehoren nu ook verstaan de rechtsplegingsvergoedingen, gerechtskosten en betekeningskosten die ten laste zijn van de belastingschuldige. Die definitie wordt doorheen de tekst waar mogelijk toegepast. In het eerste lid werden daarnaast volgende begrippen toegevoegd: 9 erfbelasting 17 registratiebelasting: Zoals reeds aangehaald verwijzen die verzameltermen naar het successierecht en het recht van overgang enerzijds en de schenkbelasting, het verkooprecht, het verdeelrecht en het recht op hypotheekvestiging anderzijds. De invulling die voorheen aan die begrippen werd gegeven, wijzigt niet ingevolge de invoering van de nieuwe verzameltermen; 15 recht op hypotheekvestiging 16 recht van overgang 18 rijksinwoner 19 schenkbelasting 20 successierecht 22 verdeelrecht 24 verkooprecht: de termen betreffen de belastingen waarvan de inning in eigen beheer wordt genomen. De termen worden gedefinieerd met verwijzing naar de Bijzondere Financieringswet omdat dit het kader vormt waarbinnen de betrokken Vlaamse fiscale bevoegdheid kan uitgeoefend worden. Zoals reeds hoger vermeld, wordt het advies van de Raad van State niet gevolgd voor wat betreft de definitie van belastingplichtige. Voor wat betreft de omschrijving van rijksinwoner wordt er derhalve niet gewerkt met overeenkomstig. De definitie van rijksinwoner werd aangepast ingevolge de toevoeging van een elfde lid, zoals hierna vermeld; 27 Wetboek van Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten 28 Wetboek van Successierechten: deze definities hebben enkel tot doel om aan te duiden hoe respectievelijk het wetboek van 30 april 1939 der registratie-, hypotheek, en griffierechten en het wetboek van 31 maart 1936 der successierechten worden aangehaald in de codex. Door de belastingen hier met naam te noemen, en te verwijzen naar de bepalingen van titel 2, wordt de verwijzing nadien in de erop volgende artikelen van titel 3 beduidend eenvoudiger en leesbaarder gemaakt.

10 10 Stuk 114 ( ) Nr. 1 In het toegevoegde zesde lid worden volgende begrippen gedefinieerd: 1 beurswaarde. Dit begrip werd inzake de erfbelasting toegevoegd door het decreet van 5 juli 2013 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2013 dat artikel 21, punt III, heeft gewijzigd. Dit begrip wordt nu ook gebruikt in het kader van de schenkbelasting voor de waardering van financiële instrumenten die toegelaten zijn tot verhandeling op Belgische of buitenlandse gereglementeerde markten; 2 gehandicapt kind. Dit begrip werd voor de onroerende voorheffing, de erfbelasting en de schenkbelasting afgestemd op de wijzigingen aangebracht aan de Algemene Kinderbijslagwet; 3 gehandicapte persoon. Dit begrip werd voor de erfbelasting en de schenkbelasting afgestemd op de terminologie van de onroerende voorheffing. Dit komt de transparantie, eenvormigheid en vereenvoudiging van de regelgeving ten goede; 4 partner. Dit begrip wordt in het kader van de erfbelasting en de schenkbelasting geïntroduceerd. Het begrip omvat de gehuwden, de wettelijk samenwonenden en de feitelijke samenwonenden zoals ze nu al in de betrokken regelgeving bekend zijn; 5 verkrijging in rechte lijn. Dit begrip wordt in het kader van de erfbelasting en de schenkbelasting geïntroduceerd om de moeilijke gelijkstellingen met die rechte lijn in het bestaande wetboek op te vangen. Dit komt de transparantie, eenvormigheid en vereenvoudiging van de regelgeving ten goede aangezien daarmee een duidelijkere afbakening gebeurt van degenen die aan de voordeligste tarieven kunnen verkrijgen. Volle adoptie wordt voortaan expliciet opgenomen in de gelijkschakelingen, zodat duidelijk is dat een verkrijging in geval van volle adoptie gelijkgeschakeld is met een verkrijging in rechte lijn. Volle adoptie verleent aan het geadopteerde kind en zijn afstammelingen een statuut met dezelfde rechten en verplichtingen als een kind geboren uit de adoptant of uit de adoptanten. Artikel 52 2, 1, Wb. Succ. is niet opgenomen zonder dat de achterliggende interpretatie evenwel wijzigt. Punt 1 wordt immers opgevangen door de definitie voorzien in punt 5, b). Onder verwantschapsband onder punt d) wordt niet enkel verwantschap in de opgaande lijn (relatie ouder-kind) begrepen, maar ook verwantschap in nederdalende lijn, zoals dit in het bestaande artikel 52 2 Wb. Succ. het geval is. Ook hier wijzigt de bestaande interpretatie evenwel niet. Met de toevoeging van een achtste lid worden volgende begrippen gedefinieerd: 1 aanvullende rechten. Met dit begrip wordt de erfbelasting bedoeld die wordt geheven wanneer de voorwaarden voor een verlaagd tarief, vermindering of vrijstelling niet vervuld zijn, dan wel wanneer een nieuwe aangifte moet worden ingediend of wanneer een ambtshalve aanslag wordt gevestigd omdat er een onjuiste of onvolledige aangifte werd ingediend of een aangifte niet binnen de daarvoor bepaalde termijn werd ingediend; 2 gezinswoning. De omschrijving die in het bestaande wetboek is opgenomen voor de vererving van de gezinswoning door de langstlevende partner, vormt de basis voor dit begrip. Vermits het niet de bedoeling is van de decreetgever om de draagwijdte van de uitzondering te wijzigen, werd deze bepaling aangepast in het licht van het advies van de Raad van State (randnummer 17).

11 Stuk 114 ( ) Nr In het toegevoegde negende lid worden volgende begrippen gedefinieerd: 1 registratie. Dit begrip verwijst naar de formaliteit van de registratie van akten of geschriften die door de federale overheid zal blijven worden uitgevoerd; 2 aanvullende rechten. Dit begrip definieert de rechten die bijkomend worden geheven na de registratie van de akte omdat bijvoorbeeld de voorwaarden voor de verkrijging of het behoud van een vermindering niet vervuld zijn. Het tiende lid verduidelijkt het begrip onroerende goederen, in de mate dat het afwijkt van het Burgerlijk Wetboek. Die afwijking is momenteel ook reeds opgenomen in het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten. Lichamelijke roerende voorwerpen aangewend voor de dienst en de exploitatie van onroerende goederen worden niet als onroerende goederen beschouwd. Ingevolge de opmerking van de Raad van State over de lacunaire lokalisatiecriteria aangaande schenkingen in de Bijzondere Financieringswet van 16 januari 1989, wordt een elfde lid toegevoegd. Hierbij wordt aangesloten bij de criteria vermeld in de huidige federale circulaire nr. 12/2005 van 20 januari In het toegevoegde twaalfde lid worden volgende begrippen gedefinieerd: 1 gehandicapt kind. Voor dit begrip kan worden verwezen naar het vermelde inzake de erf- en schenkbelasting; 2 aanhorigheid 3 kinderen ten laste 4 kadastraal inkomen 5 landgoed 6 woning. Dit zijn definities die in het kader van het verlaagd tarief voor bescheiden woningen (het zogenaamde klein beschrijf ) nu reeds zijn opgenomen in het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten en het koninklijk besluit van 11 januari 1940 betreffende de uitvoering van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten. Voor wat het begrip woning en het begrip kinderen ten laste betreft, werd de definitie daarbij verduidelijkt op basis van de invulling die eraan gegeven werd in de administratieve praktijk. In het kader van het verkooprecht wordt een aparte definitie aangewend voor het kadastraal inkomen om aan te geven dat het niet-geïndexeerde kadastraal inkomen wordt bedoeld. Vermits het kadastraal inkomen nog steeds wordt vastgesteld op het federale niveau, wordt voor wat betreft de bepaling van het kadastraal inkomen verwezen naar de desbetreffende bepalingen in het WIB 92. Artikelen 3 tot en met 207 De materieelrechtelijke bepalingen met betrekking tot de erf- en registratiebelasting worden toegevoegd aan titel 2 (Belastingheffing) onder de hoofstukken 7 tot en met 11. De bepalingen hebben, zoals reeds aangehaald, dezelfde draagwijdte als degene gegeven aan de overeenkomstige bepalingen opgeheven naar aanleiding van deze codificatie (zie concordantietabel), tenzij hierna anders is bepaald. De stroomlijning van het woordgebruik van deze bepalingen is dan ook louter bedoeld om de leesbaarheid en verstaanbaarheid te verhogen, en in geen geval om hun draagwijdte te wijzigen. Hoofdstuk 7. Erfbelasting Artikel 5 (nieuw artikel ) De belastbare materie is niet uitdrukkelijk bepaald in het wetboek van 31 maart 1936 der successierechten. In navolging van het advies van de Raad van State wordt in dit verband dan ook verwezen naar het hogere rechtskader dat in dit

12 12 Stuk 114 ( ) Nr. 1 verband is gecreëerd door de Bijzondere Financieringswet. Dit blijkt tevens uit de definities van de begrippen successierecht en recht van overgang, opgenomen in artikel Artikel 7 (nieuw artikel ) In het licht van de ruime bewoordingen van punt 3 onder de opschortende voorwaarde die vervuld wordt ingevolge het overlijden van de schenker werd eerder geoordeeld dat de formulering onder opschortende termijn van overlijden van de schenker onder het toepassingsgebied van dit artikel valt. Dit wordt nu uitdrukkelijk weergegeven in dit artikel. Artikel 10 (nieuw artikel ) In dit artikel werden de woorden geroepen is kosteloos te ontvangen en geroepen was kosteloos te ontvangen vervangen door de woorden kosteloos kan toekomen. Die wijziging heeft niet tot doel om de interpretatie van oorspronkelijke artikel te wijzigen. Enkel het verhogen van de leesbaarheid staat voorop, alsook het hanteren van meer hedendaags taalgebruik. Artikel 11 (nieuw artikel ) In dit artikel wordt toegevoegd dat ook geldbeleggingen beoogd worden die gedaan worden op naam van de overledene voor het vruchtgebruik en op naam van een derde voor de blote eigendom. Op die manier wordt de bedoeling van de oorspronkelijke wetgever meer nadrukkelijk tot uiting gebracht. Artikel 16 (nieuw artikel ) Dit artikel verduidelijkt wie de belastingplichtige is van de erfbelasting. Het is geïnspireerd op artikel 70, eerste lid, Wb. Succ. Artikel 19 (nieuw artikel ) In navolging van het advies van de Raad van State werden de bepalingen van artikel uit het voorontwerp verplaatst naar het artikel zodat het deel uitmaakt van de afdeling belastbare grondslag. De Raad van State is immers van oordeel dat de betrokken bepalingen niet zozeer de belastbare materie maar wel de belastbare grondslag vorm geven. Artikel 22 (nieuw artikel ) In het wetboek van 31 maart 1936 der successierechten werd gesteld dat het recht van overgang van toepassing is op onroerende goederen, gelegen in België. In de VCF werd de formulering aangepast, om rekening te kunnen houden met de bevoegdheid die het Vlaamse Gewest heeft ingevolge de lokalisatiecriteria die in de Bijzondere Financieringswet zijn opgenomen. In die zin wordt er dan ook gesproken over onroerende goederen die ingevolge voormelde Bijzondere Financieringswet in het Vlaamse Gewest te lokaliseren zijn. Artikel 26 (nieuw artikel ) In dit artikel werd het woord hoofdelijk vervangen door de woorden een gelijk deel per hoofd en dit om verwarring te vermijden met de burgerrechtelijke invulling van het begrip hoofdelijkheid.

13 Stuk 114 ( ) Nr Artikel 32 (nieuw artikel ) In dit artikel wordt het begrip abattement gehanteerd, daar waar oorspronkelijk sprake was van een voetvrijstelling. Hoewel beide termen synoniemen zijn van elkaar, werd de voorkeur gegeven aan het begrip abattement. Op die manier wordt gepoogd om een duidelijk onderscheid te maken met de vrijstellingen van belasting (zie afdeling 6). Een abattement of voetvrijstelling betreft immers een vrijstelling van de belastbare grondslag en geen vrijstelling van de belasting als dusdanig. Zoals voordien het geval was, wordt in de rechte lijn het abattement in principe eerst toegepast op het netto-onroerend deel en nadien op het netto-roerend deel. Als nadien nog iets overblijft, mag dit desgevallend worden toegerekend op de belastbare grondslag waarop het verlaagde tarief voor familiale ondernemingen en vennootschappen, met toepassing van artikel , wordt berekend. De laatste aanrekening, die de huidige administratieve praktijk expliciteert, werd in navolging van het advies van de Raad van State (randnummer 19) in de tekst van het ontwerp opgenomen. Artikel 38 (nieuw artikel ) In dit artikel werd geopteerd voor het invoeren van een duidelijke formule om de belastbare waarde te bepalen, ter vervanging van de huidige tekst. Daarmee wordt louter getracht om de transparantie te verhogen van de betrokken bepalingen. Artikel 39 (nieuw artikel ) Zie de toelichting bij artikel Artikel 44 (nieuw artikel ) Met dit artikel wordt een vereenvoudiging doorgevoerd voor de aangevers van een nalatenschap. Er wordt een forfaitair systeem bij de aangifte van het passief ingevoerd dat automatisch van toepassing is. De schulden van de erflater op datum van overlijden worden forfaitair bepaald op 1500 euro. De begrafeniskosten worden forfaitair bepaald op 6000 euro. Er wordt geen forfaitair bedrag bepaald voor de schulden die specifiek werden aangegaan om onroerende goederen te verwerven of te behouden. Dit heeft tot gevolg dat aangevers niet langer het bewijs moeten leveren van de begrafeniskosten en alle openstaande schulden op datum van overlijden van de erflater. Er wordt aan de aangevers evenwel nog steeds de kans geboden om de werkelijke schulden en werkelijke begrafeniskosten te bewijzen. Hiertoe moeten zij een verklaring opnemen in de aangifte van nalatenschap. Als de aangevers op voormeld ogenblik expliciet gekozen hebben om de werkelijke schulden en werkelijke begrafeniskosten te bewijzen, kan hier nadien niet meer op teruggekomen worden via een nieuwe aangifte. Als na het openvallen van de nalatenschap de samenstelling ervan verminderd wordt door bepaalde schulden, kan desgevallend alsnog toepassing gemaakt worden van artikel Artikel 47 (Onderafdeling 4. Aanrekening van het passief op het actief) Deze onderafdeling brengt alle regels samen aangaande de aanrekening van het passief op het actief. Voordien waren zij opgenomen in de tariefbepalingen. Het feit dat de aanrekeningsregels gebundeld staan, maakt het voor de belastingplichtige eenvoudiger om ze snel terug te vinden.

14 14 Stuk 114 ( ) Nr. 1 Artikel 52 (nieuw artikel ) De tabellen in de eerste paragraaf zijn afgestemd op de reeds bestaande tabellen in de VCF ( vanaf tot en met ). Om die reden werden tevens de grensbedragen aangepast, zonder dat dit gevolgen heeft voor de berekening van de belasting. Artikel 54 (nieuw artikel ) Dit artikel bevat een generieke bepaling die de meer specifieke regelingen uit artikel 51 en artikel 52 1 van het wetboek van 31 maart 1936 der successierechten omvat. Hierdoor worden voortaan steeds de voordeligste tarieven toegepast indien een persoon erft in verschillende hoedanigheden. Artikel 58 (nieuw artikel ) De Raad van State stelt zich in het advies de vraag of het veel zin heeft om legaten aan de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest te belasten. Gelet op het feit dat het opzet van de codex louter een codificatie betreft en er derhalve in principe geen beleidswijzigingen worden doorgevoerd, wordt aan voormelde opmerking geen gevolg gegeven. In het licht van het advies van de Raad van State werden OCMW s uitdrukkelijk in dit artikel opgenomen. Niettegenstaande de opmerking van de Raad van State enkel betrekking had op de schenkbelasting, wordt geoordeeld dat eenzelfde problematiek zich voordoet bij de erfbelasting. Artikel 59 (nieuw artikel ) In de eerste paragraaf van dit artikel werd een lid toegevoegd waarin wordt verduidelijkt dat aandelen van rechtspersonen niet in aanmerking komen om te worden samengeteld met de aandelen toebehorend aan de erflater. Dit betreft evenwel een loutere verduidelijking van de huidige praxis en betreft dus geen inhoudelijk nieuwe bepaling. In de tweede paragraaf werd een kleine aanpassing doorgevoerd in de definitie van familie van de erflater of de aandeelhouder. Aanvankelijk kwamen enkel kinderen van vooroverleden broers of zussen van de erflater of aandeelhouder in aanmerking als familie. Dit had evenwel tot gevolg dat bij grotere families (met meer dan drie kinderen), niet alle broers of zussen aan het gunstregime konden schenken aan hun kinderen als hun broers of zussen niet vooroverleden waren. Vaak was immers in dat geval niet aan de participatievoorwaarde voldaan. Om die reden werd het woord vooroverleden geschrapt. In punt 4, a), van dezelfde paragraaf is er sprake van partner van de aandeelhouder. Het begrip partner dient op een gelijkaardige wijze te worden geïnterpreteerd als het geval is voor de erflater, zoals opgenomen in de definitie van artikel , zesde lid, 4. Ingevolge het advies van de Raad van State wordt dit verduidelijkt in de ontworpen bepaling. De regeling rond attestaanvraag en de bezwaarprocedure werden niet behouden, gelet op het feit dat deze attesten door de Vlaamse Belastingdienst werden verstrekt en diezelfde dienst nu de dienst van de erfbelasting zal verzekeren. Dit betreft derhalve een vereenvoudiging voor de belastingplichtige. Artikel 63 (nieuw artikel ) Dit artikel verwijst naar de nettoverkrijging van roerende en onroerende goederen samen. Die aanvulling is aangewezen in het licht van de bepalingen van

15 Stuk 114 ( ) Nr artikel waarbij de nettoverkrijging nader wordt omschreven als het aandeel dat de erfgenaam, legataris of begiftigde in de belastbare waarde van de goederen verkrijgt te verminderen met het passief dat op die goederen moet worden aangerekend, volgens de regels, vermeld in artikel Zonder voormelde aanvulling zou rechtsonzekerheid kunnen ontstaan over de omvang van de nettoverkrijging. Artikel 64 (nieuw artikel ) Het begrip gemeenschappelijke kinderen omvat zoals voorheen enkel de kinderen die opgenomen zijn in de rechte lijn, in het licht van de definitie opgenomen onder artikel , zesde lid, 5, a) en b). Dit betekent meer concreet dat volgende kinderen beoogd worden: kinderen die afstammen van de erflater en de langstlevende partner; kinderen die ingevolge volle adoptie overeenkomstig artikel 355 van het Burgerlijk Wetboek een statuut met dezelfde rechten en verplichtingen hebben als de eigen (wettige) kinderen; stiefkinderen. De bijkomende vermindering geldt dus niet voor kleinkinderen. Ingevolge artikel , zesde lid, 5, e), geldt dit artikel tevens ten aanzien van expartners. Ingevolge het advies van de Raad van State wordt in de ontworpen bepaling verduidelijkt wat onder gemeenschappelijke kinderen moet worden verstaan. Artikel 67 (nieuw artikel ) Dit artikel stelt dat bepaalde rechten die werden betaald bij de registratie van een akte van verkoop of afstand in bepaalde gevallen mogen worden afgetrokken van de erfbelasting. De termen recht van overgang en overschrijvingsrecht die terug te vinden waren in het oorspronkelijke artikel 11 van het wetboek van 31 maart 1936 der successierechten worden vervangen door verkooprecht en verdeelrecht. Het advies van de Raad van State werd gevolgd voor wat betreft het inlassen van het derde lid in artikel van de codex in plaats van in artikel De suggestie om de woorden berekening van de in te voegen, werd niet gevolgd, daar niet de berekening eerst wordt toegepast, maar wel de vermindering zelf. Artikel 69 (nieuw artikel ) Ingevolge het advies van de Raad van State werden de bijkomende voorwaarden voor de vrijstelling van erfbelasting, die tot dan toe vermeld werden in artikelen 11, 12 en 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 mei 1995 tot regeling van de vrijstelling inzake successierechten verbonden aan de maatschappelijke rechten in vennootschappen opgericht in het kader van de realisatie en/of financiering van investeringsprogramma s van serviceflats, expliciet in dit artikel opgenomen. Artikel 74 (nieuw artikel ) Dit artikel verduidelijkt op welke manier de belasting wordt gevestigd. Hoofdstuk 8. Schenkbelasting Artikel 79 (nieuw artikel ) De belastbare materie wordt niet enkel bepaald bij artikelen 1, 19 en 31 van het federale wetboek van 30 november 1939 der registratie-, hypotheek-, griffierechten.

16 16 Stuk 114 ( ) Nr. 1 Die bepaling dient immers samen gelezen te worden met het hogere rechtskader dat in dit verband is gecreëerd door de Bijzondere Financieringswet. Dit blijkt reeds uit de definitie van de schenkbelasting, opgenomen in artikel Artikel 82 (nieuw artikel ) Tot nog toe was de betalingsverplichting van het registratierecht overeenkomstig het artikel 35 van het federale Wetboek van Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten nauw gekoppeld aan de registratieverplichting. Het vermelde wetboek voorziet wel enkele uitzonderingen. Een voorbeeld hiervan is het zogenaamde titelrecht: de verplichting tot aanbieding ter registratie van de arresten en vonnissen berust op de griffiers, de registratierechten daarentegen zijn ondeelbaar verschuldigd door partijen bij de overeenkomst tot overdracht of aanwijzing van eigendom of vruchtgebruik van onroerende goederen, waarvan het vonnis of arrest titel verschaft. Voor de rechten in te vorderen na de registratieformaliteit diende de federale administratie zich tot nog toe te wenden tot de partijen die wettelijk (dit is volgens het gemeen recht) of volgens de bepalingen van de overeenkomst gehouden zijn de kosten te dragen. En dan nog week het vermelde wetboek in bepaalde gevallen van dit principe af. De artikelen 200, 203 en 204 van vermeld wetboek wijzen aan wie de belastingplichtige voor de aanvullende rechten is. Een ander voorbeeld is dat van de evenredige rechten die verschuldigd worden na de vervulling van een opschortende voorwaarde en waarvoor, overeenkomstig artikel 31 van vermeld wetboek al de contracterende partijen ondeelbaar gehouden zijn. Deze koppeling tussen de registratieverplichting en de betalingsverplichting wordt verlaten, aangezien de formaliteit enerzijds en de betaling van de rechten anderzijds zich voortaan op een verschillend bestuursniveau bevinden. Bijgevolg wijst de VCF eenduidig aan wie van de contracterende partijen als belastingplichtige moet worden beschouwd. Daarbij wordt zo nauw mogelijk aangesloten bij de aanwijzing in het gemeen recht van de persoon die gehouden is de kosten van de akte en andere kosten te dragen. Artikel 84 (nieuw artikel ) De waardebepaling (verkoopwaarde) voor de voormalige ter beurze genoteerde effecten van artikel 133 Wb. Reg. wordt in paragraaf 2, 1, in belangrijke mate afgestemd op hetgeen reeds geldt voor de erfbelasting (artikel 21, III, Wb. Succ.), ingevoerd bij het decreet van 5 juli 2013 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting De hierbij gegeven verantwoording kan ook voor de schenkbelasting worden doorgetrokken. Zie Parl.St. Vl.Parl , nr. 2022/1. Teneinde de regeling ook in de notariële praktijk te kunnen toepassen, wordt het ogenblik waarop de beurswaarde wordt bepaald echter anders benaderd dan inzake de erfbelasting. In beginsel zal hier immers niet de slotkoers op de datum van de schenking gehanteerd worden, maar wel de slotkoers op de eerste dag van de maand van die schenking. Zoals bij de erfbelasting worden ook hier alternatieve regelingen voorzien bij gebrek aan notering op die datum. Artikel 89 (nieuw artikel ) De tarieftabellen in de eerste paragraaf werden afgestemd op de reeds bestaande tabellen in de VCF ( vanaf tot en met ). In dat opzicht werden de grensbedragen aangepast. Voor de berekening van de belasting heeft dit evenwel geen gevolg.

17 Stuk 114 ( ) Nr Om de concurrentieneutraliteit te bewerkstelligen tussen de publieke en de private sector, werden de tarieven voor verkrijgingen door goede doelen voor beide sectoren door het decreet van 6 december 2013 houdende wijziging van het Wetboek der Successierechten en het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten, wat het tarief inzake successie- en schenkingsrechten voor goede doelen betreft gelijkgesteld. In het licht van het advies van de Raad van State werden OCMW s uitdrukkelijk in paragraaf 3 van dit artikel opgenomen. Om tegemoet te komen aan de eisen van vrij verkeer binnen de Europese Economische Ruimte (EER) werden de teksten zo opgesteld dat gelijkaardige rechtspersonen die opgericht zijn volgens en onderworpen zijn aan de wetgeving van een andere lidstaat van de EER, en die bovendien hun statutaire zetel, hun hoofdbestuur of hun hoofdvestiging binnen de Europese Economische Ruimte hebben ook van de verlaagde tarieven kunnen genieten. In de tekst aangaande de schenkbelasting is in de derde paragraaf evenwel het woord andere weggevallen, vergetelheid die wordt nu rechtgezet zodat de parallel met de erfbelasting blijft bestaan. Artikel 96 (nieuw artikel ) In dit artikel wordt het begrip begiftigde vervangen door het begrip belastingplichtige. Op die manier wordt rechtstreeks de koppeling gemaakt tussen diegene die aan de voorwaarden moet voldoen om van de vermindering te genieten en diegene die gehouden is om de schenkbelasting te betalen, hetgeen logischer is. Artikel 98 (nieuw artikel ) In punt 4 van dit artikel werd het verzenden van de kennisgeving bij ter post aange tekende brief aan de ontvanger van het kantoor waar de overeenkomst werd geregistreerd vervangen door een kennisgeving aan het bevoegde personeelslid, gelet op het feit dat het niet langer de federale ontvanger zal zijn die bevoegd is om de schenkbelasting te vorderen. Hoe de kennisgeving zal moeten gebeuren, zal nader bepaald worden door de Vlaamse Regering. Artikel 100 (nieuw artikel ) In paragraaf 1 van dit artikel werd een lid toegevoegd waarin wordt verduidelijkt dat aandelen van rechtspersonen niet in aanmerking komen om te worden samengeteld met de aandelen toebehorend aan de schenker. Dit betreft evenwel een loutere verduidelijking van de huidige administratieve praktijk. In paragraaf 2 werd een kleine aanpassing doorgevoerd in de definitie van familie van de schenker of de aandeelhouder. Aanvankelijk kwamen enkel kinderen van vooroverleden broers of zussen van de schenker of aandeelhouder in aanmerking als familie. Dit had evenwel een aantal ongewenste effecten, zodat het woord vooroverleden werd geschrapt. In punt 4, a), van dezelfde paragraaf is er sprake van partner van de aandeelhouder. Het begrip partner dient op een gelijkaardige wijze te worden geïnterpreteerd als het geval is voor de schenker, zoals opgenomen in de definitie van artikel , zesde lid, 4. Ingevolge het advies van de Raad van State wordt in de ontworpen bepaling verduidelijkt wat onder partner van de aandeelhouder moet worden verstaan. Artikel 106 (nieuw artikel ) Dit artikel verduidelijkt op welke manier de belasting wordt gevestigd.

18 18 Stuk 114 ( ) Nr. 1 Artikel 107 (nieuw artikel ) In paragraaf 1 wordt verduidelijkt dat de belastingplicht, de belastbare grondslag, het tarief, de vrijstellingen en de verminderingen worden bepaald door het ogenblik waarop de rechtshandeling is gesteld. Die bepaling wil vooral duidelijkheid en rechtszekerheid brengen over het ogenblik waarop dergelijk essentiële elementen van de belasting worden beoordeeld. In het huidige wetboek blijkt die rechtszekerheid op dat punt immers vaak te ontbreken. Bovendien worden ook diverse benadering gehanteerd, ook op dat vlak wordt eenduidigheid en eenvormigheid nagestreefd. Artikel 108 (nieuw artikel ) Dit artikel verduidelijkt de wijze waarop de belasting wordt vastgesteld in het geval van een handelszaak. Het betreft evenwel geen nieuwe bepaling maar een bepaling die in het licht van de structuur ontrafeld is. Hoofdstuk 9. Verkooprecht Artikel 111 (nieuw artikel ) Hier kan worden aangeven dat de belastbare materie uiteraard niet enkel bepaald wordt bij artikelen 1, 19 en 31 van het federale wetboek van 30 november 1939 der registratie-, hypotheek-, griffierechten. Die bepaling dient immers samen gelezen te worden met het hogere rechtskader dat in dit verband is gecreëerd door de Bijzondere Financieringswet. Dit blijkt tevens uit de definitie van het begrip verkooprecht in artikel Ingevolge het advies van de Raad van State wordt hieronder nader toegelicht wat onder de woorden overdracht onder bezwarende titel van eigendom of vruchtgebruik van onroerende goederen dient te worden begrepen. Gelet op het feit dat artikel betrekking heeft op een federale bevoegdheid, werd met het oog op rechtszekerheid ervoor geopteerd om de terminologie van de artikelen 1, 19 en 31 van het federale wetboek der registratierechten over te nemen. De woorden overdracht onder bezwarende titel van eigendom of vruchtgebruik van onroerende goederen behouden evenwel dezelfde invulling als in het federale Wetboek der Registratierechten. De term overdracht onder bezwarende titel van eigendom of vruchtgebruik van onroerende goederen fungeert hierbij als parapluterm voor alle normale zakelijke verbrokkelingen van het eigendomsrecht : volle eigendom, blote eigendom, erfdienstbaarheden, rechten van vruchtgebruik, van gebruik of van bewoning (zie ook het verslag aan de Koning betreffende artikel 19, 2, Wb. Reg./Vl. Wb. Reg./ Wal. Wb. Reg. en Werdefroy , nr. 656). Artikel 119 (nieuw artikel ) Voor de toelichting bij dit artikel wordt verwezen naar de toelichting bij artikel Artikel 121 (nieuw artikel ) Dit artikel is gebaseerd op artikel 45 Wb. Reg. Het is nu evenwel algemeen geformuleerd zodat het niet alleen verkoopovereenkomsten, ruilovereenkomsten alsook andere overdragende overeenkomsten aangaande onroerende goederen omvat. In het licht van de rechtspraak en bestaande administratieve praktijk worden daarbij zowel de gedwongen als vrijwillige verkoop gevat.

19 Stuk 114 ( ) Nr In paragraaf 2 wordt verwezen naar de verkoopwaarde van de overgedragen onroerende goederen. Indien de verkoper zich een zakelijk recht voorbehoudt (erfpacht, opstal), dan dient voor de vaststelling van de verkoopwaarde van het overgedragen onroerend goed rekening te worden gehouden met het bestaan van het recht van erfpacht. Artikel 122 (nieuw artikel ) Voor de toepassing van het abattement is vereist dat het onroerend goed tot bewoning aangewend of bestemd wordt. Zoals voorheen is het niet vereist dat het aangekochte onroerend goed uitsluitend of hoofdzakelijk tot bewoning wordt aangewend of bestemd. Dit betekent dat bij onroerende goederen met een gemengd gebruik (bewoning en beroepsactiviteit) voor de toepassing van het abattement het volstaat dat de koper in het aangekochte goed zijn hoofdverblijfplaats kan en zal vestigen. Het abattement wordt voorts beoordeeld per onroerend goed en niet per koper. Het abattement is immers niet splitsbaar en wordt slechts eenmaal per aankoop toegepast, ongeacht het aantal kopers. Dit betekent tevens dat bij een aankoop door meerdere personen, de uitsluiting van het abattement ten aanzien van een van de kopers, ook de toepassing van het abattement ten aanzien van de andere kopers verhindert. Voor wat het verhoogd abattement (het zogenaamde bijabattement) betreft, werd in de administratieve praktijk voordien geoordeeld dat het bijabattement wel splitsbaar was en werd bepaald in functie van het deel van het onroerend goed dat deze koper aankoopt. Bovendien werd het belastingvoordeel beperkt tot kopers die tevens kredietnemers waren. In het licht van de structuur van de betrokken bepalingen komt het evenwel juridisch coherenter voor om ook het bijabattement als niet splitsbaar te benaderen, vermits het volledig geënt is op het abattement. Daarbij volstaat evenwel dat een van de kopers optreedt als kredietnemer. In de derde paragraaf wordt aangegeven dat de toepassing van het abattement niet kan worden gecombineerd met de bepalingen inzake meeneembaarheid. In de administratieve praktijk werd voordien aangegeven dat bij gebrek aan andersluidende bepaling de koper voor een bepaalde aankoop uit het stelsel van het abattement kon stappen en, indien alle grond- en vormvoorwaarden vervuld waren, kon overstappen naar de meeneembaarheid. De koper verloor hierdoor het voordeel van het abattement dat hij bij de registratie van de aankoopakte genoten had. Die mogelijkheid blijft bestaan, weliswaar binnen het kader van de nieuwe administratieve innings- en invorderingsprocedure. Artikel 124 (nieuw artikel ) In dit artikel werd verduidelijkt dat voor de berekening van de verkoopwaarde rekening moet worden gehouden met de bruto-opbrengst dan wel brutohuurwaarde. Dit in overeenstemming met de voormalige administratieve invulling. Artikel 135 (nieuw artikel ) In de tweede paragraaf staat onder punt 1 de voorwaarde vermeld dat geheelheid van de eigendom wordt verworven. Als de verkrijging van het onverdeeld deel er echter toe strekt de geheelheid in eigendom van een bescheiden woning of van een kleine landeigendom te vestigen op het hoofd van twee echtgenoten, dan kan die verkrijging in navolging van de bestaande administratieve praktijk, het gunsttarief genieten. Het bezit van de echtgenoten wordt voor de toepassing van het verlaagd tarief immers als één geheel beschouwd. Dit betekent bijvoorbeeld dat voor verkrijgingen door twee echtgenoten hieraan tevens voldaan is als de ene voor de blote eigendom aankoopt, en de andere voor het vruchtgebruik. Hetzelfde

20 20 Stuk 114 ( ) Nr. 1 geldt bij verkrijging, door de twee echtgenoten of door een van de echtgenoten, van een onverdeeld deel in een eigendom waarvan de overige delen aan een van hen toebehoren, of ook nog bij afstand door een van de echtgenoten, die de geheelheid van het onroerend goed bezit, van een onverdeeld deel aan de andere echtgenoot. Ook bij de aankoop in onverdeeldheid van de geheelheid van een woning door een natuurlijke persoon en een vennootschap, kan de natuurlijke persoon de toepassing van het verlaagde tarief voor de aankoop van die woning genieten als de overige toepassingsvoorwaarden door hem vervuld worden (bv. inzake kadastraal inkomen). Voor de toepassing van punt 2 van de tweede paragraaf is het kadastraal inkomen op de datum van de akte van verkrijging bepalend. Zoals voorheen het geval was, zal met het nieuwe kadastraal inkomen rekening gehouden worden als het kadastraal inkomen wordt herzien op grond van een bij de aankoop reeds bestaande toestand omdat het niet met de werkelijkheid of de staat van het goed overeenstemt, zelfs als het kadastraal inkomen niet met terugwerkende kracht tot op aankoopdatum wordt herzien. In het licht van de bestaande administratieve praktijk zal het verlaagde tarief voor de verkoopovereenkomsten van landgoederen enkel ingeroepen kunnen worden door natuurlijke personen, en niet door rechtspersonen. Hetzelfde geldt voor verkoopovereenkomsten van woningen. Dit werd tevens geëxpliciteerd in punt 6 van de tweede paragraaf. De derde paragraaf tilt een bestaande administratieve tolerantie op naar het decretale niveau. Die tolerantie zorgde ervoor (ingevolge de teleologische interpretatie van het tweede en derde lid van artikel 54 Wb. Reg.) dat het onroerend bezit bestaande bij de aankoop van de bescheiden woning mag worden verwaarloosd nadat dat onroerend bezit is vervreemd, indien vooreerst een (door de koper van de bescheiden woning te bewijzen) causaal verband bestaat tussen de aankoop en de vervreemding en daarnaast de vervreemding binnen een korte tijd na de aankoop plaatsheeft. Er wordt voor geopteerd om in dat geval het verlaagde tarief onmiddellijk toe te passen, als de koper de vereiste verklaringen aflegt. Artikel 137 (nieuw artikel ) Eerste lid: a) bijwerking in verband met de Nationale maatschappij voor de huisvesting of de Nationale Landmaatschappij. De benamingen de Nationale Maatschappij voor de Huisvesting, de Nationale Landmaatschappij en de Gewestelijke Maatschappijen opgericht in uitvoering van de wet van 28 december 1984 tot afschaffing of herstructurering van sommige instellingen van openbaar nut worden vervangen door de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen ; b) bijwerking in verband met de door de Nationale maatschappij voor de huisvesting of de Nationale Landmaatschappij erkende maatschappijen. De sociale huisvestingmaatschappijen, de vroegere door de Nationale Landmaatschappij of Huisvestingsmaatschappij erkende maatschappijen, worden op heden erkend door de Vlaamse Regering (artikel 40 van de Vlaamse Wooncode). Het nieuwe artikel , eerste lid, wordt hieraan aangepast.

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Jura Onderwerp Schenkbelasting in Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF 2015) Datum 6 februari 2015 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen zijn aan rechten van intellectuele

Nadere informatie

VR DOC.0453/2BIS

VR DOC.0453/2BIS VR 2018 0405 DOC.0453/2BIS Ontwerp van decreet tot modernisering van de erf- en schenkbelasting, aangepast aan het nieuwe erfrecht DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Begroting,

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Jura Onderwerp Uitvoeringsbesluit bij Vlaamse Codex Fiscaliteit afgestemd op overname registratie- en successierechten Datum 6 februari 2015 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Jura Onderwerp Erfbelasting in Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF 2015) Datum 3 februari 2015 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen zijn aan rechten van intellectuele

Nadere informatie

nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM Overdracht familiebedrijf - Schenkingsrechten

nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM Overdracht familiebedrijf - Schenkingsrechten SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE Overdracht familiebedrijf

Nadere informatie

Voorwoord 19 DEEL I SUCCESSIERECHTEN 21. HOOFDSTUK 1 Gewestelijk karakter Toestand vóór 1 januari

Voorwoord 19 DEEL I SUCCESSIERECHTEN 21. HOOFDSTUK 1 Gewestelijk karakter Toestand vóór 1 januari VGLSUCR_DO_1201.fm Page 3 Friday, September 14, 2012 9:53 AM INHOUDSTAFEL Voorwoord 19 DEEL I SUCCESSIERECHTEN 21 HOOFDSTUK 1 Gewestelijk karakter 23 1. Toestand vóór 1 januari 2002 23 2. Het Lambermont

Nadere informatie

tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013

tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 stuk ingediend op 114 (2014-2015) Nr. 2 2 december 2014 (2014-2015) Ontwerp van decreet tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 Amendementen Stukken in het dossier: 114 (2014-2015)

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Moore Stephens www.moorestephens.be Onderwerp Successie-en registratierechten in Vlaanderen anno 2015: het waren reeds belastingen, nu heten ze ook zo! Wat verandert er concreet voor u? Datum

Nadere informatie

DE OORZAAK VAN EISBAARHEID VAN DE SUCCESSIERECHTEN...

DE OORZAAK VAN EISBAARHEID VAN DE SUCCESSIERECHTEN... Successierechten 1. INLEIDING...2 A. OMSCHRIJVING...2 B. ONDERSCHEID...2 1 Het eigenlijk successierechten...2 2 Het recht van overgang bij overlijden...2 3 Oneigenlijke gewestelijke belasting...2 4 Ontstaan

Nadere informatie

Artikel 60bis tot 60bis/3 van het Wetboek der Successierechten

Artikel 60bis tot 60bis/3 van het Wetboek der Successierechten Artikel 60bis tot 60bis/3 van het Wetboek der Successierechten (van toepassing vanaf 01.01.2017) Artikel 60bis 1. In afwijking van de artikelen 48 en 48², worden het successierecht en het recht van overgang

Nadere informatie

Het Vlaams Decreet van 19 december 2003 in werking sinds 1 januari 2004 wijzigt het schenkingsrecht in Vlaanderen.

Het Vlaams Decreet van 19 december 2003 in werking sinds 1 januari 2004 wijzigt het schenkingsrecht in Vlaanderen. DE NIEUWE VLAAMSE SCHENKINGSRECHTEN Wettelijk kader Het Vlaams Decreet van 19 december 2003 in werking sinds 1 januari 2004 wijzigt het schenkingsrecht in Vlaanderen. Tariefherschikking : art 131 W.Reg

Nadere informatie

DE VERPLICHTING TOT REGISTRATIE...

DE VERPLICHTING TOT REGISTRATIE... Registratierechten 1. INLEIDING...2 A. OMSCHRIJVING...2 B. DRIE SOORTEN REGISTRATIERECHTEN...2 1 Het algemeen vast recht ( 25)...2 2 Specifieke vaste rechten...2 3 Evenredige rechten...2 2. DE VERPLICHTING

Nadere informatie

DOSSIER : VRAGENLIJST INZAKE EVENTUELE VERMINDERINGEN VAN REGISTRATIERECHTEN. GELIEVE STEEDS MET JA of NEEN TE ANTWOORDEN

DOSSIER : VRAGENLIJST INZAKE EVENTUELE VERMINDERINGEN VAN REGISTRATIERECHTEN. GELIEVE STEEDS MET JA of NEEN TE ANTWOORDEN DOSSIER : VRAGENLIJST INZAKE EVENTUELE VERMINDERINGEN VAN REGISTRATIERECHTEN GELIEVE STEEDS MET JA of NEEN TE ANTWOORDEN A) Verminderd registratierecht (bescheiden woning klein beschrijf ) Dit betekent

Nadere informatie

De Vlaamse Codex Fiscaliteit

De Vlaamse Codex Fiscaliteit De Vlaamse Codex Fiscaliteit - De erfbelasting - De schenkbelasting 1 agenda - Inleiding - Integratie in de VCF - Inhoudelijke nieuwigheden - Standpunten Vlabel 2 1 inleiding - wat we zelf doen, doen we

Nadere informatie

Inning registratie- en successierechten - Informatie-uitwisseling met FOD Financiën

Inning registratie- en successierechten - Informatie-uitwisseling met FOD Financiën SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 217 van JOS LANTMEETERS datum: 11 maart 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE Inning registratie-

Nadere informatie

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet. tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet. tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 ingediend op 369 (2014-2015) Nr. 4 8 juli 2015 (2014-2015) Tekst aangenomen door de plenaire vergadering van het ontwerp van decreet tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013

Nadere informatie

Titel 1. Inleidende bepalingen... 1 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen en definities.

Titel 1. Inleidende bepalingen... 1 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen en definities. Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit.. 1 Titel 1. Inleidende bepalingen......... 1 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen en definities........................... 1 Titel 2. Belastingheffing.............

Nadere informatie

Erfbelasting - Gunsttarief voor familiale ondernemingen en vennootschappen

Erfbelasting - Gunsttarief voor familiale ondernemingen en vennootschappen SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 361 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE Erfbelasting -

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten stuk ingediend op 1529 (2011-2012) Nr. 1 14 maart 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten verzendcode: FIN 2 Stuk

Nadere informatie

Omzendbrief 2014/2 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Omzendbrief 2014/2 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief 2014/2 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief betreffende art. 3.17.0.0.2 van de Vlaamse Codex

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING Voorontwerp van decreet houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van... tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen. MEMORIE

Nadere informatie

berekening en tarieven

berekening en tarieven Page 1 of 6 Leven - Schenken en Erven Schenkingsrechten in Vlaanderen: tarieven Net zoals bij successies worden de heffingen op schenkingen, de belastbare basis en de eventuele vrijstellingen door elk

Nadere informatie

Voorontwerp van decreet houdende diverse fiscale bepalingen

Voorontwerp van decreet houdende diverse fiscale bepalingen Voorontwerp van decreet houdende diverse fiscale bepalingen DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie; Na beraadslaging, BESLUIT: De Vlaamse minister

Nadere informatie

van de heren Dirk Van Mechelen, Jan Peumans, Koen Van den Heuvel, Ludo Sannen, Filip Watteeuw en Lode Vereeck

van de heren Dirk Van Mechelen, Jan Peumans, Koen Van den Heuvel, Ludo Sannen, Filip Watteeuw en Lode Vereeck stuk ingediend op 789 (2010-2011) Nr. 1 9 november 2010 (2010-2011) Voorstel van decreet van de heren Dirk Van Mechelen, Jan Peumans, Koen Van den Heuvel, Ludo Sannen, Filip Watteeuw en Lode Vereeck houdende

Nadere informatie

Op voorstel van de Vlaamse minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed en van de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed en van de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie; Ontwerp van decreet houdende wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, wat betreft de vermindering van het verkooprecht en de schenkbelasting

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR PLENAIRE VERGADERING

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR PLENAIRE VERGADERING Zitting 2005-2006 5 juli 2006 ONTWERP VAN DECREET houdende vrijstelling van successierechten ten voordele van de langstlevende partner voor de nettowaarde van de gezinswoning TEKST AANGENOMEN DOOR PLENAIRE

Nadere informatie

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( )

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( ) stuk ingediend op 367 (2009-2010) Nr. 1 9 februari 2010 (2009-2010) Voorstel van decreet van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij houdende wijziging van artikel 159

Nadere informatie

Artikel 140/1 tot 140/6 van het Wetboek der registratie-, hypotheeken griffierechten

Artikel 140/1 tot 140/6 van het Wetboek der registratie-, hypotheeken griffierechten Artikel 140/1 tot 140/6 van het Wetboek der registratie-, hypotheeken griffierechten (van toepassing vanaf 01.01.2017) Artikel 140/1 1. In afwijking van artikel 131, wordt van het schenkingsrecht vrijgesteld:

Nadere informatie

DE SUCCESSIE- EN SCHENKINGSRECHTEN: OFFICIËLE TARIEVEN

DE SUCCESSIE- EN SCHENKINGSRECHTEN: OFFICIËLE TARIEVEN DE SUCCESSIE- EN SCHENKINGSRECHTEN: OFFICIËLE TRIEVEN De successie- en schenkingsrechten verschillen per gewest.. DE SUCCESSIERECHTEN EN DE SCHENKINGSRECHTEN IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST 1. SUCCESSIERECHTEN

Nadere informatie

Voorontwerp van decreet houdende diverse fiscale bepalingen

Voorontwerp van decreet houdende diverse fiscale bepalingen Voorontwerp van decreet houdende diverse fiscale bepalingen DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie; Na beraadslaging, BESLUIT: De Vlaamse minister

Nadere informatie

HOOFDSTUK 4 Bewijs van de registratie... 18

HOOFDSTUK 4 Bewijs van de registratie... 18 INHOUD WOORD VOORAF... 3 AFDELING 1 Inleidende begrippen... 11 HOOFDSTUK 1 Definitie... 11 HOOFDSTUK 2 Doel... 13 HOOFDSTUK 3 Concrete uitvoering van de registratie... 14 A. De federale registratierechten...

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. houdende diverse fiscale en financiële bepalingen. Tekst aangenomen door de plenaire vergadering

Ontwerp van decreet. houdende diverse fiscale en financiële bepalingen. Tekst aangenomen door de plenaire vergadering stuk ingediend op 1045 (2010-2011) Nr. 7 30 juni 2011 (2010-2011) Ontwerp van decreet houdende diverse fiscale en financiële bepalingen Tekst aangenomen door de plenaire vergadering Stukken in het dossier:

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 60.522/3 van 27 december 2016 over een voorontwerp van decreet van het Vlaamse Gewest houdende wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en de

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET. houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004 AMENDEMENTEN. Stuk 1948 (2003-2004) Nr.

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET. houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004 AMENDEMENTEN. Stuk 1948 (2003-2004) Nr. Stuk 1948 (2003-2004) Nr. 7 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2003-2004 3 december 2003 ONTWERP VAN DECREET houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004 AMENDEMENTEN Zie : 1948 (2003-2004) Nr. 1 :

Nadere informatie

HOOFDSTUK 4 Bewijs van de registratie... 18

HOOFDSTUK 4 Bewijs van de registratie... 18 INHOUD WOORD VOORAF... 3 AFDELING 1 Inleidende begrippen... 11 HOOFDSTUK 1 Definitie... 11 HOOFDSTUK 2 Doel... 13 HOOFDSTUK 3 Concrete uitvoering van de registratie... 14 A. De federale registratierechten...

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET. houdende wijziging van diverse bepalingen inzake financiën en begroting als gevolg van het bestuurlijk beleid

ONTWERP VAN DECREET. houdende wijziging van diverse bepalingen inzake financiën en begroting als gevolg van het bestuurlijk beleid Stuk 825 (2005-2006) Nr. 1 Zitting 2005-2006 28 april 2006 ONTWERP VAN DECREET houdende wijziging van diverse bepalingen inzake financiën en begroting als gevolg van het bestuurlijk beleid 1879 FIN Stuk

Nadere informatie

VR DOC.1358/2BIS

VR DOC.1358/2BIS VR 2018 0201 DOC.1358/2BIS Voorontwerp van decreet houdende wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, wat betreft de hervorming van het verkooprecht en vereenvoudigingen in de registratiebelasting

Nadere informatie

Deel 1. Registratierechten

Deel 1. Registratierechten Deel 1. Registratierechten Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten - Vlaams Gewest....... 3 Titel I. Registratierecht............... 3 Hoofdstuk I. Formaliteit Der Registratie En Vestiging

Nadere informatie

Fiscale Handboeken HANDBOEK SUCCESSIERECHTEN. Dirk De Groot. Derde editie. Antwerpen Cambridge

Fiscale Handboeken HANDBOEK SUCCESSIERECHTEN. Dirk De Groot. Derde editie. Antwerpen Cambridge Fiscale Handboeken HANDBOEK SUCCESSIERECHTEN Dirk De Groot Derde editie Antwerpen Cambridge Handboek successierechten. Derde editie Dirk De Groot 2016 Antwerpen Cambridge www.intersentia.be ISBN 978-94-000-0725-3

Nadere informatie

Deel 1. Registratierechten

Deel 1. Registratierechten Deel 1. Registratierechten Griffierechten Vlaams gewest... 3 Titel I. Registratierecht.............. 3 Hoofdstuk I. Formaliteit der registratie en vestiging van de belasting............ 3 Hoofdstuk II.

Nadere informatie

De registratierechten in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest

De registratierechten in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest 1 De registratierechten in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest Deel 6 3.1.8 Korting (abattement) op de heffingsgrondslag in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest A Algemeen Voor aankopen van onroerende

Nadere informatie

Ontwerp van decreet betreffende de fiscale gunstmaatregelen die verbonden zijn aan natuurbeheerplannen DE VLAAMSE REGERING,

Ontwerp van decreet betreffende de fiscale gunstmaatregelen die verbonden zijn aan natuurbeheerplannen DE VLAAMSE REGERING, Ontwerp van decreet betreffende de fiscale gunstmaatregelen die verbonden zijn aan natuurbeheerplannen DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw en van de

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET. houdende wijziging van het wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET. houdende wijziging van het wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten Stuk 963 (2001-2002) Nr. 7 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2001-2002 16 januari 2002 ONTWERP VAN DECREET houdende wijziging van het wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten TEKST AANGENOMEN DOOR

Nadere informatie

De Vlaamse registratie- en erfbelasting. Tuerlinckx Fiscale Advocaten Jan Tuerlinckx Stephanie Gabriël 17 maart 2015

De Vlaamse registratie- en erfbelasting. Tuerlinckx Fiscale Advocaten Jan Tuerlinckx Stephanie Gabriël 17 maart 2015 De Vlaamse registratie- en erfbelasting Tuerlinckx Fiscale Advocaten Jan Tuerlinckx Stephanie Gabriël 17 maart 2015 Overzicht A. Gefaseerde overheveling van de (fiscale) bevoegdheden B. Lokalisatiecriterium

Nadere informatie

16 februari 2015. Deze omzendbrief vervangt vanaf 1 januari 2015 de omzendbrief 2014/2. Inhoudstabel

16 februari 2015. Deze omzendbrief vervangt vanaf 1 januari 2015 de omzendbrief 2014/2. Inhoudstabel Omzendbrief 2015/1 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief betreffende art. 3.17.0.0.2

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET. houdende vrijstelling van successierechten ten voordele van de langstlevende partner voor de nettowaarde van de gezinswoning

ONTWERP VAN DECREET. houdende vrijstelling van successierechten ten voordele van de langstlevende partner voor de nettowaarde van de gezinswoning Stuk 865 (2005-2006) Nr. 1 Zitting 2005-2006 31 mei 2006 ONTWERP VAN DECREET houdende vrijstelling van successierechten ten voordele van de langstlevende partner voor de nettowaarde van de gezinswoning

Nadere informatie

Registratie- en successierechten in het Vlaamse Gewest voor en na 1 januari 2015 Lang leve de VCF maar hoe te gebruiken?

Registratie- en successierechten in het Vlaamse Gewest voor en na 1 januari 2015 Lang leve de VCF maar hoe te gebruiken? Registratie- en successierechten in het Vlaamse Gewest voor en na 1 januari 2015 Lang leve de VCF maar hoe te gebruiken? 24 februari 2015 Alain Van Geel Geschiedenis en samenstelling De Vlaamse Codex Fiscaliteit

Nadere informatie

De Vlaamse successierechten.

De Vlaamse successierechten. De Vlaamse successierechten. Successierechten zijn, naast de schenkingsrechten, in België niet langer een federale bevoegdheid maar wel een regionale bevoegdheid! Iven De Hoon De Vlaamse successierechten

Nadere informatie

Inhoud. Deel 1 Huwelijksvermogensrecht 17. Inleiding 13

Inhoud. Deel 1 Huwelijksvermogensrecht 17. Inleiding 13 Inhoud Inleiding 13 Deel 1 Huwelijksvermogensrecht 17 Hoofdstuk 1 Inleiding 19 Hoofdstuk 2 Het wettelijk stelsel 25 1 Algemeen 25 2 Samenstelling van het vermogen: actief 27 2.1 Het gemeenschappelijk vermogen

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten. Advies. van de Raad van State

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten. Advies. van de Raad van State stuk ingediend op 1529 (2011-2012) Nr. 9 4 juni 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten Advies van de Raad van State

Nadere informatie

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelastingen Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel)...

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelastingen Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel)... Vlaamse Gewest Erf- en registratiebelastingen... 3 Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel).................... 3 Titel 1. Inleidende bepalingen................ 3

Nadere informatie

Inhoudsopgave BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE. BTW-Wetboek. Uitvoeringsbesluiten. Inhoudsopgave

Inhoudsopgave BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE. BTW-Wetboek. Uitvoeringsbesluiten. Inhoudsopgave Inhoudsopgave BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE BTW-Wetboek Wet 3 juli 1969 tot invoering van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, zoals gewijzigd bij wet 28 december 1992 (B.S.,

Nadere informatie

1. (Een gewone) hand- en/of bankgift

1. (Een gewone) hand- en/of bankgift 1. (Een gewone) hand- en/of bankgift 1.1. WAT HOUDT ZO N HAND- OF BANKGIFT PRECIES IN? 1.1.1. Schenken zonder schenkingsrechten! Schenking is in principe notarieel. Dat is in ieder geval het basisprincipe

Nadere informatie

SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen.

SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen. SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen. Gelet op de grondwet, de artikelen 1, 33, 35, 39 en 134; Gelet

Nadere informatie

HANDBOEK SUCCESSIERECHTEN

HANDBOEK SUCCESSIERECHTEN Fiscale Handboeken HANDBOEK SUCCESSIERECHTEN Dirk DE GROOT intersentia Antwerpen - Cambridge INHOUD I. Inleiding: kenmerken en toepassingsgebied 1 1. Kenmerken 1 1.1. Indirecte belasting 1 1.2. Belasting

Nadere informatie

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelastingen.. 3. Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel)...

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelastingen.. 3. Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel)... Vlaamse Gewest Erf- en registratiebelastingen.. 3 Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel)................... 3 Titel 1. Inleidende bepalingen................ 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

Inhoud INLEIDING... 1 HOOFDSTUK 1. VERKOOPRECHTEN... 17

Inhoud INLEIDING... 1 HOOFDSTUK 1. VERKOOPRECHTEN... 17 Inhoud INLEIDING.................................................................... 1 HOOFDSTUK 1. VERKOOPRECHTEN.......................................................... 17 1. Wat is een verkoop?......................................................

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit

Nadere informatie

Fictielegaat niet ongrondwettelijk

Fictielegaat niet ongrondwettelijk Fictielegaat niet ongrondwettelijk Alain Nijs Anton van Zantbeek Alain Verbeke 1 259. Op 26 april heeft het Arbitragehof zijn arrest gewezen met betrekking tot een beroep tot vernietiging ingesteld tegen

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET. houdende invoering van een bijzonder vast recht voor minnelijke ontbinding of vernietiging van koopovereenkomsten

ONTWERP VAN DECREET. houdende invoering van een bijzonder vast recht voor minnelijke ontbinding of vernietiging van koopovereenkomsten Stuk 1344 (2007-2008) Nr. 1 Zitting 2007-2008 10 oktober 2007 ONTWERP VAN DECREET houdende invoering van een bijzonder vast recht voor minnelijke ontbinding of vernietiging van koopovereenkomsten 3370

Nadere informatie

Inhoudstafel. DEEL 1 Inleiding... 1

Inhoudstafel. DEEL 1 Inleiding... 1 Inhoudstafel Inhoudstafel WAARSCHUWING................................................ HANDLEIDING.................................................. vii ix DEEL 1 Inleiding....................................................

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Vlaamse regering Onderwerp Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2012. Hoofdstuk 17. Overdracht van familiale ondernemingen en vennootschappen. Tekst aangenomen door de

Nadere informatie

Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris

Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris Eerst tien jaar weg uit Nederland... Voor Nederbelgen heeft schenken over het algemeen pas zin als men meer dan tien jaar weg is uit Nederland. De

Nadere informatie

(van toepassing vanaf ) HOOFDSTUK I. - Definities.

(van toepassing vanaf ) HOOFDSTUK I. - Definities. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 januari 1999 betreffende het verlaagd tarief van de successierechten in geval van overdracht van kleine en middelgrote ondernemingen (van toepassing

Nadere informatie

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelasting Titel 1. Inleidende bepalingen... 3 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen en definities.

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelasting Titel 1. Inleidende bepalingen... 3 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen en definities. Vlaamse Gewest Erf- en registratiebelasting.... 3 Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel)..................... 3 Titel 1. Inleidende bepalingen......... 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 62.707/3 van 18 januari 2018 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het koninklijk besluit van 12 maart 1999

Nadere informatie

Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris

Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris Eerst tien jaar weg uit Nederland...?xml:namespace prefix = "o" ns = "urn:schemas-microsoft- com:office:office" /> Voor Nederbelgen heeft schenken

Nadere informatie

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelastingen Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel)...

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelastingen Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel)... Vlaamse Gewest Erf- en registratiebelastingen... 3 Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel).................... 3 Titel 1. Inleidende bepalingen................ 3

Nadere informatie

Vlaams Successierecht voor familiale ondernemingen: zeven wijzigingen

Vlaams Successierecht voor familiale ondernemingen: zeven wijzigingen Vlaams Successierecht voor familiale ondernemingen: zeven wijzigingen Auteur: Rik Deblauwe Publicatiedatum: 28 mei 2015 Deze tekst werd eerder gepubliceerd op www.lexfin.be en is een aanvulling op de Inleiding

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013; Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013, wat betreft de belasting op de spelen en weddenschappen en op de automatische ontspanningstoestellen

Nadere informatie

houdende diverse fiscale bepalingen Tekst aangenomen door de commissie

houdende diverse fiscale bepalingen Tekst aangenomen door de commissie stuk ingediend op 174 (2014-2015) Nr. 3 9 december 2014 (2014-2015) Ontwerp van decreet houdende diverse fiscale bepalingen Tekst aangenomen door de commissie Stukken in het dossier: 174 (2014-2015) Nr.

Nadere informatie

Vlaamse fiscaliteit met betrekking tot woningen. Departement Financiën en Begroting

Vlaamse fiscaliteit met betrekking tot woningen. Departement Financiën en Begroting Vlaamse fiscaliteit met betrekking tot woningen Departement Financiën en Begroting Relevante belastingen 1. Kader Beleidsnota Financiën en Begroting 2. Onroerende voorheffing 3. Verkooprecht 4. Schenkbelasting

Nadere informatie

Gewijzigde artikelen 1, 9, en 44, 3, 1, van het Btw-Wetboek vanaf 1 januari Eerste commentaar.

Gewijzigde artikelen 1, 9, en 44, 3, 1, van het Btw-Wetboek vanaf 1 januari Eerste commentaar. Beslissing BTW nr. E.T.119.318 dd. 28.10.2010 Gewijzigde artikelen 1, 9, en 44, 3, 1, van het Btw-Wetboek vanaf 1 januari 2011. Eerste commentaar. 1. Inleiding Ingevolge de wijzigingen van het Btw-Wetboek

Nadere informatie

Schenkingsrechten op onroerende goederen in de drie gewesten van het land: wat is er nieuw?

Schenkingsrechten op onroerende goederen in de drie gewesten van het land: wat is er nieuw? Schenkingsrechten op onroerende goederen in de drie gewesten van het land: wat is er nieuw? Eind 2015 werden de schenkingsrechten op onroerende goederen in het Brussels Hoofdstedelijk en Waalse Gewest

Nadere informatie

houdende invoering van een aankoop- en hypotheekpremie ter vervanging van het abattement en het bij-abattement

houdende invoering van een aankoop- en hypotheekpremie ter vervanging van het abattement en het bij-abattement stuk ingediend op 718 (2010-2011) Nr. 1 20 oktober 2010 (2010-2011) Voorstel van decreet van de heren Felix Strackx, Erik Tack en Christian Verougstraete houdende invoering van een aankoop- en hypotheekpremie

Nadere informatie

INHOUD. I. Inleiding: kenmerken en toepassingsgebied... 1

INHOUD. I. Inleiding: kenmerken en toepassingsgebied... 1 INHOUD I. Inleiding: kenmerken en toepassingsgebied............................ 1 1. Kenmerken..................................................... 1 1.1. Indirecte belasting.........................................

Nadere informatie

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelasting Titel 1. Inleidende bepalingen... 3 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen en definities...

Vlaamse Gewest. Erf- en registratiebelasting Titel 1. Inleidende bepalingen... 3 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen en definities... Vlaamse Gewest Erf- en registratiebelasting........ 3 Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (Uittreksel).................... 3 Titel 1. Inleidende bepalingen........ 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting.

Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting. Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting. TOELICHTING De kaaimantaks is een doorkijkbelasting in de personen- en de rechtspersonenbelasting waarbij inkomsten ontvangen door een juridische

Nadere informatie

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet ingediend op 880 (2015-2016) Nr. 3 9 november 2016 (2016-2017) Tekst aangenomen door de plenaire vergadering van het ontwerp van decreet houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van

Nadere informatie

Decreet diverse fiscale bepalingen. Minister van Financiën Bart Tommelein

Decreet diverse fiscale bepalingen. Minister van Financiën Bart Tommelein Decreet diverse fiscale bepalingen Minister van Financiën Bart Tommelein Invordering niet-fiscale schulden R.v.State : Lacunes in decreet van 22 februari 1995 1/ Decretale grondslag voor administratieve

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2005 tot uitvoering van artikel 55ter en 55quater van het Wetboek der Successierechten

Besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2005 tot uitvoering van artikel 55ter en 55quater van het Wetboek der Successierechten Onderwerp: - vrijstelling van successierechten (SR) voor bossen - vrijstelling van successierechten en onroerende voorheffing voor gronden gelegen in het VEN 1. Rechtsgrond Decreet van 9 mei 2003 (B.S.

Nadere informatie

Luc Saliën Collegelid dienst Voorafgaande beslissingen in fiscale zaken (DVB)

Luc Saliën Collegelid dienst Voorafgaande beslissingen in fiscale zaken (DVB) Luc Saliën Collegelid dienst Voorafgaande beslissingen in fiscale zaken (DVB) Transactie waarbij erfpachtrecht wordt overgedragen aan partij X, direct gevolgd door de verkoop van het bezwaarde eigendomsrecht

Nadere informatie

Antimisbruikbepaling - Fiscaal misbruik - Toepassingsgevallen - Registratie- en successierecht

Antimisbruikbepaling - Fiscaal misbruik - Toepassingsgevallen - Registratie- en successierecht Circulaire nr. 5/2013 (vervangt Circ. Nr. 8/2012) dd. 10.04.2013 Antimisbruikbepaling - Fiscaal misbruik - Toepassingsgevallen - Registratie- en successierecht Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Onderwerp Ontwerp van decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2015 Afdeling 3. Belastingvermindering voor de eigen woning Datum 24 oktober 2014 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

Wie wil gaan samenwonen heeft twee keuzes: feitelijk of wettelijk samenwonen.

Wie wil gaan samenwonen heeft twee keuzes: feitelijk of wettelijk samenwonen. Wie wil gaan samenwonen kan er voor kiezen louter feitelijk samen te wonen, dan wel wettelijk te gaan samenwonen. De keuze die men daarbij maakt, heeft heel wat juridische en fiscale gevolgen. Hoe zit

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING. Fiscale regularisatie niet uitsplitsbare bedragen.

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING. Fiscale regularisatie niet uitsplitsbare bedragen. DE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Fiscale regularisatie niet uitsplitsbare bedragen. Goedkeuring

Nadere informatie

AANVRAAGFORMULIER VOOR HET ATTEST VERLAAGD TARIEF SUCCESSIERECHTEN ARTIKEL 60BIS/3 1, WETBOEK DER SUCCESSIERECHTEN FAMILIALE VENNOOTSCHAP

AANVRAAGFORMULIER VOOR HET ATTEST VERLAAGD TARIEF SUCCESSIERECHTEN ARTIKEL 60BIS/3 1, WETBOEK DER SUCCESSIERECHTEN FAMILIALE VENNOOTSCHAP Brussel Fiscaliteit* Kruidtuinlaan 20 1035 Brussel AANVRAAGFORMULIER VOOR HET ATTEST VERLAAGD TARIEF SUCCESSIERECHTEN Waarvoor dient dit formulier? ARTIKEL 60BIS/3 1, WETBOEK DER SUCCESSIERECHTEN FAMILIALE

Nadere informatie

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMENWONEN = verbintenis tussen 2 ongehuwde personen van verschillend of hetzelfde geslacht die een

Nadere informatie

tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 Tekst aangenomen door de plenaire vergadering

tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 Tekst aangenomen door de plenaire vergadering stuk ingediend op 114 (2014-2015) Nr. 4 17 december 2014 (2014-2015) Ontwerp van decreet tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 Tekst aangenomen door de plenaire vergadering

Nadere informatie

Nieuwe beslissingen VLABEL over erfbelasting

Nieuwe beslissingen VLABEL over erfbelasting Nieuwe beslissingen VLABEL over erfbelasting Het artikel van Cazimir Advocaten dd. 23/01/2017 over de update inzake erfbelasting kunnen wij u niet onthouden. Beding van aanwas en terugvalling (Standpunt

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Gezondheid"

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Gezondheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Gezondheid" SCSZG/16/250 BERAADSLAGING NR. 16/114 VAN 20 DECEMBER MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS BETREFFENDE

Nadere informatie

SUCCESSIERECHTEN IN FRANKRIJK EN NEDERLAND (2009)

SUCCESSIERECHTEN IN FRANKRIJK EN NEDERLAND (2009) SUCCESSIERECHTEN IN FRANKRIJK EN NEDERLAND (2009) Heering Associates Januari 2009 Heering Associates Jachthavenweg 121 1081 KM Amsterdam Postbus 75265 1070 AG Amsterdam 020-6789 527 www.heeringassociates.eu

Nadere informatie

DOSSIER. De Burgerlijke Maatschap

DOSSIER. De Burgerlijke Maatschap DOSSIER De Burgerlijke Maatschap U wil uw beleggingsportefeuille nu al aan uw kinderen schenken, maar tegelijk wenst u ook controle te blijven houden en inkomsten te ontvangen? In dat geval kan de burgerlijke

Nadere informatie

Voor aandelen in vennootschappen met een sociaal oogmerk (VSO) geldt de 50 procent eigendomsvoorwaarde niet.

Voor aandelen in vennootschappen met een sociaal oogmerk (VSO) geldt de 50 procent eigendomsvoorwaarde niet. Artikel 60bis (Vlaams Gewest) (bron: MonKEY) 1 In afwijking van artikelen 48 en 48/2 wordt van het successierecht vrijgesteld, de nettowaarde van: a) de activa die door de erflater of zijn echtgenoot beroepsmatig

Nadere informatie

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE 2014-2019 Vastgesteld bij gemeenteraadsbeslissing van 27 maart 2014 en vervangen bij gemeenteraadsbeslissing

Nadere informatie

I NHOUDSTAFEL VOORWOORD... ERFBELASTING... 1

I NHOUDSTAFEL VOORWOORD... ERFBELASTING... 1 I NHOUDSTAFEL VOORWOORD............................................. ix FBELASTING............................................ 1 Belastingheffing............................................ 1 Algemeen..................................................

Nadere informatie

Fiscaalrechtelijke aandachtspunten asset deals. Olivier De Keukelaere

Fiscaalrechtelijke aandachtspunten asset deals. Olivier De Keukelaere Fiscaalrechtelijke aandachtspunten asset deals Olivier De Keukelaere Overzicht Inkomstenbelasting BTW Registratierechten Successierechten 2 Overzicht Inkomstenbelasting BTW Registratierechten Successierechten

Nadere informatie

AANVRAAGFORMULIER VOOR HET ATTEST VRIJSTELLING SCHENKINGSRECHTEN ARTIKEL 140/6, 1, WETBOEK DER REGISTRATIE-, HYPOTHEEK-, EN GRIFFIERECHTEN

AANVRAAGFORMULIER VOOR HET ATTEST VRIJSTELLING SCHENKINGSRECHTEN ARTIKEL 140/6, 1, WETBOEK DER REGISTRATIE-, HYPOTHEEK-, EN GRIFFIERECHTEN Brussel Fiscaliteit* Kruidtuinlaan 20 1035 Brussel AANVRAAGFORMULIER VOOR HET ATTEST VRIJSTELLING SCHENKINGSRECHTEN ARTIKEL 140/6, 1, WETBOEK DER REGISTRATIE-, HYPOTHEEK-, EN GRIFFIERECHTEN Waarvoor dient

Nadere informatie

AANVRAAGFORMULIER VOOR HET ATTEST VRIJSTELLING SCHENKINGSRECHTEN ARTIKEL 140/6, 1, WETBOEK DER REGISTRATIE-, HYPOTHEEK- EN GRIFFIERECHTEN

AANVRAAGFORMULIER VOOR HET ATTEST VRIJSTELLING SCHENKINGSRECHTEN ARTIKEL 140/6, 1, WETBOEK DER REGISTRATIE-, HYPOTHEEK- EN GRIFFIERECHTEN Brussel Fiscaliteit* Kruidtuinlaan 20 1035 Brussel AANVRAAGFORMULIER VOOR HET ATTEST VRIJSTELLING SCHENKINGSRECHTEN ARTIKEL 140/6, 1, WETBOEK DER REGISTRATIE-, HYPOTHEEK- EN GRIFFIERECHTEN Waarvoor dient

Nadere informatie

VLAAMS GEWEST REGISTRATIERECHTEN BIJ ONDERHANDSE AANKOOP

VLAAMS GEWEST REGISTRATIERECHTEN BIJ ONDERHANDSE AANKOOP VLAAMS GEWEST REGISTRATIERECHTEN BIJ ONDERHANDSE AANKOOP 1. ALGEMEEN Bij het kopen van een onroerend goed moet rekening gehouden worden met de beschrijfkosten die bovenop de aankoopsom komen. De beschrijfkosten

Nadere informatie