Lcd-Sense klavier K656

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Lcd-Sense klavier K656"

Transcriptie

1 Lcd-Sense klavier K656 Gebruikshandleiding

2 2

3 Inhoudsopgave Algemeen overzicht... 4 Gepartitioneerd systeem Activeren Gebruikerscodes en -namen Storingen op display Signalen van de afstandsbediening Testen en onderhoud Brand- en inbraakalalarm

4 Hoofdstuk 1: Algemeen overzicht Inleiding Het aanraakklavier K656 biedt de technologie van aanraakgevoelige toetsen in combinatie met een eenvoudige navigatie ondersteund door menu s. Of het nu gaat om activering of deactivering, de overbrugging van zones of de weergave van de systeemstatus, de meldingen begeleiden u als gebruiker bij elk van uw handelingen. Elegant en vernieuwend, het lcd-aanraakklavier K656 maakt het gebruik van een alarmsysteem toegankelijker dan ooit tevoren. Kenmerken Aanraakgevoelige toetsen met led-achtergrondverlichting Verfijnd en compact design Weergave van de zones die het alarm laten afgaan Vereenvoudigde programmering van de afstandsbediening Blauw lcd-scherm met 32 karakters Beschikbaar in meerdere talen Toekenning aan één of meerdere partitie(s) 1 PGM-output Afzonderlijk instelbare omtrekzones Snelfunctietoetsen 3 soorten paniekalarm activeerbaar op het klavier Achtergrondverlichting, contrast en scrollsnelheid regelbaar Dit alarmsysteem is gebaseerd op een spitstechnologie die u een betrouwbare beveiliging en krachtige, eenvoudig te gebruiken functies biedt. Aangezien de handelingen in het systeem gestuurd worden aan de hand van een klavier, is het belangrijk om deze handleiding goed te lezen en de installateur te vragen om de basiswerking van dit systeem goed uit te leggen. 4

5 Algemeen overzicht van het klavier K656 1) Blauw lcd-scherm met 32 karakters 2) AC verwijst naar de stroomtoevoer van het systeem 3) Scrolltoetsen gebruik deze toetsen om de opties in het menu te doorlopen 4) MENU-toets 5) Paniektoetsen (politie, dokter, brand) 6) ENTER-toets bewaart de huidige gegevens, gaat naar het onderliggend menu of verlaat het huidige menu 7) CLEAR-toets wist de huidige gegevens of gaat naar het voorgaande scherm 8) Sneltoetsen om het alarmsysteem te activeren (houd een toets gedurende 3 seconden ingedrukt om een actie uit te voeren: ARM (AAN), SLEEP (functie nog niet actief), STAY (AANWEZIG), OFF (UIT) Auditieve feedback (pieptonen) Als u informatie op het klavier invoert, verneemt u via pieptonen van het klavier of uw invoer bevestigd of geweigerd wordt. Bevestigende pieptoon: Als u met succes een handeling uitgevoerd hebt (bv. activeren/deactiveren) of als het systeem naar een nieuwe status/modus overschakelt, produceert het klavier een onderbroken pieptoon ( BIIP-BIIP-BIIP-BIIP- BIIP ). Weigerende pieptoon: Als het systeem terugkeert naar een vorige status of als een handeling foutief ingevoerd wordt, produceert het klavier een ononderbroken pieptoon ( BIIIIIIIP ). 5

6 Tijd en datum instellen Om tijd en datum in te stellen: 1) Druk op [MENU] > [9] PARAMETERS > [2] TIJD EN DATUM. 2) Voer de gebruikerscode in. 3) Om de tijd te wijzigen, plaatst u de cursor met de pijltjestoets [ ] onder het cijfer dat u wilt wijzigen en voert u het uur in. NOTA: Neem contact op met de installateur om de weergave van 12h naar 24h te veranderen. 4) Om de datum te wijzigen, plaatst u de cursor onder het cijfer dat u wilt wijzigen en geeft u de juiste datum in volgens het formaat jaar/maand/dag. 5) Druk op [ENTER] om te bewaren en het programma te verlaten. Klavierinstellingen De gebruiker kan volgende parameters op het klavier naar wens veranderen. Scrollsnelheid: Hoe lang een melding op het scherm blijft staan vooraleer de volgende melding op het scherm verschijnt. Helderheid van de toetsen: De intensiteit van de klaviertoetsverlichting. Gevoeligheid van de toetsen: De gevoeligheidsgraad van de klaviertoetsen. Helderheid van het lcd-scherm: De intensiteit van de klavierschermverlichting. Contrast van het lcd-scherm: Het contrastniveau van het klavierscherm. Stille alarmmelding: Wanneer het klavier op stil staat, zijn alleen de bevestigende, de weigerende pieptonen en de pieptonen van een ingedrukte toets hoorbaar. Verminderde helderheid: De vermindering van de helderheid van het scherm als gevolg van een kortere oplichtingsperiode. Oplichtingsperiode: De weergave zal een verminderde helderheid hebben na een periode van 0 (geen vermindering) tot 255 seconden. Andere: Informatie over het serienummer van het klavier, de versie van de software en de taal. 6

7 7 Afbeelding 1: Wijziging van de klavierinstellingen

8 Confidentiële modus De installateur kan uw klavieren in confidentiële modus programmeren zodat ze de status van het systeem niet automatisch weergeven. In confidentiële modus: Verschijnen de zones en statusmeldingen NIET. Zullen de controlelampjes NIET oplichten. Afhankelijk van de manier waarop de installateur het klavier geprogrammeerd heeft, moet u respectievelijk een knop indrukken of uw toegangscode invoeren om de controlelampjes te doen oplichten en de standaardmodus activeren. Programmeerbare output (PGM) Uw systeem bevat programmeerbare output (PGM) die de installateur kan programmeren. Bij een bepaalde actie of reeks acties in het systeem kunnen de PGM s rookalarmmeldingen resetten, lichtschakelaars activeren, garagepoorten openen of sluiten en nog veel meer. De omtrekzones programmeren Het is mogelijk om het klavier te programmeren zodat het een snelle, onderbroken pieptoon uitzendt telkens wanneer de gedefinieerde zones open zijn of alleen wanneer ze open zijn binnen bepaalde tijdsblokken. Deze zones noemen we omtrekzones. De installateur kan de omtrekzones ook zo programmeren dat het systeem een pieptoon laat horen bij het sluiten van deze zones. Om de omtrekzones te programmeren: 1) Druk op [MENU]> [6] OMTREKZONE. 2) Voer de gebruikerscode in. 3) Druk op [1] om de bewaking in 1 omtrekzone te activeren. Voer het nummer in van de zone waarvoor de bewaking geactiveerd dient te worden of gebruik de pijltjestoetsen [ ] en [ ] om de lijst met zones te doorlopen. Druk op de toets [ENTER] om de optie omtrekzone te activeren of te deactiveren voor de zone die op uw scherm verschijnt. Druk op [CLEAR] om te bewaren. OF Druk op toets [2] om de periode te regelen waarin een omtrekzone pieptonen uitzendt. Geef het uur in waarop de omtrekzones een pieptoon beginnen uitzenden wanneer ze open zijn (UU:MM). Geef het uur in waarop de omtrekzones geen pieptoon meer uitzenden wanneer ze open zijn (UU:MM). 4) Druk op [CLEAR] om de programmering van de omtrekzones te verlaten. 8

9 Paniekalarm Uw systeem kan zo geprogrammeerd worden dat het een alarmmelding naar de meldkamer stuurt en om politie-interventie, medische hulp, brandweerinterventie of hulp van een door u aangeduide persoon vraagt. Om paniekalarm te genereren, drukt u op de paniektoetsen in tabel 1 en houdt u ze ingedrukt. De installateur kan het alarm als stil of hoorbaar alarm programmeren. Tabel 1: Paniektoetsen Soorten paniekalarmen Paniektoetsen Paniekalarm bij nood Houd ingedrukt Bijkomend paniekalarm Houd ingedrukt Paniekalarm bij brand Houd ingedrukt Snelfunctietoetsen U zult de snelfunctietoetsen enkel op verzoek van de installateur of van de meldkamer moeten gebruiken. Deze functies zijn enkel via de systeemmastercode of de toegangscodes van gebruikers waarvoor de masterfunctie geactiveerd is toegankelijk. Om naar de snelfunctietoetsen te gaan, drukt u op [MENU] > [9] PARAMETERS > [6] BESTURING. 9

10 Hoofdstuk 2: Gepartitioneerd systeem De installateur kan uw klavier zo instellen dat het afzonderlijke beveiligde zones of partities herkent. Dit kan nuttig zijn in situaties waar gedeelde beveiligingssystemen praktischer zijn. De eigenaar van een bedrijf kan de alarminstallatie bijvoorbeeld afzonderlijk activeren voor het kantoor- en het magazijngedeelte, waarbij de toegang tot elke partitie wordt gecontroleerd. Bepaalde personen kunnen dus toegang hebben tot slechts één sector, terwijl andere tot alle partities toegang kunnen hebben. De gebruikerscode bepaalt de toegang tot de partities. Zones op display Wanneer de installateur de partities instelt, biedt het display met de zones hem de mogelijkheid om de status van de afzonderlijke zones binnen een gepartitioneerd systeem te zien. Om de status van de partities te bekijken: 1) Druk op [MENU] > [2] SYSTEEMSTATUS. 2) Kies de partitie die u wilt bekijken. 3) Druk op [CLEAR] om het programma te verlaten. Elke partitie zal één van de volgende meldingen weergeven: READY (gereed): als alle zones in de geselecteerde partitie gesloten zijn NOT READY (niet gereed): als er zones in de geselecteerde partitie open zijn VOORDEUR OPEN : als er binnen die partitie een zone open is. (de melding is afhankelijk van de naam van de zone) STORING(EN) : als zich een storing heeft voorgedaan. (zie p.32 Storingen op display ) ALARM IN GEHEUGEN : als een alarm werd gegenereerd (zie p.17 Display van het alarmgeheugen ) GEACTIVEERD; GEFORCEERD GEACTIVEERD, SNEL GEACTIVEERD; OMTREKZONES GEACTIVEERD : geeft de activeringsstatus van de geselecteerde partitie weer. Hoofdstuk 3: Activeren Als uw systeem geactiveerd is, dan is het gereed om op elk incident in de beveiligde zones te reageren door een alarm te genereren en een bericht naar uw meldkamer te sturen. Om het systeem te activeren: 1) Druk op MENU] > [1] ACTIVEREN / DEACTIVEREN en kies de modus (zie hieronder).

11 2) Voer de gebruikerscode in. 3) Als de toegang tot meer dan één partitie toegestaan is, kies dan de partitie(s) die geactiveerd moet(en) worden. Modus: Normaal activeren: Deze methode wordt gebruikt om dagelijks het systeem te activeren. Om het systeem normaal te activeren, moeten alle zones binnen de beveiligde partitie gesloten zijn. Geforceerd activeren: Via geforceerd activeren kunt u uw systeem snel in werking stellen als er nog zones open zijn. Zodra de open zone gesloten is, zal uw systeem die zone eveneens activeren. Omtrekzones activeren: De functie STAY activeert een gedeelte van het systeem om de gebruiker toe te laten in het gebouw te blijven. Daartoe activeert u de omtrekzones (t.t.z. de deuren en ramen) en alle anderen gevoelige zones van de bewaakte partitie. Snel activeren: Deze functie komt op hetzelfde neer als omtrekzones activeren, maar zonder ingangsvertraging. Dat betekent dat elke geactiveerde zone waarin zich een incident voordoet onmiddellijk een alarm zal genereren. Uitgangsvertraging Als u uw systeem activeert, voorziet het via de timer uitgangsvertraging voldoende tijd zodat u de beveiligde zone kunt verlaten vooraleer het systeem geactiveerd is. 11

12 Overbrugging (BYPASS) programmeren U kunt bij het activeren van het systeem bepaalde zones overbruggen. Als u een zone overbrugt, zal het systeem deze bij de volgende activering negeren. Zodra een partitie gedeactiveerd is, zal het systeem de overbrugging van deze zone opheffen. Om een zone te kunnen overbruggen, moet aan volgende voorwaarden voldaan worden: De installateur moet de overbruggingsoptie voor de zone geprogrammeerd hebben; De overbruggingsoptie moet geactiveerd worden in uw gebruikersopties (dit is niet nodig indien de overbrugging met een snelfunctietoets geactiveerd is); De gebruikerscode moet toegekend worden aan de partitie waarin de overbrugde zone zich bevindt (dit is niet nodig als de overbrugging door een snelfunctietoets door de installateur geactiveerd is); De partitie van de betrokken zone moet gedeactiveerd zijn vooraleer de zone overbrugd kan worden. Om een zone te overbruggen: 1) Druk op [MENU] > [3] BYPASS (overbruggen). 2) Geef de gebruikerscode in wanneer dat nodig is. 3) Druk op [1] KIES ZONE. 4) Gebruik één van de volgende methodes om een zone te kiezen: - Geef de 3 cijfers van de zone in (vb. [001]). of - Gebruik de pijltjestoetsen [ ] en [ ] om een zone te kiezen en druk op [ENTER]. 5) Druk op [CLEAR] om te bewaren en te verlaten. NOTA: Brandzones kunt u niet overbruggen. Om de overbrugde zones te bekijken: 1) Druk op [MENU] > [3] BYPASS (overbruggen). 2) Geef de gebruikerscode in wanneer dat nodig is. 3) Om de status weer te geven, doorloop de zones met behulp van de pijltjestoetsen [ ] en [ ]. 4) Druk op [CLEAR] om te verlaten. 12

13 Laatste overbrugging (BYPASS) opvragen Laatste overbrugging opvragen stelt opnieuw de zones in die bij de laatste activering van uw systeem werden overbrugd. Om laatste overbrugging opvragen te activeren: 1) Druk op MENU > [3] BYPASS (overbruggen). 2) Geef de gebruikerscode in wanneer dat nodig is. 3) Druk op [2] RAPPEL BYPASS ([2] LAATSTE OVERBRUGGING OPVRAGEN). 4) Druk op [CLEAR] om te bewaren en te verlaten. Snelfunctietoetsen Als de installateur deze snelfunctietoetsen heeft geactiveerd, kunt u volgende functies zonder uw toegangscode activeren. Druk daartoe op de gewenste snelfunctietoets en houd hem ingedrukt. Tabel 2: Snelfunctietoets Toets Functie [ARM] ([AAN]) Normaal activeren [SLEEP] ([SLAAPMODUS]) Nacht activeren (voorzien voor een toekomstig gebruik) [STAY] ([AANWEZIG]) Omtrekzones activeren [OFF] ([UIT]) Omtrekzones deactiveren [6] Displayinstellingen wijzigen Activerenmet sleutelschakelaar U kunt uw systeem activeren en deactiveren met behulp van twee verschillende sleutelschakelaars. Met van een permanente sleutelschakelaar: Zet de sleutel in de stand AAN (GEACTIVEERD) om het systeem te activeren en terug op stand UIT (GEDEACTIVEERD) om te deactiveren. Met een tijdelijke sleutelschakelaar: Zet de sleutel even in stand AAN (INGESCHAKELD), laat hem daarna los om het systeem te activeren. Om het systeem te deactiveren, herhaalt u deze procedure. 13

14 Automatisch activeren Als de installateur deze functie geactiveerd heeft, kunt u het tijdstip instellen waarop een partitie automatisch geactiveerd wordt. Getimed automatisch activeren De installateur kan instellen dat de getimede automatische activering in de standaard- of omtrekzonemodus werkt. Vooraleer uw systeem automatisch geactiveerd wordt op het geprogrammeerde tijdstip start een uitgangsvertragingssequentie van 60 seconden. Om de timer van de automatische activering in te stellen: 1) Druk op [MENU] > [9] PARAMETERS > [4] AUTOMATISCHE ACTIVERING. 2) Geef de systeemmastercode in. 3) Als u tot meer dan één partitie toegang heeft, voert u het nummer van de partitie in of gebruikt u de pijltjestoetsen [ ] en [ ] en drukt u op [ENTER]. 4) Voer het tijdstip in waarop u de partitie wil laten activeren volgens de 24-urige tijdsaanduiding (vb. 09:00 voor 9 uur s morgens en 21:00 voor 9 uur s avonds). 5) Druk op [ENTER] om te bewaren en het programma te verlaten. Automatisch activeren bij afwezigheid van beweging Uw systeem kan zo geprogrammeerd worden dat het een bericht naar de meldkamer stuurt en/of het systeem activeert als gedurende een bepaalde tijdspanne geen activiteit plaatsvindt in de partitie. De installateur kan de automatische activering bij afwezigheid van beweging zo instellen dat deze in de standaard -of omtrekzonemodus werkt. 14

15 Hoofdstuk 4: Deactiveren Als uw systeem gedeactiveerd wordt, deactiveert het eventuele lopende alarmen en deactiveert het de zones zodat het alarm niet in werking gesteld wordt als zich een incident voordoet in de zones. Ingangsvertragingstimer De installateur zal voor bepaalde ingangspunten (vb. de voordeur) een ingangsvertragingstimer programmeren. Dankzij deze vertraging krijgt u de tijd om het beveiligde gebouw te betreden en uw gebruikerscode in te voeren om het systeem te deactiveren vooraleer het alarm in werking treedt. Een geactiveerd systeem deactiveren U kunt enkel partities deactiveren die aan uw toegangscode toegewezen zijn. Met toegangscodes waarvoor de optie Enkel activeren ingesteld is (zie p. 28 Gebruikersopties ), kunt u een geactiveerd systeem niet deactiveren (behalve tijdens de uitgangsvertraging). Om het systeem te deactiveren: Als u toegang heeft tot meer dan één partitie (of wanneer het systeem met slechts één partitie ingesteld is), voert u de gebruikerscode in om het systeem te deactiveren. Als het systeem met meerdere partities ingesteld is: 1) Voer de gebruikerscode in. 2) Druk op [5] OFF 3) Kies de partitie die gedeactiveerd moet worden. NOTA: Wanneer u de ruimte binnenkomt en een ingangsvertraging van start gaat, zorgt de onmiddellijke ingave van de code voor de deactivering van de partitie waarvoor de ingangsvertraging loopt (op dat moment blijven de andere partities geactiveerd) Display van het alarmgeheugen Als zich in een zone een alarm voordoet: De partitie en de zone (vb. alarm partitie 1 voordeur) verschijnen, ook als het systeem niet geactiveerd is. De melding houdt aan tot het systeem gedeactiveerd wordt, ook als de zone weer gereed is. Als de sirene niet meer loeit (standaard na 4 minuten), worden de partitie en de alarmzone niet meer weergegeven. De status van de partitie wordt gewijzigd in alarm afgegaan en het bericht alarm in geheugen / druk op menu>4) wordt weergegeven. De alarmmelding zal gewist worden nadat het alarm de volgende keer in werking gesteld werd en een geldige code ingevoerd werd. 15

16 Om de alarmmeldingen te bekijken die bij de laatste activering van het systeem gegenereerd werden: 1) Als het systeem gedeactiveerd is, zal op het scherm de volgende melding verschijnen Alarm in geheugen: druk op menu>4. 2) Druk op [MENU] > [4] ALARM IN GEHEUGEN. De zones die geopend werden en het alarm veroorzaakten wanneer het systeem geactiveerd was, worden weergegeven. 3) Gebruik de pijltjestoetsen [ ] en [ ] om de zones waarvoor een alarmmelding gegenereerd werd te tonen. 4) Druk op [CLEAR] om het display met de alarmmeldingen te verlaten. 16

17 Hoofdstuk 5: Gebruikerscodes en -namen Via de gebruikerscodes krijgen de gebruikers toegang tot het systeem. Uw systeem ondersteunt tot 999 gebruikerscodes. Aan de codes wordt een gebruikersnummer tussen 002 en 999 toegekend (het gebruikersnummer 001 is de systeemmastercode). De installateur zal de gebruikerscodes zo programmeren dat ze uit vier of zes cijfers bestaan (de installateur stelt de lengte in voor alle gebruikers). Elk cijfer kan tussen 0 en 9 liggen. Systeemmastercode (standaard ) De systeemmastercode verleent u toegang tot alle functies die in uw systeem beschikbaar zijn en biedt u ook de mogelijkheid om gebruikerscodes toe te voegen, te wijzigen of te wissen. We raden u aan om deze code te wijzigen zodat anderen geen toegang tot het systeem kunnen krijgen en zonder toestemming opties kunnen wijzigen. Om de systeemmastercode te wijzigen: 1) Druk op [MENU] > [9] PARAMETERS > [1] GEBRUIKERSCODES. 2) Voer de huidige systeemmastercode in (standaard: 1234 of ) 3) Druk op [1] KIES GEBRUIKER en geef het nummer van de gebruiker [001] in. 4) Geef een nieuwe systeemmastercode in. 5) Druk op [ENTER] om een eventuele afstandsbediening toe te kennen en voor andere instellingen zoals die beschreven worden in het hoofdstuk Gebruikersinstellingen programmeren op pagina 25. De systeemmastercode biedt toegang tot alle toegangsdeuren en alle toegangscontrolefuncties en dat op elk tijdstip. Alleen de volgende functies van de systeemmastercode kunnen gewijzigd worden: Codenummer Programmering van de toegangskaart Programmering van de afstandsbediening Als de andere opties manueel gewijzigd worden, zal de systeemmastercode terug op zijn beginwaarde worden teruggezet. 17

18 Gebruikersopties kopiëren Met deze functie kunt u de gebruikersopties, de toegangscontroleopties en de toewijzingen van partities van de ene gebruikerscode naar de andere kopiëren. Alle gebruikersopties worden gekopieerd, behalve de gebruikerscode, de kaarttoewijzing en de gebruikersnaam. Om de gebruikersopties te kopiëren: 1) Druk op [MENU] > [9] PARAMETERS > [1] GEBRUIKERSCODES. 2) Geef de systeemmastercode in. 3) Kies één van de volgende manieren: KIES GEBRUIKER: Voer een gebruikersnummer tussen [002] en [999] in. ZOEK CODE: Zoek het volgende vrije gebruikersnummer. 4) Druk op [ ]. 5) Voer het 3-cijferige gebruikersnummer VANWAAR u de opties wilt kopiëren. 6) Geef een gebruikerscode in. Indien nodig kent u een toegangskaart, afstandsbediening en gebruikersnaam toe zoals beschreven in hoofdstuk Gebruikersinstellingen programmeren op pagina

19 Gebruikersnamen Gebruikersnamen geven de gebruikerscodes een persoonlijk karakter. U kunt ze toewijzen in stap 11 van het hoofdstuk Gebruikersinstellingen programmeren (zie pagina 25). Met behulp van deze functie kunt u een naam (standaard Gebruiker 001) veranderen in iets met meer betekenis (vb. Jan Janssens). Om een gebruikersnaam te programmeren: 1) Bij stap 11 van het hoofdstuk Gebruikersinstellingen programmeren op pagina 25 geeft u de gewenste karakters in zoals beschreven in de secties Speciale functietoetsen op pagina 22. 2) Druk op de pijltjestoets [ ] om de cursor te verplaatsen. 3) Wanneer het etiket volledig is, drukt u op de toets [ENTER] om het te bewaren en het programma te verlaten. NOTA: Voor klavieren in het Hebreeuws, Russisch en Grieks raadpleegt u de bijlage over standaardkarakters op pagina 42. Klaviertoetsen toewijzen Elke numerieke klaviertoets krijgt een letterreeks toegewezen. Om met behulp van de numerieke toetsen of uw klavier de gewenste letter te vormen, drukt u op de toets tot de gewenste letter op het scherm verschijnt. Bijvoorbeeld, om de letter C in te geven, drukt u drie keer op de toets [1] (zie tabel 3 hieronder). NOTA: Als u een klavier in het Hebreeuws, Russisch en Grieks gebruikt, raadpleegt u de bijlagen over standaardkarakters en speciale karakters op pagina 42 en 44. Tabel 3: Toekenning van de letters op het klavier Toets Druk één keer Druk twee keer Druk drie keer op toets op toets op toets [1] A B C [2] D E F [3] G H I [4] J K L [5] M N O [6] P Q R [7] S T U [8] V W X [9] Y Z 19

20 Speciale functietoetsen [STAY] = spatie invoegen Als u op de toets [STAY] drukt, voegt u op de huidige cursorpositie een spatie in [SLEEP] = één karakter wissen Als u op de toets [SLEEP] drukt, wist u een karakter of de spatie op de huidige cursorpositie. [ARM] = wissen tot op het einde Als u de toets [ARM] drukt, wist u alle karakters en spaties rechts van de cursor en op de cursorpositie [OFF] = Cijfers / letters Elke keer dat de toets [OFF.] ingedrukt wordt, schakelt het klavier de functie van de toetsen over van cijfers naar letters en omgekeerd. [MENU] = Kleine letters / Hoofdletters Elke keer dat de toets [MENU] ingedrukt wordt, schakelt het klavier de functie van de toetsen over van hoofdletters naar kleine letters en omgekeerd. [ ] = Speciale karakters Wanneer u de toets [ ] indrukt, verandert de cursor in een zwart knipperend vierkant. Raadpleeg tabel 4 op pagina 23 en geef het 3-cijferige getal in dat het gewenste symbool voorstelt. NOTA: Als u een Hebreeuws, Russisch en Grieks klavier gebruikt, raadpleegt u de bijlage over speciale karakters op pagina

21 21 Tabel 4: Overzicht van de speciale karakters

22 Gebruikerscodes wissen Om gebruikerscodes te wissen: 1 Druk op [MENU] > [9] PARAMETERS > [1] GEBRUIKERSCODE. 2 Geef de systeemmastercode in. 3 Kies een van de volgende manieren: KIES GEBRUIKER: Voer een gebruikersnummer tussen [002] en [999] in. ZOEK CODE: Zoek het volgende vrije gebruikersnummer. 4 Druk op [CLEAR]. Zodra u de informatie gewist heeft, drukt u drie keer op de toets [ENTER] om te bewaren en het programma te verlaten. Gebruikerscodes programmeren De systeembeheerder en gebruikers met beheerrechten kunnen de codes programmeren met gebruikersopties en partitietoewijzingen. In het hoofdstuk Gebruikersinstellingen programmeren op pagina 25 worden de stappen beschreven die u bij het programmeren van de gebruikerscodes volgt. Als u gebruikerscodes wilt programmeren met behulp van de NEware-software, neemt u best contact op met de installateur voor meer informatie. Als het klavier op gelijk welk ogenblik tijdens de programmeringsprocedure een weigerende pieptoon produceert, hebt u misschien een bestaande gebruikerscode gekozen of hebt u geen toegang tot bepaalde gebruikersopties (raadpleeg het hoofdstuk Gebruikersopties op pagina 28 en de instructies voor de partitietoewijzingen in stap 6 van het hoofdstuk Gebruikersinstellingen programmeren op pagina 25). Gebruikers met beheerrechten (stap 5 van hoofdstuk Gebruikersinstellingen programmeren op pagina 25) kunnen enkel gebruikersopties en partitietoewijzingen toekennen die aan hen toegewezen werden. Als bijvoorbeeld aan een gebruiker met beheerrechten gebruikersoptie 1 en partitie 2 wordt toegekend, kan deze enkel optie 1 en partitie 2 aan een gebruikerscode toewijzen. 22

23 Hoofdstuk 6: Gebruikersinstellingen programmeren Wanneer u het klavier K656 gebruikt, is het mogelijk nieuwe gebruikers aan het systeem toe te voegen en hun toegangsniveau te wijzigen. Het is belangrijk om de volgende aandachtspunten in het achterhoofd te houden wanneer u een nieuwe gebruiker programmeert: Voor een uitgebreidere beschrijving van de gebruikersopties en de toegangscontrole, raadpleeg de Gebruikersopties (pagina 28) en de Opties voor toegangscontrole van de gebruikers (pagina 30). De opties in het vet zijn standaard geactiveerd. Standaard, alle gebruikers kunnen het systeem in standaardmodus activeren. Een systeembeheerder kan alleen partities toewijzen waarvoor hij zelf toegang heeft. Bijvoorbeeld, wanneer hij toelating heeft voor partities 1 en 2 kan hij aan nieuwe gebruikers alleen toegang verlenen tot partities 1 en 2. Wanneer een gebruiker aan geen enkele partitie toegekend is en de installateur de PGM-output geprogrammeerd heeft, kant u als de gebruiker alleen de PGM-output controleren. Voor een uitgebreidere beschrijving van de PGM-output, raadpleegt u de programmeerbare output (PGM) op pagina 8. Om een afstandsbediening te kunnen toekennen, moet het systeem een draadloze extensiemodule RTX3 bevatten. 23

24 Om een gebruiker te programmeren: 1 Druk op [MENU] > [9] PARAMETERS > [1] GEBRUIKERSCODE). 2 Geef de systeemmastercode in. 3 Kies één van de volgende manieren: KIES GEBRUIKER: Geef een gebruikersnummer tussen [002] en [999] in. ZOEK CODE: Zoek het volgende vrije gebruikersnummer. 4 Geef de nieuwe gebruikerscode in. 5 Kies de gebruikersopties: Ingegeven waarde Beschrijving [1] [2] Systeemmastertoegang UIT UIT Gedeactiveerd AAN UIT Master gebruiker kan enkel gebruikerscode programmeren AAN AAN Full Master gebruiker kan gebruikerscodes, -opties en toewijzingen programmeren Ingegeven waarde Beschrijving [3] Onder dwang [4] Overbruggen [5] Enkel activeren [6] Omtrekzone activeren en snel activeren [7] Geforceerd activeren [8] Uit= enkel toegang tot klavierpartities Aan= toegang tot alle partities die toegekend zijn aan de gebruiker Druk op [ ] om door te gaan. 6 Kies de partities waarvoor de gebruiker toegang zal hebben en die hij zal kunnen activeren/deactiveren: [1] tot [8] 7 Kies toegangsniveau en -rooster: Druk op [ ] om door te gaan. Eerste [00]= Voer het toegangsniveau in van 00 tot 15 (00 = toegang tot alle deuren) Tweede [00]= Voer het toegangsrooster in van 00 tot 15 (00 = toegang op elk tijdstip toegestaan) 24

25 8 Kies de opties voor de toegangscontrole van de gebruiker: Ingegeven waarde Beschrijving [1] Toegangscontrole [2] Kan deactiveren met een toegangskaart [3] Toegangskaart met verlengde deblokkeringsperiode Ingegeven waarde Beschrijving [4] [5] Activeren met kaart UIT UIT Gedeactiveerd AAN UIT Standaardactiveren UIT AAN Omtrekzones activeren AAN AAN Geforceerd activeren [6] Tolerantievenster aan het rooster toevoegen [7] Gebruikerscode volgt rooster [8] UIT= toegangskaart ontgrendelt deur en deactiveert het systeem AAN= toegangskaart ontgrendelt deur en toegangscode nodig voor deactivering Druk op [ ] om door te gaan. 9 Een toegangskaart toewijzen: Manuele ingave van het serienummer van de toegangskaart. 10 Een afstandsbediening toewijzen: Manuele ingave van het serienummer van de afstandsbediening of twee keer een toets van de afstandsbediening indrukken. 11 Een gebruikersnaam invoeren: Voor uitgebreidere instructies over de creatie van gebruikersnamen, raadpleeg Gebruikersnamen op pagina Druk op [ENTER] om te bewaren en het programma te verlaten. 25

26 Gebruikersopties Opties [1] en [2]: Masterfunctie Staat optie [1] UIT, dan kan de gebruiker geen andere gebruikers in het systeem programmeren. Staat optie [1] AAN en optie [2] UIT, dan kan de gebruiker gebruikerscodes (alleen P.I.N.) en gebruikersnamen programmeren en wijzigen. Staan opties [1] en [2] AAN, dan beschikt de gebruiker over de beheerrechten van een full master. De gebruiker kan toegangscodes voor gebruikers, gebruikeropties, toegangskaartnummers, gebruikersnamen en partitietoewijzingen aanmaken en wijzigen volgens hun eigen programmering. Als de gebruiker die over alle beheerrechten beschikt (full master) bijvoorbeeld enkel toegang heeft tot partitie 1 en optie [4] (Bypass), kan hij alleen partitie 1 en optie [4] toewijzen aan andere systeemgebruikers. Optie [3]: Onder dwang Staat optie [3] AAN, dan is de functie onder dwang geactiveerd. Deze functie wordt gebruikt wanneer iemand een gebruiker ertoe dwingt om één of meerdere partities te activeren of te deactiveren. Wanneer een gebruikerscode (P.I.N.) ingevoerd wordt die voor de functie onder dwang gereserveerd is, zal het systeem de partitie(s) activeren of deactiveren en vervolgens een stille alarmmelding naar de meldkamer sturen. Optie [4]: Overbruggen - BYPASS Staat optie [4] AAN, dan is de overbruggingsfunctie geactiveerd. Met deze functie kan de gebruiker bepaalde zones deactiveren wanneer één of meerdere partities geactiveerd worden. Optie [5]: Enkel activeren Staat optie [5] AAN, dan is de functie enkel activeren ingeschakeld. De gebruiker kan toegewezen partities activeren aan de hand van een kaart of code, maar niet deactiveren. Staat de optie AF, dan kan de gebruiker toegewezen partities activeren of deactiveren. 26

27 Optie [6]: Omtrekzone activeren en snel activeren Staat optie [6] AAN, dan zijn de functies omtrekzone activeren en snel activeren beschikbaar. De gebruiker kan de hem/haar toegewezen partities nu activeren via de functies omtrekzone activeren of snel activeren. Optie [7]: Geforceerd activeren Staat optie [7] AAN, dan is de functie geforceerd activeren beschikbaar. De gebruiker kan de hem/haar toegewezen partities nu geforceerd activeren. Optie [8]: Toegang tot partities Staat optie [8] AAN, dan biedt het klavier toegang tot alle aan de gebruikerscode toegewezen partities. Staat optie [8] AF, dan biedt het klavier enkel toegang tot de partities die het bewaakt. Het klavier kreeg bijvoorbeeld enkel partitie 1 toegewezen en aan uw gebruikerscode werd partitie 1 tot 8 toegewezen. Als de optie AAN staat, hebt u toegang tot alle partities van het klavier. Als de optie AF staat, heeft u enkel toegang tot partitie 1. NOTA: Standaard kunnen alle gebruikers het systeem in standaardmodus activeren. 27

28 Opties voor toegangscontrole van de gebruikers Optie [1]: Toegangscontrole Staat optie [1] AAN, dan kan de gebruiker toegang krijgen tot een toegangsdeur als de toegangscontrole geactiveerd is in het systeem. Een gebruiker die niet aan een partitie toegewezen werd, maar voor wie de optie toegangscontrole (optie [1]) geactiveerd werd, kan nu toegang krijgen tot een toegangsdeur als hij/zij een code (P.I.N.) invoert. Hij drukt dus op de toets MENU > [8] ONTGRENDELING DEUR en voert dan een gebruikerscode in. Staat de optie AF, dan kan de gebruiker geen toegang krijgen tot een toegangsdeur. Optie [2]: Kan deactiveren met een toegangskaart Als optie [2] ACT. (AAN) staat, kan de gebruiker een geactiveerde toegangsdeur ontgrendelen en deactiveren met zijn/haar toegangscontrolekaart. Als optie [2] DÉSACT. (AF) staat, volgt u de instellingen in optie [8] op pagina 31. NOTA: Om optie [2] in de AAN-stand te laten functioneren, moet optie [5] enkel activeren in de gebruikersopties worden gedeactiveerd (raadpleeg het hoofdstuk Gebruikersopties op pagina 28). Optie [3]: Kaart met verlengde ontgrendelingsduur Staat optie [3] AAN, dan wordt de verlengde ontgrendelingsduur geactiveerd. De verlengde ontgrendelingsduur verwijst naar de tijdspanne die de installateur bij elke toegangsdeur heeft geprogrammeerd en die de ongrendelingsduur van de deur verlengt. Als de installateur de ontgrendelingsduur van de deur bijvoorbeeld op 30 seconden instelt en de verlengde ontgrendelingsduur op 15 seconden, zal de gebruikerstoegangscode waarvoor de verlengde ontgrendelingsduur geactiveerd is een totale doorgangstijd van 45 seconden voorzien voor de duur. Opties [4] en [5]: Activeren met een kaart Opties [4] en [5] bepalen het activeringstype als u het systeem activeert met een toegangscontrolekaart. U kunt in standaardmodus activeren, omtrekzones activeren, geforceerde activeren of activeren met een kaartfunctie onmogelijk maken. Ingegeven waarde Activeren met een kaart [4] [5] Uit Uit Buiten werking Aan Uit Standaardactiveren Uit Aan Omtrekzones activeren Aan Aan Geforceerd activeren 28

29 Optie [6]: Tolerantievenster aan het rooster toevoegen Staat optie [6] AAN, dan is de functie tolerantievenster rooster beschikbaar. Deze functie verlengt de geplande toegangsduur van een gebruiker voor een toegangsdeur met de tijdspanne die de installateur geprogrammeerd heeft. Als het aan de gebruiker toegewezen rooster voor de deur bijvoorbeeld als volgt is: van maandag tot vrijdag van 9 tot 17 uur en de installateur het tolerantievenster bij het rooster instelt op één uur, krijgt de gebruiker voor wie het tolerantievenster bij het rooster geactiveerd is de mogelijkheid om één uur voor en na de geplande tijdspanne de deur te gebruiken. Optie [7]: Code volgt rooster Staat optie [7] AAN, dan kunnen de gebruikers hun code enkel gebruiken tijdens de uren toegekend bij stap 7 van het hoofdstuk Gebruikersinstellingen programmeren op pagina 25. Staat optie AF, dan kunnen de gebruikers hun codes op elk ogenblik gebruiken. Optie [8]: Ontgrendelen met kaart en deactiveren met code Optie [8] werkt alleen als optie [2] van het hoofdstuk Opties voor toegangscontrole van gebruikers op pagina 30 AF staat. Staat optie [8] AF, dan kan een gebruiker een toegangscontrolekaart gebruiken om een beveiligde toegangsdeur te ontgrendelen. De gebruiker moet evenwel een gebruikerscode invoeren om de beveiligde partitie te deactiveren. Staat optie [8] AF, dan kan de gebruiker enkel toegang krijgen tot een toegangsdeur als de partitie/partities van de deur reeds gedeactiveerd is/zijn. NOTA: Om optie [8] in de AAN-stand te laten functioneren, moet optie [5] Enkel activeren in de gebruikersopties gedeactiveerd worden (raadpleeg onderdeel Gebruikersopties op pagina 28). 29

30 Hoofdstuk 7: Storingen op display Storingen op display Als er zich problemen met uw systeem voordoen, verschijnt de melding défectuosité(s) appuyer menu>5 ( fout(en), druk op menu>5) op het scherm. Het display zal enkel de problemen weergeven die voorkomen in de partities waaraan het klavier toegewezen werd. De storingen die kunnen voorkomen zijn in acht groepen ingedeeld. Enkel de storingen die voor u relevant zijn worden hieronder opgesomd en beschreven. Als zich een storing voordoet die niet in deze lijst staat, neem dan contact op met uw installateur. Om de storingen op het display te bekijken: 1) Druk op [MENU] > [5] FOUT ZIEN. Op het scherm verschijnen de groepshoofding en de storing. Gebruik de pijltjestoetsen [ ] en [ ] om te scrollen door de groepen waar zich een storing voordoet. 2) Druk op het [NUMMER] van de storing die u wilt bekijken. Behalve voor de instelling van datum en tijd (verlies van uurwerk) is het ten stelligste aan te raden onmiddellijk contact op te nemen met de installateur voor een onderhoud wanneer er een fout optreedt. Groep 1: Systeem [1] Stroomuitval [2] Batterijstoring De reservebatterij is losgekoppeld, moet opnieuw opgeladen of vervangen worden. [5] Zonder sirene Het systeem heeft gedetecteerd dat de sirene niet aangesloten is. Groep 2: Verbinding [1] TLM1 Het bedieningspaneel kan geen verbinding krijgen met de hoofdtelefoonlijn. [2] tot [5] Geen verbinding mogelijk (1 tot 4) Het bedieningspaneel heeft alle toegewezen telefoonnummers geprobeerd en kon de meldkamer niet bereiken. [6] Geen verbinding mogelijk met pc Het bedieningspaneel kan geen verbinding krijgen met de software van de pc. 30

31 Groep 5: Sabotage in zone De gesaboteerde zone(s) verschijnt (verschijnen) op het scherm. Groep 6: Batterij bijna leeg in zone Als de batterij van een draadloos toestel vervangen moet worden, verschijnt de zone waaraan het toestel toegekend is op het scherm. Groep 7: Defect in zone Er is geen verbinding meer tussen een draadloos toestel en zijn ontvanger of er doet zich een communicatiefout of een CleanMe -probleem met een rookdetector voor. Groep 8: Klok uitgevallen Datum en tijd werden opnieuw volgens de standaardwaarden ingesteld. Het bericht klok uitgevallen [8], instellen zal verschijnen. Raadpleeg de sectie Datum en tijd instellen op pagina 6. Groep 9: Gsm-fout [1] Module afwezig Er is een communicatieprobleem tussen de alarmcentrale en de gsm-module. [2] Controle van de radiostoring op het gsm-netwerk RF-storing blokkeert de verbinding. [3] Buiten gebruik Er is een verbindingsprobleem met de leverancier van de gsm-diensten. [5] tot [8] Communicatiefout (1 tot 4) Het controlepaneel kan geen verbinding maken met de meldkamer. [9] Niet geregistreerde IP-ontvanger Neem contact op met de installateur. 31

32 Groep 10: IP-fout [1] Module afwezig Er is een communicatieprobleem tussen het controlepaneel en de IP-module. [2] Buiten gebruik Controleer de aansluiting van de kabel, router en modem. [3] tot [6] Verbindingsfout (1 tot 4) Het controlepaneel kan geen verbinding maken met de meldkamer. [7] Niet geregistreerde IP-ontvanger Neem contact op met de installateur. Weergave incidentenhistoriek De weergave incidentenhistoriek houdt de handelingen van de gebruikers en de alarmmeldingen en storingen bij die in het systeem opgetreden zijn (d.w.z. toegang toegestaan ). U kunt enkel de incidenten bekijken die zich in de partitie(s) hebben voorgedaan die aan uw toegangscode werden toegewezen. Om de incidentenhistoriek te bekijken: 1) Druk op [MENU] > [7] HISTORIEK. 2) Als u toegang heeft tot meer dan één partitie, selecteert u de partitie(s) van uw keuze. 3) Met behulp van de pijltjestoetsen [ ] en [ ] kunt u door de incidenten scrollen. 4) Druk op de knop [CLEAR] om het programma te verlaten. Zodra u de modus Weergave incidentenhistoriek hebt opgevraagd, kunt u de volgorde waarin de schermen van de incidentenhistoriek verschijnen veranderen (beginnen met de beschrijving of met het nummer van het incident) door op toets [7] te drukken. Als u het nummer kent van het incident dat u wilt bekijken, dan drukt u op de toets [ENTER] na de eerder vermelde stap 3 en voert u vervolgens het nummer van het incident in. 32

33 Hoofdstuk 8: Signalen van de afstandsbediening Als het systeem een uitbreidingsmodule voor draadloze zone (RTX3) bevat, kunnen er afstandsbedieningen op aangesloten worden. Ook een tweewegsafstandsbediening (REM2) kan aangesloten worden. Deze afstandsbediening laat toe de status van het systeem te wijzigen en zal hierbij een visueel of hoorbaar signaal geven. Controlelampjes volledig / geforceerd activeren / Controlelampjes activeren omtrekzones Handeling Led-sequentie Auditieve sequentie Deactiveren Groen aan Twee pieptonen Uitgangsvertraging Rood / groen Bevestigende pieptoon traag knipperend Activeren/ingangsvertraging Rood aan Bevestigende pieptoon Alarm Rood snel knipperend Alarmpieptoon Handeling Led-sequentie Auditieve sequentie Deactiveren Groen opgelicht Twee pieptonen Uitgangsvertraging Geel / groen traag knipperend Bevestigende pieptoon Activeren/ingangsvertraging Geel aan Bevestigende pieptoon Alarm Rood Alarmpieptoon snel knipperend Andere controlelampjes. Handeling Led-sequentie Auditieve sequentie PGM aan/uit Geel aan Bevestigende pieptoon NOTA: Voor de REM3, raadpleeg de gepaste Gebruikershandleiding 33

34 Hoofdstuk 9: Testen en onderhoud Inbraakalarm testen NOTA: Het is belangrijk dat u het systeem deactiveert vooraleer u het alarm test. Om deze test te kunnen uitvoeren zijn er twee personen vereist. De ene persoon kijkt naar het scherm op het klavier terwijl de andere in de beveiligde partities rondloopt en de zones opent (d.w.z. de deuren en vensters die beveiligd zijn, opent, in het zicht van de bewegingsdetectoren loopt, enz.). Het scherm geeft de geopende zones weer. Als een bepaalde zone niet verschijnt, moet u contact opnemen met uw installateur. Brandalarm testen Indien uw installatie branddetectie bevat, vraag uw installateur dan naar de beste manier om dat gedeelte van het systeem te testen. Systeemonderhoud Bij normaal gebruik is er buiten de regelmatige testen bijna geen onderhoud nodig. Uw installateur zou op regelmatige tijdstippen een grondig technisch nazicht moet uitvoeren. Systeemtest Uw installateur moet u inlichten over de basisparameters voor een basistest. Het is algemeen aanbevolen om een keer per week het systeem te testen, maar wij raden u aan om het hierover te hebben met uw installateur. Hij zal u raad geven voor uw specifiek systeem. 34

35 Om een systeemtest uit te voeren: 1) Verwittig de meldkamer dat u het systeem gaat testen. 2) Druk op [MENU] > [9] PARAMETERS > [6] BEWERKINGEN > [1] TESTRAPPORT. 3) Geef de systeemmastercode in. Het systeem controleert alle verbindingen en kan een melding naar uw meldkamer sturen. Als het systeem een probleem detecteert, verschijnen de storingen op het display (raadpleeg het hoofdstuk Storingen op display op pagina 32). Als er zich storingen voordoen, belt u naar de installateur om deze te laten verhelpen. 35

36 Hoofdstuk 10: Brand- en inbraakalalarm Standaardbrandzone Tijdens een brandalarm produceert de sirene een onderbroken geluid (BIIP-BIIP- BIIP) tot het afgezet of gereset wordt. Als de zone een standaardbrandzone is, kan het systeem een alarmsignaal naar de meldkamer sturen. Om een vals alarm uit te zetten: 1) Voer de gebruikerscode in op het klavier. 2) Bel naar de meldkamer om het vals alarm te melden. WAARSCHUWING: Het brandalarm zou moeten uitgaan zodra het probleem opgelost is. Anders drukt u tegelijk op de toetsen [CLEAR] en [ENTER] en houdt u ze gedurende 2 seconden ingedrukt. Vertraagde brandzone Als de zone een vertraagde brandzone is, verstrijkt een automatische vertraging vooraleer het systeem contact opneemt met de meldkamer. Raadpleeg afbeelding 2 op pagina 39 om onnodige rapportering van een vals alarm te voorkomen. Als het brandalarm per ongeluk in werking gesteld wordt: 1) Druk binnen de 30 seconden na de start van het alarm op de toets [CLEAR]. 2) Verhelp het probleem in de partitie (d.w.z. verdrijf de rook rond de rookdetector). 3) Als het probleem na 90 seconden nog steeds bestaat, zal het alarm opnieuw in werking treden. Druk opnieuw op [CLEAR]. 4) Het systeem zal de melding van het alarm met 30 seconden uitstellen. NOTA: Als u het valse alarm niet kunt stoppen, stuurt het systeem een alarmsignaal. Bel naar de meldkamer om te melden dat het om een vals alarm gaat. WAARSCHUWING: Het brandalarm zou moeten uitgaan zodra de rook verdreven is. Als dit niet het geval is, druk dan tegelijk op de toetsen [CLEAR] en [ENTER] en houd ze gedurende twee seconden ingedrukt of neem contact op met de installateur. 36

37 Tips voor brandveiligheid Hoe zorgt u ervoor dat u voorbereid bent op een brand in uw woning of zaak? Zorg dat iedereen weet dat hij/zij eerst zichzelf in veiligheid moet brengen en daarna hulp moet inroepen. Stel een evacuatieplan op en duid buiten een verzamelplaats aan. Houd regelmatig brandoefeningen. Voorzie, indien mogelijk, voor elke ruimte twee mogelijke evacuatiemanieren. Oefen evacuatie met gesloten ogen. Blijf nooit recht staan tijdens een brand; ga altijd onder de rook door en probeer de mond bedekt te houden. Keer nooit terug naar een gebouw dat in brand staat, om geen enkele reden; dat kan u het leven kosten. Test regelmatig de rookdetectoren. Minstens één werkende rookdetector hebben, verhoogt uw overlevingskansen bij een brand aanzienlijk. Afbeelding 2: Vertraagde brandzone 37

38 Brandrisico s in de woning minimaliseren Hoe kunt u de 3 meest voorkomende oorzaken van woningbrand vermijden? Blijf steeds in de buurt van eten dat u aan het bereiden bent. Dit is de courantste oorzaak van brandwonden. Keukenbranden zijn vaker het gevolg van afwezigheid tijdens het koken en van een menselijke fout dan van een mechanisch defect. Let op als u aan het roken bent. Onvoorzichtig roken is de belangrijkste oorzaak van sterfgevallen door brand. Rookdetectoren, beddengoed en gestoffeerde meubelen die tegen smeulen bestand zijn, vormen belangrijke elementen van brandpreventie. Onderhoud uw verwarmingssysteem. Defecte verwarmingssystemen zijn de tweede belangrijkste oorzaak van woningbranden. 38

39 Brandalarmsysteem voor een woning Vooral s nachts zijn woningbranden gevaarlijk; het vuur produceert rook en dodelijke gassen die de bewoners in hun slaap bevangen. Om de brandweer s nachts te verwittigen, moeten er rookdetectoren buiten elke kamer en op elke verdieping van de gezinswoning, met inbegrip van de kelder geplaatst worden. Inbraakalarm Als zich in uw geactiveerde systeem een incident voordoet, zullen de alarmdetectoren van het systeem in werking worden gesteld. De feedback zal anders zijn naargelang het type klavier u gebruikt. Als het klavier in standaardmodus staat: verschijnen de partitie en de zone in alarm op het scherm (vb. alarm partitie 1 zone 01)). kunnen de sirenes geactiveerd worden. kan het klavier een pieptoon produceren. WAARSCHUWING: In geval van inbraakalarm, verlaat u het gebouw en neemt u contact op met de meldkamer van op een veilige plaats. 39

40 Bijlage 1: Standaardkarakters Hebreeuwse standaardkarakters Russische standaardkarakters Griekse standaardkarakters 40

41 Bijlage 2: Speciale karakters Speciale Hebreeuwse karakters 41

42 Speciale Russische karakters 42

43 Speciale Griekse karakters 43

44 Index A Activeren... 11, 26, 29, 34 Activeren met sleutelschakelaar Algemeen overzicht van het klavier K Auditieve feedback (pieptonen)... 5 Automatisch activeren B Brand- en inbraakalalarm Brandalarm testen Brandalarmsysteem voor een woning Brandrisico s in de woning minimaliseren Brevetten C Certificering Confidentiële modus... 8 D De omtrekzones programmeren... 8 Deactiveren Display van het alarmgeheugen... 11, 16 E Een geactiveerd systeem deactiveren G Garantie Gebruikerscodes en -namen Gebruikerscodes programmeren Gebruikerscodes wissen Gebruikersinstellingen programmeren Gebruikersnamen Gebruikersopties Gebruikersopties kopiëren Gepartitioneerd systeem Griekse standaardkarakters H Handelsmerken Hebreeuwse standaardkarakters I Inbraakalarm Inbraakalarm testen

45 Ingangsvertragingstimer K Kenmerken... 4 Klavierinstellingen... 6 Klaviertoetsen toewijzen O Opties voor toegangscontrole van de gebruikers Overbrugging (BYPASS) programmeren P Paniekalarm PGM... 8 pieptonen... 5 Programmeerbare output (PGM)... 8 R REM REM Russische standaardkarakters S Signalen van de afstandsbediening Snelfunctietoetsen... 10, 14 Speciale functietoetsen Speciale Griekse karakters Speciale Hebreeuwse karakters Speciale karakters Speciale Russische karakters Standaardbrandzone Standaardkarakters Storingen op display Systeemmastercode Systeemonderhoud Systeemtest T Testen en onderhoud Tijd en datum instellen... 6 Tips voor brandveiligheid U Uitgangsvertraging V Vertraagde brandzone

46 W Weergave incidentenhistoriek Z Zones op display Brevetten: Eén of meerdere brevetten kunnen van toepassing zijn: , , , , , , , , , en RE39406 en andere brevetten in aanmaak. Er kunnen ook Canadese en internationale brevetten van toepassing zijn. Handelsmerken: Paradox, Digiplex en EVO zijn handelsmerken of neergelegde handelsmerken van beveiligingssystemen Paradox Ltée of dochterondernemingen in Canada, de Verenigde Staten en/of andere landen. Certificering: Voor recentere informatie over de CE goedkeuring van de producten, ga naar Garantie: Voor alle informatie over de garantie van dit product, gelieve de garantieverklaring te raadplegen die u vindt op de website Door de ingebruikname van dit product verklaart u akkoord te gaan met alle modaliteiten en voorwaarden van de garantie. Beveiligingssystemen Paradox Ltée, Alle rechten voorbehouden. Voorwaarden onderworpen aan wijzigingen zonder voorafgaande verwittiging. 46

47 47 NOTA S:

48 48

EVO641 / EVO641R DGP2 641BL / DGP2 641 RB. Gebruikshandleiding

EVO641 / EVO641R DGP2 641BL / DGP2 641 RB. Gebruikshandleiding EVO641 / EVO641R DGP2 641BL / DGP2 641 RB EVO641 / EVO641R DGP2 641BL / DGP2 641 RB Gebruikshandleiding Inhoudsopgave 1.0 INLEIDING... 4 1.1 GEBRUIKTE SYMBOLEN... 4 2.0 BASISBEDIENING... 5 2.1 AUDITIEVE

Nadere informatie

Verkorte Gebruiker Handleiding

Verkorte Gebruiker Handleiding Verkorte Gebruiker Handleiding Inhoud Algemeen... 3 Het keypad... 3 Functietoetsen... 4 Cijfertoetsen... 4 Navigatietoetsen... 4 LCD scherm... 4 Signalisatie LED s... 6 Noodtoetsen... 6 De verschillende

Nadere informatie

Lagarde BV - Voorthuizerstraat 69c - 3881 SC Putten - Tel : 0341-375757 www.lagarde.nl - info@lagarde.nl

Lagarde BV - Voorthuizerstraat 69c - 3881 SC Putten - Tel : 0341-375757 www.lagarde.nl - info@lagarde.nl Lagarde BV - Voorthuizerstraat 69c - 3881 SC Putten - Tel : 0341-375757 www.lagarde.nl - info@lagarde.nl Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Het Bedieningspaneel 3 PIN-code voor toegang tot het systeem 4 Het

Nadere informatie

COPYRIGHT GARANTIEBEPERKINGEN

COPYRIGHT GARANTIEBEPERKINGEN COPYRIGHT SLC BV 1996. All rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgebracht, opgeslagen in een opslagsysteem of doorgegeven in welke vorm of op welke manier ook - elektronisch,

Nadere informatie

Jacobs Beveiliging bvba Pagina 1

Jacobs Beveiliging bvba Pagina 1 GEBRUIKERS HANDLEIDING TEXECOM PREMIER 412/816/832 De toetsposities zijn op de klavieren steeds identiek, sommige benamingen/ kunnen verschillen. Elk systeem is ingesteld volgens uw persoonlijke behoeften!

Nadere informatie

Gebruiker Handleiding Premier 412/816/832 INS477

Gebruiker Handleiding Premier 412/816/832 INS477 Gebruiker Handleiding Premier 412/816/832 INS477 Premier 412/816/832 Gebruiker Handleiding Bediening van het systeem Dit document behandelt de alledaagse bediening van uw alarm systeem, voor meer uitgebreide

Nadere informatie

Gebruiker Handleiding Premier 24/48/88/168/640 INS479

Gebruiker Handleiding Premier 24/48/88/168/640 INS479 Gebruiker Handleiding Premier 24/48/88/168/640 INS479 Overzicht Premier Series Gebruiker Handleiding 1. Overzicht Introductie Dit document behandelt de alledaagse bediening van uw alarmpaneel, voor meer

Nadere informatie

COPYRIGHT GARANTIEBEPERKINGEN

COPYRIGHT GARANTIEBEPERKINGEN COPYRIGHT SLC BV 1996. All rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgebracht, opgeslagen in een opslagsysteem of doorgegeven in welke vorm of op welke manier ook - elektronisch,

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Integra

Gebruikershandleiding Integra Gebruikershandleiding Integra Overzicht van het bediendeel Storing Systeem ingeschakeld Servicemode Alarm De storingsled (geel) zal branden bij een storing aan het syteem. De systeem ingeschakeld led geeft

Nadere informatie

CS series LED-gebruikersgids

CS series LED-gebruikersgids CS-175-275-575 series LED-gebruikersgids 98/482/EC-kennisgeving (Voor producten met CE-certificering) Deze apparatuur voldoet aan beschikking 98/482/EC van de Europese Raad inzake Pan-Europese voorschriften

Nadere informatie

ATS Advanced gebruikershandleiding

ATS Advanced gebruikershandleiding 2 ATS Advanced gebruikershandleiding Welkom bij het ATS Advanced geïntegreerde beveiligingssysteem van Kop Beveiliging. Dit document is een korte handleiding voor de algemene functies die u moet kennen

Nadere informatie

Gebruikers handleiding Jablotron 100 serie

Gebruikers handleiding Jablotron 100 serie Gebruikers handleiding Jablotron 100 serie 1.1 Bediening en informatie van uw beveiligingssysteem Het JABLOTRON 100 systeem kan worden bedient met verschillende soorten bediendelen, die tevens informatie

Nadere informatie

NP0052.04. Gebruikershandleiding CMK470S

NP0052.04. Gebruikershandleiding CMK470S NP0052.04 Gebruikershandleiding januari 1998 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm, geluidsband, elektronisch of op welke

Nadere informatie

Ref: HANDLEIDING VAREL RLS. Enkel systeem. VAREL ALARM Tel:

Ref: HANDLEIDING VAREL RLS. Enkel systeem. VAREL ALARM Tel: Ref: 16-03-2017 HANDLEIDING VAREL RLS Enkel systeem VAREL ALARM info@varelalarm.be Tel: 011231288 Weergave op het display: Symbool Indicatie Omschrijving On Systeem in goede staat: 230V + accu in orde

Nadere informatie

Gebruikers handleiding. Voor gebruik met ProSys 16, ProSys 40, en ProSys 128

Gebruikers handleiding. Voor gebruik met ProSys 16, ProSys 40, en ProSys 128 ProSys Gebruikers handleiding Voor gebruik met ProSys 16, ProSys 40, en ProSys 128 1 Geheel inschakelen (afwezig) Geheel inschakelen activeert alle inbraak detectors van het systeem zodat er een alarm

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Gebruikerscodes wijzigingen. 8136i. ELVA Security Puurs

Gebruikershandleiding Gebruikerscodes wijzigingen. 8136i. ELVA Security Puurs Gebruikershandleiding Gebruikerscodes wijzigingen 8136i ELVA Security Puurs Wijzigen van codes en gebruiker opties U kunt codes toevoegen of wijzigen via menu 8. Onderstaande procedure geeft aan hoe menu

Nadere informatie

Gebruikershandleiding CS-175 CS-275 CS-575 LCD Codeklavier

Gebruikershandleiding CS-175 CS-275 CS-575 LCD Codeklavier Gebruikershandleiding CS-175 CS-275 CS-575 LCD Codeklavier Puurs EL 03 V w 8 A w 8 S w 6 ec.e 6 u lv 6 rit a. 56 y be CS-175-275-575 series LCD-gebruikersgids 98/482/EC-kennisgeving (Voor producten met

Nadere informatie

DA-SYSTEMS 6/14- COM. Gebruikershandleiding

DA-SYSTEMS 6/14- COM. Gebruikershandleiding DA-SYSTEMS APLIQUE 6/14- COM Gebruikershandleiding 1. Display-uitleg 1.1. Inleiding 1.2. Klavier 1.3. Display 1.4. Gebruikersfuncties 1.4.1. Inschakelen 1.4.1.1. Volledig inschakelen 1.4.1.2. Gedeeltelijk

Nadere informatie

HANDLEIDING MASTER ADVANCED. Enkel systeem. VAREL ALARM info@varelalarm.be Tel: 011231288

HANDLEIDING MASTER ADVANCED. Enkel systeem. VAREL ALARM info@varelalarm.be Tel: 011231288 HANDLEIDING MASTER ADVANCED Enkel systeem VAREL ALARM info@varelalarm.be Tel: 011231288 Inschakelen met code/badge - CODE OF BADGE Volledig IN - CODE OF BADGE Gedeeltelijk IN 1 - CODE OF BADGE Gedeeltelijk

Nadere informatie

ADVISOR CD3401. Manager Handleiding. Software versie: vanaf V6.0 142705999-1

ADVISOR CD3401. Manager Handleiding. Software versie: vanaf V6.0 142705999-1 ADVISOR CD341 Manager Handleiding Software versie: vanaf V6. 14275999-1 COPYRIGHT SLC BV 1996. All rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgebracht, opgeslagen in een

Nadere informatie

ADVISOR CD7201 CD95/15001. Manager Handleiding. Software versie: vanaf V6.0 142501999-2

ADVISOR CD7201 CD95/15001. Manager Handleiding. Software versie: vanaf V6.0 142501999-2 ADVISOR CD721 CD95/151 Manager Handleiding Software versie: vanaf V6. 14251999-2 COPYRIGHT SLC BV 1996. All rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgebracht, opgeslagen

Nadere informatie

Gebruikershandleiding CS-175 CS-275 CS-575 LED Codeklavier

Gebruikershandleiding CS-175 CS-275 CS-575 LED Codeklavier Gebruikershandleiding CS-175 CS-275 CS-575 LED Codeklavier Puurs EL 03 V w 8 A w 8 S w 6 ec.e 6 u lv 6 rit a. 56 y be CS-175-275-575 series LED-gebruikersgids 98/482/EC-kennisgeving (Voor producten met

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding Advisor CD 2401S1 ARITECH INTERLOGIX UTC Fire & Security GE Security Puurs ADVISOR CS 2401S1 Gebruikershandleiding Software versie: V5-A-GH COPYRIGHT SLC Europe & Africa 1997. All

Nadere informatie

ELVA Security 03 886 66 56 www.elva.be

ELVA Security 03 886 66 56 www.elva.be Gebruikershandleiding INIM Smartline brandmeldcentrale. 1. Front brandmeldcentrale 1 2. Bediening: A Sleutel Niveau 1 Niveau 2 Toetsen B C 4 scroll toetsen Stop sirene D Reset E F Evacuatie Onderzoek deze

Nadere informatie

FBII XL2P. Alarmsysteem. Gebruiksaanwijzing

FBII XL2P. Alarmsysteem. Gebruiksaanwijzing FBII XL2P Alarmsysteem Gebruiksaanwijzing 1. VERKORT OVERZICHT 1 1.1. Systeem inschakelen 3 1.2. Systeem uitschakelen 3 1.3. Gedeeltelijk inschakelen 3 2. INLEIDING 4 3. SYSTEEM CONFIGURATIE 5 3.1. Inschakelen

Nadere informatie

ADVISOR CD 4401S1. Gebruikershandleiding. Software versie: vanaf V6.0 143133999-1

ADVISOR CD 4401S1. Gebruikershandleiding. Software versie: vanaf V6.0 143133999-1 ADVISOR CD 4401S1 Gebruikershandleiding Software versie: vanaf V6.0 143133999-1 COPYRIGHT? SLC Europe & Africa 1997. All rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgebracht,

Nadere informatie

Gebruikershandleiding tags 95EN Versie 02,

Gebruikershandleiding tags 95EN Versie 02, GEBRUIKERSHANDLEIDING VOOR TAGS 95EN Optie 8: gebruikers instellen Deze optie stelt U in staat om gebruikers te definiëren het systeem te gebruiken (tot 99 stuks). Als U een gebruiker instelt dient U het

Nadere informatie

NetworX NX-1048. Gebruikershandleiding voor NetworX beveiligingscentrales

NetworX NX-1048. Gebruikershandleiding voor NetworX beveiligingscentrales NetworX NX-1048 Gebruikershandleiding voor NetworX beveiligingscentrales Functies bediendeel Status LED (Aan, Uit, Gereed, Niet Gereed) LCD -display: Hier wordt informatie over de status van het systeem,

Nadere informatie

Homelink-Prolink. Beveiligingssysteem Gebruikershandleiding. Blz. 1

Homelink-Prolink. Beveiligingssysteem Gebruikershandleiding. Blz. 1 Homelink-Prolink Beveiligingssysteem Gebruikershandleiding Blz. 1 Blz. 2 Inhoud Bediening en display...3 Functietoetsen:...4 Speciale symbolen op het display...5 Inschakelen...6 Volledig inschakelen (met

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING. NetworX. Gebruikershandleiding

GEBRUIKERSHANDLEIDING. NetworX. Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding - Betekenis van de LED s Aan LED Gereed LED Brand LED De AAN LED is aan wanneer het systeem ingeschakeld is. Als het systeem uitgeschakeld is dan staat de LED uit. Heeft er zich een

Nadere informatie

GALAXY 16 & 16+ GEBRUIKERSHANDLEIDING MK 6. versie 4 oktober

GALAXY 16 & 16+ GEBRUIKERSHANDLEIDING MK 6. versie 4 oktober GALAXY 6 & 6+ GEBRUIKERSHANDLEIDING MK 6 versie 4 oktober 00 Galaxy 6/6+ centrale i.c.m. Mk6 bediendeel Gebruikers Handleiding Deze handleiding is een aanvulling op de GalaXy 6/6+ gebruikers handleiding.

Nadere informatie

InteGra Gebruikershandleiding 1

InteGra Gebruikershandleiding 1 InteGra Gebruikershandleiding 1 Algemeen Met dank voor de keuze van dit product aangeboden door SATEL. Hoge kwaliteit en vele functies met een simpele bediening zijn de voordelen van deze inbraak alarmcentrale.

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING NP0060.1 juli 1996 INLEIDING De is een inbraakalarmcentrale met maximaal 6 detectiepunten die bediend kan worden m.b.v. het LED of LCD bediendeel. De commando s die vanuit het bediendeel worden ingegeven

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding Belangrijke melding Deze handleiding wordt aan de volgende condities en beperkingen onderworpen: Deze handleiding bevat eigendomsinformatie die tot RISCO Group behoort. Dergelijke

Nadere informatie

Syncro AS. Analoge Brandmeldcentrale. Gebruikershandleiding. Man V1.0NL

Syncro AS. Analoge Brandmeldcentrale. Gebruikershandleiding. Man V1.0NL Syncro AS Analoge Brandmeldcentrale Gebruikershandleiding Man-1100 030209V1.0NL Index Section Page 1. Inleiding...2 2. Bediening...2 3.1 Bedieningsniveau 1...2 3.2 Bedieningsniveau 2...2 3. Alarmen...2

Nadere informatie

Generic_Manual_230x163.indd 1 26/07/06 14:26:53

Generic_Manual_230x163.indd 1 26/07/06 14:26:53 Generic_Manual_230x163.indd 1 26/07/06 14:26:53 Generic_Manual_230x163.indd 2 26/07/06 14:26:54 INHOUDSOPGAVE Welkom...3 Een blik op het bedieningspaneel...4 PIN-code voor toegang tot het systeem gebruiken...5

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Zerowire

Gebruikershandleiding Zerowire Gebruikershandleiding Zerowire Beschrijving functietoetsen ALARM Rood: systeem is in alarm Voer uw pincode in en druk vervolgens op ENTER om het alarm uit te schakelen. Druk op de STATUS-toets voor meer

Nadere informatie

Gebruikershandleiding. Brandmeldcentrale JUNO-NET EN54

Gebruikershandleiding. Brandmeldcentrale JUNO-NET EN54 Gebruikershandleiding Brandmeldcentrale JUNO-NET EN54 Copyright TEF Nederland erland B.V. Inhoud: 1.1. Omschrijving Bediening Brandmeldcentrale 1.2. Alarmsituatie 1.3. Reset de brandmeldcentrale 1.4. Starten

Nadere informatie

ProSYS Plus Verkorte gebruikershandleiding

ProSYS Plus Verkorte gebruikershandleiding ProSYS Plus Verkorte gebruikershandleiding Volledig inschakelen (voor afwezigheid) Code Volledig inschakelen: Beveiliging. proximity tag code of met om alle partities in te schakelen of om een specifieke

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Welkom. Opmerking. Geeft aanvullende informatie. Druk op een toets op het bedieningspaneel.

Inhoudsopgave. Welkom. Opmerking. Geeft aanvullende informatie. Druk op een toets op het bedieningspaneel. Inhoudsopgave Welkom... 3 Een blik op het bedieningspaneel... 4 PIN-code voor toegang tot het systeem gebruiken... 5 Menuopties oproepen... 6 Het systeem inschakelen... 8 Het systeem uitschakelen... 12

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding ATS - Advanced Lagarde Putten 01/01/2015 13:48 Lagarde BV Voorthuizerstraat 69c 3881 SC Putten Tel: 0341-375757 www.lagarde.nl info@lagarde.nl Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Overzicht bedieningspaneel...

Nadere informatie

Gebruikershandleiding. Advisor Advanced

Gebruikershandleiding. Advisor Advanced Gebruikershandleiding Advisor Advanced Inhoud Bediendelen en lezers 1 Algemene toetsreeksen voor LCD-bediendeel 2 Toegang tot het systeem met uw PIN-code en/of kaart 2 Het systeem in- en uitschakelen 3

Nadere informatie

Gebruikers handleiding. JupiterPro. P2000 alarmontvanger

Gebruikers handleiding. JupiterPro. P2000 alarmontvanger Gebruikers handleiding JupiterPro P2000 alarmontvanger Inhoudsopgave: Functie toetsen. 3 Opties en functies. 4 Het scherm... 5 Ontvangen en lezen van de meldingen.. 6 Prioriteit per capcode selecteren

Nadere informatie

HANDLEIDING MASTER ADVANCED

HANDLEIDING MASTER ADVANCED HANDLEIDING MASTER ADVANCED Meerdere gebieden VAREL ALARM info@varelalarm.be Tel: 011231288 Inschakelen met code/badge - CODE OF BADGE Volledig IN gebied 1 - CODE OF BADGE Gedeeltelijk IN 1 gebied 1 -

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING TM50 BEDIENDEEL (PARADOX EV0 48/192) GEBRUIKERSHANDLEIDING A L A R M S Y S T E M E N Gebruikershandleiding TM50 130920-001 2 INHOUD 1.0 INTRODUCTIE... 5 1.1 EIGENSCHAPPEN... 5 1.2 LEGENDE - GEBRUIKTE SYMBOLEN/ICOONEN...

Nadere informatie

DA SYSTEMS. Aplique. Gebruikershandleiding

DA SYSTEMS. Aplique. Gebruikershandleiding DA SYSTEMS Aplique Gebruikershandleiding 1.1. Inleiding De standaard gebruikerscode is 1234, bespreek samen met Uw installateur hoe U deze code kan wijzigen. 1.2. Klavier 1 2 3 7 8 Bespreek met uw installateur

Nadere informatie

Handleiding digicode: DGA

Handleiding digicode: DGA Handleiding digicode: DGA 1. Overzicht: 2. Programmering DGA s standaard waarden. - Geen code - Verlichtingstijd: 10s - Openingstijd voor al de relais: 1s - Aantal tekens voor codes: 5 - Standaard mastercode:

Nadere informatie

GEBRUIKERSGIDS CP-700 alarmcentrale

GEBRUIKERSGIDS CP-700 alarmcentrale GEBRUIKERSGIDS CP-700 alarmcentrale INHOUDSOPGAVE: Pagina Inschakelen van de centrale (AFWEZ)..Pag. 1 Inschakelen van de centrale met de hoofdgebruikers code...pag. 1 Inschakelen van de centrale met de

Nadere informatie

LCD-gebruikersgids - standaard. Systeem gereed Aan:geef code. Systeem niet gereed Info:tikv - S. Systeem gereed Aan:geef code

LCD-gebruikersgids - standaard. Systeem gereed Aan:geef code. Systeem niet gereed Info:tikv - S. Systeem gereed Aan:geef code LCD-gebruikersgids - standaard Alle zones in rust ysteem gereed Zone(s) open ysteem niet gereed Info:tikv j k 2 Fout of 2 Ok Zone 2 Zone 2 ysteem inschakelen - ysteem gereed of h ysteem aan Alle zones

Nadere informatie

Gebruikershandleiding. Bedienpaneel MINI-REP

Gebruikershandleiding. Bedienpaneel MINI-REP Gebruikershandleiding Bedienpaneel MINI-REP Inhoud: 1.1. Omschrijving Bediening Brandmeldcentrale 1.2. Alarmsituatie 1.3. Reset de brandmeldcentrale 1.4. Starten en stoppen van de Ontruiming 1.5. Uitlezen

Nadere informatie

ProSYS Plus. Verkorte Gebruikershandleiding. Pagina 1

ProSYS Plus. Verkorte Gebruikershandleiding. Pagina 1 ProSYS Plus Verkorte Gebruikershandleiding Pagina 1 Gebruikershandleiding ProSYS Plus Bij RISCO Cloud aanmelden (indien ingeschakeld) Als u zich aanmeldt bij RISCO Cloud kunt u toezicht houden op uw ProSYS

Nadere informatie

Beknopte handleiding NF3000 INHOUDSOPGAVE

Beknopte handleiding NF3000 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE BEDIENING CENTRALE EN WEERGAVE... 2 Hoofdcentrale... 2 Primaire indicators... 2 Druktoetsen... 2 Toetsenbord... 3 Omschrijving LEDs... 4 BEDIENINGSACTIES OP DE CENTRALE... 5 Uitgangen Buiten-

Nadere informatie

TM50 BEDIENDEEL GEBRUIKERSHANDLEIDING A L A R M S Y S T E M E N

TM50 BEDIENDEEL GEBRUIKERSHANDLEIDING A L A R M S Y S T E M E N TM50 BEDIENDEEL GEBRUIKERSHANDLEIDING A L A R M S Y S T E M E N 1.2 LEGENDE Duidt op een waarschuwing of een belangrijke opmerking. Duidt op een nuttige informatie of tip. Vraagt U om op de bijbehorende

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING 95EN

GEBRUIKERSHANDLEIDING 95EN GEBRUIKERSHANDLEIDING 95EN GEBRUIKERSHANDLEIDING 95EN Inleiding..... 2 Over het alarm systeem. 2 Gebruikerscodes en tags 2 Afstandbediening. 2 Codepanelen. 2 Kenmerken codepanelen 3 Zones. 3 Partities..

Nadere informatie

FAQ en HANDLEIDINGEN. MEER HANDLEIDINGEN: kijk op faq.koba-groep.com

FAQ en HANDLEIDINGEN. MEER HANDLEIDINGEN: kijk op faq.koba-groep.com FAQ en HANDLEIDINGEN MEER HANDLEIDINGEN: kijk op faq.koba-groep.com Gebruikershandleiding Brandmeldcentrale Junior V4 Inhoud: 1.1. Omschrijving Bediening Brandmeldcentrale 1.2. Alarmsituatie 1.3. Reset

Nadere informatie

GEBRUIKERS HANDLEIDING

GEBRUIKERS HANDLEIDING GEBRUIKERS HANDLEIDING ALFANUMERIEK TOETSENTABLO CMK683 - Juni 1990 - 1 HET ALFANUMERIEK TOETSENTABLO Het alfanumeriek display bestaat uit 2 regels van elk 16 letters lang. Het alfanumeriek display toont

Nadere informatie

gebruikershandleiding Elektronisch slot met noodsleutel think safe

gebruikershandleiding Elektronisch slot met noodsleutel think safe gebruikershandleiding Elektronisch slot met noodsleutel think safe 2 Gebruikershandleiding elektronisch slot met noodsleutel think safe Belangrijke aandachtspunten Lees de handleiding voordat u het elektronische

Nadere informatie

Easy Series. Gebruikershandleiding. Inbraakcentrale

Easy Series. Gebruikershandleiding. Inbraakcentrale Easy Series NL Gebruikershandleiding Inbraakcentrale Easy Series Gebruikershandleiding Gebruik van de bedieneenheid Gebruik van de bedieneenheid Display Weergave-indicatoren Het alarmsysteem is uitgeschakeld.

Nadere informatie

Programmeer- en bedieningsinstructies

Programmeer- en bedieningsinstructies KNSV-6000 elektronisch KNSV-6020 elektronisch KNSV-7000 elektronisch Programmeer- en bedieningsinstructies CODES - DE BASIS BEDIENINGSINSTRUCTIES De door de fabriek ingestelde mastercode is #1234. Deze

Nadere informatie

MONITOR ISM / AFx Veiligheidssysteem Meerdere Bewoners Handleiding V1.3

MONITOR ISM / AFx Veiligheidssysteem Meerdere Bewoners Handleiding V1.3 MONITOR ISM / AFx Veiligheidssysteem Meerdere Bewoners Handleiding V.3 Veiligheidssysteem Meerdere Bewoners Handleiding Welkom nieuwe gebruikers! Er zijn twee soorten bediendelen t.b.v. Appartement beveiliging.

Nadere informatie

InteGra Gebruikershandleiding 1 INHOUD 1. ALGEMEEN... 2 2. DE INTEGRA INBRAAKCENTRALE... 2 2.1 LCD BEDIENDEEL...3 2.1.1 Display... 3 2.1.2 Toetsen...

InteGra Gebruikershandleiding 1 INHOUD 1. ALGEMEEN... 2 2. DE INTEGRA INBRAAKCENTRALE... 2 2.1 LCD BEDIENDEEL...3 2.1.1 Display... 3 2.1.2 Toetsen... InteGra Gebruikershandleiding 1 INHOUD 1. ALGEMEEN... 2 2. DE INTEGRA INBRAAKCENTRALE... 2 2.1 LCD BEDIENDEEL...3 2.1.1 Display... 3 2.1.2 Toetsen... 3 2.1.3 LED indicatoren op het LCD bediendeel... 4

Nadere informatie

WAT ZIJN PARTITIES? Pagina 1

WAT ZIJN PARTITIES? Pagina 1 WAT ZIJN PARTITIES? De PowerMax Pro en Complete is voorzien van een optionele PARTITIE functie. Partities maken het mogelijk drie onafhankelijk van elkaar controleerbare gebieden te onderscheiden. Elke

Nadere informatie

Gebruikers handleiding. JupiterPro V8.6. P2000 alarmontvanger

Gebruikers handleiding. JupiterPro V8.6. P2000 alarmontvanger JupiterPro V8.6 P2000 alarmontvanger Inhoudsopgave: Functie toetsen. 3 Opties en functies.4 Het scherm... 5 Ontvangen en lezen van de meldingen.. 6 Prioriteit per capcode selecteren 7 Capcodes activeren..

Nadere informatie

Galaxy Dimension TOUCHCENTER Handleiding gebruiker

Galaxy Dimension TOUCHCENTER Handleiding gebruiker Galaxy Dimension TOUCHCENTER Handleiding gebruiker 1 STARTSCHERM START->Datum/Tijd aanpassen Algemeen Druk op de klok linksonder het scherm om te instellingen van de klok op te roepen. Wijzigingen bevestigen

Nadere informatie

NPS-16 Burenalarmeringssysteem

NPS-16 Burenalarmeringssysteem Handleiding voor Alphatronics B.V. de gebruiker NPS-16 Burenalarmeringssysteem Burenalarmeringssysteem Revisie A Uitgave 10-1998 Alphatronics B.V. (MDK) INHOUD INHOUD... Pagina 1 Introductie... Pagina

Nadere informatie

Geeft een storingstoestand aan Het systeem of partitie is uitgeschakeld. Opmerking:

Geeft een storingstoestand aan Het systeem of partitie is uitgeschakeld. Opmerking: Het RISCO Group's Touchscreen Keypad is een dun en modern design keypad van 7" (17,8cm) voor het ProSYS beveiliging systeem. Het is compatible met alle ProSYS versie en beschikbaar met en zonder proximitylezer.

Nadere informatie

FAQ en HANDLEIDINGEN. MEER HANDLEIDINGEN: kijk op faq.koba-groep.com

FAQ en HANDLEIDINGEN. MEER HANDLEIDINGEN: kijk op faq.koba-groep.com FAQ en HANDLEIDINGEN MEER HANDLEIDINGEN: kijk op faq.koba-groep.com Gebruikershandleiding Brandmeldcentrale JUNO-NET EN54 Inhoud: 1.1. Omschrijving Bediening Brandmeldcentrale 1.2. Alarmsituatie 1.3. Reset

Nadere informatie

Brandmeldcentrale CSP-204 CSP-208 Bedieningshandleiding

Brandmeldcentrale CSP-204 CSP-208 Bedieningshandleiding Brandmeldcentrale CSP-204 CSP-208 Bedieningshandleiding Firmware versie 1.00 csp-x_o_nl 05/13 SATEL sp. z o.o. ul. Budowlanych 66 80-298 Gdańsk POLAND tel. +48 58 320 94 00 info@satel.pl www.satel.eu INHOUD

Nadere informatie

ADVISOR CD 7201S1 CD 95/15001S1

ADVISOR CD 7201S1 CD 95/15001S1 ADVISOR CD 7201S1 CD 95/15001S1 Gebruikershandleiding Software versie: vanaf V6.0 142664999-3 COPYRIGHT SLC BV 1996. All rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgebracht,

Nadere informatie

CENTRAAL CONTROLE PANEEL EC 6350 LCD

CENTRAAL CONTROLE PANEEL EC 6350 LCD CENTRAAL CONTROLE PANEEL LCD GEBRUIKERS HANDLEIDING Rev. GEBLCD.INB.EC6350V2.2.DSC.106TVE.V1.1.NL PC5015 versie 2.2 INHOUDS OPGAVE Algemene systeeminformatie... 3 Inschakelen situatie afwezig... 4 Inschakelen

Nadere informatie

AMAX Panel 2000/AMAX Panel 2000 EN ICP-AMAX-P / ICP-AMAX-P-EN. Gebruikershandleiding

AMAX Panel 2000/AMAX Panel 2000 EN ICP-AMAX-P / ICP-AMAX-P-EN. Gebruikershandleiding AMAX Panel 2000/AMAX Panel 2000 EN ICP-AMAX-P / ICP-AMAX-P-EN nl Gebruikershandleiding AMAX Panel 2000/AMAX Panel 2000 EN Inhoudsopgave nl 3 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Systeem inschakelen en uitschakelen

Nadere informatie

BEDIENINGSINSTRUCTIES

BEDIENINGSINSTRUCTIES INHOUDSOPGAVE Blz Onderwerp 2 Aanzicht bedieningsgedeelte 3 Overzicht signaleringen en bedieningen 6 Het uit- en inschakelen van groepen, melders en relais 7 Het opvragen van een toestand en overzicht

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Inhoudsopgave. 1. Inleiding 3. 2. Verkorte gebruiksinstructie 4

Gebruikershandleiding Inhoudsopgave. 1. Inleiding 3. 2. Verkorte gebruiksinstructie 4 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Verkorte gebruiksinstructie 4 3. De bediendelen 5 3.1 De numerieke toetsen 5 3.2 De [A]-toets en de [B]-toets 5 3.3 De [ent]-toets 5 3.4 De [esc]-toets 5 3.5 De [#]-toets

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Sintony SI 110 SI 210 SI 410 Met klavier SAK 41

Gebruikershandleiding Sintony SI 110 SI 210 SI 410 Met klavier SAK 41 Gebruikershandleiding Sintony SI 110 SI 210 SI 410 Met klavier SAK 41 com Sintony SI 110 - Sintony SI 210 - Sintony SI 410 Puurs Sintony SAK 41 Bedieningshandboek 1 Vaktermen Aanwezig AAN : Alleen de sensors

Nadere informatie

SmartHome Huiscentrale

SmartHome Huiscentrale installatiehandleiding SmartHome Huiscentrale Vervanging voor WoonVeilig Huiscentrale (model WV-1716) INSTALLATIEHANDLEIDING SMARTHOME HUISCENTRALE Website WoonVeilig www.woonveilig.nl Klantenservice Meer

Nadere informatie

NX-1048-W. Installatiehandleiding (15/04/2009 V1.0)

NX-1048-W. Installatiehandleiding (15/04/2009 V1.0) NX-1048-W Installatiehandleiding (15/04/2009 V1.0) C-001-0417 IH_NX-1048-W_NL.doc Technische wijzigingen voorbehouden 1 1. Inhoudstabel. 1. Inhoudstabel... 2 2. Aansluitingen... 3 3. 1 e Opstart van het

Nadere informatie

CP-508 GEBRUIKERS-HANDLEIDING

CP-508 GEBRUIKERS-HANDLEIDING CP-508 GEBRUIKERS-HANDLEIDING 1. BEDIENING... blz. 2 1.1 Bedieningspaneel... blz. 2 1.1 a) De LED's 1 t/m 10... blz. 2 1.1 b) De middelste punt... blz. 3 1.1 c) De rechter punt... blz. 3 2. SCHAKELEN VAN

Nadere informatie

Advisor CD 7201S1 CD 9501S1 CD 15001S1

Advisor CD 7201S1 CD 9501S1 CD 15001S1 Handleiding hoofdgebruiker Advisor CD 721S1 CD 951S1 CD 151S1 ARITECH INTERLOGIX UTC Fire & Security GE Security 3 886 66 56 Puurs ADVISOR CD721 CD95/151 3 886 66 56 Hoofdgebruiker Handleiding Software

Nadere informatie

Handleiding Zero-wire

Handleiding Zero-wire AEV VOCHTEN - MYLLE SECURITY NV 18-2-2018 Handleiding Zero-wire Bediening alarmsysteem met App Inhoud 1. Downloaden van de app.... 2 2. Eerste gebruik.... 2 3. Personaliseren van uw account... 3 4. Uw

Nadere informatie

Draadloos tweewegalarmsysteem Gebruikershandleiding

Draadloos tweewegalarmsysteem Gebruikershandleiding Draadloos tweewegalarmsysteem Gebruikershandleiding WAARSCHUWING: Deze handleiding bevat informatie over beperkingen met betrekking tot productgebruik en -functie, en informatie over de beperkingen met

Nadere informatie

MAESTRO 1600/ 1600DL. Handleiding voor de gebruiker. Alphatronics B.V. KP-1001/16 KP-1002

MAESTRO 1600/ 1600DL. Handleiding voor de gebruiker. Alphatronics B.V. KP-1001/16 KP-1002 MAESTRO 1600/ 1600DL Handleiding voor de gebruiker KP-1001/16 KP-1002 Alphatronics B.V. Introductie Visonic Ltd. en Alphatronics B.V. zijn dé toonaangevende ontwerpers en producenten van hoogwaardige beveiligingsapparatuur.

Nadere informatie

HANDLEIDING MEMOKEY 100C

HANDLEIDING MEMOKEY 100C 1 HANDLEIDING MEMOKEY 100C 1 lksdj WOORD VOORAF BIJ PROGRAMMATIE! Het aangeraden, eens het systeem is geïnstalleerd, de code lengte te bepalen en de MASTER en TRADE code te wijzigen. Nadien kunnen andere

Nadere informatie

Het Keypad (met segmenten)

Het Keypad (met segmenten) Het Keypad (met segmenten) Het JABLOTRON 100 systeem kan worden gebruikt met verschillende type keypads waarmee het systeem kan worden bediend, en die informatie geven omtrent de status van het systeem

Nadere informatie

Jablotron JA-63 Profi Gebruikers handleiding

Jablotron JA-63 Profi Gebruikers handleiding Jablotron JA-63 Profi Gebruikers handleiding Let op: Functies van dit systeem kunnen substantieel gewijzigd worden door programmering tijdens installatie. De installateur dient gebruikers instructies te

Nadere informatie

ADVISOR CS 2401S1 CD 3401S1

ADVISOR CS 2401S1 CD 3401S1 ADVISOR CS 2401S1 CD 3401S1 Gebruikershandleiding Software versie: V5-A-GH ARITECH BELGIUM EXCELSIORLAAN 45 1930 ZAVENTEM 32-(0)2-715.89.30 COPYRIGHT SLC Europe & Africa 1997. All rechten voorbehouden.

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING. NetworX. Gebruikershandleiding

GEBRUIKERSHANDLEIDING. NetworX. Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding NP0122 01-8-2002 NP0122 1-8-2002 2 NP0122 1-8-2002 3 INHOUDSOPGAVE ALGEMEEN...5 LIJST MET COMMANDO S...7 INSCHAKELEN...8 Systeem niet gereed in te schakelen...8 UITSCHAKELEN...8 Herstellen

Nadere informatie

Bedieningshandleiding. ExaControl E7R S

Bedieningshandleiding. ExaControl E7R S Bedieningshandleiding ExaControl E7R S UW APPARAAT GEBRUIKEN UW APPARAAT GEBRUIKEN 1 Het apparaat wordt geleverd met: Snelstartgids voor de gebruiker, Snelstartgids voor de installateur, Garantieverklaring

Nadere informatie

Advisor MASTER ATS 3000 ATS 4000

Advisor MASTER ATS 3000 ATS 4000 Gebruikershandleiding ARITECH Advisor MASTER ATS 3000 ATS 4000 ARITECH INTERLOGIX UTC Fire & Security GE Security 03 886 66 56 Puurs ATS Controlepaneel Gebruikershandleiding ARITECH is een handelsmerk

Nadere informatie

ADEMCO 6128NL. gebruikershandleiding

ADEMCO 6128NL. gebruikershandleiding ADEMCO 6128NL gebruikershandleiding GEBRUIKERSHANDLEIDING Inleiding Gefeliciteerd met de aanschaf van uw Ademco alarminstallatie. Met dit systeem bent u in het bezit van een moderne inbraak-, brand- en

Nadere informatie

Inhoudsopgave D D. Contactgegevens. LCD Bediendeel. Naam Klant: Relatienummer: Monteur Datum Werkzaamheden

Inhoudsopgave D D. Contactgegevens. LCD Bediendeel. Naam Klant: Relatienummer: Monteur Datum Werkzaamheden O Monteur atum Werkzaamheden Contactgegevens Naam Klant: Relatienummer: Website: www.weesveilig.nl Telefoonnummer: 088 750 00 00 E-mailadres: info@weesveilig.nl Meldkamer: 088-750 00 75 Inhoudsopgave LC

Nadere informatie

Gebruikershandleiding. Trigion Home Security

Gebruikershandleiding. Trigion Home Security Gebruikershandleiding Trigion Home Security Inhoudsopgave Inleiding 2 I. Overzicht Van Het Paneel 2 Gebruik 2 I. Gebruikersmenu 2 II. Geheel in 3 III. Thuis In Mode 4 VI. Geforceerd Inschakelen 5 VII.

Nadere informatie

8136i. Handleiding voor de gebruiker. Uitgave: Oktober 1998. Handleiding voor Nederlandse softwareversie 2.xx en hoger.

8136i. Handleiding voor de gebruiker. Uitgave: Oktober 1998. Handleiding voor Nederlandse softwareversie 2.xx en hoger. 8136i Handleiding voor de gebruiker Uitgave: Oktober 1998 Handleiding voor Nederlandse softwareversie 2.xx en hoger. Inhoudsopgave 1. Introductie 1 Het codebediendeel 2 Over deze handleiding 3 2. Alledaags

Nadere informatie

Met het MKP-300 bediendeel kunt u het MICRA Alarmsysteem bedienen. Deze werkt alleen als de MICRA module in de alarm module mode is ingesteld.

Met het MKP-300 bediendeel kunt u het MICRA Alarmsysteem bedienen. Deze werkt alleen als de MICRA module in de alarm module mode is ingesteld. MKP-300 DRAADLOOS BEDIENDEEL MKP300_NL 03/12 Met het MKP-300 bediendeel kunt u het MICRA Alarmsysteem bedienen. Deze werkt alleen als de MICRA module in de alarm module mode is ingesteld. 1. Eigenschappen

Nadere informatie

Elegant bediendeel. Model: Elegant bediendeel touch. Gebruikershandleiding

Elegant bediendeel. Model: Elegant bediendeel touch. Gebruikershandleiding Elegant bediendeel Model: Elegant bediendeel touch Gebruikershandleiding Contents Inleiding... 3 LCD symbolen... 3 Bediendeel toetsen... 4 Controle toetsen... 4 Nood toetsen... 4 Functie toetsen... 5 Numerieke

Nadere informatie

Handleiding hoofdgebruiker Advisor CD 3401S1

Handleiding hoofdgebruiker Advisor CD 3401S1 Handleiding hoofdgebruiker Advisor CD 341S1 ARITECH INTERLOGIX UTC Fire & Security GE Security 3 886 66 56 Puurs ADVISOR CD341 3 886 66 56 Hoofdgebruiker Handleiding Software versie: vanaf V6. COPYRIGHT

Nadere informatie

aê~~çäçòé=rsnm=fm=ab`qjíéäéñççå

aê~~çäçòé=rsnm=fm=ab`qjíéäéñççå jáíéä aê~~çäçòé=rsnm=fm=ab`qjíéäéñççå De draadloze Mitel 5610-telefoon en IP DECT-standaard bieden functies voor de verwerking van 3300 ICP SIP-oproepen op een draadloos toestel De IP DECT-standaard biedt

Nadere informatie

Gebruikershandleiding S&G Direct-Drive Z03 Multi-User

Gebruikershandleiding S&G Direct-Drive Z03 Multi-User Gebruikershandleiding S&G Direct-Drive Z03 Multi-User Het Sargent & Greenleaf Direct-Drive Z03 slot combineert gebruikersgemak met hoge veiligheid én flexibiliteit. De geavanceerde electronische technologie

Nadere informatie

JA-63 Profi Gebruikers handleiding

JA-63 Profi Gebruikers handleiding JA-63 Profi Gebruikers handleiding Alarm systeem JA-63 PROFI 1/8 MGK51500 Let op: Functies van dit systeem kunnen substantieel gewijzigd worden door programmering tijdens installatie. De installateur dient

Nadere informatie

De beste Technologie voor uw Veiligheid

De beste Technologie voor uw Veiligheid De beste Technologie voor uw Veiligheid B.V.V.O. Goedgekeurd (Beroepsvereniging Voor de Verzekeringensondernemingen) Onder de volgende nummers: MetaSystem S.p.A. Via Galimberti, 8 42100 Reggio Emilia ITALY

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding GE Security NetworX TM Series NX-4-EUR/NX-6-EUR/NX-8-EUR/N8E NX-8E/NX-8-EUR/NX-6-EUR/NX-4-EUR Gebruikershandleiding g imagination at work NX-8E/NX-8-EUR/ NX-6-EUR/NX-4-EUR Gebruikershandleiding Page 2

Nadere informatie