GEBRUIKSHANDLEIDING. marathon Gasbrander met gas/luchtverhoudingsregeling

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "GEBRUIKSHANDLEIDING. marathon Gasbrander met gas/luchtverhoudingsregeling"

Transcriptie

1 A 1054 NL 1.04 geldig vanaf GEBRUIKSHANDLEIDING marathon Gasbrander met gas/luchtverhoudingsregeling M 121 M M 121 ARZ M ARZ NEDERLAND/BELGIË Chr. Huygensstraat 32 Telefoon verkoop: + 31 (0) Dreizler Benelux B.V. NL 3281 ND Numansdorp Telefax: + 31 (0) info@dreizler.nl Telefoon service & inspectie : + 31 (0) Telefax : + 31 (0) DEUTSCHLAND Max-Planck-Strasse dreizler 1-5 BA A Telefon: Pagina 1 +49(0) Walter Dreizler GmbH D Spaichingen Telefax: +49(0) Wärmetechnik info@dreizler.com Internet:

2 Technische wijzigingen voorbehouden! dreizler BA A Pagina 2

3 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 3 Waarschuwingstips 4 CE-certificering en conformiteitsverklaring 5 Algemene bedieningshandleiding 9 Handleiding inbedrijfname M, M ARZ en MC (Gastoestel) 10 Montage en opstelling Ontstekingselektrode en sensorelektrode bij Marathon M Ionisatie-elektrode 12 Meten van de ionisatiestroom 13 Scheidingsklem voor meting ionisatiestroom 13 Elektrode terugbuigen 13 Verbrandingsluchtventilator 13 Vlampijpmontage 14 Montagehandleiding Lintafdichtband 15 Transportvoorschrift voor M 5001 ARZ, M ARZ 16 In gebruik nemen en branderinstelling In bedrijf nemen van de brander 17 Storingslokalisering Storingslokalisering 23 Protocol branderstoringen 26 Onderhoud Meet- en controleprotocol 27 Documenten en componenten Servomotor SQN Geleidekunststof potentiometer voor SQN Servomotor SQN Servomotor SQN Ombouw van de servomotor op gebruik met potentiometer 34 Servomotor SQM Servoaandrijving SKP Gas/luchtverhoudingsregelaar SKP Verbruiksonderdelen Garantieclaim voor verbruiksonderdelen 38 Levensduur en vervanging veiligheidsrelevante onderdelen 39 dreizler BA A Pagina 3

4 Waarschuwingen - Inbouwen - Bekabelen - Instellen - Onderhoud alleen door erkende vakmensen! Elke 12 maanden of na uiterlijk 4000 bedrijfsuren - dient door erkende vakmensen een onderhoudsbeurt te worden uitgevoerd zoals omschreven in deze gebruikshandleiding. Bij defecte componenten van de elektronica en bewaking dienen deze door de klantenservice volledig te worden vervangen. Sommige reparatiewerkzaamheden zijn niet toegestaan en leiden tot het vervallen van de garantie. Het openen van de apparatuur door niet-vakmensen leidt tot het vervallen van de garantie. Let op! Ondeskundige inbouw, openen en reparatie van originele onderdelen (bijv. ventielaandrijving), instellingen, wijzigingen, bediening of onderhoud kan letsel of schade veroorzaken. Deze brander dient in overeenstemming met de geldende voorschriften te worden ingebouwd en mag alleen in goed geventileerde ruimten worden gebruikt. Volg de aanwijzingen voor inbouw en gebruik van de brander in de gebruikshandleiding op Waarschuwingen: Componenten afdichten met dichtmiddel volgens DIN Lekkagecontrole van de gasleiding van de brander alleen met schuimvormend middel. Bij drukcontrole van externe onderdelen dient de brander met passende middelen te worden beschermd. (Blinde flens op kogelkraan). Max. aansluitdruk op het typeschild mag niet worden overschreden. (Garantieverlies). Gebruik brander: dreizler-branders uit de serie marathon M, marathon M ARZ en marathon Kombi MC ARZ super zijn - trilling- en bewegingsvrij - in schone en droge omgeving - alleen met droge stookgassen - alleen met zwavelgehalte H 2 S< 100 mg/m 3 in stookgassen gebruiken. Anders vervalt de garantie. Opslagtemperatuur: - 25 C tot + 50 C, Bedrijfstemperatuur: -10 C tot +45 C. Vóór in bedrijf nemen en bij elke onderhoudsbeurt dienen alle mechanische schroefverbindingen te worden gecontroleerd. Hierbij is het in de handleiding vermelde aandraaimoment belangrijk. (Gasleiding en regelventielen, olieregelventielen en elektrische klemmen). Zie pagina 60. dreizler BA A Pagina 4

5 CE-certificering en conformiteitsverklaring De gasapparatuur en gasbranders van de producent dienen CE-gecertificeerd en -getest te zijn en met een CE-conformiteitsverklaring op de markt worden gebracht. Hierbij dienen de volgende EU-richtlijnen in acht te worden genomen: - Richtlijn Gasapparatuur 90/396 EG - Richtlijn voor elektromagnetische compatibiliteit 89/336 EG - Laagspanningsrichtlijn 73/23 EG - Rendementsrichtlijn 90/42 EG - Machinerichtlijn 98/37/EG - Richtlijn Drukapparatuur 97/23/EG Als testgrondslag en als norm wordt de EN 676 gasbrander geraadpleegd. De dreizlergasbranders komen via onderzoek voor deze certificering in aanmerking en zijn in het kader van een kwaliteitsbewakingssysteem voor productkwaliteit, productiekwaliteit conform EG-richtlijn gasapparatuur appendix II, 3 op basis van DIN EN ISO 9001 gefabriceerd. Verder zijn drukonderdelen boven > 0,5 bar volgens de Richtlijn Drukapparatuur 97/23/EG gefabriceerd en dreizler is conform gecertificeerd. De productkwaliteit wordt volgens categorie I en II conform Richtlijn Drukapparatuur 97/23/EG middels certificering gewaarborgd. Belangrijk: 1. Bij elke brander wordt de branderservicekaart geleverd, die zorgvuldig dient te worden bewaard. Hierop staan alle belangrijke brandergegevens en meegeleverde componenten vermeld. 2. Eveneens bijgevoegd zijn de paklijsten waaruit het toebehoren blijkt. dreizler BA A Pagina 5

6 CE-certificering en conformiteitsverklaring GE, M en M ARZ dreizler BA A Pagina 6

7 CE-certificering en conformiteitsverklaring GE, M en M ARZ dreizler BA A Pagina 7

8 CE-certificering en conformiteitsverklaring GE, M en M ARZ dreizler BA A Pagina 8

9 Algemene bedieningshandleiding De afgebeelde algemene bedieningshandleiding wordt bij elke brander geleverd. Het document is op DIN A5 karton gedrukt en heeft een bevestigingsoog. Deze bedieningshandleiding dient de gebruiker van de installatie uiterlijk bij de aflevering van de installatie te worden uitgereikt met de aanwijzing deze in de verwarmingsruimte te bewaren. Aanbevolen wordt om de handleiding op een duidelijk zichtbare plaats in de verwarmingsruimte op te hangen. Bedieningshandleiding Gasvoorzetbrander A geldig vanaf Deze brander dient in overeenstemming met de geldende voorschriften te worden ingebouwd en mag alleen in goed geventileerde ruimten worden gebruikt. De instructies voor het inbouwen en gebruik van de brander dienen te worden opgevolgd. Vóór het in bedrijf nemen: 1. Controleren of verwarmingsinstallatie met water gevuld is. 2. Voor permanente aanvoer van frisse lucht en stofvrij bedrijf zorgen in de verwarmingsruimte. In bedrijf nemen: 1. Hoofdschakelaar stroomvoorziening inschakelen. 2. Gaskraan openen. 3. Ketelthermostaat op de gewenste temperatuur instellen. 4. Kamerthermostaat op de gewenste temperatuur instellen. Zodra de stroom- en gastoevoer actief zijn begint de branderventilator te lopen. Na ongeveer 30 seconden gaat de gasvlam aan. Gebruik verwarming: Als de ingestelde temperatuur is bereikt, schakelt de brander uit en slaat bij nieuwe vraag naar verwarming weer automatisch aan. De brander kan zonder bezwaar jarenlang ingeschakeld blijven, zolang de voorgeschreven onderhoudswerkzaamheden van de verantwoordelijke onderhoudsdienst regelmatig worden uitgevoerd. Ook bij langere afwezigheid (bijv. vakantie) hoeft de brander niet uitgeschakeld te worden; het is voldoende om de kamerthermostaat lager in te stellen. Buitengebruikstelling: Als de verwarmingsinstallatie niet tevens als warmwatervoorziening dient, wordt de brander gedurende de zomermaanden uitgeschakeld. 1. Hoofdschakelaar stroomvoorziening uitschakelen. 2. Gaskraan sluiten. Storingen: Als de brander niet aanslaat, probeer dan het volgende: 1. Storingsknop indrukken. 2. Controleren of de gaskraan is geopend. 3. Controleren of de hoofdschakelaar voor elektriciteitsvoorziening is ingeschakeld. 4. Controleren of de ketelthermostaat en kamerthermostaat vragend zijn ingesteld, de ingestelde waarde dient hoger te zijn dan de feitelijke temperatuur. 5. Nogmaals de storingsknop indrukken. Als de installatie nog niet in werking treedt, neem dan contact op met de betreffende klantenservice. In geen geval zelf iets aan de brander veranderen. Onderhoud en service: Alleen met het vereiste regelmatig onderhoud kan een storingsvrije en veilige werking worden gewaarborgd. De firma die de installatie heeft verzorgd zal ook het onderhoud graag voor haar rekening nemen. In verwarmingsruimte op goed zichtbare plaats ophangen! dreizler BA A Pagina 9

10 Handleiding inbedrijfname dreizler marathon M..., marathon M ARZ en dreizler marathon combibrander MC...ARZ-super - Gasonderdeel Vóór het in gebruik nemen: 1. Controleren of er spanning in de hoofdschakelkast beschikbaar is. Alle installatieschakelaars in de hoofdschakelkast uitschakelen. 2. Controleren of de expansie-installatie werkt, d.w.z. alle beveiligde afsluitventielen tussen ketel en expansievat dienen geopend te zijn. 3. Waterniveau in de installatie controleren. 4. Be- en ontluchting verwarmingsruimte controleren. 5. Verwarmingsinstallatie ontluchten. 6. Druk van de installatie controleren. Bij gesloten installatie dient de rode wijzer van de manometer zich binnen de groene markering te bevinden. Bij afwijkingen eventueel water bijvullen en nogmaals ontluchten. 7. Olieregelventielen, ventielen, regeleenheden, pomp, lans, slangen en leidingen nalopen en op dichtheid controleren. 8. Gasaansluiting controleren. 9. Gasuitlaatschuif of -klep (indien aanwezig) openen. 10. Controleren of de reinigingsopening bij de gasuitlaat gesloten is. 11. Branderschakelaar in schakelkast in de volgende positie schakelen: - Schakelaar: regeling Hand/Automatisch op "Automatisch" instellen, - Schakelaar: Schakelaar regeling Open/Uit/Dicht op "Uit" instellen - Schakelaar: Schakelaar Toerental op "Automatisch" instellen. 12. Afsluitventiel gasleiding openen. Hoofdschakelaar, schakelaar voor de verwarmingssysteempompen inschakelen. Voorbereiding voor het in gebruik nemen van de installatie: 1. Schakelaar brandstofkeuze op de gewenste brandstof of op "automatisch" instellen (Gas/Olie/Automatisch). Thermostaat en regelketen in de verwarmingscentrale in de schakelkast openen. 2. Afsluitventielen olieleiding openen. In bedrijf nemen: 1. Thermostaatketen vanuit schakelkast vrijgeven. De brander slaat na ongeveer 2 minuten aan. 2. Hoofdschakelaar in branderkast op "Aan" instellen. 3. Bij het opwarmen vanuit koude toestand (ook bij opnieuw in gebruik nemen na onderhoud of reparatie) dient de warmtetoevoer naar de warmteverbruikers onderbroken te zijn, zodat het dauwpuntbereik zo snel mogelijk gepasseerd wordt. 4. Na het bereiken van de voorlooptemperatuur de warmteverbruikers na elkaar inschakelen. 5. Behuizing en sluiting observeren en zo nodig nalopen. 6. Enkele dagen na het in bedrijf nemen de keteldeur en reinigingsdeksel controleren en schroeven nalopen. Voor het afsluiten van een ketel op een net dat in bedrijf is, dienen de afsluitventielen van de ketel in vooren terugloop te worden geopend. dreizler BA A Pagina 10

11 Handleiding inbedrijfname Gebruik verwarming: Als de ingestelde keteltemperatuur is bereikt, schakelt de brander automatisch uit en slaat bij nieuwe vraag naar verwarming ook automatisch weer aan. De brander kan zonder bezwaar jarenlang ingeschakeld blijven, zolang de voorgeschreven onderhoudswerkzaamheden van de bevoegde vakman regelmatig worden uitgevoerd. Ook bij langere afwezigheid (bijv. vakantie) hoeft de brander niet uitgeschakeld te worden. De brander is goedgekeurd voor volautomatisch bedrijf zonder toezicht. Voorbereidingen voor buiten bedrijf stellen van de installatie: 1. De ketel kan door het uitschakelen van de verwarmingsinstallatie buiten bedrijf worden gesteld. Bij parallel gebruik van verschillende ketelinstallaties de afsluitventielen in voor- en terugloop afsluiten. 2. De voedingswaterinstallatie dient alleen om het lekwaterverlies te compenseren en wordt afhankelijk van de waterstand in het expansievat door middel van een pompschakelaar geschakeld. 3. Naast het doorblazen van de waterstandmeter, pompschakelaar en de watertekortbeveiliging en de manometerleiding is het noodzakelijk dat het slib dat zich in de ketel verzamelt, van tijd tot tijd wordt weggeblazen. Dit vindt plaats door het krachtig openen van het ontslibventiel. Buiten bedrijf stellen van de installatie: 1. Hoofdschakelaar branderstroomvoorziening uitschakelen. 2. Olievoorziening afsluiten. 3. Gasvoorziening afsluiten. 4. Als de brander voor een kortere periode buiten gebruik wordt gesteld (1-2 dagen) wordt geadviseerd de brander niet met de hoofdschakelaar uit te schakelen, maar alleen de regelketen te onderbreken. Handmatig omschakelen tussen brandstoffen: 1. Hoofdschakelaar stroomvoorziening uitschakelen. 2. Brandstofkeuzeschakelaar op de brander op de gewenste brandstof instellen. 3. Hoofdschakelaar stroomvoorziening weer inschakelen. Storingen: Als de brander op de branderschakelkast via de storingslamp een storing meldt, dient deze te worden genoteerd (type, tijdstip) en tevens dient de stand van de gasverwarmingsautomaat op het tijdstip van de storing te worden genoteerd. Hiertoe dient de hoofdschakelaar van de stroomvoorziening te worden uitgeschakeld, de schakelkast te worden geopend en de stand van de schakelcylinder te worden genoteerd. Deze gegevens zijn belangrijk voor de storingslokalisering van de klantenservice. 1. De brander kan op de volgende manier worden ontstoord: De resettoets Automaat indrukken Als de installatie nog niet in werking treedt, neem dan contact op met de betreffende klantenservice. Storingsoorzaak noteren, stand gasverwarmingsautomaat ook doorgeven. Nooit zelf iets aan de brander of de instelling veranderen. Onderhoud en service: De producent schrijft een jaarlijkse onderhoudsbeurt conform DIN 4756 voor. Alleen met dit onderhoud is een langdurig storingsvrije werking gegarandeerd. dreizler BA A Pagina 11

12 . De dubbelontstekingselektrode en de sensorelektrode bij de gasbrander Marathon M De keramiekhuizen zijn verschuivend bevestigd. 2. Ontstekingselektrodeindeling en -afstanden volgens de geregistreerde maten. 3. Sensorelektrode (ionisatie) voor in vlambereik schuin gebogen. geldt voor M : geldt voor > M 1001: Standaarduitvoering: Low-NOx uitvoering ARZ Ionisatiestroom De ionisatiesensorelektrode staat bij ingeschakelde brander onder een continuspanning van ~ 220V/50 Hz. De VDE-aanraakvoorschriften dienen daarom in acht te worden genomen! Het gelijkstroomvlammensignaal kan met een gelijkstroommicroampèremeter worden gemeten. Wij leveren deze meter als onderhoudstoebehoren. Legende dreizler BA A Pagina 12 Brennerring Keramikteil Fühlelektrode Branderring Keramiekdeel Sensorelektrode

13 De dubbelontstekingselektrode en de sensorelektrode bij de gasbrander Marathon M... Meten van de ionisatiestroom tijdens branderbedrijf Wij adviseren om bij het in bedrijf nemen de ionisatiestroom te controleren. Hiervoor worden aan de klemrand de beide naar klem 1 voerende kabels (zie schema) losgemaakt en de meter tussen deze kabeleinden "in serie" aangesloten. Nu kan tijdens gebruik van de brander de ionisatiestroom worden afgelezen. De ionisatiestroom is gelijkgerichte wisselstroom. Eventueel moeten daarvoor de klemmen van de meter worden omgepoold, zodat de wijzer naar de goede schaal uitslaat. Let op! Voor het aansluiten van de meter dient de stroom te worden afgesloten. - Ionisatiespanning ca. ~ 220 V/50 Hz. - VDE-aanraakvoorschriften in acht nemen! Vanaf 2001 is het meten van ionisatiestroom wezenlijk eenvoudiger geworden door scheidingsklemmen. Scheidingsklem voor meting ionisatiestroom Draaimechanisme: Met standaard schroevendraaier met enige loodrechte druk wordt de bajonetsluiting met een ¼ - kwartslag naar links in werking gesteld. Via de beide 4mm meetbussen een stroommeter aansluiten. Om het contact weer te sluiten: De gele knop met loodrechte druk met de schroevendraaier via een ¼ -kwartslag naar rechts weer aansluiten. Legende Gasfeuerungsautomat Gasverwarmingsautomaat Prinzip Darstellung Schematische weergave Trennklemme mit 4 mm Messbuchsen Scheidingsklem met 4 mm meetbussen Zündtrafo Ontstekingstrafo Te verwachten meetwaarden: LMG-automaat: 3 µa LFL-/LGK-automaat: µa Elektrode terugbuigen Na langdurig gebruik kunnen de elektroden niet meer worden teruggebogen, omdat het elektrodemateriaal bros wordt. Voor het bijstellen dient de schroefverbinding te worden losgemaakt of er dienen nieuwe elektroden te worden ingebouwd. Verbrandingsluchtventilator De -grootgasventilatorbranders zijn met een eigen verbrandingsluchtventilator met naar voren gebogen bladen uitgerust. De verbrandingsluchtmengregeling vindt drukzijdig plaats met de luchtklep L 90 en L 130. Via de "handklep" in de luchtkast met tweevoudige vergrendeling kan een luchtvoorinstelling worden gemaakt. De luchtdrukschakelaar voor de bewaking van de verbrandingslucht is aan zuigzijde van het begin van de ventilatorwormschroef aangebracht ("Onderdrukbewaking"). dreizler BA A Pagina 13

14 Vlampijpmontage M... en M...ARZ, Montagematen: Technische M 121 M 201 M 301 M 601 M 1001 M 1501 M 2001 M 3001 M 5001 M gegevens M 121 ARZ M 201 ARZ M 301 ARZ M 601 ARZ M 1001 ARZ M 1501 ARZ M 2001 ARZ M 3001 ARZ M 5001 ARZ M ARZ A mm B mm D mm E mm F mm X mm 6 7,5 7,5 7,5 7,5 7,5 7,5 7,5 10* 13* Bij gebruik van teflonband wordt de maat bij "X" kleiner. De maat "E" of "F" wordt overeenkomstig groter. Afbeelding: Uiteinde vlampijp Legende Normal-Ausführung Standaarduitvoering ARZ-Ausführung ARZ-uitvoering Entnahme unten afname onder Scharte mittig zu Steg angeordnet Sleuf in het midden van verbindingsstuk Luftdruck Luchtdruk Feuerraumdruck Druk branderkamer Ansicht ARZ- Flammrohr von vorne Weergave ARZ-vlampijp van voren dreizler BA A Pagina 14

15 Montagehandleiding Lintafdichtband Lintafdichtband PTFE voor branderflensafdichting bij de verwarmingsketel bij M en M Universeel lintafdichtband eenzijdig zelfklevend Materiaal: PTFE Teflon Afmeting: 17 x 6 mm Temperatuur: -240 C tot +270 C TÜV-Keuringsnr.: Mp 3/7381 DVGW.Reg.-Nr.: G88e050 1.) Voor montage het PTFE-lintafdichtband aan de behuizing van de brander binnen de boutdeelcirkel overlappend tussen 2 bouten vastkleven. 2.) Gelijkmatig diagonaal na montage met ketel aandraaien. Aandraaimoment ca. 60 N/m. M = ca mm lg. M = ca mm lg. Legende Kesseltür Flachdichtband Flammrohr Brennergehäuse Gewindebolzen Überlappung Keteldeur Lintafdichtband Vlampijp Branderbehuizing Schroefdraadbout Overlapping dreizler BA A Pagina 15

16 Transportvoorschrift Voor de montage van de branders M 5001 ARZ en M ARZ aan de ketel adviseren we gebruik van 2 gordels, hefbanden of lusbanden (zie tekening). Gordel 1: Gordel 2: om de branderbehuizing in de buurt van de ketelaansluitflens slaan (enkelvoudig vastgebonden). om de motor in de buurt van de ventilatorbehuizing leggen (enkelvoudig vastgebonden). Beide einden van de hefgordel etc. in kraanhaken hangen (bijv. werkplaatskraan). Voorzichtig: Let op de draagkracht van de gordels! De draagkracht van de gordels wordt minder als de gordel op eenvoudige wijze wordt bevestigd. Gordel Gordel dreizler BA A Pagina 16

17 In bedrijf nemen van de brander 1. In bedrijf nemen van de brander 1.1 Met de servomotor tot ca. 90% van de maximumbelasting laten draaien. Met de stelschroef "V" aan de verdeelregelaar wordt de omzettingsverhouding P Gas naar P Lucht bij totaalvermogen ingesteld. De fabrieksinstellingen zo wijzigen dat dit bij aardgas de waarden CO 2 = 10% en CO = 0% oplevert. Merk op: + V groter = meer gas - V kleiner = minder gas Controle: in het kijkglas van de regelaar. 1.2 Brander volgens meegeleverd schema in branderschakelkast aan besturing van de ketel aansluiten: Bij draaistroom voor in bedrijf nemen de looprichting van de draaistroommotor controleren. Door kort indrukken van de motorschakelbeveiliging op het schakelpaneel met een schroevendraaier kan de motor, onafhankelijk van de branderbesturing, kort in bedrijf worden genomen. De ventilatorluchtstroom moet zich in de richting van de verwarmingsruimte bewegen. Als de looprichting verkeerd is dienen 2 draaistroomfaseaansluitingen L1 en L2 òf L2 en L3 te worden verwisseld. 1.3 Voorinstelling luchtklep voor minimumbelasting (MIN): De luchtklep (afbeelding 6) dient bij de voorinstelling van MIN ca. 10 geopend te zijn. Een sleuf aan de voorzijde van de gasklepas geeft de positie van de luchtklep aan. Let er na de voorinstelling van MIN op dat de schakelnok voor MIN zo is ingesteld, dat de eindschakelaar in de MIN-positie op stroomonderbreking is geschakeld, d.w.z. niet is ingedrukt. Hierbij dient de eerder beschreven positie van de luchtklep te worden ingesteld. De servomotor wordt door het afnemen van het deksel geopend. De schakelnokken 1 en 2 zijn voor motorische begrenzing van de servomotor. Nok 2 stopt bij contactopening in de positie MIN = minimumbelasting en nok 1 in de positie MAX = maximumbelasting. De eindschakelaars dienen door verdraaien van de nokken op de motoras zo te worden ingesteld dat ze in de gekozen niveaupositie de eindschakelaar indrukken en de beweging van de motor stoppen. De passende sleutel bevindt zich in de servomotor. Zie hiervoor ook het hoofdstuk "De servomotor". De voorinstelling van MIN bij lucht- en gasklep richt zich naar de gewenste regelverhouding. Hoe groter de regelverhouding moet zijn, des te kleiner de MIN-positie bij beide kleppen. dreizler BA A Pagina 17

18 In bedrijf nemen van de brander 1.4 Basisinstelling van de luchtklep bij maximumbelasting: Let erop dat bij de positie MAX de luchtklep volledig is geopend. Deze moet zich evenwijdig met lucht- en gasstroom bevinden maar heeft met een insteltolerantie van +/- 10 geen invloed op de massastromen. Nok 1 op de servomotor begrenst in deze positie de loop van de servomotor. 1.5 Voorinstelling van de handluchtklep aan zuigzijde (afbeelding 3): De handluchtklep van de brander wordt afhankelijk van het te verwachten uitgangsvermogen op % openingshoek gedempt ingesteld, d.w.z. vooraf verminderd. 100% MAX-belasting = 90 50% MAX-belasting = 30 Tussenwaarden dienen overeenkomstig te worden geïnterpoleerd. Handluchtklep voor luchtvoorinstelling aan zuigzijde: Legende Luchtinstellingen voor de brandertypen M 121 M 5001 Doppelte Arretierung der Achse Hebel Luftvoreinstellklappe Achse Luftkasten Ventilatorgehäuse Luftklappe K90 oder L130 mit Stellmotor druckseitig Saugseitige Lufteinstellung von Hand Vorgedrosselt Dubbele vergrendeling as Hevel Luchtvoorinstellings klep As Luchtkast Ventilatorbehuizing Luchtklep K90 of L130 met servomotor aan drukzijde Zuigzijde handmatige luchtinstelling voorverminderd,aan drukzijde voorverminderd dreizler BA A Pagina 18

19 In bedrijf nemen van de brander 1.6 Eerste bedrijf van de brander met de ketel: Controleren of de brander op het aangesloten type gas is afgeregeld: eventueel op het juiste gastype afregelen Controleren of de ketelinstallatie bedrijfsgereed is (water, elektrische aansluitingen) Gasleidingen volgens voorschrift op dichtheid controleren Gaskraan vóór de brander openen Gastoevoer ontluchten Temperatuurregelaar (kamer- of ketelthermostaat) omlaag draaien Installatie elektrisch inschakelen Temperatuurregelaar vragend instellen. De gasventilatorbrander slaat aan Als er zich nog lucht in de gasleiding bevindt, kan de brander meerdere malen storing melden, totdat er puur gas komt. Ontstoringsknop indrukken: de brander slaat weer aan. Als de brander ondanks ontluchte gasleiding bij het in bedrijf nemen steeds weer een storing meldt, dient het startgasaandeel te worden verhoogd Functiecontrole van de besturingsafloop via de eindschakelaar: De gaskraan vóór de brander na ontluchten van de gasleiding kort openen en direct weer sluiten. De gasdrukbewaking dient te worden overbrugd (kortsluiten!). Er volgt een functiecontrole van de brander tot de ontsteking en openen van het hoofdgasmagneetventiel bij gesloten kraan(!). Hierdoor wordt uitgesloten dat de brander direct via de besturing verder gaat en de hoofdvlam aangaat Brander in bedrijf op niveau MIN, ca. 30 servomotor (hoek luchtklep): Voor een eerste bedrijf van de brander met de ketel kan via een speciale servicestekker of door verstellen van de branderregeling de gewenste gas- en luchtdoorzet worden ingesteld. De brander ontsteekt op positie "MIN" bij LMG-automaat of op positie "Zünd" bij LFL-automaat. Ontsteekt de brander niet, dan kan via de 1. Positie van luchtklep of 2. Verhoging van de instelwaarde N+ het startgasaandeel en de startgasdruk anders worden ingesteld. Doel: 1,0 tot 3,0 mbar kopdruk bij ontsteking. Kromschröder compacte regelventielen Typen CG Instelling en weergave voor V en N dreizler BA A Pagina 19

20 In bedrijf nemen van de brander 1.7 Landis & Staefa dubbelventielen Typen SKP 70...VG en VGD en VGD Instelling boven bij het ventiel na verwijderen van deksel Kijkglas voor instellingen V en N aan de zijde ventielaandrijving. 1.8 Diagram 2. Instellen ketelvermogen: Zodra bij 90 van de maximumbelasting het CO 2 -gehalte juist is, wordt bij de regelschuif met de hand meer luchtdoorlaat ingesteld en hiermee een hoger brandervermogen bereikt. Merk op: Meer lucht = meer gas = hoger brandervermogen Minder lucht = minder gas = lager brandervermogen De vereiste gasdoorzet voor het maximale ketelvermogen kan met de volgende formule worden berekend: max. ketelvermogen + 10% (kw) Hu B (kwh/m 3 ) = gasdoorzet (m 3 /h) waarin Hu B van de laagste bedrijfsstookwaarde afhankelijk is van de gas- en luchtdruk (zie berekeningsgrondslag). Voorbeeld: P Gas = 100 mbar 500 kw + 10% 10,2 f = ,2 1,06 dreizler BA A Pagina 20 = 50,9 m 3 /h voor aardgas H

21 In bedrijf nemen van de brander 3. Instellen van minimumbelasting: Terugregelen tot laag vermogen tot de luchtklep dicht is. Met de stelschroef "N" wordt alleen het CO 2 - gehalte bij minimumbelasting ingesteld. Merk op: N groter = + = CO 2 groter = meer gas N kleiner = - = CO 2 kleiner = minder gas CO 2 = 9% einstellen. Aflezen bij kijkglas De nulpuntverplaatsing N laat bij minimumbelasting een lichte correctie van de hoeveelheid gas toe. CO 2 = 9% instellen. (Lucht) Afbeelding 9 Vervolgens wordt er opgeregeld tot hoge belasting, CO 2 -gehalte en CO gecontroleerd en eventueel met V-verstelling licht nageregeld. 4. Instellen van lage ketelbelasting: We streven een regelverhouding van 1:3 = 33% :100% na. Volgens deze instelling draaien we een hogere regelverhouding. We laten de servomotor draaien tot 1/3 tot 1/5 van het maximumvermogen is bereikt.. Let op: De luchtdruk voor lage belasting niet onder +0,4 mbar instellen! Dit punt wordt met de "Min"-schakelnok van de servomotor ingesteld. Min-aanpassing alleen via servomotor (Lucht) dreizler BA A Pagina 21

22 In bedrijf nemen van de brander 4.1 Meetprotocol: We stellen volgens de gebruikshandleiding een meetprotocol samen, beginnend met de meting bij lage belasting, op minstens drie belastingspunten bij modulerende regeling, bij maximumbelasting en deelbelasting bij 2-trapsbranders 1. Minimum brandervermogen 2. Gemiddeld brandervermogen 3. Maximaal brandervermogen We noteren alle meetbare drukwaarden en instellingen. (Meetprotocol voorbeeld zie "Onderhoud"). 5. CO 2 -Tabel voor gas/lucht-instelling bij de brander Gastype CO 2max CO 2 ingesteld op de brander Stadgas (Berlijn) 11,8 8,5 10,0 Aardgas 11,4 8,5 10,5 Propaan 13,8 10,0 11,5 6. CO-gehalte van verbrandingsgas: Max. 100 ppm CO in luchtvrije/droge toestand (ca. 80 ppm CO gemeten) dreizler BA A Pagina 22

23 Storingslokalisering De volgende indeling van mogelijke storingen kan het zoeken naar storingen vergemakkelijken. Bij een storingsuitschakeling blijven afhankelijk van het type gasverbrandingsautomaat de schakelcylinder, de nokkenschijf of storingswijzer staan. Uit de positie waar vanuit dit gebeurt kunnen conclusies worden getrokken voor de storingsoorzaak. Zie hiervoor de beschrijvingsbladen van de afzonderlijke gasverbrandingsautomaten op pagina's Een spanningsmeting op de betreffende klemmen kan alleen bij ingeschakelde thermostaat ("warmtevragend") plaatsvinden, omdat er in stilstand van de brander geen stroom op deze klemmen staat. De klemmen bij de steekverbinding tussen branderaansluiting en ketelkabel bij GE 120, GE 140 en GE 200 zijn toegankelijk na losschroeven van de beschermkap. De ionisatiestroom wordt volgens pagina 8 gemeten. Storing Mogelijke fout Identificeren en herstellen Ventilator slaat niet aan a) Gasverbrandingsautomaat geeft "Storing" weer. b) Geen stroom op de klemmen 1 en T1 (M ) of L1 en 3 (vanaf M 601). c) Geen stroom op klemmen T2 (M ) of 04 (M 601). d) Geen gasdruk van de brander. e) Motorschuif reageert niet. f) Gasverbrandingsautomaat defect. g) Motor defect. h) Motorbeveiligingsschakelaar bij draaistroom in werking getreden, fase-uitval. i) Ventieldichtheidscontrole TC heeft bij CGregelventielen van Kromschröder een ventielstoring geconstateerd. Ionisatie- of UV-stroom controleren. Ontstoringsknop indrukken. Met stroommeter controleren Hoofdschakelaar "uit"? Met stroommeter controleren Thermostaat "uit"? Klemmen 2 en 3 in de GDW met stroommeter controleren. Aansluiting controleren en indien nodig vervangen. Vervangen Vervangen Motorbeveiligingsschakelaar indrukken of vervangen of opnieuw instellen. Dichtheid ventielen controleren door drukhoudcontrole van de ventieltussenruimte bij 100 mbar, als uitgangsventiel "niet dicht" meldt. Als het ingangsventiel niet dicht is, drukstijging tussen ventielen in stilstand observeren. Eventueel ventieldichtheidscontrole vervangen. TC ontstoren. Ventilator loopt, luchtdrukschakelaar heeft geschakeld, geen ontstekingsvonk, meldt storing. a) Kortsluiting door onjuiste elektrodeinstelling of massasluiting. b) Gasverbrandingsautomaat defect. c) Steekverbinding aan de elektrode of ontstekingstrafo los. d) Ontstekingstrafo defect. e) Ontstekingselektrode defect. Opnieuw instellen. Vervangen Vaste verbinding maken. Vervangen Vervangen Ventilator slaat aan, ontsteking maakt vonk, vlam brandt niet, meldt storing. a) Onjuiste instelling ontstekingselektrode. b) Gasmagneetventiel opent niet. c) Gasverbrandingsautomaat defect. Corrigeren Druk na ventiel met manometer controleren. Aansluiting met stroommeter controleren, eventueel vervangen. Vervangen dreizler BA A Pagina 23

24 Storingslokalisering Storing Mogelijke fout Identificeren en herstellen Ventilator slaat aan, ontsteking maakt vonk, vlam brandt niet, meldt storing. TC meldt storing. a) Bij gebruik van Kromschröder dichtheidscontrole met L&S-ventielen heeft de ventieldichtheidscontrole een storing gemeld. Dichtheid ventielen controleren door drukhoudcontrole van de ventieltussenruimte bij 100 mbar, als uitgangsventiel "niet dicht" meldt. Als het ingangsventiel niet dicht is, drukstijging tussen ventielen in stilstand observeren. Eventueel ventieldichtheidscontrole vervangen. TC ontstoren. Brander gaat na storingsvrij aanslaan weer uit, slaat weer goed aan maar gaat weer uit etc. a) Gasdrukbewaking defect. b) Gasdrukbewaking te hoog ingesteld. c) Gasdruk daalt bij aanslaan te sterk. Vervangen Ingestelde waarde reduceren. Verontreinigd gasfilter reinigen. Gasdrukregelaar defect. Water in gasleiding. Gasdruk controleren en eventueel gasbedrijf inlichten. Slaat aan volgens programma, vlammen gaan aan en weer uit. Storingsmelding. Servomotor stelt kleppensturing niet meer in beweging. a) Gasverbrandingsautomaat defect. b) Ionisatie-elektrode reikt niet ver genoeg in vlamgebied. c) Ionisatie-elektrode maakt contact met massa. d) Ionisatiekabel onderbroken. e) Fase R en middelfase Mp bij steekverbinding of aansluitklemblok verwisseld. f) Aarding brander niet aangesloten. g) Aardleiding in huis ergens onderbroken. a) Beide eindschakelaars in servomotor gelijktijdig ingedrukt. b) Servomotorbeveiliging reageert niet. Vervangen Ionisatie- of UV-stroom meten, elektrode iets verdraaien, daarvoor schroeven losmaken, niet verbuigen. Elektrode corrigeren Kabel vervangen, ionisatiestekker controleren. Met stroommeter controleren en eventueel klemmen opnieuw aanbrengen. Aarding aansluiten. Contact opnemen met electricien, eventueel brug van middelpunt naar aarde inbouwen. Trapinstelling opnieuw kiezen. Aansluiting controleren, indien nodig vervangen. Brander functioneert normaal maar meldt af en toe een storing. a) Luchtdrukschakelaar schakelt vaak niet. b) Van tijd tot tijd uitval ontstekingselektrode door defect. c) Gasverbrandingsautomaat defect. d) Ongelijkmatige ionisatiestroom. e) Ionisatiestroom wordt te laag door kruipstroom. f) Ionisatiestroom wordt te laag door slechte, niet zichtbare isolatie van de kabel. Instelwaarde verlagen of vervangen Ontstekingselektrode vervangen. Vervangen Isolatie bij ionisatie-elektrodes defect. Elektrode vervangen. Resten gasdichtheidsspray laten opdrogen. Keramiek van de elektrode mag buiten de houder geen contact maken met metaal. Nieuwe elektrode inbouwen. dreizler BA A Pagina 24

25 Storingslokalisering Verbrandingsstoringen door pulsering van de vlam bij aanslaan brander. a) Foutieve instelling luchtklep (licht gonzen bij aanslaan dat vervolgens verdwijnt). b) Branderkamerdruk te hoog. c) Te weinig verdichting en verbrandingslucht bij te hoge branderprestaties en te hoge aanzetimpuls. Teveel luchtoverschot, luchtaandeel reduceren. Gasdoorzet of luchtaandeel te hoog. Eventueel beide reduceren. Ventilator reinigen. Meer verbrandingslucht geven, zodat de brander "doordrukt". Eventueel gasdoorzet tot 75% reduceren. Ventilator loopt, voorspoelprogramma loopt Automaat meldt bij weergave "P" op de schakelcylinder een storing a) Luchtdrukschakelaar heeft niet geschakeld. Ingestelde waarde te hoog: reduceren. Ingestelde waarde te laag, waarde iets verhogen of luchtdrukschakelaar vervangen. Onjuiste draairichting ventilatormotor. Ompolen! Ventilator loopt continu, voorspoelprogramma loopt niet af, geen ontstekingsvonken. a) Een eindschakelaar (melding) in de servomotor in trap 1 of 2 komt niet vrij. b) Servomotor slaat niet aan. c) Mechaniek of luchtklep door objecten van buiten geblokkeerd. d) Mechaniek van lucht/gasklep los, verbinding verbroken. Instelling eindschakelaar corrigeren, eindschakelaar defect, vervangen, foutieve bekabeling. Beveiliging reinigen of vervangen. Voorwerpen van buitenaf verwijderen. Opnieuw monteren. dreizler BA A Pagina 25

26 Protocol branderstoringen Positie schakelcylinder gasverbrandingsautomaat (GFA) Bij storing brander Instelling schakelcylinder noteren ter informatie voor de klantenservice. Zie beschrijving ommezijde. LFL1..., Serie 01 Pos. Datum Instelling schakelcylinder dreizler BA A Pagina 26

27 Controleprotocol voor dreizler-gasbranders en dreizler oliebranders dreizler BA A Pagina 27

28 Servomotor met potentiometer type SQN A V/50 Hz/30 sec./90 /2,5 Nm Zijaanzicht Anzeigescheibe Verriegelungsstift Motorgehäuse Nockenringe verstellbar (m. Schlüssel) Sockel Achse Legende Afleesschijf Vergrendelingsstift Motorbehuizing Nokkenring verstelbaar (met sleutel) Sokkel As dreizler BA A Pagina 28

29 Servomotor met potentiometer type SQN A 23 linkslopend Voorinstelling servomotor Schakelnokkenindeling Schakelinstelling nok I bij maximumbelasting: Eindschakelaar schakelt bij maximumbelasting tussen 1 en 5 op doorgang. Schakelinstelling nok II bij minimumbelasting: Eindschakelaar schakelt bij minimumbelasting ca. 30 tussen 2 en 5 op doorgang. Schakelinstelling nok III bij ontstekingsbelasting. Eindschakelaar schakelt bij ontstekingsbelasting bij 40 tussen 4 en 5 op doorgang. Beschrijving regelverloop: Voorbeluchting: Schakelcylinder in de gasverbrandingsautomaat Landis & Staefa LFL in positie. Brander loopt met nok I op Lucht voluit (90 open) en dient een doorschakeling naar de gasverbrandingsautomaat te geven. Einde voorbeluchting: Schakelcylinder in positie. Servomotor loopt terug en zoekt doorschakelimpuls van nok III (bijv. bij 40 ). Deze nok dient zo ingesteld te zijn dat deze bij aanloop van de servomotor een schakelimpuls geeft (of nok II beëindigt de aanloop in 0 -positie.) Ontstekingsfase: Servomotor heeft met nok III een positie aangenomen waarin de ontstekingstrafo ontsteekt. Hoofdgasmagneetventielen openen, gasvrijgave volgt (positie schakelcylinder "1"). Gebruik brander: Bij branderbedrijf begrenzen nokken 1 op maximumbelasting en nok II op deelbelasting de loophoek van de servomotor. Afhankelijk van de positie van deze nokken neemt de servomotor zijn loophoek daartussen in. Let op!! Nok III kan de brander bij een grotere hoek (bijv. 40 ) als bij nok II ontsteken (meer gas bij ontsteking). Indien niet gewenst, nok III niet gebruiken (deze dient te zijn ingedrukt minimumbelasting) De schakelcylinder van de servomotor en hiermee de luchtklep kunnen elektrisch worden bewogen of na het indrukken van de vergrendelingsstift uit het mechanisme worden gekoppeld en met de hand worden versteld en ingesteld. dreizler BA A Pagina 29

30 Geleidekunststof potentiometer voor SQN type ASZxx.3x Let op: Met maximale stroom rekening houden! dreizler BA A Pagina 30

31 Servomotor Typ SQN A23, rechtslopend Voorinstelling servomotor Schakelinstelling nok I bij maximumbelasting: Eindschakelaar schakelt bij Maximumbelasting 90 tussen 1 en 5 op doorgang. Schakelinstelling nok II bij nulstelling: Schakelinstelling nok III bij minimumbelasting Bewerkstelligt bij regeluitschakeling "Brander uit" activering van de luchtklep in nulstelling. Eindschakelaar schakelt bij minimumbelasting de servomotor uit. Nokken niet gebruikt. Beschrijving regelverloop: Voorbeluchting: De servomotor loopt na inschakelen van de regelthermostaat na een geprogrammeerde tijd van de LMG op (30 sec.) af. Na afloop van deze openingstijd start de ventilator en de voorbeluchting met nominale belasting gedurende 30 sec. Einde voorbeluchting: Na afloop van de voorluchttijd komt van de LMG weer voor de geprogrammeerde 30 sec. het afsluitende commando voor de servomotor. Deze stopt bij nok 3 van de servomotor (minimumbelasting). Ontstekingsfase: Na afloop van de geprogrammeerde sluitingstijd volgt de ontsteking. De ontstekingstrafo ontsteekt en de hoofdgasmagneetventielen openen zich. Gebruik brander: Tijdens gebruik van de brander begrenst nok 1 op maximumbelasting en nok 3 op deelbelasting de loophoek van de servoaandrijving. Branderstop: Als de regelthermostaat weer uitschakelt, sluiten de hoofdgasmagneetventielen zich weer en de servomotor gaat in nulpositie (nulafsluiting). Deze wordt begrensd door nok 2. Let op!! De schakelcylinder van de servomotor en hiermee de luchtklep kunnen elektrisch worden bewogen of na het indrukken van de vergrendelingsstift uit het mechanisme worden gekoppeld en met de hand worden versteld en ingesteld. dreizler BA A Pagina 31

32 Servomotor met potentiometer type SQN A V/50 Hz/30 sec./90 /3 Nm Zijaanzicht Weergave A Legende Nockenringe verstellbar (m. Schlüssel) Nokkenring verstelbaar (met sleutel) Schaltwalze Schakelcylinder Achse As Walzerskalen Cylinderschaal Stellung Luftklappe Instelling luchtklep Sockel Sokkel Motorgehäuse Motorbehuizing Anzeigescheibe Afleesschijf Markierungspfeil Markeringspijl Verriegelungsstift Vergrendelingsstift Hoher Deckel Hoge deksel Lagerbuchse m. Schlitzschraube Lagerbus met sleufschroef Kreuzschlitzschraube Kruiskopschroef Potentiometer Potentiometer Distanzhülse Afstandshuls Potentiometerplatte Potentiometerplaat Potentiometer ASZ draadpotmeter 1000 Ω, Stroombelastbaarheid: 100 ma ASZ geleidekunststof potmeter 1000 Ω, Stroombelastbaarheid: 0,1 ma dreizler BA A Pagina 32

33 De servomotor SQN A 2730, linkslopend Voorinstelling servomotor Schakelnokkenindeling Schakelinstelling nok I bij maximumbelasting: Eindschakelaar schakelt bij maximumbelasting 90 tussen 1 en 3 op doorgang. Schakelinstelling nok II bij minimumbelasting: Eindschakelaar schakelt bij minimumbelasting ca. 30 tussen 2 en 4 op doorgang. Schakelinstelling nok III bij ontstekingsbelasting. Eindschakelaar schakelt bij ontstekingsbelasting bij 40 tussen 8 en 9 op doorgang. Alleen bij economy voor extern-ddc (niet bij quattro-pro-regeling): Schakelinstelling nok IV bij overschakeling van groot naar klein toerental Eindschakelaar schakelt bij omschakelpunt ca. 40 tussen 11 en 12 op doorgang. Schakelinstelling nok V bij overschakeling van klein naar groot toerental Eindschakelaar schakelt bij omschakelpunt ca. 80 tussen 5 en 7 op doorgang. Beschrijving regelverloop: Voorbeluchting: Schakelcylinder in de gasverbrandingsautomaat Landis & Staefa LFL in positie. Brander loopt met nok I op Lucht voluit (90 open) en dient een doorschakeling naar de gasverbrandingsautomaat te geven. Einde voorbeluchting: Schakelcylinder in positie. Servomotor loopt terug en zoekt doorschakelimpuls van nok III (bijv. bij 40 ). Deze nok dient zo ingesteld te zijn dat deze bij aanloop van de servomotor een schakelimpuls geeft (of nok II beëindigt de aanloop in 0 -positie.) Ontstekingsfase: Servomotor heeft met nok III een positie aangenomen waarin de ontstekingstrafo ontsteekt. Hoofdgasmagneetventielen openen, gasvrijgave volgt (positie schakelcylinder "1"). Gebruik brander: Bij branderbedrijf begrenzen nokken 1 op maximumbelasting en nok II op deelbelasting de loophoek van de servomotor. Afhankelijk van de positie van deze nok neemt de servomotor een loophoek ertussenin aan. Let op!! Nok III kan de brander bij een grotere hoek (bijv. 40 ) als bij nok II ontsteken (meer gas bij ontsteking). Indien niet gewenst, nok III niet gebruiken (deze dient te zijn ingedrukt minimumbelasting) De schakelcylinder van de servomotor en hiermee de luchtklep kunnen elektrisch worden bewogen of na het indrukken van de vergrendelingsstift uit het mechanisme worden gekoppeld en met de hand worden versteld en ingesteld. dreizler BA A Pagina 33

34 Ombouw van de servomotor op gebruik met potentiometer De servomotor SQN A 2730 kan achteraf door inbouw van de potentiometers ASZ omgebouwd worden. 1. Deksel na losschroeven sleufschroef in het midden losschuiven. 2. Afleesschijf afnemen. 3. Afstandhuls voor hogere deksels (uit ombouwset AGA 31) in de behuizing van de servomotor inschroeven. 4. Potentiometer in de as van de schakelcylinder invoeren. Hiervoor dient aan de sleufschroef de verstelbare lagerbus te worden ingesteld en vervolgens worden vastgeklemd. 5. Tevens met de kruiskopschroef (9,5 mm lang) de potentiometer aan de behuizing van de servomotor vastschroeven. 6. De nieuwe afleesschijf aanbrengen en vervolgens de schakelcylinder op 90 instellen. Vervolgens de schaalverdeling zo opplakken dat de schaalwaarde 90 tegenover de markeringspijl op de servomotorbehuizing staat. 7. Bij het opzetten en vastschroeven van de nieuwe hogere deksel wordt de afleesschijf in de lengtesleuf zichtbaar. 8. Potentiometer zo instellen dat in positie 0 de servomotor = 0Ω Positie 90 servomotor = 1000 Ω Schematische afbeelding 9. Deze regelaar is ook leverbaar als dubbele potentiometer ASZ met 2 x Ωaansluiting. Toebehoren voor inbouw potentiometer Potentiometer ASZ met 3-polige aansluiting voor draaihoek 90 en weerstand Ω. Hoge deksel Afleesschijf Kleefetiket voor dekselbevestiging Afstandstuk voor dekselbevestiging Ombouwhandleiding dreizler BA A Pagina 34

35 Servomotor met potentiometer type SQM V/50 Hz/30 sec./90 /10 Nm Aansluitklemmen Weergave voor maximale uitrusting, d.w.z. 2 eind- en 6 hulpschakelaars. Bij uitvoering met minder dan 6 hulpschakelaars vervallen de exemplaren met hogere nummers, bijv. bij de uitvoering met 2 eind- en 2 hulpschakelaars vervallen de schakelaars V, VI, VII en VIII. Instelling draairichting De draairichting kan van links naar rechts worden omgezet door de beide aansluitkabels van de motor te verwisselen. Aanwijzing: Let op dat bij brander type M 5001 bij vervanging van de servomotor de draairichting dient te worden gewijzigd, d.w.z. kabel 12 en 21 dienen te worden verwisseld!! Draairichting links Draairichting rechts Met potentiometer ASZ , zie pagina 27 (SQN 30) dreizler BA A Pagina 35

36 Servomotor SQM 50/54..., linkslopend Voorinstelling servomotor Schakelnokkenindeling Schakelinstelling nok I bij maximumbelasting: Eindschakelaar schakelt bij maximumbelasting 90 tussen 1 en 11 op doorgang. Schakelinstelling nok II Nulinstelling van luchtklep: Eindschakelaar schakelt bij omschakelpunt ca. 0 tussen 2 en 22 op doorgang. Schakelinstelling nok III bij ontstekingsbelasting: Eindschakelaar schakelt bij ontstekingsbelasting bij 40 tussen 3 en 23 op doorgang. Schakelinstelling nok IV bij minimumbelasting: Eindschakelaar schakelt bij minimumbelasting ca. 30 tussen 4 en 24 op doorgang. Beschrijving regelverloop: Voorbeluchting: Schakelcylinder in de gasverbrandingsautomaat Landis & Staefa LFL in positie. Brander loopt met nok I op Lucht voluit (90 open) en dient een doorschakeling naar de gasverbrandingsautomaat te geven. Einde voorbeluchting: Schakelcylinder in positie. Servomotor loopt terug en zoekt doorschakelimpuls van nok III (bijv. bij 40 ). Deze nok dient zo ingesteld te zijn dat deze bij aanloop van de servomotor een schakelimpuls geeft (of nok II beëindigt de aanloop in 0 -positie.) Ontstekingsfase: Servomotor heeft met nok III een positie aangenomen waarin de ontstekingstrafo ontsteekt. Hoofdgasmagneetventielen openen, gasvrijgave volgt (positie schakelcylinder "1"). Gebruik brander: Bij branderbedrijf begrenzen nokken 1 op maximumbelasting en nok II op deelbelasting de loophoek van de servomotor. Afhankelijk van de positie van deze nok neemt de servomotor een loophoek ertussenin aan. Nulpositie bij M tot M 10003: Om warmteverlies bij afkoeling te vermijden wordt nok II als nulpositie gebruikt. Let op!! Nok III kan de brander bij een grotere hoek (bijv. 40 ) als bij nok II ontsteken (meer gas bij ontsteking). Indien niet gewenst, nok III niet gebruiken (deze dient te zijn ingedrukt minimumbelasting) De schakelcylinder van de servomotor en hiermee de luchtklep kunnen elektrisch worden bewogen of na het indrukken van de vergrendelingsstift uit het mechanisme worden gekoppeld en met de hand worden versteld en ingesteld. dreizler BA A Pagina 36

37 Servoaandrijving SKP 10, Gas/luchtverhoudingsregelaar SKP 70 De servoaandrijving SKP 10 Deze heeft een pure OPEN/DICHT-functie en werkt hydraulisch. Tijdens de "open"-positie staat de bedrijfszuiger continu onder oliedruk. Bij de sluitopdracht wordt een terugloopventiel geopend, de kracht van de sluitveer drukt de zuiger in positie "dicht". Het terugloopventiel is zo afgemeten dat voor volledig sluiten ca. 0,8 seconden nodig is. Er wordt met vertraging geopend. De stelaandrijving is door de producent ingesteld. Kan niet worden versteld De gas/luchtverhoudingsregelaar SKP 70 Deze regelaar regelt de gasdruk als functie van de druk van de verbrandingslucht, zodat de gas/luchtverhouding over het gehele belastingsbereik constant blijft (besturing instelwaarde door druk verbrandingslucht). Wijzigingen in luchtaandeel als gevolg van netspanningfluctuaties, verontreiniging van de ventilatorbladen of door andere oorzaken hebben zo geen invloed op de kwaliteit van het verbrandingsproces. dreizler BA A Pagina 37

38 QGas 7651t01d/1299 A B C QLuft Werkingsgrafiek regelaar 1. Gas/luchtverhouding voor stoichiometrische verbranding 2. Ingestelde gas/lucht-verhouding voor branderbedrijf met luchtoverschot. Het procentuele luchtoverschot is over het gehele belastingsbereik constant. 3. De parallelverschuiving van de werkingsgrafiek levert bij minimumbelasting een procentueel groter luchtoverschot op. Met de regelaar kan de parallelle verplaatsing zowel in de richting "luchtoverschot" als in de richting "luchttekort" worden verplaatst. M ~ M 1 2 0, Drukverhouding instelbaar van 0,4-9. Werkingsgrafiekcurve parallel te verplaatsen voor het luchtoverschot bij minimumbelasting. Openschakeling branderkamerdruk gebruikelijk Toegestane gasdruk regelbaar van mb, toegestane luchtdruk 0,5 tot 150 mb. 7651z10/1299 Sterk vereenvoudigde weergave 7651p05/ Instelling en weergave van gas/luchtverhouding. 2. Instelling en weergave van parallelverplaatsing van de werkingsgrafiek. 3. Aansluitstop voor branderkamerdruk. 4. Aansluitstop voor gaskamerdruk. 5. Van de achtzijde: Aansluitstop voor druk verbrandingslucht. 6. Slagweergave Garantieclaim voor verbruiksonderdelen (Zie aanbeveling EHI European Heating Industry, Info pagina 14) In de lijst verbruiksonderdelen worden ook "verbruiksonderdelen" vermeld die bij gebruik volgens de voorschriften binnen de garantietermijn dienen te worden vervangen. De garantietermijnen zijn door de wetgever verlengd. Dit sluit echter mogelijke slijtage door gebruik niet uit. Zoals bekend kan een brander bij gebruik volgens de voorschriften per jaar tot 8760 uur in bedrijf zijn, als het om een continu-installatie gaat. Volgens algemeen geaccepteerd handelsgebruik vallen de onder deze omstandigheden ontstane kosten niet onder de garantieverplichting of toezegging van de producent. Om misverstanden zoveel mogelijk te vermijden zijn de onderdelen die in de "reserveonderdelenlijst" worden aangeboden in drie categorieën verdeeld: 1. Reserveonderdelen Definitie: Reserveonderdelen dienen voor reparatie van producten a) Als er onderdelen worden vervangen die hun verwachte levensduur niet hebben bereikt, hoewel het apparaat volgens de voorschriften is gebruikt. b) Ook onderdelen die door ondeskundige bediening of oneigenlijk gebruik moeten worden vervangen. Bijvoorbeeld onjuiste branderinstelling, een te lage of te hoge watervolumestroom, ketelsteen door ongeschikt vulwater, en wat dies meer zij. dreizler BA A Pagina 38

GEBRUIKSHANDLEIDING. marathon Gasbrander met gas/luchtverhoudingsregeling M 121 M 10001 M 121 ARZ M 10001 ARZ

GEBRUIKSHANDLEIDING. marathon Gasbrander met gas/luchtverhoudingsregeling M 121 M 10001 M 121 ARZ M 10001 ARZ A 1053 NL 1.06 geldig vanaf 08.03.2006 GEBRUIKSHANDLEIDING marathon Gasbrander met gas/luchtverhoudingsregeling M 121 M 10001 M 121 ARZ M 10001 ARZ marathon combibrander voor industriële en grote installaties.

Nadere informatie

Gasbrander type: marathon M 121 ARZ Branderbelasting: 25 tot 185 kw

Gasbrander type: marathon M 121 ARZ Branderbelasting: 25 tot 185 kw Technisch Informatieblad Gasbrander type: marathon M 121 ARZ Branderbelasting: 25 tot 185 kw dreizler Gasbrander in de modulerende MONObloc-uitvoering Met interne rookgasrecirculatie ARZ, Euro-Patent Nr.

Nadere informatie

Combibrander type: marathon MC 301 Branderbelasting: 120 tot 660 kw

Combibrander type: marathon MC 301 Branderbelasting: 120 tot 660 kw Technisch Informatieblad Combibrander type: marathon MC 301 Branderbelasting: 120 tot 660 kw dreizler combibrander in MONObloc-uitvoering Bedieningswijze traploos modulerend (gas) en tweetraps (olie) CE-gecertificeerd

Nadere informatie

GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS STORINGSDIAGRAM GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWAR 2011 VRA-2-8 VRA-2-12 VRA-2-16 VRA-2-20 VRA-2-28 VRA-2-32 VRA-2-38 VRA-2-46 VRA-2-53 VRA-2-60 VRA-2-70 VRA-2-80 VRA-2-93 VRA-2-106 Probleem Reden Oplossing

Nadere informatie

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWJAAR 2000-2004 URA-20 URA-25 URA-35 URA-45 URA-55 URA-65 URA-80 URA-95 Werking Voor men begint met de in bedrijfstelling is het raadzaam te controleren

Nadere informatie

Rolkachel infrarood Chauffage mobile infrarouge Gasheizung Mobil infrarot Mobile gasheater infrared. Model: GRT-508

Rolkachel infrarood Chauffage mobile infrarouge Gasheizung Mobil infrarot Mobile gasheater infrared. Model: GRT-508 Rolkachel infrarood Chauffage mobile infrarouge Gasheizung Mobil infrarot Mobile gasheater infrared Model: GRT-508 Handleiding Mode d emploi Gebrauchsanweisung Manual Lees deze handleiding aandachtig door

Nadere informatie

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWJAAR 1997-2000 URA-10 URA-15 URA-19 Werking Door het inschakelen van externe regelapparatuur wordt een elektrisch circuit tot stand gebracht en de rookgasventilator

Nadere informatie

Bedieningsvoorschriften

Bedieningsvoorschriften 6300 5517 05/2000 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschriften Gasgestookte verwarmingsketel Logano G334 / G334 Duo Zorgvuldig lezen alvorens het apparaat te gebruiken Voorwoord Geachte klant, De Buderus

Nadere informatie

Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële schade. Lengte van de dompelhuls

Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële schade. Lengte van de dompelhuls Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Temperatuurregelaar Dubbel-thermostaat 30 tot 110 C Bestelnummer 7494 435 en 7494 436 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op

Nadere informatie

Gasdiafragma vervangen

Gasdiafragma vervangen Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Omschakeling gastype naar G 31 voor Vitodens 100-W, type WB1C Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de laatste technologische ontwikkelingen en de meest recente veiligheid

Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de laatste technologische ontwikkelingen en de meest recente veiligheid 6301 4923-09/01 BE (NL) Bedieningsvoorschrift Specifieke gasketel Logano G234X TH met Logamatic 2105 Zorgvuldig bewaren Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de

Nadere informatie

Gebruikers- en installatie- handleiding SUNWOOD MARINO. Propaan

Gebruikers- en installatie- handleiding SUNWOOD MARINO. Propaan Gebruikers- en installatie- handleiding SUNWOOD MARINO Versie: Aardgas Propaan Specificaties Fabrikant Sunderman Openhaarden V.O.F. / Sunwood Contactgegevens Christiaan Huygensstraat 10 2665 KX Bleiswijk

Nadere informatie

Gasdiafragma vervangen

Gasdiafragma vervangen Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Omschakeling gastype naar G 31 voor Vitodens 100-W, type WB1B Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

Handleiding voor ombouw van Aardgas naar Propaan

Handleiding voor ombouw van Aardgas naar Propaan Handleiding voor ombouw van Aardgas naar Propaan EHLE 17, EHLE 23 EHLE 27, EHLE 34 EHLE 39 6.720.67.216 (T30.3216.04) (200812) Aanbevelingen Inhoudsopgave Uitleg van de symbolen 2 1 Aanbevelingen 2 2 Verandering

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W, type WB1C

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W, type WB1C Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Regeling vervangen voor Vitodens 100-W, type WB1C Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

Gebruikers- en montagehandleiding Pijpdakventilator MPV

Gebruikers- en montagehandleiding Pijpdakventilator MPV Gebruikers- en montagehandleiding Pijpdakventilator MPV type: MPV-7W MPV-7WR MPV-7/14W MPV-7/14WR Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem

Nadere informatie

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Blusinrichting. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Blusinrichting. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H Montage- en servicehandleiding voor de vakman Viesmann Blusinrichting voor Vitoligno 300-H Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

Kortsluiting van de aanvoer- Defecte of niet (goed) aangesloten aanvoer- of retourtemperatuursensor. Geen doorstroming

Kortsluiting van de aanvoer- Defecte of niet (goed) aangesloten aanvoer- of retourtemperatuursensor. Geen doorstroming 4 STORINGEN 4.1 Algemeen De Remeha Avanta is uitgerust met een geavanceerde besturingsautomaat. Het hart van de besturing is een microprocessor, de Comfort Master, die de ketel zowel beveiligt als bestuurt.

Nadere informatie

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE 2.1 Aflevering 2.2 Voorschriften 2.3 Opstelling 2.4 Montage beveiligingen 2.5 Montage rookgasafvoer 2.6 Montage

Nadere informatie

Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN

Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN 1G:\002 Leverancier\030 Producten\005 Onderhoudsinstructies\TECHNISCHE GEGEVENS EN ONDERDELEN BOEKJES\BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN Belangrijk Alvorens

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Gascombiregelaar vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. Gascombiregelaar vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Gascombiregelaar vervangen voor Vitodens 100-W en Vitodens 111-W Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van

Nadere informatie

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1 bu USV 5/4 bu USV 6/4 bi Installatie- en gebruikershandleiding NL 3 WEG- OMSCHAKELKLEP voor warmtapwaterlading USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi A.u.b. eerst lezen Deze handleiding bevat belangrijke aanwijzingen voor het gebruik

Nadere informatie

Montage handleiding Broilfire 4 Poot powerfire/gas komfoor 4p-01p

Montage handleiding Broilfire 4 Poot powerfire/gas komfoor 4p-01p Montage handleiding Broilfire 4 Poot powerfire/gas komfoor 4p-01p Instructies voor het monteren en gebruik van de Powerfire: Technische data: Gas type Butaan Propaan Werk druk: mbar 30-50 37-52 Categorie

Nadere informatie

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden. De EasyTemp thermostaat ET31A/AF/F Deze handleiding geldt voor de onderstaande types: Op de doos Model ET31A, ET31AF en ET31F Model ET31A. Thermostaat regelt de ruimte temperatuur. (Niet geschikt voor

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6300 4749 05/2000 BE (NL) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke gasketel Logano G234 Zorgvuldig lezen vóór bediening Voorwoord Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234 van Buderus

Nadere informatie

CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur

CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur Inhoudsopgave Overzicht van elektronische ketelpanelen en bedieningen...

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Functie. 3 Informatie voor elektromonteurs 3.1 Montage en elektrische aansluiting. Tronic-trafo

1 Veiligheidsinstructies. 2 Functie. 3 Informatie voor elektromonteurs 3.1 Montage en elektrische aansluiting. Tronic-trafo Tronic-trafo 10-40 W Best.nr. : 0367 00, 0493 57 Tronic-trafo 20-70 W Best.nr. : 0366 00, 0493 58 Tronic-trafo 20-105 W Best.nr. : 0365 00 Tronic-trafo 20-150 W Best.nr. : 0373 00, 0493 55 Tronic-trafo

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Gascombiregelaar vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. Gascombiregelaar vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Gascombiregelaar vervangen voor Vitodens 100-W en Vitodens 111-W Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van

Nadere informatie

TDS 75. NL Gebruikshandleiding Elektrische warmeluchtblazer

TDS 75. NL Gebruikshandleiding Elektrische warmeluchtblazer TDS 75 NL Gebruikshandleiding Elektrische warmeluchtblazer TRT-BA-TDS 75 -TC-001-NL TROTEC GmbH & Co. KG Grebbener Straße 7 D-52525 Heinsberg Tel.: +49 2452 962-400 Fax: +49 2452 962-200 www.trotec.com

Nadere informatie

COMBIFORT. Storingen en blokkeringen

COMBIFORT. Storingen en blokkeringen COMBIFORT Storingen en blokkeringen INHOUDSOPGAVE Storingen en blokkeringen 1 Algemeen 2 Overzicht meldingen 2.1 Waarschuwingsmeldingen 4 2.2 Blokkeringsmeldingen 4 2.3 Storingsmeldingen 5 3 Oorzaken van

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Functie. 3 Informatie voor elektromonteurs 3.1 Montage en elektrische aansluiting. Tronic-trafo

1 Veiligheidsinstructies. 2 Functie. 3 Informatie voor elektromonteurs 3.1 Montage en elektrische aansluiting. Tronic-trafo Tronic-trafo 10-40 W Best. nr. : 0367 00, 0493 57 Tronic-trafo 20-70 W Best. nr. : 0366 00, 0493 58 Tronic-trafo 20-105 W Best. nr. : 0365 00 Tronic-trafo 20-150 W Best. nr. : 0373 00, 0493 55 Tronic-trafo

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Regeling vervangen voor Vitodens 100-W Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl VIESMANN Vitoplex 200 type SX2A, 700 tot 1950 kw Olie-/gasketel VITOPLEX 200 5/2011 Na montage deze handleiding recyclen! Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Bedieningsvoorschriften

Bedieningsvoorschriften 6300 5507 05/2000 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschriften Gasgestookte verwarmingsketel Logano G124 / G124 V Zorgvuldig lezen alvorens het apparaat te gebruiken Voorwoord Geachte klant, De Buderus

Nadere informatie

Montagehandleiding voor de vakman VITOFLAME 100

Montagehandleiding voor de vakman VITOFLAME 100 Montagehandleiding voor de vakman Vitoflame 100 Ventilatorbrander op gas (type VG III) voor Vitoplex 100, 200 en 300 nominaal vermogen 80 tot 225 kw voor Vitorond 200 nominaal vermogen 125 tot 195 kw VITOFLAME

Nadere informatie

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWJAAR 2008-2014 VRA-2-8 VRA-2-12 VRA-2-16 VRA-2-20 VRA-2-28 VRA-2-32 VRA-2-38 VRA-2-46 VRA-2-53 VRA-2-60 VRA-2-70 VRA-2-80 VRA-2-93 VRA-2-106 Volgorde

Nadere informatie

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren , besturing voor handbediende schuifdeuren HW V1.0 SW V1.0 NL. Inhoudsopgaven: 1 Veiligheidsvoorschriften 2 2 Werking 3 3 Overzicht 4 4 Aansluiten 6 5 Storingen/specificaties 9 1 1 Veiligheidsvoorschriften:

Nadere informatie

ASZ... Potentiometers. Building Technologies Division. ASZxx.3x

ASZ... Potentiometers. Building Technologies Division. ASZxx.3x 7 921 ASZxx.7xx / ASZxx.8xx ASZxx.7xx / ASZxx.8xx ASZxx.9xx Potentiometers ASZ... Voor aanbouw aan de servomotoren SQM... en SQN... voor de elektrischen signalering van de posities van de servomotorassen.

Nadere informatie

/2000 BE (NL)

/2000 BE (NL) 7204 400-09/2000 BE (NL) %HGLHQLQJVYRRUVFKULIW &RQGHQVDWLHJDVNHWHO /RJDPD[SOXV*% =RUJYXOGLJEHZDUHQ Beste klant, De Buderus condensatie-gasketels Logamax plus GB2-24/29/43/60 zijn geconstrueerd en geproduceerd

Nadere informatie

TDS 20/50/75/120 R. NL Gebruikshandleiding Elektrische warmeluchtblazer

TDS 20/50/75/120 R. NL Gebruikshandleiding Elektrische warmeluchtblazer TDS 20/50/75/120 R NL Gebruikshandleiding Elektrische warmeluchtblazer TRT-BA-TDS R -TC-001-NL TROTEC GmbH & Co. KG Grebbener Straße 7 D-52525 Heinsberg Tel.: +49 2452 962-400 Fax: +49 2452 962-200 www.trotec.com

Nadere informatie

Gebruikers- en service-instructie

Gebruikers- en service-instructie 7163 7600 05/2004 NL(NL) Gebruikers- en service-instructie Kamerthermostaat ModuLine 100 Zorgvuldig lezen voor u de thermostaat gebruikt Beknopt overzicht Beknopt overzicht bedieningsmogelijkheden Pos.

Nadere informatie

Woonhuisventilator type: Compact-8/14p

Woonhuisventilator type: Compact-8/14p Gebruikershandleiding Compact-8/14P Gebruikershandleiding Woonhuisventilator type: Compact-8/14p Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing. Gasbranders. 057.130.7 Gasbrander zonder vlambeveiliging 057.131.7-057.146.3 Gasbranders met vlambeveiliging.

Gebruiksaanwijzing. Gasbranders. 057.130.7 Gasbrander zonder vlambeveiliging 057.131.7-057.146.3 Gasbranders met vlambeveiliging. Gasbranders Overzicht 057.130.7 gasbrander 20cm, butaan/propaan, 5 kw, zonder vlambeveiliging 057.131.5 gasbrander 30cm, butaan/propaan, 7 kw + vlambeveiliging 057.132.3 gasbrander 40cm, butaan/propaan,

Nadere informatie

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING SBM3 / 125.505 SBM4 / 125.510 SBM6 / 125.520 INHOUDSOPGAVE 1. DOEL en BEREIK 2. AANSPRAKELIJKHEID 3. AANWIJZINGEN 4. BASISEIGENSCHAPPEN

Nadere informatie

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 11/2015 Bewaren a.u.b.!

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 11/2015 Bewaren a.u.b.! Bedieningshandleiding voor de gebruiker van de installatie VIESMANN VITOSOL 11/2015 Bewaren a.u.b. Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming

Nadere informatie

Henks Reparatie Werkplaats - Van IJsendijkstraat 152-1442LC - Purmerend - www.hksservices.nl. Bedienings display

Henks Reparatie Werkplaats - Van IJsendijkstraat 152-1442LC - Purmerend - www.hksservices.nl. Bedienings display Bedienings display T4 koelkast storing zoeken Dit artikel omschrijft het fout zoeken en om de juiste diagnose te stellen als de koelkast problemen geeft. Het betreft de volgende modellen. Compressor type

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Lamellenrooster. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. Voor Vitoligno 300-C, 8 en 12 kw

VIESMANN. Montagehandleiding. Lamellenrooster. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. Voor Vitoligno 300-C, 8 en 12 kw Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Lamellenrooster Voor Vitoligno 300-C, 8 en 12 kw Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsset mengklep. Veiligheidsvoorschriften. Productbeschrijving. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsset mengklep. Veiligheidsvoorschriften. Productbeschrijving. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreidingsset mengklep Open Therm voor Vitodens 100-W en 111-W Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van

Nadere informatie

Aanbouw- en bedieningshandleiding

Aanbouw- en bedieningshandleiding Aanbouw- en bedieningshandleiding ISOBUS-Basisuitrusting met ISOBUScabinecontactdoos Stand: V1.20150220 30322575-02-NL Lees en volg deze bedieningshandleiding op. Bewaar deze bedieningshandleiding voor

Nadere informatie

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies 1 2 Inhoud 1. Veiligheidsinstructies... 3 2. Gebruik volgens de voorschriften... 4 3. Omschrijving... 4 4. Toepassingstabel... 4 5. Montage... 4 5.1 Omschrijving van de onderdelen... 5 5.2 Meeneemring

Nadere informatie

Alfamix (wasmachines) Handleiding

Alfamix (wasmachines) Handleiding Hot-fill systeem voor wasmachines Montage- en gebruikershandleiding Tot 90% van het energieverbruik van een wasmachine is elektriciteit gebruikt bij het opwarmen van warm water. De Alfamix laat toe om

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS type: MVS-10P

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS type: MVS-10P Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS type: MVS-10P Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem van het type MVS-10P. Deze hand leiding

Nadere informatie

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator Bestnr. 53 73 73 Toerentalregelaar voor ventilator Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar

Nadere informatie

Woonhuisventilator type: Compact-10P

Woonhuisventilator type: Compact-10P Gebruikershandleiding Compact-10P Gebruikershandleiding Woonhuisventilator type: Compact-10P Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem van

Nadere informatie

Gebruikers- en montagehandleiding Pijpdakventilator MPV

Gebruikers- en montagehandleiding Pijpdakventilator MPV Gebruikers- en montagehandleiding Pijpdakventilator MPV type: MPV-10W MPV-10WR Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem van het type MPV.

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische zender Universeel, L-leider. Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische zender Universeel, L-leider. Art.-Nr. Art.-Nr.: FUS 22 UP Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden uitgevoerd. Als de handleiding niet wordt opgevolgd,

Nadere informatie

Inbedrijfstelling. Checklist. Voor de installateur AAN DE INSTALLATEUR

Inbedrijfstelling. Checklist. Voor de installateur AAN DE INSTALLATEUR Inbedrijfstelling Checklist AAN DE INSTALLATEUR Voor de installateur Installatiehandleiding Met het toestel dat u gaat plaatsen, installeert u een kwaliteitsproduct. Ondanks de bekendheid met het AWBconcept

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement. Bedieningshandleiding Draaidimmer universeel met incrementaalgever Art.-Nr.: 254 UDIE 1 Neventoestel voor draaidimmer universeel met incrementaalgever Art.-Nr.: 254 NIE 1 Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur Montagehandleiding voor de installateur VIESMANN Verwarmingswater-doorstroomtoestel Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010 - 1 -

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010 - 1 - aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010-1 - AANVULLENDE HANDLEIDING AQUA PLUS Deze handleiding is uitsluitend ter aanvulling van de handleiding van de Altech Eclips (papieren of DVD

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr Montagehandleiding voor de vakman VIESMNN Uitbreiding E1 Bestelnr. 7429 151 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

Systeem 2000 Trappenhuisverlichtingsautomaat, Basiselement impulsgever. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

Systeem 2000 Trappenhuisverlichtingsautomaat, Basiselement impulsgever. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat DIN-rail trappenhuisverlichtingsautomaat Best.nr. : 0821 00 Basiselement impulsgever Best.nr. : 0336 00 Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. Systeem DALI-Power-besturingseenheid inbouwbasiselement

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. Systeem DALI-Power-besturingseenheid inbouwbasiselement Best. nr.: 5406 00 Bedieningsvoorschrift 1 Veiligheidsinstructies Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten. Ernstig letsel, brand of materiële schade

Nadere informatie

HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000

HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000 HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000 Waterkracht B.V. Postbus 65 7050 AB Varsseveld Tel. : +31 (0)315 25 81 81 Fax : +31 (0)315 25 81 91 E-Mail : info@waterkracht.nl Internet : www.waterkracht.nl 2 INHOUD:

Nadere informatie

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWJAAR 2004-2008 VRA-8 VRA-12 VRA-16 VRA-20 VRA-28 VRA-32 VRA-38 VRA-46 VRA-53 VRA-60 VRA-70 VRA-80 VRA-93 VRA-106 Werking Controle installatie Controleer

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Repeater. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Repeater. Bedieningshandleiding Art.-Nr.: 100 FR Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden uitgevoerd. Als de handleiding niet wordt opgevolgd,

Nadere informatie

Geisers 8 719 002 411 0 / 8 719 002 412 0 / 8 719 002 413 0

Geisers 8 719 002 411 0 / 8 719 002 412 0 / 8 719 002 413 0 Ombouwset Geisers 8 719 002 411 0 / 8 719 002 412 0 / 8 719 002 413 0 1 Injector 2 Voorinjector 3 Sluitklep 4 O-ring 5 Ring 6 Pakking 7 Afdichtkit 6 720 608 651 (2007.04) RA Inhoudsopgave Inhoudsopgave

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS type: MVS-8p MVS-8/14P Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem van het type MVS-8P en MVS-8/14P.

Nadere informatie

Bedienings- en servicehandleiding

Bedienings- en servicehandleiding Voor de gebruiker Bedienings- en servicehandleiding Kamerthermostaat ModuLine 100 Zorgvuldig lezen vóór bediening en servicewerkzaamheden Beknopt overzicht Beknopt overzicht bedieningsmogelijkheden Legenda

Nadere informatie

Universele Werklamp GT-AL-02

Universele Werklamp GT-AL-02 Universele Werklamp GT-AL-02 GEBRUIKSAANWIJZING V/09/09 Lees deze handleiding voor het eerste gebruik van deze werklamp door en leef voor uw eigen bescherming in ieder geval de veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies HANDLEIDING Sesame Thermoplastic Tank Technologies INSTALLATIE- EN GEBRUIKSAANWIJZING INHOUD 1. ALGEMEEN 3 2. BELANGRIJK 3 3. INSTALLATIE EXPANSIEVAT 4 4. GEBRUIK EXPANSIEVAT 5 5. VERVANGEN LUCHTCEL 5

Nadere informatie

Systeem 2000 Systeem 2000 HLK-relais-basiselement. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best. nr. : Bedieningshandleiding

Systeem 2000 Systeem 2000 HLK-relais-basiselement. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best. nr. : Bedieningshandleiding Best. nr. : 0303 00 Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden uitgevoerd. Als de handleiding niet wordt opgevolgd,

Nadere informatie

Cerapur TOP 30-3 ZWB TOP 30/42-3 ZWB TOP 28-3 ZSB TOP 42 ZB. condensatieketels met gestuwde afvoer

Cerapur TOP 30-3 ZWB TOP 30/42-3 ZWB TOP 28-3 ZSB TOP 42 ZB. condensatieketels met gestuwde afvoer Technische en praktische voorschriften TOP 30-3 TOP 30/42-3 TOP 28-3 ZSB TOP 42 ZB N Cerapur condensatieketels met gestuwde afvoer Een onberispelijke werking kan slechts dan gewaarborgd worden, wanneer

Nadere informatie

L N L N. Fig.3 L N L N. Fig.4

L N L N. Fig.3 L N L N. Fig.4 SILET DESIG L L Fig.3 L L Fig.4 L L Ls Fig.5 L L Ls Fig.6 T (min) Fig.7 SILET CRZ L L Ls Fig.8 L L Fig.9 T (min) Fig.10 HR (%) CT-12/14 12 V 50Hz 230 V 50Hz TIME-DELAY FUSE 125 ma MAX. L SILET-100 CZ

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB-RF

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB-RF Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 100 type UTDB-RF Ruimtetemperatuurregelaar met digitale schakelklok en draadloze ontvanger Bestelnr.: 7426 466, 7426 539 VITOTROL 100 10/2009 Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

ECR-Nederland B.V. De ECR-Nederland Softstarter ESG-D-27

ECR-Nederland B.V. De ECR-Nederland Softstarter ESG-D-27 ECR-Nederland B.V. De ECR-Nederland Softstarter ESG-D-27 Omschrijving: Compressoren met een draaistroom-asynchroonmotor hebben de karakteristieke eigenschappen dat ze bij het inschakelen het net hoog belasten

Nadere informatie

MGC OpenTherm regelaar

MGC OpenTherm regelaar MOS NL-780-2 MGC 061100 MGC OpenTherm regelaar Montage- en gebruikshandleiding Gebruikte symbolen In dit document worden de volgende symbolen gebruikt: Gevaar voor elektrische spanning! Let op! Gebruikte

Nadere informatie

Flamco. Automaat voor drukverzorging Ontluchten Bijvullen D1/D2. Installatie- en bedieningsvoorschrift. 2002, Flamco

Flamco. Automaat voor drukverzorging Ontluchten Bijvullen D1/D2. Installatie- en bedieningsvoorschrift. 2002, Flamco Automaat voor drukverzorging Ontluchten Bijvullen D1/D2 7526 NL Installatie- en bedieningsvoorschrift 2002, Flamco Uitvoering A B C D E F G H J - draaibare vataansluitingen (ÜW 1!/2 - bu. 1!/4 ) - metalen

Nadere informatie

Instructiehandleiding

Instructiehandleiding NL Instructiehandleiding Bedieningspaneel PU-5 Voor de luchtverwarmer PLANAR Ver.1.0.0.1/24 Inleiding. Deze handleiding is een onderdeel voor de luchtverwarmer PLANAR.deze bevat de informatie voor gebruikers

Nadere informatie

Nefit EcomLine HR. Gebruikersinstructie. Nefit houdt Nederland warm

Nefit EcomLine HR. Gebruikersinstructie. Nefit houdt Nederland warm Company name: 70542200 (07/2013) Nefit is een merk van Bosch Thermotechniek B.V. Bosch Thermotechniek B.V.., Postbus 3, 7400 AA Deventer. DealerLine: 0570-67 85 66. Consumenten Infolijn: 0570-67 85 00.

Nadere informatie

[6] Zoekmode activeren [7] Aanmelden zender

[6] Zoekmode activeren [7] Aanmelden zender [6] Zoekmode activeren [7] Aanmelden zender Druk met een puntig voorwerp kort op de Zend met de KlikAanKlikUit zender een AAN - verbindknop. De LED-indicator gaat knipperen signaal. Druk bijvoorbeeld op

Nadere informatie

Montage- en gebruiksaanwijzing

Montage- en gebruiksaanwijzing Montage en gebruiksaanwijzing Cooper Safety BV Postbus 3397 4800 DJ Breda Nederland Tel. +31 (0)76 750 53 00 Fax +31 (0)76 587 14 22 www.coopersafety.nl Pagina 1 1. Algemene opmerkingen 1.1 Korte beschrijving

Nadere informatie

h Aanwijzing! NL; BENL Bedienings- en installatiehandleiding VRT 50 Kamer(klok)thermostaat Bedieningshandleiding Aanwijzingen bij de documentatie

h Aanwijzing! NL; BENL Bedienings- en installatiehandleiding VRT 50 Kamer(klok)thermostaat Bedieningshandleiding Aanwijzingen bij de documentatie Voor de installateur 00200077_00 NL; BENL 0 2006 Bedienings- en installatiehandleiding VRT 50 Kamer(klok)thermostaat NL; BENL Aanwijzingen bij de documentatie Bedieningshandleiding De volgende aanwijzingen

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN MatriX-stralingsbrander type VMIII Gas-ventilatorbrander voor Vitocrossal 300, type CM3 Nominaal vermogen 87 tot 142 kw MatriX-stralingsbrander 11/2014 Na montage

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-3500 TUIN STEKKERDOOS SCHAKELAAR ZWAAR

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-3500 TUIN STEKKERDOOS SCHAKELAAR ZWAAR GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-3500 TUIN STEKKERDOOS SCHAKELAAR ZWAAR D C B A * * Afbeelding van de YCT-102 (niet altijd inbegrepen, check de specificaties op de verpakking) A: Indicator (spannings- en

Nadere informatie

Montage- en Inbedrijfname instrukties Infratronic Comfort IR

Montage- en Inbedrijfname instrukties Infratronic Comfort IR Montage- en Inbedrijfname instrukties Infratronic Comfort IR Groepen Regeling Uitvoering Schema-Nr.: 1 Comfort IR 1 Donkerstraler B-6774 2 Comfort IR 2 Donkerstraler B-6775 Let op! De bedrading van deze

Nadere informatie

Toetselement onder lang indrukken: het licht wordt met minimale lichtsterkte ingeschakeld.

Toetselement onder lang indrukken: het licht wordt met minimale lichtsterkte ingeschakeld. Best. nr.: 5406 00 Bedieningsvoorschrift 1 Veiligheidsinstructies Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten. Ernstig letsel, brand of materiële schade

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. LB-management. Jaloeziebasiselement Universeel. Jaloeziebasiselement Universeel Art. nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. LB-management. Jaloeziebasiselement Universeel. Jaloeziebasiselement Universeel Art. nr. Art. nr.: 1731JE Bedieningsvoorschrift 1 Veiligheidsinstructies Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten. Ernstig letsel, brand of materiële schade mogelijk.

Nadere informatie

Concept 420 sm (productinformatie) Blad 1 04/2008

Concept 420 sm (productinformatie) Blad 1 04/2008 Concept 420 sm (productinformatie) Blad 1 04/2008 Hoogwaardige, microprocessorgestuurde slangenpomp met stappenmotor voor het doseren van vloeibare media. Uitrusting - 2 potentiometers voor instellen van

Nadere informatie

Handleiding voor de gebruiker* Thermostaat Uni LH

Handleiding voor de gebruiker* Thermostaat Uni LH Handleiding voor de gebruiker* Thermostaat Uni LH * Berg deze handleiding goed op om alle voordelen die de thermostaat u biedt goed te benutten. Inhoudsopgave Hoofdstuk: Pagina: Beschrijving van de onderdelen

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid, DC 24 V. Art.-Nr.: 224 ME. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid, DC 24 V. Art.-Nr.: 224 ME. Bedieningshandleiding Art.-Nr.: 224 ME Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden uitgevoerd. Als de handleiding niet wordt opgevolgd,

Nadere informatie

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4 Art.-Nr.: Art.-Nr.: Montage handleiding Inhoud Algemene omschrijving...p. Montage handleiding en functies...p. Instellingen van magneet contacten...p. Aansluiting met draadloos magneet contact...p. Aansluiting

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Toerenregelaar. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Toerenregelaar. Bedieningshandleiding Toerenregelaar Art.-Nr.: 245.20 Toerenregelaar Art.-Nr.: 844.20W Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. LB-management. Power DALI-taststuureenheid TW

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. LB-management. Power DALI-taststuureenheid TW Art. nr.: 1713DSTE Bedieningsvoorschrift 1 Veiligheidsinstructies Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten. Ernstig letsel, brand of materiële schade

Nadere informatie

Bedieningsinstructie

Bedieningsinstructie Bedieningsinstructie Kamerthermostaat ModuLine 00 763 7600 (203/08) NL 763 7600-000.TD Inhoudsopgave Inhoudsopgave Uitleg van de symbolen................. 2 2 Inleiding.............................. 2

Nadere informatie

Geisers 8 719 002 414 0 / 8 719 002 415 0 / 8 719 002 416 0

Geisers 8 719 002 414 0 / 8 719 002 415 0 / 8 719 002 416 0 Ombouwset Geisers 8 719 002 414 0 / 8 719 002 415 0 / 8 719 002 416 0 1 Injector 2 Voorinjector 3 Sluitring 4 O-ring 5 Ring 6 Sluitklep 7 Afdichtkit 6 720 608 654 (2007.04) RA Inhoudsopgave Inhoudsopgave

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening met 2-voudig toetselement. Systeem 3000

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening met 2-voudig toetselement. Systeem 3000 Best. nr.: 5404 00 Bedieningsvoorschrift 1 Veiligheidsinstructies Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten. Ernstig letsel, brand of materiële schade

Nadere informatie

8.1 Storingssignalering De storingssignalering wordt zichtbaar op het moment dat er een storing in het toestel optreedt.

8.1 Storingssignalering De storingssignalering wordt zichtbaar op het moment dat er een storing in het toestel optreedt. Hoofdstuk 8 8. ssignalering De storingssignalering wordt zichtbaar op het moment dat er een storing in het toestel optreedt. Display Allure toestel Bij storingen zal op het toestel display een knipperende

Nadere informatie

Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing centrifugaalpomp RC-Pomp

Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing centrifugaalpomp RC-Pomp Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing centrifugaalpomp RC-Pomp Voor gebruik aandachtig lezen Alle veiligheidsvoorschriften nakomen Voor toekomstig gebruik bewaren Deze montagehandleiding bevat belangrijke

Nadere informatie