Regeling van de inkomsten en uitgaven van de Posterijen, de Telegrafie en Telefonie voor 1926.

Transcriptie

1 Regeling van de inkomsten en uitgaven van de Posterijen, de Telegrafie en Telefonie voor li/ tirtt. 52 en 52 bis. Door de bepalingen van het Koninklijk besluit van dan uden December 1925 (Staatsblad n. 467), houdende wijziging van bal Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren J'.t2."> zijn de op de onderscheidene artikelen voor traktementen en kindertoelagen geraamde bedragen niet meer toereikend. Aangezien nog niet geheel vaststaat, met welk bedrag elk dier artikelen moet worden verhoogd, is een nieuw artikel 52b M opgenomen, ten einde daaruit die artikelen naar behoefte door af- en overschrijving te kunnen aanvullen. Ten einde deze af- en overschrijving mogelijk te maken was wijziging van art. 2 van het ontwerp van wet mede noodzakelijk. Set op artikel 52 uitgetrokken bedrag kan met f winden verminderd, vermits door de op grond van voornoemd Koninklijk besluit van!) December 1925 toe te kennen salarisverhoogingen de onder artikel 52 geraamde toelagen geheel of gedeeltelijk vervallen. Ad art. 64. Nu sedert de samenstelling van de onderwerpelijke begrooting het kapitaal per 1 Januari 1925 bekend is geworden en ook omtrent de kapitaaluitgaven over 1925 meerdere gegevens ten dienste staan, blijkt, dat de raming van de onderwerpelijke post aanvankelijk te hoog is gesteld en een vermindering van die raming met f mogelijk is. Ad art. 75. De in de nota van wijziging opgenomen verandcringen in de oorspronkelijke ramingcijfers betreffen alle exploitatie-uitgaven. Méér wordt geraamd: op art. 21 f op art Nieuw wordt geraamd: op art. 52()Ï'S Minder wordt geraamd: op art. 52 f op art f zoodat het oorspronkelijk geraamd winstcijfer daalt met f De Minister van Waterstaat, H. VAN DER VEGTE. GEWIJZIGD ONTWERP VAN WET. WIJ WILHELMINA, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN DEE NEDERLANDEN, PRINSES VAN ORANJE-NASSAU, ENZ., ENZ., ENZ. Allen, die deze zullen zien of hooren lezen, salut! doen te weten: Alzoo W\j in overweging genomen hebben, dat ingevolge de wet van den 16den Februari 1912 (Staatsblad n. 85), in verband met de wet van den Sisten December 1913 (Staatsblad n. 464), eene afzonderlijke begrooting van inkomsten en uitgaven voor do Posterijen, de Telegrafie en Telefonie voor het jaar 1926 bij de wet behoort te worden vastgesteld; Zoo is het, dat Wij, den Raad van State gehoord, en met gemeen ovorleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: Artikel 1. De begrooting van inkomsten en uitgaven voor de Posteren, do Telegrafie en Telefonie wordt voor den dienst van 1926 vastgesteld als is aangegeven op den bij deze wet behoorenden staat. Artikel 2. Op alle artikelen, behalve 1, 2, 3, 8, 9, 10, 21, 22, 23, 33, 34, 35, 40, 41, 42, 51, 52, 53, 54, 55 en 74 kan uit elk artikel worden af- en overgeschreven. Voorts kan worden overgeschreven tusschen de artikelen 1, 2, 3, 8, 9, 10, 21, 22, 23, 33, 34, 35, 40, 41, 42, 52 en &2bis, alsmede tusschen de artikelen 53, 54 en 55. Artikel 3, De tot het dienstjaar 1926 behoorende uitgaven, welke hare omschrijving niet vinden in eenig artikel der begrooting en moeten dienen ter voorziening in behoeften, welke in den loop van dat dienstjaar onverwacht opkomen, worden aangewezen op artikel 74. Die uitgaven worden voor elke soort afzonderlijk in de rekening gebracht en omschreven: Artikel 4. Gedurende de jaren 1926 tot en met 1929 wordt telkenjare eene rente van 5 ten honderd van de kapitalen, welke op 1 Januari van dat jaar uit 's Rijks schatkist verstrekt en nog niet terugbetaald zijn, aan 's Rijks middelen uitgekeerd. >. Artikel 5. Overschotten op de artikelen 7, 17, 26, 27, 30, 39 en 45 der begrooting van uitgaven kunnen worden toegevoegd aan de kredieten, welke bij de begrooting voor het dienstjaar 1927 l zullen worden toegestaan. Artikel 6. De uitkeeringen aan 's Rijks Middelen ten bedrage van de zuivere winst en van de kapitaalvermindering worden door de Algemeene Rekenkamer in uitgaaf geleden tot de bedragen, welke de Nota van Winst en Verlies, respectievelijk de kapitaalrekening, bedoeld in artikel 13 der wet van 16 Februari 1912 (Staatsblad n. 85), aanwijzen, zulks, indien noodig, met buitenwerkingstelling in zooverre van het bepaalde in de artikelen 24 en 27 der wet van 5 October 1841 (Staatsblad n. 40). Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministerieele Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven te De Minister van Waterstaat,

2 Bijlagen. 156* 8. Tweede Kamer. 67 ltegeling van de inkomsten en uüfaven van de Posterijen, de Telegrafie en Telefonie voor 192G. POSTERIJEN, TELEGRAFIE EN TELEFONIE. Dienstjaar 11)20. STAAT VAN INKOMSTEN EN UITGAVEN. A. PosterHen. Art. 1. Ontvangsten van de Posterijen. Art. 2. B. Telegrafie. Ontvangsten van de Telegrafie. C. Telefonie. Art. 3. Ontvangsten van de Telefonie... Art. 4. Bijdragen van derden, in verband met de overname door het Rijk van door hen geëxploiteerde telefoonnetten, in de kosten der pensioenen van het in 's Rijks dienst overgegane personeel en van de pensioenen der weduwen en weezen van dat personeel D. Postchèque- en girodienst. Art. 5. Ontvangsten van den Postchèque- en girodienst Art. 6. Rente, gekweekt door de belegging der saldi van postrekeningen Art. 7. Vergoeding door het Departement van Financiën wegens het gebruik van den postchèque- en girodienst, door 's Rijks schatkisten andere Rijkscomptabelen E. Tereenigde posten. Art. 8. Ontvangsten van de Posterijen, de Telegrafie en Telefonie Art. 9. Annuïteiten van kapitalen, verstrekt aan woningbouwvereenigingen voor de stichting van woningen, bestemd voor personeel... Art. 10. Opbrengst van de voor het personeel beschikbaar gestelde woningen Art. 11. Gekweekte rente van aangekochte buitenlandsche betaalmiddelen Art. 12. Opbrengst wegens het beschikbaarstellen van muurvlakten, poststempels, drukwerken, enz., ten behoeve van het maken van reclame Art. 13. Bijdragen van het personeel voor eigen pensioen en voor weduwen- en weezenpensioen,.... Art. 14. Opbrengst.wegens verhaal op personeel van bijdragen voor inkoop voor pensioen van diensttijd f , , , , , , 7 310, 10000, , , A. Hoofdbestuur. Art. 1. Traktementen van den directeurgeneraal en van het vaste personeel bij het Hoofdbestuur en van de bij het Hoofdbestuur gedetacheerde ambtenaren. Toelagen, vergoedingen en uitkeeringen, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld Art. 2. Tegemoetkomingen ingevolge het Koninklijk besluit van 1 December 1923 (Staatsblad n. 635) en artiknl 34 van het D. A. P. T. T. Art. 3. Toelagen aan ambtenaren, als in artikel 1 bedoeld, voor kinderen, die zij te hunnen laste hebben Art. 4. Jaarwedden en belooningen van tij delijk personeel, enz. Honorarium wegens genees* kundig onderzoek. Honorarium van een accountant. Toelagen, vergoedingen en uitkeeringen, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld. Art. ibis. Uitgaven als gevolg van do reorganisatie Art. 5. Reis- en verplaatsingskosten... Art. 6. Gebouwen Art. 7. Bureel- en lokaalbehoeften en drukwerk B. Postdienst. Art. 8. Traktementen van het vaste personeel. Toelagen, vergoedingen, tegemoetkomingen, uitkeeringen en premien, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld f , waarvan wordt overgebracht op Postchèque- en girodienst , Art. 9. Tegemoetkomingen ingevolge artikel 34 van het D. A. P. T. T Art. 10. Toelagen aan ambtenaren, als in artikel 8 bedoeld, voor kinderen, die zij te hunnen laste hebben Art. 11. Jaarwedden en belooningen van tijdelijk en hulppersoneel. Belooningof vergoeding voor vervanging en hulp. Honorarium wegens geneeskundig onderzoek. Toelagen, vergoedingen en uitkeeringen, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld '... Art. 12. Reis-, verhuis- en examenkosten; overvaart", tol- en bruggelden Art. 13. Vervoer van de brieven- en pakketpost, voor zooveel niet vermeld in de artikelen 14 en 15. Schadeloosstellingen aan aannemers van vervoer, alsmede vorderingen van Stoomvaartmaatschappijen over afgesloten dienstjaren.. f , 500, , , , , , , , , Handelingen der Staten-Generaal. Bijlagen

3 68 I 56a 8. Regeling van de inkomsten en uitgaven van de Posterijen, de Telegrafie en Telefonie voor Art. libis. Rente over saldi der rekeningencourant s... F. Uitkeeringen uit 's lt\jks Middelen. Art. 15. Wegens brandschade.' Art. 16. 'Wegens beschikking over de reserverekening Art. 17. Wegens kapitaalvermeerdering.. Art. 18. Wegens verlies op de exploitatie, eventueel blijkende uit de Nota van Winst en Vurlies volgens artikel 13 der wet van 16 Februari 1912 (Staatsblad n. 86) f , ,- Art. 14. Vergoeding van vracht aan spoorwegondernemingen, niet bedoeld in de artikelen 18 en 15, ingevolge artikel 9 der Pakketpostwet (Staatsblad n. 566 van 1917) Art. 15. Vergoeding voor het postvervoer door spoorwegen, bedoeld in de wet van 29 Juni 1925 (Staatsblad n. 292) Art. 16. Gebouwen f , Postchèque- en girodienst , Art. 17. Kantooronkosten; vervaardiging van postzegels en andere geldswaardige stukken; saldo der aanschafhngskosten van uniformkleeding; transport van personeel voor de uitoefening van zijn dienst en niet bedoeld in artikel 12; verder materieel en arbeidsloon.... f , Postchèque- en girodienst , Art. 18. Aandeel in de kosten van het Internationaal bureel der Algemeene Postvereeniging te Bern Art. 19. Schadevergoeding voor verloren geraakte brieven en pakketten of voor beschadiging Art. 20. Oninbare vorderingen op derden.. f 2 900, , , , 3 500, , 700, C. Telegraaf" en telefoondienst. Art. 21. Traktementen van het vaste personeel. Toelagen, vergoedingen, tegemoetkomingen, uitkeeringen en premiën, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld Art. 22. Tegemoetkomingen ingevolge artikel 34 van het D. A. P. T. T Art. 23. Toelagen aan ambtenaren, als in artikel 21 bedoeld, voor kinderen, die zij te hunnen laste hebben Art. 24. Jaarwedden en belooningen van tijdelijk en hulppersoneel. Belooning of vergoeding voor vervanging en hulp. Honorarium wegens geneeskundig onderzoek. Toelagen, vergoedingen en uitkeeringen, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld Art. 25. Reis-, verhuis- en examenkosten; overvaart", tol- en bruggelden Art. 26. Uitvoering van telegraaf" en telefoonwerken. Overneming en naasting van locale telefoonnetten Art. 27. Kosten van voorzieningen aan telegraaf- en telefoonlijnen ten behoeve van de electriflcatie van spoorwegen Art. 28. Uitgaven ten behoeve van herstellingswerkplaatsen en magazijnen, voor zoover die niet uit andere artikelen moeten worden gekweten Art. 29. Gebouwen Art. 30. Kantooronkosten; saldo der aan-- schaffingskosten van uniformkleeding; transport van personeel voor de uitoefening van zijn dienst en niet bedoeld in artikel 25; verder materieel en arbeidsloon , 7 500, , , , , , , , ,

4 Regeling van de inkomsten ea uitpraten van de Posterijen, de Telegrafie en Telefonie voor BEDRAG. UITGAVEN. BEDRAG. Art. 31. Aandeel in de koston van het Internationaal bureel te Bern Art. 32. Oninbare vorderingen op derden.. D. Verccnlgdc post-, telegraaf" en telefoondienst. Art. 33. Traktementen van het vaste personeel. Toelagen, vergoedingen, tegemoetkomingen, en uitkeeringen, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld....f Postchèque- en girodienst Art. 34. Tegemoetkomingen ingevolge artikel 34 van het D. A. P. T. T Art. 35. Toelagen aan ambtenaren, als in artikel 33 bedoeld, voor kinderen, die zij te hunnen laste hebben Art. 36. Jaarwedden en belooningen van tijdelijk en hulppersoneel. Belooning of vergoeding voor vervanging en hulp. Honorarium wegens geneeskundig onderzoek. Toelagen, vergoedingen en uitkeeringen, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld Art. 37. Reis-, verhuis- en examenkosten; overvaart", tol- en bruggelden.. i Art. 38. Gebouwen f Postchèque- en girodienst Art. 39. Kantooronkostèn; saldo der aanschaffingskosten van uniformkleeding; transport van personeel voor de uitoefening van zijn dienst en niet bedoeld in artikel 37; verder materieel en arbeidsloon, niet uitsluitend voor postof voor telegraaf" en telefoondienst f Postchèque- en girodienst E. Postchèque- en girodienst. Art. 40. Traktementen van den directeur en van het vaste personeel bij het bestuur van den Postchèque- en girodienst en van de bij het bestuur gedetacheerde ambtenaren. Toelagen, vergoedingen en uitkeeringen, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld Art. 41. Tegemoetkomingen ingevolge het Koninklijk besluit van 1 December 1923 (Staatsblad n. 535) en artikel 34 van het D. A. P. T. T. Ar(. 42. Toelagen aan ambtenaren, als in artikel 40 bedoeld, voor kinderen, die zij te hunnen laste hebben Art. 43. Jaarwedden en belooningen van tijdelijk personeel. Belooning of vergoeding voor vervanging en hulpen voor extra diensten. Honorarium wegens geneeskundig onderzoek. Honorarium van een accountant. Toelagen, vergoedingen en uitkeeringen, voor zooveel niet in andere artikelen vermeld f , , , , , , , , ,- 300, ,

5 70 156* 8. Regeling van de inkomsten en uitgaven van de Posterijen, de Telegrafie en Telefonie voor Art. 44. Reis-, verhuis- en benevens vacatiegelden examenkosten, Art. 45. Bureel- en lokaalbehoeften en drukwerk, alsmede materieel voor de postkantoren en voor verstrekking aan het publiek... Art. 46. Bekendmaking van den dienst.. Art. 47. Aandeel in de uitgaven, bedoeld in de artikelen 8, 16, 17, 33, 38, 39 en Art. 48. Oninbare vorderingen op derden, alsmede dekking van het nadeelig saldo van onopgeloste boekverschillen F. Verccnïgde posten. Art. 49. Dekking van tekorten in de kassen Art. 50. Proceskosten en kosten van commissiën Art. 51. Salarisverhoogingen toe te kennen op grond van de artikelen 15 en 18 van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1925 Art. 52. Toelagen krachtens de artikelen 20, 24 en 27 van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1925 Art. h2bis. Verhoogingen van traktementen en kindertoelagtn in verband met de wijziging van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1925 bij Koninklijk besluit van den Oden December 1925 (Staatsblad n. 467) Art. 53. Gratificatiën aan ambtenaren ter tegemoetkoming in de kosten van opname en van verpleging in ziekeninrichtingen; aan personon, die, na jarenlang tijdelijken of zijdelingschen dienst te hebben gedaan, zonder aanspraak op pensioen worden ontslagen en aan hunne weduwen, voor zoover deze geen pensioen ontvangen Art. 54. Gratificatiën aan vrouwelijke ambtenaren, die den dienst wegens huwelijk verlaten Art. 55. Onderstandsgelden, vergoedingen en gratificatiën, niet bedoeld bij de artikelen 53 en 54. Tegemoetkomingen, onder meer bestemd nm zonder korting op het pensioen daarnevens te worden genoten door eervol ontslagen ambtenaren, vóór 1 Juli 1873 in tijdelijken dienst geweest.... Art. 56. Tegemoetkomingen in schade aan aannemers van leveringen en werken, in verband met bijzondere tijdsomstandigheden.. Art. 57. Tegemoetkomingen in verbouwingskosten aan gewezen kantoorhouders in verband met opheffing van hulpkantoren Art. 58. Wachtgelden.... t.... Art. 59. Aandeel in de uitgaven voor den Rijksgebouwendienst..... f Postchèque- en girodienst Art. 60. Uitgaven ingevolge de Ongevallenwet 1921 en andere sociale wetten Art. 61. Uitgaven wegens zakelijke belasting op het bedrijf, alsmede vergoeding wegens forensenbelasting.. f 3 300, , 4 000, , , 7 000, , , , , , 4 000, , , , , ,

6 Bijlagen Tweede Kamer. 71 Regeling 1 van de inkom&ten en uitgaven var de Posterijen, de Telegrafie en Telefonie voor 192G. Te zamen f ,- Art. 62. Inkoop voor pensioen van de jaren, door personeel doorgebracht in dienst van door derden geëxploiteerde telefoonmaatschappijen en overgegaan in 's Rijks dienst; bydrage aan het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds in de kosten der pensioenen van de weduwen en weezen van dat personeel Art. 63. Vorderingen ovei afgesloten dienstjaren, waarvoor op het tijdstip der afsluiting van den dienst, waartoe zij behoorden, de noodigo gelden beschikbaar waren op de posten, ten laste waarvan zij, bij tijdige voldoening of verevening, gebracht hadden moeten worden, alsmede verjaarde en dienvolgens vernietigde vorderingen. Art. QSbis. Rente over saldi der rekeningencourant Art. 64. Uitkeering aan 's Rijks Middelen van 5 / 0 rente over de kapitalen op I Januari 1926 uit 's Rijks schatkist verstrekt en nog niet terugbetaald Art. 65. Uitkeering aan 's Rijks Middelen wegens kapitaalvermindering Art. 66. Uitkeering aan het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds ten bedrage van 6Vi % van de salarissen van het vaste en het tijdelijke personeel, voor ambtenaren, die bij de inwerkingtreding van de Pensioenwet 1922 in 's Rijks dienst waren, of daarna in dienst van het Rijk zijn gekomen Art. 67. Uitkeering aan het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds ten bedrage van 10% van de salarissen van het vaste en het tijdelijke personeel, voor ambtenaren, die na de inwerkingtreding van de Pensioenwet 1922 in 's Rijks dienst zijn gekomen Art. 68. Uitkeering aan 's Rijks Middelen ten bedrage van 10 / 0 van de salarissen van het vaste en het tijdelijke personeel, voor ambtenaren, die bij de inwerkingtreding van de Pensioenwet 1922 in 's Rijks dienst waren.... Art. 69. Uitkeering aan het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds wegens inkoop voor pensioen van diensttijd, welken ambtenaren na de inwerkingtreding van de Pensioenwet 1922 in zijdelingschen dienst of in eene onbezoldigde betrekking hebben doorgebracht Art. 70. Uitkeering aan het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds wegens inkoop voor pensioen van diensttijd, welken ambtenaren vóór de inwerkingtreding van de Pensioenwet 1922 als ambtenaar (ook als tijdelijk ambtenaar) in zijdelingschen dienst of in eene onbezoldigde betrekking hebben doorgebracht Art. 71. Uitkeering aan 's Rijks Middelen als premie wegens brandverzekering Art. 72. Uitkeering aan's Rijks Middelen van een bedrag voor de vorming van eene reserverekening Art. 73. Kosten, verbonden aan de beschikbaarstelling van woningen, bestemd voor het personeel Art. 74. Onvoorziene uitgaven Art. 75. Uitkeering aan 's Rijks Middelen ten bedrage van de zuivere winst, (sluitpost)... Te zamen... f , , , , , , , , , , , f , Handelingen der Staten-Generaal. Bijlagen