Toolkit Mobiliteit. Screening 1 e lijn. 1. Kunt u 5 minuten buiten lopen?
|
|
- Mirthe Cools
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Toolkit Mobiliteit Doelen 1. Het vaststellen van beperkingen in de mobiliteit. 2. Het behouden de mobiliteit of voorkomen van achteruitgang in mobiliteit bij ouderen. 3. Het verbeteren van de mobiliteit bij ouderen. 4. Het voorkomen van samenhangende problemen zoals verhoogd valrisico en ADL beperkingen. Screening 1 e lijn 1. Kunt u 5 minuten buiten lopen? De antwoordcategorieën zijn: a. Zonder moeite b. Met enige moeite c. Met veel moeite d. Enkel met hulp van iemand anders e. Niet mogelijk 2. Gebruikt u een hulpmiddel bij het lopen? a. Ja b. Nee Zo ja, wat voor hulpmiddel? Indien de persoon die moeite ervaart bij het lopen buitenshuis kan deze worden doorverwezen naar een fysiotherapeut voor verdere diagnostiek en eventueel interventie. Indien de mobiliteitsbeperking duidelijk samenhangt met een ziekte of aandoening, is het zinvol de huisarts te raadplegen. Indien de mobiliteitsbeperking mogelijk het gevolg is van een beperkte visus, kan ook de opticien worden ingeschakeld. 1
2 Screening 2 e lijn 1. Kunt u binnenshuis lopen? Indien antwoord a of b, dan ook de volgende vragen stellen 2. Kunt u 5 minuten buiten lopen? De antwoordcategorieën zijn: a. Zonder moeite b. Met enige moeite c. Met veel moeite d. Enkel met hulp van iemand anders e. Niet mogelijk 3. Gebruikt u een hulpmiddel bij het lopen? a. Ja b. Nee Zo ja, wat voor hulpmiddel? Indien de persoon ervaart moeite te hebben met binnenshuis lopen is er sprake van een ernstige mobiliteitsbeperking. Indien de persoon die moeite ervaart bij het lopen buitenshuis kan deze worden doorverwezen naar een fysiotherapeut voor verdere diagnostiek en eventueel interventie. Indien de mobiliteitsbeperking duidelijk samenhangt met een ziekte of aandoening, is het zinvol een arts te raadplegen. Indien de mobiliteitsbeperking mogelijk het gevolg is van een beperkte visus, kan ook de opticien worden ingeschakeld. Diagnostiek De verdere diagnostiek wordt in de regel uitgevoerd door de fysiotherapeut: De diagnostiek richt zich op het achterhalen van mogelijke oorzaak/oorzaken van het mobiliteitsprobleem De diagnostiek richt zich daarnaast op mogelijke samenhangende problemen zoals in ADL beperkingen en het verhoogde valrisico. Praktijk- of wijkverpleegkundigen kunnen ook testen uitvoeren voor verdere diagnostiek; de Short Physical Performance Battery of een looptest over 4 meter. Interventie Interventies zoals beschreven bij de toolkit ADL functioneren en vallen zijn grotendeels ook van toepassing op mobiliteit. De belangrijkste zijn: Fysiotherapeutische bewegingsinterventies met daarin kracht- en/of evenwichttraining (vergroten van de spierkracht en verbeteren van de balans); 2
3 Andere zinvolle fysiotherapeutische interventies: vergroten van mobiliteit van gewrichten, verbeteren van het looppatroon, verminderen van pijn, verminderen van angst; Uitleg over gebruik van hulpmiddelen (door ergotherapeut of fysiotherapeut). Vervolgen van conditie Frequentie fysiotherapeutische, ergotherapeutische behandeling afhankelijk van de ernst van de problematiek. Op basis van terugrapportage naar en in overleg met verwijzer (geriater, huisarts) en/of (wijk)verpleegkundige. Eigen kracht Fysiek actief blijven (minimaal 30 minuten per dag bewegen) wordt geassocieerd met minder beperkingen in de mobiliteit. De 30 minuten dagelijkse beweging kunnen bereikt worden door deelname aan sportieve activiteiten, maar ook door wandelen, tuinieren en andere fysiek inspannende bezigheden. Financiering Zorgverzekeringswet fysiotherapie (1 e 10 behandelingen eigen kosten, vergoeding afhankelijk van aanvullend pakket of diagnostische code chroniciteit) Zorgverzekeringswet ergotherapie wordt vergoed (10u) vanuit het basispakket zorgverzekeringen. 3
4 Mobiliteit Doelen 1. Het vaststellen van beperkingen in de mobiliteit; 2. Het behouden de mobiliteit of voorkomen van achteruitgang in mobiliteit bij ouderen; 3. Het verbeteren van de mobiliteit bij ouderen; 4. Het voorkomen van samenhangende problemen zoals verhoogd valrisico en ADL beperkingen. Achtergrond Definitie Mobiliteit wordt gedefinieerd als het vermogen om je fysiek voort te bewegen. Dit betekent dat mobiliteit alle vormen van voortbeweging omvat met (bijvoorbeeld rolstoel, of gemotoriseerd voertuig) of zonder hulpmiddel (bijvoorbeeld lopen). In deze toolkit refereert de term mobiliteit vooral naar het zelfstandig voortbewegen waarbij de persoon zijn eigen lichaamsgewicht draagt. Hierbij mag gebruik gemaakt worden van hulpmiddelen zoals een wandelstok of rollator. In de literatuur is weinig eenduidigheid over het bepalen van mobiliteit. Grofweg worden beperkingen in mobiliteit op twee manieren bepaald: 1. door middel van zelfrapportage; 2. door middel van het observeren of meten van de prestatie. De verschillende gehanteerde methoden leiden vanzelfsprekend ook tot andere prevalentie en incidentie cijfers. Echter onafhankelijk van de manier van vaststellen van mobiliteitsbeperkingen, worden beperkingen in mobiliteit altijd in verband gebracht met negatieve gezondheidsuitkomsten, zoals ADL beperkingen en vallen, opname in verpleeg of verzorgingshuis, verhoogd zorggebruik, mortaliteit en een lagere ervaren kwaliteit van leven (Guralnik, 2000; Fried, 2001; Penninx, 2001 Jylhä, 2001). Prevalentie Volgens de definitie gebruikt door het CBS, wordt onder mobiliteitsbeperkingen verstaan het met grote moeite of niet in staat zijn een voorwerp van 5 kilo (bijvoorbeeld een boodschappentas) 10 meter te dragen, bukken en iets van de grond pakken of 400 meter aan 1 stuk lopen zonder stil te staan (zonodig met wandelstok). Gebruik makend van deze definitie rapporteerde 22% van de 65 plussers minimaal één mobiliteitsbeperking in 2009 (Statline CBS). Mobiliteitsbeperkingen nemen toe bij een hogere leeftijd en komen vaker voor bij vrouwen (Nationaal Kompas Volksgezondheid, GGD Amsterdam). In Amsterdam rapporteerde 9% van de mannen van 55 en ouder één of meer beperking in mobiliteit (zich verplaatsen naar een andere kamer op dezelfde verdieping, de trap op- en aflopen, de woning verlaten en binnen gaan en zich buitenshuis verplaatsen) tegenover 16% van de vrouwen. (GGD Amsterdam) Het percentage met een of meer mobiliteitsbeperkingen was 6% in personen tussen de 55 en 64 jaar, 10 % in personen 65 en 74 jaar en 28% in personen van 75 jaar en ouder. 4
5 Loopsnelheid en meer recent de Short Physical Performance Battery (SPPB) worden veelvuldig als objectieve maat van mobiliteit gebruikt. Internationaal wordt een loopsnelheid langzamer dan 1.0 m/s geassocieerd met negatieve gezondheidsuitkomsten (Cesari, 2005; Guralnik, 2000). Uit grote onderzoeken blijkt dat de loopsnelheid gemiddeld afneemt met de leeftijd en dat de gemiddelde loopsnelheid bij ouderen boven de 70 jaar al dicht in de buurt van de 1.0 m/s komt (Bohannon, 1997). Verder is uit onderzoek gebleken dat fysiek actieve personen minder vaak mobiliteitsbeperkingen hebben (Visser, 2005). Oorzaken en risicofactoren Het functioneren van de sensorische, neurologische en motorische systemen en de organen neemt af bij het ouder worden. Bij dit proces van fysieke achteruitgang treden mogelijk beperkingen op in mobiliteit. Ziekten en aandoeningen kunnen dit proces versnellen. Persoonlijke en omgevingsfactoren beïnvloeden dit proces. Dit proces van fysieke achteruitgang (disablement process) is weer gegeven in een model van Jette en Verbrugge (1994) in Figuur 1. Beperkingen in de mobiliteit vallen in dit model onder de categorie functie beperkingen. Ziekte, ongelukken, maar ook bijvoorbeeld pijn kunnen dysfunctie en structurele afwijkingen veroorzaken in het lichaam. Een voorbeeld: artrose zorgt ervoor dat de spieren verslappen (bijvoorbeeld door het vermijden van beweging vanwege pijn). Er is echter een bepaalde hoeveelheid spierkracht nodig om een trap op te lopen. Als de spierkracht te veel afneemt zal traplopen moeilijker gaan en mogelijk de deelname aan bepaalde activiteiten buitenshuis beïnvloeden (participatie). Hoe snel dit proces verloopt en hangt af van persoonlijke factoren (gezondheid en functionele status voor ziekte, gedrag, etc.), maar ook omgevingsfactoren (bijv. hoe vaak komt de persoon een trap tegen). Daarnaast laat dit model ook zien dat er door persoonlijke of externe factoren aan te passen het proces van achteruitgang te beïnvloeden is. In het hierboven genoemde voorbeeld zouden we bijvoorbeeld kunnen denken aan het (fysiek) actiever maken van de persoon, waardoor de spierkracht minder (snel) achteruitgaat of zelfs toeneemt. Of het gebruiken van hulpmiddelen (bijv. de trapleuning en een wandelstok), waardoor minder spierkracht in de benen nodig is. In sommige gevallen zou bijvoorbeeld ook aan woningaanpassing in aanmerking komen (bijv. installeren van een traplift). Pathologie (ziekte) Disfunctie en structurele afwijking Functie beperking (activiteiten) Participatie (rol vervullen) Persoonlijke factoren Externe factoren Figuur 1: Model van Jette en Verbrugge (1994) Proces van functionele verandering door Jette en Verbrugge 5
6 De relatie zoals in Figuur 1 beschreven is echter erg versimpeld. In werkelijkheid is het proces van achteruitgang niet een rechte lijn, een complex proces van factoren die elkaar beïnvloeden. Niet elke functionele achteruitgang zal ook beginnen met een ziekte. In het proces van het ouder worden op zich, vertragen bijvoorbeeld vele organen en processen in het lichaam. Het is dus een samenspel van factoren en onderlinge verbanden, dit komt beter tot uiting in het model van de World Health Organisation het International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF). Risicofactoren voor mobiliteit Volgens een review uit 2008 (Morton, 2008) zijn de factoren in Tabel 1 de risicofactoren voor mobiliteitsbeperkingen (geordend per categorie uit model van Jette en Verbrugge, 1994). Tabel 1: Risicofactoren mobiliteitsbeperkingen (Jette en Verbrugge, 1994) Persoonlijke factoren Structurele afwijking Fysieke inactiviteit Spierkracht Angst Evenwicht Overgewicht Reactie snelheid Range of motion Pathologie Beperkte visus Pijn Ziekten Externe factoren Depressie Gebruik van hulpmiddelen Cognitieve beperking Omgevingskenmerken (bijv. aanwezigheid van trappen en drempels) Veel van de hierboven genoemde risicofactoren zijn ook risicofactoren voor bijvoorbeeld ADL beperkingen en vallen (Tinetti, 1995). Ook mobiliteitsbeperkingen zelf worden sterk geassocieerd met ADL beperkingen en vallen. Screening in de 1 e lijn Achtergrond en overwegingen bij screenen op mobiliteit Mobiliteitsbeperkingen kunnen op verschillende manieren worden vastgesteld. Maten van zelfrapportage en gemeten prestatie vertonen over het algemeen goede overeenstemming (Guralnik, 1994; Fried, 2001; Lan, 2003). Zelfrapportage leent zich beter voor screening van personen met beperkingen in de mobiliteit. Observatieschalen die de prestatie meten zijn objectiever. Echter, afname neemt vaak meer tijd in beslag en is arbeidsintensiever. Deze instrumenten zijn daarom beter geschikt voor gebruik bij verdere diagnostiek. Bij zelfrapportage dient een persoon in staat te zijn eigen kunnen (competentie) in te schatten. Het inschatten van eigen kunnen blijkt lastig indien een bepaalde handeling niet (meer) wordt uitgevoerd. Daarnaast is afname bij mensen met cognitieve beperkingen lastig. Voor deze laatste groep worden daarom ook vaak mantelzorgers ingezet. 6
7 Verschillende instrumenten gaan op andere manieren om met het gebruik van hulpmiddelen. Het gebruik van hulpmiddelen wordt soms bestraft. Juist gebruik van een hulpmiddel, bijvoorbeeld bij het lopen, kan echter gedeeltelijk compenseren voor een beperking. In de literatuur zijn verschillende zelfgerapporteerde vragen over mobiliteit in omloop. De vragen variëren van lopen binnenshuis tot traplopen met boodschappentas en enkele kilometers lopen buitenhuis. In een groot Nederlands onderzoek is de vraag naar 5 minuten buiten lopen bruikbaar bevonden (LASA website; Lan, 2003) Daarom is deze vraag als screeningsvraag in deze toolkit opgenomen. Aanpak De volgende screeningsvragen worden gesteld om te bepalen of iemand mobiliteitsbeperkingen heeft: 1. Kunt u 5 minuten buiten lopen? De antwoordcategorieën zijn: a. Zonder moeite b. Met enige moeite c. Met veel moeite d. Enkel met hulp van iemand anders e. Niet mogelijk 2. Gebruikt u een hulpmiddel bij het lopen? a. Ja b. Nee Zo ja, wat voor hulpmiddel? Indien de persoon moeite heeft met buiten lopen of een hulpmiddel gebruikt bij het lopen kan overwogen worden verdere diagnostiek uit te voeren. Indien de mobiliteitsbeperking duidelijk samenhangt met een ziekte of aandoening, is het zinvol de huisarts in te schakelen. Indien de mobiliteitsbeperking mogelijk het gevolg is van een beperkte visus, kan ook de opticien worden ingeschakeld. 7
8 Screening 2 e lijn Achtergrond Ouderen die opgenomen worden in het ziekenhuis hebben vaak te maken met beperkingen, onder andere in de mobiliteit. Voor of tijdens de ziekenhuisopname ontstaan ook vaak nieuwe, soms tijdelijke beperkingen. Met behulp van zelfrapportage kan de situatie van 2 weken voor de ziekenhuisopname in kaart gebracht worden. Dit helpt ook bij het vaststellen voor het streefdoel na herstel of revalidatie. Aanpak De volgende screeningsvragen worden gesteld om te bepalen of iemand mobiliteitsbeperkingen heeft: 1. Kunt u binnenshuis lopen? De antwoordcategorieën zijn: a. Zonder moeite b. Met enige moeite c. Met veel moeite d. Enkel met hulp van iemand anders e. Niet mogelijk Indien antwoord a of b, dan ook de volgende vragen stellen 2. Kunt u 5 minuten buiten lopen? De antwoordcategorieën zijn: a. Zonder moeite b. Met enige moeite c. Met veel moeite d. Enkel met hulp van iemand anders e. Niet mogelijk 3. Gebruikt u een hulpmiddel bij het lopen? a. Ja b. Nee Zo ja, wat voor hulpmiddel? Indien de persoon ervaart moeite te hebben met binnenshuis lopen is er sprake van een ernstige mobiliteitsbeperking. Er kan dan overwogen worden om door te verwijzen naar een ergotherapeut om te leren omgaan met deze beperkingen. 8
9 Personen die moeite ervaren bij het lopen buitenshuis zijn een geschikte doelgroep voor interventie ter verbetering van de mobiliteit. Bij deze groep is verwijzing naar een fysiotherapeut mogelijk zinvol voor verdere diagnostiek en eventueel interventie. Indien de mobiliteitsbeperking duidelijk samenhangt met een ziekte of aandoening, is het zinvol de huisarts in te schakelen. Indien de mobiliteitsbeperking mogelijk het gevolg is van een beperkte visus, kan ook de opticien worden ingeschakeld. Diagnostiek Achtergrond Om meer inzicht in de onderliggende problematiek van de mobiliteitsbeperking te krijgen dient verder diagnostiek te worden gedaan. De diagnostiek wordt gedaan met objectieve maten van prestatie. In de fysiotherapie worden verschillende testen gebruikt. In deze toolkit worden 2 testen beschreven. Deze testen kunnen ook worden afgenomen door praktijk- en wijkverpleegkundigen. Deze testen zijn gevoelig voor veranderingen in de situatie en kunnen daarom ook goed gebruikt worden om het verloop van het functioneren in kaart brengen. Diagnostische instrumenten De Short Physical Performance Battery (SPPB) bestaat uit 3 losse testen; balans, lopen en opstaan uit stoel (Guralnik, 1994; SPPB website). De testen zijn toepasbaar in bijna elk huis of praktijk. Een extra voordeel van de test voor onderzoeksdoeleinden is dat de test geen missende scores kent. Er kan voor iedereen een score worden toegekend, onafhankelijk van het niveau van functioneren. De SPPB is goed gevalideerd en wordt in de wetenschappelijke literatuur steeds vaker gebruikt als uitkomstmaat voor mobiliteit en als voorspeller van gezondheidsuitkomsten. (Guralnik, 1994; Guralnik, 2000; Penninx, 2000). De SPPB geeft een totaalscore op basis waarvan personen ingedeeld kunnen worden in ernstige beperkingen (0-3), hoog-risico (4-9) en laag-risico (9-12) groepen (Guralnik, 2000). De hoog-risico groep loopt een hoog risico nieuwe beperkingen te ontwikkelen onder andere in ADL activiteiten. Om die reden is dit een geschikte doelgroep voor interventies om de mobiliteit en het functioneren te verbeteren. De SPPB geeft ook inzicht in mogelijke onderliggende oorzaken van de mobiliteitsbeperking. Een lage score op de balans test geeft aan dat mobiliteitsproblemen mogelijk veroorzaakt worden door evenwichtsproblemen. Een lage score op de opstaan uit stoel test wijst op verminderde spierkracht in de benen. Deze kennis is van groot belang, omdat een passende interventie dient aan te sluiten op de onderliggende problemen. De looptest is een meer algemene maat van mobiliteit. Een andere sinds lange tijd veel gebruikte uitkomstmaat en voorspeller is de loopsnelheid (Bohannon, 1997; Guralnik, 2000). Dit is een algemene maat voor de mobiliteit die een zeer goed alternatief is voor de SPPB indien er weinig tijd beschikbaar is voor afname (Guralnik, 2000). Ook deze test is uitgebreid gevalideerd en betrouwbaar gebleken. In Europa wordt de test traditioneel afgenomen over een afstand van 10 meter. Echter vanwege de bredere praktische toepasbaarheid, wordt de loopsnelheid tegenwoordig vaak gemeten over een afstand van 4 meter of zelfs korter. De test kan worden afgenomen als maximaal test, waarbij de afstand zo snel mogelijk wordt afgelegd. Echter in kwetsbare en klinische groepen 9
10 ouderen wordt aangeraden de test op het gebruikelijke looptempo van de patiënt af te nemen. Dit resulteert in een betere betrouwbaarheid en dit voelt veiliger voor de patiënt. Op basis van de meting van loopsnelheid kunnen personen worden opgedeeld in hoog- en laagrisico groepen. Meestal wordt de grens gelegd tussen de 0.8 en 1.2 m/s afhankelijk van de afstand. Voor onderzoeksdoeleinden of het bestuderen van het verloop van functioneren kan de loopsnelheid ook als continue variabele worden gebruikt. Aanpak diagnostiek In de regel zal de diagnostiek door een fysiotherapeut worden uitgevoerd. De diagnostiek richt zich op het achterhalen van mogelijke oorzaak/oorzaken van het mobiliteitsprobleem De diagnostiek richt zich daarnaast op mogelijke samenhangende problemen zoals in ADL beperkingen en het verhoogde valrisico. De volgende testen kunnen ook door wijk- of praktijkverpleegkundigen worden uitgevoerd. Bij het uitvoeren van prestatietesten dient men echter wel rekening te houden met de volgende punten uit Bijlage 2. Short Physical Performance Battery (SPPB) Het afnemen van deze test duurt gemiddeld tussen de 5 en 10 minuten bij relatief gezonde ouderen en gemiddeld 12 minuten bij ouderen die in het ziekenhuis liggen (langer dan 15 minuten bij minder dan 10%) (Volpato, 2008). Test benodigdheden: 1. Stopwatch; 2. Tape van 4 meter lang; 3. Stoel (en eventueel antislipmat). De test uitvoer 1. De balans test Bij deze test dient de patiënt minimaal 10 seconden stil te staan in 3 progressief moeilijker wordende houdingen. Hierbij wordt het volgende systeem voor het toekennen van punten gebruikt a. Indien de patiënt 10 seconden met zijn/haar voeten naast elkaar en tegen elkaar aan kan staan, krijgt deze 1 punt en wordt de volgende positie getest. Indien de eerste test niet mogelijk is krijgt de patiënt een score 0 en kunnen de andere balanstesten worden overgeslagen. 10
11 b. Indien de patiënt 10 seconden met zijn/haar voeten in semi-tandem positie kan staan, krijgt deze nog 1 punt en wordt de volgende positie getest. c. Indien de patiënt 10 seconden met zijn/haar voeten in tandem positie kan staan, krijgt deze nog 2 punt. Indien deze houding meer dan 3 seconden maar minder dan 9 seconden kan worden gehandhaafd krijgt de patiënt 1 punt. 2. De loopsnelheid over 4 meter De tijd van het afleggen van een afstand van 4 meter, gelopen op gebruikelijke snelheid, wordt gemeten. De beste tijd van 2 pogingen wordt gebruikt voor het toekennen van punten. Tijdens de test is het gebruik van een hulpmiddel voor lopen toegestaan (dit levert geen strafpunten op). Voor het toekennen van de score wordt gebruik gemaakt van de volgende afkappunten. < 4.82 sec 4 punten sec 3 punten sec 2 punten > 8.70 sec 1 punt Niet in staat 0 punten Indien er onvoldoende ruimte is om de test over 4 meter uit te voeren, kan de test ook worden afgenomen over 3 meter. Hierbij worden dan wel een ander scoringsformulier gebruikt. < 3.62 sec 4 punten sec 3 punten sec 2 punten > 6.52 sec 1 punt Niet in staat 0 punten 11
12 3. De herhaald opstaan uit een stoel test De tijd die een patiënt nodig heeft om 5 maal zo snel mogelijk op te staan uit een stoel (en weer gaat zitten) wordt gemeten. Tijdens de test worden de handen voor de borst gehouden. De uitgangspositie is zittend en bij de 5 e keer dat de persoon rechtop staat wordt de tijd gestopt. < sec 4 punten sec 3 punten sec 2 punten sec 1 punt > 60 sec of niet in staat 0 punten Conclusies: De totaalscore van de SPPB is de optelling van het aantal behaalde punten (range tussen 0 en 12) in elk van de testonderdelen. Hoe hoger de score hoe beter de prestatie van de patiënt. Personen met een score tussen de 4 en 9 hebben een verhoogd risico op nieuwe beperkingen en zijn daarmee een geschikte doelgroep voor interventies om het functioneren te verbeteren. Personen met een hogere score zijn nog niet in de gevaren zone. Personen met een lagere score ervaren al veel beperkingen en komen daarom eerder in aanmerking voor interventies voor het behoud van functioneren en mogelijk het omgaan met beperkingen. Loopsnelheid De looptest wordt afgenomen op dezelfde manier als beschreven bij de SPPB test onderdeel 2 over een afstand van 4 meter. De hoog-risico groep bestaan uit mensen die langer dan 4.8 seconden doen over deze afstand. Dit komt overeen met een loopsnelheid van langzamer dan 1.2 m/s. Dit is de loopsnelheid die nodig is om veilig de straat over te kunnen steken bij een stoplicht. Daarnaast is bewezen dat bij een lagere loopsnelheid het risico op negatieve gezondheidsuitkomsten ook toeneemt. Andere testen voor het bepalen van mobiliteit Voor andere testen op het gebied van mobiliteit en balans moet worden doorverwezen naar een fysiotherapeut. Deze worden in deze toolkit niet verder uitgewerkt. Interventie Doelen 1. Het behouden de mobiliteit of voorkomen van achteruitgang in mobiliteit bij ouderen; 2. Het verbeteren van de mobiliteit bij ouderen; 3. Het voorkomen van samenhangende problemen zoals verhoogd valrisico en ADL beperkingen. 12
13 Achtergrond Mobiliteitsbeperkingen voorspellen achteruitgang in bijvoorbeeld ADL functioneren. Interventie met als doel de mobiliteit te verbeteren kan daarom in potentie progressie van de beperkingen, zoals beschreven in het model van Jette en Verbrugge (Figuur 1) voorkomen. Uit literatuur studies blijkt dat mobiliteit verbeterd kan worden met verschillende soorten interventie. Interventies zijn het meest effectief indien ze aansluiten op het onderliggende probleem. Bijvoorbeeld: Iemand die weinig spierkracht heeft, heeft mogelijk baat bij een krachttrainingprogramma en eventueel gebruik van een hulpmiddel bij het lopen. Terwijl iemand die slecht beweegt vanwege beperkt zicht geholpen kan worden met het aanmeten van een juiste bril. Aanpak Interventies zoals beschreven bij de toolkit ADL functioneren en vallen zijn grotendeels ook van toepassing op mobiliteit. De belangrijkste zijn: Fysiotherapeutische bewegingsinterventies met daarin kracht- en/of evenwichttraining (vergroten van de spierkracht en verbeteren van de balans); Andere zinvolle fysiotherapeutische interventies: vergroten van mobiliteit van gewrichten, verbeteren van het looppatroon, verminderen van pijn, verminderen van angst; Uitleg over juist gebruik van hulpmiddelen (door ergotherapeut of fysiotherapeut). Indien de mobiliteitsbeperking duidelijk samenhangt met een ziekte of aandoening, is het zinvol de huisarts in te schakelen. Indien de mobiliteitsbeperking mogelijk het gevolg is van een beperkte visus, kan ook de opticien worden ingeschakeld. Eventueel kan een ergotherapeut zich richten op het omgaan met beperkingen in gevallen van ernstige beperking, die naar alle waarschijnlijkheid samengaan met andere beperkingen in het functioneren. Vervolgen van conditie Frequentie fysiotherapeutische, ergotherapeutische behandeling afhankelijk van de ernst van de problematiek. Op basis van terugrapportage naar en in overleg met verwijzer (geriater, huisarts) en/of (wijk)verpleegkundige. Eigen kracht Fysiek actief blijven (minimaal 30 minuten per dag bewegen) wordt geassocieerd met minder beperkingen in de mobiliteit. De 30 minuten dagelijkse beweging kunnen bereikt worden door deelname aan sportieve activiteiten, maar ook door wandelen, tuinieren en andere fysiek inspannende bezigheden. Vooral activiteiten met daarin lopen als onderdeel lijken zinvol. (Visser 2005) 13
14 Financiering Zorgverzekeringswet fysiotherapie (1 e 10 behandelingen eigen kosten, vergoeding afhankelijk van aanvullend pakket of diagnostische code chroniciteit). Zorgverzekeringswet ergotherapie wordt vergoed (10u) vanuit het basispakket zorgverzekeringen. 14
15 Referenties Bohannon, R.W. (1997). Comfortable and maximum walking speed of adults aged years: reference values and determinants. Age Ageing, 26: Cesari, M., Kritchevsky, S.B., Penninx, B.W., Nicklas, B.J., Simonsick, E.M., Newman, A.B., Tylavsky, F.A., Brach, J.S., Satterfield, S., Bauer, D,C., Visser, M., Rubin, S,M., Harris, T,B. & Pahor, M. (2005). Prognostic value of usual gait speed in well-functioning older people-- results from the Health, Aging and Body Composition Study. Journal of American Geriactrics Society, 53: Fried, L.P., Young, Y., Rubin, G. & Bandeen-Roche, K. (2001). WHAS II Collaborative Research Group. Self-reported preclinical disability identifies older women with early declines in performance and early disease. Journal of Clinical Epidemioly, 54: (GGD Amsterdam) (2009). Eindrapport Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2008: zo gezond is Amsterdam!. Amsterdam: Drukkerij Leijten. Guralnik, J.M., Simonsick, E.M., Ferrucci, L., Glynn, R.J., Berkman, L.F., Blazer, D.G., Scherr, P.A. & Wallace, R.B. (1994). A short physical performance battery assessing lower extremity function: association with self-reported disability and prediction of mortality and nursing home admission. Journals of Gerontology, 49:M Guralnik, J.M., Ferrucci, L., Pieper, C.F., Leveille, S.G., Markides, K.S., Ostir, G.V., Studenski, S., Berkman, L.F. & Wallace, R.B. (2000). Lower extremity function and subsequent disability: consistency across studies, predictive models, and value of gait speed alone compared with the short physical performance battery. Journals of Gerontoly Series A: Biological Sciences, 55:M Jylhä, M., Guralnik, J.M., Balfour, J. & Fried, L.P. (2001). Walking difficulty, walking speed, and age as predictors of self-rated health: the women's health and aging study. Journals of Gerontology Series A: Biological Sciences, 56:M Lan, T.Y., Deeg, D.J., Guralnik, J.M. & Melzer, D. ( Responsiveness of the index of mobility limitation: comparison with gait speed alone in the longitudinal aging study amsterdam. Journals of Gerontology Series A: Biological Sciences, 58: De Morton, N.A., Berlowitz, D.J. & Keating, J.L. (2008). A systematic review of mobility instruments and their measurement properties for older acute medical patients. Health and Quality of Life Outcomes, 6:44. Penninx, B.W., Ferrucci, L., Leveille, S.G., Rantanen, T., Pahor, M. & Guralnik, J.M. Lower extremity performance in nondisabled older persons as a predictor of subsequent hospitalization. Journals of Gerontology Series A: Biological Sciences, 55:M Tinetti, M.E., Inouye, S.K., Gill, T.M. & Doucette, J.T. (1995). Shared risk factors for falls, incontinence, and functional dependence. JAMA, 273:
16 Verbrugge, L.M., Jette, A.M. (1994). The disablement process. Social Science Medicine, 38:1-14. Visser, M., Simonsick, E.M., Colbert, L.H., Brach, J., Rubin, S.M., Kritchevsky, S.B., Newman, A.B. & Harris, T.B. (2005). For the Health ABC Study. Type and intensity of activity and risk of mobility limitation: the mediating role of muscle parameters. Journal of American Geriactics Society, 53: Volpato, S., Cavalieri, M., Guerra, G., et al. (2008). Performance-based functional assessment in older hospitalized patients: feasibility and clinical correlates. Journals of Gerontology Series A: Biological Sciences, 63: Websites: LASA website: Nationaal Kompas Volksgezondheid: SPPB website: Statline CBS: 16
17 Bijlage 1 ICF model Figuur 2: Het ICF-model (International Classification of Functioning, Disability and Health model, van de World Health Organisation, WHO). De wisselwerking tussen de verschillende aspecten van de gezondheidstoestand en externe en persoonlijke factoren. 17
18 Bijlage 2: Fysieke prestatie meten Het is veilig om prestatie testen uit te voeren bij de meeste ouderen. De meeste hart en vaat ziekten zijn geen contra-indicatie voor het uitvoeren van deze testen. De testen zouden niet inspannend moeten zijn. Raadpleeg een arts indien getwijfeld wordt aan de gezondheid van de patiënt. De richtlijnen van het American College of Sports Medicine (2005) kunnen geraadpleegd worden bij de beoordeling. Indien tijdens een test symptomen optreden van kortademigheid of andere klachten, wordt de test onmiddellijk afgebroken. Rust Tijdens de uitleg van de test is het verstandig de persoon te laten zitten, om moeheid te voorkomen. Tussen en na de testen moet voldoende tijd zijn om te rusten (indien nodig). Hierbij mag de gaan patiënt zitten. Volgorde van testen Indien er nog andere testen worden gedaan bij de patiënt, dient rekening gehouden te worden met de volgorde van metingen. Voorkom bijvoorbeeld een bloeddrukmeting kort na fysieke prestatie testen. Veiligheid Om de patiënt een veilig gevoel te geven moet degene die de test afneemt tijdens de testen in de buurt van de patiënt blijven. Gebruik van hulpmiddelen Bij prestatie testen is het gebruik van hulpmiddelen die in het dagelijks leven gebruikt worden, toegestaan. Dit in verband met veiligheid en als werkelijke afspiegeling van de dagelijkse situatie. Schoeisel Bij het uitvoeren van de testen dient men stevig schoeisel te dragen zonder hakken (verandert de houding van de voet en het looppatroon). Bij voorkeur worden de testen uitgevoerd met schoeisel waar de patiënt in het dagelijks leven mee buiten loopt, inclusief eventuele steunzolen. Daarnaast is het van belang dat de schoen een stroeve zool heeft, om uitglijden te voorkomen. Referentie (American College of Sports Medicine) (2005). ACSM s guidelines for exercise testing and prescription. 7th ed. Philadelphia: Lippincott Williams & Wilkins. 18
Verder is uit onderzoek gebleken dat fysiek actieve personen minder vaak mobiliteitsbeperkingen hebben.(visser 2005)
Mobiliteit Doel - Het vaststellen van beperkingen in de mobiliteit - Het behouden de mobiliteit of voorkomen van achteruitgang in mobiliteit bij ouderen - Het verbeteren van de mobiliteit bij ouderen -
Nadere informatieStappenplan mobiliteit
Stappenplan - Het vaststellen van beperkingen in de - Het behouden de of voorkomen van achteruitgang in bij ouderen - Het verbeteren van de bij ouderen - Het voorkomen van samenhangende problemen zoals
Nadere informatieProgramma. Kwetsbaarheid Fried. 2001. (geriatrie)fysiotherapie. Geriatriefysiotherapie. Diagnosticeren van en interveniëren bij sarcopenie
Geriatriefysiotherapie Diagnosticeren van en interveniëren bij sarcopenie Marjan Doves MPT Geriatriefysiotherapeut 24 maart 2015 Programma Sarcopenie vanuit fysiotherapeutisch perspectief (Geriatrie)fysiotherapeutische
Nadere informatieSTAPPENPLAN PREVENTIE VAN VALLEN IN DE EERSTE LIJN
STAPPENPLAN PREVENTIE VAN VALLEN IN DE EERSTE LIJN Preventie van nieuwe valincidenten en letsel bij zelfstandig wonende ouderen. STAP 1: Screenen op valrisico in de eerste lijn. 1. Bent u de afgelopen
Nadere informatieDe Gecombineerde Valrisico Score
DOEL(GROEP): OPBOUW: De Gecombineerde Valrisico Score Door Arnout van Baal De GVS is toe te passen op alle patiëntgroepen De test is een combinatie van de 10 Meter Looptest (10-MLT), de Timed Up and Go
Nadere informatieClassificatie. Bij kinderen met cerebrale parese
Classificatie Bij kinderen met cerebrale parese Waarom classificeren? Om een goed beeld te krijgen van het functioneren van uw kind met cerebrale parese, gebruiken we classificatiesystemen. In deze folder
Nadere informatieLanger leven? LICHAAMSBEWEGING EN Meer bewegen. Marjolein Visser. ACA Congres 2012
ACA Congres 2012 LICHAAMSBEWEGING EN SUCCESVOL OUDER WORDEN Meer bewegen - Afdeling Gezondheidswetenschappen, Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen, Vrije Universiteit; - Afdeling Epidemiologie en
Nadere informatieKetenzorg Arnhem. Vallen bij ouderen
Vallen bij ouderen Casus Vrouw, 82 jaar Voorgeschiedenis: hypertensie Medicatie: 1 dd 12,5 mg hydrochloorthiazide Bericht CHRA: gevallen, wond behaarde hoofd is geplakt. Verder geen letsel. RR 140/70.
Nadere informatieAppendix. Nederlandstalige samenvatting (Dutch summary)
Appendix Nederlandstalige samenvatting (Dutch summary) 93 87 Inleiding Diabetes mellitus, kortweg diabetes, is een ziekte waar wereldwijd ongeveer 400 miljoen mensen aan lijden. Ook in Nederland komt de
Nadere informatieBevordering van de Lichaamsbeweging Clinical Assessment Protocol (CAP) = 1
Bevordering van de Lichaamsbeweging Clinical Assessment Protocol (CAP) = 1 De informatie over deze CAP-code wordt opgesplitst in drie delen: (I) Betekenis: De betekenis van code 1 bij de Bevordering van
Nadere informatieTransmurale zorg voor kwetsbare ouderen : geen brug te ver
Transmurale zorg voor kwetsbare ouderen : geen brug te ver Rachel van Knippenberg, klinisch geriater Chantal van het Zandt en Raymond Kersten, huisartsen Inhoud Transmurale zorg voor kwetsbare ouderen
Nadere informatieWorkshop Kwetsbaarheid
Workshop Kwetsbaarheid werkconferentie KOMPLEET Integrale ondersteuning van kwetsbare ouderen en hun mantelzorgers 10 oktober 2013 Rob Beumer, huisarts Mary Timmermans, Specialist Ouderengeneeskunde Harmke
Nadere informatieKlinimetrie Implementatie van een Klinimetrische-CoreSet binnen de werksetting
Klinimetrie Implementatie van een Klinimetrische-CoreSet binnen de werksetting Ruud Reijmers Fysiotherapeut Jeroen Bosch Ziekenhuis Disclosure belangen spreker (Potentiële) Belangenverstrengeling: Geen
Nadere informatieHet meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Onderste extrimiteiten
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Emory Functional Ambulation Profile (E-FAP) 22 juni 2011 Review: 1) Britta Klingen Tanja Schmitz Julia Wagner 2) Sandra Joeris Invoer: Marsha Bokhorst 1 Algemene
Nadere informatieOud met functiebehoud! Marjolein E.M. den Ouden MSc. Vereniging voor Bewegingswetenschappen Nederland. 15 September 2011
Oud met functiebehoud! Marjolein E.M. den Ouden MSc Vereniging voor Bewegingswetenschappen Nederland 15 September 2011 Introductie Percentage ouderen (> 65 years) stijgt Veroudering Achteruitgang uithoudingsvermogen
Nadere informatieProtocol 2 Functionele Training Mantelzorgers (FTO)
VitaDem-studie: vitaal blijven en meedoen, ondersteuning op maat voor mensen met dementie en hun naasten VitaDem interventies Protocol 2 Functionele Training Mantelzorgers (FTO) januari 2015 Petra Simonsma,
Nadere informatieFysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma
Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Fysiotherapie na acceleratie
Nadere informatiesamenvatting 127 Samenvatting
127 Samenvatting 128 129 De ziekte van Bechterew, in het Latijn: Spondylitis Ankylopoëtica (SA), is een chronische, inflammatoire reumatische aandoening die zich vooral manifesteert in de onderrug en wervelkolom.
Nadere informatieAlgemeen Vallen bij ouderen
Algemeen Vallen bij ouderen Als u opgenomen wordt in ons ziekenhuis willen wij weten of u een verhoogde kans heeft om te vallen. Indien u al eens eerder bent gevallen, thuis of in het ziekenhuis, heeft
Nadere informatieLage rugklachten. www.gzcdiemenzuid.nl
Lage rugklachten Introductie De lage rug is het gebied ter hoogte van de onderste 5 lendenwervels (lumbale wervels) en de overgang met het heiligbeen (lumbo-sacrale overgang). De lendenwervelkolom bestaat
Nadere informatieRoland Disability Questionnaire
Roland 1983 Nederlandse vertaling G.J. van der Heijden 1991 Naampatiënt...Datum:. Uw rugklachten kunnen u belemmeren bij uw normale dagelijkse bezigheden. Deze vragenlijst bevat een aantal zinnen waarmee
Nadere informatieBewegen door Senioren
Dianne Laarhoven-Klein, algemeen fysiotherapeut met aandacht voor geriatrie 2030: 4 miljoen Nederlanders ouder dan 65 jaar. 2030: 4 miljoen Nederlanders ouder dan 65 jaar. Dat is bijna 25% van de totale
Nadere informatieTriage Risk Screening Tool (TRST)
Triage Risk Screening Tool (TRST) Meldon (2003) Meetinstrument Triage Risk Screening Tool Afkorting TRST Auteur Meldon Onderwerp Functionele, mentale, psychosociale beoordeling Doelstellingen Meten van
Nadere informatieFysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten
Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten 5 april 2017 Sarcoïdose ontsporing afweersyteem ophoping afweercellen: granulomen overal in lichaam: longen, lymfesysteem, huid,
Nadere informatieSamenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie
Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder
Nadere informatieInformatiebrochure Geriatrisch dagziekenhuis De valkliniek
Informatiebrochure Geriatrisch dagziekenhuis De valkliniek 1 Inleiding Naarmate je ouder wordt verandert je lichamelijke conditie: bewegingen en reacties worden trager. Vallen is een vaak voorkomend probleem
Nadere informatieMultiple Sclerose (fysiotherapeutische behandeling)
Multiple Sclerose (fysiotherapeutische behandeling) Remco Muller MNR, Fysiotherapeut Lid MS Zorgnet RMC Groot Klimmendaal Expertisecentrum voor volwassenen Inhoud Inleiding Evidence based practise Fysiotherapeutisch
Nadere informatieAngst voor vallen en verslikken bij patiënten met de ziekte van Huntington. Kristel Kalkers GZ-Psycholoog De Kloosterhoeve
Angst voor vallen en verslikken bij patiënten met de ziekte van Huntington Kristel Kalkers GZ-Psycholoog De Kloosterhoeve Dysfagie en angst voor verslikken bij patiënten met de ziekte van Huntington Dysfagie
Nadere informatieKlinische inspanningstesten in de (kinder)revalidatie
Klinische inspanningstesten in de (kinder)revalidatie Kinderen en jongvolwassenen met een fysieke beperking, zoals cerebrale parese (CP), ervaren vaak loopproblemen in het dagelijks leven. Veelgehoorde
Nadere informatieKwetsbaarheid bij ouderen: een uitdaging Risicofactoren, meetinstrumenten en samenhangende zorg
Kwetsbaarheid bij ouderen: een uitdaging Risicofactoren, meetinstrumenten en samenhangende zorg In vergrijzende samenlevingen is de zorg voor het toenemende aantal kwetsbare ouderen een grote uitdaging
Nadere informatieScreening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg
Screening en behandeling van psychische problemen via internet Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Online screening Online behandeling - Effectiviteit
Nadere informatieSamenvatting in Nederlands
* Samenvatting in Nederlands Samenvatting in Nederlands Dit proefschrift is gebaseerd op gegevens verkregen uit het FuPro-CVA onderzoek (Functionele Prognose bij een cerebrovasculair accident (of beroerte)).
Nadere informatiebehandeling volgens de KNGF-richtlijn bij mensen met artrose aan de heup en/of knie.
Samenvatting De primaire doelstelling van het onderzoek was het onderzoeken van de lange termijn effectiviteit van oefentherapie en de rol die therapietrouw hierbij speelt bij patiënten met artrose aan
Nadere informatieFactsheet Astma-/COPD-Monitor Oktober 2007
Factsheet Astma-/COPD-Monitor Oktober 27 Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding worden gebruikt (M. Heijmans, NIVEL, Oktober 27). LEVEN MET COPD VRAAGT OM LEF
Nadere informatieDe bruikbaarheid van geriatrisch assessments
De bruikbaarheid van geriatrisch assessments Marije Hamaker klinisch geriater Diakonessenhuis Utrecht/Zeist Veroudering maakt een mens uniek Truus Groen 100x100 Inschatting vitaliteit is moeilijk Performance
Nadere informatieGeriatrisch assessment: altijd en bij iedereen?
Geriatrisch assessment: altijd en bij iedereen? Bianca Buurman, RN, PhD Afdeling ouderengeneeskunde AMC Amsterdam Levensverwachting en beperkingen in functioneren Van huidige generatie: 50 % nog in leven
Nadere informatieVeilig bewegen in en om het huis. 16 maart 2017
Veilig bewegen in en om het huis 16 maart 2017 Veilig bewegen in en om het huis Cijfers en feiten m.b.t. valincidenten De gevolgen van een val Parkinson en valrisico Risicofactoren en wat kunt u er aan
Nadere informatieValproblematiek in de eerste en tweede lijn. Dr Marielle Emmelot-Vonk Klinisch geriater Geriatrie UMC Utrecht m.h.emmelotvonk@umcutrecht.
Valproblematiek in de eerste en tweede lijn Dr Marielle Emmelot-Vonk Klinisch geriater Geriatrie UMC Utrecht m.h.emmelotvonk@umcutrecht.nl Het komt vaak voor Het heeft belangrijke gevolgen Balans en veroudering
Nadere informatieCHAPTER. Samenvatting
CHAPTER 9 Samenvatting CHAPTER 9 Klachten aan pols en hand komen veel voor; bij 9 tot 12.5% van de Nederlandse volwassenen. Niet alle mensen bezoeken de huisarts voor pols- of handklachten. De huisarts
Nadere informatieBewegen voor, tijdens en na uw ziekenhuisopname Tips adviezen en oefeningen
Bewegen voor, tijdens en na uw ziekenhuisopname Tips adviezen en oefeningen ADRZ in beweging Deze folder geeft u informatie over bewegen voor, tijdens en na uw opname. Het is belangrijk om in beweging
Nadere informatieFysiotherapie Van Heeswijk en Van der Valk
Geachte heer, mevrouw, Fysiotherapie Van Heeswijk en Van der Valk BaLaDe 119 Waalwijk Telefoon: 0416 337651 e mail: Info@hevafysio.nl De dubbele vergrijzing zorgt ervoor dat het percentage ouderen in Nederland
Nadere informatieSamenvatting in het Nederlands
* 137 Samenvatting Het doel van deze dissertatie was het beschrijven van lange termijn resultaten van ernstige tot zeer ernstige ongevalslachtoffers. Ernstig werd gedefinieerd als een letselernst van 16
Nadere informatieWat kan de fysiotherapeut voor u betekenen? Bewe Soe ge pele n r m be et wegen heu me p t - re e u n knieartrose Verzekering
Soepeler Bewegen bewegen met met heup- reuma en knieartrose Tips om zelf uw klachten te verminderen en informatie over wat de fysiotherapeut voor u kan doen Wat is artrose? Artrose is een aandoening van
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/38701 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Visschedijk, Johannes Hermanus Maria (Jan) Title: Fear of falling in older patients
Nadere informatieHANDLEIDING TILBURG FRAILTY INDICATOR (TFI) Een instrument om de mate van kwetsbaarheid bij oudere mensen vast te stellen
HANDLEIDING TILBURG FRAILTY INDICATOR (TFI) Een instrument om de mate van kwetsbaarheid bij oudere mensen vast te stellen T.b.v. de pilot Wijkzorg Gevraagd! in Spijkenisse en Vlaardingen Robbert Gobbens
Nadere informatieValgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland. [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands]
Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands] Klaas A. Hartholt; Nathalie van der Velde; Casper W.N. Looman;
Nadere informatieDefinitie Onder polyfarmacie wordt in dit document verstaan: het gelijktijdig gebruik van 5 of meer verschillende geneesmiddelen.
Toolkit polyfarmacie en medicatieveiligheid Doel 1. De medicamenteuze behandeling van de patiënt optimaliseren 2. Zoveel mogelijk voorkomen van (vermijdbare) bijwerkingen van medicatie 3. De continuïteit
Nadere informatieAGR 6 Beoordeling persoonsprofiel/belastbaarheid
AGR 6 Beoordeling persoonsprofiel/belastbaarheid Naam revalidant: Ecarisnummer: Svp de categorie invullen waarbij je discipline staat Door invulling wordt een beeld verkregen van de mogelijkheden van de
Nadere informatieArtrose Bewegen bij heup- en knieartrose
Artrose Bewegen bij heup- en knieartrose Tips om zelf uw klachten te verminderen en informatie over wat de fysiotherapeut voor u kan betekenen Speciaal voor mensen met artrose is in diverse fysiotherapiepraktijken
Nadere informatieSymposium Onderzoeksresultaten
Symposium Onderzoeksresultaten 2016-2017 Frailty - Onderzoek naar kwetsbaarheid van ouderen in de GGZ zorg. Voorlopige resultaten dr. Hans Barf docent HBO Verpleegkunde, onderzoeker lectoraat Zorg & Innovatie
Nadere informatieFOLDER CHEMOTHERAPIE EN BEWEGEN. Door de Discipline Groep Paramedisch SKION 23 februari 2012
FOLDER CHEMOTHERAPIE EN BEWEGEN Door de Discipline Groep Paramedisch SKION 23 februari 2012 CHEMOTHERAPIE EN BEWEGEN Deze folder is geschreven om u te informeren over het effect van de behandeling voor
Nadere informatieWil Peters Enocent Mobility Solutions. Easysteppers; Daar trap je van op!
Wil Peters Enocent Mobility Solutions Vitale mensen? Hoe wordt je kwetsbaar? Vitaler langer thuis wonen! Welke keuzes heeft u? Hebben vaak geen/weinig beperkingen Bewegen voldoende Goed sociaal netwerk
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra
Nadere informatieVergrijzing van de bevolking in België
Frailty / kwetsbaarheid bij ouderen Nele Van Den Noortgate Diensthoofd Geriatrie Universitair Ziekenhuis Gent Oostende, 27 maart 2015 Vergrijzing van de bevolking in België www.statbel.fgov.be/studies/paper10_nl.pdf
Nadere informatieArtrose knie. Artrose is een aandoening die voor kan komen bij één of meerdere gewrichten.
Artrose knie Wat is artrose? Artrose is een aandoening die voor kan komen bij één of meerdere gewrichten. Een gewricht bestaat uit twee botuiteinden, die zijn bekleed met kraakbeen. Het kraakbeen vangt
Nadere informatieENERGIEK. Bewegingsprogramma bij chronische neurologische aandoeningen
ENERGIEK Bewegingsprogramma bij chronische neurologische aandoeningen Achtergrond Bewegen is goed, voor iedereen! Dat is wat u vaak hoort en ziet in de media. En het is waar, bewegen houdt ons fit en
Nadere informatieEffect van voeding en malnutritie op sarcopenie. symposium 'Voeding bij de geriatrische zorgvrager'
Effect van voeding en malnutritie op sarcopenie symposium 'Voeding bij de geriatrische zorgvrager' Stany Perkisas 30/04/2019 Wat moet je straks wijzer zijn? Waarom sarcopenie op een voedingssymposium?
Nadere informatieLanger thuis wonen? Dat is topsport!
Langer thuis wonen? Dat is topsport! Wil Peters Enocent Mobility Solutions Gevolgen WMO trends in 2016 Jaarlijks 15000 mensen niet meer naar verzorgingstehuis Groot tekort aan passende (sociale) seniorenwoningen
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur
Nadere informatieUitnodiging voor huisartspraktijken voor deelname aan onderzoek Valpreventie in de eerstelijnszorg
Uitnodiging voor huisartspraktijken voor deelname aan onderzoek Valpreventie in de eerstelijnszorg Geachte huisarts, Zorggroep RCH Midden-Brabant heef het initiatief genomen om valpreventie te implementeren
Nadere informatieVallen bij ouderen. Vragen Vallen over bij valproblematiek. Laat ze niet vallen! Dode a.g.v val
Dr. Lotte Enkelaar Bewegingswetenschapper, fysiotherapeut Laat ze niet vallen! On one s own feet Falls, risk factors and falls prevention in persons with mild to moderate intellectual disabilities Vragen
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.
Nadere informatieSomatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten in de 1e lijn Ingrid Arnold
Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten in de 1e lijn Ingrid Arnold LUMC Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde Huisarts te Leiderdorp Uw spreekuur Moeheid Pijnklachten Buikpijn Hoofdpijn
Nadere informatieDoel Preventie van duizeligheid en complicaties bij zelfstandig wonende ouderen.
STAPPENPLAN DUIZELIGHEID IN DE EERSTE LIJN Doel Preventie van duizeligheid en complicaties bij zelfstandig wonende ouderen. STAP 1: Screenen op duizeligheid in de eerste lijn. Hebt u de afgelopen maand
Nadere informatieFysiotherapie bij u in de wijk
Fysiotherapie bij u in de wijk Florence Florence biedt met ruim 4.000 medewerkers onder meer jeugdgezondheidszorg, thuiszorg, verzorgingshuiszorg en verpleeghuiszorg in Den Haag, Delft, Leidschendam-Voorburg,
Nadere informatieChapter 7. Summary and General Discussion. Nederlandse Samenvatting
Chapter 7 Summary and General Discussion Nederlandse Samenvatting 132 Chapter 7 SAMENVATTING VERTRAGING EN DEPRESSIEVE SYMPTOMEN BIJ OUDERE MENSEN Bij veel diersoorten luidt vertraging het einde van het
Nadere informatieRode Vlaggen. Cursus. Directe Toegankelijkheid Oefentherapie
Rode Vlaggen Cursus Directe Toegankelijkheid Oefentherapie Alle rechten voorbehouden Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, foto-kopie, microfilm
Nadere informatieWelke vragenlijst voor mijn onderzoek?
Welke vragenlijst voor mijn onderzoek? NHG wetenschapsdag 2010 Caroline Terwee Kenniscentrum Meetinstrumenten VUmc Afdeling Epidemiologie en Biostatistiek VU medisch centrum Inhoud 1. Presentatie 2. Kritisch
Nadere informatieFysiotherapie en Ergotherapie bij Parkinsonismen
Fysiotherapie en Ergotherapie bij Parkinsonismen Suzanne Ross Woerden, 4 oktober 2014 Agenda Even voorstellen Parkinson netwerk Wat is Fysiotherapie? Wat is Ergotherapie? Parkinsonismen Procedure en verzekering
Nadere informatieMinder last van uw rug
Minder last van uw rug Hoe kunt u pijn onderin uw rug verminderen en nieuwe klachten voorkomen Rugklachten zelf onder controle Pijn in uw rug is lastig en vervelend. Om vele redenen. Uw humeur kan eronder
Nadere informatieParamedische begeleiding bij Multiple Sclerose. Neurologie
Paramedische begeleiding bij Multiple Sclerose Neurologie Inleiding U bent in behandeling bij de neuroloog en de MS-verpleegkundige in het MSbehandelcentrum. De ziekte MS is een chronische ziekte waarbij
Nadere informatieZORGPROGRAMMA VALPREVENTIE. Versie augustus 2013
ContactpersoonA.J.Biewenga,voorzitterenhuisarts Raadhuislaan4 7981EMDiever 0521 592575 biewenga@huisartsdiever.nl InschrijfnummerKamervanKoophandel: 55332544 AGBcoderechtspersoon: 53 530470 Bankrekeningnummer:
Nadere informatieSamenvatting. Gezond zijn of je gezond voelen: veranderingen in het oordeel van ouderen over de eigen gezondheid Samenvatting
Samenvatting Gezond zijn of je gezond voelen: veranderingen in het oordeel van ouderen over de eigen gezondheid 2 2 3 4 5 6 7 8 Samenvatting 161 162 In de meeste Westerse landen neemt de levensverwachting
Nadere informatieVerminder uw kans om te vallen in het ziekenhuis
Verminder uw kans om te vallen in het ziekenhuis Inleiding Een opname in het ziekenhuis kan het risico op vallen doen vergroten. Bijvoorbeeld doordat u niet zo goed uit de voeten kunt wanneer u een infuus
Nadere informatieOud maar niet versleten Vanuit het perspectief van de revalidatie. H.P.M. Verdonk Fysiotherapeut UMCU Docent fysiotherapie HU
Oud maar niet versleten Vanuit het perspectief van de revalidatie H.P.M. Verdonk Fysiotherapeut UMCU Docent fysiotherapie HU Ouderen en multimorbiditeit 2/3 tussen 65 en 75 jaar in Nederland heeft meer
Nadere informatieRust roest, bewegen voor gezonder leven! Wat betekent dat voor de zorg aan ouderen? Dr Jita Hoogerduijn
Rust roest, bewegen voor gezonder leven! Wat betekent dat voor de zorg aan ouderen? Dr Jita Hoogerduijn Bewegen: de geest! Bewegen: het lichaam! 1: De enige zekerheid in ons beroep is de constante verandering
Nadere informatieKom naar buiten en hou je Fit. Kom naar buiten en hou je Fit
Fifty + Fifty + Kom naar buiten en hou je Fit Kom naar buiten en hou je Fit IJSLANDER heeft in samenwerking met Top Health Partners (THP) een lijn bewegingstoestellen voor ouderen ontwikkeld voor in de
Nadere informatieFRAILTY : INTEGRAAL DEFINIËREN EN METEN
FRAILTY : INTEGRAAL DEFINIËREN EN METEN 25 Februari 2012 Robbert Gobbens Katrien Luijkx, Marcel van Assen, Ria Wijnen-Sponselee, Jos schols OPBOUW PRESENTATIE Het definiëren van kwetsbaarheid Het meten
Nadere informatieBiBo-CRC. Richtlijn voor prevalidatie
BiBo-CRC Richtlijn voor prevalidatie Wijzigingen: Onderstaande richtlijn maakt deel uit van een zorgproduct dat nog deels in ontwikkeling is. Er zullen daarom vaker dan gebruikelijk wijzigingen in aangebracht
Nadere informatieStroke-Adapted Sickness Impact Profile (SA-SIP-30)
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Stroke-Adapted Sickness Impact Profile (SA-SIP-30) November 2017 Review: 1. M. Post, B Dijcks 2. Eveline van Engelen Invoer: Marsha Bokhorst 1 Algemene gegevens
Nadere informatieKwetsbare ouderen in het ziekenhuis. Sophia de Rooij
Kwetsbare ouderen in het ziekenhuis Sophia de Rooij 2 Mw C. Bundel-Katz 3 Mw C. Bundel-Katz 4 Mw C. Bundel-Katz 5 Mw C. Bundel-Katz 6 Mw C. Bundel-Katz Voelt zich na een korte wandeling in haar tuin niet
Nadere informatieHet meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Algemeen, overig, ongespecificeerd. Overige (overig, ongespecificeerd)
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument de Morton Mobility Index (DEMMI) 29 december 2011 review: M.P. Jans invoer: E v. Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende
Nadere informatieVal ongevallen hebben bij ouderen vaak ernstige lichamelijke en sociale gevolgen.
Project Valpreventie Voorwoord Vallen komt relatief veel voor bij ouderen en bij mensen met een beperking. De lichamelijke gevolgen van een val zijn vaak groot en de angst voor een volgende val kan van
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Het is een uitdaging om ouderen te identificeren die baat kunnen hebben bij een interventie gericht op de preventie van beperkingen in het dagelijks leven op het moment dat dergelijke
Nadere informatieVoorkom onnodige achteruitgang in het ziekenhuis. Handleiding voor patiënten
Voorkom onnodige achteruitgang in het ziekenhuis Handleiding voor patiënten Waarom deze handleiding? Deze handleiding hoort bij de patiëntveiligheidskaart Voorkom onnodige achteruitgang in het ziekenhuis
Nadere informatieGeven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.
Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van
Nadere informatieWorkshop sociale kwetsbaarheid van ouderen. Symposium Geriatrie - Gezond ouder worden of ouder gezond worden 17 november 2015 Drs.
Workshop sociale kwetsbaarheid van ouderen Symposium Geriatrie - Gezond ouder worden of ouder gezond worden 17 november 2015 Drs. Steven Bunt Even voorstellen Steven Bunt Bachelor Fysiotherapie, Hanzehogeschool
Nadere informatieEenzaam ben je niet alleen
Eenzaam ben je niet alleen Een verdiepend onderzoek naar de risicofactoren van eenzaamheid onder volwassenen van 19-65 jaar. Amy Hofman 1, Regina Overberg 1, Marcel Adriaanse 2 1 GGD Kennemerland, 2 Vrije
Nadere informatieBewegen voor, tijdens en na uw ziekenhuisopname. Tips, adviezen en oefeningen
Bewegen voor, tijdens en na uw ziekenhuisopname Tips, adviezen en oefeningen UMC Utrecht in beweging Wordt u binnenkort opgenomen in het UMC Utrecht? In deze folder hebben wij informatie over bewegen voor
Nadere informatieCamus, A., Mourey, F., d'athis, P., Blanchon, A., Martin-Hunyadi, C., De Rekeneire, N., Mischis-Troussard, C., and Pfitzemeyer, P. (2002).
Mini Motor Test (MMT) Camus, A., Mourey, F., d'athis, P., Blanchon, A., Martin-Hunyadi, C., De Rekeneire, N., Mischis-Troussard, C., and Pfitzemeyer, P. (2002). Meetinstrument Afkorting Auteurs Onderwerp
Nadere informatieIdentification of senior at risk (ISAR)
Identification of senior at risk (ISAR) McCusker, J., Bellavance, F., Cardin, S., Trepanier, S., Verdon, J., and Ardman, O. (1999) "Detection of Older People at Increased Risk of Adverse Health Outcomes
Nadere informatieSummary & Samenvatting. Samenvatting
Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische
Nadere informatieVallen voorkomen in het ziekenhuis
Vallen voorkomen in het ziekenhuis 2 Inleiding U bent opgenomen in CWZ. Wij willen weten of u een verhoogde kans heeft om te vallen. De verpleegkundige stelt u daarvoor een aantal vragen. Uit uw antwoorden
Nadere informatieAdvies- en behandelcentrum. Fysiotherapie. Verbeteren van uw dagelijks bewegen
Advies- en behandelcentrum Fysiotherapie Verbeteren van uw dagelijks bewegen Advies- en behandelcentrum Fysiotherapie is één van de vakgroepen van het Advies- en behandelcentrum, dat deel uitmaakt van
Nadere informatieTrainen bij ouderen 16-11-2010. Inhoud. Even voorstellen. Ruud van der Veen 9 November 2010
Even voorstellen Trainen bij ouderen Ruud van der Veen 9 November 2010 Fysiotherapie MSc Fysiotherapiewetenschap Master Fysiotherapie in de Geriatrie Even voorstellen Inhoud Wat is beweging? Fysiotherapie
Nadere informatieHoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4
Samenvatting SAMENVATTING 189 Depressie is een veelvoorkomende psychische stoornis die een hoge ziektelast veroorzaakt voor zowel de samenleving als het individu. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)
Nadere informatieICHOM en het belang voor de patiënt
DE PATIENT CENTRAAL Maarten de Wit Lent 12 oktober 2017 ICHOM en het belang voor de patiënt T2T Overarching principle B. The primary goal of treating patients with rheumatoid arthritis is to maximize long-term
Nadere informatieKwaliteit van leven bij sarcopenie
Vragenlijst I Duur : ±10 min Kwaliteit van leven bij sarcopenie Deze vragenlijst gaat over sarcopenie. Het betreft een leeftijdsgebonden spierzwakte die uw dagelijkse leven kan beïnvloeden. Dankzij deze
Nadere informatieKNGF-richtlijn Fysiotherapie en osteoporose: aansluiting bij bestaande richtlijnen?
KNGF-richtlijn Fysiotherapie en osteoporose: aansluiting bij bestaande richtlijnen? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp, hoogleraar Paramedische Zorg, Centre for Quality of Care Research, UMC St Radboud, Nijmegen;
Nadere informatie