Wet goed onderwijs, goed bestuur. 1. Waarom deze wet
|
|
- Eva Wouters
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Wet goed onderwijs, goed bestuur 1. Waarom deze wet De wet goed onderwijs, goed bestuur is bedoeld om de kwaliteit van het onderwijs en het onderwijsbestuur beter te kunnen garanderen. Op basis van deze wet krijgt de minister meer bevoegdheden te geven om in te grijpen wanneer scholen onder de maat presteren. Achtergrond hiervan is dat de regering de basiskwaliteit van het onderwijs wil kunnen blijven garanderen bij een toenemende ruimte voor schoolbesturen. De overheid wil meer grip hebben op de wijze waarop besturen omgaan met deze ruimte door in te kunnen grijpen als het bestuur niet op orde is en als schoolprestaties achterblijven. In het kielzog van deze wet wil de minister ook de principes van goed bestuur verder stimuleren en wordt de wettelijke basis gelegd voor (sector) codes voor goed bestuur. Er is veel kritiek geweest op de argumentatie van de regering om deze wet te willen. De Raad van State bijvoorbeeld vindt dat de noodzaak voor de ruimere bevoegdheid van de overheid onvoldoende is aangetoond. Het is bijvoorbeeld niet duidelijk dat de bestaande interventiebevoegdheden en mogelijkheden tekortschieten. Deze kritiek wordt in grote lijnen gedeeld door de onderwijs- en besturenorganisaties. De VO-raad vindt het bezwaarlijk dat de wet uitgaat van ministerieel ingrijpen bij misstanden terwijl het accent op vertrouwen in de eigen verantwoordelijkheid van scholen zou moeten liggen. De christelijke besturenorganisaties wijzen er met name op dat de wet ingrijpt op de vrijheid van onderwijs. De christelijke politieke partijen hebben hierover veel vragen gesteld in de Tweede Kamer. Het kabinet is echter van oordeel dat de wet niet ingrijpt in de onderwijsvrijheid omdat precies is omschreven wanneer de overheid in mag grijpen bij bestuurlijk wanbeheer. Zo wordt er een limitatieve opsomming gegeven wat onder bestuurlijk wanbeheer wordt verstaan. Bovendien kan het ingrijpen altijd via de rechter aangevochten worden. Ook stelt de regering dat het recht op onderwijs zoals in de grondwet is verankerd, betekent recht op goed onderwijs. Onderwijsvrijheid kan dus niet betekenen dat de overheid nooit mag ingrijpen. 2. Wat houdt de wet in De wet kent twee grote componenten. Een component die zich richt op hoe de overheid meer grip kan krijgen op de onderwijskwaliteit van scholen en een onderdeel waarin het goed bestuur nader wordt geregeld. De wet is daarom in de wandelgangen de wet goed onderwijs, goed bestuur gaan heten. Ook zijn er twee interventiemogelijkheden: bij de onderwijskwaliteit is dat de beëindiging van de bekostiging c.q. opheffing van de school (bij ernstig of langdurig tekortschieten in de kwaliteit van het onderwijs). Bij de tweede component, het goed bestuur, is de interventiemogelijkheid een aanwijzingsbevoegdheid (bij ernstige tekortkomingen in het handelen of nalaten van een bevoegd gezag). De twee componenten zijn in de wet te verdelen in vier hoofdpunten die hierna worden uitgewerkt: 1. Eisen aan minimumkwaliteit 2. Aanwijzingsbevoegdheid bij bestuurlijk wanbeheer 3. Scheiding functie toezicht en bestuur 4. Sectorcode goed onderwijsbestuur
2 2.1. Eisen aan minimumkwaliteit In de wet worden eisen geformuleerd voor de minimumkwaliteit van het onderwijs op scholen voor basisonderwijs en voortgezet onderwijs. De overheid wil in kunnen grijpen bij scholen die niet aan deze eisen voldoen. De eisen zijn geformuleerd als wettelijke minimumnormen voor leerresultaten met daarbij behorende procedurevoorschriften. In combinatie kunnen deze leiden tot het oordeel van de inspectie dat de minister daarover moet worden geïnformeerd omdat het onderwijs op een school ernstig of langdurig tekortschiet. Op basis van deze melding en niet eerder kan de minister bepalen dat de school niet voldoet aan de bekostigingsvoorwaarde. In de praktijk krijgt het bestuur van de school dan nog een laatste kans om de vereiste verbetering aan te tonen. Indien de noodzakelijke verbetering van het onderwijs uitblijft, geeft deze wet de minister een aanvullende bevoegdheid om bij wijze van uiterste maatregel de bekostiging van een school om deze reden in het belang van de leerlingen te beëindigen. Wat de minimumkwaliteit precies inhoudt wordt uitgewerkt in Aanwijzingsbevoegdheid bij bestuurlijk wanbeheer De wet geeft de minister de mogelijkheid een aanwijzing te geven in het geval er sprake is van bestuurlijk wanbeheer. Dit kan alleen wanneer er sprake is van ernstige vormen van bestuurlijk tekortschieten van één of meer bestuurders of intern toezichthouders van de rechtspersoon. Goed om te weten is dat de minister hier al de bevoegdheid had om een bekostigingssanctie te treffen. De aanwijzingsbevoegdheid komt er dus bij. Als toegevoegde waarde hiervan wordt genoemd dat een bekostigingssanctie vooral het primaire proces (en dus ook leerlingen en docenten) treft, terwijl een aanwijzing direct van toepassing is op het bestuur. De opsomming is limitatief en betreft: - financieel wanbeleid; - ongerechtvaardigde verrijking, al dan niet beoogd, van de rechtspersoon die de school in stand houdt, zichzelf dan wel een derde; - onrechtmatig handelen, waaronder wordt verstaan het in de hoedanigheid van bestuurder of toezichthouder handelen in strijd met wettelijke bepalingen of de kennelijke geest van wettelijke bepalingen waarmee financieel voordeel wordt behaald ten gunste van de rechtspersoon die de school in stand houdt, zichzelf of een derde, en - het in ernstige mate verwaarlozen van de zorg voor wat door redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd in de omgang met betrokkenen in de schoolorganisatie, waaronder wordt verstaan intimidatie of bedreiging van personeel, leerlingen of ouders door een bestuurder of toezichthouder. Met de aanwijzing kan de minister van de betrokken rechtspersoon verlangen dat de nodige maatregelen worden getroffen om de overtreding van de geschonden norm te herstellen. De aanwijzing kan ook inhouden dat de rechtspersoon wordt aangesproken om te besluiten tot vervanging van één of meer bestuurders of toezichthouders. Indien een aanwijzing niet wordt opgevolgd dan kan een bekostigingssanctie worden getroffen. Behalve de vervanging van bestuurders geeft de wet niet aan welke aanwijzingen er mogelijk zijn. Een aantal partijen in de Tweede Kamer heeft er voor gepleit dat de minister naast de aanwijzing ook een bewindvoerder moet kunnen aanstellen bij wanbeheer. Dit heeft de staatssecretaris niet overgenomen omdat de overheid dan teveel op de stoel van de bestuurders gaat zitten en de overheid dan aanwijzingen zou moeten gaan geven aan een door zichzelf ingestelde bewindvoerder. De VO-raad is het met deze zienswijze eens en vindt het aanstellen van een bewindvoerder zeer ongewenst.
3 2.3 Scheiding functie toezicht en bestuur De tegenhanger van bestuurlijk wanbeheer is goed bestuur. Het kabinet heeft in zijn beleidsprogramma aangekondigd dat principes van goed bestuur nader worden uitgewerkt. Als onderdeel hiervan is in de wet het principe van scheiding van de functies van intern toezicht en bestuur als bekostigingsvoorwaarde opgenomen. Elk bevoegd gezag is dus gehouden invulling te geven aan de functiescheiding. Maar omdat de vorm wordt vrijgelaten mag de scheiding zowel organiek zijn als alleen functioneel. De regering geeft als belangrijk argument voor de scheiding de verdere professionalisering van bestuur en management in het funderend onderwijs. Die professionalisering vraagt om een heldere taakverdeling en verdeling van bevoegdheden tussen bestuur en intern toezichthouder. Dat de vorm wordt vrijgelaten en het bevoegd gezag er ook voor mag kiezen de scheiding tussen toezicht en bestuur alleen functioneel te regelen, is gedaan omdat er een grote bestuurlijke variëteit bestaat en bijvoorbeeld ook kleine scholen met de scheiding uit de voeten moeten kunnen. In de eigen Code goed onderwijsbestuur van de VO-raad is de (minimaal functionele) scheiding tussen toezicht en bestuur ook opgenomen. De leden van de VO-raad hebben daarmee gezegd dat zij deze scheiding onderschrijven, een belangrijk onderdeel van goed bestuur vinden en zich hier aan houden. De implementatieperiode hiervoor loopt eind schooljaar 2009/2010 af, precies op het moment dat de wet in werking gaat. 2.4 Sectorcode goed onderwijsbestuur Als vierde element stimuleert de wet de ontwikkeling van sectorcodes voor goed bestuur. Van schoolbesturen mag worden verlangd dat hun handelen in overeenstemming is met de afspraken uit de code die zij hanteren. Hierbij past dat bevoegde gezagsorganen zich daarover volgens het principe van pas toe of leg uit publiekelijk verantwoorden in hun bestuursverslag. Daarbij is voorzien in de mogelijkheid dat bij een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) door de minister een sectorcode voor goed bestuur kan worden aangewezen. Concreet staat in de volgende punten benoemd wat in de code moet zijn geregeld: - een beleid waarin de eigen deskundigheid en verantwoordelijkheid van het personeel voor de kwaliteit van het onderwijs tot haar recht komt; - een integere bedrijfsvoering, waaronder voorzieningen om verstrengeling van belangen tegen te gaan, en - afstemming met en verantwoording aan de ouders en andere belanghebbenden binnen en buiten de school. Door dit onderdeel in de wet heeft de Code goed onderwijsbestuur van de VO-raad een grotere betekenis gekregen. In 4.2. gaan we nader in op de verschillen tussen de code van de VO-raad en de bepalingen hierover in de wet.
4 3. Onderwijskwaliteit 3.1 Wat is minimumkwaliteit Ook zonder de wet heeft de school zorg te dragen voor de kwaliteit van het onderwijs op de school. Dit wordt aangeduid met de term zorgplicht. Wat daar onder minimaal verstaan moet worden, is echter niet vastgelegd. De wet geeft invulling aan de zorgplicht door minimumeisen te stellen aan de kwaliteit van de leerresultaten van de school. Dit zijn dezelfde eisen als die de onderwijsinspectie hanteert. Een school die door de onderwijsinspectie als zeer zwak wordt beoordeeld voldoet niet aan de minimumkwaliteit. Een zeer zwakke school is een school waarbij de leerresultaten sterk achterblijven bij wat van die school, met die leerlingpopulatie, verwacht mag worden. Een school die langdurig zeer zwak is en die het niet tijdig lukt de weg omhoog te vinden wordt door de onderwijsinspectie bij de minister gemeld. Het gaat er dan altijd om dat de school niet voldoet aan de minimumeisen die als bekostigingsvoorwaarde zijn gesteld aan de kwaliteit, en vervolgens dat de school onvoldoende vorderingen laat zien om de situatie te herstellen. Belangrijk is om eenduidige normen vast te stellen die ook meetbaar zijn (zie ook de kritiek hieronder). De wet geeft de hoofdelementen aan waarop beoordeeld gaat worden, de nadere uitwerking van de hoofdlijnen worden nog in een AMvB en ministeriële regeling neergelegd. De wet legt vast dat de kwaliteit uitsluitend wordt beoordeeld op: 1. het doorstroomrendement 2. de examenresultaten Op dit moment (huidige situatie) hanteert de onderwijsinspectie daarbij vier indicatoren: - doorstroomrendement in de onderbouw (van basisschooladvies naar derde jaar) - doorstroomrendement in de bovenbouw (van derde jaar naar examenjaar) - het gemiddeld cijfer van het centraal examen - afstand tussen gemiddelde CE en SE Met de verankering van deze twee hoofdelementen in de wet is niet gezegd dat het meten en beoordelen van de minimum onderwijskwaliteit in de toekomst niet kan veranderen. De uitwerking van de elementen, de indicatoren en de wijze waarop die worden gemeten, worden daarom geregeld in een AMvB en ministeriële regeling. Kritiek De kritiek op de normstelling is dat dit soort normen niet objectief en absoluut zijn te meten. De Raad van State acht dat wel noodzakelijk als dergelijke normen gebruikt worden om een bekostigingssanctie op te leggen. Deze kritiek is door de regering weerlegd met de argumentatie dat er geen andere normen worden gebruikt dan die de inspectie hanteert, dat daarover consensus bestaat en dat de inspectie hierover voortdurend in gesprek blijft met het veld. Deze normen zijn daardoor objectief en tevens relatief omdat er rekening gehouden wordt met schoolkenmerken. Tevens wordt als argument aangevoerd dat de procedure waardoor de normen tot stand komen en gemeten worden zullen worden vastgelegd in ministeriële regelingen. Deze regelingen zijn op dit moment nog niet vastgesteld.
5 3.2 Wat is de rol van de zeer zwakke scholen Een zeer zwakke school is een school die onder de grens van de minimum onderwijskwaliteit is gezakt. In die zin spelen de zeer zwakke scholen een grote rol in deze wet. Het kabinet wil het aantal zeer zwakke scholen terugdringen. Het invoeren van onderwijskwaliteit als bekostigingsvoorwaarde geeft de mogelijkheid om de bekostiging van zeer zwakke scholen te stoppen en is zo het sluitstuk van de aanpak van zeer zwakke scholen. Het verschil met de huidige situatie is dat er nu met zeer zwakke scholen alleen bestuurlijke afspraken kunnen worden gemaakt en dat met de nieuwe wet er uiteindelijk een bekostigingssanctie kan worden opgelegd. Overigens wordt daarbij benadrukt dat er vooral een preventieve werking van uit zou moeten gaan. Kritiek In de Tweede Kamer is er veel discussie geweest over de vraag of de tijdspanne waarin een school zeer zwak mag zijn niet te lang is en hoe lang het mag duren voordat er echt ingegrepen wordt. Iedereen is het erover eens dat een school zo kort mogelijk als zeer zwak te boek mag staan. Maar een school moet ook de tijd krijgen om te herstellen en genomen maatregelen ter verbetering zijn niet van de ene op de andere dag effectief. De staatssecretaris heeft in deze discussie met name gewezen op het kunnen ingrijpen bij scholen die onwillig blijken te zijn. In die situatie biedt het ingrijpen door de inspectie te weinig soelaas en wil de minister kunnen ingrijpen. Dit levert tijdswinst op. Schoolbesturen die te weinig vorderingen laten zien, kunnen met de wet sneller worden aangepakt. 4. Kenmerken van Goed bestuur in de wet en in de code 4.1. Scheiding toezicht bestuur Vormvrije functiescheiding Onderdeel van de wet is dat het principe van scheiding van de functies van intern toezicht en bestuur als bekostigingsvoorwaarde is opgenomen. Elk bevoegd gezag dient invulling te geven aan deze functiescheiding. Maar de vorm wordt vrijgelaten: de scheiding mag zowel organiek zijn als alleen functioneel. Wat betekent dit voor de verschillende rechtsvormen? Vereniging Als er sprake is van een vereniging en het bevoegd gezag heeft gekozen voor een functionele scheiding tussen bestuurders en toezichthouders, dan is het bijvoorbeeld mogelijk dat : - de algemene ledenvergadering naast de bestuurders ook de toezichthouders benoemt. - de algemene ledenvergadering zélf het toezichthoudend orgaan is. Als er sprake is van een algemeen bestuur en een dagelijks bestuur - dan kan het algemeen bestuur bijvoorbeeld ook de toezichthouder benoemen. - is het ook mogelijk om de genoemde bestuurlijke taken te delegeren of te mandateren aan het management, waarbij het bestuur optreedt als toezichthouder. Stichting - Als er sprake is van een stichting, benoemt het zittende bestuur vaak de eigen nieuwe bestuursleden. Voor de toezichthouders kan hetzelfde gelden: de eerste keer kunnen de toezichthouders in de statuten worden benoemd; bij (gedeeltelijke) wisseling van de toezichthouders kunnen de zittende toezichthouders nieuwe toezichthouders benoemen. - Is er sprake van een stichting openbaar onderwijs dan heeft de gemeenteraad een doorslaggevende invloed op de samenstelling van de RvT. De invloed op de samenstelling van het bestuur is daarmee overgedragen aan de RvT. Openbaar onderwijs: integrale bestuursvorm en bestuurscommissie
6 - Bij de integrale bestuursvorm en het model met een bestuurscommissie is reeds een sterke scheiding tussen bestuur en toezicht aanwezig. In het eerste geval is dit geregeld door de duale verhouding tussen gemeenteraad en het College van Burgemeester en Wethouders. Bij een bestuurscommissie dient de gemeente dat te regelen bij de verordening waarin de gemeente bevoegdheden overdraagt aan de bestuurscommissie. In deze modellen bestaat er geen RvT Onafhankelijk toezicht Het interne toezicht moet wel onafhankelijk van het bestuur kunnen functioneren. Daarom zijn er in de wet een aantal voorwaarden gesteld waaraan de toezichtfunctie moet voldoen. Die voorwaarden zijn gericht op het waarborgen van een eigenstandige en onafhankelijke positie van het intern toezicht binnen de organisatie. Het gaat dan de volgende voorwaarden: - Toezichthouders mogen geen directe belangen in de school hebben, d.w.z. geen opdrachtgever of werknemer zijn. - Als er gekozen is voor een Raad van Toezicht, mogen de toezichthouders geen lid zijn van het bestuur. - Benoeming vindt plaats aan de hand van profielen die zijn vastgesteld na advies van de MR. De profielen zijn openbaar. - Op verzoek van de kamer heeft de MR voordrachtsrecht gekregen voor één kandidaat voor de RvT. De staatssecretaris heeft daarbij wel aangegeven dat deze persoon gekozen wordt zonder last of ruggespraak en dus ook een onafhankelijk positie heeft. Om de toezichthouder deugdelijk en onafhankelijk zijn werk te kunnen laten doen, worden de volgende taken genoemd in de wet: - De toezichthouder heeft goedkeuringsrecht met betrekking tot begroting en jaarverslag en houdt toezicht op de naleving van wettelijke verplichtingen en de afwijkingen van de branchecode. Deze taken leiden tot invloed op het beleid en de gang van zaken bij de school. - Het toezien op de verwerving en bestemming en aanwending van de middelen maakt de interne toezichthouder (mede)verantwoordelijk voor deze aspecten. - De toezichthouder wijst de instellingsaccountant aan die rapport aan hem uitbrengt - Als er sprake is van een RvT dan ligt - ook bij de openbare rechtspersoon en een stichting openbaar onderwijs- de goedkeuring van de begroting bij de RvT (en niet bij de gemeenteraad) Vastleggen in statuten - De toezichthouder legt in het jaarverslag verantwoording af over zijn handelen, en over de manier waarop het toezicht wordt uitgeoefend. - De wijze waarop het bestuur (bevoegd gezag) van een rechtspersoon wordt benoemd, is in de statuten vastgelegd. Op dezelfde wijze zal de benoemingsprocedure van de toezichthouder in de statuten vastgelegd moeten worden.
7 4.2 Sectorcode Sectorcode in de wet Een sectorcode voor goed bestuur is een instrument van en voor het onderwijsveld om via zelfregulering de kwaliteit van het bestuur te verbeteren. Een door partijen gezamenlijk opgestelde code versterkt het vertrouwen van direct betrokkenen zoals ouders en personeel en van de maatschappelijke omgeving. De code geeft aan welke opvattingen de sector heeft over de principes van goed bestuur en op welke wijze de sector gegeven het wettelijke kader hieraan uitwerking geeft. Voor het voortgezet onderwijs heeft de VO-raad op 27 mei 2008 de Code goed onderwijsbestuur VO vastgesteld die bindend is verklaard. Daarmee valt het onder het principe pas toe of leg uit. De overheid heeft de code opgenomen in de wet om daarmee het instrument een wettelijke basis te geven. Dit betekent dat het bevoegd gezag in het bestuursverslag aan dient te geven welke code wordt gehanteerd. Omdat de inhoud van de code een zaak van het veld wordt gevonden, zijn er een beperkt aantal eisen gesteld: - aandacht voor de wijze waarop de deskundigheid en verantwoordelijkheid van de onderwijsgevende voor de kwaliteit van het onderwijs binnen de onderwijsorganisatie wordt geborgd; - integer bestuur; - de verantwoording aan de ouders en andere belanghebbenden binnen en buiten de school. De wet biedt daarnaast in de vorm van een kan-bepaling de mogelijkheid voor de minister om al dan niet op verzoek van het onderwijsveld, een of meer codes aan te wijzen. Verder dient de sector zelf activiteiten te ontplooien die de invoering ondersteunen, zoals communicatie over de betekenis en het belang van de code. Dit geldt ook voor de versterking van competenties van (professionele) bestuurders en toezichthouders die nodig zijn voor het in de praktijk brengen van de principes van goed bestuur De code van de VO-raad De Code goed onderwijsbestuur van de VO-raad biedt een set principes als uitgangspunt voor het handelen van de instellingen in het voortgezet onderwijs. De principes hebben betrekking op de verhouding toezicht en bestuur, horizontale dialoog en verantwoording, transparant en integer bestuur, taken en werkwijze van het bestuur en sturing en beheersing. De code bevat een kapstokartikel dat het mogelijk maakt om algemene standaarden toe te voegen, zoals de Standaard Kwaliteitsborging Schoolexamens. In de missieverklaring waarmee de code opent, plaatst de code de principes van goed bestuur tegen de achtergrond van de verantwoordelijkheid van het bestuur voor de kwaliteit van het onderwijs en voor goed werkgeverschap. Voor de invoering is een overgangstermijn van twee jaar bepaald waarna de instellingen volledig aan de code moeten voldoen. In 2009 heeft de VO-raad een quick scan uitgevoerd naar de stand van zaken van de implementatie. In de zomer van 2010, als de implementatieperiode afloopt wordt een uitgebreid onderzoek gedaan naar de implementatie. Hiervoor is een monitoringscommissie ingesteld. Met het oog op de naleving van de code is een onafhankelijke klachtencommissie ingesteld bestaande uit vertegenwoordigers van de instellingen.
8 De code van de VO-raad bestaat uit de volgende kernpunten: 1. Scheiding toezicht en bestuur 2. Horizontale verantwoording 3. Integriteitsbeleid 4. Sturing en beheersing Scheiding toezicht en bestuur Net als in de wet legt de code nadruk op de scheiding tussen het intern toezicht en het bestuur en zijn de bepalingen gericht op de onafhankelijkheid van de bestuurder en de toezichthouder. Belangrijk punt in de code is dat de wijze waarop de scheiding wordt aangebracht, is vastgelegd in de statuten en reglementen. Daarbij moet goed beschreven worden hoe de verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn belegd ten aanzien van besturen, toezicht houden en verantwoorden. Tevens moet duidelijk zijn hoe de organen zijn samengesteld en welke werkwijze er wordt gehanteerd. In de code staat beschreven welke taken in ieder geval zijn belegd bij de toezichthouder en welke zijn belegd bij de bestuurder. Er zijn hierbij geen afwijkingen ten opzichte van de wet, hooguit is de wet iets specifieker in de beschrijving van de taakverdeling en de bepalingen over de benoemingen. Beide hebben echter de intentie van scheiding van verantwoordelijkheden, onafhankelijkheid en transparantie. Horizontale verantwoording Horizontale verantwoording is in de code van de VO-raad een belangrijk punt. Gedachte daar bij is dat daar waar de beleidsruimte toeneemt, horizontale verantwoording belangrijker wordt om de vrijheid naar de belanghebbenden en de omgeving te verantwoorden. Naarmate de sector beter in staat is de horizontale verantwoording vorm te geven, kan de verticale verantwoording beperkt worden. Horizontale verantwoording zorgt er ook voor dat een code niet vrijblijvend is. De code benoemt de volgende punten: - Belanghebbenden zijn in ieder geval ouders, leerlingen en medewerkers; - De instelling heeft beleid voor de communicatie met en invloed van belanghebbenden; - De instelling heeft een regeling die het belanghebbenden mogelijk maakt ideeën, wensen en klachten kenbaar te maken; - In het jaarverslag wordt de wijze waarop invulling gegeven wordt aan de horizontale verantwoording beschreven; - Vastgelegd is welke informatie de instelling in ieder geval verstrekt aan de belanghebbenden: - functies en werkwijze bestuur en intern toezicht, organen en taken - werkzaamheden van bestuur en toezichthouder van het afgelopen jaar - reglement van de bestuurder en de toezichthouder - in hoeverre de instelling voldoet aan de code: pas toe of leg uit principe Integriteitsbeleid In de code is vastgelegd dat de instelling dient te beschikken over een klokkenluidersregeling. Dit valt onder de verantwoordelijkheid van de toezichthouder. Sturing en beheersing In de code is vastgelegd dat: - de instelling op haar doelstelling stuurt d.m.v. periodieke meting van zaken die de doelstellingen beïnvloeden; - de instelling haar kwaliteit waarborgt d.m.v. afdoende kwaliteitszorg; - de instelling een planning en control cyclus heeft waardoor prestatiesturing een constante factor is. Onderdelen zijn een meerjarenplan, jaarplan, begroting en periodieke rapportage over de prestaties van de instelling; - de instellingen beleid heeft en maatregelen ten aanzien van risicobeheersing
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
31 828 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet medezeggenschap op scholen en de Leerplichtwet 1969 in verband met de invoering
Nadere informatieCode Goed Onderwijsbestuur VO
VO-raad Postadres Postbus 8282 3503 RG Utrecht T 030 232 48 00 F 030 232 48 48 W www.vo-raad.nl E info@vo-raad.nl Code Goed Onderwijsbestuur VO Code Goed onderwijsbestuur in het voortgezet onderwijs Inhoud
Nadere informatieScheiding bestuur en toezicht bij Scholengroep OPRON. Bijeenkomst gemeenten
Scheiding bestuur en toezicht bij Scholengroep OPRON Bijeenkomst gemeenten Scheiding bestuur en toezicht Inhoud: 1. De aanleiding 2. De wetswijziging 3. De mogelijkheden om bestuur en toezicht te scheiden
Nadere informatieCode Goed Onderwijsbestuur Code Goed onderwijsbestuur in het voortgezet onderwijs
Code Goed Onderwijsbestuur Code Goed onderwijsbestuur in het voortgezet onderwijs Datum: 27 mei 2008 Versie: 0.9 Inhoud Preambule 2 Algemene bepalingen 4 Horizontale verantwoording 6 Verhouding toezicht
Nadere informatieOp basis van de huidige statuten dient een dergelijke wijziging goedgekeurd te worden door u als gemeenteraad.
Adviesnota Raad Raadsvergadering d.d. : 19 februari 2014 Agendapunt : 15 Onderwerp : Voorstel tot instemming met de statutenwijziging van Stichting PrimAH Portefeuillehouder : wethouder H.J. Dijkstra Datum
Nadere informatieGevolgen van de Wet goed onderwijs Goed onderwijsbestuur voor de verhouding tussen gemeenten en verzelfstandigd openbaar onderwijs.
Gevolgen van de Wet goed onderwijs Goed onderwijsbestuur voor de verhouding tussen gemeenten en verzelfstandigd openbaar onderwijs. Per 1 augustus 2010 is de Wet Goed onderwijs Goed onderwijsbestuur in
Nadere informatieNr. 2011-046 Houten, 30 augustus 2011
Raadsvoorstel Nr. 2011-046 Houten, 30 augustus 2011 Onderwerp: Wijzigen bestuursmodel Stichting Openbaar Onderwijs Houten Beslispunten: 1. In te stemmen met de invoering van een College van Bestuur met
Nadere informatieScheiding bestuur en toezicht
Scheiding bestuur en toezicht Even voorstellen: Jan Bustin, senior adviseur Vos/abb consulting sinds begin 2010 Daarvoor: Lid centrale directie bij een stichting voor primair onderwijs (3400 lln, 350 medewerkers)
Nadere informatieManagementsamenvatting Onderzoek Code Goed Bestuur. Monitoringscommissie Code Goed Bestuur, VO-raad. 21 januari 2011
Managementsamenvatting Onderzoek Code Goed Bestuur Monitoringscommissie Code Goed Bestuur, VO-raad. 21 januari 2011 Twee jaar na invoering van de Code Goed Onderwijsbestuur heeft een grote meerderheid
Nadere informatieCode Goed Bestuur in het Primair Onderwijs (versie 2012)
Code Goed Bestuur in het Primair Onderwijs (versie 2012) I. Algemene bepalingen Artikel 1 - Begripsbepalingen In deze code wordt verstaan onder: a) Wet: de Wet op het Primair Onderwijs dan wel de Wet op
Nadere informatieConvenant Almeerse Scholen Groep Gemeente Almere
Convenant Almeerse Scholen Groep Gemeente Almere Partijen 1. de publiekrechtelijke rechtspersoon: gemeente Almere, ter zake van de convenant op grond van artikel 171 eerste lid Gemeentewet vertegenwoordigd
Nadere informatieCode Goed Bestuur Kolom
Code Goed Bestuur Kolom Vastgesteld door Raad van Toezicht en College van Bestuur op 26 september 2017. Daar op het bevoegd gezag (van Kolom) codes vanuit meerdere onderwijssectoren van toepassing zijn,
Nadere informatie2) Instemmen met de benoeming van de voorgedragen leden van de Raad van Toezicht van de Stichting openbaar onderwijs Marenland;
Gemeente Appingedam Raadsvoorstel Raadsagenda d.d.: 14 maart 2016 Voorstel nummer : 8 Behandelend ambtenaar : Willem van der Oest Telefoonnummer : 0596 691194 E-mailadres : w.vanderoest@appingedam.nl Portefeuillehouder
Nadere informatieCode Goed Bestuur. in het Primair Onderwijs
Code Goed Bestuur in het Primair Onderwijs Contactgegevens Stichting Hervormde Scholen De Drieslag Jacob Catsstraat 82 3771 GM Barneveld tel. 0342 478243 www.dedrieslag.nl Dhr. A. van den Berkt Algemeen
Nadere informatieDe Wet goed onderwijs, goed bestuur: vormen van toezicht
3 De Wet goed onderwijs, goed bestuur: vormen van toezicht Op 1 augustus 2010 is de Wet goed onderwijs, goed bestuur in werking getreden. Een van de elementen uit deze wettelijke regeling is de verplichting
Nadere informatieOnderwerp: Statutenwijziging Stichting openbaar onderwijs Marenland.
Raadsvergadering 22 februari 2016 Nr.: 10 AAN de gemeenteraad Onderwerp: Statutenwijziging Stichting openbaar onderwijs Marenland. Portefeuillehouder: Wethouder B. Schollema. Ter inzage liggende stukken:
Nadere informatieToezichtkader RSV Breda VO Inleiding.
Toezichtkader RSV Breda VO 3003. Inleiding. In het toezichtkader van de Inspectie voor het Onderwijs is onder kwaliteitsaspect management en organisatie de indicator 2.6. als volgt beschreven: Het samenwerkingsverband
Nadere informatieOrganisatie toezicht stichting Proo
Nr. PRO1500024 Casenr. PRO15-0003 Naam : J. Aalbers Datum : 16 april 2015 pagina 2 van 6 Inhoudsopgave 1. Samenvatting 2. Achtergrond 3. Regelgeving 4. Toezicht Proo 5. Intern toezicht 6. Extern toezicht
Nadere informatieNotitie toezicht openbaar onderwijs
Notitie toezicht openbaar onderwijs 1. Taak/verantwoordelijkheid gemeente...1 2. Taakafbakening met Centrum financiële instellingen...1 3. Probleemstelling...2 4. Verbetervoorstellen...2 5. Conclusie en
Nadere informatieConceptcode GOED ONDERWIJSBESTUUR VOS/ABB primair onderwijs Conceptcode Goed onderwijsbestuur
Conceptcode GOED ONDERWIJSBESTUUR VOS/ABB primair onderwijs Conceptcode Goed onderwijsbestuur Inleiding De code is opgebouwd uit twee elementen. Het eerste deel bestaat uit een aantal uitgangspunten en
Nadere informatieBij elk domein zijn een aantal vragen geformuleerd. Daarop zijn drie antwoorden mogelijk: de code goed bestuur zijn GEEL gekleurd.
Quickscan Governance Op 1 augustus 2010 is de Wet Goed Onderwijs, Goed Bestuur van kracht geworden. In deze wet wordt onder meer geregeld wat wordt verstaan onder goed bestuur. Kern van de wet is de plicht
Nadere informatieCode Goed Bestuur en Toezicht. van de Scholengroep Rijk van Nijmegen
Code Goed Bestuur en Toezicht van de Scholengroep Rijk van Nijmegen datum: 21 maart 2012 Inhoud 1. Preambule 3 2. Algemene bepalingen 3 3. Horizontale verantwoording 4 4. Professionaliteit 5 5. Integriteit
Nadere informatieOnderwerp: Herbenoeming leden van de Raad van Toezicht Esdal College.
*13.15375* Behandelend ambtenaar: C. Houtenbos Afdeling/cluster: afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling/cluster JOS Telefoonnr.: 0591-535387 Portefeuillehouder: Onderwerp: Herbenoeming leden van de Raad
Nadere informatieWijziging statuten Stichting openbaar onderwijs Marenland
AAN DE RAAD VAN DE GEMEENTE TEN BOER Raadsvergadering: 24 februari 2016 Registratienummer: TB16.5527469 Agendapunt: 10 Onderwerp: Wijziging statuten Stichting openbaar onderwijs Marenland Voorstel: I.
Nadere informatieE. (Edward) Moolenburgh Directeur. VBS, september VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1
E. (Edward) Moolenburgh Directeur VBS, september 2018 VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1 INHOUD VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 2 1. Dit formulier is bedoeld om te checken of een
Nadere informatieReglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit
Reglement College van Bestuur Onderwijsstichting Esprit Amsterdam, vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht op 4 december 2015, door het College van Bestuur in haar vergadering van 7 december
Nadere informatieReglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit
Reglement College van Bestuur Onderwijsstichting Esprit Amsterdam, vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht op 17 maart 2017, door het College van Bestuur in haar vergadering van 20 maart
Nadere informatieCheck code goed bestuur VO
Check code goed bestuur VO E. (Edward) Moolenburgh Directeur emoolenburgh@vbs.nl VBS, september 2018 VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1 INHOUD 1. Check code goed bestuur VO 3 VBS Verbindend
Nadere informatieMini ALV. 21 maart 2013
Mini ALV 21 maart 2013 Agenda 1. Opening 2. Mededelingen 3. Notulen 6 november 4. Terugkoppeling plan van aanpak n.a.v. ouderenquête 5. Concept statuten 6. Begroting 2013 en voorlopige cijfers 2012 7.
Nadere informatieOverleg met de Toezichthouder
Overleg met de Toezichthouder Handreiking Goede Medezeggenschap Handreiking goede medezeggenschap Overleg met de toezichthouder Inleiding Deze handreiking goede medezeggenschap is onderdeel van een reeks
Nadere informatieIntegriteitscode. Integriteitscode van de Stichting voor PC Voortgezet Onderwijs in de Noordoostpolder e.o
Integriteitscode Het college van bestuur van Stichting voor PC Voortgezet Onderwijs in de Noordoostpolder e.o. besluit gelet op richtlijn 9 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO d.d. 4 juni 2015 tot vaststelling
Nadere informatieIntegriteitscode. Stichting Scholengroep Leonardo da Vinci;
Integriteitscode Stichting Scholengroep Leonardo da Vinci Het college van bestuur van Stichting Scholengroep Leonardo da Vinci besluit d.d. 19 mei 2016 gelet op richtlijn 9 van de Code Goed Onderwijsbestuur
Nadere informatieE. (Edward) Moolenburgh Directeur. VBS, september VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1
E. (Edward) Moolenburgh Directeur VBS, september 2018 VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1 INHOUD VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 2 1. Het bevoegd gezag draagt zorg voor een scheiding
Nadere informatieCode Goed Bestuur in het primair onderwijs
Code Goed Bestuur in het primair onderwijs (Versie 1 augustus 2017) I. Algemene bepalingen Artikel 1 - Begripsbepalingen In deze code wordt verstaan onder: a) Wet: de Wet op het Primair Onderwijs dan wel
Nadere informatieDe gedragscode Goed Bestuur van de Stichting Openbaar Primair Onderwijs Zuid- Kennemerland. (STOPOZ)
De gedragscode Goed Bestuur van de Stichting Openbaar Primair Onderwijs Zuid- Kennemerland. (STOPOZ) Vastgesteld in de vergadering van het bestuur van de Stichting Openbaar Primair Onderwijs Zuid- Kennemerland
Nadere informatie5. Stichting IKC+, een statutair te Almere gevestigde stichting, met adres Randstad 20-31, 1314 BC Almere, hierna te noemen: "Stichting IKC+
CONVENANT ALMEERSE SCHOLEN GROEP-GEMEENTE ALMERE PARTIJEN, 1. de publiekrechtelijke rechtspersoon: gemeente Almere, in het bijzonder handelende voor de gemeenteraad vanwege de aan de gemeenteraad bij de
Nadere informatieREGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT HOGESCHOOL LEIDEN
REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT HOGESCHOOL LEIDEN ALGEMEEN Artikel 1. Algemene bepalingen 1. Dit reglement is het huishoudelijk reglement van de Raad van Toezicht, bedoeld in artikel 15 van de statuten van
Nadere informatieReglement Raad van Toezicht
Reglement Raad van Toezicht ter uitvoering van artikel 14, lid 3, van de statuten van de Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Ermelo Begrippen In dit reglement wordt onder Raad verstaan
Nadere informatieToezichtkader Raad van Toezicht SGR
Toezichtkader Raad van Toezicht SGR Vastgesteld door de Raad van Toezicht van SGR op 14 april 2015 Inleiding Vanaf 2011 zijn bij de SGR de functies van bestuur en intern toezicht gescheiden. Deze functiescheiding
Nadere informatieIntegriteitscode 1. Er is een aparte integriteitscode externe relaties (zie ook de website).
Integriteitscode 1 Het College van Bestuur van de Stichting voor Christelijk Voortgezet Onderwijs Zuidoost Friesland (CSG Liudger) te Drachten, Burgum en Waskemeer besluit - gelet op richtlijn 9 van de
Nadere informatieCode Goed Bestuur in het Primair Onderwijs
Code Goed Bestuur in het Primair Onderwijs Preambule De leden van de PO-Raad hebben op 21 januari 2010 deze code vastgesteld als leidraad voor goed bestuur in het primair onderwijs. Vaststelling van de
Nadere informatieReglement Raad van Toezicht. Stichting Hogeschool Leiden CONCEPT 140331 ALGEMEEN
Reglement Raad van Toezicht Stichting Hogeschool Leiden ALGEMEEN Artikel 1. Algemene bepalingen 1. Dit reglement is het Huishoudelijk Reglement van de Raad van Toezicht, bedoeld in artikel 15 van de Statuten
Nadere informatieManagementstatuut VO - PO
Managementstatuut VO - PO Versie 10-10-2017 1 Basis Wet en regelgeving Statuten art. 6 lid 3 WVO art. 32c / WPO art. 31 CAO-VO / CAO-PO Archief CvB CA 1.0 Van toepassing op/voor Gehele scholengroep Over-
Nadere informatieNaar een Raad van Toezicht. Vereniging voor Gereformeerd Voortgezet Onderwijs voor Westelijk Nederland
Naar een Raad van Toezicht Vereniging voor Gereformeerd Voortgezet Onderwijs voor Westelijk Nederland April 2011 0 Inhoud Naar een Raad van Toezicht... 0 1. Waarom een Raad van Toezicht- model?... 2 2.
Nadere informatieINTEGRALE KWALITEITSZORG PASSEND ONDERWIJS GOEREE-OVERFLAKKEE
INTEGRALE KWALITEITSZORG PASSEND ONDERWIJS GOEREE-OVERFLAKKEE Inhoud 1. Inleiding 2. Kwaliteit gedefinieerd 3. Parameters en normen 4. Het cyclische systeem van kwaliteitszorg 5. Instrumenten 6. Planning
Nadere informatieBESCHRIJVING BESTUURLIJKE ORGANISATIE VERENIGING GEREFORMEERD ONDERWIJS MIDDEN BRABANT BASISSCHOOL IMMANUËL BEST
BESCHRIJVING BESTUURLIJKE ORGANISATIE VERENIGING GEREFORMEERD ONDERWIJS MIDDEN BRABANT BASISSCHOOL IMMANUËL BEST Versie 10.0 / revisie datum 16/09/2012 INHOUD 1 Inleiding 2 Bestuurlijke organisatie 2.1
Nadere informatieCode Goed onderwijsbestuur in het voortgezet onderwijs. I Inleiding
Code Goed onderwijsbestuur in het voortgezet onderwijs I Inleiding De sector voortgezet onderwijs kent nu, zoals dat in de meeste andere sectoren het geval is, een code voor good governance ofwel goed
Nadere informatieReglement Raad van toezicht
Reglement Raad van toezicht Meerwegen scholengroep Stichting PCVOE Versie 1.1 Vastgesteld door de Raad van Toezicht op: 18 december 2017 Preambule Dit Reglement Raad van Toezicht is opgesteld conform de
Nadere informatieReglement van de Raad van Toezicht
Van de besluit gelet op richtlijn 23 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO d.d. 4 juni 2015 en artikel 11 lid 4 van de statuten van de stichting tot vaststelling van het onderstaande Reglement van de Raad
Nadere informatiehttp://wetten.overheid.n1/b WBR0003420/Hoofdstukl/Titelll/Afdelm.
wetten.nl - Wet- en regelgeving printen - Wet op het primair onderwij. http://wetten.overheid.n1/b WBR0003420/Hoofdstukl/Titelll/Afdelm. Wet op het primair onderwijs, Artikel 17c Artikel 17c. Inhoud intern
Nadere informatieReglement intern toezicht
Reglement intern toezicht De raad van toezicht van de Stichting Scala College en Coenecoop College besluit gelet op richtlijn 23 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO d.d. 4 juni 2015 en artikel 2 lid 1
Nadere informatiehet bevorderen van de kwaliteit van DVN, door realisering van de doelen van DVN, juiste besteding van middelen en efficiënte bedrijfsvoering;
Code Goed Bestuur DVN vastgesteld in de Ledenraad van 6 oktober 2012 Vooraf DVN heeft een aantal kernwaarden vastgelegd rondom de houding, gedragingen en cultuur van de vereniging DVN. Deze zijn uitgewerkt
Nadere informatieAan de Gemeenteraad. Raadsvoorstel nr. 694681
meppel.nl Raadsvoorstel Agendapunt: VII/9. Meppel, 2 juni 2015 Aan de Gemeenteraad. Raadsvoorstel nr. 694681 Onderwerp: Invoering Model Raad van Toezicht Stichting Promes Voorgesteld besluit 1. In te stemmen
Nadere informatieIntegriteitscode Roelof van Echten College
Integriteitscode Roelof van Echten College Het bestuur van de Stichting Roelof van Echten besluit gelet op richtlijn 9 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO d.d. 4 juni 2015 tot vaststelling van de onderstaande
Nadere informatieMANAGEMENTSTATUUT STICHTING SAMEN TUSSEN AMSTEL EN IJ.
MANAGEMENTSTATUUT STICHTING SAMEN TUSSEN AMSTEL EN IJ. Preambule De wettelijke opdracht om te komen tot een scheiding van de functies van bestuur en intern toezicht is binnen de Stichting Samen Tussen
Nadere informatieBeleidsnota verbonden partijen
Beleidsnota verbonden partijen SAMENVATTING Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie, waarin de gemeente een financieel en een bestuurlijk belang heeft. Een financieel
Nadere informatieRaadsvoorstel agendapunt
Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Raadsstuknummer : 2013/05778 Datum : 16 april 2013 Programma : Onderwijs Blad : 1 van 6 Cluster : Samenleving Portefeuillehouder : mw. M.
Nadere informatieAgendapunt: )1. portefeuillehouder. ,dat m akkoord. lq:5-:10,6 datum akkoord
1 Gemeente Zandvoort -7" Verordening Nadere regels Beleidsnota Overig Vergadering B. en W. 2 4 MEI 2016 Agendapunt: )1 Na besluit (B&W/Raad): Uitgaande brief verzenden Stukken retour Digitale publicatie
Nadere informatieRAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Luzac College Amsterdam afdelingen havo en vwo
RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK Luzac College Amsterdam afdelingen havo en vwo Plaats : Amsterdam BRIN-nummer : 30CW Onderzoek uitgevoerd op : 13 december 2010 Conceptrapport verzonden op :
Nadere informatieKlokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden.
Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden. Dit document beschrijft het beleid van de Veluwse Scholengroep en Stichting CVO om medewerkers te ondersteunen
Nadere informatieRaadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: Beoogde bestuurlijke fusie tussen de Stichting OPOCK en de Stichting VOCA
Raadsvoorstel Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: Beoogde bestuurlijke fusie tussen de Stichting OPOCK en de Stichting VOCA Gevraagde Beslissing: Te besluiten om: 1. De beoogde bestuurlijke
Nadere informatieKlokkenluidersregeling. Pieter Zandt scholengemeenschap
Klokkenluidersregeling Pieter Zandt scholengemeenschap DE KLOKKENLUIDERSREGELING Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand ( Klokkenluidersregeling Pieter Zandt scholengemeenschap
Nadere informatieBestuursreglement samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Noord-Kennemerland
Bestuursreglement samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Noord-Kennemerland Artikel 1 Begripsbepalingen In dit bestuursreglement wordt verstaan onder: a. statuten: de statuten van de Stichting
Nadere informatieStichting Interconfessioneel (RK/PC) Voortgezet Onderwijs in het Gooi (SIVOG)
Integriteitscode Stichting Interconfessioneel (RK/PC) Voortgezet Onderwijs in het Gooi (SIVOG) Colofon: Uitgave: S.I.V.O.G. Vastgesteld door Bestuur: d.d. 18 november 2016 Instemming GMR: d.d. 28 november
Nadere informatieRAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Luzac College Breda afdelingen havo en vwo
RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK Luzac College Breda afdelingen havo en vwo Plaats : Breda BRIN-nummer : 30CY Onderzoek uitgevoerd op : 1 december 2010 Conceptrapport verzonden op : 20 januari
Nadere informatieReglement Raad van Toezicht Stichting Gereformeerde Scholengroep Januari 2015 (en tekstuele update maart 2019)
Pagina 1 van 5 Reglement Raad van Toezicht Stichting Gereformeerde Scholengroep Januari 2015 (en tekstuele update maart 2019) Artikel 1. Algemeen De Raad van Toezicht van de Stichting Gereformeerde Scholengroep,
Nadere informatie3. Dit directiereglement kan - na overleg met de directeur - worden aangevuld en gewijzigd bij besluit van de raad van toezicht.
Directiereglement Artikel 1. Begrippen en terminologie Dit reglement is opgesteld door de directeur en vastgesteld door de raad van toezicht ingevolge artikel 19 van de statuten van Stichting Wemos (de
Nadere informatieKLOKKENLUIDERSREGELING CSG HET NOORDIK. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand
STAFBUREAU KLOKKENLUIDERSREGELING CSG HET NOORDIK Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Kenmerk: SB/HND/KCH/2016/001009 Vastgesteld door het bestuur d.d. 11 april 2017 Regeling
Nadere informatieGOED ONDERWIJS- BESTUUR. Een gezamenlijke uitgave van VOS/ABB en de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS) PRIMAIR ONDERWIJS
GOED ONDERWIJS- BESTUUR Een gezamenlijke uitgave van VOS/ABB en de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS) PRIMAIR ONDERWIJS GOED ONDERWIJS- BESTUUR Een gezamenlijke uitgave van VOS/ABB en de Algemene
Nadere informatieKLOKKENLUIDERSREGELING. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het St. Michaël College
KLOKKENLUIDERSREGELING Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het St. Michaël College Augustus 2015 INHOUD Inleiding Interne procedure voor het melden van een ernstige
Nadere informatieVoorstel raad en raadsbesluit
Voorstel raad en raadsbesluit Gemeente Landgraaf Programma Documentnummer: B.16.0027 B.16.0027 Landgraaf, 15 maart 2016 ONDERWERP: Statutenwijziging Movare PROGRAMMA 2. Maatschappelijke voorzieningen Verantwoordelijke
Nadere informatiede gevolgen voor de Stichting Primair Openbaar Onderwijs in de Regio Waterland 8c Oostzaan (SPOOR)
Bijlage 1 Onderwerp: de wet "Goed Onderwijs Goed Bestuur": de gevolgen voor de Stichting Primair Openbaar Onderwijs in de Regio Waterland 8c Oostzaan (SPOOR) Inleiding Per 1 augustus 20Í0 is een aantal
Nadere informatieBestuursreglement Zadkine
Bestuursreglement Zadkine Dit reglement dient tot nadere uitwerking van artikel 6 lid 5 van de statuten van de Stichting voor Educatie en Beroepsonderwijs Zadkine Algemeen Artikel 1 In dit reglement wordt
Nadere informatieVersie 0.3 Datum: 4 maart Managementstatuut
Versie 0.3 Datum: 4 maart 2013 Managementstatuut Begripsbepalingen Artikel 1 In dit managementstatuut statuut wordt verstaan onder: Stichting : CBO Meilân, Stichting voor Christelijk Primair Onderwijs
Nadere informatieRAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Luzac College Bergen op Zoom afdelingen havo en vwo
RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK Luzac College Bergen op Zoom afdelingen havo en vwo Plaats : Bergen op Zoom BRIN-nummer : 30DJ Onderzoek uitgevoerd op : 1 december 2010 Documentnummer : 3046690
Nadere informatieDIRECTIEREGLEMENT VAN DE MAAG LEVER DARM STICHTING
Blad 1/8 DIRECTIEREGLEMENT VAN DE MAAG LEVER DARM STICHTING Artikel 1. Begripsbepaling In dit reglement worden de volgende begrippen gehanteerd: a. stichting: Nederlandse, gevestigd te Amersfoort; b. statuten:
Nadere informatieRegeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen het Berechja College.
Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen het Berechja College. De zogenaamde klokkenluidersregeling ontbreekt nog binnen het Berechja College. Centraal in de regeling staan
Nadere informatieKlokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden.
Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden. Dit document beschrijft het beleid van het Almere College om medewerkers te ondersteunen die aandacht vragen
Nadere informatieToezichtskader Gemeenteraad Openbaar Primair Onderwijs Gemeente De Wolden. Toezichtskader Gemeenteraad Openbaar Primair Onderwijs De Wolden
Toezichtskader Gemeenteraad Openbaar Primair Onderwijs De Wolden De Wolden, 29 oktober 2009 1 Inleiding Vanaf het moment dat de gemeente het openbaar basisonderwijs vermogensrechtelijk heeft verzelfstandigd,
Nadere informatieReglement Raad van Toezicht
Vastgesteld in de vergadering van de Raad van Toezicht 13 december 2016 1/6 Inhoudsopgave Artikel 1 Gedragsregels voor de raad 3 Artikel 2 Functies van het toezicht 3 Artikel 3 Samenstelling van de raad
Nadere informatiegemeente Eindhoven - Wet Goed onderwijs goed onderwijsbestuur
gemeente Eindhoven Raadsnummer Inboeknummer 12R5010 12BST01076 Beslisdatum B&W 18 september 2012 Dossiernummer 12.38.551 RaadsvoorstelPartiële statutenwijziging Stichting algemeen toegankelijk onderwijs
Nadere informatieREGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN MISSTAND
REGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN MISSTAND (Klokkenluidersregeling) De Unicoz onderwijsgroep vindt het belangrijk dat medewerkers, leerlingen en ouders op adequate en veilige wijze vermeende
Nadere informatieReglement raad van toezicht stichting Roobol
Reglement raad van toezicht stichting Roobol Begripsbepaling In dit reglement wordt verstaan onder: a. "raad": de raad van toezicht; b. "bestuur": het college van bestuur; c. "stichting": de Stichting
Nadere informatieConcept. Reglement voor de raad van toezicht Stichting PROO
Begripsbepalingen Artikel 1 Concept Reglement voor de raad van toezicht Stichting PROO In dit reglement wordt verstaan onder: a. Raad van toezicht: de raad van toezicht van de Stichting Proo Noord-Veluwe
Nadere informatieGeert van der Tang, directeur VTOI-NVTK Woensdag 7 november 2018
Geert van der Tang, directeur VTOI-NVTK Woensdag 7 november 2018 Opbouw VTOI-NVTK Kaders van bestuur en toezicht Gemeenschappelijk doel Inrichten effectieve overlegstructuur Afronding VTOI-NVTK VTOI-NVTK
Nadere informatieRegeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand
Stichting Cambium College voor Openbaar Voortgezet Onderwijs Klokkenluidersregeling Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Datum Goedkeuring CvB 26 maart 2018 Besproken in DO 26
Nadere informatieGOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES
GOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES November 2006 1 GOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES PRINCIPES I. Naleving en handhaving van de code Het bestuur 1 en de raad van commissarissen zijn verantwoordelijk voor
Nadere informatieScheiding intern toezicht bestuur en het managementstatuut
Scheiding intern toezicht bestuur en het managementstatuut 1. Inleiding Als uitvloeisel van de Wet goed onderwijs, goed bestuur is het bevoegd gezag op grond van artikel 17b, tweede lid van de Wet op het
Nadere informatieToezichtkader Raad van toezicht van De Haagse Scholen, stichting voor primair en speciaal openbaar onderwijs
Toezichtkader Raad van toezicht van De Haagse Scholen, stichting voor primair en speciaal openbaar onderwijs Inleiding. Vanaf 1 augustus 2011 zijn bij De Haagse Scholen, stichting voor primair en speciaal
Nadere informatieKLOKKENLUIDERSREGELING. Stichting Surplus en Stichting Samenwerkingsschool Slootdorp. Juridische grondslag. Definities. Procedure
KLOKKENLUIDERSREGELING Stichting Surplus en Stichting Samenwerkingsschool Slootdorp Juridische grondslag Het College van Bestuur van Stichting Surplus hecht veel waarde aan Good Governance: optimalisering
Nadere informatieRegeling melden (vermoeden van een) misstand of schending integriteit
Regeling melden (vermoeden van een) misstand of schending integriteit November 2013, Buitenpost vastgesteld door (P)MR in februari 2014 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze regeling wordt
Nadere informatieAanvullend Reglement Raad van Toezicht Vastgesteld door de Raad van Toezicht d.d. (2 oktober 2012)
Aanvullend Reglement Raad van Toezicht Vastgesteld door de Raad van Toezicht d.d. (2 oktober 2012) Algemeen De raad van toezicht van de Stichting Gereformeerde Scholengroep, statutair gevestigd te Groningen,
Nadere informatieReglement bestuur Stichting Havensteder
Reglement bestuur Stichting Havensteder Dit reglement is krachtens artikel 7 lid 3 van de statuten door het bestuur van Stichting Havensteder vastgesteld op 6 september 2011, na goedkeuring door de raad
Nadere informatieArtikel 1 Begripsbepalingen De stichting: de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen;
Betreft: Bestuursstatuut SOOOG Artikel 1 Begripsbepalingen De stichting: de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen; De raden: de gemeenteraden Raad van Toezicht: het intern toezichthoudend orgaan
Nadere informatieREGELING MELDING VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND 2016 REGELING MELDING VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND
REGELING MELDING VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND 2016 1 INHOUD Inhoudsopgave REGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN EEN ERNSTIGE MISSTAND ( KLOKKENLUIDERSREGELING VO ) 3 REGELING INZAKE HET OMGAAN
Nadere informatieRegeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand (Klokkenluidersregeling Voortgezet Onderwijs)
Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand (Klokkenluidersregeling Voortgezet Onderwijs) Concept ter bespreking : [10-01-2017] Vastgesteld door de Directie : [10-01-2017] Vastgesteld
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 183 Governance in het onderwijs Nr. 3 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
Nadere informatieToezicht op bestuurlijk handelen: stimulans voor kwaliteitsverbetering
Toezicht op bestuurlijk handelen: stimulans voor kwaliteitsverbetering Conferentie PO-Raad 16 november 2011 Vic van den Broek d Obrenan Inspectie van het Onderwijs Inhoud 1. Waarom inspectietoezicht op
Nadere informatieVoorstel Instemming wijziging statuten Stichting Eem-Vallei Educatief in het kader van de wet Goed onderwijs, goed bestuur.
Informatieve tekst ten behoeve van Raadsvoorstel Onderwerp: Instemming wijziging statuten Stichting Eem-Vallei Educatief in het kader van de wet Goed onderwijs, goed bestuur. Voorstel Instemming wijziging
Nadere informatieReglement Raad van Toezicht
Reglement Raad van Toezicht Citeertitel Datum inwerkingtreding 01-01-2015 Vastgesteld door Raad van Toezicht 30-10-2014 Rechtsgrondslag Bijzonderheden --- Korte omschrijving Reglement Raad van Toezicht
Nadere informatie