Een Belgisch bouwbedrijf in Congo: de familie Blaton als Compagnie Congolaise de Constructions en als Congobéton van 1949 tot 1975

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Een Belgisch bouwbedrijf in Congo: de familie Blaton als Compagnie Congolaise de Constructions en als Congobéton van 1949 tot 1975"

Transcriptie

1 Universiteit Gent Academiejaar Een Belgisch bouwbedrijf in Congo: de familie Blaton als en als Congobéton van 1949 tot 1975 Masterproef voorgelegd aan de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, Vakgroep Kunst-, Muziek- en Theaterwetenschappen, voor het verkrijgen van de graad Master, Ludwine Van Craenenbroeck ( ) Promotor: Prof. dr. Johan Lagae Copromotor: Kim De Raedt

2 Dankwoord Bij het maken van deze masterproef heb ik kunnen rekenen op hulp uit verschillende hoeken. Een bedanking naar hen toe is dan ook op zijn plaats. In de eerste plaats wens ik promotor Johan Lagae te bedanken, om me dit boeiende onderwerp aan te reiken en voor zijn intensieve begeleiding tijdens het schrijven van deze masterproef. Verder dank ik hem ook graag voor de organisatie van het Bijzondere Vraagstuk over de niet-europese architectuurgeschiedenis en stedenbouw dat dit jaar (2015) ging over het archief Blaton in Afrika. In het kader van dit seminarie heb ik fijne mensen, zowel studenten als personeel, ontmoet, die elk vanuit hun invalshoek een licht lieten schijnen op het archief. Dat hielp me mijn eigen gedachten met betrekking tot het archief te ordenen. Bedankt Ricardo Agarez, Guy Châtel, Sam Lanckriet, Luce Beeckmans, Jacob Sabakinu Kivilu, Jens Van de Maele, Kim De Raedt, Jeanne, Jiska, Derkien, Stijn, Diede, Begoña, Ines en Léa. Kim De Raedt wens ik graag nog eens extra aan te halen omdat zij als copromotor steeds voor me klaar stond om me tips te geven met betrekking tot de praktische uitvoering van deze masterproef: bij het afnemen van het interview en bij de zoektocht naar een schrijfstijl. Daarnaast wens ik ook professor Linda Van Santvoort te bedanken die me naar professor Lagae verwees omdat ik wou werken rond architectuur in Afrika. Als zij dit niet had gedaan, was deze masterproef nooit werkelijkheid kunnen worden. Ook de mensen die ik heb leren kennen in de Archives d Architecture Moderne tijdens mijn vele uren daar, draag ik een warm hart toe. Maurice Culot en Anne Lauwers in het speciaal, voor het steeds warme welkom. Mijn ouders en mijn lief dank ik voor het eeuwige geduld dat ze met me hebben gehad tijdens het schrijven van deze thesis, om steeds weer naar me te luisteren, te herlezen en me te kalmeren wanneer ik weer eens overstuur of net opgetogen thuiskwam. Zonder hun onvoorwaardelijke steun had ik deze thesis niet kunnen verwezenlijken. Tenslotte wens ik ook graag mijn vrienden te bedanken, die me af en toe gek verklaarden, maar me toch steeds opnieuw energie gaven verder te gaan. De auteur geeft toelating deze masterproef voor consultatie beschikbaar te stellen en delen van de masterproef te kopiëren voor persoonlijk gebruik. Elk ander gebruik valt onder de beperkingen van het auteursrecht, in het bijzonder met betrekking tot de verplichting de bron uitdrukkelijk te vermelden bij het aanhalen van resultaten uit deze masterproef. Ludwine Van Craenenbroeck

3 Inhoudstafel Inleiding 6 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique 9 1. Architectuur in Afrika op de kaart L homme de l action: de opkomst van constructiegeschiedenis Afrika en constructiegeschiedenis Het archief Het fotoarchief Projectdossiers...19 Plannen...19 Correspondentie...20 Varia Kalkrollen Varia Objecten Congobéton Het archief ontsloten...25 Deel 2: Positionering, productie en netwerken De familie Blaton Blaton in Afrika Het na-oorlogse bouwen in Congo De oprichting van de De ambitie van de Blatons De rol van de bank Lambert Béton Précontraint en Béton Préfabriqué in Congo: de oprichting van Congobéton Succesjaren Typologie- en regioverklaring Positionering ten opzichte van andere bouwondernemingen Het ontlopen van de crisis in 1956 dankzij een strategisch netwerk Een netwerk van architecten en ingenieurs uit Brussel

4 : een overgangsperiode Voorzichtigheid troef met de Een terugval op de twee basistypologieën Moeite met de financiering van projecten: een onzeker investeringsklimaat Zaken buiten Congo dankzij het netwerk van BRALIMA : de tweede building boom Nieuwe typologieën, nieuwe actoren: EOF, Mobutu en zijn naasten Scholen De verheerlijk van Mobutu: het belang van radio en televisie Grote hotels in een globaliserende wereld Een tweeledig architectenbestand...60 Internationale architecten...60 Brusselse architecten Joint ventures in de bouwsector: een veranderde verhouding aangestuurd vanuit Brussel Werken buiten de grenzen van Congo: de activiteiten in Congo gekopieerd in Rwanda : Van de Zaïroise naar Batipont International : Zaïroise : de nationalisering van de bouwsector Een prominente, maar moeilijke cliënt: Litho Moboti : Batipont International Herstructurering van Batipont Prospectiereizen: Iran, Nigeria en Ivoorkust Bevestiging en nieuwe elementen...72 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Kennismaking met een Congolese bouwwerf: BRALIMA Boma Materiaal en materieel Lokaal aangevoerde materialen: beton Cement Granulaat Wapening van beton: levering van buiten Congo Werktuigen en ander werfmaterieel Klein materieel

5 Hulpwerktuigen Groot bouwmaterieel Arbeid: de main d oeuvre indigène geleid door de main d oeuvre européen Verdeeld naar expertise Main d Oeuvre Européen: hooggeschoolde Europeanen in een leiderspositie Main d Oeuvre Indigène: niet allemaal gelijk...94 Gespecialiseerde Congolezen Redelijke arbeidsvoorwaarden Arbeidsreglement Ziekte of ongeval Verloning en extra s Inspraak D un standing d une fabrique européenne Slotbeschouwing 105 Bibliografie 107 Algemene Bronnen Tentoonstellingen Archiefmateriaal Projectdossiers Fotoarchief Correspondentie Congobéton Afbeeldingenlijst 119 Deel 1: Deel 2: Deel 3: Appendix: integrale projectlijst 127 5

6 Inleiding Inleiding In 2010 was de Democratische Republiek Congo 50 jaar onafhankelijk van België. Hierdoor kwam het bijzondere land ook in België opnieuw onder de aandacht van het brede publiek. Dit dankzij publicaties als Congo, een geschiedenis van David van Reybrouck, 1 Tintin au Congo de Papa van Daniel Couvreur 2 en Congo belge en Images van Carl de Keyzer en Johan Lagae 3. De koloniale kater lijkt langzaam weg te ebben en maakt plaats voor een oprechte interesse in het land waarmee we verbonden zijn door ons koloniaal verleden. In het najaar van 2013 kwam een klein deeltje van dat koloniale verleden bovendrijven toen Philippe Blaton het archief van de groep Blaton aan de Archives d Architecture Moderne schonk. Dit archief bleek immers voor een deel te bestaan uit documenten van Blaton haar bouwondernemingen in Congo. Blaton had twee bouwondernemingen in Congo: de (CCC) en Congobéton. Dat eerste was een bouwaannemer, dat tweede een leverancier van betonnen prefabelementen. De documenten in het archief van de CCC gaan van 1949 tot In deze masterproef behandelen we dit archief. We zoeken uit wat er zich in het archief bevindt, waarover het precies gaat en in welke context het gesitueerd moet worden. Door dit te onderzoeken hopen we antwoord te bieden op de vraag wat de waarde van dit archief is en hoe het kan dienen voor onderzoek in de toekomst. We kijken of dit archief nieuwe inzichten kan verschaffen met betrekking tot de bouwproductie en de gebouwde omgeving in Congo. Dit alles kadert in het onderzoeksdomein van de vakgroep Architectuur en Stedenbouw aan de Universiteit Gent, waar een volledig onderzoeksteam onder begeleiding van Johan Lagae de architectuurproductie en geschiedenis in Afrika bestudeerd. In het eerste deel van deze masterproef bespreken we in welke mate de architectuurgeschiedenis van Afrika reeds in kaart gebracht is. Een discipline die niet altijd even gemakkelijk verloopt. Daarnaast bekijken we het theoretische kader achter constructiegeschiedenis. Op datzelfde theoretische niveau gaan we verder wanneer we bespreken hoe de constructiegeschiedenis zou kunnen helpen een nieuw licht te werpen op de architectuurgeschiedenis van Afrika. Daarna verdiepen we ons in wat er reeds is geschreven in het kader van een dergelijke interdisciplinaire benadering met betrekking tot Congo. We gaan verder met een bespreking van wat voor materiaal er zich in het archief bevindt en hoe we dit archief hebben ontsloten: door er een inventarislijst van te maken. 1 David Van Reybrouck, Congo: een geschiedenis (Ruinen: Bariet, 2010). 2 Daniel Couvreur, Tintin au Congo de papa (Brussel: Moulinsart, 2010). 3 Carl De Keyzer en Johan Lagae, Congo belge: en Images (Tielt: Lannoo Uitgeverij, 2010). 6

7 Deze inventaris bood het ultieme uitgangspunt om in het tweede deel van deze masterproef te kijken naar de manier waarop Blaton in Afrika actief was. Een exhaustieve analyse ervan legt tendensen betreffende de bouwproductie, de positionering, de netwerken en de relatie tot de Congolese context bloot. Fragmenten uit het archief en reeds bestaande literatuur laten ons toe deze tendensen te kaderen en nuanceren. De ontwikkelingen worden per periode besproken. Op het einde van dit hoofdstuk kijken we terug en bieden we nog een overkoepelend overzicht. Het derde deel van deze verhandeling bevat verschillende episodes met betrekking tot wat het betekende om een project te realiseren in Congo. Specifiek kijken we naar het bouwmaterieel, bouwmateriaal en de arbeidsorganisatie. Dit laat ons toe te onderzoeken of een bouwonderneming en haar archief meer dan enkel een architectuurhistorisch verhaal kunnen opleveren. Inspiratie voor een dergelijke benadering vonden we in het werk Concrete and culture: a material history van de architectuurhistoricus Adrian Forty. 4 De interne correspondentiedocumenten van de CCC en van Congobéton vormden de basis van dit onderzoek. De grote omvang van het archief liet echter niet toe om binnen het kader van deze masterproef hier een exhaustief onderzoek naar te verrichten. Dit deel stuurt dan ook vooral aan op mogelijke onderzoeksonderwerpen voor de toekomst. 4 Adrian Forty, Concrete and Culture: A Material History (Londen: Reaktion Books, 2012). 7

8

9 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique 9

10 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique Afb Udo Kultermann. New directions in African architecture. New directions in architecture. Londen: Studio Vista, Architectuur in Afrika op de kaart In de inleiding haalden we reeds aan dat Afrika steeds vaker aandacht krijgt. Dit is niet anders wat betreft de architectuur. Udo Kultermann ( ) schreef in de jaren zestig de eerste overzichten van de moderne architectuur in Afrika (Afb. 1.1). 1,2 Dit deed hij via beschrijvende teksten en zwart-witfoto s. Tegen de jaren tachtig toonde ook de geschiedschrijving de interesse in de gebouwde productie op het continent, al ging er voornamelijk aandacht uit naar de architectuur en stadsplanning in Frans Noord-Afrika. Maar het onderzoeksgebied breidde zich uit. In de jaren negentig werd de moderne architectuur in Afrika herontdekt als deel van een culturele productie. Daarnaast zette de postkoloniale theorie een stroming in gang waarbij de ideologische onderbouw van de architectuur centraal kwam te staan. 3 Zowel wetenschappelijke onderzoekers als architecten hebben de voorbije dertig jaar een geslaagde poging ondernomen om de wereld zicht te geven op de moderne architectuur in Afrika. Hieronder overlopen we kort enkele wetenschappelijke en culturele initiatieven die dit punt verduidelijken. Organisaties als Docomomo International en het in Accra gevestigde ArchiAfrika helpen om de moderne architectuur in Afrika op te kaart te zetten. 4 Die organisaties publiceren magazines, organiseren congressen en workshops. Architectuur in Afrika leeft, dat bewijzen de vele tentoonstellingen die dit jaar gelopen hebben of nog steeds te bezichtigen zijn. Zo was er recent de tentoonstelling Africa Big change/big chance (België) 5 georganiseerd door het CIVA (Centre International pour la Ville, l Architecture et le Paysage), waarbij werd ingezoomd op de activiteiten in Afrika, de veranderingen die het continent de laatste jaren ondergaat en welke rol architectuur daarin speelt Udo Kultermann, New directions in African architecture, New directions in architecture (Londen: Studio Vista, 1969). 2 Udo Kultermann, New Architecture in the World (New York: Universe Books, 1966). 3 Johan Lagae, Kultermann herlezen: Historiografie van de architectuur in Afrika uit de jaren vijftig en zestig, L Afrique, c est chic: Architecture and planning in Africa , OASE, 2010, nr. # 82 (2010). p Ibid. p. 6 5 Benno Albrecht, Tentoonstelling Africa: Big change/big chance, 13 januari maart 2015, Brussel: Centre International pour la Ville, l Architecture et le Paysage. Africa: Big change/big chance, CIVA, geraadpleegd 27 mei 2015, be/sub/01_1_show.asp?agid= Benno Andres Albrecht, Africa Big Change Big Chance (Bologne: Compositori, 2014).

11 1. Architectuur in Afrika op de kaart Afb Ludwine Van Craenenbroeck, De ingang van de tentoonstelling AFRICA, 4 juli 2015 De tentoonstelling Africa, architecture, culture and identity in het Louisiana Museum of Modern Art (Denemarken) 7 beoogt een breed publiek (Afb. 1.2), waarbij een flits van hedendaagse architectuur wordt voorgesteld in een combinatie met tradities uit het verleden. 8 Manuel Herz liet zijn licht schijnen op de architectuur van de onafhankelijkheid in de tentoonstelling Architecture of Independance African Modernism in het Vitra Design Museum (Duitsland) 9. Er kwam een gelijknamig boek bij uit, dat net zoals de tentoonstelling focust op de experimentele en futuristische architectuur uit de jaren zestig van de op dat moment jonge naties. 10 Beide boek en tentoonstelling wijzen op de ontwikkeling die vandaag plaatsvindt. Waar tot voor kort nog voornamelijk gekeken werd naar de architectuur uit het koloniale tijdperk, zien we vandaag een verschuiving van aandacht naar architectuur uit het postkoloniale tijdperk. Een tijdperk dat gekenmerkt wordt door nieuwe leiders die architectuur aangrijpen als instrument om de nieuwe staat een eigen gezicht te geven. 11 Johan Lagae wijst in Kultermann herlezen Historiografie van de architectuur in Afrika uit de jaren vijftig en zestig op het feit dat Kultermanns architectuurkaart van Afrika talloze blinde vlekken vertoont. Het zwaartepunt ligt op de regio s aan de kusten en op de Britse en Franse producties in Afrika. Centraal-Afrika lijkt vergeten. Die selectieve blik had een grote invloed op de historiografie van de moderne architectuur in Afrika. Vandaag staan we al dichter bij een uitgebreider overzicht van de twintigste-eeuwse bouwproductie in Afrika. 12 Specifiek voor Congo hebben de ingenieur-architecten Bruno de Meulder en Johan Lagae het pad geëffend wat betreft koloniale architectuur. Bruno de Meulder bestudeerde de stedenbouw in koloniaal Congo, met als resultaat de boeken De kampen van Congo 13 en Kuvuande Mbote. 14 Van dit laatste liep in het jaar 2000 een tentoonstelling in De Singel. 15 Johan Lagae schreef zijn proefschrift over koloniale architectuur in Belgisch Congo. 16 Dit deed hij door twee sleutelprojecten en de architect, Claude Laurens, onder de loep te nemen. Sindsdien verricht hij onderzoek in het domein van de koloniale en postkoloniale architectuur en urbanisme in Centraal-Afrika. Regelmatig wordt hierover gepubliceerd 7 Kjeld Kjeldsen en Mathias Ussing Seeberg, Tentoonstelling Afrika: architecture, culture, identity, 25 juni oktober 2015, Humlebaek: Louisiana Museum of Modern Art AFRICA, Louisiana, geraadpleegd 26 mei 2015, exhibition/africa. 8 Ibid. 9 Manuel Herz, Tentoonstelling Architecture of Independence, 20 februari mei 2015, Weil am Rhein: Vitra Design Museum Architecture of Independence - African modernism, Vitra Design Museum, geraadpleegd 27 mei 2015, design-museum.de/en/exhibitions/detailseiten/african-modernism.html. 10 Manuel Herz e.a., African modernism: the architecture of independence (Zurich: Park, 2015). 11 Ibid. 12 Lagae, Kultermann herlezen: Historiografie van de architectuur in Afrika uit de jaren vijftig en zestig. p. 12, Bruno de Meulder, De kampen van Kongo: arbeid, kapitaal en rasveredeling in de koloniale planning (Antwerpen: Kritak, 1996). 14 Bruno de Meulder, Kuvuande mbote: een eeuw koloniale architectuur en stedenbouw in Kongo: veertien plannen en projecten (Antwerpen: Houtekiet, 2000). 15 Kuvuande Mbote, Carton123, geraadpleegd 15 mei 2014, 16 Johan Lagae, Kongo zoals het is: drie architectuurverhalen uit de Belgische kolonisatiegeschiedenis ( ) (Universiteit Gent, 2002). 11

12 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique in vaktijdschriften en boeken. 17 Ook aan de Universiteit Gent is de interesse voor de architectuur in Congo sterk toegenomen, wat zich weerspiegelt in de publicaties van onder andere Luce Beeckmans en Kim De Raedt. Maar aan een inclusief, allesomvattend overzicht van de architectuur in Afrika is nog werk. Recent onderzoek toont aan dat de bouwproductie in Afrika van de jaren vijftig en zestig tot stand kwam door een geopolitiek krachtenspel tussen globale expertise en lokale actoren. 18 Men neemt langzaam afstand van het perspectief waarbij alles draait rond de figuur van de architect. Johan Lagae wijst immers op het feit dat de focus op de persoon van de architect niet altijd realistisch is in Afrika. Tijdens het koloniale tijdperk waren er in Afrika minder architecten dan in Europa: voor het Congolese grondgebied is er in de jaren 50, een tijd waarin het koloniaal project van België haar hoogtepunt kende, slechts sprake van 60 zelfstandige architecten. Dat is een mager getal rekening houdend met het feit dat Congo 80 keer groter is dan België. niet aan elk bouwproject was een architect verbonden. Als we enkel naar de architecten kijken, dreigen we dus een groot deel van de bouwproductie over het hoofd te zien. 19 Een voorbeeld van iemand die onderzoek doet voorbij de figuur van de architect is Kim De Raedt. Zij doet onderzoek naar transnationale netwerken van architectuurexpertise en praktijk. Hierbij wordt de impact van ontwikkelingshulp op de gebouwde omgeving in postkoloniaal Afrika duidelijk. 20 Er wordt onderzoek verricht naar organisaties zoals het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF). Deze organisatie werd opgericht in 1957 en had tot doel technische en financiële ondersteuning te bieden aan Afrikaanse landen die een historische band hadden met landen die lid waren van de Europese Economische Gemeenschap (EEG). De technische ondersteuning bestond uit een expertisekern die vaak een bepalende invloed uitoefende op de architectuur in het ontwikkelingsland. 21 Onderzoek als dat van Kim De Raedt naar ontwikkelingsorganisaties en hun invloed op de architectuur, helpt ons een duidelijker beeld te vormen van de gebouwde omgeving in Congo. 2. L homme de l action: de opkomst van constructiegeschiedenis Hoewel de contructiegeschiedenis als discipline reeds enkele eeuwen geleden ontstond onder impuls van Viollet-Le-Duc, Auguste Choisy en Gottfried Semper, zien we er de laatste twintig jaar een sterk 17 Johan Lagae - Vakgroep Architectuur & Stedenbouw - Universiteit Gent, geraadpleegd 14 mei 2014, ugent.be/vakgroep/medewerkers/johan-lagae/. 18 Johan Lagae en Bernard Toulier, De l outre-mer au transnational: Glissements de perspectives dans l historiographie de l architecture coloniale et post-coloniale, Architecture du XXe siècle, Revue de l Art, 2004, Johan Lagae, A voir absolument? Quelques notes sur la raison d être d un guide d architecture pour la ville de, in, Collection Villes et Architectures (Brussel: Editions CIVA, 2013), Kim De Raedt - Vakgroep Architectuur & Stedenbouw - Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur - Universiteit Gent (UGent), geraadpleegd 1 juli 2015, 21 Esther Vandamme, De architectuur van ontwikkelingssamenwerking: het Europees Ontwikkelingsfonds en scholenbouw in postonafhankelijk Afrika (Universiteit Gent. Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur., 2013). 12

13 2. L homme de l action: de opkomst van constructiegeschiedenis toegenomen belangstelling voor. Die vergrote belangstelling startte in Engeland, maar Spanje, Italië en Frankrijk volgden snel. 22 Ook België kon niet achterblijven. De discipline in België staat nog in haar kinderschoenen, maar er valt een inhaalbeweging op te merken. Professor Bernard Espion levert vanuit zijn departement bouwkunde aan de ULB (Université Libre de Bruxelles) bijdragen aan de constructiegeschiedenis. Daarbij legt hij de nadruk op de ontwikkeling van structurele vormen. 23 In 2008 schreef architectuurhistorica Inge Bertels haar proefschrift Building the city, Antwerp In dit werk komen de architectuur-, techniek- en stadsgeschiedenis van Antwerpen samen. 24 Stephanie Van de Voorde maakte in 2011 Bouwen in beton in België Samenspel van kennis, technologie en innovatie, waarin zij via knooppunten de evolutie van de betontechniek bespreekt, zowel op technisch als cultureel niveau. 25 Die laatste twee onderzoekers zijn momenteel overigens actief in het onderzoeksproject Research in Construction History Belgium in the nineteenth and twentieth century, verbonden aan de VUB (Vrije Universiteit Brussel). Dat is een project waarbij men op zoek gaat naar informatie over bouwspecificaties, over actoren in de bouwsector en over de verscheidene patenten inzake wanddecoratietechnieken, ventilatietechnieken en staaltechnieken. 26 De bovengenoemde verhoogde belangstelling voor de discipline hangt samen met een verruiming van het begrip constructiegeschiedenis. Verschillende wetenschappers probeerden de laatste jaren de nieuwe grenzen en troeven van de discipline te definiëren. Werner Lorenz definieert in zijn From Stories to History, from History to Histories: What Can Construction History do? de constructiegeschiedenis als the process of construction it its entirely. 27 Hierbij wordt rekening gehouden met het feit dat een constructie de kunst van het creëren is, tussen creativiteit en routine, tussen ambacht en wetenschap, tussen inventiviteit, innovatie en traditie. Volgens Lorenz omvat de term constructiegeschiedenis veel meer dan het beperkte technische hoe van een gebouw. 28 Ook de architectuurhistoricus Antoine Picon treedt hem hierin bij: constructiegeschiedenis moet gezien worden als culturele geschiedenis. 29 Constructiegeschiedenis kan dus eng opgevat worden, als een een materiaaltechnische geschiedenis. Maar de ruimere, hedendaagse interpretatie overschrijdt de grenzen van een geschiedenis van materiaal of techniek. Het is een interdisciplinair vakgebied dat aandacht heeft voor de antropologische, kunsthistorische, culturele, bouwtechnische, sociale en architecturale benadering van een gebouw. 30 In zijn artikel stelt Lorenz het volgende: 22 Valérie Nègre, Pour une histoire technologique de l architecture, in Edifice et Artifice - Histoire Constructives, 1ste ed. (Paris: A. et J. Picard, 2010), Bernard Espion, Université Libre de Bruxelles, geraadpleegd 27 mei 2015, chercheurs/7/ch1597.html. 24 Inge Bertels, SKAR, geraadpleegd 27 mei 2015, 25 Stephanie Van de Voorde, Bouwen in beton in België ( ), Samenspel van kennis, experiment en innovatie (Universiteit Gent. Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur., 2011), 26 Research in Construction History - Belgium in the Nineteenth and Twentieth century, AE-Lab, geraadpleegd 27 mei 2015, 27 Werner Lorenz, From Stories to History, from History to Histories: What Can Constructions History Do?, Constructions History 2006, nr. 21 (2006): Ibid. 29 Nègre, Pour une histoire technologique de l architecture. 30 Ibid. 13

14 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique Afb Claudine Piaton en Ezio Godoli, Building beyond the mediterranean: studying the archives of european businesses ( ) (Arles: Honoré Clair, 2012). Construction history is the challenge to meet people, constructors, to encounter homo faber again and anew. 31 Hedendaagse constructiegeschiedenis focust dus op alle actoren die betrokken waren bij de bouw, het leert ons welke praktijken werden toegepast en in welke mate deze praktijken het resultaat waren van historische omstandigheden. 32 Ook het Centrum voor Vlaamse Architectuurarchieven (CVAa) toont met het Project Bouwbedrijf 33 dat het op de kar van constructiegeschiedenis springt en hoe actueel constructiegeschiedenis is: Niet alleen architecten, stedenbouwkundigen en industrieel ontwerpers geven vorm aan de gebouwde omgeving. Ook aannemers, ingenieurs, vaklui en leveranciers hebben hier een enorme impact op. 34 Het project, dat begin 2015 van start ging, gaat op zoek naar enerzijds de manier waarop de bouwsector evolueerde, en anderzijds de technieken en materialen die men gebruikte. Dit doet men door onderzoek te doen naar het bouwbedrijf. Het bouwbedrijf is namelijk een van die actoren in de bouwsector waar tot op vandaag weinig kennis over is in België en die ondervertegenwoordigd is in de archieven Afrika en constructiegeschiedenis De perspectiefverschuiving heeft haar ingang nog niet volledig gevonden wat de historiografie van de koloniale en postkoloniale architectuur in Afrika betreft, zoals dat in de westerse wereld wel het geval is. Zeggen dat er nog niets vanuit dit perspectief is onderzocht, is echter overdreven. Zo was er het onderzoeksproject Arching: European engineering archives dat inzoomde op de architectuur rond de Middellandse Zee door naar de archieven van Europese bedrijven tussen 1860 en 1970 te kijken. Het boek Building beyond Lorenz, From Stories to History, from History to Histories: What Can Constructions History Do? 32 Ibid. 33 Project Bouwbedrijf Centrum Vlaamse Architectuurarchieven, geraadpleegd 20 augustus 2014, 34 Ibid. 35 Ibid.

15 2. L homme de l action: de opkomst van constructiegeschiedenis the Mediterranean. Studying the Archives of European Businesses ( ) 36 resulteerde uit dat project (Afb. 1.3). In de introductie van dat boek geeft Mercedes Volait een belangrijke reden om naar die verschillende bouwactoren te kijken. Er bestaat namelijk een problematiek bij het maken van de historiografie van de moderne architectuur buiten Europa: het gebrek aan goede en te bezichtigen documentaire en archivalische bronnen. Als het archiefmateriaal al bewaard is gebleven, is dit vaak verspreid over archieven in het westen en het Globale Zuiden. Bovendien varieert de toegang tot de bevoegde instanties die informatie bezitten van land tot land. 37 Een constructiehistorisch perspectief kan ons vandaag in de onderzoekspraktijk een beter zicht geven op de bouwproductie in Afrika uit het verleden. Wanneer er substantieel archiefmateriaal beschikbaar komt vanuit de bouwsector, is het bijgevolg nuttig hier ernstig onderzoek naar te verrichten. Dat materiaal kan ons toelaten om de bouwtechnieken in Afrika te onderzoeken, het transnationale netwerk van bouwexpertise in Afrika in kaart te brengen, de koloniale en postkoloniale arbeidsorganisatie bloot te leggen en de vergeten bouwvertegenwoordigers van Afrika onder de aandacht brengen. 38 Hierboven 39 vermeldden we reeds dat in Congo de aanwezigheid van de architecten beperkt was, waardoor de bouw vaak terugviel op andere actoren. 40 Als er al een architect meewerkte aan een bouwproject in Congo, gebeurde het vaak dat die nooit werkelijk in Congo was geweest en dus ook nooit de bouwwerf zelf had bezocht. Dat hoewel on sait combien souvent l architecte comme l entrepreneur sont obligés au gré du chantier de modifier leur plans. 41 Door onze focus te verleggen van een stilistische analyse naar de verdeling van het werk bij de uitvoering van een bouwwerk, worden we geconfronteerd met die andere actoren, of hommes de l action: de maître d oeuvre, de lokale architect en tekenaar, de ingenieur, de bouwaannemer, de werfopzichter, de werkmannen en meer. 42 De case Congo kreeg al constructiehistorische aandacht, in de brede zin van het woord, voor de realisaties van Belgische bedrijven als Forges d Aiseau en Baume Marpent. Deze twee bedrijven waren actief in de staalbouw in de negentiende eeuw. De tijdspanne is dus beperkt. Bovendien blijft dit onderzoek nog te conventioneel. 43 Gelukkig zijn er buiten die twee nog andere bedrijfstakken en bouwinstanties die ons inzicht kunnen verstrekken in de bouwproductie in Congo en bovendien substantieel archiefmateriaal hebben achtergelaten. Men kan bijvoorbeeld kijken naar het bisdom van Congo, dat een architectenbureau 36 Claudine Piaton en Ezio Godoli, Building beyond the mediterranean: studying the archives of european businesses ( ) (Arles: Honoré Clair, 2012). 37 Mercedes Volait, Introduction, in Building beyond the mediterranean: studying the archives of european businesses ( ) (Arles: Honoré Clair, 2012), Johan Lagae e.a., Beschrijving onderzoeksproject: Tout le Congo est un chantier. Re-assessing Congo s architectural history from 1918 till 1975 through a construction history approach, Zie Architectuur in Afrika op de kaart 40 Lagae, A voir absolument? 41 Robert Carvais, Plaidoyer pour une histoire humaine et sociale de la construction, in Edifice et Artifice - Histoire Constructives, 1ste ed. (Paris: A. et J. Picard, 2010), Lagae en Toulier, De l outre-mer au transnational: Glissements de perspectives dans l historiographie de l architecture coloniale et post-coloniale. 43 Lagae e.a., Beschrijving onderzoeksproject: Tout le Congo est un chantier. Re-assessing Congo s architectural history from 1918 till 1975 through a construction history approach. 15

16 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique Afb Vestiging Blaton Brussel in Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Siège Regideso Mbuji-Mayi, 1978, Fonds Blaton en Afrique, D192- Siège Regideso, Brussel: Archives d Architecture Moderne leidde tussen 1958 en 1993, 44 en naar overheidsinstanties zoals het OCA (Office des Cités Africaines) 45, de Services des Travaux Publics van het ministerie van koloniën en het OTRACO (Office des Transports du Congo). 46 Het OCA was plan- en bouwagentschap dat de Afrikaanse bevolking van woon- en leefinfrastructuur voorzag in grote Congolese steden. 47 De Services des Travaux Publics van het ministerie van Koloniën was verantwoordelijk voor de bouw van de infrastructuur van het koloniale project. Het ging over publieke gebouwen, huisvestiging, militaire basissen en meer. 48 Het OTRACO was een staatsdienst die instond voor transport. Naast realisaties van infrastructuurwerken voor wegen, spoorwegen en de scheepvaart, gaf het OTRACO ook de opdracht voor de bouw van enkele architecturale bouwprojecten voor het logement van hun personeel. 49 Ook onderzoek naar de private bouwondernemingen is interessant. In Congo waren er meerdere actief, maar niet alle bouwbedrijven lieten een even groot archief na. Blaton is zo een privaat bouwaannemersbedrijf dat een vestiging had in Congo vanaf Beton was hun handelsmerk. Deze thesis wil met dit bedrijf als casus een aanzet geven tot nieuwe inzichten betreffende de bouwproductie in Congo. 3. Het archief Hierboven maakten we reeds een vermelding van het beperkte beschikbare archivalische materiaal met betrekking tot architectuur buiten de Europese grenzen. 50 Bouwondernemers zijn zich vaak niet bewust van de waarde van hun archief. Hierdoor is het cultureel erfgoed van bouwondernemingen slecht vertegenwoordigd in de archieven. 51 Archieven van bouwbedrijven overleven dus zelden de tand des tijds. Het is uniek voor de Afrikaanse context dat het archief van de bouwbedrijven van Blaton bewaard is gebleven. Andere bouwbedrijven die rond dezelfde periode als de Blatons actief waren in Congo, zoals bijvoorbeeld Auxeltra-Béton, zijn er niet in geslaagd hun archieven te bewaren. De archieven van Blaton in Afrika werden bewaard in de vestiging van Blaton op de Rue de Pavillon 4, te Brussel (Afb. 1.4). In het najaar van 2013 schonk Philippe Blaton het archief aan de Archives d Architecture Moderne (AAM), hierdoor werd onderzoek naar het bedrijf gefaciliteerd. 44 Lagae, A voir absolument? 45 Luce Beeckmans, French Planning in a Former Belgian Colony: A Critical Analysis of the French Urban Planning Missions in Post-Independence, OASE (DELFT) 26, nr. 82 (2010): Lagae e.a., Beschrijving onderzoeksproject: Tout le Congo est un chantier. Re-assessing Congo s architectural history from 1918 till 1975 through a construction history approach. 47 Beeckmans, French Planning in a Former Belgian Colony. 48 Lagae e.a., Beschrijving onderzoeksproject: Tout le Congo est un chantier. Re-assessing Congo s architectural history from 1918 till 1975 through a construction history approach. 49 Bernard Toulier e.a., : architecture et paysage urbains (Parijs: Somogy Éditions d Art, 2010). 50 Volait, Building beyond the Mediterranean. 51 Project Bouwbedrijf Centrum Vlaamse Architectuurarchieven. 16

17 3. Het archief Afb Grondplan 4e étage - agencement, 21 januari 1953, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb A. De Smedt en P. Vankerkhoven, Agence Stanleyville: Plan Bureaux et 2 appartements, 26 januari 1956, Fonds Blaton en Afrique, D81-Dépôt d agence, Brussel: Archives d'architecture Moderne Vanaf 1949 was Blaton actief in Congo. De stukken die zich in het AAM bevinden beslaan de tijdspanne tussen 1949 en In 1977 zijn de documenten gearchiveerd in de Brusselse vestiging. Waar alle documenten en objecten zich voor deze datum bevonden is niet helemaal duidelijk. De stukken werden immers minstens op drie verschillende locaties bewaard, namelijk in de vestiging in Brussel, de vestiging in en de vestiging in Kisangani. Van de vestigingen in Congo weten we dit omdat in de plannen van de gebouwen in (Afb. 1.5) en Kisangani (Afb. 1.6) steeds een aparte ruimte voor klassement of archief staat aangegeven. Wat de vestiging in Brussel betreft, weten we dat er een archiefdienst bestond. Zoals in de inleiding vermeld waren de Blatons actief met twee bouwbedrijven in Afrika, namelijk Compagnie Congolaise de Constructions (CCC) en Congobéton, en een vastgoedbedrijf, Union Immobilière Congolaise. In het archief is er zo goed als niets terug te vinden van dat laatste. Er is een groot verschil in de hoeveelheid materiaal van de twee bouwbedrijven. Waar de documenten van Congobéton beperkt zijn tot een dertigtal mappen, overweldigt de kwantiteit van de stukken van de CCC. Zoals duidelijk zal worden in Deel 2 van deze verhandeling was de CCC een bouwaannemersbedrijf met werven verspreid over grote delen van Congo. Congobéton 52 was een fabriek waarin betonnen prefabelementen werden geproduceerd. Het was gevestigd op een enkele locatie in, Avenue Engels Omdat het bedrijf slechts één vestiging had, was de papiermolen die het ontwikkelde kleiner van omvang dan die van de CCC. De aard van de activiteiten van de bedrijven maakte dat ook het netwerk waarin de bedrijven opereerden anders lag. Het bestand van actoren waarmee de CCC in contact kwam, zijn gevarieerder en veelvuldiger dan die van Congobéton. Dit weerspiegelt zich duidelijk in het archief. De twee bedrijven hadden dus een totaal verschillende samenstelling en een ander soort werking. Dat levert ander archiefmateriaal op. Daarom bespreken we hieronder het archiefmateriaal per bedrijf. 52 Zie Deel 2 53 Correspondentie, 1950, Fonds Blaton en Afrique, D318- Transformation et location d un immeuble, Brussel: Archives d Architecture Moderne 17

18 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique Afb Foto van een werf, 15 november 1971, Fonds Blaton en Afrique, P81-Hôtel du Lac, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Foto van een flatgebouw, 1958, Fonds Blaton en Afrique, P171-HCB2, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb panoramas de la ville, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P80-Prospectiemap, Brussel: Archives d Architecture Moderne 3.1. De documenten en objecten van de kunnen we onderverdelen in vijf categorieën, namelijk foto s, projectdossiers, kalkrollen, varia en objecten Het fotoarchief De eerste tien jaren hield het bedrijf mooie fotoboeken bij die de vooruitgang van bepaalde projecten weergaf. De foto s in deze fotoboeken zijn vaak vergezeld van inplantingstekeningen en een onderschrift. Men slaagde er echter niet in die mooie traditie te laten duren. In de jaren zestig en zeventig zien we dat deze fotoboeken evolueren naar mappen, waar de foto s op losse bladen werden ingestoken. De onderschriften zijn over het algemeen minder uitgebreid dan in de eerste tien jaren. Bij de laatste projecten zitten de losse foto s in pakketjes bij elkaar door elastiek of enveloppe en met wat geluk staat er een datum en plaats bij. Onderstaand zien we een overzicht van het soort foto s dat dit archief bevat en waarom ze werden genomen. Links staan foto s die een illustratie vormen van het soort materiaal rechts beschreven. Werffoto s Deze foto s werden genomen van de werf om de kantoren in Brussel en in te lichten over de vorderingen van de werven. Ze tonen hoe een werf werd georganiseerd en met welke technieken werd gewerkt. PR-foto s Hierbij gaat het om foto s die gemaakt werden na de afwerking van een gebouw of bij de inauguratie. Ze werden gebruikt om de te promoten. Ze dienden om hun projecten voor te stellen aan potentieel nieuwe klanten om hen zo aan te trekken. Prospectiefoto s en postkaarten Deze foto s tonen aan Brussel hoe het er in Congo uitzag, en in welke stijl men over het algemeen bouwde. 18

19 3. Het archief Afb Günther H. Ueberschär, RTNC Nationales studio: vorentwurf, november 1970, D16-RTNC, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Bartholomé & David, Silo à farine complémentaire, 1 januari 1952, Fonds Blaton en Afrique, D57-Ciments du Congo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Zaïroise, Grondplan Afrique Hôtel, 1973, Fonds Blaton en Afrique, D51-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Les plans de SOMELCOM pour General Motors, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D23-CDK Usine d assemblage de véhicule, Brussel: Archives d Architecture Moderne Projectdossiers De omvang van de projectdossiers beslaat het grootste deel van het archief. De documenten van een bepaald project werden over het algemeen zorgvuldig bijgehouden. Een projectdossier bevat dan ook de documenten met betrekking tot een bepaalde werf. Plannen Architectenplannen Dit zijn ontwerptekeningen van architecten. De plannen van de architecten zijn het meest representatief in vergelijking met alle andere plannen in het archief omdat deze voor een groter publiek gemaakt werden. Plannen studiebureau Deze plannen zijn technisch gericht. Plannen CCC Dit zijn uitvoeringsplannen voor op de werf. Plannen leveranciers Leveranciers reikten deze plannen aan als handleiding van hun systeem. 19

20 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique Afb V. Njoli, Brief aan de CCC over de eerste steenlegging, 6 mei 1971, Fonds Blaton en Afrique, D102-Hôtel du Lac, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Rapport journalier du 26 avril 1958, 26 april 1958, Fonds Blaton en Afrique, D7-Siège de BCCBRU, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Henri Jordan, Brief aan de CCC, 23 september 1957, Fonds Blaton en Afrique, D7-Siège de BCCBRU, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Jean-Marie Van Caster, Rapport de la visite au chantier de l Afrique Hôtel à Mbandaka du 28 mai 1975, 30 mei 1974, Fonds Blaton en Afrique, D51-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb W. Lisart, Brief van Léon Marcel Chapeaux aan de CCC, 3 juli 1957, Fonds Blaton en Afrique, D7-Siège de BCCBRU, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb L. Richir, Lettre à Monsieur Armand BLATON, 21 oktober 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153- Immeuble C.C.C., Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Telex over het dossier C310, 6 oktober 1973, Fonds Blaton en Afrique, D51-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne Correspondentie Extern CCC klant Intern CCC conducteur de chantier CCC Dagrapporten: vorderingen per dag, aantal personeel. In het archief vindt men deze rapporten terug in fardes met de titel Attachements. CCC - Architect CCC gestionnaire de chantier CCC Rapport na bezoek aan werf: problemen schetsen en verspreiden over vestigingen in Brussel ne. CCC - Ingenieur CCC en Brussel Vnl. bij problemen en vinden van leveranciers. Telex: voor dringende beslissingen Tussen Brussel en (enkel daar machines) 20

21 3. Het archief Afb Jean-Marie Van Caster, Rapport PV de la réunion de coördination du 26/8/1974, 5 september 1974, Fonds Blaton en Afrique, D51- Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Società d Ingegneria e Consulenza Attività Industriali, Appel d Offres Marché NPA3, Avril 1974, Fonds Blaton en Afrique, D222- Poste de Gombe, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Bordereau descriptif & Quantitatif, 10 juli 1973, Fonds Blaton en Afrique, D102-Hôtel du Lac, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Facture armoires type Colectric, 31 mei 1971, Fonds Blaton en Afrique, D98-Motel Fik ONL, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Promotieblad DYNABAT, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D112-Brasserie Sobobrand, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Calcul des dalles du bas du sous-sol, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D66-Immeuble de la Socobanque, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Metrés B.C.C.B.R.U, 27 juni 1957, Fonds Blaton en Afrique, D7-Siège de BCCBRU, Brussel: Archives d Architecture Moderne Varia Vergaderingsverslag Bestek Offerte Factuur Promotieblad leverancier Berekeningsnota Opmeting Niet alle projectdossiers bevatten al deze soorten documenten. Wat zich in een dergelijk dossier bevindt kan sterk verschillen. Elk bouwproject heeft immers een eigen karakter. De CCC hield vele dossiers bij, ook al werden ze niet uitgevoerd door hen. Een dossier begint vaak met een correspondentie over een potentieel bouwproject en het verkrijgen van het bestek ervan. Deze bestekken komen dan ook veelvuldig voor in het archief. Als de bouwaannemer van het project nog niet vast stond, streed de CCC mee om een zo goed mogelijke offerte te kunnen voorleggen. Soms haakten ze af in het midden van dit proces, andere keren niet en werd een uiterst gedetailleerde offerte opgemaakt: beide zitten opgeslagen in het archief. Zo n detailofferte bevat verschillende pro forma documenten van leveranciers en onderaannemers. Eenmaal de contracten binnen gehaald waren, volgt de correspondentie betreffende het uitvoeringsproces, worden eventuele nieuwe berekeningen gemaakt en komen de facturen. Bij uitzondering bevat een dossier ook correspondentie over de oplevering van een gebouw Kalkrollen De kalkrollen in het archief bestaan uit plannen die door de CCC werden getekend in Brussel of in. In Brussel was er een studiebureau en in een technische dienst van de CCC. De kalkrollen werden niet systematisch bewaard. Ze werden namelijk gearchiveerd per project of per jaar. In dit laatste geval, zitten alle plannen van verschillende projecten door elkaar. 21

22 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique Afb Rouleau BATA, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D62-Nouveau dépôt, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb , Bralima à Boma Batiment MOI, 11 juli 1958, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Map verkenningsreis Nigeria, 1975, Fonds Blaton en Afrique, Map Nigeria, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Ministère d Etat chargé du Tourisme, Investir dans le tourisme en Côte d Ivoire, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D107-Ensemble immobilier, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Répertoire classement Technique, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Répertoire classement technique, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Verzegelde documenten, s.d., Fonds Blaton en Afrique, aparte kast, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Prix de revient : matériel, s.d., Fonds Blaton en Afrique, aparte kast, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Relevé de prix pratiques Décembre 1976 Porphyres - Concassés, december 1976, Fonds Blaton en Afrique, Prix de référence, Brussel: Archives d Architecture Moderne De kalkrollen bevatten twee soorten tekeningen. Representatieve plannen Deze tekeningen stellen een project voor. Ze komen van het studiebureau van de CCC en vervangen vaak de plannen van de architect. Technische plannen Deze moesten helpen op de werf om het tot een degelijke uitvoering te laten komen Varia Er zijn enkele documenten in het archief die niet aan een precies project gekoppeld kunnen worden. Deze documenten zijn in de minderheid, maar zijn er toch. Map Prospectieboek Oude verkenningsreis classificering Verzegelde documenten Referentieprijzen Materiaalmappen 22

23 3. Het archief Afb Glasplaat, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Brussel: Archives d'architecture Moderne Afb Houten bord, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Brussel: Archives d'architecture Moderne Afb Drukplaat, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Brussel: Archives d'architecture Moderne Objecten Naast alle papieren documenten, bevat het archief ook enkele objecten. Deze kwamen vaak voort uit promotionele activiteiten van het bedrijf. Glasplaten Deze glasplaten tonen projecten van de Blatons in kleur. Er is op getekend om de lijnen te versterken. Houten bordjes met projecttitels Deze bordjes werden bij beurzen (Internationale Exposities) als onderschrift bij foto s geplaatst. Drukplaten Deze drukplaten zijn een uitzonderlijkheid. Het zijn ontwerpen van de architect J. Polak die op drukplaten zijn gebracht. Het is een ontwerp voor een uitbreiding van een gebouw van de CCC zelf Congobéton De documenten van Congobéton in het archief van het fonds Blaton zijn eerder fragmentair. Het betreft correspondentie tussen Brussel en uit de beginjaren van het bedrijf, daarnaast zijn er personeelslijsten terug te vinden en materiaallijsten. 23

24 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique Afb Balances mensuelles 1952 Ventilation fabrication du 16 au 29 Février 1952, 1952, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Journal des achats, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Duchene, Correspondance, 25 augustus 1955, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Dossiers Spéciaux Agents, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Loonfiche Congobéton, augustus 1957, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Règlement d entreprise, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Réunion du Conseil d Entreprise du 27 juin 1953, 27 juni 1953, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Extrait de Caisse du 16 au 30/6/55, 1955, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Maandelijkse productieopvolging Overzicht aankopen Correspondentie Opvolging Europees personeel Overzicht afrekening lonen Arbeidersreglement Verslag ondernemingsraad Boekhouding Deze bespreking van het archief toont hoe groot het is en wat voor informatie het bevat. De enorm brede waaier aan plannen en correspondentie, laat niet alleen een architectuurhistorisch onderzoek toe. Het toont hoeveel verschillende actoren betrokken waren bij de eigenlijke bouw van een project. Er kan materiaaltechnisch, economisch, cultureel en sociologisch onderzoek uitgevoerd worden aan de hand van al het materiaal. 24

25 4. Het archief ontsloten Afb Ludwine Van Craenenbroeck, Collage begintoestand van het Fonds Blaton en Afrique, 18 februari Het archief ontsloten Bij de schenking van het archief in het najaar van 2013 wist men eigenlijk niet wat voor materiaal het archief juist bevatte. Men had enkel vermoedens over het soort documenten dat zich in het archief zou kunnen bevinden, inclusief de documenten zoals hierboven in Het archief beschreven staat. Het archief, dat op dat moment uit een lange rij gesloten dozen bestond, overweldigde (Afb. 1.47). Het was noodzakelijk zicht te krijgen op wat er zich juist in het archief bevindt en waarover het juist handelt. Concreet houdt dit in dat nagegaan moest worden op welke manier de Blatons actief waren in Afrika en hoe dit zich weerspiegelt in het archiefmateriaal. Door dit te onderzoeken in deze scriptie hopen we antwoord te kunnen bieden op de vraag wat de waarde en het nut van dit archief zijn. Een literatuurstudie naar de activiteiten van de Blatons, meer betreffende de activiteiten van de familie in Afrika, bracht weinig verheldering. In de onuitgegeven doctoraatsverhandeling van Stephanie Van de Voorde komen de Blatons aan bod met betrekking tot de ontwikkeling van een systeem voor voorgespannen beton, het systeem Blaton-Magnel. 54 Ook de scriptie van Armande Hellebois verwijst naar de Blatons voor de ontwikkeling van beton. 55 Georges Timmerman geeft in zijn Main Basse sur Bruxelles een zicht op de activiteiten van de familie. Een vestiging in Congo komt in dit werk ook aan bod. Wat die vestiging juist inhoudt, wordt echter niet verhelderd. Bovendien bespreekt hij de activiteiten uit je jaren tachtig en negentig, die buiten het tijdsbestek van deze verhandeling vallen. 56 In het werk Les Trusts au Congo worden de drie bedrijven van de Blatons in Congo kort vermeld. 57 Ook in Buelens Congo Een financieel-economische geschiedenis wordt er in een voetnoot verwezen naar de CCC bij de voorstelling van de activiteiten van de bank Lambert 58 in Congo. 59 Enkel Smets heeft het in zijn Lambert. Une aventure bancaire et financière iets uitgebreider over de activiteiten van Blaton in Afrika. Hij geeft op een bondige manier weer met welke bedrijven de Blatons actief waren in Congo en wat er met deze bedrijven gebeurde na de onafhankelijkheid. 60 Wat deze bedrijven precies deden, behalve actief zijn in de bouwsector, blijft echter onderbelicht. Door het gebrek aan informatie in de literatuur, is de voornaamste bron van deze thesis dus het archief zelf. Samen met professor Lagae werd een steekproef van de dozen uitgevoerd om zicht te krijgen op het materiaal. Hieruit bleek dat de dozen gevuld waren met projectdossiers. Bijgevolg werd beslist al de dozen uit te pakken en tegelijkertijd een inventaris te maken van de projectdossiers. 54 Van de Voorde, Bouwen in beton in België ( ). 55 Armande Hellebois en Bernard Espion, Theoretical and Experimental Studies on Early Reinforced Concrete Structures. Contribution to the Analysis of the Bearing Capacity of the Hennebique System (Université Libre de Bruxelles. Building, Architecture and Town Planning Department., 2013), ULBetd /unrestricted/Hellebois_Armande_PhDthesis.pdf. 56 Georges Timmerman, Main basse sur Bruxelles: argent, pouvoir et béton (Brussel: EPO, 1991). 57 Pierre Joye en Rosine Lewin, Les trusts au Congo (Société populaire d éditions, 1961). p Voor de link tussen de bank Lambert en de familie Blaton, zie Deel Frans Buelens, Congo, : een financieel-economische geschiedenis (Berchem: EPO, 2007). p Paul-F. Smets, Lambert: une aventure bancaire et financière (Brussel: Racine, 2012). p

26 Deel 1: Onderzoeksdomein en het archief Blaton en Afrique Afb Ludwine Van Craenenbroeck, Huidige toestand van de schappen, 16 februari 2015 Afb Ludwine Van Craenenbroeck, Huidige situatie fotokast, 28 augustus 2014 In deze inventaris werden de volgende gegevens opgenomen: de oude dossiernummers, het land, de regio, de beschrijving van het project, de typologie, de klant, de bouwaannemer, de architect, de ingenieur of het studiebureau en de datum. Deze gegevens konden niet steeds even consequent worden aangevuld. Zo zien we dat het veld architect en ingenieur vaak leeg is gebleven. Ook het oude dossiernummer was niet altijd even duidelijk. Daarnaast werd systematisch genoteerd waar het projectdossier zich momenteel bevindt. De schappen (Afb. 1.48) in het AAM werden genummerd en deze nummers zijn in de inventarislijst opgenomen. De dossiers staan volgens geen enkel systeem fysiek gerangschikt, wegens een gebrek aan overzicht bij aanvang. In totaal werden op deze manier 375 dossiers geïnventariseerd op deze manier. Tijdens het openen van al deze dozen zijn echter meer documenten naar boven gekomen dan enkel de projectdossiers van de CCC. Waar er oorspronkelijk van werd uitgegaan dat er enkel projectdossiers van de CCC in de dozen zaten, bleken er ook documenten van het bedrijf Congobéton in te zitten. Hierboven in Het archief stipten we reeds aan wat voor documenten dat zijn. Verder kwam er ook een map met een oude classificering van de projectdossiers van de CCC bovendrijven. De mappen die niet tot een projectdossier van de CCC behoorden, werden aan de kant gelegd. Het tijdsbestek van deze masterproef liet niet toe deze documenten ook te inventariseren. Naast de vele dozen met projectdossiers en documenten van Congobéton, bevindt het fotoarchief van Blaton in Afrika zich vandaag ook in het AAM. Zoals hierboven reeds werd besproken zaten sommigen in fotoboeken, andere in mappen en nog andere tussen elastiekjes en enveloppes. Een overzicht van welke foto s zich hier bevonden was er echter niet. Na een eerste maal de foto s bekeken te hebben, bleek het om verschillend materiaal te gaan. Een deel bevat prospectiefoto s, postkaarten en promotiefoto s aanwezig in dit fotoarchief. De meerderheid van de foto s documenteren echter de toestand op verschillende werven. Opnieuw werd beslist hier een inventaris van te maken om zicht te krijgen op welke projecten de CCC gerealiseerd heeft. In deze inventarislijst werden de volgende gegevens opgenomen: de map waarin de foto s bewaard zijn, de naam van het project, de typologie, het land, de regio, het volledige adres en de datum. Deze inventaris bestaat uit 185 items. Om onderzoek naar deze foto s te faciliteren, hebben we die foto s allemaal gedigitaliseerd. De 4644 foto s staan digitaal op dezelfde manier gesorteerd als in het archief zelf (Afb. 1.49). 26

27 4. Het archief ontsloten Afb Ludwine Van Craenenbroeck, Collage van de huidige toestand van het Fonds Blaton en Afrique, 16 februari 2015 Waar het materiaal in de dozen en het fotoarchief gedetailleerd werd geïnventariseerd, maakten we van de kalkrollen slechts een ruwe lijst die een idee geeft van welke projecten zich erin bevinden. Een gedetailleerde inventaris van dit materiaal was binnen het tijdsbestek van deze verhandeling niet mogelijk. Bovendien is men er nog niet in geslaagd alle kalkrollen van projecten in Afrika te onderscheiden van projecten in België. Hoewel deze ruwe lijst niet exhaustief is, geeft ze wel reeds aan dat niet alle projecten die zich tussen de kalkrollen bevinden, terugkomen bij de projectdossiers. Ook de inventaris van de foto s en de oude classificeringslijst wijzen erop dat niet alle projecten van de CCC zich tussen de projectdossiers bevinden. Het is onmogelijk een sluitende lijst te maken van de projecten die de CCC gerealiseerd heeft. Toch hebben we voor deze thesis een poging ondernomen om een lijst op te stellen die een zo volledig mogelijk overzicht biedt van alle projecten. Deze lijst bevat de projecten van beide gemaakte inventarissen. Daarnaast werd een extra veld toegevoegd aan deze lijst dat aangeeft of de CCC het project ook daadwerkelijk heeft uitgevoerd. Niet alle projectdossiers zijn immers gerealiseerd. Deze integrale lijst (Appendix: integrale projectlijst) bevat 455 projecten. Hoewel ze dus waarschijnlijk niet alle projecten bevat waaraan de CCC ooit heeft gewerkt, geeft ze wel een goede indicatie van de activiteiten. 27

28

29 Deel 2: Positionering, productie en netwerken 29

30 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Deel 1 toonde onder andere aan dat het archief van Blaton in Afrika erg divers is. Er zijn enorm veel verschillende soorten documenten bewaard. In dit deel gaan we enerzijds op zoek naar de manier waarop de takken van Blaton zich enerzijds positioneerden in Afrika, anderzijds hoe het bedrijf evolueerde door de tijd heen. Het vertrekpunt hiervoor is een kwantitatieve analyse van de integrale lijst van projecten. Fragmenten uit het archief en reeds bestaande literatuur laten ons toe de ontwikkelingen die in deze kwantitatieve analyse naar boven komen, te kaderen en te nuanceren. Het koppelen van de bestaande literatuur aan de tendensen die het archief bloot legt, geeft een zicht op de werking van de CCC, ontwikkelingen van de architectuurgeschiedenis in Congo en omstreken. Waar de tendensen uit het archief niet stroken met de literatuur, kan dat eerste een nieuw licht werpen op bepaalde thematieken en bestaande literatuur omtrent Congo. We verdiepen ons in de activiteiten van Blaton in Afrika. Een grafiek toont ons welke tendensen zich voordoen op vlak van datum, regio en typologie. We onderzoeken waarom deze tendensen zich voordoen. Hiervoor leggen we onder andere de evolutie van de politieke situatie in Congo, naast de evolutie van het bedrijf. Dit laat toe de relatie tussen de twee te duiden. Daarnaast kijken we ook naar wat de integrale projectlijst ons vertelt over architecten en ingenieurs waarmee het bedrijf samenwerkte en het clientèle voor wie het opdrachten uitvoerde. Door dit te doorgronden krijgen we een beeld van het netwerk waarin het bedrijf opereerde en welke ambitie het bedrijf had. Dat alles gebeurt volgens bepaalde periodes. Verder in dit deel zal duidelijk worden waarom we de analyse zo uitvoeren. Deel 2 wordt afgesloten door de grenzen van de periodes te doorbreken en te kijken naar wat het volledige verhaal nu eigenlijk is en hoe dit verhaal nieuwe elementen naar voren heeft gebracht of nog kan brengen. We beginnen echter met een korte schets over de familie Blaton, haar activiteiten en hun aannemersbedrijf om te kunnen kaderen in welke context zij naar Congo trokken. 1. De familie Blaton In 1865 besloot Adolphe Blaton-Aubert ( ) het bedrijf Entreprises Blaton-Aubert op te richten. Het bedrijf leverde op dat moment bouwmaterialen, waaronder Portlandcement. 1 Al snel gebruikte het bedrijf de bouwmaterialen om zelf beton te maken, 2 waaronder geprefabriceerde elementen in pierre artificielle en béton aggloméré voor toepassing in civiele werken. 3 Een handelscatalogus uit 1889 van S.A. Ciments & Bétons (Ancienne firme Blaton-Aubert) toont dat het bedrijf actief was zowel in de burgerlijke bouwkunde, zoals bruggen en waterleidingen, alsook in het maken van betonnen sierelementen. Het aanbod gaat van knappe bustes, tot vrolijke fonteinen, tot de Venus van Milo. 4 1 Stephanie Van de Voorde, Bouwen in beton in België ( ), Samenspel van kennis, experiment en innovatie (Universiteit Gent. Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur., 2011), p Armande Hellebois en Bernard Espion, Theoretical and Experimental Studies on Early Reinforced Concrete Structures. Contribution to the Analysis of the Bearing Capacity of the Hennebique System (Université Libre de Bruxelles. Building, Architecture and Town Planning Department., 2013), ULBetd /unrestricted/Hellebois_Armande_PhDthesis.pdf. 3 Van de Voorde, Bouwen in beton in België ( ). p Ciments & Bétons S.A. Ancienne firme Blaton-Aubert. Série de prix, vol (Belgium, Bruxelles: Lithografie Dufrane-Friart), geraadpleegd 27 april 2014, 30

31 1. De familie Blaton Afb L organigramme de la famille Blaton in De Hemptinne, Les Blaton, La Libre Belgique, 1993, p.6 zoals opgenomen in Van de Voorde, Stephanie. Bouwen in beton in België ( ), Samenspel van kennis, experiment en innovatie. Universiteit Gent. Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur., p. 101 Afb Het principe van spanbeton in Le béton précontraint, Architecture, 1955, p. 606; Haegermann, Vom caementum, p. C8 zoals opgenomen in Van de Voorde, Stephanie. Bouwen in beton in België ( ), Samenspel van kennis, experiment en innovatie. Universiteit Gent. Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur., p. 336 Tegen het einde van de negentiende eeuw had het bedrijf dan ook naam gemaakt met de toepassing van beton. De zaak floreerde. 5 Bij de overgang van de negentiende naar de twintigste eeuw, wisselde de wacht: Adolphes zoon, Armand Joseph Blaton-Peyralbe ( ) nam de familiezaak over. Armand liet een frisse wind door het bedrijf gaan. Hij herdoopte het Armand Blaton- Peyralbe Entrepreneur en transformeerde het in een volwaardig en professioneel bouwaannemersbedrijf, gespecialiseerd in openbare en industriële bouwwerken. Van de Voorde wijst erop dat het bedrijf als een van de eersten in België gebruik maakte van gewapend beton, maar dit zonder patent, wat hoogst uitzonderlijk was voor die periode. 6 In 1927 namen Armands twee zonen, Armand Eugène ( ) en Emile ( ), de leiding van hem over. Zij grepen terug naar de oude naam, Entreprises Blaton-Aubert (Afb. 2.1), maar de dynamische weg die hun vader was ingeslagen, zetten zij verder. Het bedrijf groeide verder uit tot één van de grootste bouwaannemers in België en gaf veel aandacht aan innovatie, op het vlak van technische ontwikkelingen. 7 Een voorbeeld daarvan is de samenwerking van Blaton met Gustave Magnel ( ), professor aan de Rijksuniversiteit Gent in de jaren veertig. Die legde zich vanaf 1940 toe op spanbeton. Het idee achter spanbeton is om de trekspanningen in beton op te heffen door permanente, vooraf aangebrachte spanningen aan te brengen (Afb. 2.2). Dat concept maakte Eugène Freyssinet ( ) begin de twintigste eeuw verstaanbaar door de begrippen krimp en kruip in te voeren. Krimp is de verkorting door vochtuitwisseling van gewapend beton met de omgeving en kruip een verkorting door de langdurige uitoefening van drukspanningen. De ideeën van Freyssinet werden opgepikt door wetenschappers in verschillende landen. Deze ontwikkelden op hun beurt allen een eigen methode voor spanbeton. Van de Voorde schrijft in haar doctoraat dat die methoden steeds worden gekenmerkt door een eigen voorspanmethode, een andere technische materiaaluitrusting en bijhorende terminologie en een specifiek verankeringssysteem. 8 Magnel was een van deze ingenieurs. Met de ondersteuning van Blaton ontwikkelde hij het systeem Blaton-Magnel. Magnel stond in voor de technische aspecten, terwijl Blaton de commercialisering op zich nam. 9 5 Van de Voorde, Bouwen in beton in België ( ). p Ibid. p Ibid. p Ibid. p Ibid. p

32 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Sandwichplaten in Promotieboek Entreprises Blaton-Aubert. Brussel, In Fonds Blaton, Brussel: Archives d Architecture Moderne. Afb Vijzel in Promotieboek Entreprises Blaton-Aubert. Brussel, In Fonds Blaton, Brussel: Archives d Architecture Moderne. Afb Flyer Entreprises Blaton-Aubert S.A., s.d., Fonds Blaton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Pont de Walnut Lane au-dessus de la Lincoln drive à Philadelphie (USA), februari 1951, zoals in Tentoonstelling Trésors d Architecture. De l Art Nouveau à l Expo 58, 18 januari september 2015, Brussel: Centre International pour la Ville, l Architecture et le Paysage Bij het voorspansysteem Blaton-Magnel worden de metalen draden in het beton per twee voorgespannen en ze worden verankerd met sandwichplaten (Afb. 2.3). Die sandwichplaten zijn heel typisch voor de methode Blaton-Magnel. De sandwichplaat is een metalen prisma waarin vier kegelvormige gleuven zijn gemaakt. De draden worden steeds per twee in één van die gleuven geplaatst en vastgeklemd door wiggen. De draden worden per twee aangespannen met een vijzel (Afb. 2.4), waardoor een meer uniforme spanningsverdeling tussen de draden wordt verzekerd. 10 Hoewel men het algemeen voorgespannen beton noemt, wordt de wapening pas enkele dagen na het gieten opgespannen: hiervoor gebruikt men de term post-tensioning. Tijdens het constructieproces wordt het beton onder spanning geplaatst. Na een langere periode van rond de 30 dagen wordt de spanning van de wapening genomen, waardoor er spanning komt te staan op het beton. Hierdoor zijn de reacties in het beton kleiner wanneer de constructie in gebruik wordt genomen en voorkomt men scheuren.11 Het systeem Blaton-Magnel liet toe een relatief kleine vijzel van vijf ton te gebruiken. Daarnaast kon dit systeem zowel in een fabriek als op een werf toegepast worden (Afb. 2.5). Bovendien waren constructies in spanbeton elegant en economisch: het staalgebruik kon tot de 1/6 herleid worden en het betongebruik met de helft in vergelijking met normaal gewapend beton, zoals Freyssinet reeds voor de Tweede Wereldoorlog aantoonde. Technisch maakte het grote overspanningen mogelijk.12 Na de Tweede Wereldoorlog hielden de broers Blaton zich druk bezig met de verspreiding van de techniek die ze samen met Magnel op punt stelden. Zo bouwden ze de eerste brug uit spanbeton in de Verenigde Staten in 1949 onder leiding van Magnel. Het betreft de Walnut Lane Memorial Bridge in Philadelphia (Afb. 2.6). De spanwijdte van de centrale travee van deze brug bedraagt 48 meter.13 Amerika is echter niet het enige continent waarin Blaton op dat ogenblik actief was. Ze vestigden zich in datzelfde jaar ook in de destijds Belgische kolonie om de Centraal-Afrikaanse belangen te behartigen.14 De vestiging kreeg de naam Compagnie Congolaise de Constructions met zich mee. Verder in dit deel zal het verhaal van dit bedrijf duidelijk worden. Ibid. p Tentoonstelling Trésors d Architecture. De l Art Nouveau à l Expo 58, 18 januari september 2015, Brussel: Centre International pour la Ville, l Architecture et le Paysage 12 Van de Voorde, Bouwen in beton in België ( ). p Tentoonstelling Trésors d Architecture. De l Art Nouveau à l Expo 58, 18 januari september Entreprises Blaton-Aubert, Exemples Béton Précontraint,

33 1. De familie Blaton In 1954 werd Entreprises Blaton-Aubert grondig geherstructureerd. Omdat de groep Blaton sinds de jaren twintig verschillende dochterondernemingen had, is het moeilijk hier een exact beeld van te krijgen. Toch kan met zekerheid gesteld worden dat de twee broers, Armand en Emile, elk hun eigen weg gingen. 15 Emile Blaton startte met CIT-Blaton, met daarin plaats voor zijn drie kinderen: Thérèse, Paul en Pierre. Armand Eugène Blaton richtte samen met zijn zonen Ado (Adolphe) en Jean het bedrijf Bâtiments & Ponts (Batiponts) op. Met zijn andere twee zonen, Armand en Gérald Blaton, stichtte hij S.A. Travaux. 16 Bij deze opsplitsing werd de ondergebracht bij de activiteiten van Batiponts, zoals duidelijk zal worden uit wat hieronder volgt. Alle activiteiten van de Groep Blaton bij elkaar genomen, is de groep tot op vandaag actief in zo goed als alle takken van de bouwsector en hebben ze een belangrijk aandeel in de kantoor- en immobiliënsector Van de Voorde, Bouwen in beton in België ( ). p Historiek, CIT Blaton, geraadpleegd 19 november 2014, 17 Van de Voorde, Bouwen in beton in België ( ). p

34 Deel 2: Positionering, productie en netwerken 2. Blaton in Afrika Het archief van de dochteronderneming van Blaton in Congo, (CCC), bevat gegevens van 1949 tot Deze gegevens laten ons toe op zoek te gaan naar wat het archief ons vertelt over het bedrijf en haar dochteronderneming Congobéton. We analyseren de integrale lijst van de projecten in het archief. Deze resultaten zijn zichtbaar in de Infografiek: Analyse van de integrale projetlijst. Het geeft een algemeen beeld over de activiteiten van het bedrijf door de jaren heen. De tijdslijn bevat boven de centrale as het aantal projecten die daadwerkelijk werden uitgevoerd door het bedrijf, het aantal niet opgevolgde projecten bevindt zich onder de centrale as. Bovendien wordt aan de hand van kleuren meteen ook duidelijk wanneer welke typologieën voorkwamen. Het aantal niet opgevolgde projecten in de jaren vijftig is zo goed als onbestaande. Dit is niet omdat het bedrijf destijds alle projecten uitvoerde waarmee het in contact kwam, maar wel omdat het archief in deze periode anders werd bijgehouden. Er zijn bijna geen projectdossiers uit de jaren vijftig. De collectie kalkrollen en het fotoarchief bevatten meerdere projecten uit de jaren vijftig. Bij de kalkrollen kan men echter moeilijk uitmaken of het project ook werd uitgevoerd door de CCC. Het fotoarchief schept hier wel duidelijkheid in. De tijdslijn laat zien dat industriële complexen en flatgebouwen een constante zijn in de bouwproductie van de CCC. Ze vormen als het ware de basistypologieën van het bedrijf. Daarnaast heeft het bedrijf bijna steeds een uitvoeringspercentage van, ruwweg, één op de drie projecten. Verder zien we enkele grote dalen en pieken in deze tijdslijn. In de jaren vijftig was de bouwactiviteit groot, begin de jaren zestig valt die echter sterk terug. Vanaf 1965 stijgt de bouwactiviteit opnieuw, maar in 1973 gaat het opnieuw snel bergafwaarts voor het bedrijf. De verdere bespreking van deze grafiek en de daaropvolgende verklaring ervan, gebeurt via de volgende perioden van dalen en pieken: , , en Hierbij betrekken we per periode ook een geografische kaart die weergeeft waar het zwaartepunt van de bouwactiviteiten lag:. Ook hier wordt aan de hand van kleuren het onderscheid in de verschillende typologieën gemaakt. Naast de twee basistypologieën die samen 44 procent van de totale bouwproductie 18 in beslag namen in de jaren 50, springen voornamelijk de infrastructuurwerken in het oog. Deze productie bedraagt namelijk 26 procent. De infrastructuurwerken zijn verspreid over bijna het hele land, met uitzondering van de regio Katanga. Ook de medische complexen, zoals sanatoria en ziekenhuizen, en militaire kampen, zien we na de jaren vijftig niet meer gerealiseerd worden door de CCC. Daarnaast is geen enkel project besteld door een individu: het betreft steeds bedrijven en de staat. Van 1960 tot 1964 lijken de werken stil te vallen voor de CCC, ze voerden immers maar elf projecten uit. Het aantal niet-opgevolgde aanbestedingsdossiers ligt ook niet hoog. De basistypologieën bepalen hier 55 procent van de totaalproductie door de CCC. In de niet uitgevoerde projecten zien we wel een nieuwe typologie opduiken, namelijk die van de hotels. Ook zijn de projecten veel minder verspreid over het volledige land, een tendens die in de nog komende periodes niet meteen meer veranderde. 18 In het archief vinden we 87 projecten terug voor de jaren vijftig waarvan we met zekerheid kunnen zeggen dat ze gerealiseerd zijn door de CCC. 34

35 2. Blaton in Afrika Wat die verspreiding betreft, vallen de eerste stapjes buiten de Congolese grens op te merken, naar Tsjaad, Rwanda en Burundi. Vanaf 1965 zien we opnieuw een toename in het aantal projecten, zowel wat betreft de niet opgevolgde aanbestedingen als de uitgevoerde projecten. We weten van 66 projecten zeker dat ze door de CCC werden uitgevoerd. De basistypologieën bedragen hier 33 procent van de productie. We zien bovendien dat typologieën die in de jaren daarvoor nog niet werden uitgevoerd, zoals hotels en radio- en televisiecentra nu wel worden uitgevoerd door de CCC. Samen bepalen ze 25 procent van de totale productie van de CCC in deze periode. Ook hielp het bedrijf mee met de bouw van elf scholen, een veel hoger aantal dan voorheen. Voor het eerst zien we in deze periode ook een nieuw soort klant: het individu. Na 1973 neemt de bouwactiviteit van het bedrijf sterk af. Ook het aantal niet opgevolgde aanbestedingsdossiers vermindert sterk. De twee basistypologieën bepalen opnieuw de helft van de uitgevoerde projecten. De pogingen om buiten de grenzen van Congo te werken namen steeds toe en men gaat verder dan voorheen, tot in Irak en Iran. Toch werd geen van die laatste projecten uitgevoerd. Hieronder bespreken we per periode wat er politiek aan de hand was en de eventuele weerslag daarvan op de activiteiten van de CCC. We pogen een antwoord te bieden op de vraag hoe het bedrijf zich steeds herpositioneerde in een veranderende markt, welke verschuivingen hierdoor plaatsvonden in het soort bouwproductie en wat de rol van de klant daarbij was. Hier: Infografiek: Analyse van de integrale projectlijst. 35

36 itgevoerdeprojectencongo onafhankelijk Staatsgreep door Mobutu Authenticité Nationalisering bouwsectorunietuitgevoerdeprojecten Infografiek: analyse van de integrale projectlijst C O N G O B E L G E REPUBLIQUE DU CONGO Z A I R E Compagnie Congolaise de constructions Zaïroise Batipont International industrieel complex scholencomplex flatgebouw hotel infrastructuur transformatie woning uitzendgebouw medisch complex divers militair kamp

37 Deel 2: Positionering, productie en netwerken 3. Compagnie Congolaise de Constructions Blaton vestigde zich dus in 1949 in Congo. We bespreken hier kort hoe de bouwmarkt er op dat moment uitzag, om hierin vervolgens de oprichting van de CCC en haar ambities te kaderen. Daarna verleggen we de focus naar de productie en het netwerk van de CCC Het na-oorlogse bouwen in Congo Tijdens de Tweede Wereldoorlog moest de Belgische kolonie, afgescheiden van haar kolonisator, op zichzelf leren functioneren. Dit had ze daarvoor niet gedaan, de kolonie werd namelijk lang als zuiver wingewest beschouwd. Er ontwikkelde zich een eigen economie en een nijverheidsindustrie. Na de Tweede Wereldoorlog zette men deze evolutie verder. De bouw- en vastgoedsector werd een basissector voor de Congolese economie. 19 Dit wilt echter niet zeggen dat er voor de Tweede Wereldoorlog helemaal niets werd gebouwd in Congo. In de negentiende eeuw bouwde men voornamelijk met de materialen die men ter plekke aantrof. In 1880 kwam de typologie van de tropische bungalow, zoals in 1895 beschreven door de Britse dokter John Murray, uit India overwaaien naar Afrika. Het skelet van de gebouwen die volgens dit principe werden gemaakt, bestond uit staal of hout. 20 Hout werd nooit een volwaardig bouwmateriaal in de kolonie door de aanwezigheid van termieten in het tropisch klimaat. Het werd voornamelijk als secundair materiaal gebruikt. Op het einde van de negentiende eeuw werd het gebruik van lokaal bouwmateriaal vervangen door geprefabriceerde stalen panelen. Dit onder impuls van de sterke Europese staalindustrie. Nadelen bij staalbouw waren echter de nood aan vaardige arbeiders en de hoge kost van het transport. Begin de twintigste eeuw ontwikkelde de baksteencultuur zich in Congo, voornamelijk dankzij de missieposten. Baksteenbouw is niet afhankelijk van geïmporteerd materiaal en vraagt geen grote vaardigheden. 21 Na de Eerste Wereldoorlog ontstonden verschillende cementbedrijven in Congo, zoals Ciments du Congo (1920) en Ciments du Katanga (1922). 22 Dankzij deze cementbedrijven spreidde de toepassing van beton zich uit over heel Congo. 23 Rond deze tijd ontstaan ook de eerste bouwbedrijven die beton gaan gebruiken in hun constructies, zoals de Société Africaine de Construction (SAFRICAS) en de Société d entreprises de Travaux et Béton au Katanga (TRABEKA). Beide bedrijven zijn van Belgische oorsprong. 24 Ondanks de aanwezigheid van relatief grote aannemersbedrijven, bleven de bouwwerken van gemiddelde grootte. Het is pas begin de jaren 1950 dat enkele meer gespecialiseerde bouwbedrijven 19 Frans Buelens, Congo, : een financieel-economische geschiedenis (Berchem: EPO, 2007). p Marc Gemoets en Johan Lagae, Construire sous les tropiques. Quelques jalons de l architecture climatique à, in (Bruxelles: Éditions CIVA, 2013), Johan Lagae, Matériaux et construction durable sous les tropiques, in, Collection Villes et Architectures (Brussel: Editions CIVA, 2013), Buelens, Congo, p Lagae, Matériaux et construction durable sous les tropiques. 24 Buelens, Congo, p

38 3. Afb FORESCOM building in Toulier, Bernard, Johan Lagae et al., : architecture et paysage urbains. Parijs: Somogy Éditions d Art, p. 73 Afb Instorting Farinha-gebouw, contemporaine persfoto (H. Goldstein), zoals in Lagae, Johan. Kongo zoals het is: drie architectuurverhalen uit de Belgische kolonisatiegeschiedenis ( ). Illustraties Universiteit Gent, p. 138 zich vestigden in Congo. 25 Auxeltra-Béton was een van die bedrijven. Dit bedrijf vestigde zich in 1947 in Albertville 26, maar trok in 1951 ook naar, waar rond die tijd ook de Compagnie Congolaise de Constructions actief werd. 27 In de jaren vijftig had de kolonie nood aan dit soort bouwondernemingen. De Belgische regering had in immers het Plan Décennal pour le Développement Économique et Social du Congo ( ) opgestart met als doel de economie van de kolonie te ontwikkelen en te stimuleren afin de permettre une amélioriation de plus en plus grande de la condition sociale de ses habitants. 28 De uitbouw van een basisinfrastructuur maakte hier een groot onderdeel van uit. Er werd door de overheid sterk geïnvesteerd in de uitbouw van de transportsector, de burgerlijke bouwkunde en de huisvesting voor de Congolese bevolking. 29 Ook de private markt investeerde na de Tweede Wereldoorlog sterk in de kolonie. Buelens maakt nota van het feit dat in de periode 1946 tot procent van alle investeringen die gebeurden tijdens de koloniale periode gebeurden. 30 Er ontstond een bloeiende vastgoedsector: de boost van de economie zorgde ervoor dat er een toestroom kwam aan Europees personeel die onderkomen nodig hadden en nieuwe of uitbreidende bedrijven hadden nieuwe infrastructuur nodig. 31 De prijs van de bouwgronden steeg. In leidde dit tot de opkomst van de hoogbouw. In werd de eerste skyscraper van gebouwd: de Forescom-building (Afb. 2.7). De instorting van het Farinha-gebouw op 27 augustus 1951 toonde pijnlijk aan dat niet alle bouwaannemers klaar waren voor de toenemende complexiteit van de bouwproductie (Afb. 2.8). De vaak van oorsprong Belgische bouwondernemingen die nieuwe bouwtechnieken naar Congo brachten, zoals SAFRICAS, Auxeltra- Béton en de CCC, hadden dan ook een streepje voor. Mede dankzij hen en het Belgische controlebureau SECO 32, waarvan de Congolese afdeling werd opgericht enkele maanden na de instorting van het Farinha-gebouw, professionaliseerde de bouwmarkt zich langzaamaan Lagae, Matériaux et construction durable sous les tropiques. 26 Vandaag Kalemie. 27 Building Experience. synthétise l histoire centenaire de l entreprise de construction belge BESIX. Volume 1 (Brussels, 2009). p Investir c est prospérer. Les réalisations du Plan Décennal pour le Développement Économique et Social du Congo Belge (Bruxelles, 1960). p Ibid. p Buelens, Congo, p Johan Lagae, Kongo Zoals Het Is: Drie Architectuurverhalen Uit de Belgische Kolonisatiegeschiedenis ( ) (Universiteit Gent, 2002). p Deze organisatie zorgde voor een externe controle op ontwerp en uitvoering van grote projecten. 33 Lagae, Kongo zoals het is. p

39 Deel 2: Positionering, productie en netwerken 3.2. De oprichting van de Compagnie Congolaise de Constructions Hierboven werd reeds beschreven dat toen in 1949 de Belgische regering het Plan décennal pour le développement économique et social du Congo ( ) lanceerde, vele industriëlen deze kans aangrepen. In Congo lag een nieuwe markt die snel geld zou opleveren. Een prospectierapport van 30 april 1949 geeft aan dat de Blatons mogelijkheden tot bouw zagen in de kolonie dankzij het tienjarenplan en het toenemend aantal administratief personeel in de private en publieke sector: il semble bien que le Gouvernement belge a adopté la formule de pousser la Colonie au maximum (voir par ex. le plan décennal). Cette politique se matérialise déjà dans l envoi de plus en plus important de personnel administratif. Tout ceci suppose des besoins déjà existants, et qui raisonnablement, doivent s accroître. 34 Hoewel Congo nog steeds een Belgische kolonie was op dat moment, zag men langzaam aan toch andere actoren verschijnen in Congo. Daarom moest men de lacunes in de markt zo snel mogelijk dichten door Belgische spelers, anders zou men de rijke markt aan buitenlandse actoren verliezen: Malgré une crise, il y aura le fait que l étranger, les Américains surtout, les Anglais, les Hollandais, Suisses, Portugais, etc. lorgnent pour de multiples raisons un marché et surtout les ressources du Congo. La Belgique doit donc nécessairement s installer dans la place et si pas elle [sic] les autres. 35 In de jaren vijftig was de economische markt immers niet meer uitsluitend in de handen van de Belgen. 36 Ze werd interessant voor andere actoren. Er doken verschillende, relatief kleinschalige ondernemers op van Italiaanse, Portugese en Griekse origine. 37 Blaton sloeg de handen in elkaar met de bank Lambert en samen richtten ze de CCC op. Het werd een aannemersbedrijf met de administratieve hoofdzetel in Brussel en de sociale hoofdzetel in, hoofdstad van Congo. 38 Hieronder bespreken we de rol van de beide bedrijven binnen de onderneming De ambitie van de Blatons Het gebrek aan degelijke bouwbedrijven, waarvan eerder reeds sprake, ging ook niet onopgemerkt voorbij aan de personeelsleden van de Blatons. Bij de concurrerende bouwbedrijven in Congo merkten zij op dat er met slechte materialen en weinig blank personeel 39 werd gewerkt: 38 Firmes concurrentes s/la place: 34 Affaire Immeuble à Léo, 30 april 1949, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 35 Ibid. 36 Eigenlijk duikte dit fenomeen al eerder op. In 1910 was de bouwsector in Lubumbashi bijvoorbeeld al grotendeels in handen van niet-belgen. Het stond onder een Angelsaksische invloedssfeer. Bruce Fetter, Elisabethville and Lubumbashi: The Segmentary Growth of a Colonial City, (Ann Harbor: University of Wisconsin, 1968). 37 Johan Lagae, A voir absolument? Quelques notes sur la raison d être d un guide d architecture pour la ville de, in, Collection Villes et Architectures (Brussel: Editions CIVA, 2013), Paul-F. Smets, Lambert: une aventure bancaire et financière (Brussel: Racine, 2012). p Voor personeelsbeleid: zie Deel 3.

40 3. Afb Immeuble UIC à Léo, 1952, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Avenue des Aviateurs, Open Street Maps, geraadpleegd 6 augustus 2015, way/ #map=16/ / Afb Immeuble à 6 niveaux, 1951 in Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Siège Regideso Mbuji-Mayi, 1978, Fonds Blaton en Afrique, D192- Siège Regideso, Brussel: Archives d Architecture Moderne - SAFRICAS: très bien dirigé par Mr. Willems, ancien ingénieur principal des Travaux Publics bonne réputation assez bien de matériel moderne (échafaudage tubulaires, etc.) - TRENTESEAUX: ancien administr. territorial, constructeur de Forescom et divers, assez puissant, propriétaire du Palace Hotel, fabrique de châssis métal. CHAMECO, possède carrières pierres et sables à Kinsuka, associé dans fabrique produits béton DARDENNE. - TRABEKA: présentement quelques petits travaux, reprend bonne place sur le marché local. - SOCOL: dont on ne parle pas fort. - SIMACOAF: - PHITIDIS: - Etc. Toutes ces firmes sont encombrées de commandes de moyenne et petite importance, travaillent mal avec de mauvais matériaux, sont en retard de délai, personnel blanc très réduit. 40 De manier waarop men zich hier positioneerde tegenover de andere bouwbedrijven in toont aan wat de ambities van de Blatons zelf waren: men wou grote bouwwerken realiseren, met goed materiaal en ervaren personeel dat vanuit Congo zelf zou opereren. Die ambitie van een stevige verankering werd bevestigd door de bouw van een eigen kantoorgebouw in (Afb. 2.9). De Blatons kochten grond in het commerciële centrum van de stad, op de Avenue des Aviateurs (Afb. 2.10). Deze straat was een zijstraat van de Boulevard Albert 1 er41, de belangrijkste straat van. Hierop creëerden ze een kantoorgebouw naar eigentijdse normen: modern. Dit gebouw werd opgetrokken met de techniek van voorgespannen beton. Het was meteen ook het eerste flatgebouw in waarbij het systeem van voorgespannen beton werd toegepast (Afb. 2.11). 42 Technisch gezien zou het gebouw zelfs een unicum in de wereld zijn, zo blijkt uit de correspondentie van tijdens de bouw: 40 Situation de l entreprise Actuellement à Léo, 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 41 Vandaag Boulevard 30 Juin. 42 Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Imprimerie Davister, 1971, Fonds Blaton en Afrique, D16-Imprimerie Davister, Brussel: Archives d Architecture Moderne 39

41 Deel 2: Positionering, productie en netwerken J ajoute qu il s agit d un immeuble à tendance expérimentale, unique au monde, technique très poussée, poutres continues avec portiques,... etc, que l application du b.p. à l immeuble est différente de celle d un pont et d une toiture, ces dernières plus simples [...] 43 Dit gebouw heeft dragende balken waarvan de lengte 14 meter bedraagt. 44 Het onmiddellijk toepassen van het systeem Blaton-Magnel, wijst op het feit dat men niet gewoon een bouwaannemersbedrijf had opgericht omdat er een gat in de markt zat, maar ook op het feit dat Blaton haar techniek wenste te exporteren naar Congo. Dit past volledig in hun expansiestrategie voor hun product De rol van de bank Lambert De bank Lambert staat bekend als le grand argentier du roi. Léon Lambert ( ) financierde vele expedities van koning Leopold II ( ) naar Congo. 45 In 1886 maakte hij deel uit van de oprichting van de Compagnie du Congo pour le Commerce et l Industrie (CCCI). Hij was hier belangrijk aandeelhouder van. 46 Bovendien zou hij er ook verschillende jaren voorzitter zijn geweest. 47 Daarnaast participeerde hij in vele andere bedrijven, zoals bijvoorbeeld de Banque d Outremer en de Compagnie du Katanga. 48 De Banque d Outremer zou bovendien vanaf 1920 de controle over de CCCI bemachtigen. Zijn zoon, Henri Lambert ( ), zou tussen 1919 en 1928 mee aan de basis liggen van bedrijven in Congo zoals Elakat en Grelco. 49 De bank had dus een grote dosis ervaring met betrekking tot zaken doen in Congo. In 1928 vond een monsterfusie plaats tussen de Banque d Outremer en de Société Générale 50, waardoor er een van de grootste Europese gemengde banken ontstond. 51 Al snel zou de Société Générale echter de controle overnemen. 52 De familie Lambert had dus niet veel meer te zeggen in de CCCI. Daarnaast kreeg de bank Lambert zware klappen te verduren door de bankencrisis in Een crisis die het moeilijk te boven kwam, mede door de vroegtijdige dood van Henri Lambert in Het duurde tot na de Tweede Wereldoorlog om een frisse wind door het bedrijf te laten gaan. Toen was de zoon van Henri lambert, Léon Lambert ( ) oud genoeg om hoofd te worden van de bank 43 L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 21 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 44 Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Imprimerie Davister, 1971, Fonds Blaton en Afrique, D16-Imprimerie Davister, Brussel: Archives d Architecture Moderne 45 Smets, Lambert. p Ibid. p. 65, Buelens, Congo, p Ibid. p Ibid. p De Société Générale was een van de belangrijskte Belgische holdings en investeringsmaatschappijen. Ze beheerste rond de Tweede Wereldoorlog zo n 800 grote bedrijven in België en Congo. Hierdoor hadden ze een enorme politieke en sociale invloed. Generale Maatschappij van België, Wikipedia, geraadpleegd 4 augustus 2015, php?title=generale_maatschappij_van_belgi%c3%ab&oldid= Buelens, Congo, p Ibid. p Smets, Lambert. p

42 3. Afb Oprichtingsakte Compagnie D Afrique pour l Industrie et la Finance in Smets, Paul-F. Lambert: une aventure bancaire et financière Brussel: Racine, p. 191 Afb Top bank Lambert in Smets, Paul-F. Lambert: une aventure bancaire et financière Brussel: Racine, p. 518 Lambert. Volgens Smets luidde Léon Lambert de renaissance van de bank in met zijn inventiviteit en doeltreffendheid. 54 Léon Lambert verkende nieuwe markten om de bank nieuw leven in te blazen. Een reis naar Congo in 1949 samen met zijn broer Philippe kaderde hierin. Bij zijn thuiskomst van die reis stichtte Léon de holding en investeringsmaatschappij Compagnie d Afrique pour l Industrie et la Finance (CODAF) (Afb. 2.12). Het was een société congolaise par actions à responsabilité limitée, met de administratieve zetel in Brussel en de sociale zetel in Léopoldville. Haar doel was la prise de particpations sous toutes formes, dans toutes entreprises ou sociétés financières, commerciales, industrielles, mobilières, immobilières, agricoles, forestières, minières, d élevage, d alimentation, de prospection, de transports et de travaux publics ou privés : la gestion de tous intérêts et patrimoines, les avances de fonds avec ou sans garantie. 55 De bedrijven in Congo waarin Lambert nog participaties had, kwamen in deze holding terecht. Maar daarnaast investeerde ze ook in de oprichting van nieuwe bedrijven. Een trouwe vriend van de familie Lambert, baron Jean del Marmol ( ), werd gedelegeerd bestuurder van de holding. Dat was een welbewuste zet: Jean had een goede kennis over hoe het er aan toeging in de kolonie en daarbij hoorde een uitgebreide kennissenkring. Hij had als schoonzoon en secretaris van Maurice Lippens ( ) 56 namelijk de kans gekregen deze te vergezellen op zijn jaarlijkse Afrikareizen, waardoor hij de Afrikakoorts te pakken kreeg. 57 Jean del Marmol was de man met de juiste contacten binnen het bedrijf. Hij bracht Philippe Van der Plancke binnen in de holding (Afb. 2.13). Die laatste had meegewerkt aan het tienjarenplan en kende dat door en door. Men wist op dat moment dus exact wat de toekomst voor Congo kon brengen. Het is dan ook naar aanleiding van dit plan geweest dat Jean del Marmol de familie Blaton contacteerde Ibid. p Ibid. p De familie Lippens had reeds in 1988 kapitaal in Congo. Hippolyte Lippens bezat namelijk 1800 aandelen van de Banque d Outremer. Zijn zoon, Maurice Lippens was gouverneur-generaal van Congo tussen 1921 en Daarna stortte hij zich op het bedrijfsleven daar. Hij was bestuurder van meerdere belangrijke Congolese bedrijven, waaronder de holding CCCI. Bovendien maakte hij deel uit van de vaste gastenlijst voor de barones Lambert, wat nauwe relaties met deze bank aanduidt. De nauwe relatie tussen het bedrijfsleven en de politiek in Congo worden door hem mooi gerepresenteerd. E. Van der Straeten, Maurice Lippens, Biographie coloniale belge (Brussel: Falk, 1964). p , Smets, Lambert. p Smets, Lambert. p Ibid. p

43 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Vernietiging van balken, 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153- Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne De inbedding van de CCC in de CODAF holding zorgde voor een strategisch netwerk vol potentiële klanten voor de CCC. Ook in de later opgerichte bedrijven van Blaton in Congo zou de CODAF overigens participeren Béton Précontraint en Béton Préfabriqué in Congo: de oprichting van Congobéton Toen de CCC in 1949 werd opgericht, werden er verschillende opties overwogen: startte men een fabriek, zou men een steengroeve gaan uitbaten, een aannemersbedrijf oprichten of een combinatie maken van al deze mogelijkheden? Men opteerde voor het aannemersbedrijf, de andere twee opties liet men open. 60 Tijdens de bouw van het kantoorgebouw van de CCC gebeurden er enkele ongevallen. Op 5 september 1950 viel er een heftuig naar beneden, waardoor vijf medewerkers ernstig verwond geraakten. In de correspondentie daarover staat dat zij weliswaar in het ziekenhuis belandden, maar dat de materiële schade beperkt bleef. 61 Een goede week later, op 14 september 1950, vond er opnieuw een ongeval plaats: een balk in voorgespannen beton sprong. 62 J ai fait baner le l Av. Des Aviateurs, ne pouvant me rendre compte de l importance des dégâts et du danger, que le lendemain. 63 Zoals uit het bovenstaande blijkt, vielen er geen gewonden, maar men maakte zich behoorlijke zorgen over enerzijds de veiligheid op de werf en anderzijds de kwaliteit van het beton. Cause: Vraisemblablement, la peu bonne qualité du béton des éléments. 64 Dat laatste werd uiteindelijk aangeduid als oorzaak van het ongeval. Verder onderzoek leidde tot de conclusie dat gelijkaardige balken op dezelfde verdieping en de verdieping eronder afgebroken moesten worden (Afb. 2.14) Ibid. p Enquête sur les matières & matériaux de base, 1949, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 61 Pierre Schaukens, Rapport de l accident avec la grue n 692, 8 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 62 L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 14 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 63 Pierre Schaukens, Avancement des travaux Immeuble CCC, 20 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 64 L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 14 september Note pour le chantier Immeuble CCC, 21 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 42

44 3. Afb Projet Contrat de Bail, 1951, Fonds Blaton en Afrique, D318-Transformation et location d'un immeuble, Brussel: Archives d'architecture Moderne Afb Plattegrond terrein Dardenne, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D318- Transformation et location d un immeuble, Brussel: Archives d Architecture Moderne Er werden voorbeeldbalken verstuurd naar Gent en de samenstelling van het beton werd gecontroleerd door professor Magnel: opnieuw werd de conclusie getrokken dat de kwaliteit van het beton ondermaats was. 66 Vooral professor Magnel was begaan met de veiligheid en de regelgeving van de bouwtechniek. Hij was betrokken bij de oprichting van het Bureau SECO in Brussel in Pas in 1951 zou dit bureau ook naar Congo komen. 68 Het lijkt erop dat de invloed van Magnel op de activiteiten van Blaton ervoor zorgde dat het bedrijf reeds veel aandacht had voor veiligheid alvorens SECO naar Congo kwam. Na het ongeval, volgde een maand lang correspondentie tussen en Brussel over de samenstelling van het beton, hoe het beter kon en wie de verantwoordelijkheid van die ene balk nu had gehad. Dit bleek hun leverancier Dardenne te zijn. Deze firma, geleid door Albert Dardenne, leverde de geprefabriceerde elementen op de werven: Depuis 6 mois que Mr. Dardenne exécute nos élements b.p. 69, la fabrication n a jamais marché rondement, et conformément aux prescriptions nécessaires. [...] L accident de la poutre 3 étage de l immeuble a amené la conclusion de la situation qui dure depuis 6 mois. 70 Op dat ogenblik is het vertrouwen in leveranciers voor de elementen in voorgespannen beton volledig zoek en worden de vaardigheden van alle onderaannemers sterk in vraag gesteld. Er is een groot gebrek aan vertrouwen op de Congolese bouwmarkt, 71 waarvoor men in maar één oplossing zag: Une position s impose, Mr. Blaton, à mon sens, la seule qui peut nous prémunir de futurs et graves déboires: la fabrication des éléments par la C.C.C. 72 Dit resulteerde op 8 februari 1951 in de overname van Dardenne door de CCC (Afb. 2.15). Darnenne werd herdoopt tot Congobéton. Aanvankelijk huurden de Blatons de grond (Afb. 2.16), de bestaande productie-eenheden en het gemeubelde onroerend goed voor Belgische Frank per jaar, maar in 1953 kocht het bedrijf de fabriek over van Dardenne voor zes miljoen Belgische Frank. Het grootste deel van dit geld werd gefinancierd door de CODAF H. Versluys, Brief vanuit Brussel naar Brussel over de vordering van de werken, 21 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 67 SECO was een controleorgaan. Op aanvraag van opdrachtgevers of andere betrokkenen bij een bouwwerk voerde controle uit op de veiligheid van ontwerp en de uitvoering in het bouwbedrijf. David Attas en Michel Provost, Brussel, in de voetsporen van de bouwkundig ingenieurs (Brussel: CIVA, 2011). p Lagae, Kongo zoals het is. p Béton Préfabriqué 70 L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 21 oktober 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 71 Ibid. 72 Ibid. 73 Contrat de bail, 30 januari 1950, Fonds Blaton en Afrique, D318- Transformation et location d un immeuble, Brussel: Archives d Architecture Moderne 43

45 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Cimenteries CICO à Lukala, s.d., in Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Siège Regideso Mbuji-Mayi, 1978, Fonds Blaton en Afrique, D192- Siège Regideso, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Bartholomé & David, Silo à farine complémentaire, 1 januari 1952, Fonds Blaton en Afrique, D57-Ciments du Congo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Deux parmi quatre silos in Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Siège Regideso Mbuji-Mayi, 1978, Fonds Blaton en Afrique, D192- Siège Regideso, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Cimenteries Alexandres Dapsens, Tournai, 1943, zoals in Tentoonstelling Trésors d Architecture. De l Art Nouveau à l Expo 58, 18 januari september 2015, Brussel: Centre International pour la Ville, l Architecture et le Paysage Het bedrijf nam de productie van betonnen prefabelementen over, waarbij vanaf dan hun eigen recepten en technieken toegepast werden. Het bedrijf groeide snel en stelde een behoorlijk aantal mensen te werk. Het maakte voornamelijk geprefabriceerde elementen voor de CCC. Dit waren niet steeds elementen in voorgespannen beton. Het ging van heel banale, maar belangrijke elementen zoals toiletten, tot elementen waarvoor het bedrijf ook in België bekend stond, zoals betonbuizen Succesjaren Typologie- en regioverklaring Meteen na de oprichting van de CCC stroomden de opdrachten binnen. Het bedrijf zou in deze periode voornamelijk industriële complexen, flatgebouwen en de infrastructuurwerken bouwen. Dat was niet toevallig: deze typologieën komen overeen met de grote werken die Blaton ook in België uitvoerde rond dat moment. Bovendien verleenden deze typologieën zich goed tot de toepassing van spanbeton. Het eerste project waar de CCC bij betrokken was, is de uitbreiding van de fabriek van de Ciments du Congo in Lukala (CICO). CICO Lukala werd in 1920 gesticht, maar was in de jaren vijftig aan uitbreiding toe. De uitbreiding bestond uit het optrekken van silos, woonhuizen, hangars en dergelijke meer. In hun promotieboekje toont de CCC trots de silo s die ze uitvoerden voor de CICO. Ze werden ontworpen door het Brusselse studiebureau Bartholomé & David rond 1950, de uitvoering ervan gebeurde door de CCC. Slechts een kleine tien jaar daarvoor (in 1942) had Blaton een wereldprimeur bij het aanvragen van het octrooi voor de toepassing van spanbeton in de bouw van silo s. In 1943 bouwden ze voor het eerst volgens dit systeem bij de verwezenlijking van de Cimenteries Alexandre Dapsens in Doornik. De silo s werden gebouwd met geprefabriceerde wandelementen die een beperkte dikte hadden. Die prefab elementen werden in ringen samengevoegd en door Louis Lambert, Rapport de controle des inventaires de Congobéton au 31/12/52, 17 januari 1953, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne

46 3. Afb Spoorwegbrug van de Spiegelstraat in Attas, David. Brussel, in de voetsporen van de bouwkundig ingenieurs. Brussel: CIVA, p. 92 Afb Pont de Dungu, 1951 in Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Siège Regideso Mbuji-Mayi, 1978, Fonds Blaton en Afrique, D192- Siège Regideso, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Pont sur la Lulua à Luebo, 1958, in Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Siège Regideso Mbuji-Mayi, 1978, Fonds Blaton en Afrique, D192- Siège Regideso Brug Luebo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Kaart transportassen in Investir c est prospérer. Les réalisations du Plan Décennal pour le Développement Économmique et Social du Congo Belge Bruxelles, p. 11 staaldraden op hun plaats gehouden. Door de staaldraden vervolgens aan te spannen, werd er druk op de wandelementen gezet. 75 Blaton had in 1944 in België opnieuw een wereldprimeur met de toepassing van hun systeem Blaton-Magnel. Het werd toegepast bij het maken van de spoorwegbrug in de Spiegelstraat te Brussel (Afb. 2.21). De brug ontstond onder de leiding van professor Magnel en maakt een belangrijk deel uit van de Noord-Zuidverbinding in Brussel. 76 Eerder vermeldden we al dat Magnel ook de drijvende kracht was achter de eerste brug in voorgespannen beton in de Verenigde Staten. De brug was dus een zeer geschikte typologie om in spanbeton uit te voeren. In Congo was dit niet anders: begin de jaren vijftig zien we de eerste bruggen waarvan de CCC het wegdek in spanbeton maakte (Afb. 2.22). De brug waar ze in de jaren vijftig het meest trots op waren, is die over de Lulua in Luebo (Afb. 2.13). Deze brug werd gemaakt in sterk stromend water, uit balken in spanbeton, terplekke gefabriceerd volgens het systeem Blaton- Magnel: L ouvrage est long de 234 mètres entre culées et comporte six travées de 30 mètres et deux de 27 mètres. Les piles quadripodes ont été fondées dans des conditions exceptionnelles résultant d une vitesse de 6 mètres/ seconde du courant de la rivière. Le tablier d une largeur totale de 5m60 est constitué par 4 poutres en béton précontraint du système Blaton. Ces poutres n ont que 1,02 mètre de hauteur sous la dalle de 12 cm d épaisseur. 77 De typologie van de bruggen sloot overigens uitstekend aan bij het Tienjarenplan, waarbij een groot deel van het geld naar de uitbouw van een degelijke transportinfrastructuur ging. Deze werken gebeurden rond drie assen, de eerste ligt in de buurt van, de tweede tussen Kisangani, Bunia en Bukavu en de derde ligt in Katanga (Afb. 2.14). 78 Als we de kaart van deze assen, naast de kaart met de verspreiding van de infrastructuurwerken van de CCC in de jaren vijftig leggen, zien we dat de infrastructuurwerken van de CCC op die assen vallen. Het is ook in de gebieden rond deze assen dat het zwaartepunt van de rest van de activiteiten van de CCC lag. Medische, meteorologische en militaire centra behoorden evenals tot het tienjarenplan. Maar 75 Tentoonstelling Trésors d Architecture. De l Art Nouveau à l Expo 58, 18 januari september Attas en Provost, Brussel, in de voetsporen van de bouwkundig ingenieurs. p Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Imprimerie Davister, 1971, Fonds Blaton en Afrique, D16-Imprimerie Davister, Brussel: Archives d Architecture Moderne 78 Investir c est prospérer. Les réalisations du Plan Décennal pour le Développement Économique et Social du Congo Belge p. 7 45

47 Deel 2: Positionering, productie en netwerken projecten die buiten het Tienjarenplan vallen en besteld werden door private bedrijven, bevinden zich in de buurt van de twee assen, voornamelijk dan in de buurt van de twee grote steden en Kisangani. Naast de industriële complexen, investeerden bedrijven voornamelijk in flatgebouwen. Hiervoor was een markt in Congo: er was namelijk een tekort aan logement voor Europeanen in Congo na Het leek dan ook een goede branche om in te investeren. 79 Een flatgebouw is nog een typologie die zich perfect leent tot de toepassing van spanbeton. In de twee grootsteden was de grond schaarser, was het bevolkingsaantal het hoogst en bevond zich het centrum van de economie. Vandaar de nood aan flatgebouwen. Met deze typologie had Blaton overigens opnieuw een primeur te pakken, zoals reeds eerder besproken. Met hun eigen gebouw werd de typologie van de hoogbouw één van de standaardtypologieën van de CCC in Congo. 80 We zien dus dat, hoewel de CCC naar Congo was getrokken naar aanleiding van het Tienjarenplan, het voornamelijk opdrachten uitvoerde voor private investeerders. Een kanttekening die hierbij gemaakt moet worden, is de verspreiding van de werken: de CCC werkt niet rond de derde as van het Tienjarenplan, ofwel Katanga, de regio waar de grootste waarde aan grondstoffen zich bevindt en waar de meeste industriële activiteit plaatsvond. Dat de CCC hier niet actief was en zelfs geen prospectie deed om hier actief te worden, is merkwaardig. Opties zijn dat de bank Lambert hier minder belangen had, en daardoor ook de CCC er weinig te zoeken had. Ook stond de regio Katanga meer onder een Angelsaksische invloedssfeer dan de rest van het land. Verder onderzoek moet hier uitsluitsel over geven Positionering ten opzichte van andere bouwondernemingen Eerder schreven we reeds dat er naast de CCC ook andere bedrijven met Belgische wortels interesse hadden in het marktsegment van de CCC. Hierdoor leek een soms zeer harde concurrentiestrijd te ontstaan. Auxeltra-béton ging in de jaren vijftig verschillende joint ventures aan, met onder andere Ackermans Van Haaren, TRABEKA en Société Coloniale de Construction (SOCOL) 81, maar een samenwerking met de CCC leek niet mogelijk. Er heerste een grote concurrentie tussen de CCC en andere bouwondernemingen. Dit wordt duidelijk in een intern correspondentiedocument opgemaakt tijdens de aanbestedingsperiode voor het bankgebouw van een bank in Mbandaka. Vu M. Contempre d Auxeltra hier. A tenté par tous les arguments de se faire couvrir par nous. N a rien accepté. A même proposé de nous couvrir pour Bâtim. Adm. (24 Mi contre pour la Bque). N ai [sic] rien admis. Bref, chacun des concurrents, qui en fait seront CCC et Auxeltra remettra son prix de bataille. Ai laissé entendre que CCC ne s étranglerait pas dans ses prix. 79 Lagae, Kongo zoals het is. p Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Imprimerie Davister, 1971, Fonds Blaton en Afrique, D16-Imprimerie Davister, Brussel: Archives d Architecture Moderne 81 Building Experience. synthétise l histoire centenaire de l entreprise de construction belge BESIX. Volume 1. p

48 3. Afb Toren Bralima Boma, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P152-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Site Bralima Boma, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P152-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Delinte qui escomptait recevoir offre de couverture n a qu à demander à M. Struys Quant à nous, ne pouvons rien lui donner car l étude ne sera pas assez avancée avant samedi ou lundi prochain. Suis certain qu AUXELTRA est au même point. 82 In het archief bevinden zich ook geen sporen van eventuele joint ventures van de CCC met enig ander bedrijf in de jaren vijftig Het ontlopen van de crisis in 1956 dankzij een strategisch netwerk In. Architecture et Paysages urbains staat dat in 1956 de groei van de Congolese economie stagneerde, waardoor vele projecten in de voorbereidingsfase bleven en nooit werden gerealiseerd. 83 Ten gevolgde daarvan werd bij Auxeltra-Béton in Congo het personeelsbestand ingekrompen en het materieel werd onderverhuurd. 84 De CCC lijkt de crisis echter niet te voelen. Als we naar de projectlijst en referentielijsten kijken, zien we waarom: er komen steeds opnieuw opdrachten(afb. 2.25, Afb. 2.26) van Brasseries, Limonaderies et Malteries Congo (BRALIMA). In de projectlijst van de CCC komen ze als klant in de jaren vijftig vijf keer voor, maar er waren meer werken dan het archief op het eerste zicht doet uitschijnen. In een brief uit 1961 heeft Ado Blaton het immers over: Trois Brasseries, Malteries et Limonaderies Africaines (BRALIMA Groupe Heineken): - Trois brasseries et habitations à Stanleyville, Boma et Kisenyi - Des aménagements (nouvelle salle de brassage, cave de fermentation, limonaderie et bâtiments divers), aux brasseries du Bukavu et de Léopoldville Pour un montant total d environ 225 millions de francs belge. 85 BRALIMA is een brouwerijbedrijf dat ontstond bij de fusie tussen Brasseries de Léopoldville en Brasserie du Ruanda Urundi in Tegelijkertijd kwam het in de holding CODAF terecht. Het werd gecontroleerd door de holding en Heineken Qoq.: Banque centrale 4/4, 4 april 1957, Fonds Blaton en Afrique, D7-Siège de BCCBRU, Brussel: Archives d Architecture Moderne 83 Bernard Toulier e.a., : architecture et paysage urbains (Parijs: Somogy Éditions d Art, 2010). p Building Experience. synthétise l histoire centenaire de l entreprise de construction belge BESIX. Volume 1. p Ado Blaton, Construction d une brasserie à Moundou, pour le compte de la Brasserie du Logone, 1961, Fonds Blaton en Afrique, D172-Brasserie de Logone 86 Buelens, Congo, p

49 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb M. del Marmol en conversation avec M. Brams, comptable à BRALIMA, à gauche M. Baume, oktober 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne De trouwe vriend van de familie Lambert, Jean del Marmol, werd voorzitter van de Raad van Bestuur van BRALIMA. Op dat moment zetelde hij ook in de Raad van Bestuur van de CCC en was hij afgevaardigd bestuurder van Congobéton. 87 De uitbreidingsprojecten van BRALIMA kwamen dus waarschijnlijk via hem in de handen van de CCC, zoals de afbeelding M. del Marmol en conversation avec M. Brams, comptable à BRALIMA, à gauche M. Baume (Afb. 2.27), zo mooi weergeeft. Dat Jean del Marmol deze link legde, is niet enkel omdat de CCC in dezelfde holding zat als BRALIMA. Blaton had immers in België reeds een lange traditie in het bouwen van brouwerijen. 88 Brouwerijen en Blaton, het leken wel twee handen op één buik: zelfs hun hoofdbureau in Brussel op de Rue de Pavillon was ooit een artisanale brouwerij Een netwerk van architecten en ingenieurs uit Brussel De, die door de opdrachtgever als uitvoerder was aangezocht nog voor er één lijn op papier stond, had Laurens als architect voorgesteld. 90 Hoewel de CCC zelf genoeg competentie in huis had aan ingenieurs en architecten, werden vaak nog externe specialisten ingeschakeld door de Maître d Oeuvre of op vraag van die laatste. Uit bovenstaand citaat blijkt dat de CCC met sommige architecten een goede relatie had en deze ook opdrachten bezorgde in Congo, ook al hadden ze daarom geen vestiging in Congo. De CCC werkt in de jaren vijftig nauw samen met architecten en ingenieurs waarmee het ook in Brussel nauwe banden had, zoals Claude Laurens, Houyoux-Diongre en Bartholomé & David. Claude Laurens ( ) was een architect die goed bevriend was met de familie Blaton, het waren vertrouwelingen. Ze behoorden tot het elitemilieu van Brussel. In samenwerking met de CCC maakte hij minstens twee gebouwen in, namelijk het kantoorgebouw 87 Smets, Lambert. p Rika Devos (onderzoeker aan de Université Libre de Bruxelles), Mondelinge mededeling, informeel gesprek, d.d. 25 juni Robert François, La Région au chevet du patrimoine industriel Aubert-Blaton échappe à la spéculation, Le Soir, geraadpleegd 12 juli 2015, schaerbeek-la-region-au-chevet-du-patrimoine-industriel_t z0f75k.html. 90 Lagae, Kongo zoals het is. p. 279

50 3. Afb Immeuble Vangèle, Johan Lagae, Denise Laurens, en Mil De Kooning, Claude Laurens : architecture : projets et réalisations de 1934 à 1971 (Gent: Ghent University architectural and engineering press, 2001). p. 152 Afb Immeuble Groupe, 2 januari 1956, Fonds Blaton en Afrique, P16-Immeuble Groupe, Brussel: Archives d Architecture Moderne Crédit Congolais ( ) 91 en de residentie Vangèle ( ) (Afb. 2.28) 92. De carrière van Laurens in Congo speelde zich af tussen 1951 en Hij verhuisde echter nooit naar Afrika. Hij was een van de weinige architecten die in Congo gebouwen kon maken die nationaal en internationaal erkenning opleverden als schoolvoorbeelden van het tropisch modernisme. 93 De naam Houyoux-Diongre zien we ook tweemaal opduiken in de projectlijst tijdens de jaren vijftig. Het betreft de architect Maurice Houyoux-Diongre ( ). Hij was een architect die erin slaagde een mooi aantal werken uit te voeren in Congo. 94 Het betreft een appartementsgebouw voor Huileries Congo Belge (1958) 95 en een ander flatgebouw, genaamd Immeuble Groupe (1952) (Afb. 2.29) 96. Hij ontwierp ook de Koninklijke Bibliotheek in Brussel en was nauw betrokken was bij de werken aan de Noord-Zuidverbinding. 97 Bij de Noord-Zuidverbinding voerde Blaton een groot deel van de werken uit. 98 Het studiebureau Bartholomé & David was ook in Brussel gevestigd. De ingenieurs onderzochten de sterkte van de dragende structuur. Hierbij zien we in verschillende projecten het belang van metaal terugkeren, zoals bijvoorbeeld bij het Koninklijk Circus in Brussel 99 uit 1953 en de wapening van de silo s bij CICO Lukala 100. Ook hadden zij een samenwerkingsverband met Houyoux-Diongre. In Brussel werkten zij namelijk samen voor de Algemene Leeszaal van de bibliotheek. 101 In zien we een samenwerking bij de constructie van de Immeuble Groupe, een flatgebouw uit , Fonds Blaton en Afrique, D8-Immeuble, Brussel: Archives d Architecture Moderne , Fonds Blaton en Afrique, P21-Immeuble, Brussel: Archives d Architecture Moderne 93 Johan Lagae, Denise Laurens, en Mil De Kooning, Claude Laurens : architecture : projets et réalisations de 1934 à 1971 (Gent: Ghent University architectural and engineering press, 2001). p Lagae, Kongo zoals het is. Bijlage: Maurice Houyoux-Diongre , Fonds Blaton en Afrique, D6-Immeuble à appartements, Brussel: Archives d Architecture Moderne , Fonds Blaton en Afrique, D158-Immeuble Groupe, Brussel: Archives d Architecture Moderne 97 Liliane Liesens, Maurice Houyoux, Repertorium van de Architectuur in België van 1830 tot heden (Antwerpen: Mercatorfonds, 2003). p Attas en Provost, Brussel, in de voetsporen van de bouwkundig ingenieurs. p Ibid. p , Fonds Blaton en Afrique, D285-CICO Lukala, Brussel: Archives d Architecture Moderne 101 Hannes Pieters, Bouwen voor de natie: de Albertina op de Brusselse Kunstberg als monumentaal totaalproject (Academia Press, 2012). p Momenteel is over deze figuren niet meer geweten. Verder onderzoek dringt zich aan. 49

51 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Logo, : een overgangsperiode 4.1. Voorzichtigheid troef met de Compagnie de Constructions Civiles In de aanloop naar de onafhankelijkheid van Congo moesten vele van oorsprong Belgische bedrijven kiezen tussen een Belgisch of Congolees juridisch statuut. Met de ingang van de wet op 17 juni 1960 werd de CCC een naamloze vennootschap naar Belgisch recht. Praktisch hield dit een ontdubbeling in van de activiteiten van de CCC. De Brusselse vestiging veranderde haar naam naar Compagnie de Constructions Civiles (Afb. 2.30). 103 De macht over de CCC en het onderzoeksbureau bleef zo in Brussel. De vestiging van het bedrijf in bleef ondertussen wel actief, al lijkt het erop dat de naamsverandering niet volledig tot in Congo doordrong: men blijft er gebruik maken van de voorgedrukte papieren met opschrift Een terugval op de twee basistypologieën In een periode waarin bijna geen projecten door de overheid worden uitgeschreven, door de politieke instabiliteit van het land, lijkt de CCC terug te vallen op projecten van bedrijven voor fabrieken en kantoorgebouwen. In 1964 werd er in een nieuwe schoenenfabriek van de Amerikaanse multinational BATA geopend. Deze firma was reeds sinds 1937 actief in Congo met een fabriek in. Het is echter pas na de Tweede Wereldoorlog, met de ontwikkeling van de nijverheidsindustrie, dat hun zaken ook echt goed gingen. 104 In 1960, wanneer Congo genoeg heeft van de Belgen, bekronen ze hun successen met een nieuwe, grote fabriek in, die gebouwd werd door de CCC voor een bedrag van dollar. 105 De fabriek werd ontworpen door de in gevestigde architect E. Halline Villefort. De plannen vormden een grote technische uitdaging. Het was namelijk de bedoeling dat een enorme oppervlakte overdekt werd door slechts gebruik te maken van 3 steunpunten binnen de muren, zoals zichtbaar op het plan. In beide richtingen bedroeg de lengte van de balken 20 meter. Bij een steunpunt begon er dan een nieuwe balk van 20 meter lang. De CCC speelde haar expertise met betrekking tot voorgespannen beton en grote overspanningen uit en mocht het project uitvoeren. 103 Smets, Lambert. p Ewout Frankema en Frans Buelens, Colonial Exploitation and Economic Development: The Belgian Congo and the Netherlands Indies Compared (New York: Routledge, 2013). p Plan organisation Teheren-Iran, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D311-Voyage JF à Teheran, Brussel: Archives d Architecture Moderne 50

52 : een overgangsperiode Afb Plan BATA 300, in Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Siège Regideso Mbuji-Mayi, 1978, Fonds Blaton en Afrique, D192- Siège Regideso, Brussel: Archives d Architecture Moderne Het is een van de weinige projecten die de CCC begin de jaren zestig werkelijk uitvoerde. Dat dit project behoorde tot één van hun pronkstukken in die periode blijkt uit het voorkomen van ingekleurde tekeningen van de fabriek tussen de kalkrollen en de vermelding van het project in hun promotieboekje van 1969: Usine 300 de la Société Bata à La portée des poutres de toiture est de 20m dans les deux sens. Les poutres secondaires, en béton précontraint système Blaton, sont continues et réalisées au moyen d élements préfabriqués. Dans la première phase construite il n y a que trois points d appui intérieurs pour une surface de 3200m 106 (Afb. 2.31) Moeite met de financiering van projecten: een onzeker investeringsklimaat Hoewel het bedrijf dus terugvalt op haar twee basistypologieën, is ook het aantal van deze projecten minder dan in de jaren vijftig en na Internationale actoren die reeds actief waren in Congo en wilden uitbreiden, zoals BATA, ondervonden problemen bij het uitbetalen van obligaties. De winsten in Congo konden niet geëxporteerd worden naar het buitenland. Ook potentiële nieuwe spelers op de Congolese markt werden hierdoor afgeschrikt. In 1962 verkende de vliegtuigmaatschappij Pan American de markt in Afrika met het doel enkele hotels neer te planten en uit te baten: As you may or may not know, through our wholly-owned subsidiary, Intercontinental Hotel Corporation, we have expanded our hotel development program into Africa with recently announced contracts in Liberia and the Ivory Coast. We are interested in Leopoldville, and have already undertaken a preliminary survey to determine the extent of our interest and the possibilities of financing Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Imprimerie Davister, 1971, Fonds Blaton en Afrique, D16-Imprimerie Davister, Brussel: Archives d Architecture Moderne 107 John B. Gates, Brief van de Pan American World Airways aan de Compagnie d Outremer pour l Industrie et la Finance, 9 april 1962, Fonds Blaton en Afrique, D103-Hôtel Pan American, Brussel: Archives d Architecture Moderne 51

53 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Amerikaanse investeerders verkenden actief de markt in Afrika in de jaren De jonge staten zoals Congo en Ivoorkust, beide onafhankelijk sinds 1960, waren ideaal. 108 Daarnaast trok Liberia onder de leiding van William Tubman vele Amerikaanse investeerders aan. 109 Een van de mogelijke financierders voor het project van Pan American was de Compagnie d Outremer pour l Industrie et la Finance 110. De CCC hielp bijgevolg met de voorbereidingen van het project en onderzocht verschillende mogelijkheden: La CCC, à Léopoldville, lui a apporté son concours. 111 Investeerders waren voorzichtig en deden grondig vooronderzoek: hun investeringen moesten kunnen opbrengen. De CCC bracht Pan American ook eerlijk op de hoogte van de problemen die bouwen en investeren in Afrika met zich mee kon brengen. Enerzijds was er het probleem om een degelijke grond te vinden voor een groot project: seul l Etat est propriétaire des terrains dont la situation et l importance sont aptes à convenir au projet envisagé. 112 Een participatie van de overheid in de vorm van een terrein was echter niet aan te raden, aangezien de waarde van het terrein en van de Congolese munt moeilijk in te schatten viel: La notion de participation du Gouvernement Congolais implique, à notre avis,... Personne n ignore, en effet, que la valeur officielle du F.C. n est nullement représentative de sa valeur intrinsèque. 113 Anderzijds maakte men zich behoorlijke zorgen over de return on investment. Ook de CCC en de Compagnie d Outremer pour l Industrie et la Finance konden hieromtrent geen zekerheid bieden: Nous sommes sceptiques sur ce point (aucune société existant au Congo n a pu opérer de transferts depuis 1960, en ce compris celles ayant procédé à de nouveaux investissements (voir UTEXLEO, FNMA, BATA, etc..), mais il se peut que de nouveaux investissements, provenant directement de l extérieur, bénéficient d un régime spécial... qui reste à établir par les Autorités 114. Deze onzekere situatie deed investeerders terugdeinzen. Het Belgische luchtvaartbedrijf Sabena, actief in de vastgoedsector in Congo, was een van de mogelijke investeerders op 9 juli 1962, naast vier andere investeerders, waaronder de Compagnie d Outremer pour l Industrie et la Finance en de Blatons. Sabena onderhield immers nauwe banden met Pan American Ivory Coast, Wikipedia, the Free Encyclopedia, 4 augustus 2015, Coast&oldid= Liberia, Wikipedia, 26 april 2015, Het vroegere CODAF was opgegaan in de Compganie d Outremer pour l Industrie et la Finance. Smets, Lambert. p R. Zoppi, Résumé entretien le entre M. Armand Blaton et M. John Ganshof van der Meersch, 24 januari 1963, Fonds Blaton en Afrique, D103-Hôtel Pan American, Brussel: Archives d Architecture Moderne 112 R. Zoppi, Hotel Pan-Amercian à Léopoldville, 15 februari 1963, Fonds Blaton en Afrique, D103-Hôtel Pan American, Brussel: Archives d Architecture Moderne 113 Ibid. 114 Ibid. 115 A. Deville, Rapport Voyage de M. A. Deville à New-York en date du , 9 juli 1962, Fonds Blaton en Afrique, D103- Hôtel Pan American, Brussel: Archives d Architecture Moderne 52

54 : een overgangsperiode Maar een goede maand later, op 20 augustus 1962, zien we echter dat Sabena niet meer bereid was te investeren, wel leek ze haar gronden te willen verkopen. Dit duidt op de angst die heerste onder de investeerders. Unfortunately the Sabena is not ready at the present moment to undertake such a venture; although she would be ready to sell her piece of land. 116 Uiteindelijk wees zelfs de CCC erop dat het op dat moment verstandiger was een hotel te bouwen in Brazzaville in plaats van, aangezien dit minder hindernissen met zich meebracht. 117 Het hotel in kwam er niet. Deze eventuele participatie van de Blatons, getuigt van het feit dat ze zelf het idee hadden dat de crisis voorbij zou gaan en hun eigendommen in Congo nog zouden opbrengen Zaken buiten Congo dankzij het netwerk van BRALIMA In 1961 maakte de CCC een offerte voor een brouwerij in Tsjaad. Een brief uit dit dossier van Ado Blaton maakt duidelijk dat de CCC met een overcapaciteit kampte in Congo na de dekolonisatie. [ ]La situation sur le territoire de l ex-congo-belge a libéré une partie de notre matériel qui a été supposé pouvoir être transféré à Moundou via Bangui et au départ des provinces de Léopoldville et de l Equateur où nous disposons d un important parc d engin et de matériel divers. 118 Inderdaad, na de dekolonisatie van Congo waren er politiek instabiele jaren, wat investeerders afschrikte, maar ook kwamen er nieuwe actoren naar Congo. Nieuwe investeerders en nieuwe ondernemers, ook in de bouwsector. 119 Congo was echter niet het enige land dat rond de jaren zestig onafhankelijk werd. Ook Franse kolonies eisten hun onafhankelijkheid op, waarop ook deze landen hun markten open stelden voor nieuwe spelers. De CCC probeert hier op in te spelen: [ ] la politique générale de CCC est d étendre ses activités dans d autres pays d Afriques. 120 Tsjaad werd onafhankelijk van Frankrijk in Uit het dossier van de brouwerij kunnen we afleiden dat Franse bouwaannemers het land ontvlucht zijn. 116 E. Quevrin, Brief over de investering van Sabena aan Robert Smith, afgevaardigde van PanAm, 20 augustus 1962, Fonds Blaton en Afrique, D103-Hôtel Pan American, Brussel: Archives d Architecture Moderne 117 J. Livremont, Brief vanuit aan de CCC in Brussel, 18 april 1963, Fonds Blaton en Afrique, D103-Hôtel Pan American, Brussel: Archives d Architecture Moderne 118 Ado Blaton, Construction d une brasserie à Moundou, pour le compte de la Brasserie du Logone, 1961, Fonds Blaton en Afrique, D172-Brasserie de Logone, Brussel: Archives d Architecture Moderne 119 Luce Beeckmans, French Planning in a Former Belgian Colony: A Critical Analysis of the French Urban Planning Missions in Post-Independence, OASE (DELFT) 26, nr. 82 (2010): E. Delaet, Entretien téléphonique du avec Mr Van Springel de DHV/Amersfoort, 9 december 1968, Fonds Blaton en Afrique, D248-Brasserie du Logone, Brussel: Archives d Architecture Moderne 53

55 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Bralima Gisenyi Usine, 22 april 1959, Fonds Blaton en Afrique, P4-Bralima Gisenyi, Brussel: Archives d Architecture Moderne Leur problème est: il n y actuellement plus d entreprises au Tchad: les firmes françaises qui y travaillait il y a qq. années ont quitté. [ ] Leur but est donc double - Trouver un entrepreneur (un ancient ou un nouveau) qui soushait se réinstaller au Tchad. - Pouvoir comparer des conditions. 121 Het is overigens niet toevallig dat men hier opnieuw met de constructie van een brouwerij geconfronteerd wordt. Op het einde van de jaren 50 zagen we al dat BRALIMA zich ook in Rwanda vestigde. Aangezien de CCC hun vaste bouwaannemer was voerden zij de werken daar ook uit (Afb. 2.32). De eerste internationale stappen van de CCC kunnen dus aan hun banden met BRALIMA worden toegeschreven. De CCC kwam dan ook via BRALIMA te weten dat dit project in Tsjaad liep. Op dat moment had Heineken reeds aandelen in BRALIMA en het was de firma Heineken die achter de bouw van de brouwerij in Tsjaad zat. 122 De CCC maakte een offerte en speelde hierbij haar expertise met het bouwen van brouwerijen uit. Daarnaast zette het bedrijf ook haar ervaring met het bouwen in Afrika in de kijker: La COMPAGNIE DE CONSTRUCTIONS CIVILES dispose d un personnel technique et d exécution expérimenté et apte à travailler dans les conditions particulières des pays d Afrique. 123 BRALIMA bracht hen echter niet alleen op de hoogte van brouwerijprojecten in Centraal-Afrika. In 1963 liep er een project voor de aanleg van bruggen op de route van Muramvya- Kitega. BRALIMA bezorgde de CCC het Cahier Spécial de Charges, of het bestek van de opdracht. Sur demande de la S.A. BRALIMA à Bruxelles, nous avons le Plaisir de vous faire parvenir par courrier séparé, par avion, papiers d affaires recommandé: Un exemplaire du Cahier Spécial des Charges n 2/63/TP/Burundi pour la construction de six ponts en matériaux définitifs sur la route Muramvya/Kitega 124 Uiteindelijk deed men er niets mee, omdat het project uitgevoerd moest worden in Armco buizen, een techniek waarmee de CCC weinig te zien had. Ook het project in Tsjaad werd uiteindelijk niet door de CCC uitgevoerd. De reden die begin de jaren zestig werd opgegeven hiervoor is dat Tsjaad politiek nog niet stabiel genoeg was E. Delaet, Brief aan René Zoppi in Brussel na telefonisch contact met M. Van Springel, 9 december 1968, Fonds Blaton en Afrique, D248-Brasserie du Logone, Brussel: Archives d Architecture Moderne 122 Ado Blaton, Construction d une brasserie à Moundou, pour le compte de la Brasserie du Logone, Ibid. 124 G. Tapie en F. Populaire, Cahiers des charges travaux publics Burundi, 10 september 1963, Fonds Blaton en Afrique, D290- Nouvelle route Muramvya-Kitega, Brussel: Archives d Architecture Moderne 125 Correspondentie Brouwerij Tsjaad, 1962, Fonds Blaton en Afrique, D172-Brasserie de Logone, Brussel: Archives d Architecture Moderne 54

56 : de tweede building boom Afb Buitenlandse investeerders welkom in Congo in Zaïre, in Ketens van koper. Leuven: Kritak, p. 103 Hoewel Smets in zijn Lambert, une aventure bancaire et financière beweert dat le succès récompensera ses efforts, 126 vinden we dit in de archieven niet terug. Er zijn inderdaad een mooi aantal pogingen om aan de slag te gaan in het buitenland, maar wegens verschillende factoren werden vele van deze projecten nooit door de CCC uitgevoerd : de tweede building boom In 1965 werd de naam terug officieel in gebruik genomen. Concreet betekende dit dat de Congolese vestiging van de CCC nu verder ging als naamloze vennootschap naar Congolees recht. Onder dit statuut slaagde het bedrijf erin opnieuw meerdere projecten uit te voeren. 127 Maar dit was niet de enige reden. Op 25 november 1965 voerde Mobutu een staatsgreep uit die de politieke stabilisatie van Congo inluidde. 128 Oorspronkelijk werd Mobutu staatshoofd voor vijf jaar. Mobutu was op dat moment de man die de belangen van de buitenlandse meesters moest veiligstellen 129, met name de Amerikanen en de Belgen. 130 Tijdens de vroege jaren van zijn beleid sloot hij het Westen dan ook nog in zijn armen: de regelgeving versoepelde, hij deed moeite om investeerders te lokken (Afb. 2.33). 131 Dat werkt: projecten die eerder waren afgelast, worden nu toch doorgevoerd. Ook nieuwe dromen worden gesmeed, maar ver van alle dromen vinden ook plaats in werkelijkheid, zoals de cijfers van de onuitgevoerde werken van de CCC aantonen. 126 Paul-F. Smets, Lambert: Une Aventure Bancaire et Financière (Bruxelles: Racine, 2012). p Ibid. p Zaïre, ketens van koper (Leuven: Kritak, 1978). p Ibid. p Ibid. p Ibid. p

57 Deel 2: Positionering, productie en netwerken 5.1. Nieuwe typologieën, nieuwe actoren: EOF, Mobutu en zijn naasten Scholen Na de onafhankelijkheid vonden steeds meer (hulp)organisaties hun weg naar Congo. De stabiliteit in het land zorgde dat dit gemakkelijker verliep dan voorheen. 132 Zowel het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) als de UNESCO bouwden scholen in Congo. 133 De scholentypologie was niet nieuw. Tijdens de koloniale periode werden een groot aantal lagere scholen gebouwd, maar slechts één universiteit. Wanneer de UNESCO in Congo aankwam, stelde het dan ook vast dat er te weinig secundair en hoger onderwijs was. Onderwijs werd dan ook een belangrijk onderdeel van de ontwikkelingspolitiek in Congo. 134 Wanneer men eind de jaren zestig en begin de jaren zeventig de scholentypologie ziet opduiken in de projectlijst van de CCC, betreft het dan ook projecten die in dit kader ontstonden. Zowel de UNESCO als het EOF schakelden voor de bouw van de scholen vaak eigen gekozen experten in. De ontwikkelingsorganisaties zorgden op hun manier dan ook voor een opening van de Congolese markt voor vrije handel. De investeringen van deze organisaties moesten op de een of andere manier voor een return on investment zorgen, zoals blijkt uit onderzoek naar het EOF van Kim De Raedt. 135 In de projectlijst van de CCC bevinden zich 11 schoolprojecten voor deze periode. Vier daarvan zijn van de hand van Eugène Palumbo. Deze architect kan gelinkt worden aan zowel de UNESCO als het EOF. De UNESCO schakelde hem in van 1962 tot 1968 in Congo. Het EOF werkte op een andere manier: zij hadden een bureau dat naast de financiële hulp, ook technische bijstand bood. Hiervoor werden vaak zelfstandige architecten ingehuurd. Palumbo was daar één van. 136 Palumbo werkte vaak samen met Belgische bouwaannemers. 137 In de projectlijst komen er in totaal twaalf projecten van Palumbo voor. Hiervan werd de helft door de CCC gerealiseerd. Hij speelde met de expressieve kracht van beton en werkte daardoor samen met bedrijven die kennis van zaken hadden. 132 Esther Vandamme, De architectuur van ontwikkelingssamenwerking: het Europees Ontwikkelingsfonds en scholenbouw in postonafhankelijk Afrika (Universiteit Gent. Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur., 2013). p Kim De Raedt, Between true believers and operational experts: UNESCO architects and school building in post-colonial Africa, The Journal of Architecture 19, nr. 1 (2014): 19 42, doi: / Johan Lagae, Kim De Raedt, en Jacob Sabakinu Kivulu, Pour les écoles: tant mieux qu elles sont là Patrimoine scolaire, pratiques mémorielles et politiques de sauvegarde en République démocratique du Congo, POLITIQUE AFRICAINE, nr. 135 (2014): Ibid. 136 Johan Lagae en Kim De Raedt, Building for l Authenticité : Eugène Palumbo and the Architecture of Mobutu s Congo, Journal of Architectural Education 68, nr. 2 (2014): Lagae, De Raedt, en Sabakinu Kivulu, Pour les écoles. 56

58 : de tweede building boom Afb Maquette RTNC Kisangani, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D337-RTNC/RTNZ/VDZ - Grand complexe d émission, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Inhuldiging RTNC door Mobutu, 1970, Fonds Blaton en Afrique, P96-RTNC, Brussel: Archives d Architecture Moderne De verheerlijk van Mobutu: het belang van radio en televisie In de Infografiek zien we dat met Mobutu de nadruk komt te liggen op. Het boek Ketens van Koper bevestigt dit: het binnenland wordt verwaarloosd. 138 Dat echter met uitzondering van verschillende radio- en televisiestations voor de Radio et Télévision Nationale Congolaise (RTNC) en de Voix du Zaïre (VDZ). In het archief van de CCC vonden we immers projectdossiers terug voor de uitbouw van deze typologie over heel Congo: in Matadi, Bandundu, Bukavu, Kinhasa, Kisangani (Afb. 2.34), Mbandaka, Lubumbashi, Mbuji-Mayi, Kananga en Kikwit. Deze moesten helpen bij de verspreiding van de lofzang over Mobutu. David van Reybroeck heeft het in zijn boek Congo, een geschiedenis over een middel om het authenticiteitsbeleid te promoten: op de radio was enkel muziek van eigen bodem te horen en op televisie was voortdurend een animation politique te zien dat het beleid van de MPR promootte. 139 Dit mocht blijkbaar ook wat kosten want de totaalprijs van de werken bedroeg minstens dollar. 140 De Duitse architect Günther Uëberschär mocht het merendeel van deze stations ontwikkelen. De CCC werd aangesteld voor de uitvoering. In Nsele kwam er een radiostation in de buurt van Mobutu s persoonlijke kasteel. 141 Het werd dan ook door Mobutu zelf ingehuldigd (Afb. 2.35). Het was de bedoeling om in Lubumbashi en Kisangani een groot televisiecomplex te bouwen. In de andere steden plande men een kleiner station. 142 Of al deze grote complexen ook werkelijk zijn gerealiseerd is onduidelijk Grote hotels in een globaliserende wereld Begin de jaren zestig gebeurden de eerste surveys met betrekking tot de bouw van een hotel. Dit in het kader van het project reeds eerder 138 Zaïre, ketens van koper. p David Van Reybrouck, Congo: een geschiedenis (De Bezige Bij, 2010). p Plan organisation Teheren-Iran, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D311-Voyage JF à Teheran, Brussel: Archives d Architecture Moderne 141 Zaïre, ketens van koper. p , Fonds Blaton en Afrique, D332-D344-RTNC/RTNZ/VDZ, Brussel: Archives d Architecture Moderne 57

59 Deel 2: Positionering, productie en netwerken vermeldde Panam project. 143 Op dat moment lijstte de CCC alle beschikbare kamers van op. Het aanbod bleek relatief klein: Hotels equipped with modern comfort (air conditioning for rooms, restaurant and bar. Wellequipped auxiliary services. High class hotels showing presently little depreciation). Hotels Location Approximate number of rooms Memling City center 120 Stanley City center 80 Hotels of lower class (not fully or not at all airconditioned old or depreciated buildings and equipments). Hotels Location Approximate number of rooms Regina City center 150 Mayeur City center 20 Continental Outside city 25 (Limete) Astoria Avenue Olsen 70 Astrid Avenue Olsen 25 Residence Avenue de Gaulle 35 Sintra Avenue de Gaulle 25 (Portuguese) Guest House SABENA (x) Avenue Olsen 67 (x) is run exclusively by Sabena old, unsufficient and out of town; SABENA intends to leave it. 144 In totaal waren er dus 617 kamers beschikbaar in, waarvan meer dan de helft zonder degelijke uitrusting. Dit wou echter niet zeggen dat er geen ambitie was om grote hotels te bouwen. Sabena wou van bijvoorbeeld een internationale draaischijf maken met het hotel Aviamar. Sabena gaf de opdracht voor het ontwerp van dit hotel in 1951 aan Claude Laurens. Het hotel kreeg een ruim programma mee en het gebouw zou voor meerdere functies dienen, zo zouden er bijvoorbeeld ook winkels in komen. Claude Laurens herzag het project verschillende keren, waardoor er onder andere steeds meer kamers bijkwamen, maar uiteindelijk zag Sabena in 1959 af van de bouw ervan. 145 Het voorkomen van Sabena in het dossier van het Pan American Hotel toont dat de ambitie van Sabena nog steeds bestond begin de jaren zestig. Een periode waarin internationaal een ontwikkeling 143 Zie Moeite met de finaniering van projecten: een onzeker investeringsklimaat 144 Translation Hotels in Léopoldville, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D103-Hôtel Pan American, Brussel: Archives d Architecture Moderne 145 Lagae, Laurens, en De Kooning, Claude Laurens : architecture : projets et réalisations de 1934 à p

60 : de tweede building boom Afb Hotel Memling, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P146-Memling, Brussel: Archives d Architecture Moderne plaatsvond op het vlak van hotels: het fabuleuze hotel, dat werd gekenmerkt door hoge standaarden, vond haar plaats in de wereld. 146 Rond de jaren zestig was er een boom in de hotelindustrie. Een beweging die werd versterkt door de vele luchtvaartmaatschappijen die aandelen ambieerden in de hotelindustrie. 147 Het citaat hierboven geeft aan dat Sabena een van deze luchtvaartmaatschappijen was. Terwijl we zagen dat begin de jaren zestig de investeerders nog twijfelachtig stonden tegenover, veranderde dit na de aanstelling van Mobutu. In de projectlijst van de CCC zien we dat deze typologie dan ook gerealiseerd wordt. Voor Blaton was de typologie van het hotel niet vreemd. In België investeerden ze er namelijk graag in. Tot op vandaag is de luxesuite van het Hotel Amigo in Brussel vernoemd naar Armand Blaton. 148 In hadden ze bovendien de uitbreiding van het Memling hotel (Afb. 2.36) 149 uitgevoerd in Wanneer Blaton besloot te investeren in een hotelproject in Congo, zoals bij het dossier van het Pan American Hotel, had de CCC meer kans dat het bedrijf het project mocht uitvoeren. Hotels voor investeerders werden vaak uitgevoerd in de internationale stijl. Dit houdt in: hoogbouw. De typologie vertoont verschillende raaklijnen met het flatgebouw. De toepassing van spanbeton in beide typologieën zorgde voor een economisch voordeel in de bouw. Maar investeerders waren niet de enigen die hotels lieten optrekken. Staten gebruikten hotels om zichzelf mee op de kaart te zetten naar de buitenwereld toe. Leiders bevestigden hun prestige ermee. Het Hotel Impala in Kigali moest bijvoorbeeld van de staat een gebouw van meerdere verdiepingen zijn. Dat omdat hoogbouw een moderne staat representeerde. 151 De architectuur van het project Hôtel du Lac in Inongo vertoont een andere vormentaal. Het project werd besteld door Mobutu zelf, zoals blijkt uit de tekst die op de gedenkplaat van de eerste steenlegging moest komen: 146 Ibid. p Jacques Levy-Bonvin, Hotels. A Brief History, Hospitality Net, geraadpleegd 9 juli 2015, Armand Blaton Suite, Hotel Amigo. Rocco Forte Hotels, geraadpleegd 5 augustus 2015, rooms-and-suites/armand-blaton/. 149 Dit hotel geldt tot op vandaag nog als een van de betere hotels in. Sean Rorison, Congo, Bradt (Verenigd Koninkrijk: Bradt Travel Guides, 2012). p , Fonds Blaton en Afrique, D55- Extension de l hôtel Memling, Brussel: Archives d Architecture Moderne 151 Cahier de charges, 1967, Fonds Blaton en Afrique, D268-Hôtel Impala, Brussel: Archives d Architecture Moderne 59

61 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Olivier-Clément Cacoub, Hôtel du Lac façades, 15 juli 1969, Fonds Blaton en Afrique, D102-Hôtel du Lac, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Olivier-Clément Cacoub, Hôtel du Lac restaurant, 15 juli 1969, Fonds Blaton en Afrique, D102-Hôtel du Lac, Brussel: Archives d Architecture Moderne L érection en cet endroit de l Hôtel Touristique du Lac de l initiative personnelle du Président de la République, S.E. le Lieutenant Général J.D. Mobutu, qui a bien voulu déléguer son Commissaire Général au Tourisme, le Citoyen Victor N JOLI, pour procéder à la pose de la première pierre ce... jour du mois de mai Het project werd ontworpen door Olivier-Clément Cacoub. Hij was een van de architecten die mee vorm gaf aan de Zaïrese cultuur: het exterieur leunde nog aan bij de internationale stijl (Afb. 2.37), maar mozaïeken toonden reeds een nieuwe invalshoek. Ook het interieur moest met uitbundige decoratieve patronen versierd worden (Afb. 2.38). Wegens geldproblemen werd enkel het grosoeuvre uitgevoerd Een tweeledig architectenbestand Hierboven vermeldden we reeds enkele namen van architecten die opereerden in de nieuwe Congolese context, zoals Olivier-Clément Cacoub, Eugène Palumbo en Günther Ueberschär. Zij behoren tot de groep globale architecten die in Congo aanwezig waren en het land een nieuwe vormentaal gaven. Zij werkten daar voor internationale organisaties zoals het EOF, of in opdracht van de president zelf. Naast deze architecten werden ook nog steeds projecten van architecten uit het Brusselse gerealiseerd in. Deze werkten eerder in opdracht van de investeerders en kenden Blaton vanuit België. Hun stijl doet denken aan het corporate modernism. Internationale architecten Olivier-Clément Cacoub ( ) was een Tunesisch architect die actief was in onder andere Tunesië, Frankrijk, Rusland, Tahiti en Afrika. Hij had verschillende staatshoofden te vriend, waaronder Mobutu. 154 Hij werkte vaak samen met de ingenieur R. Wepierre. Zijn vormentaal is een mix van de internationale stijl en elementen uit de lokale cultuur van het land waarin hij bouwde. Hierdoor gaf hij mee vorm aan het Zaïre van Mobutu Opschrift voor de gedenkplaat van het Hôtel du Lac, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D102-Hôtel du Lac, Brussel: Archives d Architecture Moderne 153 Correspondance Chantier, , Fonds Blaton en Afrique, D102-Hôtel du Lac, Brussel: Archives d Architecture Moderne 154 Olivier Clément Cacoub, «l architecte du soleil», JeuneAfrique.com, geraadpleegd 9 juli 2015, Olivier Clément Cacoub, Architecture de soleil (Tunis: Cérès Productions, 1974). 60

62 : de tweede building boom Afb Foto van maquette Assemblée Nationale, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P148-ANAC, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Prototyp Flughafen für Afrika, 1974, Fonds Blaton en Afrique, D317- Prototype d aéroport Africa, Brussel: Archives d Architecture Moderne Eugène Palumbo ( ) was een Italiaanse architect die in 1952 voor het eerst naar Congo ging. In 1962 werd hij aangesteld als architect-expert voor de UNESCO. Na de beëindiging van zijn contract in 1969 bleef hij in Congo werken. Dit deed hij in samenwerking met de Congolese architect Fernand Tala N Gai. Deze laatste voltooide zijn studies aan de Académie de Beaux-Arts in Brussel in Ze hadden goede contacten binnen de Congolese elite: ze kregen de kans verschillende prestigieuze projecten voor het regime van Mobutu te ontwerpen. Daarnaast tekenden ze ook plannen voor verschillende luxueuze residenties voor de Congolese rijken en enkele commerciële en toeristische complexen. De architectuur van het duo is eerder sculpturaal. Palumbo trekt vanaf 1973 ook naar andere Afrikaanse landen zoals Togo. 156 Annibal Bado en Daniel Visart was een duo van Franse architecten. Ook zij stonden op een goed blaadje bij Mobutu. Ze ontwierpen het nieuwe Assemblée Nationale, een cruciale opdracht die de ambitie van Mobutu bevestigde. De architecten gingen bij deze opdracht op zoek naar een vormentaal die Zaïre zou representeren. Dit resulteerde in een grote centrale hal in de vorm die doet denken aan een monumentale koeltoren (Afb. 2.39). Günther Ueberschär was een architect van Dutise origine. Het feit dat hij vele projecten voor VDZ en RTNC mocht ontwerpen, wijst op zijn goede band met de president. Hij maakte ook een ontwerp voor een luchthaven die in heel Afrika gebouwd zou kunnen worden (Afb. 2.40). 157 Naast goede contacten met Mobutu, had hij ook goede contacten met de CCC. Hij werkte waarschijnlijk ook in andere Afrikaanse landen, in 1972 raadde hij bijvoorbeeld vrienden van hem in Nigeria de CCC aan. 158 Over deze architect is echter niet meer geweten. Het is voorlopig onduidelijk waarom de man zo n belangrijke opdrachten kreeg van Mobutu. Verder onderzoek hiernaar dringt zich op. Laatste in de rij van internationale architecten is de Italiaan Silvio Coppola ( ). Hij was voornamelijk actief in de sector van de scholenbouw. Hij tekende namelijk voor het grootste totaalbedrag projecten voor het EOF Lagae en De Raedt, Building for l Authenticité , Fonds Blaton en Afrique, D317- Prototype d aéroport Africa. Brussel: Archives d Architecture Moderne 158 Günther Ueberschär, Re: road projects in Nigeria, 1971, Fonds Blaton en Afrique, D317-Cimenterie, Brussel: Archives d Architecture Moderne 159 Vandamme, De architectuur van ontwikkelingssamenwerking: het Europees Ontwikkelingsfonds en scholenbouw in postonafhankelijk Afrika. p. 104,

63 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Brusselse architecten Terwijl men in publieke gebouwen op zoek gaat naar een nieuwe vormentaal, blijft men ook gewoon in de internationale stijl bouwen. De projecten met deze vormentaal hebben vaak mensen uit de private sector als opdrachtgever. Terugkerende namen in de projectlijsten zijn Louis Cattelain, Tekhné en Groupe Structures. Over deze eerste, Louis Cattelain, is bitter weinig geweten. In de projectlijst komt zijn naam enkel voor bij projecten voor het bedrijf SEDEC/UNILEVER. 160 Het lijkt dus waarschijnlijk dat hij de huisarchitect was van deze firma. Tekhné was een architectenbureau dat actief was in Brussel en in Congo. Het waren voormalige werknemers van de Office des Cités Africaines (OCA) die een nieuw samenwerkingsverband opzetten. Ze ontwierpen luchthavens, overheidsgebouwen, banken, scholen, sociale huisvesting en hotels. 161 De laatste groep van architecten die meer dan één keer voorkomt in de projectlijst is de Groupe Structures. Het was een groep van architecten die in nauw contact stond met de familie Blaton dankzij vele projecten in Brussel die ontworpen werden door verschillende leden van de groep. 162 De groep werkte meerdere keren samen met Jacques Cuisinier. Deze onderwierp onder meer het Internationaal Rogiercentrum in Brussel. 163 In dat gebouw werden verschillende functies ondergebracht. Op de bovenste verdieping bevond zich de Martini Club, waar Ado Blaton een frequente gast van was, samen met de architect. 164 Hun stijl wordt gekenmerkt door na-oorlogs functionalisme, waarbij de rationalisatie van het ontwerp- en bouwproces centraal stonden: een visie die bouwaannemers als Blaton gunstig stemde. Sommige van de architecten van de groep, zoals Willy Serneels hadden internationale ervaringen. 165 De architecten die vanuit Brussel in Congo werkten verschillen van die van de jaren vijftig in het feit dat ze vaak meerdere landen aandoen dan Congo alleen en dat ze Congo ook meerdere keren zouden bezoeken Joint ventures in de bouwsector: een veranderde verhouding aangestuurd vanuit Brussel Terwijl in de jaren vijftig geen joint ventures voorkomen, zien we dit wel in de jaren zeventig. In een interview met een oud- werknemer van het bedrijf, Jean-Marie Vancaster, werd dat als volgt verwoord: 160 Projecten van L. Cattelain, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D4, D5, D127, D278, D284, Brussel: Archives d Architecture Moderne 161 Johan Lagae, Tekhné, Repertorium van de Architectuur in België van 1830 tot heden (Antwerpen: Mercatorfonds, 2003). 162 Sven Sterken, Architecture and the Ideology of Productivity. Four Public Housing Projects by Groupe Structures in Brussels ( ), Footprint 5, nr. 2 (1 januari 2012): Attas en Provost, Brussel, in de voetsporen van de bouwkundig ingenieurs. p Architectuur: De man van Martini, Brusilia en Amigo, BrusselNieuws, geraadpleegd 5 augustus 2015, brusselnieuws.be/nl/nieuws/architectuur-de-man-van-martini-brusilia-en-amigo. 165 Jo Braeken, Groupe Structures, Repertorium van de Architectuur in België van 1830 tot heden (Antwerpen: Mercatorfonds, 2003). 62

64 : de tweede building boom Afb Foire Internationale de, 1969, in Promotieboek Compagnie Congolaise de Constructions. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Siège Regideso Mbuji-Mayi, 1978, Fonds Blaton en Afrique, D192- Siège Regideso, Brussel: Archives d Architecture Moderne Mobutu voulait de si grands projets, que nous devions impérativement travailler en association avec d autres entreprises afin de terminer les projets dans les délais imposés. 166 Tijd was een belangrijk element in de uitvoering van deze werking. De ambitie van Mobutu om zijn land op de kaart te zetten, was namelijk groot. In 1968 vatte Mobutu het plan op om de Foire Internationale de te organiseren. Dit is een internationale beurs met een commerciële, industriële, agrarische en artisanale inslag. 167 Op een korte tijd hielp de CCC mee met de realisatie ervan: Aménagée sur une surface de 18 hectares, elle comporte 33 pavillons représentant m 2 couverts. Ces travaux exécutés en participation ont été réalisés en sept mois. 168 De CCC schoof hiervoor haar kennis van het spanbeton naar voren. Dit systeem laat immers toe op relatief korte termijn grote overspanningen te maken. Monsieur le Ministre, La Presse, tant nationale qu étrangère, s est fait l écho de l intention du Président de la République d ériger à un vaste hall où seraient organisées des expositions de produits soit étrangers, soit congolais, selon les cas. Nous vous signalons que nous sommes à même d exécuter très rapidement de telles constructions, avec un système spécial qui nous est propre, LE BÉTON PRÉCONTRAINT, procédé BLATON-MAGNEL. Le système présente l énorme avantage de réserver de grands espaces libres de toute colonne, permettant ainsi: une circulation aisée de véhicules à l intérieur du hall, des dispositions de stands très larges et une vue d ensemble de l exposition, sans obstacle, ou presque. Nous avons réalisé à, plus précisément à l usine BATA-congolaise une construction en béton précontraintoù certains des avantages que nous vous signalons plus haut peuvent être constatés. Nous nous tenons à votre disposition pour vous documenter plus amplement ou pour étudier la réalisation projetée. A vous lire et vous remerciant d avance, nous vous prions de croire, Monsieur le Ministre, à l assurance de notre très haute considération. J. Coppens (Directeur Technique) J. Livremont (Administrateur) Jean-Marie Van Caster, interview door Ludwine Van Craenenbroeck, opname, 4 mei Foire internationale de, Wikipédia, geraadpleegd 13 juli 2015, internationale_de_&oldid= Promotieboek. Belgium, Bruxelles: gec s.p.r.l., 1969 in Imprimerie Davister, 1971, Fonds Blaton en Afrique, D16-Imprimerie Davister, Brussel: Archives d Architecture Moderne 169 J. Livremont en H. Coppens, Brief aan de minister van Buitenlandse Zaken, 7 mei 1968, Fonds Blaton en Afrique, D140-Foire internationale de, Brussel: Archives d Architecture Moderne 63

65 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Contract Association Momentanée tussen CCC en AUXELTRA-BETON, 31 juli 1972, Fonds Blaton en Afrique, D109-Usine textile, Brussel: Archives d Architecture Moderne Ze voerden dit project ook uit. De omvang van het project was echter zodanig groot dat ze het niet alleen aankonden. De CCC sloeg dan ook de handen in elkaar met SAFRICAS om de Foire Internationale de op tijd gerealiseerd te krijgen. SAFRICAS was niet de enige firma waarmee de CCC plots zou gaan samenwerken. Met Auxeltra-Béton voerden ze minstens drie andere grote projecten uit, namelijk de campus voor de Université Nationale de Zaïre in Kisangani, een textielfabriek in Kisangani en het Institut Pédagogique de. Een joint venture gaf de Belgische bouwaannemers de kans om een competitievere offerte in te dienen. De samenwerking in Congo gebeurde na aansporing van de moederbedrijven in Brussel (Afb. 2.42): Pour ce faire nous vous invitons, dans un but de réunir les moyens d exploitations adéquats et de présenter une offre la plus compétitive possible, de former entre EGAB/SZ et CCC/ SZ une association momentanée ayant pour objet l exécution des travaux de Génie Civil de l Usine Sotexki à Kisangani. 170 Elk bedrijf had vijftig procent aandeel in de joint venture. Maar het was voornamelijk de CCC die de technische aspecten van de projecten behartigde. Auxeltra-Béton nam de administratie op zich. De CCC had een vestiging en stockagecentrum in Kisangani, waardoor het daar een dankbare partner werd voor projecten. 171 We zien dat bij de grote projecten de CCC haar technische capaciteiten uitspeelde, maar dat de relaties via een ander lid van de joint venture werden behartigd. 170 Travaux de genie civile de l usine Sotexki à Kisangani, 5 januari 1972, Fonds Blaton en Afrique, D109-Usine Textile, Brussel: Archives d Architecture Moderne 171 Proces verbal de la réunion du comité de direction du 8 juin 1973, 8 juni 1973, Fonds Blaton en Afrique, D109-Usine Textile, Brussel: Archives d Architecture Moderne 64

66 : de tweede building boom Afb Tekhne s.c., Plan Hôtel à Kigali façade sud-ouest, 1972, Fonds Blaton en Afrique, D2-Hôtel Mille Collines, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Hôtel Mille Collines vandaag, s.d. Hôtel des Mille Collines. Gane and Marshall. Geraadpleegd 31 juli ganeandmarshall.com/accommodation/hotel-des-mille-collines.html Werken buiten de grenzen van Congo: de activiteiten in Congo gekopieerd in Rwanda De CCC kwam tijdens de stabilisatie van Congo op adem. Haar activiteiten in Congo herleefden, maar er bleef een zekere angst hangen bij het bestuur. Ze hield haar opties voor activiteiten in het buitenland open, zoals eerder vermeld in het dossier van de brouwerij in Tsjaad: [ ] la politique générale de CCC est d étendre ses activités dans d autres pays d Afriques. 172 Hun grootste focus lag hierbij op Rwanda. Hierin waren ook andere bedrijven van de CODAF gevestigd. Na 1965 beperkte de CCC haar activiteiten niet enkel nog tot bouwen voor BRALIMA, het voerde ook werken uit voor andere leden van de holding, zoals bijvoorbeeld Socobanque. 173 In 1969 liep er een project in Kigali om een hotel te bouwen. Dit voor de Compagnie Rwandaise d Hôtellerie et de Tourisme, een bedrijf waar Sabena hoofdaandeelhouder van werd rond die periode. 174 Het was een enorm groot bouwproject, ontworpen door Tekhne (Afb. 2.43) 175, dat vandaag nog steeds telt als een van de grootste hotels in Kigali (Afb. 2.44). De CCC stond echter niet alleen tijdens de constructie ervan. Er werd een joint venture opgezet tussen de CCC en Entreprise Pirard, een bouwaannemer die tot op vandaag nog steeds gevestigd is in Rwanda. Op de werf was personeel van de CCC aanwezig. 176 De joint ventures die de CCC in Congo had, herhaalden zich dus in Rwanda, maar dan met een andere firma. De joint ventures zorgden ervoor dat men gemakkelijker projecten kon binnenrijven. Ook dezelfde typologieën komen terug. De samenwerking met een Rwandese bouwonderneming wijst echter op het feit dat men nog niet klaar was om effectief een nieuwe vestiging te beginnen in Rwanda. 172 E. Delaet, Entretien téléphonique du avec Mr Van Springel de DHV/ Amersfoort, 9 december 1968, Fonds Blaton en Afrique, D248-Brasserie du Logone, Brussel: Archives d Architecture Moderne , Fonds Blaton en Afrique, D323-Villas, Brussel: Archives d Architecture Moderne 174 Guy Vanthemsche, La Sabena: l aviation commerciale belge : des origines au crash (De Boeck Supérieur, 2002). p Zie ook Een tweeledig architectenbestand. 176 Correspondance Chantier, , D51-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne 65

67 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Logo Zaïroise op Grondplan Hôtel Mbandaka Bâtiment B en C, 1974, D51-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Plan Tribune door Chinees bureau, 1974, Fonds Blaton en Afrique, D319-Place du rassemblement populaire, Brussel: Archives d Architecture Moderne : Van de Compagnie de Constructions Civiles Zaïroise naar Batipont International : Zaïroise In 1971 voerde Mobutu zijn authenticiteitsbeleid in. Één van de duidelijkste aanwijzingen van dat beleid is het veranderen van de naam van het land, namelijk République du Congo, in Zaïre. 177 De CCC veranderde haar naam bijgevolg naar Zaïroise (Afb. 2.45). Ook kreeg de CCCZ een nieuwe directeur. Naar aanleiding van het authenticiteitsbeleid kwam er bij alle voormalig koloniale ondernemingen een citoyen aan het hoofd te staan. Bij de CCCZ was dit Matekete Musia Kibonz. Ook het blanke personeel dat vast gevestigd was in Congo, moest verminderd worden. De CCCZ omzeilde dit echter door hun experten in te schrijven bij hun Brussels moederbedrijf en dit moederbedrijf in onderaanneming in te schakelen bij het bouwen van projecten. Hierdoor konden zij toch blijven werken in Zaïre. 178 Mobutu wou met zijn authenticiteitsbeleid een einde maken aan de Westerse dominantie in Congo, zowel op cultureel als economisch vlak. Voor dat laatste liet hij zich inspireren door de staatseconomie van China. Mobutu beschouwde de Chinezen als een minder groot gevaar dan het Westen. Chinezen werden begin de jaren zeventig de nieuwe vrienden van Mobutu. 179 De opkomst van Chinezen in Congo zien we ook in het archief. In 1974 wordt de CCC geconsulteerd voor de bouw van een tribune. De plannen zijn echter in het Chinees en een Chinese firma zou het project ook uitvoeren (Afb. 2.46). 177 Zaïre, ketens van koper. p Correspondance Chantier, , Fonds Blaton en Afrique, D23-CDK Usine d assemblage de véhicule, Brussel: Archives d Architecture Moderne 179 Van Reybrouck, Congo. p

68 : Van de Zaïroise naar Batipont International Afb Villa Citoyen Litho Matériaux manquants à fournir à CCCZ, 1974, Fonds Blaton en Afrique, D49-Villa LOGO ENTREPRISE D ETAT, Brussel: Archives d Architecture Moderne : de nationalisering van de bouwsector Na een reis in China kondigde Mobutu in het najaar van 1973 enkele maatregelen af, namelijk: 1. Het herwinnen van de Zaïresse filialen van Belgische maatschappijen 2. De overname door Zaïrezen van buitenlandse handelsondernemingen en landbouwbedrijven 3. De controle over de commercialisering van de grondstoffen en de naturalisatie van de installaties van de petroleumverdelers 180 Dit zorgde voor ophef in België. Voor de CCCZ was enkel het eerste punt van toepassing. In 1974 werden alle bouwondernemingen genationaliseerd: Op 30 december 1974 werd door de regering de zogenaamde radicalisering afgekondigd. Grote distributie-, transport- en bouwondernemingen moesten aan de staat overgedragen worden. 181 En inderdaad, de CCC werd een staatsonderneming. Dit blijkt uit het onderschrift van het bedrijf op documenten uit 1974 (Afb. 2.47) Een prominente, maar moeilijke cliënt: Litho Moboti In de nieuwe, genationaliseerde markt was het moeilijk opereren voor de CCCZ. Via bouwwerken voor Mobutu s naasten probeerden ze zich opnieuw te positioneren op de markt. Een van die werken was de villa voor Litho Moboti. Litho Moboti ( ) 182 was de nonkel van Mobutu. Moboti was ook een tijdje minister van Financiën. 183 Bij de Zaïrisering van Congo slorpte hij verschillende Belgische commerciële en industriële bedrijven op, zoals bijvoorbeeld het Société Générale d Alimentation (SGA) in Dit liet Mobutu toe controle te houden over deze maatschappijen. 185 Sinds 1975 was hij ook afgevaardigd bestuurder van BRALIMA. 186 Hij controleerde ook alle vroegere bezittingen van Cominière (o.m. Hotel Okapi, Vicizaïre, Komuele, Plantadem, Kometric, Imoaf en meer). 187 Villa s werden wel vaker gemaakt door de CCC, als deel van een groter complex, maar zelden als typologie op zich. Het feit dat de CCCZ een offerte indiende voor dit project, toont hoe zij zich probeerden te herpositioneren op de markt: men wou op een goed blaadje komen te staan bij een 180 Zaïre, ketens van koper. p Ibid. p Mabi Mulumba en Mutamba Makombo, Cadres et dirigeants au Zaïre, qui sont-ils?: dictionnaire biographique (Editions du Centre de recherches pédagogiques, 1986). p Jean-Claude Willame, L automne d un despotisme: pouvoir, argent et obéissance dans le Zaïre des années quatre-vingt (KARTHALA Editions, 1992). p Jules Chomé, Mobutu, guide suprême (Éditions Complexe, 1975). p Zaïre, ketens van koper. 186 Mulumba en Makombo, Cadres et dirigeants au Zaïre, qui sont-ils? p Zaïre, ketens van koper. p

69 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb , Grondplan villa Litho Moboti, 12 januari 1973, Fonds Blaton en Afrique, D49-Villa, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Behangpapier RUBENS , s.d., Fonds Blaton en Afrique, D49-Villa, Brussel: Archives d Architecture Moderne prominent figuur om via relations personnelles d amitié meerdere contracten binnen te rijven. De CCCZ was zich sterk bewust van de positie van Litho Moboti: Une fois encore, vu l importance du client, faites un effort pour nous permettre de lui remettre le devis dans les plus courts délais possibles 188 Onmiddellijk na de toekenning van de aanbesteding aan de CCCZ zag het er goed uit: En nous accordant cette remise, vous aurez ainsi témoigné votre reconnaissance et marque de sympathie vis-à-vis de notre Société Générale d Alimentation en général, et envers notre Président Directeur Général, LITHO- MOBOTI, en particulier, avec qui vous nouez certaines relations personnelles d amitié. 189 Maar al snel bleek dat Litho Moboti niet happig was op het betalen van de facturen. De CCCZ moest vele aanmaningen versturen. Deze facturen waren niet klein. Moboti had immers net zoals vele citoyens van de nieuwe elite een dure smaak, zeker wat betreft zijn privéwoning (Afb. 2.48). De volgende materialen, die hij liet importeren vanuit Europa, getuigen hiervan: - RUBENS en ce qui concerne la livraison des 31 rouleaux de revêtement murs type : Cuir de Cordoue (Afb. 2.49) - Plancher lumineux - Moquettes - Céramique émaillée - R. Ginori - série FONDOUNITO - Faïence - Marbres - Blanco di Carrari H. Coppens, Résidence du Citoyen Litho Note N 1992/RC du 13 auôt 1973, 24 augustus 1973, Fonds Blaton en Afrique, D49-Villa, Brussel: Archives d Architecture Moderne 189 P. Kibambe-Kiondana, Votre soumission Villa de Monsieur Litho-Moboti, 10 mei 1973, Fonds Blaton en Afrique, D49-Villa, Brussel: Archives d Architecture Moderne 190 P. Ferbeck, Villa Litho Matériaux repris à la liste des Importations, 18 oktober 1972, Fonds Blaton en Afrique, D49-Villa, Brussel: Archives d Architecture Moderne

70 : Van de Zaïroise naar Batipont International Afb Organigram Bâtipont International, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D313-Maisons Préfabriquées, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Organisatie Bâtipont International, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D313-Maisons Préfabriquées, Brussel: Archives d Architecture Moderne Zijn wanbetaling zorgde voor het meermaals stilleggen van de werken. Op een bepaald moment stond Moboti voor het volgende bedrag in het rood bij de CCCZ, het was voor meer dan enkel zijn villa: Ancienne villa Z ,45.80 Nouvelle villa Z ,39.50 Villa Badolite Z. - Super marché de Z ,00.60 Super marché de Kisangani Z , Op 19 januari 1977 werd het project definitief opgeleverd, maar op 1 februari 1977 zou Moboti de meerderheid van de kosten nog steeds niet betaald hebben. Enkel zijn oude villa betaalde hij. 192 Waar men dus hoopte om de markt opnieuw te veroveren via deze man, was het resultaat het omgekeerde. Het bedrijf tekende rode cijfers op dankzij de wanbetaling en de luxestijl van deze man : Batipont International Herstructurering van Batipont In 1974 werden de bedrijven van Armand Blaton die internationaal actief waren samengesmolten. Zo ontstond Batipont International, dat als afzonderlijke entiteit ondergebracht werd bij Bâtiments & Ponts S.A. Dit moederbedrijf had meer dan 70 ingenieurs in dienst (Afb. 2.50). Batipont International verleende consultancy opdrachten, verrichte studiewerk voornamelijk vanuit de hoofdzetel in Brussel, coördineerde de uitvoering van internationale werven en was daarnaast ook actief als algemeen aannemersbedrijf. Dat laatste gebeurde aan de hand van lokale vestigingen (Afb. 2.51) J. Livremont, Votre compte en nos livres, 18 januari 1974, Fonds Blaton en Afrique, D49-Villa, Brussel: Archives d Architecture Moderne 192 Correspondance Chantier, 1977, Fonds Blaton en Afrique, D49-Villa, Brussel: Archives d Architecture Moderne 193 Organigram, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D313-Maisons Préfabriqués, Brussel: Archives d Architecture Moderne 69

71 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Journal officiel des Communautés européennes, 18 december 1973, Fonds Blaton en Afrique, XXXX, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Vliegtuigticket naar Iran, 20 februari 1975, Fonds Blaton en Afrique, D311-Voyage JF, Brussel: Archives d Architecture Moderne Prospectiereizen: Iran, Nigeria en Ivoorkust De naam van de nieuwe CCC, namelijk Batipont International, duidt op het feit dat het bedrijf haar grenzen wou opentrekken. De nationalisering van de bouwsector moet voor een nieuwe golf van angst gezorgd hebben binnen de CCC. Hierdoor ging men actiever dan ooit tevoren op zoek naar mogelijkheden om zich in andere landen dan Congo te vestigen. Projecten of mogelijkheden om zich in het buitenland te vestigen ontdekte men op twee verschillende manieren. Enerzijds ging men zelf actief op zoek naar de activiteiten in het buitenland, anderzijds sloot men zich aan bij verenigingen die meerdere Belgische industriëlen groepeerden om zo een breder netwerk te creëren. Soms overlapten deze twee manieren elkaar. De ingenieur Jörg Friedrich was binnen het bedrijf verantwoordelijk voor het bestuderen van rapporten van onder andere het EOF. We zien zijn initialen dan ook terugkeren op de hoofdpagina van het Journal officiel des Communautés européennes uit 1973 (Afb. 2.52). Die rapporten gaven de toekomstige bouwplannen van de EOF en de EEG weer. Friedrich duidde de interessante projecten aan. Via via werd voor deze projecten dan gezocht naar het aanbestedingsdossier. Indien dit interessant genoeg werd bevonden voor het bedrijf, maakte men een offerte aan. Jörg Friedrich maakte in de jaren zeventig ook prospectiereizen naar het buitenland. In februari 1975 trok hij zo naar Iran (Afb. 2.53). Hij exploreerde de mogelijkheden om hier een nieuwe vestiging van Batipont International op poten te zetten. Deze vestiging kon verschillende vormen aannemen, zoals bijvoorbeeld die van een studiebureau. Al leek deze optie voor Jörg Friedrich niet veel kans op slagen te hebben door een reeds grote aanwezigheid van andere buitenlandse bedrijven. Andere opties waren zich te vestigen als bouwaannemer of te investeren in een enkel huisvestingsproject. Het bedrijf vestigde er zich echter nooit. 194 Een andere prospectiereis werd ondernomen in april Deze keer trok men naar Nigeria. Hier had de architect Günther Ueberschär hen geïntroduceerd: Résumé du rapport de voyage JF à Teheran du 22 au 25/2/1975, 20 maat 1975, Fonds Blaton en Afrique, D311-Voyage JF à Teheran, Brussel: Archives d Architecture Moderne

72 : Van de Zaïroise naar Batipont International Afb Federal works registration board: application for registration p. 1, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Map Nigeria, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Federal works registration board: application for registration p. 2, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Map Nigeria, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Uitnodiging avondreceptie, 5 april 1974, Fonds Blaton en Afrique, D107- Ensemble Immobilier, Brussel: Archives d Architecture Moderne Re: Road projects in Nigeria Dear Mr. Matthias For your information I enclose my letter to Batipont. Mr. Friedrich is an old friend of mine. I trust that your engagement will be subject tot the primary agreement between me and Batipont as suggested in my letter. Batipont is a most potent company who have built [...] in Africa on a large scale. 195 Alle papieren werden klaargemaakt om in Nigeria ook echt een vestiging uit de grond te stampen, maar ze werden nooit getekend (Afb. 2.54, 2.55). Een andere prospectiereis werd uitgevoerd door René Zoppi, directeur van de Batipont International. Deze reis was naar Ivoorkust. De reis werd mogelijk gemaakt door Société Belge d Études et de Réalisations Industrielles (SOBERI), waar René Zoppi lid van was. s Avonds werden leden van deze organisatie uitgenodigd om deel te nemen aan diners om te netwerken (Afb. 2.56). In de jaren zeventig zien we dat Belgische industriëlen zich groeperen in organisaties als SOBERI en Syndicat Belge d Entreprises à l Étranger (SYBETRA) om zichzelf te promoten bij de ontwikkeling van jonge naties. SYBETRA wordt omschreven als een organisatie die apparaissait comme un moyen d assurer un débouché à [ ] le développement économique des pays cherchant à s industrialiser ou récemment décolonisés. 196 SOBERI had waarschijnlijk gelijkaardige motieven. Deze Belgische organisaties waren goed op de hoogte van de ambities van Belgische bedrijven. In 1974 liep er een project in Soedan voor het maken van een textielfabriek. SOBERI, een van die organisaties, speelde in op het feit dat de Batipont International een internationaliseringspolitiek voerde. Ze vroegen aan hen een offerte te maken, omdat ze wisten dat de Batipont International eventueel bereid zou zijn zich in Soedan te vestigen. 197 Batipont International speelde in haar expansiepolitiek vooral haar ervaring in Afrika uit. Net zoals in begin de jaren 60, werkte hun min of meer lokale vertegenwoordiging in hun voordeel. Wanneer ze in 1974 samen met SOBERI een offerte voorbereiden voor de constructie van een slachthuis in de Centraal Afrikaanse Republiek, wordt personeel vanuit de vestiging in naar Bangui 195 Günther Ueberschär, Re: road projects in Nigeria, 1971, Fonds Blaton en Afrique, D317-Cimenterie, Brussel: Archives d Architecture Moderne 196 Les archives de Sybetra, geraadpleegd 16 april 2015, modules/inventaire_details.php?id=23&lang=fr. 197 Correspondentie, 1973, Fonds Blaton en Afrique, D169- Usines de tissage au Soudan, Brussel: Archives d Architecture Moderne 71

73 Deel 2: Positionering, productie en netwerken Afb Organigram Familie Blaton in Timmerman, Georges. Main basse sur Bruxelles. Brussel: Editions Aden, p. 52 gestuurd. Ze hadden de opdracht zich daar goed te informeren over de bouwindustrie ter plekke voor de concrete uitvoering van het slachthuis. 198 In geen van alle projecten die de Batipont International aanraakte buiten de grenzen van Congo, profileert het bedrijf zich met haar voorgespannen beton. De offertes die ze maakten betreffen de civiele techniek en een kostenraming voor de feitelijke constructie. Hierbij speelden ze vooral hun ervaring in Afrika uit. Hoewel er dus pogingen waren om naar het buitenland te trekken, heeft men slechts weinig projecten buiten de grenzen van Congo ook werkelijk gerealiseerd. Ook andere vestigingen bleven uit. Timmermans heeft het in zijn Main Basse sur Bruxelles immers voor de jaren negentig enkel over een vestiging in Lissabon en een vestiging in (Afb. 2.57). 198 Correspondentie, 1971, Fonds Blaton en Afrique, D45-Abattoir frigorifique territorial, Brussel: Archives d Architecture Moderne 7. Bevestiging en nieuwe elementen In dit hoofdstuk brachten we de kwantitatieve analyse van de integrale lijst projectdossiers naar voor. Hierdoor konden we een beeld schetsen van het verhaal van Blaton in Congo. De firma trok in 1949 naar Congo en ondanks de vele politieke omwentelingen en de daarbij horende economische gevolgen, bleef het bedrijf in de regio tot minstens Het bouwbedrijf kan dus gezien worden als een constante, terwijl het verhaal dat we hier vertellen aantoont dat andere actoren, zoals bijvoorbeeld de architecten en opdrachtgevers veranderden per politieke periode. De vele actoren waarvoor, waarheen en waarlangs de CCC opereren maken het verhaal van het bedrijf enorm gediversifieerd. Toch kunnen we over het algemeen stellen dat de grote lijnen van het verhaal hier naar voor gebracht, overeenstemmen met wat tot nu toe werd geschreven in de literatuur betreffende de architectuurgeschiedenis in Congo. De politieke periodes die we hier hanteerden, naar aanleiding van de verschillende tendensen in de grafiek en de naamsveranderingen die het bedrijf onderging, zien we in andere overzichtswerken,, zoals bijvoorbeeld. Architecture et paysage urbain, terugkeren. Daarnaast vinden we in dit soort overzichtswerken ook gegarandeerd werken terug van architecten als Claude Laurens, Maurice Houyoux-Diongre en later Eugène Palumbo, Olivier Clément Cacoub, Daniel Visart en Annibal Bado. 199 Het archief beslaat een periode van 1949 tot Wat er daarna gebeurde met de Congolese vestiging van Blaton is onduidelijk. 72

74 7. Bevestiging en nieuwe elementen Ook de opkomst van bepaalde typologieën strookt met de tendensen binnen de architectuurgeschiedenis, zowel op lokaal als op globaal niveau. Infrastructuurwerken kwamen voornamelijk voor tijdens het reeds veel besproken Tienjarenplan, Kim De Raedt schrijft over de sterke opkomst van de scholenbouw na 1960 en het verschijnen van de typologie van het hotel valt te situeren binnen de globale trend van hotelbouw. Het verhaal van de CCC kan de architectuurgeschiedenis van Congo, zoals we ze kennen, echter onmogelijk vervangen. De activiteiten van het bedrijf geven slechts een deel weer van de totale bouwproductie in Congo tussen 1949 en Zo vinden we het OCA, dat moest zorgen voor de huisvesting van de Afrikanen, niet terug in het verhaal van de CCC. De bouwactiviteit bleef bovendien grotendeels beperkt tot de gebouwen die zich goed leenden tot de toepassing van voorgespannen beton en het gebruik van betonstenen. De typologieën die het bedrijf maakte in Congo komen overeen met de werken in België: appartementsgebouwen, commerciële gebouwen, publieke gebouwen, bruggen en industriële constructies. Kortom, de typologieën waarvoor ze hun expertise met betrekking tot beton konden uitspelen. Het archief is dus complementair aan de bestaande geschiedenis. Complementair omdat het ook enkele nieuwe elementen naar boven haalt met betrekking tot de bouwproductie in Congo. De verschillende politieke omwentelingen hadden een grote invloed op de economie. In dit hoofdstuk zagen we dat de eerste crisis opdook in 1956, wanneer de economie van Congo stagneerde. Een volgende crisis zagen we begin de jaren zestig en een laatste begin de jaren zeventig. Hoewel de crisis van 1956 een zware impact had op de bouwindustrie, toont de kwantitatieve analyse van het archief dat deze geen invloed had op de activiteiten van de CCC. Dit kwam mede door het netwerk van bedrijven dat samenkwam in de holding CODAF. Wanneer men dus stelt dat de crisis van 1956 de bouwindustrie en vastgoedmarkt sterk getroffen is, moet hier de kanttekening bij gemaakt worden dat dit niet voor iedereen zo was. Datzelfde netwerk was ook hetgeen waarop de CCC steunde toen het aantal activiteiten kelderde in de vroege jaren zestig. Via deze onderneming probeerde het projecten buiten Congo binnen te rijven. Smets stelt in zijn boek Lambert. Une aventure bancaire et financière dat de moeite die het bedrijf deed om naar het buitenland te trekken, beloond werd met successen. Rond 1960 bouwde het bedrijf inderdaad enkele projecten in Rwanda, voornamelijk voor bedrijven van de CODAF. Tot 1975 beschikken we over archiefmateriaal dat aantoont dat de pogingen van de CCC om buiten Congo actief te worden alleen maar toenamen, naarmate de tijd vorderde. Dit onder meer via organisaties als SOBERI en SYBETRA. Toch toont het archief het tegenovergestelde van wat Smets schrijft: hoewel er veel pogingen waren, voerde de CCC slechts een heel klein aantal projecten uit in het buitenland. Het mooiste voorbeeld hiervan zijn de volledig ingevulde papieren om een eigen vestiging op te starten in Nigeria in Deze zou er echter nooit komen. In 1971 had de CCC overigens nog al eens een poging ondernomen om mee te werken aan de bouw van een cementfabriek in Nigeria. In dit dossier vonden we een briefje terug waarin de architect Günther H. Ueberschär hen promootte bij een lokale actor. Günther Ueberschär werkte in Congo samen met de CCC voor de bouw van verschillende radio- en televisiestations. Deze belangrijke opdracht kwam rechtstreeks van Mobutu. De architect is echter totaal onbekend in de literatuur. Het is dan ook onduidelijk waarom hij zulke belangrijke projecten kreeg. Günther Ueberschär is dus een nieuwe actor die naar voren kwam uit het archief. Daarnaast vonden we ook meerdere malen plannen terug van het Brusselse ingenieursbureau Bartholomé & David. Ook over hen is momenteel weinig gekend. 73

75

76 Deel 3: De praktische uitvoering van een project 75

77 Deel 3: De praktische uitvoering van een project In Deel 2 benaderden we in vogelperspectief het bestuurderskader van de CCC, hun opdrachtgevers en de architecten waarmee ze samenwerkten. Er werd aangetoond dat de CCC zich als bouwaannemer sterk kon positioneren door haar betonexpertise maximaal te promoten. Maar toen het bedrijf naar andere landen buiten Congo trok, bleek het ook haar ervaring met het bouwen in Afrika uit te spelen. In dit deel gaan we op zoek naar wat dat bouwen in Afrika nu precies inhield. We verdiepen ons in de cultuur van de bouwwerf zelf. We kijken wat voor nieuwe inzichten een dergelijke benadering ons kan geven. De pionier van het gewapend beton, François Coignet ( ), schreef in 1861 neer dat beton een universeel toepasbaar product was: 76 Whatever can be done in Paris, the same can be done in every land. 1 De ervaring die de CCC opdeed met de toepassing van beton in Congo lijkt echter iets anders te zeggen: N oubliez pas, que nous ne disposons pas des moyens et possibilités que vous avez en Belgique. 2 Uit dit citaat uit een brief die vanuit naar Brussel werd verstuurd, blijkt dat een werf in Congo niet hetzelfde was als in België: men beschikte immers niet over dezelfde middelen en mogelijkheden. De architectuurhistoricus Adrian Forty stelde in zijn boek Concrete and Culture: a material history ook vast dat beton regionale eigenschappen kan bezitten. 3 Volgens hem bestaat gewapend beton uit cement, staal, granulaat en arbeid. Deze laatste drie elementen zijn regiospecifiek. 4 In dit deel nemen we de analyse van Adrian Forty dan ook als vertrekpunt om de case van Blaton in Congo te bespreken. Eerst maken we kennis met een bouwwerf in Afrika. Vervolgens zullen we dieper ingaan op het materiaal, materieel en de arbeid beschikbaar op de werf. Waar kwam het materiaal vandaan, welk materieel had men om het te bewerken en wie voerde de bewerking uit? Bij de arbeiders kijken we ook naar welke rol en hoeveel inspraak zij kregen binnen het bedrijf. Dit onderzoek voeren we op basis van informatie die het archief ons aanlevert. We maken hierbij voornamelijk gebruik van het fotoarchief van de CCC en de correspondentie van de CCC en Congobéton. De foto s zijn een handig medium om een eerste beeld te krijgen van wat er op een werf aanwezig was. Foto s geven echter zelden op een eenduidige manier informatie weer. Voor verdere uitdieping moeten dus andere bronnen geraadpleegd worden. In dit geval zullen we voor de uitdieping gebruik maken van de correspondentie die ontstond bij overleg tussen Brussel en en van de vergaderslagen. Hierbij zal niet steeds een strikt onderscheid tussen de CCC en Congobéton gemaakt worden. Congobéton maakte als dochterbedrijf van de CCC immers vaak gebruik van dezelfde sjablonen, waaruit we kunnen afleiden dat ze gelijkaardig tewerk gingen. Bovendien is het onderscheid tussen de twee bedrijven niet altijd duidelijk. Europese experten werden begin de jaren vijftig bijvoorbeeld vaak in beide bedrijven aangesteld. 5 1 Zoals geciteerd in Adrian Forty, Concrete and Culture: A Material History (Londen: Reaktion Books, 2012). p L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 21 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 3 Forty, Concrete and Culture. p Ibid. p Louis Lambert werkte zo bijvoorbeeld zowel voor Congobéton als voor de. Hij werd aangesteld om de efficiëntie van beide bedrijven te verhogen en de activiteiten te overzien. Louis Lambert, Verslag over aankomst in, 1950, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne

78 1. Kennismaking met een Congolese bouwwerf: BRALIMA Boma Afb Vue aérienne, 7 maart 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d'architecture Moderne Afb Baraquement bureau, 7 maart 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34- Bralima Boma, Brussel: Archives d'architecture Moderne Afb Nivellement en cours, 7 maart 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d'architecture Moderne Afb Béton de Propreté, 22 juni 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Les vainqueurs du Baobab, 7 maart 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34- Bralima Boma, Brussel: Archives d'architecture Moderne 1. Kennismaking met een Congolese bouwwerf: BRALIMA Boma Om een algemeen beeld te krijgen over een bouwwerf in Congo, biedt de werf van het industrieel complex van BRALIMA in Boma tussen 1957 en 1959 een sprekend voorbeeld. In vergelijking met andere fotoreportages van werven, werden er op deze werf systematischer van de verschillende fasen van de werkzaamheden foto s gemaakt. Bovendien komt niet enkel de fabriek in beeld, maar ook de nutsvoorzieningen die bij de fabriek hoorden, zoals hoogspanningskabines en de woningen van de werknemers van de fabriek. 6 Het industriële complex zou na voltooiing uiteindelijk bestaan uit de fabriek (brouwerij), een villawijk voor Europeanen, een huiswijk voor het Afrikaans personeel, verschillende hangars en de verbindingsinfrastructuur van al deze gebouwen. 7 Maar toen de CCC voor het eerst op het terrein een enorm gebied gelegen op een plateau aan de Congostroom in Boma kwam, was er zo goed als niets (Afb. 3.1). In maart 1957 zien we dat er een houten barak is opgetrokken die dienst deed als werfbureau (Afb. 3.2). Ook is men volop bezig met het terrein te ontbossen en te nivelleren met een bulldozer (Afb. 3.3). De meeste arbeiders zijn Afrikanen, maar vaak valt er een Europese opzichter of ingenieur waar te nemen in de foto s (Afb. 3.4). De foto Les vainqueurs du baobab illustreert dat de begroeiing in Congo heel anders was dan men gewoon was in België. Deze boom met een diameter even groot als de lengte van twee volwassen mannen werd omgehakt door uitsluitend gebruik te maken van bijlen(afb. 3.5). 8 6 Foto s Bralima Boma, , Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne 7 Ibid. 8 In Congo waren er andere middelen ter beschikking dan in België: waar men in België veel meer beroep deed op mechanische hulpmiddelen, waren die in Congo niet altijd in voldoende mate beschikbaar. In Congo kon men echter werken met relatief goedkope werkkrachten die door hun aantal ingezet konden worden om een belangrijk deel van de mechanische hulpmiddelen te vervangen. De mechanische hulpmiddelen waren bovendien vermoedelijk veel duurder dan in België en minder efficiënt omdat zij of door eer geschoold personeel bediend moest worden dat niet steeds beschikbaar was, zij bij mechanisch effect niet direct hersteld konden worden. Verder onderzoek moet uitsluitsel geven over de wisselwerking tussen het aanwezige materieel en de hoeveelheid aan arbeiderskracht op de werf. 77

79 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Afb La n 1 baraque du chantier qui sert à tout pour le moment, 15 maart 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Coffrage des poteaux de clôture, 18 maart 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Béton de Propreté, 22 juni 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Château d eau, 12 april 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Parc à ferraillage, 31 mei 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Bancs et stockage pour charpentiers, 20 augustus 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Bureau C.C.C & partie ferraillage, 20 augustus 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Ferraille cave à cuves, september 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Magasin 18, september 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb La grue G 15, 20 augustus 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Façade Nord de cave à cuves, filtrations, salle de brossage et silos, 20 januari 1958, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Cabine HT, 24 juli 1959, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Réservoir Régideso, 24 juli 1959, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne 78

80 1. Kennismaking met een Congolese bouwwerf: BRALIMA Boma Afb Deux coffrages des éléments l.p. ex-léo sous abri, 24 oktober 1958, Fonds Blaton en Afrique, P36-Pont Luebo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Nos bureaux de chantier, november 1957, Fonds Blaton en Afrique, P4-Bralima Gisenyi, Brussel: Archives d Architecture Moderne Eenmaal het terrein voorbereid was, begon men met de eigenlijke constructie. Voor het aanmaken van het beton werd de cement aangevoerd in zakken en bewaard in een houten barak (Afb. 3.6). Op de werf begon men betonnen prefabelementen te maken voor de oprichting van bijvoorbeeld de omheining (Afb. 3.7). Dit deed men met behulp van elektrisch aangedreven betonmolens (Afb. 3.8). Een van de eerste realisaties op de werf was ook de oprichting van een tijdelijke watertoren om de werf van water te voorzien (Afb. 3.9). Cement werd aangevoerd over land of via het water. De wapeningsstaal voor het beton kwam langs de Congostroom. Die laatsten werden gestockeerd in het parc de ferraillage waar de betonstaalvlechters aan de slag gingen(3.10). We zien dat er een afzonderlijke ruimte is voorzien voor de timmerlui en bekisters. Bij hen ligt al het hout opgeslagen voor de bekisting van het beton. Ook bij hen vinden we een houten barak en een afdak terug dat gebruikt werd als atelier tijdens de werken (Afb. 3.11). Beiden hadden lange houten tafels waarop ze werkten (Afb. 3.12). Foto s tonen aan dat in september 1957 de funderingswerken voor de fabriek en de fabrieksmagazijnen gestart zijn: ijzervlechters legden de wapening voor grote vloeroppervlaktes (Afb 3.13). Op de funderingen werden metalen magazijnen opgetrokken (Afb. 3.14). Daarnaast verscheen een hijskraan op de werf, die vooral ingezet leek te zijn bij de opbouw van de fabriek uit beton (Afb. 3.15). Begin 1958 zien we dat zowel de brouwerij zelf als de silo s vorm beginnen te krijgen. De werken hieraan lijken mogelijk door het gebruik van houten stellingen (Afb. 3.16). Deze gebouwen werden samen met het bureau van de fabriek dan ook uit beton gemaakt. 9 In 1959 werd de fabriekssite opgeleverd. Naast de fabrieksgebouwen en woningen had men op de site ook infrastructuur ter voorziening van elektriciteit en water gebouwd: de hoogspanningscabine (Afb. 3.17) en een waterreservoir (Afb. 3.18). Algemeen was er steeds een barak op de werf, waar een tijdelijk bureau van de CCC in gevestigd was. De opdeling van het terrein met aparte ruimtevoorziening voor de bekisters en ijzervlechters kwam eveneens op andere werven terug, net zoals de afdaken voor de machines en de cementbarak. De afdaken werden gebouwd met hout, soms met palmtakken (Afb. 3.19). Een enkele keer werd het bureau uit steen gebouwd (Afb. 3.20). 10 Afhankelijk van hoe ver de werf verwijderd was van bewoond gebied, zorgde men ook voor logies voor zowel de Europese als de 9 Foto s Bralima Boma, Nos bureaux de chantier, november 1957, Fonds Blaton en Afrique, P4-Bralima Gisenyi, Brussel: Archives d Architecture Moderne 79

81 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Afb Camp Travaillleurs, 15 augustus 1958, Fonds Blaton en Afrique, P103-CMC Aru, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Le gîte d étape où tout le monde est logé et où se situe le bureau C.C.C., 23 mei 1959, Fonds Blaton en Afrique, P98-Wenga, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Allure générale du terrain, 21 juni 1956, Fonds Blaton en Afrique, P110-Brasserie de Léo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Tête du monte-charge cubbuté sur hangar, 16 mei 1964, Fonds Blaton en Afrique, P82-Congobeton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afrikaanse arbeiders. Het bouwproject voor een medisch complex in Aru geeft een mooi voorbeeld van een tijdelijk arbeiderskamp. Dit was een kamp dat uitsluitend werd opgetrokken ten behoeve van de Afrikanen. Voor de bouw werden lokale materialen zoals takken en palmbladeren gebruikt (Afb. 3.21). Op andere werven zien we dat de logies van de Europeanen veeleer uit stenen huizen bestonden (Afb. 3.22). Eerder dan het bouwen van stenen huizen, opteerde men waar mogelijk om bestaande huizen of appartementen te huren. 11 De baobab uit het BRALIMA-project is niet het enige regio gerelateerde obstakel waarmee men werd geconfronteerd op de werf. Elders bevonden er zich soms gigantische termietenheuvels op het terrein (Afb. 3.23). In het regenseizoen waren er bovendien dagen waarop men niet kon werken door hevige regenval en na het passeren van een tornado moest puin geruimd worden en de werf heropgebouwd worden (Afb. 3.24). Het meest opvallende regio gerelateerde obstakel lijkt toch wel de temperatuur. Hierdoor moest men opletten met de droogtijden van beton: On s est inquiété avec raison, si le béton de nos colonnes état suffisamment arrosé après le décoffrage qui est très rapide à cause de la grande exposition au soleil; il faut absolument arroser copieusement à la lance et mettre des écrans pare soleil par exemple. 12 De tijdelijke watertoren is een element dat we slechts op heel weinig werven zien terugkeren. De vraag stelt zich hier dan ook waar al de andere werven hun water vandaan haalden. Deze vraag kan worden uitgebreid naar welke grondstoffen of materialen werden gebruikt. Waar kwamen ze vandaan, hoe bereikten ze de werf en van welke kwaliteit waren ze? De foto s van de werf van BRALIMA Boma laten dit onderbelicht. Hoewel we in de hoger beschreven algemene werfindeling reeds sporen zagen van de verdeling van de arbeiders, namelijk in categorieën als timmerlui, bekisters en ijzervlechters, krijgen we hier nog geen goed beeld van. Hierboven beschreven we al dat het net deze elementen zijn die Forty aanhaalt als plaatsafhankelijk bij het toepassen van beton: Jean-Marie Van Caster, interview door Ludwine Van Craenenbroeck, opname, 4 mei H. Versluys, Brief vanuit Brussel naar over de vordering van de werken, 20 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne

82 2. Materiaal en materieel [...] while cement is a standard product, concrete s other ingredients labour, steel and aggregates vary from place to place, opening the possibility that it might have distinctive regional qualities. 13 Hij beargumenteert deze stelling met voorbeelden uit onder andere Brazilië en Japan. 14 Afrika wordt in zijn boek buiten beschouwing gelaten. We bekijken deze aspecten hieronder nader met betrekking tot de werking van Blaton in Congo. 2. Materiaal en materieel Geen werf zonder beton voor de familie Blaton, ook niet in Afrika. Betonstenen, gewapend beton en voorgespannen beton waren hun specialiteit. Deze laatste twee bestaan uit beton en staal, beide producten uit de industrie. 15 Voor de bouw moeten deze producten voldoen aan bepaalde criteria, die de kwaliteit van de gehele constructie bepalen. 16 Wat het materiaal betreft, bestaat beton in essentie uit een mengsel van cement, zand, grind en water. 17 De CCC ondervond bij haar aankomst in Congo problemen met de kwaliteit van hun beton. Dit kwam door de beschikbaarheid van het lokale materiaal. 18 Een gevolg daarvan was een voortdurende zoektocht naar geschikt materiaal voor al hun werven. Alhoewel een slechte kwaliteit van water bijvoorbeeld rotting van beton kan veroorzaken, werd in die zoektocht geen aandacht geschonken aan de hoeveelheid of kwaliteit van het water. 19 Een voorbeeld uit de correspondentie waarbij opvalt dat de hoeveelheid water en de kwaliteit ervan niet wordt opgenomen in de zoektocht naar kwaliteitsbeton: Schaukens avec du béton armé (pr. colonnes et consoles) de concasssé, trié et passé à atteint à 3 j =290 kg/cm2 ceci avec moules métalliques vibrés. Composition: - 630l de ± 5/30-540l de ±2/5 avec 5/10-180l de sable Mimosa - 450kg de Ciment CICO Forty, Concrete and Culture. p Ibid. p Cyrille Simonnet, Le béton: histoire d un matériau; économie, technique, architecture (Marseille: Éd. Parenthèses, 2005). p Beton, Wikipedia, geraadpleegd 29 juli 2015, 17 Ibid. 18 Correspondentie Immeuble CCC, , Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 19 Verder onderzoek aan de hand van andere bronnen, waaronder orale, zal moeten uitwijzen of water ook in acht werd genomen bij de controle op de betonkwaliteit. 20 L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 26 oktober 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 81

83 Deel 3: De praktische uitvoering van een project De basismaterialen moesten op de werf resulteren in een bouwwerk. Ook hier moest men roeien met de riemen die men had. Het materieel dat de CCC al dan niet ter beschikking had beperkte haar in haar mogelijkheden, maar stimuleerde haar vindingrijkheid om de basisgrondstoffen te benutten en er uiteindelijk een constructie mee te bouwen. 21 Hieronder volgt een overzicht van de materialen. We beschouwen de elementen die ook Forty aanhaalt: cement, granulaat en staal. We delen deze materialen op volgens hun afkomst: de eerste twee bleken vanuit Congo zelf te komen, staal kwam van elders. We kijken wat de problemen waren die vaak met deze materialen gepaard gingen. Daarna bekijken we het mogelijk beschikbare en gebruikte werfmaterieel Lokaal aangevoerde materialen: beton Cement Forty haalt in Concrete and Culture: a material history het belang van lokaal gefabriceerd cement aan voor de overstap van metaalconstructie op betonbouw in Brazilië. Rond 1926 ontstonden in dat land de eerste cementfabrieken en in jaren vijftig was men er zo goed als volledig zelfvoorzienend met betrekking tot cement. 22 In Congo vond een gelijkaardige evolutie plaats: in de jaren twintig ontstond de Ciments du Congo in Lukala (CICO Lukala). 23 Tegen 1960 stond het op de negende plaats van de grootste bedrijven in Congo. 24 De CCC hielp niet enkel de CICO haar fabriek uit te breiden in de jaren vijftig, 25 het was ook een van haar grote afnemers. In 1949 was de keuze voor het cement van de CICO Lukala snel gemaakt, zo blijkt uit een prospectierapport: de CICO Lukala lag 220 km verwijderd van, maar de CICO Lukala had een goed systeem ontwikkeld voor de levering van haar cement. Bovendien was dit cement van een goede kwaliteit: 82 CICO [...] est actuellement à même de fournir, dans des délais courts, du ciment PAN de très bonne qualité, très près du durcissement rapide et la haute résistance.[...] Son ciment est préféré à celui venant d Europe et fourni par CBR. 26 Ook wanneer een bouwwerf verder dan gelegen was, bleef men gebruik maken van het cement van CICO Lukala. Voor de werken in Kisangani werd het cement van de CICO Lukala opnieuw als excellent bestempeld Correspondentie Immeuble CCC, Forty, Concrete and Culture. p Zie ook Deel 2: Het na-oorlogse bouwen in Congo. 24 Frans Buelens, Congo, : een financieel-economische geschiedenis (Berchem: EPO, 2007). p. 339, p Zie Deel 2: Typologie- en regioverklaring. 26 Enquête sur les matières & matériaux de base, 1949, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 27 H. Versluys, Rapport sur visite faite faite le , 1949, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne

84 2. Materiaal en materieel De monopolie van cement van CICO Lukala over heel Congo, met uitzondering van Katanga, 28 bracht ook met zich mee dat wanneer de CICO Lukala niet tijdig kon leveren, de werven van de CCC vertraging opliepen, zoals in 1974 gebeurde in Mbandaka: Le CIZA 29 a été à court de sacs, cela a occasionné un retard de plus d un mois dans nos approvisionnements tant pour que pour l intérieur. 30 Zonder de aanwezigheid van de CICO Lukala had men vele projecten waarschijnlijk nooit kunnen realiseren. De aanwezigheid van de CICO Lukala en de afhankelijkheid van de CCC van dit bedrijf toont aan dat de mogelijkheid tot de lokale productie van cement cruciaal is in het ontwikkelen van betonnen constructies Granulaat Het vinden van geschikt zand en grind was een minder gemakkelijke opgave dan het vinden van kwaliteitscement: Le sable et les concassés sont médiocres. Le sable local extrait en surface contient des impuretés et est beaucoup trop fin pour des bons bétons. 31 Vaak was het zand te fijn en het grind bevatte stukken van onregelmatige grootte, waarvoor geen - in 1949 zelfs bij de leveranciers niet - goede breker aanwezig was. 32 Het was het granulaat dat voor problemen zorgde bij het zoeken naar een goede betonkwaliteit. In Deel 2 spreken we bij Béton Précontraint en Béton Préfabriqué in Congo: de oprichting van Congobéton over ongevallen tijdens de constructie van het gebouw van de CCC. Gustave Magnel vroeg toen speciaal naar het granulaat om dit extra te kunnen onderzoeken: Monsieur Magnel désire obtenir d urgence (par avion) env. 1 K du sable env. 1 K de la pierraille employée (nous supposons 5/20) et nous faire connaitre le dosage employé jusqu à présent. 33 Voor spreekt men over le moins mauvais sable bij Wolter, op 78km van. Het was echter nog steeds te fijn. Daarnaast was er ook een plek op het terrein van ene Bonhomme, maar daar had men een pessimistische visie over. Men wist ook dat er goed zand in de ondergrond van zat, op ongeveer 5-6 meter diepte, maar dit was blijkbaar inexploitable. Een andere optie die men 28 In Katanga was er het Ciments du Katanga. Dit bedrijf groeide uit tot een van de grootste cementbedrijven van Congo. Het stond onder het gezag van de Société Générale. De monopolie van de Ciments du Katanga strekte zich logischer wijs uit over Katanga en de gebieden daarrond, waarmee het een goede transportverbinding had. en Kisangani maakten hier geen deel van uit. In 1960 was het bedrijf het negentiende grootste bedrijf in Congo met een kapitaal van Belgische Frank. Buelens, Congo, p. 339, p Het voormalige Ciments du Congo. 30 Jean-Marie Van Caster, Rapport PV de la réunion de coördination du 26/8/1974, 5 september 1974, Fonds Blaton en Afrique, D51-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne 31 Enquête sur les matières & matériaux de base, Correspondentie Immeuble CCC, H. Versluys, Brief vanuit Brussel naar Brussel over de vordering van de werken, 21 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 83

85 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Afb Ensemble, 5 november 1952, Fonds Blaton en Afrique, P76-Station de Concassage, Brussel: Archives d Architecture Moderne opperde was het uitbaggeren van zand langs oevers en zandbanken van de Congostroom. 34 Dat laatste was dan ook de geprefereerde optie: Nous devrons nous orienter vers la solution sable du fleuve. Celui-ci forme des dépôts ou bancs sur les iles ou rives du fleuve.[...] Le sable est assez convenable. Pour vous édifier, je vous donne ci-après, la comparaison dans les meilleurs sables étudiés par nous: Origine Farines et impalpables Fins de 0,15 à 0,6mm Moyens 0,6 à 2,4mm Gros Module de finesse De Bonhomme à -2,5 20% 70% 10% 0 1,27 De Bonhomme à -3,5 22% 69% 9% 0 1,17 Sable du fleuve, 1er échantillon Sable du fleuve, 2ème échantillon Wolter 40% 57% 3% 0 0,80 6% 93% 1% 0 1,18 3% 93% 4% 0 1,48 Vous remarquerez que Bonhomme a le plus gros pourcentage de moyens, par contre le fleuve a le moins d impalpables. 35 Grind kon men volgens de eerste prospectiereizen voor vinden in de steengroeve van Kasangulu. Hier groef men tot 25 meter onder zeewaterniveau, waar in 1949 grind van 40/60mm gevonden werd. Met de installatie van een breker zou men erin kunnen slagen grind van 5/25mm te maken, maar een dergelijke installatie was er nog niet op dat moment. 36 Foto s tonen dat de CCC in 1952 meewerkte aan de installatie van zo n breker (Afb. 3.25). 37 Het is dan ook waarschijnlijk dat het in gebruikte grind van deze steengroeve in Kasangulu afkomstig was. In Kisangani won men het zand ook uit de Congostroom, waar het zand blijkbaar excellent, genre du Rhin simplement à lever was. Wat het grind betreft, waren er genoeg steengroeves in de omgeving. Deze sorteerden het grind echter niet Situation actuels au sujet carrière et sablière, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D153- Immeuble CCC, Brussel: Arccture Moderne 35 Ibid. 36 Enquête sur les matières & matériaux de base Foto s Station de Concassage, , Fonds Blaton en Afrique, P76-Station de Concassage, Brussel: Archives d Architecture Moderne 38 H. Versluys, Rapport sur visite faite faite le

86 2. Materiaal en materieel Afb Extraction fin gravier pour préfabriqués, 5 maart 1958, Fonds Blaton en Afrique, P103-CMC Aru, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Concassage à la main sur chantier bureau du territoire, 5 maart 1958, Fonds Blaton en Afrique, P103-CMC Aru, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Autre aspect de l extraction à la main des pierres tendres, 5 maart 1958, Fonds Blaton en Afrique, P103-CMC Aru, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Déchargement de la baleinière de sable, 1958, Fonds Blaton en Afrique, P94-Sana, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Stockage du gravier du fleuve, 1958, Fonds Blaton en Afrique, P94-Sana, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Mise en place d un plancher dans les baleinières pour aller chercher du sable, 26 maart 1959, Fonds Blaton en Afrique, P97- Wenga, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Extraction de sable, 26 maart 1959, Fonds Blaton en Afrique, P97-Wenga, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Fleuve Congo Extraction du sable, 5 april 1952, Fonds Blaton en Afrique, P74-Petrocongo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Pompe Jublou s/ ponton pour extraction tout-ven! (sable et gravier), 21 juni 1952 Fonds Blaton en Afrique, P87-INEAC Yangambi, Brussel: Archives d Architecture Moderne Voor andere werven, weg van de grote centra, ging men steeds op zoek naar de dichtstbijzijnde bron van zand en grind. Vaak voer men met een bootje de Congostroom af op zoek naar een zandbank om het zand vervolgens in het bootje te laden (Afb ). Op de werf van Yangambi baggerde men zand en grind uit de rivier (Afb. 3.34) Wapening van beton: levering van buiten Congo Bij het maken van balken in voorgespannen beton volgens het systeem Blaton-Magnel 39 zijn hoogwaardige staaldraden vereist. Het staal moet een hoge elastische limiet hebben, omdat het onder een spanning van 85 tot 100 kilogram per vierkante millimeter gezet moet kunnen worden. 40 Het staal dat nodig was op de bouwwerven werd dan ook per boot overgebracht uit Europa. Dit was echter niet vanzelfsprekend en de kwaliteit van het staal boette daarbij in: 39 Zie De familie Blaton. 40 Le béton Précontraint, in Promotieboek Entreprises Blaton-Aubert (Brussel, 1949). 85

87 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Avions craint une dégradation plus importante. Vos rouleaux sont-ils à l abri de la pluie? 41 Tijdens het transport roestten de staaldraden reeds op de schepen, en het feit dat men ze niet steeds beschut kon stockeren op de werf deed ook geen goed. Om de oxidatie van het ijzer tegen te gaan, smeerde men de draden in met olie: J insiste encore sur le fait que le fil B.P. est arrivé très rouillé à Léo, mais lors du prélèvement, il avait déjà reçu une couche d huile. Le fil est entreposé en plain[sic] ciel Werktuigen en ander werfmaterieel In de archiefdocumenten vangen we af en toe een glimp op van het gebruikte materieel op de werf, wanneer er bijvoorbeeld materieel van naar de werf gestuurd moest worden of bij de projectplanning, zoals bijvoorbeeld bij de planning van de Université Nationale de Zaïre in Kisangani in joint venture met Auxeltra-Béton. Uit deze documenten blijkt dat de CCC het volgende materiaal zeker ter beschikking had: vrachtwagens, materiaalliften, verschillende betonmolens van 240 tot 430 liter, pompen, pick-ups, elektrische cirkelzagen en niveaus. 43 Dergelijke lijsten komen echter zelden voor in het archief. Daarnaast komen er ook vele brochures voor in het archief, tussen de materiaallijsten, met technische documentatie en raclame over machines. Of deze machines zich ook steeds op de werf bevonden, is onduidelijk. Naast de brochures in de materiaallijsten, zitten deze brochures ook verspreid over de vele projecten. Binnen de tijdspanne van deze masterproef was het onmogelijk deze systematisch te onderzoeken. We maken hier gebruik van het fotoarchief om een eerste beeld te krijgen van het materieel op de werf. Bij een dergelijke benadering blijft het aantal machines per werf onbekend. De zeldzaamheid ervan komt dus niet aan bod. Ook geeft dit geen zicht op het feit of de beschikbaarheid van bepaald materieel leidde tot de verkleining van bouwelementen, waardoor deze laatste makkelijker manueel gemanipuleerd konden worden. Een combinatie van het archiefmateriaal en orale bronnen zal hier in verder onderzoek licht op moeten werpen. De BRALIMA Boma werf wees reeds aan dat er wel het een en ander aanwezig was, zoals bijvoorbeeld de bulldozer, de bijl en de hijskraan. 44 Hieronder proberen we een breder zicht te geven op het materieel dat de CCC ter beschikking had, maar daarom niet noodzakelijk op elke werf inzette. We kunnen het materieel opdelen in drie soorten: klein materieel, hulpwerktuigen en groot bouwmaterieel Klein materieel 41 H. Versluys, Notes pour le chantier CCC immeuble, 25 november 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 42 Pierre Schaukens, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 1 december 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 43 Liste du materiel, théoriquement nécessaire pour chantier UNAZA, 1973, Fonds Blaton en Afrique, D109-Usine Textile de Kisangani, Brussel: Archives d Architecture Moderne 44 Foto s Bralima Boma,

88 2. Materiaal en materieel Afb Vulsysteem betonmolen, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P125-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Traktorkruiwagen, 7 augustus 1970, Fonds Blaton en Afrique, P87-Bralima Mbandaka, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Wagonnets (trains) et rails, 24 oktober 1958, Fonds Blaton en Afrique, P36-Pont Luebo Sporen rolkraan, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Emmers en kruiwagens, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P125-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Camion Citerne, november 1951, Fonds Blaton en Afrique, P87-INEAC Yangambi, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Fabrication du béton, 5 mei 1956, Fonds Blaton en Afrique, P20-Aerogare Kindu, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Autre coupe du terrain, 10 juni 1955, Fonds Blaton en Afrique, P30-Laboratoire Bunia Testequipment, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Deux scaphandriers, 1959, Fonds Blaton en Afrique, P98-Pont Luebo Duikuitrusting Afb Route secondaire d accès à Ouangui, 1958, Fonds Blaton en Afrique, P94-Sana, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Fietsen en werknemers in hangar, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P181-Hangars Ndolo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Vulling betonmolen Traktorkruiwagen Sporen van een rolkraan Kruiwagens en emmers Opslagtanks Vaten Testuitrusting Duikuitrusting Wagen Fietsen 87

89 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Afb Trilplaat, 1960, Fonds Blaton en Afrique, P105-Equipment Store Kitona, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Pomp, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P122-Sotexki, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Sorteerder, 1967, Fonds Blaton en Afrique, P120-Port de Bukavu, Brussel: Archives d Architecture Moderne Sorteerequipment Afb Lasmachine, 1970, Fonds Blaton en Afrique, P96-RTNC, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Dalle auvent et m. Duthoo, 5 mei 1956, Fonds Blaton en Afrique, P20-Aerogare Kindu, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Nivellement Route, 19 november 1954, Fonds Blaton en Afrique, P15-Jouret Congo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Compresseur Bully, 5 maart 1958, Fonds Blaton en Afrique, P103-CMC Aru, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Bulldozer, 7 maart 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Le groupe Ligot, 31 mei 1957, Fonds Blaton en Afrique, P34-Bralima Boma, Brussel: Archives d Architecture Moderne Generatoren Afb Battage pieu 35, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P97-Wenga, Brussel: Archives d Architecture Moderne Funderingssystemen Afb Wals, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P122-Sotexki, Brussel: Archives d Architecture Moderne Hulpwerktuigen Sorteerder Trilplaat Pomp Lasmachine Niveau Groot bouwmaterieel 88 Scraper Compressor Bulldozer Generator Funderingssysteem Wals

90 2. Materiaal en materieel Afb Jeep, 1960, Fonds Blaton en Afrique, P106-Hangar Avion Kitona, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Pickup, 16 mei 1952, Fonds Blaton en Afrique, P74-Petrocongo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Culée rive gauche vue arrière, 27 februari 1959, Fonds Blaton en Afrique, P36-Pont Luebo Lieren, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Vrachtwagen van de CCC, 15 juli 1955, Fonds Blaton en Afrique, P18-Elakat Kindu, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Retro lepelkraan, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P122-Sotexki, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Hijskraan, s.d., Fonds Blaton en Afrique, P98-Pont Luebo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Avant-bec du pont roulante sur la culée rive gauche, 1959, Fonds Blaton en Afrique, P98-Pont Luebo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Les cables dans un bloc d about pour les poutres en béton précontraint, 1959, Fonds Blaton en Afrique, P98-Pont Luebo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Sandwichplaten Afb Betonmolens, 7 augustus 1970, Fonds Blaton en Afrique, P87-Bralima Mbandaka, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Mise en tension en façade principale, 1950, Fonds Blaton en Afrique, P64-CCC Immeuble, Brussel: Archives d Architecture Moderne Jeep Pick-up Vrachtwagen (retro) Lepelkraan Rolkraan Sandwichplaten Betonmolens Lier Hijskraan Vijzel 89

91 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Afb Rolkraan met balk uit voorgespannen beton, 3 juni 1959, Fonds Blaton en Afrique, P36-Pont Luebo, Brussel: Archives d Architecture Moderne Deze laatste rij equipment is specifiek voor de toepassing van het systeem Blaton-Magnel. Het rooster werd gebruikt om de staaldraden te sorteren. De sandwichplaat diende om de staaldraden vast te zetten en met de vijzel zorgde men voor spanning op de staaldraden. 45 Het beton hiervoor werd gemaakt met betonmolens op de werf. Hierin werd cement, granulaat en water gedaan. Het granulaat werd erin gebracht met een vulsysteem en vervolgens machinaal gemengd. Vervolgens werd het via kruiwagens naar de plaats waar het beton nodig was gebracht. 46 Later gebeurde de vulling van de molen en de afvoer van het beton met behulp van een soort traktorkruiwagentje. 47 De op de werf geprefabriceerde voorgespannen balken werden gemonteerd door middel van hijskranen bij fabrieksgebouwen 48 en flatgebouwen. 49 Bij bruggen maakte men gebruik van rolkranen (Afb. 3.65) Arbeid: de main d oeuvre indigène geleid door de main d oeuvre européen Als we de foto s nog even verder bekijken, zouden we kunnen stellen dat de mens het belangrijkste materieel was op de werf. We zien ze immers het werk opknappen waar in België machines voor ingezet werden rond die periode: het handmatig breken van de stenen, 50 loodzware balken met een twintigtaal arbeiders verplaatsen 51 en meer. De mens, of zeg maar de arbeider, was één van de belangrijkste 45 Le béton Précontraint. 46 Jean-Marie Van Caster, interview door Ludwine Van Craenenbroeck, opname, 4 mei BRALIMA Mbandaka, 7 augustus 1970, Fonds Blaton en Afrique, P87-Brasserie à M Bandaka, Brussel: Archives d Architecture Moderne 48 La grue G Immeubles à appartements, 1963, Fonds Blaton en Afrique, P84-2 Immeubles à appartements, Brussel: Archives d Architecture Moderne 50 Concassage à la main sur chantier bureau du territoire, 1958, Fonds Blaton en Afrique, P103 CMC Aru, Brussel: Archives d Architecture Moderne 51 Aire de préfabrication des élémens, 27 februari 1959, Fonds Blaton en Afrique, P98-Pont Luebo, Brussel: Archives d Architecture Moderne

92 3. Arbeid: de main d oeuvre indigène geleid door de main d oeuvre européen facetten op de werf. Toch stelt Forty vast dat we bitter weinig weten over welke mensen werden ingezet op de werf. 52 Forty beschouwt de arbeider als laatste regionale factor bij de toepassing van beton. 53 Aangezien de arbeider zo veelvuldig voor komt in de werffoto s, fragmentair verschijnt in de correspondentie van de projectdossiers en zij worden vermeld als aanwezig op rapporten van maandelijkse vergaderingen bij Congobéton, kunnen we een beeld krijgen op de taken van de arbeider, zijn vaardigheden en zijn welzijn Verdeeld naar expertise Wanneer Jörg Friedrich als vertegenwoordiger van Bâtipont International in 1974 naar Iran afreisde voor prospectie, 54 werd aan het bedrijf gevraagd mee te delen hoeveel personeel er voor het bedrijf werkte en welk beroep zij uitoefenden. De volgende tabel is wat daaruit volgde: Located at Main Office Arch. Eng. Other Arch. Eng. Tech. Estimators Draftsmen Planners Foremen ± Other personnel Workmen Total Zaïre ± In deze tabel 55 zijn de bouwactiviteiten in België mee opgenomen. Het totaal aantal werknemers ligt hoger in Zaïre dan in België. Als we echter een opdeling maken tussen het hooggeschoolde personeel en de eerder ongeschoolde groep, zoals Forty het onderscheid ook maakt, zien we dat in België beduidend meer hooggeschoolden tewerk werden gesteld. In Zaïre bedroeg de tewerkstelling van hooggeschoolden namelijk slechts twee procent van de totale tewerkstelling, terwijl dit in België acht procent was. 56 Dit valt te verklaren door het feit dat het studiebureau van het bedrijf zich in Brussel bevond. Het ontstaan van het concept studiebureau ging gepaard met de ontwikkeling van gewapend beton. Beton is immers een fruit d une invention dat voornamelijk berekeningsvaardigheden vraagt. 57 Anderzijds zorgde het gewapend beton voor minder nood aan expertise op de werf zelf. De opzichters, die deel uitmaken van de hooggeschoolde groep, vaak ingenieurs in dienst van het aannemersbedrijf, moesten de werken overzien en controleren. 58 Alle verantwoordelijkheid met betrekking tot kwaliteit kwam bij hen terecht. Op die manier werden minder eisen gesteld naar de vaardigheden van de werkmannen toe Forty, Concrete and Culture. p Ibid Zie Deel 2: Prospectiereien: Iran, NigeriaenIvoorkut. 55 Plan organisation Teheren-Iran, s.d., Fonds Blaton en Afrique, D311-Voyage JF à Teheran, Brussel: Archives d Architecture Moderne 56 Het onderscheid tussen de hooggeschoolden en de laaggeschoolden wordt hier gemaakt na de foremen. 57 Simonnet, Le béton. p Forty, Concrete and Culture. p Ibid. p

93 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Afb Plan Sanitair Dépôt Agence, 1956, Fonds Blaton en Afrique, D81-Dépôt d agence, Brussel: Archives d'architecture Moderne Voor de CCC werden deze extremen van highly trained en entirely unskilled in Congo versterkt door de blank-zwart verhouding: Monsieur Versluys, n oubliez pas que nous sommes une petite poignée de blancs qui doivent avoir les yeux partout, tout contrôler et tout faire nous-même tout ce qui sort du cadre banal des travaux confiables à des noirs. 60 Ook de plannen van de vestiaires naast de magazijnruimte en het kantoor van de CCC in Kisangani tonen de strikte opdeling tussen blank en zwart personeel. Uit deze plannen blijkt echter dat er voor Afrikanen in verschillende functies ook verschillende ruimtes werden voorzien. 61 De opdeling bleef dus niet beperkt tot blankzwart. De verdere opdeling ontstond omdat niet alle werknemers dezelfde vaardigheden hadden. Een nuancering met betrekking tot de kwaliteiten en machtsrelaties onder de personeelsleden is dus noodzakelijk Main d Oeuvre Européen: hooggeschoolde Europeanen in een leiderspositie Het leidende kader van de CCC bestond tot begin de jaren zeventig volkomen uit geëxpatrieerde Europeanen. Via het bureau in Brussel werden ze aangesteld en naar Congo gestuurd. Ze bekleedden de posities van administratoren en ingenieurs op de kantoren in en Kisangani. Op de werf werden de ingenieurs ingezet als opzichters. 62 Alle Europeanen kregen richtlijnen mee over hoe men zich moest opstellen tegenover de Congolezen. Hoewel deze richtlijnen niet werden uitgeschreven, kunnen we uit de correspondentie afleiden dat men zich paternalistisch moest opstellen: L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 21 september , Parcs ronds à béton et bloc sanitaire, 16 april 1956, Fonds Blaton en Afrique, D81-Agence Stanleyville, Brussel: Archives d Architecture Moderne 62 Jean-Marie Van Caster, interview door Ludwine Van Craenenbroeck, opname, 4 mei 2015.

94 3. Arbeid: de main d oeuvre indigène geleid door de main d oeuvre européen Afb Betonmolen en werknemers, 1952, Fonds Blaton en Afrique, P16-Immeble Groupe, Brussel: Archives d'architecture Moderne Voudriez-vous signaler à Monsieur del Marmol que j ai trouvé en arrivant la bonne méthode à employer vis-à-vis des noirs; j ai su gagner leur confiance, ils me sont très dévoués et respectueux et me considèrent à la foi comme leur chef et leur protecteur. 63 Hoewel de koloniale geschiedenis van België ervoor gekend staat geweld te gebruiken om de Congolezen harder te laten werken, was dit in de jaren vijftig niet meer het geval. Toch durfde geweld al eens voorkomen op de werf. De opzichter Schaukens werd bijvoorbeeld verschillende keren op zijn vingers getikt omdat hij te brutaal omgegaan zou zijn met de werknemers. De directie reageerde hier afkeurend op, maar het was geen directe reden tot ontslag. Mon fils me dit qu il a eu une conversation sérieuse avec vous à ce sujet, et nous notons votre promesse d être dorénavant un chef sans être pour cela brutal vis-à-vis de la main d oeuvre. 64 Taal daarentegen speelde wel een belangrijke rol bij het creëren van autoriteit en het behouden ervan: Avant votre départ, messieurs Armand Blaton et del Marmol vous avait [sic] bien recommandé d apprendre la langue indigène. Vous aurez déjà certainement pu vous rendre compte qu il est indispensable de connaitre la langue des travailleurs soumis à votre autorité. 65 De kennis van de lokale taal kan geïnterpreteerd worden als noodzakelijk om samen te kunnen werken met de Congolezen. We kunnen kennis van taal echter ook andersom interpreteren als middel om de machtsrelatie tussen de Europeanen en de Congolezen in stand te houden. De antropoloog Johannes Fabian( 1937) maakte in zijn werk Language & Colonial Power immers duidelijk dat er in taal een soort macht schuilgaat. 66 Zo lang men de taal van de machthoudende klasse niet beheerst, kan men niet hoger klimmen op de sociale ladder. Het beschermde dus de autoriteit van de man in charge. 67 Aangezien deze raad werd doorgegeven door Jean del Marmol, schoonzoon van Maurice Lippens, lijkt deze interpretatie aannemelijk. Autoriteit was er op de werven, zo blijkt uit het fotoarchief (Afb. 3.67). Terwijl de Afrikaanse arbeider werktuigen in de hand heeft, wijst de Europese opzichter aan wat er moet gebeuren. 63 Duchêne, Brief aan Hubert in Brussel over zijn aankomst in, 30 januari 1953, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 64 Armand Blaton, Brief aan Pierre Schaukens over zijn gedrag tegenover MOI, 30 mei 1951, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 65 Hubert, Brief aan Duchêne in over zijn aankomst daar, 21 januari 1953, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 66 Johannes Fabian, Language and Colonial Power: The Appropriation of Swahili in the Former Belgian Congo, (Verenigde Staten: University of California Press, 1991). 67 John Higginson, Le Pari Congolais: Whose Congo? Whose Gamble?, Sociale bewegingen in Belgisch Congo, Brood en Rozen, nr. 2 (1999). p

95 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Main d Oeuvre Indigène: niet allemaal gelijk Over het algemeen hadden de Europeanen geen al te hoge dunk over de kwaliteiten van de MOI (Main d Oeuvre Indigène): 68 N oubliez surtout pas que la MOI est très mauvaise et que dans du travail mécanisé les noirs n excellent pas. Les confrères savent très bien qu avec les noirs et une petite poignée d Européens ont respectent[sic] très difficilement les délais généralement imposés. 69 Men lijkt ook niet te spreken geweest te zijn over hun vaardigheden. Wanneer men waarschijnlijk overdreven het statement maakte dat ze amper een rechte lijn konden aanhouden bij het leggen van tegels: Je signale l exemple du bâtiment de l architecte Ricquier, en retard, paraît-il, de 14 mois, surtout à cause du choix fait de nombreux matériaux importés et comportant beaucoup de spécialités. Le moindre casse, fréquente cependant, entrave l achèvement. De plus, la main d œuvre indigènes est déroutée par exemple, par les carreaux hexagonaux prescrits (elle a déjà bien de la peine à tenir la ligne droite). 70 Hoewel men de Congolezen in dit opzicht allemaal over dezelfde kam scheerde, was dit in de realiteit en op de werf niet het geval. Men had zowel tijdelijke arbeiders in dienst, als arbeiders onder een vast contract. 71 Werknemers onder vast contract leken erg waardevol voor het bedrijf, aangezien goede krachten niet voor het rapen vielen en de rekrutering niet op wieltjes liep. Zo blijkt uit een brief van Armand Blaton aan : Le Conseil d Administration a appris qui vous aviez des difficultés dans le recrutement de la main d oeuvre indigène. 72 De vaste werknemers werden vanuit de kantoren in en Kisangani naar verschillende werven over het hele land gestuurd. Daarnaast werden buiten de centra ook lokaal arbeiders aangeworven, zoals blijkt uit volgend citaat van tijdens de bouw van een bank in Mbandaka: Vis-à-vis du planning avons pris un mois de retard, dû à ce que la portion de délai est trop courte ou que la M.O.I. n était pas qualifiée en nombre suffisant et que beaucoup de pluies [ ]. Il n y a que les 10 charpentiers de Léo qui donnent satisfaction. Ces locaux ne valent pas grand chose[sic], j en fais monter 7 de plus de Léo au plus tôt possible. 73 Dit citaat toont ook aan dat er verschillende specialiteiten waren op de werf. Het zet meteen de beroepscategorie in de kijker die ook Forty aanhaalt wanneer hij praat over het feit dat beton toch niet volledig zonder vaardigheden op de werf gemaakt kan worden: 68 Main d Oeuvre Indigène is de verzamelnaam voor alle Congolese werknemers. 69 L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 23 april 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153- Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 70 Affaire Immeuble à Léo, 30 april 1949, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 71 Releve Taxe professionelle du mois de janvier au juin 1954, 1954, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 72 Armand Blaton, Brief aan Pierre Schaukens over zijn gedrag tegenover MOI, 30 mei L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, november 1957, Fonds Blaton en Afrique, D7- Siège de BCCBRU, Brussel: Archives d Architecture Moderne 94

96 3. Arbeid: de main d oeuvre indigène geleid door de main d oeuvre européen The particular aspect of concrete where skill has never been in doubt is in the fabrication of formwork. [...] Formwork carpentry has been the Achilles heel of concrete s claim to need no skill. 74 Het beton van Blaton vroeg dus wel enkele belangrijke vaardigheden. Op een werf waren naast de gewone arbeider dan ook een hele reeks gekwalificeerde arbeiders aanwezig. Gespecialiseerde Congolezen De gespecialiseerde arbeiders werden sterk geapprecieerd door de opzichters. Men wist exact welke mannen goed werk leverden en men kende hen bij naam. Men kon eenvoudig weg niet zonder hen: Me trouvant dans une pénurie de bons charpentiers, ne serait-ce possible de nous en faire parvenir six de Yamgambi. Monsieur Richir de son côté compte nous en envoyer 8 de Léo, mais n arriveront que dans un mois et n est qu un stricte minimum. Je me permets de joindre une petite liste de noms de mes anciens charpentiers de Ybi qui conviendront pour ce genre de travail. - Likoso Bernard - Bafalula Felix - Balendja Français - Esefa Ferdinand - Bokese Sylvestre - Sembato Etienne Si cela est possible veuillez s.v.p. prendre les dispositions nécessaires avec Ybi. 75 De timmerlui en bekisters waarvan hier sprake, waren slechts één groep van de geschoolde arbeiders op de werf. De andere specialisten waren de bewakers, ijzervlechters, metsers, 76 chauffeurs, bankwerkers, tegellegers, mécaniciens en loodgieters. Daarnaast worden er ook klerken vermeld, zij stonden waarschijnlijk in voor het vervullen van kleinere administratieve taken, maar dit is nog niet duidelijk. 77 Naarmate een werf vorderde, werden de mannen naar de werf overgebracht. 78 De ijzervlechters, metsers en bekisters hadden boys ter beschikking. Vaak was het aantal boys zelfs gelijk aan het aantal tewerk gestelde specialisten. Deze werden op hun beurt geleid door hun capita, 74 Forty, Concrete and Culture. p Fraipont, Banque centrale, 22 november 1957, Fonds Blaton en Afrique, D7-Siège de BCCBRU, Brussel: Archives d Architecture Moderne 76 Fraipont, Dagrapporten, , Fonds Blaton en Afrique, D7-Siège de BCCBRU, Brussel: Archives d Architecture Moderne 77 Ibid. 78 Jean-Marie Van Caster, Rapport de visite effectueée au chantier Afrique Hôtel de Mbandaka par monsieur Van Caster et le citoyen Rutabuzwa les 2 et 3 avril 1975, 11 april 1975, Fonds Blaton en Afrique, D51-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne 95

97 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Afb Contrat d engagement pour personnel indigène, 1951, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne een Congolees aan het hoofd van een bepaalde arbeidersgroep. 79 Bij het dochterbedrijf van de CCC, Congobéton, is er ook sprake van werkmannen in opleiding of apprentis Redelijke arbeidsvoorwaarden Nu we weten wat voor arbeidsverdeling er was, bekijken we de omstandigheden waarin deze arbeiders moesten werken. Hiervoor analyseren we delen uit het arbeiderscontract en vergaderverslagen. Zij geven een beeld van in welke mate de arbeider gerespecteerd werd en hoe het bedrijf een arbeider aan zich probeerde te binden. De CCC kon immers niet zonder haar vaste werknemers. Dat vaste werknemers essentieel waren in Congo, is geen nieuws. Bruno De Meulder onderzocht in zijn De Kampen van Congo uitvoerig hoe grote bedrijven als de Union Minière du Haut-Katanga hun personeelsleden volledig aan zich vastbonden door het volledig beheersen van hun vrije tijd en cultuur in de jaren dertig. Er werden grote arbeiderskampen gevormd met scholen en ziekenhuizen inclusief. Mensen werden weggetrokken van bij hun families, waardoor een ontheemding plaatsvond. Het bedrijf waar de werknemer bij in dienst was, zou de cultuur van deze herbepalen. 81 Hoewel we eerder al spraken over arbeiderskampen bij de CCC, valt dit in een volledig ander daglicht te stellen dan de kampen van de Union Minière du Haut-Katanga. De kampen werden enkel geïnstalleerd op ver afgelegen werven. Ze waren een tijdelijk onderkomen voor de arbeiders. Op de meeste werven waren deze er niet en moest de arbeider voor zijn eigen logement en voeding zorgen, zoals blijkt uit de contracten. Hierin staat dat de som die men betaald kreeg ook de voedingskosten en logementskosten moest dekken. 82 Hoewel de regering pushte om als bedrijf een arbeider van een degelijke woning te voorzien, deden de CCC en Congobéton hier weinig mee. 83 Men had totaal niet de ambitie het volledige leven van 79 Fraipont, Dagrapporten, Loonfiche Congobéton, augustus 1957, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 81 Bruno de Meulder, De kampen van Kongo: arbeid, kapitaal en rasveredeling in de koloniale planning (Meulenhoff, 1996). 82 Contrat d engagement pour personnel indigène, 1951, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 83 Extrait de la lettre de Mr. Van der Plancke du , 28 november 1951, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne

98 3. Arbeid: de main d oeuvre indigène geleid door de main d oeuvre européen de arbeiders in te vullen. Zowel in de vaste vestiging van Blaton, Congobéton, en in het meer mobiele bedrijf, CCC, koesterde men geen ambitie om het volledige leven van de arbeiders in te vullen. Men wou hier ook niet te veel in investeren. Bruno De Meulder maakte er al melding van op de laatste pagina s van zijn boek: de Tweede Wereldoorlog was een keerpunt. De koloniale overheid ontwikkelde vanaf dat moment een eigen versie van een sociaal beleid, waar ook het Tienjarenplan voor de sociale en economische ontwikkeling van Belgisch Kongo uit 1949 deel van uitmaakte. 84 Na de Tweede Wereldoorlog stichtte men het Fonds du Bien-Être Indigène. Dat fonds moest de lokale gemeenschappen helpen aanpassen aan de moderne technische evolutie. 85 In diezelfde periode begonnen arbeiders te protesteren en eiste men hogere lonen. Vanaf 1946 mochten de Congolezen zich organiseren in beroepssyndicaten. Bovendien werden ondernemers met vestigingen, waar meer dan 250 arbeiders tewerk gesteld waren, verplicht om een inlandse ondernemingsraad op te richten per vestiging. Die raad bestond uit een afgevaardigde van de ondernemer zelf en een drie tot twaalf Congolese personeelsleden. 86 Het is in deze context dat de CCC naar Congo kwam. Het bedrijf moest zich aanpassen aan nieuw gestelde wetten. In de na-oorlogse context werd er gevraagd om ook de arbeiders een zekere inspraak te geven. Aan de hand van het arbeidsreglement en vergaderverslagen gaan we na op welke manier de CCC hier mee omging Arbeidsreglement Toen de CCC en Congobéton hun arbeidsreglement opmaakten stond men hiervoor in contact met de Inspecteur de Travail van de overheidsinstelling Direction Travail. Zij brachten het bedrijf op de hoogte van de regelgeving betreffende de arbeiders en hielpen het reglement hierop af te stemmen. 87 In het arbeidsreglement zien we dan ook dat vaak verwezen wordt naar de wet. 88 Het arbeidsreglement bevat onder andere de werkuren, uitbetaling van de lonen, de vakantieregeling, de uitkeringen in geval van ziekte en invaliditeit, de disciplinaire werfregels en de daarbij horende boeteregeling. 89 Wanneer een arbeider de werfregels niet opvolgde, kreeg hij een boete. Deze werd afgehouden van zijn loon. Het bedrijf mocht dit bedrag echter niet voor zich houden. Het moest gestort worden aan een goed doel. 90 De CCC liet de keuze van dat goede doel open. Per werf kon dit dus verschillen. Van Brussel uit stuurde men aan op een storting aan het Fonds du Bien-Être Indigène, maar de lokale gezaghebbers gingen 84 Meulder, De kampen van Kongo. p Zana Aziza Etambala, Arbeidersopstanden en het ontstaan van inlandse syndicaten: de houding van de Katholieke Kerk, ( ), Sociale bewegingen in Belgisch Congo, Brood en Rozen, nr. 2 (1999). p Ibid. p P. Sadzot, Information Ordonnance n 23/9 du 12 janvier 1953, 22 juni 1953, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 88 Règlement d entreprise, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 89 Zie appendix. 90 Règlement d entreprise, s.d. 97

99 Deel 3: De praktische uitvoering van een project hier niet altijd mee akkoord. Zo stelde Schaukens in 1951 bijvoorbeeld voor om het geld niet aan het fonds te schenken maar hiervan rechtstreeks kleren, zeep en brillen te kopen voor de werknemers en hun familie. Volgens hem apprecieerden de werknemers dit zeer. je signale que mr. Schaukens a demandé de pouvoir affecter à l achat de layettes, etc... le produit des amendes et retenus sur salaires, au lieu de donner cette somme au Fonds de Bien-Être Indigiène, comme le veut Bruxelles. 91 Andere zaken die van werf tot werf konden verschillen, waren de per werf contractueel vastgelegde medische faciliteiten, waar de werknemers terecht konden op kosten van de zaak, en de werkuren Ziekte of ongeval Het arbeidsreglement bevat twee artikels in verband met medische zorgen, namelijk artikel acht en negen. Article 8. SERVICE MEDICAL - Le service médical assuré par.... (adresse du service médical pour les chantier où il en existe un: exemple: chantier INEAC). Le travailleur et sa famille auront à suivre les instructions données par le service médical) - Pour les centres où il n existe pas de service médical: pour se rendre à l hôpital, le travailleur devra, ou bien se munir d un ticket de dispensaire, ou être porteur du carnet de malade, documents qui lui seront remis par le conducteur. - Pour famille et hospitalisation, à compléter par services d Afrique Article 9. ACCIDENTS DE TRAVAIL Notre société est affiliée à la MUTUELLE DES EMPLOYEURS DU CONGO BELGE, dont le siège sociale st à Léopoldville et le siège administratif à Bruxelles. En cas d accident, le travailleur recevra les premiers soins sur le chantier par la personne désignée à cet effet. Si nécessaire, il sera dirigé vers le dispensaire ou la formation médicale la plus proche. Tout ouvrier blessé doit immédiatement avertir son capita et se faire soigner. Faute de ce faire, il s expose à perdre le bénéfice de l assurance. Si le médecin a ordonné une incapacité de travail, le travailleur ne peut reprendre le travail que sur présentation d un certificat de guérison signé par le médecin. 93 Alle werknemers moesten een certificaat van fysieke geschiktheid hebben. 94 Hiervoor konden ze beroep doen op een gratis consultatie in een publiek ziekenhuis. Het was de enige wettelijk verplichte 91 Extrait de la lettre de Mr. Van der Plancke du , 28 november Règlement d entreprise, s.d. 93 Ibid. 94 F. Delmotte, Rapport van een inspectie aan de fabriek Congobéton, 5 april 1952, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 98

100 3. Arbeid: de main d oeuvre indigène geleid door de main d oeuvre européen consultatie. 95 Daarnaast was het bedrijf aangesloten bij de juiste organisaties om medische kosten te dekken. Deze organisaties veranderden door de tijd heen. Op elke werf moesten ook medische faciliteiten worden ingericht, wanneer het aantal arbeiders de honderd oversteeg, moest er in principe ook een verpleger aangeduid worden. Het is niet duidelijk hoe de CCC hiermee omging. Daarnaast moest per werf ook een bepaalde medische faciliteit in de buurt worden aangeduid waar men naar toe kon bij ongeval. 96 Het feit dat dit zo werfafhankelijk was, zorgde al eens voor problemen omdat de samenwerking al eens gepaard ging met misbruik: PRESCRIPTIONS MEDICALES: Le chantier constate une nette exagération dans les prescriptions médicales établies à l Hôpital Général, établissment avec lequel une convention a été passée pour les soins de santé des travailleurs. La moyenne, le coût de ces médicaments atteint 30% du salaire normal d un ouvrier. D où proposition du chantier de prendre une convention avec un Médecin privé pour ce qui est des soins courant on peut espérer alors plus de sérieux dans l établissement des ordonnances. On maintiendrait la convention avec l hôpital général uniquement dans les cas d hospitalisation. 97 Medische verzekering was noodzakelijk. Het gebeurde wel vaker dat een ongeval zich voordeed op de werf en dat mensen zich daarbij bezeerden. Er kwamen ernstige verwondingen voor zoals een schedelbreuk 98, maar de meest voorkomende blessures waren aan de vingers. 99 Zo was er het ongeval bij de opbouw van het gebouw van de CCC zelf op de Avenue des Aviateurs. Hierbij raakten vijf Congolezen gewond: Dégâts: trois poutrains cassés et l axe moteur de la grue légèrement faussé. Ce dernier a été redressé et remonté. A ce jour la grue se trouve montée au IIIe étage et travaille normalement. Blessés: n 16 Biamba Joseph (blessure à la face) n 27 Bala Forola ( ) n 33 Sanda Onéré (cuisse brisée) n 48 Makundela Jean (4 doigts mains gauche amputees) n 73 Mendes Gracia (maux de reins) Le n 16 Biamba a quitté l hôpital aujourd hui et reprené [sic] le travail le 16/9. 95 Pierre Schaukens, Brief over consultaties i.v.m. de fysieke geschiktheid van zes werknemers, 20 november 1952, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 96 Règlement d entreprise, s.d. 97 Jean-Marie Van Caster, Rapport de la visite au chantier de l Afrique Hôtel à Mbandaka des 18 & 19 juillet 1974, 27 juli 1974, Fonds Blaton en Afrique, D51-Afrique Hôtel, Brussel: Archives d Architecture Moderne 98 P. Rotsaert, Brief met vraag naar genezingscertificaat Mayanga-Kusu, 28 april 1956, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 99 P. Rotsaert, Brief met vraag naar genezingscertificaat Dimandja Joseph, 28 april 1956, Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne 99

101 Deel 3: De praktische uitvoering van een project Afb Buitenkant Ticket de 30 jours de travail effectif, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Afb Binnenkant Ticket de 30 jours de travail effectif, s.d., Fonds Blaton en Afrique, Correspondentie Congobéton, Brussel: Archives d Architecture Moderne Les constatations ont été faites par MM. Collaw (MOI) et Schaap, inspecteur du travail. 100 Terwijl de taak van de opzichter Schaukens er ondermeer uit bestond zicht toe te leggen op praktische details zoals de soorten schade, zowel materieel als menselijk, leek de verantwoordelijke voor het bedrijf vooral bezig te zijn met wie er op zou draaien voor de kosten. Pour les indigènes blessés, le fond colonial des invalidités pour indigènes interviendra, nous avons rempli les formulaires ad hoc. 101 In de correspondentie zien we dat dit na het ongeval vooral ging over de materiële schade en hoe de kwaliteit van het beton verbeterd kon worden. Op een enkele pagina wordt vermeld dat Schaukens de gewonden later nog een aantal keren ging bezoeken in het Hôpital des Congolais. 102 Dit toont aan dat de manier waarop met bepaalde zaken wordt omgegaan, zoals de ongevallen en de gevolgen hiervan voor de arbeiders, sterk bepaald werd door de instelling en benadering van de opzichters en werfleiders Verloning en extra s De werkuren van de Main d Oeuvre Indigène werd bijgehouden in een klein boekje, een ticket. Op de voorkant Hierop werd de naam van de werf vermeld, het nummer van de arbeider, zijn naam, zijn maandsalaris en de hoeveelheid die hij ontving voor extra uren (Afb. 3.69). Aan de binnenkant (Afb. 3.70) was er ruimte voorzien om voor een maand in te vullen wanneer men wettig of onwettig afwezig was, wanneer men ziek was en wanneer men zijn dagtaak niet af had gewerkt. Daarnaast was er ook plaats om de overuren op te schrijven en de gedragsboetes te vermelden. Deze moesten steeds 100 Pierre Schaukens, Rapport de l accident avec la grue n 692, 8 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 101 L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 7 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 102 L. Richir, Brief vanuit naar Brussel over de vordering van de werken, 21 september 1950, Fonds Blaton en Afrique, D153-Immeuble CCC, Brussel: Archives d Architecture Moderne 100

SOFRECOM. Fiche Technische fiche. Solaris - Bruxelles. Solaris - Brussel. Démolition et reconstruction d un immeuble de bureaux.

SOFRECOM. Fiche Technische fiche. Solaris - Bruxelles. Solaris - Brussel. Démolition et reconstruction d un immeuble de bureaux. Avenue des Statuaires 43-1180 BRUXELLES - téléphone : +32 2 374.58.10 - téléfax : +32 2 374.74.20 e-mail : info@herpain.be Solaris - Bruxelles Démolition et reconstruction d un immeuble de bureaux. Solaris

Nadere informatie

EuropEEs InstItuut voor onderzoek over de MEdItErranE En Euro-arabIschE samenwerking www.medea.be

EuropEEs InstItuut voor onderzoek over de MEdItErranE En Euro-arabIschE samenwerking www.medea.be Europees Instituut voor Onderzoek over de Mediterrane en Euro-Arabische Samenwerking www.medea.be V O O R S T E L L I N G Voor Europa is de samenwerking met haar naaste buren de Arabische en Mediterrane

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van het Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij van 15 juni 2005;

Gelet op de aanvraag van het Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij van 15 juni 2005; 1 SCSZ/05/101 ADVIES NR. 05/18 VAN 19 JULI 2005 MET BETREKKING TOT DE MEDEWERKING VAN DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN HET ONDERZOEK VAN HET STUDIE- EN DOCUMENTATIECENTRUM OORLOG EN HEDENDAAGSE

Nadere informatie

institut pour la photographie Persbericht

institut pour la photographie Persbericht institut pour la photographie Persbericht 6 juli 2018 1 / 8 het PROJEcT In september 2017 heeft de regio Hauts-de-France, in samenwerking met Les Rencontres d Arles, besloten Institut pour la photographie

Nadere informatie

Graduation Document. General Information. Master of Science Architecture, Urbanism & Building Sciences. Student Number

Graduation Document. General Information. Master of Science Architecture, Urbanism & Building Sciences. Student Number Graduation Document Master of Science Architecture, Urbanism & Building Sciences General Information Student Number 4106105 Student Name Nicky Joy Sargentini E. nickysargentini@gmail.com T. 06 10 56 52

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 43865 VLAAMSE OVERHEID Leefmilieu, Natuur en Energie N. 2010 2250 [C 2010/35427] 7 JUNI 2010. Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 2 april 2007 betreffende de vastlegging

Nadere informatie

Colloquium. Colloquium. Quel avenir pour la recherche scientifique en Belgique? Welke toekomst voor het wetenschappelijk onderzoek in België?

Colloquium. Colloquium. Quel avenir pour la recherche scientifique en Belgique? Welke toekomst voor het wetenschappelijk onderzoek in België? Halfrond van de Senaat Colloquium Welke toekomst voor het wetenschappelijk onderzoek in België? Hémicycle du Sénat Colloquium Quel avenir pour la recherche scientifique en Belgique? Dinsdag 3 maart 2015

Nadere informatie

36152 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

36152 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 36152 BELGISCH STAATSBLAD 14.06.2016 MONITEUR BELGE BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST [C 2016/31426] 2 JUNI 2016. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende wijziging van de prijzen voor het

Nadere informatie

Mondelinge geschiedenis en architectuur Een voorstel voor format diepte-interview Centrum Vlaamse Architectuurarchieven _ draft 28 april 2010

Mondelinge geschiedenis en architectuur Een voorstel voor format diepte-interview Centrum Vlaamse Architectuurarchieven _ draft 28 april 2010 Mondelinge geschiedenis en architectuur Een voorstel voor format diepte-interview Centrum Vlaamse Architectuurarchieven _ draft 28 april 2010 THEMA S - Identificatie - Opleiding - Opdrachtgevers - Samenwerkingsverbanden

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE 48001 N. 2010 2506 VLAAMSE OVERHEID [C 2010/35508] 11 JUNI 2010. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2007 betreffende de modulaire structuur

Nadere informatie

47990 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

47990 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 47990 BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE N. 2010 2505 VLAAMSE OVERHEID [C 2010/35507] 11 JUNI 2010. Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de modulaire structuur van het secundair volwassenenonderwijs

Nadere informatie

SOFRECOM. n.v. cordeel Zetel Temse algemene bouwondeneming Eurolan 7 - B-9140 Temse Tel Fax

SOFRECOM. n.v. cordeel Zetel Temse algemene bouwondeneming Eurolan 7 - B-9140 Temse Tel Fax n.v. cordeel Zetel Temse algemene bouwondeneming Eurolan 7 - B-9140 Temse Tel 03 710 05 00 - Fax 03 771 31 68 www.cordeel.be Ellipse Building (Ilot 65) - Bruxelles Ce projet de grande envergure dans le

Nadere informatie

Prof. dr. ir. L. VANDEWALLE KU Leuven

Prof. dr. ir. L. VANDEWALLE KU Leuven PRESENTATIE STUDIEPRIJS 2016 PRÉSENTATION DU PRIX D ÉTUDE Prof. dr. ir. L. VANDEWALLE KU Leuven Departement Burgerlijke Bouwkunde Département des constructions civiles Twee categoriën Deux catégories STUDIEPRIJS

Nadere informatie

Paperopdracht, Architectuurtheorie, deel 2 Tendensen en vertogen

Paperopdracht, Architectuurtheorie, deel 2 Tendensen en vertogen 16 mei 2016 Paperopdracht, Architectuurtheorie, deel 2 Tendensen en vertogen 1965-2000 Vraag 19: Bespreek de kritische stemmen die niet akkoord gaan met de visie dat de architectuur van de Moderne Beweging

Nadere informatie

Bara De Lijn Bruxelles

Bara De Lijn Bruxelles Bara De Lijn Bruxelles Dans le cadre du partenariat public-privé Cityline sa (citydev.brussels et ImmoBAM C.E.I. De Meyer), le site d anciens entrepôts de la société de transport public De Lijn à Anderlecht

Nadere informatie

ASBL Les Amis des Bibliothèques de la Ville de Bruxelles Rapport annuel Exercice 2017

ASBL Les Amis des Bibliothèques de la Ville de Bruxelles Rapport annuel Exercice 2017 ASBL Les Amis des Bibliothèques de la Ville de Bruxelles Rapport annuel Exercice 2017 VZW Les Amis des Bibliothèques de la Ville de Bruxelles Jaarverslag Diensjaar 2017 Relevé détaillé des présences en

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 65341 N. 2012 3193 VLAAMSE OVERHEID [C 2012/36111] 21 SEPTEMBER 2012. Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de modulaire structuur van het secundair volwassenenonderwijs voor het studiegebied toerisme

Nadere informatie

E 26. Ook hier was Belgie toonaangevend en ook in Gent bouwde men locomotieven en ander spoorweg materiaal

E 26. Ook hier was Belgie toonaangevend en ook in Gent bouwde men locomotieven en ander spoorweg materiaal E 26 Ook hier was Belgie toonaangevend en ook in Gent bouwde men locomotieven en ander spoorweg materiaal Zoals je ziet was gans het domein tussen De Pintelaan, Galgenlaan, Oudenaarsestnwg terug bestemd

Nadere informatie

In de tentoonstelling Kinderstad ontdek je de Brusselse architectuur.

In de tentoonstelling Kinderstad ontdek je de Brusselse architectuur. In de tentoonstelling Kinderstad ontdek je de Brusselse architectuur. De cursisten verkennen de expo door te praten over thema s zoals huizen, het straatbeeld en de stad Brussel vroeger & nu. Je sluit

Nadere informatie

13286 BELGISCH STAATSBLAD 09.03.2004 Ed. 2 MONITEUR BELGE

13286 BELGISCH STAATSBLAD 09.03.2004 Ed. 2 MONITEUR BELGE 13286 BELGISCH STAATSBLAD 09.03.2004 Ed. 2 MONITEUR BELGE PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID N. 2004 842 [C 2004/21028] 13 FEBRUARI 2004. Ministerieel besluit tot vastlegging

Nadere informatie

Constructie als dienaar van dynamiek

Constructie als dienaar van dynamiek beton in beeld Congrescentrum MICX met een onderdanige maar vernuftig gemaakte draagstructuur Constructie als dienaar van dynamiek De typische complexe en dynamische Libeskind-vormentaal van het nieuwe

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 24154 MONITEUR BELGE 19.04.2013 Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE

Nadere informatie

Nieuwe tentoonstelling toont pioniersrol van Gentse professor Magnel inzake voorgespannen beton

Nieuwe tentoonstelling toont pioniersrol van Gentse professor Magnel inzake voorgespannen beton Nieuwe tentoonstelling toont pioniersrol van Gentse professor Magnel inzake voorgespannen beton Dit najaar start bij sogent - het Gentse stadsontwikkelingsbedrijf - een nieuwe tijdelijke tentoonstelling.

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT

STATISTISCH OVERZICHT STATISTISCH OVERZICHT ZENDINGEN 1973-2015 Leopold III-Fonds voor Natuuronderzoek en Natuurbehoud december 2016 Inhoudstafel blz. blz. blz. blz. blz. 3 4 5 7 8 Inleiding Jaarlijkse evolutie Geografische

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : Numéro tél. gratuit :

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : Numéro tél. gratuit : BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE P overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen van

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 80072 BELGISCH STAATSBLAD 15.10.2014 MONITEUR BELGE GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE

Nadere informatie

Nederlands Genootschap voor Nieuwgriekse Studies (NGNS) Dutch Society for Modern Greek Studies. Beleidsplan

Nederlands Genootschap voor Nieuwgriekse Studies (NGNS) Dutch Society for Modern Greek Studies. Beleidsplan 1 Nederlands Genootschap voor Nieuwgriekse Studies (NGNS) Dutch Society for Modern Greek Studies Beleidsplan 2017-2021 2 Inleiding De doelstelling van de vereniging Nederlands Genootschap voor Nieuwgriekse

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 62848 BELGISCH STAATSBLAD 22.10.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 64559 Art. 20. Elk bedrog dat wordt gepleegd om een lot uitgekeerd te krijgen, in het bijzonder elke valsheid in geschrifte of elk gebruik ervan, geeft aanleiding tot een klacht bij het parket. Art. 21.

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 133

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 133 27 (1990) Nr. 3 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2004 Nr. 133 A. TITEL Overeenkomst tot oprichting van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling, met bijlagen; Parijs,

Nadere informatie

Onderzoeksvraag: Welke motieven hadden de Europeanen om in Afrika en Zuidoost-Azië een groot koloniaal imperium op te bouwen?

Onderzoeksvraag: Welke motieven hadden de Europeanen om in Afrika en Zuidoost-Azië een groot koloniaal imperium op te bouwen? Onderzoeksvraag: Welke motieven hadden de Europeanen om in Afrika en Zuidoost-Azië een groot koloniaal imperium op te bouwen? Kenmerkende aspect: De moderne vorm van imperialisme die verband hield met

Nadere informatie

De logistiek van gekoelde producten made in Europa

De logistiek van gekoelde producten made in Europa De logistiek van gekoelde producten made in Europa Expert in 3 domeinen, één een enkele cultuur, die van de dienstverlening aan de klant, de motor achter ons succes. Logistiek Informatiesystemen Transport

Nadere informatie

VOORSTELLING BUREAU. Jonge makers, denkers, dromers - Architectuur in Vlaanderen desingel Internationale Kunstcampus en Vlaams Architectuur instituut

VOORSTELLING BUREAU. Jonge makers, denkers, dromers - Architectuur in Vlaanderen desingel Internationale Kunstcampus en Vlaams Architectuur instituut VOORSTELLING BUREAU Jonge makers, denkers, dromers - Architectuur in Vlaanderen desingel Internationale Kunstcampus en Vlaams Architectuur instituut PT ARCHITECTEN BVBA ARCHITECTURE I URBAN DESIGN & PLANNING

Nadere informatie

Tijd van burgers en stoommachines 1800 1900. 8.2 Het moderne imperialisme

Tijd van burgers en stoommachines 1800 1900. 8.2 Het moderne imperialisme Onderzoeksvraag: Welke motieven hadden de Europeanen om in Afrika en Zuidoost Azië een groot koloniaal imperium op te bouwen? Kenmerkende aspect: De moderne vorm van imperialisme die verband hield met

Nadere informatie

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE SERVICES DU PREMIER MINISTRE DIENSTEN VAN DE EERSTE MINISTER

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE SERVICES DU PREMIER MINISTRE DIENSTEN VAN DE EERSTE MINISTER 29055 DIENSTEN VAN DE EERSTE MINISTER N. 2000 2033 [2000/21142] 1 MAART 2000. Koninklijk besluit tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van Titel I van de wet van 7 mei 1999 houdende oprichting

Nadere informatie

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS 53478 BELGISCH STAATSBLAD 18.08.2010 MONITEUR BELGE WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE

Nadere informatie

Code van deontologie en goede praktijken

Code van deontologie en goede praktijken La revue scientifique électronique pour les recherches sur Bruxelles / Het elektronisch wetenschappelijk tijdschrift voor onderzoek over Brussel / The e-journal for academic research on Brussels Présentation

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N Numéro tél. gratuit :

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N Numéro tél. gratuit : BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

Parc Schlumberger Bruxelles. Cluster green living.

Parc Schlumberger Bruxelles. Cluster green living. Parc Schlumberger Bruxelles Cluster green living. Ce projet se déploie dans un parc d un hectare et demi. Doté d une architecture aux lignes pures, il s inscrit dans une démarche environnementale forte.

Nadere informatie

Kongo in de geschiedenisleerboeken, 1960-heden: Dé Waarheid? Beel...

Kongo in de geschiedenisleerboeken, 1960-heden: Dé Waarheid? Beel... 1 sur 5 6/09/2008 21:57 Kongo in de geschiedenisleerboeken 1960-heden Dé Waarheid? Beeldvorming over de (de)kolonisatie van Kongo in Vlaamse wereldoriëntatie- en geschiedenisleerboeken lager en secundair

Nadere informatie

VILLE DE BRUXELLES STAD BRUSSEL JUBILEUM EDITIE. edition. 10 th. Brussels Horta. Architecture Prize. www.pbh.sadbr.be

VILLE DE BRUXELLES STAD BRUSSEL JUBILEUM EDITIE. edition. 10 th. Brussels Horta. Architecture Prize. www.pbh.sadbr.be VILLE DE BRUXELLES STAD BRUSSEL 10 th edition 20 JAAR JUBILEUM EDITIE 20 JAAR Brussels Horta Architecture Prize 1996 2016 www.pbh.sadbr.be Wedstrijd georganiseerd door De SADBR, Société des Architectes

Nadere informatie

E 26. Ook hier was Belgie toonaangevend en ook in Gent bouwde men locomotieven en ander spoorweg materiaal

E 26. Ook hier was Belgie toonaangevend en ook in Gent bouwde men locomotieven en ander spoorweg materiaal E 26 Ook hier was Belgie toonaangevend en ook in Gent bouwde men locomotieven en ander spoorweg materiaal Zoals je ziet was gans het domein tussen De Pintelaan, Galgenlaan, Oudenaarsestnwg terug bestemd

Nadere informatie

Sectormoment Architectuurcultuur. Dinsdag 11 december 2018

Sectormoment Architectuurcultuur. Dinsdag 11 december 2018 Sectormoment Architectuurcultuur Dinsdag 11 december 2018 Foto: Jasper Gregory Léonard van Toor Een substantieel sterkere architectuurcultuursector kan de noodzakelijke vernieuwing brengen bij de ontwikkeling

Nadere informatie

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS 13102 BELGISCH STAATSBLAD 28.03.2002 Ed. 2 MONITEUR BELGE WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN N. 2002 1113 [C 2002/11054]

Nadere informatie

Definities. Welke landschappen men kan onderscheiden. Hoe architectuur is gedefinieerd. Het verschil tussen een registrerende en creatieve benadering.

Definities. Welke landschappen men kan onderscheiden. Hoe architectuur is gedefinieerd. Het verschil tussen een registrerende en creatieve benadering. Definities Essentiële vaardigheden Welke landschappen men kan onderscheiden. Hoe architectuur is gedefinieerd. Het verschil tussen een registrerende en creatieve benadering. Focus op Fotografie: Landschap

Nadere informatie

FAQ. Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten

FAQ. Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten FAQ Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten cjm.vlaanderen.be INHOUD 1 Wie kan aanvragen?... 4 1.1 Kan een feitelijke vereniging indienen? 4 1.2 Kan eenzelfde aanvrager

Nadere informatie

Lisa Lambrechts wint 4e Scriptieprijs DiverGent

Lisa Lambrechts wint 4e Scriptieprijs DiverGent 05 februari 2019, 13:45 (CET) Lisa Lambrechts wint 4e Scriptieprijs DiverGent Gustave Vanaise, Le nègre et moi (1886) Op dinsdag 5 februari 2019 hebben de Stad Gent en de Universiteit Gent de Scriptieprijs

Nadere informatie

JOBNAME: PAGE: 1 SESS: 2 OUTPUT: Mon Aug 5 10:49: /first/boek/uitgeverij/verkiezingsboek 2012/start

JOBNAME: PAGE: 1 SESS: 2 OUTPUT: Mon Aug 5 10:49: /first/boek/uitgeverij/verkiezingsboek 2012/start JOBNAME: 232877 PAGE: 1 SESS: 2 OUTPUT: Mon Aug 5 10:49:56 2013 /first/boek/uitgeverij/verkiezingsboek 2012/start JOBNAME: 232877 PAGE: 2 SESS: 2 OUTPUT: Mon Aug 5 10:49:56 2013 /first/boek/uitgeverij/verkiezingsboek

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 21.02.2012 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 21.02.2012 MONITEUR BELGE 11971 Art. 15. De Minister aan wie de bevoegdheid voor Energie toegewezen is, wordt belast met de uitvoering van dit besluit. Art. 15. Le Ministre qui a l Energie dans ses attributions est chargé de l

Nadere informatie

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 16.05.2018 MONITEUR BELGE 40503 FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN [C 2018/11917] 23 APRIL 2018. Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen inzake het uniform

Nadere informatie

864 ( ) Nr juli 2016 ( ) ingediend op. Ontwerp van decreet

864 ( ) Nr juli 2016 ( ) ingediend op. Ontwerp van decreet ingediend op 864 (2015-2016) Nr. 1 12 juli 2016 (2015-2016) Ontwerp van decreet houdende instemming met het protocol van toetreding van de Regering van de Russische Federatie tot het Verdrag van 16 december

Nadere informatie

Sinds haar oprichting in 1956 heeft Stadsherstel zeshonderd panden in. Amsterdam en omgeving gered. Panden die soms al op de nominatie stonden

Sinds haar oprichting in 1956 heeft Stadsherstel zeshonderd panden in. Amsterdam en omgeving gered. Panden die soms al op de nominatie stonden Rooilijn Jg. 50 / Nr. 5-6 / 2017 Vijftig jaar geleden was onze binnenstad gewoon een puinhoop P. 410 Paul Morel Vijftig jaar geleden was onze binnenstad gewoon een puinhoop Sinds haar oprichting in 1956

Nadere informatie

Strategisch sturen in stedelijke gebiedsontwikkeling MCD. master city developer

Strategisch sturen in stedelijke gebiedsontwikkeling MCD. master city developer Strategisch sturen in stedelijke gebiedsontwikkeling MCD master city developer Ontwikkel een eigen visie Werk je in stedelijke gebiedsontwikkeling of herstructurering dan is de MCD opleiding voor jou een

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 64359 FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2004 3391 (2004 2305) [2004/202310] 12 MEI 2004. Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve

Nadere informatie

Prof. dr. ir. L. VANDEWALLE KULeuven

Prof. dr. ir. L. VANDEWALLE KULeuven PRESENTATIE STUDIEPRIJS PRÉSENTATION DU PRIX D ÉTUDE 2015 Prof. dr. ir. L. VANDEWALLE KULeuven Departement burgerlijke bouwkunde Département des constructions civiles Twee categoriën Deux catégories STUDIEPRIJS

Nadere informatie

Module I - Soorten Netten

Module I - Soorten Netten Module I - Soorten Netten Wanneer we spreken over de verspreiding van informatie via IP netwerken en de bereikbaarheid van deze gegevens, dan kunnen we de netwerken onderverdelen in drie belangrijke soorten.

Nadere informatie

SAVE THE DATE MARCH 2017 PERSDOSSIER BRUSSELS DESIGN MARKET 2017

SAVE THE DATE MARCH 2017 PERSDOSSIER BRUSSELS DESIGN MARKET 2017 SAVE THE DATE 18-19 MARCH 2017 PERSDOSSIER BRUSSELS DESIGN MARKET 2017 WWW.DESIGNMARKET.BE PRESS CONTACT JULIE TOBY Product Manager +32 (0)2 349 35 53 julie@best.be -- THIERRY BELENGER General Manager

Nadere informatie

1. De bevindingen en de behoeften

1. De bevindingen en de behoeften 1/7 17 juin 2014 1. De bevindingen en de behoeften Het symposium over studentenhuisvesting van 29-11-2013 te Brussel heeft een schrijnend gebrek aan accommodatie aangetoond; zowel voor studenten als voor

Nadere informatie

Langetermijnvisie Schelde-estuarium. Second opinion economisch onderzoek

Langetermijnvisie Schelde-estuarium. Second opinion economisch onderzoek Langetermijnvisie Schelde-estuarium oktober 2000 RA/00-434 Langetermijnvisie Schelde-estuarium oktober 2000 RA/00-434 Projectbureau LTV Postbus 2814 2601 CV Delft Tel. +31 15 2191566 Fax. +31 15 2124892

Nadere informatie

ESSAY 1: Visie op de opgave - Remi Groenendijk //

ESSAY 1: Visie op de opgave - Remi Groenendijk // ESSAY 1: Visie op de opgave - Remi Groenendijk // 4153588 Inleiding De opgave lijkt eenvoudig. Het betreft de huidige kunsthal te Rotterdam ontworpen door het architectenbureau OMA. De opgave luidt: stel,

Nadere informatie

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD 30611 SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2015/03204] 26 MAI 2015. Arrêté royal déterminant le modèle de la formule de déclaration en matière d impôt des sociétés pour l exercice d imposition 2015 (1) PHILIPPE,

Nadere informatie

Viering 25-jarig bestaan van het Belgisch Museum voor Radiologie

Viering 25-jarig bestaan van het Belgisch Museum voor Radiologie Viering 25-jarig bestaan van het Belgisch Museum voor Radiologie 9 oktober 2015 Frans Zonneveld Door enorme inspanning van de zijde van curator René van Tiggelen, het Militair Ziekenhuis Koningin Astrid

Nadere informatie

DHERTE SA RUE LIEUTENANT COTTON, 15-7880 FLOBECQ TÉL. 068/44 67 67- FAX 068/44 67 68 WWW.DHERTE.BE

DHERTE SA RUE LIEUTENANT COTTON, 15-7880 FLOBECQ TÉL. 068/44 67 67- FAX 068/44 67 68 WWW.DHERTE.BE SA RUE LIEUTENANT COTTON, 15-7880 FLOBECQ TÉL. 068/44 67 67- FAX 068/44 67 68 WWW.DHERTE.BE Delphi Genetics à Gosselies / Delphi Genetics in Gosselies Rénovation des bureaux du CPAS à Forest / Renovatie

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 101 INHOUD SOMMAIRE. 710 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 101 INHOUD SOMMAIRE. 710 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 04.06.2014 MONITEUR BELGE 42651 FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID [C 2014/22260] 14 MEI 2014. Ministerieel besluit tot vaststelling van de modellen van de inlichtingenformulieren

Nadere informatie

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 60569 FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER, FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG [C 2014/12139] 4 AUGUSTUS 2014. Koninklijk

Nadere informatie

Projectsubsidies cultureel erfgoed eerste ronde 2015

Projectsubsidies cultureel erfgoed eerste ronde 2015 Projectsubsidies cultureel eerste ronde 2015 Aanvrager Titel Korte omschrijving Toegekend bedrag Type project Design Museum Gent Tentoonstelling 'Design Derby België- Nederland 1815-2015' Design museum

Nadere informatie

FORMATION BÂTIMENT DURABLE

FORMATION BÂTIMENT DURABLE FORMATION BÂTIMENT DURABLE HOUTBOUW IN BRUSSEL HERFST 2017 Praktijkervaringen en proefprojecten Marie SCHWEITZER HOUTBOUW IN FRANKRIJK: EEN REVOLUTIE IN DE REGELGEVING MARIE SCHWEITZER // DPLG ARCHITECTUUR

Nadere informatie

DE EETFABRIEK - DE VROUW ALS VŒDSTER

DE EETFABRIEK - DE VROUW ALS VŒDSTER DE EETFABRIEK - DE VROUW ALS VŒDSTER Het imago van de vrouw wordt gedomineerd door de mythische figuur van de voedende moeder. Deze oude voorstelling is nog steeds verankerd in de verbeelding, zoals blijkt

Nadere informatie

33662 BELGISCH STAATSBLAD 02.07.2008 MONITEUR BELGE

33662 BELGISCH STAATSBLAD 02.07.2008 MONITEUR BELGE 33662 BELGISCH STAATSBLAD 02.07.2008 MONITEUR BELGE MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST N. 2008 2191 [C 2008/31345] 19 JUNI 2008. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling

Nadere informatie

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE 721 WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE

Nadere informatie

OPLEIDINGSONDERDELEN VOOR DE FACULTEIT ECONOMISCHE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN KIES JE OPLEIDING WAARUIT JE VAKKEN WENST OP TE NEMEN:

OPLEIDINGSONDERDELEN VOOR DE FACULTEIT ECONOMISCHE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN KIES JE OPLEIDING WAARUIT JE VAKKEN WENST OP TE NEMEN: OPLEIDINGSONDERDELEN VOOR DE FACULTEIT ECONOMISCHE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN ALS GASTSTUDENT KIES JE OPLEIDING WAARUIT JE VAKKEN WENST OP TE NEMEN: BACHELOR OF SCIENCE IN POLITIEKE WETENSCHAPPEN BACHELIER

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

BOEKENRUBRIEK. Bijbel & Cultuur In den beginne : de schepping

BOEKENRUBRIEK. Bijbel & Cultuur In den beginne : de schepping BOEKENRUBRIEK Bijbel & Cultuur In den beginne : de schepping De vrouw keek naar de boom. Zijn vruchten zagen er heerlijk uit, ze waren een lust voor het oog, en ze vond het aanlokkelijk dat de boom haar

Nadere informatie

Stageverslag Michaël Deslypere

Stageverslag Michaël Deslypere Stageverslag Michaël Deslypere MANPOWER Stagementor: Valerie Milissen Stagebegeleider: Pieterjan Bonne 2 Inhoudsopgave 1.Voorwoord... 3 2.Situering/voorstelling van de stageplaats... 4 3.Beschrijving van

Nadere informatie

Dames en Heren hoogwaardigheidsbekleders, Waarde Collega s, Beste studenten,

Dames en Heren hoogwaardigheidsbekleders, Waarde Collega s, Beste studenten, Dames en Heren hoogwaardigheidsbekleders, Waarde Collega s, Beste studenten, Enige tijd geleden stelde de Vlaamse Regering haar actieplan voor de toekomst voor, VIA genaamd, onder het moto De Vlaming van

Nadere informatie

Het beslissende moment

Het beslissende moment Eindopdracht Inleiding Bij fotografie kunnen de kleinste dingen een groots onderwerp zijn. Dit was een belangrijke uitspraak van Henri Cartier-Bresson die nu nog onder fotografen geciteerd wordt. Henri

Nadere informatie

A R C H I E F. desingel. Juni 2004. x i - 1 -

A R C H I E F. desingel. Juni 2004. x i - 1 - A R C H I E F desingel Juni 2004 x i - 1 - Archief desingel 1. Identificatie 1.2. Titel, naam, omschrijving Archief van het Internationaal Kunstcentrum desingel. 1.3. Datum of periode van ontstaan Vanaf

Nadere informatie

THE MINT MANNEKEN UNIVERSITÉ SAINT LOUIS TRÈFLES ÉCOLE SINT JOZEF CONRAD HOTEL WILTCHER S PALAIS DE JUSTICE DE CHARLEROI

THE MINT MANNEKEN UNIVERSITÉ SAINT LOUIS TRÈFLES ÉCOLE SINT JOZEF CONRAD HOTEL WILTCHER S PALAIS DE JUSTICE DE CHARLEROI SERVICES DIENSTEN THE MINT MANNEKEN UNIVERSITÉ SAINT LOUIS TRÈFLES ÉCOLE SINT JOZEF CONRAD HOTEL WILTCHER S PALAIS DE JUSTICE DE CHARLEROI THE MINT Place de la Monnai - Muntplein / 1000 Bruxelles - Brussel

Nadere informatie

Afrika-netwerkevent. donderdag 22 mei 204, het Pand, UGent

Afrika-netwerkevent. donderdag 22 mei 204, het Pand, UGent Afrika-netwerkevent donderdag 22 mei 204, het Pand, UGent Programma 9h00: Registratie 9h30: Opening door Prof. dr. Anne De Paepe, rector van de UGent 9h40: Voorstelling GAP en AUGent onderzoek in Afrika,

Nadere informatie

OPLEIDINGSONDERDELEN VOOR DE FACULTEIT ECONOMISCHE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN EN SOLVAY BUSINESS SCHOOL ALS GASTSTUDENT

OPLEIDINGSONDERDELEN VOOR DE FACULTEIT ECONOMISCHE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN EN SOLVAY BUSINESS SCHOOL ALS GASTSTUDENT OPLEIDINGSONDERDELEN VOOR DE FACULTEIT ECONOMISCHE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN EN SOLVAY BUSINESS SCHOOL ALS GASTSTUDENT KIES JE OPLEIDING WAARUIT JE VAKKEN WENST OP TE NEMEN: BACHELOR OF SCIENCE IN POLITIEKE

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 48101 FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU N. 2008 3134 [C 2008/24352] 29 AUGUSTUS 2008. Ministerieel besluit tot wijziging van de bijlagen I tot en met

Nadere informatie

VILLE DE BRUXELLES STAD BRUSSEL JUBILEUM EDITIE. edition. 10 th. Brussels Horta. Architecture Prize.

VILLE DE BRUXELLES STAD BRUSSEL JUBILEUM EDITIE. edition. 10 th. Brussels Horta. Architecture Prize. VILLE DE BRUXELLES STAD BRUSSEL 10 th edition 20 JAAR JUBILEUM EDITIE 20 JAAR Brussels Horta Architecture Prize 1996 2016 www.pbh.sadbr.be Wedstrijd georganiseerd door De SADBR, Société des Architectes

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : pages/bladzijden.

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : pages/bladzijden. MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD Publication conforme aux articles 472 à 478 de la loi-programme du 24 décembre 2002, modifiés par les articles 4 à 8 de la loi portant des dispositions diverses du 20

Nadere informatie

Dienst Studieadvies. PROJECT GO INTERNATIONAL 26 oktober Infosessie: Financiering van je buitenlandse studies

Dienst Studieadvies. PROJECT GO INTERNATIONAL 26 oktober Infosessie: Financiering van je buitenlandse studies Dienst Studieadvies PROJECT GO INTERNATIONAL 26 oktober 2016 Infosessie: Financiering van je buitenlandse studies Inhoud van deze sessie De troeven van een buitenlandse studie De uitdagingen van een buitenlandse

Nadere informatie

LES COMMUNES ET LA GOUVERNANCE A BRUXELLES GEMEENTEN EN BESTUREN IN BRUSSEL. Emilie van Haute & Kris Deschouwer

LES COMMUNES ET LA GOUVERNANCE A BRUXELLES GEMEENTEN EN BESTUREN IN BRUSSEL. Emilie van Haute & Kris Deschouwer LES COMMUNES ET LA GOUVERNANCE A BRUXELLES GEMEENTEN EN BESTUREN IN BRUSSEL Emilie van Haute & Kris Deschouwer Introduction Projet gouvernance Entretiens avec mandataires, enquête citoyens Evaluations

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 46905 FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER N. 2008 3024 [C 2008/14275] 5 SEPTEMBER 2008. Ministerieel besluit tot bepaling van de modellen van de documenten bedoeld in het koninklijk besluit

Nadere informatie

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN 23178 MONITEUR BELGE 16.04.2013 BELGISCH STAATSBLAD LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR [C 2012/00569] 10 JUILLET 2012.

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 05.08.2010 MONITEUR BELGE 50359 VLAAMSE OVERHEID N. 2010 2633 [C 2010/35519] 11 JUNI 2010. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van

Nadere informatie

22490 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

22490 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 22490 BELGISCH STAATSBLAD 04.04.2016 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN [C 2016/00214] Omzendbrief van 23 maart 2016 tot wijziging van de omzendbrief van 21 juni 2007 betreffende

Nadere informatie

Vormingsaanbod voor universiteiten en hogescholen 2014/2015

Vormingsaanbod voor universiteiten en hogescholen 2014/2015 Vormingsaanbod voor universiteiten en hogescholen 2014/2015 Inhoud 3 Vooraf 5 Een andere kijk op spijbelen 6 Over de diepere betekenis van kinderspel 7 Kinderen hebben zo hun kijk op quality time 8 Plan

Nadere informatie

DE ACADEMIA BELGICA 1939-2009 1

DE ACADEMIA BELGICA 1939-2009 1 171 DE ACADEMIA BELGICA 1939-2009 1 Luc Vandamme In 1939 stichtte de Belgische Staat de Academia Belgica. Aanleiding was het huwelijk van prinses Marie-José met de Italiaanse kroonprins Umberto. Medaille

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, VORMING EN WETENSCHAPSBELEID

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, VORMING EN WETENSCHAPSBELEID C158 OND20 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2000-2001 19 april 2001 HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, VORMING EN WETENSCHAPSBELEID Vraag om uitleg van de heer Dirk De Cock tot mevrouw

Nadere informatie

2018-2024 www.be-reel.be Dit is BE REEL! Het LIFE geïntegreerd project BE REEL! zal door middel van vijf hefbomen een forse impuls geven aan de realisatie van de ambitieuze Vlaamse en Waalse renovatiestrategieën

Nadere informatie

Be Planet est une Fondation d utilité publique qui soutient des actions innovantes dans une démarche positive en faveur de l environnement.

Be Planet est une Fondation d utilité publique qui soutient des actions innovantes dans une démarche positive en faveur de l environnement. Be Planet est une Fondation d utilité publique qui soutient des actions innovantes dans une démarche positive en faveur de l environnement. Be Planet is een stichting van openbaar nut die innoverende acties

Nadere informatie

INHOUD. Geschiedenis Missie Structuur Onderwijs. Internationaal Netwerk Rankings Personeel Onderzoek

INHOUD. Geschiedenis Missie Structuur Onderwijs. Internationaal Netwerk Rankings Personeel Onderzoek INHOUD Geschiedenis Missie Structuur Onderwijs Internationaal Netwerk Rankings Personeel Onderzoek 2 200 JAAR GESCHIEDENIS 3 TIJDSLIJN 1817 1876-1890 1991 2013 2017 Plechtige opening Onderzoek wordt Naamsverandering

Nadere informatie

MAATSCHAPPELIJKE ORGANISATIES IN BELGIË EERSTE RESULTATEN

MAATSCHAPPELIJKE ORGANISATIES IN BELGIË EERSTE RESULTATEN MAATSCHAPPELIJKE ORGANISATIES IN BELGIË EERSTE RESULTATEN Frederik Heylen Jan Beyers Te gebruiken referentie: HEYLEN F. & BEYERS J. (2016). MAATSCHAPPELIJKE ORGANISATIES IN BELGIË: EERSTE RESULTATEN. UNIVERSITEIT

Nadere informatie

Vu l avis de l Inspecteur des Finances, donné le 4 juin 2014;

Vu l avis de l Inspecteur des Finances, donné le 4 juin 2014; FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU [C 2014/24300] 9 JULI 2014. Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 8 mei 2006 houdende

Nadere informatie

BELVUE MUSEUM. Jongeren eerst!

BELVUE MUSEUM. Jongeren eerst! BELVUE MUSEUM Jongeren eerst! HET BELvue Beheerd door de Koning Boudewijnstichting Geopend in 2005 als centrum voor democratie en geschiedenis Belangrijkste doelgroep: jongeren 2 Democratische waarden

Nadere informatie