Algemene functiebeschrijvingen voor het personeel van Elishout, school voor voeding. FUNCTIEBESCHRIJVING directeur secundair onderwijs

Transcriptie

1 IJLAGE ijlage nr. 2 Algemene functiebeschrijvingen voor het personeel van Elishout, school voor voeding chool: choolbestuur: Instellingsnummer: FUNCTIEECHRIJVING directeur secundair onderwijs cholengemeenschap: De Zenne Nummer scholengemeenschap: Personeelslid: Evaluator: ijkomende gegevens: - volume opdracht: - ATO: - basistaak basistaak voor bepaalde personeelsleden binnen de schoolopdracht U uitbreidingstaak ( kan het personeelslid enkel ten goede worden aangerekend ) 1. Het pedagogisch project Het pedagogisch project van de school mee helpen definiëren, de eigen visie er in verwerken, waken over een goede uitvoering ervan en wanneer nodig bijsturen, om een houvast te bieden voor personeel, leerlingen en ouders, om een rode draad te bieden voor alle schoolactiviteiten, en om personeelsleden en andere betrokken partijen rond die visie te kunnen mobiliseren. Over het pedagogisch project mee nadenken en voorstellen formuleren aan de inrichtende macht. In overleg met de betrokkenen het pedagogisch project concretiseren met eigen accenten en prioriteiten en dit vertalen in een schoolwerkplan. In de concretisering van het pedagogisch project bijzondere aandacht besteden aan de gelijke onderwijskansen binnen de grootstedelijke context en het taalbeleid. Het schoolreglement opstellen in overeenstemming met het algemeen model van de inrichtende macht en rekening houdend met de schooleigen visie. 1

2 Alle betrokkenen informeren over en/of stimuleren tot medewerking aan dit project. Regelmatig de werking van de school analyseren en erover waken dat alle activiteiten en initiatieven in de school kaderen binnen dit pedagogisch project. 2. De lange termijnplanning Opmaken van een plan op lange termijn om de continuïteit en de positieve evolutie van de school te verzekeren, en het aanbod van de school af te stemmen op de behoeften van de regio en/of haar specifieke doelgroepen. Opmaken van een sterkte-zwakte analyse van de school. Vertrekkend van deze analyse, een beleidsnota opstellen met een aantal lange termijnstrategieën. 3. De schoolorganisatie Een effectieve schoolorganisatie opzetten om in een goed werkklimaat een vlotte werking van de school te verzekeren en om het pedagogisch beleid te concretiseren. Het lestijdenpakket en de toegewezen puntenenveloppe doelmatig aanwenden. Klassengroepen vormen. De opdrachten toekennen. De eindverantwoordelijkheid voor het lessenrooster op zich nemen. Voorzien in de minimale materiële vereisten zoals aangegeven in de leerplannen, binnen de grenzen van de bevoegdheden en de budgettaire ruimte. Erop toezien dat de vereiste leer- en raamplannen gebruikt worden Alle activiteiten tijdig vastleggen en zonodig procedures ervoor bepalen, onder andere voor: De klassenraden De evaluatie, de rapportering en de deliberatie De oudercontacten De personeelsvergaderingen De projecten De vakwerkgroepen De examenperiodes De stages De geïntegreerde proeven De extra-muros activiteiten Het mee opstellen en onderhandelen van de afsprakennota met het CL. 4. Kwaliteitszorg Op basis van het pedagogisch project van de school en in samenspraak met alle betrokkenen, een aanpak tot algemene kwaliteitszorg definiëren, invoeren en doen respecteren, om bij te dragen tot het goed functioneren van leerlingen en personeelsleden, en om bij te dragen tot het effectief en efficiënt 2

3 realiseren van de doelstellingen van de school. Kwaliteitsnormen bepalen voor de resultaatsgebieden. Telkens als dit nodig is, aan de hand van een sterkte/zwakte analyse de prioriteiten bepalen. Alle betrokkenen voor dit onderwerp sensibiliseren, stimuleren, opvolgen, bijsturen, en waar nodig zorgen voor opleiding in deze materie. 5. Het personeelsbeleid egeleiden van het personeel om met een bekwaam en gemotiveerd team de doelstellingen van de school/instelling te realiseren, en om het welbevinden van het personeel te bevorderen. Plannen De uitgangspunten van het personeelsbeleid vastleggen. epalen welke personeelsleden men in de nabije toekomst zal nodig hebben, en het profiel bepalen. De sterktes en zwaktes van de medewerkers kennen. Waar mogelijk, de ambten verdelen i.f.v. de bekwaamheden van de personen. Naargelang de procedures en de toegewezen of door de inrichtende macht gedelegeerde bevoegdheden, selecteren en rekruteren of voordragen van personeelsleden. Afspraken maken over het functioneren en presteren van personeelsleden. egeleiden en opvolgen Zorgen voor een goed en motiverend werkklimaat. Organiseren en eventueel voorzitten van de diverse personeelsvergaderingen. Nieuwe personeelsleden onthalen, introduceren in de werking van de school en opvolgen. Raad geven aan en coachen van personeelsleden. Erop toezien dat de klasleraren hun coördinerende opdracht goed vervullen, hen daartoe stimuleren en hen daarbij helpen; Functioneringsgesprekken houden met de personeelsleden. Personeelsleden aanzetten tot inzet voor de school (ook voor niet-klasgebonden schoolse of niet- schoolse activiteiten); Personeelsleden stimuleren tot nascholing. Helpen oplossen van conflicten. Een verslag opstellen bij disfunctioneren. Evalueren en waarderen De personeelsleden evalueren. Goede prestaties erkennen en waarderen. Het melden van een evaluatie onvoldoende aan de inrichtende macht. 3

4 Orde en tucht Orde- en tuchtmaatregelen voorstellen aan de inrichtende macht. 6. De leerlingenbegeleiding Organiseren en opvolgen van de leerlingenbegeleiding en zelf tijd maken om contacten te onderhouden met leerlingen, om de leerlingen te betrekken bij het schoolgebeuren, om de leerlingen te mobiliseren voor het opvoedingsproject, om een gunstig studie- en leefklimaat te scheppen, en om het welbevinden van de leerlingen te verzekeren. In samenspraak met het CL en de betrokken personeelsleden structuur geven aan de leerlingenbegeleiding. Contact onderhouden met leerlingen. 7. Communicatie en samenwerking met ouders Instaan voor en toezien op een goede communicatie en samenwerking met de ouders, om informatie te geven en/of uit te wisselen over hun kinderen, om hen te informeren over en/of hen te betrekken bij het schoolgebeuren, en om samen te werken aan de opvoeding van hun kinderen. Organiseren van oudercontactavonden, info-avonden en vormingsavonden. Communiceren van de activiteitenkalender. De ouderparticipatie stimuleren. Kennis maken met de ouders van nieuwe leerlingen bij de inschrijving of het onthaal. Formele en informele contacten onderhouden met ouders. U Participeren aan de activiteiten van de oudervereniging. 8. Overleg en samenwerking met alle interne partners Instaan voor en toezien op een goede communicatie en overleg met alle interne schoolbetrokken instanties/partijen, om een goede uitwisseling van informatie te verzekeren, om hun medewerking te verkrijgen, en om te voldoen aan een aantal decretale/reglementaire of door de inrichtende macht opgelegde verplichtingen. Op het niveau van de school Participeren aan, verzekeren van de goede werking, en eventueel voorzitten van volgende raden of vergaderingen: het syndicaal overleg de pedagogische raad de schoolraad de leerlingenraad personeelsvergaderingen klassenraden pedagogische studiedagen vakwerkgroepen Zorgen voor een goede mondelinge en/of schriftelijke communicatie met alle betrokkenen. 4

5 chooloverstijgend Via formele en informele contacten, een goede communicatie verzekeren met de inrichtende macht van de school. Participeren aan en verzekeren van de goede werking van de scholengemeenschap. Participeren aan en verzekeren van de goede werking van het syndicaal overleg op het niveau van de inrichtende macht en de scholengemeenschap en ad hoc werkgroepen. 9. Overleg en samenwerking met externe partners Instaan voor en toezien op een goede communicatie en overleg met alle externe partners, om een goede informatie uitwisseling te verzekeren, om hun medewerking te verkrijgen, en om te voldoen aan een aantal decretale/reglementaire of door de inrichtende macht opgelegde verplichtingen. Contacten onderhouden met externe onderwijsgebonden instanties. Contacten onderhouden met vertegenwoordigers van de andere onderwijsniveaus. Contacten onderhouden met niet onderwijsgebonden instanties. Contacten onderhouden met andere directies uit de regio met het oog op netwerking. Contacten onderhouden met de relevante bedrijven in functie van de verstrekte opleidingen. U Ruimte creëren voor uitwisselingsprojecten en internationale contacten. 10. Materieel en financieel beleid De begroting opmaken, uitvoeren en opvolgen, om de werkingsmiddelen optimaal te beheren, om het patrimonium van de school te vrijwaren, en om te voldoen aan de vigerende regelgeving en de verplichtingen opgelegd door de inrichtende macht. Investeringen voorstellen. Voorstellen doen voor nieuwbouw of verbouwing en die voorstellen opvolgen. Toezien op een goed beheer van de voorraden. Toezien op de naleving van de voorschriften met betrekking tot veiligheid en hygiëne. Toezien op een kostenbewust gedragspatroon van de medewerkers. Voorstellen van of instaan voor de aankopen met respect voor de wetgeving op de overheidsopdrachten en de afspraken van de inrichtende macht. Advies verstrekken bij of opstellen van een meerjarenplan voor het materiaal/financieel beheer. Advies verstrekken bij of opstellen van de jaarlijkse begroting. Toezien op het onderhoud en de netheid van de gebouwen en domeinen. U Extra financiële middelen verwerven. 11. Administratief beheer Door een goede leiding van het secretariaat, instaan voor en toezien op een correcte verwerking van de documentenstroom, de personeelsadministratie en de leerlingenadministratie, om te verzekeren dat aan alle administratieve verplichtingen wordt voldaan, om de nodige financiering of subsidiëring te verkrijgen, om een goede informatiedoorstroming naar alle participanten te waarborgen, en om de pedagogische werking te ondersteunen. 5

6 Toezien op een correcte verwerking van de personeelsadministratie. Toezien op een correcte verwerking van de leerlingenadministratie. Het naleven van de procedures van de inrichtende macht. Zorgen voor een tijdige en goede verwerking van allerhande documenten. Er voor zorgen dat alle in- en uitgaande post correct verwerkt wordt en de medewerkers informeren wanneer nodig. Toezien op het bijhouden van het klassement en het archief. Toezien op het bijhouden van een correcte administratie met betrekking tot de verzekeringen. Toezien op het respecteren van de wet op de privacy. 12. Public relations en communicatie De school binnen de regio voldoende bekendheid geven en promoten, om het imago van de school te bevorderen, om leerlingen te rekruteren, en om het bestaan en/of het ontwikkelen van de school op termijn te verzekeren. Een PR- en communicatiebeleid uitwerken conform de afspraken met de inrichtende macht. Ervoor zorgen dat de school beschikt over een attractief en gebruiksvriendelijk communicatiesysteem zowel schriftelijk en elektronisch. De beschikbare infrastructuur ter beschikking stellen van de lokale gemeenschap, conform de richtlijnen van de inrichtende macht. 13. Nascholing Instaan voor de eigen nascholing, om een brede algemene kennis op peil te houden, de vakbekwaamheid verder te ontwikkelen en de invulling van de eigen opdracht te verbeteren/optimaliseren. Ingaan op het bestaande opleidingsaanbod. Zelf initiatieven nemen. 14. Veiligheid, gezondheid, milieu, hygiëne en voeding Instaan voor de veiligheid en de gezondheid van leerlingen en personeel om te voldoen aan de wettelijke en reglementaire verplichtingen. Toezien op de actualisering en de uitvoering van het preventiedossier. In overleg opgemaakt op: Voor kennisname, Handtekening personeelslid Handtekening evaluator 6

7 chool: choolbestuur: Instellingsnummer: FUNCTIEECHRIJVING technisch adviseur (coördinator) cholengemeenschap: De Zenne Nummer scholengemeenschap: Personeelslid: Evaluator 1: Evaluator 2: ijkomende gegevens: - volume opdracht: - ATO: - basistaak basistaak voor bepaalde personeelsleden binnen de schoolopdracht U uitbreidingstaak ( kan het personeelslid enkel ten goede worden aangerekend ) 1. Vakgroep / Vakverantwoordelijkheid Instaan voor de materiële en pedagogische coördinatie van de technische, praktische en beroepsgerichte vakken. U Adviseren over de bevoegdheden van de vakleraren. De werking van de vakwerkgroepen opvolgen. Vakgerelateerde contacten leggen. Het leerplan van de technische vakken en de praktijkvakken opvolgen. De beste didactische materialen trachten te verwerven. Deelname van de school aan vakgebonden beurzen organiseren. Zelf aan studiedagen deelnemen. Met bedrijven samenwerken en naar praktijkmogelijkheden zoeken. Coördinatie verzekeren tussen de vakleraren. Coördinatie verzekeren tussen technische en praktische aspecten van het vak. egeleidend coachen van de vakleerkrachten. Adviseren bij het nascholingsbeleid van de school. Een vakbibliotheek aanleggen, de vakliteratuur beheren. In opdracht van de directeur lessen bijwonen (enkel TAC). ponsoring zoeken voor diverse vakgerelateerde activiteiten 7

8 2. Materialen, gereedschappen, grondstoffen, praktijklokalen, machines In functie van de behoeften het gebruik van materialen, gereedschappen en grondstoffen beheren. In functie van de behoeften de inrichting en het gebruik van de lokalen beheren. teeds overleg plegen met de contactpersoon veiligheid / de lokale preventieadviseur en de preventieadviseur van de inrichtende macht (enkel TAC). De verdeling en de bezetting van de praktijklokalen regelen en in functie daarvan adviseren i.v.m. de opstelling van de lessenroosters. Met collega s afspraken maken over gebruik van machines en lokalen. Toezicht houden op de uitrusting van de praktijklokalen. Adviseren bij het inrichten van de werkplaatsen en de magazijnen. Werkplaatsreglementen opstellen, bijsturen en doen implementeren, in samenspraak met de leraren. Het doen reinigen van de lokalen en machines (na gebruik) en dit controleren en opvolgen. Kleine herstellingen en/of onderhoudswerkzaamheden aan lokalen of toestellen laten uitvoeren. Onderhoudsfiches en gebruiksaanwijzingen (handleidingen) voorzien. Toezicht houden op hygiëne en orde in de praktijklokalen. Veiligheidsvoorschriften uitwerken en doen naleven. De markt verkennen i.v.m. mogelijkheden van machines. Prijzen en specificaties van de (benodigde) materialen opvolgen. Offertes opvragen, leveranciers en vertegenwoordigers ontvangen. Diefstallen opvolgen en proces verbaal opmaken. Instaan voor de aanschaf van beroeps- en veiligheidskledij en toezien op het oordeelkundig gebruik. Inventaris en boekhouding van de leermiddelen bijhouden; het verbruik ervan opvolgen. Gereedschappen, materialen en grondstoffen voorzien, en ter beschikking stellen. Toezien op de afval- en recuperatiestroom van materialen binnen de school. Opmaken van het dossier exploitatievergunningen. Zijn/haar eigen budget beheren. Toezicht houden op het magazijnbeheer. Leveringen ontvangen, controleren en verdelen. De administratie uitvoeren die verbonden is aan de aankoop en het verbruik van grondstoffen. 3. Opvolgen onderwijsvernieuwingen en technische vernieuwingen en nascholingen Opvolgen van pedagogisch-didactische en technische evoluties binnen het vakgebied en instaan voor de eigen nascholing binnen het nascholingsplan van de school. espreken van implementatie van nieuwe leerplannen. 8

9 Demonstraties bijwonen. Zich informeren over onderwijsvernieuwingen en technische vernieuwingen. De informatie hierover doorgegeven aan de leraren. Nieuwe richtlijnen van de overheid meedelen, bespreken, begeleiden en opvolgen. Nascholingen volgen. Deelnemen aan leerplancommissies. 4. Leerlingenbegeleiding De leerlingen individueel en als groep begeleiden en aandacht hebben voor hun persoonlijke noden en problemen. Als tussenpersoon fungeren (bij problemen) tussen leerling en vakleerkracht. ij beschadigingen, afspraken maken met de leerlingen over hoe dingen hersteld of betaald kunnen raken. Participeren aan klassenraden. 5. Geïntegreerde proeven Organiseren, coördineren en opvolgen van activiteiten in verband met de geïntegreerde proeven. Het maken van het draaiboek van de geïntegreerde proef. Organiseren van de planningsvergaderingen rond geïntegreerde proeven. Vergaderen met vakleerkrachten en/of met juryleden om opdrachten vast te leggen. Taken verdelen onder collega's ( vb. brieven opstellen, vertalen, lay-out, verzorgen,berekeningen maken,...). Contacten uitbouwen en onderhouden met juryleden (intern en extern). Een juryteam voor de geïntegreerde proef samenstellen. amen met de mentor het proces en de organisatie opvolgen van de geïntegreerde proef. Organiseren van de eindevaluatie van de geïntegreerde proef. 6. Relaties met de bedrijfswereld Initiëren, uitbouwen en onderhouden van vakgebonden relaties met de bedrijfswereld. Didactische hulpmaterialen trachten goedkoop te verwerven. amenwerkingsverbanden tussen school en bedrijf stimuleren. U ponsoring zoeken voor diverse schoolactiviteiten. 7. Leerlingenstages Zoeken naar, organiseren van en opvolgen van leerlingenstages. 9

10 Het stageboek maken. tagedossier voor de pedagogisch begeleider en de inspectie bijhouden (enkel voor TAC). Nagaan of de nodige verzekeringen zijn afgesloten. Het zoeken naar geschikte stageplaatsen coördineren. tagecontracten opmaken. Contacten onderhouden met ouders om stagegerelateerde problemen op te lossen. Tussenkomen bij eventueel stagegerelateerde conflicten. Toezien op toepassing van de stagereglementen. Aanvragen van afwijkingen van stages van schoolreglement (vb. nacht-, avond- of weekendwerk,...). 8. Door de school geproduceerde diensten en goederen eheren van alle door de vakleraren geproduceerde goederen en diensten. Goedkeuren van werken voor derden (enkel TAC). Regelen en coördineren van werken voor derden. De facturatie verzekeren (enkel TAC). De wetgeving opvolgen rond wat en hoe scholen mogen leveren (verzekert dat er geen concurrentievervalsing is) (enkel TAC). Offertes maken. In overleg opgemaakt op: Voor kennisname, Handtekening personeelslid Handtekening eerste evaluator Voor opvolging proces: Handtekening tweede evaluator 10

11 chool: choolbestuur: Instellingsnummer: FUNCTIEECHRIJVING ondersteunend personeel cholengemeenschap: De Zenne Nummer scholengemeenschap: Personeelslid: Evaluator 1: Evaluator 2: ijkomende gegevens: - volume opdracht: - ATO: basistaak basistaak voor bepaalde personeelsleden binnen de schoolopdracht U uitbreidingstaak ( kan het personeelslid enkel ten goede worden aangerekend ) 1. Leerlingenbegeleiding De leerlingen begeleiden, aandacht hebben voor hun persoonlijke noden en problemen, hen sociale vaardigheden en waarden bijbrengen om hen op te voeden naar volwassenheid, om mensen te vormen die later goed in de maatschappij kunnen functioneren en om het welzijn van de leerlingen te bevorderen. De eerste lijnszorg Zijn/haar activiteiten uitvoeren conform de afspraken over gelijke onderwijskansen. De afspraken vastgelegd in het taalbeleid naleven. teeds een correct taalgebruik hanteren. Opmerkzaam zijn voor en reageren op ongewoon gedrag. Mee instaan voor de opvang van leerlingen die de orde verstoren en gepast reageren conform de schoolspecifieke afspraken. Mee instaan voor de opvang van leerlingen met emotionele problemen. Mee instaan voor de opvang van leerlingen met sociale problemen. Het rapporteren van de tussenkomsten. Deelnemen aan de klassenraden. De opvolging in overeenstemming met de afspraken in de cel leerlingenbegeleiding Problemen met leerlingen met hen en eventueel hun ouders bespreken. Deelnemen aan het geregeld overleg in de cel leerlingenbegeleiding en met het CL. 11

12 Mee instaan voor de opvolging van de acties die werden afgesproken. 2. Leerlingenadministratie Allerlei gegevens in verband met de leerlingen bijhouden, bezorgen aan de verschillende partijen en documenten klasseren, om de school en andere instanties te voorzien van de juiste leerlingengegevens, nodig voor hun eigen werking. De inschrijvingsdocumenten voor nieuwe leerlingen invullen en verwerken. Het bijhouden van het verloop van de aanmeldingen en de inschrijvingen van leerlingen conform het Decreet betreffende gelijke onderwijskansen. De toelatingsvoorwaarden controleren. De leerlingendossiers samenstellen en vervolledigen. De elektronische zendingen doen. Andere gegevens verzamelen en doorsturen. Dossiers voor schoolongevallen beheren. Proces verbaal van de delibererende klassenraden, diploma s, attesten en getuigschriften opmaken. Formulieren voor studiebeurzen, kinderbijslag, schoolabonnement invullen. De aanwezigheid van leerlingen controleren en de administratie ervoor bijhouden. Het stamboekregister bijhouden. De administratie van de rapporten verzorgen. Het pedagogisch dossier van de leerlingen bijhouden. 3. Personeelsadministratie ijhouden van personeelsgegevens, invullen en opsturen van formulieren voor verschillende instanties, om als school zelf een vlotte toegang tot de personeelsgegevens te hebben, de instanties te voorzien van de nodige gegevens voor hun eigen werking, een juiste uitbetaling van wedden en lonen van het personeel mogelijk te maken en om de dagdagelijkse werking van het dienstpersoneel te bevorderen. Voor statutair personeel Het dossier aanmaken van nieuwe personeelsleden. Het elektronisch dossier aanmaken en het papieren dossier vervolledigen en bijhouden. De elektronische communicatie met de werkstations voeren. De nodige kopieën van het dossier naar de administratie van de inrichtende macht sturen. De V.D.A.. en Actiris documenten invullen. Verzekeringsformulieren voor arbeidsongevallen invullen en versturen naar de preventieadviseur van de inrichtende macht. De verlenging van de afwezigheid wegens arbeidsongeval naar de preventieadviseur versturen. 12

13 De formulieren voor het ziekenfonds invullen. De loonlijsten nakijken en het werkstation contacteren bij fouten. De formulieren voor de kinderbijslag invullen. De formulieren voor verloven invullen en versturen naar de inrichtende macht. De administratie voor terbeschikkingstelling, reaffectatie en wedertewerkstelling afhandelen. De gevolgde nascholingen bijhouden. Helpen bij het invullen van het pensioendossier. Helpen bij het zoeken naar nieuwe leerkrachten. Informatie over nieuwe decreten, besluiten en omzendbrieven aan de personeelsleden verstrekken. Mededelingen en omzendbrieven ter visum voorleggen aan het personeel en aan de afwezige personeelsleden. Voor het niet-statutair personeel Dossier aanmaken van nieuwe personeelsleden. Het papieren personeelsdossier vervolledigen en bijhouden. De nodige kopieën van het dossier naar de administratie van de inrichtende macht sturen. De V.D.A..en Actiris documenten invullen en naar de personeelsadministratie van de inrichtende macht sturen. Verzekeringsformulieren voor arbeidsongevallen invullen en naar de preventieadviseur van de inrichtende macht sturen. De verlenging van de afwezigheid wegens arbeidsongeval naar de preventieadviseur sturen. De formulieren voor het ziekenfonds naar de personeelsdienst van de inrichtende macht sturen. De maandelijkse prestatiestaat tijdig overmaken aan de personeelsadministratie van de inrichtende macht. De formulieren voor de kinderbijslag naar de personeelsdienst van de inrichtende macht sturen. Helpen bij het invullen van het pensioendossier. 4. Andere taken en algemene schooladministratie Allerlei administratieve ondersteunende taken uitvoeren om bij te dragen tot een efficiënte werking van de school. Toezicht verzorgen (opvoeder). Leerlingen begeleiden bij niet lesgebonden activiteiten (opvoeder). tudie organiseren en uitvoeren in vervanging van zieke leerkrachten (opvoeder). ezoekers ontvangen, hen zelf verder helpen of doorverwijzen. Op een professionele wijze de telefoon beantwoorden, indien mogelijk zelf het gesprek afhandelen, of boodschappen doorgeven aan betrokkenen. Fotokopieën maken voor de administratie. De informatie over de schoolkalender en algemene informatie over de schoolorganisatie bij de hand hebben en meedelen aan wie er om vraagt. Allerlei tikwerk verzorgen. Helpen bij de organisatie van infodagen, studiedagen en bezoeken. Klassementen op een ordelijke en toegankelijke wijze bijhouden. 13

14 U U U Helpen bij het administratief en logistiek organiseren van activiteiten van de school. De administratie van vergaderingen verzorgen. De in- en uitgaande correspondentie afhandelen. Het vervangrooster bij afwezigheid van leerkrachten opstellen. Het schoolarchief beheren. Informatie verstrekken aan ouders bij inschrijving. Algemeen adressenbestand bijhouden. Instaan voor de werking van de bibliotheek en de mediatheek. Overleggen met collega s in andere scholen in verband met administratieve gegevensverwerking. diefstallen opvolgen en proces verbaal opmaken. Toezicht verzorgen (administratief medewerker). Leerlingen begeleiden bij niet lesgebonden activiteiten (administratief medewerker). tudie organiseren en uitvoeren in vervanging van zieke leerkrachten (administratief medewerker). 5. Persoonlijk functioneren, persoonlijke ontwikkeling en zelfevaluatie Instaan voor eigen nascholing om op de hoogte te blijven van recente ontwikkelingen op het vakgebied, aan efficiënt taakbeheer te doen en pro-actief initiatieven te kunnen nemen voor verbetering van de schoolorganisatie. Nascholing volgen in uitvoering van het nascholingsbeleid en het aanbod. Informatie in verband met gewijzigde reglementering doornemen en toepassen. Ervaringen en werkmethodes met collega s uitwisselen. 6. egeleiden van het dienstpersoneel Het dienstpersoneel leiden, begeleiden en controleren, om een goed onderhoud, netheid en hygiëne van de school te verzekeren. De aanwerving voorbereiden en erover adviseren. Het werk verdelen, controleren en het uurrooster opstellen. Het dienstpersoneel coachen. Het dienstpersoneel opvangen bij conflicten en eventueel een oplossing voorstellen. De evaluatie voorbereiden. Rapporteren aan de directeur over het dienstpersoneel. Voor vervanging van afwezig dienstpersoneel telefonisch contact nemen met de inrichtende macht. 14

15 7. Financiële organisatie amen met de directeur de begroting opstellen en de uitvoering ervan opvolgen, om de financiële verplichtingen na te komen. amen met de directeur de begroting voorbereiden, deze opmaken en opvolgen. De inventaris van de kapitaalsgoederen bijhouden. De bestelbonnen opmaken. Na controle van de leveringen de bestelbon aanvullen en doorsturen naar de inrichtende macht. De bestelling van chemische producten laten viseren door de preventieadviseur. Een kas- en/of bankboek bijhouden. Leerlingengelden, intendancegelden of derdegelden innen en verwerken volgens de procedures van de inrichtende macht. Achterstallige betalingen opvolgen in overeenstemming met de afspraken binnen de school over wanbetalers. Opmaken van de maandelijkse staat. Opmaken van de halfjaarlijkse staten. Geld brengen naar de bank. Facturen opmaken voor werken en diensten aan derde en verder afhandelen volgens de procedures van de inrichtende macht. 8. Materiële en logistieke organisatie Tijdig de juiste hoeveelheden materiaal bestellen om bij te dragen tot een vlotte materiële werking van de school. estellingen: mogelijke leveranciers zoeken, vertegenwoordigers ontvangen, prijsaanvragen doen, offertes vergelijken, bestelbonnen opmaken. Controleren of de leveringen volledig, juist en intact zijn. De voorraad beheren, bijhouden wanneer er moet bijbesteld worden. Er voor zorgen dat er op 31/12 een inventaris is van de producten, intendancegoederen, producten van de technische afdelingen. Coördineren van onderhoud en herstellingen, en resultaten melden aan de directeur. Het didactisch materiaal beheren. Het afvalbeleid organiseren, eventueel in overleg met de TA/TAC. Een verslag van de jaarlijks verplichte keuringen overmaken aan de preventieadviseur van de inrichtende macht. In overleg opgemaakt op: Handtekening personeelslid Handtekening eerste evaluator Voor opvolging proces: Handtekening tweede evaluator: 15

16 chool: choolbestuur: Instellingsnummer: FUNCTIEECHRIJVING leraar secundair onderwijs cholengemeenschap: De Zenne Nummer scholengemeenschap: Personeelslid: Evaluator 1: Evaluator 2: ijkomende gegevens: - volume opdracht: - ATO: basistaak basistaak voor bepaalde personeelsleden binnen de schoolopdracht U uitbreidingstaak ( kan het personeelslid enkel ten goede worden aangerekend ) 1. De planning en de voorbereiding van het lesgeven Op basis van het pedagogisch project, de eindtermen en de leerplandoelstellingen, het jaarplan opstellen, de agenda opmaken en het lesgeven zelf voorbereiden om op een pedagogisch - didactisch verantwoorde wijze efficiënt les te kunnen geven. Op basis van de eindtermen en de leerplandoelstellingen, een jaarplan opmaken en/of bijsturen, rekening houdend met de afspraken binnen de vakwerkgroepen. Een agenda invullen, conform de schoolspecifieke afspraken. Kunnen aantonen dat de lessen werden voorbereid conform de schoolspecifieke afspraken, ook wat het taalbeleid van de school betreft. Het aangeboden lesmateriaal structureren, en indien nodig zelf lesmateriaal aanmaken. Afspraken maken in de vakkenwerkgroepen rond de planning en de concrete inhoud van de stageopdrachten en van de geïntegreerde proef. 2. Het lesgeven Op basis van een goede planning en voorbereiding, lesgeven en leerlingen op een zelfstandige manier leren leren, om met maximale kans op slagen de doelstellingen te realiseren. Een geschikt leer- en leefklimaat Orde en tucht eisen wanneer nodig en in overeenstemming met het schoolreglement en de 16

17 schoolvisie. Een goede werksfeer binnen de klas nastreven. Alle leerlingen bij de les betrekken. teeds een verzorgd taalgebruik en correcte omgangsvormen hanteren. Een lesklimaat creëren dat de realiteit van de toekomstige arbeidssituatie weerspiegelt. Aanbrengen van de leerstof De afspraken, over de wijze van lesgeven conform het taalbeleid en de gelijke onderwijskansen, toepassen. De leerlingen begeleiden om inzicht te verwerven in de leerstof. Afwisseling brengen in de werkvormen. Richtlijnen geven voor het noteren het plannen en het instuderen van de leerstof. De beginsituatie van elke leerling bepalen en stelselmatig nagaan of de leerstof begrepen is. Differentiëren waar nodig. 3. Het opvoeden en begeleiden van de leerlingen innen het kader van het pedagogisch project, de leerlingen een aantal elementaire leefregels en sociale vaardigheden bijbrengen en hen hierbij individueel en in klasgroep sociaal en pedagogisch begeleiden om hun persoonlijke ontplooiing te bevorderen. Zijn/haar activiteiten uitvoeren conform de afspraken over gelijke onderwijskansen. Participeren aan de klassenraden (de resultaten van de leerlingen en eventuele problemen bespreken, afspraken maken om te remediëren, delibereren, formuleren van een studieadvies,...). Tijd nemen om naar leerlingen en ouders te luisteren en, indien nodig, om te overleggen met de leerlingenbegeleider en/of het CL. Problemen ter sprake brengen in het schoolteam en mee zoeken naar mogelijke oplossingen. Actief meewerken aan het nastreven van de vakoverschrijdende eindtermen. ijsturen van gedrag bij het overtreden van de leefregels of bij het niet naleven van gemaakte afspraken. De afspraken vastgelegd in het taalbeleid naleven. Als leraar zelf een voorbeeldfunctie vervullen (taal, houding, voorkomen, respect,...). Mee zorg dragen voor de netheid van de schoolinfrastructuur conform de afspraken in de school. Hygiënevoorschriften, veiligheidsvoorschriften en werkreglementen (PW) naleven en doen naleven. eroepsfierheid bijbrengen. Mee instaan voor de onderwijsloopbaanbegeleiding. Tussenkomen bij stagegerelateerde problemen, problemen bij de geïntegreerde proef en problemen bij onderzoeksopdrachten. 17

18 4. Evaluatie van de leerlingen De bereikte resultaten op een systematische wijze analyseren en evalueren, in functie van de vooropgestelde doelen, om de leerlingen, collega s en ouders te informeren over de bereikte resultaten, de leerlingen te waarderen en te motiveren, te remediëren en de eigen werkwijze bij te sturen en te verbeteren. Observeren, evalueren en rapporteren van de gemaakte vorderingen en van de leerhouding van de leerlingen. De leerlingen voorbereiden op alle evaluatievormen. Leerlingen en ouders informeren over de bereikte resultaten. Een evaluatieschrift bijhouden, waarin aandacht wordt besteed aan kennis, vaardigheden en attitudes van de leerling. Nagaan in hoeverre de lesdoelen bereikt werden en zoeken naar de eventuele oorzaken van de onvoldoendes. Vanuit de analyse van de resultaten, eventueel in samenwerking met de collega s, remediëren. De agenda s en notities van leerlingen geregeld nakijken. Pedagogische elementen aanbrengen voor de leerlingendossiers. Toetsen, taken, eindwerken en examens van de leerlingen zo spoedig mogelijk verbeteren en bespreken met de leerlingen. Waar mogelijk zelfevaluatie door de leerlingen inbouwen. Het logboek van de geïntegreerde proef, de stage of de onderzoeksopdracht opvolgen. Een evaluatieverslag van de geïntegreerde proef, van de stage of van de onderzoeksopdracht opmaken. 5. Functioneren binnen het schoolteam Opnemen van verantwoordelijkheid die het les- of klasgebeuren overschrijdt om bij te dragen tot de goede werking en de uitstraling van de school. De leraar die les geeft in verschillende scholen en/of vestigingsplaatsen participeert volgens een systeem van verdelende rechtvaardigheid in de beurtrol voor toezicht, vervanging van afwezige leerkrachten en in andere schoolactiviteiten. Participeren aan de personeelsvergaderingen. Toezicht effectief en pro-actief uitvoeren. Afwezige collega s vervangen volgens het in de school gebruikelijk systeem. Deelnemen aan de vakwerkgroepen. Afspraken maken met de collega's in verband met de planning van taken, toetsen, extra-muros activiteiten. Participeren aan activiteiten georganiseerd door de school. Meehelpen aan de promotie van de school. Nieuwe leraren in de school introduceren en ondersteunen. De taak van klasleraar of hulpklasleraar vervullen. De taak van vakverantwoordelijke vervullen. 18

19 U U U Indien binnen de opdracht: Opnemen van verantwoordelijkheid die het les- of klasgebeuren overschrijdt via bijzondere pedagogische taken, o.a.: - ICT-coördinator binnen de schoolopdracht (zie aanvulling) - Mentor binnen de schoolopdracht (zie aanvulling) Permanentie tijdens de openingsuren van de school tijdens de grote vakantie (inschrijvingen, uitgestelde proeven, personeelsvergadering, ). Indien niet binnen de opdracht: opnemen van verantwoordelijkheid die het les- of klasgebeuren overschrijdt (opstellen van les- en/of examenrooster, groene leraar, nemen van verantwoordelijkheid bij deelname aan sportactiviteiten op woensdagnamiddag, bij meerdaagse extra- murosactiviteiten, bij de redactie van de schoolkrant, ). De door een stagiair te geven lessen voorbespreken, volgen en nabespreken. Mentor zijn van nieuwe leraren. 6. Persoonlijk functioneren, persoonlijke ontwikkeling en zelfevaluatie innen het kader van het nascholingsplan, instaan voor de eigen nascholing om op de hoogte te blijven van de actualiteit, de maatschappelijke evoluties en de recente ontwikkelingen op het vakgebied, nieuwe werkmethodes uit te testen en nieuwe vaardigheden te ontwikkelen. Nascholing volgen, in functie van het nascholingsplan en het aanbod. Kennis in de nascholing opgedaan, delen met de collega's. Reflecteren over de eigen lessen. Reflecteren over de resultaten van de leerlingen. Het didactisch materiaal en/of de gereedschappen beheren en toezien op het verantwoord gebruik. U Deelnemen aan leerplancommissies. Tijdig didactisch materiaal en grondstoffen aanvragen in functie van het stockbeheer. 7. Lokalen, werkinstrumenten, materialen Lokalen, werkinstrumenten, materialen: in functie van de behoeften lokalen, werkinstrumenten en materialen beheren om te verzekeren dat de leerlingen in staat zijn te doen wat van hen verwacht wordt, om bij te dragen tot de gebruiksefficiëntie van materialen, gereedschappen en lokalen en om de veiligheid te verzekeren. Toezien op het onderhoud van lokalen, machines en materialen. ignaleren van uit te voeren herstellingen aan toestellen. Leerlingen respect bijbrengen voor machines, gereedschappen,materialen en lokalen. Toezien op het onderhoud van didactisch materiaal. Er voor zorgen dat de praktijklokalen op een verantwoorde manier worden gebruikt. De officiële richtlijnen/wetgeving in verband met hygiëne en veiligheid in de praktijklokalen toepassen. Met andere gebruikers afspraken maken over gebruik van machines, toestellen en lokalen. De gereedschappen beheren, en een inventaris bijhouden van de benodigdheden. De nodige materialen of toestellen voorzien en klaarzetten voor de leerlingen. 19

20 Er voor zorgen dat gebruiksaanwijzingen voorhanden zijn. 8. Relaties met de bedrijfswereld Relaties met bedrijven en organisaties: aanknopen, uitbouwen en onderhouden van relaties met de bedrijfswereld om nieuwe zaken te leren kennen, om te verzekeren dat leerstof en lessen aansluiten bij praktische behoeften en om bedrijven kennis te laten maken met het leerlingenpotentieel. Contacten onderhouden voor en begeleiden van de geïntegreerde proef. Allerhande contacten leggen en onderhouden eventueel in overleg met TA/TAC. In overleg met de TA/TAC stageplaatsen zoeken voor leerlingen, binnen de stagereglementering. prekers uitnodigen en demonstraties organiseren. Leerlingen informeren over tewerkstellingsmogelijkheden. Didactische uitstappen/bedrijfsbezoeken organiseren. Externe juryleden aanbrengen. 9. Leerlingenstages, geïntegreerde proef en onderzoeksopdracht Leerlingenstages: zoeken naar, organiseren, opvolgen, controleren en evalueren van leerlingenstages, om de leerling zo dicht mogelijk bij de praktijk te brengen, om de leerling zo grondig mogelijk voor te bereiden op het beroepsleven, en om werkgelegenheidskansen te vergroten. Geïntegreerde proef of onderzoeksopdracht: organiseren, coördineren en opvolgen van activiteiten in verband met de geïntegreerde proef of onderzoeksopdracht. Leerlingen begeleiden in het zoeken van geschikte stageplaatsen. ijdragen tot de opmaak van stageovereenkomsten. De stageovereenkomsten doen naleven. Afspraken maken rond de concrete inhoud van de opdracht. Het stageproces continu evalueren. tageverslagen van de leerlingen lezen en verbeteren. Het eindresultaat met de leerling en de mentor van de stageplaats bespreken. Het stagedossier opmaken. Toezien dat de administratieve verplichtingen worden opgevolgd (school zonder TA/TAC). Nagaan of de nodige verzekeringen zijn afgesloten (school zonder TA/TAC). Een evaluatieverslag van de leerlingenstages opmaken. Een geïntegreerde proef organiseren aangepast aan niveau en aard van de studierichting. De verschillende opdrachten die bij de geïntegreerde proef horen coördineren. Opvolgen en begeleiden van de geïntegreerde proef. Helpen bij de samenstelling van de jury van de geïntegreerde proef. De geïntegreerde proef evalueren. Organiseren en coördineren van de onderzoeksopdracht. Opvolgen en begeleiden van de onderzoeksopdracht. Helpen bij de samenstelling van de jury van de onderzoeksopdracht. 20

21 De onderzoeksopdracht evalueren. In overleg opgemaakt op: Voor kennisname, Handtekening personeelslid Handtekening eerste evaluator Voor opvolging proces: Handtekening tweede evaluator 21

22 chool: FUNCTIEECHRIJVING leraar levensbeschouwelijke vakken choolbestuur: Instellingsnummer: cholengemeenschap: De Zenne Nummer scholengemeenschap: Personeelslid: Evaluator 1: Evaluator 2: ijkomende gegevens: - volume opdracht: - ATO: basistaak basistaak voor bepaalde personeelsleden binnen de schoolopdracht U uitbreidingstaak ( kan het personeelslid enkel ten goede worden aangerekend ) 1. De planning en de voorbereiding en het evalueren van het lesgeven De leraar levensbeschouwelijke vakken geeft op een pedagogisch-didactisch verantwoorde wijze les. Dit gebeurt vanuit een doordacht algemeen plannen en voorbereiden van het lesgeven. Jaarplan, schoolagenda en lesvoorbereidingen zijn aangewezen organisatorische en inhoudelijke documenten. Plannen, voorbereiden en evalueren van het lesgeven gebeurt alleen volgens de richtlijnen van de erkende vereniging en de erkende instanties en kunnen ook alleen door de bevoegde inspecteuradviseur LV worden geëvalueerd en beoordeeld. Op basis van de leerplandoelstellingen/procesdoelen en bijzondere procesdoelen, een jaarplan opmaken en/of bijsturen, binnen de richtlijnen gegeven door de erkende instantie of de erkende vereniging. Het jaarplan opstellen en/of bijsturen rekening houdend met de afspraken binnen de vakwerkgroep en binnen de richtlijnen gegeven door de erkende instantie of de erkende vereniging. Een agenda invullen, conform de schoolspecifieke afspraken en binnen de richtlijnen gegeven door de erkende instantie of de erkende vereniging. Grote zorg besteden aan het uitwerken van creatieve lesvoorbereidingen en rekening houden met de afspraken rond het taalbeleid van de school. Het aangeboden lesmateriaal structureren, en indien nodig zelf lesmateriaal aanmaken. Evalueren en remediëren van het eigen pedagogisch-didactisch denken en handelen in functie van 22

23 de doorheen zijn vak nagestreefde doelen en op basis van de richtlijnen en de adviezen van het betrokken levensbeschouwelijk vak. 2. Het lesgeven innen het geheel van de schoolvakken die tot de basisvorming behoren hebben de levensbeschouwelijke vakken een eigen originaliteit en vakmatigheid. Zoals bij de overige vakken gebeurt het lesgeven op basis van een goede planning en voorbereiding. De totaliteit van het lesgebeuren sluit aan bij de eigenheid van het LV en bij de instructies van de bevoegde inspecteur-adviseur LV en wordt door deze geëvalueerd en beoordeeld. Een geschikt leer- en leefklimaat Orde en tucht eisen wanneer nodig en in overeenstemming met het schoolreglement en de schoolvisie. Een goede werksfeer binnen de klas nastreven. Alle leerlingen bij de les betrekken. teeds een verzorgd taalgebruik en correcte omgangsvormen hanteren. Aanbrengen van de leerstof De afspraken, over de wijze van lesgeven conform het taalbeleid, toepassen. Vertrekken vanuit reële situaties die aangepast zijn aan de leerlingen en die voor hen herkenbaar zijn. Afwisseling brengen in de werkvormen. In het leerproces de eigenheid van het levensbeschouwelijk vak tot haar recht laten komen Richtlijnen geven voor het noteren, het plannen en het instuderen van lesinhouden. De beginsituatie van elke leerling bepalen en stelselmatig nagaan of de lesinhouden begrepen zijn. Leerlingen begeleiden in denken en handelen om communicatief vaardig te worden Leerlingen begeleiden om in denken en handelen kennis te verwerven, te interpreteren en te integreren. Leerlingen kritisch leren nadenken over natuur en cultuur. Leerlingen begeleiden om in denken en handelen zich bewust te worden van de levensbeschouwelijke aspecten van de werkelijkheid Leerlingen begeleiden om in denken en handelen waarden te ontwikkelen en te groeien in zingeving. Leerlingen begeleiden om in denken en handelen zich te oefenen in sociale vaardigheden en houdingen. 3. Het opvoeden en de waardevorming De waarden en normen aangereikt door de erkende godsdiensten en niet-confessionele zedenleer en het ontwikkelen van bijhorende sociale vaardigheden zijn voor de leraar levensbeschouwelijke vakken de leidraad in het opvoeden en de waardevorming van leerlingen. Hierbij wordt steeds uitgegaan van en respect getoond voor de mensenrechten, de kinderrechten en het hieromtrent vigerende recht en de vigerende rechtspraak. 23

24 Tijd nemen om naar leerlingen en ouders te luisteren en, indien nodig, om te overleggen met de leerlingenbegeleider en/of het CL. Problemen ter sprake brengen in het schoolteam en mee zoeken naar mogelijke oplossingen. Actief meewerken aan het nastreven van de vakoverschrijdende eindtermen, zolang de inhoud van het specifieke project/opdracht niet in tegenstrijd is met de filosofische beginselen en principes van de participerende autonome levensbeschouwing(en). Consequente houdingen,dit betekent: niet in tegenspraak met de mensenrechten, de kinderrechten en het hieromtrent vigerende recht en de vigerende rechtsspraak, trachten te ontwikkelen vanuit de communicatie, waaronder de waardecommunicatie, met de leerlingen. ijsturen van gedrag bij het overtreden van de leefregels of bij het niet naleven van gemaakte afspraken. De afspraken vastgelegd in het taalbeleid naleven. Als leraar zelf een voorbeeldfunctie vervullen (taal, houding, voorkomen, respect,...). Mee zorg dragen voor de veiligheid, en de netheid van de schoolinfrastructuur conform de afspraken in de school. Hygiënevoorschriften en veiligheidsvoorschriften (Preventie en bescherming op het werk) naleven en doen naleven. 4. De leerlingenbegeleiding - vertrouwensleraar ij het begeleiden van leerlingen en het deelnemen aan klassenraden heeft de leraar levensbeschouwelijke vakken aandacht voor de persoonlijke situatie van de leerling. Hij levert vanuit het specifieke van zijn vak een eigen bijdrage. Participeren aan de klassenraden met aandacht voor de persoonlijke situatie van de leerling. Mee instaan voor de onderwijsloopbaanbegeleiding. eroepsfierheid bijbrengen. 5. De evaluatie van de leerlingen De bereikte resultaten op een systematische wijze analyseren en evalueren, in functie van de vooropgestelde doelen, om de leerlingen, collega s en ouders te informeren over de bereikte resultaten, de leerlingen te waarderen en te motiveren, te remediëren en de eigen werkwijze bij te sturen en te verbeteren. De bevoegde inspecteur-adviseur LV kijkt na of de leermeester/leraar LV adequate wijzen van evaluatie op zijn vak toepast. Het invullen van het rapport gebeurt op een schooleigen wijze met toelichting op vakeigen wijze. ij betwisting aangaande de evaluatie wordt door de directeur advies gevraagd van de bevoegde inspecteur-adviseur. Gedifferentieerde evaluatiestrategieën toepassen. Evalueert productgericht en procesgericht. De leerlingen voorbereiden op alle evaluatiestrategieën. Leerlingen en ouders informeren over de bereikte resultaten (er is geen resultaatgerichte evaluatie 24

25 mogelijk op het vlak van levenshouding). Een evaluatieschrift bijhouden, waarin aandacht wordt besteed aan kennis, vaardigheden en attitudes van de leerling. Nagaan in hoeverre de lesdoelen, procesdoelen en of bijzondere procesdoelen bereikt werden en zoeken naar de [ ] oorzaken van de vastgestelde tekorten. Vanuit de analyse van de resultaten, eventueel in samenwerking met de collega s, remediëren. De agenda s en notities van leerlingen geregeld nakijken. Leerlingendossiers aanvullen met pedagogische elementen. Toetsen, taken, eindwerken en eventueel examens van de leerlingen zo spoedig mogelijk verbeteren en bespreken met de leerlingen. Waar mogelijk zelfevaluatie door de leerlingen inbouwen. Contacten onderhouden met de ouders, onder meer op specifiek daarvoor voorziene contactmomenten. 6. Functioneren binnen de school en het schoolteam Opnemen van verantwoordelijkheid die het les- of klasgebeuren overschrijden om op een verantwoorde wijze bij te dragen tot het goed functioneren van de school in haar geheel en om mee te werken aan de uitvoering van het pedagogisch project, het bijhorende schoolwerkplan of handelingplan en het schoolreglement. Participeren aan de personeelsvergaderingen. Toezicht effectief en pro-actief uitvoeren. Afwezige collega s vervangen volgens het in de school gebruikelijk systeem. Deelnemen aan de vakwerkgroepen. Afspraken maken met de collega's in verband met de planning van taken, toetsen, extra-muros activiteiten,. Participeren aan de activiteiten georganiseerd door de school De taak van klasleraar of hulpklasleraar vervullen. Meehelpen aan de promotie van de school (informeren van de leerlingen van het basisonderwijs, hulp bij rekrutering, ). Nieuwe leraren in de school introduceren en ondersteunen. De taak van vakverantwoordelijke vervullen. Indien binnen de opdracht: Opnemen van verantwoordelijkheden die het les- of klasgebeuren overschrijden (opstellen van les- en/of examenrooster, groene leraar, nemen van verantwoordelijkheid bij deelname aan sportactiviteiten op woensdagnamiddag, bij meerdaagse extra-muros activiteiten, bij de redactie van de schoolkrant, ). U Permanentie tijdens de openingsuren van de school tijdens de grote vakantie (inschrijvingen, uitgestelde proeven, personeelsvergadering, ). U Indien niet binnen de opdracht: opnemen van verantwoordelijkheden die het les- of klasgebeuren overschrijden (opstellen van les- en/of examenrooster, groene leraar, nemen van verantwoordelijkheid bij deelname aan sportactiviteiten op woensdagnamiddag, bij meerdaagse extra-muros activiteiten, bij de redactie van de schoolkrant, ). U De door een stagiair te geven lessen voorbespreken, volgen en nabespreken. U Mentor zijn van nieuwe leraren. 25

26 7. egeleiding en nascholing De leraar levensbeschouwelijke vakken weet dat zelfstudie en het volgen van begeleiding en nascholing noodzakelijk zijn om op de hoogte te blijven van de recente evoluties op gebied van het vak, de maatschappij en de actualiteit. De verplichte studiedagen ingericht door de inspectie levensbeschouwelijke vakken volgen. Nascholing volgen. Aan het regionaal overleg met de collega s deelnemen. Gebruik maken van het aanbod van de vakliteratuur. De richtlijnen en adviezen van de betreffende inspecteur-adviseur ter harte nemen. De nodige contacten nemen met de inspecteur-adviseur van zijn vak, zowel op eigen initiatief als op uitnodiging. De nodige contacten nemen met vakcollega s en met collega s uit andere vakgebieden. 8. De specifieke levensbeschouwing Trouw aan de visie op het vak plaatst de leraar levensbeschouwelijke vakken de eigenheid van de levensbeschouwing in de context van de leefwereld van de kinderen en jongeren. Zo zorgt hij ervoor dat de leerlingen gevoelig gemaakt worden voor wat in hen en rondom hen, dichtbij en veraf, gebeurt en dat zij in staat zijn dit levensbeschouwelijk te duiden. De leraar levensbeschouwelijke vakken neemt hierdoor een brede humane taak op zich. De dagelijkse actualiteit volgen. ronnen binnen de eigen en andere levensbeschouwingen op een verantwoorde wijze verwerken en trends binnen de maatschappij kritisch bestuderen. In overleg opgemaakt op: Handtekening personeelslid Handtekening eerste evaluator Voor opvolging proces: Handtekening tweede evaluator 26