Toolkit Depressie bij ouderen
|
|
- Elias Aalderink
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Toolkit Depressie bij ouderen Doel 1. Betere herkenning, eerder ingrijpen en betere behandeling in geval van depressie bij ouderen. Achtergrond Definitie De definitie depressie wordt gehanteerd zoals in de DSM IV-R. Hierbij moet de patiënt voor een major depressive disorder (depressieve stoornis) minstens vijf van de onderstaande criteria hebben. De minor depressive disorder (beperkte depressie) vereist in totaal 2-4 van de genoemde symptomen. DSM-IV-R: Criteria voor depressieve stoornis: A. Minstens vijf van onderstaande symptomen zijn aanwezig geweest gedurende de laatste twee weken en wijzen op een verandering ten opzichte van het eerdere functioneren. Tenminste één van de symptomen is een depressieve stemming (1) of verlies van interesse of plezier (2). 1. Depressieve stemming gedurende het grootste deel van de dag, bijna elke dag; 2. Duidelijke vermindering van interesse of plezier in bijna alle activiteiten; 3. Duidelijke gewichtsvermindering zonder dat dieet wordt gehouden, of gewichtstoename; 4. Slapeloosheid of overmatige slaperigheid; 5. Psychomotore agitatie of remming; 6. Moeheid of verlies van energie, bijna elke dag; 7. Gevoelens (die waanachtig kunnen zijn) van waardeloosheid of overmatige schuldgevoelens, bijna elke dag; 8. Verminderd vermogen tot nadenken, concentratie of besluiteloosheid, bijna elke dag; 9. Terugkerende gedachten aan de dood, terugkerende suïcidegedachten zonder dat er specifieke plannen gemaakt zijn, of een suïcidepoging of een specifiek plan om suïcide te plegen. B. De patiënt heeft niet ook kenmerken van een manische episode. C. De symptomen veroorzaken in significante mate lijden of beperkingen in het sociaal of beroepsmatig functioneren of het functioneren op andere belangrijke terreinen. D. De symptomen zijn niet het gevolg van de directe fysiologische effecten van een middel (bijvoorbeeld drug, geneesmiddel) of een somatische aandoening (bijvoorbeeld hypothyreoidie). De symptomen mogen niet toe te schrijven zijn aan een rouwproces; dat wil zeggen na het verlies van een dierbare moeten de symptomen langer dan twee maanden aanwezig zijn of zijn ze gekarakteriseerd door duidelijke functionele beperkingen, ziekelijke preoccupatie met gevoelens van waardeloosheid, suïcidegedachten, psychotische symptomen of psychomotore remming. 1
2 Er wordt een vaak verschil gemaakt tussen late-onset-depressie en early-onset-depressie. Met het eerste wordt bedoeld dat de stemmingsstoornis pas op latere leeftijd (meestal jaar) voor het eerst optreedt. Hierbij lijkt er een minder grote rol te zijn voor genetische factoren dan bij jongvolwassenen. Bij ouderen presenteert een depressie zich vaker met lichamelijke of vage klachten. Hierbij kan gedacht worden aan wisselende klachten bij frequent spreekuurbezoek; aanhoudende moeheid of klachten zonder lichamelijke oorzaak; chronische pijn; nervositeit, slapeloosheid of verzoek om slaap- of kalmerende middelen. waardoor het langer kan duren voordat de diagnose wordt gesteld (Gerber et al., 1992). Prevalentie De prevalentie van depressie stoornis is 2% bij mensen van 55 jaar en ouder; beperkte depressie komt bij ongeveer 10% voor. Onder allochtone ouderen is de prevalentie van depressie veel hoger: ongeveer 34% van de Marokkaanse ouderen en 62% van de Turkse ouderen bleek een klinische relevante depressie te hebben (Van der Wurff, Beekman & Dijkshoorn, 2004). In het algemene ziekenhuis worden hoge prevalentiecijfers beschreven: 10-30% van de ouderen. In Nederlands onderzoek werden lagere cijfers gevonden: 6% (Kok et al., 1995). Ook blijkt de hogere prevalentie bij vrouwen ten opzichte van mannen (zoals dit bij volwassenen bekend is) op oudere leeftijd te verminderen (Leidse 85+ studie). Oorzaken Vaak spelen zowel biologische, psychologische en sociale factoren een rol bij het ontstaan, beloop en herstel van stemmingsstoornissen (zie Tabel 1). Dit bio-psychosociale model kan gebruikt worden om een indeling te maken van de factoren die te maken hebben bij de depressie bij een specifieke patiënt. Tabel 1: Matrix van biopsychosociale factoren (Bron: Landelijke Stuurgroep Multidisciplinaire Richtlijnontwikkeling in de GGZ & Trimbos-Instituut, 2008) Biologisch Kwetsbaarheid Erfelijke factoren Eerdere depressies Psychologisch Jeugdtrauma's (bv. verlies ouder) Persoonlijkheid Stressoren bij Stressoren bij ontstaan beloop Alle somatische Depressogene ziekten (m.n. medicatie ziekte van Chronische Parkinson, ziekte cerebrovasculair accident (CVA) Depressogene medicatie Psychotrauma Beperkte Chronische copingstrategie conflicten Kracht/steun/ interventie Antidepressiva Elektroconvulsieve therapie (ECT) Uitgebreide copingstrategie Religie Psychotherapie 2
3 Sociaal Sociale isolatie Armoede Analfabetisme Heimwee Recente levensgebeurtenissen (bv. verlies dierbaren, verhuizing, pensionering) Te veel steun Te weinig steun Adequate sociale steun Risicofactoren De belangrijkste risicofactoren voor het ontwikkelen van een depressie zijn divers en zijn in Tabel 2 opgesomd. Risicogroepen zijn patiënten met een depressieve stoornis of suïcidepogingen in het verleden of (eerstegraads) familieleden met een depressieve stoornis of suïcidepogingen. Patiënten met een ernstig lichamelijke ziekte, alcohol- of drugsproblemen of angst- en paniekstoornissen behoren ook tot de risicogroep. Tabel 2: Risicofactoren voor het ontwikkelen van een depressie Rouw Gebrek aan of verlies aan sociale contacten Slaapstoornissen Vrouwelijk geslacht Eerdere depressie doorgemaakt Cognitieve stoornissen Opname in ziekenhuis Lagere Sociaal Economische Status (SES) Verblijf in verzorgings- of verpleeghuis Vroege verlies van een ouder of traumatische oorlogservaringen Lichamelijke handicaps of ziekten en de Bij late-onset depressie: biologische factoren, gevolgen hiervan: slechte mobiliteit, m.n. vasculaire risicofactoren spelen een grotere functionele beperkingen, pijn, verlies rol dan genetische factoren en van controle over het bestaan en persoonlijkheidsfactoren rolverandering door ziekte Bepaalde medicatie: systemische Vasculaire risicofactoren: hypertensie, diabetes corticosteroïden, niet selectieve niet mellitus, overgewicht, roken, te weinig selectieve bètablokkers, H2- lichaamsbeweging, hypercholesterolemie receptorantagonisten, NSAID s, calciumantagonisten Bronnen: Beekman, 1996; Cole & Dendukuri, 2003; Djernes, 2006; Heeren,
4 Screening Screening eerste lijn GDS-2 1. Hebt u zich de afgelopen maand somber, depressief of wanhopig gevoeld? 2. Had u de afgelopen maand minder interesse of plezier in dingen? Indien één vraag positief wordt beantwoord, wordt doorgegaan met de GDS15. GDS-15 Dit is een lijst met 15 vragen, die ook door de patiënt zelf ingevuld kan worden. Het betreft een gevalideerde, verkorte versie van GDS 30. Score: Omslagpunt 5/6, bij somatisch zieken 7/8. Zie Bijlage 1. Bij mensen met duidelijke cognitieve stoornissen (MMSE<15) is de GDS minder betrouwbaar Screening tweede lijn wordt aanbevolen om bij twee positief beantwoorde vragen in de GDS-2 over te gaan op de GDS-15. De GDS is in zeer veel verschillende situaties te gebruiken (huisartspraktijk, GGZ, algemeen ziekenhuis, verpleeghuis), het is de meest gebruikte zelfinvulvragenlijst en er zijn normgegevens beschikbaar in de algemene bevolking en voor verschillende psychiatrische populaties. Diagnostiek Van belang zijn een goede anamnese en heteroanamnese om risicofactoren, ernst en beloop vast te stellen, evenals belasting van de omgeving. Hierbij worden onder andere de DSM-IV-R criteria uitgevraagd. Daarnaast kan gevraagd worden naar hallucinaties of wanen (depressieve stoornis met psychotische kenmerken); hypomane of manische periodes waarin de patiënt veel drukker is (was) dan anders (bipolaire depressie); angst of paniek; alcohol- of drugsproblemen relevante lichamelijke comorbiditeit en aandoeningen als hypothyreoïdie, dementie en de ziekte van Parkinson. MMSE: bij alle ouderen met depressieve klachten dient een MMSE (Mini Mental State Exam) te worden afgenomen, af te nemen door arts, verpleegkundige of psycholoog ( Cornell Scale for Depression in dementia: te gebruiken bij patiënten met matige tot ernstige cognitieve stoornissen. Afkappunt: ±8 voor lichte depressie; 12 voor matig ernstige depressie. ( EDIZ (Ervaren Druk door Informele Zorg): om de belasting van de mantelzorg snel in kaart te brengen 4
5 Differentiële Diagnostiek en Overlap: Depressie in het kader van een bipolaire stoornis: hierbij zal uit de anamnese duidelijk worden dat de patiënt ook (hypo)mane episodes doormaakt of heeft doorgemaakt in het verleden. Dementie: vanwege de differentiële diagnostiek met dementie dient standaard bij iedere oudere met verdenking op een depressie expliciet gevraagd te worden naar oriëntatie in tijd en plaats en inprenting. Dit is ook de reden dat een MMSE wordt aanbevolen. Bij twijfel over de diagnose dient neuropsychologisch onderzoek te worden gedaan Levensmoeheid zonder depressie: suïcidaliteit, levensmoeheid of een andere doodswens die niet lijkt voort te komen uit een psychiatrische stoornis moet een reden zijn voor verdere diagnostiek Angststoornis: bij iedere oudere met verdenking op een depressie dient gevraagd te worden naar angstsymptomen en vice versa. Als er veel angstsymptomen aanwezig zijn bij een depressie is de prognose vaak minder goed Rouw: een depressie die is ontstaan door een verlieservaring leent zich doorgaans goed voor psychotherapie Aanpassingsstoornis: bijvoorbeeld: depressieve reactie na verhuizing naar verzorgingshuis (aanpassingsstoornis met depressieve kenmerken) Apathie: bij depressies bij ouderen dient gevraagd te worden of er sprake is van apathie; dit kan voorkomen bij gewone depressies en bij vasculaire depressie. Als er vooral sprake is van apathie en niet zozeer van een gedaalde stemming, is het de vraag of er wel een stemmingsstoornis speelt. Interventie In de meeste gevallen is eerste instantie watchful waiting gerechtvaardigd. Hierbij wordt de oudere om de twee tot drie weken gezien en gesproken en wordt onder andere steeds de GDS15 afgenomen. De contactfrequentie is afhankelijk van de mate van lijdensdruk en het disfunctioneren, en van de behoefte van de patiënt en diens vermogen om op tijd hulp in te roepen. De hulpverlener stelt zich actief op als de patiënt de ernst van de situatie niet voldoende overziet en geneigd is zich terug te trekken. De patiënt wordt aangeraden sleutelfiguren in de omgeving in te lichten. Bij een verhoogd suïciderisico kan de hulpverlener, in overleg met de patiënt, zelf de sleutelfiguren in de omgeving inlichten, met als doel extra steun te bieden. Desgewenst worden de partner en de gezinsleden bij de begeleiding betrokken (NHG standaard, Trimbos instituut). Ouderen met een lichte-matige depressie kunnen in de eerste lijn behandeld worden met minimale interventies zoals bibliotherapie (Trimbos), zelfmanagement (al dan niet via internet), steunende gesprekken, bewegingstherapie, leefstijladviezen (o.a. alcohol matigen, regelmatig leefpatroon) en bijvoorbeeld mindfulness of de cursus In de put, uit de put (via de GGZ). Bedoeling van deze interventies is dat de oudere meer zicht op en controle over zijn stemming krijgt en dat mogelijkheden worden geboden voor herstel. Bij onvoldoende effect kan daarna bij een lichte tot matige depressieve stoornis psychotherapie of een antidepressivum worden overwogen, afhankelijk van de voorkeur van de patiënt en de beschikbaarheid van therapievormen. 5
6 In een systematische review bleek dat de meeste ouderen de voorkeur geven aan psychotherapie boven medicamenteuze behandeling (Gum et al., 2006; Van Schaik et al., 2004). Antidepressiva zijn even effectief bij ouderen als bij jonger volwassenen, ook in de aanwezigheid van somatische comorbiditeit. Antidepressiva zijn geïndiceerd bij ouderen met een ernstige depressie, vooral als er sprake is van vitale/melancholische of van psychotische kenmerken (vitale kenmerken: interesseverlies, gebrek aan eetlust, gewichtsverlies, gebrek aan gevoel, schuldgevoelens, dagschommelingen in somberheid). Medicamenteuze behandeling depressie De beslissing om bij een depressieve stoornis antidepressiva voor te schrijven, is afhankelijk van de mate en duur van de lijdensdruk en de voorkeur van de patiënt.) Bij depressieve klachten, waarbij niet aan de criteria voor een depressieve stoornis wordt voldaan, worden antidepressiva niet aangeraden omdat hiervan geen relevante effecten te verwachten zijn.) Naarmate de symptomen langer duren en de lijdensdruk en het disfunctioneren ernstiger zijn, overweegt de huisarts eerder een behandeling met een antidepressivum. Bij dysthymie kan eventueel een proefbehandeling worden overwogen bij onvoldoende effect van begeleiding of niet-medicamenteuze behandelingen. Indien een behandeling met antidepressiva wordt gestart, kan de huisarts kiezen voor een tricyclisch antidepressivum (TCA) of een specifieke serotonine heropnameremmer (SSRI). De verschillende TCA's en SSRI's zijn in de huisartsenpopulatie ongeveer even effectief. De keuze wordt in overleg met de patiënt bepaald en hangt af van de volgende factoren: Aanwezigheid van (relatieve) contra-indicaties en comorbiditeit. Na een recent hartinfarct, bij hartfalen, hartritmestoornissen, bemoeilijkte mictie (urineretentie) en onbehandeld glaucoom gaat de voorkeur uit naar een SSRI. Een TCA heeft de voorkeur bij extrapiramidale verschijnselen (ziekte van Parkinson) en bij een noodzakelijke combinatie met NSAID's (in verband met aanwijzingen voor een verhoogd risico op maag-darmbloedingen bij SSRI-gebruik) of antipsychotica (in verband met de kans op het zogenoemde serotoninesyndroom). Potentiële bijwerkingen en eerdere ervaringen. Bijwerkingen die vaker voorkomen bij TCA's dan bij SSRI's, zijn duizeligheid, obstipatie, droge mond, wazig zien en transpireren. Bij SSRI's worden misselijkheid, diarree, angst, agitatie of nervositeit, slapeloosheid en hoofdpijn vaker gemeld. De voorkeur van de patiënt en eerdere ervaringen met een middel kunnen doorslaggevend zijn. Prijs. TCA's zijn gemiddeld aanzienlijk goedkoper dan SSRI's. Eerste voorschrift antidepressivum Bij een TCA gaat de voorkeur uit naar amitriptyline, imipramine of nortriptyline, omdat met deze middelen de meeste ervaring is opgedaan. Clomipramine is iets duurder en uitsluitend eerste keus als de depressieve stoornis gepaard gaat met angst (zie de NHG-Standaard Angststoornissen). Start met 75 mg voor het slapen gaan. In twee weken tijd wordt de dosering per twee tot drie dagen met 25 mg geleidelijk verhoogd tot 150 mg voor het slapen gaan. Bij ouderen wordt gestart met 25 mg per dag en wordt de dosering geleidelijk opgehoogd tot 75 mg. 6
7 Bij een SSRI gaat de voorkeur uit naar fluvoxamine, paroxetine en sertraline, omdat met deze middelen de meeste ervaring is opgedaan. Van fluvoxamine is de dosering 100 mg 's avonds, van paroxetine 20 mg 's morgens en van sertraline 50 mg 's morgens of 's avonds. Een stapsgewijze opbouw naar deze doseringen is niet nodig. De huisarts legt uit dat het effect op de stemming pas na twee tot vier weken merkbaar is en dat eventuele bijwerkingen voorafgaan aan het beoogde effect. Daarom is een goede motivatie van de patiënt van groot belang om de therapietrouw te waarborgen. Een aantal bijwerkingen, zoals het sederende effect, neemt doorgaans geleidelijk af of er treedt gewenning op. Vervolgbeleid bij gebruik van antidepressiva Na vier tot zes weken wordt het effect van de medicatie en de eventuele bijwerkingen geëvalueerd. Bij voldoende respons (afname van depressieve symptomen) en geen of acceptabele bijwerkingen wordt de medicatie in principe zes maanden voortgezet. Daarna wordt de medicatie gedurende een periode van vier weken geleidelijk uitgeslopen ter voorkoming van hevige onttrekkingsverschijnselen. Na herstel is een actieve controle niet nodig. Wel blijft de huisarts alert op signalen die kunnen wijzen op een recidief (zie Richtlijnen diagnostiek). De patiënt wordt geadviseerd in een vroeg stadium contact op te nemen als de symptomen terugkomen. Bij onvoldoende respons wordt de dosering verhoogd tot er effect optreedt, mits de bijwerkingen acceptabel zijn. Bij TCA-gebruik wordt de dosis telkens met 25 mg per twee tot drie dagen, of wekelijks met 50 mg verhoogd, eventueel tot een maximum van 300 mg per dag. Bij SSRI-gebruik wordt een tablet gelijk aan de startdosering toegevoegd, waarna opnieuw na vier tot zes weken wordt geëvalueerd; zo nodig wordt de dosis nogmaals verhoogd. De maximale dagdosering van fluvoxamine is 300 mg, van paroxetine 60 mg en van sertraline 200 mg. Bij geen respons of onacceptabele bijwerkingen (of intolerantie) wordt de medicatie uitgeslopen en wordt in overleg met de patiënt eventueel gekozen voor een ander antidepressivum. Het is aan te bevelen in dat geval een middel uit een andere groep te kiezen (dus een SSRI in plaats van een TCA of omgekeerd). Indien er wederom geen respons of onacceptabele bijwerkingen optreden, wordt de medicatie uitgeslopen of wordt overleg gepleegd met een psychiater. Bij een depressie met ernstige agitatie, angst(stoornis) of slapeloosheid kan de huisarts, in afwachting van het effect van een antidepressivum, gedurende twee tot maximaal zes weken een anxiolyticum of een hypnoticum toevoegen (zie de NHG-Standaard Angststoornissen en de NHG-Standaard Slapeloosheid en slaapmiddelen). Bij een recidiverende of chronische depressie kan de huisarts bij onvoldoende effect van nietmedicamenteuze behandelingen, een onderhoudsbehandeling gedurende één tot vijf jaar met antidepressiva overwegen. Incidenteel, bijvoorbeeld bij aanhoudende recidiverende klachten na afbouw of staken van de antidepressiva, kan de medicatie langer worden voortgezet. 7
8 Inschakelen van GGZ: Verwijs voor psychologische interventie of psychotherapie: als in overleg met de patiënt primair voor deze behandeling wordt gekozen; bij onvoldoende effect van begeleiding en behandeling door de huisarts bij onacceptabele bijwerkingen van antidepressiva; bij ernstige psychosociale problemen; bij persoonlijkheidsstoornissen die het herstel belemmeren. Verwijs naar een psychiater: bij ernstig sociaal disfunctioneren, ondanks begeleiding en ingestelde behandeling; bij een sterk verhoogd suïciderisico; bij een bipolaire of psychotische depressie. Naaste de behandeling van de depressieve patiënt, dient er ook aandacht te zijn voor de partner of mantelzorger, omdat een depressieve patiënt een zware belasting voor de omgeving kan betekenen. Vervolgen van de conditie Elke oudere met een depressie die start met behandeling, medicamenteus of nietmedicamenteus, wordt voor het starten en tijdens de behandeling aanvankelijk elke twee tot drie weken gezien, later kan de frequentie verlaagd worden tot minimaal elke drie maanden een evaluatie. Voortzetten van de medicamenteuze behandeling na herstel van een eerste depressieve episode is geïndiceerd gedurende minimaal één jaar. Bij ouderen met een recidiverende depressie is jarenlevenslange onderhoudsbehandeling geïndiceerd, afhankelijk van factoren als ernst, duur, bijwerkingen en wens van de patiënt. 8
9 Referenties: Beekman, A.T.F. (1996). Depressions in later life: studies in the community. Academisch Proefschrift. Amsterdam: Vrije Universiteit Amsterdam. Cole, M.G. & Dendukuri, N. (2003). The risk factors for depression among elderly community subjects: a systematic review and meta-analysis. American Journal of Psychiatry, 160 (6): Dhondt, A.D.F. (2003). Latrogenic origins of depression in the elderly. Proefschrift. Amsterdam: Vrije Universiteit. Djernes, J.K. (2006). Prevalence and predictors of depression in populations of elderly: a review. Acta Psychiatrica Scandinavica, 113 (5): Gerber, P.D., Barret, J.E., Barret, J.A., Oxman, T.E., Manheimer, E., Smith, R., et al. (1992). The relationship of presenting physical complaints to depressive symptoms in primary care patients. Journal of General Internal Medicine, 7 (2): GDS2: Whooley, M.A., Avins, A.L., Miranda, J. & Browner, W.S. (1997). Case-finding instruments for depression. Two questions are as good as many. Journal of General Internal Medicine, 12 (7): Gum, A.M., Arean, P.A., Hunkeler, E. e.a. (2006). Depression treatment preferences in older primary care patients. The Gerontologist, 46 (1): Heeren, T.J. (2000). De etiologie van depressie op oudere leeftijd: de vasculaire-depressie hypothese. Tijdschrift voor Psychiatrie, 42 (8): Kok, R.M., Heeren, T.J., Hooijer, C., e.a. (1995). The prevalence of major depression in elderly medical inpatients. Journal of Affective Disorders, 33 : Magni, G., Caldieron, C., Rigatti-Luchini, S., Merskey, H. (1990). Chronic musculoskeletal pain and depressive symptoms in the general population. An analysis of the 1st National Health and Nutrition Examination Survey data. Pain, 43 (3): Ormel, J., Brink, W., van den, Meer, K., van der, Koeter, M.W.J., Wilmink, F.W., Krol, B. (1991). Herkenning, behandeling en beloop van depressie in de huisartspraktijk. Tijdschrift voor Sociale Gezondheidszorg, 69: Schaik, D.J.F., van, Klijn, A.F.J., Hout, H.P.J., van e.a. (2004). Patients preferences in the treatment of depressive disorder in primary care. General Hospital Psychiatry, 26 (3): Stek, M.L. (2004). Depression in late life. Proefschrift. Amsterdam: Vrije Universiteit Amsterdam Wurff, F.B., van der, Beekman, A.T.F., Dijkshoorn, H., e.a. (2004). Prevalence and risk factors for depression in elderly Turkish and Maroccan immigrants in The Netherlands. Journal of Affective Disorders, 83 (1):
10 Richtlijnen en websites Landelijke Stuurgroep Multidisciplinaire Richtlijnontwikkeling in de GGZ en Trimbos-Instituut (2008). Addendum Ouderen bij de MDR depressie. Versie 1, Bereikbaar op: Diagnosis and management of late-life depression, Espinoza, Unützer, Up to date, December 2009; 7E150&source=search_result#H22 Multidisciplinaire richtlijn depressie- Richtlijn voor de diagnostiek en behandeling van volwassen patiënten met een depressie, 2005, GGZ, Trimbos instituut. Nederlandse Huisartsen Genootschap (2003). NHG standaard depressieve stoornis: depressieve stoornis M44. Oktober Bereikbaar op: NHGStandaard/M44_svk.htm#N Trimbos Instituut (2011). Factsheet preventie van depressie. Bereikbaar op: 20depressie_lr.ashx Voorbeelden van geschikte folders: 1. Achter een lachend gezicht Pagina's: 9 Productnummer: AF0251 Jaar van uitgave: 1999 ISBN: Uitgever: Trimbos-instituut 2. Als grijstinten de oude dag gaan overheersen Auteur en uitgever: Fonds Psychische gezondheid (FPG) Kosten: 0,45 euro Taal: Nederlands, Turks, Arabisch 10
Doel: betere herkenning, eerder ingrijpen en betere behandeling in geval van depressie bij ouderen
Toolkit Depressie bij ouderen Doel: betere herkenning, eerder ingrijpen en betere behandeling in geval van depressie bij ouderen Achtergrond Definitie De definitie depressie wordt gehanteerd zoals in de
Nadere informatie4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria
4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria Stappen 1 t/m 4 betreffen Depressie, stappen 5 en 6 betreffen Apathiesyndroom STAP 1. Bepaal of de volgende hoofdsymptomen voorkomen.
Nadere informatieDoen bij Depressie. Module 3 Fase 4 - Behandelen. Medicamenteuze behandeling van depressie bij cliënten van verpleeghuizen.
Doen bij Depressie Module 3 Fase 4 - Behandelen Module 3 Medicamenteuze behandeling Bijlage 8 Medicamenteuze behandeling van depressie bij cliënten van verpleeghuizen Protocol gebaseerd op het Addendum
Nadere informatieAls je dip een depressie wordt. Dokter op dinsdag 11 december 2012 L.Breuning, psychiater
Als je dip een depressie wordt. Dokter op dinsdag 11 december 2012 L.Breuning, psychiater Wanneer is een dip een depressie Dip hoort bij het leven Depressie is een ziekte Ziekte die (nog) niet aan te tonen
Nadere informatieRegistratierichtlijn. E003 Beroepsgebonden depressie
Nederlands Centrum voor Beroepsziekten Coronel Instituut AMC/UvA Postbus 22660 1100 DD Amsterdam tel. 020 566 5387 e mail: ncvb@amc.nl 2 CAScode: P652 Van deze richtlijn is een achtergronddocument Omschrijving
Nadere informatieWorkshop Verpleegkundige interventies bij ouderen met een depressie
Workshop Verpleegkundige interventies bij ouderen met een depressie Cindy Ooijevaar Verpleegkundig Specialist Poli Geriatrie Medisch Centrum Alkmaar c.ooijevaar@mca.nl november 2014 Depressie Major depressive
Nadere informatieHandreiking. Depressie
Handreiking Depressie Handreiking Depressie Doelgroep Ouderen met: - Bekende depressieve klachten of uiterlijke kenmerken (trage motoriek, monotone spraak, weinig oogcontact).¹ Denk bij onderstaande symptomen/signalen
Nadere informatieStappenplan depressie
Stappenplan depressie Vroegtijdige opsporing en behandeling van depressie bij zelfstandig wonende ouderen Stap 1: Screenen op depressie in de eerste lijn (kruis aan) GDS-2 1. Heeft u zich de afgelopen
Nadere informatieBehandeling van ouderen in de eerste lijn
Behandeling van ouderen in de eerste lijn Lucinda Meihuizen, GZ psycholoog Bestuurslid sectie ouderenpsychologen NIP Zorgpartners Midden-Holland en Samenwerkende psychologen Alphen a/d Rijn Agenda workshop
Nadere informatieDepressie, dysthymie en de bipolaire stoornis
Depressie, dysthymie en de bipolaire stoornis Inleiding Iedereen kan zich wel eens somber en lusteloos voelen maar doorgaans is dat van korte duur. Bij sommige mensen houden deze klachten langere tijd
Nadere informatieSTAPPENPLAN DEPRESSIE IN DE EERSTE LIJN
STAPPENPLAN DEPRESSIE IN DE EERSTE LIJN Vroegtijdige opsporing en behandeling van bij zelfstandig wonende ouderen. STAP 1: Screenen op in de eerste lijn (kruis aan). GDS-2 1. Hebt u zich de afgelopen maand
Nadere informatieDepressief syndroom Persoonlijke Psychiatrie,
Depressief syndroom Persoonlijke Psychiatrie, 21-6-2017 Jan Spijker, psychiater, hoogleraar Chronische Depressie, Radboud Universiteit Nijmegen hoofd programma depressie Pro Persona, Nijmegen Indeling
Nadere informatieE-book-Depressie en dysthymie.indd :29:33
E-book-Depressie en dysthymie.indd 1 16-12-2014 14:29:33 Colofon Dit e book is een uitgave van Stichting Gezondheid Teksten: Stichting Gezondheid Vormgeving: Michael Box (Internet Marketing Nederland)
Nadere informatie, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis
2015041635, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis 5 Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Graag reactie voor 30 november 2017 van de registratiehouders die
Nadere informatieDepressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie?
Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie? Rob Kok, psychiater, epidemioloog Parnassia Bavo Groep Den Haag Waarom rehabilitatie? Eerherstel van wie? Over welke ouderen hebben we het
Nadere informatiePLAATS VAN ANTIDEPRESSIVA IN DE AANPAK IN DE EERSTE LIJN VAN DEPRESSIE BIJ VOLWASSENEN
PLAATS VAN ANTIDEPRESSIVA IN DE AANPAK IN DE EERSTE LIJN VAN DEPRESSIE BIJ VOLWASSENEN In dit artikel wordt de plaats van antidepressiva in de aanpak van depressie in de eerste lijn bij volwassenen besproken.
Nadere informatieVroegsignalering bij dementie
Vroegsignalering bij dementie Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Contact: Connie Klingeman, Hogeschool Rotterdam c.a.klingeman@hr.nl
Nadere informatieDepressie en angst bij de ziekte van Parkinson Rianne van Gool Verpleegkundig specialist
Depressie en angst bij de ziekte van Parkinson Rianne van Gool Verpleegkundig specialist Dopamine Ziekte van Parkinson: minder dopamine Dopamine is een signaalstof die de communicatie tussen hersencellen
Nadere informatieStemmingsstoornissen bij de ziekte van Parkinson
Stemmingsstoornissen bij de ziekte van Parkinson Maastricht, 9 mei 2017 Dr. A.F.G. Leentjens, psychiater Afdeling Psychiatrie MUMC 1951-2014 1926-2002 Inhoud Depressieve klachten -wat is een depressie?
Nadere informatieInformatieavond Bipolaire stoornis. Bart van den Bergh, verpleegkundig specialist GGz Ronald Vonk, psychiater
Informatieavond Bart van den Bergh, verpleegkundig specialist GGz Ronald Vonk, psychiater Bipolaire Stoornis Bipolaire Stoornis = Manisch Depressieve Stoornis (MDS) Algemeen Ziekteverschijnselen Beloop
Nadere informatieVERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht
VERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht GEDRAG: De wijze waarop iemand zich gedraagt, zijn wijze van doen, optreden
Nadere informatieInFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Inleiding
Informatie voor Familieleden omtrent Psychose InFoP 2 Inhoud Introductie Module I: Wat is een psychose? Module II: Psychose begrijpen? Module III: Behandeling van psychose de rol van medicatie? Module
Nadere informatieSTAPPENPLAN ANGST IN DE EERSTE LIJN
STAPPENPLAN ANGST IN DE EERSTE LIJN Doel Vroegtijdige opsporing en behandeling van angst bij zelfstandig wonende ouderen. STAP 1: Screenen op angst in de eerste lijn (kruis aan). Voelde u zich de afgelopen
Nadere informatieDepressie. hoe, wat & hulp. Stef Linsen, psychiater. 12 oktober 2017 Amsterdam. Icarus Blender #2, Vitamine Z
Depressie hoe, wat & hulp 12 oktober 2017 Amsterdam Icarus Blender #2, Vitamine Z Stef Linsen, psychiater www.steflinsen-psychiatrie-partnerhulp.nl Hoe méer vitale kenmerken, hoe ernstiger: - wakker tussen
Nadere informatieInformatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud
Informatie voor Familieleden omtrent Psychose InFoP 2 Inhoud Introductie Module I: Wat is een psychose? Module II: Psychose begrijpen? Module III: Behandeling van psychose de rol van medicatie? Module
Nadere informatieDiagnose en classificatie in de psychiatrie
Diagnose en classificatie in de psychiatrie Klinische Validiteit Research Betrouwbaarheid Prof dr Bert van Hemert psychiater en epidemioloog Afdelingshoofd psychiatrie DBC Kosten-baten 2 Diagnosen in de
Nadere informatieSomatische comorbiditeit bij affectieve stoornissen
Somatische comorbiditeit bij affectieve stoornissen Monica Pop, Marleen van Beek & Aart Schene Afdeling Psychiatrie, Radboudumc NijCare Symposium, Nijmegen, 14 juni 2018 Hippocratische geschriften - vijfde
Nadere informatie5-12-2012 WELKOM. Depressieve klachten en hulpbehoefte bij diabetes. De komende 45 minuten
WELKOM 5 december 2012 Depressieve klachten en hulpbehoefte bij diabetes Caroline Lubach: senior verpleegkundig consulent diabetes VUmc Anita Faber: research coördinator Diabetes Research Centrum, Hoogeveen
Nadere informatieOuderen en verslaving Dick van Etten Verpleegkundig Specialist GGZ Centrum Maliebaan
Ouderen en verslaving Dick van Etten Verpleegkundig Specialist GGZ Centrum Maliebaan U moet de bakens verzetten en noch sterke drank, noch bier meer gebruiken: houdt u aan een matig gebruik van een redelijke
Nadere informatieDepressie bij ouderen
Depressie bij ouderen Bij u, uw partner of familielid is een depressie vastgesteld. In deze folder kunt u lezen wat een depressie is en waar u voor verdere vragen en informatie terecht kunt. Vanwege de
Nadere informatieDepressieve stoornissen in de huisartsenpraktijk stapsgewijs inzicht via de nieuwe multidisciplinaire richtlijn
Depressieve stoornissen in de huisartsenpraktijk stapsgewijs inzicht via de nieuwe multidisciplinaire richtlijn Mark Scherders, psychiater, Catharina Ziekenhuis Eindhoven Kees Klop, psychiater, Máxima
Nadere informatieAlgemene folder Zorgprogramma Bipolaire Stoornissen
Voor wie? Deze folder is bedoeld voor mensen die de diagnose bipolaire stoornis hebben gekregen of waarbij er een sterk vermoeden is dat er van een bipolaire stoornis sprake zou kunnen zijn. Het vraagt
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra
Nadere informatiePSYCHOFARMACA. Gert- Jan Hendriks, psychiater Directeur Centrum voor Angststoornissen Overwaal Hoofd Zorgprogramma Angststoornissen Pro Persona
Shared decisison making en Empowerment Gert- Jan Hendriks, psychiater Directeur Centrum voor Angststoornissen Overwaal Hoofd Zorgprogramma Angststoornissen Pro Persona PSYCHOFARMACA Shared decision making
Nadere informatieOnderwijsmateriaal voor toetsgroepen
1. Toelichting 1 Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard Depressie van juni 2012. Een groot deel van de patiënten met een depressie behandelt de huisarts zelf. Als een huisarts tot verwijzing overgaat
Nadere informatieAGED: Amsterdam Groningen Elderly Depression Study
AGED: Amsterdam Groningen Elderly Depression Study Angst en depressie bij verpleeghuisbewoners; prevalentie en risico indicatoren Lineke Jongenelis Martin Smalbrugge EMGO, onderzoeksprogramma common mental
Nadere informatieBehandeling met antidepressiva
Behandeling met antidepressiva Onderstaande notitie is opgesteld door Theo Lijding, huisarts, medisch adviseur van lijn1, en is gebaseerd op het FTTO voorschrijven antidepressiva. In deze notitie zijn
Nadere informatieTineke Vos, psychiater MCH-Bronovo Den Haag 21 september 2015
Tineke Vos, psychiater MCH-Bronovo Den Haag 21 september 2015 Vijf symptomen > 2 weken Ten minste één van de eerste twee Verandering in functioneren Angst kan symptoom zijn van depressie Verschil rouw
Nadere informatiePreventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog/onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant
Preventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog/onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant Film: fragmenten Iedereen depressief (VPRO) Wat is een depressie?
Nadere informatieHerkennen van DEPRESSIE bij ouderen
Herkennen van DEPRESSIE bij ouderen ook in relatie tot dementie en delier Congres depressie bij ouderen, workshop Utrecht, 25 november 2014 Jan Oudenes, verpleegkundig consulent geriatrie Bestaat Sinterklaas?
Nadere informatieV&VN VS oncologie 24 maart 2016 DEPRESSIE? OF? Klinisch redeneren met een oncologische casus Marieke van Piere VS GGZ Alrijne Leiden
V&VN VS oncologie 24 maart 2016 DEPRESSIE? OF? Klinisch redeneren met een oncologische casus Marieke van Piere VS GGZ Alrijne Leiden LEERDOELEN De deelnemer is in staat: onderscheid te maken tussen somberheid
Nadere informatieDepressie. Postpartum depressie
Depressie Postpartum depressie juli 2016 Doel Het op eenduidige wijze handelen bij een depressie / postpartum depressie. Definitie Depressie: sombere stemming en/of een duidelijke vermindering van interesse
Nadere informatieNIEUWE EUROPESE RICHTLIJN VOOR PREVENTIE, DETECTIE EN BEHANDELING VAN DEPRESSIE IN
NIEUWE EUROPESE RICHTLIJN VOOR PREVENTIE, DETECTIE EN BEHANDELING VAN DEPRESSIE IN PALLIATIEVE ZORG Referentie. Rayner, L., Price, A., Hotopf, M., Higginson, I.J. (2011). The development of evidencebased
Nadere informatieDoor dwang gegijzeld. (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen. Roos C. van der Mast
Door dwang gegijzeld (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen Roos C. van der Mast OCS bij ouderen De obsessieve-compulsieve stoornis is een persisterende en stabiele diagnose die zelden
Nadere informatieAngststoornissen. Verzekeringsgeneeskundig protocol
Angststoornissen Verzekeringsgeneeskundig protocol Epidemiologie I De jaarprevalentie voor psychische stoornissen onder de beroepsbevolking in Nederland wordt geschat op: 1. 5-10% 2. 10-15% 15% 3. 15-20%
Nadere informatieRegister. concentratie- en geheugenproblemen
Register aanbevelingen 43 acceptatie van de diagnose 106 afgenomen draagkracht 117 alcohol- of druggebruik 24 alternatieve medicatie 99 andere psychiatrische klachten 23 angststoornis 35, 54 anticonceptie
Nadere informatieToolkit Angst bij ouderen
Toolkit Angst bij ouderen Doelen 1. Betere herkenning en eerder ingrijpen in geval van angst bij ouderen. 2. Betere behandeling in geval van angst bij ouderen. Screening In de praktijk kunnen zowel de
Nadere informatieCorrecties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria
Correcties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria Vierde oplage, juni 2016 In deze lijst zijn de belangrijkste wijzigingen opgenomen t.o.v. de derde oplage (juni 2015). Pagina Stoornis Derde oplage,
Nadere informatieDepressie bij ouderen
Depressie bij ouderen 2 Depressie bij ouderen komt vaak voor, maar is soms moeilijk te herkennen. Deze folder geeft informatie over de kenmerken en de behandeling van een depressie bij ouderen. Wat is
Nadere informatieDepressie bij ouderen
Depressie bij ouderen Bij u of uw familielid is een depressie vastgesteld. Hoewel relatief veel ouderen last hebben van depressieve klachten, worden deze niet altijd als zodanig herkend. In deze folder
Nadere informatieDepressie na een beroerte
Afdeling: Onderwerp: 6B Neurologie 1 Voor wie is deze folder bedoeld? Deze informatiefolder is bedoeld voor zowel patiënten die in het Ikazia Ziekenhuis zijn opgenomen en/of hun naasten. Door middel van
Nadere informatieKort & Krachtig behandelprotocollen. Pharmacotherapy for depressive and/or anxiety disorders [in Dutch]
Kort & Krachtig behandelprotocollen Pharmacotherapy for depressive and/or anxiety disorders [in Dutch] FARMACOTHERAPIE BIJ ANGST- en/of STEMMINGSSTOORNISSEN MODULE SSRI Inhoud Algemene introductie 4 Bijeenkomst
Nadere informatieDysthymie Aanpassingsstoornis Diagnoses met een beperking? Sascha Russo, psychiater
Dysthymie Aanpassingsstoornis Diagnoses met een beperking? 04-10-2017 Sascha Russo, psychiater Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling voor deze bijeenkomst mogelijk relevante relaties
Nadere informatieSTAPPENPLAN SLAAPSTOORNIS IN DE EERSTE LIJN
STAPPENPLAN SLAAPSTOORNIS IN DE EERSTE LIJN Herkennen en behandelen van slaapstoornissen bij ouderen. STAP 1: Screenen op slaapstoornis (kruis aan). 1a. Ervaart u problemen met slapen? 1b Heeft u de afgelopen
Nadere informatieStadiëring en interepisodisch functioneren bij Bipolaire Stoornissen
Stadiëring en interepisodisch functioneren bij Bipolaire Stoornissen Ralph Kupka hoogleraar Bipolaire Stoornissen VU Medisch Centrum Academische Zorglijn Bipolair, GGZinGeest Altrecht Bipolair Stabiel
Nadere informatieNEDERLANDSE SAMENVATTING (SUMMARY IN DUTCH)
NEDERLANDSE SAMENVATTING (SUMMARY IN DUTCH) ACHTERGROND Depressie is een ernstige psychiatrische stoornis waar ongeveer één op de vijf à zes mensen gedurende de levensloop mee te maken krijgt. In Westerse
Nadere informatieEen depressie. P unt P. kan u helpen. volwassenen
Een depressie P unt P kan u helpen volwassenen Iedereen is wel eens moe, somber en lusteloos. Het is een normale reactie op tegenvallers, een verlies en andere vervelende gebeurtenissen. Wanneer dit soort
Nadere informatieNAH EN DEPRESSIE: EEN GORDIAANSE KNOOP? Congressenmetzorg , Ede Hans van Dam, docent en consulent nah
NAH EN DEPRESSIE: EEN GORDIAANSE KNOOP? Congressenmetzorg 15-12-2017, Ede Hans van Dam, docent en consulent nah hv.dam@online.nl PROGRAMMA NAH en psychiatrie - een mijnenveld? Depressie en NAH de valkuilen.
Nadere informatieBeloop van angst en depressie. belang voor de klinische praktijk
Beloop van angst en depressie belang voor de klinische praktijk Jan Spijker, psychiater, A-opleider,hoofd programma stemmingsstoornissen Pro Persona, Ede & onderzoeker Trimbos-instituut, Utrecht Waarom
Nadere informatieZorgprogramma Lijf & Leven. Beter in je lijf, beter in je hoofd Herstel van psychiatrische aandoeningen door een betere lichamelijke gezondheid.
Zorgprogramma Lijf & Leven Beter in je lijf, beter in je hoofd Herstel van psychiatrische aandoeningen door een betere lichamelijke gezondheid. Levensverwachting met tot wel 20 jaar verkort 85% van patienten
Nadere informatieManisch depressief of bipolaire stoornis
0000 2027 - SV - oktober 2012 Manisch depressief of bipolaire stoornis campus Sint-Vincentius Sint-Vincentiusstraat 20 2018 Antwerpen tel. 03 285 20 00 fax 03 239 23 23 www.st-vincentius.be GasthuisZusters
Nadere informatieDag van de Zorg 2013. Depressie: watisheten watbrengthetteweeg? Met dank aan het team Vennen 3 en dr. Michel Dierick in het bijzonder.
Dag van de Zorg 2013 Depressie: watisheten watbrengthetteweeg? Met dank aan het team Vennen 3 en dr. Michel Dierick in het bijzonder. 1 Wat is stemming? + - 2 Gemoed, stemming: Constant aanwezige achtergrond,
Nadere informatieDepressie bij verpleeghuiscliënten
Doen bij Depressie zorgprogramma Informatiefolder voor cliënt en naasten Depressie bij verpleeghuiscliënten Folder 3 Inleiding Deze folder bevat informatie over de klachten die bij een depressie horen
Nadere informatieRegionaal zorgpad Depressie Zorggroep Synchroon
Regionaal zorgpad Depressie Zorggroep Synchroon April 2014 Zorgpad Depressie 4-6-2014 1 Regionaal zorgpad Depressie Zorggroep Synchroon, april 2014 Zorgpad Depressie 4-6-2014 2 Regionaal Zorgpad Depressie
Nadere informatieVoorstel wijzigingen bij herziening werkafspraak kunnen op de laatste pagina worden genoteerd.
Voorstel wijzigingen bij herziening werkafspraak kunnen op de laatste pagina worden genoteerd. INTERLINE PSYCHIATRIE 2013 april 2013 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN
Nadere informatieDiagnostiek volgens het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders
Diagnostiek volgens het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders Inleiding Bij de diagnostiek van psychische klachten in de huisartsenpraktijk worden niet altijd dezelfde diagnostische criteria
Nadere informatieOpbouw praatje. Wat is dementie? Vormen van dementie Diagnose dementie Behandeling van dementie De verloop van dementie Conclusie
DEMENTIE Opbouw praatje Wat is dementie? Vormen van dementie Diagnose dementie Behandeling van dementie De verloop van dementie Conclusie Definitie dementie Dementie is een syndromale diagnose, een ziekte
Nadere informatie15:40 16:00 uur. Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR. Ouderenpsychiater
5:40 6:00 uur Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR Ouderenpsychiater % psychiatrische problemen bij Alzheimer 60 50 40 30 20 0 0 Zhao et al, J Affect Disord 205 Wanneer spreken van van een depressie?
Nadere informatieHerkennen van DEPRESSIE bij ouderen
Herkennen van DEPRESSIE bij ouderen Wat is uw rol? Congres depressie bij ouderen, plenair Utrecht, 25 november 2014 Jan Oudenes, verpleegkundig consulent geriatrie Van reactief naar proactief Komt een
Nadere informatieDepressie. Informatiefolder voor cliënt en naasten. Zorgprogramma Doen bij Depressie UKON. Versie 2013-oktober
Depressie Informatiefolder voor cliënt en naasten Zorgprogramma Doen bij Depressie Versie 2013-oktober Inleiding Deze folder bevat informatie over de klachten die bij een depressie horen en welke oorzaken
Nadere informatieDe behandeling van chronische angst en depressie (resultaten van de ZemCAD studie)
Improving Mental Health by Sharing Knowledge De behandeling van chronische angst en depressie (resultaten van de ZemCAD studie) Jan Spijker, Annemein Kemps, Henny Sinnema VGCT najaarscongres 2013 INHOUD
Nadere informatieRichtlijnen, protocollen en standaarden. Intercultureel bruikbaar?
Richtlijnen, protocollen en standaarden. Intercultureel bruikbaar? Doel van een richtlijn Vastleggen van wetenschappelijke kennis en expertise rond een bepaalde stoornis t.b.v. hulpverleners en cliënten.
Nadere informatieStemmingsstoornissen. Van DSM-IV-TR naar DSM-5. Johan van Dijk, klinisch psycholoog-psychotherapeut Max Güldner, klinisch psycholoog-psychotherapeut
Stemmingsstoornissen Van DSM-IV-TR naar DSM-5 Johan van Dijk, klinisch psycholoog-psychotherapeut Max Güldner, klinisch psycholoog-psychotherapeut Inhoud Veranderingen in de DSM-5 Nieuwe classificaties
Nadere informatieTransitiecentrum Affectieve Stoornissen (TAS) van het Academisch Medisch Centrum -Depressiediagnostiek en -behandeling voor jongeren-
Transitiecentrum Affectieve Stoornissen (TAS) van het Academisch Medisch Centrum -Depressiediagnostiek en -behandeling voor jongeren- In het Transitiecentrum voor Affectieve Stoornissen (TAS) vindt diagnostiek,
Nadere informatieCodeer huidige toestand van de depressieve stoornis of bipolaire I stoornis met het vijfde cijfer:
Stemmingsstoornissen (Mood Disorders) Deze sectie is in drie delen onderverdeeld. Het eerste deel beschrijft de stemmingsepisodes (depressieve episode, manische episode, gemengde episode en hypomane episode),
Nadere informatieKennislacunes NHG-Standaard Depressie
Kennislacunes Kennislacunes 1. Het nut van screening naar depressie bij mensen met een chronische somatische aandoening in de (noot 15-16). 2. De 4DKL als instrument om het verloop van de (ernst van de)
Nadere informatieEenzaamheid bij ouderen Brede conferentie Transformatie 6 maart Rianne van der Meer, klinisch geriater Groene Hart Ziekenhuis
Eenzaamheid bij ouderen Brede conferentie Transformatie 6 maart 2018 Rianne van der Meer, klinisch geriater Groene Hart Ziekenhuis Eenzaamheid bij ouderen Casus Ouderen en eenzaamheid Eenzaamheid herkennen
Nadere informatieDepressies en angststoornissen - Net zo vaak samen als apart. Prof.dr. W.A. Nolen UMC Groningen
Depressies en angststoornissen - Net zo vaak samen als apart Prof.dr. W.A. Nolen UMC Groningen NESDA - Verschillende cohorten Vanuit NEMESIS (303) Vanuit ARIADNE (261) 1 e lijn (1611) Met huidige depressie/angststoornis
Nadere informatieDiscussion Summary Samenvatting Dankwoord Curriculum Vitae
chapter 7 Discussion Summary Samenvatting Dankwoord Curriculum Vitae 140 chapter 7 SAMENVATTING De bipolaire stoornis (of manisch-depressieve stoornis) is een stemmingsstoornis waarin episodes van (hypo)manie
Nadere informatieVeranderingen in de DSM-V stemmingsstoornissen. R.A. van Elmpt AIOS psychiatrie
Veranderingen in de DSM-V stemmingsstoornissen R.A. van Elmpt AIOS psychiatrie 2 DSM-5-classificatie Bipolaire stoornissen Depressieve stoornissen Bipolaire-I-stoornis Bipolaire-II-stoornis Cyclothyme
Nadere informatiehoofdstuk 2 hoofdstuk 3
Om de herkenning van patiënten met depressieve stoornis in de eerste lijn te verbeteren wordt wel screening aanbevolen. Voorts worden pakketinterventies aanbevolen om de kwaliteit van zorg en de resultaten
Nadere informatiePraktische opdracht ANW Depressies
Praktische opdracht ANW Depressies Praktische-opdracht door een scholier 1714 woorden 27 februari 2002 7,9 16 keer beoordeeld Vak ANW Inleiding: Deze brochure gaat over depressies. Op het moment hebben
Nadere informatieDepressie. Informatiefolder voor zorgteam. Zorgprogramma Doen bij Depressie UKON. Versie 2013-oktober
Depressie Informatiefolder voor zorgteam Zorgprogramma Doen bij Depressie Inleiding Deze folder is bedoeld voor afdelingsmedewerkers die betrokken zijn bij de zorg voor een cliënt bij wie een depressie
Nadere informatieOBSTETRIE CASUS 2. Ochtendprogramma 5 maart
OBSTETRIE CASUS 2 Ochtendprogramma 5 maart Marie Jansen G1P0 AD 10 wkn, 25 jaar Algemene VG: blanco MedicaKe: geen Huidige graviditeit: ongepland Sociaal: Ze is niet zeker van haar huidige relake maar
Nadere informatieSomatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten: De richtlijn
Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten: De richtlijn Ingrid Arnold LUMC Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde Huisarts te Leiderdorp Dokter, ik ben zo moe. Vermoeidheid Hoofdpijn Buikklachten
Nadere informatieWat is depressie? Oorzaak, omvang, gevolg
Wat is depressie? Oorzaak, omvang, gevolg Prof. Dr. Brenda Penninx Vakgroep psychiatrie / GGZ ingeest Neuroscience Campus Amsterdam Mental Health EMGO+ Institute for Health and Care Research b.penninx@vumc.nl
Nadere informatieZorgen voor cliënten met gedragsproblemen
Zorgen voor cliënten met gedragsproblemen CineMec Ede 29-5-2015 Dr. Martin Kat (ouderen)psychiater Amsterdam/Alkmaar psykat@hetnet.nl Med. Centrum Alkmaar Afd. Klin. Geriatrie Praktijk Amsterdam Experiment!
Nadere informatieDepressie tijdens de zwangerschap uit de taboesfeer
Depressie tijdens de zwangerschap uit de taboesfeer Depressie en angstklachten tijdens de zwangerschap komen regelmatig voor. Toch wordt dit onderwerp nog vaak als taboe ervaren en is niet duidelijk welke
Nadere informatieDelier en Depressie in de terminale fase
Delier en Depressie in de terminale fase Karel Hoffmans huisartsconsulent IKST 06- /07 DELIER in de terminale fase Casus uit de praktijk gegrepen Diagnostiek Behandeling Discussie Uit de praktijk gegrepen
Nadere informatieGeestelijke gezondheid
In dit onderdeel wordt ingegaan op de geestelijke gezondheid van ouderen. De onderwerpen die worden aangesneden zijn psychische stoornissen en eenzaamheid. Volgens gegevens uit de Rapportage 2001 van het
Nadere informatieEFFECTIEF OMGAAN MET SUÏCIDALITEIT BIJ PATIËNTEN MET SCHIZOFRENIE OF EEN AANVERWANTE PSYCHOTISCHE STOORNIS
EFFECTIEF OMGAAN MET SUÏCIDALITEIT BIJ PATIËNTEN MET SCHIZOFRENIE OF EEN AANVERWANTE PSYCHOTISCHE STOORNIS Dr. Berno van Meijel Lector GGZ-verpleegkunde Hogeschool INHOLLAND Congres Zorg voor mensen met
Nadere informatieUniversity of Groningen. Depression in general practice Piek, Ellen
University of Groningen Depression in general practice Piek, Ellen IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document
Nadere informatieMedische Professionals
ABILIFY (aripiprazol) Medische Professionals Brochure met veelgestelde vragen ABILIFY (aripiprazol) is geïndiceerd voor de behandeling gedurende maximaal 12 weken van matige tot ernstige manische episodes
Nadere informatieHerkennen van en omgaan met. Angst en Depressie. Is er vaker sprake van angst en depressie in de palliatieve fase?
Herkennen van en omgaan met Angst en Depressie bij (oudere) mensen met een verstandelijke beperking Is er vaker sprake van angst en depressie in de palliatieve fase? Kennis over angst en depressie Risicofactoren
Nadere informatiePostdatum. Geachte Dokter,
De Belgische gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het geneesmiddel Quetiapine Krka 50 mg / 200 mg / 300 mg/400 mg tabletten met verlengde afgifte.
Nadere informatieBipolaire stoornissen
Bipolaire stoornissen PuntP kan u helpen volwassenen Sommige mensen hebben last van stemmingsschommelingen die niet in verhouding staan tot wat er in hun persoonlijke omgeving gebeurt. De stemming lijkt
Nadere informatieSuicidaal gedrag bij jongeren
Suicidaal gedrag bij jongeren Voorkomen RINO 15 december 2016 Ad Kerkhof Suïcide in Nederland : 1980-2015 absolute aantallen 2000 1800 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200 0 1982 1986 1990 1994 1998 2002
Nadere informatieAngst en depressie in de huisartspraktijk: signaleren van risicogroepen. Peter F M Verhaak NIVEL
Angst en depressie in de huisartspraktijk: signaleren van risicogroepen Peter F M Verhaak NIVEL 12-maands prevalentie stemmings-, angst- en middelenstoornis 250 200 N/1000 patiënten 150 100 50 Depressie
Nadere informatieEen depressie. PuntP kan u helpen. groep: volwassenen
Een depressie PuntP kan u helpen groep: volwassenen Iedereen is wel eens moe, somber en lusteloos. Het is een normale reactie op tegenvallers, een verlies en andere vervelende gebeurtenissen. Wanneer dit
Nadere informatieCorrecties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria
Correcties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria Vierde oplage, juni 2016 In deze lijst zijn de belangrijkste wijzigingen opgenomen t.o.v. de derde oplage (juni 2015). Pagina Stoornis Derde oplage,
Nadere informatie