Normen en richtwaarden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Normen en richtwaarden"

Transcriptie

1 Normen en richtwaarden 0 INHOUD. UITSCHEIDINGSCIJFERS.... FORFAITAIRE UITSCHEIDINGSCIJFERS.... UITSCHEIDINGSCIJFERS VEEVOEDERCONVENANT.... UITSCHEIDINGSCIJFERS REGRESSIE.... RICHTWAARDEN VOOR DE SAMENSTELLING EN DE DICHTHEID VAN DIERLIJKE MEST IN RICHTWAARDEN VOOR DE SAMENSTELLING VAN SPUISTROOM BEMESTINGSNORMEN PER KWETSBAAR GEBIED KWETSBAAR GEBIED WATER Water : algemeen beingsregime Water : met derogatie Water : beheerovereenkomst water (BO water) KWETSBAAR GEBIED NATUUR..... Natuur : algemeen beingsregime..... Natuur : met huiskavel of ontheffing.... KWETSBAAR GEBIED FOSFAAT..... Fosfaat : algemeen beingsregime..... Fosfaat : uitzondering voor percelen met een laag fosfaatbindend vermogen AANGEPASTE REGIMES BIJ MAATREGELENPAKKET EN Wat als uw perceel onder maatregelenpakket valt? Wat als uw perceel onder maatregelenpakket valt? SAMENSTELLING GROENTEGROEPEN CONTACTGEGEVENS... 0

2 . UITSCHEIDINGSCIJFERS. FORFAITAIRE UITSCHEIDINGSCIJFERS RUNDVEE Melkvee Diersoort Uitscheiding in kg/dier, jaar PO5 Melkkoeien met een melkproductie (in kg melk/jaar) van: N NER-D-waarde maximaal hoger dan 000 tot en met 50 6,5 8 7 hoger dan 50 tot en met hoger dan 500 tot en met 750 7, hoger dan 750 tot en met hoger dan tot en met ,5 9 7 hoger dan 5 50 tot en met hoger dan tot en met , hoger dan tot en met hoger dan tot en met hoger dan 6 50 tot en met 6 500,5 0 7 hoger dan tot en met 6 750,5 0 7 hoger dan tot en met hoger dan tot en met hoger dan 7 50 tot en met 7 500, hoger dan tot en met ,5 7 hoger dan tot en met hoger dan tot en met hoger dan 8 50 tot en met ,5 7 7 hoger dan tot en met ,5 9 7 hoger dan tot en met hoger dan tot en met hoger dan 9 50 tot en met ,5 5 7 hoger dan tot en met 9 750,5 7 7 hoger dan tot en met hoger dan Vervangingsvee jonger dan jaar 0 Vervangingsvee van jaar tot jaar 9, 58 7 De NER-D-waarde is de waarde waarmee landbouwers hun gemiddelde veebezetting per diercategorie moeten vermenigvuldigen. Dat getal moeten landbouwers vergelijken met de NER-D die ze gekregen hebben om te weten of ze niet te veel dieren houden

3 Diersoort Uitscheiding in kg/dier, jaar PO5 N NER-D-waarde Mestvee Zoogkoeien Mestkalveren,6 0,5, Runderen jonger dan jaar 7,,7 Runderen van tot jaar 9, 58 8 Andere runderen 9, ,5 VARKENS Biggen van 7 tot 0 kg,5,8,8 Beren,5 8,5 Zeugen, incl. biggen van minder dan 7 kg,5 8,5 Andere varkens van 0 tot 0 kg 5, 8, van meer dan 0 kg,5 8,5 PLUIMVEE Legrassen Legkippen 0,5 0,8,8 (Groot)ouderdieren van legkippen 0,5 0,8,8 Opfokpoeljen van legkippen 0,8 0, 0,57 Vleesrassen Slachtkuikens 0,6 0,6 0,9 Slachtkuikenouderdieren 0,69,,9 Opfokpoeljen van slachtkuikenouderdieren 0,6 0,5 0,7 Struisvogels Struisvogels fokdieren 9,8 8 7,8 Struisvogels slachtdieren,5 8,6, Struisvogels van 0 tot maanden,7,5 5, Kalkoenen Kalkoenen slachtdieren,05,7,99 Kalkoenen ouderdieren,7,7 Ander pluimvee 0,9 0, 0, PAARDEN EN PONY S Paarden van meer dan 600 kg Paarden en pony s van 00 tot 600 kg 50 7 Paarden en pony s van minder dan 00 kg 5 7 ANDERE DIERSOORTEN Konijnen Gesloten bedrijven per vrouwelijk konijn,76 7,,8 Veterij per dier 0,9 0,658, Kwekerij per volwassen dier,87,6 5,0 Geiten en schapen Geiten en schapen jonger dan jaar,7,6 6,08 Geiten en schapen ouder dan jaar, 0,5,6 Nertsen Gesloten bedrijven per moederdier,,,8 Veterij per dier 0, 0,7,56 Kwekerij per volwassen dier 0,5 0,9,78 De NER-D-waarde is de waarde waarmee landbouwers hun gemiddelde veebezetting per diercategorie moeten vermenigvuldigen. Dat getal moeten landbouwers vergelijken met de NER-D die ze gekregen hebben om te weten of ze niet te veel dieren houden Voor het berekenen van de nettostikstofuitscheiding mogen verliezen in rekening worden gebracht. Meer informatie vindt u op klik door naar Land- en tuinbouwers > Mestbank > Dierlijke productie.

4 . UITSCHEIDINGSCIJFERS VEEVOEDERCONVENANT Voor de volgende diercategorieën kunt u verlaagde uitscheidingscijfers gebruiken, op voorwaarde dat u de dieren gedurende het hele productiejaar gevoederd hebt met nutriëntenarme voeders. Varkens Diersoort Diercategorie PO5-uitscheiding kg/dier, jaar Convenantcijfers N-uitscheiding kg/dier, jaar Biggen van 7 tot 0 kg, NVT Beren,5 Zeugen, incl. biggen van minder dan 7 kg,5 Andere varkens van 0 tot 0 kg,55,0 Andere varkens van 0 kg en meer,5 Pluimvee Slachtkuikens 0,0 0,55 Vraag bij de leverancier een attest laagfosfor- en/of laageiwitvoeder, uitgeschreven door de producent van het voeder. Voeg dat attest als bijlage bij de jaarlijkse Mestbankaangifte. Alleen producenten die voor het lopende jaar het veevoederconvenant hebben ondertekend, kunnen een (door de Mestbank erkend) attest geleverde voeders afleveren. De hoeveelheid convenantvoeder is beperkt tot de wettelijk vastgelegde maximumopname per dier: Diercategorie Omschrijving in het convenant laagfosforvoeder en in het convenant laageiwitvoeder Hoeveelheid voeder kg/dier, jaar Biggen van 7 tot 0 kg Biggen van 7 tot 0 kg 06 Beren Beren 050 Andere varkens van 0 tot 0 kg Andere varkens van 0 tot 0 kg Andere varkens van 0 tot 0 kg 700 Zeugen, incl. biggen van minder dan 7 kg Zeugen, inclusief biggen van minder dan 7 kg 050 Andere varkens van 0 kg en meer Andere varkens van 0 kg en meer 050 Slachtkuikens Braadkippen tot weken Braadkippen vanaf weken,7. UITSCHEIDINGSCIJFERS REGRESSIE Op basis van praktijktesten werd vastgesteld dat er een lineair verband is tussen de opname van ruw eiwit en P en de uitscheiding van N en PO5. U kunt met de verbruikte voeders en de regressierechten de correcte uitscheidingscijfers berekenen. Diercategorie PO5-uitscheiding kg/dier, jaar N-uitscheiding kg/dier, jaar Biggen van 7 tot 0 kg Y =,656 X 0,887 Y = 0,0996 X,8 Andere varkens van 0 tot 0 kg Y =,068 X,7 Y = 0,7 X,8 Andere varkens van 0 kg en meer Y =,850 X + 0,0 Y = 0,0 X 0,08 Zeugen, incl. biggen van minder dan 7 kg Y =,850 X + 0,0 Y = 0,0 X 0,08 Beren Y =,850 X + 0,0 Y = 0,0 X 0,08 Legkippen Y =,5 X 0,0606 Y = 0,96 X 0,55 Ouderdieren legkippen Y =,606 X 0,0587 Y = 0,58 X 0,05 Opfokpoeljen van legkippen Y =,77 X 0,05 Y = 0,9 X 0,9 Slachtkuikens Y =,0 X 0,960 Y = 0,5 X 0,58 Slachtkuiken ouderdieren Y =,606 X 0,0587 Y = 0,57 X 0,98 Opfokpoeljen van slachtkuiken ouderdieren Y =,5 X 0,0770 Y = 0,57 X 0,705 Voeg uw voederregister per diercategorie bij uw aangifte, samen met een attest van levering van deze voeders en de berekeningswijze van de uitscheidingscijfers. Y = de productie (kg) van respectievelijk PO5 en N per dier en per jaar. X = het verbruik (kg) van respectievelijk P en ruw eiwit per dier en per jaar.

5 . RICHTWAARDEN VOOR DE SAMENSTELLING EN DE DICHTHEID VAN DIERLIJKE MEST IN 0 De onderstaande cijfers zijn richtwaarden. Met een analyse kent u steeds de juiste samenstelling en weet u bijgevolg ook beter wat u op uw percelen gebruikt. Mestcode Diersoort Vorm N kg/ton PO5 kg/ton Dichtheid ton/m Runderen Runderen G,0 0,,0 Runderen M,8,,0 Runderen V 7,,9 0,8 Mestkalveren M,0,,0 Varkens 8 Zeugen en biggen G,0 0,9,0 9 Zeugen en biggen M,,9,0 0 Zeugen en biggen V 7,5 9,0 0,8 Mestvarkens G 5,8 0,9,0 Mestvarkens M 8, 5,0,0 Mestvarkens V 7,5 9,0 0,8 Mestvarkens (brijbakken) M 9,,9,0 99 Biggen van 7 tot 0 kg M 6,7,0,0 657 Mestvarkens laagfosforvoeding M 8,,5,0 Pluimvee 690 Slachtkuikens V 7,, 0,5 69 Leghen kooi rechtstreekse afvoer VV,7, 0,8 69 Leghen kooi opslag in loods VV 6,9, 0,8 69 Leghen kooi opslag in loods + droging VD,5 8,5 0,6 69 Leghen scharrel of volière V 9,8 7, 0,5 695 Leghen ouderdier V 9,8 7, 0,5 696 Opfok leghen kooi VV,6,6 0,8 697 Opfok leghen scharrel of volière V 5, 0,5 698 Opfok slachtkuiken ouderdieren V 9,8 6, 0,5 699 Slachtkuiken ouderdieren VD 0,9,8 0,6 Ander pluimvee V 7, 9, 0,5 Eenden V,0,0 0,8 Anderen diersoorten Schapen V 8,,5 0,8 5 Paarden G,0 0,,0 6 Paarden V 5,0,0 0,7 7 Geiten V 6,6,5 0,8 8 Nertsen V, 5, 0,6 9 Nertsen G,0 0,,0 0 Konijnen G, 0,0,0 Konijnen M 8,5,5,0 Konijnen V 6,9,8 0,8 Konijnen in deeppitstal V,,7 0,7 Overige 7 Champost V 6,,0 0,7 code voor het invullen van de soort op een afzetdocument via MTIL M: meng, G: gier, V: vaste, VV: vochtige, vaste, VD: vaste, gedroogde

6 . RICHTWAARDEN VOOR DE SAMENSTELLING VAN SPUISTROOM Forfaitaire samenstelling spuistroom, in kg per ton, die door de Mestbank wordt gehanteerd als een tuinder niet beschikt over een analyse. Spuistroom wordt beschouwd als een stof. Teelt N (kg/ton) PO5 (kg/ton) Azalea 0,07 0,0 Boomkwekerij 0,0 0,0 Aardbeien 0,8 0,06 Sla 0,8 0, Groene en bloeiende planten 0,8 0,05 Rozen 0,9 0,06 Komkommers 0,9 0,08 Paprika 0,0 0,08 Tomaten 0,5 0,0 Aubergines 0,9 0,08 Forcerie witloof 0,0 0,0 Andere tuinbouwteelten 0,50 0,0. BEMESTINGSNORMEN PER KWETSBAAR GEBIED Het volledige grondgebied van het Vlaamse Gewest valt onder het kwetsbaar gebied water. Daarnaast bepaalt het Mestdecreet echter ook afbakeningen van o.a. natuur- en bosgebied en fosfaatverzadigd gebied. Voor percelen die in meerdere afbakeningen liggen, gelden de strengste bepalingen. Aan elk perceel wordt één gebiedstype toegekend. Binnen het toegekende gebiedstype zijn soms meerdere regimes mogelijk, afhankelijk van bepaalde keuzes die u maakt (bv. toepassing van beheerovereenkomst water) of van wat de wetgeving oplegt (bv. ontheffing). Bij een overschrijding van de de of de drempelwaarde bij de nitraatresiducampagne worden op het perceel bijkomende beperkingen opgelegd (maatregelenpakket of, zie pagina 5). De land- en tuinbouwers kunnen kiezen tussen twee systemen om de maximale stikstofbeing te berekenen: eenmaal gekozen voor het systeem van werkzame stikstof, moet dit systeem tot en met kalenderjaar 0 worden toegepast. SYSTEEM TOTALE STIKSTOF: beingssysteem dat al langer bestond in het Mestdecreet. SYSTEEM WERKZAME STIKSTOF: nieuw in het Mestdecreet. In de praktijk wordt dit systeem al gebruikt bij de beingsadviezen voor stikstof. Werkzame stikstof is de hoeveelheid stikstof uit, die het eerste jaar nuttig gebruikt kan worden door het gewas. Werkingscoëfficiënten voor omzetting naar werkzame stikstof (% van totale N) Groepen Werkingscoëfficiënt % Vloeibare (meng, dunne fractie na scheiden van vloeibare,...) 60 Andere, behalve gecertificeerde gft- en groencompost 60 Andere die stikstof in dusdanige vorm bevatten waarbij slechts een beperkt gedeelte van de totale stikstof vrijkomt in het jaar van opbrenging 0 Vaste, (samengestelde) vaste, (samengestelde) vaste kippen, vaste fractie van gescheiden, champost,... 0 Stikstof van rechtstreekse uitscheiding bij begrazing 0 Gecertificeerde gft- en groencompost 5 Effluent van biologisch behandelde 00 Minerale (kunst) en spuistroom 00 5

7 Algemene bemerkingen: De opgegeven beingsnormen zijn maximale waarden. De optimale teelttechnische being kan lager zijn afhankelijk van de bodemreserve en de teelt. De beingsnormen zijn inclusief de being opgebracht door grazend vee. Dat betekent dat u rekening moet houden met de duur van de begrazing en het aantal dieren per ha om de hoeveelheid te berekenen die u, naast de begrazing, nog mag opbrengen. Er is een algemeen onderscheid in de maximale beingsnormen naargelang het bodemtype, namelijk tussen zandbodems en niet-zandbodems. Tot de zandbodems behoren alle percelen die liggen in de landbouwstreken Kempen en Vlaamse zandstreek, behalve de percelen in Vlaams-Brabant. Alle percelen behoren tot de niet-zandbodems. Het gebruik van slib van rioolwaterzuiveringsinstallaties op landbouwgrond is verboden. In de beschermingszone type I van grondwaterwingebieden mogen geen opgebracht worden. Sommige beheerovereenkomsten kunnen beingsbeperkingen opleggen. Raadpleeg hiervoor uw contract(en). Als gecertificeerde gft- en groencompost op een perceel wordt gebruikt, hoeft slechts 50% van de hoeveelheid PO5 van die compost in rekening gebracht te worden.. KWETSBAAR GEBIED WATER.. WATER : ALGEMEEN BEMESTINGSREGIME... SYSTEEM TOTALE STIKSTOF Akkerbouw- en voedergewassen Wintertarwe of triticale Totale PO5 (kg/ha, jaar) N kunst Maaien Maaien + grazen Nateelt Geen nateelt Wintergerst of Nateelt graangewassen Geen nateelt Suikerbieten Voederbieten Aardappelen Maïs Gras + maïs Gewassen met een lage stikstofbehoefte Andere leguminosen dan erwten en 0 (Z) / 0 (Z) / bonen 5 (NZ) 5 (NZ) 0 0 Andere gewassen vanggewas, wintergewas of ander volggewas Snijrogge geteeld als voedergewas (geoogst na 5 maart en afgevoerd) kan gebruikt worden als alternatief voor één snede gras (gemaaid na april en afgevoerd). Gewassen met een lage stikstofbehoefte zijn cichorei, witloof, fruit (behalve aardbeien), sjalotten, uien en vlas. Z: zandgrond, NZ: niet-zandgrond 6

8 Gewas / gewascombinaties groenten en kruiden Totale PO5 N kunst Groep I Groep II Groep III Groep I en I Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep I Groep I en II Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep II Groep I en III Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep III Groep II en II Groep II en III Groep III en III of meerdere groenteteelten waarvan minstens één groente van groep II of meerdere groenteteelten met geen enkele groente van groep II De samenstelling van de groepen I, II en III vindt u op pagina SYSTEEM WERKZAME STIKSTOF Wintertarwe of triticale Gewas Totale PO5 Werkzame N Dierlijke N Maaien Maaien + grazen Nateelt Geen nateelt Wintergerst of Nateelt graangewassen Geen nateelt Suikerbieten Voederbieten Aardappelen Maïs Gras + maïs Gewassen met een lage stikstofbehoefte Andere leguminosen dan erwten en bonen (Z) / 5 (NZ) 5 Andere gewassen vanggewas, wintergewas of ander volggewas Snijrogge geteeld als voedergewas (geoogst na 5 maart en afgevoerd) kan gebruikt worden als alternatief voor één snede gras (gemaaid na april en afgevoerd). Gewassen met een lage stikstofbehoefte zijn cichorei, witloof, fruit (behalve aardbeien), sjalotten, uien en vlas. Het gebruik van kunst voor leguminosen dan erwten en bonen is verboden. 5 Z: zandgrond, NZ: niet-zandgrond 7

9 Gewas / gewascombinaties groenten en kruiden Totale PO5 Werkzame N Dierlijke N Groep I Groep II Groep III Groep I en I Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep I Groep I en II Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep II Groep I en III Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep III Groep II en II Groep II en III Groep III en III of meerdere groenteteelten waarvan minstens één groente van groep II of meerdere groenteteelten met geen enkele groente van groep II De samenstelling van de groepen I, II en III vindt u op pagina 9... WATER : MET DEROGATIE Op percelen waarop derogatie van toepassing is, gelden de volgende beingsnormen. Derogatie kan enkel aangevraagd worden voor een beperkt aantal teelten of teeltcombinaties (derogatiegewassen). Daarom vindt u in de onderstaande tabel ook enkel die teelten en teeltcombinaties terug.... SYSTEEM TOTALE STIKSTOF Wintertarwe of triticale Akkerbouw- en voedergewassen Totale PO5 N kunst Maaien Maaien + grazen Vanggewas Geen vanggewas niet van toepassing Suikerbieten Voederbieten Gras of snijrogge + maïs Fosfaat uit kunst mag niet worden toegediend. niet-vlinderbloemig vanggewas één snede gemaaid (na april) en afgevoerd gras of één snede geoogste (na 5 maart) en afgevoerde snijrogge 8

10 ... SYSTEEM WERKZAME STIKSTOF Totale PO5 Werkzame N Dierlijke N Gewas Niet-zandgrond Maaien Maaien + grazen Wintertarwe of triticale Vanggewas Geen niet van toepassing vanggewas Suikerbieten Voederbieten Gras of snijrogge + maïs niet-vlinderbloemig vanggewas één snede gemaaid (na april) en afgevoerd gras of één snede geoogste (na 5 maart) en afgevoerde snijrogge. Fosfaat uit kunst mag niet worden toegediend... WATER : BEHEEROVEREENKOMST WATER (BO WATER) Als u de beheerovereenkomst water toepast op uw perceel, dan zijn specifieke beingsnormen van kracht. De beingsnormen van alle lopende BO s water moeten worden aangepast aan het huidige Mestdecreet. De beingsnormen voor de percelen waarop u de BO water toepast, liggen 0% lager dan de norm van het Mestdecreet. Alle landbouwers met een BO water zullen hierover schriftelijk geïnformeerd worden en de keuze hebben om hun lopende beheerovereenkomst water al dan niet onder de nieuwe voorwaarden verder te zetten.... SYSTEEM TOTALE STIKSTOF Akkerbouw- en voedergewassen Totale PO5 (kg/ha, jaar) N kunst Maaien Maaien + grazen Wintertarwe of Nateelt triticale Geen nateelt Niet van toepassing Wintergerst of Nateelt 0 (Z) / (NZ) 0 5 graangewassen Geen nateelt Niet van toepassing Suikerbieten (Z) / 5 (NZ) 5 50 Voederbieten Aardappelen Maïs (Z) / 5 (NZ) 5 50 Gras + maïs Gewassen met een lage stikstofbehoefte Niet van toepassing Andere leguminosen dan erwten en bonen Niet van toepassing Andere gewassen (Z) / 50 (NZ) 0 5 vanggewas, wintergewas of ander volggewas Snijrogge geteeld als voedergewas (geoogst na 5 maart en afgevoerd) kan gebruikt worden als alternatief voor één snede gras (gemaaid na april en afgevoerd). Gewassen met een lage stikstofbehoefte zijn cichorei, witloof, fruit (behalve aardbeien), sjalotten, uien en vlas. Z: zandgrond; NZ: niet-zandgrond 9

11 Gewas / gewascombinaties groenten en kruiden Totale PO5 (kg/ha, jaar) Dierlijke N (kg/ha/jaar) (kg/ha/jaar) kunst (kg/ha/jaar) Groep I Groep II (Z) / (NZ) Groep III (Z) / 6 9 (Z) / (NZ) (NZ) Groep I en I Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep I Groep I en II Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep II Groep I en III Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep III Groep II en II Groep II en III Groep III en III of meerdere groenteteelten waarvan minstens één groente van groep II of meerdere groenteteelten met geen enkele groente van groep II Z: zandgrond; NZ: niet-zandgrond De samenstelling van de groepen I, II en III vindt u op pagina 9. 0

12 ... SYSTEEM WERKZAME STIKSTOF Akkerbouw- en voedergewassen Wintertarwe of triticale Wintergerst of graangewassen Totale PO5 Werkzame N Niet-zandgrond Dierlijke N Maaien Maaien + grazen Nateelt Geen nateelt Niet van toepassing Nateelt Geen nateelt Niet van toepassing Suikerbieten Voederbieten Aardappelen Maïs Gras + maïs Gewassen met een lage stikstofbehoefte Niet van toepassing Andere leguminosen dan erwten en bonen Niet van toepassing Andere gewassen vanggewas, wintergewas of ander volggewas Snijrogge geteeld als voedergewas (geoogst na 5 maart en afgevoerd) kan gebruikt worden als alternatief voor één snede gras (gemaaid na april en afgevoerd). Gewassen met een lage stikstofbehoefte zijn cichorei, witloof, fruit (behalve aardbeien), sjalotten, uien en vlas. Gewas / gewascombinaties groenten en kruiden Totale PO5 Werkzame N Dierlijke N Groep I Groep II Groep III Groep I en I Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep I Groep I en II Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep II Groep I en III Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep III Groep II en II Groep II en III Groep III en III of meerdere groenteteelten waarvan minstens één groente van groep II of meerdere groenteteelten met geen enkele groente van groep II De samenstelling van de groepen I, II en III vindt u op pagina 9.

13 . KWETSBAAR GEBIED NATUUR Onder het kwetsbaar gebied natuur vallen:. de gewestplanbestemmingen natuurgebieden, natuurontwikkelingsgebieden, natuurreservaten en bosgebieden met verstrenging;. de bestemmingen natuur en reservaat en bos van de gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP). In het kwetsbaar gebied natuur geldt het beingsverbod. Enkel op grasland kan een minimale being gebeuren door rechtstreekse uitscheiding (begrazing) van maximum GVE/ha, jaar. Sommige percelen in het kwetsbaar gebied natuur kunnen afwijken van dit beingsverbod. De volgende regimes zijn mogelijk:.. NATUUR : ALGEMEEN BEMESTINGSREGIME... SYSTEEM TOTALE STIKSTOF Akkerbouw- en voedergewassen zonder BKM Totale PO5 N Kunst Maaien Maaien + grazen Akker Akkerbouw- en voedergewassen met BKM Wintertarwe of triticale Totale PO5 N Kunst Maaien Maaien + grazen Nateelt Geen nateelt Wintergerst of Nateelt graangewassen Geen nateelt Suikerbieten Voederbieten Aardappelen Maïs Gras + maïs Gewassen met een lage stikstofbehoefte Andere leguminosen dan erwten en bonen Andere gewassen Being enkel via begrazing door maximum grootvee-eenheden/ha op jaarbasis. GVE komt overeen met 70 kg N/ha, jaar en 60 kg PO5/ha, jaar. Die hoeveelheden mogen uitsluitend door begrazing afgezet worden. Vanggewas, wintergewas of ander volggewas. Snijrogge geteeld als voedergewas (geoogst na 5 maart en afgevoerd) kan gebruikt worden als alternatief voor één snede gras (gemaaid na april en afgevoerd). Gewassen met een lage stikstofbehoefte zijn cichorei, witloof, fruit (behalve aardbeien), sjalotten, uien en vlas.

14 Gewas / gewascombinaties groenten en kruiden met BKM Totale PO5 Dierlijke N (kg/ha/jaar) (kg/ha/jaar) kunst (kg/ha/jaar) Groep I Groep II Groep III Groep I en I Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep I Groep I en II Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep II Groep I en III Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep III Groep II en II Groep II en III Groep III en III of meerdere groenteteelten waarvan minstens één groente van groep II of meerdere groenteteelten met geen enkele groente van groep II De samenstelling van de groepen I, II en III vindt u op pagina SYSTEEM WERKZAME STIKSTOF Gewasgroep Totale PO5 Werkzame N Dierlijke N : maaien + grazen : maaien + grazen met BKM Akker of grasland maaien Akker of grasland maaien met BKM Voor percelen met de biologische waardering Potentieel belangrijk grasland in de hierboven vermelde bestemmingen kan de beheerovereenkomst 00 kg N/ha uit kunst (BKM) jaarlijks aangevraagd worden via de verzamelaanvraag van het Departement Landbouw en Visserij. Being enkel via begrazing door maximum grootvee-eenheden/ha op jaarbasis. GVE komt overeen met 70 kg N/ha, jaar en 60 kg PO5/ha, jaar. Die hoeveelheden mogen uitsluitend door begrazing afgezet worden. De maximale hoeveelheid werkzame stikstof mag uitsluitend door begrazing afgezet worden. De maximale hoeveelheid werkzame stikstof en totale stikstof mag uitsluitend door een combinatie van begrazing en kunst (maximaal 00 kg N/ha) afgezet worden. 5 De maximale hoeveelheid werkzame stikstof mag uitsluitend door kunst afgezet worden... NATUUR : MET HUISKAVEL OF ONTHEFFING Voor percelen met het kenmerk huiskavel (H) of ontheffing (O) of beide (OH) gelden de beingsregimes van het kwetsbaar gebied Water (Water,, ).

15 . KWETSBAAR GEBIED FOSFAAT Dit zijn de fosfaatverzadigde gebieden. Op percelen in dit kwetsbaar gebied geldt een beperking op de toediening van fosfaat. Voor de toegelaten hoeveelheden stikstof gelden de beingsnormen van het gebied waarin het perceel ligt. Bijkomende fosfaatverzadigde gebieden worden door de Vlaamse Regering afgebakend. Als gecertificeerde gft- of groencompost op een perceel wordt gebruikt, hoeft slechts 50% van de hoeveelheid PO5 van die compost in rekening gebracht te worden voor de normen... FOSFAAT : ALGEMEEN BEMESTINGSREGIME Gewasgroep Totale P O 5 Alle 0.. FOSFAAT : UITZONDERING VOOR PERCELEN MET EEN LAAG FOSFAATBINDEND VERMOGEN Akkerbouw- en voedergewassen Totale P O 5 Maaien 85 Maaien + grazen 80 Wintertarwe of triticale Nateelt 65 Geen nateelt 65 Wintergerst of Nateelt 60 graangewassen Geen nateelt 60 Suikerbieten 55 Voederbieten 55 Aardappelen 55 Maïs 70 Gras + maïs 85 Gewassen met een lage stikstofbehoefte 55 Andere leguminosen dan erwten en bonen 55 Andere gewassen 55 Gewas / gewascombinaties groenten en kruiden Totale P O 5 Groep I 55 Groep II 55 Groep III 55 Groep I en I 55 Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep I 55 Groep I en II 55 Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep II 55 Groep I en III 55 Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep III 55 Groep II en II 55 Groep II en III 55 Groep III en III 55 of meerdere groenteteelten waarvan minstens één groente van groep II 55 of meerdere groenteteelten met geen enkele groente van groep II 55 De samenstelling van de groepen I, II en III vindt u op pagina 9. vanggewas, wintergewas of ander volggewas Snijrogge geteeld als voedergewas (geoogst na 5 maart en afgevoerd) kan gebruikt worden als alternatief voor één snede gras (gemaaid na april en afgevoerd). Gewassen met een lage stikstofbehoefte zijn cichorei, witloof, fruit (behalve aardbeien), sjalotten, uien en vlas.

16 5. AANGEPASTE REGIMES BIJ MAATREGELENPAKKET EN 5.. WAT ALS UW PERCEEL ONDER MAATREGELENPAKKET VALT? Bij een overschrijding van de derde drempelwaarde bij de nitraatresiducampagne van 0 worden op het perceel bijkomende beperkingen opgelegd: BO water kan niet worden toegepast. Derogatie kan niet worden toegepast. Er geldt een verminderde being. De vermindering is afhankelijk van het gebied en is enkel van toepassing op stikstof. De fosfaatnormen blijven ongewijzigd KWETSBAAR GEBIED WATER MET MAATREGELENPAKKET SYSTEEM TOTALE STIKSTOF Akkerbouw- en voedergewassen N kunst Maaien Maaien + grazen Wintertarwe of triticale met nateelt Wintergerst of graangewassen met nateelt Suikerbieten Voederbieten Aardappelen Maïs Gras + maïs Gewassen met een lage stikstofbehoefte Andere leguminosen dan erwten en 8 (Z) / 8 (Z) / bonen (NZ) 87 (NZ) 0 0 Andere gewassen vanggewas, wintergewas of ander volggewas Snijrogge geteeld als voedergewas (geoogst na 5 maart en afgevoerd) kan gebruikt worden als alternatief voor één snede gras (gemaaid na april en afgevoerd). Gewassen met een lage stikstofbehoefte zijn cichorei, witloof, fruit (behalve aardbeien), sjalotten, uien en vlas. Z: zandgrond, NZ: niet-zandgrond 5

17 Gewas / gewascombinaties groenten en kruiden N kunst Groep I Groep II Groep III (Z) / 6 (NZ) Groep I en I Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep I Groep I en II Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep II Groep I en III Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep III Groep II en II Groep II en III Groep III en III of meerdere groenteteelten waarvan minstens één groente van groep II of meerdere groenteteelten met geen enkele groente van groep II De samenstelling van de groepen I, II en III vindt u op pagina SYSTEEM WERKZAME STIKSTOF Gewas Werkzame N Niet-zandgrond Dierlijke N Maaien Maaien + grazen Wintertarwe of triticale met nateelt Wintergerst of graangewassen met nateelt Suikerbieten Voederbieten Aardappelen 7 6 Maïs Gras + maïs Gewassen met een lage stikstofbehoefte Andere leguminosen dan erwten en bonen (Z) / 00 (NZ) Andere gewassen Z: zandgrond, NZ: niet-zandgrond vanggewas, wintergewas of ander volggewas Snijrogge geteeld als voedergewas (geoogst na 5 maart en afgevoerd) kan gebruikt worden als alternatief voor één snede gras (gemaaid na april en afgevoerd). Gewassen met een lage stikstofbehoefte zijn cichorei, witloof, fruit (behalve aardbeien), sjalotten, uien en vlas. 5 Het gebruik van kunst voor leguminosen dan erwten en bonen is verboden. 6

18 Gewas / gewascombinaties groenten en kruiden Werkzame N Niet-zandgrond Dierlijke N Groep I Groep II 6 6 Groep III Groep I en I Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep I Groep I en II Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep II Groep I en III Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep III Groep II en II Groep II en III 57 6 Groep III en III of meerdere groenteteelten waarvan minstens één groente van groep II of meerdere groenteteelten met geen enkele groente van groep II De samenstelling van de groepen I, II en III vindt u op pagina KWETSBAAR GEBIED NATUUR MET MAATREGELENPAKKET NATUUR : ALGEMEEN BEMESTINGSREGIME SYSTEEM TOTALE STIKSTOF Akkerbouw- en voedergewassen zonder BKM Totale PO5 N Kunst Maaien Maaien + grazen Being enkel via begrazing door maximum grootvee-eenheden/ha op jaarbasis. GVE komt overeen met een 70 kg N/ha, jaar en 60 kg PO5/ha, jaar. Die hoeveelheden mogen uitsluitend door begrazing afgezet worden. 7

19 Akkerbouw- en voedergewassen met BKM Totale PO5 (kg/ha, jaar) N Kunst Maaien Maaien + grazen Wintertarwe of triticale Nateelt Wintergerst of graangewassen Nateelt Suikerbieten Voederbieten Aardappelen Maïs Gras + maïs Gewassen met een lage stikstofbehoefte Andere leguminosen dan erwten en bonen Andere gewassen Gewas / gewascombinaties groenten en kruiden met BKM Totale PO5 (kg/ha, jaar) Dierlijke N (kg/ha/jaar) (kg/ha/jaar) kunst (kg/ha/jaar) Groep I Groep II Groep III Groep I en I Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep I Groep I en II Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep II Groep I en III Andere hoofdteelt met voor- of nateelt groep III Groep II en II Groep II en III Groep III en III of meerdere groenteteelten waarvan minstens één groente van groep II of meerdere groenteteelten met geen enkele groente van groep II De samenstelling van de groepen I, II en III vindt u op pagina vanggewas, wintergewas of ander volggewas Snijrogge geteeld als voedergewas (geoogst na 5 maart en afgevoerd) kan gebruikt worden als alternatief voor één snede gras (gemaaid na april). Gewassen met een lage stikstofbehoefte zijn cichorei, witloof, fruit (behalve aardbeien), sjalotten, uien en vlas. Being enkel via begrazing door maximum grootvee-eenheden/ha op jaarbasis. GVE komt overeen met een 70 kg N/ha, jaar en 60 kg PO5/ha, jaar. Die hoeveelheden mogen uitsluitend door begrazing afgezet worden. 8

20 SYSTEEM WERKZAME STIKSTOF Gewasgroep Werkzame N Niet-zandgrond Dierlijke N : maaien + grazen 70 : maaien + grazen met BKM Akker of grasland maaien Akker of grasland maaien met BKM Voor percelen met de biologische waardering Potentieel belangrijk grasland in de hierboven vermelde bestemmingen kan de beheerovereenkomst 00 kg N/ha uit kunst (BKM) jaarlijks aangevraagd worden via de verzamelaanvraag van het Departement Landbouw en Visserij. Being enkel via begrazing door maximum grootvee-eenheden/ha op jaarbasis. GVE komt overeen met een 70 kg N/ha, jaar en 60 kg PO5/ha, jaar. Die hoeveelheden mogen uitsluitend door begrazing afgezet worden. De maximale hoeveelheid werkzame stikstof mag uitsluitend door begrazing afgezet worden. De maximale hoeveelheid werkzame stikstof en totale stikstof mag uitsluitend door een combinatie van begrazing en kunst (maximaal 70 kg N/ha) afgezet worden. 5 De maximale hoeveelheid werkzame stikstof mag uitsluitend door kunst afgezet worden. NATUUR : MET HUISKAVEL OF ONTHEFFING Voor percelen met kenmerk huiskavel (H) of ontheffing (O) of beide (OH) geldt dezelfde verminderde stikstofbeing als voor het kwetsbaar gebied Water met maatregelenpakket KWETSBAAR GEBIED FOSFAAT MET MAATREGELENPAKKET Voor percelen in kwetsbaar gebied Fosfaat of Fosfaat geldt dezelfde verminderde stikstofbeing als voor kwetsbaar gebied Water met maatregelenpakket. 5.. WAT ALS UW PERCEEL ONDER MAATREGELENPAKKET VALT? Bij een overschrijding van de de drempelwaarde bij de nitraatresiducampagne van 0 worden op het perceel bijkomende beperkingen opgelegd. BO water kan niet worden toegepast. Eventuele derogatie kan niet worden toegepast. Er geldt een verminderde being. De vermindering is afhankelijk van gebied en is enkel van toepassing op stikstof. De fosfaatnormen blijven ongewijzigd. De waterkwaliteit is in 0 licht verbeterd. De Europese Commissie vindt die verbetering echter onvoldoende om tegen eind 0 de vooropgestelde doelstellingen te realiseren. De bijkomende maatregelen zijn alleen van toepassing als op een perceel een nitraatresidu boven de vierde drempelwaarde gemeten werd. Bovendien worden de bijkomende maatregelen alleen opgelegd op percelen in focusgebied. Als het maatregelenperceel in focusgebied 0 ligt, geldt een beingsverbod op dat perceel. Op alle percelen van het bedrijf die in focusgebied liggen, geldt een verminderde being uit tot maximaal 55 kg N/ha. 9

Begeleidende maatregelen bij een te hoog nitraatresidu. staalnamecampagne 2011/ maatregelenpakketten 2012

Begeleidende maatregelen bij een te hoog nitraatresidu. staalnamecampagne 2011/ maatregelenpakketten 2012 Begeleidende maatregelen bij een te hoog nitraatresidu staalnamecampagne 2011/ maatregelenpakketten 2012 VOORWOORD Elk najaar laat de Mestbank het nitraatresidu in de bodem meten op een gerichte selectie

Nadere informatie

> 2 Mestbank helpt starters op weg

> 2 Mestbank helpt starters op weg STARTERSBROCHURE > 2 Mestbank helpt starters op weg 3 < Bent u land- of tuinbouwer, of bent u op een andere manier actief in de agrarische sector? Dan kan deze brochure u op weg helpen doorheen uw rechten

Nadere informatie

Groenbemesters en nitraatresidu

Groenbemesters en nitraatresidu Groenbemesters en nitraatresidu Deze brochure kadert in het demoproject Beheersing van nitraatresidu in de akkerbouw: een permanente uitdaging. Dit project wordt medegefinancierd door de Europese Unie

Nadere informatie

Nota van Toelichting. 1 Inleiding

Nota van Toelichting. 1 Inleiding 1 Nota van Toelichting 1 Inleiding Het Besluit gebruik meststoffen (hierna: Bgm) heeft tot doel om de belasting van de bodem en het water door fosfaat- en stikstofverbindingen afkomstig uit dierlijke meststoffen,

Nadere informatie

Handleiding goed koolstofbeheer

Handleiding goed koolstofbeheer Handleiding goed koolstofbeheer Januari 2013 Petra Rietberg (LBI) Boki Luske (LBI) Anneloes Visser (CLM) Peter Kuikman (Alterra) Project Credits for Carbon Care wordt uitgevoerd door het Louis Bolk Instituut

Nadere informatie

INFORMATIEBLAD BIOLOGISCHE TEELT VAN GEWASSEN

INFORMATIEBLAD BIOLOGISCHE TEELT VAN GEWASSEN INFORMATIEBLAD BIOLOGISCHE TEELT VAN GEWASSEN INFORMATIEBLAD BIOLOGISCHE TEELT VAN GEWASSEN > MAART 2013 2 3 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE 3 INLEIDING 5 1. ALGEMENE INFORMATIE OVER CERTIFICERING 6 2. INFORMATIE

Nadere informatie

Een luchtwasser, wat nu?

Een luchtwasser, wat nu? Een luchtwasser, wat nu? Types Wettelijke verplichtingen Praktijkvoorbeelden Voorwoord De intensieve veehouderij in Vlaanderen is absoluut één van de belangrijkste economische landbouwsectoren. Met ongeveer

Nadere informatie

melkproductie per koe

melkproductie per koe De impact van melkproductie per koe op het arbeidsinkomen Deze brochure wordt u aangeboden door: Vlaamse overheid Departement Landbouw en Visserij Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling Melkvee Baron Ruzettelaan

Nadere informatie

Plan-m.e.r. Nieuwbouw ligboxenstal

Plan-m.e.r. Nieuwbouw ligboxenstal Plan-m.e.r. Nieuwbouw ligboxenstal Planlocatie: Firma Roos Katwoude Hoogedijk 24 1145 PN Katwoude Opdrachtgever: Firma Roos Katwoude Hoogedijk 24 1145 PN Katwoude Projectleider: John Verweij mob: 06 524

Nadere informatie

WERK MAKEN VAN EROSIEBESTRIJDING

WERK MAKEN VAN EROSIEBESTRIJDING WERK MAKEN VAN EROSIEBESTRIJDING Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Colofon Samenstelling en redactie: Karel Vandaele en Ireen Librecht Advies- en ingenieursbureau Soresma nv Hari Neven, Martien Swerts,

Nadere informatie

Eigen Eiwit Eerst. Onderzoeksrapport. Meer graseiwit voor een duurzamere melkveehouderij

Eigen Eiwit Eerst. Onderzoeksrapport. Meer graseiwit voor een duurzamere melkveehouderij Eigen Eiwit Eerst Onderzoeksrapport Meer graseiwit voor een duurzamere melkveehouderij Niek Konijn Jelle Koopman Bart Kistemaker Januari 2012 Meer graseiwit voor een duurzamere melkveehouderij Auteurs:

Nadere informatie

Biologisch telen doe je in de grond Handleiding voor een vruchtbare kasbodem Leen Janmaat en Bart Willems

Biologisch telen doe je in de grond Handleiding voor een vruchtbare kasbodem Leen Janmaat en Bart Willems I N S T I T U U T Biologisch telen doe je in de grond Handleiding voor een vruchtbare kasbodem Leen Janmaat en Bart Willems Verantwoording Deze brochure is het resultaat van samenwerking tussen biologische

Nadere informatie

Afwijken van het verbod op het gebruik van pesticiden op terreinen?

Afwijken van het verbod op het gebruik van pesticiden op terreinen? Afwijken van het verbod op het gebruik van pesticiden op terreinen? Richtlijnen voor de opmaak van een afwijkingsaanvraag versie 24 februari 2014 Dit document wordt regelmatig geactualiseerd. Inhoudstafel

Nadere informatie

AANMELDINGSNOTITIE BEOORDELING MER PLICHT. Hoogstraat 8 te Uden. Varkenshouderij J. Dortmans

AANMELDINGSNOTITIE BEOORDELING MER PLICHT. Hoogstraat 8 te Uden. Varkenshouderij J. Dortmans AANMELDINGSNOTITIE BEOORDELING MER PLICHT Varkenshouderij J. Dortmans Opdrachtgever: Dhr. J. Dortmans Hoogstraat 17 5406 TH Uden T: 0413-363427 Locatie: Hoogstraat 8 5406 TH Uden Handtekening: Opgesteld

Nadere informatie

Alternatieve eiwitbronnen in de voeding van vleesvarkens

Alternatieve eiwitbronnen in de voeding van vleesvarkens Alternatieve eiwitbronnen in de voeding van vleesvarkens COLOFON Deze brochure is beschikbaar via de partners (zie p. 2) en te raadplegen via www.varkensloket.be Vormgeving: Katrijn Ingels Tekst: Katrijn

Nadere informatie

De modernisering van de wetgeving op uitzendarbeid

De modernisering van de wetgeving op uitzendarbeid 20121602KG De modernisering van de wetgeving op uitzendarbeid Federgon-brochure aangeboden aan de klant-gebruikers Fédération des partenaires de l emploi Federgon Federatie van partners voor werk Avenue

Nadere informatie

Deeltijds werken: rechten en valkuilen. Deeltijds werken: ABVV. Samen sterk. rechten Rechten en valkuilen

Deeltijds werken: rechten en valkuilen. Deeltijds werken: ABVV. Samen sterk. rechten Rechten en valkuilen Deeltijds werken: rechten en valkuilen Deeltijds werken: rechten Rechten en valkuilen ABVV Samen sterk 1 Deeltijds werken: rechten en valkuilen Mannen - Vrouwen: Verwijzingen naar personen of functies

Nadere informatie

De paardenhouderij in het omgevingsrecht

De paardenhouderij in het omgevingsrecht De paardenhouderij in het omgevingsrecht handreiking voor de praktijk colofon Dit is een uitgave van de Sectorraad Paarden (SRP) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Tekst mr. A.P. Cornelissen

Nadere informatie

Studie uitgevoerd in opdracht van MIRA, Milieurapport Vlaanderen. Onderzoeksrapport

Studie uitgevoerd in opdracht van MIRA, Milieurapport Vlaanderen. Onderzoeksrapport Geografische spreiding van gewasbeschermingsmiddelen gebruikt in de landbouw: relatie tussen gebruik en emissie in oppervlaktewater Studie uitgevoerd in opdracht van MIRA, Milieurapport Vlaanderen Onderzoeksrapport

Nadere informatie

Organische stof in de bodem

Organische stof in de bodem Organische stof in de bodem Theorie C1 Wat is organische stof in de bodem? Organische stof in de bodem bestaat uit materiaal zoals bv. oogst- en plantenresten, compost en mest, maar ook het bodemleven

Nadere informatie

Wat zweeft er in de lucht?

Wat zweeft er in de lucht? Wat zweeft er in de lucht? De problematiek van zwevend stof in de Vlaamse land- en tuinbouw Departement Landbouw en Visserij afdeling Monitoring en Studie Veerle Campens Wat zweeft er in de lucht? De problematiek

Nadere informatie

Wonen in Nederland. Werken in België

Wonen in Nederland. Werken in België Wonen in Nederland Werken in België Als u in Nederland woont en in België in loondienst werkt, heeft u sinds 1 januari 2003 te maken met het nieuwe belastingverdrag tussen Nederland en België. Deze brochure

Nadere informatie

Vermindering van btw voor kleine ondernemers

Vermindering van btw voor kleine ondernemers Vermindering van btw voor kleine ondernemers De kleineondernemersregeling Hebt u een onderneming en maakt u weinig omzet? Dan is er voor u de kleine-ondernemersregeling. Volgens deze regeling kunt u in

Nadere informatie

De Zaaier: Ik laat de grond zijn wie ze is Neem grond mee naar de Winterconferentie Levenskrachten waarnemen Zeewier: rijk én eenzijdig

De Zaaier: Ik laat de grond zijn wie ze is Neem grond mee naar de Winterconferentie Levenskrachten waarnemen Zeewier: rijk én eenzijdig Thema-uitgave 2014 Thema-uitgave van Dynamisch Perspectief, het ledenblad van de Vereniging voor Biologisch-Dynamische Landbouw en Voeding De bodem ademt Fosfaatmysterie in de polder Inleven in grond Van

Nadere informatie

Voorwoord. 30 vragen. en antwoorden. over bodemvruchtbaarheid

Voorwoord. 30 vragen. en antwoorden. over bodemvruchtbaarheid Voorwoord 30 vragen en antwoorden over bodemvruchtbaarheid Voorwoord 30 vragen en antwoorden over bodemvruchtbaarheid René Schils 2012 2 Voorwoord Voorwoord Bodemvruchtbaarheid is een klassiek thema in

Nadere informatie

De loopbaan in niveaus

De loopbaan in niveaus De loopbaan in niveaus BC D 10 februari 2014 Inhoud 1. Doel en inhoud... 5 2. Tijdslijn... 6 3. Kernbegrippen van de loopbaan... 7 3.1. Functiebeschrijving... 7 3.2. Graad... 9 3.3. Anciënniteit... 10

Nadere informatie

Scenario 10: Maandelijkse aangifte van de uren jeugd- of seniorvakantie

Scenario 10: Maandelijkse aangifte van de uren jeugd- of seniorvakantie Scenario 10: Maandelijkse aangifte van de uren jeugd- of seniorvakantie Inleiding De regelingen jeugd- en seniorvakantie voorzien dat pas afgestudeerde jongeren en oudere werknemers die aan de reglementaire

Nadere informatie

Aanvulling plan-mer Bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Lingewaard

Aanvulling plan-mer Bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Lingewaard Aanvulling plan-mer Bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Lingewaard Gemeente Lingewaard 2 september 2013 Definitief rapport 9X3266 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING 1 2 BESCHERMDE SOORTEN 3 2.1 Beschrijving

Nadere informatie

Bestrijdingsmiddelen en waterkwaliteit

Bestrijdingsmiddelen en waterkwaliteit Bestrijdingsmiddelen en waterkwaliteit Geert R. de Snoo & Martina G. Vijver Bestrijdingsmiddelen en waterkwaliteit Geert R. de Snoo & Martina G. Vijver PAGINA 1 VOORWOORD 5 H01 Productieve landbouw, schoon

Nadere informatie

Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed

Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed Handleiding plan-m.e.r. voor ruimtelijke uitvoeringsplannen Versie 2.2. 11 augustus 2009 Aangepast aan wet- en regelgeving van toepassing op 31 juli 2009 Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en

Nadere informatie